2 JUNI 2014
S.12.0113.N/1
Hof van Cassatie van België
Arrest
Nr. S.12.0113.N FULL SERVICES CLEANING nv, met zetel te 1850 Grimbergen, Groot Molenveldlaan 17/9, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Quatre Brasstraat 6, waar de eiseres woonplaats kiest, tegen O., verweerster, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 9000 Gent, Drie Koningenstraat, 3, waar de verweerster woonplaats kiest.
2 JUNI 2014 I.
S.12.0113.N/2
RECHTSPLEGING VOOR HET HOF
Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest van het arbeidshof te Brussel van 16 januari 2012. Raadsheer Antoine Lievens heeft verslag uitgebracht. Advocaat-generaal met opdracht Henri Vanderlinden heeft geconcludeerd.
II.
CASSATIEMIDDEL
De eiseres voert in haar verzoekschrift dat aan dit arrest is gehecht, een middel aan.
III.
BESLISSING VAN HET HOF
Beoordeling Enig middel 1.
Krachtens artikel 2, § 1, eerste lid, CAO-wet is deze wet van toepassing op
de werknemers en de werkgevers. Krachtens artikel 2, § 1, tweede lid, punten 1 tot 3, CAO-wet, worden voor de toepassing van deze wet met werknemers gelijkgesteld, de personen die anders dan krachtens een arbeidsovereenkomst arbeid verrichten onder het gezag van een ander persoon, met werkgevers, de personen die de met werknemers gelijkgestelden te werk stellen en met de arbeidsovereenkomst de arbeidsverhoudingen tussen de met werknemers en werkgevers gelijkgestelde personen. Krachtens artikel 5 CAO-wet is de collectieve arbeidsovereenkomst een akkoord dat gesloten wordt tussen één of meer werknemersorganisaties en één of meer werkgeversorganisaties of één of meer werkgevers en waarbij individuele en collectieve betrekkingen tussen werkgevers en werknemers in ondernemingen of in een bedrijfstak worden vastgesteld en de rechten en verplichtingen van de contracterende partijen worden geregeld.
2 JUNI 2014
S.12.0113.N/3
Krachtens artikel 31 CAO-wet is de algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst bindend voor alle werkgevers en werknemers die behoren tot het ressort van het paritair orgaan en voor zover zij vallen onder de werkingssfeer zoals deze in de overeenkomst is bepaald. Krachtens artikel 1, § 1, vijfde lid, van het koninklijk besluit van 9 februari 1971 tot oprichting van sommige paritaire comités en tot vaststelling van hun benaming en bevoegdheid, wordt voor de werknemers die hoofdzakelijk handarbeid verrichten, en hun werkgevers, een paritair comité voor de schoonmaak opgericht, te weten de ondernemingen die voor rekening van derden hoofdzakelijk of met een duidelijk onderscheiden groep arbeiders schoonmaakactiviteiten verrichten. 2.
Uit deze bepalingen volgt dat:
- De werkgever in de zin van de CAO-wet in de regel alleen de persoon is die minstens een persoon met een arbeidsovereenkomst tewerkstelt; - de collectieve arbeidsovereenkomst naast verplichtingen voor de contracterende partijen alleen rechten en verplichtingen voor werknemers en werkgevers kan bevatten; - de algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst alleen verbindend kan zijn voor de werkgevers en werknemers die behoren tot het ressort van het paritair orgaan; - onder het paritair comité voor de schoonmaak bedoeld in artikel 1, § 1, van voormeld koninklijk besluit alleen de personen ressorteren die een onderneming uitbaten die met een of meerdere arbeiders voor rekening van derden hoofdzakelijk of met een duidelijk onderscheiden groep arbeiders schoonmaakactiviteiten verrichten; - de CAO van 12 mei 2003 enkel bindend is voor overnemers van een onderhoudscontract die op het ogenblik van de overname reeds werkgever zijn. 3.
De appelrechters oordelen dat:
- de eiseres ten onrechte op de grond dat zij geen personeel in dienst heeft en bijgevolg geen werkgever is, argumenteert dat zij niet gebonden is door de bepalingen van de bij koninklijk besluit van 19 juli 2006 algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 2003, gesloten in het
2 JUNI 2014
S.12.0113.N/4
paritair comité voor de schoonmaak- en ontsmettingsondernemingen, betreffende de personeelsovername ten gevolge van een overdracht van een onderhoudscontract; - de eiseres immers met toepassing van artikel 3, eerste lid, van de genoemde CAO van 12 mei 2003 op het ogenblik van de inwerkingtreding van het nieuwe onderhoudscontract van rechtswege werkgever is geworden. 4.
Door aldus te oordelen verantwoorden de appelrechters hun beslissing niet
naar recht. Het middel is gegrond. Dictum Het Hof, Vernietigt het bestreden arrest, behoudens in zoverre het het hoger beroep ontvankelijk verklaart. Beveelt dat van dit arrest melding zal worden gemaakt op de kant van het gedeeltelijk vernietigde arrest. Houdt de kosten aan en laat de beslissing daaromtrent aan de feitenrechter over. Verwijst de aldus beperkte zaak naar het arbeidshof te Gent. Dit arrest is gewezen te Brussel door het Hof van Cassatie, derde kamer, samengesteld uit raadsheer Beatrijs Deconinck, als voorzitter, en de raadsheren Alain Smetryns, Koen Mestdagh, Mireille Delange en Antoine Lievens, en in openbare rechtszitting van 2 juni 2014 uitgesproken door raadsheer Beatrijs Deconinck, in aanwezigheid van advocaat-generaal Henri Vanderlinden, met bijstand van griffier Johan Pafenols.
2 JUNI 2014
S.12.0113.N/5
J. Pafenols
A. Lievens
M. Delange
K. Mestdagh
A. Smetryns
B. Deconinck