Pedagogische zorg Inhoudsopgave
Klik op het onderwerp om verder te lezen.
Het kind in het ziekenhuis De pedagogische zorgvisie Werkzaamheden Voorbeelden werkzaamheden Doelgroepen van de kinderafdeling De spelruimte Interne samenwerkingsverbanden en contacten Externe samenwerking en contacten Tot slot Belangrijke telefoonnummers
1 2 2 3 4 4 5 6 6 7
Deze brochure is bedoeld voor ouders/verzorgers, ziekenhuismedewerkers, studenten, maar ook vooral voor iedereen die wat meer over het pedagogisch werk in het ziekenhuis zou willen weten. Het St. Elisabeth Ziekenhuis is een algemeen ziekenhuis dat is opgericht in 1827. Het ziekenhuis heeft een bovenregionale functie. Dit betekent dat patiënten uit de regio Midden Brabant, maar ook uit andere regio’s hier terecht kunnen, onder andere voor kindergeneeskunde. In het ziekenhuis is men er van overtuigd dat kinderen een andere benadering en verzorging nodig hebben dan volwassenen. Het ziekenhuis vindt het daarom zeer belangrijk dat haar medewerkers zich in kunnen leven in de belevingswereld van het kind. Het pedagogisch team speelt hierbij een grote rol. Het team bestaat uit 2 sociaal pedagogisch hulpverleners, 3 pedagogisch medewerkers en jaarlijks 2 stagiaires.
Het kind in het ziekenhuis Opgenomen worden in het ziekenhuis, is voor een kind een ingrijpende ervaring. Het kind komt in een onbekende omgeving terecht, waar het te maken krijgt met stressvolle en mogelijk pijnlijke situaties. Al met al is het ziekenhuis voor kinderen en baby’s van alle leeftijden heel anders dan de vertrouwde en veilige omgeving thuis. Kinderen, maar ook ouders/verzorgers, broertjes en/of zusjes, zullen tijdens deze periode een goede begeleiding en ondersteuning nodig hebben. Deze begeleiding en ondersteuning wordt, naast de zorg van de artsen en de verpleegkundigen, geboden door de pedagogisch medewerkers. Zij bieden pedagogische zorg en ondersteuning, afgestemd op leeftijd, ontwikkelingsniveau, belevingswereld en ziekte van het kind. Voorbeelden van die pedagogische zorg zijn: voorbereiden op operaties, het aanbieden van dagprogramma’s, stress en pijnvermindering. Verder is het mogelijk dat de sociaal pedagogisch hulpverlener ingeschakeld wordt bij (mogelijke) psychosociale problemen, zoals zindelijkheidproblemen, slaapproblemen, huilproblemen, eetproblemen of gedragsproblemen. De sociaal pedagogisch hulpverlener kan deze begeleiding en advisering tijdens de opname (klinisch) bieden, maar ook wanneer het kind thuis is, door de ouders en het kind korte bezoekjes te laten brengen, eens in de week of eens in de 2 weken (poliklinisch).
De pedagogische zorgvisie Op de kinderafdeling staat het kind in de zorgverlening centraal. Ieder kind wordt gezien als een uniek individu. Ieder kind is immers anders wat betreft leeftijd, ontwikkelingsniveau, opvoeding en milieu. Het is dan ook belangrijk dat de zorg gericht is op de individuele zorgbehoefte van het kind. Om deze reden wordt er binnen het team gebruik gemaakt van patiënttoewijzing. Dit houdt in dat ieder kind zoveel mogelijk dezelfde gezichten ziet. De relatie tussen het kind en zijn ouder(s) speelt een grote rol. Binnen de pedagogische zorg zijn de medewerkers van mening dat de ouders en het kind niet los van elkaar gezien kunnen worden. Ouderparticipatie, ofwel het actief betrokken zijn van de ouders bij de verzorging van hun kind, wordt dan ook zeer gestimuleerd binnen de afdeling. De pedagogische zorg speelt net als de verpleegkundige zorg een belangrijke rol bij het in stand houden en verbeteren van de gezondheid. Dit gebeurt op de volgende manieren:
het in stand houden en verbeteren van de lichamelijke en psychische conditie; het verschaffen van informatie over de gezondheid en de specifieke problemen van het kind; de aanschaf van middelen en het geven van adviezen die de problematiek/gezondheid positief kunnen beïnvloeden.
Uiteraard kennen alle medewerkers van het pedagogische team geheimhoudingsplicht. Alle informatie die u met hen deelt, wordt vertrouwelijk behandeld.
Werkzaamheden De sociaal pedagogisch hulpverlener: begeleidt kinderen met psychosociale problemen, ontwikkelingsachterstand en/of ontwikkelingsstoornis, binnen het gezin. Dit gebeurt niet alleen bij opname (klinisch), maar ook bij behandeling op de polikliniek; begeleidt kind en ouder tijdens en na de opname, door ondersteuning en advisering. observeert en rapporteert hierover; levert een bijdrage aan de samenwerking tussen de verschillende disciplines, zoals kinderpsycholoog en -psychiater, maatschappelijk werker, kinderarts en verpleegkundigen; organiseert themasessies/cursussen voor medewerkers binnen de zorgeenheid Kindergeneeskunde en geeft waar nodig voorlichting; verwijst waar wenselijk door naar andere instanties, zoals bureau Jeugd Zorg, GGZ jeugd, Video Home Training of de eerstelijns psycholoog; legt contacten met deze en andere externe instanties; biedt vakinhoudelijke ondersteuning aan de pedagogisch medewerkers en het verpleegkundig team; stelt behandelplannen op. De sociaal pedagogisch hulpverlener is werkzaam Kindergeneeskunde op de polikliniek en de kinderafdeling.
voor
de
zorgeenheid
terug naar beginpagina
De pedagogisch medewerker: begeleidt kind en ouder(s) tijdens de ziekenhuisopname. Ook helpt hij/zij kind en ouder(s) bij de voorbereiding op en de begeleiding naar operaties en onderzoeken; observeert en begeleidt kinderen tijdens de opname doelgericht, meestal kinderen met specifieke problemen, zoals gedrags- of opvoedingsproblemen; levert een bijdrage aan de multidisciplinaire samenwerking (bijvoorbeeld de samenwerking tussen artsen, fysiotherapeuten en verpleging);
biedt structuur, veiligheid en duidelijkheid gedurende de opname; biedt de kinderen een zinvolle dagbesteding aan door het maken van dagprogramma’s; biedt een opleidingsklimaat, bijvoorbeeld door de kinderen kennis te laten maken met de ziekenhuisklas; organiseert spel, ontspanning en feestactiviteiten; draagt op bovengenoemde manieren bij aan stress- en pijnreductie; werkt vakinhoudelijk samen met de sociaal pedagogisch hulpverlener. De pedagogisch medewerkers zijn werkzaam op de kinderafdeling.
Voorbeelden werkzaamheden Het dagprogramma Eén van de taken van de pedagogisch medewerkers is het opstellen van dagprogramma’s. In een algemeen dagprogramma wordt zoveel mogelijk aangesloten bij het normale leven van het kind. Hierdoor wordt geprobeerd om de overgang tussen de thuissituatie en het ziekenhuis te vereenvoudigen. Door structuur in de dag te brengen, wordt het ziekenhuis een veiliger omgeving voor het kind, waardoor er minder kans is op een terugval in de ontwikkeling. Ook afspraken met bijvoorbeeld de arts, fysiotherapeut, logopedist of psycholoog worden in het programma vastgelegd. Voor ouders is het dagprogramma een prettige manier om te weten wat er met hun kind gebeurt op momenten dat zij er niet zijn, voor medewerkers is het een stimulans om gericht met een kind aan de slag te gaan. Een dagprogramma kan vooral een positief effect hebben op kinderen met specifieke problemen, zoals eetproblemen, slaapproblemen, gedragsproblemen, obstipatie of zindelijkheidsproblemen, baby’s die overmatig huilen, kinderen die langdurig opgenomen zijn of kinderen met een verstandelijke handicap. Voor kinderen die (nog) niet kunnen lezen, wordt er bij het maken van de dagprogramma’s gebruik gemaakt van pictogrammen, plaatjes die de activiteiten en gebeurtenissen van de dag laten zien. Dit dagprogramma wordt in de vorm van bijvoorbeeld een boekje of slinger met het kind doorgenomen. Het kind kan dit vervolgens als aandenken mee naar huis nemen. Zo’n tastbare herinnering aan het ziekenhuis kan een hulpmiddel zijn bij de overgang van het ziekenhuis naar de thuissituatie en bij de verwerking van het verblijf in het ziekenhuis. Video-interactie begeleiding Sinds enige tijd is er in het ziekenhuis de mogelijkheid om op een nieuwe manier met video-opnames begeleid te worden. Er wordt een korte videoopname gemaakt van kind en ouders/verzorgers tijdens bijvoorbeeld de verzorging, het eten of een spelmoment. Door hier later met de ouders naar terug te kijken, kan de video-interactie begeleider hen laten zien welke initiatieven het kind toont en hoe zij daar op reageren. De ouders kunnen terugzien op de beelden hoe het kind reageert op hun stem en aanraking, op welke manieren het kind probeert om met hen in contact te komen en hoe ze hun kind gerust kunnen stellen. Er wordt vooral aandacht besteed aan de signalen waarop het kind goed reageert. Deze signalen en reacties kunnen zo minimaal zijn, dat ze zonder het stilstaande beeld van de video niet te zien zijn. Door ze zichtbaar te maken en de beelden uit te vergroten, zien de ouders wat ze kunnen doen om hun kind te helpen. Video-interactie kan de ouders helpen hun zelfvertrouwen in de omgang met hun kind te behouden. terug naar beginpagina
Video-interactie begeleiding is een mogelijkheid voor ouders als: zij vragen hebben over de ontwikkeling van hun kind en/of de omgang met hun kind; het contact onderbroken wordt/is geweest, bijvoorbeeld doordat het kind in de couveuse ligt/heeft gelegen; het kind ernstig of langdurig ziek is of blijvend letsel heeft opgelopen; het kind moeilijk slaapt of eet; het kind veel huilt. Shantala massage De pedagogisch medewerker kan ouders Shantale massage aanleren wanneer dit gewenst is. Shantala is een oude Indiase massagevorm met een ritmisch karakter. De massage kan toegepast worden bij baby’s en kinderen die een stabiele lichamelijke conditie hebben. Het zal altijd in overleg met de behandelend kinderarts ingezet/ aangeleerd worden. Massage kan een middel zijn voor ouders om meer vertrouwd te raken met hun kind, de organen te bevorderen, de stofwisseling en het afweersysteem te verbeteren. Tevens biedt het een moment van ontspanning en geborgenheid. Over dit onderwerp is op de kinderafdeling een brochure aanwezig.
Doelgroepen van de kinderafdeling Kindergeneeskunde bestaat uit: Neonatologie Te vroeg of te klein geboren zuigelingen (prematuur/dysmatuur) Klinische afdeling Kinderen van 0 tot 16 jaar worden hier opgenomen ter observatie of voor een operatie, onderzoek of behandeling. Deze kinderen verblijven minimaal 24 uur op de afdeling. Dagbehandeling Kinderen van 0 tot 16 jaar die opgenomen worden op de dagbehandeling komen voor een operatie, onderzoek of behandeling. Deze opname is van korte duur; de meeste kinderen mogen dezelfde dag alweer naar huis. Polikliniek Kindergeneeskunde Kinderen bezoeken deze polikliniek voor een medisch onderzoek, medische behandeling of voor psychosociale ondersteuning/begeleiding van de sociaal pedagogisch hulpverlener. terug naar beginpagina
De spelruimte De spelruimte is toegankelijk voor de patiëntjes van de kinderafdeling. In de spelruimte mogen geen medische handelingen door verpleging of artsen worden verricht. Dit is zeer belangrijk! Kinderen moeten zich veilig kunnen voelen in de speelruimte. ’s Middags is er de mogelijkheid voor de kinderen om gezamenlijk in de spelruimte te eten. Het biedt ze de mogelijkheid met leeftijdsgenootjes te praten over belevenissen in en rond het ziekenhuis. Vanwege infectiegevaar of noodzakelijke rust komen sommige kinderen op een geïsoleerde kamer te liggen. Ze kunnen de spelruimte dan niet bezoeken. Wel bezoeken de pedagogisch medewerkers dan de kamer. Zij bieden het kind verschillende activiteiten aan, aangepast aan leeftijd, belevings-, en ontwikkelingsniveau.
Interne samenwerkingsverbanden en contacten Kinderarts, neuroloog, chirurg of allergoloog De kinderarts, neuroloog, chirurg of allergoloog verwijst een kind klinisch of poliklinisch door. In opdracht van de arts word het pedagogisch team ingezet ter pedagogische ondersteuning. Voorbeelden hiervan zijn: dagprogramma’s, observatie, trainingen en ouderbegeleiding. Verpleging Met de verpleging wordt de totale zorg op elkaar afgestemd om zo te komen tot de beste en meest effectieve zorg die ieder kind de beste ontwikkelingsmogelijkheden biedt. Ook worden pedagogische adviezen gegeven. Het verpleegkundig team staat onder leiding van de teamleider en bestaat uit:
neonatologie verpleegkundigen; Intensive Care kinderverpleegkundigen; kinderverpleegkundigen; gediplomeerd verpleegkundigen; verpleegkundigen in opleiding; leerling verpleegkundigen; stagiaires.
Kinderpsycholoog De kinderpsycholoog voert testen uit en behandelt kinderen. Het pedagogische team observeert en rapporteert in overleg met de psychologen om een volledig beeld van een bepaalde problematiek te krijgen. De sociaal pedagogisch hulpverlener werkt nauw samen met de psycholoog. Kinderpsychiater Kinderen kunnen hier terecht met een psychiatrische problematiek. Het pedagogisch team observeert en rapporteert in overleg met de kinderpsychiater om een volledig beeld van een bepaalde problematiek te krijgen. De sociaal pedagogisch hulpverlener werkt nauw samen met de kinderpsychiater. Operatiekamer-personeel en anesthesioloog Tijdens kantoortijden bereidt de pedagogisch medewerker een kind voor op een eventuele spoedoperatie. De informatie wordt afgestemd op het ontwikkelingsniveau van het kind. Hiervoor worden een fotoboek, pop en voorbereidingskoffer gebruikt. Voor geplande operatie wordt van de ouders verwacht dat ze hun kind zelf voorbereiden. Voor tips worden zij verwezen naar de site “ik ben kind”. De pedagogisch medewerker begeleidt zowel uw kind als de ouder/verzorger naar de operatiekamers. Maatschappelijk werk De maatschappelijk werk(st)er biedt gezinsgerichte begeleiding bij een opname (op de afdeling of polikliniek) en werkt nauw samen met de sociaal pedagogisch hulpverlener. Ziekenhuisdocent De ziekenhuisdocent kan worden ingeschakeld bij kinderen die langer dan een week zijn opgenomen. De pedagogisch medewerker neemt, na overleg met arts en ouder(s) /verzorger(s), contact op met de ziekenhuisdocent. De ziekenhuisdocent is werkzaam bij de Stichting Onderwijsbegeleiding Midden-Brabant. terug naar beginpagina
Fysiotherapeut De pedagogisch medewerker kan de fysiotherapeut ondersteunen door kleine oefeningen onder begeleiding over te nemen en het kind te stimuleren. De sociaal pedagogisch hulpverlener realiseert samen met de fysiotherapeut cursussen en bijscholingen. Helpende De helpenden zorgen voor het eten en drinken van de kinderen. Zij houden rekening met diëten, allergieën enzovoort. Ook hier is samenwerking van belang bij bepaalde trainingen en dagprogramma’s. Pastoraal medewerker De pastoraal medewerker wordt wanneer dit wenselijk is ingeroepen ter ondersteuning en werkt zo mogelijk samen met het pedagogisch team. Logopedist De logopedist wordt zo nodig betrokken bij de behandeling van het kind en werkt zo mogelijk samen met het pedagogisch team, zowel op de polikliniek als bij opname.
Externe samenwerking en contacten Contacten met andere ziekenhuizen Twee keer per jaar hebben de pedagogisch medewerkers uit de regio een regio-overleg. Hier is gelegenheid om elkaar op de hoogte te houden van nieuwe ontwikkelingen en om ideeën en vragen uit te wisselen. Hiernaast is er één keer per jaar een landelijk overleg neonatologie. Dit is een bijscholingsmiddag waar collega’s en gastsprekers kennis en ervaring met elkaar delen. Symposia en bijscholing Vanuit eigen initiatief kan men deelnemen aan symposia en bijscholing na goedkeuring van het hoofd van de zorgeenheid Kindergeneeskunde. De CliniClowns De CliniClowns komen één keer in de week op de kinderafdeling. De pedagogisch medewerker bekijkt van te voren welke kinderen in aanmerking komen voor een bezoek. Deze kinderen worden besproken voordat de CliniClowns aan het werk gaan. Belangrijke punten, zoals leeftijd, ontwikkelingsniveau, aandachtspunten bij het ziek zijn, aanwezigheid van familieleden worden besproken zodat de clowns hier rekening mee kunnen houden. Opleidingen De opleidingen stagiaires.
Sociaal Pedagogische Hulpverlening en
HBO Pedagogiek leveren
Andere contacten Contacten met andere hulpverlenende instanties door sociaal pedagogisch hulpverlener. Contacten met andere ziekenhuizen ter ontwikkeling van de pedagogische zorg. Ontvangst schoolgroepen in het kader van het project “kijkje op de kinderafdeling”. terug naar beginpagina
Tot slot Door middel van deze brochure is geprobeerd u een beeld te geven over het werk van de pedagogische zorg binnen het ziekenhuis.
Hebt u na het lezen van deze brochure nog vragen, dan kunt u contact opnemen met het pedagogisch team.
Belangrijke telefoonnummers St. Elisabeth Ziekenhuis (algemeen): Sociaal pedagogisch hulpverlener: Pedagogisch medewerkers:
(013) 539 13 13 (013) 539 25 53 (013) 539 27 15
terug naar beginpagina
Kindergeneeskunde, 1.182 08-14
Copyright© St. Elisabeth Ziekenhuis Tilburg Afdeling Communicatie Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend.