Het Prinsehuis, een opvallend historisch gebouw
Het Prinsehuis Een opvallend historisch gebouw in de vesting van Hellevoetsluis is zonder twijfel het Prinsehuis. Het werd gebouwd in het midden van de 17de eeuw als woning voor de ‘commies’, een ambtenaar, en logement van de Gecommitteerde Raden van de Staten van Holland en West-Friesland. Deze raad was belast met toezicht, aanleg, onderhoud en exploitatie van de haven en de vesting. De door hen aangestelde commies was permanent aanwezig. Hij bewoonde het huis, hield er kantoor en was belast met inning van belastingen. Tegenwoordig is het Prinsehuis in gebruik als werkplek voor het dagelijks bestuur van de gemeente.
’s Landshuis
Colofon
De oorspronkelijke naam van het gebouw is ’s Landshuis. Lange tijd werd aangenomen dat het gebouw als verblijfplaats had gediend voor Stadhouder Prins Willem III, toen hij in 1688 vertrok vanuit Hellevoetsluis om gekroond te worden als koning van Engeland. Als een van de bevelhebbers van vloot en leger verbleef hij echter in het huis van de Admiraliteit aan de Oostkade. Door dit misverstand heeft het gebouw de naam ‘Het Prinsehuis’ gekregen.
2/3
Hellevoetsluis, september 2010 Deze brochure is een uitgave van de gemeente Hellevoetsluis. De tekst is tot stand gekomen in samenwerking met Jan Jansen en Anja Pieké.
Oplage Fotografie Vormgeving Drukwerk
2000 Taco Meeuwsen Röling Ontwerpt Nederlof Repro
2/3
Architect Pieter Post (1608-1669) In 1662 deed de voorzitter van de Gecommitteerde Raden, de heer Van Wimmenum, een voorstel aan Amalis van den Bouchorst van de Gecommitteerde Raden om het oude houten gebouw te vervangen door een nieuw onderkomen. Na het tonen van de ontwerp-
Bouwstijl Bouwkundig is het huis een voorbeeld van het Hollands Classicisme. Deze bouwstijl is geënt op de klassieke Romeinse bouwkunst: statig en imposant, gekenmerkt door de geometrie strikte symmetrie - harmonie en het veelvuldig gebruik van baksteen. Het exterieur van het huis is sober met weinig decoraties. Binnen is het huis echter rijk van ornamenten voorzien. Deze stijl bleef enkele decennia lang de hofstijl.
tekeningen werd het voorstel aangenomen. Doordat het bestek en de tekeningen verloren
Het gebouw is opgetrokken uit baksteen en is ingedeeld in een souterrain, bel-etage, een verdieping en een zolder. De voorgevel is voorzien van een middenrisaliet, een vooruitspringende gevelpartij die een halve steen uitsteekt. De gevel is bekroond met een fronton, een driehoeksvorm met daarin de timpaan, die het wapen van de Staten van Holland en West-Friesland draagt. De entree is bereikbaar via een dubbele trap, uitkomend op het bordes.
zijn gegaan, is niet bekend wie de architect was. Aangenomen wordt dat het ontwerp van Pieter Post is, de architect van de Staten van Holland, waarmee Van den Bouchorst een nauwe band had.
Pieter Post werd in 1608 in Haarlem geboren. Hij kreeg een gedegen schildersopleiding aan het Haarlemse St. Lucasgilde. Daartoe behoorde ook de mathematische vakken. Een gedegen kennis van reken- en meetkunde hoorde bij een opleiding tot schilder. Hij begon als schilder maar werd al snel betrokken bij de architectuur als assistent van Jacob van Campen. Rond 1635 legde hij zich toe op de architectuur, maar bleef bij gelegenheid
schilderen. Opvallend is dat de architectuur in deze schilderwerken een prominente plaats inneemt, dit in tegenstelling tot zijn beginwerk. Hij trouwde in 1638 met Rachel Ridders en zij kregen negen kinderen waarvan er twee vroeg overleden. In 1646 verhuisde Pieter Post met zijn gezin naar Den Haag. Twee zonen volgden de voetsporen van hun vader: Johannes Post (1639-1689) als kunstschilder en Maurits Post (1645-1677) als architect. Pieter Post was behalve architect en schilder ook interieur- en grafisch ontwerper. Bovendien ontwierp hij tuinen. Zijn opdrachtgevers waren het Stadhouderlijk hof, Staten van Holland, de Staten-Generaal en vooraanstaande burgers. In 1669 overleed hij in Den Haag.
Gevel met een fronton Een fronton is in de bouwkunde de bekroning van een gevel, venster of ingang in een driehoeks- of segmentvorm. In de Klassieke Bouwkunst (Grieken en Romeinen) werd het fronton in de voorgevel vaak gebruikt om de ingangspartij te benadrukken. Gebouwen die later zijn gebouwd in een classicistische en neoclassicistische stijl hebben vaak een fronton, zoals het Paleis op de Dam en het Koninklijk Theater Carré in Amsterdam.
4/5
Symmetrie Het gebouw oogt statig, sober en vormt een symmetrisch geheel met de twee identieke zijgebouwen. De zijgebouwen zijn destijds als magazijn en loods gelijktijdig gebouwd. Aan weerszijden en aan de achterzijde lag
Putto
Decoraties in de hal
Een putto (meervoud: putti of putto’s) is in de beeldhouw- en schilderkunst een mollig kinderfiguurtje, bijna altijd mannelijk en meestal naakt. Als het kind vleugeltjes heeft, spreekt men ook van een cherubijntje. Putti komen vooral voor in de renaissance- barok- en rococokunst. Het woord putto komt uit het Italiaans en was oorspronkelijk een scheldnaam voor een kleine jongen.
De achterwand van de hal bestaat uit een triomfpoort met drie doorgangen. De middelste is de trapopgang, de andere twee zijn toegangsdeuren naar de achterkamers. Het geheel is uitbundig gedecoreerd met in wit geschilderd houtsnijwerk. Oorspronkelijk was het lichtgrijs ‘gemarmerd’. In de 19de eeuw is dit in bonte kleuren uitgevoerd.
Het houtsnijwerk boven de trap bestaat uit het Wapen van Holland, met aan beide zijden een kinderfiguurtje (putto) en slingers van fruit, bladeren en bloemen. In de boogvelden boven de deuren zijn twee klassieke borstbeelden te zien van Minerva, godin van onder andere krijgskunst, en Mercurius, de god van de handel.
Mercurius
van de kunsten, wetenschap en nijverheid en werd vereerd als godin van de vrede. Echter ook van oorlogvoering. Zij draagt de helm en de aegis, het schild dat haar borst beschermt met daarop het gorgonenhoofd van Medusa (één van de drie schrikgodinnen) afgebeeld. Dit verwijst naar een daad van Pallas Athene. Beledigd door de mooie Medusa veranderde zij het haar van de schrikgodin in slangen.
over de volle breedte een tuin, die met bomen was beplant.
Indeling Souterrain: hierin bevonden zich de keukens en voorraadkamers. Bel-etage: hal met voor- en achterkamers; oorspronkelijk de eet-, verblijfs-, vergaderen kantoorruimtes van de Gecommiteerden. Verdieping: deze diende als logies en als woon- en kantoorruimte van de commies. Zolder: voorzien van zes dakkapellen. Noord- en zuidzijde zijn ieder voorzien van twee indrukwekkende schoorsteenkanalen.
Hermes/Mercurius was een belangrijke god, boodschapper tussen hemel en aarde. Hij was patroon van de schilders en beschermer van kooplieden, handel en de scheepvaart.
Minerva Minerva/Pallas Athene is de personificatie van de goddelijke macht van het verstand. Beschermster
6/7
Schilderij ‘Theorie’ Het schilderij in de kamer rechts stelt de ‘Theorie’ voor en is geschilderd door Johannes Post, de oudste zoon van Pieter Post. Omgeven door een grijze wolkennevel is ‘Theorie’ vormgegeven als een jonge vrouw, haar gelaat ingetogen, de blik omhoog gericht. Diagonaal zittend, geplaatst in het volle licht met het lichaam half gewikkeld in lagen lichtblauwe dunne stof. De onderbenen en borsten zijn ontbloot. Een deel van de glanzende stof wordt door een ‘windvlaag’ opgenomen. De Griekse letter Thèta steunt licht op het dijbeen en wordt losjes met de hand vastgehouden. Haar rechterarm is geheven, met in de hand een passer rustend op het hoofd. De passerbenen zijn omhoog gericht. Links van haar en uit het licht zijn zeven figuren te zien. Waarschijnlijk staan zij voor de theoretische wetenschappen, ‘de zeven vrije kunsten’.
De voorkamers In de kamers links en rechts van de hal zijn monumentale eiken schoorsteenmantels aangebracht. De schoorsteenboezem in de kamer rechts is over de volle breedte voorzien van het wapen van de Staten van Holland en West-Friesland. In de rechter kamer staat op een cartouche (rechthoekig schild) het wapen met een klimmende, afziende leeuw met in hoog reliëf een bijbehorende kroon.
Door de attributen die zij vasthouden zijn er twee te benoemen. De man bij de hemelglobe, geknield met het boek in de hand en rechts van hem het opengeslagen boek met geometrische figuren, is de geometrie (landmeetkunde). De figuur achter hem biedt de helpende hand aan de geometrie en stelt de astronomie voor. De middelste van de drie figuren op de achtergrond maakt een handgebaar wat er op zou kunnen wijzen dat Johannes Post in hem de retorica voor heeft willen stellen. De overige figuren zijn niet te benoemen. Waarschijnlijk begrijpen wij de compositie en de ideeënwereld van de schilder maar ten dele. De architectuur op het kunstwerk suggereert een enorme kathedrale ruimte. In de achtergrond is een stuk bewolkte lucht zichtbaar.
Het geheel wordt gemarkeerd door fasces (bundels roeden met bijl), pijlenbundels en slingers in fruit- en plantmotieven. Dit alles uitgevoerd in wit houtsnijwerk. In de kamer links is een zelfde decoratie te zien, maar eenvoudiger uitgevoerd.
17de eeuwse schilderijen In de tegenover elkaar gelegen achterkamers zijn 17de eeuwse schilderingen op linnen aangebracht op de schoorsteenboezems. Deze schoorsteenstukken vormen tegengestelde begrippen, pendanten genaamd. Zij hebben als onderwerp de personificatie van de ‘Theorie’ en de ‘Practica’.
8/9
De verbindingsgang
Het Prinsehuis in de 21e eeuw
De verbindingsgang vormt de verbinding tussen het oude en het nieuwe gemeentehuis. Hier bevindt zich een kunstwerk in de vorm van een verlichte buisconstructie, een ontwerp van Jan Janssen. Het symboliseert de verbindingslijn tussen de oude en de nieuwe behuizing van het bestuur. Daarnaast staan vitrines met enkele bodemvondsten, gedaan tijdens wederopbouw in het westelijk deel van de vesting na de Tweede Wereldoorlog. Het bestaat uit huisraad uit de 17de, 18de en eerste helft 19de eeuw, veelal uit scherven gereconstrueerd. De indrukwekkende foto’s van de fotograaf Arno Bauman in een lang smal formaat geven sfeervolle impressies van de hedendaagse vesting. De raakpunten van vesting en water zijn als leidraad genomen.
Het Prinsehuis is tegenwoordig in gebruik als kantoorruimte voor de burgemeester en wethouders, de gemeentesecretaris en het bestuurssecretariaat. Op de eerste verdieping is een sfeervolle trouwzaal ingericht, waar veelvuldig gebruik van wordt gemaakt. Eenmaal per jaar, tijdens de open Monumentendag in september, wordt het Prinsehuis opengesteld voor rondleidingen.
Schilderij ‘Practica’ In de linker achterkamer hangt het schilderij ‘Practica’ dat is toegeschreven aan de Nederlandse kunstschilder Caesar van Everdingen 1617-1678. Hij werkte onder andere mee aan de decoraties van de Oranjezaal in het Huis ten Bosch. Het Gemeenlandshuis te Leiden bezat een aantal schilderstukken waarvan twee met de ontwerpen ‘Theorie’ en ‘Practica’. Deze zijn beiden van zijn hand. Op de achtergrond van het schilderij is monumentale architectuur zichtbaar, waarvan een derde uit een pilaar bestaat en twee derde een poort met halfronde boog. Het geeft uitzicht op toppen van bomen en cipressen met daarboven een halfbewolkte lucht.
Op de voorgrond is een volwassen imposante androgyne figuur afgebeeld. Bij de Grieken het ideale mensbeeld, waarin het vrouwelijke en het mannelijke zijn verenigd. In zittende houding, diagonaal geplaatst in het licht en gekleed in een klassiek gewaad, sandalen aan de voeten. De rechterhand houdt een passer vast met de benen naar de aarde gericht en de linkerhand een liniaal. Door beide attributen wordt de Romeinse letter P van Practica gevormd. De punt van de meetlat wijst naar de ruimte. De houding laat een actieve rust zien, mede doordat de ene voet op een blok is geplaatst, de andere voet op de vloer. De figuur is naar de toeschouwer gericht zodat de indruk ontstaat dat het elk moment kan opstaan en afdalen.
10/11 10/11
Gemeente Hellevoetsluis Prinsehuis Oostzanddijk 26 3221 AL Hellevoetsluis Telefoonnummer 0181 - 33 09 11 E-mail
[email protected] www.hellevoetsluis.nl