Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Een klap ? Kinderen "slaan", kan makkelijk een ramp worden. Net als in de geneeskunde, een verkeerde dosis of een verkeerd tijdstip van antibiotica. Maar, zullen wij - in verband met mogelijke risico's - een principiële beslissing nemen om antibiotica af te schaffen? Nee toch? Af en toe een tik of een klap, in een liefdevolle omgeving en CONFORM GEZONDE PEDAGOGISCHE REGELS, is - in het groeiproces van een kind - een normale gang van zaken. Verzuimen ouders dit te doen, zal het werk - later, in minder gunstige omstandigheden - door de maatschappij ingehaald moeten worden. Vraag dit eens aan rechters, die handenvol werk aan jonge delikwenten hebben, vraag het aan pedagogische PRACTICI, u krijgt alleen maar bevestigingen. Vraag ook uw geliefd kind of hij een klap erg vindt. Ja, ik spreek over de situatie in een LIEFDEVOLLE OMGEVING. Dus, let op! Als u problemen heeft met het creëren van een liefdevolle, harmonieuze sfeer in uw huis, blijf dan liever met de handen van uw kind af! Dit hoofdstuk zal dan voor u minder geschikt zijn. Stel verder dezelfde vraag aan "patiënten" van justitie, aan drugverslaafden, aan arrogante leerlingen die het sfeer in een klas onverdragelijk maken. Vraag associalen, ongelukkigen. Als u uw onderzoek beëindigt, komt u tot de conclusie over deze mislukkelingen: er was niemand die hun op de juiste leeftijd een correcte dosis van "antibiotica" heeft toegediend, met liefde...
Mag je je kind een klap geven? In principe niet, maar... * Er zijn momenten dat deze correctie aanvaardbaar is. Een vingerknipje of een klein tikje kan vanaf ongeveer 6 maanden voorkomen. Deze zijn bedoeld als waarschuwingen in de eerste fase van de ontdekking van de wereld. We hebben het hierover al gehad in het hoofdstuk "Mag niet". * Ouders, denk eerst na en tel tot tien, voordat u slaat: Heeft u uw kind gelegenheid gegeven om het uit te leggen? Heeft u genoeg tijd genomen om het "misdrijf" objectief te beoordelen? * Reageer niet woedend. Wacht een paar minuten en toon uw kind geen gezicht dat op onweer staat. Eerder een ernstig gezicht waarop te lezen staat dat het jammer genoeg niet anders kan.
- 17 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
* Doe het als het even kan, zonder getuigen, om het kind niet te vernederen, dus zonder broertjes, zusjes, vriendjes. Als u op straat bent, probeer dan een beetje uit het zicht te gaan staan. * Doe het niet meteen. Geef de "delinquent" eerst de kans om zijn verhaal te vertellen. Heel vaak is het dan niet meer nodig... * Sla zo weinig mogelijk, maar àls u het doet, moet het een beetje pijn doen. Herhalen van symbolische tiks? Weet ik niet. Beter om van hart tot hart te spreken. * Sla nooit in het gezicht. Nooit de waardigheid van het kind aantasten of hem vernederen. * Sla nooit op het hoofd, en nooit zomaar ergens. De enig geoorlofde plaats is op de rug van de hand, en als het gaat om een hardere tik, op de bibs. Dat doet even echt pijn, maar is gauw weer over. Klappen die blauwe plekken achterlaten zijn te hard, en nimmer geoorloofd. * Een tik of "pak op de broek" mag slechts door ouders gegeven worden (of eventueel officieel bevoegde opvoeders) - nooit door anderen! * De tik is een eenvoudig middel dat we niet (als dreiging) mogen uitstellen tot later ... Vanavond, dan krijg je er een..!! Nee! U zult het met mij eens zijn dat het pak op de broek een zware straf is voor een kind dat is opgevoed in een liefdevolle omgeving (want daarover hebben wij het hier). En naarmate het kind ouder is en beter in staat om na te denken, is die straf zwaarder. De tik die een moeder geeft aan een klein kind dat nog rondkruipt betekent niets vergeleken bij die zelfde straf voor een kind dat al kan nadenken. Als het kind ouder en verstandiger is geworden, zijn deze correcties niet meer nodig. Dit tijdstip valt meestal rond de 7 of 10 jaar. Dan kan het kind verbaal gewoonlijk zeer goed de discussie aan of een simpele waarschuwing of uitleg voldoende. (Bij onze vrienden, de familie Flodder, is dat de leeftijd waarop men begint te slaan!!) Hef nimmer je hand op, als... * Als de resultaten op school slecht zijn. * Als een fout voor de eerste keer gemaakt wordt. * Als het gaat om een fout uit het verleden. * Wanneer het kind zijn fout is komen opbiechten, waarbij hij duidelijk laat zien dat hij moed èn spijt heeft. * Als er een glas gebroken is terwijl hij ermee mocht spelen (de scherven moeten natuurlijk opgeruimd worden door de "dader") * Als er een ruit gebroken is, terwijl hij wel mocht voetballen Een glas breken of een raam is maar een ongelukje, het is alleen maar het gevolg van een spelletje en bovendien nog van een spelletje dat mocht! * Als er een glas gebroken is ... terwijl het spelletje niet mocht... Ja, ik weet het. ZOEK NIET ALTIJD DE PURE LOGICA. DE LIEFDE GAAT VOOR. * Als... enz. enzEen kind slaan?
- 18 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Kortom, er zijn praktisch géén redenen om een kind te slaan, alleen uitzonderingen. En welke zijn die uitzonderingen dan wel? * Bij een kinderlijke aanval van hysterie en woede * Bij egoïstische kuren, als we er niet in slagen die op een vriendelijke manier de baas te worden, * Bij vergrijpen die de gezondheid of het leven van iemand op het spel zetten. We kunnen niet riskeren dat die nog eens voorkomen, * Bij steeds terugkerende vergrijpen die kwaad bedoeld zijn en waarbij het kind liegt.
En tenslotte, er moeten wèl tranen komen na de tik. Wat? Geen tranen? Opletten! Bekijk de zaak nog eens opnieuw. Misschien is het beter om te gaan praten met uw kind? Na de verplichte tranen en na nog even wachten, moet de verzoening komen. Niet te lang wachten: een kwartiertje? Een half uur? Niet weggaan en "dat vreselijke kind" alleen thuis laten. En vooral verplicht, en ik zeg dat met grote nadruk - moet VOOR DE NACHT de vredespijp gerookt worden!
- 19 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Je zult het nog wel merken ! Schreeuwen wij tegen onze kinderen? Nee, maar... Nee, we schreeuwen niet tegen de kinderen. Het is goed een boze stem op te zetten, als dat nodig is, maar schreeuwen moet je niet doen. Schreeuwen is een bewijs van onmacht, van de zaak niet aankunnen. Natuurlijk, bij uitzondering en noodgedwongen moet je je stem wel eens verheffen. Als je bijvoorbeeld een jeugdige Picasso ontwaart, die gewapend met een spijker zijn talent botviert op de auto's op een verlaten parkeerplaats en je wilt wat doen voor de goe-gemeente grijp de delinquent dan bij z'n oor (dan kan hij meteen niet ontsnappen) en schreeuw maar rustig tegen hem. Het is vaak de enige begrijpbare taal voor uw "gesprekspartner". En bij u thuis? Hoe minder u schreeuwt, hoe beter. Maar als u verschrikkelijk woedend bent, als het niet anders kan, schreeuw dan uw longen uit uw lijf, maar niet te lang. En zonder dat uw dierbaren u horen. In ieder geval is dat beter dan geweld. (Herinnert u zich onze passage over akoestisch isolaties?) En verder, to give your computer additional capabilities, you can install standard 16-bit adapter cards in an optional expansion slot unit that is connected to the 100-pin connector om the rear panel... Hè?? Nu snap ik er helemaal niets meer van! Ja, bedankt voor uw kreet van verbazing! Ik voel me vereerd, ik zie dat u tot nu toe oplettend gelezen heeft. Als er bovendien geen fundamentele verschillen bestaan tussen onze pedagogische opvattingen... Het is bekend dat dezelfde ideeën over benadering van kinderen, de vriendschap tussen de ouders bevordert. Als dat zo is, geef mij dan een knipoog als we elkaar tegenkomen. Ons teken...
- 20 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Huilt-ie ? Eerst moeten we proberen te begrijpen waarom. Is er misschien een fysieke (of later psychische) oorzaak voor die tranen? En is er een manier om die oorzaak weg te nemen? De splinter uit zijn voetje halen? ... of uit zijn ziel? * De goede houding van de ouders is de volgende: het kind huilt - hij moet dan weten dat hij, ALS HIJ OPHOUDT MET HUILEN, getroost zal worden. Dan zal hij opgetild en omhelsd worden. Een kind omhelzen is een gunst, een voorrecht. We kunnen het niet vaak genoeg doen, maar als hij begint te huilen en een scene maakt, zetten we hem neer en zeggen dat hij het maar alleen moet oplossen. * De verkeerde houding van ouders is de volgende: het kind huilt - hij wordt meteen opgetild en in de armen genomen. Huilen als pressiemiddel voor de ouders is ontoelaatbaar. Het "pressiemiddel" waar we wel rekening mee moeten houden is de glimlach. Daar houden we rekening mee. Niet met tranen. * Tranen van verontwaardiging en woede: ik herhaal nog eens dat dit soort gejammer geen aandacht verdient. Wat een afgang zou het zijn (die bij de familie Flodder niet zou misstaan) als een kind er in slaagt door schreeuwen en blèren de aandacht van zijn ouders te krijgen en zich zo te laten liefkozen en omhelzen! * Men huilt niet in gezelschap. Dus - doe me een plezier en ga ergens anders huilen. Als je klaar bent mag je weer terugkomen. * Tranen omdat een wesp gestoken heeft... Vrienden, misschien lijkt het onmenselijk, maar het principe is als volgt: eerst moet het kind proberen zich te beheersen en pas dan mag hij opgepakt en getroost worden. Het is waar moeder, u kunt er niet altijd zijn als uw kind door een wesp gestoken wordt. Wat moet een kind doen als hij op het gras loopt met drie mieren in zijn sok en er is nergens hulp in de wijde omgeving? Wat een verdriet, wat een gevoel van verlatenheid voor een kind, dat gewend is aan de voortdurende aanwezigheid - zowel in tijd als in plaats - van uw tedere zorg! * Tranen als hij een tik heeft gekregen - het "rituele huilen"... u wacht even en zegt dan, met het geduld van een dokter t.o. zijn patiënt: - ga alsjeblieft even uit de kamer, snuit je neus en kom over 5 minuten maar terug. Meneer Flodder troost de kleine Bianca: - Wat? heeft mama jou geslagen? Stoute mama! Kom maar, dan gaan wij mama een klap geven!.. pfff... * Huilen omdat hij ziek is, als hij koorts heeft... Dan accepteren we veel meer dan normaal. Omhelzen natuurlijk. * Tranen van spijt, van berouw, van oprecht verdriet... Mama, neem uw kind in uw armen en troost hem. Nu mag u het doen, meer dan ooit. * Huilen omdat hij honger heeft? Miam, miam? Des te beter!
- 21 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Eten ! En wil kleine Fritsje wel een taartje? Een lekker taartje met room?.. * Ik geloof dat je kinderen niet moet dwingen te eten. Jammer dan, als ze met honger van tafel gaan. Maar opgepast: niet stiekem snoepjes eten of in de ijskast zitten tussen de maaltijd door! Een kind is namelijk - behalve als hij ziek is - zeer wel in staat zelf te bepalen hoeveel voedsel hij nodig heeft (dat heeft meneer de dokter zelf gezegd). Kinderen dwingen om te eten, is een vergissing. * We weten dat bij een kind "de ogen vaak groter zijn dan zijn maag". Dus doen wij wat minder op zijn bord dan hij vraagt. Het is beter er wat bij te geven als hij dat nog wil: beter en warmer. Geen restjes op zijn bord! Waarom liggen er restjes op zijn bord? Omdat het teveel was, omdat het koud is geworden of omdat hij het niet lekker vond. * Okee, soms is er spinazie of lever of iets anders, waar ons klantje van griezelt. Maar wat het ook is, geen discussies over "daar houd ik niet van". Nee, dat leidt tot niets, en is uiterst onpedagogisch. En ook als we op visite zijn of als we vrienden te eten hebben, moet hij altijd een klein beetje opscheppen en opeten, een klein beetje, desnoods symbolisch. * - Ik kàn niet meer! - Hoe kan dat nou, je hebt toch zelf opgeschept? - Nee, ik kan echt niet meer... maar wat eten we na? - Eens kijken, je hebt de helft van je bord leeggegeten, dan krijg je ook de helft van je toetje! * Je eet AAN tafel, niet onder de tafel, niet lopend om de tafel heen. De tafel heeft wel degelijk zijn nut: het is de school voor de wellevendheid. Dat begint al bij de eerste lepeltjes pap en eindigt... pardon, dat eindigt nooit. Ik denk dat een kind van twee - twee en half jaar zelfstandig en netjes aan tafel kan zitten en met de groten mee kan eten. Dat is gemakkelijk gezegd! En als hij dat niet kan, of niet wil? Dan vraag ik de lezer om de moed op te brengen om het hoofdstuk over gehoorzaamheid nog eens na te kijken. De methode is hetzelfde. Als het ons gelukt is met het "Mag wel - mag niet", kunnen we op dezelfde manier het probleem met de spaghetti oplossen. Vanzelfsprekend mogen we niet onmiddellijk resultaat verwachten. Geduld - doorzettingsvermogen! Maar, dit is wel moeite waard. In veel families liggen de criteria voor een goede opvoeding bij het gedrag aan tafel. Het is erg vervelend voor een jeugdig persoon om te merken dat zijn kennis op dit gebied in het papstadium is blijven steken!
- 22 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Inderdaad, ons hele leven lang blijven wij leren hoe wij ons moeten gedragen, om netjes met mes en vork te eten, om niet te smakken, om intelligent deel te nemen aan de conversatie, om een goede tafelschikking te maken voor onze gasten, om een menu samen te stellen... Als we iets hebben geleerd, moeten we altijd zorgen het niet weer te vergeten. Want wij kunnen ons zelf niet zien. De andere kunnen ons wel zien en ... horen. En wie kan tegen je zeggen dat er saus op je kin zit? Niemand kan dat doen, behalve de mensen die heel dicht bij je staan. Alleen zij kunnen zeggen dat je bij het eten van je bietensoep meer lawaai maakt dan een slobbberend varken. Het aanleren van goede tafelmanieren is de taak van de ouders. Hebben zij dat niet gedaan? Jammer, jammer, beste jongeman, jij zult je dan bij veel gelegenheden slecht op je gemak voelen. Enige oplossing: probeer, ondanks alles, een behoorlijk huwelijk te sluiten. En goede echtgenote zal zich opnieuw met je opvoeding gaan bezig houden..! Wel, ouders, geduld en aan het werk! - Ga recht zitten, niet je ellebogen op tafel, niet praten met je mond vol, niet zoveel op je bord scheppen, niet er doorheen praten als er iemand aan het woord is, etc. etc.. Papa, dat geldt ook voor u, onderbreek uw kind niet midden in zijn zin. * Wat niet wil zeggen dat de kinderen alle aandacht moeten hebben tijdens het eten; er zitten meer mensen aan tafel. * - Niemand gaat naar de keuken met lege handen! Lege borden en bestek mee nemen s'il vous plait! Normaliter moeten de kinderen zelf de omgevallen melk opruimen en de suiker op het tafelkleed opvegen. Als de "schuldige" daar nog te klein voor is, kan zijn broertje of zusje dat voor hem doen. In ieder geval mama niet! Zij heeft zonder dit haar portie al wel gehad. Als mama het eten heeft klaargemaakt en de tafel gedekt heeft, kunnen de kinderen wel de schalen op tafel zetten, de borden weghalen, de afwas doen en de keuken opruimen. In ieder geval, als mama aan tafel zit, moet men haar niet meer storen. Het is haar moment van rust; de maaltijd moet ook voor haar een plezierig moment zijn. Wat? Moeten onze lieve kleintjes zoveel doen? En allemaal tegelijk? Ja, dat is helemaal niet zo bijzonder, daar zijn ze allang aan gewend. Dat gaat automatisch, net zoals ze zich vanzelf gaan afdrogen als ze uit bad komen. En bovendien, wat doe je al niet voor een glimlach van mama? * Niemand gaat zonder kleren of in zwemkleding aan tafel. Maar als het nog 16 jaar duurt tot je eindexamen, kunnen we ons gemis aan kleren nog verdoezelen door een slabbetje!
- 23 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
* En wie heeft vergeten zijn handen te wassen? * Men stort zich niet als beesten op het voer. Een moment van bezinning? Een kruisteken? En we beginnen niet te eten voordat mama begonnen is, of tenminste heeft aangegeven niet op haar te wachten. * In principe serveert men het eten in deze volgorde: eerst oma en opa, dan mama en papa, pas daarna de jeugd. Soms is het handiger te beginnen bij de jongste, hij is nog een beginneling die meer tijd nodig heeft dan de anderen. Daarom krijgt hij wat voorsprong. * Houd de kinderen niet te lang vast aan tafel, dat kan erg vervelend voor hen zijn, vooral als het gesprek hen niet boeit. * Men staat niet op van tafel zonder te vragen: - mag ik a.u.b. opstaan, mama? Dus niet zomaar gaan zitten en opstaan, beginnen en ëindigen, zonder een enkel ritueel. Want de rust en de kalmte aan tafel zijn een must, vanuit alle gezichtspunten. * De kinderen moeten mama bedanken voor het eten, nieuwe dingen opmerken en zeggen dat ze het toetje lekker vinden! * Tijdens de maaltijd praten we niet over geld, over zaken of anatomische functies. Over 't algemeen moeten felle discussies vermeden worden. We kijken ook geen TV... En bij uitzondering? Natuurlijk wel! Wat is er heerlijker dan een "TV-bordje" op te scheppen en je te installeren voor een leuke uitzending die toevallig net onder het eten valt! Bij onze vrienden, de Flodders, is de sfeer aan tafel te vergelijken met een patatkraam op de kermis op een zomerse namiddag. De "toeristen" met ontbloot bovenlijf, komen en gaan en roepen en schreeuwen. Mevrouw Flodder, in haar rol van keukenprinses (aan haar tafelkleed kun je zien wat er de vorige dagen gegeten is) vliegt heen en weer in de keuken. De theedoek die ze in haar hand heeft, is doordrenkt van gemorste saus en zweet. En het korte moment dat de "klanten" even stil zijn, kijken ze naar de T.V. jawel... naar een motorcross! * Mogen de kinderen dan helemaal niets zeggen? Ja, natuurlijk wel. De tafel is een familie forum. Het is de thermometer van al onze vreugdevolle zaken en van al onze problemen. Het is de mogelijkheid voor het dagelijkse gesprek. Het is de school voor allerlei richtingen. Bijvoorbeeld, als men niet in zijn geboorteland leeft en men wil dat de kinderen hun moedertaal behouden, kun je afspreken om aan tafel alleen maar die oorspronkelijke taal te gebruiken. * Aan tafel spreken wij geen taal die voor onze eventuele gasten niet te verstaan is. Evenmin vertellen wij geheimen of "onder-onsjes". * Wij moeten onze gasten ook geen eten opdringen. - Zeg? Vinden jullie mijn taart niet heerlijk? - en paf, een nieuwe portie van de specialiteit van het huis belandt op het bord van de wanhopige gast. Gasten zijn net zo goed zeer wel in staat zelf de hoeveelheden voedsel te bepalen die ze nodig hebben!
- 24 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Papa, mogen wij een hondje ? Papa, mogen wij een hondje? Asjeblieft. Ja, een poesje, een hond, een muis een schildpad, een goudvis. Een kind droomt van een huisdier. Niet genoeg plaats voor een hond? Dan vindt u vast wel een plekje voor een kanarie! Want een dier in huis betekent voor ons kind: - iets wat er echt is - een prachtig speeltje - het leren van de eerste verplichtingen - soms zelfs een stukje veiligheid. Laten wij aannemen dat de keuze op een hond gevallen is. We kunnen de kamer verlaten of het huis uitgaan, onze kleine voelt zich veilig als hij ziet dat onze viervoeter hem meelevend aankijkt en hem kwispelend laat weten dat hij zijn vriend is. In principe kan een kind alles doen met een hond, zelfs aan zijn oren trekken of over hem heen kruipen. Wat een spelletjes! Met een hond kun je ook voetballen en verstoppertje spelen! Dan krijgt het kind ook zijn eerste verplichtingen, zijn eerste verantwoordelijkheden. Hij moet "zijn" hond altijd eten geven en uitlaten. Het is misschien overdreven, maar ik kan u zeggen vrienden dat wanneer de hond behoort tot het befaamde ras der bastaarden, hij gewoonlijk zeer intelligent is; hij kan bijvoorbeeld de postbode aankondigen of zelfs waarschuwen als er iets overstroomt. Hij kan ook ingrijpen als hij ziet dat er een kindje wegloopt. U gelooft mij niet? Het is ons overkomen. Ik herinner me dat we een keer opgeschrikt werden door geblaf van Tokto (zo heette onze hond). We wisten meteen dat er iets niet klopte. We renden naar buiten en zagen dat onze jongste Ma de tuin uit was en rustig over de weg kroop. Ai, en al dat verkeer! Maar onze hond bleef pal naast de jonge onderzoeker en blafte om hulp! Een verdieping boven onze vrienden, de Flodders, woont nog zo'n familie met een hond. Pa en Moe en Rex. Op de deur vol met krassen een naamplaatje: de familie Grom. Door de deur heen kun je het schreeuwen en blaffen horen. De hond luistert alleen als je roept: - lazer op! Anders luistert hij nergens naar. Het is er een grote rotzooi (eerder gezien?) en er hangt een lucht om een stinkende bunzing op de vlucht te jagen. Overal haren, op de bank, op de stoelen, één grote poel van dierenliefde... Er komt visite. Vrienden - dezelfde als in hoofdstuk 4... Ze hebben zelfs hun gastvrouw niet kunnen begroeten, zo druk hadden ze het met zich te verdedigen tegen de hartelijk bedoelde sprongen van de waakhond. Op de smetteloos witte pantalon van de tennisser verschijnt een compositie, getiteld "Het spoor van de wolf". Van de panties van mevrouw is alleen nog maar een souvenir over. - Geen probleem, geeft niets! - zeggen de gasten, met een zuur lachje, maar ze denken er heel anders over. - Ja, mijn Rex is ook zo spontaan! Zegt meneer Grom graag en trots. Grommmmm!
- 25 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
We hadden het over kinderen? Goed. Ik denk... * dat een hond niet op de stoelen mag, de bank, en de bedden enz. * dat een hond niet in bepaalde kamers mag (de slaapkamer bijvoorbeeld) uit oogpunt van hygiëne. * dat, als een hond van buiten komt en het regent, zijn poten afgeveegd moeten worden met een doekje. We maken dan meteen de vloer schoon en scoren zo een puntje bij de vrouw des huizes. (Een illusie, maar toch nuttig...) * dat een hond in principe gewoon deel neemt aan het gezinsleven. Zijn wij in de keuken, dan hij ook. Gaan wij wandelen, dan hij ook. Gaan wij op visite bij iemand die... Ho, misschien is het toch beter dat hij in de auto blijft. * dat we moeten praten met een hond. We zeggen hem goedendag of pardon als we per ongeluk op zijn staart hebben getrapt. * dat we van een hond kunnen verlangen dat hij zindelijk is. Natuurlijk moet hij regelmatig gelegenheid krijgen om de staat van besproeiing van de boomstammen in de buurt te controleren. Regelmatig? Moet je horen, mijn beste dierenvriend, wat ons is overkomen. We waren weg en kwamen pas 10 uur later terug en onze held had niets gedaan! * dat we van een hond kunnen eisen dat hij de meubels niet mishandelt en ook de pantoffels van uw schoonmoeder niet. We moeten hem wel van die rubberen speeltjes geven, die er speciaal voor zijn gemaakt. Wat? Luistert de hond niet? Klimt hij op stoelen? Komt hij niet als u hem roept? Tja, dan kan ik u alleen maar adviseren om hoofdstuk 8 (over "mag wel - mag niet") nog eens door te lezen. Ik neem aan, dat iedereen weet dat de beste manier om een hond te leren gehoorzamen, is om hem telkens te roepen vóórdat hij zijn bak met eten krijgt. Een vraag: wat moeten we doen als ons hondje tegen ons opspringt? * ontwijken, krachtig NEE zeggen en tegelijkertijd een zachte schop tegen zijn poten geven, zodat hij zijn evenwicht verliest. We herhalen deze actie steeds een beetje harder afhankelijk van de recidive neigingen van onze delinquent. (Eindelijk iets dat wetenschappelijk klinkt!). En laten we vooral niet vergeten dat Rome niet in één dag is gebouwd. Eerder gezien? Roem voor degene die kan zeggen hoe je vorderingen maakt met een kat! Goed, dat was dat, terug naar de kinderen. Maar waren wij daar eigenlijk wel zover vanaf?
- 26 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Mama, krijgen wij alsjeblieft een broertje ? Mama, krijgen wij asjeblieft een broertje? Een huisdier is onmisbaar, maar een tweede kindje nog meer. En ik vertel niets nieuws als ik zeg dat het grootste percentage gelukkige kinderen zeker uit grote gezinnen komt. Jonge ouders kan ik vast zeggen dat de volgende kleintjes minder werk geven dan de eerste. Het wiegje is hetzelfde, het hoeft alleen maar een nieuwe stofje en de spuugdoekjes en de overige spullen zijn er ook al. Hetzelfde geldt voor de ervaring: die is er al en begint nu vruchten af te werpen. 's Avonds thuisblijven voor een kind of voor twee of voor drie, maakt niet veel verschil. Om te onthouden: in bepaalde omstandigheden zal de oudste u gaan vervangen bij zijn kleine broertje. Hij kan met hem spelen, hem helpen, gezelschap houden, op hem letten... Maar laten we teruggaan naar het moment waarop we baby nr.2 introduceren in de familie. Opgelet! Dat is een zeer belangrijk moment, een Moment met een hoofdletter in het leven van ons gezin. Als de kleine nr.2 zijn triomfantelijke entree maakt in huis, is niet hij de echte koning-van-de-dag, maar zijn OUDERE zusje of broer!! Onze oudste is gegroeid en begrijpt best dat de komst van het kleine broertje voor hem een soort staatsgreep betekent, waardoor hij naar het tweede plan afzakt. Help! Ik ben niet meer de enige, ik ben niet meer de liefste! Jaloezie. En des te meer als papa en mama over de wieg van de nieuweling hangen en roepen: jij bent de mooiste, jij bent geweldig, wij houden het allermeest van jou. En tegen de oudste zeggen: - en jij, ga eens opzij, zie je niet dat je in de weg loopt!.. We kunnen wel nagaan dat we zo niet goed bezig zijn en dat de pedagogische gevolgen om te huilen zullen zijn. Maar hoe moet het anders? * Hoe dikker mama's buik wordt, hoe meer aandacht het oudere moet krijgen. De aankondiging van de gezinsuitbreiding moet voor hem hetzelfde zijn als de uitbreiding van zijn team; hij is de bevoorrechte, het is bijna voor hem, haast een cadeau! * En over cadeaus gesproken.. Voor wie nemen we die mee bij een geboorte? Voor die kleine spruit, helemaal rood, die nog niet eens zijn ogen open doet? O.K. - ik wist wel dat u het goed zou raden. De cadeautjes zijn op de allereerste plaats voor de oudere kinderen en speciaal voor de voor-laatste, die onttroond zal worden. Hij verdient ook de meeste felicitaties. En mama, even onder ons, denkt u er wel om papa op zijn troon te laten en hem niet te verwaarlozen?
- 27 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
En als wij praten ? Het is niet zo, dat kinderen minder aandacht vragen naarmate ze ouder worden. Ze vragen evenveel aandacht als voorheen, maar het gaat nu om een volwassener soort aandacht, meer ontwikkeld. Minder opgelegd, meer dialoog. * We moeten proberen ons op hetzelfde nivo te plaatsen als ons kind, een beetje als een vriend. Stel u voor: u bent speler in een team en u wilt een bloc vormen tegen de rest van de wereld. Een van de spelers is wat sterker en wil zijn teamgenoot een handje helpen: dus geen relatie leraar-leerling of korporaal-soldaat. Geen bevelen en geen dwang. Veel meer het geven van aanwijzingen over hoe je zoiets aanpakt. Niet: dat moet zo omdat ik dat zeg, maar dat moet zo, omdat wij samen dat zo willen. En je zult (later) zien dat dat beter is. * In het vuur van het spel is de bal al voor de derde keer in de tuin van de buren terecht gekomen. Ze zijn kwaad, dat kan zo niet doorgaan... - Kom mannetje, de buren hebben gelijk, alle bloemen gaan kapot. Wat denk je, wat we moeten doen? Gaan zeggen dat het je spijt? Ja, dat is een goed idee. Niet meer aan die kant van het huis voetballen? Ook een goed idee. Zijn we het eens? Mooi! * Als u tegen een kind praat, doe dat dan niet op een andere toon. Praat niet harder, zoals een toneelspeler voor een publiek. Stel u voor, u bent in uw eigen gezelschap aan het praten en vertellen en dan, richt u plotseling het woord tot de kleine op een commandeer toon. En wat heeft u dan in feite gezegd? Ongeveer dit: - met jou praten wij anders, jij hoort niet bij ons clubje! * Overdrijven naar de andere kant is evenmin goed. Stel u voor, u bent op een serieuze toon met iemand aan het praten en dan richt u plotseling het woord tot uw kind op een heel zoetsappig toontje, met allerlei verkleinwoordjes! Denkt u misschien dat onze jonge intellectueel dat leuk zal vinden? Foutje. Hij zal, sneller dan u denkt, in de gaten hebben dat hij, net als in de eerder genoemde situatie, buiten de wereld van zijn ouders gesloten is. Hij zal dus zijn eigen wereld en zijn eigen gezelschap elders gaan zoeken. * De reep chocolade is op een mysterieuze wijze verdwenen. - Die heb ik niet gepakt! - beweert Jantje, terwijl hij onder de chocolade zit. - Je liegt! Kijk maar in de spiegel! - grijnst pa Flodder. Dubbel fout. Het woord "liegen" komt niet voor in het woordenboek van onze familie, het is vernederend. En door het uitlachen van onze schuldige klinkt ook nog de boodschap door: je bent nog niet slim genoeg om te liegen. Ik neem aan dat dit niet de bedoeling is. Dus beter: Kom Jantje, ik weet dat dit niet gemakkelijk is. Ik ben ook kind geweest. Ga even vijf minuten nadenken, en dan vertel mij dan hoe het echt gegaan is. Wees maar niet bang, je kunt mij toch altijd de waarheid zeggen, niet waar?
- 28 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
* - Papa, kijk, ik heb een meikever. Hij heet Hansje. Ik zal hem wat water geven... - Donder op met je smerige beesten, of ik trap hem dood!... Inderdaad, een betreurenswaardig gebrek aan tact. Waren we vergeten dat in de wereld van ons kind Hansje veel belangrijker is dan alle koningen en prinsen van de wereld? Dus wat zeggen we? - Aha, ik zie dat je hem lief vindt. Kijk uit dat je hem geen pijn doet. Misschien is het beter om hem buiten op een blaadje te zetten? * Het is erg belangrijk dat een kind thuis altijd alles vertellen kan; zodat hij niet ergens anders naar toe hoeft met zijn verhalen, of zich helemaal in zichzelf terugtrekt. Ouders moeten elke dag tijd nemen om te luisteren. Elke dag, maar niet op elk moment van de dag! Want: * Elk kind heeft aandacht nodig. Zonder voldoende aandacht worden kinderen ongelukkig en daardoor vaak erg "lastig" voor hun ouders en hun omgeving. Begrijpelijk, ze zoeken (en vinden meestal ook) een manier om die aandacht toch te krijgen: stout zijn? Papa/mama niet met rust laten? Huilen? Ja! Dat werkt! Maar dat is ook verkeerd. Het kind blijft toch onrustig en ongelukkig, waardoor de ouders geen moment de rust krijgen om een krant te lezen of om te werken. Nee. De manier om je eigen tijd te sparen en tevens je kind tevreden te houden is: geef je kind veel aandacht, maar... de keuze van het moment van aandacht moet bij jou liggen en niet bij het kind. De keuze van het moment van aandacht moet bij jou liggen en niet bij het kind. (Dit is geen drukfout: op een management cursus heb ik geleerd dat je belangrijke boodschappen altijd een paar keer moet herhalen. Vandaar...) DE KEUZE VAN HET MOMENT VAN AANDACHT LIGT ALTIJD BIJ OUDERS, NIET BIJ HET KIND! Dit is naar mijn mening een van de belangrijkste pedagogische regel, die de verhouding tussen ouders en kind en dus de sfeer in huis bepaald. * U hoeft uw gesprek of uw bezigheden niet te onderbreken omdat uw kind op dat moment iets wil. - Wacht even Jantje, is dat echt belangrijk? Want je ziet dat ik nu bezig ben. Maar over 10 minuten kan ik komen. Kijk maar op de klok: als de grote wijzer hier staat, kom ik bij je. Oké? (Een klein jongetje weet nog niks van tien minuten). Let op: u kunt wel even uitstellen, maar nooit afstellen. Laat maar aan je kind merken, dat een uitgestelde afspraak altijd met een "bonus" wordt ingehaald! Wat een genot, als je familie functioneert op basis van een wederzijds respect. Respect voor elkanders bezigheden, elkanders rust, vertrouwen in gemaakte afspraken. Weet u, dat een kind, dat zeker is van zijn dosis aandacht, die kan vertrouwen op een gemaakte afspraak - rustig is, gelukkig is? Dat hij in staat is om zelfstandig bezig te zijn, om in zijn eentje te spelen? Wat een genot wanneer blijkt dat de VERBONDENHEID BINNEN IN DE FAMILIE VOORRANG HEEFT boven de verbondenheid met de buitenwereld. Wat een gevoel van zekerheid wanneer uw wereld en die van uw kind in elkaar gaan overlopen en daaruit waarden en standpunten gaan ontstaan, die elkaar versterken en verbeteren...
- 29 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Brief van Yakou aan een vriend (de brief is authentiek, de namen zijn veranderd)
Beste Henk, Wat een prachtig kind hebben jullie! Hoe oud is hij? Vijf jaar? Ik heb begrepen dat er wat problemen met hem zijn op school: agressie, vragen om aandacht etc. Klopt dat? Een bezoekje, zoals ik gisteren bij jullie bracht, kan veel duidelijk maken, maar verwacht van mij geen "professioneel" pedagogisch advies. Het enige wat ik met mijn ervaring kan bijdragen zijn standaard vragen die in jullie situatie gesteld kunnen worden. Met "situatie" bedoel ik: een enig kind in een liefdevolle gezins omgeving. Die vragen zijn: 1. Kun je je kind aan? Wie beslist op welk moment je aandacht aan hem zult besteden? Is dat de vader, de moeder of het kind zelf? Dit moeten altijd de ouders zijn! Kan je vrouw rustig met bv. de computer werken, waar het kind bij is? Kun je tegen Edu zeggen: - ik ga nu hout hakken, je moet nu even zelf spelen. Zonder een te groot protest van de kleine? (Klein protest is uiteraard normaal). 2. Kan Edu alleen spelen, of moet hij constant begeleid worden? Ben je niet "verplicht" deel te nemen aan al zijn bezigheden? 3. Krijgt hij al het speelgoed dat hij vraagt? Is hij dankbaar voor cadeautjes? Heeft hij niet te veel speelgoed? Kan hij met kostbaar speelgoed omgaan: voorzichtig zijn, niet buiten laten liggen, heeft hij verantwoordelijksgevoel? 4. Is hij zich ervan bewust dat hij deel uitmaakt van een gezin, een gemeenschap, met rechten en met plichten? Of denkt hij dat hij een "prinsje" is of een soort schat? 5. Hoe spreek je tegen je kind? Op een gewone, natuurlijke, alledaagse toon, of op een speciale manier: extra aardig, of harder of zachter dan gewoon? 6. Krijgt hij gelegenheid om met kleinere kinderen te spelen? Wordt hem geleerd hoe hij moet omgaan met jongere kinderen? Weet hij - daadwerkelijk en niet alleen met woorden - dat hij speelgoed behoort te delen, samen te spelen, dat hij zelfs een zekere verantwoordelijkheid voor hen draagt? Met zulke vragen probeer ik alleen maar duidelijk te maken dat een liefdevolle opvoeding van een enig kind niet zonder risico is. Stel je voor dat Edu thuis inderdaad het monopolie heeft van "het prinsje" zijn, en ik-mag-en-krijg-alles. Eenmaal op school zal hij duidelijk merken dat zijn positie veel minder comfortabel is. Protest! "Ik wil aandacht! Waarom kom je niet, meester, als ik roep? - papa zou zeker naar mij toe komen! Waarom krijgen andere kinderen aandacht?" Concurrentie... met als gevolg agressie... Misschien kun je met dit soort vragen een beetje verder komen?
- 30 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Het uitgangspunt - Godsdienst? Ouderwets, niet meer van deze tijd. Wie gaat er nog naar de kerk? Wie gaat er nog biechten? Wij hebben computers, wij wandelen tegenwoordig met onze raketten in de "goddelijke tuin van de hemel". Wij hoeven geen God, geen middeleeuwse gewoontes, die alleen maar door de zwakheid en naïviteit van de mens tot leven zijn gekomen... Dit boek is, zoals ik al in het begin heb aangekondigd, gebaseerd op mijn eigen ervaring, op de historie van mijn eigen gezin. Uitgangspunten? Gezond verstand - hoop ik, traditie - absoluut, liefde - het voornaamste en religie - last but not least. In deze context vraag ik mij af, hoe wij de overal-aanwezige "moderne", antireligieuze opvattingen kunnen overleven, die de commerciële media uitstralen, op school, op straat. Hoe reageren wij op twijfels van onze pubers? Van onze buren, ouders van Jan, Piet en Klaas? Moeilijk. Toch proberen? * - Sofietje is pas drie jaar. Ze is nog te klein om naar de kerk te gaan. Ze zal zich daar zeker vervelen. In ieder geval snapt ze er nog niets van... Ja, maar is het echt nodig dat ze het begrijpt? En misschien zal ze het later beter gaan begrijpen als ze van jongs af aan gewend is aan de geur van wierook? En wij ouderen, weten wij wel zeker dat we alles begrijpen en/of begrepen hebben? Bedenk ook, moeders, dat het voor een kind nog veel moeilijker is wanneer hij zomaar ineens op zijn zevende mee moet naar de kerk, terwijl hij dat nooit gedaan heeft. Het is net als bij het leren van talen: een jong kind is nog niet groot genoeg om hier zelf over te beslissen. Wij mogen en moeten die beslissing nemen in zijn plaats. * - Ik heb geen zin om naar de kerk te gaan vandaag - verkondigt onze zoon op een mooie zondag. Zin?? Daar praten wij helemaal niet over! Vriend, jij behoort tot dit huishouden en dat betekent dat jij 's morgens je tanden poetst, dat jij je soep eet met een lepel en dat je op zondag naar de kerk gaat, net als iedereen! * - Hij is nog te klein. Hij weet nog niet wat zonde is. Hij gaat wel biechten als hij groter is. We moeten het niet te ingewikkeld maken... Jawel, nog een misverstand. Zonde, geen zonde - al sinds de wieg kent ons kind de litanie van mag wel - mag niet. Met de loop der jaren en de alsmaar overvloediger verzameling verboden, wordt het begrip "zonde" vanzelf concreter. En bovendien, is de biecht niet een prachtmiddel om onze geestelijke balans in evenwicht te houden? Heeft een verstandige biechtvader niet de rol van een immer toegankelijke vriend, tevens psycholoog? Ik heb ergens gelezen dat, als er in een parochie in Frankrijk geen priester meer is, er na een tijdje twee politieagenten voor in de plaats moeten komen. Ik weet niet of het waar is, maar het zou zomaar kunnen. Maar laten we terugkomen op onze kinderen. Ik geloof dat de communie moeilijker te begrijpen is dan de biecht en ik denk dat wanneer je je kinderen ter communie laat gaan zonder dat ze eerst gebiecht hebben - iets wat in West Europa veel voorkomt - er iets fout is.
- 31 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
En verder… * Wij leren onze kinderen - en anders zullen ze het zelf wel ontdekken - dat de aanhangers van de grote principes, deze niet per se ook zelf toepassen. Aan de ene kant is er het principe, aan de andere kant de praktijk. In het dagelijks leven gaat dat vaak zo. Wat niet wil zeggen dat het principe slecht is en verworpen moet worden. Nee. Wij, wij mensen, zijn zwak. En zo is het ook kinderachtig om te zeggen: nee, ik wil niets met de kerk te maken hebben, want zij heeft de inquisitie ingesteld, want onze pastoor is een... enzovoort. * We moeten onze kinderen aansporen vragen te stellen: domme vragen bestaan niet! En het is niet nodig altijd een antwoord te hebben. We kunnen ook zeggen dat we het niet weten: - Weet je dat door de eeuwen heen de grote denkers zichzelf die vraag ook al hebben gesteld? En wat betreft de eenvoudige vragen - in die gevallen verdient het de voorkeur het kind zelf naar de oplossing te laten zoeken. Wij moeten hem uitleggen dat DE BASIS van het geloof de twijfel is. Anders gezegd: wat zou ons geloof waard zijn... zonder twijfels? * Je gelooft, als je leeft volgens de regels van je geloof - en niet omgekeerd. Minder waar is: "We leven volgens de regels van het geloof, omdat wij geloven". Met andere woorden: als je niet volgens de regels van geloof leeft, loop je een flink risico je geloof te verliezen. Want het is onze manier van leven die het al-dan-niet- bestaan van ons geloof bepaalt, en ook van onze mogelijkheid om lief te hebben. Wij houden van iemand omdat wij goed voor hem zijn. Wij houden niet van degene, die wij onrecht aandoen of (bijv. in het verleden) onrecht aangedaan hebben. Interessant, de menselijke natuur, niet? * De Tien Geboden: - bestaat er ergens een wetgeving in een beschaafde staat, die zegt: gij zult doden, gij zult stelen, gij zult de vrouw van een ander begeren? Nee, die bestaat niet. Anders gezegd: zijn de waarden in de Tien Geboden niet de primaire waarden van de mensheid? Zijn de oorlogen niet puur het resultaat van het niet respecteren van deze waarden? * De Waarheid - het onderscheid tussen Goed en Kwaad - is een absolute opvatting. Hij verandert niet met de tijd, met de mode, hij kan niet afhankelijk zijn van een actuele regering en kan niet bepaald worden door de stemmen van een actuele meerderheid ("majority tyranny"). Elke afwijking van dit principe is, in de geschiedenis van mensheid, duur en pijnlijk betaald. Bewijzen nodig? * Als je naar de bron wilt, moet je stroomopwaarts zwemmen, doe je niet mee met de meerderheid. Dat is niet prettig, want de meerderheid drijft gemakkelijk met de stroom mee. Als je je geloofsovertuiging trouw wilt blijven, zul je, jammer genoeg, er voor moeten boeten. Op school zullen de andere kinderen je vaak uitlachen. Later word je waarschijnlijk het mikpunt van hevige kritiek. Hoe minder je gesprekspartner van het onderwerp afweet (dit geldt op elk gebied, niet alleen op godsdienstig gebied), des te langer en harder zal hij op je in praten, lees: je aanvallen. Zo gaat dat nu eenmaal. * Een conflict tussen geloof en wetenschap: gaat het inderdaad over het geloof of over een bijgeloof? Is het conflict niet een produkt van onze naïviteit of gebrek aan juiste informatie? Waarom kunnen grote wetenschappers gelovig zijn? Zou Piet Jansen slimmer zijn dan Albert Einstein? * Het beoordelen van DADEN is iets anders dan het beoordelen van DADERS. (Piet snapt dit echt niet). Het zijn altijd mensen, die andere mensen willen beoordelen, stenigen, kruisigen. Niet
- 32 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
het geloof. Het enige christelijke wapen tegen de zonde is... de vergeving! Laten wij onze kinderen leren verdraagzaam te zijn t.o.v. andere mensen, andere rassen en andere gewoontes. Het zou onjuist zijn om onze jonge leerling te vertellen dat wij alleen het uitverkoren volk zijn; dat alleen de christenen "gered" kunnen worden en dat alle anderen veroordeeld zijn tot een soort mensen die je niet hoeft te benijden. Overdrijven naar de andere kant en zeggen dat godsdienst en overtuiging er niets toe doen, zou even onjuist zijn. Trouwens, weet uw kind al, dat het voornaamste van de tien geboden - het elfde is? Echt waar: Gij zult uw God en uw naaste beminnen. * En hoe kunnen wij ons kind zo opvoeden, dat hij een fervent tegenstander wordt van onze uitgangspunten? Simpel: leg zoveel mogelijk dwang op, overdrijf zoveel mogelijk en geef zoveel mogelijk het verkeerde voorbeeld. Beste ouders, ik ben er haast zeker van, dat zelfs wanneer u met geen enkele godsdienst iets op heeft, u in dit hoofdstuk waardevolle ideeën zult aantreffen. Als de woorden "zondag", "kerk", en "wierook" voor u geen speciale betekenis hebben, is mijn verhaal even goed met de woorden maandag, gemeentehuis, en sigarettenrook. Het gaat namelijk om de regels van de ethische vorming van uw kind. En die zijn overal op deze planeet dezelfde.
- 33 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Eert uw vader en uw moeder Kinderen zullen hun ouders respecteren, ALS HEN DAT GELEERD WORDT. Ik ga zelfs nog verder: u berokkent uw kinderen schade als u hen geen liefde en respect bijbrengt voor hun vader en moeder. Schade? Jazeker, als zij hun ouders niet respecteren, zullen ze minder gelukkig zijn en als ze volwassen zijn, zullen ze hetzelfde gebrek aan achting ondervinden van hun eigen kinderen. Een waarheid zo oud als de wereld. Ma Flodder schreeuwt naar haar zoon: - Denis, waar is Bianca? - Weet ik veel! - antwoordt Denis en draait zich om en gaat de kamer uit. Ho! - Dat weet ik niet mam, - had hij moeten zeggen terwijl hij haar aankeek - ik heb haar bij het ontbijt voor 't laatst gezien. Zal ik haar gaan zoeken? * Ik weet dat het niet altijd gemakkelijk is, maar wij moeten geen genoegen nemen met antwoorden van het soort "weet-ik-veel" en ook niet met geen antwoord willen geven of met brutale antwoorden. * Ouders mogen best getutoyeerd worden. Dat hangt af van het land en de gewoontes. In principe maakt "jij" en "jou" het contact gemakkelijker. Maar... met respect! * Hef nooit je hand op tegen je ouders, zelfs niet voor de grap. * Kinderen mogen hun ouders ter discussie stellen, maar nooit op een negatieve manier. Ook niet om ze belachelijk te maken. Laten we wel de kritiek serieus nemen; het kan ook zijn dat onze kinderen ons juist helpen door hun opmerkingen. * Een vader staat zijn kinderen niet toe zich te beklagen over hun moeder en een moeder vindt het niet goed dat de kinderen tegen hun vader ingaan. Kortom, ouders moeten EEN EENHEID VORMEN ten opzichte van hun kinderen. Bijvoorbeeld: geen coalitie van moeder en dochter tegen de vader. Die kan daar nooit tegenop! Het kan echter zijn dat het kind een serieus probleem heeft met een van de ouders. Het moet mogelijk zijn voor het kind dit in alle rust met de andere ouder te bespreken. Toon begrip en loyaliteit en zeg dat je het met de nader zult bepraten. Zo kunnen we van en met elkaar leren. * Het kan zijn dat echtgenoten elkaar verwijten maken of ribbelen waar de kinderen bijzijn. Tracht dit tot het absolute minimum te beperken. Een kind mag af en toe best zien dat ouders geschollen zijn, maar het mag nooit hevig worden. Laat de kinderen GEEN PARTIJ KIEZEN. Sluit het liever af met een grapje en excuseer je tegenover de kinderen.
- 34 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
* Geef uw kinderen geen toestemming als uw echtgenoot (genote) datgene verboden heeft, zelfs als u het er niet mee eens bent. En als u dat toch wilt doen, leg het dan uit aan uw man (vrouw) en vraag hem excuus waar de kinderen bij zijn. * Papa, let een beetje op je woorden... - Ik kan al tien meter ver springen - snoeft onze kampioen. - Gelul, idioot, je liegt! Ho, ho, ho. Het is beter om te zeggen: - Nee, ik denk dat je een beetje overdrijft. Ik weet dat je een echte sportman bent, maar je komt nu nog niet verder dan zo'n 3 meter. Kom, ik zal je laten zien hoe je dat kunt meten. * Zeg niet tegen kinderen dat wij, ouders, het altijd het beste weten, dat wij onfeilbaar zijn. Ouders zijn ook mensen, geen super mensen. Bied uw kinderen uw excuus aan als u het mis had of onrechtvaardig geweest bent. Fouten maken en ze weer goed maken, vallen en opstaan - het leven zelf! Het is veiliger om hen dit verschijnsel tijdig uit te leggen, dan het risico te lopen dat die waarheid door henzelf ontdekt wordt, met alle teleurstellingen van dien. Helemaal in het begin heb ik gezegd dat het vaak nodig is om uitzonderingen te maken op onze normen en waarden, maar ik ben bang dat, als ik al deze bladzijden doorblader, waarop alleen maar principes staan, dat dat zijn actualiteit verloren heeft. - Regels zijn regels! - roept de busconducteur, en hij stopt niet voor het huis van de gehandicapte passagier die alleen in de bus zit, maar rijdt onverstoorbaar door tot de volgende halte. Regels? Akkoord, maar soms is een uitzondering best mogelijk, vooral als die regels in strijd zijn met het gezond verstand. Kinderen zullen zich altijd de uitzonderingen herinneren die u maakte op basis van gezond verstand en in het bijzonder uit onvoorwaardelijke liefde. * Leraren - ja, dat past in dit hoofdstuk - zijn de vertegenwoordigers van ouders. Ze hebben hun steun op school en hun loyaliteit beslist nodig. Dus, behalve extreme uitzonderingen, TREK NOOIT EEN PARTIJ VOOR UW KIND TEGEN EEN LERAAR. Denk eens na: hij moet dagelijks op de barricaden en - niet tegen twee maar tegen honderd kinderen. Heb je kritiek? Regel dit onder vier ogen... * Mama, klaag niet over uw kinderen tegen derden. U wint er niets mee, integendeel, het verzwakt uw positie. Laat die pedagogische ijver maar even achterwege als u bezoek heeft. Denk niet dat een "nieuwe les", en publique, aan tafel, het beeld dat men van u heeft, zal verbeteren. Integendeel, het verveelt de anderen en vernedert uw kind. * Papa, beloof niet voortdurend van alles. Maar ALS U IETS BELOOFT, HOUD DAN UW WOORD! - Papa, papa, kom eens, ik moet je iets laten zien... - Luister jongen, ik kan nu niet gestoord worden, is het goed dat ik over een half uurtje kom? Dat is een belofte. Een kind rekent daar op, hij wacht op u. Hij rekent er ook op dat u zijn tekening prachtig vindt en zijn zandkasteel geweldig! Bent u vergeten te komen? Dat kan, maar dan moet u zich excuseren - Het spijt me ontzettend jochie, ik ben niet gekomen terwijl ik het beloofd had. Vertel me dan nu maar wat er was, ik heb nu wel tijd en ik kan ook een poosje langer blijven. Respect, net als geluk, kun je niet kopen, daar moet je aan werken, dat moet je verdienen. Zelfs als de prijs...
- 35 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Evenzo, eert uw grootvader en uw grootmoeder ... hoog is. Nee, dat is geen drukfout. Bent u verbaasd dat het ene hoofdstuk zomaar, zonder waarschuwing overloopt in het andere? En ons leven? Hoe loopt dat over van de ene generatie in de andere? Zonder waarschuwing.... Onze eigen ouders, de grootouders van onze kinderen, zijn onlosmakelijk met ons gezinsleven verbonden. Wij hebben hen nodig en zij ons. En wat een schat aan wijsheid en ervaring binnen handbereik, als wij daar tenminste oog voor hebben. Wat kan een familie sterk zijn, als zij haar ervaringen heeft weten te cultiveren. Onze lessen zijn grotendeels gebaseerd op onze eigen fouten. We weten het en betalen met rente voor onze domheid, onze onervarenheid, onze lichtzinnigheid. En de rol van onze ouders is, ons deze kosten te besparen. Met adviezen die wij natuurlijk naar eigen goeddunken interpreteren en vaker nog, in de wind slaan - en vooral met voorbeelden. Voorbeelden zijn gemakkelijk te begrijpen. Laten wij lering trekken uit de ervaring - goed of slecht - van onze ouders. - Ik mocht vroeger nooit iets van mijn vader, hij heeft mij alleen keihard laten werken - vertelt pa Flodder. - Ik wil niet dat dat met mijn kind gebeurt. Laat hem er maar van genieten, die jongen van mij. Hij hoeft niet te werken en ik zal hem nooit iets verbieden... (Jammer, weer een die verkeerd terecht komt). * Alweer enige tijd geleden hebben we ontdekt dat grootvader en grootmoeder gewone mensen zijn. En zoals wij zullen toelaten dat onze kinderen, naarmate ze groter worden, ons zullen opvoeden, zo zullen wij proberen de grootouders te beïnvloeden, opdat hun verdere leven zo prettig mogelijk verloopt, voor henzelf en voor hun omgeving. - Oma, u verwent de kinderen, u geeft ze veel te veel snoepjes. - Opa, geen sigaren aan tafel alstublieft.. Met wat tact en vriendelijkheid krijg je soms de mooiste resultaten. * Onze kinderen zien dat en zullen daar een voorbeeld aan nemen. Voor het volwassen worden is ook nodig dat kinderen betrokken zijn bij b_v. de zorg voor een zieke tante, of bij een begrafenis. Bij droevige familieomstandigheden sturen we ons kind niet uit logeren.. * En wat heerlijk voor een ouder iemand om te voelen dat zij, ondanks de beperkingen die bij haar leeftijd horen, nog steeds geliefd is en nodig, dat haar werk nog steeds op prijs gesteld wordt en dat zij niet opzij geschoven is. - Grootmoeder, wilt u voor ons alstublieft kaaspannekoeken bakken? Niemand kan dat zo goed als u! - Opa, we moeten nog een antwoord opstellen voor de burgemeester. NIEMAND KAN DAT ZO GOED ALS U! En zullen we dan gaan wandelen met de kinderen?
- 36 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
De paden op de lanen in Het is zondagmiddag, de bomen zijn gehuld in schitterende herfsttooi en het is nog steeds zo'n mooi weer dat je de duiven hoort koeren... De familie Flodder gaat een eindje wandelen. Het zou zo mooi kunnen zijn, maar... - Denis, ga van dat gras af, je broek is al helemaal vies en wie moet dat weer wassen? Pappie, zeg jij er ook eens wat van.. - Bianca! Niet hardlopen, dan val je. Ze worden mijn dood nog eens, die kinderen. Bianca is erg ondeugend voor haar leeftijd; ze loopt hard, valt, blijft op de grond liggen huilen en laat zich dan verder dragen. Met haar drie jaar weet ze al precies hoe ze aandacht kan krijgen... * Kinderen moeten mogen vallen, op het gras zitten of op een natte bank klimmen. We moeten er voor zorgen dat ze goede laarzen hebben en een stevige broek of overall, zodat ze er in alle opzichten zonder kleerscheuren vanaf komen. * Laat ze maar gerust hard lopen. En u zult zien, moeders, dat Bianca al heel gauw niet meer valt, als ze merkt dat het de moeite niet loont. En ze zal ook snel minder builen en schrammen hebben als ze ziet dat er niet op gereageerd wordt. * - Ik wil een ijsje! Ik wil naar huis...! Een ijsje? Prima, maar niet onmiddellijk. Wel aan het eind van een fijne wandeling, waarbij papa en mama ook een beetje met elkaar hebben kunnen praten en niet alleen maar voor politieagent hebben hoeven te spelen. Voor wat hoort wat. Hier komen we op een ander onderwerp. We kunnen het vast even aanstippen. - Oh, wat leuk, dank u wel, nu heb ik al 3 dierenlotto's! - roept het jongetje diplomatiek en hij laat iedereen zijn kerstcadeau zien, de derde uit de serie.. Wij hebben onze "drie Ma's" geleerd dat ze voor ieder cadeautje moeten bedanken, een klein briefje sturen, dat ze moeten zeggen dat ze het leuk vinden, ook als ze daar in hun hart anders over denken. Dit kleine beetje beleefdheid vergemakkelijkt het leven. Als je kunt laten zien dat je blij bent en weet hoe je moet bedanken, krijg je vaak meer cadeautjes dan degene die dat niet kan. Beleefdheid moet een plezier zijn voor anderen, zoals iemand aankijken als je goedendag zegt enzovoorts enzovoorts. Maar laten we het hier even bij laten. De beleefdheid van kinderen is een ander verhaal. Safety first: eerst de veiligheid.
- 37 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Schuitje varen Schuitje varen - of te wel : veiligheid voorop.
Maar hoe moeten wij onze jonge onderzoeker beschermen tegen de gevaren die overal op de loer liggen voor onervaren waaghalzen? Dat kan nooit voor 100%, maar we kunnen het wel proberen. Moeten we alle brandnetels verdelgen, zodat hij zich niet prikt? Ik denk het niet; we moeten juist het tegenovergestelde doen, we moeten hem meenemen naar de brandnetels, hem laten zien wat er prikt en hoe hij erdoorheen kan lopen zonder zich te prikken. Eigenlijk zeg ik dus dat onze held zich een keer een klein beetje moet branden, waar wij bij zijn. Bij de pan op het fornuis, de warme kraan in de badkamer, zal hij voortaan weten dat het gevaarlijk is, dat hij zich pijn kan doen. Natuurlijk moet je geen experimenten uithalen met "zich branden" aan een tijger in de dierentuin of met een brave pitbull op straat! Onze kleuter is op een vensterbank geklommen. Hij staat er boven op en houdt zich nergens aan vast. Hij realiseert zich niet dat als hij zijn evenwicht verliest... drie meter lager ligt beton... Moeders, als u met vaste hand uw kind oppakt en op de grond zet, kunt u er zeker van zijn dat er over een uurtje precies hetzelfde gebeurt. En het is niet gezegd dat uw moederlijke parachute er dan ook weer is. Mag niet? - Laten we niet de illusie hebben dat we onze jonge klimgeit afdoende kunnen verbieden op vensterbanken te klimmen of in bomen, of over een schutting te klauteren of de straat over te steken. Maar wij kunnen hem wel leren zelfstandig te zijn, zodat hij de gevaren ziet en zich er tegen kan beschermen. Dus.. * In plaats van ons kind op te pakken (van de verboden vensterbank) en op de grond te zetten, laten we hem er zelf afklimmen. Hij mag best een beetje bang zijn om te vallen en zich vastklampen aan het muurtje. Zonder te spelen met het gevaar natuurlijk! * En hoe moeten ze dan een drukke straat oversteken? Altijd onder de paraplu van de moederlijke waakzaamheid? En als er dan een keer geen paraplu is? O.K. je geeft elkaar een hand, maar... officieel bent u het niet, moeder, die op het verkeer let en zegt wanneer het kan, zodat het kind automatisch, als een hondje met u meeloopt. Nee. We zeggen: jij moet mij helpen oversteken joh, goed uitkijken, zeg jij maar als het kan. Maak er een spelletje van, een zeer nuttig spelletje dat ons een hoop gevaar zal besparen. * Oversteken? Drie maal kijken, eerst naar links, dan naar rechts, dan weer naar links. Goed luisteren, NOOIT hardlopen, NOOIT halverwege plotseling omkeren.
- 38 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Pijn
Hoofdpijn? Hoofdpijnpillen. Buikpijn? Buikpijnpillen... Kiespijn? Noganderepillen. Ho! Ho! Is dat allemaal echt nodig? Grijpen wij niet veel te gauw naar onze apotheek? * Kinderen mogen niet bij de medicijnkast kunnen. Medicijnen moeten ze aan mama vragen en mama vraagt ze aan de dokter. Maar ondertussen: * Weten de kinderen dat je schaafwonden schoonmaakt en er jodium op doet en als die er niet is moet je ze schoonwassen of schoonlikken. De kinderen weten ook hoe ze een pleister moeten opplakken, dat hebben we ze al zo vaak laten zien. * Ondertussen weten de kinderen hoe ze de dokter moeten waarschuwen en bij wie ze hulp moeten vragen als de ouders er niet zijn. Dat hebben wij hen geleerd en natuurlijk ligt het nummer van de dokter naast de telefoon. * Inmiddels ligt er op een duidelijke plaats een map "gezondheid", waar alle "gezondheidspapieren" inzitten. Als het nodig is, kunnen we die zo meenemen verzekeringspapieren, bloedgroep, wanneer ingeent en waarvoor. Het zit er allemaal in. Heel handig. * Natuurlijk, na elke ramp laten ze aan mama de verwondingen zien, maar groot theater hoeft niet. * Ondertussen kennen de kinderen een universeel medicijn tegen al hun pijntjes, vooral als de ouders er niet zijn, namelijk in bed kruipen op mama's plekje... Dat hebben wij hen niet geleerd, dat hebben zij ons geleerd en het werkt, dat verzeker ik u. * Doet het echt pijn? - Mama, ik kan mijn speelgoed echt niet opruimen hoor, ik heb zo'n buikpijn... We weten haast zeker dat het een "list" is - O jee, waar? hier? als ik hierop druk? Tja, dan kun je je speelgoed inderdaad nu niet opruimen, dan moet dat vanmiddag maar. Ga maar liggen, je krijg je eten (thee en toast) in bed, geserveerd als in een 5 sterren hotel, op een blad, met de mooiste glimlach. Maar vandaag kun je niet voetballen, niet fietsen of iets lekkers eten natuurlijk, dat doet pijn! O, hoofdpijn. Dan moet je geen TV kijken hoor. Wat? Over? Des te beter, maar als je overdag hoofdpijn hebt gehad, moet je 's avonds nog geen TV kijken, dat is veel beter voor je hoofd. De ervaring leert ons dat als we het zo aanpakken, de buikpijn en de hoofdpijn niet zo snel terugkomen. En mocht het wel terugkomen, dan is het ook echt!
- 39 -
Het kind - Een boek voor jonge ouders - Deel 2 – www.hetkind.nl
Pleister
Denis, als je niet lief bent, roep ik de dokter en die komt je een prik geven! dreigt ma je-weet-wel. Maar even serieus: * In de wachtkamer van de dokter, moet je een kind zelf op een stoel laten zitten, net zoals de volwassenen, en niet bibberend laten wegkruipen in de armen van mama, die hem beschermt met haar vlerken, zoals een kloek haar kuiken beschermt tegen gevaar. Voor welk gevaar? Voor de dokter natuurlijk. Deze, overigens natuurlijke reflex om een kind in je armen te nemen, maakt onze kleine patiënt, naar mijn mening, absoluut niet sterker. Integendeel, deze moederlijke aandacht ontheft het kind van zijn zelfbeschikking, zijn vrije wil, zijn groot-zijn. * Bij de dokter moeten we meer een vriend zijn van ons kind. De oudere vriend heeft zijn jongere maatje meegenomen om hem te laten verbinden. Hij troost hem, helpt hem, maakt grapjes, spreekt hem moed in, zoals vrienden dat doen. Dus geen sprake van een kloek en haar kuiken. * Als de dokter vragen stelt aan de jonge patiënt, moeten wij in principe geen antwoord geven. De dokter weet wat hij doet en probeert een gesprek op gang te brengen: - Goede middag meneer Hans, hoeveel jaar bent u? - vraagt hij bijvoorbeeld beleefd. Onzin, hij wil alleen maar weten hoe het staat met het moreel van de troepen. Hij speelt in op de trots van het kind en wil hem "groot" laten zijn. Het geboortejaar staat met grote letters boven op het dossier. - Mijn lieve jujuutje is pas 4 jaar - is het gedienstige antwoord van moederkip. * Als de ingreep pijn doet, moeten wij dat gewoon zeggen en precies op tijd: - nu gaat het pijn doen - nu doen we er een verband om, dat doet geen pijn, he? - applaus! wat ben jij flink! Nooit zeggen - wij doen niets, dat doet geen pijn.. - als dit niet waar is! Stel u voor, volwassen vriend, u zit bij de tandarts. Hij kijkt uw tanden na, maar zegt niets. U weet absoluut niet of hij alleen maar voorzichtig alles zal controleren, of dat hij ineens op u af zal komen met zo'n martelwerktuig... De onzekerheid, de spanning! Denkt u zich nu dezelfde martelende onzekerheid in voor ons kind. We moeten hem vertellen wat er gaat gebeuren, of beter nog, en waarschijnlijk handiger, we vragen de dokter dat te doen. Onze patiënt weet dan wat hem te wachten staat en zal daardoor veel rustiger zijn. Arme Denis. Hij schreeuwt en krijst: met twee man kunnen ze hem maar nauwelijks de baas als hij een prikje krijgt. Hij gaat tekeer als een mager speenvarken, maar in zijn plaats zou iedereen toch zo doen?! Na het "feest bij de dokter" moet er iets tegenover staan. Nu moet hij geprezen worden om zijn moed. Nu mogen wij hem in onze armen nemen en alle onmenselijke adviezen vergeten, die we net in dit hoofdstuk gelezen hebben. En, het hoeft niet perse, maar nu mag hij ook best een cadeautje krijgen!
- 40 -