HET GROOTSTE OORLOGSARCHIEF VAN RIEME EN OMSTREKEN WO 2 DE FAMILIE MARTENS – VEREECKE De familie staat erop hun privacy niet te schenden. Er worden geen documenten uitgeleend !
Erediploma uitgereikt aan Edmond Vereecke. Eveneens werd hij bedacht met het Erekruis.
Op de bovenste foto staat de “noodbarak” van de familie Bollen en op de achtergrond café Annie. Tevens staat links Denise Vereecke , gevolgd door haar vriendin Liesbeth uit Zelzate.
Op de onderste foto staan van links naar rechts Elvire– Denise- en Annie Vereecke.
De vermelding op de bovenste foto “Standbeeld der gesneuvelde soldaten” is verkeerd ! Er dient op te staan “Monument van de burgerlijke oorlogslachtoffers”. Vandaar de verwarring van niet Riemenaars, die denken dat er ook soldaten gesneuveld waren.
Visum van Leopold Vereecke dat hem toeliet om in Zwitserland te gaan werken.
Reispassen van Leopold Vereecke.
Leopold Vereecke was eveneens lid van het Belgisch leger der partisanen.
De personen, die in eigen land werkten moesten niet naar Duitsland !
Voorbeeld van Duits bankbiljet, met enorme bedragen erop, die eigenlijk niets waard waren !
Hier herkennen we Bonamie Lisette, Leontine Boone, Denise Vereecke, Annie Vereecke, Belgisch soldaat Pierre, Boone Irma, Lisette Vereecke, opnieuw een Belgisch soldaat, Elvire Vereecke en als laatste, terug een Belgisch soldaat.
Als eerste staat een Belgisch soldaat, Elvire Vereecke, opnieuw een Belgisch soldaat, Lisette Vereecke, Annie Vereecke, soldaat “Pierre, Irma Boone en Denise Vereecke.
Links staat de Canadese soldaat Roual in het gezelschap van Edmond Vereecke.
Hier zien we Edmond Vereecke op “de foor” in Brussel.
Op de bovenste foto staan: Michel Vereecke, Giliaume De Cock, De Maertelaere Ivar (met hoge hoed), Ivo Martens heeft een helm op, dan volgen Roger Moens, Honoré Penny en mijn vader Theo Ryckaert. Op de onderste foto staat opnieuw mijn vader, de tweede van links is Michel Martens, leunend tegen de paal staat Ivo Martens…
De bovenste foto is dezelfde van vorige pagina. Op de onderste foto ligt Marcel Martens op de berrie, we herkennen ook Agnes Moens.
Luciferdoosjes met speciale opdruk werden verkocht om het onderhoud van de executie oorden van Rieme en Oostakker mee te helpen bekostigen.
Ook dit speciaal ontworpen lepeltje werd te koop aangeboden om met de opbrengst de executieoorden tehelpen onderhouden.
Het voorlopige monument werd opgebouwd met alles wat men toen kon vinden; rioolbuizen enz. De grond voor het monument werd geschonken door Miel Van Hamme. Onder het monument zit een flesje in de grond met de namen van personen die bijdroegen tot het bouwen van het monument. O.a. Miel Van Hamme, Waltére Smet,… hun vader, Kamiel De Caluwe en ….
Er was een massale opkomst van de bevolking toen het monument werd ingehuldigd. Op de bovenste foto staat Princes de Merode (in bolletjes rok.) Merk ook de “staatshuizen” op die te zien zijn op de onderste foto.
Het programma ter gelegenheid van de 50ste verjaardag van de bevrijding van België.
De spreekbeurt kaderde in de 50- jarige herdenking van de bevrijding.
N.V.W. staat voor Nationaal Verbond Weggevoerden en Werkweigeraars.
Marcel Martens wordt in een derde deel van de Familie Martens – Vereecke besproken.
Wanneer je bij Annie en Michel binnenkomt, staat de tijd stil, de uren vliegen voorbij en voor je het goed en wel beseft, is de zon al lang onder !
Formidabel is dat Annie en Michel elkaar zo goed kunnen aanvullen, als ware het dat er gisteren nog oorlog woede in Rieme. Als Michel begint te vertellen, heb je tijd te kort om alles keurig te noteren. We hebben deze reportage vanuit een ander oogpunt bekeken, om niet steeds in herhaling te vallen over “ Den Grote Oorlog”. Wil je toch het ganse oorlogsgebeuren nog eens onder de loep nemen, dan verwijst Michel naar het boek “Vleugels over het Meetjesland” (dit boek wordt ook beschreven iets verder binnen de pagina van de “site”. Wanneer je een verstokt roker bent, vergeet je naar een sigaret te grijpen als Michel of Annie aan het vertellen gaan. Jan Moetwil verzorgde vanuit Engeland uitzendingen, die hier op Rieme gevolgd werden door iemand die twee Duitse soldaten (Hans Muller en een zekere Fritz) op verplicht logement hadden. Die 2 Duitsers stonden erop dat de uitzendingen (die fel gestoord werden door de overal opgestelde Duitse stoorzenders, welke een continu “turelureluut “ produceerden) nauwkeurig gevolgd werden. Nadien moest men aan hen trachten uit te leggen wat er vanuit Londen verteld werd. Op sommige momenten gaf Hitler grote radio speechen en één van die Duitsers sprong recht bij het horen van het “sieg heil” en sloeg dan tevens de hielen tegen elkaar. Ook was hij er vast van overtuigd dat hij naar Engeland zou varen en daarbij het Kanaal zou oversteken ! De Riemenaar moest er ferm mee lachen, de Duitser dacht immers dat het Kanaal tussen België en Engeland niet veel breder was dan het Kanaal Gent – Terneuzen. “Vader” zei daarop, “ge zult zagemeel fretten tot ge planken schijt”.
Veel binnenvaart schepen werden opgeëist , de neus van het schip (de boeg) werd weggebrand en voorzien van een valluik om aldus in Engeland aan wal te kunnen gaan. Eens de schepen afgewerkt waren, werden ze verscheept naar Oostende, Zeebrugge, Dieppe, Calais of Duinkerke. De schepen werden zowel in de Zelzaatse – als de scheepswerf in Terdonk aangepast.
Het levensgevaarlijke verhaal van de “slagpin” Een jonge kerel, die ook betrokken was bij het verzet, was aan een revolver geraakt van iemand die later gefusilleerd werd omdat hij alles wat Duits was saboteerde en zelfs bommen maakte. Doch de slagpin van de revolver was krom en aldus onbruikbaar geworden. De jongen nam de slagpin mee naar het Gentse Karels instituut. Hij vroeg aan de leerkracht Mechanica of hij zo een pin kon maken voor zijn defecte verrekijker. De leerkracht ging op zijn vraag in en maakte een nieuwe pin. Hij overhandigde deze aan de leerling en zij erbij “wees voorzichtig”. De leerling werd lijkbleek en trok met zijn nieuwe pin naar huis waar hij hem in de revolver plaatste. Na de oorlog, wanneer er opnieuw onderwijs was kwam de bewuste leerkracht bij hem en vroeg “waarom ben je met die pin bij mij gekomen ?” De jongen antwoorde “omdat ik u vertrouwde” waarop de leerkracht zij “ je hebt veel geluk gehad, bij de goede persoon terecht gekomen te zijn”, hij zei verder, dacht je nu werkelijk dat ik niet wist dat dit een slagpin voor een revolver was ? De leerkracht was in het leger wapenspecialist geweest !. En, vroeg de leerkracht, heb je hem kunnen gebruiken ? waarop de jongen positief op antwoorde. De schuilnaam van de jonge gast was “Willy”.
Het “Klein Berlijn” Werd zongenoemd omdat het een verzamelplaats was voor de “zwarten”. Het was in de villa recht over de kolenhandelaar Querter. Alle Segers waren bij de zwarte, Arie Schepens liep rond in Duitse kledij. Zelfs mijn grootvaders schoonbroer Theo van Acker, bijgenaamd “den draaier” was bij de zwarte. Ook Celina Cente maakte er deel van uit. Ik heb via de kranten “Het Nieuwsblad en De Gentenaar” een oproep gedaan om meer te weten te komen over de “Zwarte brigade”. De reacties zijn zeer positief en zullen in een ander hoofdstuk behandelt worden. Ik zal de getuigenissen noteren als “Verhalen over…” Waarbij de namen zullen weggelaten worden. Reacties van Riemenaars komen slechts bij mondjesmaat binnen. Toch begin ik er zicht op te krijgen. Dit hoofdstuk mag niet weggelaten worden. Onze jeugd heeft recht op zowel de positieve daden van “De Witte Brigade”, alsook van wat “de Zwarte Brigade” betekende voor onze parochie en gemeente. ©ON4CKZ, Patrick