Woord en Wapen Tegenwoordig zijn mensen moslim, christen, hindoe of boeddhist, geloven in ‘iets’ of geloven helemaal niet in een god. Van de verschillende wereldgodsdiensten is het christendom een van de grootste. Een derde van de wereldbevolking is christen. In Nederland noemt 60% van de bevolking zich gelovig. Bijna 40% hiervan is christelijk. Tweeduizend jaar geleden is de situatie heel anders. De wereldgodsdienst van nu is dan nog een joodse sekte met een kleine groep aanhangers. Mede dankzij de kerstening, het proces van bekeren, krijgt het christendom steeds meer aanhangers. De bekering van niet-christenen tot het christelijk geloof gebeurt door prediking. Soms gaat dit met geweld gepaard.
Vervolging van christenen
Kaart van de Lage Landen, omstreeks 800
A
an het begin van onze jaartelling ontstaat vanuit het joodse geloof het christendom. De Romeinse nieuwe gelovigen weigeren munt met de Romeinse keizer als een portret van keizer Nero, god te aanbidden en hem offers te brengen. Net als de Rome, 54-68 joden aanbidden zij uitsluitend hun eigen god. Om die reden zijn ze in de ogen van de Romeinse heersers staatsgevaarlijk en een bedreiging voor het welzijn van het rijk. Een aantal keizers vervolgt de christenen. In het begin gebeurt dit incidenteel, zoals na de brand in Rome in 64. De Romeinse keizer Nero (54-68) wijst de christenen als schuldigen aan. Hij laat ze oppakken en martelen. In de derde en vroege vierde eeuw worden christenen op grotere schaal vervolgd. De vervolgde en gemartelde gelovigen die voor het geloof sterven, noemen we martelaren.
Constantijn, maker en datering onbekend
Het christendom wordt getolereerd ‘In dit teken zul jij overwinnen’
O
mstreeks 311 breken rustiger tijden aan voor de christenen. De Romeinse keizer Constantijn de Grote laat in het zogenoemde edict van
Martelares Catharina van Alexandrië Catharina is niet zomaar slim, maar legendarisch slim. Op haar vijftiende kent ze alle boeken van de filosoof Plato uit haar hoofd. Ze is christen, iets wat de Romeinse keizer Maxentius (ca. 278-312) niet bevalt. Christenen weigeren namelijk de keizer te aanbidden, zoals andere Romeinen dat wel doen. Maxentius laat Catharina door vijftig filosofen dwingen om haar geloof af te zweren. Toch kunnen zij haar niet overtuigen. Integendeel, Catharina bekeert ze allemaal tot het christelijk geloof. De keizer laat haar voor straf Catharina van martelen. Maar het wiel waarop ze is vastgebonden, Alexandrië, breekt in stukken door een blikseminslag. In het jaar Meester van 307 wordt zij onthoofd. Museum Catharijneconvent Leende, ca. 1500 is naar haar vernoemd.
1
Milaan weten dat hij het christendom officieel tolereert. Zelf bekeert hij zich ook tot het christelijke geloof. De Wist aanleiding hiervoor zou je dat… … P e tr een visioen zijn. Vlak u opvolg s de eerste er we Jezus voor een beslissende en ho rd van ofd va kerk n nd a gezeg dat Jezus h e veldslag ziet Constand ha em Petrus d: ‘En gij zij t en tijn een kruis boven het steenro op deze ts zal m ik ij slagveld zweven. Onder n kerk bouwen.’ dit kruis staat geschreven: ‘In dit teken zul jij overwinnen’. Constantijn laat het kruissymbool op de schilden van zijn manschappen schilderen en wint de veldslag. Overweldigd door de gebeurtenis bekeert Constantijn zich. Om de gevestigde elite niet voor het hoofd te stoten, laat hij zich niet zien als christelijke vorst. Pas op zijn sterfbed laat hij zich dopen. In 381 verheft keizer Theodosius I (379-395) het christendom in het West-Romeinse rijk tot staatsgodsdienst. Er komt een verbod op het aanbidden van andere goden. Infoblad Woord en Wapen
Hamer van Sint-Maarten, hamersteen, 1000-700 v. chr, zilveren handvat ca. 1300 De hamer zou door Sint-Maarten zijn gebruikt om heidense afgodsbeelden kapot te slaan. Op het zilveren handvat staat een Latijnse inscriptie. Vertaald luidt deze: ‘De ijdele afgodsbeelden storten neer, getroffen door de bijl van Martinus. Laat niemand geloven dat zij die zo makkelijk neerstorten goden zijn.’
Romeinen bekeren zich
S
int-Maarten, toen nog Martinus, groeit in de vierde eeuw op in een Romeins voornaam gezin. Al op jonge leeftijd voelt hij zich aangetrokken tot het christendom. Zijn vader wil daar niets van weten. Hij stuurt zijn zoon het leger in om hem tot andere gedachten te brengen. Op zijn vijftiende gaat Martinus bij de ruiterij van de keizerlijke garde. Als hij op een dag in de Franse stad Amiens aan-
komt, overkomt hem iets bijzonders. Zijn tijdgenoot en biograaf Sulpicius Severus beschrijft de gebeurtenis als volgt: ‘Zo komt hij, op een zeker moment, wanneer hij al niets meer bezit dan zijn wapens en een eenvoudig soldatenkleed, midden in de winter bij de poort van de stad Amiens een naakte arme tegen. De winter is zo uitzonderlijk streng, dat al velen door de hevige vorst zijn omgekomen. De ongelukkige smeekt de voorbijgangers om zich over hem te ontfermen. Iedereen laat hem links liggen. Martinus, een man vervuld van God, begrijpt dat deze, nu de anderen hem geen barmhartigheid betonen, voor hem is bestemd. Maar wat moet hij doen? Hij heeft niets anders dan zijn mantel. De rest heeft hij voor een soortgelijk doel verbruikt. Daarom grijpt hij zijn zwaard en verdeelt er de mantel mee in twee stukken. Eén ervan geeft hij aan de arme. Het andere trekt hij zelf weer aan.’ (Uit: Vita sancti Martinus.) Dezelfde nacht verschijnt Christus aan Martinus. Hij draagt het stuk mantel dat de soldaat aan de bedelaar heeft gegeven. Martinus laat zich bekeren en verlaat het leger. Vanwege zijn vrijgevigheid en zijn goede daden wordt hij in 371 tot bisschop van Tours verkozen. De naastenliefde van SintMaarten maakt veel indruk op zowel zijn tijdgenoten, als op christenen uit latere tijden. De Franken kiezen hem
Sint-Maarten en de bedelaar, Noord-Nederland, ca. 1500
tot een van hun beschermheiligen. Hij zou hen beschermen door middel van een krachtig reliek, namelijk een deel van zijn mantel.
Verspreiding van het christendom
H
et christendom heeft zich met de Romeinse overheersing over delen van Engeland en Ierland verbreid. Na de val van het Romeinse rijk in de vijfde eeuw verdwijnt deze religie voor een groot deel uit Engeland. In Ierland blijft het christendom wel voortleven, met name in de kloosters. Dit zijn plaatsen waar mensen in gemeenschap leven en zich houden aan een kloosterregel. Afgezonderd van de wereld wijden zij hun leven aan God. De Ierse monniken leggen zich toe op ascese. Uit religieuze overwegingen onthouden zij zich van alle zingenot. Door zelfkastijding, streng vasten en peregrinatio oefenen zij om een zo zuiver mogelijk leven te leiden. Voor de peregrinatio, vrijwillige vreemdelingschap, verlaten monniken het klooster om in ‘woeste streken’ het geloof te verkondigen. Vanuit het noorden prediken ze het evangelie onder de heidense Angelsaksen. De Angelsaksische geestelijken nemen de traditie van peregrinatio van de Ieren over. Zij trekken naar het Europese vasteland om Germaanse volkeren te bekeren.
De komst van Willibrord naar Nederland
I
n 690 komt de Angelsaksische monnik Willibrord (ca. 658-739) aan in Nederland. Het is zijn doel om de Friezen, de bewoners van dit terpengebied, tot het christendom te bekeren. De Friezen vereren Germaanse goden, onder wie Donar en Wodan. Willibrord zorgt daarom eerst voor steun van hofmeier Pepijn II (640/650714), de hoogste functionaris van de koning in het Frankische rijk.
Wist je dat…al gaat verha … het Tre Fontana dat de nteinen) in p o (drie fotstaan zijn t he on Rome atsen waar rie d de pla an Paulus n v e hoofd stuiterde to maal 67 onthoofd hij in erd? w
2
Infoblad Woord en Wapen
De Franken Vanwege gebrek aan mankracht schakelen de Romeinen vanaf de vierde eeuw steeds vaker barbaarse groepen in om de grenzen van hun rijk te verdedigen. De Romeinen gebruiken de Griekse term ‘barbaar’ voor mensen die buiten hun rijk wonen. In ruil voor hun verdediging krijgen de betreffende barbaren toestemming om zich binnen de rijksgrenzen te vestigen. Zo krijgen de Franken omstreeks 340 de Betuwe toegewezen. Al gauw breiden ze hun gebied uit naar De doop van het latere Brabant en Vlaanderen. Omstreeks Clovis, J. Buys, 500 wordt de Frankische heerser Clovis christen 18e eeuw en laat zich dopen. Zijn edelen volgen hem.
kerkje laten bouwen. Na een herovering wordt het verwoest door Stadswapen van Utrecht de Friezen. Willibrord herstelt het vervallen kerkje en wijdt het aan Sint-Maarten. Utrecht heeft sinds de wijding van de Sint-Maartenskerk, de latere Domkerk, een bijzondere band met de heilige. Het rood-witte stadswapen verwijst naar Martinus’ goede daad: het rode deel naar de overgebleven Wist halve mantel, het witte je dat…‘overoliek naar het onderkleed … kath mstig het ’ nko een e e van de heilige. ‘algem staat eel’ of kerk geh nt? De en, beteke voor iedere t, open cht geslach a e etteong st en w afkom e status. lijk
Hoewel Utrecht weer in handen van de Franken is, is de oorlog met de Friese leider Radbod nog niet beslist. Pas wanneer Radbod in 719 sterft, kunnen Willibrord en zijn missionarissen echt aan de slag. Willibrord herbouwt het klooster en sticht een school om lokale geestelijken op te leiden. Bovendien bouwt hij een nieuwe kerk, gewijd aan Christus Salvator Mundi, Christus verlosser van de wereld.
Willbrord bekeert de Friezen
D Aankomst van Willibrord in Nederland, Utrecht?, ca. 1510
Weigering van de doop door Radbod, Utrecht?, ca. 1510
De leider van de Franken, die zelf ook christen is, verleent de missionaris toestemming en bescherming. Voor hem is de verbreiding van het christendom een belangrijk middel om de eenheid binnen zijn gezagsgebied tot stand te brengen. De missie biedt bovendien de mogelijkheid om de oude gebruiken en machtsstructuren die samenhangen met het Germaanse geloof te doorbreken.
De komst van Willibrord naar Utrecht
e bekering van de Friezen verloopt moeizaam. Dit komt voor een deel omdat de keuze voor een religie een politieke kwestie is. Kerstening komt vaak pas goed op gang wanneer de heersers zich laten bekeren, zoals
Bonifatius
N
a het bezoek aan het Frankische hof reist Willibrord naar Rome om de zegen van de paus te ontvangen. Vervolgens vestigt hij zich in de nederzetting Traiectum, Utrecht, om een missiepost te stichten. Hier hebben de Franken omstreeks 630 een
3
Willibrord is niet de enige missionaris die in de Lage Landen predikt. Een andere bekende zendeling is Bonifatius. Deze Engelse monnik werkt van 719 tot 721 onder Willibrord. Bonifatius trekt daarna verder om zijn werk in Duitsland voort te zetten. Als hij terugkeert naar het Friese gebied moet hij dat met de dood bekopen. Tijdens een zendingsreis wordt hij in 754 bij Dokkum vermoord.
Infoblad Woord en Wapen
Sint-Laurentius wordt bijvoorbeeld aangeroepen ter genezing van brandwonden. Hij is de beschermheilige van de brandweerlieden. Volgens de legende sterft deze heilige omstreeks 250 op een gloeiend rooster. Laurentius weigert namelijk om de rijkdommen van de kerk aan het Romeinse gezag over te dragen. Daarvoor in de plaats schenkt hij ze aan de armen van Rome met de woorden: ‘Dit [de arme mensen] zijn de ware schatten van de kerk.’
Het vereren van relieken
H
et contact met heiligen loopt via relieken. Reliek komt van het Latijnse woord reliquiae. Het is een overblijfsel van een heilige, bijvoorbeeld een bot of een stukje kleding. Via dit overblijfsel kan de heilige wonderen verrichten. Het is als het ware een ‘poortje’ tussen hemel en aarde. Een voorbeeld van zo’n reliek is de rib in dit zilveren beeldje van Laurentius. Het beeldje laat duidelijk zien wat voor soort reliek erin zit en van wie het is.
Willibrord apostel der Friezen, J.H. Isings, ca 1938
dat bij de Romeinen met de doop van Constantijn de Grote (ca. 315) en bij de Franken met de doop van Clovis (ca. 500) gebeurde. In eerste instantie weigeren de Friese leiders zich te laten dopen. Hun gezworen vijanden, de Franken, zijn immers christen. Willibrord probeert de Friezen te bekeren via de prediking van het evangelie. Door verhalen uit de bijbel te vertellen, wil hij de niet-christenen van de christelijke boodschap overtuigen. Om de eeuwige straf in de hel te ontlopen, moeten zij volgens Willibrord Christus volgen. Wie zich bekeert, komt na de dood in het paradijs. Met rituelen, gebeden en gezangen zet de missionaris zijn boodschap kracht bij. Daarnaast probeert Willibrord de Friezen te imponeren met prachtig versierde handschriften, kruisen en andere voorwerpen die bij de christelijke rituelen worden gebruikt.
Hemelse helpers
E
en heilige is iemand die zich vanwege buitengewone verdiensten een plaats in de hemel heeft verworven. Om heilig verklaard te worden moet een christen een deugdzaam leven hebben
Reliekhouder voor een rib van SintLaurentius, Rijnland, 1490-1500
geleid, gehoorzaam zijn geweest aan de kerk en tenminste één wonder hebben verricht. Een heilige kan bij Christus als voorspreker voor de mensen optreden. De bijzondere positie van de heilige blijkt uit het feit dat hij wonderen kan verrichten. Volgens de katholieke kerk kunnen gelovigen tot heiligen bidden om persoonlijke gunsten of voorspraak bij God om aan de hel te ontkomen.
4
Het verband tussen de heilige en de reliekhouder is niet altijd duidelijk. Zo weten we niet welke relieken er in dit vroegmiddeleeuwse reliekschrijntje hebben gezeten. De kostbare materialen waarmee het kistje is gemaakt, laten wel zien dat de inhoud waardevol was. Het kleine kistje kon aan een ketting om de nek worden gedragen. Zo was de heilige van wie de relieken in de houder werden bewaard altijd dichtbij. Misschien was de eigenaar een missionaris.
Merovingisch reliekschrijntje, Oost-Frankrijk?, ca. 700
Infoblad Woord en Wapen
Tijdslijn 64 311 381 397 476 486 ca. 500 ca. 630 690 719 751 754 768 800 814
Doopvont, Westfalen, ca. 1200
Doop
D
open is een eeuwenoud initiatieritueel dat de overgang naar het leven als christen symboliseert. Tijdens de periode van de kerstening worden volwassen bekeerlingen gedoopt wanneer zij het christelijke geloof aanvaarden. Ze worden daarbij volledig ondergedompeld in een doopvont gevuld met water.
Een achtste-eeuwse doopbelofte uit de kring van Bonifatius: ‘Verzaak je de duivel? Ik verzaak de duivel. En alle duivelsoffers? En ik verzaak alle duivelsoffers. En alle duivelswerk? En ik verzaak al het duivels werk, en –woord Donar en Wodan, Saxnot en alle demonen die hun gezellen zijn. Gelooft u in God de Almachtige Vader? Ik geloof in God de Almachtige Vader. Gelooft u in Christus, Gods Zoon? Ik geloof in Christus Gods zoon. Gelooft u in de Heilige Geest? Ik geloof in de Heilige Geest.’
brand in Rome, eerste christenvervolgingen Tolerantie-edict van Milaan christendom staatsgodsdienst Sint-Maarten overlijdt in Candes, Frankrijk laatste West-Romeinse keizer Romulus Augustus afgezet Frankische koning Clovis verslaat Romeinen in Frankrijk Clovis gedoopt Franken bouwen kerkje in Utrecht Willibrord in Nederland Radbod sterft Pepijn III tot koning gezalfd Bonifatius bij Dokkum vermoord Pippijn III sterft, Karel de Grote en broer Carloman koning Karel de Grote tot keizer gekroond Karel de Grote overlijdt, Lodewijk de Vrome keizer
De bekeerlingen volgen het voorbeeld van Johannes de Doper. Volgens de bijbel doopt deze profeet in de Jordaan. Ook Jezus is door hem gedoopt. De formule die de priester uitspreekt bij het ritueel komt uit de bijbel (Matteüs 28, 19). Hij is al eeuwen hetzelfde: ‘Ik doop u in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.’ Daarnaast spreken de bekeerlingen een doopbelofte uit. Met het doopritueel worden oude goden afgezworen en duivelse machten uitgedreven. Bovendien wast het water de zonde weg waaraan alle mensen schuldig zijn sinds de verdrijving uit het paradijs, de zogenaamde erfzonde. In de volgende eeuwen wordt het gebruikelijk dat christelijke ouders hun kinderen zo snel mogelijk na de geboorte laten dopen. De algehele onderdompeling maakt plaats voor een drievoudige begieting of besprenkeling van het hoofd onder het uitspreken van de doopformule. Het wordt dan wel noodzakelijk dat het kind op latere leeftijd nog eens bewust Wist dat… n de je a een bevestiagen v aar … de d oemd zijn n rn gingsritueel de ve n k a e v e n w e de god e volken als is ondergaat: Zo ans Germa en Friezen? ar Odin n na het vormsel. Franke vernoemd e wijsd g da an woens odan, god v en poëzie. of W rlog, dood fgeleid a o o , heid onderdag is ar, god De d hor of Don het van T donder en van de weer.
5
Literatuur • A. Peddemors en A. Carmiggelt, Archeologie van middeleeuws Nederland, Amsterdam 1993 • D.P. Blok, Franken in Nederland, Bussum 1979 • J. van Eijnatten en F. van Lieburg, Nederlandse religiegeschiedenis, Hilversum 2005 • P.P.V. van Moorsel, Over Willibrord gesproken, Schoten 1989 • M. Mostert, 754: Bonifatius bij Dokkum vermoord, Hilversum 1999 • Sulpicius Severus, vert. en ingel. door P. Nissen en E. Rose, Het leven van de heilige Martinus, Kampen 1997 • K. Verleyen en F. Leys, Kruis of zwaard, verhalen over de Middeleeuwen, Leuven 1995 • M. van Vlierden, Willibrord en het begin van Nederland, Utrecht 1995 (tentoonstellingscatalogus Museum Catharijneconvent)
Colofon © Museum Catharijneconvent, 2007 Afdeling Onderzoek & Educatie Tekst: Sanne Frequin, Janneke Raaijmakers Fotografie: Ruben de Heer Vormgeving: Manifesta, Rotterdam
Infoblad Woord en Wapen