Leerkracht
Het Albertkanaal: varen tussen Hasselt en Tessenderlo
Het Albertkanaal
Het Albertkanaal begint in Luik en loopt doorheen de provincie Limburg tot in Antwerpen waar het aansluit op de haven. Het kanaal heeft een lengte van 130 km en doorkruist achtereenvolgens het Maasbekken, het Demerbekken, het Netebekken en het Benedenscheldebekken.
Geschiedenis Rond 1900 rezen er problemen met het transport op de Kempense kanalen: de kanalen waren te klein geworden en de scheepvaart werd vertraagd door het grote aantal sluizen en beweegbare bruggen. Door de ontdekking van steenkool in Limburg in 1901 en de groeiende staalindustrie in Luik werd de nood aan een oplossing nog groter. In 1910 ontstond de gedachte aan een rechtstreekse verbinding tussen Luik en Antwerpen. Dit nieuwe kanaal moest toegankelijk zijn voor schepen met een tonnenmaat tot 2 000 ton. De eerste voorbereidingen voor deze grootse onderneming startten in 1928. In 1930 gaf koning Albert I de symbolische eerste spadesteek voor het kanaal dat naar hem werd genoemd. Negen jaar lang hebben bijna 12 000 mensen aan het nieuwe kanaal gewerkt. Het hoogteverschil van 55 meter wordt door zes sluizen overwonnen. De gemiddelde reisduur werd van 15 dagen naar 5 à 8 dagen teruggebracht.
9-1 Op Sleeptouw 2016 | THEMA 9 - Varen tussen Hasselt en Tessenderlo
9
In 1940 werd het Albertkanaal in gebruik genomen, maar door de oorlogsomstandigheden kwam de eigenlijke exploitatie pas in 1946 goed op gang. De economische welvaart, de motorisering en de stijging van de tonnenmaat zorgden er evenwel voor dat het kanaal al snel verzadigd raakte. In 1968 werden de eerste moderniseringswerken uitgevoerd: het kanaal werd verbreed tot 100 meter, de oevers verstevigd en op elk van de zes sluizencomplexen werd een duwvaartsluis gebouwd van 200 meter lang en 24 meter breed. Elk sluizencomplex - in Genk, Diepenbeek, Hasselt, Kwaadmechelen (Ham), Olen en Wijnegem - bestaat tegenwoordig dus uit drie sluizen. De duwvaartschepen gebruiken de grotere sluis en de twee kleinere hebben een lengte van 136 meter en een breedte van 16 meter. Vijf van de zes sluizen op het Albertkanaal hebben een verval van 10 meter. Wijnegem is de uitzondering, met een verval van 5,5 meter. Om de blijvende groei op te vangen en vervoer over het water verder aan te moedigen wordt het kanaal momenteel opnieuw aangepakt. Het is de bedoeling om alle bruggen over het Albertkanaal te verhogen tot minstens 9,10 meter met een doorvaartbreedte van 86 meter. Op die manier zullen schepen met 4 lagen containers onder de bruggen kunnen doorvaren en vierbaksduwvaarten tot 10 000 ton elkaar veilig kunnen kruisen.
Waterbeheer en duurzame sluizen De beheerder van het Albertkanaal, de Kempense kanalen en de Maas is nv De Scheepvaart. Om scheepvaart mogelijk te houden op de kunstmatig aangelegde kanalen moet het waterpeil steeds worden gecontroleerd en aangevuld. Aangezien het Albertkanaal wordt gevoed door de Maas - en Maaswater dus overgebracht wordt naar de Schelde - sloten Vlaanderen en Nederland in 1995 het Maasafvoerverdrag. Beide landen hebben recht op een gelijk gebruik van water voor economische doeleinden en hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de Maas, waaronder waterbesparende maatregelen. Nv De Scheepvaart ziet er als waterwegbeheerder op toe dat tijdens langdurige droogte de waterafnames voor irrigatie van landbouw- en natuurgebieden beperkt worden en dat de schepen gegroepeerd versast worden. Zo wordt ook de watertoevoer voor de drinkwaterproductiecentra gegarandeerd. De sluizencomplexen van Kwaadmechelen (Ham) en Olen zijn sinds 2014 bovendien voorzien van waterkracht- en pompinstallaties. Bij elke versassing wordt een grote hoeveel water doorgelaten. Door dat water terug te pompen wordt het gerecupereerd. Op die manier moet er minder water aangevoerd worden en komen de verschillende kanaalfuncties in periodes van grote droogte niet in het gedrang. In periodes met voldoende Maasafvoer kunnen deze installaties omgekeerd werken als waterkrachtcentrale en wekken ze groene stroom op via het beschikbare verval aan de sluizen. Wegens het succes zullen ook op de andere vier sluizencomplexen dergelijke installaties worden gebouwd.
Industrie Tussen Hasselt en Tessenderlo zijn er vier insteekhavens, waarvan twee voormalige kolenhavens: de kolenhaven van Beringen en de kolenhaven van Zolder (op de grens van Heusden-Zolder en Lummen). De kolenhavens dateren nog uit de glorieperiode van de steenkoolwinning in Limburg. Kolen werden destijds via een spoorlijn rechtstreeks aangevoerd van de Limburgse mijnen naar het Albertkanaal, van waar ze verscheept werden richting Luikse staalindustrie. De sites rond de kolenhavens worden tegenwoordig herontwikkeld als bedrijventerreinen in het kader van het Economisch Netwerk Albertkanaal (ENA). Het ENA is een project van de Vlaamse regering dat het Albertkanaal als een economisch verlengstuk van de haven van Antwerpen ziet. ENA wil bedrijven aantrekken die inspelen op de multimodale troeven van het Albertkanaal en voornamelijk een watergebonden bedrijvigheid ontwikkelen. Langs het kanaal vinden we vooral bedrijven voor bouwmaterialen, petroleumverdelers en chemische industrie. Deze bedrijven zijn meestal gevestigd op de industrieterreinen op de oevers van het Albertkanaal zoals het industrieterrein ZolderLummen en Ravenshout in Beringen-Tessenderlo-Ham. Tal van bedrijven zijn watergebonden en vervoeren hun grondstoffen of (half-)afgewerkte producten per schip. In 2014 werden meer dan 424 000 containers en 35 miljoen ton goederen via het kanaal vervoerd. Een aantal bedrijven gebruiken het kanaalwater als proceswater of koelwater.
9-2 Op Sleeptouw 2016 | THEMA 9 - Varen tussen Hasselt en Tessenderlo
Kolenhaven, Beringen
Tessenderlo Chemie
Bedrijven zoals Tessenderlo Chemie zorgen voor een aanzienlijk deel van het nationale elektriciteitsverbruik. In de provincie Limburg wekt de coöperatieve Limburg win(d)t windenergie op en betrekt hierbij de inwoners. Limburg win(d)t heeft ondertussen al verscheidene windmolenprojecten aan het Albertkanaal afgerond, zoals aan de kolenhaven op de grens van Heusden-Zolder en Lummen en aan de bedrijventerreinen in Tessenderlo. In de provincie Limburg zijn er 41 Sevesobedrijven gevestigd, waarvan zeven in Tessenderlo. Een Sevesobedrijf is een bedrijf dat activiteiten ontplooit op het vlak van de behandeling, de productie, het gebruik of de opslag van gevaarlijke stoffen. Voorbeelden zijn Tessenderlo Chemie, Primagaz Belgium en Chevron Philips Chemicals International.
Drinkwaterproductie Hasselt heeft twee waterwinningen, namelijk Trekschuren en Willekensmolen. Hier pompt De Watergroep grondwater tot 200 meter diep uit de bodem, waarna het behandeld wordt voor consumptie. Aan de bruggen over het Albertkanaal hangen borden die erop wijzen dat ook van het kanaalwater drinkwater wordt gemaakt. Dit is dus oppervlaktewater en geen grondwater. Alleen al daarom is het belangrijk dat de waterkwaliteit van deze kanalen behouden blijft. Ter hoogte van Broechem pompt Water-link, het vroegere Antwerpse Waterwerken, water uit het Albertkanaal en voert het voor behandeling naar het drinkwaterproductiecentrum van Oelegem. De druktoren van Zolder was een onderdeel van de smeerpijp Limburg-Antwerpen. De smeerpijp was bedoeld als afvalwatercollector langsheen het Albertkanaal om het afvalwater van bedrijven af te voeren naar een grote waterzuiveringsinstallatie in Antwerpen. De smeerpijp en de zuiveringsinstallatie werden echter nooit in gebruik genomen. Vandaag wordt deze pijp gebruikt om drinkwater naar Antwerpen te transporteren.
Druktoren Zolder
Waterkwaliteit De waterkwaliteit van het Albertkanaal is relatief goed, maar toch is het waterleven er beperkt. De ongunstige structuurkenmerken als ‘betonnen bak’ maken echter dat er weinig kleine ongewervelde dieren (macroinvertebraten) en vissoorten voorkomen in het Albertkanaal. In 2013 trof men onder andere volgende vissoorten aan in het Albertkanaal: blankvoorn, brasem, baars en paling. De inheemse populaties worden sinds enkele jaren bedreigd door de komst van de tropische zwartbekgrondel. Deze grondel is afkomstig van de Zwarte en de Kaspische zee en is onder meer via natuurlijke weg tot bij ons geraakt. Hij paart vier keer per jaar en eet zowat alles wat er maar is.
9-3 Op Sleeptouw 2016 | THEMA 9 - Varen tussen Hasselt en Tessenderlo
De effluenten van industrie en het gezuiverd huishoudelijk afvalwater belanden in de beken van het Demerbekken. Er zijn rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s) in Hasselt (Kuringen), Heusden-Zolder en Tessenderlo. Circa 85% van de waterlopen in het Demerbekken heeft een slechte of ontoereikende waterkwaliteit. Beken zoals de Mangelbeek en de Laambeek in Lummen of de Zwarte Beek in Beringen scoren niet goed voor zware metalen. Zware metalen komen onder andere in de waterlopen terecht door afzetting vanuit de lucht. Door bodemerosie vloeien er ook meststoffen in het water. De Grote Beek die industriezones als in Tessenderlo doorkruist is eveneens beladen met zware metalen en zouten afkomstig van de industrie. De verschillende zijbeken van de Demer stromen onder het Albertkanaal door. Het beekwater komt niet in contact met het kanaalwater waardoor de waterkwaliteit van deze beken geen invloed heeft op de waterkwaliteit van het Albertkanaal.
Wonen langs het water Een waterlandschap biedt rust en daarom zit wonen langs het water in de lift. In Hasselt spelen ze met het woonproject oHase in op de snelgroeiende bevolking. oHase ligt in één van de zeldzame woonzones aan het Albertkanaal. De woningen worden afgewisseld met achtertuintjes, parkjes en paden voor voetgangers en fietsers. Er komen woningen aan het water, parkwoningen en parkappartementen. Aan de kanaalkom in Hasselt staat momenteel ook een groots stadsontwikkelingsproject in de startschoenen, de Blauwe Boulevard. Dit project zal de terreinen rondom de kanaalkom opnieuw opwaarderen tot een volwaardig stadsdeel met extra woongelegenheid, handels- en horecaruimte, parkeerplaatsen en een heringericht openbaar domein met een fiets- en wandelpromenade langs het water en een voetgangers- en fietsbrug. Tot de Blauwe Boulevard behoren momenteel de private woonprojecten Havenkwartier, Stadshaven, De Kaai en Zuidzicht. Wonen langs het water is echter niet nieuw. Tussen de natuurgebieden en industrie vaart men langs al dan niet oudere woningen. De opvallendste woning tussen Hasselt en Tessenderlo is de gerenoveerde cementtoren in Beringen-centrum. Een creatief koppel bracht er hun bedrijf in onder. Het was het eerste goedgekeurde project in het kader van ‘Wonen aan het water’ in Beringen.
Recreatie In de kanaalkom van Hasselt bevindt zich de Koninklijke Hasseltse Yachtingclub. Met de Willy Claes-haven op het Albertkanaal hebben de watersporters er een tweede grote binnenhaven bij met slipway, veertig aanlegsteigers en botenloodsen. Tussen Hasselt en Tessenderlo zijn er drie snelvaartzones afgebakend. Zo is er een snelvaartzone tussen de ingang van de jachthaven in Hasselt en de brug van Lummen. Hier mogen jetskiërs, waterskiërs en speedbootjes een hogere snelheid halen dan op andere plaatsen. Bij de watersportclubs langs het Albertkanaal zoals VVW Hasselt, waterskiclub Lumma Ski in Lummen, Waterski Beringen en waterskiclub VVW Tervant kan je Watersportclub VVW, Tervant onder andere watersporten met jetski, waterski, wakeboard, kajak en kano. In de zomer gaan er watersportkampen door. Langs het kanaal kom je ook regelmatig vissers tegen, zoals bijvoorbeeld in de binnenhaven van Tessenderlo. Niet alleen op het water wordt aan sport en recreatie gedaan, maar ook langs het water. Het autocircuit van Zolder is het enige Vlaamse circuit met roots in de jaren ’50. Dit evenementendomein was ooit een vaste afspraak op de F1-kalender. Talrijke internationale, nationale en regionale races bieden jaarlijks ruim 500 000 bezoekers een sportief spektakel. Er wordt ook gefeest langs het Albertkanaal. Op de Scheepskaai in Hasselt werd een voormalige meelfabriek in 2014 getransformeerd tot een creatief bedrijvencomplex en eventlocatie: KAAI 16. Er is ruimte voor feestjes, expo’s, workshops, vergaderingen en restaurant Kaaiman is er gevestigd. Kaai 16 is een initiatief en investering van de tennisster Yanina Wickmayer.
9-4 Op Sleeptouw 2016 | THEMA 9 - Varen tussen Hasselt en Tessenderlo
Natuur Tussen Hasselt en Tessenderlo komen we verschillende natuurgebieden tegen die vaak deel uitmaken van Natura 2000. Natura 2000 is een Europees project om de biodiversiteit over heel Europa te beschermen, te bewaren en terug te verbeteren. De valleien van de Laambeek, Zonderikbeek, Slangbeek en Roosterbeek tussen Hasselt en Heusden-Zolder bevatten natuurrijke vijvers, moerassen, heide en vennen. De vijverstreek De Wijers, verspreid over de zeven gemeenten Hasselt, Genk, Diepenbeek, Zonhoven, HeusdenZolder, Houthalen-Helchteren en Lummen, is met zijn meer dan 1 000 vijvers een uniek gebied met zeldzame dier- en plantensoorten. In De Wijers vinden de zeldzame roerdomp, woudaap (reigerachtige), watersnip en de boomkikker opnieuw een thuis. De Vallei van de Zwarte Beek, ten noordwesten van De Wijers, is nog een groene parel op dit traject. In één van de meest waardevolle beekvalleien in Vlaanderen wandel je van een zompnatte, venige beekvallei tot de kurkdroge, zanderige stuifduinen op de heide. Met meer dan 1 500 hectare natuur is het ook het grootste natuurgebied van Natuurpunt. In het kader van het provinciaal project GALS (Gemeenten Adopteren Limburgse Soorten), een project om diersoorten te beschermen adopteerde Heusden-Zolder de kleine ijsvogelvlinder, Lummen de huiszwaluw en Beringen de watersnip. Hasselt beschermt de gierzwaluw en promoot het plaatsen van nestkastjes. Een andere diervriendelijke maatregel is de installatie van reetrappen op de oevers van het Albertkanaal. Deze voorkomen dat in het water gesukkelde reeën de verdrinkingsdood sterven. Spijtig genoeg wordt niet alle natuur even goed beschermd. De Groene Delle is een natuurgebied in Lummen dat bedreigd wordt door het Economisch Netwerk Albertkanaal: 1/3 ervan wordt omgezet in industrieterreinen, ondanks het protest van de bevolking.
9-5 Op Sleeptouw 2016 | THEMA 9 - Varen tussen Hasselt en Tessenderlo