NEDERLANDSE Publ ie ke OMROEP Jaarverslag 2006
Colofon Herziene uitgave, juli 2007 Eindredactie en productie NPO Corporate Communicatie Finance & Control Personeel, Organisatie & Arbeidsvoorwaarden NOS Financiële zaken Personeel, Organisatie & Opleiding Communicatie Corporate website www.omroep.nl/npo Vormgeving Studio FC Klap, Hilversum Druk Zuidam Uithof, Utrecht
jaarverslag 2006
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
jaarverslag 2006
INHOUD Inleiding
7
bestuursverslag Nederlandse Omroep Stichting 2006 NPO Financieel resultaat Financiële besturing, beheersing en rechtmatigheid Directieverslag NOS Verslag Raad van Toezicht Verslag Gedragscode en Compliance Bedrijfsvoeringsverklaring
8 8 11 11 12 14 16 19
Organigram
20
Jaarrekening 2006 Balans per 31 december 2006 na resultaatbestemming Exploitatierekening 2006 Kasstroomoverzicht Grondslagen voor de balans en de exploitatierekening Waarderingsgrondslagen en grondslagen voor de resultaatbepaling Toelichting op de Balans Toelichting op de Exploitatierekening Overige gegevens Accountantsverklaring
22 22 23 24 25 26 27 34 39 40
Sociaal jaarverslag 2006 Evaluatie 2006 NOS NPO NOS / NPO Speerpunten 2006 NOS NPO Cijfers en trends Personeelsbestand Opleiding en ontwikkeling Beloning Gemiddelde leeftijd per salarisklasse Beoordeling Werk Mobiliteit Arbeidsomstandigheden
42 42 42 42 47 47 48 50 50 52 53 54 55 56 56 60
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
jaarverslag 2006
INLEIDIN G Jaarlijks legt de Nederlandse Omroep Stichting (NOS) in haar jaarverslag op grond van de Wet op de Jaarrekening verantwoording af over de besteding van de haar ter beschikking gestelde publieke middelen. Dit is het jaarverslag van 2006. Zoals u weet bestaat de NOS uit twee organisaties die vrijwel zelfstandige onderdelen vormen. De ene organisatie is de NOS, de directie die de NOS-programma’s op radio en televisie verzorgt, alsmede de content voor de NOS internetsites en Teletekst. De andere organisatie gaat sinds maart 2007 door het leven als de NPO (Nederlandse Publieke Omroep), maar was in 2006 nog bekend als Publieke Omroep. De Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht van de NOS houden zich, gesteund door staf- en uitvoerende diensten, bezig met de uitvoering van de uit de Mediawet voortvloeiende taken voor de landelijke publieke omroep. De inhoudelijke verantwoording van het gevoerde financiële en programmatische beleid wordt op twee manieren openbaar gemaakt. De inhoudelijke verantwoording voor het geheel van deze twee terreinen is te vinden in de Meerjarenbegroting, die jaarlijks in september verschijnt. Daarnaast leggen de omroeporganisaties afzonderlijk verantwoording af over het door hen gevoerde financiële en programmatische beleid. Nieuw is dit jaar de verantwoording in het kader van de Code Goed Bestuur & Integriteit, waarin wordt aangegeven hoe wij in 2006 met deze Code zijn omgegaan.
Harm Bruins Slot, voorzitter Raad van Bestuur Ruurd Bierman Cees Vis
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
HOO FD S TUK 1
DE NOS Bestuursverslag Nederlandse Omroep Stichting 2006 Bestuursverslag NPO Vanaf begin 2006 was duidelijk dat de invoering van het programmeringsmodel het meest zichtbare onderwerp van het jaar zou worden. Maar de nieuwe netprofilering was niet de enige noemenswaardige ontwikkeling. De nieuwe Raad van Toezicht trad aan, de profilering van de radiozenders werd aangescherpt en een flink aantal themakanalen zag het levenslicht, deels gedreven vanuit de gezamenlijkheid en deels initiatieven van de omroepen zelf. Voorts zorgde de val van het kabinet ervoor dat het niet kwam tot een stemming over het mediawetsvoorstel van staatssecretaris Medy van der Laan. Besluit netprofilering De Raad van Bestuur besloot in januari tot invoering van het programmeringsmodel. In december 2005 presenteerde de Raad zijn plannen aan programmamakers in het MCO-gebouw. De bijeenkomst verliep tumultueus, en op aandringen van de daar aanwezigen stelde de Raad van Bestuur het besluit uit, om een ieder de kans te geven met een beter idee te komen. Betere ideeën bleven echter uit, en dat leidde in januari definitief tot het besluit het programmeringsmodel in te voeren. De pas aangetreden onafhankelijke Raad van Toezicht keurde het voorgenomen besluit van de Raad van Bestuur vervolgens goed. Een werkgroep ging aan de slag om in nauw overleg met de omroepen te komen tot een scherpere en op leefstijlgroepen gebaseerde profilering van de drie televisienetten. De eerste week van september kreeg deze majeure operatie - waarbij veel inzet en tijd is gevraagd van medewerkers - zijn beslag en ging de nieuwe netprofilering van start. Introductie net- en zenderprofilering Na maanden van voorbereiding en begeleid door een uitgebreide introductiecampagne werden in september de nieuwe netprofielen van Nederland 1, 2 en 3 geïntroduceerd. Tegelijkertijd werden op de radio de zenderprofielen aangescherpt en Radio 5 vernieuwd. Bij televisie werd het kijkgedrag leidend in de programmering. De kijkers werden ingedeeld in leefstijlgroepen en die werden logisch verdeeld over de drie netten. Nederland 1 en 2 werden naar analogie van publieke omroepen in de buurlanden respectievelijk een breed en een verdiepend net. Nederland 3 richt zich voortaan op een jonger publiek (20 - 49 jaar) en biedt ruimte aan vernieuwende programma’s. De huisstijl voor de drie vernieuwde netten werd opgefrist, met als uitgangspunt de al eerder geïntroduceerde ruitvorm als logo. Tegen het einde van het jaar werd duidelijk dat de ingezette wijzigingen de neergaande spiraal in de kijkcijfers hadden weten te stoppen. De meest in het oog springende verandering bij de radio was de aanpassing op Radio 5 (voorheen 747 AM). Deze zender is voortaan gericht op de wat oudere luisteraar, met meer muziek en in de avond en in het weekend nog steeds ruimte voor verdieping. De profielen van Radio 4 en de concertzender werden aangescherpt, waardoor Radio 4 zich nu louter richt op klassieke muziek en de Concertzender meer accent legt op jazz en wereldmuziek. Op Radio 1 werd de dalurenprogrammering vernieuwd en het Radio 1 Journaal licht aangepast. De profielen van Radio 2 en 3FM waren goed, daar is vrijwel niets aan veranderd. Themakanalen Naast de ontwikkelingen op de algemene netten is de publieke omroep doorgegaan activiteiten te ontplooien op het gebied van nieuwe media. De al in 2005 aangekondigde vijf geprioriteerde themakanalen startten hun uitzending en daarnaast lanceerden ook de omroepen een flink aantal eigen themakanalen. Alle digitale kanalen van de publieke zijn te vinden via www.nederland 4.nl. In oktober tekenden de Raad van Bestuur en de Vecai, de brancheorganisatie van kabelbedrijven, een
jaarverslag 2006
contract. In het akkoord werd vastgelegd dat de publieke themakanalen en de dienst Uitzending Gemist via de digitale kabelpakketten van de aangesloten kabelexploitanten uit zullen worden gezonden. Het aanbieden van Uitzending Gemist betekent dat voor het eerst in Nederland video-on-demand via televisie wordt aangeboden. Ook gaan de NPO en de kabelmaatschappijen werken aan verdere vernieuwing, zoals portals op de digitale televisie. Succes Uitzending Gemist De digitale dienst Uitzending Gemist, waarmee kijkers via internet programma’s van de publieke omroep kunnen terugzien, maakte een stormachtige groei door. Elke maand werden de video’s door honderdduizenden mensen meer gekeken dan de maanden daarvoor. In november werden 9 miljoen video’s opgevraagd. De populariteit van de dienst kent zijn keerzijde. Op piekmomenten dreigt het systeem vast te lopen door het hoge aantal simultaan opgevraagde video’s. Er wordt momenteel gezocht naar alternatieven voor het uitbreiden van de serverruimte. Kwaliteitskaart In het voorjaar introduceerde de afdeling kijk- en luisteronderzoek (KLO) de Kwaliteitskaart Televisieprogramma’s, een instrument waarin de kwaliteit van programma’s op meer dimensies kan worden onderzocht dan alleen kijktijdaandeel, bereiks- en waarderingscijfers. De kwaliteitskaart toetst programma’s op betrouwbaarheid, innovatie, kwaliteit, maatschappelijke impact en pluriformiteit. Buitenlandse omroepen als BBC en ZDF bleken zeer geïnteresseerd in de door KLO ontwikkelde Kwaliteitskaart. De Digitale Voorziening (DDV) werd dit jaar uitgerold. DDV zorgt voor een volledig digitaal productieproces binnen de publieke omroep, vanaf het maken van programma’s tot het uitzenden en archiveren. Een aantal omroepen is dit jaar op DDV aangesloten, de overige omroepen volgen in 2007. Muziekcentrum voor de Omroep (MCO) Kenmerkten de jaren 2004 en 2005 zich met name door de doorvoering van de door de overheid opgelegde bezuinigingen, in het jaar 2006 stond met name de opbouw van de verschillende ensembles centraal. Door de grote toewijding van de Chef Dirigent Jaap van Zweden, de directie en de NAT-partners (NPS, AVRO, TROS), alsmede de flexibiliteit van de musici is een prestatie van formaat geleverd. Met als belangrijkste resultaat dat de ensembles in hun nieuwe vorm op een hoog artistiek niveau kunnen functioneren. Bestuurlijk gezien is eveneens een stap gezet. Het gezamenlijk gevoelde belang van omroep en MCO heeft geleid tot een “terugkeer” van het MCO in de bestuurlijke boezem van de NPO. De leden de Raad van Bestuur van de NPO zijn statutair benoemd tot de leden van de RvT van het MCO. Op deze wijze is ‘eenheid’ van beleid gegarandeerd. Herinrichting Als gevolg van de ingevoerde ‘Nieuwe Werkwijze’ en de grote span of control bij de Raad van Bestuur, besloot de Raad in het voorjaar tot een herinrichting van de organisatie. De herinrichting is op 19 maart 2007 ingevoerd. De herinrichting van de coördinatietaken is op Deense leest geschoeid, met platformgerichte directies radio, televisie en internet. Daarnaast is een directie nieuwe media en innovatie ingericht, waarbij ook crossmedialiteit de nodige aandacht krijgt. Ondersteunende afdelingen als Sales, KLO Kwalitatief, Informatiecentrum en Ondertiteling zijn ondergebracht bij de directie Bedrijfsvoering. Door managementverantwoordelijkheden te delegeren stelt de herinrichting de Raad van Bestuur in staat bestuurlijke taken verder te optimaliseren, en zich meer te richten op verdere strategieontwikkeling.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
HOO FD S TUK 1
DE NOS Het speciaal daartoe in het leven geroepen Projectbureau Herinrichting heeft alle processen rond de herinrichting voorbereid en zal de herinrichting begeleiden totdat deze volledig is geïmplementeerd. Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit Sinds 1 januari 2006 is bij de publieke omroepen een gedragscode voor goed bestuur en integriteit in werking getreden. Terugkijkend op het jaar 2006 is duidelijk dat deze ‘Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit’ zijn gaan leven binnen de organisatie van de NPO. Integriteitsvraagstukken zoals het aannemen en geven van geschenken, maar ook het aanbesteden van opdrachten en diensten, zijn via de aangegeven kaders bespreekbaar gemaakt (meer informatie over de gedragscode vindt u op pagina 16). Val kabinet Het toekomstplan van staatssecretaris Medy van der Laan werd in juni 2006 met advies van de Raad van State naar de Tweede Kamer gestuurd. Voordat het tot een stemming kwam viel in juli het kabinet. Tijdens het demissionaire kabinet kwam ‘media’ vervolgens in de portefeuille van minister van OCW, Maria van der Hoeven (CDA). Het demissionaire kabinet besloot ingrijpend mediabeleid over te laten aan zijn opvolger. De Raad van Bestuur heeft in de aanloop naar de verkiezingen van november in Den Haag een ‘claim’ van 125 miljoen euro neergelegd. De Raad heeft daarbij aangegeven het geld te willen inzetten voor programmatisch herstel, voor een kwaliteitsimpuls, en voor crossmediale productontwikkeling. De Europese Commissie stelde in juni dat de publieke omroep teveel staatssteun uit Den Haag had ontvangen en oordeelde dat 80 miljoen euro terugbetaald moest worden. Het kabinet deelde deze argumentatie niet en vecht dit besluit in beroep aan. De NPO is eveneens in beroep gegaan. Deze zaak loopt nog. Diversiteit De publieke omroep gaat buitengewoon serieus om met de signalen dat zij er niet goed in slaagt een afspiegeling te zijn van de samenleving zowel in de programmering en in het personeelsbestand. Het diversiteitsvraagstuk staat ondertussen hoog op de agenda: met de omroepen is tijdens bijeenkomsten van gedachten gewisseld hoe in de bestaande situatie verandering te brengen, en er zijn afspraken gemaakt om ‘diversiteit’ in programma’s terug te zien. Daarnaast heeft de Raad van Bestuur besloten onderzoek te laten doen naar het kijkgedrag van allochtonen in Nederland. Dit onderzoek krijgt zijn beslag in 2007. Onderzoek spanningen De Raad van Bestuur heeft oud-EO-directeur Ad de Boer gevraagd onderzoek te doen naar de gevoelde spanning op het snijvlak van inhoud en programmering sinds de invoering van het programmeringsmodel. Het rapport zal in 2007 verschijnen. Op het gebied van de arbeidsvoorwaarden is in het verslagjaar een nieuwe CAO afgesloten voor de periode tot 31 maart 2007. Besloten is om met ingang van 2007 een zogenoemde jaarurennorm in te voeren. Over de modernisering van de CAO wordt door de partijen nog onderhandeld. Project Strategische Agenda De Raad van Bestuur heeft een aanvang gemaakt met het zogeheten project Strategische Agenda. De Raad wil verder beleid ontwikkelen op basis van de visie die is neergelegd in het Tussentijds Concessiebeleidsplan. Dimensies als ‘voor iedereen’ (pluriformiteit, diversiteit, verbreding bereik), ‘publieke kwaliteit’ (genrebeleid op gebied van onder andere kunst/cultuur, wetenschap, jeugd) en ‘crossmedialiteit’ zullen worden uitgediept en van nader beleid worden voorzien. Dit project zal in afstemming met de omroepen in 2007 worden vormgegeven.
10
jaarverslag 2006
Financieel resultaat Het resultaat van de Nederlandse Omroep Stichting over 2006 bedraagt € 110,4 mln negatief bestaande uit NPO € 111,6 mln negatief en NOS € 1,2 mln positief. Dit resultaat is voornamelijk veroorzaakt door 1) een incidentele bate, 2) de inzet van de reserves ten behoeve van de programmering en 3) de terugvordering van overcompensatie in de jaren 1994 tot en met 2005 door het ministerie van OCW op last van de Europese Commissie. In 2006 zijn de aandelen NoZeMa NV verkocht en dit heeft geresulteerd in een incidentele bate van € 29,1 mln. In 2005 heeft de Raad van Bestuur besloten om de programmareserves per omroep te normeren, waarbij de bovenmatige middelen worden overgedragen aan de Nederlandse Publieke Omroep. In 2006 is een gedeelte van de overgedragen reserves ingezet ten behoeve van de programmering. De normering van de reserves heeft in 2006 geleid tot een nieuwe overdracht aan de Raad van Bestuur die het resultaat met € 22 mln positief heeft beïnvloed (daar tegenover staat overigens een zelfde negatief resultaat bij de omroepinstellingen). In 2006 heeft de Raad van Bestuur in totaal € 83 mln aan reserves ingezet ten behoeve van de program mering, zoals ook aangegeven in het jaarverslag van 2005. Medio 2006 heeft de Europese Commissie in een beschikking geoordeeld dat bij de publieke omroep in de periode 1994 tot en met 2005 sprake is geweest van overcompensatie. Het door de Commissie berekende bedrag aan overcompensatie bedraagt € 76,3 mln; dit bedrag is vermeerderd met rente ad € 10,2 mln. De Commissie heeft de Nederlandse autoriteiten gelast het bedrag ad € 86,5 mln aan de NOS (NPO) terug te vorderen. De terugvordering heeft door middel van een beschikking van de minister van OCW begin december 2006 plaatsgevonden. Op verzoek van het Commissariaat is deze terugvordering als schuld verwerkt in de jaarrekening 2006 van NPO; hiermee sluit de verwerkingswijze in de jaarrekening van NPO ultimo 2006 aan bij de verwerkingswijze in de jaarrekening over 2006 van het Commissariaat voor de Media. Mede als gevolg van de terugvordering is de NOS in 2006 geconfronteerd met een aanzienlijk exploitatietekort ad € 110,4 mln, waardoor sprake was van een forse ondercompensatie. Om de wettelijke taakopdracht van de landelijke publieke omroep te waarborgen en om een onaanvaardbare aanslag op de programmering te voorkomen, heeft het parlement op voorspraak van de Minister eind november 2006 besloten om in 2007 de voornoemde financiële problematiek te betrekken bij de budgettoekenning 2007 en hiervoor € 87 mln toe te kennen. Overigens zijn zowel de Nederlandse autoriteiten als de NOS in beroep gegaan bij het Gerechtshof in Eerste Aanleg te Luxemburg tegen de beschikking van de Europese Commissie. Daarnaast heeft de NOS een bezwaarschrift ingediend tegen de terugvorderingsbeschikking van de Minister van OCW. Financiële besturing, beheersing en rechtmatigheid Voor de financiële besturing en beheersing wordt gewerkt volgens de managementcontrol-cyclus. Jaarlijks worden bedrijfsplannen en budgetten vastgesteld. Voor de verantwoording wordt periodiek management informatie opgesteld waarbij de realisatie van de financiële doelstellingen wordt geanalyseerd. De NOS wordt gefinancierd uit publieke middelen, daarom is het beleid binnen het financiële beheer om tijdelijke overtollige middelen risicoloos te laten renderen via korte termijndeposito’s. Bij financiële transacties en beheerhande lingen worden rechtmatigheidcontroles uitgevoerd, waarbij wordt getoetst of deze hebben plaatsgevonden binnen de hiervoor geldende wettelijke bepalingen en interne regelgeving. Bij de financiële cyclus wordt rekening gehouden met bepalingen uit de Mediawet, het Handboek Financiële Verantwoording, fiscale en sociale regelgeving, Richtlijnen en Regeling Goed Bestuur en Integriteit, Europese wetgeving, subsidie voorwaarden en voorwaarden van het Commissariaat voor de Media.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
11
HOO FD S TUK 1
DE NOS Directieverslag NOS De NOS heeft in 2006 op uiteenlopende gebieden bijzondere prestaties geleverd en daar is de directie trots op. Alle redacties zijn in 2006 gedigitaliseerd, zowel bij Nieuws als bij Sport. Een grote operatie, die niet altijd vlekkeloos is verlopen, maar waar ons publiek (bijna) niets van heeft gemerkt. De NOS is op technisch gebied nu één van de voorlopers in de wereld. Naast deze digitalisering zijn de redacties van alle nieuwsprogramma’s (televisie, radio, teletekst en internet) geïntegreerd in één grote redactie op de zogenoemde Nieuwsvloer. De sportredacties zijn druk doende om een soortgelijke integratie te realiseren en komend voorjaar moet de Sportvloer een feit zijn. Het nieuwe sportbeleid dat in 2005 is opgezet om het verlies van de eredivisie voetbalrechten op te vangen, heeft dit jaar zijn waarde bewezen. De zondagmiddaguitzending van NOS Studio Sport is een evenement op zichzelf geworden met live-verslagen, reportages en verdieping. Hiermee krijgt het ‘andere’ sportbeleid na het verlies van de nationale voetbalrechten een nieuw gezicht. In het voorjaar is voor het eerst een speciale Finalemaand uitgezonden met aandacht voor de zogenoemde kleine sporten. Ook komend jaar wordt de Finalemaand in samenwerking met het NOC*NSF voortgezet. Publieksfavorieten als het UEFA-cup voetbal en de Champions League kregen samen met een nieuwe trekker als het Engels voetbal veel waardering van ons publiek. 2006 was een echt sportjaar. Het sportjaar begon in februari met de Olympische Winterspelen in Turijn. Gemiddeld keken 1,4 miljoen mensen dagelijks naar de (live) NOS-uitzendingen, met een piek van 5,7 miljoen kijkers op het moment dat Marianne Timmer goud op de 1000 meter won. Het avondprogramma met Mart Smeets, Caffè Torino werd een begrip. De NOS Studio Sport documentaire over de Amerikaanse schaatser Shani Davis won een Olympic Golden Ring Award. Voor het eerst kon het publiek de Winterspelen live op internet volgen via zes streams. In totaal werd door alle bezoekers via internet 1.160.649 uur naar de rechtstreekse verbindingen met Turijn en omstreken gekeken. Het megasportevenement van 2006 was het WK Voetbal in Duitsland. Met in totaal 11,1 miljoen kijkers, was de wedstrijd tussen het Nederlands elftal en Portugal in de achtste finale het best bekeken duel. Het rechtstreekse late avondprogramma NOS Studio Sportzomer hield dagelijks gemiddeld ruim 1,4 miljoen mensen aan de buis gekluisterd en versloeg hiermee alle late avondconcurrentie. Het nieuwe jaar ging voor de Nieuwsvloer feestelijk van start met de viering van 50 jaar NOS Journaal. In de jubileumuitzending op 5 januari namen een dag lang negen oud-presentatoren weer plaats in de studio. Pieter Fleury maakte op verzoek de documentaire Het schitterende scherm, 50 jaar Journaal en er verscheen een jubileumboek van Ad van Liempt. Het NOS Jeugdjournaal vierde zijn 25-jarig bestaan en ook bij NOS Met het Oog op Morgen was het feest bij de 30ste verjaardag. De politiek domineerde het nieuwsjaar: de gemeenteraadsverkiezingen in maart, de val van het kabinetBalkenende II en de Tweede Kamerverkiezingen op 22 november. Een toepasselijk jaar voor de start van het digitale themakanaal Politiek 24, na Journaal 24 het tweede digitale kanaal onder beheer van de NOS (i.s.m. de NPO). Het eerste landelijke verkiezingsdebat was live bij NOS Radio en de jeugd kreeg de kans om de lijsttrekkers aan de tand te voelen in het NOS Jeugdjournaal verkiezingsdebat 2006. De debatten die de NOS de avond voor de verkiezingen uitzond, trokken miljoenen kijkers, met een piek van ruim 3 miljoen. Een dag later volgden wederom miljoenen mensen de spannende verkiezingsuitslag bij de NOS via televisie, radio, teletekst, internet en Politiek 24.
12
jaarverslag 2006
De NOS heeft in 2006 wederom laten zien dat sport en nieuws belangrijke pijlers zijn binnen de publieke omroep en dat ze thuis horen bij die publieke omroep. De NOS brengt sport en nieuws live, mooi en ambachtelijk gemaakt, en journalistiek en maatschappelijk relevant. Het nieuwe programmeringsmodel waarmee de publieke omroep in september begon, is succesvol, mede dankzij de NOS-programma’s. Het nieuwe kabinet reserveert extra geld voor de publieke omroep. Deze extra financiering is echter hard nodig om de huidige programmering van de publieke omroep voort te kunnen zetten en biedt helaas geen ruimte voor nieuwe programma’s of andere ambities. De NOS probeert door de aangepaste organisatie structuur nog efficiënter te werken om zo toch ruimte te creëren voor het verwezenlijken van plannen en ambities. Zo wil de NOS komend jaar meer rechtstreeks verslag van grote evenementen doen. Het gaat hierbij om evenementen die niet direct gerelateerd zijn aan het nieuws, maar waarmee de NOS wil bijdragen aan een grotere sociale cohesie.
Directie Gerard Dielessen, directeur Jan de Jong, adjunct-directeur Ton van Brussel, adjunct-directeur Hoofdredactie Sport (TV) Maarten Nooter, hoofdredacteur Pim Marks, adjunct-hoofdredacteur Ewoud van Winsen, adjunct-hoofdredacteur Hoofdredactie Sport (radio) Ferry de Groot, hoofdredacteur Hoofdredactie Nieuws Hans Laroes, hoofdredacteur Marcel Gelauff, adjunct-hoofdredacteur Diederik Bonarius, adjunct-hoofdredacteur Jan Mom, adjunct-hoofdredacteur Peter Kloosterhuis, adjunct-hoofdredacteur Bernadette Slotboom, adjunct-hoofdredacteur (tot 1 oktober 2006) René Went, adjunct-hoofdredacteur (tot 1 oktober 2006)
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
13
HOO FD S TUK 1
DE NOS Verslag Raad van Toezicht De leden van de Raad van Toezicht worden bij Koninklijk Besluit benoemd voor een termijn van vijf jaar, waarbij herbenoeming voor een aansluitende periode mogelijk is (Mediawet art. 18a). De Raad van Toezicht houdt toezicht op het beleid van de Raad van Bestuur en op de algemene gang van zaken bij de NPO (Nederlandse Publieke Omroep). Verdere taken van de Raad van Toezicht staan beschreven in de Mediawet (art.18b). Met de wijziging van de Mediawet in 2005 – tot stand gekomen onder staatssecretaris Medy van der Laan – zijn de bestuurlijke verhoudingen in het publieke omroepbestel ingrijpend veranderd. De wijziging heeft onder meer tot gevolg dat de omroepen per 1 september 2005 geen deel meer uit maken van de Raad van Toezicht, maar bijeenkomen in het College van Omroepen. Per 1 januari 2006 is een nieuwe Raad van Toezicht van onafhankelijke deskundigen benoemd. De Raad van Toezicht is acht keer bijeengekomen in 2006, telkens in aanwezigheid van de Raad van Bestuur, met uitzondering van de eerste vergadering (januari 2006), waarvoor het besluit van de Raad van Bestuur inzake nieuwe netprofielen stond geagendeerd. Een andere uitzondering vormde de laatste vergadering (november 2006). Een gedeelte van deze vergadering werd gereserveerd ter bespreking van zowel het functioneren van de Raad van Bestuur als ook van de Raad van Toezicht, in afwezigheid van de Raad van Bestuur. Deze evaluatie is in februari 2007 afgerond. De nieuwe Raad van Toezicht is aangetreden in een turbulente tijd. Vanwege teruglopende budgetten en ter stuiting van dalende kijkcijfers heeft de Raad van Bestuur december 2005 besloten tot invoering van nieuwe netprofielen per september 2006 (programmeringsmodel). De Raad van Toezicht heeft d.d. 11 januari ingestemd met dit besluit. Verder zijn in de vergaderingen van de Raad van Toezicht onder meer de volgende onderwerpen besproken: Voortgang Programmeermodel Televisie, Richtlijnen Goed Bestuur, COR-convenant, Staatssteunkwestie, Tussentijds Concessiebeleidsplan, Bedrijfsvoering Publieke Omroep, Herinrichting Publieke Omroep, Thema kanalen, Inzet/claim Raad van Bestuur m.b.t. Regeerakkoord, Beleidslijn art. 57c/AMvB, Televisie- en Radio programmering en kijk- en luistercijfers, Beleidskader Radiothemakanalen, Kwaliteitskaart Televisie, Bezwaarprocedures, Toekomstagenda Raad van Bestuur 2006-2008, Coördinatiereglement Televisie, Wijziging Statuten NOS, Nieuwe naam/vormgeving Publieke Omroep. De Raad van Toezicht heeft in maart 2006 ingestemd met het Voorgenomen besluit Radiostrategie. In zijn vergadering van 4 juli 2006 stelde de Raad van Toezicht het jaarverslag 2005 en het Financieel kader Meerjarenbegroting 2007-2011 vast. In augustus 2006 heeft de Raad van Toezicht de Meerjarenbegroting 2007-2011 vastgesteld. Een aantal leden van de Raad heeft bezoeken gebracht aan omroepen en voorts maakte een deel van de Raad van Toezicht in september 2006 kennis met het College van Omroepen in een daartoe speciaal belegde bijeenkomst. Om aan financiële en Raad van Bestuuraangelegenheden afzonderlijk aandacht te geven zijn uit het midden van de Raad een auditcommisie en een remuneratiecommissie gevormd. In zijn vergadering van juli heeft de Raad van Toezicht de herziene jaarrekening 2006 vastgesteld.
14
jaarverslag 2006
De Raad van Toezicht De heer mr. C. Smaling (voorzitter) De heer ir. B. F. Dessing De heer dr. A.A. Dijkhuizen De heer prof. dr. N.A.N.M. van Eijk Mevrouw prof. dr. V.A.J. Frissen De heer D. Terpstra Mevrouw A.P.M. van der Veer Voor nadere informatie over de beloning van de Raad van Toezicht, verwijzen we u naar bladzijde 37 van de jaarrekening. Meer informatie over de leden Raad van Toezicht kunt u vinden op de website www.omroep.nl/npo.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
15
HOO FD S TUK 1
DE NOS Verslag Gedragscode en Compliance De publieke omroepen hebben een gedragscode voor goed bestuur en integriteit. Deze code staat bekend onder de naam Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit en is in werking getreden op 1 januari 2006. Een Commissie ter Bevordering van Goed Bestuur en Integriteit ziet toe op de naleving van deze richtlijnen en regelingen bij de Publieke Omroep. Zij verantwoorden zich via een afzonderlijk jaarverslag. De Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit inclusief de openbare registers (Nevenfuncties, Financiële Belangen, Beleggingen en Gegeven Geschenken) zijn openbaar en door derden te raadplegen via onze website www.omroep.nl/npo. De stichting NOS heeft een functionaris aangesteld die verantwoordelijk is voor de toetsing op het correct naleven van de voorschriften uit de Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit, de zogenaamde Compliance Officer. De activiteiten van de Compliance Officer zijn vooral gericht geweest op de implementatie van deze richtlijnen en regelingen. Aandacht is gegeven aan het opzetten van de openbare registers, vergroting van de bewustwording van deze gedragscode en het nauwgezetter integreren van integriteit in de bedrijfsvoeringsprocessen. Integriteit houdt in dat de verantwoordelijkheid die met de werkzaamheden samenhangt, wordt aanvaard en dat er de bereidheid is om daarover open en aanspreekbaar te zijn. Naar het jaar 2006 kijkend, is het goed merkbaar dat de gedragscode goed bestuur en integriteit meer zijn gaan leven in onze organisatie. Integriteitsvraagstukken worden bespreekbaar gemaakt, zoals het aannemen en geven van geschenken en aanbesteden van opdrachten en diensten. De Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit schrijven voor dat, indien wordt afgeweken van onderdelen van de Richtlijnen, openbaar verantwoording wordt afgelegd. Dat doen wij via dit jaarverslag. Wijzigingen in de Richtlijnen De stichting NOS is enigszins afgeweken van de regelgeving over het aannemen en geven van geschenken. Deze hebben betrekking op de artikelen 4.2 en 4.3 van Richtlijn 2 Integriteit. Artikel 4.2 stelt dat een gegeven geschenk niet meer dan € 50,00 bedraagt en dat alle geschenken aan derden moeten worden opgenomen in een openbaar register. Wij hebben er voor gekozen dat er in principe geen geschenken worden gegeven aan derden van meer dan € 50,00, maar hiervan kan wel worden afgeweken indien dit gerechtvaardigd is. Alleen deze geschenken worden opgenomen in het openbare register. Hierdoor ontstaat er geen lang, onoverzichtelijk register van geschenken die er eigenlijk niet toe doen. Wij waarborgen zo dat er een goed inzicht bestaat in gegeven geschenken die meer zijn dan het gebruikelijke, teneinde te kunnen beoordelen of ongewenste belangenverstrengeling tegen is gegaan en de integriteit gewaarborgd is. Daarnaast wijken wij af van artikel 4.3 van Richtlijn 2. Hierin staat dat ontvangen geschenken, diensten en giften, boven een bedrag van € 50,00, eigendom worden van de organisatie. Wij hebben hieraan toegevoegd dat het geschenk eigendom is van de organisatie, maar dat bepaald kan worden dat de ontvanger dit geschenk mag behouden. Naast deze geringe afwijkingen hebben wij gemeend de voorschriften over het aannemen en geven van geschenken uit te breiden. Dit betreft onder andere het omgaan met uitnodigingen en het ontvangen van giften. Wij vinden dat bovenstaande een goede en werkzame aanvulling is op hetgeen wij destijds hebben vastgesteld. Voor een gedetailleerde weergave verwijzen wij u naar onze website.
16
jaarverslag 2006
De stichting NOS verantwoordt zich ook in dit jaarverslag over de naleving van de Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit. De Compliance Officer heeft onderzoeken laten verrichten naar integriteit en rechtmatigheid en de bevindingen worden hierna per betreffende richtlijn weergegeven. Richtlijn 1 Goed Bestuur en Toezicht De werkwijze, taken, bevoegdheden, benoemen en ontslaan van de (leden van de) Raad van Bestuur en de (leden van de) Raad van Toezicht zijn uiteengezet in de statuten van de stichting en in de mediawet. Alleen het aspect ‘schorsen van één van de leden van de Raad van Toezicht’ is hierin niet vermeld. Dit aspect en overige reglementaire zaken zullen worden opgenomen in een Reglement Raad van Toezicht. De hoogte van een ontslagvergoeding voor Topfunctionarissen dient volgens deze richtlijn op dezelfde wijze bepaald te zijn als is geregeld in de CAO. Echter, de rechtspositie voor de leden van de Raad van Bestuur is op grond van de Mediawet niet conform de CAO. De contracten van de leden van de Raad van Bestuur zijn ook voor 1 januari 2006 afgesloten. Richtlijn 2 Integriteit Aan iedere medewerker is gevraagd zich te verantwoorden over integer handelen. Eventuele financiële belangen van medewerkers en/of hun partners in ondernemingen die een (in)directe relatie met de Nederlandse Publieke Omroep hebben en gegeven geschenken van meer dan € 50,00 zijn opgenomen in de desbetreffende openbare registers. Dit geldt ook voor de nevenfuncties van en meldingen beleggingen in sectorgerelateerde ondernemingen door topfunctionarissen. Bij opgaven van de nevenfuncties van de medewerkers is niet gebleken dat er strijdigheid bestaat met het belang van de stichting NOS. Topfunctionarissen en enkele medewerkers vervullen ook nevenfuncties uit hoofde van hun functie. In Richtlijn 2 zijn ook voorschriften opgenomen over de bedrijfsvoering. De voorschriften inzake uitgaven, kostendeclaraties en gebruik van credit cards zijn nageleefd. Ten aanzien van de voorschriften over de Telefoonregeling geldt dat er geen interne controle is uitgevoerd op de naleving daarvan, omdat het controleprotocol tot op heden niet formeel is vastgesteld vanwege discussie over privacywetgeving. In 2007 zal de (controle op) telefoonregeling opnieuw worden geactualiseerd. Uit interne audit is gebleken dat de voorschriften over aanbesteding, namelijk bij het verlenen van een opdracht van meer dan € 50.000,00 dient vooraf bij tenminste drie organisaties/bedrijven een offerte te worden aangevraagd, niet het gehele jaar zijn nageleefd. Wel is de Europese regelgeving hieromtrent nageleefd. Vanaf het najaar 2006 is de invoering van de Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit pas goed doorgedrongen in de organisatie. In 2007 zullen deze interne regels voor het aanbesteden bijzondere aandacht krijgen. Een accountant is volgens Richtlijn 2 voor ten hoogste vijf jaren achtereen verbonden met een organisatie. De accountant van de stichting NOS is Ernst & Young. In 2005 is de samenstelling van het relatie- en controleteam gewijzigd. Door deze wijziging vond de Raad van Bestuur het niet efficiënt om per 1 januari 2006 van accountantskantoor te wisselen. De Raad van Toezicht heeft vervolgens besloten de nieuwe externe accountant te herbenoemen voor de jaarrekening 2006. Jaarlijks zal de externe accountant worden herbenoemd. Vanaf het verslagjaar 2006 zal echter niet langer dan vijf jaar bij het hetzelfde accountantskantoor worden gebleven.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
17
HOO FD S TUK 1
DE NOS Richtlijn 3 Verslaglegging Een nieuw verslaggevingaspect is het opnemen van de bedrijfsvoeringsverklaring. Hiermee verklaart de Raad van Bestuur dat niet is gebleken dat de bedrijfsvoering te kort is geschoten. Eventuele tekortkomingen worden toegelicht, inclusief de maatregelen om de tekortkomingen te verhelpen en het bijbehorende tijdpad. Van te voren dient de Raad van Bestuur vastgelegd te hebben aan welke eisen ieder onderdeel moet voldoen. In de bedrijfsvoeringsverklaring wordt verwezen naar deze eisen. In de afgelopen jaren zijn door de organisatie dergelijke eisen vastgelegd in diverse regelgeving, procedures etc. Voor 2007 worden deze eisen gecentraliseerd en waar nodig geactualiseerd. De bedrijfsvoeringsverklaring van de stichting NOS is opgenomen in dit jaarverslag. De Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit zijn geïmplementeerd. De aandachtspunten voor 2007 zullen worden uitgevoerd, maar ook nieuwe initiatieven zullen worden uitgewerkt, zoals het invoeren van een dienstreizenregister en het opstellen van een Reglement Raad van Toezicht.
18
jaarverslag 2006
Bedrijfsvoeringsverklaring Binnen de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) wordt vanaf 1 januari 2006 gewerkt met een omroepbrede gedragscode te weten Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit welke ook op de stichting NOS van toepassing is. De belangrijkste uitgangspunten hiervan zijn verantwoording en transparantie. Een onderdeel van deze gedragscode is dat er ieder jaar een bedrijfsvoeringsverklaring wordt afgegeven. Onder bedrijfsvoering wordt verstaan “De sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen binnen de organisatie om de gestelde beleidsdoelstellingen te kunnen realiseren. Het betreft sturing en beheersing van zowel de primaire processen als van de processen die hiervoor faciliterend zijn”. De besturing van de bedrijfsvoering vindt ondermeer plaats via de beleidscycli. Dit omvat o.a. het concessie beleidsplan, de (meer)jarenbegroting, de lange-termijn-financieringsbehoefte en de vermogenspositie. Via dit instrumentarium wordt het (financiële) beleid geïntegreerd in de uitvoering waarbij de realisatie van de beleidsdoelstellingen wordt getoetst en gemonitord. Het beheer van de stichting NOS ziet niet alleen toe op een rechtmatige uitvoering van het geheel van de opgedragen taken, het richt zich ook en in het bijzonder op de daarin onderkende risico’s. Hierbij wordt er op toegezien dat deze uitvoering heeft plaatsgevonden binnen de hiervoor geldende wettelijke bepalingen (o.a. Mediawet) en interne regelgeving (o.a. bedrijfsregelingen en richtlijnen voor treasury). Binnen de stichting NOS is in 2006 in het bijzonder aandacht geweest voor de implementatie van de Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit. Bij de NPO heeft tevens in 2006 het human-resourcesbeleid en de daarbij behorende cyclus van planning, evaluatie en beoordeling, bijzondere aandacht gekregen. De complexere regelgeving op o.a. het gebied van Compliance noodzaken ons om een effectiever intern controlesysteem te ontwikkelen en in te zetten. Het is essentieel om richtlijnen in de bedrijfsstructuren te actualiseren en hiervoor interne controlemechanismen in te bouwen. Om dit te realiseren gaan wij opnieuw de processen identificeren, de daarbij behorende risico’s analyseren en de benodigde controles opnieuw bezien. Risicomanagement is daarom een onderwerp voor 2007. Op basis van de huidige inzichten en onderkende risico’s is de Raad van Bestuur van mening dat in 2006 niet is gebleken dat in enig element van de bedrijfsvoering tekort is geschoten. Wij hebben gedurende 2006 de verschillende aspecten van bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de bedrijfsvoering niet voldoet aan de vereisten zoals door ons in de afgelopen jaren is gesteld. De bedrijfsprocessen zijn voldoende beheerst, en daar waar nodig zijn passende maatregelen genomen, zoals het opnieuw vaststellen van procedures omtrent subsidies en aanbesteding. Op één element kan er nog nadere verbetering plaatsvinden, te weten onderhands aanbesteden. Dit is een nieuw element in 2006 en is afkomstig uit de Richtlijnen en Regelingen Goed Bestuur en Integriteit. Dit is dan ook een aandachtspunt voor 2007.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
19
HOO FD S TUK 2
ORGAN IGRAM
Nederlandse Omroep Stichting Raad van Bestuur
Directie NOS
Directiesecretariaat
Hoofdredactie Nieuws (& Omrop Fryslân)
Personeel & Organisatie Financiële Zaken
Hoofdredactie Sport (2007)
Marketing & Communicatie AV/IT/FM Juridische Zaken Documedia DNM
20
jaarverslag 2006
NPO*
Netcoördinatie Nederland 1
Bestuurssecretariaat
Algemene Zaken
Netcoördinatie Nederland 2
Mediabeleid, Juridische Zaken
Informatiecentrum Publieke Omroep
en Communicatie Netcoördinatie Nederland 3
Aankoop Finance & Control
Netcoördinatie Z@pp/Z@ppelin
Sales KLO Informatie en Advies
Netcoördinatie Nederland 4
Media Informatie Services Personeel, Organisatie &
Traffic, Continuïteit & Eindregie
Arbeidsvoorwaarden
KLO Onderzoek
Zendercoördinatie Radio 1 & 747
Technologie & Distributie
CoBO-fonds
Zendercoördinatie Radio 2
Internet Services
Zendercoördinatie 3 FM
Service Management
Zendercoördinatie Radio 4
OR-bureau
Internetcoördinatie
* De naam NPO is in 2007 ingevoerd. In maart 2007 heeft er een herinrichting plaatsgevonden en is de organisatiestructuur aangepast. In dezelfde maand is een nieuwe huisstijl geïntroduceerd.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
21
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G JAARREKENING 2006 NEDERLANDSE OMROEP STICHTING Balans per 31 december 2006 na resultaatbestemming (x 1.000 euro) ACTIVA
2006
Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
82.532
76.320
82.532
75.096
0
1.224 285.977
Vlottende activa Voorraden
2005
176.599
341.918 199.685
Vorderingen
58.858
82.114
Liquide Middelen
50.520
60.119 368.509
PASSIVA Eigen vermogen Fondsen
2005 33.099
143.527
0
8.984
6.548
6.859
Langlopende schulden
141.095
172.946
Kortlopende schulden
187.767
85.922
368.509
418.238
Voorzieningen
22
2006
418.238
jaarverslag 2006
Exploitatierekening 2006 (x 1.000 euro) Baten Omroepmiddelen
2006
2005
602.630
672.926
Onttrekking fondsen
8.984
11.511
Opbrengst overige nevenactiviteiten
12.055
10.144
Overige bedrijfsopbrengsten
15.910
10.306
-86.527
-
553.052
704.887
438.454
402.965
Lonen en salarissen
47.939
50.600
Sociale lasten
12.560
15.452
5.313
3.200
Directe productiekosten
151.837
142.752
Overige bedrijfslasten
36.837
32.548
Som der bedrijfslasten
692.940
647.517
Saldo
-139.888
57.370
29.105
15.954
2.316
1.522
Terugvordering CvdM (onderzoek EC) Som der bedrijfsopbrengsten Lasten Verstrekkingen landelijke publieke omroepen
Afschrijvingen op materiële vaste activa
Resultaat deelnemingen Rentebaten Rentelasten en soortgelijke kosten
Exploitatieresultaat
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
-1.961
-1.698
29.460
15.778
-110.428
73.148
23
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G Kasstroomoverzicht * (x 1.000 euro) 1. Kasstroom uit operationele activiteiten
2006
2005
-110.428
73.148
5.313
3.255
- Mutatie fondsen/voorzieningen
-9.295
-10.991
Bruto kasstroom uit operationele activiteiten
-114.410
65.412
Mutatie in voorraden
23.086
-93.798
Mutatie vorderingen
23.256
-56.639
Mutatie kortlopende schulden
101.845
-1.428
Netto kasstroom uit operationele activiteiten
33.777
-86.453
-12.749
-19.840
Exploitatieresultaat: omroepactiviteiten Aanpassen voor: - Afschrijvingen vaste activa
2. Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa Investeringen in financiële vaste activa
-
-89
1.224
23
-11.525
-19.906
Ontvangsten uit langlopende schulden
20.095
107.215
Aflossing uit langlopende schulden
-51.946
-20.728
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
-31.851
86.487
Mutatie liquide middelen 1+2+3
-9.599
-19.872
Liquide middelen einde boekjaar
50.520
60.119
Desinvesteringen financiële vaste activa
Kasstroom uit investeringsactiviteiten 3. Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Liquide middelen begin boekjaar Mutatie liquide middelen
60.119
79.993
-9.599
-19.874
* Het kasstroomoverzicht is opgesteld conform de indirecte methode.
24
jaarverslag 2006
GRONDSLAGEN VOOR DE BALANS EN DE EXPLOITATIEREKENING Algemeen Bij de opstelling van de jaarrekening is uitgegaan van de regelgeving die is verwoord in het Handboek Financiële Verantwoording Media van april 2005. Het Handboek maakt deel uit van de regeling die op grond van het bepaalde in artikel 109, vierde lid, van de Mediawet en gelet op het bepaalde in artikel 32a, tweede lid, van het Mediabesluit is getroffen. Daar waar het inzicht dit vereist, is afgeweken van deze regelgeving. De Nederlandse Omroep Stichting is verantwoordelijk voor het beheer van omroepmiddelen die zijn toegewezen aan de landelijke publieke omroepen. In de praktijk betekent dit dat de Nederlandse Omroep Stichting de verstrekking van omroepmiddelen voor de landelijke publieke omroepen verzorgt. De door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) beschikbaar gestelde gelden worden als baten verantwoord in de exploitatierekening. De verstrekkingen aan de landelijke publieke omroepen worden verantwoord als last onder de post ‘Verstrekkingen landelijke publieke omroepen’. Uit overdrachten uit de Algemene Omroepreserve van de door OCW beschikbaar gestelde middelen is het Fonds Omroepreserve ontstaan. Het fonds dient met name ter financiering van impulsen voor programmaversterking, investeringen en andere ondersteunende zaken voor de landelijke publieke omroepen. De onttrekkingen aan het fonds zijn verantwoord onder de post ‘onttrekking fondsen’ in de exploitatierekening. Sinds 2005 heeft de Raad van Bestuur de hoogte van de Reserve voor Programmadoeleinden genormeerd; de reserves boven deze norm worden overgedragen aan de NPO. De norm wordt berekend aan de hand van een staffel afhankelijk van het 100% jaarbudget. In 2006 zijn de verstrekkingen aan de landelijke publieke omroepen enerzijds verhoogd met de inzet van de overgedragen programmareserves 2005 ten behoeve van de programmering en anderzijds verlaagd met de overgedragen reserves 2006 door toepassing van de normering. Via de resultaatbestemming worden deze middelen onttrokken respectievelijk toegevoegd aan de Reserve voor Programmadoeleinden. Rechtmatigheid Alle financiële transacties voortvloeiend uit de bedrijfsactiviteiten en de daarbij behorende financiële beheersmiddelen worden getoetst op basis van richtlijnen, zoals opgenomen in de Mediawet, het Handboek Financiële Verantwoording Media en andere relevante wet- en regelgeving. Juridische structuur De stichting is op 29 mei 1969 opgericht en statutair gevestigd te Hilversum aan de Sumatralaan 45. De stichting draagt de naam Nederlandse Omroep Stichting en wordt bij afkorting aangeduid als NOS. De NOS bestaat uit twee organisatieonderdelen die vergaand zelfstandig werken. Het bedrijfsonderdeel Nederlandse Publieke Omroep (in 2006 geheten Publieke Omroep), hierna ook wel genoemd de NPO, is verantwoordelijk voor de uitvoering van taken voor de landelijke publieke omroep die voortvloeien uit de Mediawet. Het bedrijfsonderdeel NOS maakt radio- en televisieprogramma’s en content voor Teletekst en internet, en wordt in deze jaarrekening aangeduid als NOS RTV. Activiteiten De Nederlandse Omroep Stichting is het samenwerkings- en coördinatieorgaan van de instellingen die zendtijd hebben verkregen voor de landelijke omroep. Daarnaast voert de stichting taken uit voortvloeiend uit artikel 16 van de Mediawet (staatsblad 1987, nummer 249).
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
25
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G Waarderingsgrondslagen en grondslagen voor de resultaatbepaling Algemeen De gebruikte waarderingsgrondslagen en de grondslagen voor de resultaatbepaling zijn voorgeschreven in het Handboek Financiële Verantwoording Media. Waarderingsgrondslagen Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op basis van de verkrijgingsprijs, dan wel de lagere opbrengstwaarde verminderd met de afschrijvingen. Afschrijving van de gebouwen Videocentrum, Filmcentrum en “Peperbus” vindt, conform het Handboek Financiële Verantwoording, plaats in 40 jaar. In verband met de verwachte economische levensduur wordt hiervan bij het gebouw Heideheuvel afgeweken. De afschrijvingstermijn is in dit geval 20 jaar. Financiële vaste activa De deelnemingen zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs of lagere marktwaarde. Voorraden De sportrechten zijn gewaardeerd tegen de gecontracteerde waarden. Contracten in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers per balansdatum. Indien hiervoor contracten voor het afdekken van valutarisico’s zijn afgesloten, vindt waardering plaats tegen de daarin vastgestelde koers dan wel de lagere koers per balansdatum. Indien besloten is dat een bepaald programma of een programma in bewerking niet meer voor uitzending in aanmerking komt, wordt dit direct van de voorraad afgeschreven. De overige voorraden worden gewaardeerd tegen de laatst bekende inkoopwaarde dan wel lagere opbrengstwaarde. Hierin is begrepen de eventueel niet te verrekenen omzetbelasting. Vorderingen De vorderingen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde onder aftrek van een noodzakelijk geachte voorziening voor oninbaarheid. Liquide middelen Hieronder zijn opgenomen de banktegoeden die vrij beschikbaar zijn of binnen een periode van 1 jaar vrijkomen. De buitenlandse valuta zijn gewaardeerd tegen de koers per balansdatum. De kredietfaciliteiten zijn verstrekt in de vorm van rekening-courantkredieten. Voorzieningen De post voorzieningen bestaat uit een viertal soorten. De voorzieningen inzake afvloeiings- en wachtgeldregeling, herstructurering (organisatievernieuwing) en jubilea zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De voorziening “artikel 44 pensioenregeling” is gewaardeerd op basis van contante waarde. Hierbij is rekening gehouden met de in de toelichting genoemde parameters. Schulden Langlopende schulden betreffen opgenomen gelden uit hypothecaire kredieten en leveranciers (rechten). Kortlopende schulden bestaan uit leverancierskredieten en schulden uit belastingen, sociale verzekeringen en pensioenen. Tenzij anders vermeld, worden de overige activa en passiva gewaardeerd tegen de nominale waarde.
26
jaarverslag 2006
Grondslagen voor de resultaatbepaling De baten en lasten worden verantwoord in het jaar waarop zij betrekking hebben, met uitzondering van afrekeningen met diverse organisaties (rechten en dergelijke) waar geen reële schatting mogelijk is. Deze worden op basis van het kasstelsel verantwoord. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht wordt in beginsel opgesteld aan de hand van de indirecte methode.
TOELICHTING OP DE BALANS Materiële vaste activa (bedragen x 1.000 euro) Bedrijfsgebouwen en -terreinen Inventaris en inrichting Andere vaste bedrijfsmiddelen Vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering Niet aan bedrijfsuitoefening dienstbaar
Boekwaarde
Investeringen
Ingebruikname
Afschrijvingen
Boekwaarde
31.12.2005 46.544
2006
2006
2006
31.12.2006
-
14.045
646
59.943
1.473
1.857
-
842
2.488
2.545
120
16.102
3.714
15.053
23.825
10.772
-30.147
-
4.450
709
-
-
111
598
75.096
12.749
-
5.313
82.532
Bij de post Bedrijfsgebouwen en -terreinen bestaat Ingebruikname 2006 uit verbouwingskosten Filmcentrum en de “Peperbus” (€ 5,5 mln), verbouwingskosten Videocentrum (€ 5,9 mln) en renovatie Heideheuvel (€ 2,6 mln). De post Andere vaste bedrijfsmiddelen bestaat onder andere uit de investeringskosten van in eigen beheer ontwikkelde informatiesystemen. In de kolom Ingebruikname 2006 is de in gebruik genomen software (met name Cybernos) opgenomen. Onder de Vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering zijn naast de verbouwingskosten van het Filmcentrum, Videocentrum en de “Peperbus” ook de ontwikkelingskosten van de nog niet in productie genomen informatiesystemen opgenomen. Bij Niet aan bedrijfsuitoefening dienstbaar zijn de, (deels) aan derden verhuurde, gebouwen geactiveerd. Materiële vaste activa (bedragen x 1.000 euro) 31.12.2006
31.12.2005
NoZeMa Services NV (40% deelneming)
-
1.224
Overige deelnemingen
-
-
Totaal financiële vaste activa
-
1.224
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
27
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G NoZeMa Services NV In 1978 heeft de NOS 40% van het geplaatste aandelenkapitaal van NoZeMa NV verworven. Ultimo 2005 is in de aandeelhoudersvergadering een splitsing van NoZeMa NV voorgesteld. De activiteiten zijn ondergebracht in NoZeMa Services NV (Zenderbedrijf) en het beheer van de infrastructuur bij NOVEC BV (Mastenbedrijf). Begin 2006 zijn de aandelen NOVEC BV voor € 3,6 mln verkocht aan de overheid. Eind december 2005 hebben de aandeelhouders een principeovereenkomst gesloten om gezamenlijk de aandelen in NoZeMa Services NV te verkopen. In verband hiermee is het aandelenkapitaal volgestort door de aandeelhouders (voor de NPO betekende dit een storting van € 89.244). De opbrengst van de aandelenverkoop bedraagt € 75 mln. De NPO heeft in 2006 voor haar 40% belang circa € 30,3 mln ontvangen. Vanwege de voorwaarden die aan de verkoop verbonden zijn is de bate in 2006 verwerkt. Overige deelnemingen Dit betreft de volgende deelnemingen: • Cahanoves Beheer BV De NOS heeft een 27% belang in Cahanoves Beheer BV (550 aandelen à € 100 nominaal). Cahanoves Beheer BV is een joint venture met een 10% belang in Digitenne Holding. Gezien de ontwikkelingen in het eigen vermogen is besloten om het belang op nihil te waarderen. • Personeelfonds Nederlandse Omroep De waardering van het belang van NOS in dit fonds is nihil. • Nederlands Omroepmuseum De waardering van het belang van NOS in het Nederlands Omroepmuseum is nihil. • Stichting Beste van Vlaanderen en Nederland Gezien de ontwikkelingen in het eigen vermogen is besloten het belang op nihil te waarderen. Voorraden De Voorraden bestaan voornamelijk uit lopende verplichtingen voor sport- en nieuwsrechten ad circa € 177 mln. Hiervan heeft € 105 mln betrekking op langlopende rechten en € 52 mln op kortlopende rechten. Het overige deel betreft productiekosten voor programma’s die na het jaar 2006 worden uitgezonden. Vorderingen (bedragen x 1.000 euro) 31.12.2006
31.12.2005
25.970
47.798
Handelsdebiteuren
18.967
21.466
Overige vorderingen
Landelijke publieke omroepen
13.012
11.713
Overlopende activa
909
1.137
Totaal vorderingen
58.858
82.114
Sinds 2005 heeft de Raad van Bestuur de hoogte van de Reserve voor Programmadoeleinden genormeerd; de reserves boven deze norm worden overgedragen aan de NPO. De norm wordt berekend aan de hand van een vastgestelde staffel afhankelijk van het 100% jaarbudget OCW. De vorderingen op landelijke publieke omroepen komen voort uit de overdracht van de programmareserves boven de norm van de omroepen aan de Nederlandse Publieke Omroep. Deze worden eventueel verminderd met de inzet van deze reserves ten behoeve van de programmering en verminderd met nog te ontvangen programmabudgetten of vermeerderd met terug te betalen programmabudgetten.
28
jaarverslag 2006
Op Handelsdebiteuren is een voorziening voor oninbaarheid ad € 0,35 mln in mindering gebracht. De Overige vorderingen bestaan ondermeer uit terug te vorderen omzetbelasting. De post Overlopende activa bestaat uit vooruitbetaalde bedragen voor satellietdistributie, contributies en bijdragen. Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn de bedragen opgenomen die worden aangehouden op bank- en giro rekeningen, waaronder begrepen kortlopende deposito’s. Het bedrag dat is vastgelegd in kortlopende deposito’s bedraagt € 35 mln. Ook zijn er kredietfaciliteiten voor de aanpassing van het Videocentrum verstrekt in de vorm van rekening courant-kredieten tot een maximum van € 10 mln. Hiervan zijn ultimo 2006 geen bedragen opgenomen. Eigen Vermogen (bedragen x 1.000 euro) 31.12.2005 Overige mutaties
Resultaat 2006
31.12.2006
49
-95.796
-37.308
11.975
-
-2.616
9.359
98
-49
73.015
-
-12.016
60.999
143.527
-
-110.428
33.099
Exploitatiereserve
58.439
Bestemmingsreserves Herwaarderingsreserve Reserve voor programmadoeleinden
49
ONTWIKKELING Vermogen 160.000 140.000 120.000 Eigen Vermogen
100.000 80.000 60.000
Fondsen Voorzieningen
40.000 20.000 2006
2005
2004
2003
2002
Jaar
De Bestemmingsreserves zijn met name bedoeld voor de financiering van projecten binnen Ontwikkeling Diensten Nieuwe Media. De post Bestemmingsreserves is als volgt opgebouwd: (bedragen x 1.000 euro)
Terrestrial Digital Audio Broadcasting (T-DAB) Diensten Nieuwe Media Internet
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
31.12.2005
Overige mutaties
Resultaatbestemming 2006
31.12.2006
1.347
-
-340
1.007
10.596
-
-2.464
8.132
32
-
188
220
11.975
-
-2.616
9.359
29
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G Sinds 2005 heeft de Raad van Bestuur de hoogte van de Reserve voor Programmadoeleinden genormeerd; de reserves boven deze norm worden overgedragen aan de NPO. De norm wordt berekend aan de hand van een vastgestelde staffel afhankelijk van het 100% jaarbudget. Op basis van de conceptjaarrekeningen van de omroepen (inclusief NOS Radio en Televisie) is een bedrag van € 21,8 mln vastgesteld als bovenmatig en overgedragen aan de NPO. De toegestane programmareserve van NOS Radio en Televisie is vastgesteld op € 5,2 mln. Van de overgedragen programmareserves 2005 is een bedrag van € 33,8 mln ingezet voor het op peil houden van de programmatische ambities van de publieke omroep. Het vrijgevallen deel van de herwaarderingsreserve ad € 49.000 is toegevoegd aan de exploitatiereserve. FONDSEN (bedragen x 1.000 euro)
31.12.2006
31.12.2005
-
8.984
Fonds Omroepreserve
Het Fonds Omroepreserve dient ter financiering van impulsen voor programmaversterking, investeringen en overige ondersteunende zaken voor de landelijke publieke omroepen. Jaarlijks geeft de Nederlandse Omroep Stichting, in dit geval de NPO, in een meerjarenplan de beoogde bestedingsdoeleinden van de beschikbare middelen aan. De rente die met de in het fonds aanwezige middelen wordt gegenereerd, komt geheel ten goede aan de Nederlandse Omroep Stichting, onderdeel de NPO. Voor een specificatie van de onttrekkingen wordt verwezen naar de toelichting op de exploitatierekening onder de post onttrekking fondsen. Door de aanwending in 2006 is het fonds ultimo 2006 geheel uitgeput. Voorzieningen (bedragen x 1.000 euro)
31.12.2005
Onttrekking
Dotatie/vrijval
31.12.2006
2.996
1.183
-46
1.767
461
198
76
339
2.809
679
1.444
3.574
593
52
327
868
6.859
2.112
1.801
6.548
Afvloeiings-/wachtgeldregeling Herstructurering art. 44 pensioenregeling Jubilea
De Afvloeiings- / wachtgeldregeling betreft een voorziening voor verplichtingen op grond van hoofdstuk VII van de Omroep CAO (onttrekking 2006: € 779.000) en de wachtgeldregeling voor voormalige leden van de Raad van Bestuur (onttrekking 2006: € 404.300). De voorziening Herstructurering betreft verplichtingen die voortkomen uit de sociale begeleidingsregeling. De wachtgeldregeling is vastgelegd in de arbeidsvoorwaardenregeling voor de leden van de Raad van Bestuur en is vastgesteld door de Raad van Toezicht. De voorziening voor de individuele wachtgeldregeling bestuursleden is als volgt samengesteld: (bedragen x 1.000 euro)
31.12.2005 Onttrekking
Dotatie/Vrijval 31.12.2006
01-12-02 t/m 30-11-06
126,2
109,7
-16,5
-
P.B.A. Dirks
01-01-04 t/m 30-06-11
655,7
137,3
18,1
536,5
G.J. Wolffensperger
30
Looptijd
J.A.W. van Beers
01-02-03 t/m 31-07-09
491,3
157,3
13,0
347,0
1.273,2
404,3
14,6
883,5
jaarverslag 2006
De voorziening is inclusief verplichtingen uit toekomstige pensioenvoorzieningen. Bij de wachtgeldregeling is aanvullend inkomen tot 100% van het laatstgenoten salaris toegestaan. Daarboven worden de inkomsten in mindering gebracht op de wachtgeldregeling. De onttrekkingen 2006 zijn als volgt opgebouwd:
(bedragen x 1.000 euro) Wachtgeld
Pensioenpremie
Verrekening
Onttrekking 2006
J.A.W. van Beers
73,6
27,4
8,7
109,7
P.B.A. Dirks
80,1
57,2
-
137,3
G.J. Wolffensperger
114,7
42,6
-
157,3
268,4
127,2
8,7
404,3
De Herstructureringsvoorziening is gevormd voor de verplichtingen die voortkomen uit de organisatievernieuwing binnen NOS. Dit proces heeft onder meer geleid tot vermindering van het aantal werknemers. De dotatie en onttrekking in 2006 zijn gebaseerd op vastgestelde verplichtingen die voortkomen uit zowel Hoofdstuk VII als de Sociale Begeleidingsregeling. Het saldo ultimo 2006 betreft de resterende verplichtingen uit de overeengekomen meerjarige afspraken met een aantal ex-werknemers. De voorziening Artikel 44 pensioenregeling is het gevolg van een overgangsbepaling van de per 1 januari 2006 in werking getreden pensioenregeling. Voor de medewerkers, in dienst van de publieke omroep vóór 1 januari 1997, is een indicatieve koopsom berekend als compensatie voor de zogenaamde artikel 44 jaren. De voorziening is gebaseerd op de contante waarde van de indicatieve koopsommen bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd van de medewerkers op basis van de, ultimo 2006, bekende gegevens. Ook is bij het tot stand komen van de berekende waarde rekening gehouden met een rekenrente van 4%, de sterftekans voor man en vrouw alsmede de blijfkans. De voorziening voor Jubilea betreft de toekomstige verplichtingen bij 12,5- en 25-jarig dienstverband. Van het totaal van de voorzieningen heeft een bedrag van ca. € 6,2 mln betrekking op verplichtingen na het jaar 2007.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
31
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G Langlopende schulden De Langlopende schulden bestaan uit een schuld aan een kredietinstelling ad € 36 mln en schulden aan leveranciers ad € 105,1 mln. De schuld aan de kredietinstelling betreft een lineair hypothecair krediet ad € 45 mln ter financiering van de aankoop van het Filmcentrum, het Videocentrum en de “Peperbus”; het krediet is volledig opgenomen. Het hypothecaire krediet wordt afgelost in 80 drie-maandelijkse termijnen van € 450.000 en een slottermijn van € 9 mln; per 31 december 2006 staat van het krediet nog € 37,8 mln open, waarvan € 1,8 mln onder de kortlopende schulden voor de aflossingsverplichting in 2007.Voor het hypothecaire krediet groot € 45 mln, te vermeerderen met 40% voor rente en kosten, zijn de panden Filmcentrum, Videocentrum en “Peperbus” liggend aan Sumatralaan 45 te Hilversum als zekerheid gesteld. Daarnaast zijn als zekerheid alle waardepapieren, effecten, bestaande en toekomstige vorderingen aan de kredietverstrekker verpand. De schulden aan leveranciers betreffen voornamelijk langlopende verplichtingen voor de verwerving van sportrechten. Kortlopende schulden (bedragen x 1.000 euro) 31.12.2006
31.12.2005
Commissariaat voor de Media
86.613
86
Landelijke publieke omroepen
2.804
586
Schulden aan kredietinstellingen
1.800
1.800
80.248
67.963
2.834
2.161
-22
10
Schulden aan leveranciers Belastingen/premies sociale verzekeringen Schulden inzake pensioenen Overige schulden
6.093
6.447
Overlopende passiva
7.397
6.869
187.767
85.922
Totaal kortlopende schulden
De schuld aan het Commissariaat voor de Media betreft de terugvordering van € 86,5 mln uit hoofde van de beschikking van OCW op basis van de conclusies van de Europese Commissie uit het onderzoek naar ad hocfinanciering in de jaren 1994 tot en met 2004. Daarnaast bestaat de schuld aan het Commissariaat voor de Media uit de afwikkeling van Zendtijd voor Politieke Partijen ad € 85.700, die in 2007 wordt afgerond. De post Landelijke Publieke Omroepen betreft, met name, nog te betalen Programmabudget 2006. Deze bedragen worden in 2007 uitbetaald. De Schulden aan kredietinstellingen betreffen de aflossingsverplichtingen voor het komende jaar van het hypothecaire krediet ad € 1,8 mln. De Schulden aan leveranciers bestaan hoofdzakelijk uit verplichtingen inzake rechten en andere contractuele overeenkomsten voor de sportprogrammering en het journaal. De post Belastingen/premies sociale verzekeringen bestaat voornamelijk uit nog te betalen loonheffing en premies.
32
jaarverslag 2006
De Overige schulden bestaan onder andere uit verplichtingen inzake verlofdagen, nog te verdelen rechten thuiskopieën en nog toe te kennen bijdragen uit het solidariteitsfonds “Eurodonatie”. De post Overlopende passiva bestaat voornamelijk uit nog niet toegekende programmabudgetten Televisie 2006. NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE VERPLICHTINGEN Meerjarige financiële verplichtingen In onderstaand overzicht wordt naar categorie de opbouw weergegeven van de langlopende contracten voor facilitaire-, huur- en leasecontracten die niet in de balans zijn opgenomen.
(bedragen x 1.000 euro) Facilitaire contracten
< 1 jaar
1 - 4 jaar
> 4 jaar
9.068
16.112
-
Leasecontracten
651
1.311
-
Huurcontracten
423
790
-
10.142
18.213
-
Totaal
Garanties Ultimo 2006 staat de NPO voor een drietal omroepen garant. Dit betreft de omroepverenigingen MAX (€ 1.000.000), LLiNK (€ 900.000) en de Boeddhistische Omroep Stichting (€ 250.000). Deze garantstellingen zijn destijds verstrekt ter ondersteuning van deze zendgemachtigden. Begin 2007 is de bankgarantie voor de Boeddhistische Omroep Stichting beëindigd. Overige Medio 2006 heeft de Europese Commissie in een beschikking geoordeeld dat bij de publieke omroep in de periode 1994 tot en met 2005 sprake is geweest van overcompensatie. Het door de Commissie berekende bedrag aan overcompensatie bedraagt € 76,3 mln; dit bedrag is vermeerderd met rente ad € 10,2 mln. De Commissie heeft de Nederlandse autoriteiten gelast het bedrag ad € 86,5 mln aan de NOS (NPO) terug te vorderen. De terugvordering heeft door middel van een beschikking van de minister van OCW begin december 2006 plaatsgevonden. Op verzoek van het Commissariaat is deze terugvordering als schuld verwerkt in de jaarrekening 2006 van NPO; hiermee sluit de verwerkingswijze in de jaarrekening van NPO ultimo 2006 aan bij de verwerkingswijze in jaarrekening over 2006 van het Commissariaat voor de Media. Mede als gevolg van de terugvordering is de NOS in 2006 geconfronteerd met een aanzienlijk exploitatietekort ad € 110,4 mln, waardoor sprake was van een forse ondercompensatie. Om de wettelijke taakopdracht van de landelijke publieke omroep te waarborgen en om een onaanvaardbare aanslag op de programmering te voorkomen, heeft het parlement op voorspraak van de Minister eind november 2006 besloten om in 2007 de voornoemde financiële problematiek te betrekken bij de budgettoekenning 2007 en hiervoor € 87 mln toe te kennen.
Overigens zijn zowel de Nederlandse autoriteiten als de NOS in beroep gegaan bij het Gerechtshof in Eerste Aanleg te Luxemburg tegen de beschikking van de Europese Commissie. Daarnaast heeft de NOS een bezwaarschrift ingediend tegen de terugvorderingsbeschikking van de Minister van OCW.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
33
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G TOELICHTING OP DE EXPLOITATIEREKENING Baten Omroepmiddelen De Omroepmiddelen betreffen:
(bedragen x 1.000 euro) Ontvangen omroepmiddelen NOS Ontvangen omroepmiddelen landelijke publieke omroepen Budget Landelijke Publieke Omroep Eigen bijdrage programma’s
2006
2005
211.279
213.655
389.122
457.812
600.401
671.467
2.229
1.459
602.630
672.926
Van de Ontvangen omroepmiddelen NOS heeft een bedrag van ongeveer € 129 mln betrekking op NOS RTV en ongeveer € 82 mln op de NPO. Het budget van NOS is ten opzichte van 2005 minder afgenomen dan het budget van de overige zendgemachtigden, omdat de NOS in 2006 extra evenementen (o.a. WK Voetbal en Olympische Spelen) heeft uitgezonden. De post Ontvangen omroepmiddelen landelijke publieke omroepen betreft de door de Raad van Bestuur voorlopig vastgestelde budgetten landelijke omroep 2006. De landelijke publieke omroepen leggen via eigen jaarrekeningen verantwoording af over de besteding van de omroepmiddelen. Het budget landelijke omroep wordt na beoordeling van de jaarrekeningen van de landelijke publieke omroepen door het Commissariaat voor de Media achteraf definitief vastgesteld. De post Eigen bijdrage programma’s bestaat uit ontvangen gelden uit het Stimuleringsfonds, CoBO-fonds, sponsorbijdragen en aan derden doorberekende kosten. Onttrekking fondsen De post Onttrekking fondsen heeft betrekking op verstrekte bijdragen vanuit het Fonds Omroepreserve. De verstrekkingen vanuit dit fonds vinden plaats binnen de bestedingskaders zoals vastgelegd in het protocol van overdracht. Naast verantwoording in de jaarrekening van NOS en Landelijke Publieke Omroepen, wordt er jaarlijks separaat verantwoording afgelegd aan het Commissariaat voor de Media en OCW. De onttrekking aan het Fonds Omroepreserve bestaat uit:
(bedragen x 1.000 euro) Extra programmabudget TV
2005
8.984
7.544
Extra Programmabudget Radio
-
1.413
Radiopromotie
-
1.400
Telescoopfilm
-
862
Verantwoordingsbeleid
34
2006
-
292
8.984
11.511
jaarverslag 2006
Overige bedrijfsopbrengsten De Overige bedrijfsopbrengsten bestaan voornamelijk uit doorberekende dienstverlening aan onder meer de landelijke omroepen ca. € 2,9 mln, vergoeding van het Ministerie van EZ ca. € 0,7 mln, vergoeding van het Ministerie van OCW ca. € 6,5 mln (uitstel switch off analoge distributie) en ontvangen rechtenvergoeding leaders en tunes ca. € 0,6 mln. Tevens ontvangt de NPO een vergoeding van € 3,0 mln van kabelmaatschappijen voor de doorgifte van Nederland 1, 2 en 3 en Uitzending Gemist via de kabel over het jaar 2006. Terugvordering CvdM (onderzoek EC) In 2006 heeft de Europese Commissie (EC) geconcludeerd dat de NPO in de jaren 1994 tot en met 2004 ten onrechte bepaalde staatssteun heeft ontvangen. Het door de EC berekende bedrag aan ten onrechte ontvangen staatssteun, vermeerderd met de rente hierover, bedraagt € 85,5 mln. Dit bedrag is ultimo 2006 teruggevorderd van de NPO. Voorts wordt verwezen naar de paragraaf ‘overig’ zoals opgenomen onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen. Lasten Verstrekkingen landelijke publieke omroepen De Verstrekkingen landelijke publieke omroepen betreffen de toegekende omroepgelden aan de landelijke publieke omroepen minus de vastgestelde budgetten voor de NOS. De verstrekkingen worden per individuele omroep vastgesteld en zijn naar activiteit als volgt te specificeren.
(bedragen x 1.000 euro) Televisie Radio Internet Themakanalen Overdracht programmareserves (excl. NOS RTV)
2006
2005
368.700
374.164
66.506
66.769
15.698
11.041
4.094
-
-16.544
-49.009
438.454
402.965
Lonen en salarissen en Sociale lasten De personeelskosten (exclusief freelance medewerk(st)ers) bestaan uit lonen en salarissen en sociale lasten en zijn als volgt over de twee NOS-onderdelen verdeeld: Het aantal personeelsleden in fte’s (exclusief freelance medewerk(st)ers) per onderdeel:
(bedragen x 1.000 euro) 2006 NPO NOS Radio en Televisie
2005
18.251
20.422
NPO
42.248
45.630
NOS Radio en Televisie
60.499
66.052
31.12.2006
31.12.2005
293
294
621
637
914
931
De daling van de personeelskosten bij beide onderdelen is voor een groot gedeelte toe te schrijven aan de invulling van vacatures door tijdelijke krachten en een latere invulling van vacatures dan gepland.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
35
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G De Raad van Bestuur en Directie NOS RTV is gedurende 2006 als volgt samengesteld: De heer mr. H.J.E. Bruins Slot Voorzitter Raad van Bestuur De heer ir. R. Bierman Lid Raad van Bestuur De heer drs. C.A. Vis Lid Raad van Bestuur De heer G. Dielessen Directeur NOS RTV De bezoldiging van leden van de Raad van Bestuur is vastgesteld door de Raad van Toezicht. Onderstaand een overzicht van de bezoldiging van de bestuurs- en directieleden.
(bedragen x 1.000 euro) In/uit dienst
Bezoldiging 2006 *
Bezoldiging 2005 *
H.J.E. Bruins Slot; Voorzitter Raad van Bestuur
vanaf 01-02-2003
214,5
223,6
R. Bierman; Lid Raad van Bestuur
vanaf 01-06-2003
194,6
192,2
C. Vis; Lid Raad van Bestuur
vanaf 01-09-2003
193,6
192,7
G. Dielessen; Directeur NOS RTV
vanaf 15-09-2003
161,8
160,0
764,5
768,5
*De bezoldiging betreft het bruto jaarinkomen (salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering) inclusief vaste onkostenvergoeding. In zowel 2005 als 2006 zijn de volgende vaste onkostenvergoedingen in de salariskosten opgenomen: H.J.E. Bruins Slot € 3.500, R. Bierman € 3.200, C. Vis € 3.200 en G. Dielessen € 3.500. Bij leden van de Raad van Bestuur wordt het salaris één maal per twee jaar, vanaf datum indiensttreding, getoetst aan de ontwikkelingen in de sector. Bij eventuele wijzigingen wordt minimaal de CAO-aanpassing toegepast. In 2006 is de omroep-CAO index toegepast op de salarissen van de Raad van Bestuur. Naast de bezoldiging zijn er premies betaald uit hoofde van pensioenverplichtingen. Voor de bestuurs- en directieleden zijn in 2006 de volgende pensioenpremies (werkgeversbijdrage) betaald:
(bedragen x 1.000 euro) 2006
2005
H.J.E. Bruins Slot (Voorzitter Raad van Bestuur)
59,6
66,6
C. Vis (Lid Raad van Bestuur)
44,8
57,0
R. Bierman (Lid Raad van Bestuur)
28,1
56,9
G. Dielessen (Directeur NOS RTV)
23,3
46,7
155,8
227,2
In 2006 hebben geen betalingen aan ex-bestuursleden anders dan vanuit de wachtgeldregeling plaatsgevonden (zie pagina 30).
36
jaarverslag 2006
Samenstelling en vergoedingen Raad van Toezicht De Raad van Toezicht bestaat vanaf 1 januari 2006, als gevolg van aanpassingen op de Mediawet, uit de volgende personen: De heer mr. C. Smaling (voorzitter) De heer ir. B.F. Dessing De heer dr. A.A. Dijkhuizen De heer prof. dr. N.A.N.M. van Eijk Mevrouw prof. dr. V.A.J. Frissen De heer D. Terpstra Mevrouw A.P.M van der Veer In 2006 bedraagt het vastgestelde vacatiegeld voor de voorzitter van de RvT € 17.500. Voor de overige leden is het vacatiegeld vastgesteld op € 10.000. Openbaarmaking topinkomens Op grond van de Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) dient er inzicht te worden gegeven in functies waarbij de verstrekte bezoldigingen/salarissen/honoraria uitstijgen boven het gemiddelde belastbare jaarinkomen van een minister, welke is vastgesteld op € 171.000 . Het belastbare jaarinkomen bestaat uit belastbaar loon vermeerderd met de bijdragen in de pensioenvoorziening (werkgevers- en werknemersdeel). Bij onderstaande functies is het vastgestelde belastbare jaarinkomen hoger dan het gestelde criterium in de WOPT:
(bedragen x 1.000 euro) 2006 Bezoldiging/ salaris/ honorarium
2005
Pensioenbijdrage
Totaal
Bezoldiging/ salaris/ honorarium
Pensioenbijdrage
Totaal
Presentator
299,6
68,6
368,2
278,2
91,0
369,2
Lid Raad van Bestuur
195,5
75,8
271,3
202,7
66,6
269,3
Lid Raad van Bestuur
187,5
59,5
247,0
174,5
57,0
231,5
Lid Raad van Bestuur
185,9
42,6
228,5
174,0
56,9
230,9
Presentator
147,6
67,5
215,1
147,3
47,1
194,4
Presentator
207,1
-
207,1
201,5
-
201,5
Senior Consultant
184,8
-
184,8
174,7
21,2
195,9
Presentator
149,2
33,5
182,7
138,7
45,2
183,9
Directeur
146,7
35,0
181,7
143,9
46,7
190,6
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
37
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENIN G Directe productiekosten De Directe productiekosten zijn als volgt samengesteld:
(bedragen x 1.000 euro) Televisie Radio
2006
2005
99.034
83.666
3.785
8.026
Internet
5.726
1.861
Rechten
20.729
20.694
16.134
24.202
Distributie Overig
6.429
4.303
151.837
142.752
In vergelijking met 2005 zijn de directe productiekosten Televisie hoger, wat hoofdzakelijk wordt veroorzaakt doordat in 2006 superevenementen (WK Voetbal en Olympische Spelen) hebben plaatsgevonden. De post Rechten bestaat ondermeer uit de BUMA-rechten (€ 17,3 mln) en SENA (€ 2,5 mln). Ultimo 2005 is het contract met NoZeMa Services NV (kosten Distributie) geëindigd. Tot aan het moment van het afsluiten van een nieuw contract per 1 juli 2006 is er een lagere vergoeding afgesproken met NoZeMa Services NV voor de analoge radiodistributie. Tevens is er een lagere vergoeding in rekening gebracht voor de analoge televisiedistributie tot aan het moment van de switch-off (11 december 2006). De overige directe productiekosten bestaan onder andere uit kosten themakanalen (€ 0,7 mln), de bijdrage aan de Stichting Beste van Vlaanderen en Nederland (€ 1,6 mln) en de toegekende bijdragen aan Stichting Media Academie, Stichting De Ombudsman, Stichting Concertzender Nederland, Stichting Colorful Radio/ FunX, Stichting Korrelatie (totaal € 4,1 mln). Overige bedrijfslasten De post overige bedrijfslasten bestaat onder andere uit kosten voor digitalisering, huisvesting, promotie van radio- en televisieactiviteiten, kijk- en luisteronderzoek, advieskosten, automatisering, internet, contributies en bijdragen en inhuur- en uitzendkrachten. Rentebaten en -lasten De Rentebaten bestaan voornamelijk uit rente op kortlopende deposito’s (€ 1,3 mln) en rekening-courant (€ 1,0 mln). De Rentelasten betreffen rente en kosten uit het hypothecaire krediet op het Filmcentrum, het Videocentrum en de “Peperbus”.
38
jaarverslag 2006
OVERIGE GEGEVENS Resultaatbestemming Het exploitatiesaldo is als volgt bestemd:
(bedragen x 1.000 euro) Exploitatiereserve Reserve voor programmadoeleinden Bestemmingsreserves
2006
2005
-95.796
14.404
-12.016
56.025
-2.616
2.719
-110.428
73.148
Aan de Exploitatiereserve is onttrokken het exploitatieresultaat van het bedrijfsonderdeel de NPO, exclusief de mutaties in de bestemmingreserves en de Reserve voor programmadoeleinden. Het exploitatieresultaat van het bedrijfsonderdeel NOS RTV is toegevoegd aan de Reserve voor programmadoeleinden. De mutaties in de Bestemmingsreserves zijn gespecificeerd op pagina 29.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
39
HOO FD S TUK 3
JAARREK ENINg Aan: het Bestuur en de Raad van Toezicht van de Nederlandse Omroep Stichting.
Accountantsverklaring Opdracht Wij hebben gecontroleerd of de in dit jaarverslag opgenomen balans per 31 december 2006 en de exploitatierekening over 2006 van de Nederlandse Omroep Stichting te Hilversum op de juiste wijze zijn ontleend aan de door ons gecontroleerde jaarrekening 2006 van de Nederlandse Omroep Stichting. Bij die jaarrekening hebben wij op 12 juli 2007 een goedkeurende accountantsverklaring verstrekt. Het bestuur van de Stichting is verantwoordelijk voor het opstellen van de balans per 31 december 2006 en exploitatierekening over 2006 in overeenstemming met de grondslagen zoals gehanteerd in de jaarrekening 2006 van de Nederlandse Omroep Stichting. Het is onze verantwoordelijkheid een accountantsverklaring inzake de balans per 31 december 2006 en de exploitatierekening over 2006 te verstrekken. Werkzaamheden Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht. Dienovereenkomstig dienen wij onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de balans per 31 december 2006 en de exploitatierekening over 2006 op de juiste wijze zijn ontleend aan de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Oordeel Naar ons oordeel is de balans per 31 december 2006 en de exploitatierekening over 2006 in alle van materieel belang zijnde aspecten op de juiste wijze ontleend aan de jaarrekening. Toelichting Wij vestigen er de aandacht op dat voor het inzicht dat vereist is voor een verantwoorde oordeelsvorming omtrent de financiële positie en de resultaten van de Stichting en voor een toereikend inzicht in de reikwijdte van onze controle de balans per 31 december 2006 en de exploitatierekening over 2006 dient te worden gelezen in samenhang met de volledige jaarrekening, waaraan deze is ontleend, alsmede met de door ons daarbij op 12 juli 2007 verstrekte goedkeurende accountantsverklaring. Deze toelichting doet geen afbreuk aan ons oordeel.
Amersfoort, 12 juli 2007
Ernst & Young Accountants namens deze
w.g. J-L Geutjes RA
40
jaarverslag 2006
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
41
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 EVALUATIE 2006 NOS Nieuwe Nieuwsvloer De samenvoeging van alle nieuwsredacties van de NOS is in 2006 gerealiseerd. In de beginperiode is veel tijd geïnvesteerd in de nieuwe werkwijze. Een onderzoek hiernaar schetst verbeterpunten met betrekking tot de nieuwe werkwijze. Aan het einde van het eerste jaar zijn veel van de genoemde verbeterpunten gerealiseerd en kan gewerkt worden aan een verdere professionalisering op de Nieuwsvloer. Bezuinigingen Niet alleen de verhuizing naar de nieuwe Nieuwsvloer en de nieuwe werkwijze hielden de gemoederen bezig, ook de bezuinigingen die met name de Nieuwsvloer troffen. Tijdelijke contracten werden niet allemaal verlengd en vrijwel alle deelredacties en afdelingen moesten meedenken over hoe met minder mensen goede programma’s gemaakt kunnen worden. De nieuwe Sport en Staf In 2006 is verder gewerkt aan de inrichting van de nieuwe Sportvloer die na de samenvoeging van de verschillende media en de verbouwing in 2007 in gebruik genomen wordt. De overgangsprocedure voor de sportredacties start in 2007. In 2006 is een begin gemaakt met de inrichting van de stafafdelingen. In de stafnotitie is beschreven hoe de nieuwe staf eruit moet zien. Met alle stafleden worden overgangsgesprekken gevoerd om de toekomstige veranderingen te bespreken. NOS Academie & Managementontwikkeling. De activiteiten van de NOS Academie stonden in 2006 nog deels in het teken van CyberNOS. In januari zijn de eerste proefuitzendingen voor Nieuws op de nieuwe Nieuwsvloer afgerond en sinds 21 januari 2006 komen de uitzendingen vanaf de 3e etage van het Videocentrum. De eerste helft van 2006 zijn veel trainingen gegeven om het gebruik van de CyberNOS-systemen op te frissen. Tevens is er veel aandacht geweest voor de individuele behoefte aan scholing als het gaat om het gebruik van de CyberNOS-systemen. Ook is er in 2006 weer aandacht voor journalistieke/vakgerichte opleidingen. Zo heeft een groot aantal radiocollega’s geleerd om tv te maken en hebben de tv-collega’s een kijkje in de keuken van radio genomen. Het managementontwikkelingsprogramma, waaraan alle chefs van Nieuws deelnemen, stond in 2006 in het teken van het maken van jaarplannen voor de eigen redacties. Resultaatgericht werken Nieuwe functieprofielen met competenties zijn het begin van resultaatgericht werken bij de NOS. Het project is in 2005 gestart en in 2006 is bij Nieuws gewerkt met resultaatafspraken over het functioneren. De bedoeling hiervan is dat er heldere afspraken gemaakt worden tussen medewerker en leidinggevende over wederzijdse verwachtingen en afspraken over verbeteringsmogelijkheden. De systematiek van resultaatgericht werken zal medio 2007 ook bij de staf en Sport worden ingevoerd. Periodiekdatum naar 1 januari Onderdeel van het resultaat gericht werken is een eenduidige periodiekdatum. Hierdoor kunnen de functionerings- en de beoordelingsgesprekken in dezelfde periode worden gevoerd, zodat het beter mogelijk is het functioneren van medewerkers te vergelijken en teamprestaties te beoordelen. In 2006 is gewerkt aan de voorbereidingen van de invoer van een jaarlijkse vaste periodiekdatum voor iedereen, die per 1 januari 2007 is ingegaan.
42
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 42
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:35
Nede
06
EVALUATIE 2006 NPO Invoering HR-cyclus Met ingang van 1 januari 2006 werd de zogeheten HR-cyclus ingevoerd. In deze systematiek voeren leidinggevende en medewerker jaarlijks drie gesprekken, nl. een plannings-, voortgangs-, en evaluatiegesprek. In deze gesprekken staan wederzijdse verwachtingen, beoogde resultaten en de gewenste persoonlijke ontwikkeling centraal. Op deze wijze worden resultaten en gedrag een regelmatig onderwerp van gesprek tussen leidinggevende en medewerker en wordt het ook gewoon elkaar daarop aan te spreken. Ter voorbereiding op deze gesprekkencyclus werden in het verslagjaar intensieve trainingen voor leiding gevenden en medewerkers georganiseerd. Daaraan voorafgaand werd een gedetailleerde handleiding samengesteld voor de leidinggevende die nauwkeurig beschrijft hoe de cyclus in elkaar steekt. Ook is daarin beschreven hoe de competentiebibliotheek is samengesteld, wat de ondersteunende functie van formulieren is en hoe de liedinggevende een aantal interactieve instrumenten, zoals de 90° feedback, inzet ter voorbereiding op de gesprekken. Door POA werden compacte checklisten ontwikkeld die zowel de medewerker als de manager helpen bij de voorbereiding van de gesprekken en die behulpzaam zijn bij de gesprekken zelf. Voor de begeleiding van het proces werd gebruik gemaakt van een klankbordgroep, die werd samengesteld uit medewerkers van de gehele organisatie. Het bleek een prima instrument te zijn om het gehele proces kritisch te volgen en waar nodig bij te sturen. Vrijwel de gehele organisatie hanteert dit nieuwe instrument. Door de reorganisatie was het nog niet mogelijk dat alle afdelingen over competentieprofielen beschikten, waardoor per saldo ca. 90% van de totale organisatie van de HR-cyclus gebruikt heeft gemaakt. De profielen vormen immers de basis voor het voeren van deze gesprekken. De gesprekscyclus werd over het algemeen goed nageleefd, zij het dat de voortgangsgesprekken er soms bij inschoten. Een inventarisatie onder het management leerde ons dat positief tegen de cyclus aangekeken wordt, met als belangrijkste argumenten: - het verschaft je een goed inzicht in de bedrijfsprocessen en de bijdragen die een ieder daarin kan leveren (want het is meetbaar); - het is minder vrijblijvend dan bijvoorbeeld de oude functionerings- en beoordelingsgesprekken; - het leidt ontegenzeggelijk tot meer resultaatgericht werken; - de medewerkers zijn veel scherper geworden omdat er afspraken zijn gemaakt; - er wordt veel gerichter over opleiding en scholing gesproken. Maar er zijn ook een aantal aandachtspunten te noemen: - managers van grote afdelingen zijn te veel tijd kwijt met gesprekken; - de formulieren zouden compacter moeten worden; - de voortgangs- en evaluatiegesprekken liggen te dicht op elkaar; - meer aandacht en ruimte in de formulieren voor de evaluatiegesprekken voor het dagelijkse, reguliere werk; - meer voorlichting over het gebruik van de ondersteunende instrumenten, zoals de 90° feedback en de Initiator (die op intranet staan). De afdeling POA heeft over heel 2006 de binnenkomst van de gespreksformulieren elektronisch bijgehouden. Op basis hiervan kunnen we de volgende percentages laten zien van binnengekomen formulieren (peildatum 31-12-2006): - 76% planningsgesprek - 58% voortgangsgesprek - 62% evaluatiegesprek
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 43
43
12-06-2007 09:18:35
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 Over het algemeen kunnen we met een goed gevoel terugkijken op het eerste jaar dat we met Competentiemanagement en de daaraan verbonden HR-cyclus hebben gewerkt. Voor het komende verslagjaar zullen we op basis van de ervaringen, daar waar nodig, met verbeteringen van de systematiek komen. Het blijft daarnaast belangrijk het systeem in 2007 goed door te zetten. Waar nodig zullen we dit ook regelmatig via training verder ondersteunen. Als gevolg van de invoering van de HR-cyclus werden de periodieken met ingang van 1 januari 2007 geharmoniseerd. Deze operatie werd op een enkele uitzondering na succesvol doorgevoerd. Integraal Management Integraal Management is het afgelopen verslagjaar verder uitgewerkt. Centraal staat het duidelijk benoemen van resultaatverantwoordelijkheden en bevoegdheden van directeuren, hoofden en managers en de middelen die zij ter beschikking hebben. Integraal Management geeft als besturingsinstrument mede invulling aan een aantal principes van de Herinrichting die binnen de NPO wordt doorgevoerd. Dit betreft het vergroten van de mogelijkheden voor afdelingen om hun eigen processen zelfstandig te regelen en het aansturen van afdelingen op grond van meetbare afspraken binnen algemene kaders. Integraal Management wordt in 2007 gefaseerd ingevoerd. De basis voor Integraal Management wordt gevormd door het managementcontract. Hierin worden de resultaatafspraken vastgelegd. Dit managementcontract is een afgeleide van het jaarplan. Daarnaast worden voor directeuren zgn. delegatieregelingen opgesteld om de bevoegdheden eenduidig vast te leggen. Een belangrijk aandachtspunt bij de invoering van Integraal Management is dat leidinggevenden worden voorzien van de benodigde managementinformatie. Hiertoe zullen de informatiebehoefte en de mogelijkheden om hierin te voorzien grondig in kaart worden gebracht. Eerste netwerkbijeenkomst secretariaten Op 9 november 2006 heeft de eerste netwerkbijeenkomst voor managementassistenten plaatsgevonden. Tijdens de bijeenkomst is met Schoevers teruggeblikt op het opleidingstraject van het afgelopen jaar. Alle aanwezigen is gevraagd om input voor nieuwe bijeenkomsten en er is een inventarisatie gemaakt van de opleidingsbehoeften. De bedoeling is dat de netwerkbijeenkomsten twee keer per jaar georganiseerd zullen worden.
44
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 44
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:35
Nede
06
Handboek managers In het tweede kwartaal van 2006 is het handboek opgeleverd. Alle leidinggevenden ontvingen eenmalig een papieren versie van het Handboek Managers met daarbij een introductiebrief. Het Handboek wordt regelmatig bijgewerkt op intranet waar het actuele boek dan ook te vinden is. Bij elke toevoeging worden de leidinggevenden daarop geattendeerd via een e-mail. Exitinterviewbeleid In mei 2006 is het nieuwe exitinterviewformulier in gebruik genomen. Dit formulier wordt standaard mee gestuurd met de brief ‘einde dienstverband’. De medewerker wordt gevraagd het formulier ingevuld te retourneren en hij/zij kan indien gewenst een aanvullend gesprek met de POA-adviseur aanvragen. Opleidingen Het jaar 2006 stond vooral in het teken van het trainen in het werken met de HR-cyclus, waarbij PI Media assisteerde, en het vergroten van de vaardigheden van de groep van managementondersteuners en secretaressen. Schoevers verzorgde diverse trainingen zoals Persoonlijke Effectiviteit, Notuleren, Notuleren op de pc en Perfect Nederlands. De driedaagse training Persoonlijke Effectiviteit stond ook open voor andere medewerkers dan de specifieke groep managementondersteuners. Uiteraard was er ruimte voor individuele vragen over opleidingen en trainingen zoals teammanagement, projectmanagement, budgetteren, cursussen bij een taleninstituut en het vergroten van persoonlijke vaardigheden. Opleiding, training en coaching zijn belangrijk om de ontwikkeling van medewerkers (op het gebied van kennis, capaciteiten, gedrag en houding) af te stemmen op de doelstellingen van de organisatie. Daarbij is het principe van ‘de juiste persoon op de juiste plek’ een flexibel gegeven geworden. Het helpt medewerkers nieuwe uitdagingen aan te pakken en aan te kunnen. Om de ontwikkeling van medewerkers en mobiliteit in de organisatie te vergroten worden opleiding/training/ coaching en loopbaaninstrumenten ingezet. Het opleidingsbudget bedroeg in 2006 € 136.000,- en werd overschreden met € 43.000,-. De NPO heeft een rekening courant bij de Media Academie. Vooral voor aanvragen om management trainingen en trainingen in persoonlijke vaardigheden worden daar afspraken gemaakt. De rekening courant 2006 voor Publieke Omroep bedroeg € 40.000,-. De werkelijke kosten overtroffen dit budget ruimschoots.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 45
45
12-06-2007 09:18:35
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 Evaluatie 2006 nos/npo Jaarurennorm De CAO stelt per ingang van 1 januari 2007 een jaarurennorm. De nieuwe systematiek gaat uit van een aantal te werken uren in één jaar. Hierdoor kan iemand in drukke perioden meer uren worden ingezet terwijl hij/zij in minder drukke tijden niet ingeroosterd wordt. Hiermee komen de huidige overwerkregelingen te vervallen. De voorbereidingen en communicatie betreffende deze jaarurennorm zijn in 2006 begonnen. Complianceregeling De richtlijnen en regelingen ter bevordering van goed bestuur en integriteit zijn op 1 januari 2006 ingegaan en gelden voor alle publieke omroepinstellingen. De regelingen omvatten onder meer voorschriften omtrent goed bestuur en toezicht, integriteit, ontvangst van cadeaus, giften en nevenwerkzaamheden alsmede een procedure voor de omgang met een vermoedelijke misstand (de “Klokkenluidersregeling”). In 2006 is een Compliance Officer aangesteld die moet toezien op de naleving. Risico-inventarisatie en -evaluatie In het verslag van 2005 werd gemeld dat in het jaar 2006 het welzijnsgedeelte zou worden opgezet. Dit is echter niet het geval en aldus zal in 2007 het welzijnsgedeelte verder worden uitgewerkt. Vertrouwenspersonen De NOS en de NPO kennen een Klachtenregeling Ongewenste Omgangsvormen met daarin regels over hoe te handelen bij ongewenste omgangsvormen zoals seksuele intimidatie, pesten, treiteren, discrimineren etc. Vertrouwenspersonen zijn beschikbaar, Anne Kornman en Dinie van Marissing voor de NOS en Lia van Velden voor de NPO. De vertrouwenspersoon verzorgt de eerste opvang en bespreekt met de medewerker diverse oplossingsmogelijkheden of verwijst door. Er is in 2006 geen formele klacht ingediend. Wel is er regelmatig een beroep gedaan op informele bemiddeling of advisering. Kinderopvang Op basis van CAO-afspraken is 0,5% van de loonsom beschikbaar voor een vergoedingsregeling voor kinderopvang. Het budget voor de regeling bedroeg in 2006 € 234.000,– de werkelijke uitgaven waren € 171.000,–. In 2006 is door de Raad van Bestuur besloten de kinderopvangregeling uit te breiden met buitenschoolse opvang. Vanaf 1 mei 2006 staat de regeling open voor kinderen van 0-12 jaar. Het totale budget is niet aangepast, hierdoor zou er een interne wachtlijst kunnen gaan ontstaan. Uiteindelijk is gebleken dat iedereen die een aanvraag heeft ingediend, heeft kunnen deelnemen aan de regeling. Bij de NPO en de NOS maakten 133 medewerkers gebruik van de kinderopvangregeling. In totaal waren er 188 kinderen met een opvangplaats, hierin is de volgende verdeling te maken: - Kinderdagverblijf (0-3 jaar): 136 kinderen - Buitenschoolse Opvang (4-12 jaar): 36 kinderen - Gastouderopvang (0-13 jaar): 16 kinderen
46
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 46
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:35
Nede
06
Minister De Geus van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft eind 2006 besloten dat iedere werkende ouder in aanmerking moet komen voor een bijdrage in de kosten voor kinderopvang. Voorheen was een werkgever hier niet toe verplicht. Dit houdt in dat vanaf 1 januari 2007 alle vergoedings aanvragen via de Belastingdienst moeten worden ingediend. In verband hiermee is de samenwerking met Kintent in 2007 beëindigd omdat zij geen bestaansrecht meer heeft.
SPEERPUNTEN 2007 NOS NOS Academie De administratieve organisatie van de Academie wordt opgezet, waardoor voor het management inzichtelijk wordt wie, wanneer welke opleiding gevolgd heeft. Daarnaast wordt een richtlijn opleiding/ontwikkeling opgesteld waarin komt te staan wanneer een medewerker in aanmerking komt voor een opleiding, en wanneer er een terugbetaalregeling geldt. Een opleidingskaart met een overzicht van de mogelijke opleidingen voor leidinggevenden en medewerkers zal op de academiepagina op de intranetsite geplaatst worden. Die pagina wordt dit jaar verder geprofessionaliseerd. Eén Sportvloer Na de benoeming van de hoofdredactie bij Sport kan de structuur van de nieuwe Sportvloer verder worden uitgerold. Voorjaar 2007 wordt de nieuwe Sportvloer in het Videocentrum opgeleverd en zullen alle sportcollega’s van radio, tv, Internet en teletekst daar samen gaan werken. Net als bij Nieuws en de staf zullen ook bij Sport overgangsgesprekken plaatsvinden. Risico-inventarisatie en -evaluatie De Arbowet verplicht de werkgever eens in de paar jaar een risico-inventarisatie en -evaluatie te maken. In 2004, vóór ingebruikname van de Nieuwsvloer, is een algemene inventarisatie gemaakt van de werkruimten met verbeterpunten voor de nieuwe vloeren. In 2007 zal het welzijn van de collega’s geïnventariseerd en geëvalueerd worden. Ook zal gewerkt worden aan een productie RI&E. Dit houdt in dat voor alle producties (zoals uitzendingen op lokatie, uitzendingen met publiek enz.) een inventarisatie gemaakt wordt met mogelijke risico’s en verantwoordelijkheden. Senioren/ouderen In 2006 is de gemiddelde leeftijd van een medewerker bij de NOS 42 jaar. De laatste jaren zijn er steeds meer ouderen en minder jongeren werkzaam bij de NOS. De ouderen moeten sinds vorig jaar langer doorwerken omdat de TOP (Tijdelijk Ouderdoms Pensioen) is komen te vervallen. De leeftijd waarop de loopbaan bij de NOS eindigt is nu 65 jaar. De NOS vraagt in 2007 subsidie aan om seniorenprojecten te kunnen financieren waarbij gedacht kan worden aan het trainen van senioren om zo jongere collega’s te kunnen coachen. Evaluatie Resultaatgericht werken De in 2006 bij Nieuws ingevoerde systematiek met betrekking tot resultaatgericht werken zal in 2007 worden geëvalueerd en eventueel worden bijgesteld. De stafafdelingen en de nieuwe Sportvloer gaan ook werken met deze systematiek.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 47
47
12-06-2007 09:18:35
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 Kern-/flexpersoneel De huidige personeelsbezetting van de NOS bestaat voornamelijk uit medewerkers met een vast dienstverband. Om in te kunnen spelen op de snelle veranderingen in de maatschappij kan het van belang zijn meer flexibiliteit te creëren. In nauwe samenwerking met de OR zal een beleidsnota vastgesteld worden waarin een aantal fundamentele vragen over de verhouding tussen vast personeel en flexibel personeel aan de orde komen.
SPEERPUNTEN 2007 NPO Jaarurennorm Conform de CAO wordt de jaarurennorm per 1 januari 2007 ingevoerd. Een fulltime medewerker dient 1880 uur op jaarbasis te werken. De jaarurennorm is geïntroduceerd om tegemoet te komen aan de flexibiliteitbehoefte in de omroepbranche. De jaarurennorm maakt het mogelijk om de inzet van arbeid beter af te stemmen op het wisselende werkaanbod door het jaar heen. Hierdoor kan overwerk en leegloop geminimaliseerd worden en wordt de arbeidsproductiviteit verbeterd en inzichtelijker. In 2006 zijn voorbereidingen getroffen om de jaarurennorm per 1 januari 2007 bij de NPO in te voeren. Alle medewerkers zijn geïnformeerd en het aanbod van geautomatiseerde tijdregistratiesystemen is onderzocht. Voorlopig zullen de medewerkers per 1 januari 2007 handmatig tijd registreren totdat het geautomatiseerde systeem (Harmony) is geïmplementeerd. De verwachte invoeringsdatum van Harmony is uiterlijk medio 2007. Diversiteit De NPO heeft het nadrukkelijke voornemen de nieuwe Nederlanders significant beter te bereiken. Op het scherm zal een representatief beeld getoond moeten worden van de diversiteit en interculturaliteit van de Nederlandse samenleving. Daarnaast zal ook het programma-aanbod betere aansluiting moeten vinden op de kijkpatronen en motivaties van deze Nederlanders. Ook voor het personeelsbestand betekent dit dat de NPO streeft naar een divers personeelsbestand (in- en buiten beeld) naar leeftijd, sekse en etniciteit. Diversiteit in personeelsbeleid betekent echter niet alleen dat het personeelsbestand een afspiegeling moet zijn van de multiculturele samenleving in Nederland, maar ook dat er een evenwichtige verdeling moet zijn van de verhouding man/vrouw, leeftijdopbouw en verdeling van functies binnen de organisatie. De NPO zal in 2007 diversiteit als onderdeel van het personeelsbeleid ontwikkelen.
48
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 48
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:36
Nede
06
Herinrichting Op basis van externe ontwikkelingen en interne knelpunten heeft de Raad van Bestuur in april 2006 besloten de organisatie van de NPO te herzien. Deze Herinrichting is een vervolg op de organisatievernieuwing van 2004. De Herinrichting is er primair op gericht om de ontwikkeling die de NPO doormaakt, van een beleidsorganisatie naar een organisatie waar het primaat bij de lijn ligt, te vertalen naar de organisatie-inrichting. Dit komt vooral tot uitdrukking in het versterken van de aansturing van de lijn, het verminderen van de ‘span of control’ van de Raad van Bestuur waardoor meer tijd en aandacht kan worden besteed aan strategische issues, een andere inrichting en oriëntatie van de beleidsstaf en een andere besturingsfilosofie waarin resultaatsturing en een meer eenduidige verantwoordelijkheidsverdeling centraal staan. De Herinrichting is opgedeeld in twee stappen. Allereerst heeft de Raad van Bestuur op basis van adviezen van een daartoe ingesteld interim-projectbureau een nieuwe hoofdstructuur en kaders (organisatieprincipes, besturingsfilosofie) voor verdere uitwerking vastgesteld. Dit is in juni 2006 aan de ondernemingsraad voorgelegd. Na het advies van de ondernemingsraad is vanaf september 2006 de detailorganisatie uitgewerkt. Dit is gedaan door werkgroepen onder leiding van de beoogde directeuren van de verschillende organisatieonderdelen. Het onderzoek naar de inrichting van de beleidsstaf is door het Projectbureau ter hand genomen. Eind 2006 hebben de werkgroepen definitieve organisatieplannen opgeleverd en zijn deze vertaald naar een detailorganisatie. Begin 2007 is dit ter advisering voorgelegd aan de ondernemingsraad. De herinrichting is per 19 maart 2007 geëffectueerd.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 49
49
12-06-2007 09:18:36
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 CIJFERS & TRENDS PERSONEELSBESTAND Samenstelling personeel NPO
2006
2005
Aantal fte
293
294
Aantal medewerkers
330
333
Detacheringen
13
11
Freelancers
64
13
Uitzendkrachten
16
15
2006
2005
Samenstelling personeel NOS Aantal fte
621
637
668
682
2
9
Freelancers
218
250
Uitzendkrachten
20
10
Aantal medewerkers Detacheringen
NPO
2006
% Bandbreedte
2005
% Bandbreedte
281
97,1
283
96,6
8
2,9
10
3,4
Aantal fte Kernposities
2
47,4
1
41
Aantal fte Flexposities
2
52,6
1
59
Kern-/Flexposities in clusters Proces/Project BINNEN BANDBREEDTE Cluster Proces Aantal fte Kernposities Aantal fte Flexposities Cluster Project
SUBTOTAAL
293
294
BUITEN BANDBREEDTE Cluster Project Aantal fte Kernposities
0
0
0
0
Aantal fte Flexposities
0
0
0
0
TOTAAL
50
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 50
293
294
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:36
Nede
06
NOS
2006
% Bandbreedte
2005
% Bandbreedte
Aantal fte Kernposities
524
92,4
562
93,8
Aantal fte Flexposities
43
7,6
37
6,2
Kern-/Flexposities in clusters Proces/Project BINNEN BANDBREEDTE Cluster Proces
Cluster Project Aantal fte Kernposities
19
44,3
12
31,6
Aantal fte Flexposities
24
55,7
26
68,4
SUBTOTAAL
610
637
BUITEN BANDBREEDTE Cluster Project Aantal fte Kernposities
0
0
0
0
Aantal fte Flexposities
0
0
0
0
TOTAAL
610
637
Leeftijdsverdeling man/vrouw NPO 2006 leeftijd
2005
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
<=25
1
2
3
2
3
5
26-30
14
15
29
18
16
34
31-35
31
34
65
32
30
62
36-40
29
28
57
34
34
68
41-45
30
38
68
24
31
55
46-50
25
25
50
24
27
51
51-55
15
15
30
14
15
29
56-60
16
10
26
17
11
28
1
1
2
0
1
1
162
168
330
165
168
333
60> Totaal
De gemiddelde leeftijd bij NPO is 42 jaar (2005: 45 jaar)
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 51
51
12-06-2007 09:18:36
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 Leeftijdsverdeling man/vrouw NOS 2006 leeftijd
2005
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
<=25
6
5
11
13
6
19
26-30
37
26
63
52
41
93
31-35
58
48
106
72
68
141
36-40
85
70
155
88
65
152
41-45
74
58
132
66
46
112
46-50
59
25
84
52
22
74
51-55
38
21
59
33
26
59
56-60
27
19
46
20
9
29
9
3
12
3
0
3
393
275
668
399
283
682
60> Totaal
De gemiddelde leeftijd bij NOS is 42 jaar (2005: 40 jaar)
OPLEIDING EN ONTWIKKELING Stages NPO
2006
2005
WO
5
6
HBO
16
16
MBO
3
3
Overig
0
0
Totaal
24
25
NOS
52
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 52
2006
2005
WO
11
12
HBO
59
37
MBO
5
1
Overig
0
0
Totaal
75
50
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:37
Nede
06
Verdeling stagiairs man/vrouw NPO 2006
2005
Mannen
13
14
Vrouwen
11
11
24
25
Totaal
Verdeling stagiairs man/vrouw NOS 2006
2005
Mannen
31
18
Vrouwen
48
32
Totaal
79
50
2006
2005
14,3 mln.
14,1 mln.
755,9 x 100%
484,6 x 100%
258,0 x 150%
453,8 x 150%
2006
2005
33,0 mln.
31,3 mln.
1.617,3 x 100 %
3.457,5 X 100 %
122,0 x 150 %
473,0 x 150 %
BELONING Loonsom NPO Totale loonsom (excl. soc. lasten)* Overwerkregistratie
Loonsom NOS Totale loonsom (excl. soc. lasten)* Overwerkregistratie
*De loonsom is exclusief dotaties wachtgeld, pensioen en jubilea.
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 53
53
12-06-2007 09:18:37
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 Verdeling man/vrouw naar salarisklasse NPO Schaal
2006
2005
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Geen
3
0
3
3
0
3
A-D
3
2
5
4
5
9
E-F
43
89
132
43
102
145
G-H
75
62
137
81
48
129
J-M
38
15
53
34
13
47
Totaal
162
168
330
165
168
333
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Geen
3
1
4
22
3
25
A-D
1
2
3
1
2
3
NOS Schaal
2006
2005
E-F
25
66
91
29
69
198
G-H
294
186
480
295
195
490
J-M
70
20
90
51
15
66
393
275
668
398
284
682
Totaal
Gemiddelde leeftijd per salarisklasse NPO Schaal
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
56
0
56
55
0
55
A-D
47
43
45
43
52
48
E-F
40
41
41
39
41
40
G-H
40
41
40
39
40
40
J-M
47
44
46
48
44
46
Gemiddeld
42
41
42
45
44
45
Man
Vrouw
Totaal
NOS Schaal
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 54
2005
Man
Geen
54
2006
2006
2005
Man
Vrouw
Totaal
Geen
59
57
58
52
48
50
A-D
60
42
48
58
24
41
E-F
36
41
39
32
39
36
G-H
40
40
40
41
39
40
J-M
50
45
49
48
45
47
Gemiddeld
42
41
42
41
39
40
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:37
Nede
06
Eindschaligen per salarisklasse NPO Schaal
NOS 2006
2005
A
0
0
B
0
0
C
0
D
1
Schaal
2006
2005
A
0
0
B
0
0
2
C
0
0
3
D
1
0
E
4
11
E
20
19
F
8
39
F
26
25
G
10
23
G
80
74
H
4
19
H
101
91
J
3
14
J
28
34
K
1
4
K
3
11
L
1
9
L
1
3
M
1
1
M
1
2
33
125
260
259
Totaal
Totaal
BEOORDELING NPO Beoordeling
2006
2005
Slecht (0%)
0%
0%
Onvoldoende/matig (1%)
0%
0%
Normaal/goed (2,75%)
87%
75%
Uitstekend (4%)
3%
10%
Anders
0%
2%
N.v.t.
10%
13%
2006
2005
0%
1%
NOS Beoordeling Slecht (0%) Onvoldoende/matig (1%)
0%
2%
96%
90%
Uitstekend (4%)
2%
5%
Anders
0%
0%
N.v.t.
2%
2%
Normaal/goed (2,75%)
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 55
55
12-06-2007 09:18:38
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 Cafetariastelsel/Levensloopregeling NPO
2006
2005
Doel
NOS
2006
2005
Doel
Fietsplan
14
20
27
15
Verlof
2
0
Fietsplan Verlof
0
0
Ouderbijdrage
1
0
Ouderbijdrage
0
0
Pensioen
2
0
Pensioen
0
0
Werk Aantal dienstjaren NPO
2006
2005
Man
Vrouw
Totaal
0 t/m 5
55
50
105
6 t/m 15
67
72
139
16 t/m 30
34
37
71
31 t/m 45
6
9
162
168
Totaal NOS
Vrouw
Totaal
78
74
152
50
48
98
32
40
72
15
5
6
11
330
165
168
333
2006
Man
2005
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
0 t/m 10
285
198
483
305
212
517
11 t/m 20
69
55
124
58
59
117
21 t/m 30
30
19
49
30
11
41
31 t/m 40
8
3
11
6
1
7
392
275
667
399
283
682
Totaal
MOBILITEIT Instroom in aantallen Instroom
2006
2005
38
22
2006
2005
55
70
2006
2005
NPO
11,5
6,6
NOS
9
10,1
NPO Instroom NOS Instroompercentage Instroom
56
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 56
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:38
Nede
06
Instroom per salarisklasse NPO
2006
2005
Geen
0
0
A
0
0
B
0
0
C
0
0
D
0
0
E
3
1
F
15
7
G
11
7
H
6
3
J
3
2
K
0
1
L
0
0
M
0
1
38
22
NOS
2006
2005
Geen
0
0
A
0
0
B
0
0
C
0
0
D
0
1
E
13
8
F
7
17
G
22
30
H
10
11
J
2
3
K
1
0
L
0
0
M
0
0
55
70
2006
2005
NPO
12,1
11,4
NOS
10
12,7
Totaal
Totaal
Uitstroompercentage
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 57
57
12-06-2007 09:18:38
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 Motivatie einde dienstverband NPO
2006
2005
23
12
Einde tijdelijk contract
3
5
Artikel 18
1
1
Overig
8
16
Dwingende redenen
2
0
(Tijdelijk) ouderdomspensioen
2
4
Overlijden
1
0
40
38
Eigen verzoek
Totaal NOS
2006
2005
Eigen verzoek
12
25
Einde tijdelijk contract
41
34
Artikel 18
2
6
Overig
4
19
Dwingende redenen
0
1
(Tijdelijk) ouderdomspensioen
6
3
Overlijden
1
0
66
88
2006
2005
Binnen dezelfde klasse
12
8
Naar andere klasse
12
11
2006
2005
24
9
4
29
Totaal
Interne mobiliteit NPO
NOS Binnen dezelfde klasse Naar andere klasse
58
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 58
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:38
Nede
06
Verdeling voltijd/deeltijd NPO
2006 Man
2005 Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Voltijd
135
64
199
137
62
199
Deeltijd
27
104
131
28
106
134
Totaal
162
168
330
165
168
333
Man
Vrouw
Totaal
Man
Vrouw
Totaal
Voltijd
343
128
471
330
154
484
Deeltijd
50
147
197
69
129
198
Totaal
393
275
668
399
283
682
NOS
2006
2005
4x9 (uur werken) regeling 2006
2005
NPO
44
48
NOS
2
3
2006
2005
13
17
Onbetaald verlof
2
0
Zwangerschapsverlof
6
9
Zorgverlof
0
0
2006
2005
Ouderschapsverlof
19
28
Onbetaald verlof
8
6
Zwangerschapsverlof
19
21
Zorgverlof
25
8
Verlof Publieke Omroep Ouderschapsverlof
NOS
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 59
59
12-06-2007 09:18:39
H O OF D S T UK 4
S ociaal jaarve r slag 2006 Arbeidsomstandigheden NPO percentages ziekteverzuim* Ziekteverzuim
2006
2005
Kort (1-7 dgn)
1,4
1,5
Middel (7-42 dgn)
0,8
0,9
Lang (>42 dgn)
0,8
1
Totaal
3
3,4
Ziekteverzuim
2006
2005
Kort (1-7 dgn)
1,3
3,8
NOS percentages ziekteverzuim*
Middel (7-42 dgn)
0,8
0,4
Lang (>42 dgn)
3
0,1
Totaal
5,1
4,3
*Dit percentage is exclusief zwangerschap en exclusief WAO.
60
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 60
sociaal jaarverslag 2006
12-06-2007 09:18:39
Nede
06
Nederlandse PUBLIEKE OMROEP
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 61
61
12-06-2007 09:18:39
Jaarverslag 2006 (Deel 2).indd 62
12-06-2007 09:18:39