HARTFALEN casusschetsen
© Interline maart 2003
© Interline maart 2003
1
Casusschetsen Hartfalen 4 maart 2003
Casusschets 1
Boer, 72 jaar Voorgeschiedenis: Bekend met COPD en recidiverende bronchitiden. Anamnese: Sinds 1 week last van hevige benauwdheid ’s nachts en ’s ochtends. Slaapt op 2 kussens, overdag geen klachten. Geen koorts, wel zweterig ’s nachts. Lichamelijk onderzoek: Geen oedeem, T 140/90, cor: versneld ritme, geen souffles, geen derde toon. Pulm: verlengd expirium, diffuus enkele rhonchi. CVD normaal.
Vraag 1: Welke diagnostiek verkiest u en wat verwacht u met de uitslag te kunnen doen? 1. 2. 3. 4. 5.
Geen ECG X-thorax 2 en 3 Anders
© Interline maart 2003
2
Vervolg casusschets 1
Vraag 2: Hoe schat u de ernst in? (NYHA classificatie klasse 1 t/m 4, zie werkafspraak onder definitie). 1. 2. 3. 4.
Stel: X-thorax: ECG: Lab:
Klasse 1. Klasse 2. Klasse 3. Klasse 4.
Duidelijke overvulling. Abnormaal, oud infarct. Gb.
Vraag 3: Wat doet u? 1. 2. 3. 4. 5.
© Interline maart 2003
Behandelen, (voorlopig) niet verwijzen. Behandelen en echo aanvragen. Behandelen en op korte termijn verwijzen. Behandelen en selectief verwijzen. Anders.
3
Casusschets 2
Man, 60 jaar. Hypertensie, waarvoor medicatie. Er is vanwege een keuring een ECG gemaakt: Q in II, III en AvF: tekenen van oud infarct. Geen klachten, ook geen klachten gehad.
Betreffende de preventieve behandeling
Vraag 1: Wat verkiest u? 1. 2. 3. 4.
Acetylsalicylzuur Anti-stol met coumarine derivaten Combinatie Anders
Vraag 2: Hoe behandelt u de tensie bij voorkeur? 1. Diureticum 2. B-blokker 3. ACE-remmer
Betreffende de causale behandeling Vraag 3: Wat is uw voorkeur? 1. Coronairlijden opsporen via fietsproef. 2. Geen verdere causale diagnostiek / behandeling. 3. Anders © Interline maart 2003
4
© Interline maart 2003
5
Casusschets 3
Vraag 1: Welke patiënt heeft naar uw mening een diastolische dysfunctie en waarom? 1. Patiënt A 2. Patiënt B
Patiënt A Man, 60 jaar Voorgeschiedenis: 45e jaar anteroseptaal infarct. CAG: RDP 100%, retrograde vulling via RCX, LAD 100% na 1e septaal tak D1 90%, retrograde vulling via septum, door RCA; LV: hypokinetische voor- en onderwand. 47e jaar CABG Lima-LAD, Ao-D1, MO, RPL, RDP.
Anamnese: Progressief moe, dyspnoe, angina pectoris. Lichamelijk onderzoek: Oedeem, basaal crepitaties, T 160/85 Aanvullend onderzoek: ECG: Oud infarct X-thorax: Vergroot hart Echo: Slechte functie LV, ejectiefractie: rust 16%, inspanning (40W) 19%, herstel 16%.
© Interline maart 2003
6
Vervolg casusschets 3
Patiënt B Vrouw, 77 jaar Anamnese: Sinds een luchtweginfectie blijven klachten: moeheid, dyspnoe d’effort 2/4, gewichtstoename met 4 kg. Geen angina pectoris. Lichamelijk onderzoek: T 165/85, geen oedeem, cor: graad 2/6 MI geruis. Aanvullend onderzoek: ECG: LVH X-thorax: Normale hartgrootte. Echo: LV 46 mm, septum 14 mm, Lvpw 19 mm, LA 48 mm (N: max 40), RA 60 mm. MI gr 1, TI gr 1, VCI collabeert normaal. LV contractie : goed. Ejectiefractie 55%.
© Interline maart 2003
7
Casusschets 4 Patiënt A Man, 74 jaar. Voorgeschiedenis: Infarct op 68 jarige leeftijd. Anamnese: Recent pneumonie. Daarna blijvende dyspnoe bij wandelen, dikke voeten. Hypertensie goed geregeld met chlortalidon. Lichamelijk onderzoek: T 165/85, oedeem enkels +. Aanvullend onderzoek: X-thorax: Geen duidelijk overvullingsbeeld. ECG: Sinusritme, Q in II, III en AvF = oud infarct. Echo: Verminderde LV functie met defect van oud infarct. Conclusie: Vooral systolisch hartfalen NYHA klasse 2. Vraag 1: Schenkt u aandacht aan de niet-medicamenteuze behandeling? Zie medicamenteus stappenplan op werkafspraak: Vraag 2: Handhaaft u de chlortalidon? 1. Ja 2. Neen Vraag 3: Wat schrijft u als eerste stap (erbij) voor? Vraag 4: Stel patiënt valt in klasse 3 of na 2 weken is er onvoldoende effect, wat schrijft u dan voor?
© Interline maart 2003
8
Vervolg casusschets 4
Patiënt B Vrouw, 70 jaar Anamnese: Hypertensie goed geregeld met metoprolol. Laatste weken kortademig bij wandelen. Lichamelijk onderzoek: Tensie is goed. Pols RA 60/minuut. Geen oedemen, geen crepitaties. Aanvullend onderzoek: X-thorax: Geen afwijkingen. ECG: Dubieus afwijkend. Echo: Goede systolische functie, diastolische dysfunctie, LVH. Conclusie: Diastolisch hartfalen NYHA klasse 2.
Vraag 5: Wat adviseert u? 1. 2. 3. 4. 5.
Metoprolol stop. Diureticum. ACE-remmer. Digoxine. Anders.
© Interline maart 2003
9
Casusschets 5
Demonstratie hartfalenpoli (video).
© Interline maart 2003
10