CHEMOTHERAPIE achtergronden casusschetsen
© Interline augustus 2010
Voorstel wijzigingen bij herziening werkafspraak kunnen op de laatste pagina worden genoteerd.
Voor: begeleider/presentator
INTERLINE
CHEMOTHERAPIE Concept dd 6 juli 2010
ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN
Inleiding Deze werkafspraak met Interlineprogramma zijn gemaakt in 2010 met de Hardenbergse versie als startpunt. De werkgroep bestaat uit: Huisartsen: Marly Bolhuis, Dedemsvaart Linda Groot, Zwolle Paul Cost Budde, Wijhe Oncologen: Ellen Dompeling Metin Tascilar
Generiek -> merk Granisetron Ondansetron tropisetron aprepitant capecitabine
Kytril Zofran Novaban Emend Xeloda
Achtergronden casus 1 Zie werkafspraak onder ‘Begrippen’. Vraag 1: Hoe zou u deze chemo-behandeling noemen? 1. Neo-adjuvant. In principe curatief.
Vraag 2: Hoe zou u de opzet van deze behandeling noemen? 2. Curatief. Ook indien laag % curatie.
Vraag 3: Hoe zou u de opzet van deze behandeling noemen? 1. Palliatief.
Leerdoel 1: Kennen van de betekenis van de op de werkafspraak genoemde begrippen. Stelling 1: In de oncologie is geen behandeling echt curatief.
Onjuist
Achtergrond casusschets 2 2a Vraag 1: Wat is er het meest waarschijnlijk aan de hand? 1. Luchtweginfectie met neutropenie 2. Luchtweginfectie zonder neutropenie Antwoord 1: Neutropenie kan tot maand na chemo! Vaak na chemo geen sputum en geen rhonchi maar toch pneumonie. Vraag 2: Welk beleid heeft uw voorkeur? 1. 2. 3. 4. 5.
Afwachten. Antibioticumkuur. Leuco’s prikken. Directe verwijzing internist. Anders.
Antwoord 4: Ook ’s nachts, ook bij aanwijsbare oorzaak blijft dit kritiek! [Zie werkafspraak ‘Koorts’ – Oorzaak en Beleid.]
2b Vraag 3: Welk beleid heeft uw voorkeur? 1. 2. 3. 4. 5.
Afwachten. Antibioticumkuur. Leuco’s prikken. Directe verwijzing internist. Anders.
Antwoord 2: kwetsbaar door hypogammaglobulinemie, daarom niet paar dagen afwachten maar sneller antibioticum. [Niet op werkafspraak].
Leerdoel 2: Koorts na chemo: tot wanneer denken aan neutropenie, beleid. Stelling 2: Tot 2 weken na een chemokuur moet men bij koorts bedacht zijn op neutropenie. Onjuist, 4 weken.
Achtergronden casus 3 Zie werkafspraak Misselijkheid en braken. Vraag 1: Mogelijke oorzaken [niet allemaal op werkafspraak, zie diagnostiek]: tumor, angst, chemo, nierinsufficientie, ileus, elektrolytstoornissen, onduidelijk.
Vraag 2: Antwoord 4: [Zie werkafspraak Keuze middelen]. Niet antwoord 2! Vraag 3: Antwoord 3: Cave dehydratie tgv nierinsufficientie mn bij cisplatin [zie diagnostiek]. Vraag 4: Antwoord 2: denk hier wel aan, liever al eerder bespreken! Antwoord 3: meest waarschijnlijk. Vraag 5: Antwoord 3: Lorazepam lijkt goede keus. Leerdoel 3: Beleid misselijkheid en braken na chemotherapie. Stelling 3: Misselijkheid ten gevolge van de chemokuur is in de regel na 6 dagen over. Juist
Achtergronden casus 4 Zie werkafspraak pg Vraag 1: Chemoradio, ileus, gastroenteritis Vraag 2: Antwoord 3: [zie beleid, vochtintake] bij iedere keer diarree 300 ml. Antwoord 1: Niet zinvol. Antwoord 4: Voorzichtig bij rectumcarcinoom! [zie beleid – loperamide]. Leerdoel 4: Beleid bij diarree. Geen loperamide bij rectumcarcinoom. Stelling 4: Bij diaree na chemokuur is het altijd verstandig te kweken. Onjuist
Achtergronden casus 5 Vraag 1: Kan er relatie met de chemo bestaan? 1. Ja, zie werkafspraak.
Vraag 2: Hoe behandelt u dit? 2. U geeft een macrogol.
Leerdoel 5: Oorzaak en behandeling obstipatie na chemo. Stelling 5: Chemo kan zowel diarree als obstipatie als gevolg hebben. Juist
Achtergronden casus 6 Vraag 1: Waar denkt aan? 2. Candida: niet altijd beslag. Mecositis geeft meestal geen felrode slijmvliezen. Vraag 2: Hoe behandelt u dit? 2. Systemisch : zie werkafspraak Stel na 1 week is er nog geen effect. Vraag 3: Hoe behandelt u nu? Advies: kweek. Uitvragen koorts, denk aan beenmergdepressie. Vraag 4: Indien patiënt veel pijn aangeeft, hoe behandelt u dat? Zie werkafspraak: lokaal xylocaine of morfine mogelijk.
Leerdoel 6: Stomatitis: denk aan associatie beenmergdepressie, tips. Stelling 6: Het is verstandig vooraf al te beginnen met nystatine indien er een grote kans op candida is. Onjuist, geen nystatine, wel fluconazol.