Handleiding voor studenten voor het ontwikkelen en samenstellen van een portfolio en een bewijsmap examinering
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
1
Colofon
Leren & Waarderen Handleiding voor studenten
Arcus College Heerlen Januari 2007, versie 1.1
Werkgroep onderwijsinnovatie: Henk Dautzenberg Yvonne van Rooy Martine Quaedvlieg Frans Brouns Joos Dirven Cor Laming
Een product van: Transwork trajectbureau Arcuscollege In samenwerking met Celbe Consultancy
© Transwork trajectbureau Arcuscollege Heerlen Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze opgave mag vermenigvuldigd worden en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van Transwork trajectbureau Arcuscollege.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
2
Inhoudsopgave Pagina
Colofon
2
Inleiding (het portfolio)
4
De leerbiografie: 6 1.1 Persoonlijke gegevens 1.2 Opleidingsgegevens 1.3 Leerervaringen 1.4 Leerbeperkingen 1.5 Studiemotivatie en beroepsambities
De leercyclus: het opbouwen van een portfolio
13
1. Plannen: het schrijven van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)
16
2. Uitvoeren: het verzamelen van resultaten en bewijzen
22
3. Evalueren: het waarderen van resultaten
24
4. Verder-leren: het verdiepen en verbreden van ervaringen en inzichten
27
5. Examineren: het verzilveren van resultaten en bewijzen
30
5.1 Persoonsgebonden gegevens 5.2 Resultaten en bewijzen 5.3 Reflectie op de leerontwikkeling
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
3
Inleiding Deze handleiding is bedoeld om je te helpen bij het opbouwen van je portfolio en het samenstellen van je bewijsmap examinering.
Het portfolio Architecten, maar ook fotomodellen en kunstenaars hebben vaak een kartonnen map waarin ze hun beste werk bewaren. Deze map wordt ook wel portfolio genoemd. De inhoud van een portfolio gebruiken ze om aan opdrachtgevers te laten zien, wat ze kunnen en welke ervaring ze hebben. In de opleiding die je nu volgt, word je ook gevraagd een portfolio samen te stellen. In dit portfolio verzamel je leerresultaten. Dat kunnen werkstukken of producten zijn maar ook beschrijvingen van hoe jij hebt samengewerkt met studiegenoten of collega’s. Je beschrijft wat je hebt gedaan, wat je geleerd hebt van je leeractiviteiten, wat je een volgende keer anders zou doen, waar je nog aan moet werken en wat je vindt dat je goed hebt gedaan. Ook verzamel je hierin de beoordelingen van docenten, BPV-begeleiders, medestudenten et cetera. Met andere woorden: in je portfolio laat je zien wat je kunt, wat je leerervaringen zijn en hoe jij je ontwikkelt tijdens je opleiding. Een portfolio bestaat uit vier mappen waarin je verschillende soorten gegevens of resultaten kunt opbergen. Dit zijn de volgende mappen: Portfolio
1. POP - map 2. Werkmap 3. Waarderingsmap 4. Reflectiemap
Verantwoordelijkheid Als student ben je zelf verantwoordelijk voor het samenstellen en het bewaren van je portfolio. Docenten helpen je uiteraard bij het samenstellen van je portfolio, maar je bepaalt zelf of je iets opneemt in je portfolio of niet. Jij bent dan ook de enige persoon die toegang heeft tot je eigen portfolio. Wel kun je begeleiders toegang geven voor bepaalde onderdelen, omdat je bijvoorbeeld behoefte hebt aan commentaar of feedback op de inhoud van een werkstuk of verslag.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
4
De bewijsmap examinering Tijdens je opleiding maak je producten, neem je deel aan projecten en volg je cursussen, trainingen of workshops. De resultaten van al deze leeractiviteiten verzamel je in je portfolio. Uit de inhoud van dit portfolio selecteer je je beste resultaten en stel je een bewijsmap examinering samen. Dat doe je samen met je leercoach/begeleider. Dat is een extra zekerheid dat je bewijsmap zal voldoen aan de eisen van de opleiding. Deze bewijsmap leg je voor aan onafhankelijke examinatoren. De examinatoren zijn niet betrokken geweest bij jouw begeleiding op het onderdeel waarover je examen doet. Zij zijn dus onafhankelijk. Daardoor is de uitspraak die zij doen over de kwaliteit van jouw bewijsmap betrouwbaarder. Je hebt dan geen voordeel, maar ook geen nadeel van een begeleider die jou wel of niet mag. Dat is zeker zo eerlijk. Omdat jouw examinator je niet kent is het belangrijk dat jij je bewijsmap zorgvuldig samenstelt zodat er geen misverstanden ontstaan.
Begeleiding en coaching Begeleiding Uiteraard krijg je ondersteuning van de school bij je leren. Je krijgt begeleiding van docenten bij projecten of tijdens cursussen, trainingen en/of workshops. Ook krijg je begeleiding als je stage loopt in de beroepspraktijk (BPV). De docenten en de praktijkbegeleiders begeleiden je niet alleen maar beoordelen ook je leerprestaties. Zij zeggen niet alleen of je iets goed of minder goed gedaan hebt, maar zeggen vooral ook waarom dat zo is en waar mogelijkheden tot verbeteringen liggen. Het is dan ook niet vreemd dat je tijdens deze opleiding geen cijfers krijgt als waardering voor je leerprestaties maar feedback. Feedback is inhoudelijk commentaar of terugkoppeling over hoe het met je gaat. Je weet dan precies waar je nog aan moet werken of waar je juist goed in bent en wat je kunt afsluiten. Aan deze inhoudelijke terugkoppeling (wat ging goed, wat ging minder goed) wordt vervolgens een waardering toegekend: voldoende of nog niet voldoende. Nog niet voldoende betekent dat je voor dat deel op zoek moet gaan naar een aanvullende leeractiviteit of dat je aan je al geplande leeractiviteiten de leerdoelen die je nog niet gehaald hebt, moet toevoegen.
Coaching Naast de begeleiding bij leeractiviteiten van docenten en praktijkbegeleiders, krijg je ook ondersteuning van een leercoach/begeleider. De leercoach/begeleider helpt je bij het leren. Hij ondersteunt je bij jouw zoeken naar mogelijkheden om zo goed mogelijk te leren. Hiervoor neem je deel aan leergesprekken die eens in de (veertien dagen) worden gehouden in een groepje van (vier tot zes) medestudenten die aan soortgelijke leerdoelen of competenties werken. Zo leer je ook van medestudenten. Om deel te mogen nemen aan deze leergesprekken word je gevraagd eerst zelf op papier te zetten wat je van je eigen leerresultaten vind. We noemen dit een zelfevaluatie. Deze zelfevaluaties lever je in, voorafgaande aan een leergesprek met je leercoach/begeleider. Zonder deze inbreng heeft een gesprek niet zo veel zin. Ook wordt gevraagd de beoordelingen van docenten, trainers en BPV-praktijkbegeleiders te verzamelen en in te ______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
5
leveren bij je leercoach/begeleider als voorbereiding op je leergesprek. In het leergesprek krijg je inhoudelijk commentaar of feedback op je inbreng: op de wijze waarop jij leert en op je leerontwikkeling. Al deze bewijzen verzamel je in je portfolio. Als je kunt laten zien dat je alle leerdoelen hebt behaald, selecteer je de beste resultaten en verzamel je die in je bewijsmap examinering.
Tot slot Deze inleiding is bedoeld om je wegwijs te maken in hoe er gewerkt wordt in de opleiding die je nu volgt. Je weet nu wat een portfolio is en dat je vanuit de inhoud van je portfolio een bewijsmap moet samenstellen. In de volgende hoofdstukken wordt uitleg gegeven over hoe je dat moet aanpakken en welke formulieren je daarbij moet gebruiken. Als eerste krijg je uitleg over het samenstellen van je leerbiografie. Dat is de geschiedenis van je leren tot nu toe. Daarna wordt uitleg gegeven over hoe je een portfolio moet ontwikkelen en hoe je een bewijsmap examinering moet samenstellen.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
6
I. De leerbiografie (Geschiedenis van jouw leren tot nu toe) Voordat je met leren begint, vragen we je een aantal persoonlijke gegevens in te vullen. Deze gegevens verzamel je en berg je op in de map: leerbiografie. Een biografie is de beschrijving van iemands leven. In jouw leerbiografie beschrijf je wat je tot nu toe hebt gedaan op het gebied van studie en leren, welke diploma’s je hebt gehaald, wat je goed kunt, waar je moeite mee hebt et cetera. Een leerbiografie is belangrijk voor jezelf, maar ook voor je begeleiders. Zij kunnen je daardoor beter helpen bij je leerproces.
Welke informatie is belangrijk om op te nemen in je leerbiografie? Een leerbiografie stel je samen met ondersteuning van een docent die een (intake)gesprek met je voert. Samen met deze docent bepaal jij wat je wel en wat je niet opneemt. De informatie in je leerbiografie is ook toegankelijk voor je begeleiders. Zij kunnen dan rekening houden met bepaalde eigenschappen of omstandigheden die voor jou belangrijk zijn om goed te kunnen leren.
Gebruik voor het invullen van je leerbiografie de volgende formulieren: 1.1
Persoonlijke gegevens.
1.2
Opleidingsgegevens.
1.3
Leerervaringen.
1.4
Leerbeperkingen.
1.5
Studiemotivatie en beroepsambities.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
7
Digitale pasfoto
1.1
Persoonlijke gegevens:
Student: Naam + geslacht
M/V
Roepnaam
Geboortedatum
Dag – maand - jaar
Straat + huisnummer
Postcode + woonplaats
Telefoonnummer
Telefoonnummer van je woonadres
Mobiel:
E-mail adres
Je eigen e-mail adres of eventueel dat van je ouders of partner
Geboorteplaats
Nationaliteit
Sofi-nummer
Dit is je persoonlijke nummer en staat op je paspoort of andere identiteitspapieren
Naam Vader/Moeder/verzorger
Straat + huisnummer
Vul hier het adres van de bovenstaande persoon of personen in
Postcode + woonplaats
Telefoon
Telefoonnummer horend bij dit adres
Bijzonderheden
Zijn er nog meer dingen die belangrijk zijn om te weten om je school/stage =BPV-periode zo goed mogelijk te laten verlopen, of waarvan jij vindt dat je docent/BPV-begeleider dit moet weten?
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
8
1.2
Opleidingsgegevens
Gevolgde opleidingen / cursussen:
Naam school / cursus
Periode
Diploma / certificaat
Huidige opleiding:
Naam school / opleiding
Periode
Verwachte afronding
Vrijstelling
Datum
Vrijstellingen:
Naam school / opleiding
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
9
1.3
Leerervaringen
Hieronder komen al je leerervaringen te staan. Dat zijn leerervaringen die je hebt opgedaan in je vorige school maar ook in je vakantiebaan of bijbaan en vrijwilligerswerk of bij hobby’s.
Betaald werk: Waar:
Naam organisatie
Wanneer:
Jaar / maanden / aantal uren per week
Ervaring:
Wat heb je ervan geleerd?
Waardering:
Ik deed dit werk graag / niet graag - goed / matig
Vrijwilligers werk: Waar:
Naam organisatie
Wanneer:
Jaar / maanden / aantal uren per week
Ervaring:
Wat heb je ervan geleerd?
Waardering:
Ik deed dit werk graag / niet graag goed / matig
Hobby’s: Wat:
Wanneer:
Jaar / maanden / aantal uren per week
Ervaring:
Wat heb je ervan geleerd?
Waardering:
Ik was een liefhebber / goede amateur / professional
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
10
Schoolervaring: Noem enkele leuke leerervaringen uit jouw vorige schoolperiode.
Noem enkele vervelende leerervaringen uit jouw vorige schoolperiode.
Waar was je goed in?
Waar was je minder goed in, wat ging slecht?
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
11
1.4
Leerbeperkingen
Wanneer je met leren bepaalde moeilijkheden hebt, dan kun je hierover gegevens opnemen in je leerbiografie. Je kunt er ook voor kiezen deze gegevens alleen aan je mentor / leercoach/begeleider bekend te maken. De school zorgt ervoor dat deze gegevens niet toegankelijk zijn voor onbevoegden.
o Heb je problemen met lezen of schrijven?
:
o Heb je problemen met taal- en rekenen?
:
o Heb je last van faalangst?
:
o Heb je vaak moeite om je te concentreren?
:
o Ben je gevoelig voor bepaalde stoffen? (allergisch)
:
o Andere zaken waarmee de school rekening moet houden
:
o Indien een leerbeperking aanwezig is, word je hierin begeleid?
o Afspraken / extra faciliteiten
:
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
12
1.5
Studiemotivatie / beroepsambities
Naar aanleiding van het intakegesprek kun je het volgende formulier invullen:
Naam student:
Datum:
Naam intaker:
Studiemotivatie: (Waarom heb je voor deze opleiding gekozen? Wat wil je leren?)
Beroepsambities: (Wat wil je worden? Waarom wil je dat worden?)
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
13
II. De leercyclus: het opbouwen van je portfolio In de inleiding hebben we uitgelegd waar een portfolio voor dient. Nu leggen we uit dat leren gebeurt op basis van 4 stappen: Plannen, Uitvoeren, Evalueren en Verder-leren. In het Engels: Plan, Do, Check, Act. In het algemeen ziet je leerproces er als volgt uit: Je begint met het plannen (Plan) van een leeractiviteit, vervolgens ga je deze leeractiviteit uitvoeren (Do) en daarna nabespreken of evalueren (Check) om tot slot te besluiten wat je verder nog wilt leren (Act). Je moet alle vier de stappen doorlopen om het leren compleet te maken. Als je klaar bent met de vierde fase kun je weer beginnen met de eerste fase. Zo blijf je leren, een leven lang. Schematisch ziet er dit als volgt uit:
1. Plannen (Plan)
2. Uitvoeren (Do)
4. Verder-leren (Act)
3. Evalueren (Check)
Portfoliomappen Om je te helpen deze stappen goed te doolopen, is er voor iedere stap een map gemaakt waarin je de resultaten van je leren kunt opbergen. Deze mappen vormen je portfolio. Het gaat om de volgende vier mappen: Stap 1: Plannen (Plan): Stap 2: Uitvoeren (Do): Stap 3: Evalueren (Check): Stap 4: Verder-leren (Act):
De POP -map (Persoonlijk OntwikkelingsPlan) De werkmap De waarderingsmap De reflectiemap
Later wordt hier de bewijsmap examinering nog aan toegevoegd. In je bewijsmap stop je de beste ______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
14
resultaten uit je portfolio. In schema ziet dat er als volgt uit:
Portfolio
1. POP- map • • •
Leerdoelen waaraan ik ga werken Leeractiviteiten die ik ga uitvoeren Voorbereiding van leeractiviteiten
2. Werkmap • •
Logboekaantekeningen Resultaten van leeractiviteiten
3. Waarderingsmap • •
Zelfevaluaties van leeractiviteiten Feedbackverslagen van docenten
4. Reflectiemap • •
Reflectie op de leerdoelen Reflectieverslagen
De beste resultaten uit je portfolio selecteer je en stop je, zorgvuldig geordend, in je bewijsmap examinering. Dat doe je samen met je leercoach/begeleider. Deze bewijsmap leg je voor aan de examencommissie. Zij beoordelen of je hebt voldaan aan de eisen van het examen.
5. Bewijsmap • • •
Persoonsgebonden gegevens Resultaten en bewijzen Verslag van de leergesprekken
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
15
Het opbouwen van je portfolio Leercyclus
3.
(Check)
Verder- leren
-
Je schrijft een plan van aanpak voor iedere leeractiviteit en bespreekt dit met de betreffende docent / begeleider
2. Het verzamelen van bewijzen en resultaten:
(Do)
Evalueren
Je maakt een keuze voor leerdoelen en leeractiviteiten en maakt samen met je leercoach/begeleider een planning.
4.
-
Je gaat aan het werk, je voert je plan van aanpak uit. Dat doe je alleen of samen met anderen.
-
Je houdt tijdens de uitvoering een logboek bij
Het waarderen van resultaten: -
Je waardeert je eigen leerresultaten: wat ging goed, wat is voor verbetering vatbaar? (zelfevaluatie)
-
Je verzamelt de waarderingen (feedback) van docenten en/of praktijkbegeleiders
Het verdiepen en verbreden van ervaringen en inzichten:
(Act)
Examineren (Go)
5.
Werkmap
Uitvoeren
-
Waarderingsmap
(Plan)
POP-map
Het samenstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP):
-
Je bespreekt je leerdoelen en je leerontwikkeling met je leercoach/begeleider.
-
Je noteert wat je geleerd hebt en wat dit betekent voor een volgende leeractiviteit. Als je alle leerdoelen behaald hebt stel je samen met je leercoach/begeleider je bewijsmap samen.
Het verzilveren van resultaten en bewijzen: a. b.
Je legt je bewijsmap voor aan de examencommissie Je neemt deel aan het examen
Reflectiemap
1.
Portfoliomap
Bewijsmap
Plannen
Leerstappen
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
16
1. Plannen: het samenstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)
Inleiding Een persoonlijk ontwikkelingsplan kun je op basis van de volgende twee activiteiten samenstellen: 1.1: het plannen en bespreken van leeractiviteiten 1.2: het voorbereiden van leeractiviteiten.
1.1
Het plannen en bespreken van leeractiviteiten
Het plannen van leeractiviteiten doe je samen met je leercoach/begeleider. Meestal zal het zo gaan dat je een keuze maakt uit enkele leeropdrachten die je aanspreken. Het kan ook zijn dat je gevraagd wordt bepaalde leeractiviteiten uit te voeren. Vervolgens ga je kijken welke competenties daar bijhoren. Het kan ook zijn dat je eerst gaat kijken aan welke competenties je wilt gaan werken om daarna op zoek te gaan naar daarbij passende leeropdrachten. Belangrijk is dat je straks de betreffende competentie eigen hebt gemaakt. De opdracht is daarbij een middel. Samen met je leercoach/begeleider bepaal je hoe je start. Hoe je ook start, de volgende vragen moet je in ieder geval beantwoorden:
1.1.1 Aan welke competenties ga ik werken? In het eerste planningsschema word je gevraagd per kerntaak aan te geven aan welke competenties jij gaat werken in een bepaalde periode. Aan welke competenties jij gaat werken kruis je aan in het overzicht.
1.1.2 Aan welke leeractiviteiten en leerdoelen ga ik werken? In dit schema word je gevraagd welke leeractiviteiten je gaat uitvoeren om je de genoemde competenties eigen te maken en welke leerdoelen daarbij richtinggevend zijn. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen projecten, waarbij je gevraagd wordt kennis en vaardigheden in onderlinge samenhang (integraal) toe te passen, en cursussen of trainingen waarbij het kan gaan om afzonderlijke kennis of vaardigheden. De volgende vragen helpen je de juiste gegevens te verzamelen (zie schema 1.1.2 ) •
Welke leeractiviteiten ga ik uitvoeren? In deze kolom noem je als eerste de leeractiviteiten waaraan jij gaat werken. Dat kunnen opdrachten zijn die je alleen doet of samen met anderen. De school heeft een aantal opdrachten waaruit je kunt kiezen, maar het kan ook zijn dat er bijvoorbeeld in de praktijk
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
17
(BPV) aan jou gevraagd wordt om iets te doen waar je van kunt leren.
•
Welke leerdoelen wil ik behalen? In dit schema wordt gevraagd om bij iedere leeractiviteit aan te geven welke leerdoelen daarbij gerealiseerd moeten worden. Leerdoelen geven preciezer aan dan een competentie wat er van jou verlangd wordt in een bepaalde beroepssituatie / leersituatie. Een voorbeeld: bij de competentie communiceren is het belangrijk te weten met wie je gevraagd wordt te communiceren. Met je vriend of je vriendin communiceer je op een andere manier dan met je baas of met een klant. Je stelt daar andere eisen aan. Welke eisen dat zijn wordt beschreven in een leerdoel. Er zijn drie soorten leerdoelen: leerdoelen waarin staat wat je moet weten (hoofd), leerdoelen waarin staat wat je moet doen (handen) en leerdoelen waarin staat hoe je jezelf moet gedragen (hart). Als je een project alleen uitvoert moet je alle leerdoelen die daar voor staan behalen. Als je een project samen met anderen doet is het afhankelijk van de taakverdeling welke leerdoelen jij moet realiseren. Je kunt dan al wel aangeven welke leerdoelen voor jou belangrijk zijn, maar je zult deze nog af moeten stemmen op de taakverdeling met de andere deelnemers. Verder wordt er gevraagd om eventueel nog niet gerealiseerde leerdoelen uit eerdere projecten te noemen en aan te geven door middel van welke nieuw geplande projecten of project je deze alsnog wilt behalen.
•
1.2
Studieplanning Samen met je leercoach/begeleider ga je een planning maken waarin afgesproken wordt wat je in een bepaalde periode gaat doen en hoe lang je gaat werken aan de verschillende leerdoelen en leeractiviteiten. Na deze planning weet je precies aan welke leerdoelen je de komende periode gaat werken en welke activiteiten je daarvoor gaat uitvoeren.
Het voorbereiden van leeractiviteiten
Projecten die je gaat uitvoeren moet je voorbereiden. Van ieder project schrijf je een plan van aanpak. Als je alleen werkt schrijf je zelf een plan van aanpak. Bij groepsopdrachten doe je dat samen met anderen. ( zie formulier 1.2: het voorbereiden van de uitvoering van leeractiviteiten). Het kan ook zijn dat de opleiding al een plan van aanpak heeft geschreven. In dat geval bestudeer je dit plan grondig en formuleer je eventuele vragen ter verduidelijking. In projecten gaat het nooit om een enkel leerdoel. In projecten gaat het altijd om een combinatie van drie soorten leerdoelen tegelijkertijd. Dat zijn leerdoelen waarin van je verlangd wordt dat je iets weet (hoofd), dat je iets doet (handen) en dat je je op een bepaalde manier weet te gedragen (hart).
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
18
Portfoliomap 1: de POP- map
1.
Het samenstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan
1.1
Het plannen van leeractiviteiten
Naam student:
Periode:
Opleiding: Naam leercoach/begeleider:
PLANNEN (plan)
1.1.1
Aan welke competenties ga ik werken? (kruis aan)
Kerntaak (1):
…………………………………………………………….
Competenties: O O O O O O O O
………………………………. ………………………………. ………………………………..
……………………………….. ………………………………….. ………………………………….. ……………………………………. ……………………………………..
Kerntaak (2):
…………………………………………………………….
Competenties: O O O O O O O O
………………………………. ………………………………. ………………………………..
……………………………….. ………………………………….. ………………………………….. ……………………………………. ……………………………………..
Et cetera
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
19
Portfoliomap 1: de POP- map 1
Het samenstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan
1.1
Het plannen van leeractiviteiten
1.1.2
Aan welke leeractiviteiten en leerdoelen ga ik werken? (in te vullen door de student samen met de leercoach/begeleider )
Leeractiviteit / project
Leerdoelen (Hoofd, hart en handen)
1 ……………………………………..
PLANNEN (plan)
2 ……………………………………..
-
3 …………………………………….. -
4 …………………………………
5 …………………………………….
Et cetera …………………………….
-
Cursussen / trainingen
1 ……………………………………..
2 ……………………………………..
3 ……………………………………..
4 …………………………………
Onderliggende leerdoelen
-
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
20
Portfoliomap 1: de POP- map 1
Het samenstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan
1.1
Het plannen van leeractiviteiten
Naam student:
Opleiding:
Naam leercoach/begeleider:
PLANNEN (plan)
1.1.3
Studieplanning (in te vullen door de leercoach/begeleider samen met de student)
Week 1: Week 2: Week 3: Week 4: Week 5: Week 6:
Week 7:
Week 8:
Week 9:
Week 10:
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
21
PLANNEN (plan)
Portfoliomap 1: De POP- map 1.
Het samenstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan
1.2
Het voorbereiden van leeractiviteiten (voor ieder project invullen)
Naam van het project dat ik ga uitvoeren:
-
Naam van de begeleider (docent / BPV-begeleider):
-
Ga ik dit project samen met anderen uitvoeren? Zo ja, wie zijn die anderen?
-
Plan van aanpak :
Wat?
Wie?
Wat zijn de deeltaken of activiteiten die uitgevoerd moeten worden? In welke volgorde?
Wie doet wat?
Waar?
Waar worden deze taken of activiteiten uitgevoerd?
Waarmee?
Wat zijn de kosten, hulpmiddelen, randvoorwaarden, benodigdheden?
Wanneer?
Wanneer worden activiteiten uitgevoerd en hoe lang duren die?
Ondersteuning: (wat verwacht ik van mijn begeleiders?) c. d.
Waarmee kan mijn docent, leercoach/begeleider of stagebegeleider mij helpen? Welke afspraken heb ik hiervoor gemaakt?
Planbespreking: (Heeft mijn begeleider vertrouwen in mijn plan van aanpak?)
e. f. g.
Wat vindt mijn begeleider van mijn plan? Komen alle leerdoelen aan bod in mijn plan van aanpak? Wat moet ik aanpassen of kan ik verbeteren?
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
22
2. Uitvoeren: het verzamelen van resultaten en bewijzen Inleiding Nadat je plan van aanpak klaar is en doorgesproken met je begeleider ga je dit uitvoeren (stap 2). Bij het uitvoeren van leeractiviteiten op school of in de BPV maak je aantekeningen in een logboek. Waarom? Niet alles gaat altijd zoals je het gepland hebt. Tijdens de uitvoering van een leeractiviteit kunnen situaties en omstandigheden veranderen. Soms moet je dan de planning aanpassen. Al deze veranderingen noteer je in een logboek. Het logboek geeft zo informatie over het verloop van een leeractiviteit en de redenen die geleid hebben tot bijstelling van je plan van aanpak. Deze informatie kun je gebruiken bij de volgende fase: het waarderen van resultaten (stap 3: evalueren).
Wat te doen met een beroepsactiviteit die je niet voorbereid hebt? Niet alles wat je uitvoert is voorbereid in een plan van aanpak. Maar alles wat je doet schrijf je wel op in je logboek. Bijvoorbeeld: het bijwonen van een vergadering en wat je daarvan geleerd hebt, het omgaan met een lastige klant, het oplossen van een probleem dat ontstaan is. Schrijf op wat je gedaan hebt, hoe je dat gedaan hebt en wat je er van geleerd hebt. Laat je begeleider een handtekening zetten in jouw logboek.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
23
Portfoliomap 2: De werkmap
2.1 Logboek 2.1.1 Beschrijving van de uitvoering van een leeractiviteit Student:
Datum:
Leereenheid:
UITVOEREN (do)
Leeractiviteit:
Beschrijving van de uitvoering van een leeractiviteit of werkzaamheden.
Welke problemen ben ik tegengekomen en hoe heb ik die aangepakt?
•
•
Wat was het probleem dat je moest aanpakken?
•
Waarom vond je dit probleem lastig?
•
Wat heb je besloten te doen?
•
Waarom heb je voor die aanpak gekozen?
•
Was jouw aanpak in dit geval succesvol of niet?
Beschrijf de situatie waarin je werkzaam was.
Welke positieve of negatieve reacties heb ik gekregen van medeleerlingen, begeleiders, klanten of opdrachtgevers?
Voor gezien (vakdocent / praktijkbegeleider / trainer):
d.d.:
Opmerkingen:
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
24
3. Evalueren: het waarderen van resultaten Inleiding Tijdens de evaluatie gaan we het resultaat beoordelen of waarderen. Is de opdracht goed verlopen, wat heb je geleerd? Welke doelen heb je gehaald? Welke niet of minder goed? Je gaat eerst zelf beoordelen of je resultaat voldoet aan de eisen / leerdoelen (zelfevaluatie). Voor deze zelfevaluatie maak je gebruik van formulier 3.1: zelfevaluatie: de waardering van jouw resultaten door jezelf. Daarnaast krijg je terugkoppeling (feedback) van docenten, instructeurs of BPV-praktijkbegeleiders op je leerprestaties in de vorm van feedbackrapportages (formulier 3.2: De waardering van jouw resultaten door je begeleiders). Feedback krijg je ook van docenten / begeleiders van cursussen en trainingen. Er zijn zodoende verschillende begeleiders, naast jezelf, die een oordeel uitspreken over je leerprestaties. Het doel is je inzicht te geven in je leren.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
25
Portfoliomap 3: De waarderingsmap 3.1
Zelfevaluatie: de waardering van jouw resultaten door jezelf
EVALUEREN (check)
Naam van het project: Naam student:
Handtekening:
Periode:
Datum:
-
Wat is jouw mening over het resultaat? Heb je voldaan aan de eisen? Waarom wel of waarom niet?
Evaluatie van de voorbereiding
-
Wat is jouw mening over de voorbereiding? Op welke punten was de voorbereiding goed? Op welke punten was de voorbereiding minder goed?
Evaluatie van de uitvoering
-
Heb je het plan van aanpak tussentijds gewijzigd? Waarom heb je dat gewijzigd? Hoe beoordeel je jouw eigen aanpak en inzet? Hoe beoordeel je de begeleiding die je gekregen hebt?
Conclusies
-
Wat zijn je sterke punten? Wat zijn je zwakke punten? Wat ga je de volgende keer anders doen? Waarom ga je dat de volgende keer anders doen?
Evaluatie van het resultaat
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
26
Portfoliomap 3: De waarderingsmap
3.2 De waardering van jouw resultaten door je begeleiders (feedback) Leeractiviteit: Waarom voldoende?
Waarom nog niet voldoende?
1. ……………………………………………………………. 2. …………………………………………………………….
Leerdoelen
EVALUEREN (check)
Naam student:
3. …………………………………………………………….. 4. …………………………………………………………….. 5. ……………………………………………………………..
6. ……………………………………………………………..
Naam begeleider:
Functie:
Datum:
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
27
4. Verder-leren: het verdiepen en verbreden van ervaringen en inzichten Inleiding Bij de vierde stap in de leercyclus ga je nadenken over wat je nog verder wilt leren (reflecteren). In de vorige stap ging het om HOE je een leeropdracht hebt gedaan. Nu gaat het om WAT dit betekent voor je leerontwikkeling. Samen met je leercoach/begeleider ga je op zoek naar hoe je nu verder moet. Zijn de leerresultaten van voldoende kwaliteit om deze op te nemen in je examendossier of moeten er aanvullende leerdoelen en leeractiviteiten geformuleerd worden om de kwaliteit te verbeteren? Kan het leren op deze wijze voortgezet worden of moet dit bijgesteld worden? Ook hier wordt je eerst gevraagd om zelf een uitspraak te doen over je leerontwikkeling. Je geeft per leerdoel aan hoe je daarmee bent gevorderd (zie formulier 4.1: reflectie op leerdoelen). Samen met de beoordelingsresultaten uit de evaluatiefase heb je nu voldoende inbreng voor een leergesprek met je leercoach/begeleider en studiegenoten. In dit leergesprek krijg je waardering van je leercoach/begeleider en je studiegenoten op je leerontwikkeling en wordt je gevraagd hierover een reflectieverslag te schrijven (zie formulier 4.2: verslag leergesprek). Aandachtspunten die in het leergesprek aan de orde zullen komen, zijn onder andere: of jouw manier van leren goed werkt en hoe je dit ook anders zou kunnen doen. Of je inzicht hebt gekregen in je motivatie om te leren. Wat jouw motivatie bepaalt en wat kun je zelf doen om meer gemotiveerd te raken. Welke situaties voor jou het meest geschikt zijn om te leren. Op welke aspecten jij je leergedrag zou moeten of kunnen bijstellen. Als je samen met je leercoach/begeleider kunt constateren dat jij je leerdoelen behaald hebt, kunnen de resultaten hiervan samen met je reflectieverslag in het portfolio opgenomen worden, voorzien van een datum en handtekening van je begeleiders.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
28
Portfoliomap 4: Reflectiemap 4.1
Het reflecteren op je leerdoelen als voorbereiding op een leergesprek
Ondertekend door de begeleider – leercoach/begeleider: Naam:
Paraaf:
Datum:
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
29
3: Ik beheers dit en kan dit bewijzen.
Opleiding:
2: Ik beheers dit onvoldoende en kan uitleggen waarom
Leereenheid:
Datum:
1: Ik beheers dit onvoldoende en weet niet waarom
Naam student:
Concrete leerdoelen
VERDER- LEREN (act)
Competentie:
Aantoonbaar in portfolio met:
Portfoliomap 4: Reflectiemap 4.2
VERDER- LEREN (act)
•
Verslag leergesprek
Waardering van mijn leercoach/begeleider:
(Wat heeft mijn leercoach/begeleider gezegd over mijn functioneren, mijn leren leren? heeft hij gezegd over mijn inbreng, mijn zelfevaluaties en de waarderingen van mijn begeleiders.)
•
Waardering van mijn studiegenoten: (Wat hebben mijn groepsgenoten gezegd over mijn inbreng?)
•
Wat ga ik doen met de opmerkingen van mijn leercoach/begeleider?
•
Wat ga ik doen met de opmerkingen van mijn studiegenoten?
•
Wat zijn de consequenties voor mijn POP? (Heb ik mijn leerdoelen definitief gehaald of moet ik mijn huidige leerdoelen bijstellen? Aan welke leerdoelen ga ik de volgende periode werken? Moet ik mijn stijl van leren veranderen, aanpassen?)
Naam student:
Voor gezien (leercoach/begeleider):
Datum:
Opmerkingen:
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
30
Datum:
III. Examineren: het verzilveren van resultaten en bewijzen Inleiding Je wilt graag een diploma halen. Dat doe je door te bewijzen dat je beroepsbekwaam bent. Beroepsbekwaam ben je als je kunt laten zien dat je competent bent voor de kerntaken van je beroep in verschillende werksituaties (competent wil zeggen dat je werkzaamheden begrijpt, beheerst en met de juiste beroepshouding kunt uitvoeren). In je portfolio heb je leerresultaten verzameld waarmee jij je beroepsbekwaamheid wilt bewijzen. Om een diploma te krijgen moeten deze resultaten voorgelegd worden aan onafhankelijke beoordelaars. Het is daarom belangrijk dat je deze leerresultaten zo goed mogelijk presenteert. Je beste resultaten selecteer je en presenteer je op een toegankelijke wijze in een bewijsmap examinering.
5.0 Een bewijsmap: wat moet daar zeker in? De inhoud van een bewijsmap komt natuurlijk sterk overeen met de inhoud van je portfolio. Je zou kunnen zeggen dat je bewijsmap een geselecteerde en goed gepresenteerde versie is van je portfolio. Als je tijdens het samenstellen van je portfolio al veel aandacht besteed hebt aan selectie en presentatie dan heb je bij het samenstellen van een bewijsmap wellicht niet zo veel meer te doen. Maar toch, een goede laatste controle is belangrijk en vraagt ook de nodige aandacht. De volgende gegevens en bewijzen moeten zeker in een bewijsmap zitten:
5.1
Persoonsgebonden gegevens
5.2
Resultaten en bewijzen
5.3
Reflectie op je leerontwikkeling
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
31
5. 0 De Bewijsmap examinering
5.1 Persoonsgebonden gegevens
Persoonlijke gegevens: • • • • •
EXAMINEREN (Go)
•
Naam student. Naam leercoach/begeleider Naam kwalificatiedossier van de opleiding, inclusief crebocode. Een genummerde inhoudsopgave van alle documenten die de bewijsmap bevat. Een overzichtslijst van alle bewijsstukken met per bewijsstuk vermelding om welke kerntaak en competenties het in het bewijsstuk gaat, dan wel om welke keuzes of dilemma’s. Datum van overhandiging van de bewijsmap ter beoordeling.
Portret van jou als student: Je beschrijft in een korte notitie wie je bent, waar je trots op bent, waar je goed in bent, waar je misschien nog minder goed in bent; je geeft een overzicht van je leerervaringen, een overzicht van je werkervaringen, je beschrijft je ambities …. Kortom je schrijft een portret van jezelf als student.
Bewijzen dat je hebt deelgenomen aan de BPV • • •
Een beschrijving van de plaats(en) waar je beroepspraktijkvorming heeft plaatsgevonden. De BPV-overeenkomst(en). Een urenoverzicht uit de BPV.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
32
5.0 De Bewijsmap examinering
5.2 Resultaten en bewijzen
Resultaten en bewijzen waarmee jij laat zien dat je competent bent om de kerntaken van je beroep in verschillende werksituaties uit te voeren.
Voorbeelden van resultaten zijn:
EXAMINEREN (Go)
• • • •
Een (foto)rapportage van een afgelegde proeve van bekwaamheid en de beoordeling daarvan. Een videoband met daarop de weergave van de uitvoering van een project of beroepsactiviteit en de beoordeling daarvan. De resultaten van een leeractiviteit (bijvoorbeeld in de vorm van een werkstuk) en de beoordeling daarvan. Et cetera.
Alle resultaten zijn in elk geval voorzien van: • • • •
Een opsomming van de competenties en leerdoelen die daar bij horen. Feedbackrapportages van begeleiders voorzien van een dagtekening en handtekening. Zelfevaluaties voorzien van een dagtekening. Een voldoende als beoordelingsresultaat van de betreffende begeleider(s) voorzien van een dagtekening en handtekening.
Bewijsstukken waaruit blijkt dat jij kunt omgaan met keuzes en dilemma’s, met andere woorden dat jij je kunt redden in lastige beroepssituaties. • • •
Eén of meerdere beschrijvingen van een kritische beroepssituatie met een beschrijving van hoe jij gehandeld hebt op basis van het STARR-model 1 . Een samenvattende zelfevaluatie en een reflectieverslag. Feedbackverslagen van begeleiders die jou hebben zien functioneren in de kritische beroepssituatie.
1
S = situatie: beschrijving van de situatie waarin je kritisch was. T = taak: beschrijving van jouw rol of taak in die situatie A = actie: beschrijving van de actie die je in die rol in die situatie ondernam R = resultaat: beschrijving van het resultaat van jouw actie R = reflectie: beschrijving van wat je van jouw actie en het resultaat leerde ______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
33
5.0 De Bewijsmap examinering
5.3 Reflectie op je leerontwikkeling
Om te laten zien dat je kunt reflecteren verzamel je de reflectieverslagen van leergesprekken met een dagtekening en handtekening van je leercoach/begeleider.
EXAMINEREN (Go)
•
Van de leergesprekken die je hebt gevoerd met je leercoach/begeleider en met je studiegenoten heb je reflectieverslagen geschreven. Deze reflectieverslagen neem je op in je bewijsmap geordend op volgorde van dagtekening. Zorg er voor dat deze verslagen voor een examinator toegankelijk zijn. Dat wil zeggen: kort, bondig en leesbaar geschreven. Laat zien aan welke leerdoelen jij gewerkt hebt. Maak zonodig een samenvattend verslag, maar laat daarbij wel zien hoe je leerontwikkeling in tijd is gelopen.
______________________________________________________________________________________________________
Transwork trajectbureau Arcuscollege, versie Januari 2007 / Leren & Waarderen
34