Handelings- en opbrengstgericht werken op de Calvijnschool Vertrouwd onderwijs vanuit een nieuwe benadering
Zeilen verzetten Onderwijs blijft in beweging. De kranten staan vol met discussies over identiteit, kwaliteit en bekostiging. De wereld om ons heen verandert en dat vraagt om aanpassingen. Ook aan de Johannes Calvijnschool gaan deze veranderende winden niet voorbij. Sommige zaken roepen bezorgdheid op, andere bieden juist kansen om het onderwijs te verbeteren. Als school willen we onze kindgerichte en koersvaste houding behouden, maar ook de zeilen verzetten om kinderen optimaal te bieden wat zij nodig hebben. In deze brochure leggen we u graag uit wat onze aanpak en koers is in de begeleiding van uw kind. 3.
Zo veel mogelijk, zo goed mogelijk
4.
Om het onderwijs op Passend Onderwijs, wat is het doel? de Calvijnschool te ver- Het doel van Passend Onderwijs is de beteren wordt Hande- toegankelijkheid en kwaliteit van het lings- en Opbrengstge- onderwijs aan alle kinderen te verhoricht Werken (HOGW) gen, ook aan kinderen met specifieke ingevoerd. Deze werk- behoeften. Er mogen geen kinderen wijze heeft tot doel zo onnodig thuis zitten. Het systeem van veel mogelijk kinderen leerlingenondersteuning wordt minder bureaucratisch en het landelijke finanzo goed mogelijk onderciële systeem is helder voor iedereen. wijs te bieden. HOGW De leerkrachten zijn beter toegerust en sluit aan bij de bestaan- er is goede afstemming met ouders en de manier van werken, instanties om de school heen. maar vraagt om een andere houding van teamleden en heeft een aantal zichtbare veranderingen in de school tot gevolg. De basis van HOGW staat verwoord in de verderop genoemde zeven uitgangspunten. Met deze werkwijze sluit de school ook aan bij het streven van de overheid om Passend Onderwijs in te voeren (zie kader). Het doel van Passend Onderwijs om de toegankelijkheid en de kwaliteit van het onderwijs aan alle kinderen verhogen, ook aan kinderen met specifieke behoeften. Dit heeft gevolgen voor het lesgeven aan en begeleiden van kinderen. Want hoe gaat een leerkracht om met zo veel verschillende kinderen in een klas? HOGW helpt daarbij.
Zeven uitgangspunten De volgende zeven principes van Handelingsgericht werken, aangepast naar onze school, gelden als basis voor de begeleiding van kinderen.
1.
We geven les en begeleiden kinderen vanuit Bijbels
perspectief.
2.
De behoeften van het kind staat centraal binnen de
grenzen van de school.
3.
We staan voor goede afstemming en samenwerking
tussen kind, groep, leerkracht en ouders.
4.
De leerkracht heeft een centrale rol.
5.
De school en ouders hebben vooral oog voor posi-
tieve aspecten.
6.
We werken vanuit heldere doelen met betrekking
tot leren, werkhouding en sociaal-emotioneel func-
tioneren.
7.
De werkwijze van school is systematisch en transpa-
rant. Er zijn duidelijke afspraken.
5.
Wat betekent dit voor mijn kind? Deze principes zorgen voor een verandering in houding en handelen. In dit hoofdstukje leest u hier meer over. 1.
6.
Contact met ouders
Er is veel contact tussen ouders en school. Denk aan de inloopavond, oudermorgens, ouderbezoeken, contactavonden, nieuwsbrieven, website, jaaropening en –sluiting, MR en het ouderpanel. Uit onderzoek is gebleken dat kinderen zich beter voelen en beter leren als de mensen om hen heen op één lijn staan. We willen er samen zijn voor uw kind. Het team heeft vorig jaar een communicatiecursus gevolgd om te bezinnen op onze houding richting ouders en het belang van goede afstemming en samenwerking met ouders. We hebben ouderbeleid opgesteld en er is aan een ouderpanel gevraagd wat sterke en zwakke punten zijn in de communicatie richting ouders. Dit heeft gezorgd voor een meer open houding richting ouders. Ook is de informatie vanuit de klas naar de ouders toegenomen. Het komt regelmatig voor dat ouders met opvoedingsvragen terecht komen op school. Dit schooljaar organiseren we daarom in samenwerking met de gemeente Veenendaal een opvoedcursus.
2.
Kindgesprekken
Leerkrachten willen oog hebben voor alle kinderen. Elke dag probeert de leerkracht even persoonlijk aandacht te geven aan elke leerling. Maar om echt te weten hoe een kind zich voelt en wat het nodig heeft, is het fijn om in een rustige omgeving met het kind te praten. De leerkrachten zullen daarom dit schooljaar twee keer met elk kind apart een gesprekje voeren. Daarin wordt gesproken over hoe het kind zich voelt in de groep en hoe het gaat met het leren. In de bovenbouw stellen de kinderen doelen op over wat ze dit jaar willen bereiken. De eerste keer voeren we deze gesprekjes in september of oktober, de tweede keer in februari of maart. Groep 1 heeft alleen een gesprekje in februari of maart. Aan het einde van het schooljaar evalueren we of we deze kindgesprekken voortzetten. 3.
Groepsbespreking
Drie keer per jaar voeren de leerkrachten een gesprek met de intern begeleider over de klas. Deze gesprekken gingen in het verleden over individuele ‘kinderen met een probleem’. De insteek is nu om niet te focussen op het probleem, maar te kijken naar wat een kind nodig heeft: de behoeften van het kind staat centraal. Het clusteren van kinderen met een bepaalde aanpak maakt de hulp meer haalbaar te maken, zodat de leerkracht niet verstrikt in een web van hulpplannen.
7.
Op deze manier proberen we binnen de mogelijkheden die we hebben meer recht te doen aan het kind. 4.
Groepsplannen
In de klassen wordt gewerkt op drie niveaus: • In de driehoek-groep zitten kinderen die weinig instructie nodig hebben. • In de vierkant-groep komen de kinderen die het standaard aanbod krijgen. • In de cirkel-groep zitten de kinderen die extra instructie krijgen.
8.
De leerkracht beschrijft in een groepsplan voor alle drie de groepen waar ze de komende periode aan gaan werken en welke doelen ze willen behalen. De doelen die de groep moet halen, hangen in groep 3 tot en met 8 aan de muur in de klas. Voor groep 4 kan dat bijvoorbeeld zijn dat ze in een bepaalde periode de tafel van vijf moeten kennen. Zo kunnen de kinderen ook zien wat ze de komende weken gaan leren. Dit jaar starten we met het groepsplan voor rekenen. Door groepsplannen te gebruiken streven we ernaar dat leerkrachten zich meer bewust zijn van de verschillen tussen kinderen. Ook denkt de leerkracht van tevoren na over de doelen die gehaald moeten worden. Als
derde voordeel heeft het groepsplan dat er minder individuele hulpplannen worden gemaakt doordat er meer wordt geclusterd. Wat betekent dit voor uw kind? Uw kind is ingedeeld in een niveaugroep. Het kan gebeuren dat uw kind in de loop van het jaar voor een bepaald vak van de cirkelgroep naar de vierkantgroep gaat, omdat de leerkracht denkt dat uw kind daar beter past. Zo wordt er afgestemd op de behoeften van het kind. 5.
Meerbegaafdheid
Het aantal meerbegaafde kinderen op de Calvijnschool is hoger dan op veel andere scholen. Al enkele jaren bieden we deze kinderen een eigen programma, maar de komende jaren willen we dit gaan uitbouwen. Dit wordt een specialisatie voor onze school.
9.
En verder… De veranderende houding en aanpak zal langzamerhand een plaats gaan krijgen binnen de school. Dat is iets wat we met elkaar en in afhankelijkheid van God mogen doen. We zijn ervan overtuigd dat we hierdoor meer zicht op de kinderen krijgen, beter kunnen samenwerken en de kinderen beter onderwijs kunnen bieden. Aan het einde van elk schooljaar evalueren we wat wel en niet werkt en zullen we aanpassingen doen om handelings- en opbrengstgericht werken nog beter in te voeren.
10.
12.