‘’Hoeveel langer denken 60- plussers, zelfstandig thuis te kunnen (blijven) wonen met behulp van woonzorgtechnologie?’’ ‘’Is het zinvol om woonzorgtechnologie in de zorg uit te zetten,
gezien vanuit de 60- plussers?”
September 2013 - Januari 2014
Naam: Anna Bloemsma en Sander de Boer Plaats: Leeuwarden Datum: 23 januari Naam begeleider: Erik Zwierenberg (Vanuit Platform GEEF) Opdrachtgever: Platform GEEF
Voorwoord Voor u ligt het onderzoeksrapport, wat tot stand is gekomen naar aanleiding van een onderzoeksstage. Deze stage is uitgevoerd door Anna Bloemsma en Sander de Boer, derdejaars HBOVerpleegkunde studenten. De onderzoeksopdracht is door organisatie Platform GEEF op het intranet van de Noordelijk Hogeschool te Leeuwarden gepubliceerd. Deze publicatie heeft de studenten enthousiast gemaakt voor het uitvoeren van onderzoek. Als aankomende verpleegkundigen leek het de studenten een uitdaging en tevens zeer interessant, om een bijdrage te leveren aan onderzoek naar domotica technologieën in de zorg. Te meer omdat de overheid veel aandacht en ondersteuning wil bieden in projecten voor domotica in de zorg; ze denkt hiermee te bezuinigen in de zorg wat moet leiden tot efficiëntie en innovatie in de zorg. Deze aspecten zijn zeer belangrijk in de gezondheidszorg. Maar hoe denken de ouderen over het toepassen/gebruik van woonzorgtechnologieën/Domoticatoepassingen? Met deze vraag zijn de studenten het afgelopen half jaar aan de slag gegaan. Wat is nou daadwerkelijk de mening van de senior, die op dit moment geestelijk en fysiek goed functioneert maar die wil meedenken over voorzieningen in eigen huis mochten er geestelijke of lichamelijke beperkingen ontstaan? Uitgangspunt hierbij is dat de oudere zo lang mogelijk zelfstandig wil wonen. Met betrekking op de opleiding is een onderzoeksstage een geschikte manier om bekend te worden met alle zaken in- en rondom onderzoek. Ten tijde van de afgelopen periode, van september 2013 tot medio januari 2014 is er begeleiding geboden vanuit Organisatie Platform GEEF. Deze begeleiding heeft er toe geleidt dat de studenten op een lerende wijze, kwalitatief onderzoek hebben verricht en als resultaat dit onderzoeksrapport hebben opgesteld. Van aanleiding tot discussie staat in dit onderzoeksrapport stapsgewijs beschreven hoe het onderzoek verlopen is. Per hoofdstuk is nadrukkelijk aandacht besteed aan de validiteit en betrouwbaarheid van dit onderzoek. De stappen die gemaakt zijn ten tijde van dit onderzoek zijn herhaalbaar door nauwkeurige onderbouwing.
Een dank gaat uit naar een goede begeleiding van Erik Zwierenberg, opdrachtgever vanuit Platform GEEF. Ook Erik de Vries, manager van Thuiszorg Zuid- West Friesland, wordt via deze weg bedankt voor het mee denken over het werven van deelnemers voor dit onderzoek. Uiteraard bedanken we de deelnemers die hun persoonlijke meningen, ideeën, opmerkingen en aanbevelingen rondom woonzorgtechnologieën/Domotica-toepassingen met de studenten wilden delen. Stagedocent Anneke Stam mag ook niet ontbreken in dit rijtje. Goede begeleidende lessen zijn er wekelijks geweest. Allen hartelijk dank voor de begeleiding en medewerking voor het verrichten van dit onderzoek.
Anna Bloemsma en Sander de Boer, Leeuwarden 23 januari 2014
1
Inhoudsopgave Voorwoord .............................................................................................................................................. 1 Samenvatting........................................................................................................................................... 3 Hoofdstuk 1
Inleiding en aanleiding.................................................................................................... 4
Hoofdstuk 2
Theoretisch kader ........................................................................................................... 6
2.1 Onderzoeksvragen......................................................................................................................... 6 2.2 Inclusie- en exclusiecriteria ........................................................................................................... 6 2.4 Resultaten en conclusie van de literatuurstudie ........................................................................... 7 Hoofdstuk 3
Methode ....................................................................................................................... 18
3.1 Deelnemers aan het onderzoek .................................................................................................. 18 3.2 Onderzoekontwerp ..................................................................................................................... 19 3.3 Verantwoording en beschrijving van de meetinstrumenten ...................................................... 19 3.4 Toepassing van het interview ...................................................................................................... 20 Hoofdstuk 4
Resultaten ................................................................................................................... 21
Hoofdstuk 5
Conclusie ...................................................................................................................... 22
Hoofdstuk 6
Aanbevelingen ............................................................................................................. 26
Discussie ................................................................................................................................................ 27 Literatuurlijst .................................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Bijlagen ............................................................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Bijlage 1
Informatieve brief voor de respondent.................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 2
Instructiepakket voor de wijkverpleegkundigen ...... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 3 Analyse en verwerking van de kwalitatieve gegevens .................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2
Samenvatting De aanleiding tot dit onderzoek kwam vanuit organisatie Platform GEEF (Gezondheid Expertise en Educatiecentrum Friesland). Zij wil graag weten/onderzoeken, welke woonzorgtechnologieën/Domotica- toepassingen mensen in hun dagelijks leven kunnen ondersteunen om langer thuis wonen mogelijk te maken. Platform GEEF heeft als visie mensen zolang mogelijk zelfstandig thuis te laten wonen. De missie gebaseerd op de visie van platform GEEF is het benutten van technologische kansen in wonen, zorg en welzijn. Technologische ontwikkelingen, vaak woonzorgtechnologie of domotica genoemd, bieden kansen hierin te ondersteunen. (Platform GEEF, NHL Hogeschool, 2013). Vandaar dat de opdrachtgever voor dit onderzoek, directeur van organisatie Platform GEEF, de derdejaars HBO-Verpleegkunde studenten, Anna Bloemsma en Sander de Boer, heeft gevraagd hier onderzoek naar te doen. Dit onderzoek heeft plaatsgevonden van september 2013 tot medio januari 2014. De doelstelling/probleemstelling voor dit onderzoek luidt als volgt: ‘’In welke mate vinden 60 plussers dat woonzorgtechnologie bijdraagt aan het langer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen?” De onderzoeksvraag die hieruit naar voren komt: “Hoeveel langer denken 60-plussers, zelfstandig thuis te kunnen (blijven) wonen met behulp van woonzorgtechnologie?” Zoals u kunt zien, de mening, ideeën, opmerkingen en aanbevelingen van de oudere (60-plussers), staat binnen dit onderzoek centraal. Om tot resultaten te komen is een kwalitatief onderzoek uitgevoerd. Hiervoor is een semigestructureerd interview opgesteld om de mening van de 60- plussers naar voren te kunnen brengen. Na analyse en verwerking van de gegevens zijn onderstaande belangrijkste resultaten naar voren gekomen; Onder de deelnemers die benaderd zijn, maakt iedereen gebruik van een of meerdere woonzorgtechnologieën/Domotica-toepassingen. Er zijn ten tijde van het interview verschillende technologieën besproken. Hieruit komt naar voren dat de doelgroep het meeste baad heeft bij woonzorgtechnologieën waardoor de veiligheid in- en rondom de woning toeneemt. Bijna de gehele doelgroep, deelt de mening dat woonzorgtechnologieën/Domotica-toepassingen bijdraagt aan het langer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen. Een indicatie van hoeveel langer, vond de doelgroep moeilijk om aan te geven. Megenomen de factoren gezondheid, vereenzaming en de afhankelijkheid van derden, wist de doelgroep de onderzoeksvraag te beantwoorden. Het overgrote deel van de deelnemers gaf aan, het zelfstandig wonen te kunnen verlengen met behulp van woonzorgtechnologieën.
3
Hoofdstuk 1
Inleiding en aanleiding
Een van de aanleidingen tot dit onderzoek is de grote uitdaging waar de zorg de komende jaren voor komt te staan. Ondanks bezuinigingen, een krappe arbeidsmarkt, bevolkingsdaling en verandering van de regelgeving, zullen er steeds hogere eisen aan dienstverlening worden gesteld. Om ook in de toekomst meerwaarde te kunnen leveren aan mensen die dat nodig hebben is één element-meer dan ooit-van groot belang: innovatie. Uiteindelijke willen we allemaal hetzelfde: ‘’Nog betere diensten en producten leveren, op een zo efficiënt mogelijke manier, om zo lang mogelijke zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen!’’ Wat betreft het probleemgebied op macro- niveau wordt gekeken naar de overheid. Vanuit de overheid is steeds meer sprake van bezuinigingen in de zorg. Zo ook wordt ouderen verzocht, zo lang mogelijk zelfstandig thuis te blijven wonen. “Als ouderen gezond blijven, kunnen zij zelfstandig blijven wonen met relatief weinig zorg. Maar als zij gezondheidsklachten krijgen, kunnen aangepaste woningen en extra zorg nodig zijn. De overheid stimuleert goede voorzieningen voor ouderen op het gebied van wonen en zorg”. (Rijksoverheid, 2012, Ouderenzorg/ouderen-langer-zelfstandig-wonen).
Meer zorg aan huis “Ouderen die zorg nodig hebben, willen steeds vaker zelfstandig blijven wonen. Zij hebben vooral behoefte aan verzorgd wonen, in een geschikte woning met 24-uur per dag zorg op afroep. Die kan bijvoorbeeld vanuit een zorgcentrum in de buurt worden geleverd. Het kabinet streeft ernaar steeds meer zorg aan huis te bieden. Mensen die vroeger vanwege lichte zorg naar zorginstellingen gingen, kunnen thuis blijven wonen en daar zorg krijgen. Dit heet extramuralisering van de zorg. De overheid laat onderzoeken wat de gevolgen hiervan zijn voor de woningmarkt. De resultaten verschijnen begin 2014 in de aangepaste Monitor Investeren voor de Toekomst”. (Rijksoverheid, 2012, Seniorenwoningen/ontwikkelingen-woningmarkt-senioren) Zoals aangegeven op macro niveau voert de overheid bezuinigingen door in de zorg. De zorg krijgt hierdoor minder geld te besteden. Op meso niveau houdt het in dat de zorg de bezuinigingen moet doorvoeren. De zorg moet hierdoor met een kleiner budget haar zorg leveren. Dit met als gevolg dat de doelstellingen van de zorgleveranciers aangepast moeten worden op de bezuinigingen. De zorg moet met minder budget verder. Op afdelingsniveau (micro niveau) moeten veranderingen worden doorgevoerd met als resultaat kostenvermindering. Hierdoor kunnen onprettige werksituaties ontstaan voor de zorgvragers en zorgontvangers. Er is bijvoorbeeld minder tijd voor een zorgmoment en zorgverleners moeten hetzelfde werk met een kleiner team uitvoeren. Platform GEEF (Gezondheid Expertise en Educatiecentrum Friesland) is een samenwerkingsverband bestaande uit 14 participanten. Samen hebben ze oog voor de wensen van hun klanten en de mogelijkheden die woonzorgtechnologie biedt. Platform geef is in 2007 opgericht door de Kwadrantgroep, Friesland zorgverzekeraars en wooncorporatie Elkien. Platform GEEF heeft als visie mensen zolang mogelijk zelfstandig thuis te laten wonen. De missie gebaseerd op de visie van platform GEEF is het benutten van technologische kansen in wonen, zorg en welzijn. Technologische ontwikkelingen, vaak woonzorgtechnologie of domotica genoemd, bieden kansen hierin te ondersteunen. (Platform GEEF, NHL Hogeschool, 2013). We spreken hier van de woorden woonzorgtechnologie en Domotica- toepassingen. Beide woorden omvatten dezelfde betekenis: “Domotica omvat alle apparaten en infrastructuren in en rond woningen, die elektronische informatie gebruiken voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van 4
bewoners en dienstverleners. ” Beschreven door Het Domotica Platform Nederland. (Projecten – DomoticaOntwikkelen domotica pakketten, 2013).
Een nadere definiëring: “Toepassing van moderne technologie in de woonomgeving staat bekend onder de noemer ‘domotica’, een samenvoeging van ‘domus’ (thuis) en ‘telematica’ en omvat een combinatie van apparaten, informatietechnologie en diensten binnen en buiten de woning”. (Kester, 2005, bladzijde 5)
Gezien bovengenoemde feiten, die beschreven staan op zowel macro- meso- en micro niveau, wil Platform GEEF weten/onderzoeken, welke woonzorgtechnologieën/Domotica- toepassingen mensen in hun dagelijks leven kunnen ondersteunen om langer thuis wonen mogelijk te maken. Vandaar dat de opdrachtgever voor dit onderzoek, directeur van organisatie Platform GEEF, de derdejaars HBO-Verpleegkunde studenten, Anna Bloemsma en Sander de Boer, heeft gevraagd hier onderzoek naar te doen. Dit onderzoek heeft plaatsgevonden van september 2013 tot medio januari 2014. De doelstelling van dit onderzoek was als volgt, ‘inzicht verwerven in welke domotica technologieën het mogelijk maken dat oudere mensen langer zelfstandig thuis kunnen wonen’. (Zwierenberg, 2013, Beschrijving van praktijkopdrachten en onderzoeksvragen).
Van hieruit is de volgende onderzoeksvraag opgesteld: ‘Doormiddel van literatuurstudie en kwalitatief onderzoek, informatie verwerven over de vraag ‘’Hoeveel langer denken 60- plussers, zelfstandig thuis te kunnen(blijven) wonen met behulp van woonzorgtechnologie? ” Om antwoord te krijgen op deze onderzoeksvraag en de daarbij opgestelde deelvragen, is kwalitatief onderzoek uitgevoerd. Kenmerkend voor een kwalitatief onderzoek is dat de wijze van gegevens verzamelen open en flexibel verloopt. Er kan namelijk worden ingesprongen op onverwachte situaties. De gegevens zijn in alledaags taal verwerkt. Het belangrijkste aspect van kwalitatief onderzoek is dat waarde wordt gehecht, aan de betekenis die deelnemers/respondenten aan zaken geven. Omdat middels dit kwalitatieve onderzoek antwoord ‘gezocht’ werd op de vraag: “Denken 60plussers langer zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen met behulp van woonzorgtechnologie?”, is gebruik gemaakt van een open en half-gestructureerd interview, dus bestaande uit vooraf bedachte open vragen. Binnen het open en half- gestructureerd interview is in zekere mate ruimte voor inbreng van de deelnemer. De mening en argumenten van de deelnemers (60-plussers) omtrent woonzorgtechnologie waren de hoofdzaak van dit onderzoek. De interviewer heeft zich ten tijde van het interview flexibel opgesteld en speelde in op de huidige situatie van de deelnemer. (Verhoeven e.a., 2011, bladzijde 150). Gedurende het gehele onderzoek is de interpretatieve stroming opgevolgd. Dit houdt in dat er interesses zijn voor de ervaringen van deelnemers en dat de achterliggende ideeën en ervaringen van deelnemers onderzocht worden. Er is dus niet slechts gekeken naar de ‘kale’ cijfers. (Verhoeven e.a., 2011, bladzijde 34)
De onderzoeksresultaten die in dit rapport staan vermeldt, wil Platform GEEF gebruiken om domoticapakketten samen te stellen, die in het huis van het heden gepresenteerd gaan worden. Studenten, zorgprofessionals, corporatiemedewerkers en ouderen krijgen zo een goed inzicht in wat zij in het dagelijks leven kunnen gebruiken. (Zwierenberg, 2013, Beschrijving van praktijkopdrachten en onderzoeksvragen).
5
Hoofdstuk 2
Theoretisch kader
Binnen dit hoofdstuk zal het theoretisch kader, wat is ontstaan door middel van de literatuurstudie, worden weergegeven. De literatuurstudie sorteerde voor op dit praktijkonderzoek en onderzocht de diversiteit aan woonzorgtechnologie/Domotica- toepassingen. Tevens is onderzocht wat er in de literatuur wordt verstaan onder het begrip ‘’domotica’’ en ‘’woonzorgtechnologie’’. Tot slot is in de literatuur gezocht naar artikelen waarin staat beschreven op welke manier woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen zijn geïmplementeerd. 2.1 Onderzoeksvragen De onderzoeksvragen voor de literatuurstudie zijn als volgt geformuleerd:
Vooronderzoek 1) Wat zijn domotica technologieën? 2) Wat verstaan we onder zelfredzaamheid? 3) Worden de domotica technologieën aanbodgericht of vraaggericht toegepast? 4) Welke voorbeelden zijn er in het land waar domotica technologieën geïmplementeerd zijn? Literatuuronderzoek 5) Wat is het huidige aanbod van domotica technologieën? 6) Wat zijn de meest gebruikte domotica technologieën? De overkoepelende vraagstelling was: Wat houdt domotica in en in hoeverre wordt er gebruik van gemaakt. Zo ja, op welke manier vindt dit gebruik dan plaats? 2.2 Inclusie- en exclusiecriteria De literatuurvragen vanuit het vooronderzoek worden beantwoord met behulp van het onderzoeksrapport geschreven door, Ing. J.J. van der Veen, Jo-Janneke van der Veen. Dit onderzoeksrapport is genaamd: Projecten - Domotica - Ontwikkelen domotica pakketten. (2013). Daarnaast wordt er met de volgende inclusie- en exclusiecriteria literatuur onderzoek gedaan: Inclusiecriteria: • Artikel gaat over domotica. • Artikel moet in ‘full tekst’ (volledige tekst) beschikbaar zijn. • Artikel moet ‘free’(gratis) beschikbaar zijn. • Artikelen gepubliceerd na 2005 Exclusiecriteria: • Artikelen die zijn gepubliceerd voor 2005 • Artikelen zonder verpleegkundige relevantie.
6
2.3 Databanken en Zoektermen Tijdens de literatuurstudie zijn van september tot oktober 2013, verschillende databanken doorzocht op meerdere zoektermen. Tevens is uit meerdere boeken literatuur opgenomen voor het beantwoorden van de onderzoeksvragen. Deze zijn hieronder weergegeven: Zoektermen Domotica Bezuinigingen in de zorg Domotica technieken Woonzorgtechnologie Platform GEEF Zelfredzaamheid Implementatie van domotica Huidige aanbod domotica technologieën Hulpmiddelencentrum (HMC) Meest gebruikte domotica technologieën Domotica in de zorg Thuiszorg Zuid- West Friesland Ontwikkelingen in domotica Woonbehoeften van ouderen
Databanken Bibliotheek van de Noordelijk Hogeschool te Leeuwarden. www.google.nl www.rijksoverheid.nl www.platformgeef.nl www.nursing.nl www.gezondheidsraad.nl Brochures van Hulpmiddelen Centrum (HMC). Huis van het Heden (Een ruimte die ingericht is als woning. In deze ruimte presenteert GEEF oplossingen die veiliger, toegankelijker en comfortabeler wonen mogelijk maken).
2.4 Resultaten en conclusie van de literatuurstudie Vooronderzoek 1) Wat zijn domotica technologieën? Domotica technologieën: “Domotica omvat alle apparaten en infrastructuren in en rond woningen, die elektronische informatie gebruiken voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van bewoners en dienstverleners. ” Beschreven door Het Domotica Platform Nederland. (Projecten – Domotica- Ontwikkelen domotica pakketten, 2013).
Nadere definiëring van het woord ‘’domotica’’ Toepassing van moderne technologie in de woonomgeving staat bekend onder de noemer ‘domotica’, een samenvoeging van ‘domus’ (thuis) en ‘telematica’ en omvat een combinatie van apparaten, informatietechnologie en diensten binnen en buiten de woning. (Kester, 2005, bladzijde 5).
2) Wat verstaan we onder zelfredzaamheid? Zelfredzaamheid: Zelfredzaamheid is het vermogen van ouderen om hun leven vorm te geven. Opdat zij zoveel mogelijk zelf kunnen doen, maar daar waar dat echt niet kan, ondersteuning vragen en krijgen van anderen of gebruik kunnen maken van hulpmiddelen om hen te ondersteunen. De mate van zelfredzaamheid is voor iedereen verschillend en in die zin geen objectief gegeven. Zij worden bepaald door de wijze waarop de oudere met zijn fysieke, psychische en sociale omstandigheden omgaat. (Gezondheidsraad. Preventie bij ouderen: focus op zelfredzaamheid, 2009).
7
3) Worden de domotica technologieën aanbodgericht of vraaggericht toegepast? Domotica in de bestaande woning een evaluatie Evaluatie van het project Lidwinahof waarin woningcorporatie Domein met een aantal partners een project heeft uitgevoerd voor domotica in de bestaande bouw. (Schouw et al., 2003). Samenvatting: Uit de evaluatie blijkt dat domotica als duurzaam product gevoerd kan worden: ouderen waarderen het zeer, zijn voor specifieke functies bereid de kosten te betalen en er is interesse om het extra energiegebruik te beperken. Om onnodige kosten en een ’overkill’ aan ongewenste functionaliteiten te voorkomen is een vraag gestuurd aanbod noodzakelijk. Het extra energiegebruik kan beperkt worden door lager energiegebruik van de apparatuur en door energiebesparende functionaliteiten toe te voegen. Als domotica vraag gestuurd wordt aangeboden, kan het bijdragen aan het geschikt maken van de bestaande woningvoorraad voor het groeiende aantal ouderen dat zelfstandig wil blijven wonen. Een grote meerderheid van de bewoners geeft aan te denken door domotica en de bijbehorende diensten langer in hun woning te kunnen blijven wonen. (Schouw et al., 2003). Domotica?….we zullen wel moeten..! De oogst van zeven jaar woontechniek (Oomen, 2013) Samenvatting: Het pakket domotica dat al bij de bouw van een woning wordt aangebracht, is in de loop der jaren kleiner geworden. Dit komt doordat bewoners geen of amper gebruik maken van domotica waar ze niet om gevraagd hebben. Volgens het rapport kan men veel beter de appartementen de goede uitgangspositie geven: ze zo opleveren dat domotica er makkelijk in en ook weer makkelijk uit kan, afgestemd op de wensen van de opeenvolgende bewoners. Of valide mensen hun zelfstandigheid verlengen met domotica verdient volgens dit rapport nader onderzoek. Wel wordt de volgende aanbeveling gegeven: bouw je een appartementencomplex, zorg dan voor beeldintercom met de entree beneden. Kunnen zien wie er beneden aanbelt, geeft bewoners een gevoel van veiligheid, iets wat vermoedelijk (!) zelfstandigheid bevordert. Volgens de respondenten van dit onderzoek is ‘zorgalarmering’ bij uitstek de domotica om mensen langer zelfstandig te laten wonen. (Ing. J.J. van der Veen, 2013, bladzijde 6).
4) Welke voorbeelden zijn er in het land waar domotica technologieën geïmplementeerd zijn? Seniorenwoningen in Best Woningcorporatie Domein, met als werkgebied Eindhoven, Best en Son en Breugel, installeerde in 2002 domotica in 49 seniorenwoningen van het complex Lidwinahof in Best. De ervaringen zijn positief. Wel blijkt dat een dergelijke innovatie nadrukkelijk begeleiding behoeft. Met de aanpassing van het seniorencomplex in Best was Domein de eerste woningcorporatie in Nederland die domotica toepaste in de bestaande bouw. Het pakket bevatte een breed scala aan functies, variërend van actieve personenalarmering tot toegangscontrole middels een camera bij de gemeenschappelijke voordeur met beeld op een video-intercom in de hal en op de eigen tv. (Kester, 2005, bladzijde 7).
8
Voorbeeldwoning in Den Haag In september 2002 is in de Haagse wijk Moerwijk een voorbeeldwoning ingericht met domotica toepassingen. Dit gebeurde op basis van de resultaten van panelgesprekken met ouderen en mantelzorgers. De ervaringen hiermee zijn in kaart gebracht. De Haagse wijk Moerwijk is een sterk vergrijzende naoorlogse wijk. In deze wijk is door de stichting Kennis- en Adviescentrum ILSE, samen met woningbouwcorporatie Vestia Den Haag Zuid-Oost en zorgaanbieder GDVV groep, in 2002 een voorbeeldwoning ontwikkeld. In deze woning is de domotica zo onopvallend mogelijk aangebracht. Niet alleen om de sfeer van ‘gewoon wonen’ zo min mogelijk te beïnvloeden, maar ook om aan te sluiten bij de belevingswereld van de ouderen. Verder is terughoudend omgegaan met de toegepaste functies. Vanuit de individuele behoefte is altijd uitbreiding van functies mogelijk. Om dezelfde reden zijn zoveel mogelijk gewone schakelaars toegepast. (Kester, 2005, bladzijde 13). Woonstichting Leyakkers Woonstichting Leyakkers was de afgelopen jaren en is ook nu nog druk bezig met het realiseren van woon-zorgcomplexen. De complexen met domotica bevatten minimaal het basispakket domotica. Welke domotica er precies in een complex komt, wordt door de zorgverlener en Leyakkers in samenspraak besloten. (Janssen, 2010, bladzijde 18). Opvallend in dit verhaal is het feit dat de domotica bepaald wordt zonder inspraak van de bewoner. Leyakkers en desbetreffende zorgverlener beslissen wat wel en niet in het appartement komt, zonder eventuele opties aan de bewoner over te laten. De bewoner wordt enkel ingelicht over de werking van de functies. (Janssen, 2010, bladzijde 18). Woonstichting Leyakkers realiseerde vanaf 2000 tot op heden de volgende woon-zorgcomplexen: In Baarle-Nassau: De Croon, 1e fase: Het woon-zorgcomplex bestaat uit 20 extramurale appartementen. Opgeleverd in 2002 In Rijen: Regentenhof: Het woon-zorgcomplex bestaat uit 24 extramurale appartementen. Opgeleverd in 2000 Het Palet: Het woon-zorgcomplex bestaat uit 48 extramurale appartementen en twee tijdelijke opvangplaatsen (TOP). Opgeleverd in 2006 In Goirle: Bergvenne: Het woon-zorgcomplex bestaat uit 30 betaalbare en 14 dure huurwoningen en 4 woningen voor Amarant. Verder omvat het project 12 wooneen heden voor woongroep Wonen in Goirle en 27 koopappartementen. opgeleverd in 2006 Guldenakker: Het woon-zorg complex bestaat uit 122 extramurale appartementen. Ook zijn er 24 intramurale appartementen waar 24-uurs zorg wordt geboden en 6 plaatsen voor tijdelijke opvang (TOP). Opgeleverd in 2007. 9
In Moergestel: Stanislaus: De nieuwbouw van het woon-zorgcomplex bestaat uit 68 extramurale appartementen en 18 plaatsen voor mensen met psychogeriatrische aandoeningen (PG-afdeling).Opgeleverd in 2010 De nog te realiseren renovatie gaat bestaan uit 52 intramurale appartementen. Leyakkers ontwikkelt momenteel de volgende woon-zorgcomplexen: In Gilze: Sint Franciscus: Dit project bestaat uit een verbouwing en uitbreiding. Uiteindelijk zal het complex bestaan uit 37 intramurale appartementen, 43 extramurale appartementen, 35 PG eenheden en 4 TOP plaatsen. Geplande oplevering: herfst 2010. In Rijen: Vita: Het woon-zorgcomplex zal gaan bestaan uit 68 extramurale appartementen, 20 intramurale appartementen en 36 PG plaatsen. Geplande oplevering: najaar 2012 In Alphen: De Hoogt: Het woon-zorgcomplex zal uiteindelijk gaan bestaan uit 12 PG-plaatsen, 21 intramurale appartementen en 27 extramurale appartementen. Geplande oplevering: 2011 In Baarle-Nassau: De Croon, 2e fase: Het woon-zorgcomplex zal plaats gaan bieden aan 24 PG-bewoners en 34 intramurale bewoners. Daarnaast komen er 2 kortdurende opname kamers (KDO) en 25 extramurale woningen. Geplande oplevering: 2012. (Janssen, 2010, bladzijde 15,16).
5) Wat is het huidige aanbod van domotica technologieën? De domotica toepassingen van Domintell Basismodule / verlichting Mijn Domintell-installatie regelt alle verlichting in mijn huis. Wanneer ik het huis verlaat, schakel ik alle verlichting uit met één knop. Ik beslis zelf over een uitgestelde uitschakeling, zodat ik de tijd heb om het huis te verlaten. Wanneer ik ‘s avonds thuiskom, zal een lichtstraat me doorheen het donker leiden. Dankzij mijn Domintell domotica-installatie kan ik met een druk op de knop mijn favoriete sferen oproepen. Als de kinderen vergeten het licht te doven in de badkamer, gaat dat automatisch uit na een termijn die ik zelf heb vastgelegd. De donkere ruimten worden automatisch opgelicht wanneer ik binnenkom en dit enkel tijdens de uren dat de zon is ondergegaan. Als het alarm in werking treedt, springt alle verlichting aan die van buiten uit zichtbaar is en kan ze zelfs gaan knipperen. Afschrikkingseffect gegarandeerd! (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013).
Dimmer: beheer van de lichtpunten Met één druk op de knop roep ik alle lichtsferen op die ik vooraf had aangemaakt en kan ik nieuwe 10
sferen registreren. 's Nachts kan ik de maximale lichtintensiteit van bepaalde ruimten beperken om niet verblind te raken als ik vlug moet opstaan. Ik kan alle nieuwe verlichtingstechnologieën dimmen. Als ik dat wil, kan ik nieuwe meerkleurige verlichting sturen. Ik kies de kleur in functie van mijn activiteit. In de kamers van de kinderen gaat het licht geleidelijk verminderen tijdens een periode naar keuze om als nachtlampje te fungeren ‘s nachts. 's Morgens word ik wakker doordat het licht geleidelijk intenser wordt in mijn kamer. Het is dus overbodig om een dageraadsimulator te kopen als ik lichttherapie wil. Dankzij de dimmerfunctie van Domintell word ik niet bruusk wakker zoals met een wekker. Ik word heel zacht gewekt en dat is uitstekend voor mijn bioritme. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013). Temperatuur / ventilatie Als een deel van mijn huis op bepaalde momenten onbewoond is, kan ik er automatisch de temperatuur of de klimaatregeling verminderen. Bij mijn terugkeer van vakantie kan ik op afstand de verwarming van m’n huis aanzetten. Het zal er heerlijk aangenaam zijn bij mijn thuiskomst… Wanneer ik het huis verlaat, kan ik de regeling met één druk op de knop in modus “afwezigheid” zetten. Zo vermijd ik het huis nutteloos te blijven verwarmen en kan ik flink wat energie besparen. Als ik een open haard heb in de woonkamer, zal de rest van het huis toch optimaal verwarmd blijven. Met één druk op de knop ga ik over van zomermodus naar wintermodus om een optimaal comfort te bewaren. De lucht wordt automatisch hernieuwd dankzij het geavanceerde beheer van de VMC (Gecontroleerde Mechanische Ventilatie). Als het buiten koud is en ik mijn kamers wil verluchten, dan gaat de verwarming automatisch uit. Via het beheer van mijn luiken/stores kan ik automatisch profiteren van de zonnestralen om het huis te verwarmen. Ik kan op afstand op de hoogte blijven van elke anomalie in mijn verwarmingssysteem. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013).
TFT-schermen / lichtknoppen Als mijn kinderen het licht vergeten uit te schakelen bij het slapengaan, dan verwittigt mijn scherm me, ook wanneer de garagepoort bleef openstaan. Ik controleer de temperatuur in elke zone van het huis vanop mijn scherm. Wanneer ik er geen gebruik van maak, loopt er een montage van mijn leukste foto’s op het scherm. Met één druk op de knop kan ik mijn favoriete audioprogramma kiezen. Ik kan vanuit mijn scherm afwijken van alle ingestelde automatismen in huis. Ik blijf meester over het systeem. Ik kan bepaalde functies van mijn scherm blokkeren om niet-geoorloofd gebruik te vermijden. Op mijn scherm kan ik het beeldmateriaal van mijn videofoon of mijn bewakingscamera afbeelden. Het design van mijn scherm is aangepast aan mijn Domintell-knoppen en aan de minischermen voor een meer lokale bediening.
11
De lichtjes van de drukknoppen zorgen ervoor dat ik ze 's nachts vlot kan terugvinden. Hun lichtintensiteit wordt geregeld in functie van het tijdstip waarop de zon opkomt en ondergaat. De lichtgevende drukknoppen verwittigen me wanneer een lamp wordt aangestoken. Ik kan ook verwittigd worden van de komst van de postbode via mijn scherm of mijn lichtknoppen. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013).
Beeldtelefonie Wanneer er aan de deur wordt gebeld, is het beeld van de bezoeker op alle Domintell-schermen te zien. Het scherm even aanraken volstaat om met de persoon te kunnen praten. De radio gaat automatisch uit, zodat ik het gesprek behoorlijk kan verstaan. Mijn drukknoppen kunnen van kleur veranderen, zo ben ik zeker dat ik onmiddellijk attent word gemaakt op informatie. Ik kan het elektronische label van mijn buitenpost personaliseren. Verder kan ik die uitdoven op momenten die ik zelf bepaal voor meer discretie. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013).
Communicatie op afstand Ik kan mijn hele huis controleren via mijn tablet, mijn smartphone of mijn gsm, en dit overal ter wereld. Als zich een alarm voordoet bij mijn afwezigheid, word ik onmiddellijk verwittigd. Als de elektriciteit in mijn huis uitvalt, ontvang ik onmiddellijk een bericht waardoor ik maatregelen kan nemen. Bijvoorbeeld het leegmaken van de diepvriezer om te vermijden dat voeding bedorven raakt. Wanneer ik op reis ben, kan ik beslissen over het moment waarop ik mijn verwarming opnieuw laat aanslaan. Ik word verwittigd van de aankomst- en vertrekuren van mijn poetsvrouw! Vanuit mijn tuin kan ik de radiozender waarnaar ik luister veranderen. Als ik een alarm ontvang wanneer wordt ingebroken, kan ik me onmiddellijk verbinden met mijn bewakingscamera’s en kan ik mijn audio-installatie op maximaal volume laten afspelen. Afschrikkingseffect gegarandeerd! (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013). Lamellen / Luiken Met één druk op de knop stuur ik alle luiken van het huis, zelfs op afstand. Mijn luiken gaan automatisch naar boven bij het ochtendgloren en weer naar beneden bij zonsondergang, zelfs als ik niet aanwezig ben (functie aanwezigheidssimulator om dieven af te schrikken). Mijn stores gaan open en dicht in functie van de aanwezigheid van de zon en de temperatuur in de ruimte. Het systeem wordt onderbroken als er te veel wind is. Wanneer ik een film bekijk, gaan de gordijnen automatisch dicht en wordt het licht gedimd. Ik kan de oriëntatie van mijn Amerikaanse stores fijn afstellen tot de sfeer die me het best zint. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013).
Energiebesparing Als een venster bleef openstaan, gaat de verwarming van de ruimte afslaan. Ik kan mijn energieverbruik afbeelden op mijn schermen. Zo kan ik het proactief beheren met 12
besparingen als resultaat. In bepaalde ruimten wordt het licht gedempt, meer verlichting is overbodig! Als de buitenverlichting aan bleef, zal mijn systeem me verwittigen. Ik kan ook het inschakelen verbieden tijdens de uren dat de zon aanwezig is. Via mijn automatische luiken kan ik maximaal genieten van de gratis energie geleverd door de zon. Wanneer ik mijn huis verlaat, gaat dit vanzelf in ecomodus. Zo ben ik zeker dat ik geen licht vergat te doven en dat ik de verwarming lager heb gezet. Ik geniet maximaal van de nachttarieven door mijn elektrische boiler verstandig te laten aanslaan. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013).
Audio Multi room ‘s Morgens maakt mijn systeem me zachtjes wakker door het geluidsvolume van mijn favoriete medium geleidelijk te laten toenemen. Uiteraard maakt de verlichting dezelfde beweging. Elk familielid kan zijn favoriete programma beluisteren in elke ruimte van het huis. 's Morgens, wanneer ik in de badkamer kom, is mijn favoriete radioprogramma er automatisch te horen. Als men aan de deur belt, wordt het geluidsvolume automatisch beperkt, zodat ik het gesprek met de bezoeker kan verstaan. Ik stuur al mijn audiobronnen vanuit mijn zetel. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013).
Veiligheid De geïntegreerde simulatie heeft mijn levensstijl geregistreerd en reproduceert ze tijdens mijn afwezigheid. Gevolg: mijn huis ziet er bewoond uit. Als een indringer wordt gedetecteerd, springt alle verlichting aan die van buiten uit zichtbaar is. Het geluid gaat op maximaal volume, de luiken gaan open en er worden berichten gestuurd naar mezelf en naar andere betrokken personen. Ik kan mijn bewakingscamera’s onmiddellijk raadplegen en op afstand tussenkomen op mijn installatie. Wanneer ik het huis verlaat, ben ik er zeker van dat al mijn elektrische apparaten uitgeschakeld zijn, geen strijkijzer vergeten! Ik kan verwittigd worden van elke vloeistof- of gaslek in mijn huis, of ik nu thuis ben of op reis. Als de elektriciteit wordt afgesloten tijdens mijn afwezigheid, wordt onmiddellijk een bericht naar me gestuurd en kan ik de nodige regelingen treffen. Geen ontdooide diepvriezer meer! Wanneer de stroom opnieuw aan gaat, word ik daar ook van verwittigd, geen nutteloze verplaatsing. Naast mijn bed heb ik een “paniek”-knop waarmee ik het licht kan aansteken in het hele huis als ik me onveilig voel. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013). Zorg Voor vele mensen is domotica echt geen gadget. Het biedt verscheidene nuttige of zelfs onmisbare diensten voor mensen die minder autonoom geworden zijn. Bijvoorbeeld: bewegingssensoren bewaken de activiteit in huis. Bij een abnormaal gebrek aan beweging kan een bericht verstuurd worden naar de betrokken personen (naasten, buren, verzorgingspersoneel, enz.). In bepaalde delen van het huis gaat het licht automatisch aan in 13
functie van de passage of het tijdstip. Ik kan mijn volledige systeem besturen via vocale afstandsbediening van derden of met mijn aanraakscherm, zelfs vanuit mijn rolstoel. Welke handicap ik ook heb, ik kan mijn huis bedienen met behulp van de toestellen van derden die aan mijn systeem gekoppeld zijn. (Domintell Nederland. De domotica toepassingen van Domintell, 2013). Het aanbod van de domoticapakketten door leveranciers Wanneer er gekeken wordt naar bestaande domoticapakketten valt het op dat elk bedrijf zijn eigen indeling van pakketten hanteert. Daarnaast bieden veel leveranciers op het gebied van domotica de producten niet standaard in pakketten aan. De vele onderdelen aan domotica die zij aanbieden kunnen vervolgens in samenspraak met de afnemer wel tot pakketten leiden. Voorbeelden dit soort bedrijven zijn, e-domotica.com, selfmatic.be, Siemens, digitalehuis.be en domotica-shop.nl. De verschillende bedrijven werken niet alleen met verschillende producten maar ook met verschillende technologische standaarden (zoals ZigBee of Z-Wave), wat ervoor zorgt dat producten van verschillende leveranciers niet per definitie met elkaar kunnen werken. In dit hoofdstuk wordt een aantal van de bestaande domotica pakketten en dan met name de manier van indelen beschreven. De pakketten van de leveranciers die hier beschreven staan, zijn gekozen omdat zij helder de inhoud van hun pakketten op hun website hebben staan. Aanbod van pakketten: Zo biedt de site Huisvannu.nl (Huisvannu, n.d.) domoticapakketten aan op het gebied van veiligheid en comfort. Zij bieden de volgende pakketten aan: Inbraak Standaard Brandbeveiliging Basis Camera Bewaking Persoonlijke Veiligheid Palliatieve Zorg Dementerende Oudere Licht Gehandicapt met Rolstoel Licht Verstandelijk Gehandicapt Revalidatie Knie of Heup Babykamer Zorg op Afstand Deze site biedt in elke categorie een basispakket aan die naar smaak van de klant kan worden uitgebreid. Producten die zij zoal aanbieden zijn: EM6505 Bedieningspaneel (in elk pakket) EM6581 Bewegingsmelder EM6561 Draadloze camera voor binnen EM6570 Deursensor EM6590 Twee rookmelders 14
EM6575 Sirene voor extra lawaai EM6564 Camera voor buiten EM6561 Camera voor binnen Dimmers en Switches Afstandsbediening
Een andere leverancier is vdtillaartdomotica.nl (VD Tillaart Domotica, n.d.), zij biedt een drietal pakketten aan en beschrijven die als volgt: Instap pakket - In dit pakket wordt er rekening gehouden met mogelijke toekomstwijzigingen. Of deze nu met een beperkt budget te maken hebben of met het overbodig vinden van bepaalde mogelijkheden dat maakt niet uit. U laat namelijk nu al loze leidingen leggen zodat er in de toekomst, als u de tijd daar voor rijp vindt, zonder te hakken en te breken meerdere aanpassingen kunnen worden uitgevoerd. Voor mensen die dus nu geen grote investeringen willen doen maar die inzien dat de slimme woning het wonen van de toekomst is. Basis pakket - Het basis pakket bevat meteen veel meer mogelijkheden voor u. Zo kunt u bijvoorbeeld lichtscènes, paniekschakelaars, koppelingen voor verwarming of verkoeling van uw huis aanbrengen. U kunt ervoor kiezen om de knoppen op de muur daarvoor te gebruiken, maar ook de keuze voor een afstandsbediening is aanwezig. Het systeem is vanzelfsprekend ook in de toekomst altijd uit te breiden. Denk daarbij eens aan automatische beregening van uw tuin of wanneer u hulpbehoevend wordt kunt u uw woning makkelijk omtoveren tot een zorgwoning. Deluxe pakket - De naam zegt het al, dit is Luxe! Aansturing via een Touch screen in de muur zorgt ervoor dat u al uw elektrotechnische wensen kunt uitvoeren. Ook energieverbruik wordt door dit systeem makkelijker te controleren en bij te houden. We kunnen immers al bijna met zekerheid zeggen dat gas, water en licht in de toekomst ook fors duurder zullen worden. Zelf in de hand houden wat er wordt verbruikt, zorgt ervoor dat u niet voor verrassingen komt te staan. Wij zorgen ervoor dat u een duidelijke uitleg krijgt, zowel mondeling als schriftelijk in een persoonlijke handleiding zodat het systeem niet ingewikkeld voor u is. Domotica-pakketten worden door bedrijven in verschillende categorieën aangeboden. Tevens is er verschil in de manier waarop zij die pakketten indelen. De producten in de pakketten komen in functionaliteit wel overeen. Zo werken veel bedrijven met een vorm van camerabewaking en een bedieningspaneel waarmee de verschillende domotica producten communiceren. De beschreven aanbieders van domotica is een greep uit een groot aanbod aan leveranciers. Dit geldt niet voor de beschreven aanbieders van domotica pakketten, zij waren erg lastig te vinden. Bedrijven zijn veelal weinig helder over de daadwerkelijke prijs van hun producten evenals de grootte van hun afname aan producten. Tevens is bij de leveranciers niet terug te vinden of en hoe de producten daadwerkelijk aansluiten bij de behoeften van de eindgebruikers. (Ing. J.J. van der Veen, Jo-Janneke van der Veen, 2013, bladzijde 19,20).
15
6) Wat zijn de meest gebruikte domotica technologieën? Naar aanleiding van een vraag gesprek met Marianne Vermeulen (huismeester van het Huis van het Heden) is naar voren gekomen welke woonzorgtechnologieën/Domotica- toepassingen vallen onder ‘de meest gebruikte technieken’. Hieronder staan deze technieken opgesomd: - Personenalarmering - Valdetector - Rook- en brandmelders - Automatische verlichting - Automatische thermostaat - Automatische gordijnen- en zonnewering - Beeldhorloge - Beeld- en geluidintercom - Elektronisch voordeurslot Dit gesprek met Marianne Vermeulen heeft plaatsgevonden omdat er in de literatuur niets te vinden was over de meest gebruikte technieken, die er hedendaags bestaan en die mogelijk al worden gebruikt door particulieren. De overkoepelende vraagstelling was: Wat houdt domotica in en in hoeverre wordt er gebruik van gemaakt. Zo ja, op welke manier vindt dit gebruik dan plaats? De betekenis van domotica en de bruikbaarheid hiervan staat hieronder puntsgewijs genoemd: Alle apparaten en infrastructuren in- en rond de woning die elektrische informatie gebruiken voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van bewoners en dienstverleners. “Beschreven door het domotica platform Nederland. (Projecten- DomoticaOntwikkelen domotica pakketten, 2013).
Toepassing van moderne technologie in de woonomgeving staat bekend onder de noemer ‘’domotica’’, een samenvoeging van ‘’domus’’ (thuis) en ‘’telematica’’ en omvat een combinatie van apparaten, informatietechnologie en diensten binnen en buiten de woning. (Kester, 2005, bladzijde 5.)
Met de aanpassing van het seniorencomplex in Best (2002) was Domein de eerste woningcorporatie in Nederland die domotica toepaste in de bestaande bouw. Toepassingen zoals een actieve personenalarmering, toegangscontrole middels een camera en een beeld – en geluidsintercom in de hal en op de eigen tv werden hier geïmplementeerd. (Kester, 2005). Het pakket domotica dat al bij de bouw van een woning wordt aangebracht, is in de loop der jaren kleiner geworden. Dit komt doordat bewoners geen of amper gebruik maken van domotica waar ze niet om gevraagd hebben. Appartementen kunnen beter klaargemaakt worden voor de implementatie van domotica. (Ing. J.J. Van der Veen, 2013). Als domotica vraag gestuurd wordt aangeboden, kan het bijdragen aan het geschikt maken van de bestaande woningvoorraad voor het groeiende aantal ouderen dat zelfstandig wil blijven wonen. (Schouw et al., 2003). Betekenis: De betekenis die vanuit de literatuur naar voren is gekomen is gebruikt binnen dit onderzoek. Hieronder staat de betekenis nogmaals beschreven: Alle apparaten en infrastructuren in- en rond de woning die elektrische informatie gebruiken voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van bewoners en dienstverleners. “Beschreven door het domotica platform Nederland. (Projecten- Domotica- Ontwikkelen domotica pakketten, 2013).
16
Deze literatuurstudie toont aan dat er op verschillende plekken in Nederland vanaf 2002 domoticatoepassingen zijn geïmplementeerd in bestaande- en nieuwe woningcomplexen. De eerste domoticapakketten bestonden uit een ‘overkill’ aan ongewenste functionaliteiten en daardoor uit onnodige kosten. Mensen hebben behoefte aan energiebesparende faciliteiten, een vraag gestuurd aanbod van de domotica-toepassingen en dit zorgt er uiteindelijk voor dat ouderen langer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen. (Schouw et al., 2003).
17
Hoofdstuk 3
Methode
3.1 Deelnemers aan het onderzoek Om aan deelnemers voor het onderzoek te komen, is gekeken of de participanten van Platform GEEF hierin iets konden betekenen. Erik de Vries, manager van Thuiszorg Zuid- West (participant), is door de opdrachtgever voor dit onderzoek, Erik Zwierenberg, op de hoogte gebracht van het onderzoek. Tijdens dit contactmoment is aan Erik de Vries gevraagd, in hoeverre hij een bijdrage kon leveren in het benaderen van deelnemers voor dit onderzoek. Erik de Vries heeft mee ingestemd om deelnemers binnen Thuiszorg Zuid- West Friesland te benaderen voor het onderzoek. Met dit positieve bericht zijn tijdens een bijeenkomst in Sneek (vestiging van hoofdkantoor Thuiszorg Zuid- West Friesland), verdere plannen rondom het werven van deelnemers en het afnemen van de interviews uitgekristalliseerd. Erik de Vries heeft vervolgens contact opgenomen met twee wijkverpleegkundigen. Hiervoor heeft hij team Lemmer en team Bolsward benaderd. Kort en bondig heeft hij hen beperkte informatie en uitleg gegeven, rondom het onderzoek wat binnen deze twee teams van Thuiszorg Zuid- West Friesland uitgevoerd zou gaan worden. Nadat dit contact tussen Erik de Vries en de wijkverpleegkundigen had plaatsgevonden, zijn de contactgegevens van de wijkverpleegkundigen per email teruggekoppeld aan de studenten, Anna Bloemsma en Sander de Boer. Zij hebben vervolgens de wijkverpleegkundigen telefonisch benaderd om verdere uitleg te geven rondom het afnemen van de interviews onder de deelnemers. Er is concrete informatie gegeven over de *doelgroep die door de wijkverpleegkundigen benaderd diende te worden en over de gang van zaken, rondom de taken die van de wijkverpleegkundigen verwacht werden. Om onduidelijkheden en vragen onder de wijkverpleegkundigen te voorkomen, is er voor hen een instructiepakket opgesteld. Hierin staat relevante informatie opgenomen. (Instructiepakket is in de bijlage opgenomen). Om de deelnemers van tevoren op de hoogte te brengen over de komst van de studenten/interviewers en het hoe en wat, is in het instructiepakket voor de wijkverpleegkundigen, een informatieve brief voor de respondenten opgenomen. Er zijn door de wijkverpleegkundigen een aantal zorgvragers uit hun zorgteam geselecteerd voor dit onderzoek. Hierbij is gelet op de doelgroepomschrijving en de mate van geschiktheid van de deelnemers. De wijkverpleegkundigen hebben deze gemaakte selectie van deelnemers, een informatieve brief overhandigd. Nadat bovengenoemde selectie had plaatsgevonden en de informatieve briefen waren uitgereikt, zijn door de wijkverpleegkundigen de persoonsgegevens van de zorgvragers/deelnemers per email teruggekoppeld aan de studenten/interviewers. Nadat de deelnemers geruime tijd hebben gehad om de informatieve brief door te nemen, is door een van de studenten telefonisch contact gelegd met de zorgvragers/deelnemers, met de vraag wanneer het, het beste schikte om het interview af te nemen. Uiteindelijk is de planning met het afnemen van de interviews over vier dagen uitgezet. *Doelgroep: 60- Plussers, die in dit geval thuiszorg ontvangen en die fysiek goed in staat zijn, tot het geven van hun mening met betrekking tot woonzorgtechnologie. 18
3.2 Onderzoekontwerp Om antwoord te krijgen op de onderzoeksvraag en de daarbij opgestelde deelvragen, is kwalitatief onderzoek uitgevoerd. Kenmerkend voor een kwalitatief onderzoek is dat de wijze van gegevens verzamelen open en flexibel verloopt. Er kan namelijk worden ingesprongen op onverwachte situaties. De gegevens zijn in alledaags taal verwerkt. Het belangrijkste aspect van kwalitatief onderzoek is dat waarde wordt gehecht, aan de betekenis die deelnemers/respondenten aan zaken geven. Omdat middels dit kwalitatieve onderzoek antwoord ‘gezocht’ werd op de vraag: “Denken 60plussers langer zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen met behulp van woonzorgtechnologie?”, is gebruik gemaakt van een open en half-gestructureerd interview, dus bestaande uit vooraf bedachte open vragen. Binnen het open en half- gestructureerd interview is in zekere mate ruimte voor inbreng van de deelnemer. De mening en argumenten van de deelnemers (60-plussers) omtrent woonzorgtechnologie waren de hoofdzaak van dit onderzoek. De interviewer heeft zich ten tijde van het interview flexibel opgesteld en speelde in op de huidige situatie van de deelnemer. (Verhoeven e.a., 2011, bladzijde 150). In het werkveld zijn de interviews doormiddel van een tweegesprek, dat wil zeggen dat één interviewer het gesprek voert met de deelnemer, vormgegeven en afgenomen. Ten tijde van het afnemen van de interviews, is een observatie gedaan door een van de studenten. Tijdens deze observatie is gelet op de houding, gezichtsuitdrukking, enthousiasme, betrokkenheid en emotie van de doelgroep. Er is van elk interview een geluidsopname gemaakt. Deze geluidsopnames zijn vervolgens geheel anoniem gebleven, evenals de persoonsgegevens van de deelnemers. Middels de geluidsopnames is de analyse en verwerking van de gegevens nauwkeurig en gestructureerd verlopen. (Verhoeven e.a., 2011, bladzijde 146). Gedurende het gehele onderzoek is de interpretatieve stroming opgevolgd. Dit houdt in dat er interesses zijn voor de ervaringen van deelnemers en dat de achterliggende ideeën en ervaringen van deelnemers onderzocht worden. Er is dus niet slechts gekeken naar de ‘kale’ cijfers. (Verhoeven e.a., 2011, bladzijde 34)
3.3 Verantwoording en beschrijving van de meetinstrumenten Dit gehele onderzoek is opgebouwd uit drie type onderzoeken; vooronderzoek, literatuuronderzoek en praktijkonderzoek. De aanleiding voor dit onderzoek is gebaseerd op het vooronderzoek wat binnen Platform GEEF in de zomer van 2013 uitgevoerd is. (Projecten - Domotica - Ontwikkelen domotica pakketten. 2013).
Middels dit vooronderzoek is gebleken dat woonzorgtechnologie/Domotica onder de oudere doelgroep vrijwel onbekend is. Ook bleek tijdens het vooronderzoek, dat er uit de vele bronnen en rapporten die er geraadpleegd zijn, zelden tot nooit aan ouderen is gevraagd hoe zij denken over woonzorgtechnologie/Domotica en het mogelijke gebruik daarvan. De deelvragen die tijdens het vooronderzoek gesteld en opgezocht zijn; Wat zijn Domotica technologieën? Wat verstaan we onder zelfredzaamheid? Worden de Domotica technologieën aanbodgericht of vraaggericht toegepast? Welke voorbeelden zijn er in het land waar Domotica technologieën geïmplementeerd zijn? Op basis van dit gegeven, dat ouderen zelden tot nooit gevraagd is hoe zij denken over woonzorgtechnologie/Domotica en het mogelijke gebruik daarvan, is het onderzoek wat beschreven staat in dit rapport opgesteld. 19
Om een goed semi- gestructureerd interview op te kunnen stellen is allereerst literatuuronderzoek verricht. Binnen dit literatuuronderzoek zijn de volgende deelvragen opgesteld en opgezocht: Wat is het huidige aanbod van Domotica technologieën? Wat zijn de meest gebruikte Domotica technologieën? Middels de antwoorden op de deelvragen vanuit het literatuuronderzoek, is vervolgens het praktijkonderzoek van start gegaan. Er zijn deelvragen opgesteld die naar voren zijn gekomen in de semi- gestructureerde interviews die afgenomen zijn. Middels deze deelvragen, die gesteld werden aan de deelnemers van het praktijkonderzoek, is duidelijk te zien dat de interpretatieve stroming gehanteerd is. Deelnemers hebben duidelijk antwoord gegeven op de deelvragen waarin hun persoonlijke opvattingen, meningen en ideeën helder en bondig naar voren zijn gekomen. Tijdens het afnemen van de interviews is nauwkeurig rekening gehouden met het observeren van de deelnemers. Gelet is op hun emotie, houding, betrokkenheid en enthousiasme. Voor de vragenlijst, zie bijlage 3. 3.4 Toepassing van het interview Gedurende twee weken binnen dit onderzoek, zijn er twaalf interviews afgenomen. De interviews zijn afgenomen in de vertrouwde thuissituatie van de deelnemers. Hierbij hebben de studenten/ interviewers op deze huidige (woon)situatie ingespeeld. De vragen uit de vragenlijst zijn op een dusdanige manier gesteld, dat de vraag te betrekken was op deze huidige (woon)situatie. Immers, de mening, ideeën, belemmeringen, inzichten en opmerkingen van de deelnemers over zijn/haar eigen (woon) situatie, met daarbij mogelijk gebruik van woonzorgtechnologie/Domotica, is de concrete hoofdgedachte van dit onderzoek. De duur van het interview bedroeg al met al ongeveer een uur. Van elk interview is een geluidsopname gemaakt. Zowel de persoonsgegevens van de deelnemers als de geluidsopnames zijn volledig anoniem gebleven. De deelnemers stemden unaniem in voor anonimiteit! Vooraf de geluidsopname is duidelijkheid geschept over de komst van de studenten/interviewers, het doel van het interview/onderzoek, de bijdrage van de deelnemers en de duur van het interview. Deelnemers hadden al een goede indruk van dit alles gekregen door de eerder toegestuurde informatieve brief, maar waren zeker gebaat bij deze extra uitleg. Nadat de eerste vier vragen van het interview gesteld waren, vond er een klein en eenvoudig spelelement plaats. Doormiddel van dit spelelement werd duidelijk en inzichtelijk in kaart gebracht welke soorten woonzorgtechnologieën/Domotica er bestaan, welke de meest gebruikte technieken zijn en werd er kort uitgelegd per techniek wat de werking ervan is. Nadat de deelnemers een duidelijk beeld hadden van de diversiteit van de woonzorgtechnologieën/Domotica toepassingen, is hen gevraagd een top 5 op te stellen. De bedoeling van deze top 5 is het voor de deelnemers inzichtelijk maken van hun behoeften en voorkeuren. Middels de top 5 hebben de deelnemers een prioriteit gegeven van de woonzorgtechnologieën/Domotica- toepassingen, die voor hen (mogelijk) van toepassingen kunnen zijn in hun huidige (woon)situatie. Omdat er daadwerkelijk meer duidelijkheid werd gemaakt door deze persoonlijk opgetelde top 5, hebben de deelnemers de daarop volgende vragen van het interview helder kunnen beantwoorden 20
en onderbouwen. Deze onderbouwing heeft bijgedragen aan het tot stand komen van een antwoord op de onderzoeksvraag van dit onderzoek. Meer hierover, zie conclusie, aanbevelingen en discussie. Als afronding van het interview zijn de deelnemers bedankt voor hun inzet en tijd, door het overhandigen van een ‘bedankje’ in de vorm van een waxinelichtje voor in de ‘donkere dagen’. Want, eenzaamheid onder ouderen is en blijft toch wel een veelvoorkomend probleem.
Hoofdstuk 4
Resultaten
Na het afnemen van de semi-gestructureerde interviews is er gestart met het analyseren van de verkregen onderzoeksgegevens. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe dit proces is verlopen en hoe dit is aangepakt. Het uitgevoerde onderzoek en de analyse hiervan is van kwalitatieve aard. Daarnaast wordt in dit hoofdstuk beschreven hoe de interviews in het algemeen zijn verlopen en hoe de respondenten deze interviews ervaren hebben. Er wordt terug gekeken op het verloop in het werkveld. In totaal zijn er twaalf interviews afgenomen. Elf interviews zijn vervolgens geanalyseerd. De interviews waren erg effectief. Doordat de deelnemers, aan de hand van een semi- gestructureerd interview, werden geïnterviewd, is er namelijk veel informatie vergaard. De respondenten hebben de interviews allemaal als erg prettig ervaren. De deelnemers hadden verschillende redenen tot deelname aan het onderzoek. Verreweg de meeste respondenten waren nieuwsgierig en wilden graag meer te weten komen over het onderwerp ´´domotica´´. Daarnaast waren er ook mensen die hun stem wilden laten horen en weer anderen wilden zelf na afloop van het interview overgaan tot het aanschaffen van verschillende domotica-toepassingen. Er is jammer genoeg één interview niet goed verlopen. Dit interview is daarom afgekeurd en niet geanalyseerd. Tijdens dit interview is het niet gelukt de respondent te betrekken bij het onderwerp, de respondent gaf geen antwoord op gestelde vragen en begon te vertellen over onderwerpen die niet relevant waren voor het onderzoek. De beweegredenen tot deelname aan dit onderzoek was niet bekend bij deze respondent. De analyse is stapsgewijs verlopen. Er zijn drie interviews volledig uitgetypt. De overige acht interviews zijn niet volledig uitgetypt. Per interview zijn hier alleen de antwoorden op de vragen, gesteld tijdens het interview, uitgetypt. Na het uittypen van de interviews is een code boom, waarin hoofd- en sub codes zijn opgenomen, opgesteld. Hierna zijn we gestart met het coderen. Er is een document samengesteld waarin de elf geanalyseerde interviews in zijn opgenomen. Tevens treft u in dit document de opgestelde code boom en het semi- gestructureerde interview aan. U kunt deze raadplegen in bijlage 3 van dit rapport. Er is aan de hand van twee stappen gecodeerd. Open en axiaal. Bij het open coderen is ‘het terrein’ in beeld gebracht. Na het uitdraaien van de volledig uitgetypte interviews (drie in totaal) met een brede linkerkantlijn, is gestart met het open coderen. De uitgetypte tekst is regel voor regel gelezen, zo is het begin- en het einde van ieder fragment goed onderscheid. Rekening is gehouden met de relevantie van de fragmenten voor ons onderzoek. De fragmenten hebben een bijbehorende naam (code) gekregen, de code is vervolgens in de kantlijn genoteerd. Bij het axiaal coderen is de ‘de categorie in beeld gebracht door te groeperen’. Hierbij is bepaald of de codes (per fragment gegeven) die tot dusver ontwikkeld waren, de verzamelde gegevens voldoende dekten. Uiteindelijk zijn de codes die bij elkaar horen geclusterd, door hoofdcodes te onderscheiden van sub codes. Onder alle sub codes staan de antwoorden van de respondenten 21
gerangschikt. Door deze rangschikking staan de onderzoeksgegevens, de antwoorden van de respondenten op het semigestructureerd interview , geclusterd. Door deze clustering is in één oogopslag te zien wat voor diversiteit aan antwoorden er per sub code gegeven is. Tijdens dit onderzoek en ten tijde van de afname van de interviews, is aan onderstaande criteria voldaan: - Onafhankelijk; persoonlijke voorkeuren van de studenten zijn niet naar voren gekomen en er is afstand gehouden van andere onderzoeksgegevens ten tijde van het afnemen van de interviews. - De uitspraken zijn toetsbaar en de onderzoeksresultaten zijn waarneembaar. - Betrouwbaar; herhaling van het onderzoek leidt tot dezelfde resultaten. - Validiteit; geldigheid en zuiverheid van onderzoeksresultaten. (Verhoeven e.a., 2011, bladzijde 35)
Hoofdstuk 5
Conclusie
In dit hoofdstuk wordt antwoord gegeven op de opgestelde onderzoekvraag en de daarbij behorende deelvragen. De onderzoeksvraag luidt: ´´Hoeveel langer denken 60-plussers zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen met behulp van woonzorgtechnologie/domotica?´´ De deelvragen worden in dit hoofdstuk als eerste beantwoord. Er wordt antwoord gegeven op de volgende deelvragen: 1. In welke mate zijn 60-plussers bekent met het woord woonzorgtechnologie? 2. Van welke woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen maken 60-plussers op dit moment gebruik? 3. Bij welke woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen ligt bij de 60-plusser de voorkeur? 4. Wat doen de woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen met het gevoel van veiligheid, zelfredzaamheid en comfort bij de deelnemers aan dit onderzoek? 5. Op welke manier denken 60-plusser te leren omgaan met woonzorgtechnologieën/domoticatoepassingen? 6. Denken zorgvragers langer zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen met behulp van woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen? De uitvoering van dit onderzoek is, op een aantal tegenslagen na, goed verlopen. Het onderzoek is in september 2013 van start gegaan. De eerste weken is hard gewerkt aan het opstellen van het plan van aanpak. Wekelijks is de voortgang van het onderzoek goed besproken. Tijdens deze gesprekken gaf Erik Zwierenberg nuttige informatie en tips. In Oktober 2013 is er door Marianne Vermeulen, huismeester van Huis van het Heden, een rondleiding gegeven. Dit heeft veel nuttige informatie opgeleverd en een goed beeld van het huidige aanbod aan domotica-toepassingen. het formuleren van een eenduidige en sterke onderzoekvraag bleek lastiger dan gedacht. Na overleg met verschillende medewerkers van Platform GEEF ontstond de zojuist, in de inleiding, benoemde onderzoeksvraag. Rond de herfstvakantie is besloten respondenten te werven via Erik de Vries, manager van Thuiszorg Zuidwest Friesland. Erik de Vries heeft de studenten in informatie voorzien maar dit heeft langer geduurd dan was verwacht. Na het ontvangen van de informatie is het contact met de wijkverpleegkundigen en het plannen van interviews vlot verlopen. De interviews zijn vervolgens soepel en plezierig verlopen. 5.1 In welke mate zijn 60-plussers bekent met het woord woonzorgtechnologie? 60-plussers( respondenten) zijn niet goed bekend met het woord woonzorgtechnologie of domotica. 22
De respondenten werd gevraagd alles op te noemen wat bij hen op kwam wanneer ze dachten aan het woord ´´woonzorgtechnologie of domotica´´. In de meeste gevallen kwam naar voren dat de respondent hierop geen antwoord kon geven. Tijdens twee interviews wisten de respondenten het begrip goed te verwoorden. Het woord werd door hen omgeschreven als hulpmiddelen die er voor zorgen dat je zelfstandig thuis kunt blijven wonen. Anders omschrijvingen van het woord domotica kwamen ook naar voren. Zo was er ook een deelnemer die het woord omschreef als zijn ´´woningbouwcoöperatie´´. 5.2 Van welke domotica toepassingen maken 60-plussers op dit moment gebruik? Alle geïnterviewde zorgvragers van Thuiszorg Zuidwest Friesland maken gebruik van één of meerdere domotica-technieken in of rondom de woning. Binnen de doelgroep is er een grote diversiteit in het gebruik van woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen. Opvallend is dat sommige zorgvragers gebruik maken van wel meer dan vier verschillende technieken, terwijl de ander gebruik maakt van enkel een automatische licht bij de voordeur. Op nummer één staat binnen de doelgroep het automatisch voorlicht bij de deur. Hiervan maken 9 van de 12 geïnterviewde gebruik van. Opmerkelijk is dat er maar één zorgvrager is die, naast een automatische voordeurlicht, ook gebruik maakt van automatische binnen verlichting. De respondenten brengen naar voren dat ze, door gebruik te maken van automatische verlichting, zich veiliger voelen. Naast de automatische verlichting wordt de brandmelder ook door veel zorgvragers als een vereiste gezien en in sommige gevallen als vanzelfsprekend. Sommige zorgvragers geven aan dat dit verplicht zou moeten worden. Er wordt binnen de doelgroep door 4 zorgvragers gebruik gemaakt van een personenalarmering. De meeste zorgvragers dragen de personenalarmering omdat ze al een keer zijn gevallen, lang moesten wachten op hulp en dit niet nog een keer willen meemaken. De overige zorgvragers geven aan nog niet toe te zijn aan een personenalarmering omdat zij vinden nog voldoende mobiel en zelfredzaam te zijn. Meerdere zorgvragers geven aan over te gaan tot het aanschaffen van een personen alarmering wanneer ze bijna niet meer kunnen lopen. Twee zorgvragers geven de volgende omschrijving: ‘’het moet eerst nodig zijn, en dan schaf ik het pas aan!’’ Er wordt binnen de doelgroep in mindere mate gebruik gemaakt van de geluid –en/of beeldintercom. Er wordt door twee zorgvragers hiervan gebruik gemaakt. Echter bleek na het afronden van de interviews dat er meerdere zorgvragers enthousiast waren over met name de beeldintercom. Sommige zorgvragers wilden graag meer informatie over de wijze van aanschaffing en de bekostiging van de geluid –en/of beeldintercom. Ten slotte wordt er door de betreffende zorgvragers nog gebruik gemaakt van, bij één zorgvragers, een automatisch voordeurslot op de garagedeur in combinatie met automatische gordijnen en bij twee zorgvragers gebruikt gemaakt van een automatische thermosstaat. 5.3 Bij welke domotica toepassingen ligt bij de 60-plusser de voorkeur? Tijdens het interview moesten de respondenten met behulp van spelkaarten, waarop woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen stonden afgebeeld, een top-5 samenstellen. De door de respondent opgestelde top-5, heeft de vraag van de respondent naar woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen weerspiegelt. Er zijn veel verschillende top-5’s naar voren gekomen. Op nummer één staat de personenalarmering in combinatie met de valdetector. Hiervoor hebben vijf respondenten gekozen. Daarnaast geven deze 5 deelnemers allemaal aan dat door het gebruik van een personen-alarmering, met eventueel een valdetector, dit hun gevoel van 23
veiligheid en zelfredzaamheid doet toe nemen. Er is daarnaast ook aan de deelnemers gevraagd hun top-5 te onderbouwen. Er wordt in de meeste gevallen gekozen voor een personenalarmering omdat ze graag iemand snel willen kunnen waarschuwen in geval van nood. Er zijn daarnaast twee zorgvragers die kiezen voor de personenalarmering wanneer zich ernstige somatische klachten voordoen. Er is één zorgvrager die nadrukkelijk aangeeft dat het hem/haar, het dragen van een personenalarmering, geruststelling geeft. De beeld –en geluidsintercom komt zeven keer voor in de verschillende top-5´s. Deelnemers zijn hierover erg te spreken. Verschillende zorgvragers geven het volgende aan: ´´Helemaal super, prachtding. Ik ga kijken wat zo´n ding kost en uitzoeken hoe zo iets werkt.´´ Een andere zorgvrager geeft aan: ´´Dat vind ik heel mooi, dan weet ik wie er ´s avonds komt. Want het is winter en het is donker. Gister was het op TV, al die inbraken en mensen die aan de deur komen, aanbellen en slechte bedoelingen hebben. Als je niet meer zo flexibel bent dan vind ik dit een uitkomst.´´ Ten slotte is er naast de vraag naar de beeld –en geluidsintercom ook veel vraag naar het elektronisch voordeurslot. De geïnterviewde zorgvragers hebben hier veel vertrouwen in. ´´En dan denk ik ´´wie komt daar nu aan de deur´´, want ze hebben soms een mooi smoesje. Dus dan vind ik dat heel mooi dat er een slot op zit waar niemand anders bij kan komen. Ik vind die techniek heel vertrouwd. Vooral als ik straks ouders wordt.´´ Dit bracht één van de zorgvragers naar voren die het elektronisch voordeurslot op nummer 1 had gezet. Van het sleutelkluisje wordt niet veel gebruikt gemaakt door de doelgroep. Binnen de doelgroep is goed bekend dat de meeste sleutelkluisjes inbraakgevoelig zijn en relatief gemakkelijk te demonteren zijn. Slechts één zorgvrager maakt er nog goed gebruik van en heeft hierin nog vertrouwen, een anders zorgvragers maakt er gebruikt van maar wil het sleutelkluisje uit het zicht en tenslotte is er nog één zorgvrager die het sleutelkluisje zelf van de muur heeft laten halen omdat hij/zij hier geen vertrouwen meer in had. 5.4 Wat doen de woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen met het gevoel van veiligheid, zelfredzaamheid en comfort bij de deelnemers aan dit onderzoek? Na het doornemen van de domotica-behoeften en het huidige gebruik hiervan is aan de deelnemers gevraagd wat dit doet met hun gevoel van veiligheid, zelfredzaamheid en comfort. Deze vraag is aan de gehele doelgroep gesteld omdat er op het gebied van veiligheid, zelfredzaamheid en comfort veel verschillende woonzorgtechnologieën /domotica-toepassingen worden ontwikkeld. Uit het analyseren van de interviews is duidelijk naar voren gekomen dat de deelnemers hun veiligheid voorop stellen. De oudere zorgvrager schaft het eerst de domotica-toepassingen aan waardoor bij hen het gevoel van veiligheid in en rondom de woning doet toenemen. Men moet hier denken aan technieken zoals de beeld –en geluidsintercom, automatische verlichting en het elektronische voordeurslot. Ten tweede heeft de doelgroep veel behoefte aan zelfredzaamheid. En zijn ten slotte twee zorgvragers die aangeven alle drie factoren even belangrijk te vinden. Zij omschrijven dit als volgt: ´´Dat ik me gewoon lekker voel in mijn woning, comfort. Maar dat komt omdat ik mij hier veilig voel en mij hier nog vrij goed met thuiszorg kan redden. Ik vind het ene hangt van het andere af.´´ 5.5 Op welke manier denken 60-plusser te leren omgaan met woonzorgtechnologieën/domoticatoepassingen? De doelgroep is vervolgens gevraagd hoe ze denken te leren omgaan met de verschillende woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen. Hierover verschillen de meningen erg. Een aantal zorgvragers denken er met een handleiding goed van af te kunnen komen. Een ander deel van de doelgroep wil goede begeleiding bij het leren omgaan met de verschillende woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen. De gehele doelgroep is overigens wel gebaad bij hulp tijdens de installatie van de verschillende technieken. De doelgroep denkt dit niet meer zelf te 24
kunnen doen. 5.6 Denken zorgvragers langer zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen met behulp van woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen? De volgende vraag liep als een rode draad door het interview: ´´Denkt u (de 60-plussers) langer zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen met behulp van woonzorgtechnologieën/domoticatoepassingen?´´ Deze vraag is tijdens het interview meerdere malen aan de deelnemers gesteld. Daarna is de onderzoeksvraag, de hoofdvraag van het onderzoek, gesteld aan de deelnemers van dit onderzoek. Het overgrote deel van de ondervraagde deelnemers is er van overtuigt dat hij/zij langer zelfstandig thuis kan blijven wonen door gebruikt te maken van woonzorgtechnologieën/domoticatoepassingen? Zij beantwoorden de vraag met een overtuigende ´´ja´´. Er is één zorgvragers die aangeeft misschien langer thuis te kunnen wonen door gebruik te maken van deze technieken. Er is ook één zorgvragers die niet denk langer zelfstandig thuis te kunnen wonen met behulp van woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen? Deze zorgvrager denkt met alleen hulp van thuiszorg en hulp van mensen uit de omgeving zo lang mogelijk zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen. Hij/zij denk hierbij geen woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen nodig te zullen hebben om hem/haar veiliger, zelfredzamer of comfortabeler te voelen in en rondom te woning. 5.7 Hoeveel langer denken 60-plussers, zelfstandig thuis te kunnen (blijven) wonen met behulp van woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen? Door het stellen van verschillende vragen met een duidelijke structuur is toegewerkt naar het stellen van de onderzoeksvraag. Deze vraag luidt als volgt: ´´Hoeveel langer denken 60-plussers, zelfstandig thuis te kunnen (blijven) wonen met behulp van woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen?´´ De deelnemers aan dit onderzoek gaven aan het moeilijk te vinden een indicatie aan te geven van ´´hoe veel langer´´ ze nog denken thuis te kunnen blijven wonen met behulp van deze technieken. De meeste zorgvragers gaven aan dat dit afhankelijk is van veel verschillende factoren. De gezondheid van de zorgvragers, nu en in de toekomst, is van grote invloed op de gegeven indicatie. De meeste zorgvragers geven aan: ´´ja! Ik hoop nog jaren maar dat weet ik niet, dan hangt af van mijn gezondheid.´´ en andere zorgvrager gaf een soortgelijk antwoord, hij/zij antwoordt: ´´Ja, het helpt mijn hier zo lang mogelijk te wonen en als ik nog leven blijf, dan zeker nog jaren!´´ Er waren ook respondenten die naar voren brachten zeker nog 10 jaar zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen door het gebruik van woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen. Deze respondenten gaven wel aan dat wanneer hun/haar partner kwam te overleiden, wanneer ze er alleen voor komen te staan, dat dan het zelfstandig thuis wonen niet meer voorgezet kan worden. Er bracht ten slotte één zorgvrager naar voren dat woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen een mooie ondersteuning kan zijn maar dat de mate van vereenzaming ook een rol speelt bij het geven van de indicatie ´´hoeveel langer zelfstandig thuis wonen met behulp van woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen? ´´ Er kan dus, alle factoren meegenomen, gezegd worden dat het overgrote deel van de deelnemers aan dit onderzoek nog jaren zelfstandig, met behulp van woonzorgtechnologieën/domoticatoepassingen zelfstandig denk thuis te kunnen wonen. Een volledig overzicht van de gegeven antwoorden van de deelnemers op de gestelde vragen kunt u raadplegen in bijlage 3. Teven kunt u hier terecht voor een overzicht van opgestelde top-5´s en de individuele antwoorden op de onderzoeksvraag.
25
Hoofdstuk 6
Aanbevelingen
Hieronder vindt u drie aanbevelingen. De aanbevelingen zijn ontstaat tijdens het voeren van interviews en tijdens het analyseren van de onderzoeksgegevens. Eén aanbeveling is grotendeels door een van de deelnemers aan dit onderzoek geformuleerd. De overige twee aanbevelingen zijn voortgekomen uit het antwoorden op de opgestelde deelvragen in hoofdstuk 5. Tweemaal per jaar wordt het zorgleefplan met de zorgvragers, die thuiszorg ontvangen, besproken en vervolgens herschreven. Er wordt dan vooral gekeken naar de geleverde zorg. Tijdens één van de interviews kwam een deelnemer met een idee waardoor jaarlijks de mate van zelfredzaamheid en zelfstandig thuis wonen gecontroleerd kan worden. Jaarlijks, of ieder half jaar, wordt er met de zorgvragers een gesprek aangegaan. Tijdens dit gesprek wordt de woonsituatie besproken. Ter sprake komen onderwerpen zoals: de mate van zelfredzaamheid, veiligheid en comfort in de woning. Daarnaast wordt besproken hoe de woonsituatie kan worden verbeterd, met welke middelen en hoe deze gefinancierd moet worden. Belangrijk is daarbij dat de zorgvrager in gesprek gaat met een onafhankelijke partij. Hieronder wordt iemand verstaan die de zorgvrager geen thuiszorg geeft en niet regelmatig over de vloer komt. Volgens de zorgvrager kan de thuiszorg dit namelijk alleen niet goed beoordelen. Zij hebben een kennistekort op het gebied van woonzorgtechnologie. Daarnaast komt de zorg dagelijks bij meneer en merkt hierdoor langzaam ontstane belemmeringen met betrekking tot de woonsituatie niet tijdig of helemaal niet op. De aanbeveling die we hieruit opmaken luidt: Laat een jaarlijkse check uitvoeren, op de woon- en zorgsituatie door gespecialiseerde medewerker op het gebied van woonzorgtechnologie De deelnemers aan het onderzoek hebben allemaal naar voren gebracht vertrouwen in hun zelf te hebben met betrekking tot het leren omgaan met woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen. De installatie van de woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen wil de doelgroep niet zelf doen maar uitbesteden aan een installateur. Bij de verdere implementatie wil de doelgroep goed betrokken worden. De deelnemers willen de wijze van begeleiding zelf grotendeels kunnen bepalen. Een aantal deelnemers aan het onderzoek geven aan voldoende baadt te hebben aan een instructieboek terwijl andere zorgvragers met behulp van persoonlijke begeleiding kundig willen worden met de betreffende technieken. De aanbeveling die we hieruit opmaken luidt: Denk goed na over in gebruik name van domotica bij de mensen thuis, om afbreuk te voorkomen. 60-plussers( respondenten) zijn niet goed bekend met het woord woonzorgtechnologie of domotica. De respondenten werd gevraagd alles op te noemen wat bij hen op kwam wanneer ze dachten aan het woord ´´woonzorgtechnolgie´´ of ´´domotica´´. In de meeste gevallen kwam naar voren dat de respondent hierop geen antwoord kon geven. Tijdens twee interviews wist de respondent het begrip goed te verwoorden. De aanbeveling die we hieruit opmaken luidt: Ontwikkel Domotica informatiemateriaal die aansluit bij de vraag van de doelgroep.
26
Discussie Bij het opstellen van het semi- gestructureerd interview zijn aan elke deelvraag labels gekoppeld. Deze labels dienden ervoor om structuur te geven aan het interview. De labels hebben voor houvast gezorgd, om de rode draad van het interview aan te houden, wanneer de deelnemers te veel afweken van de gestelde interviewvraag. Prettig om op deze manier de interviews af te nemen. Met behulp van deze labels is de juiste informatie van de deelnemers verkregen. De deelnemers hebben ten tijde van het interview voldoende ruimte gekregen voor het geven van hun mening, opmerkingen, beweegredenen en aanbevelingen. Immers, de mening van de deelnemer staat centraal binnen dit onderzoek. Het spelelement wat halverwege het interview aan bod kwam is positief uitgepakt. Deelnemers waren blij verrast dat ze doormiddel van een spelvorm hun belangstelling en prioriteit voor de woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen konden laten blijken. Met name voor deze doelgroep (60- plussers) is het intensief om een uur lang aan een stuk door te luisteren en de aandacht erbij te houden. Om deze reden is er gekozen voor het toepassen van het spelelement. Een heldere, overzichtelijke en speelse manier om kennis over te brengen op de deelnemer. Met de verkregen kennis over de woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen waren de deelnemers erg goed in staat om hun top 5 op te stellen. Mooi te zien dat de deelnemers ten tijde van het spelelement veelal enthousiast raakten over de woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen. Door deze overzichtelijke weergave van hun eigen persoonlijke keuze/prioriteit, kwamen er ‘plotseling’ oplossingen voor de huidige problemen/belemmeringen van de deelnemer aan het licht. Voor een aantal deelnemers kunnen woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen een uitkomst bieden, aldus de deelnemers. Door het enthousiasme in deze inzichten, wat bij een aantal deelnemers te zien was , kwamen reacties naar voren als; ‘Ik ga straks meteen kijken welke woonzorgtechnologieën ik vergoed kan krijgen. Eens kijken wat het me gaat kosten. Dit kan mij helpen, ik ga het meteen aanschaffen’. Leuk, deze bovenstaande reacties van de deelnemers op het interview en op de inzichten die ze na de tijd hebben gekregen, met betrekking op de diversiteit aan woonzorgtechnologieën/domoticatoepassingen die er bestaan. Doordat de mening van de oudere centraal staat binnen dit onderzoek, is er door overleg met de opdrachtgever, vastgesteld een zo breed mogelijke doelgroep te benaderen. De afbakening die gedaan is, 60- plussers, die thuiszorg ontvangen en die in staat zijn hun mening te geven omtrent woonzorgtechnologieën/domotica-toepassingen bleek achteraf ietwat ruim genomen te zijn. Ook zijn er deelnemers van rond de tachtig geïnterviewd. Er is duidelijk naar voren gekomen dat deze deelnemers de interviewvragen anders interpreteerden en het moeilijker vonden hun mening en inzichten te geven omtrent woonzorgtechnologie. Voor een volgend onderzoek omtrent de mening van de oudere is het aan te raden de doelgroep scherper af te bakenen. Tachtigers gaan sneller richting opname in een verpleeg- of verzorgingshuis dan zestigers. Wanneer er meningen van deelnemers worden gevraagd omtrent het langer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen, met 27
mogelijk het gebruik maken van woonzorgtechnologie, zijn zestigers beter in staat hier antwoord op te geven dan deelnemers die richting de tachtig lopen. De resultaten van dit onderzoek zijn volledig valide en betrouwbaar. Alle documenten omtrent het interview en de daarmee verkregen gegevens staan achtereenvolgens weergegeven. Vermeld staat hoe de analyse en de verwerking van de gegevens in z’n werk is gegaan. Tevens zijn de antwoorden van de deelnemers letterlijk overgenomen en onder elkaar gerangschikt. Deze clustering van gegevens draagt bij aan de overzichtelijkheid van de hoeveelheid verkregen gegevens. Zie voor deze clustering, bijlage 3 van dit rapport. Achteraf gezien is het werven van de doelgroep tijdrovend. Alle stappen die gezet moesten worden om uiteindelijk de deelnemers te kunnen interviewen, hebben zeven weken gekost. In deze zeven weken is er uiteraard tijd besteed aan andere taken rondom onderzoek maar het werven van de deelnemers en de daarbij komende zaken, zou ik het vervolg sneller opgepakt kunnen worden. Wel kan en mag oprecht gezegd worden dat de doelstelling van de opdrachtgever binnen dit onderzoek behaald is. Er is namelijk inzicht verworven in de woonzorgtechnologieën/domoticatoepassingen, die het namens de deelnemers mogelijk maken, dat langer zelfstandig thuis wonen mogelijk is. (Zwierenberg, 2013, Beschrijving van praktijkopdrachten en onderzoeksvragen).
28