STAD AARSCHOT
GEMEENTERAADSZITTING VAN 13 februari 2012 TE 20 U Aanwezig: D. MICHIELS, voorzitter; A. PEETERS, burgemeester; B. VERSTRAETE, F. WOLPUT, E. VINCKX, F. DEBOES, S. OMBLETS, schepenen; M. JANSSENS, A. DE KEYSER, H. PELGRIMS, N. VAN EMELEN, R. WITTEMANS, E. BROOS, M. SWINNEN, G. VRANKEN, MT PATTEET-VANKERKHOVE, L. VERRYT, J. VAN DE SCHOOT, CL. VAN DER STAPPEN, G. SCHELLENS, G. LAUVRIJS, K. LEMMENS, J. LEMBRECHTS, W. DE KEYSER, R. VRANKEN, A. VAN DEN BROECK, N. CRECES, raadsleden; C. VAN CALSTER, secretaris Verontschuldigd: G. RUTTEN, raadslid De voorzitter opent de vergadering. De gemeenteraadsvergadering vangt aan met een minuut stilte ter nagedachtenis van de heer Fé Meuris, gewezen gemeenteraadslid en schepen. Dirk Michiels, voorzitter: “Fé Meuris was in Rillaar 18 jaar lang gemeenteraadslid, waarvan 6 jaar schepen van onderwijs. Na de fusie van de gemeenten was hij nogmaals 18 jaar gemeente- en OCMW-raadslid: hij zetelde van 1 januari 1977 tot midden 1989 in de Aarschotse gemeenteraad en was vervolgens tot eind 1994 OCMW-raadslid. Hij had een sterke band met de lokale gemeenschap en heeft zich altijd met volgehouden aandacht ingezet voor de Rillaarnaren en de socio-economische ontwikkeling van hun leefgemeenschap. Hij kende zijn mensen, hun familiale achtergronden en de omstandigheden waarin ze leefden. Fé pakte niet graag uit met zijn verdiensten, maar heeft veel kunnen verwezenlijken. Hij stond voor werkkracht en dynamiek, hield van inspraak en van verantwoordelijkheid nemen, maar had ook aandacht voor de individuele noden van inwoners. Zijn deur stond voor iedereen open; hij toonde wat dienstbaarheid is.” De raad gaat over tot de behandeling van de agenda.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling van 24.12.2011 tot 16.01.2012 in de Vanden Panhuyzenstraat tijdens saneringswerken De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 03.01.2012 betreffende verkeersregeling van 24.12.2011 tot 16.01.2012 in de Vanden Panhuyzenstraat tijdens saneringswerken; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling van 27.12.2011 tot 28.12.2011 in de Steystraat tijdens plaatsen van container De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 23.12.2011 betreffende verkeersregeling van 27.12.2011 tot 28.12.2011 in de Steystraat tijdens plaatsen van container; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd.
Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling op 29.12.2011 op het Schaluin tijdens verhuiswerken De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 27.12.2011 betreffende verkeersregeling op 29.12.2011 op het Schaluin tijdens verhuiswerken; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling van 05.01.2012 tot 06.01.2012 in de Oude Mechelsebaan tijdens verhuiswerken De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 03.01.2012 betreffende verkeersregeling van 05.01.2012 tot 06.01.2012 in de Oude Mechelsebaan tijdens verhuiswerken; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling op 05.01.2012 in de Diestsestraat tijdens verhuiswerken De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 03.01.2012 betreffende verkeersregeling op 05.01.2012 in de Diestsestraat tijdens verhuiswerken; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling van 05.01.2012 tot 06.01.2012 op het Jozef Daemsplein tijdens snoeien van bomen De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 03.01.2012 betreffende verkeersregeling van 05.01.2012 tot 06.01.2012 op het Jozef Daemsplein tijdens snoeien van bomen; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling van 15.01.2012 tot 15.05.2012 in de Amerstraat tijdens verbouwingswerken De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 13.01.2012 betreffende verkeersregeling van 15.01.2012 tot 15.05.2012 in de Amerstraat tijdens verbouwingswerken; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling van 16.01.2012 tot 20.01.2012 aan het Begijnhof tijdens dakwerken De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 13.01.2012 betreffende verkeersregeling van 16.01.2012 tot 20.01.2012 aan het Begijnhof tijdens dakwerken; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling van 17.01.2012 tot 03.02.2012 op de Gijmelsesteenweg tijdens grondwerken De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 16.01.2012 betreffende verkeersregeling van 17.01.2012 tot 03.02.2012 op de Gijmelsesteenweg tijdens grondwerken; Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling tijdens dakwerken
van 17.01.2012 tot 27.01.2012 aan de Schaluinevest
De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 16.01.2012 betreffende verkeersregeling Schaluinevest tijdens dakwerken;
van 17.01.2012 tot 27.01.2012 aan de
Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling Maaldersstraat tijdens grondwerken
van 17.01.2012 tot en met 30.04.2012 in de
De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 16.01.2012 betreffende verkeersregeling Maaldersstraat tijdens grondwerken;
van 17.01.2012 tot en met 30.04.2012 in de
Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling tijdens Wolfsdonk-kermis
van 19.01.2012 tot 23.01.2012 op het Boeckxplein
De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 16.01.2012 betreffende verkeersregeling Boeckxplein tijdens Wolfsdonk-kermis;
van 19.01.2012 tot 23.01.2012 op het
Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: bekrachtiging besluit burgemeester houdende verkeersregeling stad tijdens de wekelijkse markt op donderdag
van 19.01.2012 tot 28.07.2012 in het centrum van de
De gemeenteraad, Gelet op het besluit van de heer burgemeester dd. 17.01.2012 betreffende verkeersregeling centrum van de stad tijdens de wekelijkse markt op donderdag;
van 19.01.2012 tot 28.07.2012 in het
Gelet op artikel 119, 134, 135 N.G.W.; Gelet op artikel 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. - Bijgevoegd besluit van de heer burgemeester wordt bekrachtigd. Art. 2. - Deze beslissing en het besluit van de burgemeester zijn onderworpen aan de bepalingen van het Decreet van 28.04.1993 inzake Administratief Toezicht op de Gemeenten en worden verzonden - in 1 exemplaar aan de Griffie van de Rechtbank van Eerste Aanleg en die van de Politierechtbank te Leuven voor kennisgeving.
Onderwerp: Vacant verklaring van één betrekking van inspecteur van politie (melding en interventie) De gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet van 15.07.2005, zoals gewijzigd, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) Titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering; Gelet op: -
-
-
de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; het KB van 05.09.2001 houdende het Algemeen Reglement op de boekhouding van de lokale Politie; de omzendbrief BA/2001/13 van 07.09.2001 (B.S. 09.10.2001) van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Binnenlandse Aangelegenheden, Afdeling Juridische Aangelegenheden en Verkiezingen – Nieuwe lokale politie – ééngemeentezones en meergemeentezones – administratief toezicht – specifiek toezicht en gewoon toezicht; de omzendbrief BA/2002/12 van 27.09.2002 (B.S. 15.10.2002) van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Binnenlandse Aangelegenheden, Afdeling Juridische Aangelegenheden en Verkiezingen –– administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones – wijzigingen aan het decreet van 28 april 1993 door het decreet van 15 juli 2002; de wet van 07.12.1998 (B.S. 05.01.1999) tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, die op 01.01.2001 geheel in werking treedt (WGP); het koninklijk besluit van 30.03.2001 (B.S. 31.03.2001) tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPol); het koninklijk besluit van 20.11.2001 (B.S. 07.12.2001) betreffende de basisopleiding voor het operationeel kader van de politiediensten;
-
-
het koninklijk besluit van 20.11.2001 (B.S. 31.01.2002) tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten; de omzendbrief GPI 15 van 24.01.2002 (B.S. 31.01.2002) betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones; de omzendbrief GPI 15 van 24.01.2002 (B.S. 06.02.2002) betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones - Errata; het koninklijk besluit van 17.01.2002 (B.S 26.02.2002) betreffende de inplaatsstelling van de lokale politie van de politiezone Aarschot op datum van 1 januari 2002; de omzendbrief GPI 20 van 22.04.2002 (B.S. 11.05.2002) betreffende de aanwezigheid van de representatieve vakorganisaties bij examens en vergelijkende examens; de omzendbrief GPI 15 bis van 25.06.2002 (B.S. 28.06.2002) betreffende de mobiliteitscyclus, inzonderheid de etappe volgend op de vacantstelling van de ambten en de kandidaatstellingen, houdende verduidelijkingen inzake de toepassing van de rechtspositieregeling betreffende de externe werving van CALog-personeel in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, en betreffende bepaalde interne verschuivingen; de omzendbrief GPI 15 ter van 13.09.2002 (B.S. 24.09.2002) betreffende interne verschuivingen binnen bepaalde diensten van de directie van de verbindingswegen van de federale politie; de omzendbrief GPI 15 quater van 29.01.2003 (B.S. 13.02.2003) houdende verduidelijkingen inzake de toepassing van de rechtspositieregeling betreffende de externe werving van Calog-personeel in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus; de omzendbrief GPI 11 van 27.03.2003 (B.S. 31.03.2003) betreffende de nadere richtlijnen inzake de adviesprocedure voor de evaluatie van de personeelsleden van de politiediensten; het koninklijk besluit van 03.02.2004 (B.S. 13.02.2004) tot wijziging van verschillende teksten betreffende de rechtspositie van het personeel van de politiediensten; de omzendbrief GPI 11bis van 24.06.2004 (B.S. 02.07.2004) betreffende bijkomende richtlijnen inzake de evaluatie van het personeel; de wet van 03.07.2005 (B.S. 29.07.2005) tot wijziging van bepaalde aspecten van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse bepalingen met betrekking tot de politiediensten (Vesaliuswet); het koninklijk besluit van 31.05.2009 (B.S. 12.06.2009) tot wijziging van het RPPol inzake de wervingsreserve in het raam van de mobiliteit; het gemeenteraadsbesluit van 27.04.2011 betreffende de vaststelling van de formatie van het operationeel personeel van de lokale politiezone Aarschot, goedgekeurd bij besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 06.06.2011; het gemeenteraadsbesluit van 12.12.2011 betreffende de oppensioenstelling van de heer Oosters Edouard, inspecteur van politie, vanaf 01.11.2012; het feit dat de betrekking van Oosters Edouard van wijkagent zal opgevuld worden met een interne verschuiving van een personeelslid van de dienst melding en interventie naar de wijkdienst; het advies van de korpschef om de betrekking van de inspecteur Oosters Edouard vacant te verklaren om tijdig in zijn vervanging te kunnen voorzien; het advies van de korpschef om, naar aanleiding van de selectie, geen wervingsreserve bedoeld in artikel VI.II.27bis van het RPPol aan te leggen; het schrijven van DGS/DSP van 13.01.2012 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus – behoeftebepaling 2012-01;
Overwegende dat er derhalve één betrekking van inspecteur van politie (melding en interventie) niet volzet is in de bestaande personeelsformatie vanaf het ogenblik dat bovenvermelde titularis de zone verlaat; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT : Art. 1. Eén betrekking van inspecteur van politie (melding en interventie) wordt vacant verklaard in statutair verband. Deze betrekking is te begeven via mobiliteit. Art. 2. De inhoud van de mededeling van de vacatures aan de directie van de mobiliteit en het personeelsbeheer (DGS/DSP) bestaat minimum uit de volgende gegevens: 1° De categorieën van het personeel die zich voor de vacature mogen inschrijven: Ops personeel – INP; Het gaat niet om een gespecialiseerde betrekking waaraan eventueel een functietoelage gekoppeld is; Niet brevethouders mogen ook solliciteren; De voorrangsregeling voor “oud Brusselaars” is niet van toepassing; Er wordt niet voorzien in een wervingsreserve voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de tweede volgende mobiliteitscyclus. 2° Functiebeschrijving: Als lid van de lokale politie is hij/zij een polyvalent medewerker welke ingezet wordt voor de verschillende functionaliteiten: interventie, melding, openbare orde, hycap, hulpverlening, toezicht en controle, verkeerstaken, slachtofferbejegening. Naast deze algemene taken kan hij/zij zich specialiseren in andere taakaccenten van de politiezorg. Deze taakaccenten kunnen zowel operationeel, bestuurlijk of administratief van aard zijn. Hierna volgt een niet limitatieve lijst: actieplannen, verkeersveiligheid, drugs, diefstalpreventie, projectwerking, functioneel systeembeheer, jeugd en gezin, slachtofferbejegening, vertrouwenspersoon, onderzoek, kantschriften,….. Polyvalente inzet met inbegrip van weekprestaties, weekendprestaties en nachtprestaties. 3° Gewenst profiel: Kennis: Goede praktische en theoretische kennis van de vaktechnische werkmethodes, het kunnen gebruiken van gespecialiseerde werkmiddelen. Onder meer: Goede kennis van de rechtswetenschappen (inzonderheid het algemeen en bijzondere strafrecht, het strafprocesrecht en de wet op het politieambt). Voldoende kennis van de basisbegrippen op het gebied van slachtofferbejegening en het gebruik van de sociale kaart.
Voldoende kennis politietechnieken. Beschikken over analytisch denkvermogen. Ervaring in het aanwenden van verschillende verhoortechnieken. Goede kennis van de interne organisatie en de korpsrichtlijnen. Vlot gebruik van de informaticasystemen eigen aan de dienst. Openstaan voor technologische vernieuwingen en de aanleg om nieuwe toepassingen snel aan te leren. Bereidheid tot het volgen van interne/externe voor de dienst relevante vormingssessies. Attitude: Is creatief, neemt initiatief en kan zelfstandig keuzes maken naargelang de omstandigheden waarin hij/zij verkeert. Kan dus zelfstandig werken binnen de beleidslijnen van het korps, de directie en de dienst. Kenmerkt zich door: Zin voor administratief werk. Punctualiteit, orde en netheid. Nauwgezetheid bij de uitvoering van opgedragen taken. Discretie, integriteit, onpartijdigheid, betrouwbaarheid en loyaliteit. Flexibel en stressbestendig. Voorbeeldrol. Beschikt over goede sociale vaardigheden waaronder assertiviteit, conflicthantering, goede contactuele en communicatieve vaardigheden. Bevordert de goede verstandhouding en de samenwerking binnen de dienst. Kan zowel zelfstandig als in teamverband werken. 4°Gewone plaats van het werk: Politiezone Aarschot, Demervallei 6, 3200 Aarschot – tel. 016550202 – fax 016566883; 5° Bijkomende inlichtingen betreffende de vacature: Politiezone Aarschot, dienst HRM, Tom Leers (administratief) tel. 016/550.212 of Rony Gerits (jobinhoud) – tel. 016/550.211 - Demervallei 6, 3200 Aarschot – mail:
[email protected]; 6° Vereiste bijzondere bekwaamheden: nihil. 7° Vacant ambt. 8° Samenstelling van de selectiecommissie: Geudens Eric, hoofdcommissaris van politie en korpschef van de politiezone Aarschot, voorzitter; Geyskens Hans, commissaris van politie en officier steun en operaties van de politiezone Aarschot; Van Waelderen Nancy, inspecteur van politie van de politiezone Aarschot; Leers Tom, secretaris van de selectiecommissie, staat de plaatselijke selectiecommissie bij. 9° Kennistest: nihil. Art. 3. Er zal één exemplaar van dit besluit aan de directie van de mobiliteit en het personeelsbeheer (DGS/DSP) bezorgd worden.
Onderwerp: Verkeersstroom laad- en losweg Demervallei J. Van de Schoot: “Het agendapunt dat ter stemming ligt, heeft betrekking op de laad- en losweg langs de Demer aan de parking Centrum. Aan de andere kant van de Demer stelt zich echter eveneens een probleem omdat wagens er wildparkeren langs de haag. Dat veroorzaakt gevaarlijke situaties voor wandelaars en fietsers omdat de verkeerd geparkeerde wagens het zicht belemmeren. Nu het nieuwe parkinggedeelte naast het stedelijk sportcentrum in gebruik is genomen, vragen wij maatregelen te treffen tegen dit hinderlijke wildparkeren.” A. Peeters: “We maken uw vraag voor advies over aan de lokale politie.” L. Verrijt: “Ook de regeling voor laden en lossen moet worden onderzocht: laten we alles toe of gaan we naar een regeling zoals die voor bijvoorbeeld de Grote Markt geldt waar slechts tussen bepaalde uren laden en lossen wordt toegestaan?” A. Peeters: “We zullen ook die vraag voor advies voorleggen aan de politie.” De Gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet van 15.07.2005, zoals gewijzigd, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) Titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering; Gelet op: de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; Gelet op de gecoördineerde wetten van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer en alle latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en alle latere wijzigingen; Gelet op het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; Gelet op het ministerieel rondschrijven van 14 november 1977 betreffende de aanvullende reglementen en de plaatsing van verkeerstekens; Gelet op de nieuwe gemeentewet, artikel 119 en 134§1;
Gelet op het advies van de politie; Overwegende dat de verder genoemde wegen behoren tot de wegen onder toezicht van de stad; Overwegende dat de verkeersveiligheid moet worden gegarandeerd op de laad- en losweg Demervallei - parking Centrum; Gelet op invoering van tweerichtingsverkeer op een gedeelte van deze laad- en losweg; Met 27 stemmen voor(CD&V – Open VLD – SP.A – Groen! – PVD – Luc Verrijt –Claudia Van der Stappen – Nico Creces), tegen en 1 onthouding (Alain Van den Broeck);
/ stemmen
BESLUIT: Art. 1 Op de laad- en losweg Demervallei dewelke gelegen is tussen sectie A - Parking Centrum en de Demer geldt volgende verkeerssituatie : op het gedeelte gelegen tussen Jeugdhuis De Klinker en de achterzijde van het gebouw Diestsestraat 4 geldt er tweerichtingsverkeer op het gedeelte gelegen tussen de achterzijde van het gebouw Diestsestraat 4 en de Sectie K van Parking Centrum geldt er beperkt éénrichtingsverkeer, dit in de rijrichting van Jeugdhuis De Klinker. op de laad- en losweg Demervallei geldt er parkeerverbod langs beide zijden van de rijbaan Art. 2 De in Art. 1 vermelde verkeersmaatregelen worden ingesteld door middel van : het teken F19 met onderbord M5 op de laad- en losweg ter hoogte van de aansluiting met Sectie K van Parking centrum het teken F19 met onderbord M5 op de laad- en losweg ter hoogte van de voetgangersdoorsteek gelegen naast het gebouw Diestsestraat 17 het teken F19 met onderbord M5 op de laad- en losweg ter hoogte van de voetgangersdoorsteek gelegen naast het gebouw Diestsestraat 21 het teken F19 met onderbord M5 op de laad- en losweg ter hoogte van de toegang tot de Demerdijk het teken C1 met onderbord M3 op de laad- en losweg ter hoogte van het gebouw Diestsestraat 4 het teken C1 met onderbord M3 op de laad- en losweg ter hoogte van het gebouw Diestsetraat 28 het teken C1 met onderbord M3 op de laad- en losweg ter hoogte van het gebouw Diestsetraat 19 het teken C1 met onderbord M3 op de laad- en losweg ter hoogte van de toegang tot de Demerdijk het teken A39 op de laad- en losweg ter hoogte van het gebouw Diestsestraat 4 en ter hoogte van de aansluiting met sectie A - Parking Centrum het parkeerverbod wordt aangeduid door middel van het teken E1. Art. 3 Dit aanvullend reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid.
Onderwerp: Aanstelling als onderluitenant-vrijwilliger: Kennisgeving van het besluit van de gouverneur dd. 11.12.2011 houdende goedkeuring van het besluit van de gemeenteraad van 12.09.2011 betreffende de aanstelling van 2 onderluitenant-vrijwilligers De gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet van 15.07.2005, zoals gewijzigd, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) Titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering; Gelet op: de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; Gelet op het besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant dd. 11.12.2011 houdende goedkeuring van het besluit van de gemeenteraad van 12.09.2011 betreffende * de aanstelling van Marc Coenen, luidend: Provinciaal Gouvernement Vlaams-Brabant ---------------------------------------------------------Afdeling Federale Overheid Dienst Rampenplanning en Noodhulpverlening 1.784/BW/PERS/AARSCHOT/BS/bs11-137 --------------------------------------------------------BESLUIT VAN DE PROVINCIEGOUVERNEUR VAN VLAAMS-BRABANT I.-Betreft: Aanstelling van een onderluitenant-vrijwilliger bij de brandweerdienst van Aarschot Met de gemeenteraadsbeslissing van 12 september 2011 heeft de gemeenteraad van de stad Aarschot beslist om de heer Marc Coenen aan te stellen als onderluitenant in het vrijwilligerskader van de brandweer, ingaand vanaf 1 september 2011.
II.-Wetgeving en reglementering die in deze zaak van toepassing zijn De wet van 31 december 1963 betreffende de Civiele Bescherming inzonderheid artikel 13 §4 dat bepaalt dat de beschikkingen van de gemeentelijke overheden houdende benoeming onderworpen zijn aan de goedkeuring van de gouverneur. het Koninklijk Besluit van 19 april 1999 tot vaststelling van de geschiktheids- en bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheids- en bevorderingsvoorwaarden voor de officieren van de openbare brandweerdiensten. III.-Onderzoek van de zaak en motivering Na onderzoek is gebleken dat: de kandidaat beantwoordt aan alle gestelde voorwaarden er geen klachten tegen deze raadsbeslissing de raadsbeslissing voldoet aan alle reglementaire voorschriften De beslissing van de gemeenteraad kan dan ook worden goedgekeurd. BESLUIT: Artikel 1. Het besluit van de gemeenteraad van Aarschot van 12 september 2011 waarbij de heer Marc Coenen aangesteld wordt als onderluitenant in het vrijwilligerskader bij de brandweer, wordt goedgekeurd, en dit ingaand vanaf 1 september 2011. Artikel 2. Tegen dit besluit kan per aangetekende brief een beroep tot nietigverklaring, al dan niet voorafgegaan door of vergezeld van een beroep toe schorsing, worden ingesteld bij de afdeling administratie van de Raad van State, Wetenschapsstraat 33 te 1040 Brussel, binnen een termijn van zestig dagen die ingaat de dag waarop het besluit aan de verzoeker werd betekend of, indien het hem niet betekend diende te worden, de dag waarop hij er kennis van heeft gehad. Artikel 3. Een voor eensluidend verklaard afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan: het college van burgemeester en schepenen van de stad Aarschot die gelast is dit aan de gemeenteraad te notificeren de brandweerinspectie, algemene directie van de Civiele Veiligheid, Leuvenseweg 1-3, 1000 Brussel de heer Marc Coenen, Spoorwegstraat 2, 3110 Rotselaar de commandant van de brandweer van Aarschot. Leuven, 11.12.2011 (g.) Lodewijk De Witte Voor eensluidend afschrift: Gouverneur namens de provinciegouverneur, (g.) Peter Huygaerts Adviseur Gelet op het besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant dd. 11.12.2011 houdende goedkeuring van het besluit van de gemeenteraad van 12.09.2011 betreffende * de aanstelling van Jan Decoene, luidend: Provinciaal Gouvernement Vlaams-Brabant ---------------------------------------------------------Afdeling Federale Overheid Dienst Rampenplanning en Noodhulpverlening 1.784/BW/PERS/AARSCHOT/BS/bs11-138 --------------------------------------------------------BESLUIT VAN DE PROVINCIEGOUVERNEUR VAN VLAAMS-BRABANT I.-Betreft: Aanstelling van een onderluitenant-vrijwilliger bij de brandweerdienst van Aarschot Met de gemeenteraadsbeslissing van 12 september 2011 heeft de gemeenteraad van de stad Aarschot beslist om de heer Jan Decoene aan te stellen als onderluitenant in het vrijwilligerskader van de brandweer, ingaand vanaf 1 september 2011. II.-Wetgeving en reglementering die in deze zaak van toepassing zijn De wet van 31 december 1963 betreffende de Civiele Bescherming inzonderheid artikel 13 §4 dat bepaalt dat de beschikkingen van de gemeentelijke overheden houdende benoeming onderworpen zijn aan de goedkeuring van de gouverneur. het Koninklijk Besluit van 19 april 1999 tot vaststelling van de geschiktheids- en bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheids- en bevorderingsvoorwaarden voor de officieren van de openbare brandweerdiensten. III.-Onderzoek van de zaak en motivering Na onderzoek is gebleken dat: de kandidaat beantwoordt aan alle gestelde voorwaarden er geen klachten tegen deze raadsbeslissing de raadsbeslissing voldoet aan alle reglementaire voorschriften De beslissing van de gemeenteraad kan dan ook worden goedgekeurd.
BESLUIT: Artikel 1. Het besluit van de gemeenteraad van Aarschot van 12 september 2011 waarbij de heer Jan Decoene aangesteld wordt als onderluitenant in het vrijwilligerskader bij de brandweer, wordt goedgekeurd, en dit ingaand vanaf 1 september 2011. Artikel 2. Tegen dit besluit kan per aangetekende brief een beroep tot nietigverklaring, al dan niet voorafgegaan door of vergezeld van een beroep toe schorsing, worden ingesteld bij de afdeling administratie van de Raad van State, Wetenschapsstraat 33 te 1040 Brussel, binnen een termijn van zestig dagen die ingaat de dag waarop het besluit aan de verzoeker werd betekend of, indien het hem niet betekend diende te worden, de dag waarop hij er kennis van heeft gehad. Artikel 3. Een voor eensluidend verklaard afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan: het college van burgemeester en schepenen van de stad Aarschot die gelast is dit aan de gemeenteraad te notificeren de brandweerinspectie, algemene directie van de Civiele Veiligheid, Leuvenseweg 1-3, 1000 Brussel de heer Jan Decoene, Leuvensesteenweg 23, 3200 Aarschot de commandant van de brandweer van Aarschot. Leuven, 11.12.2011 (g.) Lodewijk De Witte Voor eensluidend afschrift: Gouverneur namens de provinciegouverneur, (g.) Peter Huygaerts Adviseur NEEMT KENNIS VAN de hogervermelde beslissingen van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant dd. 11 december 2011 houdende goedkeuring van het besluit van de gemeenteraad van 12.09.2011 betreffende de aanstelling van 2 onderluitenant-vrijwilligers.
Onderwerp: Vacantverklaring van 1 betrekking van onderluitenant vrijwilliger De gemeenteraad Gelet op het Gemeentedecreet van 15.07.2005, zoals gewijzigd, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) Titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering; Gelet op: de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; het gemeenteraadsbesluit van 12 december 2011 houdende het organiek reglement van de gemeentelijke vrijwillige brandweerdienst van Aarschot; het koninklijk besluit van 19 april 1999 tot vaststelling van de geschiktheids- en bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheids- en bevorderingsvoorwaarden voor de officieren van de openbare brandweerdiensten; het gemeenteraadsbesluit van 16 januari 2012 betreffende het vrijwillig ontslag van Marc Coenen als onderluitenant-vrijwilliger met ingang van 1.07.2012; Overwegende dat: ingevolge het vrijwillig ontslag van Marc Coenen één betrekking van onderluitenant vrijwilliger niet langer volzet zal zijn in de bestaande personeelsformatie vanaf 01/07/2012 en bijgevolg terug kan vacant verklaard worden; deze betrekking van onderluitenant vrijwilliger enkel via aanwerving kan ingevuld worden;
-
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT: Art. 1 : 1 betrekking van onderluitenant vrijwilliger wordt vacant verklaard. Deze betrekking is te begeven bij aanwerving. Art. 2 : §1. Er wordt gedurende ten minste vijftien dagen een openbare oproep tot kandidaatstelling gedaan.
§2. Bij aanwerving wordt de openbare oproep bekendgemaakt door: publicatie op stedelijke website en website brandweer; publicatie in het Belgisch Staatsblad; publicatie in twee, hetzij plaatselijke, hetzij regionale verschijnende kranten. §3. Bij aanwerving vermeldt het bericht : de benaming van de vacante betrekking; een samenvatting van de toelatings- en aanwervingsvoorwaarden; de wijze en uiterste datum voor het indienen van de kandidaatstellingen. Art. 3. Het college van burgemeester en schepenen wordt opdracht gegeven de aanwervingsprocedure te organiseren en het examen in te richten. Art. 4. Dit besluit is onderworpen aan art. 13 van de wet van 31 december 1963 betreffende de Civiele Bescherming.
Onderwerp: Gedeeltelijke afschaffing en verplaatsing buurtweg 55 & 87 te Aarschot De gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet van 15.07.2005, zoals gewijzigd, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) Titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering; Gelet op: de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; art. 4.2.17. §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; artikel 28 van de wet van 10 april 1841 gewijzigd bij de wet van 20 mei 1863 en 9 augustus 1948; Overwegende dat: All Projects & Developments NV, Kerkstraat 38, 1755 Oetingen (Gooik) verzocht hebben tot de gedeeltelijke afschaffing en verplaatsing van buurtweg 55 & 87 langs Herseltsesteenweg/Kerkstaat te Aarschot, zoals aangeduid op het plan van Hagelands opmetings- en studieburo bvba dd. 20.01.2011; de bovenvermelde belanghebbenden een gemotiveerde aanvraag hebben ingediend, met als bijlagen het plan van de atlas waarop de voorgestelde wijzigingen werden aangebracht; Gelet op het onderzoek de commodo et incommodo dat overeenkomstig de onderrichtingen werd bekendgemaakt van 19 december 2011 tot 03 januari 2012; het proces-verbaal van het onderzoek waaruit blijkt dat geen klachten werden ingediend; Overwegende dat de aanvragers zich bereid hebben verklaard tot het opstellen van de plannen, de betaling van de erelonen en kosten, alsmede de betaling van de eventuele meerwaarde het ereloon en de onkosten € 500,00 bedraagt en de meerwaarde geschat wordt op € 5.000,00 Met 22 stemmen voor (CD&V – Open VLD – SP.A – Groen!) , 4 stemmen tegen (Groen! – Luc Verrijt – Claudia Van der Stappen – Nico Creces) en 2 onthoudingen (Alain Van den Broeck – PVD); BESLUIT: Art. 1.
De gemeenteraad stelt aan de bestendige deputatie voor de buurtweg nr. 55 & 87 van de atlas der buurtwegen van Aarschot gedeeltelijk af te schaffen en te verplaatsen zoals aangeduid op het plan van Hagelands opmetings- en studieburo bvba dd. 20.01.2011.
Art. 2.
De verkrijgers zullen een som van € 5.000,00 zoals blijkt uit het schattingsverslag van de ontvanger der Registratie in de gemeentekas storten als vergoeding voor de bekomen meerwaarde van de eigendom.
Art. 3.
Dit besluit wordt samen met het volledige dossier toegezonden aan de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant.
Onderwerp: VERKOOP WEGOVERSCHOT DORPSTRAAT TE GELRODE De gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet dd. 15.07.2005, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) en titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; Gelet op het Gemeentedecreet op basis waarvan mevrouw Christel Verlinden de zitting verlaat; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 12 december 2011 waarbij principiële goedkeuring werd verleend aan de verkoop van het wegoverschot aan de eigenaar van het aanpalend perceel, kadastraal gekend als 6de afdeling, sectie A nr. 219s; Gelet op het plan dd. 06.09.2011 opgemaakt door landmeterskantoor Peeters-Torfs, betreffende de opmeting van het perceel (wegdeel) naast het perceel kadastraal gekend als 6e afdeling, sectie A, nr. 219s (37 m² groot); Overwegende dat de eigenaar van het perceel kadastraal gekend als 6e afdeling, sectie A, nr. 219s, mevrouw Christel Verlinden, gevraagd heeft om het naastliggend wegdeel aan te kopen; het een wegoverschot betreft, die kan verkocht worden aan de aanpalende eigenaar; Gelet op het schattingsverslag van de Ontvanger van de Registratie, d.d.16.01.2012, houdende vaststelling van de waarde van bovenvermeld perceel, zijnde 4.500 euro; Met 23 stemmen voor (CD&V – Open VLD – SP.A – Groen! – PVD), / Stappen – Nico Creces – Alain Van den Broeck);
stemmen tegen en 4 onthoudingen (Luc Verrijt – Claudia Van der
BESLUIT : Artikel 1. -. Definitieve goedkeuring wordt verleend aan de verkoop van het wegoverschot aan de eigenaar van het aanpalend perceel , kadastraal gekend als 6e afdeling, sectie A, nr. 219s, zijnde mevrouw Christel Verlinden, voor een bedrag zoals geraamd werd door de Ontvanger van de Registratie, zijnde 4.500 euro. Artikel 2. -. Bij het verlijden van de akte zal de stad vertegenwoordigd worden door de stadssecretaris en de burgemeester. Artikel 3. -. Het College van Burgemeester en Schepenen wordt belast met de verdere dossiervorming.
Onderwerp: Politiereglement op het houden van kampen - aanpassing De gemeenteraad, in openbare zitting, Gelet op het Gemeentedecreet van 15.07.2005, zoals gewijzigd, o Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), o Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) o Titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering; het koninklijk besluit van 2 augustus 1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in provincies en gemeenten; Gelet op het besluit van 5 december 2008 van de Vlaamse Regering betreffende de toegankelijkheid van de bossen en de natuurreservaten; de omzendbrief LNW 97/1 van 18 februari 1997 betreffende richtlijnen voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 22 juli 1993 betreffende de toegankelijkheid en het occasionele gebruik van de bossen gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 24 januari 1996; het decreet van 10 juli 2008 betreffende de logistieke logies; artikel 89 van het Veldwetboek: ‘Met een geldboete van tien euro tot twintig euro en met een gevangenisstraf van één dag tot vijf dagen of met een van die straffen alleen worden gestraft: 8° zij die op het veld vuur aansteken op minder dan 100 m afstand van huizen, bossen, heiden, boomgaarden, hagen, graan, stro, mijten of van plaatsen waar vlas te drogen is gelegd.’
-
-
artikel 99 van het Bosdecreet: ‘In alle bossen en binnen een afstand van honderd meter tot de bossen is het verboden vuur te maken in open lucht, om welk motief dan ook, behoudens in uitvoering van een goedgekeurd beheersplan of behoudens een machtiging door het Agentschap en met uitzondering van wettelijk verplichte verbrandingen.’ artikel 12 van het Afvalstoffendecreet: ‘Het is verboden afvalstoffen achter te laten of te beheren in strijd met de voorschriften van dit decreet of de uitvoeringsbesluiten ervan.’
Gelet op het politiereglement op het houden van kampen, goedgekeurd door de gemeenteraad op 20 december 2010; Overwegende dat tijdens de evaluatievergadering werd voorgesteld om artikel 3 laatste zin uit te breiden met ‘kookvuren’; Met 27 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen; BESLUIT: Het politiereglement op het houden van kampen, goedgekeurd door de gemeenteraad op 20 december 2010, wordt gewijzigd als volgt: Artikel 1. Begrippen Voor de toepassing van onderhavige bepalingen verstaan wij onder Jeugdkamp: in het kader van een jeugdwerkinitiatief het meerdaags verblijf, in tenten, gebouwen of enig ander hiervoor geschikt onderkomen op het grondgebied Aarschot, van jongeren in groepsverband onder leiding van (een) meerderjarige verantwoordelijke(n). Verblijven anders dan jeugdkampen: een vereniging, gezelschap, genootschap, club, groepering of sociëteit die een kampplaats huurt en derhalve onderworpen is aan onderhavig kampreglement. Kampverantwoordelijke: degene die de leiding heeft over een jeugd- of ander kamp en hieromtrent eindverantwoordelijkheid draagt. Verhuurder: de persoon die in hoedanigheid van eigenaar of pachter een gebouw, een deel van een gebouw of een terrein ter beschikking stelt van een groep jongeren, gratis of tegen betaling. Huurder(s): de verantwoordelijke meerderjarige(n) die in naam van de groep een contract met de verhuurder sluit(en) betreffende het ter beschikking gestelde gebouw of terrein voor de duur van het kamp. Kampplaats: een verblijfplaats voor jeugdkampen erkend of principieel erkend door Toerisme Vlaanderen overeenkomstig het decreet van 18 juli 2003 betreffende de verblijven en verenigingen die een werking uitoefenen in het kader van "Toerisme voor Allen”. Of een andere verblijfplaats voor jeugdkampen waarvoor het College van Burgemeester en Schepenen voorafgaandelijk een toelating heeft verleend na raadpleging van buurtbewoners. Buurtbewoners: zij die gedomicilieerd zijn of hun hoofdverblijfplaats hebben binnen een straal van 200 meter verwijderd van een kampplaats. Groene ruimten: de openbare plantsoenen, bossen, parken, tuinen en alle stukken van de openbare ruimte buiten de rijbaan, die openstaan voor het verkeer van personen en in hoofdorde bestemd zijn voor wandelen of ontspanning. Artikel 2. Algemene bepalingen De kampverantwoordelijke zorgt ervoor dat de groep, over dewelke hij de leiding heeft, zich aan alle wettelijke bepalingen houdt en in het bijzonder deze met betrekking tot geluidsoverlast, respect voor eigendommen en de brandveiligheid. De verhuurder maakt ten minste acht dagen voor aanvang van het jeugdkamp de ingevulde meldingsfiche over aan de lokale politie Aarschot. De kampverantwoordelijke dient ten laatste op de eerste dag na aankomst bij de lokale politie Aarschot een lijst in met de namen en adressen van alle deelnemers met aanduiding van de leiding. De verhuurder leeft alle wettelijke bepalingen na aangaande het verhuren of het ter beschikking stellen van kampplaatsen of logies voor jeugdkampen. Hij beheert zijn zaken als een goede huisvader met bijzondere aandacht voor goed nabuurschap en veiligheid. De bovengenoemde partijen onderschrijven het maatschappelijk engagement om het inrichten van jeugdkampen mogelijk te houden en dit in de geest van het actieplan jeugdverblijven van de Vlaamse overheid. Zij stellen zich ten opzichte van elkaar begripvol en tolerant op en respecteren wederzijds de privacy. Artikel 3. Kampvuren Een kampvuur is aan de toelating van de burgemeester onderworpen. De geschreven aanvraag, met aanduiding van de plaats, zal ten minste acht dagen op voorhand ingediend worden bij de politie. Aan de toelating zijn volgende voorwaarden verbonden. -
De aanvrager dient een schriftelijke toestemming van de verhuurder te hebben voor het houden van een kampvuur. De verhuurder bepaalt in overleg met de brandweer de plaats voor het houden van het kampvuur.
-
-
-
De verhuurder richt deze kampvuurplaats in. Het kampvuur mag slechts een diameter hebben van 1,5 meter. Het kampvuur moet afgebakend worden met stenen of een greppel minstens (40 cm breed en 20 cm diep). Het kampvuur mag enkel ontstoken worden op een niet-begroeide ondergrond. De ondergrond dient bedekt te worden met zand. De verhuurder voorziet het materiaal (droog en onbehandeld hout) voor het houden van een kampvuur. Geen enkel ander materiaal is toegestaan voor het aanmaken van een kampvuur. Licht ontvlambare vloeistoffen mogen nooit gebruikt worden voor het aanmaken of het aanwakkeren van het kampvuur. De kampverantwoordelijke of zijn meerderjarige afgevaardigde moet permanent aanwezig zijn bij het kampvuur. Er wordt voldoende ruimte vrijgehouden als toegangsweg voor hulpdiensten. De verantwoordelijke beschikt over een GSM-toestel met voorgeprogrammeerde noodnummers. Dit GSM-toestel wordt binnen handbereik gehouden tijdens het kampvuur. Aan de deelnemers wordt duidelijk gemaakt wat te doen mocht er zich een probleem voordoen. De deelnemers mogen in geen geval blootgesteld worden aan onaanvaardbare risico’s. De deelnemers blijven op een veilige afstand van het kampvuur met een minimum van 2 meter. In de onmiddellijke omgeving van het kampvuur dienen aanwezig te zijn: een wettelijk gekeurd brandblusapparaat (poederblustoestellen van 6 kg ABC poeder), minstens 2 metalen emmers van 10 liter, gevuld met water of een tuinslang. De verhuurder stelt het blusapparaat ter beschikking van de huurders. Het moet gaan om een bijkomend blustoestel. Er mogen geen blusapparaten uit gebouwen verwijderd worden. Voorzie voldoende blusmiddelen in verhouding tot het risico. Binnen een kring van 5 m rond het kampvuur moeten alle takken en brandbaar materiaal verwijderd worden. Voor het aansteken van het kampvuur worden de deelnemers gewaarschuwd voor de mogelijke risico’s die een kampvuur met zich kan brengen en zij worden aangemaand tot verantwoord gedrag. De vlammen mogen niet hoger zijn dan 1m. Er moet zodanig worden gestookt, dat geen vliegvuur, vonk of vuursprank ontstaat. Indien tijdens het stoken blijkt, dat onder invloed van de heersende weersgesteldheid het verkeer dan wel bewoners in de omgeving last hebben van hinderlijke rookgassen, dan moet het stoken onmiddellijk worden gestaakt. Het vuur dient volledig gedoofd te zijn bij het einde van het kampvuur. Vuurresten dienen gedoofd met zand en met aarde bedekt of overvloedig met water overgoten. De plaats van het kampvuur dient na het einde volledig en grondig opgeruimd te worden. Tijdens periodes van droogte, zoals bij een hittegolf, is het niet toegestaan om vuur te maken. Het is dan verboden een kampvuur, fakkels, of enig ander open vuur aan te steken. Er wordt per kamp slechts één kampvuur toegelaten. Geen enkel ander open vuur is toegelaten met uitzondering van barbecues, kribbevuren en tafelvuren mits deze worden gehouden op een daarvoor voorzien toestel en volgens gangbare gebruiken.
Artikel 4. Niet-hinderlijk geluid Een geluid wordt als niet-hinderlijk beschouwd wanneer dit het gevolg is van spelende kinderen. Artikel 5. Nachtgerucht Het is verboden om zich schuldig te maken aan nachtgerucht of nachtrumoer waardoor de rust van de inwoners kan worden verstoord en dit tussen 22 uur en 7 uur. Een nachtspel is aan de toelating van de burgemeester onderworpen. De geschreven aanvraag zal ten minste acht dagen op voorhand aan de politie worden gericht. Er wordt per kamp slechts één nachtspel toegestaan. Artikel 6. Rumoer of gerucht Iedereen is verplicht zich zodanig te gedragen dat anderen niet meer dan noodzakelijk door geluid gehinderd worden. Elk gerucht of rumoer bij dag of bij nacht is verboden, wanneer het zonder noodzaak wordt veroorzaakt, wanneer het te wijten is aan een gebrek aan voorzorg en wanneer het van aard is de rust van de inwoners te verstoren. Vuurwerk, bommetjes en andere knalmiddelen zijn verboden. Artikel 7. Kampeerplaatsen In de campings mogen de geluidsinstallaties niet gebruikt worden tussen 22 uur en 7 uur tenzij voor dringende mededelingen. De maximum geluidssterkte van die installatie dient in verhouding te staan tot de uitgestrektheid van het kampeerterrein. Tijdens jeugdkampen is het niet toegestaan (elektronische) geluidsversterkers te gebruiken. Enkel voor specifieke activiteiten die het gebruik van versterkers vereisen, zoals bijvoorbeeld volksdansen of een muziekspel, wordt een uitzondering gemaakt. Deze activiteiten mogen niet plaatsvinden tussen 22 uur en 12 uur en ze mogen maximum 2 uren duren. Artikel 8. Gebruik van een hudo De opslag van meststoffen, permanent of tijdelijk, is verboden op minder dan 100 meter van een vergund gebouw. Op de kampplaats duidt de verhuurder de locatie aan waar een hudo mag geïnstalleerd worden. Artikel 9. Activiteiten in de groene ruimten Niemand mag in de groene ruimten overgaan tot spelen die de gebruikers kunnen hinderen of de rust van de plaats of van de bezoekers kunnen verstoren. Het is verboden de plaatsen die voor welbepaalde spelen of sporten voorbehouden zijn, voor andere spelen of sporten of voor andere doeleinden te gebruiken. Maken van vuur in de groene ruimten Het is verboden vuur te maken in groene ruimten, behoudens een machtiging van de burgemeester. Kamperen Het is verboden in groene ruimten te kamperen in een tent, enig voertuig, caravan of mobilhome te verblijven, te slapen, behoudens vergunning van de burgemeester.
Verstoren van het natuurlijke milieu Het is verboden op welke manier dan ook door eigen toedoen of door toedoen van personen, dieren of zaken waarover men de hoede of toezicht heeft, de groene ruimten alsmede hun roerende goederen en monumenten te bevuilen. Het is verboden te baden in het water van groene ruimten of er wat dan ook in te wassen of onder te dompelen. Het is verboden: bomen te verminken, te schudden of te ontschorsen; takken, bloemen of andere planten af te rukken of af te snijden; palen of andere voorwerpen voor de bescherming van aanplantingen uit te rukken; wegen en dreven te beschadigen; zich te begeven in bloemperken en -tapijten, ze te vernietigen of te beschadigen en in bomen te klimmen. Verstoren van de vaste structuren Het is eveneens verboden op kunstwerken te klimmen en op plaatsen te komen waar dit volgens de opschriften verboden is. Artikel 10. Sancties Diegene die de bepalingen van de artikelen 2, 3, 5, 6, 7, 8 en 9 overtreedt, kan bestraft worden met een administratieve geldboete van maximum 250 euro. Er wordt noch een kampvuur noch een nachtspel toegelaten aan degenen die zich ontegensprekelijk niet hebben gehouden aan wettelijke bepalingen en inzonderheid deze met betrekking tot geluidsoverlast, respect voor eigendommen en brandveiligheid. Artikel 11. Bijlagen Als bijlagen worden toegevoegd aan onderhavig politiereglement: meldingsfiche kampen, door de verhuurder acht dagen voorafgaand aan het kamp over te maken aan de politie naamlijst deelnemers, door de kampverantwoordelijke ten laatste de eerste dag van het kamp te bezorgen aan de politie Het politiereglement op het houden van kampen wordt als bijlage 13. opgenomen in het Algemeen Politiereglement van de stad Aarschot.
Onderwerp : Gehandicaptenzorg premies en subsidies aan gezinnen L. Verrijt: “Het voorstel zoals het wordt voorgelegd, bepaalt dat een premie wordt toegekend aan ouders of opvoeders van een kind met een handicap en/of ongeschiktheid van minstens 66%. Ik pleit ervoor dat percentage naar beneden te halen, bijvoorbeeld naar 60 %. Door de 66 % te hanteren, vallen veel zorgbehoevende mensen uit de boot.” E. Vinckx: “De 66%-invaliditeitsnorm is algemeen gangbaar in het sociale beleid in Vlaanderen. Die hebben wij niet uitgevonden. We nemen hem over in dit voorstel omdat uiteraard ergens een lijn moet worden getrokken. Bovendien gaat u door de discussie over percentages voorbij aan de grond van de zaak: zeer weinig steden en gemeenten keren een dergelijke premie uit.” G. Schellens: “Men zou zich wel kunnen afvragen of het bedrag volstaat.” E. Vinckx: “Daar kan inderdaad over worden gediscussieerd.” J. Van de Schoot: “De 66%-norm is inmiddels achterhaald. De inschaling door de Vlaamse overheid gebeurt momenteel aan de hand van een quotering in punten. Het is daarom wel raadzaam na te gaan of geen conflicten kunnen ontstaan tussen het voorstel dat hier ter bespreking ligt enerzijds en de quoteringsmethode van de Vlaamse overheid anderzijds.” E. Vinckx: “We geven uw suggestie door aan het sociaal huis, dat dit voor de toekomst kan nagaan.” De gemeenteraad, Gelet op het Gemeentedecreet dd. 15.07.2005, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) en titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248264); Gelet op de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; Gelet op de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; Gelet op het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 29 februari 1996 houdende goedkeuring van een gemeentelijk reglement inzake controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen, aanpassing van reglement dd. 13.12.1990 aan de wet van 14 november 1983. Overwegende dat het billijk, gerechtvaardigd en nodig is een krediet te voorzien voor de toekenning van een premie voor de thuisverzorging van gehandicapte kinderen. Gelet op de begroting 2012 waarbij onder artikel 833/331-01 - “Gehandicaptenzorg premies en subsidies aan gezinnen” een totaal bedrag van € 7.000 is voorzien; Met 28 stemmen voor, / stemmen tegen en / onthoudingen;
BESLUIT: Art. 1. - Binnen de perken van het jaarlijks daartoe op de begroting ingeschreven en goedgekeurd krediet wordt een premie toegekend aan de moeders of opvoeders die hun gewone verblijfplaats in de Stad Aarschot hebben en de opvoeding verzorgen van een kind met een handicap en/of ongeschiktheid van minstens 66%. In de begroting 2012 is daartoe onder artikel 833/331-01 een krediet van € 7.000 ingeschreven. Art. 2. - De premie bedraagt per kind: - 100,00 euro indien het kind thuis opgevoed wordt; - 50,00 euro indien het kind in een instelling verblijft maar tijdens de weekends minstens één dag bij de ouder/opvoeder verblijft . Art. 3. - De premie kan worden aangevraagd: - jaarlijks, voor elk gehandicapt kind, tot en met het kalenderjaar, waarin het betrokken kind 25 jaar wordt; - door de moeder of opvoeder die de opvoeding van het kind behartigt, hetzij thuis, hetzij langs een instelling; - schriftelijk, bij het College van Burgemeester en Schepenen. Art.4.- Bij de aanvraag moeten volgende attesten worden gevoegd: - attest van de Kas voor Kinderbijslagen of van de Dienst Tegemoetkomingen aan de Mindervaliden, waaruit het percentage van de invaliditeit blijkt, - verklaring op eer van de aanvrager, waarin bevestigd wordt dat het betrokken kind hetzij thuis, hetzij in een instelling wordt opgevoed; - desgevallend een attest van de instelling, waar het kind opgevoed wordt, waarin wordt verklaard dat het gehandicapt kind tijdens de weekends minstens één dag thuis, bij de ouder/opvoeder, verblijft.
Onderwerp: Verslaggeving klachtenbehandeling 2011 De gemeenteraad Gelet op het Gemeentedecreet van 15.07.2005, zoals gewijzigd, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43); Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58); Titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering; Gelet op: de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; de beslissing van de gemeenteraad dd. 01.10.2007 houdende goedkeuring van het reglement klachtenbehandeling in toepassing van het gemeentedecreet, artikels 197 en 198; Overwegende hetgeen volgt: Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 stelt dat elke gemeenteraad een systeem van klachtenbehandeling organiseert. Dit systeem van klachtenbehandeling moet worden georganiseerd op het ambtelijk niveau van de gemeente en maximaal onafhankelijk van de diensten of departementen waarop de klachten betrekking hebben. Dergelijk systeem van klachtenbehandeling kan de dienstverlening ten goede komen. Elke gebruiker van onze dienstverleningen die een klacht uit, heeft recht op een grondige behandeling van zijn klacht. Bedoeling is dat een correcte klachtenbehandeling leidt tot een grotere tevredenheid van de burgers en tot een betere dienstverlening. Klachten hebben betrekking op het niet correct handelen van een dienst of departement, niet van een individu. Deze klachtenprocedure is niet van toepassing op vragen om informatie, meldingen, suggesties, beroepen, bezwaren of petities. Deze klachtenprocedure is niet van toepassing op algemene klachten over de regelgeving, algemene klachten over het (al dan niet) gevoerde beleid of klachten over beleidsvoornemens of verklaringen. Klachten waarvoor formele beroepsmogelijkheden bestaan, zijn niet ontvankelijk. Rond de klachtenprocedure is intern een ruime vorming opgezet, naar alle personeelsleden. NEEMT KENNIS VAN: onderhavige jaarlijkse rapportering in toepassing van artikel 7, §2 van het reglement klachtenbehandeling zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 1 oktober 2007. In 2011 behandelde de klachtenambtenaar 23 klachten. 1.
2.
3.
Klacht 1 dd. 15/01/2011: Deze klacht over het feit dat er onnodig een kids-ID aangevraagd werd door het departement Burgerzaken, was niet ontvankelijk. Het betreffende departement volgde namelijk de wettelijke procedure. Deze procedure werd ter informatie overgemaakt aan de klager. Klacht 2 dd. 22/02/2011: De klager meldde ons dat haar buurman zijn afval verbrandde en dat dit voor haar heel wat hinder met zich meebracht. De klacht werd voor verdere opvolging overgemaakt aan de politiezone Aarschot. De klager werd hiervan op de hoogte gebracht. Klacht 3 dd. 23/03/2011: De klager vroeg om de berm in de Doornbergstraat te verharden. De dienst Technische Zaken ging op 7 april 2011 ter plaatse en constateerde dat er zich geen verbeteringen opdrongen.
4.
5. 6.
7.
8. 9.
10.
11.
12.
13. 14.
15.
16.
17.
18.
19.
20. 21.
22.
Klacht 4 dd. 26/04/2011: Op 22/04/2010 ontving de klachtencoördinator een klacht met betrekking tot de firma Parkeerbeheer. Het college besliste toen om deze klacht voor beantwoording over te maken aan de firma Parkeerbeheer. De klager werd hiervan op de hoogte gebracht. Een jaar later liet de klager weten dat hij nog steeds geen antwoord van de firma Parkeerbeheer had ontvangen. Daarom stelde de mobiliteitsambtenaar zelf een antwoord aan de klager op. In dit antwoord legde de mobiliteitsambtenaar uit waarom de klager een parkeerretributie kreeg. Klacht 5 dd. 27/05/2011: De klager formuleerde zijn bedenkingen over het nieuwe woonproject op het Kapitein Gilsonplein. De dienst Ruimtelijke Ordening bezorgde de klager een antwoordbrief met een uitbreide toelichting van het project. Klacht 6 dd. 23/06/2011: De klager meldde dat er na de afvalophaling nog resten overbleven in zijn groene afvalbak. De klachtencoördinator informeerde zich bij de dienst Leefmilieu en samen besloten ze dat deze klacht niet ontvankelijk was. De klachtencoördinator bezorgde de klager een antwoord met een beschrijving van het proces voor het ledigen van een groene afvalbak. Bovendien haalde de klachtencoördinator nog enkele tips aan om te voorkomen dat er na de lediging resten achterblijven in de groene afvalbak. Klacht 7 dd. 01/07/2011: De klager was niet tevreden met de verkeersregeling naar aanleiding van het evenement ‘Dwars door het Hageland’. Bovendien vond zij dat de brief met de verkeersregeling te laat verstuurd werd. Er werd een antwoord verstuurd naar de klager. In de antwoordbrief werd uitgelegd waarom de stad de verkeersregeling niet eerder bekend kon maken, namelijk de onzekerheid over de afwikkeling van de verschillende werken in de binnenstad. Daarnaast werd in de antwoordbrief ook vermeld dat het stadsbestuur de binnenstad niet onnodig tracht af te sluiten. Klacht 8 dd. 16/08/2011: De klager meldde dat een bermmaaier van de stadsdiensten een muurtje omvergereden had. De dienst Technische Zaken zorgde voor een herstelling van het muurtje. De klager werd hiervan op de hoogte gebracht. Klacht 9 dd. 15/08/2011: De klager vond dat er bij het afsluiten van het centrum ter gelegenheid van de Sint-Rochusverlichting geen rekening werd gehouden met mindermobielen. De klachtencoördinator liet de klager weten dat het voor bepaalde grote evenementen noodzakelijk is om het centrum af te sluiten voor het verkeer en dat de stad haar uiterste best doet om hierover op gepaste wijze te communiceren. Klacht 10 dd. 19/08/2011: De klager meldde dat de riolen in de Paapbosstraat voor een groot gedeelte gevuld waren met zand, met wateroverlast tot gevolg. Deze klacht werd behandeld door de dienst Technische Zaken. Deze dienst ging ter plaatse en nam de volgende actiepunten op in de werkplanning: het leegmaken van de waterslikkers en de putten, het opkeren van de straat, het opvullen van de diepe putten in het asfalt. De klager werd hiervan op de hoogte gebracht. Klacht 11 dd. 26/08/2011: De klager vond dat er laattijdig gecommuniceerd werd over een wijziging van het bustraject van De Lijn naar aanleiding van een koers in de Elisabethlaan. De klachtencoördinator nam contact op met De Lijn om na te gaan waarom er niet tijdig gecommuniceerd werd over de wijziging van het bustraject. De Lijn beweerde geen melding van de stad Aarschot over de koers ontvangen te hebben. De politiezone Aarschot bracht De Lijn nochtans per e-mail op de hoogte over deze koers. De klachtencoördinator bracht de klager op de hoogte van deze spijtige samenloop van omstandigheden. Klacht 12 dd. 06/09/2011: De klager uitte zijn ongenoegen omtrent een proefopstelling op de Tieltsebaan te ScherpenheuvelZichem. Deze klacht was niet ontvankelijk aangezien deze proefopstelling zich niet op het grondgebied van Aarschot bevindt. De klager werd hiervan op de gebracht door de klachtencoördinator, die hem ook aanraadde contact op te nemen met het stadsbestuur van Scherpenheuvel-Zichem. Klacht 13 dd. 10/09/2011: Deze klacht met betrekking tot overmatig busverkeer in de Pieter Verhaegenlaan werd voor verdere afhandeling overgemaakt aan De Lijn. Klacht 14 dd. 11/09/2011: De klager meldde geluidsoverlast die veroorzaakt werd door klanten van café Het Rozenhof. Deze klachten werd voor verdere opvolging overgemaakt aan de politiezone Aarschot. De wijkagent zou contact opnemen met de uitbater van het betreffende café om te bekijken hoe de geluidsoverlast vermeden kan worden. De klager werd hiervan op de hoogte gebracht. Klacht 15 dd. 15/09/2011: De klager meldde dat het speelterrein aan de Tieltseweg in Rillaar bezaaid lag met giftige taxusbessen. Deze klacht werd behandeld door de dienst Leefmilieu en de groendienst. De bessen werden zo snel mogelijk verwijderd en er werden maatregelen getroffen om in de toekomst het gevaar in te dijken. De klachtencoördinator bracht de klager hiervan op de hoogte. Klacht 16 dd. 21/09/2011: De klager uitte zijn ongenoegen met betrekking tot de verkeersdrukte in de Amerstraat. Bovendien meldde hij dat er drankblikjes rondslingerden en hondenpoep lag. Het laatste gedeelte van deze klacht werd verder opgevolgd door de politiezone Aarschot. Wat het eerste gedeelte van de klacht betreft, legde de klachtencoördinator in een antwoordbrief uit dat de verkeersdrukte in de Amerstraat te wijten was aan een tijdelijke verkeersomleiding. Er werd gevraagd aan de politiezone Aarschot om de verkeerssituatie na het invoeren van de definitieve verkeerscirculatie in de gaten te houden. De klager werd hiervan op de hoogte gebracht. Klacht 17 dd. 03/10/2011: De klager was niet tevreden over de zonale snelheidsreglementering en communicatie bij de invoering ervan. Bovendien maakte hij melding van een verouderd stratenplan. Het eerste gedeelte van deze klacht werd overgemaakt aan de politiezone Aarschot. Zij lieten weten de zonale snelheidsreglementering via diverse kanalen naar de bevolking gecommuniceerd werd en dat hij eventuele opmerkingen over de correctheid van de instelling van deze reglementering mocht overmaken. Dit antwoord werd aan de klager overgemaakt. Wat het verouderd stratenplan betreft, vroeg de klachtencoördinator om welk stratenplan het precies ging, maar hierop heeft de klager niet gereageerd. Klacht 18 dd. 06/11/2011: De klager had verschillende opmerkingen over het kerkhof: de boskant van de strooiweide lag er slordig bij, de klager ondervond er geurhinder van een dierenasiel in de buurt, er bleef licht branden en er moest een beeld gerestaureerd worden. Bovendien maakte de klager melding van overhangende takken aan de Oude Mechelsebaan en de Lindekensstraat. De verschillende klachten werden overgemaakt aan de dienst Technische Zaken. Deze dienst zou de nodige maatregelen treffen met betrekking tot de opmerkingen over het kerkhof. Aangaande de overhangende takken werden de betrokkenen aangeschreven met de vraag om de nodige snoeiwerken uit te voeren. Klacht 19 dd. 02/11/2011: De klager uitte zijn ongenoegen over de hoge belasting op onbebouwde percelen. De klachtencoördinator legde in haar antwoordbrief uit dat de verhoging van de betreffende belasting een verplichting is die door de hogere overheid werd opgelegd. Klacht 20 dd. 16/11/2011: De klager uitte zijn ongenoegen over de ovonde die ter hoogte van de schoolomgeving van het Damiaaninstituut werd aangelegd. De klachtencoördinator behandelde deze klacht en maakte een antwoord over aan de klager. Klacht 21 dd. 17/11/2011: De klager meldde dat er een kabel over de stoep voor zijn huis lag. Bovendien werd deze kabel met klemmen vastgemaakt aan zijn voorgevel. Hij vroeg zich af of dit zomaar kon zonder de bewoners op de hoogte te brengen. De klachtencoördinator besprak deze klacht met de dienst Technische Zaken en bracht de klager ervan op de hoogte dat hij best contact kon opnemen met de betreffende nutsmaatschappij. Klacht 22 dd. 18/11/2011: De klager uitte zijn bezorgdheid over de foutieve aanpak van de afvoer van vuil water vanuit de Dennenlaan via de Sparrenweg, met geurhinder tot gevolg. Deze klacht werd behandeld door de dienst Technische Zaken. Er werd naar een oplossing voor het probleem gezocht en deze oplossing werd meegedeeld aan de klager.
23. Klacht 23 dd. 07/12/2011: De klager vroeg zich af of haar parkeerboete geannuleerd kon worden aangezien zij niet wist dat haar bewonerskaart niet geldig was in de zone waar zij geparkeerd stond. De klachtencoördinator informeerde zich bij de dienst Technische Zaken en bracht de klager ervan op de hoogte dat een annulering van de parkeerboete niet mogelijk was. De stad werkt verder aan een degelijke, toegankelijke dienstverlening. Klachten en meldingen kunnen daarin een belangrijke rol spelen. We hopen dat de betrokkenen verder een constructieve houding aannemen tegenover klachten en meldingen en de mogelijkheden die ze bieden.
Onderwerp: OCMW : BUDGETWIJZIGING NR. 2– 2011 IN EXPLOITATIE EN INVESTERINGEN De gemeenteraad, Gelet op de budgetwijziging nr. 2 – 2011 in exploitatie en investeringen, zoals vastgesteld door de OCMW-raad van 27 december 2011 en overgemaakt aan het gemeentestuur van Aarschot, in toepassing van art. 150 en art. 156 van het OCMW-decreet van 19.12.2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, op datum van 16.01.2012; Gelet op de bespreking tijdens de zitting; Aangezien deze budgetwijziging de tegemoetkoming van de gemeente niet verhoogt; Met 24 stemmen voor (CD&V – Open VLD – SP.A – Groen! – PVD), / stemmen tegen en 4 onthoudingen (Alain Van den Broeck – Luc Verrijt – Claudia Van der Stappen – Nico Creces);
BESLUIT : Artikel 1 : De gemeenteraad neemt kennis van de budgetwijziging nr. 2 – 2011 in exploitatie en investeringen van het OCMW. Artikel 2 : De drie exemplaren van de goedgekeurde budgetwijziging worden voor verder gevolg overgemaakt aan het OCMW van Aarschot.
Onderwerp: Vragen van raadslid Luc Verrijt 1.
Werken aan de oude demer arm gelegen aan de demer vallei parking
Begin deze week ben ik de desbetreffende dossier op de dienst milieu gaan inkijken en bij gebrek van een kostenraming en/of uitvoeringsdossier van de werken Wens enkelvragen te stellen aan de bevoegde schepen van openbare werken Vraag 1: zijn de oorzaken van vervuiling van de waterbodem vastgesteld en wat zijn de maatregelen die moeten worden genomen Vraag 2: deze werken worden afgestemd of uitgevoerd voor de waterhuishouding terug naar een bepaald pijl te brengen welke Vraag 3: zijn de schadelijke effecten van het baggeren en ruimen onderzocht en zijn de nodige maatregelen getroffen om deze tot een minimum te herlijden wat zijn de maatregelen Vraag 4: hoe zal het vervoer en het storten van het slip geschieden een opsomming van de werking/verwerking Vraag 5: langs heen de diestsesteenweg aan de nieuw motte licht het probleem van slipafzetting en zo vervolgd de afzetting van slip richting oude demerarm wegens het gebrekig onderhoud door de bevoegde instanties. Wat gaat de bevoegde schepen hier aan doen M. Swinnen: “Het onderhoud van de Motte staat elk jaar op het onderhoudsprogramma van de provincie. Dit jaar werd een grondige ruiming uitgevoerd en gebeurde een grondig onderhoud aan alle zijtakken. Daarnaast werd nagegaan hoe we ter hoogte van Tielt het volume water kunnen afremmen, bijvoorbeeld door de grachten die zich daar langs de snelweg bevinden uit te diepen om extra berging te creëren.” C. Verlinden: “Er treedt iets meer verzanding op sinds het water aan de molen wordt opgestuwd, maar dit gebeurt in overleg met de provincie, die inderdaad zorgt voor een degelijke ruiming van de Motte. Schepen Wolput bezorgt u bovendien een uitgebreid schriftelijk antwoord op uw vraag.” 2.
Krotwoning ontsiert binnenstad
Elke respecterende burgemeester en tevens schepen van ruimtelijke ordening moet een actief beleid voeren naar leefbaarheid en reinheid in de stad waar hij burgemeester is het kan toch niet zijn dat er 2.000.000 euro word uitgetrokken op de grote markt in een ander kleedje te steken terwijl twee straten verder vier a vijf krotwoningen staan terwijl honderden mensen opzoek zijn naar een betaalbare woning wordt in de stad aarschot geen actief beleid naar betaalbare woningen gehandhaafd
Daarom de volgende vragen Is de burgemeester en tevens schepen van ruimtelijke ordening op de hoogten van verloedering van vier a vijf huizen in de nieuwstraat zoja wat onderneemt de burgemeester dan Nu dat het in de aandacht van de burgemeester is gebracht wat zijn maatregelen en op welke termijn gaan die worden uitgevoerd De burgemeester moet dit niet doorschuiven naar een of ander instantie wand volgens de nieuw gemeentewet is de burgemeester nog steeds verantwoordelijk voor orden en reinheid in de stad A. Peeters: “U vraagt, wij draaien. De Samenwerkende Bouwmaatschappij voor Goedkope Woningen gaat het nodige doen en start hier een project. Volgens de planning zal het voorontwerp nog dit jaar klaar zijn. Men hoopt dat het eigenlijke project op het programma van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen voor 2013 komt.” Mondelinge vragen van raadsleden G. Schellens: “Ik verzoek u mij met betrekking tot het leegstandsregister de stand van zaken mee te delen.” N. Creces: “Ik krijg graag een schriftelijk antwoord op de vraag hoeveel het verlies bedraagt dat de stad per 1 februari 2012 heeft geleden door de instap in Dexia.”