PROVINCIE ANTWERPEN ARRONDISSEMENT ANTWERPEN GEMEENTE WUUSTWEZEL GEMEENTERAADSZITTING DD. maandag 3 december 2012 Aanwezig
Verontschuldigd Afwezig Plaats Aanvang
Ansoms J. - Burgemeester - Voorzitter Breugelmans K., Bogaerts L., Philipsen P., Mertens-Van Thillo M., Wouters D. - Schepenen Van Gils M. - OCMW-voorzitter met raadgevende stem Van Aperen J., Van Hasselt W., Smeulders H., Verelst Gl., Bellens P., Aernouts M., De Smedt H., Keysers Gr., Stes St., Peeters L., Goetstouwers M., Van Dyck C., Segers A., De Lombaert E., Cools F., Delandsheer D., Vorsselmans W. - Raadsleden Loos L. - Gemeentesecretaris Van Hooydonck E., Raadslid Boeckmans A., Raadslid raadzaal van het gemeenschapscentrum “Blommaert”, Gemeentepark 22, 2990 Wuustwezel. 20:00
OPENBARE VERGADERING 1.
BESTUUR EN ADMINISTRATIE
01) Vaststelling gemeentelijke bijdrage 2013 in het beheer van de domeinen aangekocht door Kempens Landschap. Gelet op het gemeentedecreet; Overwegende dat het gemeentebestuur lid is van de vzw Kempens Landschap; Overwegende dat de vzw Kempens Landschap in de afgelopen 2 jaar volgende eigendommen heeft verworven op ons grondgebied: Percelen grond in het bosgebied Bleke Heyde; Het domein van de zusters Franciscanessen te Gooreind; Overwegende dat het gemeentebestuur instaat voor het beheer en inrichting van deze terreinen; het Kempens Landschap zal het gemeentebestuur hierin bijstaan en begeleiden; Gelet op het schrijven d.d. 9 november 2012 van Kempens Landschap, Peredreef 5, 2580 Beerzel waarbij aan het gemeentebestuur gevraagd wordt om volgende kredieten te voorzien: Opname in de begroting van 12.250 euro bij goedkeuring van het Leaderproject ‘SintFranciscus in de kijker, een verhaal van educatie en recreatie’, zijnde de 35% eigen inbreng in de kosten van dit project voor het jaar 2013; Opname in de begroting van 14.000 euro voor de inzet van de Landschapsdokters op het domein Franciscanessen; Opname in de begroting van 8.000 euro voor een publiekshappening in het kader van de participatie aan het landschap- en bosbeheerplan voor het domein; Opname in de begroting van 3.100 euro, zijnde de 50% eigen inbreng in de plaatsing van banken en een bareel in het kader van een Europees Interregprogramma; Opname in de begroting van 7.500 euro (een indicatief/nog te verfijnen bedrag) voor de visievorming rond de invulling van de Heidebloem; Gelet op volgende kredieten ingeschreven in het ontwerp-budget 2013; 76219/332-02: het religieus erfgoed van het domein van de Zusters Franciscanessen (Sint-Franciscus in de kijker): 12.250 euro;
GR 3 december 2012
1
766/332-01: bijdrage Kempens Landschap: 19.000 euro ( (0,1 euro/inwoner als bijdrage, 14.000 euro voor de Landschapsdokters en 3.000 euro voor het plaatsen van banken en een bareel); 766/140-06; onderhoud van het domein (door gemeentelijke diensten): 10.000 euro; 76603/332-01: toelage aan Kempens Landschap voor de opmaak van landschapsbeheersplannen; 76204/733-60: ereloon voor de renovatie van Heidebloem: 10.000 euro; het gemeentebestuur wenst hiertoe zelf een studiebureel aan te stellen; Gelet op de besprekingen met afgevaardigden van Kempens Landschap; BESLUIT, met eenparigheid van stemmen: Art. 1. Goedkeuring te verlenen aan volgende beheersprojecten van de Stichting Kempens Landschap in het domein van de Zusters Franciscanessen waarbij tevens gemeld wordt dat volgende kredieten zullen ingeschreven worden in het gemeentebudget 2013 onder artikel: 76219/332-02: het religieus erfgoed van het domein van de Zusters Franciscanessen (Sint-Franciscus in de kijker): 12.250 euro; 766/332-01: bijdrage Kempens Landschap: 19.000 euro (0,1 euro/inwoner als bijdrage, 14.000 euro voor de Landschapsdokters en 3.000 euro voor het plaatsen van banken en een bareel); 766/140-06: onderhoud van het domein (door gemeentelijke diensten): 10.000 euro; 76603/332-01: toelage aan Kempens Landschap voor de opmaak van landschapsbeheersplannen: 1.000 euro. 76204/733-60: ereloon voor de renovatie van Heidebloem: 10.000 euro (het gemeentebestuur staat hierbij zelf in voor de aanduiding van een studiebureau). Art. 2. Afschrift van dit besluit over te maken aan de bevoegde diensten. 2.
VEILIGHEIDSDIENSTEN
02) Overdracht vergoeding aan de hulpverleningszone Rand in verband met detacheringsovereenkomsten 2009 afgesloten met de Belgische staat, FOD Binnenlandse zaken en dit met het oog op de brandweerhervorming. Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming; Gelet op de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid; Gelet op het Koninklijk Besluit van 2 februari 2009 tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones; Overwegende dat onze hulpverleningszone gekend is als hulpverleningszone Antwerpen 3 (later genoemd Rand) en thans nog 22 gemeenten bevat; Gelet op de Ministeriële omzendbrief van 11 maart 2009 betreffende de Task Forces, coördinatiestructuren voorafgaand aan de hulpverleningszones, inzonderheid punt 7. aangaande de financiering van de Task Forces; Overwegende dat er een subsidie voorzien werd als steun aan de lokale entiteiten tot opstart van de hulpverleningszones; Overwegende dat de FOD Binnenlandse Zaken ervaren personeel nodig had om de opdrachten van de Task Forces te kunnen volbrengen; Overwegende dat de FOD Binnenlandse Zaken niet beschikt over de praktische en nodige vaardigheden en kennis in verband met de materies die behandeld dienen te worden door de Task Forces; Overwegende dat de leden van de Task Force (voornamelijk brandweerofficieren in statutair verband) ondersteund door enkele administratieve personeelsleden sinds 1 mei 2009 veel tijd gespendeerd hebben aan de brandweerhervorming; Overwegende dat volgende gemeentelijke personeelsleden actief betrokken waren bij de opstart van de brandweerhervorming: GR 3 december 2012
2
Erik Janssen, brandweercommandant als lid van de Task Force; Luc Loos, gemeentesecretaris als secretaris van de vergaderingen van het prezonecollege en de prezoneraad; Overwegende dat voor voornoemde personeelsleden een detacheringsovereenkomst werd afgesloten zodat de vergoedingen voor de prestaties geleverd in de periode 1 mei 2009 – 31 december 2009 met het oog op de brandweerhervorming, konden gerecupereerd worden; Gelet op de beslissing van de prezoneraad van de hulpverleningszone van 3 december 2009 waarbij de gemeentebesturen van Malle, Brasschaat, Kapellen, Edegem en Wuustwezel zich verbonden om deze gelden ter beschikking te stellen van de hulpverleningszone Rand; Overwegende dat er op 5 januari 2010 een bedrag van 25.910,97 euro werd overgemaakt op de rekening van de gemeente Wuustwezel; dit bedrag werd geplaatst op een wachtrekening; Gelet op het besluit van de prezoneraad van 23 oktober 2012 tot het opvragen van voornoemde detacheringsvergoedingen; de zone Rand voldoet thans aan de 5 voorwaarden om rechtspersoonlijkheid te verkrijgen; Gelet op het schrijven d.d. 30 oktober 2012 van de Hulpverleningszone Rand waarbij voornoemd bedrag opgevraagd wordt; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; BESLUIT, met eenparigheid van stemmen: Art. 1. Aan de hulpverleningszone Rand zal een bedrag van 25.910,97 euro gestort worden, zijnde het ontvangen bedrag van de detacheringsovereenkomsten 2009 afgesloten met de Belgische staat, FOD Binnenlandse zaken en dit met het oog op de brandweerhervorming. Art. 2. Afschrift van dit besluit voor verder gevolg over te maken aan de bevoegde diensten. 3.
OCMW
Met eenparigheid van stemmen wordt overgegaan tot behandeling van volgend punt bij hoogdringendheid. 03) Kennisname wijziging exploitatiebudget 2012/001 en investeringsbudget 2012/B. Gelet op het raadsbesluit dd. 5 december 2011 houdende goedkeuring van het OCMWbudget 2012 met meerjarenplanning 2012-2014; Gelet op het besluit van de OCMW-raad dd. 13 november 2012 houdende goedkeuring van de budgetwijziging 2012/001 (exploitatiebudget) en 2012/B (investeringsbudget); Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op de omzendbrief BB 2011/03 van 15 juli 2011 houdende onderrichtingen voor het opstellen van de budgetten voor 2012 van de gemeenten en de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn van het Vlaamse Gewest; Gelet op de toelichting gegeven door de OCMW-voorzitter, de heer M. Van Gils; Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Neemt kennis van de budgetwijziging 2012/001 (exploitatiebudget) en 2012/B (investeringsbudget) van het OCMW-budget 2012, zoals vastgesteld door de OCMW-raad in haar zitting van 13 november 2012. 04) Goedkeuring OCMW-budget 2013 met meerjarenplanning 2013-2015. Gelet op het gemeentedecreet Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
GR 3 december 2012
3
Gelet op de omzendbrief BB 2012/1 van 20 juli 2012 van het Vlaams ministerie van Bestuurszaken, Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de instructies voor het opstellen van de budgetten en meerjarenplannen voor 2013 van de gemeenten en van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Vlaamse Gewest; Gelet op het OCMW-budget 2013 met meerjarenplanning 2013-2015, goedgekeurd door de OCMW-raad in zitting van 13 november 2012, waaruit blijkt dat het werkingstekort 2.505.000 euro bedraagt; Gelet op de bijgevoegde meerjarenplanning 2013-2015; Gelet op het advies van de raadscommissie “Financiën en Grondgebonden Materies” en “Persoonsgebonden Materies” dd. 29 november 2012; Gelet op de toelichting gegeven door de OCMW-voorzitter, de heer M. Van Gils; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; BESLUIT, met 13 stemmen voor (Ansoms J., Breugelmans K., Bogaerts L., Philipsen P., Mertens-Van Thillo M., Wouters D., Verelst Gl., Aernouts M., Keysers Gr., Stes St., Peeters L., Goetstouwers M., Segers A.) en 1 stem tegen (De Lombaert E.) en 9 stemmen onthouding (Van Aperen J., Van Hasselt W., Smeulders H., Bellens P., De Smedt H., Van Dyck C., Cools F., Delandsheer D., Vorsselmans W.): Art. 1. Het OCMW-budget 2013 met meerjarenplanning 2013-2015 goed te keuren; alzo wordt aan het OCMW een dotatie verstrekt van 2.505.000 euro. Art. 2. Afschrift van dit besluit voor verder gevolg over te maken aan de bevoegde diensten. 4.
KERKRADEN
05) Goedkeuring van het budget 2013 en het geactualiseerd meerjarenplan 2008-2013 van de kerkfabriek van Loenhout Sint-Petrus en Paulus. Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid artikel 45 tot en met 50; Gelet op het besluit van de kerkraad van Loenhout Sint-Petrus en Paulus van 18 juni 2012 waarin goedkeuring wordt verleend aan het budget 2013 van de kerkfabriek van Loenhout; Overwegende dat dit besluit voor advies overgemaakt werd aan het bisdom van Antwerpen; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Neemt akte van het budget 2013 en van het geactualiseerd meerjarenplan 2008-2013 van de kerkfabriek van Loenhout Sint-Petrus en Paulus. 5.
OPDRACHTHOUDENDE EN DIENSTVERLENENDE VERENIGINGEN
6.
ONDERWIJS
7.
PERSONEEL
06) Aktename van de naamswijziging van ontvanger naar financieel beheerder vanaf 1 januari 2013. Gelet op artikel 3 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2012 betreffende de inwerkingtreding van diverse bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en van het decreet van 29 juni 2012 tot wijziging van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en betreffende de uitvoering van artikel 308 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 dat bepaalt: “De gemeenteraad stelt in zijn installatievergadering op de eerste werkdag van de maand januari 2013 de ontvanger aan als financieel beheerder, met behoud van de verworven rechten inzake het geldelijk statuut met toepassing van artikel 308, §1,3°, van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005.”;
GR 3 december 2012
4
Gelet op de omzendbrief dd. 19 oktober 2012 waarin toelichting wordt gegeven bij dit artikel en vermeld wordt dat de gemeenteraad formeel akte dient te nemen van de definitieve en volledige omvorming van het ambt van plaatselijk ontvanger in het ambt van financieel beheerder en dat de huidige titularissen van het ambt van plaatselijke ontvanger allemaal ambtshalve aangesteld worden als financieel beheerder; Overwegende dat de gemeenteraad wordt geacht formeel akte te nemen van het volledig in werking treden op 1 januari 2013 van alle decreetsbepalingen betreffende het ambt van financieel beheerder, in het bijzonder de inwerkingtreding van artikel 76, §1, eerste lid, van het Gemeentedecreet, dat formeel het ambt van financieel beheerder instelt; BESLUIT, met eenparigheid van stemmen: Art. 1. Neemt akte van het volledig in werking treden op 1 januari 2013 van alle decreetsbepalingen betreffende het ambt van financieel beheerder, in het bijzonder de inwerkingtreding van artikel 76, §1, eerste lid, van het Gemeentedecreet, dat formeel het ambt van financieel beheerder instelt. De wijziging van de ambtsbenaming brengt geen wijziging mee van de rechtspositieregeling die op het ambt van toepassing is. Art. 2. Een uittreksel van dit besluit wordt bezorgd aan betrokkene en aan de bevoegde diensten. 8.
FINANCIEN
07) Verdeling toelagen aan instellingen voor gehandicapten 2011 waarvoor geen bijzonder verdelingsreglement is voorzien. Overwegende dat in het budget 2011 onder artikel 833 02/332/02 een toelage voorzien werd aan instellingen voor gehandicapten niet begeleid, en waarvoor geen verdelingsreglement bestaat; Overwegende dat het tot de gemeenteraad behoort, voor de niet nominatieve subsidies, de verdeling nominatief en de toekennings- en controlemodaliteiten vast te stellen; Gelet op de wet van 14 november 1983 inzake controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Gelet op het gemeentedecreet; BESLUIT, met eenparigheid van stemmen: Art. 1. De hierna vermelde, in het budget 2011 voorziene toelagen, worden als volgt verdeeld: 833 02/332/02: Toelage aan instellingen voor gehandicapten niet begeleid: Clara Fey, Bethaniënlei 5 , 2960 Brecht 120 euro DVC Sint-Jozef, Galjoenstraat 2, 2030 Antwerpen 285 euro Zevenbergen, Boerenkrijglaan 25, 2520 Ranst 525 euro St. Oda, Breugelweg 200, 3900 Overpelt 75 euro Kadodder, Zandstraat 17, 2980 Zoersel 45 euro ’t Zwart Goor, Zwart Goor 1, 2330 Merksplas 225 euro Emiliani, Krekelstraat 17, 9160 Lokeren 75 euro Ganspoel vzw, Ganspoel 2, 3040 Huldenberg 150 euro Art. 2. Voor verenigingen welke een subsidie ontvangen vanaf 1.250,00 euro wordt de wet van 14 november 1983 toegepast inzake de controle op de toelagen en op de aanwending van sommige toelagen. Overeenkomstig artikel 4 van voornoemde wet dient elke vereniging binnen de zes maanden na ontvangst van de subsidie, een gedetailleerd verslag over de aanwending van de subsidie in te sturen; dit geldt enkel voor subsidies van 1.250,00 euro en meer. Art. 3. Onderhavig besluit voor passend gevolg over te maken aan de bevoegde diensten. GR 3 december 2012
5
08) Goedkeuring budgetwijzigingen 7 (gewone dienst) en 8 (buitengewone dienst) van budget dienstjaar 2012. Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op het raadsbesluit van 5 december 2011 houdende goedkeuring van het budget 2012; Gelet op het raadsbesluit van 26 maart 2012 houdende goedkeuring van de budgetwijzigingen 1 en 2; Gelet op het raadsbesluit van 25 juni 2012 houdende goedkeuring van de budgetwijzigingen 3 en 4; Gelet op het raadsbesluit van 24 september 2012 houdende goedkeuring van de budgetwijzigingen 5 en 6; Gelet op de omzendbrief BB-2011/03 dd. 15 juli 2011 van het Vlaams ministerie van Bestuurszaken houdende de instructies voor het opstellen van de budgetten en de meerjarenplannen voor 2012 van de gemeenten en van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Vlaamse Gewest; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen tot het aanbrengen van een gewone en buitengewone budgetwijziging; Gelet op het voorstel van het managementteam van 26 november 2012; Gelet op de toelichting gegeven door de burgemeester; BESLUIT, met 13 stemmen voor (Ansoms J., Breugelmans K., Bogaerts L., Philipsen P., Mertens-Van Thillo M., Wouters D., Verelst Gl., Aernouts M., Keysers Gr., Stes St., Peeters L., Goetstouwers M., Segers A.) en 10 stemmen onthouding (Van Aperen J., Van Hasselt W., Smeulders H., Bellens P., De Smedt H., Van Dyck C., De Lombaert E., Cools F., Delandsheer D., Vorsselmans W.): Art. 1. De wijzigingen 7 (gewone dienst) en 8 (buitengewone dienst) aan het budget dienstjaar 2012 worden goedgekeurd. De hiernavolgende tabellen geven een overzicht van het budget 2012 na de wijzigingen nummers 7 en 8: Gewone dienst: ontvangsten: 19.287.942,00 euro uitgaven: 21.917.461,00 euro resultaat van het dienstjaar: - 2.629.519,00 euro algemeen budgetresultaat v/h vorige jaar: 3.272.527,99 euro geraamd algemeen budgetresultaat: 643.008,99 euro Buitengewone dienst: ontvangsten: 9.735.185,00 euro uitgaven: 4.928.794,00 euro resultaat van het dienstjaar: 4.806.391,00 euro algemeen budgetresultaat v/h vorige jaar: - 4.743.034,87 euro geraamd algemeen budgetresultaat: 63.356,13 euro Art. 2. Afschrift van dit besluit zal samen met de budgetwijzigingen voor goedkeuring worden overgemaakt aan de Vlaamse overheid, afdeling Antwerpen. 09) Goedkeuring van het meerjarig financieel beleidsplan 2013-2018. Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de omzendbrief BB 2012/1 van 20 juli 2012 van het Vlaams Ministerie van Bestuurszaken, Agentschap voor Binnenlands Bestuur houdende de instructies voor het opstellen van de budgetten en meerjarenplannen voor 2013 van de gemeenten en van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Vlaamse Gewest; Overwegende dat in voornoemde omzendbrief gemeld wordt dat de artikelen 146 en 147 van het gemeentedecreet nog niet in werking zijn getreden; derhalve moeten volgende dossiers opgesteld worden:
GR 3 december 2012
6
een algemeen beleidsprogramma; een meerjarig financieel beleidsplan; Gelet op het raadsbesluit van 5 november 2007 houdende goedkeuring van het algemeen beleidsprogramma 2007-2012; Gelet op artikel 146 van het gemeentedecreet waarbij bepaald is dat het meerjarenplan bestaat uit een strategische nota en een financiële nota (meerjarig financieel beleidsplan 2013-2018); Overwegende dat er binnen het managementteam het meerjarig financieel beleidsplan 20132018 werd opgesteld welke overlegd werd met het college van burgemeester en schepenen; in dit meerjarig financieel beleidsplan wordt verduidelijkt hoe het financiële evenwicht wordt gehandhaafd en worden de financiële consequenties van de beleidsopties weergegeven; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Gelet op het gunstig advies van het managementteam dd. 26 november 2012; Gelet op het gunstig advies van de raadscommissie “Financiën en Grondgebonden Materies” dd. 29 november 2012; Gelet op de toelichting gegeven door de burgemeester; BESLUIT, met 13 stemmen voor (Ansoms J., Breugelmans K., Bogaerts L., Philipsen P., Mertens-Van Thillo M., Wouters D., Verelst Gl., Aernouts M., Keysers Gr., Stes St., Peeters L., Goetstouwers M., Segers A.) en 10 stemmen onthouding (Van Aperen J., Van Hasselt W., Smeulders H., Bellens P., De Smedt H., Van Dyck C., De Lombaert E., Cools F., Delandsheer D., Vorsselmans W.): Art. 1. Goedkeuring wordt verleend aan het hierbij gevoegde meerjarig financieel beleidsplan 2013-2018. Art. 2. Afschrift van dit besluit voor verder gevolg over te maken aan de bevoegde diensten. 10) Goedkeuring van het budget 2013. Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de omzendbrief BB 2012/1 van 20 juli 2012 van het Vlaams Ministerie van Bestuurszaken, Agentschap voor Binnenlands Bestuur houdende de instructies voor het opstellen van de budgetten en meerjarenplannen voor 2013 van de gemeenten en van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Vlaamse Gewest; Gelet op het raadsbesluit van 3 december 2012 houdende goedkeuring van het meerjarig financieel beleidsplan 2013-2018; Gelet op artikel 149 van het gemeentedecreet waarbij bepaald is dat het budget bestaat uit een beleidsnota en een financiële nota; Overwegende dat er binnen het managementteam een beleidsnota werd opgesteld welke overlegd werd met het college van burgemeester en schepenen; Overwegende dat er binnen het managementteam eveneens een financiële nota werd opgesteld welke overlegd werd met het college van burgemeester en schepenen; tot nader order stemt deze financiële nota overeen met de begroting zoals bedoeld in het gemeentedecreet; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Gelet op het gunstig advies van de jeugdraad dd. 2 december 2012; Gelet op het gunstig advies van de cultuurraad dd. 12 november 2012; Gelet op het gunstig advies van de sportraad dd. 26 november 2012; Gelet op het gunstig advies van de ouderen adviesraad dd. 24 oktober 2012; Gelet op het gunstig advies van de raad voor welzijn en gezondheid dd. 18 oktober 2012; Gelet op het gunstig advies van de mondiale raad dd. 10 oktober 2012; Gelet op het gunstig advies van de MINA raad dd. 19 november 2012; Gelet op het gunstig advies van het managementteam dd. 26 november 2012; Gelet op het gunstig advies van de raadscommissie “Financiën en Grondgebonden Materies” dd. 29 november 2012;
GR 3 december 2012
7
Gelet op de toelichting gegeven door de burgemeester; BESLUIT, met 13 stemmen voor (Ansoms J., Breugelmans K., Bogaerts L., Philipsen P., Mertens-Van Thillo M., Wouters D., Verelst Gl., Aernouts M., Keysers Gr., Stes St., Peeters L., Goetstouwers M., Segers A.) en 10 stemmen onthouding (Van Aperen J., Van Hasselt W., Smeulders H., Bellens P., De Smedt H., Van Dyck C., De Lombaert E., Cools F., Delandsheer D., Vorsselmans W.): Art. 1. Goedkeuring wordt verleend aan de hierbij gevoegde beleidsnota en financiële nota van het budget 2013. Art. 2. Afschrift van dit besluit voor verder gevolg over te maken aan de bevoegde diensten. 11) Verdeling subsidies 2013 waarvoor geen bijzonder verdelingsreglement is voorzien. Overwegende dat in het budget 2013: niet-nominatieve subsidies voorzien zijn en waarvoor geen verdelingsreglement bestaat; nominatieve subsidies voorzien zijn waarvan de toekennings- en controlemodaliteiten moeten bepaald worden; Overwegende dat het tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om: voor de niet-nominatieve subsidies: de verdeling nominatief en de toekennings- en controlemodaliteiten vast te stellen; voor de nominatieve subsidies: de toekennings- en controlemodaliteiten vast te stellen; Gelet op de wet van 14 november 1983 inzake de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Gelet op het gemeentedecreet; BESLUIT, met eenparigheid van stemmen: Art. 1. De verdeling van de subsidies die in het budget 2013 voorzien vastgesteld: 561 01/332-02 Subsidie toerisme Wuustwezel 761 10/332-02 Subsidie jeugdraad 761 16/332-02 Subsidie speelpleinwerking 761 20/332-02 Subsidie jeugdhuis De Raap 762/332-02 Subsidie heemkundige kring (benamingen straten domein franciscanessen) 762 02/332-02 Subsidie culturele raad 762 09/332-02 Subsidie heemkundige kring 762 11/332-02 Subsidie programmatie VZW 762 21/332-02 Subsidie puntpop 763 02/332-02 Subsidie bloemencorso 764 04/332-02 Subsidie sportraad 764 09/332-02 Subsidie cyclo-cross Loenhout 826 01/332-02 Subsidie VZW cursusdienst 833 01/332-02 Subsidie aan instellingen voor gehandicapten VZW De Schelp 833 03/332-02 Subsidie VZW Het Nest 833 06/332-02 Subsidie aan sportverenigingen voor gehandicapten KVG Wuustwezel-Gooreind KVG Loenhout 833 09/332-02 Subsidie revalidatiecentrum Revalidatiecentrum Nieuwmoerse Steenweg
GR 3 december 2012
zijn, wordt als volgt 3.250,00 euro 10.500,00 euro 11.000,00 euro 3.250,00 euro 5.000,00 euro 10.000,00 euro 2.650,00 euro 15.000,00 euro 2.500,00 euro 2.500,00 euro 5.000,00 euro 2.500,00 euro 20.000,00 euro 9.500,00 euro 1.500,00 euro 75,00 euro 75,00 euro 5.500,00 euro
8
834 03/332-02 844 03/332-02
Subsidie ouderen adviesraad 4.300,00 euro Subsidie instellingen onthaalmoeders Dienst onthaalgezinnen Centrum 400,00 euro 844 06/332-02 Subsidie VZW veilig naar school 21.000,00 euro 844 07/332-02 Subsidie CODA 2.000,00 euro 849 04/332-02 Subsidie mondiale raad 8.500,00 euro 871 02/332-02 Subsidie raad voor welzijn en gezondheid 15.000,00 euro 871 04/332-02 Subsidie kind en gezin Centrum 1.500,00 euro Art. 2. De ontvangen subsidie zal door de verenging aangewend worden voor het doel waarvoor de vereniging werd opgericht volgens de statuten. De gemeentelijke subsidie zal enkel kunnen aangewend worden voor betalingen die gebeuren binnen de geldende wetgeving. Art. 3. Voor verenigingen welke een subsidie ontvangen vanaf 1.250,00 euro wordt de wet van 14 november 1983 toegepast inzake de controle op de toelagen en op de aanwending van sommige toelagen. Overeenkomstig artikel 4 van voornoemde wet dient elke vereniging binnen de zes maanden na ontvangst van de subsidie, een gedetailleerd verslag over de aanwending van de subsidie in te sturen; dit geldt enkel voor subsidies van 1.250,00 euro en meer. Art. 4. Onderhavig besluit voor passend gevolg over te maken aan de betreffende diensten. 9.
OPENBARE WERKEN
12) Goedkeuring verrekening 1 voor “De nieuwbouw en gedeeltelijke restauratie van de pastorie tot muziekacademie”. Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 6 september 2011 betreffende de goedkeuring van de gunning van de opdracht “De nieuwbouw en gedeeltelijke restauratie van de pastorie tot muziekacademie” aan Brebuild NV, Schouwkensstraat 10 te 2030 Antwerpen tegen het nagerekende en verbeterde inschrijvingsbedrag van 580.667,32 euro excl. btw of 702.607,46 euro incl. 21% btw; Overwegende dat de uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bijzonder bestek met nr. 180806 Muziekacademie Deel B - Nieuwbouw van 1 maart 2011; Overwegende dat tijdens de uitvoering van de opdracht bleek dat het noodzakelijk was om volgende wijzigingen aan te brengen: HV in min 59.674,59 euro Bijwerken + 39.757,55 euro Totaal excl. btw = -19.917,04 euro Btw + -4.182,58 euro TOTAAL = -24.099,62 euro En in het bijzonder voor: Verhogen van de balletzaal; Zonwerende beglazing passerelle; Aanpassingswerken brandcentrale Kadans; Baliemeubel en schilderwerken foyer Kadans; Bank en balletbares balletklas; Akoestische isolatie balletklas en drumklas; Aanpassingswerken sanitair Kadans; Brandwerende beglazing balletklas; Wegvallen kruipruimte; Overwegende dat deze verrekening 3,43% onder het bestelbedrag blijft, waardoor het totale bestelbedrag na verrekeningen nu 560.750,28 euro excl. btw of 678.507,84 euro incl. 21% btw bedraagt;
GR 3 december 2012
9
Overwegende dat de aannemer een termijnsverlenging van 61 werkdagen vraagt; Overwegende dat de aannemer zich ertoe verbindt om geen schadevergoeding te eisen omwille van deze termijnsverlenging; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 15; Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 7 en 8; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 42; Overwegende dat de uitgave voor deze verrekening voorzien is in het budget van 2011, op artikel 734/723-60 van de buitengewone dienst; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; BESLUIT, met 19 stemmen voor (Ansoms J., Breugelmans K., Bogaerts L., Philipsen P., Mertens-Van Thillo M., Wouters D., Van Aperen J., Van Hasselt W., Verelst Gl., Bellens P., Aernouts M., De Smedt H., Keysers Gr., Stes St., Peeters L., Goetstouwers M., Segers A., De Lombaert E., Vorsselmans W.) en 4 stemmen onthouding (Smeulders H., Van Dyck C., Cools F., Delandsheer D.): Art. 1. Goedkeuring wordt verleend aan verrekening 1 van de opdracht “De nieuwbouw en gedeeltelijke restauratie van de pastorie tot muziekacademie” voor het totaal bedrag in min van -19.917,04 euro excl. btw of -24.099,62 euro incl. 21% btw. Art. 2. De termijnverlenging van 61 werkdagen wordt goedgekeurd. Art. 3. De uitgave voor deze verrekening is voorzien in het budget van 2011, op artikel 734/723-60 van de buitengewone dienst. Art. 4. Afschrift van dit besluit voor verder gevolg over te maken aan de bevoegde diensten. 10. RUIMTELIJKE ORDENING - MILIEU - WONEN 13) Goedkeuring van het wegentracé van de verkaveling ter streke Oude Baan Grotstraat. Gelet op de verkavelingsaanvraag, ingediend op 12 oktober 2012 door Grontmij Stokmans, p/a Starrenhoflaan 44-19, 2950 Kapellen voor de gronden gelegen ter streke Oude Baan – Grotstraat ten kadaster gekend onder 2de afdeling, sectie G (delen van) nr. 459k7, 459m7, 459t7 en 459n2; Gelet dat het advies van Ruimte en Erfgoed - buitendienst Antwerpen, hieromtrent nog dient ingewonnen te worden; Gelet dat het de gemeenteraad behoort het tracé van de nieuw ontworpen straat goed te keuren; Gelet dat de gemeenteraad op 25 juni 2012 reeds goedkeuring verleende inzake het tracé in het kader van een eerdere aanvraag; Overwegende dat deze eerdere aanvraag werd ingetrokken; Overwegende dat het wegentracé niet gewijzigd is ten opzichte van het tracé dat op 25 juni 2012 ter goedkeuring aan de raad werd voorgelegd; Gelet op artikel 4.2.17 §1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; Gelet dat de verkaveling werd onderworpen aan een openbaar onderzoek van 23 oktober 2012 tot en met 21 november 2012 waarbij geen bezwaarschriften werden ingediend;
GR 3 december 2012
10
Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies dat de GECORO reeds op 11 juni 2012 formuleerde; Overwegende dat dit advies nog relevant kan worden geacht; Overwegende dat de aanleg van de wegenis, rioleringen, de nutsvoorzieningen en het openbaar groen dient te worden uitgevoerd overeenkomstig een voorafgaandelijk door de gemeenteraad goed te keuren ontwerp; Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; BESLUIT, met eenparigheid van stemmen: Art. 1. Het raadsbesluit dd. 25 juni 2012 houdende goedkeuring van het wegentracé van de verkaveling ter streke Oude Baan – Grotstraat wordt ingetrokken. Art. 2. Het wegentracé van de verkaveling voor gronden ter streke Oude Baan - Grotstraat, ten kadaster gekend onder 2de afdeling, sectie G, nrs. 459 k7, 459m7, 459t7 en 459n2 wordt goedgekeurd. Art. 3. Met het oog op het respecteren van de redelijke beslissingstermijn of de beslissingstermijnen zoals vastgelegd in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening is het college van burgemeester en schepenen bevoegd tot het afleveren van de verkavelingsvergunning en/of de stedenbouwkundige vergunning voor de wegenis onder voorwaarde dat voorafgaandelijk aan de uitvoering van de werken het bestek, de raming en het gehele technisch dossier ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad. Art. 4. Afschrift van dit besluit wordt voor verder gevolg aan de bevoegde diensten overgemaakt. 14) Goedkeuring wijziging gemeentelijk reglement op de leegstand van gebouwen en woningen. Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, met latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, hierna decreet grond- en pandenbeleid genoemd, eveneens met latere wijzigingen; Gelet op de wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid en van diverse bepalingen van andere decreten die betrekking hebben op het grond- en pandenbeleid van 23 december 2011; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 juli 2009 houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister en houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen, eveneens met latere wijzigingen; Gelet op het raadsbesluit van 28 juni 2010 houdende goedkeuring van het gemeentelijk reglement op de leegstand van gebouwen en woningen; Overwegende dat voornoemd gemeentelijk reglement moet aangepast worden aan de gewijzigde Vlaamse regelgeving; het betreffen vooral bepalingen inzake de beroepsprocedure; Overwegende dat het opportuun is om over te gaan tot een gecoördineerde versie; Overwegende dat de langdurige leegstand van woningen en gebouwen in de gemeente moet voorkomen en bestreden worden; Overwegende de noodzaak om de verslechtering van de kwaliteit van woningen en gebouwen in de gemeente te voorkomen en te bestrijden; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; BESLUIT, met eenparigheid van stemmen: Art. 1. In navolging van het decreet grond- en pandenbeleid van 27 maart 2009, eveneens met latere wijzigingen, wordt vanaf 1 januari 2010 het leegstandsregister opgemaakt en bijgehouden overeenkomstig artikel 2.2.6 van het decreet.
GR 3 december 2012
11
Art. 2. Definities Ter vaststelling van de leegstand van gebouwen en woningen in de gemeente worden volgende definities en indicaties gehanteerd. 1° administratie: de gemeentelijke of intergemeentelijke administratieve eenheid die door het gemeentebestuur belast wordt met de opmaak en de opbouw van het leegstandsregister; 2° agentschap: het intern verzelfstandigd agentschap Wonen-Vlaanderen; 3° beroepsinstantie: het college van burgemeester en schepenen of het gedelegeerde personeelslid, vermeld in artikel 2.2.7, § 5, van het decreet; 4° decreet: het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid; 5° leegstandsregister: het gemeentelijke register van leegstaande gebouwen en woningen, vermeld in artikel 2.2.6, § 1, van het decreet, dat opgemaakt wordt als een digitaal bestand, conform de technische richtlijnen van het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed; 6° de definities van woningen en gebouwen van het decreet Grond- en Pandenbeleid en de Vlaamse Wooncode zijn toepasselijk; 7° beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen: a) een aangetekend schrijven; b) een afgifte tegen ontvangstbewijs; c) elke andere door de Vlaamse Regering toegelaten betekeningswijze waarbij de datum van kennisgeving met zekerheid kan worden vastgesteld. 8° zakelijk gerechtigde: de houder van één van volgende zakelijke rechten: a) de volle eigendom; b) het recht van opstal of erfpacht; c) het vruchtgebruik. Art. 3. Leegstaand gebouw of woning § 1. Een gebouw wordt als leegstaand beschouwd indien meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte niet overeenkomstig de functie van het gebouw wordt aangewend gedurende een termijn van ten minste twaalf opeenvolgende maanden. Daarbij wordt geen rekening gehouden met woningen die deel uitmaken van het gebouw. De functie van het gebouw is deze die overeenkomt met een voor het gebouw of voor gedeelten daarvan afgeleverde of gedane stedenbouwkundige vergunning, melding in de zin van artikel 94 van het decreet Ruimtelijke Ordening, milieuvergunning of melding in de zin van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning. Bij een gebouw waarvoor geen vergunning of melding voorhanden is, of waarvan de functie niet duidelijk uit een vergunning of melding blijkt, wordt deze functie afgeleid uit het gewoonlijk gebruik van het gebouw voorafgaand aan het vermoeden van leegstand, zoals dat blijkt uit aangiften, akten of bescheiden. § 2. Een gebouw dat in hoofdzaak gediend heeft voor een economische activiteit, vermeld in artikel 2, 2°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, wordt niet beschouwd als leegstaand zolang de oorspronkelijke beoefenaar van deze activiteit een gedeelte van het gebouw bewoont en dat gedeelte niet afsplitsbaar is. Een gedeelte is eerst afsplitsbaar indien het na sloping van de overige gedeelten kan worden beschouwd als een afzonderlijke woning die voldoet aan de bouwfysische vereisten. § 3. Een woning wordt als leegstaand beschouwd wanneer zij gedurende een termijn van ten minste twaalf opeenvolgende maanden niet aangewend wordt in overeenstemming met: 1) hetzij de woonfunctie; 2) hetzij elke andere door de Vlaamse Regering omschreven functie die een effectief en niet- occasioneel gebruik van de woning met zich mee brengt. § 4. In afwijking van § 1, § 2 en § 3 wordt een nieuw gebouw of een nieuwe woning als leegstaand beschouwd indien dat gebouw of die woning binnen zeven jaar na de afgifte van een stedenbouwkundige vergunning in laatste administratieve aanleg niet aangewend wordt overeenkomstig § 1, respectievelijk § 3. § 5. Een gebouw dat of een woning die in aanmerking komt voor inventarisatie in de zin van hoofdstuk II van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, wordt nooit als een
GR 3 december 2012
12
leegstaand gebouw of als een leegstaande woning beschouwd. De bedrijfsruimten die op grond van artikel 2, 1°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten worden uitgesloten van de toepassing van voormeld decreet, worden onder de aldaar vermelde voorwaarden evenmin als leegstaande gebouwen of woningen in de zin van deze afdeling beschouwd. § 6. Een gebouw dat of een woning die door het Vlaamse Gewest geïnventariseerd is als verwaarloosd, kan eveneens opgenomen worden in het leegstandsregister, en omgekeerd. Woningen die door het Vlaamse Gewest geïnventariseerd zijn als ongeschikt en/of onbewoonbaar, worden niet opgenomen in het leegstandsregister. Art. 4. Vaststelling van leegstand § 1. Leegstand wordt vastgesteld aan de hand van één of meerdere van de volgende objectieve indicaties: 1) de onmogelijkheid om het gebouw te betreden, bijvoorbeeld door een geblokkeerde toegang; 2) het langdurig aanbieden van het gebouw of van de woning als “te huur” of “te koop”; 3) het ontbreken van aansluitingen op nutsvoorzieningen; 4) een dermate laag verbruik van de nutsvoorzieningen dat een gebruik overeenkomstig de functie van het gebouw kan worden uitgesloten; 5) de vermindering van het kadastraal inkomen overeenkomstig artikel 15 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992; 6) het ontbreken van een inschrijving in het bevolkingsregister op het adres van de woning of van een aangifte als tweede verblijf. § 2. Andere indicaties zijn: 1) de toegang tot het gebouw is verzegeld; 2) de raamopeningen zijn dichtgemaakt (dichtgetimmerd of – gemetseld of gesupprimeerd); 3) het gebouw of de woning is niet winddicht ten gevolge van bijvoorbeeld belangrijke glasbreuk die niet hersteld wordt of het buitenschrijnwerk dat niet kan gesloten worden; 4) het gebouw of de woning is niet meer waterdicht, bijvoorbeeld door zware infiltraties doorheen het dak / gevel; 5) onafgewerkte nieuwbouw; 6) voorkomen van ernstige inpandige vernielingen; 7) langdurig neergelaten rolluiken; 8) ernstig vervuild glas– en/of buitenschrijnwerk; 9) uitpuilende of dichtgeplakte brievenbus; 10) storende omgevingsaanleg: langdurig niet of slecht onderhouden omgeving / tuin; 11) de woning is niet bemeubeld of het gebouw is niet uitgerust overeenkomstig zijn functie. § 3. Het college van burgemeester en schepenen belast één of meerdere ambtenaren met de opsporing van leegstaande gebouwen en woningen. Deze ambtenaren bezitten de onderzoeks-, controle- en vaststellingsbevoegdheden, vermeld in artikel 6 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. § 4. De daartoe aangestelde ambtenaar maakt van elk leegstaand gebouw of woning een genummerde administratieve akte op, die een beschrijvend verslag met omschrijving van de indicaties van leegstand, een fotodossier, en een besluit dat de woning of het gebouw wordt opgenomen in het leegstandsregister bevat. Art. 5. Beroepsprocedure § 1. De administratie stelt de zakelijk gerechtigden van het gebouw of de woning per beveiligde zending in kennis van zowel de administratieve akte als het beschrijvend verslag met de beslissing tot opname van leegstaande gebouwen en woningen in het leegstandsregister. § 2. Binnen een termijn van dertig dagen, ingaand de dag na deze van de betekening van het schrijven, vermeld in § 1, kan een zakelijk gerechtigde bij het college van burgemeester en schepenen beroep aantekenen tegen de beslissing tot opname in het leegstandsregister. Het beroep wordt per beveiligde zending betekend.
GR 3 december 2012
13
Het beroepschrift wordt gedagtekend en bevat minimaal de volgende gegevens: 1) de identiteit en het adres van de indiener; 2) de aanwijzing van de administratieve akte en van het gebouw of de woning waarop het beroepschrift betrekking heeft; 3) een of meer bewijsstukken die aantonen dat niet voldaan is aan de vereisten, vermeld in artikel 2.2.6 van het decreet, met dien verstande dat de vaststelling van de leegstand betwist kan worden met alle bewijsmiddelen van gemeen recht, met uitzondering van de eed. Als het beroepschrift ingediend wordt door een persoon die optreedt namens de zakelijk gerechtigde, voegt hij bij het dossier een schriftelijke machtiging tot vertegenwoordiging, tenzij hij optreedt als raadsman die ingeschreven is aan de balie als advocaat of als advocaat-stagiair. De indiener voegt bij het beroepschrift de overtuigingsstukken die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener gebundeld en op een bijgevoegde inventaris opgenomen. Zolang de indieningstermijn van dertig dagen, vermeld in artikel 2.2.7, § 2, van het decreet, niet verstreken is, kan een vervangend beroepschrift ingediend worden, waarbij het eerdere beroepschrift als ingetrokken beschouwd wordt. De administratie registreert elk inkomend beroepschrift in het leegstandsregister en meldt de ontvangst ervan aan de indiener van het beroepschrift. § 3. De beroepsinstantie doet uitspraak over het beroep en betekent haar beslissing aan de indiener ervan binnen een termijn van negentig dagen, ingaand de dag na deze van de betekening van het beroepschrift. De uitspraak wordt per beveiligde zending betekend. § 4. Als de beroepsinstantie het beroep gegrond acht, of nalaat om binnen de termijn, vermeld in het eerste lid, kennis te geven van zijn beslissing, kunnen de eerder gedane vaststellingen geen aanleiding geven tot een nieuwe beslissing tot opname in het leegstandsregister. § 5. Het beroep tegen de weigering van de beroepsinstantie tot schrapping van een pand uit het leegstandsregister kan ingediend worden bij het college van burgemeester en schepenen en verloopt op dezelfde wijze als het beroep tegen opname in het leegstandsregister zoals vermeld in § 2. Art. 6. Opname in het leegstandsregister Indien de beslissing tot opname in het leegstandsregister niet tijdig betwist wordt, of het beroep van de zakelijk gerechtigde onontvankelijk of ongegrond is, neemt de administratie het gebouw of de woning in het leegstandsregister op vanaf de datum van de vaststelling van de leegstand. Art. 7. Schrapping uit het leegstandsregister Een gebouw wordt uit het leegstandsregister geschrapt, eens een zakelijk gerechtigde bewijst dat meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte overeenkomstig de functie, vermeld in artikel 2.2.6, § 2, eerste lid van het decreet, aangewend wordt gedurende een termijn van ten minste zes opeenvolgende maanden. De beheerder van het leegstandsregister vermeldt als datum van schrapping de eerste dag van de aanwending overeenkomstig de functie, vermeld in artikel 2.2.6, § 2, eerste lid van het decreet. Een woning wordt uit het leegstandsregister geschrapt, eens een zakelijk gerechtigde bewijst dat deze woning gedurende een termijn van ten minste zes opeenvolgende maanden aangewend wordt in overeenstemming met de functie, vermeld in artikel 2.2.6, § 3 van het decreet. De beheerder van het leegstandsregister vermeldt als datum van schrapping de eerste dag van de aanwending overeenkomstig de functie, vermeld in artikel 2.2.6, § 3 van het decreet. Voor de schrapping uit het leegstandsregister richt de zakelijk gerechtigde een gemotiveerd verzoek aan de administratie, op de wijze, vermeld in artikel 5 voor de indiening van een beroepschrift. De administratie onderzoekt of er redenen zijn tot schrapping uit het leegstandsregister en neemt een beslissing binnen een termijn van orde van twee maanden na de ontvangst van het verzoek. De administratie brengt de verzoeker op de hoogte van haar beslissing met een beveiligde zending.
GR 3 december 2012
14
Art. 8. Het raadsbesluit van 28 juni 2010 houdende goedkeuring van het gemeentelijk reglement op de leegstand van gebouwen en woningen wordt opgeheven. Art. 9. De gemeenteraad belast het college van burgemeester en schepenen met de uitvoering van dit besluit. 15) Goedkeuring subsidiereglement duurzaam bouwen. Gelet op het protocol van Kyoto dat België op 29 april 1998 heeft ondertekend, waarbij België zich engageert tot een reductie van de uitstoot van broeikasgassen met 7,5 % in 2010 ten opzichte van 1990; Gelet op de doelstellingen uit artikel 23 van het elektriciteitsdecreet; Gelet op het decreet houdende de eisen en handhavingmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat voor gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat, bekrachtigd door de Vlaamse regering op 7 mei 2004; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering dd. 11 maart 2005 tot vaststelling van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen; Overwegende dat de gemeente de samenwerkingsovereenkomst 2008-2013 met het Vlaamse Gewest ondertekend heeft; Gelet op het gemeentelijk Milieubeleidsplan 2012-2016, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 5 december 2011; Overwegende dat hernieuwbare energiebronnen onuitputtelijk en milieuvriendelijk zijn; Overwegende dat hernieuwbare energie-installaties een hogere investeringskost met zich meebrengen; Overwegende dat de bouw van een energiezuinige woning en een passiefhuis in vergelijking tot de bouw van een conventionele woning een hogere investeringskost met zich meebrengt; Overwegende dat de toepassing van ecologische bouwmaterialen zoals FSC-gelabeld hout en isolatiematerialen uit nagroeibare grondstoffen een hogere investeringskost met zich meebrengen; Overwegende dat de toekenning van subsidies het duurzaam bouwen kan bevorderen; Overwegende dat lokale overheden een actieve rol dienen te spelen in de stimulering van duurzaam bouwen; Gelet op het raadsbesluit dd. 5 december 2011 voor het verlenen van een subsidie duurzaam bouwen; Overwegende dat er enkele administratieve aanpassingen nodig waren inzake de volledigheid van het aanvraagdossier; Gelet op het advies verstrekt door de gemeentelijke MINA-raad dd. 19 november 2012; Overwegende dat het opportuun lijkt om over te gaan tot een gecoördineerde versie; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Gelet op het gemeentedecreet; BESLUIT, met eenparigheid van stemmen: Art. 1. Volgend subsidiereglement duurzaam bouwen goed te keuren: Artikel 1. Definities In dit subsidiereglement wordt verstaan onder: 1. duurzaam bouwen: bouwen met aandacht voor het gebruik van milieuvriendelijke materialen en bronnen en waarbij zo efficiënt mogelijk wordt omgegaan met energie, water en ruimte; 2. thermische zonne-installaties: installaties die zonnewarmte opvangen, opslaan en verdelen; 3. fotovoltaïsche zonne-installaties: installaties die zonlicht omzetten in elektriciteit door middel van fotovoltaïsche zonnecellen; 4. VREG: Vlaamse Reguleringsinstantie voor de elektriciteits- en gasmarkt;
GR 3 december 2012
15
5. warmtepompsystemen: systemen die warmte op relatief laag temperatuurniveau onttrekken aan lucht, grond of water en door middel van een warmtepomp deze warmte op een hoger temperatuurniveau terug afgeven; 6. COP: de winstfactor van een warmtepomp, de verhouding van de geleverde nuttige energie ten opzichte van de opgenomen elektrische energie van de compressor; 7. kWp: het vermogen dat een fotovoltaïsch systeem levert bij standaardzoninstraling. 8. ventilatiesysteem met warmterecuperatie: mechanisch ventilatiesysteem waarbij de warmte van de uitgaande lucht gerecupereerd wordt voor de verwarming van de binnenkomende verse buitenlucht door middel van een warmtewisselaar; 9. E-peil: energieprestatiepeil afhankelijk van het karakteristiek primair energieverbruik van de woning; 10. energieprestatiecertificaat: een certificaat waarin het resultaat is vermeld van de berekening van de totale energie-efficiëntie van een gebouw, uitgedrukt in één of meer numerieke indicatoren; 11. EPB-aangifte: energieprestatie- en binnenklimaataangifte, zijnde het document waarin de verslaggever alle uitgevoerde maatregelen tot naleving van de EPB-eisen beschrijft en verklaart dat de resultaten al dan niet conform die eisen zijn; 12. bestaande woning: een onroerend goed waarvan het bouwjaar minstens vijf jaar geleden is. Het bouwjaar is het eindjaar volgens de kadastrale legger op het ogenblik van de aanvraag; 13. FSC-label: een FSC (Forest Stewardship Council) label op een product toont aan dat dit product uit een verantwoord beheerd bos afkomstig is. Enkel bedrijven die in het bezit zijn van een Chain of Custody-certificaat mogen hout(producten) met FSC-label verkopen; 14. PEFC-label: een PEFC (Programme for the Endorsement of Forest Certification Schemes) label op een product toont aan dat dit product uit een verantwoord beheerd bos afkomstig is. Enkel bedrijven die beschikken over een geldig PEFCcontroleketencertificaat mogen het logo aanbrengen op producten; 15. U-waarde: warmtedoorgangscoëfficiënt (W/m²K). Dit is de isolatiewaarde van een constructiedeel (muur, dak,…); 16. -waarde: warmtegeleidingcoëfficiënt (W/mK). De lambda-waarde van een materiaal geeft aan in welke mate het materiaal de warmte geleidt; 17. R-waarde: warmteweerstandscoëfficiënt van een isolatiemateriaal (m2K/W). Dit is de warmteweerstand van een materiaal. Ze wordt berekend door de dikte van het isolatiemateriaal te delen door de lambdawaarde, R = d / 18. Nagroeibare grondstof: elke grondstof die gekweekt kan worden op aarde. Deze grondstoffen komen uit bosbouw en/of landbouw en zijn plantaardig of dierlijk; 19. Passiefhuis: een passiefhuis is een woning (of appartement) die voldoet aan de passiefhuisstandaard; 20. Condenserende aardgasketel: hoogrenderende verwarmingsketel op aardgas die energie recupereert uit de rookgassen; 21. Tijdstip van de aanvraag: de datum van ontvangst van het aangetekend schrijven (datum op poststempel) of van de indiening van de aanvraag (datumstempel); 22. Bedrijfsgebouw: gebouw bestemd voor bedrijfsmatig gebruik (o.a. bedrijf, stal, …); 23. Hoofdgebouw: het gebouw bestemd voor bewoning. Artikel 2. Binnen de kredieten van de goedgekeurde begroting wordt een subsidie verleend voor het uitvoeren van werken opgesomd onder paragraaf 1 tot 15 in artikel 3. Indien het aantal aanvragen het totaal in de begroting voorziene bedrag overstijgt, zal het toekennen van de subsidies verlopen in functie van de datum van aanvraag tot uitputting van het totaal in de begroting voorziene bedrag voor het betrokken dienstjaar. Artikel 3. § 1. Het plaatsen van dakisolatie. Voor het plaatsen van dakisolatie in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 10 % van de gefactureerde kosten (inclusief BTW en plaatsing) met een maximum van
GR 3 december 2012
16
200 euro per woning, behoudens voor het gebruik van nagroeibare grondstoffen waarvoor de subsidieregeling geldt zoals bepaald onder § 4 van dit artikel. De warmteweerstand of R-waarde van het nieuw geplaatste isolatiemateriaal dient minimum 3,5 m2K/W te bedragen voor dakisolatie. De aanvrager zal dit op eenvoudig verzoek aantonen. Indien het een onbewoonde zolder betreft, wordt de vloer van de zolder ook aanzien als dakisolatie. § 2. Het plaatsen van muurisolatie. Voor het plaatsen van muurisolatie in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 10 % van de gefactureerde kosten (inclusief BTW en plaatsing) met een maximum van 200 euro per woning, behoudens voor het gebruik van nagroeibare grondstoffen waarvoor de subsidieregeling geldt zoals bepaald onder § 4 van dit artikel. De warmteweerstand of R-waarde van het nieuw geplaatste isolatiemateriaal dient te voldoen aan de voorwaarden gesteld door de netbeheerder Eandis. De aanvrager zal dit op eenvoudig verzoek aantonen. Binnenisolatie wordt niet toegelaten, enkel het opvullen van de spouw en isolatie aan de buitenzijde van de muur komen in aanmerking. De plaatsing dient te worden gedaan door een geregistreerde aannemer. § 3. Het plaatsen van vloerisolatie. Voor het plaatsen van vloerisolatie in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 10 % van de gefactureerde kosten (inclusief BTW en plaatsing) met een maximum van 200 euro per woning, behoudens voor het gebruik van nagroeibare grondstoffen waarvoor de subsidieregeling geldt zoals bepaald onder § 4 van dit artikel. Het nieuw geplaatste isolatiemateriaal dient te voldoen aan de voorwaarden gesteld door de netbeheerder Eandis. De aanvrager zal dit op eenvoudig verzoek aantonen. De plaatsing dient te worden gedaan door een geregistreerde aannemer. § 4. Toepassing van isolatiematerialen uit nagroeibare grondstoffen. Voor de toepassing van isolatiematerialen uit nagroeibare grondstoffen in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 15 % van de gefactureerde kosten (inclusief BTW en plaatsing) met een maximum van 500 euro per woning. Volgende isolatiematerialen komen in aanmerking: cellulose-isolatie (ingeblazen papiervlokken of halfstijve platen); houtvezelisolatie (halfstijve of stijve platen); vlasisolatie (op rol of halfstijve platen); hennepisolatie (op rol of halfstijve platen); kurkisolatie (stijve platen of los gestorte korrels, exclusief kurkafwerking, kurken vloeren of wanden); schapenwolisolatie; pluimenisolatie (op rol of halfstijve plaat); stro; isolatie op basis van een combinatie van deze materialen. Indien de gebruikte producten voorkomen op de databanklijst van VIBE vzw komen de producten steeds in aanmerking voor subsidie. In geval van een nieuw product dat niet voorkomt in de databank, stelt de bevoegde ambtenaar vast of het product voldoet aan de criteria voor bio-ecologische isolatiematerialen. De warmteweerstand of R-waarde van het nieuw geplaatste isolatiemateriaal dient minimum 3,5 m2K/W te bedragen voor dakisolatie. Voor muur- en vloerisolatie dient het nieuw geplaatste isolatiemateriaal te voldoen aan de voorwaarden gesteld door de netbeheerder Eandis. De aanvrager zal dit op eenvoudig verzoek aantonen. § 5. Toepassing van hout met FSC- of PEFC-label (of hout met een equivalent label of strenger). Voor de toepassing van hout met FSC- of PEFC-label (of hout met een equivalent label of strenger) wordt een subsidie toegekend van 15 % van de gefactureerde kosten (inclusief BTW en plaatsing) met een maximum van 500 euro per woning. Het hout is niet preventief verduurzaamd (‘geïmpregneerd’). De toelage is toepasbaar voor de hierna opgesomde bouwmaterialen uit hout: GR 3 december 2012
17
buitenschrijnwerk (ramen, deuren, poorten, gevelplanken,…); constructiehout (daktimmerwerk, houtskelet,…). De toelage is niet toepasbaar op verlijmde houten plaatmaterialen (OSB, MDF,…), laminaatvloeren, enz. De subsidie voor toepassing van hout met FSC- of PEFC-label is slechts van toepassing vanaf een minimum factuurbedrag van 500 euro. In geval van twijfel of onduidelijkheid stelt de bevoegde ambtenaar vast of het product voldoet aan de criteria. § 6. Uitvoeren energieaudit. Voor het laten uitvoeren van een energieaudit wordt een subsidie toegekend van 100 euro. De energieaudit moet worden uitgevoerd door een door de Vlaamse overheid erkende energiedeskundige (type B), die gebruik maakt van de EAP-software. (EAP = Energie Advies Procedure). § 7. Bouw van een energiezuinige woning of verbouwing tot een energiezuinige woning. Voor het bouwen van een energiezuinige woning of verbouwing tot een energiezuinige woning wordt als volgt een subsidie toegekend: Indien de bouwaanvraag van de woning dateert van voor 1 januari 2012: een subsidie van 750 euro voor het behalen van een E-peil kleiner dan 60; een subsidie van 1.000 euro voor het behalen van een E-peil kleiner dan 40. Indien de bouwaanvraag van de woning dateert van na 1 januari 2012: een subsidie van 1.000 euro voor het behalen van een E-peil kleiner dan 50; een subsidie van 1.250 euro voor het behalen van een E-peil kleiner dan 40. Deze subsidies kunnen onderling niet gecombineerd worden en kunnen ook niet gecombineerd worden met een subsidie voor de bouw van een passiefhuis. De premieaanvraag is enkel geldig indien vergezeld van de EPB-aangifte en het daarin voorkomende energieprestatiecertificaat (bij nieuwbouw). § 8. Bouw van een passiefhuis. Voor het bouwen van een passiefhuis wordt een subsidie verleend van 1.250 euro. De subsidie wordt enkel toegekend aan woningen die beschikken over een kwaliteitsverklaring voor gebouwen in de passiefhuisstandaard afgeleverd door PassiefhuisPlatform vzw. § 9. Plaatsing van een zonneboiler. Voor de plaatsing van een thermische zonne-installatie voor de verwarming van sanitair water of van woningen (zonneboiler) in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 10 % op de kostprijs (inclusief plaatsing en BTW), met een maximum van 200 euro per adres. Thermische zonne-installaties worden geïnstalleerd conform de technische voorlichting 212 van het WTCB ‘Leidraad voor de installatie van zonneboilers’. De subsidie voor thermische zonne-installaties wordt toegekend op voorwaarde dat: de collector getest is volgens en conform is aan EN 12975 of één systeem uit het gamma geprefabriceerde systemen getest is volgens en conform is aan EN 12977; de thermische zonne-installatie moet uitsluitend geïnstalleerd zijn en gebruikt worden voor het woningcomfort en niet voor het verwarmen van een zwembad. De plaatsing dient te worden gedaan door een geregistreerde aannemer. § 10. Plaatsing van fotovoltaïsche zonnepanelen. Voor de plaatsing van een fotovoltaïsche zonne-installatie wordt een subsidie toegekend van 10 % op de kostprijs (inclusief plaatsing en BTW), met een maximum van 200 euro per adres. De subsidie voor fotovoltaïsche zonnepanelen wordt toegekend op voorwaarde dat: de netkoppeling gebeurt conform het lastenboek C10/11: "Technische aansluitingsvoorschriften voor gedecentraliseerde fotovoltaïsche productie-installaties die in parallel werken met het distributienet", uitgebracht door de Federatie van de Belgische Elektriciteits- en Gasbedrijven (FEBEG). Zowel autonome als netgekoppelde installaties komen in aanmerking voor de subsidie; de modules beantwoorden aan IEC 61215 (kristallijn silicium) of aan IEC 61646 (dunne film);
GR 3 december 2012
18
het opgestelde vermogen minimum 0.8 kWp bedraagt. Daarnaast dient de installatie ook te voldoen aan de door VREG gestelde voorwaarden. Indien voor het hoofdgebouw op hetzelfde kadastraal perceel een bouwaanvraag is ingediend na 1 januari 2012, kan er geen subsidie worden bekomen voor de plaatsing van fotovoltaïsche zonnepanelen. De plaatsing dient te worden gedaan door een geregistreerde aannemer. § 11. Plaatsing van een warmtepompsysteem voor woningverwarming. Voor de plaatsing van een warmtepompsysteem voor woningverwarming in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 400 euro per adres. De subsidie voor warmtepompsystemen wordt toegekend op voorwaarde dat: de warmtepomp in staat voor de hoofdverwarming van het gebouw; de COP van de warmtepomp voldoet aan de voorwaarden gesteld door de netbeheerder Eandis; de warmtepomp kan niet worden gebruikt voor koeling. De warmtepomp dient te worden geplaatst door een geregistreerde aannemer. § 12. Warmtepomp voor de verwarming van sanitair water. Voor de plaatsing van een warmtepompsysteem voor de verwarming van sanitair water in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 10 % op de kostprijs (inclusief plaatsing en BTW) met een maximum van 400 euro per adres. De subsidie voor warmtepompboilers wordt toegekend op voorwaarde dat: de COP van de warmtepomp voldoet aan de voorwaarden gesteld door de netbeheerder Eandis; De warmtepomp dient te worden geplaatst door een geregistreerde aannemer. § 13. Combiwarmtepomp. Voor de plaatsing van een combiwarmtepompsysteem voor de verwarming van sanitair water en woningverwarming in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 500 euro per adres. De subsidie voor combiwarmtepompsystemen wordt toegekend op voorwaarde dat: de warmtepomp in staat voor de hoofdverwarming van het gebouw; de COP van de warmtepomp voldoet aan de voorwaarden gesteld door de netbeheerder Eandis; de warmtepomp kan niet worden gebruikt voor koeling. Warmtepompsystemen en combiwarmtepompsystemen worden geïnstalleerd volgens de ‘Code van goede praktijk voor de toepassing van warmtepompsystemen in de woningbouw’, uitgegeven door het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie (ANRE). De warmtepomp dient te worden geplaatst door een geregistreerde aannemer. § 14. Ventilatiesysteem met warmterecuperatie. Voor de plaatsing van een ventilatiesysteem met warmterecuperatie in een bestaande woning wordt een subsidie toegekend van 150 euro per adres. De subsidie voor ventilatiesystemen met warmterecuperatie wordt toegekend op voorwaarde dat: het ventilatiesysteem moet worden gebruikt voor de volledige woning; ventilatievoorzieningen in woongebouwen dienen aan de norm NBN D50-001 te voldoen. Het debiet moet worden bepaald door een studie overeenkomstig deze norm; de installatie moet een minimum rendement van 75 % hebben volgens de EU-308 norm. Het ventilatiesysteem met warmterecuperatie dient te worden geplaatst door een geregistreerde aannemer. § 15. Condenserende verwarmingsketel op aardgas. Voor de vervanging van een bestaande verwarmingsketel in een bestaande woning door een condenserende verwarmingsketel op aardgas wordt een subsidie toegekend van 75 euro per adres. de installatie moet voldoen aan de norm NBN B 61-002 en een CE-markering hebben;
GR 3 december 2012
19
de condensatieketel moet voldoen aan de rendementseisen voor nieuwe gasgestookte condenserende centraleverwarmingsketels zoals opgenomen in het KB van 18 maart 1997; de plaatsing dient te gebeuren door een geregistreerd aannemer. Artikel 4. § 1. Enkel werken die uitgevoerd worden in wettelijk vergunde gebouwen die volledig op het grondgebied van Wuustwezel liggen komen in aanmerking voor subsidie. Er moet aan alle geldende vergunningsvoorwaarden worden voldaan. § 2. Enkel installaties en werken waarvoor, indien nodig, een geldige bouwvergunning en/of milieuvergunning is afgeleverd, komen in aanmerking voor subsidies. § 3. Enkel woningen gebouwd met een geldige bouwvergunning op het grondgebied van de gemeente Wuustwezel komen in aanmerking voor een subsidie voor de bouw van een energiezuinige woning of een passiefhuis. § 4. Bedrijfsgebouwen komen niet in aanmerking voor het bekomen van een subsidie voor duurzaam bouwen. § 5. In verschillende situaties is voor de toepassing van een warmtepompsysteem een melding of vergunning nodig volgens Vlarem II en dient men te voldoen aan bepaalde milieuvoorwaarden. § 6. Het plaatsen van fotovoltaïsche zonnepanelen, een zonneboiler of een warmtepomp wordt niet aanvaard als motivering voor het kappen van bomen op het perceel waar de installatie geplaatst wordt noch op een aangrenzend perceel. § 7. De werken worden uitgevoerd door de aanvrager of door een geregistreerde aannemer. De plaatsing van een muurisolatie, vloerisolatie, zonneboiler, warmtepomp en ventilatiesysteem met warmterecuperatie dienen te gebeuren door een geregistreerde aannemer. § 8. De plaatsing van de installatie(s), isolatie,… moet geschieden in overeenstemming met bestaande wetten, reglementen, verordeningen, gebruiken en regels van goed vakmanschap. § 9. Elke subsidie kan slechts eenmaal per adres worden toegepast. Een combinatie van subsidies voor verschillende toepassingen is toegestaan. § 10. Alle subsidieaanvragen met facturen met factuurdatum na 1 januari 2013 komen in aanmerking. Artikel 5. Deze toelage kan gecumuleerd worden met andere bouw- of renovatiesubsidies, op voorwaarde dat het totale bedrag van de bekomen subsidies 80 % van de investeringskost niet overschrijdt. Indien dit percentage overschreden wordt, zal het bedrag van de gemeentelijke subsidie verminderd worden tot een gecumuleerde subsidie van 80 %. Artikel 6. De subsidie wordt toegekend aan de aanvrager. Deze persoon dient gerechtigd te zijn tot het (laten) plaatsen van de installatie waarvoor de aanvraag wordt ingediend. Als gerechtigd worden beschouwd: 1. de eigenaar van het gebouw; 2. de gebruiker of huurder van het gebouw mits de eigenaar het aanvraagformulier voor akkoord heeft ondertekend. Artikel 7. De aanvraag dient te worden ingediend bij het gemeentebestuur van Wuustwezel op een door de gemeente ter beschikking gesteld aanvraagformulier. Artikel 8. Procedure (behalve voor energiezuinige woning en passiefhuis) § 1. Als de installatie volledig is uitgevoerd en bedrijfsklaar is, kan de aanvraag, vergezeld van de gevraagde bijlagen, ingediend worden bij het gemeentebestuur. De gevraagde bijlagen dienen het bewijs te omvatten dat voldaan werd aan de technische voorwaarden. § 2. Binnen de 60 dagen na ontvangst van de aanvraag wordt de aanvrager schriftelijk door het gemeentebestuur in kennis gesteld of de subsidie al dan niet werd goedgekeurd. § 3. Indien de subsidieaanvraag werd afgewezen, blijkt de reden tot weigering duidelijk uit de motivering in het schrijven van het gemeentebestuur. Indien de subsidieaanvraag werd
GR 3 december 2012
20
afgewezen kan er steeds een nieuwe aanvraag worden ingediend voor zover rekening gehouden werd met de motivering van de vorige weigering. § 4. De subsidie zal binnen een redelijke termijn na het indienen van de facturen worden uitbetaald na beslissing van het college van burgemeester en schepenen. § 5. Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht om uitbetaling van de subsidie te weigeren of uit te stellen indien de installatie niet beantwoordt aan de gestelde technische voorwaarden. Bij deze beslissing zal het college zich laten leiden door het rapport dat opgesteld werd na een bezoek ter plaatse door een bevoegde persoon die door het gemeentebestuur werd aangeduid. De aanvrager dient voor deze controle uitdrukkelijk en schriftelijk de toelating te geven om aanspraak te kunnen maken op de subsidie. Artikel 9. Procedure voor de aanvraag van een subsidie voor de bouw van een energiezuinige woning en een passiefhuis. § 1. De aanvrager dient het volledig ingevulde aanvraagformulier samen met een kopie van de facturen en de EPB-aangifte in bij het gemeentebestuur. Voor een passiefhuis dient ook een kwaliteitsverklaring te worden bijgevoegd voor gebouwen in de passiefhuisstandaard (afgeleverd door Passiefhuis-Platform vzw). § 2. Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht om uitbetaling van de subsidie te weigeren of uit te stellen indien de woning niet beantwoordt aan de voorwaarden. Bij deze beslissing zal het college zich laten leiden door het rapport dat opgesteld werd na een bezoek ter plaatse door een bevoegde persoon die door het gemeentebestuur werd aangeduid. De aanvrager dient voor deze controle uitdrukkelijk en schriftelijk de toelating te geven om aanspraak te kunnen maken op de subsidie. § 3. De subsidie zal binnen een redelijke termijn na indienen van de aanvraag worden uitbetaald na beslissing van het college van burgemeester en schepenen. § 4. De aanvrager wordt schriftelijk in kennis gesteld van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. Artikel 10. Indien blijkt dat de bepalingen van dit reglement of eventueel de stedenbouwkundige vergunning niet werden nageleefd, wordt de subsidie niet uitbetaald of, indien dit reeds gebeurd zou zijn, teruggevorderd. Artikel 11. § 1. De aanvrager verbindt zich ertoe om de installatie goed te onderhouden. De installatie moet tenminste 10 jaar na de toekenning van de subsidie in goede staat van werking blijven op hetzelfde adres en kan onder geen beding binnen deze termijn verwijderd worden. § 2. Indien aan een van deze voorwaarden niet is voldaan, zal van de aanvrager een terugvordering worden geëist in evenredigheid met de nog resterende termijn, te rekenen vanaf de vaststelling van de feiten. § 3. De gemeente kan de in het eerste lid vermelde voorwaarden desgewenst laten controleren door een daartoe bevoegde dienst die hiermee door het gemeentebestuur werd belast. Deze dienst moet toegang krijgen tot de installatie. Bijkomende controles buiten de eerste controle na opstart zullen enkel plaatsvinden nadat de aanvrager schriftelijk op de hoogte is gebracht van een bijkomende controle en motivering. Art. 2. Dit besluit treedt in werking vanaf 1 januari 2013 voor een periode van één jaar. Art. 3. § 1.Het van toepassing zijnde subsidiebedrag wordt bepaald door het subsidiereglement geldend op de factuurdatum van de installatie. § 2. Voor aanvragen vergezeld van facturen met factuurdatum tussen 1 januari 2012 en 31 december 2012 gelden de bepalingen van het subsidiereglement Duurzaam Bouwen goedgekeurd door de gemeenteraad op 5 december 2011. De aanvragen dienen ons te bereiken vóór 1 juli 2013. § 3. Voor aanvragen vergezeld van facturen met factuurdatum tussen 1 januari 2013 en 31 december 2013 gelden de bepalingen van onderhavig subsidiereglement. De aanvragen dienen ons te bereiken vóór 1 juli 2014. Art. 4. Het gemeenteraadsbesluit dd. 5 december 2011 houdende de goedkeuring subsidiereglement duurzaam bouwen wordt ingetrokken vanaf 1 juli 2013.
GR 3 december 2012
21
Art. 5. Een afschrift van dit besluit zal worden overgemaakt aan de bevoegde diensten. 11. VRIJE TIJD 12. VRAGENKWARTIERTJE In het vragenkwartiertje werden volgende aangelegenheden besproken: 1) De burgemeester meldt dat na de geheime zitting er nog zal afscheid genomen worden van de uittredende gemeenteraadsleden; vervolgens zal er een kleine receptie aangeboden worden. 2) Raadslid E. De Lombaert meldt dat er op de website van het gemeentebestuur geen melding werd gemaakt van de huidige dagorde van de gemeenteraad, alsook staat het verslag van de afgelopen zittingen van de gemeenteraad niet op de site. De secretaris meldt dat hij reeds deze mail van een betrokken particulier heeft ontvangen en dat aan de communicatiedienst gevraagd werd om zo spoedig mogelijk de notulen van de gemeenteraad van eind september 2012 kenbaar te maken. 3) Raadslid H. Smeulders vraagt meer informatie omtrent de evaluatie van de decretale graden. De burgemeester en schepen L. Bogaerts geven toelichting bij de gewijzigde regelgeving hieromtrent.
BESLOTEN VERGADERING 13. BESTUUR EN ADMINISTRATIE 14. ONDERWIJS 15. PERSONEEL 16) Bevorderingen tot sergeant bij het vrijwillig brandweerkorps vanaf 1 januari 2013. 17) Aanwerving van twee stagiair-brandweermannen. 18) Beëindiging van het ambt van vrijwilliger bij het brandweerkorps.
Na afloop van de geheime zitting meldt de voorzitter dat de huidige raadszitting de laatste is van deze legislatuur. Gezien een aantal raadsleden niet meer aanwezig zullen zijn bij de volgende raadszittingen wordt een herinneringsbord en een stylo van het gemeentebestuur overhandigd aan: Willy Vorsselmans, Dorien Delandsheer, Alex Segers, Carl Van Dyck, Myriam Goetstouwers, Liesbiet Peeters, Anja Boeckmans, Stijn Stes, Greet Keysers, Hubert De Smedt, Peggy Bellens, Glenn Verelst, Jul Van Aperen, Patrick Philipsen en Louis Bogaerts. Vervolgens vraagt schepen K. Breugelmans het woord en meldt dat dit ook de laatste zitting is van de burgemeester-voorzitter van de gemeenteraad. Schepen K. Breugelmans meldt hierbij dat de burgemeester meer dan 40 jaar burgemeester is geweest van onze gemeente en verduidelijkt dit aan de hand van enkele cijfers: 1) hij is ± 400 maal voorzitter geweest van de gemeenteraad; 2) hij is ± 2.000 maal voorzitter geweest van het college van burgemeester en schepenen; 3) per week vonden er gemiddeld 3 zitdagen plaats; op zijn carrière van 40 jaar betekent dit ± 6.000 zitdagen; 4) hij heeft een lange staat van verdienste in diverse intercommunales (IGEAN, IVEKA en IKA).
GR 3 december 2012
22
Vervolgens wenst J. Van Aperen nog een woord van dank uit te spreken aan zowel de burgemeester als de leden van de gemeenteraad en de administratie. Betrokkene bewaart goede herinneringen aan de samenwerking op de gemeenteraad en wenst iedereen nog het beste. Vervolgens wordt er een receptie aangeboden. Verslag vorige zitting. Daar er tijdens de zitting geen opmerkingen werden gemaakt over het verslag van de zitting van 5 november 2012 wordt dit door de voorzitter en de secretaris voor goedkeuring ondertekend. Einde: 22.05 uur. NAMENS DE RAAD: De gemeentesecretaris i.o.,
L. Loos
GR 3 december 2012
De voorzitter,
D. Wouters
23