Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen Jaarverslag 2003
Inhoud
Mission statement Inleiding 1. Port of Antwerp
9 13 17
De Antwerpse haven en de trends in de wereldeconomie
17
Trafieken
17
Zeeschepen
18
Industrie in de Antwerpse haven
18
Toegevoegde waarde
19
Modal split
19
Liberalisering van de havendiensten
20
Port security 2. Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen
21 25
Bestuursorganen
25
Sociaal klimaat
26
De haven in de wereld
26
Infrastructuur
28
Operationele en servicebedrijven
33
Havenkapiteindienst
36
Samenwerkingsverbanden
36
3. Investeren in een duurzame toekomst
41
De haven en haar maritieme toegankelijkheid
41
De haven en haar achterlandverbindingen
41
De haven en haar omgeving 4. Jaarrekening
43 49
Commentaar bij de jaarrekening
49
Balans na winstverdeling
56
Resultatenrekening
58
Toelichting
61
Sociale balans
72
Waarderingsregels
75
Verslag van de commissaris
79
Verslag van het college van commissarissen
80
MISSION STATEMENT
Film stills #1 > WESTERLUND
6
Film stills #1 Westerlund Locatie: Vrasenedok – kaai 1213 Activiteit: Behandelen van conventioneel stukgoed (woudproducten, aluminium en graniet)
9
Mission statement
Het Gemeentelijk Havenbedrijf tracht de toegevoegde waarde die de Antwerpse haven voor de stad en de regio genereert, op een duurzame wijze te optimaliseren. Het koestert ook de ambitie om de concurrentiepositie van de haven te verstevigen door een kwaliteitsvolle, ononderbroken dienstverlening en een optimaal uitgebouwde infrastructuur aan te bieden. Het Havenbedrijf heeft een voortrekkersrol te vervullen inzake duurzame havenontwikkeling en promoot milieuvriendelijke transportmodaliteiten om de goederen van en naar het achterland te vervoeren. Het kan zijn zending en ambities enkel waarmaken met de volle steun en medewerking van de werknemers. Wederzijds vertrouwen ligt aan de basis van de ondernemingsfilosofie.
INLEIDING
Film stills #2 > H E S S E - N O O R D N AT I E
10
Film stills #2 Hesse-Noord Natie Locatie: Noordzeeterminal – kaai 913 Activiteit: Lossen en laden van containers
13
M
et tevredenheid blikken we terug op het afgelo-
van de concessies aan het containergetijdendok. Het eerste
pen jaar. Sterke prestaties werden neergezet op
schip zal er medio 2005 aanmeren. Ondertussen werd er
vlak van maritiem goederenverkeer. In 2003 werd
gestart met de werken voor de realisatie van natuurcompen-
meer dan 142 miljoen ton behandeld. Ten opzichte van 2002 betekent dit een stijging van de maritieme trafiek met 8,5%.
saties in de marge van de infrastructuurwerken op linkeroever. Financieel gezien was 2003 een minder gunstig jaar voor
Nog steeds zorgen de containertrafieken in belangrijke mate
het Gemeentelijk Havenbedrijf. De omzetten die aan haven-
voor deze spectaculaire groeibeweging. Antwerpen slaagt
activiteiten zijn verbonden, bleven op peil en ook de werkings-
erin voortdurend nieuwe trafieken aan te trekken en onder-
en personeelskosten bleven vrij stabiel. Belangrijke natuur-
vindt in sterke mate de positieve gevolgen van een groeiende
compensatiekosten in het kader van de bouw van het
handel met China. Een aandachtspunt blijft echter het con-
Deurganckdok en nieuwe voorzieningen ten gevolge van de
ventionele stukgoed. Hoewel er geen spectaculaire dalingen
verplichtingen voortvloeiend uit het havendecreet drukten het
worden opgetekend, blijven deze arbeidsintensieve trafieken
resultaat.
een weinig achter op het algemeen groeiritme in de sector.
Met geloof en vertrouwen kijken we uit naar de toekomst.
Antwerpen verliest er marktaandeel ten voordele van flexibe-
Het Havenbedrijf ziet de resultaten tegemoet van de studies
le nabuurhavens.
die werden gemaakt in het kader van de langetermijnvisie
Ook de binnenvaart heeft met 76,6 miljoen in de haven
voor het Schelde-estuarium. De besluitvorming rond de verde-
van Antwerpen een topjaar achter de rug. Om de binnenvaart
re Scheldeverdieping verdient het komende jaar bijzondere
de mogelijkheid te geven bij te dragen tot een werkelijke
waakzaamheid.
modale verschuiving, startte het Havenbedrijf in samen-
Tot slot willen we onze medewerkers van harte danken
spraak met Promotie Binnenvaart Vlaanderen, het Vlaams
voor hun enthousiaste dagdagelijkse inzet die bijdraagt tot het
Gewest en AGHA, het Mobiliteitsfonds op met de bedoeling de
vervullen van de missie van het bedrijf. Wij danken ook de pri-
overslag te spreiden over dag- en nachtshift zodat de infra-
vate bedrijven in het havengebied en de Vlaamse en federale
structuur optimaal wordt benut. In het kader van de spoorin-
overheden voor het vertrouwen dat ze ons het afgelopen jaar
vesteringen geniet de realisatie van de Liefkenshoekspoor-
gaven.
tunnel prioriteit boven de tweede spoortoegang. De bouw van het Deurganckdok vordert aanzienlijk en de concessionering van de beide zijden is een feit. Optimaal ruimtegebruik en een maximale klantgerichtheid waren
Eddy Bruyninckx
Leo baron Delwaide
opnieuw de twee doorslaggevende factoren in de verdeling
afgevaardigd bestuurder
voorzitter
PORT OF ANTWERP
Film stills #3 > M O L E N B E R G N AT I E
14
Film stills #3 Molenbergnatie Locatie: Marnixmagazijnen – Malagastraat Activiteit: Behandelen van koffie
vooropgesteld in 2004. Door diverse internationale instanties wordt verwacht dat de groei van de wereldhandel zich verder zal doorzetten. De sterk groeiende wereldhandel zal ook in 2004 een meer dan positief effect hebben op de trafiek die in de verschillende zeehavens wordt behandeld. Er mag worden aangenomen dat de groei van de Antwerpse haventrafiek fundamenteel hoger zal liggen dan de groeipercentages die voor België worden verwacht.
TRAFIEKEN
1. Port of Antwerp
De haven van Antwerpen heeft het jaar afgesloten met een totale maritieme goederentrafiek van 142.874.215 ton. Dit betekent een toename met 8,5% ten opzichte van 2002. Op het vlak van het containervervoer werd voor het eerst de kaap van 5 miljoen TEU overschreden. Ten opzichte van vorig jaar betekent dit een stijging met 14%. In tonnages werd
DE ANTWERPSE HAVEN EN DE
er 61.350.335 ton overgeslagen. De belangrijkste groeimarkt is
TRENDS IN DE WERELDECONOMIE
de Volksrepubliek China, gevolgd door Turkije en Griekenland. De positie van Antwerpen op het Aziatische vaargebied zal
Binnen de West-Europese zeehavenrange Hamburg-Le Havre
versterken vanaf medio 2004, als de rederijen Wan Hai Lines
staan de diverse havens in sterke onderlinge concurrentie en
en Pacific International Lines hun nieuwe wekelijkse contai-
zijn ze onderhevig aan zowel algemene nationale als interna-
nerlijndienst opstarten. De schaalvergroting in de container-
tionale tendensen in de wereldeconomie.
vaart heeft aanleiding gegeven tot de geslaagde eerste aan-
De groei van de wereldeconomie heeft in 2003 een ver-
loop van het mv Sovereign Maersk, het grootste container-
snelling ondergaan. Het groeiherstel van de VS dat reeds in
schip ter wereld, op 30 september 2003. Op 13 juni liep het
2002 startte, werd gevolgd door een duidelijke versnelling van
nieuw gebouwde post-panamaxschip Safmarine Antwerpen
de economische ontwikkeling tijdens het jaar 2003. Toch blijkt
de haven voor het eerst aan. Belangrijke rederijen als Maersk
er een duidelijk verschil tussen de regio’s te bestaan: hoewel
Sealand, MSC, P&O Nedlloyd en Evergreen hebben in 2003
de groei in de Verenigde Staten is versneld, blijft Europa ach-
nieuwe wekelijkse lijndiensten opgestart vanuit Antwerpen.
ter. Vooral het uitblijven van belangrijke investeringen van
Bij het niet-gecontaineriseerd stukgoed werd een lichte
grote ondernemingen zijn een rem op de groei in Europa. In
daling (-0,3%) opgetekend van het conventioneel stukgoed.
het jaar 2003 heeft de wereld in totaliteit een groei van het
Deze arbeidsintensieve trafieken blijven achter op het groei-
BNP van 2,5% gekend, hoewel in de eurozone slechts een
ritme in de sector. Er blijft een permanente dreiging van tra-
groei van 0,9% werd opgetekend en in de VS een groei van
fiekverlies aan meer flexibele nabuurhavens, die zich competi-
ongeveer 3%. In 2004 wordt opnieuw een hogere groei van de
tiever weten te gedragen. De belangrijkste teruggang in deze
wereldeconomie verwacht, met name van 3,5%. De ramingen
goederencategorie situeert zich bij papier en houtcellulose.
voor de Verenigde Staten lopen zelfs op tot een groei met 4%
De verminderde aanvoer hiervan is te wijten aan een verlies
in 2004.
van marktaandeel aan Vlissingen.
In Europa bedroeg de stijging van het BNP in 2003 onge-
De export van staal kende na vele jaren van aanhoudende
veer 0,9% en wordt voor 2004 een groei van ongeveer 2% ver-
daling een groei van 13,3%. Belangrijke exportvolumes van
wacht; in België bedroeg de groei in 2003 eveneens 0,9%, het
buizen ten behoeve van de water-, olie- en gasindustrie in het
Europese gemiddelde. Naar de toekomst toe wordt een iets
Midden-Oosten liggen hieraan ten grondslag. De aanvoer van
positievere situatie verwacht, zowel op korte als op middel-
staal is gestegen met 22,4% na een historisch laag jaar in 2002.
lange termijn, zodat een groei van het BNP van 1,8% wordt
Deze toename is vooral te verklaren door een stijgende import
17
PORT OF ANTWERP
18
Een sterke stijging was voelbaar bij het vloeibaar massa-
MARITIEM GOEDERENVERKEER IN DE HAVEN
goed (9,8%). De trafiek van ruwe aardolie nam toe met 9,1%
VAN ANTWERPEN
(ton) Totaal
door de heropstart van twee raffinaderijen na de shutdown in
2002
2003
wijziging
131.628.816
142.874.215
+8,5%
53.016.582
61.350.335
+15,7%
5.836.800
6.045.405
+3,6%
groei van Antwerpen als distributiehaven. Antwerpen profi-
Containers Roll on – roll off
2002. De trafiek van aardoliederivaten en chemicaliën steeg met respectievelijk 10,9% en 6,8%, wat wijst op een duurzame
Conventioneel stukgoed
14.483.004
14.439.527
-0,3%
leert zich internationaal als een centrum voor chemieopslag
Vloeibaar massagoed
31.994.649
35.127.429
+9,8%
en distributie met ondermeer 's wereld grootste stainless steel
Droog massagoed
26.297.781
25.911.816
-1,5%
tankopslagcapaciteit. Als gevolg hiervan consolideerden opnieuw een aantal belangrijke chemische bedrijven hun trafieken in Antwerpen, wat leidde tot een verhoging van het aantal aanlopen van chemietankers. Verschillende tankop-
vanuit de Baltische regio. Betere oogsten en een verhoogd marktaandeel als gevolg
slagbedrijven kondigden een uitbreiding van hun opslagcapaciteit aan.
van nieuwe contracten gaven aanleiding tot een stijging van de fruitoverslag met 7,5%. Antwerpen blijft onverminderd de
ZEESCHEPEN
belangrijkste fruitloshaven ter wereld. Ook de vooruitzichten voor 2004 zijn gunstig. Het diverse conventionele stukgoed zoals meststoffen, bloem en suiker in zakken kende een daling ten gevolge van
Het aantal zeeschepen dat Antwerpen aandeed, steeg licht tot 15.724 (+1%) in vergelijking met 2002. De bruto tonnenmaat van de schepen nam toe tot 227.884.717 miljoen BT.
de verdere containerisering van deze goederencategorieën. Het roroverkeer nam toe met 1,3%. Het aantal verscheep-
INDUSTRIE IN DE ANTWERPSE HAVEN
te auto's steeg tot 860.789 stuks. Vooral een stijgende afvoer van tweedehandsvoertuigen ligt aan de basis van deze
De Antwerpse petrochemische cluster is, met een gecombi-
toename.
neerd productievolume van meer dan 16 miljoen ton chemica-
De overslag van massagoed nam toe met 4,7% tot
liën per jaar en een jaarlijks investeringsvolume van 500 mil-
61.039.245 ton. Bij het droog massagoed nam de aanvoer van
joen euro, zonder meer de grootste petrochemische cluster
ijzererts toe met 5,9%. De verwachtingen op langere termijn
van West-Europa. Ondanks de verschuiving van de wereldpro-
blijven echter negatief. De verdere teloorgang van de staalin-
ductie naar Azië en het Midden-Oosten, zijn de vooruitzichten
dustrie in België zal onvermijdelijk een negatief effect gene-
voor die chemiecentra, die op wereldschaal zijn uitgebouwd
reren op de aanvoer van ertsen.
en over uitstekende logistieke verbindingen beschikken, lang
Antwerpen blijft daarentegen een actieve rol spelen op de
niet zo slecht. Antwerpen zal in een competitieve markt met
kolenmarkt. In 2003 werden er grote schommelingen opgete-
een beperkter volume aan Europese investeringen en een gro-
kend. Enerzijds had de ontploffing in een Waalse cokesfabriek
tere concurrentie vanuit het Midden-Oosten en Azië kunnen
eerder dit jaar een negatieve invloed op de verwachte trafiek,
standhouden dankzij de schaalvoordelen en de logistieke ver-
terwijl anderzijds de lage waterstand op de Rijn een positieve
bindingen waarover het beschikt. Uitgaande van een realis-
omwenteling veroorzaakte op de trafiekvolumes naar
tisch groeiscenario, kan de behoefte aan nieuwe terreinen
Duitsland per spoor. Het resultaat vertaalde zich dan ook in
voor het komende decennium worden geschat tussen 140 en
een daling met 11,4%. Toch hebben een aantal nieuwe Duitse
225 ha, los van het aanbod aan interne reserves.
klanten in 2003 besloten zich via Antwerpen te bevoorraden.
Deze interne reserve wordt vandaag gevormd door de drie
De opslagcapaciteit waarover de Antwerpse haven beschikt
zogenaamde host sites: Ineos, Monsanto en Bayer. Deze
alsook de optimale spoorverbindingen waren hier van door-
bedrijven stellen delen van hun terreinen ter beschikking van
slaggevend belang. De Antwerpse haven wenst deze positie
derden en hebben bewezen succesvol te zijn in het aantrek-
ook verder uit te bouwen door actieve prospectie en het
ken van investeringen. In 2003 startte Degussa met de bouw
opzetten van logistieke ketens.
van ’s werelds grootste methionine-eenheid (150.000 ton/jaar).
1. Behandeling van de 5 miljoenste TEU in aanwezigheid van Z.K.H. Prins Filip 2. Safmarine Antwerpen op de Schelde 3. Behandeling van bananen 4. Behandeling van coils
Dit betekent een investering van 350 miljoen euro. De chemische bedrijven in de Antwerpse cluster blijven echter geconfronteerd worden met een aantal onopgeloste thema's die hun werkingsomgeving in de Antwerpse haven beïnvloeden. De uitvoering van het protocol van Kyoto in de vorm van benchmarkingconvenanten met de chemische industrie dient daarom snel en doortastend te worden gerealiseerd. Zowel voor de bestaande als voor de nieuwe investeringen moet een duidelijk referentiekader ontstaan waarbinnen men kan opereren. De aanpassing van de fiscaliteit op de shiftpremies is een dringende maatregel die de chemie opnieuw ademruimte geeft. De verdere versoepeling van de administratie en het verhogen van de snelheid waarmee procedures worden uitgevoerd zijn tevens essentiële middelen om de dienstverlening naar de sector toe te verbeteren. Op 3 december 2003 organiseerde het Havenbedrijf, in samenwerking met Prosper Business Media, BASF en BP, voor het eerst het congres Chemvision in Antwerpen. Meer dan 200 deelnemers wisselden hier van gedachten over de toekomst van de Vlaamse petrochemische industrie.
TOEGEVOEGDE WAARDE
Volgens de meest recente studie van de Nationale Bank (boekjaar 2002) is de haven van Antwerpen goed voor een directe toegevoegde waarde van 6.936,4 miljoen euro. De investeringen bedroegen 1.481,3 miljoen euro. De haven zorgt voor de creatie van 59.472 directe arbeidsplaatsen.
MODAL SPLIT
De haven van Antwerpen wordt gekarakteriseerd door een evenwichtige verdeling van de vervoerde tonnage over de drie belangrijkste vervoermodi. Er blijken echter duidelijke verschillen te bestaan tussen de goederencategorieën onderling met betrekking tot de inzet van specifieke vervoerswijzen. Binnen het Antwerpse havenareaal dient voor de berekening van de modal split een duidelijk onderscheid gemaakt te worden tussen het vervoer afkomstig van de industrie (VIBNA-bedrijven) en dit van de havenbedrijven en havenactiviteiten zelf.
19
PORT OF ANTWERP
1 Behandeling van een chemietanker 2. Binnenschip geladen met bulkgoederen 3. Containers vervoerd per spoor
20
Zowel de weg als de binnenvaart zijn verantwoordelijk voor het vervoer van ongeveer 40% van de tonnage aanwezig in de Antwerpse haven. De resterende 20% wordt vervoerd per spoor. Indien de pijpleiding in de verdeling wordt opgenomen, wordt een nog positiever beeld verkregen: binnenvaart wordt de belangrijkste hinterlandmodus, met ongeveer hetzelfde belang als het wegvervoer. De pijpleiding neemt ongeveer een kwart van de volledig vervoerde tonnage voor haar rekening. Uit onderzoek uitgevoerd door AGHA blijkt dat een duidelijke evolutie kan worden waargenomen. Bij het vervoer van containers wordt voor 59,5% van de trafiek gebruik gemaakt van het wegvervoer. Het aandeel van de binnenvaart en het spoor bedragen respectievelijk 31,2 en 9,3%. Dit houdt in dat met betrekking tot containers het wegvervoer nog steeds de belangrijkste vervoermodus is, maar in de loop van de jaren toch sterk aan belang verliest ten bate van de binnenvaart en in mindere mate van het spoorvervoer. Het hoge aandeel van het wegvervoer is te verklaren door het grote volume aan containers met een lokale (i.e. ongeveer 50 kilometer) herkomst of bestemming. Naar de toekomst toe benadrukt de haven van Antwerpen het belang van een beleid dat gericht is op een modale verschuiving. Op deze manier zal worden gestreefd naar een belangrijke vermindering van het aandeel van de weg op het hinterlandtraject met als richtcijfer 50% voor het containervervoer. De aandelen van het spoor en de binnenvaart dienen in dit verband echter substantieel te stijgen, wat belangrijke inspanningen vereist.
LIBERALISERING VAN DE HAVENDIENSTEN
Begin 2001 lanceerde de Europese Commissie een ontwerp van richtlijn inzake de toegang tot de markt voor havendiensten, met de bedoeling het recht op vrij ondernemen voor havendiensten te waarborgen in toepassing van de basisverdragen van de Europese Unie. In het najaar van 2001 werd het dossier behandeld in het Europees Parlement. Zoals verwacht werden honderden amendementen ingediend. Het Europees Parlement maakte een nieuw document waarin een aantal hete hangijzers uit de weg werden geruimd. Op 11 maart 2003 keurde het Europees Parlement het ontwerp van havenrichtlijn in plenaire zitting goed. Enkele belangrijke amendementen werden
toegevoegd aan de tekst. Zo ook het amendement om de zelf-
In België werd, ter uitvoering van de EU-verordening, een
afhandeling vergunningsplichtig te maken. De meerderheid
Koninklijk Besluit voorbereid tot oprichting van een federaal
van het Parlement steunde ook het voorstel om de loodsdien-
comité voor de beveiliging van havenfaciliteiten. Een haven-
sten uit de richtlijn te halen. De goedgekeurde tekst werd
faciliteit is een locatie waar interactie tussen haven en schip
opnieuw voorgelegd aan de Europese Raad van
plaatsvindt. Deze zogenaamde ‘interface’ omvat ankergebie-
Transportministers. Omdat de Raad van Europese
den, ligplaatsen en aanvoerroutes vanuit zee. De veiligheids-
Transportministers zijn goedkeuring niet hechtte aan dit voor-
beoordeling van de havenfaciliteit is een essentieel onderdeel
stel van tekst, werd een conciliatieronde opgestart. Het conci-
van het proces van ontwikkeling en bijwerking van het veilig-
liatiecomité bestaat uit leden van het Europees Parlement,
heidsplan van de havenfaciliteit. De beoordeling wordt uitge-
leden van de Europese Raad van Transportministers en een
voerd door de verdragsluitende staat op wiens grondgebied
moderator van de Europese Commissie. Het standpunt van dit
de havenfaciliteit zich bevindt. Om uniformiteit na te streven
conciliatiecomité diende te worden goedgekeurd met een
opteerden de Vlaamse havens ervoor een ‘Port Facility
gekwalificeerde meerderheid door de Europese Raad van
Security Toolkit’ aan te schaffen. Deze toolkit is een gebruiks-
Transportministers en een absolute meerderheid door het
vriendelijke en interactieve webapplicatie die ervoor zorgt
Europees Parlement. Op 20 november werd het voorstel van
dat de bedrijven de veiligheidsbeoordeling en het hierdoor
havenrichtlijn in het Europees Parlement met een nipte meer-
gegenereerde veiligheidsplan, het ‘Port Facility Security Plan’,
derheid weggestemd. De Europese richtlijn vervalt, maar het
op een coherente en eenvormige manier kunnen uitvoeren.
Europees Verdrag dat de vrijheid van dienstverlening garan-
Zodra dit plan in zijn geheel afgewerkt is, kan het worden
deert, blijft wel onverminderd van toepassing op de haven-
beoordeeld door de bevoegde autoriteit, met name het
diensten. De nationale wetgeving moet compatibel zijn met
Federaal Comité voor de Beveiliging van Havenfaciliteiten.
de basisbeginselen van het Europees recht, en meer in het bijzonder met artikel 49 van het Europees Verdrag. Het wegstemmen van het compromis betekent dan ook dat er geen interpretatief wettelijk kader zal bestaan dat de bijzondere aard van de havendiensten erkent.
PORT SECURITY
In de nasleep van de aanslagen van 11 september werd, onder druk van de Amerikaanse overheid, door de IMO (International Maritime Organisation) een veiligheidscode uitgewerkt. Deze ISPS-code (‘International Ship & Port Facility Security Code’) werd op 12 december 2002 goedgekeurd en verankerd in het SOLAS-verdrag. De maatregelen voorzien in de ISPS-code dienen wereldwijd toegepast te worden vanaf 1 juli 2004. Naast de IMOregelgeving heeft de Europese Commissie nog een pakket maatregelen uitgewerkt. In mei 2003 vaardigde de Commissie ‘Enhancing Maritime Transport Security’ uit. Het eerste luik betreft de implementatie van de ISPS-code door middel van een Europese verordening. Daarnaast heeft de Commissie in december 2003 een ‘consultation paper’ uitgestuurd met het oog op een optimale beveiliging van de logistieke keten. De Commissie werkt ook aan een richtlijn die de beveiliging van het ganse havengebied beoogt.
21
GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN
Film stills #4 > H E S S E - N O O R D N AT I E
22
Film stills #4 Hesse-Noord Natie Locatie: Verrebroekdok – kaai 1305 Activiteit: Lossen en laden van rollend materieel
Erwin Pairon, Groen!-gemeenteraadslid Chantal Pauwels, Groen!-gemeenteraadslid Robert Restiau, directeur-generaal Antwerpse Gemeenschap voor de Haven Ludo Van Campenhout, VLD-gemeenteraadslid Marc Van Peel, CD&V-gemeenteraadslid
2. Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen
Bjorn Verhoeven, kabinetschef van de schepen voor haven
GEWESTELIJK HAVENCOMMISSARIS
Antoon Colpaert
DIRECTIECOMITÉ
BESTUURSORGANEN
Eddy Bruyninckx, RAAD VAN BESTUUR
directeur-generaal (voorzitter) Ivo Koeklenberg,
Leo Delwaide,
hoofdingenieur-directeur
schepen voor haven en diamant (voorzitter)
Greet Bernaers,
Eddy Bruyninckx,
directeur infrastructuur
afgevaardigd bestuurder
Jan Verbist,
Marcel Bartholomeeussen,
havenkapitein-commandant
SP.a-gemeenteraadslid
Jan Adam,
Karel De Gucht,
financieel directeur
deskundige sociaal-economische belangensfeer linker Scheldeoevergebied
SECRETARIS
Filip De Winter, Vlaams Blok-gemeenteraadslid
Dirk de Kort
Gustaaf Deckers, deskundige sociaal-economische belangensfeer
Het toezicht op het financiële beheer werd
linker Scheldeoevergebied
opgedragen aan een college van drie
Alfons Geeraerts,
commissarissen, door de gemeenteraad
deskundige sociale verhoudingen haven
aangesteld: Deloitte & Touche Bedrijfsrevisoren,
Philip Heylen,
vertegenwoordigd door de heer Piet Demeester
CD&V-gemeenteraadslid
(bedrijfsrevisor), en gemeenteraadsleden
Patrick Janssens,
Luk Lemmens en Hans Coveliers.
SP.a-gemeenteraadslid Dr. Patrick Meire, deskundige natuurbehoud
25
GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN
26
SOCIAAL KLIMAAT
een beroep worden gedaan op begeleidende maatregelen zoals de vervroegde uitstap of interne verschuivingen. Een
Op het vlak van personeelsaangelegenheden betekende 2003
mooi voorbeeld van deze aanpak was de begeleiding van de
de start van een aantal projecten die bepalend zullen zijn
hoogspanningsagenten, die door de vrijmaking van de elektri-
voor het personeelsbeleid van de komende jaren.
citeitsmarkt boventallig waren geworden. Via een intensieve
In de zomermaanden werd het project functieclassifica-
opleiding en verdere coaching op de werkplek werden deze
tie gelanceerd. Met ondersteuning van externe consultants
mensen omgeschoold tot brug- en sluiswachter, een functie
worden alle functies binnen het Havenbedrijf beschreven,
waarin op korte termijn een tekort zal ontstaan.
geanalyseerd, gewogen en in functieklassen onderverdeeld.
Gedurende het afgelopen jaar gebeurden er 94 arbeidson-
Voor al deze functies worden ook competentieprofielen opge-
gevallen op het werk, wat gepaard ging met een tijdelijke
steld, waarin de specifieke inzichten, vaardigheden en attitu-
arbeidsongeschiktheid van 1495 dagen. In vergelijking met
des die nodig zijn voor een functie, in kaart worden gebracht.
2002 noteren we een daling met 24 arbeidsongevallen tijdens
Het systematisch gebruik van competentieprofielen professi-
de werkuren (-20,3%). In vergelijking met het referentiejaar
onaliseert het personeelsbeleid met doeltreffende en gefun-
1999 betekent dit een daling met 45,9%. Ook op het gebied
deerde keuzes bij de selectie van medewerkers, carrièreplan-
van de dagen werkverlet als gevolg van de arbeidsongevallen
ning, jobmutatie, training, coaching en begeleiding
noteren we een daling met 35,6% t.o.v. 2002 en 64,6% t.o.v.
Verder startte ook de zoektocht naar een nieuwe soft-
1999. Het aantal ongevallen en het aantal dagen werkverlet op
ware voor de loonberekening en het volledige personeelsbe-
de weg van en naar het werk daalde van 24 ongevallen in 2002
heer. Deze software moet op het einde van 2004 kunnen
naar 10 in 2003 met respectievelijk 548 dagen werkverlet
instaan voor een correcte loonberekening en het beheer van
tegenover 260 dagen.
vorming en ontwikkeling en arbeidsongevallen. De andere
In 2003 organiseerde een erkende representatieve vakor-
modules van personeelsbeheer zoals waardering, werving,
ganisatie voor de eerste maal een jaarlijkse nationale anti-
selectie en doorstroom, en disciplinaire sancties volgen in
pestdag op 2 april. Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen
2005.
en Agfa-Gevaert in Mortsel werden uitgeroepen tot de meest
In 2003 werd duidelijk dat ook het Havenbedrijf als
vooruitstrevende bedrijven in Antwerpen voor wat betreft de
publiek bedrijf over een arbeidsreglement moet beschikken.
uitwerking van een anti-pestbeleid. Beide bedrijven hadden,
Dit was meteen de aanzet tot de verdere modernisering van
naast hun intensieve werking rond psychosociaal welzijn, de
het volledige personeelsstatuut, een proces dat ook in 2004
meeste inspanningen geleverd om de nieuwe wetgeving
zal worden voortgezet.
tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het
Enkele afspraken, vastgelegd in de CAO 2002-2003, werden gefinaliseerd. Zo kregen de extralegale verzekeringen
werk toe te passen. Om de opvang en begeleiding permanent te garanderen
voor de contractuele medewerkers concreet vorm. De invali-
besliste het Havenbedrijf in oktober 2003 om ook de preven-
diteitsverzekering biedt een aanvullende uitkering bij onge-
tieadviseur arbeidsveiligheid als vertrouwenspersoon aan te
val of ziekte, het extralegale pensioen bouwt een kapitaal of
stellen. De personeelsleden hebben nu dus de keuze tussen
rente op, bovenop het wettelijke pensioen.
een vrouwelijke en een mannelijke opvangpersoon.
Op het einde van 2003 werd een principieel akkoord bereikt over een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst
DE HAVEN IN DE WERELD
voor de periode 2004-2005. Deze CAO is de uitdrukking van een gemeenschappelijke visie op de opdracht en de toekomst
Afgelopen jaar heeft het Gemeentelijk Havenbedrijf traditio-
van het Havenbedrijf als een economisch slagkrachtig, sociaal
neel zijn medewerking verleend aan belangrijke maritieme
vooruitstrevend en modern, publiek bedrijf. De financiële
activiteiten in binnen- en buitenland. Naast de contacten met
maatregelen en sociale voordelen, afgesproken in voorgaan-
overzeese klanten werd het afgelopen jaar ook aandacht
de CAO’s, blijven van kracht en worden nog uitgebreid.
geschonken aan de clientèle in het Europese hinterland, meer
Bovendien garandeert het Havenbedrijf zijn werknemers werkzekerheid. Bij rationaliseringen of herstructureringen zal
in het bijzonder wat betreft de logistieke en distributiemogelijkheden van de haven naar het achterland.
1–3. Haven- en andere arbeid
Het Havenbedrijf nam deel aan de prinselijke missie naar Mexico en de economische missie naar Congo, beide georganiseerd door Export Vlaanderen, en de missie naar Japan op initiatief van de GOM en de Provincie Antwerpen. Het Havenbedrijf was, samen met B-Cargo, aanwezig op het Logistiek Forum te Duisburg. Eens te meer werd op de noodwendige ingebruikneming van de IJzeren Rijn gewezen, die de steeds toenemende goederenstroom van en naar het Rijn-Roergebied aanzienlijk zou kunnen versoepelen. Dezelfde problematiek werd aangekaart op het DVZ-forum in Duisburg. Met het oog op de internationale uitstraling van de haven had het Havenbedrijf, samen met Export Vlaanderen, een stand op de Intermodal-beurs van São Paulo in Brazilië. In maart ontving het Antwerps Havenbedrijf een delegatie van het havenbestuur van Rostock om een nieuw vervoersproject tussen Antwerpen, Noord-Duitsland, Rusland en Scandinavië te bespreken. In november werd gezamenlijk met IFB de nieuwe goederenspoorlijn Poland-Antwerp Express voorgesteld. Begin december vaardigde het Havenbedrijf een medewerker af naar Wenen naar aanleiding van de jaarlijkse algemene vergadering van de Oostenrijkse verladers met de bedoeling de handels- en verkeerscontacten tussen beide nauwer aan te halen. In het kader van de strategische verbindingen met een steeds uitgestrekter achterland werd een reeks activiteiten op touw gezet met de kamers van koophandel en nijverheid in Noord- en Oost-Frankrijk. Zo werden delegaties ontvangen van CCI Valenciennes, CCI Douai en CCI Châlons-enChampagne. Het Havenbedrijf organiseerde in maart het Internationale Bulkforum in Antwerpen. De algemene vergadering van l’Association Internationale Villes et Ports vond dit jaar in Antwerpen plaats. Het Havenbedrijf werd het afgelopen jaar ook vereerd met het bezoek van het Noorse koningspaar. Begin juli was de vereniging van de Duitse kolenimporteurs te gast in Antwerpen. In het kader van de veiligheidsvoorzieningen in de haven werd ook de Amerikaanse Minister voor Transport in Antwerpen onthaald. Antwerpen was voor het eerst gaststad voor het congres Chemvision, georganiseerd door Prosper Business Media, het Havenbedrijf, BP en BASF.
27
GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN
28
INFRASTRUCTUUR
achter een gesloten Scheldedijk. De voorlopige oplevering van deel I had plaats op 3 oktober 2003. Wat de uitbreiding van
Om op een duurzame wijze een maximale toegevoegde waar-
deel I met 400 m betreft, werd de fundering en de kaaimuur-
de te genereren, stelt het Havenbedrijf de nodige basisinfra-
wand voltooid. De kaaimuurkop werd voltooid over een lengte
structuur ter beschikking van de havengebruiker.
van 140 m. Aan de oostelijke zijde (deel II) werd de kaaimuur voltooid
RENOVATIE EN NIEUWBOUW
over een lengte van 1100 meter. Over ca. 700 m werden de aanvullingen achter de kaaimuur volledig afgewerkt. 400 m
Deurganckdok
kaaimuur zijn aangezet in fundering, waarvan 300 m reeds zijn opgetrokken tot drie vierde van de afgewerkte hoogte. De
De jongste jaren nam de containertrafiek in de haven jaarlijks
graafwerken van de bouwput van deel II zijn volledig voltooid.
met zo’n 10% toe, waardoor de bestaande containerterminals
De eerste waterkerende dijk, dwars over de volle breedte van
op de rechteroever van de Schelde hun maximumcapaciteit
het dokprofiel, werd afgewerkt. Deze dijk laat toe om de kaai-
hebben bereikt. Om aan de exponentiële groei tegemoet te
muur van deel II 550 m landinwaarts achter de Scheldedijk vrij
komen, werd in 1998 beslist een nieuw containergetijdendok,
te baggeren. De baggerwerken (baggercontract Vlaams
het Deurganckdok, op de linkeroever van de Schelde te
gewest) werden aangevat op 5 mei 2003 en zijn voor drie vier-
bouwen.
de voltooid. Ze worden uitgevoerd achter een gesloten
De werken verlopen in drie fasen. De eerste fase betreft de aanleg van een terminal met een oppervlakte van 80 ha. Deze fase bevindt zich aan de westzijde van het dok en voorziet een kaailengte van 1250 meter. De tweede fase beoogt de aanleg van een terminal van 42 ha aan de oostzijde van het dok (1350 meter kaailengte) en 19 ha aan de westzijde (400 meter kaailengte). De werken aan de westzijde (deel I, 400 m uitbreiding)
Scheldedijk. De voorlopige oplevering van deel II is voorzien tegen eind juni 2004. Op 1 juli gaf het Havenbedrijf het bevel van aanvang voor deel III. Aan de westelijke zijde werd de fundering gerealiseerd over een lengte van 300 m. Aan de oostelijke zijde werd de fundering voorzien over z’on 140 m. De eerste baggerfase werd aangevat op 5 mei 2003. De werken worden uitgevoerd in het kader van het baggercon-
zijn toegewezen aan de Tijdelijke Vereniging Cordeel-
tract van de afdeling LIN - Maritieme Toegang van het Vlaams
Aertssen en aangevat in augustus 2002. De werken aan de
gewest. Vooraf werd in de toekomstige dokzone een vertrek-
oostzijde (deel II, 1350 m) werden toegewezen aan de
punt uitgegraven. Ook werd een sluisconstructie in damplan-
Tijdelijke Vereniging CFE/MBG - Van Laere - Dredging
ken gebouwd, dwars in de Scheldedijk, die een verbinding
International en aangevat in maart 2000.
maakt tussen Schelde en het vertrekpunt. Op 15 april 2003
De derde fase voorziet in de aanleg van terminals van
werd het baggertuig via deze sluis tot achter de Scheldedijk
53 ha aan de westzijde van het getijdendok en 62 ha aan de
gebracht. Met de baggerspecie worden de toekomstige termi-
oostzijde (beide ongeveer 1100 meter kaailengte). De werken
nalterreinen ten westen en ten oosten van het Deurganckdok
van deel III worden uitgevoerd door de aannemerscombinatie
opgehoogd.
TV Deurganckdok (Aertssen-Cordeel-CFE/MBG-Van LaereDredging International). De betonwerken aan de westelijke kaaimuur (deel I) wer-
In het kader van de aanleg van het Deurganckdok voorzien het milieueffectenrapport en de bouw- en milieuvergunningen in de aanleg van een aantal natuurcompensatiegebie-
den reeds over de volledige lengte (1400 m) voltooid. Ook de
den. Als compensatie voor de vernietiging van de strook schor
aanvullingen achter de kaaimuur werden volledig afgewerkt
bij de aanleg van het dok, werd het herstel van de
over deze lengte. De eerste waterkerende dijk, dwars over de
Paardenschor voorgesteld. De historische Paardenschor is
volledige breedte van het dokprofiel, werd voltooid. Deze dijk
gelegen ten noorden van de kerncentrale van Doel. De voor-
laat toe om de kaaimuur van deel I ca. 850 m landinwaarts
ziene werken omvatten het terug afgraven tot het natuurlijk
achter de Scheldedijk vrij te baggeren. De baggerwerken
schorreniveau, waarna ze zal aansluiten op de bestaande
(baggercontract Vlaams gewest) werden aangevat op 5 mei
schor Oude Doel. De eigenlijke inrichting van het slik en de
2003 en zijn voor drie vierde voltooid. Ze worden uitgevoerd
schor gebeurt volledig door de rivier. Door het afgraven van de
1. Zicht op beide kaaimuren van het Deurganckdok 2. Baggertuig ‘Rubens’ actief achtter een gesloten Scheldedijk 3. Zicht op de westelijke kaaimuur
schor dient er over de af te graven lengte een Scheldedijk op sigmahoogte te worden verwezenlijkt. De opdracht werd toegewezen aan Dredging International voor een bedrag van 8.909.760 euro. Op 3 maart gingen de werken van start. Ondertussen is de nieuwe Scheldedijk bijna volledig afgewerkt en sinds september is er gestart met de baggerwerken. Het verwijderen van de bestaande Scheldedijk volgde in januari. In mei zullen de werken aan de Paardenschor beëindigd zijn. Ook op het natuurcompensatiegebied Steenlandpolder werden natuurtechnische inrichtingswerken uitgevoerd. Tussen augustus en november werden werken uitgevoerd voor het herstel, de aanleg en de uitbreiding van rietoeverzones langs bestaande afwateringsgrachten, de aanleg van moerasgebieden, de aanleg van een bezinkbekken, het plaatsen van afsluitingen voor begrazingen en de bouw van regelbare stuwen. De inrichtingswerken werden uitgevoerd door Wegenbouwonderneming Huijbregts bvba voor een bedrag van 159.000 euro. Voor het natuurcompensatiegebied De Verrebroekse Plassen liet het Gemeentelijk Havenbedrijf in 2003 afsluitingen plaatsen om het gebied niet langer toegankelijk te maken voor motorcrossers en sluikstorters. Naast de realisatie van verschillende ingangsconstructies werden 6,2 km natuurafsluiting en 6,1 km werfafsluiting geplaatst. De werken werden uitgevoerd door ‘’t Kempisch Domein’ uit Poppel voor een bedrag van 98.000 euro. Voor de inrichting van het natuurcompensatiegebied ‘Drijdijck’ werd in december gestart met de voorbereidende werken (1ste fase), die worden uitgevoerd door het aannemingsbedrijf Van Den Berghe Gebroeders uit Verrebroek voor een bedrag van 75.000 euro. Eind januari werd ook gestart met de oeverversteviging van het Doeldok, ten behoeve van de spoorbundel Krommenhoek aan de westelijke zijde van het Deurganckdok. De benodigde specie zal gewonnen worden uit de baggerstorten rondom het Doeldok. De uitvoeringstermijn voor de oeverversteviging bedraagt 5 tot 6 maanden. Het afgelopen jaar werd een neolithische site ontdekt in deel III. Het onderzoek wordt uitgevoerd door de Archeologische Dienst van het Waasland en werd afgerond in januari 2004. Op 23 september 2003 gaf de Raad van Bestuur groen licht voor de verdere uitvoering van de beslissingen en de opties die hij bij het begin van 2003 had genomen betreffende
29
GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN
1. Tijdelijke brug tijdens de renovatie van de Nassaubrug 2. MSC Home Terminal aan het Delwaidedok
30
de concessies aan het Deurganckdok en de reconfiguratie ervan. Als uitgangspunt voor de reconfiguratie werd consequent het optimaal ruimtegebruik gehanteerd. Reeds bij haar beslissingen van 19 mei 2000 had de Vlaamse Regering hierop aangedrongen. Hesse-Noord Natie zal kunnen beschikken over de westelijke zijde van het Deurganckdok, al wordt de feitelijk bruikbare oppervlakte ervan nog beperkt ter hoogte van de Verkortingsdijk. Het P&O Ports-consortium zal kunnen beschikken over de oostelijke zijde van het Deurganckdok. Het grillige karakter van de oostelijke zijde maakt dat door de integratie hier de grootste ruimte-productiviteitswinst wordt gemaakt en tevens betere mogelijkheden ontstaan voor de binnenvaart- en feederdiensten. In de concessieovereenkomsten zijn stringente eisen opgenomen aangaande het ruimtegebruik door de concessionarissen. Rekening houdend met het feitelijk gebruik kunnen delen van de terminal bij ondergebruik worden teruggenomen en herbestemd. Indien de rederij Maersk aan de gestelde randvoorwaarden van verdere groei van de volumes voldoet, zal de rederij vanaf 2007 exclusief over een af te bakenen terminaloppervlakte aan het Deurganckdok kunnen beschikken. Dit kan gebeuren na terugname van ondergebruikte oppervlakten. Het Havenbedrijf is ervan overtuigd dat de genomen opties de hoogst mogelijke bijdrage leveren voor een efficiënt ruimtegebruik en mede daardoor de haven ook toelaten de blijvend sterke groei van de containertrafieken op te vangen en bovendien de belangrijkste klanten-rederijen te verankeren in de haven.
NATTE INFRASTRUCTUUR
De afdeling Natte Infrastructuur herstelde het afgelopen jaar 43 schadegevallen van averijen, waaronder schades aan kaaiuitrusting zoals meerpalen, fenders, fenderschilden en wielfenders, en aan kaaimuren, dukdalven, bruggen en sluisdeuren. De aanvaring van de kaaimuur ter hoogte van de doorsteek tussen het Hansadok en het vijfde havendok en de aanrijding van het bovenwindverband van de Zandvlietbrug door een vorkheftruck hadden beide zware gevolgen. De aanvaring van de hooggefundeerde kaaimuur ter hoogte van de doorsteek tussen het Hansadok en het vijfde havendok had tot gevolg dat de stalen damplanken over een lengte van ca. 15 m op de bodem van het dok terechtkwamen en de achterliggende grond verschoof. Hierdoor kwam de stabiliteit van de naastgelegen kaaimuren en de achtergelegen
tunnel onder de doorsteek in het gedrang. De damplanken
deze opdracht toegewezen voor een bedrag van 94.898 euro.
werden onmiddellijk van de bodem verwijderd omdat ze een
Bovendien besliste het directiecomité eind 2003 om de
gevaar vormden voor het scheepvaartverkeer. Het
oevers en oeverbekledingen van het Asiadok, Houtdok en
Havenbedrijf opteerde ervoor om bewarende maatregelen te
Kempisch dok te herstellen en te vernieuwen, rekening hou-
treffen onder de vorm van het plaatsen van een groutwand
dende met de vereisten van het ‘Waterplan’.
rondom de ontstane opening in de kaaimuur en nabij de tun-
Met het oog op de bouw van een sluis geschikt voor jach-
nel. De firma Denys werkte binnen het kader van een onder-
ten en de optimale valorisatie van de gronden nabij de
handelingsprocedure een ontwerp uit en voerde werken uit
Schelde gaf het Havenbedrijf opdracht aan de firma Verhelst
voor een bedrag van 197.236 euro. De werken voor de definitie-
om de Kattendijkbrug te slopen voor een bedrag van
ve herstelling van de schade werden toevertrouwd aan de
127.631 euro.
firma Benelux Diving Co. voor een bedrag van 172.150 euro. In de avond van 28 april 2003 reed een vorkheftruck het bovenwindverband van de Zandvlietbrug aan. De brug werd
Voor, tijdens en na de afbraak van de brug bleef de doorgang van het lichte wegverkeer gegarandeerd door de aanleg van een weg over het benedenhoofd van de Kattendijksluis.
onmiddellijk buiten dienst genomen voor het wegverkeer.
In het licht van de exploitatie van de zuidkaai van het
Baeck en Jansen herstelde deze schade voor een bedrag van
Delwaidedok door de MSC Home Terminal besliste het
93.000 euro met de brug in horizontale positie zodat de sluis
Havenbedrijf studieopdrachten uit te schrijven om de nood-
buiten gebruik werd gesteld voor het scheepvaartverkeer. De
zakelijke renovatiewerken aan de kaaimuur te bepalen en de
hinder voor het scheepvaartverkeer bleef echter tot een mini-
vereiste bodembescherming te dimensioneren.
mum beperkt. In het kader van de herontwikkeling van het Eilandje volg-
In samenwerking met het Vlaams Waterbouwkundig Laboratorium te Borgerhout werden eerst de windkrachten
de de afdeling Natte Infrastructuur drie projecten gedurende
op de te ontvangen schepen bepaald en hieruit de troskrach-
het afgelopen jaar: de renovatie van de Nassaubrug, het plaat-
ten afgeleid. Het Gemeentelijk Havenbedrijf gaf, na een
sen van ladders in de oude dokken en de afbraak van de
onderhandelingsprocedure, aan Planet Engineering de
Kattendijkbrug.
opdracht om de stabiliteit van de zuidelijke kaaimuur van het
De renovatie van de Nassaubrug beoogt het wegnemen van de bestaande brug en de vervanging door een replica, de vernieuwing en herstelling van het steenwerk en de vernieu-
Delwaidedok na te gaan in functie van de bepaalde troskrachten. De dimensionering van de bodembescherming zal wor-
wing van de mechanische onderdelen en de elektromechani-
den uitgevoerd door de Technische Universiteit te Delft in
sche uitrusting. Na een onderhandelingsprocedure kreeg de
Nederland. Overeenkomstig de resultaten van deze studies
THV Baeck & Jansen/Demako deze opdracht toegewezen voor
werden de werkzaamheden uitbesteed. Planning van de wer-
een bedrag van ca. 1.932.784 euro.
ken en werforganisatie gebeurden in nauw overleg met de
Om de bereikbaarheid van de Sint-Laureiskaai gedurende de duur van de werken voor fietsers en voetgangers te garanderen, plaatste de aannemer een tijdelijke oeververbinding,
concessionaris Hesse-Noord Natie. De start van de werken is gepland op 22 maart 2004. Met het oog op het vernieuwen van alle bodemrails van
bestaande uit vlotters en twee toegangsbruggen, tussen de
de sluisdeuren van de Kallosluis besliste het directiecomité
Sint-Laureiskaai en de Hanzastedenplaats.
om hiervoor drooglegkuipen te ontwerpen die eveneens
Voor de renovatie van de Nassaubrug, een beschermd monument, kon het Gemeentelijk Havenbedrijf rekenen op subsidie vanwege de stad, de provincie en het Vlaams gewest. Om de veiligheid van het toenemend aantal toeristen op
bruikbaar zouden moeten zijn bij het vernieuwen van de bodemrails van andere sluizen binnen de Antwerpse haven. Het bestek voor het vernieuwen van de bodemrails van de Kallosluis en het leveren van drooglegkuipen werd opge-
en rondom de oude dokken van het Eilandje te garanderen,
maakt als een algemene offerteaanvraag en begin oktober
nam het Gemeentelijk Havenbedrijf het initiatief om in het
2003 overgemaakt aan de afdeling Maritieme Toegang van
Willem-, Bonaparte-, Kattendijk-, Hout-, Asia- en Kempisch
het Vlaams gewest met de vraag het dossier aan te besteden.
dok nieuwe en bijkomende stalen ladders te plaatsen, voorzien van de nodige wrijfhouten. De firma De Bruyne kreeg
De renovatiewerken van de kaaimuurkop van de noorden zuidkaai van het Leopolddok werden ook in 2003 verder
31
GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN
1. Afbraak van de Kattendijkbrug 2. Omleidingsweg die de Rijnkaai verbindt met de Oosterweelsteenweg 3. Nieuw baggerschip ‘De Neus’
32
gezet. Eind 2003 restte aan beide zijden van het dok nog 500 m kaaimuurkop te renoveren. In juni 2004, bij het einde van de werken, zal ongeveer 3300 m kaaimuurkop vernieuwd zijn.
DROGE INFRASTRUCTUUR
Wegenwerken Eind 2002 startte de nv Van Gorp’s Moderne Wegenbouw met de werkzaamheden aan de Beliweg. De werken omvatten de opbraak van de bestaande riolering, het plaatsen van nieuwe riolering en het aanleggen van een onderfundering uit gestabiliseerde verontreinigde grond, van een fundering uit steenslag en van een nieuwe asfaltverharding. De werken werden beëindigd in juni. De kostprijs van de werken bedroeg 1.100.349 euro. Gelijkaardige werken werden uitgevoerd aan de Narvikstraat en de Elzasweg voor een bedrag van 579.618 euro. De werken zijn gestart in juni en werden beëindigd in november. In het kader van de herontwikkeling van het Eilandje voorzag het Masterplan in de afbraak van de Kattendijkbrug. De brug belemmerde het vrije doorzicht van heel wat toekomstige gebouwen in de Montevideowijk. Bovendien had de brug een te beperkte vrije hoogte boven water om schepen via de sluis in de haven toe te laten. In de toekomst krijgt de Kattendijksluis opnieuw de functie van nautische toegang tot de haven. Enerzijds, wegens de aanleg van de Oosterweelverbinding, als een doorgang voor grotere schepen naar het droogdokkencomplex. Anderzijds als recreatiesluis voor de aangroeiende toestroom van zeil- en motorjachten naar de Jachthaven Willemdok. Om de continuïteit van het wegverkeer te verzekeren na de afbraak van de brug, is het Havenbedrijf in juli gestart met de aanleg een tijdelijke omleidingsweg die de Rijnkaai met de Oosterweelsteenweg verbindt. In een latere fase komt over de Kattendijksluis een gelijkgrondse ophaalbrug die beantwoordt aan de nieuwe bestemming van het Eilandje. De nv Heijmans Infra voerde de werken uit voor een bedrag van 395.922 euro. De werken omvatten in hoofdzaak het aanbrengen van een nieuwe betonnen waterkering, het aanleggen van een nieuwe weg in KWS en het aanleggen van voet- en fietspaden. De eigenlijke afbraakwerken van de Kattendijkbrug gingen van start in november. Het Havenbedrijf wees de slopingsopdracht toe aan de nv
Verhelst uit Oudenburg. De kostprijs van de operatie bedroeg
kennen en kunnen, maar wordt er meteen ook opleiding gege-
127.632 euro.
ven. Hiertoe stelde het sleepbedrijf een cursus sleeptechnie-
Aan de Kallosluis werd de verharding van de kaaiplateaus
ken samen die door eigen, tot trainer opgeleide sleepbootka-
vernieuwd. De opbraak van de bestaande verharding en het
piteins werd gegeven. Daarna kregen de kandidaten een uit-
aanleggen van een nieuwe verharding werden uitgevoerd
gebreide opleiding in 'droog slepen' op de simulator. Deze
door de nv Herbosch-Kiere voor een bedrag van 131.349 euro.
simulatortraining moet de kandidaten voorbereiden op het
Aan de Lillobrug werd de betonstructuur hersteld door de nv
laatste deel van het selectietraject: een praktijkstage van
Renotec voor een bedrag van 250.643 euro.
ongeveer zes maanden waarbij zowel de trainers als de sleepbootkapiteins de kandidaten zullen begeleiden en evalueren.
Gebouwen
Dit trajectstadium zal zich in 2004 afspelen.
De afdeling Gebouwen realiseerde in 2003 enkele nieuw-
BAGGERBEDRIJF
bouw- en renovatieprojecten. Zo voerde de nv Building in het kader van de nieuwe Europese veiligheidsnormen werkzaam-
Op 27 juni 2002 werd de bouw van de nieuwe baggerkraan
heden uit voor de aanleg van een Grensinspectiepost voor een
‘De Neus’ gegund aan Scheepswerf De Donge uit Vlissingen.
bedrag van 123.660 euro. Er werd ook een nieuw reinigingsge-
De ponton werd gebouwd in Raamsdonksveer, de tweede ves-
bouw opgetrokken naast droogdok 1 op de site van het
tigingsplaats van Scheepswerf De Donge, en vervolgens
Algemeen Werkhuis Noord. De nv Baeck & Jansen voerde de
getransporteerd naar Vlissingen.
werken uit voor een bedrag van 172.733 euro. Daarnaast gaf
De baggerkraan zelf werd gebouwd in het Franse
het Havenbedrijf ook opdracht voor de sloop van enkele bun-
Perpignan. De onderdelen van de evenwichtskraan werden
kers, hoogspanningsposten en kleine magazijnen, gelegen in
over land en water vervoerd naar Vlissingen, waar de kraan
het havengebied. De sloopwerken werden toegewezen aan de
werd samengebouwd. Het gebruik van een evenwichtskraan
nv Verhelst voor een bedrag van 100.965 euro. Tenslotte werd
voor het uitvoeren van onderhoudsbaggerwerk maakt dat
ook de volledige eerste verdieping van het centrale dienstge-
deze kraan uniek is in de wereld. De kraan werd gebouwd op
bouw aan de Van Cauwelaertsluis gerenoveerd.
een zelfvarend ponton. Drie 24 meter hoge spudpalen zetten de ponton verticaal vast. Met zijn verreikende grijper kan ‘De
OPERATIONELE EN SERVICEDIENSTEN
Neus’ tot tegen de kaaimuur en tot 18 meter diep baggeren. Het baggerschip haalt een capaciteit van 1100 ton per uur, is
SLEEPBEDRIJF
53 meter lang en 22 meter hoog, en wordt begin 2004 operationeel. Voor het Gemeentelijk Havenbedrijf betekent dit een
In 2003 werd voor het eerst in vier jaar de kaap van 20.000 sleeptaken niet gehaald. De terugval van ongeveer 2,5%
investering van 6,7 miljoen euro. Voorts werd de grote revisie van emmerbaggermolen 1
tegenover 2002 is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de uit-
beëindigd. De productie van het jaar 2004 zal hierdoor
zonderlijke weersomstandigheden van 2003. Het is immers
opnieuw op een hoog niveau worden gebracht.
vooral bij slecht weer en bij grotere windsterktes dat de vraag naar sleepboten stijgt. Op technisch vlak werd de vernieuwing van de hoofdmotoren van de sleep- en blusboten van de reeks 80 afgerond. Op het gebied van doorstroming en bevordering van het
In het kader van de ontwikkeling van een duurzame oplossing voor het bergingsprobleem werden in het verleden met succes pilootproeven uitgevoerd. De resultaten van deze proeven hebben geleid tot een vergelijkende studie van verwerking en berging van onderhoudsbaggerspecie. Op basis
personeel werkte het sleepbedrijf een pilootproject uit. Voor
van maatschappelijke, ruimtelijke, ecologische en economi-
medewerkers van het sleepbedrijf en andere diensten van het
sche criteria werd de mechanische ontwatering als de betere
Havenbedrijf, die de ambitie hadden om sleepbootkapitein te
oplossing voor de Antwerpse haven naar voren geschoven. In
worden, werd een volledig opleidings- en selectietraject uit-
dit kader besloot het Havenbedrijf een studie te laten maken
gewerkt.
voor de bouw van een mechanische ontwateringinstallatie
Hierin worden de kandidaten niet alleen getest op hun
voor onderhoudsbaggerspecie: AMORAS (Antwerpse
33
GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN
34
Mechanische Ontwatering en Recyclage en Applicatie van
onder de andere personeelsleden van het bedrijf en werd de
Slib). De studie werd, na een uitgebreide screening, gegund
telefoonpermanentie uitbesteed aan een gespecialiseerd
aan de THV MWH – Seghers Keppel Technology voor een kost-
callcenter, dat afhankelijk van de gebeurtenis de gepaste
prijs van 1.303.160 euro. De studie zit momenteel in de fase
wachtdienst van Elektriciteitsvoorziening waarschuwt.
van voorontwerp. Nadien volgt het basisontwerp, het vastleg-
De liberalisering heeft geen gevolg voor de hoeveelheid
gen van het beheersscenario, het afronden van de vergun-
getransporteerde elektriciteit via het distributienet. De evolu-
ningsaanvraagdossiers en de aanbesteding.
tie van dit cijfer is uitsluitend toe te schrijven aan de schom-
Het onderhoudsbaggerwerk in het Deurganckdok werd
melingen in de activiteiten van de havenfirma’s. Het elektrici-
het afgelopen jaar kritisch bestudeerd met de bedoeling de
teitsverbruik haalde een peik van 305 GWh, wat het record-
kostprijs te verminderen. De conclusies van de studies terzake
jaar in de goederentrafiek weerspiegelt. Het groeipercentage
worden in 2004 verwacht.
van het elektriciteitsverbruik in het havengebied gedurende 2003 bedraagt 4% en ligt hiermee beduidend hoger dan het
ELEKTRICITEITSVOORZIENING
nationale percentage van +/- 1,5%. In 2003 werd ook de renovatie van het dienstgebouw van
In het kader van de liberalisering van de elektriciteitsmarkt is
Elektriciteitsvoorziening aan kaai 206 op enkele kleine pun-
de voorlopige aanstelling door de VREG (Vlaamse Regulerings-
ten na voltooid. Hoewel het volume van het gebouw ongewij-
instantie voor Elektriciteit en Gas) tot netbeheerder voor
zigd is ten opzichte van de oorspronkelijke constructie van
1 jaar , op 5 september 2003 omgezet in een definitieve aan-
1953 en ondanks het feit dat de laagspanningsafdeling, die
stelling voor de wettelijk voorziene termijn van 12 jaar.
vroeger een gebouw aan kaai 142 bezette, nu ook in dit
Voor wat betreft het financiële aspect van de vrijmaking van de elektriciteitsmarkt maakte het Havenbedrijf een tariefvoorstel voor 2004 volgens de richtlijnen van de CREG
gebouw is gehuisvest, werd er meer ruimte gecreëerd. De volledige dienst is nu op één moderne locatie gevestigd. Het Vlaams elektriciteitsdecreet stimuleert de bevorde-
(Commissie voor Regulering van Elektriciteit en Gas) en slaag-
ring van milieuvriendelijke elektriciteitsopwekking. In 2004
de erin om zijn voorstel te laten goedkeuren voor de ganse
dient 3% van het elektriciteitsverbruik geleverd te worden
duur van 2004.
met groene energie. Dit percentage loopt op tot 5% in 2005.
De vrijmaking van de markt brengt met zich mee dat alle
Om aan die normen te beantwoorden ondertekenden Vleemo
netbeheerders, waaronder het Gemeentelijk Havenbedrijf,
N.V. en het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen op 18 maart
een monopolie hebben in hun distributiegebied. De bestaan-
2003 een akkoord voor de ontwikkeling van een windmolen-
de netten van Electrabel en IMEA in het havengebied moeten
park van minimaal 38 windmolens (90 MW). De windmolens
bijgevolg verdwijnen. Daarom werd vanuit het 150 kV-trans-
worden opgesteld in een gebied van 8000 hectare op de
formatorstation van Elia aan de Noorderlaan een nieuwe
Antwerpse rechteroever en worden geïntegreerd in de indus-
kabelverbinding aangelegd naar de dispersiepost aan kaai
triële omgeving. Voor dit project gaat Vleemo N.V. een samen-
206. In de komende jaren zal het elektriciteitsbedrijf nog
werking aan met Nuon Belgium. Bij volledige uitvoering
ingrepen uitvoeren waarvoor niet steeds een dwingende
vraagt het project een investering van 100 miljoen euro. In de
technische vereiste bestaat.
eerste fase zullen ten noorden van de Zandvlietsluis twee
Een bijkomend gevolg van de liberalisering is ongetwij-
windmolens worden geplaatst van elk 2 MW. Het akkoord
feld de druk op de prijzen. Bij de behandeling van het tarief
voorziet verder in de studie naar en de exclusieve ontwikke-
voor 2003 wees de CREG het Havenbedrijf op een noodzakelij-
ling van het volledige windmolenpark. In het voorjaar van
ke besparing van 3% op de werkingskosten in 2003, indien het
2004 zal worden gestart met de bouw van de windmolens
Havenbedrijf het tarief voor 2004 goedgekeurd wilde zien.
aan de Zandvlietsluis. Indien het totale project uitgevoerd
Het Havenbedrijf concludeerde, na analyse, dat vooral de
wordt zoals gepland, verviervoudigt het park het nu reeds
monitoringkost van het elektriciteitsnet te hoog lag. Daarom
opgestelde windvermogen in Vlaanderen. Op dit ogenblik
werd de continue bemanning van de dispatching afgebouwd.
bedraagt het vermogen in windturbines dat in aanmerking
De hoogspanningsagenten werden omgeschoold tot brug- en
komt voor groene stroomcertificaten 29 MW voor Vlaanderen
sluiswachter. Daarnaast werden hun vaste taken verdeeld
en 44 MW voor België.
1. Binnenschip nabij de Lillobrug 2. Binnen- en zeeschip in de Boudewijnsluis 3. Tanker in de Zandvlietsluis
De investering in het Antwerpse windpark zal de doelstellingen van de Vlaamse en Belgische overheden op het gebied van hernieuwbare energie dus in belangrijke mate ondersteunen.
BRUGGEN EN SLUIZEN
In het kader van de naleving van de ISPS-code (International Ship and Port Facility Security Code) besliste het Havenbedrijf om de sluisplateaus van de Zandvliet-, Berendrecht-, Boudewijn- en Kallosluis te omheinen. De werken voorzien in een omheining van draadgaas van 2 m hoog met bovenop een prikkeldraad van 0,5 m, schuifpoorten voor de slagbomen, toegangspoorten van 2 m hoog, personendoorgangen met actieve panieksloten en aan elke sluis 2 centrale doorgangen voor derden. De werken zullen worden uitgevoerd door B&G Hekwerk uit Mechelen voor een bedrag van 406.136 euro. In 2003 werden ook de lichtseinen, die gebruikt worden om binnenschepen aan te geven of ze onder het beweegbare gedeelte van een brug mogen doorvaren, vervangen door seinen, voorzien van LED-technologie (Light Emitting Diode). De nieuwe seinen zijn opgebouwd uit 872 lampjes en geven veel helderder licht. Hun elektriciteitsverbruik ligt 15 keer lager en hun levensduur is 4 keer groter.
KRAANBEDRIJF
Het omzetcijfer van de walkranen blijft steeds in een stijgende lijn gaan en overschreed in 2003 voor het eerst de kaap van 4 miljoen euro. Deze forse stijging van 21% is te danken aan een aantal nieuwe concessieovereenkomsten, de uitbreiding van het mobiele kranenpark en het aanbieden van een zevende mobiele kraan van het 100-tons type. Op 27 september 2003 werd de fusie, centralisatie en verhuizing van de verschillende kraansecties een feit. De nieuwe locatie aan kaai 321 werd meteen feestelijk ingehuldigd tijdens een opendeurdag, waar ook de ingebruikname van de zevende mobiele kraan, MOB 102, werd gevierd, met meer dan vierhonderd aanwezigen. Op dit moment bezit het walkraanbedrijf, naast een reeks 27-tons kranen op rails, een mobiel kranenpark bestaande uit 1 kraan van 25 ton, 1 kraan van 45 ton, 1 kraan van 63 ton en 4 kranen van 100 ton. De kranen zijn inzetbaar in het ganse havengebied.
35
GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN
36
HAVENKAPITEINDIENST
Naast de logistieke ondersteuning door het Gemeentelijk Havenbedrijf vormen de beurzen van de Vlaamse gemeen-
In 2003 liepen 15.724 zeeschepen en 103.992 binnenschepen
schap en de provincie Antwerpen een belangrijke pijler in de
de haven van Antwerpen aan. Van deze binnenschepen waren
dagelijkse werking van APEC. Deze beurswerking maakt het
er 64.225 met bestemming haven en 39.737 in doorvaart.
voor internationale kandidaten makkelijker om toegang te
De havenkapiteindienst voerde 42.975 sluisbewegingen uit. Er werden 15.206 meldingen gedaan en 21.072 ligplaatsen
krijgen tot de expertise in de haven van Antwerpen en de andere Vlaamse havens.
aangevraagd. De meldingen gebeuren voor 88% elektronisch. Slechts 12% wordt nog manueel gemeld.
AMARIS
De afdeling Averijen noteerde 224 dossiers met schade aan het havenpatrimonium. Deze afdeling houdt ook toezicht
De vzw AMARIS, opgericht op 1 juli 2003, ging op 1 oktober van
op het rein houden van het dokwater en de kaaien. Ze stelde
start als ICT-filiaal van het Gemeentelijk Havenbedrijf
het afgelopen jaar 118 vervuilingen vast. De procedure bij
Antwerpen. Sinds de oprichting in 1993 als afdeling van
oliestortingen voorziet dat de vervuiler een reinigingsfirma
Telepolis/CIPAL, heeft AMARIS zich toegelegd op het ontwikke-
aanstelt. Blijft hij in gebreke, dan beveelt de havenkapiteind-
len en implementeren van specifieke maritieme toepassingen
ienst de reiniging. Het Havenbedrijf liet het afgelopen jaar
en op het beheer van het computerpark van het Havenbedrijf.
reinigingstaken uitvoeren voor een bedrag van ongeveer 50.000 euro. De afdeling Gevaarlijke Goederen ontving 218.455 aangiften voor de behandeling van gevaarlijke goederen.
De keuze voor een eigen ICT-filiaal is een verdere stap in de uitbouw van een structuur die de snel evoluerende telematicabehoeften van en voor de haven van Antwerpen kan invullen. Op termijn kunnen via AMARIS op het vlak van telematica verdere strategische samenwerkingsverbanden worden
SAMENWERKINGSVERBANDEN
gezocht die zowel de publieke als de private havengemeenschap aanbelangen.
APEC
2003 zag op het terrein van de nautische toepassingen een toename van het elektronische berichtenverkeer, vooral
APEC-Antwerp/Flanders Port Training Center vierde in 2003
voor het HAZMAT-meldingssysteem. De plannen voor verdere
zijn 25-jarig jubileum. Tijdens een academische zitting in het
uitbouw tot een ‘Port Community Services Portal’ werden door
Provinciehuis van Antwerpen op 25 september 2003 namen
de Vlaamse gemeenschap voor subsidiëring goedgekeurd.
verschillende APEC-alumni het woord. Zij getuigden over de
Eind 2003 ging de applicatie in productie voor de aanmel-
inspirerende rol die APEC gespeeld heeft in de opbouw en
ding, afgifte en afrekening van scheepsafval en ladingresidu-
ontwikkeling van hun loopbaan in de maritieme wereld.
en, conform de Europese en lokale wetgeving.
Vlaams minister voor Mobiliteit, Openbare Werken en
Wat betreft logistiek kwam de toepassing ‘averijen’ op
Energie, Gilbert Bossuyt, sprak zijn waardering uit voor de
kruissnelheid: na de havenkapiteindienst en de diensten
professionaliteit, de zorg en het enthousiasme waarmee
Infrastructuur en Juridische Cel nam ook Financiën deze soft-
APEC gedurende al die jaren meer dan 7000 internationale
ware in dienst. Tijdwinst boeken gebruikers van
gasten naar Vlaanderen had gebracht.
Magazijnbeheer door de invoering van draagbare scanners en
In 2003 woonden 641 deelnemers de standaardseminaries, maatwerkopleidingen en studiebezoeken van APEC bij. Sinds de affiliatie met het Gemeentelijk Havenbedrijf in 1998
die van Bruggen en Sluizen door de installatie van Wyse-terminals gekoppeld aan het ONAP-netwerk. In 2003 werden Electronic Document Management
is APEC uitgegroeid tot een vooraanstaande speler op het vlak
Systems geïmplementeerd voor de toepassingen
van internationale maritieme training. Een van de sleutelele-
Projectbeheer, AutoCad-archief en Syllabus. Dit laatste is een
menten wordt daarbij gevormd door de samenwerking tussen
bedrijfsbreed agenderings- en notuleringssysteem met meer
de publieke en private havengemeenschap, waardoor deelne-
dan 150 geregistreerde gebruikers.
mers uit alle hoeken van de wereld kunnen genieten van een gevarieerd en interactief programma.
De vernieuwing van het boekhoudpakket kende een aantal bijsturingen die resulteerden in meer werk voor AMARIS.
1–2. Minister Bossuyt neemt het woord tijdens de academische zitting ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van Apec 3. Minister Van Mechelen kondigt subsidies aan voor de ‘Port Community Services’
Voor de invoering van een nieuw lonenpakket startten de werkgroepen de onderhandelingen met de kandidaat-leveranciers. Het GIS-gebruik nam verder toe: GeoPort biedt 216 interne gebruikers een catalogus met reeds 22 verschillende thema’s. Het GIS-team realiseerde vorig jaar 2500 verschillende productiekaarten en implementeerde een nieuwe Oracle-database. Met behulp van de installatietool On Command realiseerde Klantondersteuning de omschakeling van NT naar XP bij de eerste 200 Windows-gebruikers. Wat de systemen betreft, was de belangrijkste gebeurtenis de omschakeling naar Oracle-databases. Dit bracht onder meer ook aanpassingen met zich mee voor het Interactief Planningsysteem, alsook voor de datawarehouses van het Managementinformatiesysteem.
37
INVESTEREN IN EEN DUURZAME TOEKOMST
Film stills #5 > BELGIAN NEW FRUIT WHARF
38
Film stills #5 Belgian New Fruit Wharf Locatie: Albertdok – kaai 198 Activiteit: Lossen van fruit
het Memorandum van Overeenstemming afgewerkt zijn. Daarna volgt een periode van negen maanden om tot concrete politieke afspraken te komen. In de studiefase is echter een aanzienlijke vertraging opgetreden met als gevolg dat de gezamenlijke ambtelijke projectorganisatie ProSes (Projectdirectie ontwikkelingsschets Schelde-estuarium) de vooropgestelde einddatum van 4 maart 2004 naar alle waarschijnlijkheid niet zal halen. De einddatum voor de politieke besluitvorming zal wel kunnen worden gehandhaafd, zodat de haven van Antwerpen voor 4 december 2004 uitsluitsel zal hebben over de verdiepings-
3. Investeren in een duurzame toekomst
kwestie. De definitieve resultaten van de Maatschappelijke Kosten-Batenanalyse zullen in de loop van april en mei 2004 bekend zijn. De eerste voorlopige resultaten zijn vrij gunstig en stemmen bijgevolg hoopvol. De resultaten van de Strategische Milieueffectenrapportage worden pas later verwacht. Ondanks de in 2003 geboekte vooruitgang blijft het
DE HAVEN EN HAAR MARITIEME
Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen bezorgd over de nale-
TOEGANKELIJKHEID
ving van de vooropgestelde timing en over het behoud van het specifieke Scheldestatuut zoals verworven in het
DE SCHELDEVERRUIMING
Scheidingsverdrag.
Op 4 maart 2002 ondertekenden Vlaanderen en Nederland in
DE HAVEN EN HAAR
Vlissingen een tweede Memorandum van Overeenstemming.
ACHTERLANDVERBINDINGEN
Centraal in dit Memorandum van Vlissingen staat de uitwerking van een ontwikkelingsschets voor het Schelde-estuarium
BINNENVAART
tot 2010. Hierbij wordt gestreefd naar een evenwicht tussen verschillende belangen. De drie prioritaire functies van het
De binnenvaart blijft het goed doen in de Antwerpse haven. In
estuarium, met name natuurlijkheid, toegankelijkheid en vei-
totaal voerden 64.000 binnenschepen 76,6 miljoen ton af en
ligheid moeten immers worden gewaarborgd.
aan. Dat is 3,2% meer dan in 2002. De belangrijkste goederen-
In de loop van 2003 draaiden de geplande studies, met
categorieën die gebruik maken van deze milieuvriendelijke
name de Maatschappelijke Kosten-Batenanalyse (MKBA) en
transportmodus zijn petroleumproducten, containers en che-
de Strategische Milieueffectenrapportage (SMER), op volle
mische producten.
toeren. Deze studies onderzoeken de verruiming, de
Het congestiewerende karakter van de binnenvaart is een
Overschelde (een verbinding tussen de Ooster- en
belangrijke troef die het Havenbedrijf wil uitspelen bij het
Westerschelde bij Bath ter bevordering van de veiligheid
garanderen van de bereikbaarheid van de haven. Om de bin-
tegen overstromingen) en een natuurontwikkelingsplan voor
nenvaart de mogelijkheid te geven bij te dragen tot de modal
het estuarium.
shift, diende een oplossing te worden gezocht voor het gebrek
Op sterk verzoek van de Antwerpse havengemeenschap
aan overslagcapaciteit voor de binnenvaart in de haven als
heeft de Vlaamse regering aangedrongen op het naleven van
gevolg van de congestie aan de containerterminals. Die kwam
een strikt tijdschema voor de uitvoering van het wetenschap-
er in de vorm van het Mobiliteitsfonds, dat het Havenbedrijf in
pelijk onderzoek en de effectieve besluitvorming. Het volledi-
samenspraak met AGHA, Promotie Binnenvaart Vlaanderen en
ge studietraject moet binnen twee jaar na ondertekening van
het Vlaamse gewest opstartte.
41
INVESTEREN IN EEN DUURZAME TOEKOMST
42
Het Mobiliteitsfonds beoogt de bestaande infrastructuur
tussen de NMBS, de hogere overheden en het Gemeentelijk
beter te benutten door de overslag te spreiden over de dag-
Havenbedrijf werd besloten het project van de tweede spoor-
en de nachtshifts. Onder voorbehoud van de toestemming
ontsluiting voorlopig uit te stellen. De kostprijs van dit spoor
van de Europese Commissie werd daarbij het supplement van
was onder invloed van milieutechnische eisen sinds de eerste
de kost van de nachtarbeid tijdens een proefperiode van juni
plannen verviervoudigd van 250 miljoen tot bijna 1 miljard
tot december 2003 voor twee derde gedragen door het
euro. Zo zou de spoorverbinding over een groot deel van de
Havenbedrijf en voor één derde door de private sector. Voor
lengte ondergronds moeten worden aangelegd, daar waar
de periode 2004 tot en met 2005 is afgesproken dat deze kost
men oorspronkelijk van een bovengronds traject was uitge-
voor een derde door het Havenbedrijf, een derde door de
gaan. Zowel de NMBS, de overheid als het Havenbedrijf bena-
Vlaamse overheid en een derde door de privésector zal wor-
drukken evenwel de noodzaak om de tweede spoorontsluiting
den gedragen.
op middellange tot lange termijn te realiseren om aan de ver-
Met het oog op een vlottere doorgang van de binnen-
wachte groei van het spoorvervoer te kunnen voldoen. Op
schepen aan de zeesluizen werden afspraken gemaakt met
korte termijn kan men middels een aantal operationele en
enerzijds de binnenvaart en anderzijds de stouwers voor het
technische ingrepen nog voldoende capaciteit vrijmaken op
opstarten van een proefperiode.
de bestaande spoorontsluiting om de verwachte groei op te
Verder werden de eerste afspraken gemaakt voor drijvend bunkeren en werden de contracten voor waterbedeling en afvalophaling vernieuwd.
vangen. Aan de tweede spoortunnel is daarentegen een grotere prioriteit toegekend dan oorspronkelijk voorzien. Via een systeem van prefinanciering door de Vlaamse overheid wenst
SPOORTRANSPORT
men de ingebruikname van de tunnel met twee tot drie jaar te vervroegen, zodat deze nog voor het einde van het decennium
Tweede spoorontsluiting en Liefkenshoekspoortunnel
in gebruik kan worden genomen. Op die manier kan ook tegemoet worden gekomen aan de verwachte groei van het
In 2001 keurde het federale parlement het investeringspro-
gecombineerd spoorvervoer ten gevolge van de ingebruikna-
gramma van de NMBS goed voor de periode 2001-2012. Dit
me van het Deurganckdok.
plan voorzag voor 1,4 miljard euro spoorinvesteringen in de Antwerpse haven, met onder andere de aanleg van de tweede
IJzeren Rijn
spoorontsluiting en de tweede spoortunnel onder de Schelde. De tweede spoorontsluiting is een nieuwe spoorverbin-
De enorme groei van de containertrafiek en de toegenomen
ding tussen het vormingsstation Antwerpen-Noord en Lier via
verkeerscongestie op de weg hebben het belang van de histo-
Ekeren, Schoten, Wijnegem, Wommelgem en Ranst. In Lier
rische IJzeren-Rijnverbinding opnieuw onder de aandacht van
wordt aangesloten op het bestaande spoorwegnet naar
het bedrijfsleven gebracht. Het historische IJzeren-Rijntracé is
Duitsland, Frankrijk en Zuid-België. De tweede spoorontslui-
niet alleen aanzienlijk korter in vergelijking met de alternatie-
ting moet het huidige spoortraject langs Antwerpen-
ve route over Montzen en over Eindhoven, maar heeft boven-
Schijnpoort en Berchem helpen ontlasten. De tweede spoor-
dien een veel vlakker lengteprofiel, zodat ook langere en
tunnel, of Liefkenshoekspoortunnel, is een nieuwe, dubbel-
zwaardere treinen er zonder problemen van kunnen gebruik
sporige tunnel tussen de twee Scheldeoevers. De bestaande
maken.
Kennedyspoortunnel zal naar verwachting te weinig capaci-
De onderhandelingen tussen België en Nederland raakten
teit hebben om de toekomstige groei van het spoortransport
echter al snel in een impasse. Twee onafhankelijke milieuef-
als gevolg van de ontwikkelingen op de linker Scheldeoever te
fectenrapporteringen kwamen elk tot de conclusie dat het
kunnen verwerken. De nieuwe tunnel zal bovendien een veel
historische tracé zowel economisch als ecologisch gezien de
kortere verbinding tussen de twee oevers bieden zodat de
beste oplossing biedt. Ook de Europese Commissie heeft zich
efficiëntie van het spoortransport verhoogd kan worden.
later in een advies in die zin uitgelaten. De Nederlandse over-
Financiële moeilijkheden dwongen de NMBS tot een herziening van het investeringsprogramma. In onderling overleg
heid stelde echter zware eisen aan het gebruik van het historische tracé. Zo zou er tegen een hoge kost een spooroverkap-
ping en een tunnel moeten worden gebouwd doorheen de
is het al eerder vermelde Mobiliteitsfonds. Daarenboven heeft
twee natuurgebieden. Zowel over het nut als over de kostprijs
het Havenbedrijf een samenwerkingsverband gesloten met
van deze ingrepen ontstond een diep meningsverschil tussen
verschillende binnenvaart- en spooroperatoren uit België,
België en Nederland. Dit heeft er onder andere toe geleid dat
Nederland, Frankrijk en Duitsland om tijdens de werken de
het engagement van Nederland om de lijn in afwachting van
capaciteit van de multimodale vervoersverbindingen met
een definitieve oplossing tijdelijk in gebruik te stellen, niet
Antwerpen gevoelig uit te breiden. Bij de Europese Commissie
werd nagekomen.
loopt op dit ogenblik een aanvraag tot subsidiëring van een
Daarop dreigde de Belgische overheid begin 2003 eenzij-
modal-shiftproject in het kader van het Marco-
dig een klacht in te dienen tegen Nederland bij het
Poloprogramma, teneinde een deel van de kosten te dekken.
Internationaal Gerechtshof in Den Haag. Ultiem overleg
Het Havenbedrijf zal in samenwerking met de overheid en de
resulteerde uiteindelijk in een overeenkomst tussen de twee
privépartners een informatiestrategie ontwikkelen om deze
landen om de betwisting voor te leggen aan het
initiatieven te promoten.
Internationaal Arbitragetribunaal gevestigd in Den Haag. Dat zal zich moeten buigen over de modaliteiten waaronder
DE HAVEN EN HAAR OMGEVING
België de IJzeren Rijn opnieuw in gebruik kan stellen. Een uitspraak hierover wordt in september 2004 verwacht.
NATUURCOMPENSATIES
WEGVERVOER
In 2003 werd ook verder uitvoering gegeven aan het natuurcompensatieplan waartoe de Vlaamse regering op 18 maart
In juni 2004 start de Vlaamse overheid met grootschalige werken aan de Antwerpse Ring R1. Een grondige renovatie
2002 besliste. In maart 2003 werden de werken aan het natuurcompen-
drong zich op gezien de slechte staat van het wegdek en de
satiegebied ‘Steenlandpolder’ gestart. Eind 2003 werden deze
funderingen en de toegenomen verkeersdrukte. De heraanleg
werken afgerond en kon worden gestart met het beheer van
zal gebeuren rekening houdend met de huidige vereisten
het gebied.
inzake staat van de weg, fundering, afwatering en signalisa-
Er werd ook begonnen met het afgraven van de
tie. Hierdoor zal de performantie en veiligheid worden ver-
‘Paardenschor’, een ander natuurcompensatieproject dat als
hoogd. Er wordt gestreefd naar een maximale levensduur (40
randvoorwaarde werd gesteld voor de realisatie van het
jaar) met een minimaal onderhoud. De werken strekken zich
Deurganckdok. De nieuwe Scheldedijk op sigmahoogte werd
uit tussen de verkeerswisselaar E19 – A12 in het noorden tot
gerealiseerd en de aansluiting met de bestaande dijk is
en met de Kennedytunnel in het zuiden, inclusief het viaduct
momenteel in uitvoering. Met de afgraving tot op het natuur-
van Merksem, alle op- en afrittencomplexen en de verbin-
lijk schorre niveau, is gestart op 25 september. Begin 2004 zal
dingslussen met de aansluitende autosnelwegen (E313, E34,
de afgraving van de Paardenschor een feit zijn.
E19, A12). Het verkeer blijft steeds mogelijk in beide richtin-
Ook met andere natuurcompensatieprojecten die met de
gen, maar wel op een beperkt aantal versmalde rijstroken. Dit
uitvoering van het Deurganckdokproject verbonden zijn, werd
impliceert een halvering van de capaciteit van de ring.
voortgang gemaakt. Zo werd in opdracht van het
Om de hinder van de werken zoveel mogelijk te beperken,
Gemeentelijk Havenbedrijf een milieueffectenrapport opge-
worden er verschillende initiatieven genomen. Zo gaat het
maakt met betrekking tot de natuurinrichting van de
Vlaams gewest vijf tijdelijke bruggen aanleggen over de
‘Drijdijck’ , de ‘Zoetwaterkreek ZW-B’ ter hoogte van
belangrijkste kruispunten op de binnensingel, wordt het aan-
Kieldrecht en ‘Putten-West’. Dit MER is ondertussen afgerond,
bod van het openbaar vervoer gevoelig uitgebreid en worden
zodat begin 2004 de nodige vergunningsaanvragen kunnen
er carpoolparkings aangelegd in de randgemeenten. Ook van-
plaatsvinden. Inmiddels is ook gestart met een aantal eerder
uit het bedrijfsleven zijn er initiatieven genomen om de effec-
beperkte inrichtingsmaatregelen die binnen de reeds
ten van de werken te minimaliseren.
bestaande vergunningen voor de betrokken gebieden vallen,
Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen heeft in dit kader eveneens een aantal projecten opgestart. Een daarvan
zodat voldaan kan worden aan de verplichtingen die door de vergunningverlenende overheid werden opgelegd voor de
43
INVESTEREN IN EEN DUURZAME TOEKOMST
44
bouw van het Deurganckdok. Tenslotte werden de noodzakelijke inrichtingsplannen
De samenwerking tussen de vzw Natuurpunt, het Havenbedrijf en het bedrijfsleven leverde ook op andere plaat-
opgemaakt voor de vereiste habitatontwikkeling in het com-
sen resultaat op. Zo werden de kosten gedeeld tussen het
pensatiegebied ‘Vlakte van Zwijndrecht’. Ook hier zullen
Havenbedrijf en het bedrijf SAMGA voor de bouw van een
begin 2004 de nodige vergunningen worden aangevraagd en
nestkast voor slechtvalken. Op 1 oktober 2003 werd aan de
werden reeds beperkte instandhoudingsmaatregelen op het
hoogste toren van het bedrijf, dat zich situeert aan de zuider-
terrein genomen.
zijde van het Amerikadok, de nestkast opgehangen. Het bedrijf, dat gespecialiseerd is in opslag en behandeling van
SAMENWERKING MET DE VZW NATUURPUNT
granen, hoopt op die manier de overlast van duiven te kunnen bekampen.
De samenwerking met de vzw Natuurpunt op het gebied van
Naast de realisaties op het terrein werd door de vzw
ontwikkeling van ecologische infrastructuur in het zeehaven-
Natuurpunt in overleg met de stuurgroep Ecologische
gebied, die van start ging in 2001, werd gedurende het afgelo-
Infrastructuur een potentiekaart voor ecologische infrastruc-
pen jaar verder gezet. De huidige overeenkomst met de vzw
tuur opgesteld. Die kaart vormt de basis voor het maken van
Natuurpunt loopt nog tot 2005. Het rapport van het wer-
een ontwerp van netwerk voor ecologische infrastructuur in
kingsjaar september 2002 - september 2003 bevat een over-
het zeehavengebied, en zal later worden gebruikt bij het vast-
zicht van alle projecten en plannen die tot nu toe in samen-
stellen van het ruimtelijke uitvoeringsplan voor de zeehaven.
werking met de vzw Natuurpunt werden opgesteld of tot uit-
De vzw Natuurpunt is met dit afbakeningsvoorstel reeds ver
voering gebracht.
gevorderd, maar de besprekingen met het Havenbedrijf zelf en
Zo besliste het Gemeentelijk Havenbedrijf om een
de andere betrokken publieke partijen en het bedrijfsleven
natuurontwikkelingsproject te realiseren in de bufferzone ter
zijn nog niet afgerond. Wel staat nu al vast dat het netwerk
hoogte van de Tijsmanstunnel. Het gaat om de realisatie van
zich prioritair zal enten op het publieke domein binnen het
een vispaaiplaats, waarbij via een pijpverbinding met het
zeehavengebied (toebehorend aan meerdere instanties zoals
kanaaldok een waterplas gevoed wordt en een interessante
Gemeentelijk Havenbedrijf, MIGL (Maatschappij voor Grond-
broedplaats voor vissen kan ontstaan. Eind 2003 werd een
en Industriealisatiebeleid), NMBS, AWZ(Administratie
bouwvergunning ingediend bij de bevoegde instantie en de
Waterwegen en Zeewegen)) en dat op de privégronden enkel
realisatie zal geschieden in de loop van 2004. Op de linkeroe-
op vrijwillige basis en via een gediversifieerd aanbod van
ver werd na overleg met het Vlaams gewest en de andere
samenwerkingsformules afspraken zullen worden gemaakt.
leden van de stuurgroep Ecologische Infrastructuur een
Het Gemeentelijk Havenbedrijf heeft, samen met 11 ande-
bouwvergunningsaanvraag ingediend voor de creatie van een
re partners, waaronder de haven van Rotterdam, eind 2003 bij
visdieveneilandje aan de Schelde, ter hoogte van Kallo.
de Europese Commissie een project ingediend (InterregIIIB
Vermeldenswaard zijn ook een aantal projecten waarbij
North-West European Delta, nr. 417), waarbij de partners via
bestaande ecologische infrastructuur in stand wordt gehou-
onderzoek en demonstratieprojecten kennis willen opdoen en
den. Zo werd, niet ver van de vindplaats van het wit bosvogel-
ervaringen willen uitwisselen omtrent de wijze waarop met
tje op een braakliggend perceel van New Holland Tractor op
de Europese regelgeving inzake natuur in haven- en kustge-
de rechteroever, een belangrijke populatie moeraswespenor-
bieden het beste wordt omgegaan. De Europese Commissie
chissen aangetroffen die door verbossing was bedreigd. Na
zal naar verwacht begin januari 2004 uitsluitsel geven over de
overleg met de eigenaar kon de vzw Natuurpunt verschillen-
goedkeuring. Bij goedkeuring zal het Gemeentelijk
de acties ondernemen: maaibeurten en het kappen van de
Havenbedrijf kunnen beschikken over een 50%-subsidie van
berkenopslag moesten ervoor zorgen dat het terrein openge-
725.000 euro ter cofinanciering van enerzijds demonstratie-
houden bleef. Het Havenbedrijf zal de nodige maatregelen
projecten met betrekking tot ecologische infrastructuur en
treffen om ook in de toekomst – wanneer concessies worden
anderzijds onderzoek naar alternatieve bagger-
uitgeschreven in het gebied – deze percelen te vrijwaren voor
en stortstrategieën.
vernietiging.
1. Natuurreservaat Blokkersdijk 2. Schor Ouden Doel en natuurcompensatiegebied Paardenschor 3. Zwartkopmeeuwen ten noorden van de Zandvlietsluis
STRATEGISCHE PLANNING
Op basis van de uitvoering van het Vlaamse regeerakkoord van juli 1999 werd een planningsproces in de Vlaamse havens opgestart. Met betrekking tot de Antwerpse haven betreft het een strategisch planningsproces voor de linkeroever en voor de rechteroever afzonderlijk. Meer in het bijzonder werd in het regeerakkoord bepaald dat voor het einde van de regeerperiode door de Vlaamse regering voor elk havengebied in Vlaanderen een strategisch plan en een ruimtelijk uitvoeringsplan moet worden opgesteld dat uitgaat van een maximale bescherming van de omliggende woonzones, het behoud en het versterken van de ecologische infrastructuur binnen en buiten het havengebied en een zuinig ruimtegebruik, waardoor de economische expansie van de havens niet langer gelijkgesteld wordt aan het innemen van nieuwe open ruimte ten koste van landbouw, natuur of bestaande woongebieden. De strategische planning zal de basis vormen voor een gezamenlijk einddocument dat aan de Vlaamse regering wordt voorgelegd, waarna de ruimtelijke uitvoeringsplannen door de gewestelijke overheid zullen worden opgemaakt. De strategische planning wordt voor de beide Scheldeoevers afzonderlijk uitgevoerd. Sinds 1998 is een proces van strategische planning gestart op de linkeroever. Dit proces wordt gecoördineerd door de diensten van de gouverneur van Oost-Vlaanderen. Het proces op de rechteroever is pas in 2001 opgestart en wordt gecoördineerd door de gouverneur van de provincie Antwerpen. Een combinatie van de resultaten van beide planningsprocessen zal leiden tot één globaal strategisch plan voor het Antwerpse havengebied. De uiteindelijke integratie van beide planningsprocessen dient te gebeuren voor het einde van de lopende Vlaamse legislatuur. In het jaar 2003 werd in beide planningsprocessen fundamentele vooruitgang geboekt. Op de linkeroever werd een voortgangsrapport opgesteld dat de voornaamste principes incorporeert waaraan het strategisch plan moet voldoen. Deze principes werden door de plenaire vergadering aanvaard. Op de rechteroever werd een belangrijke inhaalbeweging doorgevoerd, zodat aansluiting kan worden gemaakt bij het andere planningsproces. In 2004 zullen de eerste stappen tot integratie van de strategische planningsprocessen voor de haven worden gezet.
45
JAARREKENING
Film stills #6 > ANTWERP BULK TERMINAL
46
Film stills #6 Antwerp Bulk Terminal Locatie: Delwaidedok – kaai 750 Activiteit: Lossen van kolen
49
2. RESULTATENREKENING
De samengevatte resultatenrekening van het Havenbedrijf wordt weergegeven in tabel 1. Het resultaat van het boekjaar is identiek aan het resultaat van vorig boekjaar. Dat komt doordat, met ingang van het boekjaar 2000, met de Controledienst der Verzekeringen is overeengekomen om de winst boven het bedrag van 2.299.901 euro af te dragen aan het pensioenfonds van het Havenbedrijf. Deze verplichting werd opgelegd met het oog op de opbouw van aanvaardbare pensioenreserves. Het bedrag van 2.299.901
4. Jaarrekening 2003
euro is gebaseerd op een referentiedividend van 2.069.910 euro, verhoogd met de wettelijk voorgeschreven reservering van 10% op de winst van het boekjaar. De pensioenverplichtingen die het Havenbedrijf bij zijn omvorming tot autonoom gemeentebedrijf overnam van de stad Antwerpen wegen zwaar op de rendabiliteit, wat zich in de voorzienbare toe-
COMMENTAAR BIJ DE JAARREKENING
komst zal doorzetten. In uitvoering van deze verplichting is in de jaarrekening van 2003 onder de personeelskosten een bij-
1. INLEIDING
komende pensioenverplichting van 5,1 miljoen euro opgenomen. In het boekjaar 2002 was dit 15,2 miljoen euro. Deze ver-
Na drie opeenvolgende jaren afgesloten te hebben met een
laagde afdracht impliceert dat, vóór afdracht van het pensi-
totaal maritiem goederenverkeer van ongeveer 130-132 mil-
oenfonds, het Havenbedrijf een minder goed resultaat heeft
joen ton, is in 2003 opnieuw een belangrijke stap gezet met
kunnen realiseren dan in de voorbije twee jaren. Dat is in eer-
een totaal maritiem goederenverkeer van 142,9 miljoen ton.
ste instantie te wijten aan het feit dat bijkomende kosten
De grootste component hiervan is het containergoederen-
opgelopen zijn voor natuurcompensatiewerken en dit ten
verkeer, dat in 2003 een groei van 15,7% liet optekenen. Het
belope van 7 miljoen euro.
aantal zeeschepen dat Antwerpen aandeed, steeg met 1,1% tot 15.724. De bruto tonnenmaat van deze schepen blijft verder stijgen en bereikte in 2003 een totaal van 227.884.717 BT.
RESULTATEN
De gemiddelde grootte van de zeeschepen in de haven van
euro x 1.000
Antwerpen stijgt hierdoor met 3,5% tot ongeveer 14.493 BT.
Bedrijfsopbrengsten
227.048
219.273
224.706
Financieel gezien is 2003 echter een minder gunstig jaar. De
Bedrijfskosten
(231.853)
(224.274)
(229.888)
omzetten die aan havenactiviteiten zijn verbonden, bleven
Bedrijfsverlies
(4.805)
(5.001)
(5.182)
weliswaar op peil en ook de werkings- en personeelskosten
Financiële opbrengsten
13.218
13.401
16.261
bleven vrij stabiel. Belangrijke natuurcompensatiekosten in
Financiële kosten
(7.691)
(7.556)
(7.147)
het kader van de bouw van het Deurganckdok ten belope van
Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening
7 miljoen euro drukken echter het resultaat. Tevens zijn er in
Uitzonderlijke opbrengsten
het kader van de verplichtingen ten gevolge van het havende-
Uitzonderlijke kosten
creet nieuwe voorzieningen gevormd voor 3,9 miljoen euro.
Winst voor belasting
Als resultaat is de extra afdracht naar het pensioenfonds
Belastingen
gedaald van 15,2 miljoen euro in 2002 naar 5,1 miljoen euro.
Winst van het boekjaar
Hierna worden achtereenvolgens de resultatenrekening, de balans, het cashflowoverzicht en de verhoudingen met de stad besproken.
(TABEL 1)
2003
2002
722
844
1.825
2.355
(239) 2.308 (8) 2.300
(878) 2.321 (21) 2.300
2001
3.932 93 (1.671) 2.354 (54) 2.300
JAARREKENING
50
2.1 BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2.2 BEDRIJFSKOSTEN
De omzet van in totaal 201 miljoen euro (195 miljoen euro in
De vergelijking over de jaren tussen de verschillende deelru-
2002) omvat concessies (39% in 2003, 38% in 2002, 36% in
brieken wordt weergegeven in de grafiek 1. Voor deze vergelij-
2001), zeevaartrechten (34% in 2003, 33% in 2002, 32% in
king zijn, in afwijking van de jaarrekening, de kosten van het
2001), sleeprechten (14% in 2003, 15% in 2002, 14% in 2001),
door de stad ter beschikking gestelde personeel opgenomen
elektriciteit (6% in 2003, 7% in 2002, 11% in 2001), binnen-
onder de personeelskosten in plaats van onder de diensten en
vaartrechten (3% in 2003, 4% in 2002, 3% in 2001) en wal- en
diverse goederen.
vlotkranen (3% in 2003, 3% in 2002, 3% in 2001).
De rubriek handelsgoederen, grond- en hulpstoffen
De opbrengsten van concessies stegen met ongeveer
bestaat vooral uit de aankoop van elektriciteit die, vanwege
4,6% door een combinatie van tariefverhogingen, heropme-
de nu volledige overgang naar netwerkbeheerder, verder is
tingen en de uitgifte van sommige terreinen.
gedaald.
Bij de zeevaartrechten wordt vastgesteld dat de toegenomen activiteit zich ook vertaald heeft in 7% hogere omzetten. Voor de binnenvaartrechten (tabel 2) zien we dat het
Aankopen van diensten en diverse goederen stijgen met 16,5 miljoen euro om drie redenen: – natuurcompensatiekosten voor een bedrag van
laadvermogen t.o.v. 2002 is gestegen met 8,36%. Dit resulteert
7 miljoen euro;
echter niet in een hogere omzet, als gevolg van een verdere
– kosten aan loswallen voor 3,1 miljoen euro;
tariefdaling vanaf 1 juli 2003 die werd doorgevoerd in uitvoe-
– kosten van transmissie- en aanverwante kosten (Elia-net-
ring van een beslissing hierover door de Vlaamse regering.
werk en diverse bijdragen) voor 4,1 miljoen euro.
De parameters voor facturering van sleeprechten
De personeelskosten bedragen, inclusief de kosten voor
(tabel 3) dalen licht, waardoor samen met de in 2003 doorge-
ter beschikking gesteld personeel, 133,6 miljoen euro. In 2002
voerde tariefstijging de omzet stabiel is gebleven.
beliep de vergelijkbare kost 142,7 miljoen euro. De uitsplitsing
Het omzetcijfer voor elektriciteit blijft stabiel rond 12 miljoen euro. In 2003 heeft het Havenbedrijf de overgang naar netwerkbeheerder voltooid.
van de personeelskosten verklaart deze daling (tabel 4). Bij de oprichting werd in de statuten bepaald dat het Havenbedrijf pensioenlasten van de stad overnam, niet alleen
De inkomsten uit prestaties van wal- en vlotkranen dalen
van het eigen havenpersoneel, maar ook van alle gepensio-
per saldo licht. De inkomsten uit de walkranen zijn echter
neerden die op het einde van hun loopbaan in het
sterk gestegen (23%) terwijl de inkomsten uit de vlotkranen
Havenbedrijf waren tewerkgesteld. Voor deze pensioenver-
ten gevolge van een gedaald aantal taken afgenomen zijn.
plichting, die volgens actuariële berekeningen op 31 december 2003 731 miljoen euro beloopt, maakte de stad geen reserves over aan het Havenbedrijf. Daardoor betaalt het Havenbedrijf
BINNENVAARTRECHTEN
m3 Binnenvaartreis Doorvaartreis Totaal
nu pensioenen uit en stort het bijdragen in een speciaal voor
(TABEL 2)
het statutair havenpersoneel opgericht pensioenfonds, dat
2003
2002
verschil
%
96.858.938
87.084.588
9.774.350
11,22%
onderworpen wordt aan de regels en het toezicht van de CDV.
33.550.440
33.264.172
286.268
0,86%
Op 31 december 2003 belopen de door het Havenbedrijf in het
130.409.378
120.348.760
10.060.618
8,36%
pensioenfonds opgebouwde reserves 94 miljoen euro. Om erkend te worden door de CDV dient het pensioenfonds aan minimale financieringsvereisten te voldoen.
SLEEPRECHTEN
Aantal sleeptaken Totale BT Aantal gordels
Onmiddellijk aan deze vereisten beantwoorden, gaat de huidi-
(TABEL 3)
ge financiële draagkracht van het Havenbedrijf te boven.
2003
2002
verschil
%
19.733
20.335
-602
- 1,61%
Daarom is met ingang van het boekjaar 2000 een gedeeltelijke
447.396.998
456.245.926
-8.848.928
-1,94%
vrijstelling overeengekomen. Die vrijstelling wordt gekoppeld
69.952
71.230
-1.278
-1,79%
aan de voorwaarde dat de opbrengsten uit onroerende goederen en winsten boven het referentiedividend en de wettelijke reservering, ten belope van 10% van het resultaat, aan het
51
(GRAFIEK 1)
EURO x 1 000
EVOLUTIE VAN DE BEDRIJFSKOSTEN
140 000 120 000
2001 2002 2003
100 000 80 000 60 000 40 000 20 000 0 -20 000 aankopen
PERSONEELSKOSTEN
diensten en diverse goederen
personeelskosten
Loonkosten personeelsleden
Extra afdracht pensioenfonds Totaal
andere bedrijfskosten
verklaart.
2003
2002
78.461
76.953
50.108
50.554
– de kanaaldokken B1 en B2 zijn sinds begin 2003 volledig
5.052
15.179
afgeschreven waardoor de afschrijvingen dalen;
133.621
142.686
De lichte daling van de afschrijvingen volgt uit de volgende compenserende factoren:
Pensioenen en kostprijs voor Havenbedrijf van service cost 2002
voorzieningen en waardevermindering
euro opgenomen is, wat de stijging van de personeelskosten
(TABEL 4)
euro x 1.000
afschrijvingen
– in 2002 is een belangrijk deel van het breedbandnetwerk ONAP volledig afgeschreven; – anderzijds is in 2003 een gedeelte van het Deurganckdok voorlopig opgeleverd waardoor hierop ook afschrijvingen
pensioenfonds moeten worden afgedragen. De reeds betaalde werkgeversbijdrage van 50,1 miljoen
geboekt worden. Bij de voorzieningen is er per saldo een afname van
euro (in 2002 was dat 50,6 miljoen euro) wordt zo aangevuld
2,7 miljoen euro. Dit saldo wordt hoofdzakelijk bepaald door
met 5,1 miljoen euro (in 2002 was dat 15,2 miljoen euro).
een terugname van voorzieningen voor hangende geschillen,
Hoewel er op die manier in 2002 en 2003 grote inspanningen
waarvan het Deurganckdok het hoofdbestanddeel is. Deze
werden geleverd, zal er de volgende jaren nog een inhaalbe-
terugname is voor het grootste deel het gevolg van de effectie-
weging moeten gebeuren om het schema van de minimale
ve aanwending van de voorziening.
financieringsvereisten na te leven. Zonder rekening te houden met de pensioenlasten is er
De Raad van Bestuur wenst te benadrukken dat hij de nodige maatregelen zal treffen om te trachten de schade die
sprake van een lichte stijging van de personeelskosten. Er was
door het Havenbedrijf wordt geleden te verhalen op andere
in 2003 een indexstijging met een toename van de loonkosten
partijen die in dit dossier verantwoordelijkheid dragen. Wat
tot gevolg, die echter werd gecompenseerd door een lichte
de recuperatie van deze schade betreft, ontvangt het
daling van het aantal personeelsleden. Omwille van het feit
Havenbedrijf tot op heden wel een prefinancieringsbijdrage
dat binnen het Havenbedrijf beslist is om over te gaan tot een
van het Vlaams gewest. Deze bijdrage beloopt op 31 december
uitbetaling van ‘vertrekvakantiegeld’ aan ook de statutaire
2003 15 miljoen euro en is opgenomen onder de overige schul-
personeelsleden, is de noodzaak ontstaan de hieraan verbon-
den.
den verplichting in de balans op te nemen. In totaliteit
In december 2002 heeft de Vlaamse regering in een princi-
beloopt deze verplichting 4,9 miljoen euro die gespreid over
piële beslissing besloten om het Havenbedrijf te vergoeden
drie jaar zal worden opgenomen, zodat er in 2003 1,6 miljoen
voor 60% van de opgelopen schadeclaims van de aannemers.
JAARREKENING
52
BALANS
(TABEL 5)
euro x 1.000
31/12/03
31/12/02
euro x 1.000
31/12/03
31/12/02
307.110
307.110
III. Herwaarderingsmeerwaarde
23.209
24.856
IV. Reserves
15.395
13.542
281.732
258.605
Activa III. Materiële vaste activa IV.
Financiële vaste activa
V.
Vorderingen > 1 jaar
Passiva 884.543
845.487
1.035
609
0
0
VI. Voorraden
I.
Kapitaal
2.498
2.521
VII. Vorderingen < 1 jaar
47.607
38.423
VII. Voorzieningen
63.487
66.192
VIII. Geldbeleggingen
13.023
15.133
VIII. Schulden > 1 jaar
94.513
102.438
IX. Liquide middelen
2.617
2.938
IX. Schulden < 1 jaar
146.101
112.202
X.
6.431
6.075
X.
26.207
26.241
957.754
911.186
957.754
911.186
Overlopende rekeningen Totaal
VI. kapitaalsubsidies
Overlopende rekeningen Totaal
Deze principiële beslissing, die een geheel vormt met andere
2.3 FINANCIEEL RESULTAAT
beslissingen, is echter nog niet geformaliseerd in een ondertekende overeenkomst. Wegens het ontbreken van een
Het financiële resultaat bleef stabiel. Ondanks de grote inves-
ondertekende overeenkomst kunnen deze recuperatiemoge-
terings- en pensioenuitgaven die resulteerden in bijkomende
lijkheden nog niet als voldoende zekere opbrengsten voor de
financiering, stegen de kosten van schulden slechts met 2,3%.
jaarrekening 2003 worden beschouwd. Indien er inderdaad
Dit is te danken aan het feit dat gedurende het boekjaar het
een overeenkomst wordt gesloten tussen het Havenbedrijf en
thesaurieprogramma het mogelijk heeft gemaakt te financie-
het Vlaams gewest die bepaalt dat 60% van de schadeclaims
ren tegen voordelige rentevoeten.
door het Vlaams gewest zal worden gedragen, betekent dit een geschatte vermindering van de schadelast voor het
2.4 UITZONDERLIJK RESULTAAT
Havenbedrijf van 17 miljoen euro. Mochten de claims in verband met het Deurganckdok gerecupereerd kunnen worden,
Het uitzonderlijke resultaat is hoofdzakelijk toe te schrijven
dan moeten, in toepassing van de huidige overeenkomst met
aan de verkoop van een terrein gelegen aan het Kempisch Dok.
de CDV, deze gelden worden aangewend voor de financiering van het pensioenfonds.
3. BALANS
Verder is een gedeelte van de voorziening voor de afwerking van de loswallen aangewend (3,1 miljoen euro) daar de
De samengevatte balans wordt weergegeven in (tabel 5).
loswal 1B1 aan de Zandvlietsluis afgewerkt wordt. Tegenover deze bestedingen van voorzieningen staat
3.1 ACTIVA
vooral de vorming van nieuwe voorzieningen in het kader van het havendecreet voor 4,4 miljoen euro. De hoofdbestanddelen van de andere bedrijfskosten zijn
De waarde van de materiële vaste activa steeg met 38,9 miljoen euro. Dit saldo bestaat uit de volgende factoren:
de kosten van onroerende voorheffing, betaalde watervang
Miljoen euro
belasting en schadeloosstellingen aan derden. Bij deze laatste
investeringen
74,9
liepen de schadebedragen tengevolge van het Deurganckdok
afschrijvingen
- 35,7
op tot 5,3 miljoen euro.
buitengebruik/herwaarderingen
- 0,3
Investeringen ten belope van 58,1 miljoen euro in het
53
4. CASHFLOWOVERZICHT
Deurganckdok, waarvan 60% wordt gesubsidieerd, zijn veruit de grootste component binnen de investeringen, gevolgd
De samenvattende tabel geeft een inzicht in de inkomende en
door investeringen in een nieuwe evenwichtskraan (3,8 mil-
uitgaande geldstromen. We stellen vast dat de uitgaven van
joen euro zonder subsidies) en dienstgebouwen (1,9 miljoen
investeringen en pensioenkosten de operationele cashflow
euro zonder subsidies).
overtreffen. Dit zorgt er onder andere voor dat de beschikbare
De uitstaande handelsvorderingen nemen toe ten
geldbeleggingen en liquide middelen in 2003 gedaald zijn met
opzichte van 2002 omwille van facturatie kort voor het jaar-
2,5 miljoen euro, ondanks de eerder besproken opgehaalde 29
einde op het vlak van elektriciteit. Hierdoor stijgt het aantal
miljoen euro via de uitgifte van thesauriebewijzen.
dagen klantenkrediet van 30 naar 36. De aandelen FINEG NV die einde 2002 opgenomen waren onder de geldbeleggingen, zijn in 2003 aan het pensioenfonds verkocht tegen boekwaarde.
CASHFLOW
euro x 1.000 3.2 PASSIVA
Geldbeleggingen en liquide middelen begin boekjaar Winst na belasting
2003
2002
18.071
30.009
2.300
2.300
Het eigen vermogen stijgt vooral door het toegenomen
Afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen
32.487
20.071
bedrag aan kapitaalsubsidies, in eerste instantie omwille van
Afschrijving van kapitaalsubsidies
(11.521)
(11.388)
subsidies voor het Deurganckdok.
Eliminatie kosten schulden/dividenden/
De daling van de voorzieningen is vooral te wijten aan de
opbrengsten vlottende activa
5.931
5.444
55.160
65.733
verdere besteding van voorzieningen voor het Deurganckdok,
Eliminatie pensioenkosten
zoals al toegelicht in de commentaar bij de resultatenreke-
Wijziging in bedrijfskapitaal
(7.213)
9.273
ning.
Cashflow gegenereerd uit operationele activiteiten
77.144
91.433
(74.672)
(77.316)
Omwille van de evolutie van de kaspositie van het
Netto investeringen
Havenbedrijf (zie verder onder punt 4 – Cashflowoverzicht)
Ontvangen subsidies
34.622
23.314
werd verder gebruik gemaakt van het in 2002 ingevoerde pro-
Cashflow besteed aan investeringsactiviteiten
(40.050)
(54.002)
gramma van thesauriebewijzen. Eind 2003 stonden er voor
Kosten schulden/dividenden/opbrengsten vlottende activa
(5.931)
(5.444)
59 miljoen euro thesauriebewijzen uit tegenover 30 miljoen
Afbetaling leningen en financiële schulden kredietinstellingen
(7.451)
(8.192)
euro einde 2002.
Pensioenkosten
(55.160)
(65.733)
Bijkomend korte termijn financiering
29.018
30.000
De extra te betalen pensioenbijdrage, die voor 2003 werd vastgesteld op 5,1 miljoen euro, is reeds afgelost voor 1 mil-
Cashflow besteed aan
joen euro en het resterende bedrag, 4,1 miljoen euro, zit ver-
financieringsactiviteiten/pensioenen
(39.524)
(49.369)
vat in de schulden met betrekking tot belastingen, bezoldi-
Netto cashflow van het boekjaar
(2.430)
(11.938)
gingen en sociale lasten.
Geldbeleggingen en liquide middelen einde boekjaar
15.641
18.071
De overige schulden omvatten vooral de ontvangen gelden van de prefinanciering op schadeloosstellingen voor het Deurganckdok. Deze prefinanciering wordt op deze balanspost uitgedrukt, en niet in resultaten bij de opbrengsten, omdat er nog geen zekerheid is dat deze bedragen verworven zijn.
JAARREKENING
54
5. VERPLICHTINGEN TEGENOVER
6. ANDERE VERPLICHTE VERMELDINGEN
DE STAD ANTWERPEN
Buiten de gegevens die in de jaarrekening worden vermeld, Bij de omvorming van het Havenbedrijf tot een autonoom
zijn er geen bijkomende belangrijke gebeurtenissen na
gemeentebedrijf besliste de minister dat de stad geen nadeel
balansdatum. De punten in verband met onderzoek en ont-
mocht ondervinden van deze operatie. Naast de overname
wikkeling en het bestaan van bijkantoren zijn niet van toepas-
van het sociaal passief werd de verplichting opgelegd jaarlijks
sing. Er werden geen procedures gevoerd onder toepassing
een bedrag aan de stad over te maken. Op basis van de huidi-
van artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen.
ge overeenkomst, die al door de Raad van Bestuur van het
Vennootschappen waarmee Deloitte & Touche
Havenbedrijf is goedgekeurd, dient voorzien te worden in een
Bedrijfsrevisoren een beroepsmatig samenwerkingsverband
uit te betalen dividend van 2,1 miljoen euro.
heeft, hebben diensten verricht voor een bedrag van 9008
Tevens dient het Havenbedrijf over de periode 2001-2006 een bepaald bedrag te besteden aan subsidieerbare renovatieprojecten op het Eilandje. Als eerste project zijn de restau-
euro voor fiscale adviezen, 8769 euro voor juridische adviezen en 24.175 euro voor administratieve ondersteuning. De commissarissen Deloitte & Touche Bedrijfsrevisoren, de
ratiewerkzaamheden aan de Nassaubrug lopende. Er stelt
heren H. Coveliers en L. Lemmens hebben bij de jaarrekening
zich hierbij wel een probleem, omdat het Havenbedrijf op
een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud afgeleverd.
basis van de huidige wetgeving hiervoor slechts 40% subsidiëring kan ontvangen en geen 80%, waarvan in de planning voor deze werken was uitgegaan. Tevens heeft het Havenbedrijf de Kattendijkbrug laten afbreken en een nieuwe verbindingsweg laten aanleggen, wat de verdere uitbouw van de wijk ten goede zal komen. Het dossier van de Willembrug is in voorbereiding. Wat de door het Havenbedrijf aangegane verplichtingen voor het sociaal passief betreft, heeft het Havenbedrijf over de voorbije boekjaren bedragen afgedragen aan het pensioenfonds. Die bedragen werden niet alleen gebruikt voor de uitbetaling van lopende pensioenen, maar ook om te starten met de opbouw van een reservering. Het in het pensioenfonds opgebouwde vermogen bedroeg eind 2003 94 miljoen euro. Ondanks deze zware verplichtingen worden door de gunstige evolutie van de activiteiten en de controle over de bedrijfskosten toch positieve resultaten geboekt.
55
1. 2. 3. 4.
Balans na winstverdeling Resultatenrekening Toelichting Sociale balans
Waarderingsregels Verslag van de commissaris Verslag van het college van commissarissen
JAARREKENING
1. Balans na winstverdeling ACTIVA
codes
boekjaar
vorig boekjaar
VASTE ACTIVA
20/28
885 577 678,47
846 096 032,40
Oprichtingskosten (toel. I)
20
Immateriële vaste activa (toel. II)
21
III.
Materiële vaste activa (toel. III) A. Terreinen en gebouwen B. Installaties, machines en uitrusting C. Meubilair en rollend materieel D. Leasing en soortgelijke rechten E. Overige materiële vaste activa F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen
22/27 22 23 24 25 26 27
884 399 519,15 674 491 294,91 67 853 619,70 40 518 457,89 660 034,77 38 305,62 100 837 806,26
845 487 143,93 627 563 235,49 72 790 567,57 42 028 213,64 687 159,49 38 305,62 102 379 662,12
IV.
Financiële vaste activa (toel. IV en V) A. Verbonden ondernemingen 1. Deelnemingen 2. Vorderingen B. Ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 1. Deelnemingen 2. Vorderingen C. Andere financiële vaste activa 1. Aandelen 2. Vorderingen en borgtochten in contanten
28 280/1 280 281
1 035 240,92
608 888,47
282/3 282 283 284/8 284 285/8
608 888,47 608 888,47
608 888,47 608 888,47
426 352,45 6 197,34 420 155,11
VLOTTENDE ACTIVA
29/58
72 176 772,87
65 089 814,18
Vorderingen op meer dan één jaar A. Handelsvorderingen B. Overige vorderingen
29 290 291
Voorraden en bestellingen in uitvoering A. Voorraden 1. Grond- en hulpstoffen 2. Goederen in bewerking 3. Gereed product 4. Handelsgoederen 5. Onroerende goederen bestemd voor verkoop 6. Vooruitbetalingen B. Bestellingen in uitvoering
3 30/36 30/31 32 33 34 35 36 37
2 497 922,45 2 497 922,45 2 497 922,45
2 520 704,57 2 520 704,57 2 520 704,57
Vorderingen op ten hoogste één jaar A. Handelsvorderingen B. Overige vorderingen
40/41 40 41
47 607 164,50 22 627 454,89 24 979 709,61
38 423 032,27 18 083 704,92 20 339 327,35
Geldbeleggingen (toel. V en VI) A. Eigen aandelen B. Overige beleggingen
50/53 50 51/53
13 023 372,30
15 133 300,00
13 023 372,30
15 133 300,00
Liquide middelen
54/58
2 617 501,63
2 937 614,74
Overlopende rekeningen (toel. VII)
490/1
6 430 811,99
6 075 162,60
TOTAAL DER ACTIVA
20/58
957 754 451,34
911 185 846,58
I. II.
142 918,40
56
V.
VI.
VII.
VIII.
IX. X.
PASSIVA
codes
boekjaar
vorig boekjaar
EIGEN VERMOGEN
10/15
627 446 099,59
604 113 172,58
Kapitaal (toel. VIII) A. Geplaatst kapitaal B. Niet-opgevraagd kapitaal
10 100 101
307 109 691,74 307 109 691,74
307 109 691,74 307 109 691,74
Uitgiftepremies
11
III.
Herwaarderingsmeerwaarden
12
23 208 895,52
24 856 529,70
IV.
Reserves A. Wettelijke reserve B. Onbeschikbare reserves 1. Voor eigen aandelen 2. Andere C. Belastingvrije reserves D. Beschikbare reserves
13 130 131 1310 1311 132 133
15 395 067,99 1 980 645,22 10 315 753,71
13 541 972,96 1 750 655,11 8 692 648,79
10 315 753,71
8 692 648,79
3 098 669,06
3 098 669,06
Overgedragen winst Overgedragen verlies
140 141
Kapitaalsubsidies
15
281 732 444,34
258 604 978,18
V O O R Z I E N I N G E N en uitgestelde belastingen
16
63 487 235,50
66 191 815,48
A. Voorzieningen voor risico’s en kosten 1. Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 2. Belastingen 3. Grote herstellings- en onderhoudswerken 4. Overige risico’s en kosten (toel. IX) B. Uitgestelde belastingen
160/5 160 161 162 163/5 168
63 487 235,50
66 191 815,48
26 728 978,16 36 758 257,34
24 907 552,53 41 284 262,95
SCHULDEN
17/49
266 821 116,25
240 880 858,52
Schulden op meer dan één jaar (toel. X) A. Financiële schulden 1. Achtergestelde leningen 2. Niet-achtergestelde obligatieleningen 3. Leasingschulden en soortgelijke schulden 4. Kredietinstellingen 5. Overige leningen B. Handelsschulden 1. Leveranciers 2. Te betalen wissels C. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen D. Overige schulden
17 170/4 170 171 172 173 174 175 1750 1751 176 178/9
94 512 639,14 94 512 639,14
102 437 531,78 102 437 531,78
411 176,92 94 101 462,22
467 611,05 101 969 920,73
Schulden op ten hoogste één jaar (toel. X) A. Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen B. Financiële schulden 1. Kredietinstellingen 2. Overige leningen C. Handelsschulden 1. Leveranciers 2. Te betalen wissels D. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen E. Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 1. Belastingen 2. Bezoldigingen en sociale lasten F. Overige schulden
42/48 42 43 430/8 439 44 440/4 441 46
146 101 082,01 8 691 478,51 59 018 273,27 273,27 59 018 000,00 41 812 304,55 41 812 304,55
112 201 843,40 8 217 452,76 30 000 253,86 253,86 30 000 000,00 29 802 043,67 29 802 043,67
45 450/3 454/9 47/48
15 723 416,44 1 035 757,86 14 687 658,58 19 742 109,24
23 150 473,32 500 911,58 22 649 561,74 21 031 619,79
Overlopende rekeningen (toel. XI)
492/3
26 207 395,10
26 241 483,34
TOTAAL DER PASSIVA
10/49
957 754 451,34
911 185 846,58
I.
57 II.
V.
VI.
VII.
VIII.
IX.
X.
1 113 500,00
JAARREKENING
2. Resultatenrekening codes I.
boekjaar
vorig boekjaar
Bedrijfsopbrengsten
70/74
227 048 361,98
219 272 870,90
A. Omzet (toel. XII, A)
70
200 876 201,89
194 695 111,87
B. Wijziging in de voorraad goederen in bewerking en gereed product en in de bestellingen 58
in uitvoering (toename +, afname -)
II.
71
C. Geproduceerde vaste activa
72
2 024 918,16
1 662 761,51
D. Andere bedrijfsopbrengsten (toel. XII, B)
74
24 147 241,93
22 914 997,52
(231 853 458,97)
(224 274 433,83)
Bedrijfskosten
60/64
A. Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen
60
1 867 238,81
6 662 586,87
600/8
1 782 569,10
6 745 834,92
1. Inkopen 2. Wijziging in de voorraad (toename -, afname +) B. Diensten en diverse goederen
609
84 669,71
(83 248,05)
61
53 439 915,17
37 888 867,81
62
122 639 261,92
130 667 902,51
630
35 762 018,36
36 915 719,44
C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toel. XII, C2) D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa E. Waardeverminderingen op voorraden, bestellingen in uitvoering en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemingen -) (toel. XII, D)
631/4
(70 948,45)
(733 940,38)
(2 704 579,98)
(16 843 943,63)
F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen + , bestedingen en terugnemingen -) (toel. XII, C3 en E) G. Andere bedrijfskosten (toel. XII, F)
635/7 640/8
20 920 553,14
29 717 241,21
H. Als herstructureringskosten geactiveerde bedrijfskosten III.
IV.
V.
649
Bedrijfswinst
70/64
Bedrijfsverlies
64/70
Financiële opbrengsten
75
A. Opbrengsten uit financiële vaste activa
750
(4 805 096,99)
(5 001 562,93)
13 218 290,44
13 401 066,22
529 250,80
497 182,39
B. Opbrengsten uit vlottende activa
751
C. Andere financiële opbrengsten (toel. XIII, A)
752/9
142 394,13
412 536,18
12 546 645,51
12 491 347,65
Financiële kosten
65
(7 690 872,67)
(7 555 728,29)
A. Kosten van schulden (toel. XIII, B en C)
650
7 628 177,17
7 456 548,18
62 695,50
99 180,11
B. Waardeverminderingen op andere vlottende activa dan bedoeld onder II. E (toevoegingen +, terugnemingen -) (toel. XIII, D) C. Andere financiële kosten (toel. XIII, E)
651 652/9
VI.
codes
boekjaar
vorig boekjaar
70/65
722 320,78
843 775,00
1 824 750,34
2 355 158,93
Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening, vóór belasting Verlies uit de gewone bedrijfsuitoefening, vóór belasting
65/70
Uitzonderlijke opbrengsten
76
59 VII.
A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste activa
760
B. Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa
761
570 155,11
C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten
VIII.
762
D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa
763
E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toel. XIV, A)
764/9
Uitzonderlijke kosten
66
1 254 560,91
355 158,93
34,32
2 000 000,00
(239 444,61)
(877 742,90)
239 444,61
871 324,97
A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa
660 661
C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico’s en kosten (toevoegingen +, bestedingen -)
662
D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa
663
E. Andere uitzonderlijke kosten (toel. XIV, B)
664/8
6 417,93
F. Als herstructureringskosten geactiveerde uitzonderlijke kosten IX.
IX. BIS
X.
669
Winst van het boekjaar vóór belasting
70/66
Verlies van het boekjaar vóór belasting
66/70
A. Onttrekking aan de uitgestelde belastingen
780
B. Overboeking naar de uitgestelde belastingen
680
2 307 626,51
2 321 191,03
Belastingen op het resultaat
67/77
(7 725,47)
(21 289,99)
A. Belastingen (toel. XV)
670/3
(7 725,47)
(21 289,99)
B. Regularisering van belastingen en terugneming van voorzieningen voor belastingen XI.
XII.
XIII.
77
Winst van het boekjaar
70/67
Verlies van het boekjaar
67/70
Onttrekking aan de belastingvrije reserves
789
Overboeking naar de belastingvrije reserves
689
Te bestemmen winst van het boekjaar
70/68
Te verwerken verlies van het boekjaar
68/70
2 299 901,04
2 299 901,04
2 299 901,04
2 299 901,04
JAARREKENING
RESULTAATVERWERKING
A. 60
codes
boekjaar
vorig boekjaar
Te bestemmen winstsaldo
70/69
2 299 901,04
2 299 901,04
Te verwerken verliessaldo
69/70
1. Te bestemmen winst van het boekjaar
70/68
2 299 901,04
2 299 901,04
Te verwerken verlies van het boekjaar
68/70
2. Overgedragen winst van het vorige boekjaar Overgedragen verlies van het vorige boekjaar B.
C.
D.
790 690
Onttrekking aan het eigen vermogen
791/2
1. Aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies
791
2. Aan de reserves
792
Toevoeging aan het eigen vermogen
691/2
1. Aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies
691
2. Aan de wettelijke reserve
6920
3. Aan de overige reserves
6921
(229 990,11)
(229 990,11)
229 990,11
229 990,11
Over te dragen resultaat 1. Over te dragen winst
693
2. Over te dragen verlies
793
E.
Tussenkomst van de vennoten in het verlies
794
F.
Uit te keren winst
694/6
1. Vergoeding van het kapitaal
694
2. Bestuurders of zaakvoerders
695
3. Andere rechthebbenden
696
(2 069 910,93)
(2 069 910,93)
2 069 910,93
2 069 910,93
3. Toelichting II.
STAAT VAN DE IMMATERIELE VASTE ACTIVA
(post 21 van de activa) codes
a.
kosten van
concessies,
onderzoek en
octrooien,
ontwikkeling
licenties, enz.
Aanschaffingswaarde Per einde van het vorige boekjaar
801
61
Mutaties tijdens het boekjaar: Aanschaffingen, met inbegrip van de
c.
geproduceerde vaste activa
802
Overdrachten en buitengebruikstellingen (-)
803
Overboekingen van een post naar een andere (+) (-)
804
Per einde van het boekjaar
805
214 377,61
214 377,61
Afschrijvingen en waardeverminderingen Per einde van het vorig boekjaar
806
Mutaties tijdens het boekjaar: Geboekt
807
Teruggenomen want overtollig (-)
808
Verworven van derden
809
71 459,21
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen (-)
d.
810
Overgeboekt van een post naar een andere (+) (-)
811
Per einde van het boekjaar
812
71 459,21
Nettoboekwaarde per einde van het boekjaar (a) - (c)
813
142 918,40
JAARREKENING
III.
STAAT VAN DE MATERIELE VASTE ACTIVA
(post 22 tot 24 van de activa) codes
62
terreinen
installaties,
meubilair
en gebouwen
machines en
en rollend
uitrusting
materieel
(post 22)
(post 23)
(post 24)
815
831 552 556,40
164 750 019,27
68 796 674,56
Aanschaff., incl. de geprod. vaste activa
816
1 168 399,70
5 474 248,25
1 573 856,99
Overdrachten en buitengebruikstellingen
817
Overboek. van een post naar een andere
818
66 461 274,75
455 870,14
1 275 114,29
Per einde van het boekjaar
819
899 155 725,42
170 071 171,48
71 414 335,27
820
24 219 282,28
7 907 651,49
3 523 802,76
a. Aanschaffingswaarde Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar: (26 505,43)
(608 966,18)
(231 310,57)
b. Meerwaarden Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar: Geboekt
821
Verworven van derden
822
1 988,12
Afgeboekt
823
Overgeboekt van een post naar een andere
824
Per einde van het boekjaar
825
24 217 196,05
7 853 055,90
3 516 146,47
826
228 208 603,19
99 867 103,19
30 292 263,68
Geboekt
827
20 677 195,07
10 641 690,78
4 344 548,58
Teruggenomen want overtollig
828
(2 086,23)
(54 595,59)
(9 644,41)
c. Afschrijvingen en waardeverminderingen Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar
Verworven van derden
829
Afgeboekt na overdracht en buitengebruikstelling
830
(4 171,70)
(438 186,29)
(224 788,41)
Overgeboekt van een post naar een andere
831
Per einde van het boekjaar
832
248 881 626,56
110 070 607,68
34 412 023,85
833
674 491 294,91
67 853 619,70
40 518 457,89
d. Nettoboekwaarde per einde boekjaar (a)+(b)-(c) Waarvan: Terreinen en gebouwen
250
Installaties, machines en uitrusting
251
Meubilair en rollend materieel
252
III.
STAAT VAN DE MATERIELE VASTE ACTIVA
(post 25 tot 27 van de activa) codes
leasing en
overige
activa in aan-
soortgelijke
materiële
bouw en voor-
rechten
vaste activa
uitbetalingen
(post 25)
(post 26)
(post 27)
813 382,95
38 305,62
102 379 662,12
a. Aanschaffingswaarde Per einde van het vorige boekjaar
63 815
Mutaties tijdens het boekjaar: Aanschaff., incl. de geprod. vaste activa
816
Overdrachten en buitengebruikstellingen
817
70 072 791,43
Overboek. van een post naar een andere
818
Per einde van het boekjaar
819
813 382,95
820
80 817,81
(71 614 647,29) 38 305,62
100 837 806,26
38 305,62
100 837 806,26
b. Meerwaarden Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar: Geboekt
821
Verworven van derden
822
Afgeboekt
823
Overgeboekt van een post naar een andere
824
Per einde van het boekjaar
825
80 817,81
826
207 041,27
Geboekt
827
27 124,72
Teruggenomen want overtollig
828
c. Afschrijvingen en waardeverminderingen Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar:
Verworven van derden
829
Afgeboekt na overdracht en buitengebruikstelling
830
Overgeboekt van een post naar een andere
831
Per einde van het boekjaar
832
234 165,99
833
660 034,77
Terreinen en gebouwen
250
660 034,77
Installaties, machines en uitrusting
251
Meubilair en rollend materieel
252
d. Nettoboekwaarde per einde boekjaar (a)+(b)-(c) Waarvan:
JAARREKENING
IV.
STAAT VAN DE FINANCIELE VASTE ACTIVA
(post 28 van de activa) codes
verbonden
ondernemingen
andere
ondernemingen
met deelnemings-
ondernemingen
verhouding 1. Deelnemingen en aandelen 64
(post 280)
(post 282)
(post 284)
a. Aanschaffingswaarde Per einde van het vorige boekjaar
835
2 379 777,84
Mutaties tijdens het boekjaar: Aanschaffingen
836
Overdrachten en buitengebruikstellingen
837
6 197,34
Overboekingen van een post naar een andere
838
Per einde van het boekjaar
839
2 379 777,84
846
27 888,02
6 197,34
c. Waardeverminderingen Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar: Geboekt
847
Teruggenomen want overtollig
848
Verworven van derden
849
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstelling
850
Overgeboekt van een post naar een andere
851
Per einde van het boekjaar
852
27 888,02
Per einde van het vorige boekjaar
853
1 743 001,35
Mutaties tijdens het boekjaar
854
Per einde van het boekjaar
855
1 743 001,35
856
608 888,47
6 197,34
(post 282)
(post 284)
d. Niet-opgevraagde bedragen
Nettoboekwaarde per einde van het boekjaar (a) + (b) - (c) - (d) 2. Vorderingen Nettoboekwaarde per einde van het vorige boekjaar
(post 280) 857
Mutaties tijdens het boekjaar: Toevoegingen
858
Terugbetalingen (-)
859
Geboekte waardeverminderingen (-)
860
Teruggenomen waardeverminderingen
861
Wisselkoersverschillen (+) (-)
862
Overige (+) (-)
863
(75 000,00) 570 155,11 (75 000,00)
Nettoboekwaarde per einde van het boekjaar
864
Gecumuleerde waardeverminderingen op vorderingen per einde boekjaar
865
420 155,11
V.
D E E L N E M I N G E N E N M A AT S C H A P P E L I J K E R E C H T E N I N A N D E R E O N D E R N E M I N G E N
Hieronder worden de ondernemingen vermeld waarin de onderneming een deelneming bezit (opgenomen in de posten 280 en 282 van de activa), alsmede de andere ondernemingen waarin de onderneming maatschappelijke rechten bezit (opgenomen in de posten 284 en 51/53 van de activa) ten belope van ten minste 10% van het geplaatste kapitaal. Naam, volledig adres van de
Maatschappelijke rechten gehouden door
zetel en btw-nummer
de onderneming (rechtstreeks) aantal
%
1 875
9
dochters %
Gegevens geput uit de laatst beschikbare jaarrekening jaarrekening munt-
eigen
netto-
per
code
vermogen
resultaat
37,50
31/12/2002
EUR
4 742 208
4 230 288
90,00
31/12/2002
EUR
59 563
16 778
CVOA CV Maatschappij voor Grond- en Industriebeleid van het Linkerscheldeoevergebied Sluisgebouw | 9120 Kallo | België BE 223 944 690
NV APEC – Antwerp Port Consultancy NV Entrepotkaai 1 | 2000 Antwerpen | België BE 466 583 658
65
JAARREKENING
VI.
GELDBELEGGINGEN: OVERIGE BELEGGINGEN
(post 51/53 van de activa) codes
66
boekjaar
vorig boekjaar
Aandelen
51
2 108 300,00
boekwaarde verhoogd met het niet-opgevraagde bedrag
8681
2 433 200,00
niet-opgevraagd bedrag (-)
8682
Vastrentende effecten
52
8 343 372,30
waarvan uitgegeven door kredietinstellingen
8684
8 343 372,30
Termijnrekeningen bij kredietinstellingen
53
4 680 000,00
13 025 000,00
8686
4 680 000,00
13 025 000,00
(324 900,00)
met een resterende looptijd of opzegtermijn van: Hoogstens één maand
VII.
Meer dan één maand en hoogstens één jaar
8687
Meer dan één jaar
8688
OVERLOPENDE REKENINGEN
Uitsplitsing van de post 490/1 van de activa
boekjaar
indien daardoor een belangrijk bedrag voorkomt
VIII.
Lonen januari 2004 statutair personeel
2 344 330,32
Pensioenen januari 2004
3 250 000,00
STAAT VAN HET KAPITAAL
codes
bedragen
Per einde van het vorige boekjaar
8700
307 109 691,74
Per einde van het boekjaar
8701
307 109 691,74
Maatschappelijk kapitaal 1. Geplaatst kapitaal (post 100 van de passiva)
2. Samenstelling van het kapitaal Soorten aandelen: geen aandelen wegens autonoom gemeentebedrijf
IX.
VOORZIENINGEN VOOR OVERIGE RISICO’S EN KOSTEN
Uitsplitsing van de post 163/5 van de passiva
boekjaar
indien daardoor een belangrijk bedrag voorkomt Hangende geschillen en risico's
20 720 218,48
Milieu
14 099 753,37
Uitstapregeling personeel
1 938 285,49
aantal aandelen
X. A.
STAAT VAN DE SCHULDEN
Uitsplitsing van de schulden
schulden met een resterende looptijd van
met een oorspronkelijke looptijd van meer dan één jaar,
hoogstens
meer dan één jaar
meer dan
één jaar
doch hoogstens
vijf jaar
naargelang hun resterende looptijd
vijf jaar codes
C.
(post 17)
(post 17)
8 691 478,51
33 909 866,02
60 602 773,12
Financiële schulden
880
1. Achtergestelde leningen
881
2. Niet-achtergestelde obligatieleningen
882
3. Leasingschulden en soortgelijke schulden
883
56 434,14
259 005,95
152 170,97
4. Kredietinstellingen
884
8 635 044,37
33 650 860,07
60 450 602,15
5. Overige leningen
885
Handelsschulden
886
8 691 478,51
33 909 866,02
60 602 773,12
1. Leveranciers
887
2. Te betalen wissels
888
Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen
889
Overige schulden
890
Totaal
891
Schulden m.b.t. belastingen, bezoldigingen en sociale lasten codes
boekjaar
1. Belastingen (post 450/3 van de passiva) a) Vervallen belastingschulden
9072
b) Niet-vervallen belastingschulden
9073
c) Geraamde belastingschulden
450
1 035 757,86
2. Bezoldigingen en sociale lasten (post 454/9 van de passiva) a) Vervallen schulden ten aanzien van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid
9076
b) Andere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten
9077
14 687 658,58
OVERLOPENDE REKENINGEN
XI.
67
(post 42)
Uitsplitsing van de post 492/3 van de passiva
boekjaar
indien daardoor een belangrijk bedrag voorkomt Facturatie concessiegelden 1ste kwartaal 2004
18 544 610,37
Verschuldigde, nog niet betaalde intresten
1 945 285,59
Omzet langetermijncontracten
5 451 591,79
JAARREKENING
XII.
BEDRIJFSRESULTATEN
codes B.
boekjaar
vorig boekjaar
5 373 764,14
2 978 007,52
9086
1 304
1 274
9087
1 296,0
1 270,0
9088
2 471 958
2 584 957
Andere bedrijfsopbrengsten (post 74) Waarvan: exploitatiesubsidies en vanwege de
68
overheid ontvangen compenserende bedragen C1.
740
Werknemers ingeschreven in het personeelsregister a) Totaal aantal op de afsluitingsdatum b) Gemiddeld personeelsbestand berekend in voltijdse equivalenten c) Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren
C2.
D.
Personeelskosten (post 62) a) Bezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen
620
53 511 974,83
50 703 920,67
b) Werkgeversbijdragen voor sociale verzekeringen
621
9 971 137,68
10 247 671,62
c) Werkgeverspremies voor bovenwettelijke verzekeringen
622
481 166,54
353 127,97
d) Andere personeelskosten
623
3 515 169,45
3 629 810,03
e) Pensioenen
624
55 159 813,42
65 733 372,22
Waardeverminderingen (post 631/4) 1. Op voorraden en bestellingen in uitvoering Geboekt
9110
Teruggenomen
9111
44 168,51 (61 887,59)
2. Op handelsvorderingen
E.
F.
G.
Geboekt
9112
Teruggenomen
9113
(9 060,86)
(778 108,89)
Voorzieningen voor risico’s en kosten (post 635/7) Toevoegingen
9115
11 751 714,71
5 700 427,88
Bestedingen en terugnemingen
9116
(14 456 294,69)
(22 544 371,51)
Belastingen en taksen op de bedrijfsuitoefening
640
10 359 427,07
10 214 356,23
Andere
641/8
10 561 126,07
19 502 884,98
309
338
Andere bedrijfskosten (post 640/8)
Uitzendkrachten en ter beschikking van de onderneming gestelde personen 1. Totaal aantal op de afsluitingsdatum
9096
2. Gemiddeld aantal berekend in voltijdse equivalenten
9097
318,0
344,7
Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren
9098
616 858
654 572
Kosten voor de onderneming
617
11 155 819,04
12 233 263,34
XIII.
A.
FINANCIELE RESULTATEN
codes
boekjaar
vorig boekjaar
Kapitaalsubsidies
9125
11 521 349,30
11 388 249,78
Interestsubsidies
9126
52 037,36
459 995,48
Andere financiële opbrengsten (post 752/9) Door de overheid toegekende subsidies, aangerekend op het resultaat:
69
Uitsplitsing van de overige financiële opbrengsten, indien het belangrijke bedragen betreft Meerwaarde realisatie vlottende activa Intrestswap
XV.
A.
962 931,51
BELASTINGEN OP HET RESULTAAT
codes
boekjaar
9134
7 725,47
9135
7 725,47
Uitsplitsing van de post 670/3 1. Belastingen op het resultaat van het boekjaar a. Verschuldigde of betaalde belastingen en voorheffingen b. Geactiveerde overschotten van betaalde belastingen en voorheffingen
9136
c. Geraamde belastingsupplementen (opgenomen onder post 450/3 van de passiva)
XVI.
9137
BELASTING OP DE TOEGEVOEGDE WAARDE EN BELASTINGEN TEN LASTE VAN DERDEN
A.
codes
boekjaar
vorig boekjaar
1. Aan de onderneming (aftrekbaar)
9145
25 094 314,20
26 277 462,97
2. Door de onderneming
9146
25 123 273,11
25 616 318,92
1. Bedrijfsvoorheffing
9147
17 504 460,58
17 930 509,00
2. Roerende voorheffing
9148
De belasting op de toegevoegde waarde in rekening gebracht:
B.
De ingehouden bedragen ten laste van derden bij wijze van:
JAARREKENING
XVII.
NIET IN DE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGEN
Overeenkomstig art. 31 van zijn statuten, heeft het Havenbedrijf Antwerpen al de pensioenverplichtingen, vroegere, huidige en toekomstige, voor personeelsleden die in de haven werken of gewerkt hebben, overgenomen van de Stad Antwerpen. Reserves voor de verleden diensttijd had de Stad Antwerpen niet aangelegd. Het Havenbedrijf heeft contracten afgesloten die erop gericht zijn het pensioen aan 70
gepensioneerden uit te betalen en op lange termijn reserves op te bouwen. Pensioenen die door de onderneming zelf worden gedragen
codes
boekjaar
9220
637 000 000,00
Geschat bedrag van de verplichtingen die voortvloeien uit reeds gepresteerd werk Wijze waarop dit bedrag wordt berekend Pensioenverplichtingen zoals berekend door actuaris:
731 000 000,00 euro
Pensioenreserves Pensioenfonds:
94 000 000,00 euro
Belangrijke hangende geschillen en andere belangrijke verplichtingen
In het boekjaar 2000 hebben derden een procedure ingeleid tot schorsing van de door het Vlaamse Gewest op 13 juni 2000 verstrekte bouwvergunning voor het Deurganckdok. Op 7 maart 2001 is de bouwvergunning effectief door de Raad van State geschorst, waardoor de werken toen stilgelegd zijn. Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen is door de aannemers in gebreke gesteld en heeft met de aannemers, samen met het Vlaams Gewest, contractuele regelingen getroffen voor de door de aannemers opgelopen schade. Voor de uiteindelijke afrekening van deze schade zijn in de jaarrekening de nodige verplichtingen opgenomen. Daarnaast hebben derden gerechtelijke vorderingen opgestart tegen de door de overheid verstrekte vergunningen op basis waarvan de werken heropgestart zijn. Deze vorderingen zijn tot op datum van heden afgewezen door de bevoegde rechtbanken doch niet alle ingestelde procedures zijn afgerond. Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen heeft naar haar oordeel ook terecht andere partijen in gebreke gesteld en zal de nodige maatregelen treffen om te trachten de schade door het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen wordt geleden te verhalen op andere partijen die in dit dossier verantwoor-
delijkheid dragen. Wat de recuperatie van deze schade betreft, ontvangt het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen tot op heden wel een prefinancieringsbijdrage vanwege het Vlaams Gewest. Deze bijdrage beloopt op 31 december 2003 15 miljoen Euro en is opgenomen onder de overige schulden. In december 2002 heeft de Vlaamse Regering in een principiële beslissing beslist om het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen 60% te vergoeden van de opgelopen schadeclaims vanwege de aannemers. Deze principiële beslissingen, die een geheel vormen met andere beslissingen, is echter nog niet geformaliseerd in een ondertekende overeenkomst. Wegens het ontbreken van een ondertekende overeenkomst kunnen deze recuperatiemogelijkheden voor de jaarrekening 2003 nog niet als voldoende zekere opbrengsten beschouwd worden. Indien er inderdaad een overeenkomst gesloten wordt tussen het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen en het Vlaams Gewest dat 60% van de schadeclaims door het Vlaams Gewest gedragen zullen worden, betekent dit een geschatte vermindering van de schadelast voor het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen van 17 miljoen Euro. Mochten de claims in verband met het Deurganckdok gerecupereerd kunnen worden, dan zullen
in toepassing van de huidige overeenkomst met de toezichthouder van het Pensioenfonds deze gelden aangewend moeten worden voor de financiering van het Pensioenfonds. Concessiehouders van het Deurganckdok hebben eveneens het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen in gebreke gesteld en zich het recht voorbehouden om schadevergoeding te eisen. Deze schadeclaims zullen echter worden afgewezen door het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen. De firma Seaport Terminals NV heeft in 2003 een claim ingediend tegen het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen ten belope van 86.762.734 Euro. Het betreft een geëiste schadevergoeding wegens beweerde medeplichtigheid aan contractbreuk door de rederij Cast in verband met Flanders Container Terminal. Omwille van het feit dat er nog geen grondige risicoanalyse voorhanden is die toelaat de claims op hun gegrondheid te beoordelen en er daarom op dit ogenblik geen indicaties kunnen gegeven worden omtrent de omvang van het risico, is er in de rekeningen geen voorziening opgenomen. In het kader van de toewijzing van het windmolenproject in de haven van
Antwerpen door het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen, heeft de firma Aspiravi NV die niet als eerste weerhouden was, reeds verschillende procedures tegen het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen opgestart. Deze procedures bij de Raad van State zijn tot op heden met gunstig gevolg voor het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen. Aspiravi NV heeft in verband met deze toewijzingsbeslissing op 20 februari 2004 het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen gedagvaard voor de Rechtbank van Eerste Aanleg waarbij een schadevergoeding van 117.309.425 Euro gevorderd wordt. Omwille van het feit dat voorgaande procedures waarbij dezelfde argumenten gebruikt worden met gunstig gevolg waren voor het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen, is geen voorziening opgenomen.
XVIII.
BETREKKINGEN MET VERBONDEN ONDERNEMINGEN EN MET ONDERNEMINGEN WAARMEE EEN DEELNEMINGSVERHOUDING BESTAAT
verbonden ondernemingen
ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat
codes
boekjaar
vorig boekjaar
boekjaar
vorig boekjaar
925
608 888,47
608 888,47
926
608 888,47
608 888,47
71 1. Financiële vaste activa Deelnemingen Vorderingen Achtergestelde
927
Andere
928
JAARREKENING
4. Sociale balans I.
STAAT VAN DE TEWERKGESTELDE PERSONEN
A.
Werknemers ingeschreven in het personeelsregister Tijdens het boekjaar
72
codes
en het vorige boekjaar
Gemiddeld aantal werknemers
100
voltijds
deeltijds
totaal (T) of
totaal (T) of
(boekjaar)
(boekjaar)
totaal in voltijdse
totaal in voltijdse
equivalenten (VTE)
equivalenten (VTE)
(boekjaar)
(vorig boekjaar)
1 296,0 (VTE)
1 270,0 (VTE)
1 295,0
2,0
Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren
101
2 470 774
1 184
2 471 958 (T)
2 584 957 (T)
Personeelskosten
102
122 580 521,08
58 740,84
122 639 261,92 (T)
130 667 902,51 (T)
voltijds
deeltijds
totaal in voltijdse
Bedrag van de voordelen bovenop het loon
103
Op de afsluitingsdatum
codes
van het boekjaar a. Aantal werknemers ingeschreven in het personeelsregister
equivalenten 105
1 302
2
1 303,0
Overeenkomst voor een onbepaalde tijd
110
1 298
2
1 299,0
Overeenkomst voor een bepaalde tijd
111
4
Overeenkomst voor een duidelijk omschreven werk
112
Vervangingsovereenkomst
113
b. Volgens de aard van de arbeidsovereenkomst 4,0
c. Volgens het geslacht Mannen
120
1 144
1
1 144,5
Vrouwen
121
158
1
158,5
Directiepersoneel
130
166
Bedienden
134
558
Arbeiders
132
578
Andere
133
d. Volgens de beroepscategorie
B.
166,0 2
578,0
Uitzendkrachten en ter beschikking van de onderneming gestelde personen Tijdens het boekjaar
codes
uitzendkrachten
559,0
ter beschikking van de onderneming gestelde personen
Gemiddeld aantal tewerkgestelde personen
150
6,0
312,0
Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren
151
7 733
609 125
Kosten voor de onderneming
152
173 937,44
10 981 881,60
II.
TABEL VAN HET PERSONEELSVERLOOP TIJDENS HET BOEKJAAR
codes
voltijds
deeltijds
totaal in voltijdse equivalenten
A.
Ingetreden a. Aantal werknemers die tijdens het boekjaar in het personeelregister werden ingeschreven
205
69
69,0
Overeenkomst voor een onbepaalde tijd
210
65
65,0
Overeenkomst voor een bepaalde tijd
211
4
4,0
Overeenkomst voor een duidelijk omschreven werk
212
Vervangingsovereenkomst
213
b. Volgens de aard van de arbeidsovereenkomst
c. Volgens het geslacht en het studieniveau Mannen Lager onderwijs
220
18
18,0
Secundair onderwijs
221
24
24,0
Hoger niet-universitair onderwijs
222
8
8,0
Universitair onderwijs
223
7
7,0
Lager onderwijs
230
3
3,0
Secundair onderwijs
231
4
4,0
Hoger niet-universitair onderwijs
232
5
5,0
Universitair onderwijs
233
305
39
39,0
Overeenkomst voor een onbepaalde tijd
310
37
37,0
Overeenkomst voor een bepaalde tijd
311
1
1,0
Overeenkomst voor een duidelijk omschreven werk
312
Vervangingsovereenkomst
313
1
1,0
Vrouwen
B.
Uitgetreden a. Aantal werknemers met een in het personeelsregister opgetekende datum waarop hun overeenkomst tijdens het boekjaar een einde nam b. Volgens de aard van de arbeidsovereenkomst
c. Volgens het geslacht en het studieniveau Mannen Lager onderwijs
320
6
6,0
Secundair onderwijs
321
27
27,0
Hoger niet-universitair onderwijs
322
1
1,0
Universitair onderwijs
323
4
4,0
1
1,0
27
27,0
Vrouwen Lager onderwijs
330
Secundair onderwijs
331
Hoger niet-universitair onderwijs
332
Universitair onderwijs
333
d. Volgens de reden van beëindiging van de overeenkomst Pensioen
340
Brugpensioen
341
Afdanking
342
9
9,0
Andere reden
343
3
3,0
Waarvan : het aantal werknemers dat als zelfstandige ten minste op halftijdse basis diensten blijft verlenen aan de onderneming
350
73
JAARREKENING – WAARDERINGSREGELS
IV.
INLICHTINGEN OVER DE OPLEIDINGEN VOOR DE WERKNEMERS TIJDENS HET BOEKJAAR
Totaal van de opleidingsinitiatieven ten laste van de werkgever
codes
mannen
codes
vrouwen
1. Aantal betrokken werknemers
5801
648
5811
115
2. Aantal gevolgde opleidingsuren
5802
10 803
5812
1 968
3. Kosten voor de onderneming
5803
367 262,80
5813
63 448,40
74
Waarderingsregels Krachtens artikel 34 van de statuten van het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen is het havenbedrijf onderworpen aan de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van ondernemingen. Hierdoor moet de boekhouding gevoerd worden overeenkomstig het Koninklijk Besluit van 30 januari 2001 op de jaarrekening van ondernemingen. Het opstellen van de jaarrekening is de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur. Het zo nauwkeurig mogelijk omschrijven van de waarderingsregels maakt hier integraal deel van uit.
Software 33,33% Terreinen en gebouwen Terreinen 0% Dienstgebouwen 3% Magazijnen 5% Waterwegen 3% Gebruiksrechten op grote investeringswerken 3% Waterbouwkundige werken 3% Afdaken, loodsen, hangars e.a. 5% Wegen 5%
1.
Installaties, machines en uitrusting Hefwerktuigen 5% Vaartuigen 5% o.a. baggertuigen, peilboten, oliezuiger, afmeerponton, inspectieboten Elektrische installaties 5% o.a. openbare verlichting, kabelnet, kraankabelnet, verkeerssignalisatie Onderwatercellen 16,67% Machines en uitrusting algemeen 10% o.a. gereedschap en toestellen, reddingsboei-installaties, takels en kettingen, compressorgroepen, graaf- en laadschopcombinaties Installaties verwarming en koeling 10% Liften 10% Alarminstallaties 10% Telecommunicatie 20% o.a. telefooninstallaties, radioverbindingen, camera’s en luidsprekers voor sluizen Havenradar 20% Hardware voor technische doeleinden 20% o.a. Apics inclusief kabelnetwerk, geografisch informatiesysteem (GIS), dataverwerkende eenheid voor hydrografische metingen
Algemene waarderingsregels
De jaarrekening van het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen wordt opgesteld in overeenstemming met de wetgeving op de jaarrekening. Krachtens art. 24 van het K.B. van 30 januari 2001 worden de waarderingsregels opgesteld met naleving van de vereisten van het getrouw beeld, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de onderneming. Voor hetgeen de wet aanvullend regelt en in de gevallen waar zij een keuze laat aan de onderneming, heeft de Raad van Bestuur de hierna volgende waarderingsregels bepaald. 2.
Specifieke waarderingsregels
2.1
Materiële vaste activa
2.1.1
Algemeen principe
Onder de materiële vaste activa worden duurzame, tastbare bedrijfsmiddelen met een gebruiksduur van meer. dan één boekjaar, waarvan de initiële aanschaffingswaarde groter of gelijk is aan 1250,00 Euro, geactiveerd. De waardering gebeurt aan aanschaffingsprijs of aan vervaardigingprijs zoals bepaald in artikelen 36 en 37 van het K.B., eventuele bijkomende kosten kunnen in het jaar van aanschaf volledig ten laste van het resultaat worden gebracht. 2.1.2
Herwaarderingen
Het niet-gesubsidieerde gedeelte van de afschrijfbare materiële vaste activa wordt jaarlijks geherwaardeerd overeenkomstig de omzendbrieven van de Administratie van Regionale en Lokale besturen. De herwaarderingsmeerwaarde wordt op het passief, rekening 'herwaarderingsmeerwaarden' geïndividualiseerd (volgens rondschrijven in CBN 19 van juli 1986) en overgeschreven naar een onbeschikbare reserve à rato van het afschrijvingsritme van de onderliggende activa. 2.1.3
Meubilair en rollend materieel Meubilair Bureaumachines Hardware administratie Rollend materieel o.a. Sleepboten Kolkenzuiger Personenwagen Vrachtwagens Vorkliften Zoutstrooiers
10% 20% 20% 5% 20% 20% 20% 20% 20%
Afschrijvingen 2.1.4
De afschrijvingen worden jaarlijks lineair en voor een volledig jaar berekend op basis van de geherwaardeerde aanschaffingswaarde van de investeringen volgens onderstaande afschrijvingspercentages:
Leasing
De gebruiksrechten betreffende materiële vaste activa, waarover de onderneming beschikt op grond van leasing of soortgelijke overeenkomsten worden, na aftrek van de gecumuleerde afschrijvingen of waardeverminderingen, onder deze rubriek opgenomen voor het gedeelte van de volgens de overeenkomst te storten termijnen, dat strekt tot de weder-
75
WAARDERINGSREGELS
samenstelling van de kapitaalwaarde. Het afschrijvingsritme volgt de onder 2.1.3 aangehaalde percentages. 2.1.5
76
Bijkomende afschrijvingen en waardeverminderingen
Op materiële vaste activa met een beperkte gebruiksduur wordt aanvullend afgeschreven indien hun boekwaarde hoger is dan de gebruikswaarde ingevolge technische ontwaarding of wegens wijziging van economische of technologische omstandigheden. In geval van duurzame minderwaarde of ontwaarding wordt voor materiële vaste activa met beperkte gebruiksduur een uitzonderlijke minderwaarde geboekt. Deze afschrijvingen en uitzonderlijke waardeverminderingen worden ter goedkeuring voorgelegd door het Directiecomité aan de Raad van Bestuur. 2.1.6
Tussenkomst van derden
Tussenkomst van derden in geactiveerde investeringen, andere dan kapitaalsubsidies, worden aan nominale waarde bij schulden geboekt. Het gedeelte van de vaste activa waarvoor deze tussenkomsten verkregen werden, wordt niet geherwaardeerd en bij ingebruikname volledig afgeschreven. De tussenkomst zelf wordt op dit ogenblik als een andere bedrijfsopbrengst getoond. 2.1.7
Gronden en terreinen
Gronden en terreinen ingebracht op 1 januari 1997 werden globaal gewaardeerd op basis van een schatting gemaakt in 1986 en dit is verder aangevuld met de aankopen van 1988 tot einde 1996. De individuele waarde van de gronden en terreinen werd bekomen door deze globale waarde te versleutelen à rato van de oppervlakte van de grond of het terrein. Gronden en terreinen aangeschaft of verworven nà 1 januari 1997 worden geboekt tegen aanschaffingswaarde. 2.1.8
Gebruiksrechten
Het recht van gebruik van onder andere de Europaterminal werd gewaardeerd op basis van de tussenkomst van de havenregie in de financiering van de activa waarop het gebruiksrecht rust. De gebruiksrechten worden afgeschreven op basis van de economische levensduur van de onderliggende activa. Het afschrijvingsritme volgt het in punt 2.1.3 beschreven percentage. 2.1.9
Activa in aanbouw
Grote projecten en projecten die over een langere periode lopen, worden eerst geactiveerd onder de post ‘materiële vaste activa in aanbouw’. Geactiveerd wordt de aanschaffingsprijs (zoals gefactureerd door derden leveranciers). Op dit moment zijn er nog geen regels met betrekking tot de activering van interne kosten en intercalaire intresten. Deze worden vooralsnog rechtstreeks in resultaat genomen. De activa in aanbouw worden overgeboekt naar hun respectievelijke posten onder de materiële vaste activa op datum
van de voorlopige oplevering der werken. De notificatie van voorlopige oplevering wordt door de technische dienst overgemaakt aan de boekhouding. Op de activa in aanbouw worden geen afschrijvingen toegepast (tenzij onder uitzonderlijke omstandigheden en ingeval van duurzame minderwaarden). Deze activa worden niet geherwaardeerd en de erop betrekking hebbende kapitaalsubsidies worden evenmin in resultaat genomen. 2.1.10 Projecten van de dienst Elektriciteitsvoorzieningen Voor activa met gelijkaardige kenmerken: verlichtingspalen, kabelnetwerken, laagspanningskasten,... wordt een systeem van standaardwaarden gebruikt. De waarde van deze activa wordt jaarlijks herzien en getoetst aan marktprijzen. De waarde omvat een gemiddelde aanschaffingsprijs en ook loonkost van directe arbeid. Grotere projecten zoals het plaatsen van hoogspanningsposten worden gewaardeerd op individuele basis en volgens de regels zoals bepaald bij ‘materiële vaste activa in aanbouw’. 2.2
Financiële vaste activa
De aandelen en deelbewijzen die de onderneming als participatie aanhoudt, worden geactiveerd aan hun aanschaffingswaarde. De schuldvorderingen die onder deze rubriek geboekt staan, worden opgenomen aan nominale waarde. Jaarlijks worden de financiële vaste activa beoordeeld. Ingeval van duurzame minderwaarde of ontwaarding of indien er voor het geheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid ontstaat omtrent de terugbetaling wordt een waardevermindering geboekt. De hoogte van waardevermindering wordt voorgesteld door het directiecomité en voorgelegd ter goedkeuring aan de Raad van Bestuur. 2.3
Voorraden
Een artikel in voorraad wordt gewaardeerd op de laatste aanschaffingswaarde, wat in feite neerkomt op een vereenvoudigde vervangingswaarde. Dit betekent dat voor oude artikels de historische aanschaffingswaarde aangepast wordt met de meest recente aanschaffingswaarde. Er wordt een waardevermindering voor traag roterende of verouderde voorraadelementen geboekt. Het betreft een systeem dat op basis van de laatste beweging een forfaitair percentage van waardevermindering toepast. aantal jaar niet bewogen 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4 jaar en ouder
percentage waardevermindering 10% 20% 50% 75%
Door de strikte toepassing van waardeverminderingen benadert deze waardering de methodes die in de Belgische boekhoudwetgeving worden toegestaan.
2.4
Vorderingen op lange of korte termijn
De vorderingen worden opgenomen aan nominale waarde. De vorderingen met een contractuele looptijd van meer dan één jaar worden onder de ‘Vorderingen op meer dan één jaar’ geplaatst. Het gedeelte dat binnen het jaar invorderbaar is, wordt overgeboekt naar de ‘Vorderingen op hoogstens één jaar’. Een waardevermindering wordt in rekening genomen voor de nog onbetaalde of twijfelachtige schuldvorderingen, uitgezonderd op deze met voldoende zakelijke waarborg. Een waardevermindering op uitstaande vorderingen wordt als volgt automatisch toegepast:
Activawaarde per 31 december 1996: toewijzing aan: herwaarderingsmeerwaarden kapitaalsubsidies netto activa:
20% 80% 100%
Indien blijkt dat een vordering oninbaar of dubieus is en de waardevermindering boven de automatische berekening hierboven zou uitstijgen, bijvoorbeeld wegens faillissement, dan worden bijkomende waardeverminderingen aangelegd die op voorzichtige wijze rekening houden met de verwachte recuperatiemogelijkheden en toekomstige kosten. 2.5
Beschikbare waarden
De geldbeleggingen en liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Eventuele waardeverminderingen worden bepaald op een individuele basis. Meerwaarden op beleggingsproducten worden pas in resultaat genomen bij realisatie van de titels. 2.6
Beginwaarde
Overeenkomstig artikel 54 van de statuten werd bij de oprichting van het Havenbedrijf een beginbalans opgesteld. Deze beginbalans omvatte de activa en passiva van de meest recente balans van de havenregie met dien verstande dat correcties werden doorgevoerd op basis van gegevens over het boekjaar die later bekend waren en/of ingevolge de toepassing van regelingen voor rechtsopvolging en ingevolge besluiten van overeenkomsten daaromtrent met de Stad Antwerpen. De beginwaarde was het verschil tussen de (eventueel gecorrigeerde) ingeboekte activa en passiva, rekening houdend met de rechten en plichten die op het Autonoom Havenbedrijf rusten. Dit bedrag is vastgesteld op 307 miljoen Euro. De beginwaarde werd afgeleid van de netto actief situatie van de havenregie op 31 december 1996 nà toewijzing van kapitaalsubsidies en herwaarderingsmeerwaarden en kan als volgt voorgesteld worden:
15 miljoen euro 180 miljoen euro 307 miljoen euro
Voor een gedetailleerde bespreking van de beginwaarde en de inbrengwaarde verwijzen we naar het verslag over de waardering van de inbreng bij de oprichting van het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen. 2.7
achterstand > 6 maanden achterstand > 12 maanden achterstand > 18 maanden
502 miljoen euro
Herwaarderingsmeerwaarden
In overeenstemming met de omzendbrieven van de Administratie voor Regionale en Lokale Besturen, worden de niet gesubsidieerde afschrijfbare materiële vaste activa jaarlijks geherwaardeerd. De herwaarderingsmeerwaarde wordt op een afzonderlijke passivarekening geplaatst en behouden zolang de goederen waarop zij betrekking hebben niet gerealiseerd werden. Meerwaarden kunnen echter: – worden overgebracht naar een reserve ten belopen van de op de meerwaarde geboekte afschrijvingen; – in kapitaal worden omgezet; – bij latere minderwaarde worden afgeboekt ten belopen van het nog niet afgeschreven gedeelte van de meerwaarde. 2.8
Reserves
2.8.1
Wettelijke reserve
De wettelijke reserve wordt gevormd door jaarlijks tien procent van de winst van het boekjaar toe te wijzen. Deze verplichting vloeit voort uit artikel 38 van de statuten van het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen. 2.8.2
Onbeschikbare reserve
De herwaarderingsmeerwaarde, die in navolging van de reglementen terzake jaarlijks wordt berekend, kan ten belopen van de afschrijvingen jaarlijks naar deze rekening overgeboekt worden. 2.9
Kapitaalsubsidies
Kapitaalsubsidies met betrekking tot afschrijfbare vaste activa worden in de balans opgenomen nadat aan de contractuele verplichtingen voortvloeiend uit de vaste belofte door de hogere overheid voldaan is. Zij worden als financiële opbrengst getoond in de resultatenrekening volgens hetzelfde ritme als de afschrijvingen op de activa waarvoor zij werden toegekend. Subsidies die niet voor een investering in vaste activa werden toegekend, worden als opbrengst in de resultatenrekening opgenomen gespreid over de duurtijd van de activiteiten waarop de subsidies betrekking hebben.
77
WAARDERINGSREGELS
2.10
Voorzieningen voor risico’s en kosten
2.10.1 Pensioenen en soortgelijke verplichtingen
78
Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen heeft de pensioenverplichtingen van het gepensioneerd havenpersoneel alsook de verplichtingen van haar huidig personeel voor verleden diensttijd overgenomen op 1 januari 1997 van de Stad Antwerpen. Deze verplichtingen komen niet op de balans van het Havenbedrijf maar zijn toegelicht op blz. 19 van de jaarrekening. Het Havenbedrijf verricht stortingen aan het pensioenfonds, een aparte entiteit, ter dekking van de lopende pensioenen en voor de opbouw van reserves. Worden wel opgenomen onder deze rubriek het tekort aan stortingen, op jaarbasis, aan de aparte entiteit nodig voor de opbouw van reserves ten belopen van de verworven rechten voor 1 jaar dienst van de actieve statutaire personeelsleden van het Havenbedrijf in de mate dat de rechten niet door andere instanties gedekt worden. 2.10.2 Grote herstellings- en onderhoudswerken De toekomstige kosten van grote herstellingen of van periodiek onderhoud kunnen op technische basis geraamd worden. De voorzieningen die geboekt worden, beantwoorden aan de kosten die in de loop van de volgende tien jaar zullen ontstaan. Enkel de sommatie van de bedragen die uitstijgen boven de laagste recurrente kosten van groot onderhoud of herstellingswerken worden voorzien. Deze methode wordt de aftoppingsmethode genoemd. Minimaal wordt 2,5% van de aanschafwaarde van het patrimonium (22 en 23 rekening) als voorziening aangehouden. Dit percentage komt overeen met de geschatte minimale onderhoudskosten voor het komende anderhalf jaar teneinde het patrimonium in stand te houden.
2.11
Schulden
De schulden worden opgenomen aan nominale waarde. De verplichtingen met een contractuele looptijd van meer dan één jaar worden onder de ‘Schulden op meer dan één jaar’ geplaatst. Het gedeelte dat binnen het jaar verschuldigd is, wordt overgeboekt naar de ‘Schulden op hoogstens één jaar’. 2.12
Overlopende rekeningen
De overlopende rekeningen aan activa- en passivazijde worden gebruikt voor de correcte toewijzing van kosten en opbrengsten aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben. 2.13
Verbintenissen, verhaalrechten en orderrekeningen
De verbintenissen, verhaalrechten en orderrekeningen zullen hernomen worden voor het bedrag dat voorkomt ingevolge de door het Havenbedrijf onderschreven waarborgen ten gunste van derden of de door de derden onderschreven waarborgen ten gunste van het Havenbedrijf. Ze vermelden in ieder geval het saldo van de niet gefinancierde verplichtingen die op het Havenbedrijf rusten inzake pensioenen voor verleden diensttijd van actieven en van gepensioneerden. 2.14
Havendecreet
De toelagen die aan het Gemeentelijk Havenbedrijf verstrekt worden door het Vlaamse Gewest in het kader van het ‘havendecreet’ worden in resultaat genomen op het ogenblik dat er voldoende zekerheid bestaat over de toekenning van de toelage. Deze zekerheid kan blijken uit uitvoeringsbesluiten en/of specifieke overeenkomsten. 2.15
Financiële instrumenten
2.10.3 Hangende geschillen Op basis van de stand van zaken die opgemaakt wordt aan de hand van de informatie van de advocaten en de juridische dienst van het Havenbedrijf, worden voorzieningen aangelegd om rekening te houden met de mogelijke verplichtingen die voortvloeien uit de hangende rechtszaken. 2.10.4 Milieurisico's Indien belangrijke milieurisico’s geïndividualiseerd worden, wordt een voorziening aangelegd à rato van een beredeneerde inschatting van de potentiële schade of saneringskosten.
Financiële instrumenten worden enkel afgesloten indien zij een specifieke economische verantwoording hebben en dienen als een ‘hedging’ operatie. Speculatieve transacties worden niet aangegaan. De financiële effecten van de financiële instrumenten worden dan ook gekoppeld aan het onderliggend object waarop het instrument betrekking heeft.
Verslag van de commissaris Verslag van de commissaris gericht aan de Gemeenteraad van de stad Antwerpen m.b.t. de jaarrekening afgesloten op 31 december 2003 van het autonoom gemeentebedrijf Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen. Aan de gemeenteraadsleden Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen brengen wij u verslag uit over de uitvoering van de controleopdracht die ons werd toevertrouwd. Wij hebben de controle uitgevoerd van de jaarrekening, opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur van het havenbedrijf, over het boekjaar afgesloten op 31 december 2003, met een balanstotaal van € 957.754.451,30 en waarvan de resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar van € 2.299.901,94. Wij hebben eveneens de bijkomende specifieke controles uitgevoerd die door de wet zijn vereist. Verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoud Onze controles werden verricht overeenkomstig de normen van het Instituut der Bedrijfsrevisoren. Deze beroepsnormen eisen dat onze controle zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen onjuistheden van materieel belang bevat, rekening houdend met de Belgische wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften met betrekking tot de jaarrekening. Overeenkomstig deze normen hebben wij rekening gehouden met de administratieve en boekhoudkundige organisatie van het havenbedrijf, alsook met de procedures van interne controle. De verantwoordelijken van het havenbedrijf hebben onze vragen naar opheldering of inlichtingen duidelijk beantwoord. Wij hebben op basis van steekproeven de verantwoording onderzocht van de bedragen opgenomen in de jaarrekening. Wij hebben de waarderingsregels, de betekenisvolle boekhoudkundige ramingen die het havenbedrijf maakte en de voorstelling van de jaarrekening in haar geheel beoordeeld. Wij zijn van mening dat deze werkzaamheden een redelijke basis vormen voor het uitbrengen van ons oordeel. Naar ons oordeel, rekening houdend met de toepasselijke wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften, geeft de jaarrekening afgesloten op 31 december 2003 een getrouw beeld van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van het havenbedrijf en wordt een passende verantwoording gegeven in de toelichting. Bijkomende verklaringen en inlichtingen Wij vullen ons verslag aan met de volgende bijkomende verklaringen (en inlichtingen) die niet van aard zijn om de draagwijdte van onze verklaring over de jaarrekening te wijzigen: – Het jaarverslag bevat de door de wet vereiste inlichtingen en stemt overeen met de jaarrekening. – Met betrekking tot de belangrijke hangende geschillen, de overige schulden in de balans en de resultaten van het havenbedrijf wensen wij uw aandacht te vestigen op volgende punten: • Wij verwijzen naar het punt ‘Belangrijke hangende geschillen en andere belangrijke verplichtingen’ onder de toelichting “XVII Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen” van de jaarrekening, waarbij de Raad van
Bestuur meldt dat het havenbedrijf eind 2003, begin 2004 door derden werd gedagvaard in twee belangrijke rechtszaken. Het gaat hier om mogelijk belangrijke onzekerheden waarover de bevoegde rechtbanken nog geen oordeel geveld hebben. Naargelang de evolutie van deze rechtszaken kunnen zij mogelijks een belangrijke impact hebben op de resultaten en het vermogen van het havenbedrijf. • Overige schulden: Zoals eveneens gemeld door de Raad van Bestuur in voornoemd punt van de toelichting, omvat de rubriek overige schulden de prefinancieringsbijdrage ten bedrage van € 15 miljoen van het Vlaams Gewest voor de recuperatie van 60% van de schadeclaims ingediend door de aannemers van het Deurganckdok. Gezien de principiële beslissing van de Vlaamse Regering terzake, die een geheel vormt met andere beslissingen, nog niet werd geformalisseerd in een ondertekende overeenkomst en dus nog niet als definitief verworven kan worden beschouwd, werd dit bedrag opgenomen onder de overige schulden en niet als opbrengst in de resultaten-rekening. Ingevolge de huidige overeenkomst met de toezichthouder van het Pensioenfonds van het statutair personeel van het havenbedrijf, zal deze recuperatie aangewend worden voor de financiering van het Pensioenfonds. • Resultaat van het boekjaar: De winst van het boekjaar is identiek aan de winst van vorig jaar. Dit identiek resultaat wordt verklaard doordat, met ingang van het boekjaar 2000, met de Controledienst voor de Verzekeringen is overeengekomen om de winst boven € 2.299.901 extra af te dragen aan het Pensioenfonds voor het statutair personeel van het havenbedrijf, voor het vormen van de minimum reserves voor die pensioenen als gevolg van de overname bij de omvorming van het havenbedrijf tot autonoom gemeentebedrijf van deze verplichtingen van de stad Antwerpen. Dit bedrag van € 2.299.901 is gebaseerd op een referentiedividend aan de Stad van € 2.069.910 verhoogd met een wettelijk voorgeschreven reservering van 10% van de winst van het boekjaar. In uitvoering van die verplichting is in de jaarrekening 2003 onder de personeelskosten een bijkomend pensioenafdracht ten laste genomen van € 5,1 miljoen t.o.v. € 15,2 miljoen in 2002. Deze verlaagde afdracht houdt in dat het resultaat vóór extra afdracht € 10,1 miljoen minder positief was dan in 2002. – Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang, wordt de boekhouding gevoerd en de jaarrekening opgesteld overeenkomstig de in België toepasselijke wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. – Wij hebben geen kennis van verrichtingen of beslissingen die een inbreuk vormen op de statuten of op de gemeentewet meer in het bijzonder op de artikelen 263bis tot en met 263decies van de gemeentewet. De resultaatverwerking die u wordt voorgesteld, stemt overeen met de statutaire bepalingen.
Antwerpen, 30 maart 2004
De Commissaris Deloitte & Touche Bedrijfsrevisoren Vertegenwoordigd door Piet Demeester
79
VERSLAGEN
Verslag van het college van commissarissen Verslag van het College van Commissarissen gericht aan de Gemeenteraad van de stad Antwerpen m.b.t. de jaarrekening afgesloten op 31 december 2003 van het autonoom gemeentebedrijf Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen
80
Aan de gemeenteraadsleden Overeenkomstig de Gemeentewet van 5 april 1995 en de bepalingen opgenomen in artikel 42 van de statuten, brengen wij u verslag uit over de uitvoering van de controleopdracht die ons werd toevertrouwd. Wij hebben de controle,uitgevoerd van de jaarrekening over het boekjaar afgesloten op 31 december 2003, met een balanstotaal van € 957.754.451,60 en waarvan de resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar van € 2.299.901,94. Deze jaarrekening is opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur van het havenbedrijf. Verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoud Wij hebben van de verantwoordelijken van het havenbedrijf de voor onze controles vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij hebben op basis van steekproeven de verantwoording onderzocht van de bedragen opgenomen in de jaarrekening. Wij hebben de waarderingsregels, de betekenisvolle boekhoudkundige ramingen die de onderneming maakte en de voorstelling van de jaarrekening in haar geheel beoordeeld. Wij zijn van mening dat deze werkzaamheden een redelijke basis vormen voor het uitbrengen van ons oordeel. Naar ons oordeel, rekening houdend met de toepasselijke wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften, geeft de jaarrekening afgesloten op 31 december 2003 een getrouw beeld van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van het havenbedrijf en wordt een passende verantwoording gegeven in de toelichting.
– –
Bijkomende verklaringen en inlichtingen – Overeenkomstig artikel 42 van de statuten verstrekken wij volgende bijkomende verklaringen en inlichtingen. – Het jaarverslag bevat de door de wet vereiste inlichtingen en stemt overeen met de jaarrekening. – Met betrekking tot de belangrijke hangende geschillen, de overige schulden in de balans en de resultaten van het havenbedrijf wensen wij uw aandacht te vestigen op volgende punten: • Wij verwijzen naar het punt ‘Belangrijke hangende geschillen en andere belangrijke verplichtingen’ onder de toelichting ‘XVII Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen’ van de jaarrekening, waarbij de Raad van Bestuur meldt dat het havenbedrijf eind 2003, begin 2004 door derden werd gedagvaard in twee belangrijke rechtszaken. Het gaat hier om mogelijk belangrijke onzekerheden waarover de bevoegde rechtbanken nog geen oordeel geveld hebben. Naargelang de evolutie van deze rechtszaken kunnen zij mogelijks een belangrijke impact hebben op de resultaten en het vermogen van het havenbedrijf. • Overige schulden: Zoals eveneens gemeld door de Raad van Bestuur in voornoemd punt van de toelichting, omvat de rubriek
–
overige schulden de prefinancieringsbijdrage ten bedrage van € 15 miljoen van het Vlaams Gewest voor de recuperatie van 60% van de schadeclaims ingediend door de aannemers van het Deurganckdok. Gezien de principiële beslissing van de Vlaamse Regering terzake, die een geheel vormt met andere beslissingen, nog niet werd geformalisseerd in een ondertekende overeenkomst en dus nog niet als definitief verworven kan worden beschouwd, werd dit bedrag opgenomen onder de overige schulden en niet als opbrengst in de resultaten-rekening. Ingevolge de huidige overeenkomst met de toezichthouder van het Pensioenfonds van het statutair personeel van het havenbedrijf, zal deze recuperatie aangewend worden voor de financiering van het Pensioenfonds. • Resultaat van het boekjaar: De winst van het boekjaar is identiek aan de winst van vorig jaar. Dit identiek resultaat wordt verklaard doordat, met ingang van het boekjaar 2000, met de Controledienst voor de Verzekeringen is overeengekomen om de winst boven € 2.299.901 extra af te dragen aan het Pensioenfonds voor het statutair personeel van het havenbedrijf, voor het vormen van de minimum reserves voor die pensioenen als gevolg van de overname bij de omvorming van het havenbedrijf tot autonoom gemeentebedrijf van deze verplichtingen van de stad Antwerpen. Dit bedrag van € 2.299.901 is gebaseerd op een referentiedividend aan de Stad van € 2.069.910 verhoogd met een wettelijk voorgeschreven reservering van 10% van de winst van het boekjaar. In uitvoering van die verplichting is in de jaarrekening 2003 onder de personeelskosten een bijkomend pensioenafdracht ten laste genomen van € 5,1 miljoen t.o.v. € 15,2 miljoen in 2002. Deze verlaagde afdracht houdt in dat het resultaat vóór extra afdracht € 10,1 miljoen minder positief was dan in 2002. De resultaatbestemming die u wordt voorgesteld is in overeenstemming met de statuten. Wij hebben geen kennis van verrichtingen of beslissingen die een inbreuk vormen op de statuten of op de gemeentewet en meer in het bijzonder op de artikelen 263bis tot en met 263decies van de gemeentewet. Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang, wordt de boekhouding gevoerd en werd de jaarrekening opgesteld overeenkomstig de wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften die daarop van toepassing zijn in België. Wij hebben ons voor onze controles gesteund op de werkzaamheden van de commissaris. Wij verwijzen dan ook naar zijn verslag over de rekeningen.
Antwerpen, 30 maart 2004
Voor het College van Commissarissen Commissaris H. Coveliers Gemeenteraadslid Stad Antwerpen
Commissaris L. Lemmens Gemeenteraadslid Stad Antwerpen
COLOFON
Het jaarverslag verschijnt in het Nederlands en in het Engels. U kan exemplaren aanvragen bij het Gemeentelijk Havenbedrijf, dienst Communicatie. UITGEVER
Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen Havenhuis Entrepotkaai 1 B–2000 Antwerpen België tel. + 32 (0)3 205 20 11 fax + 32 (0)3 205 20 28 e-mail:
[email protected] www.portofantwerp.be CONCEPT EN VORMGEVING
Catapult, Antwerpen FOTOGRAFIE FILM STILLS
Catapult, Antwerpen FOTOGRAFIE
Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen PREPRESS EN DRUKWERK
New Goff, Mariakerke