gemeente Eindhoven
Economie & Cultuur Raadsnummer
11R4306
Inboeknummer
11bst0590
Beslisdatum B&W 27 mei 2011 Dossiernummer
11..21.451
RaadsvoorstelBrabant Culturele hoofdstad
Inleiding De provincie en de 5 Brabantse steden, verenigd in Brabantstad hebben het initiatief genomen om zich kandidaat te stellen voor Culturele hoofdstad in 2018. Doelstelling 1. Voor de periode 2011-2014 : binnenhalen van de titel Brabant Culturele Hoofdstad 2018. 2. Eindhoven (en de andere B5 steden) nationaal en internationaal op de kaart zetten als stad van innovatieve cultuur 3. Het Eindhovense en Brabantse cultuurklimaat in de periode 2014 tot en met 2020 een stevige impuls geven 4. De economische en maatschappelijke spin-off genereren die voorzien is 5. De inhoudelijke en economische samenwerking tussen de B5 steden gestalte geven middels dit ambitieuze project Voorstel 1. vaststellen, dat Brabant Culturele Hoofdstad 2018 een uitgelezen kans biedt: - om meer inhoud te geven aan het eerder door de raad vastgestelde cultuur totaalbeleid, gebaseerd op het uitgangspunt, dat cultuur niet alleen een intrinsieke waarde heeft, maar van daaruit ook een wezenlijke bijdrage levert aan het sociale, economische en ruimtelijke domein, - om een bijdrage te leveren aan de uitwerking van Brainport 2020, en deze kans te benutten 2. het Eindhovens programma voor BCH2018 vrijwel volledig te concentreren op Strijp S, zowel in de weg naar 2018, als in 2018 zelf. 3. De Koersnota versie 1.2 te accepteren als inhoudelijke richtsnoer voor de verdere uitwerking van het bidbook, onder dien verstande, dat: - al vanaf 2011 programma wordt gerealiseerd; - de bestuurlijke sturing duidelijker vertaald wordt in het aangeven van het beoogd effect, zijnde duurzame, inclusieve culturele innovatie, waar het programma bestuurlijk aan getoetst kan worden.
Raadsnummer
11R4306
4. voor de bidbookfase in de jaren 2012 en 2013 jaarlijks een bedrag van € 200.000,-te reserveren ten behoeve van het tot stand komen van het bidbook, campagne, draagvlak, onderzoek en organisatie en dit bedrag expliciet op te nemen in de begroting. Het bedrag dat in 2012 en 2013 beschikbaar wordt gesteld wordt in eerste instantie gemaximaliseerd op jaarlijks € 100.000. Hierbij is 50% cofinanciering het uitgangspunt. Onderzocht wordt of Brainport, de regiogemeenten en het bedrijfsleven samen een bijdrage kunnen doen voor twee jaar van €50.000 jaarlijks. Als het Programmabureau aan kan tonen dat het volledige bedrag (€ 200.000 jaarlijks voor de jaren 2012 en 2013) nodig is dan zal dit beschikbaar worden gesteld. 5. de eerste fase van het proces medio 2012 af te sluiten met een go/no go – moment waarop door de raad een beslissing wordt genomen over het indienen van het bidbook. Indien een positief besluit wordt genomen in de kadernota 2013 een beslissing te nemen over onze resterende bijdrage van €9.600.000. 6. het college opdracht te geven onderzoek op te starten naar dekkingsmogelijkheden voor deze bijdrage. 7. indien Brabantstad niet de titel Culturele Hoofdstad van Europa 2018 krijgt wordt overlegd met de Provincie op welke manier de € 50 miljoen die de Provincie gereserveerd heeft, ingezet kan worden voor cultuur-impulsen. Hiertoe wordt door het College een B-scenario te ontwikkeld en voorgelegd aan de Raad.
Argumenten 1.1 benutten van de kans Nederland en Malta mogen elk in 2013 een stad aanwijzen die Europese Culturele Hoofdstad wordt in 2018. De B5 steden (Den Bosch, Tilburg, Breda, Helmond en Eindhoven hebben het voornemen zich gezamenlijk kandidaat te stellen voor de titel Culturele Hoofdstad van Europa in 2018. De andere Nederlandse steden die zich kandidaat willen stellen zijn Den Haag, Utrecht en Maastricht. In 1987 was Amsterdam Culturele Hoofdstad van Europa, in 2001 droeg Rotterdam deze titel. Brabant culturele hoofdstad biedt een uitgelezen kans om de aandacht te geven aan de uitgangspunten van Cultuur Totaal, waarin cultuur zich niet presenteert als een eiland in de huidige samenleving, maar daarvan een geïntegreerd onderdeel uitmaakt en ook bijdraagt aan de wijze waarop deze samenleving functioneert en zich ontwikkelt. Ditzelfde geldt voor de relatie met Brainport 2020; Door expliciet te kiezen voor de nominatie voor Brabant culturele hoofdstad wordt inhoud gegeven aan de culturele dimensie van Brainport 2020.
2
Raadsnummer
11R4306
Eerdere culturele hoofdsteden tonen dat de titel (maar zelfs ook de kandidaatstelling) van culturele hoofdstad zich meer dan terug verdient, zowel in materiële als in immateriële zin. Een onderzoek van professor Greg Richards, Department of Leisure Studies van de Universiteit van Tilburg, laat zien dat de investering in culturele hoofdstad zich twee maal terugverdient. Maar het is minstens zo belangrijk om de immateriële baten en argumenten goed in beeld te hebben. 1.2 materiële baten Uit recente cijfers van Ruhr 2010 blijkt dat er vorig jaar door Culturele Hoofdstad 13% meer overnachtingen plaatsvonden, dat het bezoek uit het buitenland met 18% gestegen was en dat een topattractie als Zollverein 121% meer bezoek had dan voorgaande jaren. Lille had in 2004 9 miljoen extra bezoekers, een groei van 27% van de overnachtingen en een economische impuls van €26 miljoen. Uit een enquête onder zakenmensen bleek dat 60% van mening was dat het imago van Lille verbeterd was door culturele hoofdstad. Meer dan 17.000 vrijwilligers waren betrokken bij Lille 2004. Liverpool trok in 2008 met haar culturele hoofdstad programma ongeveer 15 miljoen bezoekers die gezamenlijk € 800 miljoen besteedden, de stad kende een groei van 28% in de overnachtingen en 30% stijging van cultuurbezoek. De creatieve industrie in Liverpool groeide in de jaren 2006-2008 met 10% en de stad creëerde mede daarmee 14% meer werkgelegenheid. Luxemburg was in 2007 culturele hoofdstad en wordt gezien als een van de minder succesvolle voorbeelden. Toch trok Luxemburg 3,3 miljoen extra bezoekers en kende het een toename van cultuurbezoek van 14% Een Culturele Hoofdstad-jaar heeft dus een grote economische spin-off voor het regionale bedrijfsleven. Hetgeen zich financieel vertaalt in een grotere omzet, meer winst, meer werkgelegenheid en een hoger besteedbaar inkomen. Naast de horecaondernemers doen met name lokale en regionale cultuurproducenten en – instellingen goede zaken tijdens het Culturele Hoofdstad jaar, evenals communicatiebureaus, evenementen organisatoren, toeleveranciers van podia, licht en geluid. Argument1.3 immateriële baten Met de titel culturele hoofdstad doen we een duurzame investering in kunst en cultuur. Uiteraard ligt de piek in 2018 maar zowel in de jaren 2014-2018 als in de periode 2018-2020 vindt een intensivering plaats van het kunst en cultuuraanbod. Langdurige aandacht voor cultuur zal een positief effect hebben op de kwaliteit van het leven in de regio. Voor de veerkracht van een samenleving als geheel is creativiteit, kunst en cultuur van groot belang. Aangespoord door de titel vindt een betere en meer resultaatgerichte samenwerking plaats tussen kunst en cultuur, onderwijs en bedrijfsleven. Waarmee we tevens vorm en inhoud geven aan een aantal doelstellingen van Cultuur Totaal. De samenwerking met het economisch domein is evident: cultuur vormt de aanjager van een economische impuls. Door tijdelijke en wellicht blijvende kunst- design en lichtprojecten in de openbare ruimte
3
Raadsnummer
11R4306
upgraden we het stadsbeeld en leggen we de relatie met het ruimtelijk domein. In het sociale domein denken we dat meer sociale cohesie ontstaat (onder meer door buurtprojecten), grotere inzet en betrokkenheid van vrijwilligers. Met het thema ‘De kunst van het samenleven’ willen we het maatschappelijk weefsel met behulp van een cultureel programma versterken, een weefsel waarin door ontzuiling en individualisering gaten zijn ontstaan. Argument 2 concentratie op Strijp S Eén van de leidende, inhoudelijke thema’s in de Koersnota is ‘De Onvoltooide Stad.’ Alle B5 steden zitten midden in de transformatie van industriële steden naar creatieve steden. In Eindhoven hebben we natuurlijk Strijp S, het grootste stedelijke ontwikkelingsgebied van Nederland, en het prototype van een onvoltooide stad. We willen daarom de programma’s ‘Cultuur op Strijp S’ en BCH2018 in elkaar schuiven. Wat betekent dat we ons bij de ontwikkeling van het Eindhovens aandeel in het bidbook voor BCH2018 vrijwel volledig richten op Strijp S maar ook dat Strijp S in 2018 het epicentrum wordt van ons Culturele Hoofdstad programma. Argument 3 de koersnota In Brabant hebben de afgelopen jaren vele oriënterende denk-sessie’s plaatsgevonden met betrokkenen uit de culturele wereld, het onderwijs en het bedrijfsleven. De cultuurmakelaars hebben in de steden gewerkt aan de netwerken en aan bottom-up projecten. Alle projecten en inspanningen tot dusver hebben geleid tot een uitwerking en aanscherping van de inhoudelijke visie: de Koers 2018Brabant. Deze koers vormt de basis om toe te werken naar het officiële bidbook dat in maart 2012 klaar moet zijn. Argument 4 financiële bijdrage De bedragen van 2x €200.000 zijn gebaseerd op een raming van de provincie. Het college is voornemens de onderbouwing van deze € 400.000 kritisch te analyseren en indien mogelijk de bijdrage terug te brengen. Argument 5 fasering. Met dit raadsbesluit wordt de fase van de voorbereiding afgesloten en wordt formeel de start gemaakt met de bidbookfase. Deze fase wordt afgesloten medio 2012 met een go/no go moment. De raad neemt dan een besluit over het wel of niet gaan voor de nominatie BCH2018 door het indienen van het bidbook. Als de raad hierover een positief besluit neemt dient ook de afweging gemaakt te worden hoe de benodigde middelen, geraamd op 9.6 miljoen euro, beschikbaar gesteld dienen te worden. In de kadernota 2013 zal deze afweging gemaakt moeten worden. Hierbij dient rekening gehouden te worden met het gestelde onder argument 6. Indien Brabantstad wordt genomineerd wordt dit scenario verder uitgewerkt; indien een andere stad wordt genomineerd dient een B-scenario voorhanden te zijn waarin
4
Raadsnummer
11R4306
wordt aangegeven hoe invulling gegeven kan worden aan (aangepaste) doelstellingen. Argument 6 dekking 9.6 miljoen Juist omdat op brede schaal geprofiteerd wordt van de materiële en immateriële spin-off vindt het college het vanzelfsprekend, dat ook in de lasten meerdere partijen meedelen. Het college heeft zich dan ook voorgenomen een onderzoek op te starten naar dekkingsmogelijkheden buiten de gemeentelijke begroting.
Kanttekeningen Kanttekening1 Het benutten van deze kans betekent, dat de gemeente Eindhoven als onderdeel van Brabantstad zich in een competitie begeeft. Dit betekent, dat er nu nog geen zekerheid is over de fase na het bidbook. Mocht Brabantstad niet genomineerd worden, dan toch is het college van mening, dat de investering van maximaal €400.000 verantwoord is, omdat hierdoor toch een impuls wordt gegeven aan het culturele klimaat in Eindhoven en in Brabant en aan de samenwerking in Brabantstad-verband. Kosten De kosten voor de voorbereiding van het bidbook bedragen 2x€200.000. Mocht Brabant genomineerd worden, wordt van elke stad een aanvullende bijdrage verwacht van 9.6 miljoen; dit bedrag wordt door de provincie verdubbeld. De dekking voor het bedrag van €400.000 wordt gevonden in de stelpost intensivering cultuur. Communicatie De communicatie dient voortdurend afgestemd te worden met de collega’s van de andere B5 steden en de provincie zodat we allemaal hetzelfde communiceren op hetzelfde moment. In de lokale Projectteams BCH2018 is communicatie apart vertegenwoordigd. Planning en uitvoering Er is een stuurgroep, waarin de Commissaris van de Koningin, de burgemeester van Den Bosch en de B5 wethouders vertegenwoordigd zijn. Er is een artistiek team samengesteld waarin zitting hebben Joost Heijthuijsen (directeur Incubate festival), John Körmeling (architect/kunstenaar), Matthijs Rümke (artistiek leider Zuidelijk Toneel), Ulrike Erbslöh (zakelijk adjunct directeur Van Abbemuseum). En er is een projectgroep samengesteld die bestaat uit ambtelijke vertegenwoordigers van elke B5 gemeente. Zij zijn de contactpersonen binnen de steden, communiceren met de culturele instellingen in hun steden en met de stuurgroep en het artistieke team.
5
Raadsnummer
11R4306
Onlangs is Martijn Sanders aangesteld als Artistiek Leider van 2018Brabant. Hij gaat samen met alle betrokkenen het bidbook samenstellen. Intern is het Projectbureau BCH2018 geformeerd dat zorg draagt voor de ontwikkeling en implementering van het programma in onze stad, voor de continuïteit, de communicatie en de budgetbewaking. Het Projectbureau voor de jaren 2011, 2012 en 2013 bestaat uit een Projectleider (bestaande functie van beleidsontwikkelaar Kunst en Cultuur), een project-assistent (bestaande functie binnen Kunst en Cultuur), een communicatie-medewerker (communicatie-adviseur van de wethouder) en een ‘financial engineer’ (bestaande functie binnen Planning en Control). Indien we inderdaad Culturele Hoofdstad worden dient dit Projectbureau aanzienlijk uitgebreid te worden voor de jaren 2014 tot en met 2018. Evaluatie Tussentijdse evaluatie vindt voortdurend plaats tussen de wethouder, het hoofd van de afdeling Kunst en Cultuur en de projectleider van het lokale projectbureau. 1 Bijlage(n) Als bijlage(n) bij dit voorstel behoren: b Koersnota 2018 Brabant Culturele Hoofdstad, versie 1.2 b Facts & Figures b Onderzoek professor Richards, Universiteit van Tilburg
a De bijlagen worden meegestuurd x De bijlagen liggen ter inzage in de leeskamer Een ontwerp-raadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
, secretaris.
6
Raadsnummer
11R4306
Raadsbesluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van gelet op de aangenomen amendementen A7A en A8;
27 mei 2011 ;
besluit: 1. vaststellen, dat Brabant Culturele Hoofdstad 2018 een uitgelezen kans biedt: - om meer inhoud te geven aan het eerder door de raad vastgestelde cultuur totaalbeleid, gebaseerd op het uitgangspunt, dat cultuur niet alleen een intrinsieke waarde heeft, maar van daaruit ook een wezenlijke bijdrage levert aan het sociale, economische en ruimtelijke domein, - om een bijdrage te leveren aan de uitwerking van Brainport 2020, en deze kans te benutten 2. bij het Eindhovens programma voor BCH2018 de hele stad te betrekken, waarbij Strijp S als centrum fungeert, zowel in de weg naar 2018, als in 2018 zelf (amendement A7A). 3. De Koersnota versie 1.2 te accepteren als inhoudelijke richtsnoer voor de verdere uitwerking van het bidbook, onder dien verstande, dat: - al vanaf 2011 programma wordt gerealiseerd; - de bestuurlijke sturing duidelijker vertaald wordt in het aangeven van het beoogd effect, zijnde duurzame, inclusieve culturele innovatie, waar het programma bestuurlijk aan getoetst kan worden. 4. voor de bidbookfase in de jaren 2012 en 2013 jaarlijks een bedrag van € 200.000,-te reserveren ten behoeve van het tot stand komen van het bidbook, campagne, draagvlak, onderzoek en organisatie en dit bedrag expliciet op te nemen in de begroting. Het bedrag dat in 2012 en 2013 beschikbaar wordt gesteld wordt in eerste instantie gemaximaliseerd op jaarlijks € 100.000. Hierbij is 50% cofinanciering het uitgangspunt. Onderzocht wordt of Brainport, de regiogemeenten en het bedrijfsleven samen een bijdrage kunnen doen voor twee jaar van €50.000 jaarlijks. Als het Programmabureau aan kan tonen dat het volledige bedrag (€ 200.000 jaarlijks voor de jaren 2012 en 2013) nodig is dan zal dit beschikbaar worden gesteld. 5. de eerste fase van het proces medio 2012 af te sluiten met een go/no go – moment waarop door de raad een beslissing wordt genomen over het indienen van het bidbook. Indien een positief besluit wordt genomen in de kadernota 2013 een beslissing te nemen over onze resterende bijdrage van €9.600.000. 6. het college opdracht te geven onderzoek op te starten naar dekkingsmogelijkheden voor deze bijdrage. 7. indien Brabantstad niet de titel Culturele Hoofdstad van Europa 2018 krijgt, besluit de Raad over de uitvoering van een mogelijk B-scenario en over de
7
Raadsnummer
11R4306
besteding van de in de kadernota van 2013 mogelijk gereserveerde bijdrage van €9.600.000 (amendement A8).
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 31 mei 2011.
Ir. J. Rozendaal, waarnemend voorzitter.
J. Verheugt, griffier.
tvg/SD11013234
8