Geloof Hoop Lesbo’s De combinatie van homoseksualiteit en religie roept vaak negatieve beelden op. Zo is de paus bijvoorbeeld niet één van de grootste voorstanders van het homohuwelijk te noemen, en is lesbisch, homo of biseksueel zijn binnen veel religieuze gemeenschappen een omstreden of zelfs onbesproken onderwerp. Dit neemt echter niet weg dat er ook gelovige lesbiennes en homo’s zijn die zowel hun geloof als hun geaardheid een plek in hun leven willen en kunnen geven. Voor Zij aan Zij spraken drie lesbiennes met verschillende religieuze achtergronden openhartig over hun geloof en hun lesbische leven. tekst Saskia Doorschodt en Linde Arts fotografie LaPeet Pijlgroms
zijaanzij.nl | 15
16
Lesbisch en joods zijn heel goed te combineren naam Clary leeftijd 46 woonplaats Amsterdam religie Joods
‘Ik noem mezelf vaak ‘professioneel joods’ omdat ik eigenlijk altijd met het Jodendom bezig ben. Ik ben namelijk rabbijn in opleiding. De Joodse gemeenschap waar ik deel van uitmaak en waar ik ook werk is Beit Ha’Chidush in Amsterdam. Beit Ha’Chidush betekent: ‘Huis van Vernieuwing’ in het Hebreeuws. Deze gemeenschap is ooit opgericht door homo’s en lesbiennes, maar we zijn een hele inclusieve gemeente. Iedereen met een Joodse achtergrond is welkom bij ons en we zijn in vergelijking met andere Joodse gemeenschappen vrij laagdrempelig. Volgens de traditionele Joodse regels mogen bijvoorbeeld alleen mensen met een Joodse moeder zich ‘Joods’ noemen, maar bij ons zijn mensen met een Joodse vader net zo welkom.’ ‘Op de Canal Pride in Amsterdam dit jaar hadden we voor het eerst een eigen boot. Dat was belangrijk voor ons om te laten zien dat we er zijn, en dat we er trots op zijn om Joods en homoseksueel te zijn. Homoseksualiteit is binnen Beit Ha’Chidush eigenlijk een non-issue. Het is moeilijk om te zeggen hoe er over homoseksualiteit binnen het Jodendom in het algemeen gedacht wordt, omdat je eigenlijk niet over ‘het Jodendom’ kunt spreken. Het geloof is namelijk heel pluriform, met aan het ene uiterste de meer liberale vorm zoals bij Beit Ha’Chidush beoefend wordt, en met aan het andere uiterste de ultraorthodoxe kant.’ ‘Wat binnen het Jodendom heel belangrijk is, zijn de boeken. De Thora is onze basis, en afhankelijk van hoe je daar tegenaan kijkt kan je de Thora interpreteren als het letterlijke woord van God of als goddelijk geïnspireerde woorden die door mensen zijn opgeschreven. In de Thora staat letterlijk een verbod op mannelijke homoseksualiteit. Er staat niets in over lesbiennes. Na de Thora is de Talmoed het belangrijkste boek, en daaruit is op te maken dat er over vrouwelijke homosek-
sualiteit minder ‘zwaar’ wordt gedacht dan over mannelijke homoseksualiteit. Een Joodse mannelijke priester mag volgens de Talmoed bijvoorbeeld trouwen met een lesbische vrouw, wat impliciet aangeeft dat er minder negatief over lesbiennes wordt gedacht dan over homoseksuele mannen. Ook in orthodoxe kringen wordt homoseksualiteit vaak oogluikend toegestaan.’ ‘Binnen het liberale Jodendom in Nederland is het grootste discussiepunt op het gebied van homoseksualiteit momenteel het Joodse huwelijk, de choepa. Tussen rabbijnen onderling wordt daar nu over gesproken. Zij zullen een same-sex ceremonie toestaan, maar het mag geen choepa heten. Traditioneel gezien is een choepa namelijk alleen voor een man/vrouw relatie bedoeld, maar van dat soort dingen ga ik zelf altijd een beetje steigeren. Bij Beit Ha’Chidush kunnen joodse homo’s en lesbiennes wel gewoon met elkaar trouwen.’ ‘Toen ik vroeger nog studeerde, was lesbisch zijn een veel groter deel van mijn identiteit dan dat het nu is. Ik was toen bijvoorbeeld heel actief bij het COC in Groningen. Maar het Jodendom is veel bepalender voor wie ik nu ben. Toen ik voor het eerst in een synagoge kwam, voelde dat voor mij echt als thuiskomen. Ik ben de hele dag met het geloof bezig; ik ben altijd aan het studeren, lezen en leren. Het Jodendom heeft ook geen einddoel, je bent nooit ‘klaar’. Joods zijn is meer dan een geloof. Joden zijn een volk met een gedeelde geschiedenis, een gedeelde taal en een gedeelde cultuur. Dat heeft invloed op je dagelijkse leven. Als je een niet-Joodse partner hebt, ongeacht je geaardheid, kan dat soms lastig zijn. Tijdens de sabbat (rustdag gewijd aan de verering van God) kan je dan bijvoorbeeld niet gezellig samen gaan winkelen. Maar verder zijn lesbisch en joods zijn, zeker bij Beit Ha’Chidush, heel goed met elkaar te combineren hoor!’ zijaanzij.nl | 17
Ik moest op alle goden zweren dat ik met een jongen zou thuiskomen naam Priya leeftijd 23 woonplaats Utrecht religie Hindoestaans
‘Heel veel Hindoestaanse lesbische meisjes durven niet uit de kast te komen. Ik was er één van. Binnen de Hindoestaanse cultuur ligt de focus namelijk heel erg op familie. Als ouders moet je zorgen dat je kinderen goed in de smaak vallen bij de rest van de familie. Er wordt ook van dochters verwacht dat ze vrij jong trouwen met een goede jongen. Het liefst meteen na het afstuderen. Homoseksualiteit is een taboeonderwerp; er wordt niet over gepraat. Zo ging het bij mij eigenlijk ook. Ik had een vriendje en onze trouwdatum was zelfs al geprikt. Ondanks mijn gevoelens voor meisjes wilde ik met hem trouwen om mijn familie gelukkig te maken. Maar op een gegeven moment kon ik het niet meer. Ik wilde niet mijn hele leven ongelukkig zijn om mijn familie gelukkig te maken. Ik heb toen tegen mijn vriendje gezegd dat ik lesbisch was en dat vond hij absoluut niet leuk. Maar hij is nooit uit de school geklapt tegen mijn ouders. Aan hen heb ik verteld dat ik mijn relatie met hem verbrak omdat het gewoon niet goed voelde. Maar dat ik op meisjes viel… daar hadden ze geen idee van.’ ‘Ze kwamen er pas achter toen ik mijn eerste vriendin had. Dat was allemaal behoorlijk heftig. Die relatie is nu uit, maar mijn toenmalige vriendin was een moslima. We ontmoetten elkaar via internet en kregen een relatie, maar ik heb dat toen niet tegen mijn ouders gezegd. Ze kwamen erachter toen de moeder van mijn toenmalige vriendin het wèl wist en woedend mijn moeder opbelde. Ze zei tegen mijn moeder dat ik een vieze Hindoestaanse lesbienne was die haar dochter lesbisch had gemaakt. Moslims en Hindoestanen kunnen over het algemeen vaak niet zo goed met elkaar overweg, dus onze relatie was eigenlijk dubbel zo erg voor onze ouders. Mijn moeder schrok heel erg na dat telefoongesprek en vroeg me of ik inderdaad lesbisch was en een vriendin had. Ik heb het toen toegegeven en dat viel niet goed. Mijn toenmalige vriendin en ik zijn vrij kort daarna samen weggelopen van huis. Na drie maanden zonder contact belde mijn moeder op om te zeggen dat ze het had geaccepteerd en vroeg me of ik weer naar huis wilde komen. Dat heb ik toen gedaan en daarna ging het wel weer goed tussen mijn ouders en mij.’ ‘Maar helaas duurde dat niet lang. Mijn relatie ging uit en daarmee hadden mijn ouders het idee dat mijn ‘lesbisch zijn’ een fase was geweest. Ze verwachtten dat ik vervolgens wel weer met een jongen 18
thuis zou komen. Ik vond dat heel raar, omdat ik ze zo vaak heb gezegd dat ik echt lesbisch was en dat dit iets was wat nooit zou veranderen. Maar dat maakte ze blijkbaar niets uit. Op een gegeven moment ontmoette ik mijn huidige vriendin en ben toen een keer met mijn moeders auto naar haar toe gereden. Tegen mijn ouders had ik gezegd dat ik aan het werk was. Vervolgens heb ik toen te hard gereden, waardoor mijn moeder een bon thuisgestuurd kreeg. Daarna kwam de aap uit de mouw en konden ze zien waar ik echt geweest was. Natuurlijk wilden ze een verklaring, en ik heb toen eerlijk gezegd dat ik een nieuwe vriendin had. Daar heb ik toen letterlijk veel klappen voor gehad. Van mijn ouders moest ik op alle goden zweren dat ik het uit zou maken en met een jongen zou thuiskomen. Maar dat kon ik niet.’ ‘Gelukkig heeft mijn moeder het na enige tijd toch weten te accepteren. Ik heb haar een brief geschreven waarin ik nogmaals heb uitgelegd dat ik lesbisch ben en dat dit niet zou veranderen. Dat het gewoon hoort bij wie ik ben. Ook mijn zusje heeft met haar gepraat en zelfs mijn opa en oma van moeders kant hebben het voor me opgenomen. Die accepteerden het veel sneller dan mijn moeder. Met mijn vader is het moeilijk communiceren, omdat hij vorig jaar een hersenbloeding heeft gehad. Door zijn familie werd slecht gereageerd op mijn geaardheid, maar ik heb dan ook geen contact meer met hen. Doordat mijn ouders gescheiden zijn is dat ook makkelijk te doen. Sowieso had ik altijd al een sterkere band met mijn moeders familie.’ ‘Mijn huidige vriendin is een Nederlands meisje en we zijn nu een jaar bij elkaar. Ik ben streng gelovig opgevoed en vroeger bad ik bijvoorbeeld elke dag. Nu is dat wat minder. Ik geloof nog wel heel erg, maar geef er op mijn eigen manier invulling aan. Mijn moeder vindt dat soms wel jammer. Maar als ik bij mijn moeder ben, pas ik me wel aan. Dan eet ik bijvoorbeeld geen rundvlees. En met Hindoestaanse feestdagen doe ik nog wel altijd mee. Mijn vriendin is er dan ook vaak bij. In het begin was dat voor haar wel even wennen, zo’n heel andere cultuur en soms ook andere taal. Maar ze vindt het geloof ik wel leuk om mee te gaan. Dat zij niet Hindoestaans is, maakt me helemaal niets uit. Ik vind dat iedereen vrij is om te geloven in wat hij of zij wil. Zo wil ik het later ook doen als ik kinderen heb. Ik zal altijd blijven geloven in het hindoeïsme, maar wil mijn kinderen daar verder vrij in laten.’
zijaanzij.nl | 19
20
Ik ben niet iemand die provoceert, maar ik ben er wel naam Conny van Lier leeftijd 49 woonplaats Utrecht religie Christelijk
‘Al vanaf de tijd voordat ik uit de kast kwam heb ik geloof en homoseksualiteit door mijn werk en leven gemixt. Ik heb theologie gestudeerd en ben onder andere afgestudeerd op vrouwenstudies. Ik ben in werkstukken dingen gaan uitzoeken over die combinatie en er veel over gaan lezen. Af en toe kwam ik bij de bibliotheek met een enorme stapel boeken terug die te laat waren en allemaal over homoseksualiteit gingen. Dan dacht ik wel: misschien gaat dit opvallen.’ ‘Ik wilde erover lezen om te begrijpen waarom mensen voor of tegen homoseksualiteit zijn. Als je het snapt, kun je het zelf beter verwoorden en is het makkelijker mensen te verdragen die er tegen zijn. Af en toe was het vreselijk doorbijten, ik las natuurlijk boeken die je uitmaakten voor van alles en nog wat. Aan de andere kant kom je er ineens achter dat er dominees zijn die al jaren samenwonen, je ontdekt de voorvechters.’ ‘Een bijkomend voordeel van mijn studie was het netwerk van lesbische vrouwen dat ik om me heen kreeg. Ik voelde me nooit alleen. Vanuit daar heb ik het dispuut Sappho opgericht, een werkgezelschap voor lesbische vrouwen die iets met de kerk en theologie te maken hebben. We voelden ons sterk samen. Wij lieten ons geloof niet afpakken. Ik ontmoette daar veel vrouwen in het vak en zo ben ik altijd actief gebleven op het gebied van homoseksualiteit en geloof.’ ‘Twintig jaar geleden werkte ik bij het landelijk coördinatiepunt. Vanuit daar hebben we het fenomeen ‘roze viering’ uitgevonden. Een kerkdienst voor en door homo’s en lesbo’s. In eerste instantie was dat alleen op roze zaterdag tijdens de Gay Pride. Omdat we altijd al de grootste kerk van de stad moesten huren en dan nog niet alle bezoekers kwijt konden, besloten we het vaker te doen. Nu organiseer ik elk kwartaal de roze vieringen in Rotterdam in de Paradijskerk. Naast Rotterdam worden de vieringen ook in Amsterdam en Den Haag gehouden.’ ‘Mijn geloof heeft mijn coming out niet moeilijker gemaakt. Dat komt ook omdat mijn ouders er nooit heel ingewikkeld over hebben gedaan. Ze zijn gelovig, maar niet vroom of opdringerig. Ik ben gaan zeggen dat
ik op vrouwen val vanaf het moment dat het uit ging met mijn eerste vriendinnetje. Toen dacht ik: ok, dit was een vrouw en de volgende wordt ook een vrouw. Dit gaat de weg worden en vanaf nu gaan ze dat weten ook.’ ‘Er zijn mensen die aan de hand van de Bijbel zeggen dat God homoseksualiteit verboden heeft. Mij doet dat niet zoveel. Er zijn een stuk of zes Bijbelteksten waaruit je met heel veel fantasie kunt halen dat homoseksualiteit verboden is, maar nergens in het hele boek staat letterlijk dat mannen het niet met mannen mogen doen of vrouwen met vrouwen. Protestanten zijn meer thuis in de Bijbel dan katholieken. Ik ben katholiek dus het Vaticaan zit meer in mijn traditie. Dat ze daar homoseksualiteit een ‘objectieve ongeordendheid’ noemen is dus lastiger voor mij om te accepteren dan die Bijbelstukken. Maar in eerste instantie heeft geloof met God te maken. Voor mij is God zoveel sterker en groter dan de kerk. Het klinkt een beetje arrogant, maar tussen mij en God zit het wel goed. Hoe ik het nu doe is het goed.’ ‘Het beeld van buitenaf is dat kerken alleen maar tegen homoseksualiteit zijn. Dat de keuze bestaat uit of homo zijn of naar de kerk gaan. Ik heb ook vriendinnen die letterlijk uit de kerk gezet zijn omdat ze op vrouwen vallen. Dat is moeilijk, maar er zijn er ook een heel stel kerken waarbij het prima samengaat. Met de vieringen wil ik dat laten zien. Er zijn heel veel kerken en moskeeën waar homojongeren zich gek peinzen over hoe ze met hun gevoelens moeten leven. Daarom vind ik het belangrijk dat er plekken zijn waarbij je ziet dat het kan.’ ‘Vanuit het blad Vroom & Vrolijk, waarmee ik twee jaar geleden gestopt ben, hebben we vorig jaar ook een bundel roze kerstverhalen uitgebracht. Dat zijn allemaal verhalen rond de kerk, maar ook fantasieverhalen. Lagen de twee herders wel echt te wachten of gebeurden er stiekem allerlei andere dingen? Ik weet dat er in de christelijke wereld nog heel veel drempels liggen. Over homoseksualiteit wordt niet gesproken en vrouwen kunnen niet alle werkzaamheden in de kerk uitvoeren, maar ik wil graag positief blijven. Ik wil laten zien wat er allemaal wel kan. Ik ben niet iemand die provoceert of de confrontatie opzoekt, maar ik ben er wel.’ ■ zijaanzij.nl | 21