Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen MLAV1/0500000269/GVDA/fs. BESLUIT VAN DE BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN
OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE N.V. VAN DALEN BELGIUM MET BETREKKING TOT EEN INRICHTING GELEGEN TE 2440 GEEL, EINDHOUTSEHEIDE 2, EN OVER DE MELDING VAN INRICHTINGEN VAN DE DERDE KLASSE. De bestendige deputatie van de provincie Antwerpen Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Gelet op het besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem), zoals gewijzigd bij latere besluiten; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II), zoals gewijzigd bij latere besluiten; Gelet op de milieuvergunningsaanvraag, op 24 augustus 2005 ingediend door de N.V. Van Dalen Belgium gevestigd Eindhoutseheide 2 te 2440 Geel strekkende tot het bekomen van een milieuvergunning om een schrootverwerkend bedrijf, gelegen te 2440 Geel, Eindhoutseheide 2, kadastergegevens (afdeling-sectie-perceelnummer) 3-K-797/r, 3-K-792/b, 3-A-130/g, 3-A-130/k, te veranderen door uitbreiding met een opslagcapaciteit van 7.384 kg (2.2.1.e.2) waarvan: ‒ 5.000 kg uit autowrakken verwijderde batterijen (lood en zwavelzuur bevattend): ‒ 208 kg uit autowrakken verwijderde ruitenwisservloeistof (methanol bevattend); ‒ 624 kg uit autowrakken verwijderde koelvloeistof (glycolen bevattend); ‒ 52 kg uit autowrakken verwijderde aircokoelvloeistof (CFK’s bevattend); ‒ 500 kg oliefilters; ‒ 1.000 kg katalysatoren Gelet op de melding van volgende klasse 3-inrichtingen : ‒ vervangen van de opslag van 400 l diesel in vaten door een bovengrondse tank van 1.355 l tot een totaal van 19.355 l P3-product waarvan 3.000 l, 2.600 l en 2.400 l stookolie in bovengrondse tanks en 10.000 l stookolie in een ondergrondse tank vergund zijn (17.3.6.1.b); ‒ uitbreiding van de P4-producten van 2.400 l naar 2.771 l (1.000 l afvalolie in vaten, 208 l hydraulische olie en 208 l remolie in vaten, 1.355 l aflaatolie in een bovengrondse tank) (17.3.7.1) Vlaremrubricering volgens aanvrager: 2.2.1.e.2 – 17.3.6.1.b – 17.3.7.1 Gelet op de volgende vergunningstoestand met betrekking tot de exploitatie van de inrichting op de datum van de indiening van de voormelde milieuvergunningsaanvraag: – Besluit nr. MLAV1/99-462 d.d. 31 oktober 2000 van de bestendige deputatie houdende gedeeltelijke vergunning tot exploiteren van een schrootverwerkingsbedrijf voor een termijn verstrijkend op 31 oktober 2020; – Besluit nr. AMV/5163/1004 d.d. 16 mei 2001 van de Vlaamse minister houdende opheffing in beroep van de gedeeltelijke vergunning;
Koningin Elisabethlei 22 | 2018 Antwerpen 1 T 03 240 50 11 | F 03 240 57 79
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
– – – –
–
Arrest van de Raad van State nr. 113.947 d.d. 19 december 2002 houdende vernietiging van het ministerieel besluit; Besluit r. AMV/5163/1006 d.d. 3 juni 2003 van de Vlaamse minister houdende wijziging van het besluit van de bestendige deputatie d.d. 31 oktober 2000; Besluit nr. MLAN3/02-9 d.d. 14 maart 2002 van de bestendige deputatie houdende akteneming van de melding van uitbreiding met opslag van gevaarlijke producten; Ministerieel besluit d.d. 26 april 2002 waarin erkenning wordt verleend aan de nv Van Dalen als erkend centrum voor de depollutie, ontmanteling en vernietiging van afgedankte voertuigen of voertuigwrakken en afleveren van een certificaat van vernietiging; Besluit nr. MLAV1/04-213 d.d. 21 oktober 2004 van de bestendige deputatie houdende gedeeltelijke vergunning tot uitbreiding voor een termijn verstrijkend op 1 oktober 2020;
Gelet op het feit dat deze aanvraag voor de eerste maal werd ingediend op 13 juli 2005 en werd vervolledigd op 24 augustus 2005; op het feit dat op datum van 7 september 2005 de milieuvergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig werd verklaard of geacht; Gelet op de stukken, waarbij wordt geattesteerd dat de milieuvergunningsaanvraag de vereiste publiciteit verkreeg, conform artikel 17 van het Vlarem; Gelet op het proces-verbaal betreffende het openbaar onderzoek dd. 20 oktober 2005 van de gemeente Laakdal waaruit blijkt dat er noch schriftelijke, noch mondelinge bezwaren en/of opmerkingen werden ingediend; Gelet op het proces-verbaal betreffende het openbaar onderzoek dd. 15 oktober 2005 van de stad Geel waaruit blijkt dat er noch schriftelijke, noch mondelinge bezwaren en/of opmerkingen werden ingediend; Gelet op het gunstig advies dd. 21 oktober 2005 van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Laakdal; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies dd. 24 oktober 2005 van het college van burgemeester en schepenen van de stad Geel; op volgende elementen uit het advies van de dienst Bouw en Milieu: 1. Bespreking, advies en voorwaarden: a) Afvalstoffen: De autowrakken die niet vooraf door de aanvoerder werden behandeld, worden door de exploitant in een afzonderlijke hal manueel ontmanteld. De bruikbare onderdelen worden verkocht. De batterijen belanden in een vloeistofdichte container. De vloeibare afvalstoffen (hydraulische olie, afvalolie, brandstof, koelmiddel) worden opgeslagen in vaten en opgehaald door een erkend verwerker. Hetzelfde geldt voor de autobanden en de batterijen die in een afzonderlijke container worden bewaard en worden opgehaald door een erkend verwerker. b) Geluidshinder: Gezien de ligging in industriegebied zal de uitbreiding voor opslag en sortering van meer dan 1 ton gevaarlijke afvalstoffen, afkomstig van de ontmanteling van de voertuigen, geen noemenswaardige bijkomende geluidshinder veroorzaken. c) Lucht: Het voorwerp van de aanvraag, opslag en sortering van meer dan 1 ton gevaarlijke afvalstoffen, en verhoging van de opslag van gevaarlijke vloeistoffen (diesel en smeerolie), heeft weinig tot geen toename van luchtverontreiniging of stofhinder tot gevolg. De
2 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
2. 3.
ontmanteling van de voertuigen vindt plaats in een erkende ontmantelinghal en is operationeel sinds 2004. Er zijn ons sinds 2001 geen milieuhinderklachten gekend. Ook werden er geen bezwaren ingediend. BESLUIT: Indien voldaan wordt aan de algemene, sectorale en bijzondere voorwaarden van de hogere overheid en indien de voorschriften van de brandweer worden nageleefd, verlenen wij voorwaardelijk gunstig advies voor uitbreiding van de bestaande inrichting van de nv Van Dalen, Eindhoutseheide 2
Gelet op het gunstig advies dd. 4 november 2005 van de Afdeling Milieuvergunningen (AMV) van de Administratie voor Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer (kenmerk AMV/A/05/871); op volgende elementen uit dit advies : 1. Het voorwerp van onderhavige aanvraag betreft in hoofdzaak de uitbreiding van een schrootverwerkend bedrijf. Autowrakken, die niet vooraf door de aanvoerder werden behandeld, worden voorafgaandelijk aan de eigenlijke verwerking (shredderen en scheiden) in een afzonderlijke hal(demontagehal) ontmanteld. De bruikbare onderdelen van dergelijke wrakken worden in deze hal afzonderlijk opgeslagen met het oog op verkoop als tweedehands-onderdelen. In deze demontagehal gebeurt ook de opslag van de gevaarlijke afvalstoffen. 2. Batterijen worden opgeslagen in vloeistofdichte containers van 1 m³ die regelmatig door een erkend ophaler worden ingezameld. 3. Alle afvalvloeistoffen (hydraulische olie, afvalolie, brandstof, koelmiddel) worden opgeslagen in 200 l. vaten, die eveneens worden opgehaald door een erkend ophaler. 4. De volledige inrichting is uitgerust met een vloeistofdichte vloer. 5. De bovengrondse opslag is voorzien van een inkuiping. 6. De banden worden opgeslagen in een container van 20 m³ in afwachting van afvoer. 7. De inrichting is voorzien van een geijkte weegbrug. 8. Voor de opslag en het sorteren van de gevaarlijke afvalstoffen wordt een opslagcapaciteit van 7.384 kg aangevraagd in rubriek 2.2.1.e.2, bestaande uit: a) 5.000 kg uit autowrakken verwijderde batterijen (lood en zwavelzuur bevattend) b) 208 kg uit autowrakken verwijderde ruitenwisservloeistof (methanol bevattend); c) 624 kg uit autowrakken verwijderde koelvloeistof (glycolen bevattend); d) 52 kg uit autowrakken verwijderde aircokoelvloeistof (CFK’s bevattend); e) 500 kg oliefilters; f) 1.000 kg katalysatoren 9. Vaste houders dienen voorzien te zijn van een overvulbeveiliging conform Vlarem II. 10. Van de klasse 3-inrichtingen kan akte genomen worden. Deze mogen evenwel enkel geëxploiteerd worden indien voldaan wordt aan de bepalingen van Vlarem II. Gelet op het stilzwijgend gunstig advies van de Cel Ruimtelijke Ordening van de Afdeling ROHM van de Administratie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumenten en Landschappen (AROHM); op het laattijdig gunstig advies dd. 30 november 2005 van de AROHM (kenmerk N/106.627(6)); Gelet op het stilzwijgend gunstig advies van de Afdeling Preventieve en Sociale Gezondheidszorg (APSG); Gelet op het advies dd. 27 september 2005 van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse Gewest (OVAM) (kenmerk AB/SIS/ER/05-692); op volgende elementen uit dit advies : 1. De inrichting is reeds vergund voor volgende afvalstoffenrubrieken:
3 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
2. 3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
a) 2.2.2.c.3. Opslag en mechanische behandeling van schroot met een opslagcapaciteit van meer van 100 ton (10.000 ton schroot); b) 2.2.2.d.3. Opslag en mechanische behandeling van voertuigwrakken met een opslagcapaciteit van meer dan 100 wrakken of 100 ton (1.500 voertuigwrakken); De uitbreiding heeft betrekking op een nieuwe afvalstoffenrubriek 2.2.1.e.2.: opslag en sortering van gevaarlijke afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 1 ton. Op 31 oktober 2000 verleende de Bestendige Deputatie van de provincie Antwerpen een milieuvergunning aan de N.V. Van Dalen Belgium, gelegen op bovenvermelde locatie, om een schrootbedrijf te exploiteren, voor een termijn van twintig jaar die eindigt op 31 oktober 2020. De hoofdactiviteit van de N.V. Van Dalen Belgium is de aanvoer, het sorteren en het verwerken van schroot en voertuigwrakken. De N.V. beschikt over een erkenning als depollutiecentrum voor voertuigwrakken. Op jaarbasis wordt bij benadering 90.000 ton schroot aangevoerd, zijnde ongeveer 400 ton per werkdag of ongeveer 18 tot 25 vrachtwagens. Deze hoeveelheid bestaat uit: a) 45.000 ton voorgeshredderd non-ferro metaal b) 30.000 ton voertuigwrakken c) 15.000 ton divers ferro schroot De aanvoer van de afvalstoffen gebeurt voornamelijk met vrachtwagens. De afvalstoffen worden gewogen op een geijkte weegbrug en de gegevens worden vastgelegd in een afvalstoffenregister. De aangevoerde afvalstoffen worden op de daartoe bestemde plaatsen op een vloeistofdichte ondergrond opgeslagen en visueel gecontroleerd. De afvalstoffen ondergaan vervolgens een mechanische behandeling in de shredder. De wrakken en het schroot worden met behulp van een kraan aan het begin van de transportband als aanvoer gedeponeerd. De shredderoutput bestaat uit drie verschillende stromen: een lichte fractie, een ferrofractie en een nonferrofractie. Deze worden aan de diverse uitgangen opgeslagen op een vloeistofdichte vloer, in afwachting tot de afvoer ervan naar een vergunde verwerker. Enkel gedepollueerde voertuigwrakken worden onmiddellijk (na controle) in de shredder verwerkt. Voertuigwrakken die niet vooraf werden gedepollueerd en gedemonteerd worden naar het eigen erkende depollutiecentrum in een overdekte depollutiehal gevoerd. Hier ondergaan de voertuigwrakken een depollutie. De verwijderde vloeistoffen worden bewaard in de daarvoor bestemde bovengronds geplaatste metalen opslagtanks, vaten of bijzondere houders. De opslagtanks met vloeistoffen en de vaten worden geplaatst binnen de demontagehal in een speciaal daarvoor voorziene lekbak om verspreiding van eventueel gelekte en gemorste vloeistoffen op te vangen. Na het aftappen worden de aftappluggen terug aangebracht. De afgetapte restvloeistoffen, de verwijderde batterijen en katalysatoren worden opgehaald door een erkende vervoerder. Overwegende dat de rubriek 2.2.1.e.2.: Opslag en sortering van gevaarlijke afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 1 ton, aangevraagd werd voor de uit autowrakken verwijderde gevaarlijke stoffen in het kader van de depollutie; dat deze afvalstoffen vrijkomen als gevolg van het uitoefenen van een eigen vergunde activiteit; dat deze afvalstoffen kunnen beschouwd worden als bedrijfseigen afvalstoffen; dat deze niet onder rubriek 2 maar onder rubriek 17 moeten gecatalogeerd worden; Overwegende dat aldus de desbetreffende materie niet tot de adviesbevoegdheid van de OVAM behoort, verleent de OVAM geen advies voor de aanvraag van de nv Van Dalen Belgium.
Gelet op het advies van de Provinciale Milieuvergunningscommissie dd. 6 december 2005; op volgende elementen uit dit advies : 1. Omschrijving en rubrieken – TE BESPREKEN: volgens de OVAM is rubriek 2.2.1.e.2 niet van toepassing; de gevraagde opslag van de gevaarlijke afvalstoffen hoort thuis onder de rubrieken 17, gezien het bedrijfseigen afvalstoffen betreft. (zie verder puntje 4)
4 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
2. Stedenbouwkundige verenigbaarheid – De inrichting is stedenbouwkundig verenigbaar. 3. Openbaar onderzoek – bezwaren – Er werden geen bezwaren ingediend – TE BESPREKEN: Indien de opslag van gevaarlijke stoffen bij rubriek 17 horen kan het openbaar onderzoek geschaad zijn. 4. Milieutechnische evaluatie – De OVAM stelt in haar advies dat rubriek 2.2.1.e.2 niet van toepassing is op de in het kader van de depollutie uit autowrakken verwijderde gevaarlijke stoffen (zoals aangevraagd), maar wel de rubriek 17. Volgens de OVAM hoort de gevraagde opslag van de gevaarlijke afvalstoffen thuis onder de rubrieken 17, gezien het bedrijfseigen afvalstoffen betreft. – De N.V. Van Dalen beschikt wel over een erkenning als depollutiecentrum voor voertuigwrakken, maar het is echter niet duidelijk of de exploitatie tevens vergund is als depollutiecentrum. Er kan dus niet met zekerheid gesteld worden dat de afvalstoffen die aangevraagd werden onder rubriek 2.2.1.e.2 vrijkomen als gevolg van het uitoefenen van een eigen vergunde activiteit en dus kunnen beschouwd worden als bedrijfseigen afvalstoffen. – TE BESPREKEN: Het dossier wordt verdaagd naar eerstvolgende zitting om de OVAM de kans te geven de rubricering van de gevraagde gevaarlijke afvalstoffen te herbekijken en na te gaan of de N.V. Van Dalen reeds over een vergunning beschikt als depollutiecentrum. 5. Termijn (onder voorbehoud) – De vergunning kan worden verleend voor een termijn verstrijkend op 31 oktober 2020 met een termijn voorafgaand aan ingebruikname van 3 jaar. – Er kan akte genomen worden van de gemelde klasse 3-inrichtingen. 6. Voorwaarden (onder voorbehoud) a. Algemene voorwaarden V01: Algemene milieuvoorwaarden – algemeen. Hoofdstuk 4.1 en bijlage 4.1.8 V02: Algemene milieuvoorwaarden – geluid. Hoofdstuk 4.5 en bijlagen 2.2.1, 2.2.2, 4.5.1, 4.5.2, 4.5.3, 4.5.4, 4.5.5, 4.5.6 b. Sectorale voorwaarden Afdeling 5.2.1 en subafdeling 5.2.3.1 V17: Opslag en behandeling van gevaarlijke afvalstoffen en bedrijfsafvalstoffen, niet elders vermeld. Subafdeling 5.2.2.5 V46: Opslag van gevaarlijke stoffen – ondergrondse en bovengrondse houders. Afdelingen 5.17.1, 5.17.2 en 5.17.3 en bijlagen 5.17.1, 5.17.2, 5.17.3, 5.17.4, 5.17.5, 5.17.6 en 5.17.7 c. Bijzondere voorwaarden / Gelet op het advies van de Provinciale Milieuvergunningscommissie (PMVC) dd. 13 december 2005 waarbij de PMVC voorstelt om de termijn te verlengen met twee maanden; op volgende elementen uit dit advies : 1. Omschrijving en rubrieken – Volgens de OVAM is rubriek 2.2.1.e.2 niet van toepassing; de gevraagde opslag van de gevaarlijke afvalstoffen hoort thuis onder de rubrieken 17, gezien het bedrijfseigen afvalstoffen betreft. 2. Stedenbouwkundige verenigbaarheid – De inrichting is stedenbouwkundig verenigbaar. 3. Openbaar onderzoek – bezwaren – Er werden geen bezwaren ingediend. – De geldigheid van het openbaar onderzoek dient worden nagegaan na termijnverlenging met de bijkomende adviezen. 4. Milieutechnische evaluatie
5 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
De OVAM stelt in haar advies dat rubriek 2.2.1.e.2 niet van toepassing is op de in het kader van de depollutie uit autowrakken verwijderde gevaarlijke stoffen (zoals aangevraagd), maar wel de rubriek 17. Volgens de OVAM hoort de gevraagde opslag van de gevaarlijke afvalstoffen thuis onder de rubrieken 17, gezien het bedrijfseigen afvalstoffen betreft. – De N.V. Van Dalen beschikt wel over een erkenning sinds 2002 door de bevoegde minister als depollutiecentrum voor voertuigwrakken, maar de exploitatie is NIET VERGUND als depollutiecentrum. – Aangezien betrokkene niet vergund is als depollutiecentrum stelt de PMVC dan ook een termijnverlenging voor. – De PMVC stelt voor de volgende vraag aan exploitant te stellen:”Volgens de beschikbare gegevens is de depollutiehal nog niet vergund; de vergunningsaanvraag met betrekking tot de depollutie moet geherformuleerd worden onder de rubriek opslag en mechanische behandeling van voertuigwrakken (2.2.2.d); tevens dient de maximale opslag van de te depollueren wrakken en de maximale verwerkingscapaciteit te worden gemeld. 5. Termijn: te bespreken in termijnverlenging – De vergunning kan worden verleend voor een termijn verstrijkend op 31 oktober 2020, met een termijn voorafgaand aan ingebruikname van 3 jaar. – Er kan akte genomen worden van de gemelde klasse 3 –inrichtingen. 6. Voorwaarden: te bespreken in termijnverlenging a. Algemene voorwaarden V01: Algemene milieuvoorwaarden – algemeen. Hoofdstuk 4.1 en bijlage 4.1.8 V02: Algemene milieuvoorwaarden – geluid. Hoofdstuk 4.5 en bijlagen 2.2.1, 2.2.2, 4.5.1, 4.5.2, 4.5.3, 4.5.4, 4.5.5, 4.5.6 b. Sectorale voorwaarden Afdeling 5.2.1 en subafdeling 5.2.3.1 V17: Opslag en behandeling van gevaarlijke afvalstoffen en bedrijfsafvalstoffen, niet elders vermeld. Subafdeling 5.2.2.5 V46: Opslag van gevaarlijke stoffen – ondergrondse en bovengrondse houders. Afdelingen 5.17.1, 5.17.2 en 5.17.3 en bijlagen 5.17.1, 5.17.2, 5.17.3, 5.17.4, 5.17.5, 5.17.6 en 5.17.7 c. Bijzondere voorwaarden / –
Gelet op de beslissing dd. 22 december 2005 van de bestendige deputatie van de provincieraad om de behandelingstermijn van de milieuvergunningsaanvraag te verlengen met 2 maanden, zoals voorgesteld door de PMVC; Gelet op het feit dat de aanvrager de gevraagde bijkomende gegevens heeft toegestuurd met brief van 13 januari 2006; dat de exploitant in zijn brief vraagt om de vergunde rubriek 29.5.2.3 te corrigeren door een knipschaar met een vermogen van 380 kW op te nemen in de aanvraag; Gelet op het bijkomend gunstig advies dd. 31 januari 2006 van de AMV (kenmerk AMV/A/06/1307); op volgende elementen uit dit advies : 1. De exploitant vraagt bijkomend om in rubriek 2.2.2.d.3 de uitbreiding met de depollutie in een depollutiehal, inhoudend de verwijdering van de schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op te nemen. De totale opslagcapaciteit wijzigt niet; er zullen maximaal 100 wrakken worden gestockeerd voor depollutie en er zullen maximaal 7.500 wrakken per jaar worden gedepollueerd. 2. De activiteit van het demonteren in de demontagehal wordt beschreven in bijlage 4 van de oorspronkelijke aanvraag. Het werkplan toegevoegd aan het dossier is ook reeds opgemaakt voor de depollutie van de autowrakken. Autowrakken die niet voorafgaandelijk door de aanvoerder werden behandeld worden voorafgaandelijk aan de eigenlijke verwerking (shredderen en scheiden) door de exploitant in
6 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
3.
4.
een afzonderlijke hall ontmanteld. Nog bruikbare onderdelen van dergelijke wrakken worden in de hall afzonderlijk opgeslagen met het oog op verkoop als tweedehandsonderdelen. De vloeistoffen en batterijen worden opgeslagen in functie van inzameling door erkende ophaler. De volledige inrichting is uitgerust met een vloeistofdichte vloer. In de demontagehal is absorbtiemateriaal ter beschikking om eventueel gelekte vloeistoffen op te kuisen. Het toevoegen van deze uitgebreide bepaling aangaande het “depollutiecentrum” aan rubriek 2.2.2.d.3 wordt gunstig beoordeeld. Het is evenwel aan de PMVC om te oordelen of hierdoor het openbaar onderzoek geschaad wordt. Voor de opslag en het sorteren van de gevaarlijke afvalstoffen wordt een opslagcapaciteit van 7.384 kg aangevraagd in rubriek 2.2.1.e.2, bestaande uit: – 5.000 kg uit autowrakken verwijderde batterijen (lood en zwavelzuur bevattend); – 208 kg uit autowrakken verwijderde ruitenwisservloeistof (methanol bevattend); – 624 kg uit autowrakken verwijderde koelvloeistof (glycolen bevattend); – 52 kg uit autowrakken verwijderde aircokoelvloeistof (CFK’s bevattend); – 500 kg oliefilters; – 1.000 kg katalysatoren Aangezien deze afvalstoffen ontstaan op de plaats van demontage kan deze aangevraagde rubriek vergund worden. De afvalbatterijen worden in een container gestapeld. Aangezien de batterijvloeistoffen niet apart worden gestockeerd is dit geen opslag die behoort tot rubriek 17. Oliefilters en autokatalysatoren zijn eveneens afvalstoffen die niet gerubriceerd zijn in rubriek 17. De milieucoördinator heeft veiligheidsfiches bezorgd van een bepaalde ruitenwisservloeistof en koelvloeistof. De opslag van 208 kg ruitenwisservloeistof is in geconcentreerde vorm ingedeeld als P1-product. Hierdoor is er in de inrichting 600 l P1 product aanwezig, waarvan 400 l reeds vergunde afvalbenzine in rubriek 17.3.4.2. De 676 kg koelvloeistof behoort tot de rubriek 17.3.3.2. Aan de afstandregels tussen de verschillende producten wordt voldaan. De PMVC dient na te gaan of de uitbreiding met de rubrieken 17.3.3.2 (voorheen niet vergund) en 17.3.4.2 (voorheen klasse 3) het openbaar onderzoek schaden.
Gelet op het gunstig advies dd. 31 januari 2006 van de PMVC;op volgende elementen uit dit advies: 1. Omschrijving en rubrieken – De omschrijving van de AMV kan worden overgenomen voor de duidelijkheid. In deze omschrijving werd de uitbreiding met de depollutiehal opgenomen, zoals gevraagd door exploitant in het kader van termijnverlenging. De PMVC stelt hierop de rubriek 2.2.2.d.3 van toepassing. – In termijnverlenging vroeg de exploitant tevens om bij de vergunde rubriek 29.5.2.3 een knipschaar met een vermogen van 380 kW op te nemen. Deze knipschaar werd op 21 oktober 2004 (dossierkenmerk MLAV1/04-213) vergund. De rubriek maakt echter geen voorwerp uit van de aanvraag, zodat deze vraag zonder voorwerp is. – Volgens de OVAM is rubriek 2.2.1.e.2 niet van toepassing en hoort de gevraagde opslag van de gevaarlijke afvalstoffen thuis onder de rubriek 17, gezien het bedrijfseigen afvalstoffen betreft. De OVAM licht ter zitting toe dat er sprake is van opslag en mechanische behandeling van autowrakken met als gevolg de opslag van gevaarlijke afvalstoffen, maar deze worden als zodanig niet gesorteerd. De PMVC meent dat de rubriek 2.2.1.e.2 evenwel van toepassing is, mits per afvalstof nog een dubbele rubricering te hanteren onder rubriek 17, zoals voorgesteld in het aanvullend advies van de AMV. 2. Stedenbouwkundige verenigbaarheid – Zie advies van de PMVC dd. 6 december 2005.
7 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
3. Openbaar onderzoek – bezwaren – De AMV meent ter zitting dat het openbaar onderzoek niet werd geschaad door de gewijzigde omschrijving en toevoeging van rubrieken omdat alle relevante gegevens vervat zitten in het aanvraagdossier; de inrichting voldoet aan de toepasselijke voorwaarden en is gelegen in industriegebied op meer dan 600 m van andere gebieden; er werden ook geen bezwaren ingediend tijdens het openbaar onderzoek. De PMVC volgt dit standpunt. 4. Milieutechnische evaluatie – De PMVC volgt het gunstig aanvullend advies van de AMV. 5. Termijn – De vergunning kan worden verleend voor een termijn verstrijkend op 31 oktober 2020, met een termijn voor ingebruikname van 3 jaar. – Er kan akte genomen worden van de gemelde klasse 3 –inrichtingen. 6. Voorwaarden a. Algemene voorwaarden (zoals voorgesteld door de AMV) V01: Algemene milieuvoorwaarden – algemeen V02: Algemene milieuvoorwaarden – geluid b. Sectorale voorwaarden (zoals voorgesteld door de AMV) Afdeling 5.2.1 Verwerking van afvalstoffen - algemeen V17: Opslag en behandeling van gevaarlijke afvalstoffen en bedrijfsafvalstoffen, niet elders vermeld V18: Opslag en behandeling van voertuigwrakken en schroot V46: Opslag van gevaarlijke stoffen – ondergrondse en bovengrondse houders c. Bijzondere voorwaarden / Gelet op de ligging van de inrichting in een gebied van het gewestplan Herentals-Mol, waarvoor volgende voorschriften van toepassing zijn: industriegebied; Overwegende dat gesteld kan worden dat de verandering van de inrichting, die het voorwerp van de voormelde milieuvergunningsaanvraag uitmaakt, verenigbaar is met voormelde ruimtelijke en stedenbouwkundige voorschriften; Overwegende dat de gunstige adviezen in aanmerking worden genomen; Overwegende dat noch in het advies van de AMV, noch in het dossier rekening wordt gehouden met de aanpassing van de hoeveelheid gevaarlijke stoffen waarvan akte werd genomen in besluit MLAN3/02-9 op 14 maart 2002; dat dit besluit niet in het dossier was opgenomen; Overwegende dat de omschrijving van de AMV kan overgenomen worden met dien verstande dat voor de rubrieken 17 rekening wordt gehouden met de hoeveelheden vergund in besluit MLAN3/02-9; dat de 208 kg ruitenwisservloeistof waarvan in MLAN3/02-9 akte werd genomen volgens de AMV is ingedeeld als P1-product; dat rubriek 17.3.3 hieraan wordt aangepast; dat de melding van de klasse 3-inrichtingen zonder voorwerp kunnen worden verklaard vermits hiervan reeds akte werd genomen in besluit MLAN3/02-9; dat de knipschaar die in termijnverlenging werd gevraagd reeds vergund is op 21 oktober 2004 met besluit MLAV1/04-213 zodat ook dit onderdeel zonder voorwerp kan verklaard worden; Overwegende dat gesteld kan worden dat de risico’s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde verandering mits naleving van de in onderhavig besluit opgelegde milieuvergunningsvoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen worden beperkt;
8 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
Overwegende dat er bijgevolg aanleiding toe bestaat de gevraagde vergunning volledig toe te staan voor een termijn verstrijkend op 31 oktober 2020;
BESLUIT: ARTIKEL 1 - Voorwerp §1 Aan de N.V. Van Dalen Belgium gevestigd Eindhoutseheide 2 te 2440 Geel wordt onder de voorwaarden bepaald in onderhavig besluit vergunning verleend om een schrootverwerkend bedrijf, gelegen te 2440 Geel, Eindhoutseheide 2, kadastergegevens (afdeling-sectieperceelnummer) 3-K-797/r, 3-K-792/b, 3-A-130/g, 3-A-130/k te veranderen door uitbreiding als volgt : − opslag en sorteren van gevaarlijke afvalstoffen met een opslagcapaciteit van 7.384 kg (2.2.1.e.2), waarvan: – 5.000 kg uit autowrakken verwijderde batterijen (lood en zwavelzuur bevattend): – 208 kg/208 l uit autowrakken verwijderde ruitenwisservloeistof (herrubricering – voorheen opgenomen onder rubriek 17.3.3) tot een totaal van 624 l P1-product onder rubriek 17.3.4.2 (met name 208 kg/208 l ruitenwisservloeistof en 416 l benzine) – 624 kg uit autowrakken verwijderde koelvloeistof (hiervan werd reeds akte genomen) en 52 kg uit autowrakken verwijderde airco-koelvloeistof tot een totaal van 676 kg onder rubriek 17.3.3.1; – 500 kg oliefilters; – 1.000 kg katalysatoren − de opslag en verwerking van autowrakken met een maximale opslag van 1.500 wrakken, uitgebreid met de depollutie in een depollutiehal, inhoudend de verwijdering van de schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen met een maximale opslag van 100 wrakken voor depollutie en waarbij maximaal 7.500 wrakken per jaar worden gedepollueerd (2.2.2.d.3) Vlarem-rubricering: 2.2.1.E.2 – 2.2.2.D.3 – 17.3.3.1 – 17.3.4.2 §2 De uitbreiding met een knipschaar onder rubriek 29.5.2.3 is zonder voorwerp. §3 De melding van volgende klasse 3-inrichtingen is zonder voorwerp : − vervangen van de opslag van 400 l diesel in vaten door een bovengrondse tank van 1.355 l tot een totaal van 19.355 l P3-product waarvan 3.000 l, 2.600 l en 2.400 l stookolie in bovengrondse tanks en 10.000 l stookolie in een ondergrondse tank vergund zijn (17.3.6.1.b); − uitbreiding van de P4-producten van 2.400 l naar 2.771 l (1.000 l afvalolie in vaten, 208 l hydraulische olie en 208 l remolie in vaten, 1.355 l aflaatolie in een bovengrondse tank) (17.3.7.1).
ARTIKEL 2 – Koppeling aan de bouwvergunning §1 Deze milieuvergunning is geschorst indien voor de verandering die er het voorwerp van uitmaakt ook een bouwvergunning vereist is krachtens de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van de stedenbouw, en deze bouwvergunning niet definitief is verleend.
9 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
Deze schorsing duurt tot de bouwvergunning definitief is verleend of is geweigerd in laatste aanleg. De vergunninghouder dient het definitief verkrijgen van de bouwvergunning te melden aan de bestendige deputatie bij ter post aangetekende zending. §2 De geschorste milieuvergunning vervalt van rechtswege op de dag waarop de bouwvergunning in laatste aanleg definitief zou geweigerd worden. §3 De bouwvergunning die verkregen is voor de verandering die het voorwerp is van de voormelde milieuvergunningsaanvraag wordt geschorst zolang de milieuvergunning niet definitief is verleend. §4 Deze geschorste bouwvergunning vervalt van rechtswege op de dag waarop de milieuvergunning in laatste aanleg definitief zou geweigerd worden.
ARTIKEL 3 – Voorwaarden De in artikel 1 bedoelde vergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden (in bijlage): §1. Algemene: V01: Algemene milieuvoorwaarden – algemeen. Hoofdstuk 4.1 en bijlage 4.1.8 V02: Algemene milieuvoorwaarden – geluid. Hoofdstuk 4.5 en bijlagen 2.2.1, 2.2.2, 4.5.1, 4.5.2, 4.5.3, 4.5.4, 4.5.5, 4.5.6 §2. Sectorale: Afdeling 5.2.1 en subafdeling 5.2.3.1 V17: Opslag en behandeling van gevaarlijke afvalstoffen en bedrijfsafvalstoffen, niet elders vermeld. Subafdeling 5.2.2.5 V46: Opslag van gevaarlijke stoffen – ondergrondse en bovengrondse houders. Afdelingen 5.17.1, 5.17.2 en 5.17.3 en bijlagen 5.17.1, 5.17.2, 5.17.3, 5.17.4, 5.17.5, 5.17.6 en 5.17.7 §3. Bijzondere: /
ARTIKEL 4 - Termijn voorafgaand aan ingebruikname De in artikel 1 vergunde verandering dient in gebruik genomen te worden binnen de 3 jaar vanaf de datum van deze vergunning, zoniet vervalt deze vergunning van rechtswege.
ARTIKEL 5 - Vergunningstermijn De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend voor een termijn: 1. die aanvangt op de datum van dit besluit, behoudens wanneer:
10 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
a) Deze milieuvergunning is geschorst omdat de bouwvergunning voor de verandering op datum van deze milieuvergunning niet definitief is verleend; in dat geval vangt de vergunningstermijn aan op de datum waarop de bouwvergunning definitief is verleend; de exploitant dient deze datum bij aangetekende brief te melden aan de bestendige deputatie; b) Onderhavige milieuvergunning overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, §2 van rechtswege vervalt; in dat geval is geen enkele vergunningstermijn toegestaan. 2. die eindigt op 31 oktober 2020, samenvallend met de einddatum van de termijn van de eerder verleende lopende vergunning dd. 31 oktober 2000.
ARTIKEL 6 - Onderhavige vergunning doet geen afbreuk aan de rechten van derden.
ARTIKEL 7 §1. Voor elke verandering van de vergunde inrichting gelden de bepalingen van hoofdstuk III-bis van titel I van het Vlarem. §2. Elke overname van de inrichting door een andere exploitant dient vóór de datum van inwerkingtreding van de overname gemeld aan de vergunningsverlenende overheid, overeenkomstig de bepalingen van artikel 42 van het Vlarem. §3. Een hernieuwing van de vergunning moet worden aangevraagd overeenkomstig de bepalingen van het Vlarem uiterlijk tussen de 18de en de 12de maand vóór het verstrijken van de vergunningstermijn van de lopende vergunning.
ARTIKEL 8 Tegen de beslissing m.b.t. de vergunningsaanvraag kan beroep worden aangetekend bij de Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, Graaf de Ferraris-gebouw, Koning Albert II-laan 20 bus 8, 1000 Brussel, overeenkomstig artikel 51 van het Vlarem. Tot staving van de ontvankelijkheid van het eventuele beroep dient bij het beroepschrift het hierbij gevoegde attest van betekening evenals het bewijs van betaling van de voorgeschreven dossiertaks gevoegd te worden.
Antwerpen, in zitting van 23 februari 2006. Aanwezig: de heer C. Paulus, Gouverneur-Voorzitter, de heren L. Helsen, J. Geuens en F. Geudens, mevrouw M. De Graef, de heren M. Wellens en C. Masson, leden en de heer D. Toelen, Provinciegriffier. Verslaggever: Jos Geuens
In opdracht:
11 / 12
MLAV1/0500000269 N.V. Van Dalen Belgium
De Provinciegriffier,
De Voorzitter,
D. Toelen
C. Paulus
12 / 12