Fiscaliteiten voor de financiële dienstverlening Examennummer: 93909 Datum: 14 december 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur
Dit examen bestaat uit 7 pagina’s. De opbouw van het examen is als volgt: - 10 meerkeuzevragen - 5 open vragen - een case met 5 open vragen
(maximaal 20 punten) (maximaal 40 punten) (maximaal 40 punten)
Als bij een vraag een motivatie of berekening vereist is, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze motivatie of berekening ontbreekt. Geef niet meer antwoorden dan er worden gevraagd. Als er drie redenen worden gevraagd en u geeft er meer dan drie, dan worden alleen de eerste drie in de beoordeling meegeteld. De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Schrijf duidelijk leesbaar. Toegestane hulpmiddelen: - Niet-programmeerbare rekenmachine - Pocket Belastingwetten 2013, Uitgeverij Kluwer, Deventer, ISBN 9789013107340
Wij wensen u veel succes!
93909.ex_v1
Meerkeuzevragen (20 punten)
De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Vermeld het meest juiste antwoord. Voor een correct antwoord: 2 punten.
1. Wilma krijgt een definitieve aanslag inkomstenbelasting 2012 met als dagtekening 30 november 2013. Zes weken en vier dagen later schrijft zij een bezwaarschrift tegen deze aanslag. Het bewaarschrift komt zes weken en vijf dagen (gerekend van de dagtekening van de aanslag) bij de Belastingdienst aan. Wat is correct omtrent de ontvankelijkheid van deze belastingaanslag? a. Het bezwaarschrift is niet ontvankelijk. b. Het bezwaarschrift is ontvankelijk. c. Het bezwaarschrift is zuiver gericht tegen een aanslagbelasting en dan gelden geen bezwaartermijnen. 2. Kees weigert bewust om zijn aangifte inkomstenbelasting in te leveren. Kan Kees als gevolg hiervan een boete krijgen als de inspecteur de aanslag ambtshalve vaststelt? a. Ja, dat kan. b. Nee, maar de inspecteur kan wel de bewijslast omdraaien. c. Nee, straffen vallen onder het fiscale strafrecht, eventueel kan de inspecteur wel via het openbaar ministerie gevangenisstraf eisen. 3. Jana is visser (ondernemer) op de Noordzee. Tijdens het vissen op schol, haalt ze – onbedoeld – met haar netten een gouden ring boven water. Deze ring blijkt een waarde te hebben van € 70.000. Na juiste vervulling van alle administratieve plichten blijkt Jana de ring te mogen houden. Hoe moet deze bijzondere vangst worden belast?
93909.ex_v1
a. De vangst is belast als winst uit onderneming. b. De vangst is onbelast, Jana viste immers op vis en niet op ringen. c. De vangst is onbelast vanwege het voorzichtigheidsbeginsel, er hoeft alleen winst te worden aangegeven als deze te voorzien was.
NCOI Opleidingsgroep
1
Fiscaliteiten voor de financiële dienstverlening - Examennummer 93909 - 14 december 2013
4. Jip heeft een fulltime dienstbetrekking bij het goed draaiende Hendrix Vervoer BV. Hij heeft aanmerkelijkbelangpositie (100%) qua aandelenbezit in Hendrix Vervoer BV. Hij verdient € 35.000 op jaarbasis. Het meest verdienende personeelslid, buiten Jip, verdient € 28.000 op jaarbasis. Welk loon zal ten minste in aanmerking worden genomen bij Jip voor de heffing van de loonbelasting? a. € 28.000 b. € 35.000 c. € 43.000 5. Grotius BV heeft 20 procent van de aandelen Petit BV. De (eigen) winst van Grotius BV bedraagt € 500.000, daarbovenop heeft Grotius BV nog een dividend van Petit BV ontvangen van € 100.000. Aannemende dat er geen relevante andere gegevens zijn, hoeveel bedraagt het bedrag waarover Grotius BV vennootschapsbelasting moet betalen (belastbaar bedrag)? a. € 600.000 b. € 500.000 c. € 400.000 6. Helma is schoonheidsspecialiste. Haar omzet over 2013 bedroeg € 8.000, waarover ze € 1.388 aan omzetbelasting verschuldigd is. Door andere ondernemers is haar € 900 aan omzetbelasting in rekening gebracht. Hoeveel omzetbelasting moet Helma over 2013 afdragen? a. € 1.388 b. € 488 c. nihil 7. Karel is gehuwd met Ada. Uit het huwelijk zijn 2 kinderen geboren: Dirk en Kees. Dirk is ongehuwd en heeft geen kinderen. Kees is gehuwd geweest met Chantal. Uit dit huwelijk zijn 3 kinderen geboren, Zelma, Zarah en Zikki. Kees is 10 jaar geleden overleden. In 2013 overlijdt Karel. Karel heeft geen testament en er zijn geen huwelijkse voorwaarden. Wie zijn de erfgenamen?
93909.ex_v1
a. Ada, Dirk en Chantal b. Ada, Dirk, Zelma, Zarah en Zikki c. Dirk en Chantal
NCOI Opleidingsgroep
2
Fiscaliteiten voor de financiële dienstverlening - Examennummer 93909 - 14 december 2013
8. Dorus schenkt een geldbedrag van € 100.000 aan zijn zoon Willem (48 jaar). De schenking heeft geen speciaal doel, er is in het verleden nooit gebruikgemaakt van de verhoogde vrijstelling in de schenkbelasting voor kinderen. Hoeveel schenkbelasting is er verschuldigd? a. € 10.000 b. € 9.485 c. € 7.532 9. Hagen BV is een winkel in scheepsonderdelen gevestigd te Rotterdam. De zaken gaan goed en in 2012 wordt er een winkel geopend in Hamburg (Duitsland). De winst van de BV over beide winkels bedraagt € 250.000, de Rotterdamse winkel had € 150.000 winst en de Hamburgse winkel € 100.000. Hoe verloopt de belastingheffing? a. Nederland heft vennootschapsbelasting over € 250.000 naar het normale vennootschapsbelastingtarief, zonder enige correctie. Duitsland mag niet heffen. b. Nederland heft vennootschapsbelasting over € 250.000, maar geeft een correctie op de belasting over de Duitse winst. Duitsland heft winstbelasting over € 100.000. c. Nederland heft vennootschapsbelasting over € 150.000. Duitsland heft winstbelasting over € 250.000, maar geeft een correctie op de belasting over de in Nederland belaste winst. 10. Carla verkoopt haar woning aan Theo voor € 200.000. Hierover wordt 2%, oftewel € 4.000, overdrachtsbelasting geheven. Vier maanden later verkoopt Theo de woning voor € 240.000 door aan Jan. Hoeveel overdrachtsbelasting wordt er ter zake van de laatste levering geheven?
93909.ex_v1
a. € 4.800 b. € 4.000 c. € 800
3
NCOI Opleidingsgroep
Open vragen (40 punten)
De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Let op: de open vragen en de case moeten gemotiveerd worden en voorzien van relevante wetsartikelen. 1. Piet vraagt aan de Belastingdienst of de premie van zijn ziektekostenverzekering aftrekbaar is als zorgkosten. De belastinginspecteur antwoordt hem schriftelijk dat deze kosten inderdaad als zorgkosten aftrekbaar zijn, mits hij aan de overige voorwaarden voor uitgaven voor specifieke zorgkosten voldoet. Zoals u weet, is dit antwoord van de belastinginspecteur niet correct. Tezamen met de overige kosten komt Piet boven de drempel voor zorgkosten en trekt deze dus af. De inspecteur corrigeert de aangifte op dit punt: de ziektekostenverzekering is niet aftrekbaar. Hoe kan Piet de belastingaanslag succesvol aanvechten? (8 punten) 2. Henk verkoopt zijn aanmerkelijkbelangaandelen in 2013 met een verlies van € 50.000. Dit verlies kan hij niet verrekenen met aanmerkelijkbelanginkomsten van eerdere jaren en na de verkoop heeft hij geen aanmerkelijk belang meer over. Hoe verloopt de verrekening van het aanmerkelijkbelangverlies nu verder? (8 punten)
93909.ex_v1
3. Helma is stagiaire bij een groot winkelbedrijf. Ze krijgt een stagevergoeding van € 400 per maand. In het stagecontract staat nadrukkelijk dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. Moet er over de stagevergoeding loonbelasting worden ingehouden? (8 punten)
NCOI Opleidingsgroep
4
Fiscaliteiten voor de financiële dienstverlening - Examennummer 93909 - 14 december 2013
4. Henna heeft een overlijdensrisicoverzekering afgesloten op het leven van haar echtgenoot Wim. Als Wim overlijdt, ontvangt Henna € 500.000. Vice versa heeft Wim hetzelfde gedaan op het leven van Henna. Henna en Wim zijn getrouwd onder huwelijkse voorwaarden, waarbij uitsluitend de kosten van de huishouding worden gedeeld. Ieder betaalt de eigen verzekeringspremie. Wat is het gevolg voor de erfbelasting als Wim overlijdt en de verzekeringsmaatschappij aan Henna € 500.000 betaalt? (8 punten)
93909.ex_v1
5. Erik is huisarts. Zijn diensten zijn vrijgesteld van omzetbelasting. Jeroen exporteert rozen. Zijn diensten zijn belast naar het nultarief in de inkomstenbelasting. Erik en Jeroen kopen beiden in 2013 voor € 10.000 (exclusief btw) in voor hun bedrijf. De omzetbelasting die hen hierop in rekening gebracht wordt bedraagt € 2.100. Beschrijf de heffing van de omzetbelasting voor Erik en Jeroen in 2013. (8 punten)
5
NCOI Opleidingsgroep
Case: René en Silvia (40 punten)
Let op: de open vragen en de case moeten gemotiveerd worden en voorzien van relevante wetsartikelen. René (38 jaar) en Silvia (34 jaar) zijn getrouwd. Ze hebben twee kinderen: Eefje (2 jaar) en Neeltje (0 jaar). Uit een eerder huwelijk – met Dora – heeft René nog een kind: Boy (4 jaar). Boy verblijft doorgaans bij Dora. René is in loondienst bij René Techniek BV. Hij verdient € 50.000 op jaarbasis in 2013 en hierop wordt € 16.000 aan loonheffing ingehouden. Silvia heeft sinds 2006een eigen advocatenpraktijk. Haar boekhoudkundige winst bedroeg € 70.000, waarop nog geen ondernemersfaciliteiten in mindering zijn gebracht. Silvia heeft in 2013 een nieuw bureau gekocht voor € 6.000. De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek is nog niet in aanmerking genomen. Het ondernemingsvermogen bedraagt € 250.000 op 1 januari 2013 en € 290.000 op 1 januari 2014. Silvia werkt 1.300 uur per jaar in haar onderneming. Silvia en René hebben in 2013 een nieuwe eigen woning aangeschaft voor (inclusief kosten) € 450.000. Voor deze woning hebben ze een hypothecaire geldlening afgesloten van € 450.000 met een rente van 5% per jaar. De oude woning hebben ze verkocht voor € 300.000, hierop rustte nog een hypothecaire lening van € 150.000. René heeft alle aandelen van René Techniek BV. De aandelen hebben per 1 januari 2013 een waarde van € 1.500.000. In 2013 heeft René Techniek BV € 25.000 dividend uitgekeerd aan René, waarop € 6.250 aan dividendbelasting is ingehouden. René betaalt € 15.000 per jaar alimentatie aan zijn ex-echtgenote en € 4.000 per jaar voor Boy.
93909.ex_v1
Verder hebben Silvia en René nog een spaarrekening met een saldo op 1 januari van € 40.000 en een schilderij van Armando met een waarde van € 150.000.
NCOI Opleidingsgroep
6
Fiscaliteiten voor de financiële dienstverlening - Examennummer 93909 - 14 december 2013
René Techniek BV ontvangt een vragenbrief van de belastingdienst, waarin gevraagd wordt naar gegevens over een klant. De inspecteur wil weten of deze klant ook projecten uitvoert in Oost-Europa en China.
De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Vragen bij de case
1. Bepaal de winst uit onderneming voor Silvia. (8 punten) 2. Hoeveel bedraagt de aftrek ter zake van de alimentatiebetalingen (partner en kind)? (8 punten) 3. Over welk bedrag mogen René en Silvia maximaal de hypotheekrente aftrekken? (8 punten) 4. Geef aan welke van de vermogensbestanddelen (positief en negatief ) worden opgenomen in de rendementsgrondslag voor het inkomen uit sparen en beleggen en welke niet (box 3). (8 punten)
93909.ex_v1
5. Moet de vragenbrief van de Belastingdienst over een klant van René Techniek BV worden beantwoord? (8 punten)
7
NCOI Opleidingsgroep