Faculteit Economie en Bedrijfskunde. Onderwijs- en Examenregelingen Regels en Richtlijnen. Overige regelingen

Faculteit Economie en Bedrijfskunde

Onderwijs- en Examenregelingen 2013-2014 Regels en Richtlijnen Overige regelingen Studentenstatuut


Colofon Deze gids is een uitgave van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen. Aantal exemplaren

170

Redactie:

Ineke Molenkamp Kees Praagman

Opmaak en druk:

Ipskamp, Enschede

Uitgave:

Augustus 2013

2

Inhoudsopgave Onderwijs- en examenregeling bacheloropleidingen en -programma’s 2013-2014

13

Paragraaf 1. Artikel 1.1 Artikel 1.2 Artikel 1.3 Artikel 1.4 Artikel 1.5 Artikel 1.6

Algemene bepalingen Toepasselijkheid van de regeling Begripsbepalingen. Doel van de opleidingen Rechtstreeks aansluitende masteropleidingen Vorm van de opleidingen Iudicium abeundi

13 13 14 16 16 18 19

Paragraaf 2. Artikel 2.1 Artikel 2.2 Artikel 2.3 Artikel 2.4

Opbouw van de opleidingen Indeling en examens van de opleidingen Studielast Minoren en Algemeen Vormende Vakken Taal van de opleidingen

20 20 20 20 21

Paragraaf 3. Artikel 3.1 Artikel 3.2

De propedeutische fase van de opleidingen Samenstelling van de propedeuse van de opleidingen Praktische oefeningen propedeuse

22 22 22

Paragraaf 4. Artikel 4.1 Artikel 4.2 Artikel 4.3

De postpropedeutische fase van de opleidingen Samenstelling van de postpropedeuse van de opleidingen Praktische oefeningen postpropedeuse Keuzeruimte in de postpropedeutische fase

23 23 23 23

Paragraaf 5. Artikel 5.1 Artikel 5.2 Artikel 5.3 Artikel 5.4

24 24 24 24

Artikel 5.6 Artikel 5.7 Artikel 5.8 Artikel 5.9 Artikel 5.10 Artikel 5.11

Toelating tot de postpropedeutische fase van de opleidingen Toelating tot de postpropedeuse Accountancy en Controlling Toelating tot de postpropedeuse Bedrijfseconomie Toelating tot de postpropedeuse Bedrijfskunde Toelating tot de postpropedeuse Econometrics and Operations Research Toelating tot de postpropedeuse Economics and Business Economics Toelating tot de postpropedeuse Fiscale Economie Toelating tot de postpropedeuse International Business Toelating tot de postpropedeuse Technologiemanagement Voorwaardelijke toelating tot de postpropedeutische fase Substitutie van vakken uit oude programma’s Hardheidsclausule bij toelating tot de postpropedeutische fase


Overige programma’s Schakelprogramma’s Bachelor Honoursprogramma Minor Ondernemerschap

31 31 31 32

Artikel 5.5

25 26 27 27 29 29 29 30

3


Artikel 6.4

Double Degree programma’s

32

Paragraaf 7. Artikel 7.1 Artikel 7.2 Artikel 7.3 Artikel 7.4 Artikel 7.5 Artikel 7.6 Artikel 7.7 Artikel 7.8 Artikel 7.9 Artikel 7.10 Artikel 7.11 Artikel 7.12 Artikel 7.13 Artikel 7.14 Artikel 7.15

Tentamens en examens van de opleidingen Algemeen Verplichte volgorde van tentamens Tijdvakken en frequentie van de tentamens Vorm van de tentamens Mondelinge tentamens Beoordeling Vaststelling en bekendmaking van de tentamenuitslag Geldigheidsduur Inzagerecht Vrijstelling Examen Judicium Graad Examinator Toetsplan

33 33 33 34 34 35 35 35 36 36 36 37 37 38 38 38

Paragraaf 8. Artikel 8.1 Artikel 8.2 Artikel 8.3 Artikel 8.4 Artikel 8.5 Artikel 8.6 Artikel 8.7

Toelating tot de opleidingen en programma’s Toelating tot de opleidingen Deficiënties Gelijkwaardige vooropleiding Taaleis bij buitenlandse diploma’s Universitair toelatingsexamen (colloquium doctum) Toelating tot de schakelprogramma’s Toelating tot de minor Ondernemerschap

39 39 39 40 40 40 41 42

Paragraaf 9. Artikel 9.1 Artikel 9.2 Artikel 9.3 Artikel 9.4 Artikel 9.5 Artikel 9.6 Artikel 9.7 Artikel 9.8

Studiebegeleiding Studievoortgangsadministratie Studiebegeleiding Studieadvies propedeuse Toepasselijkheid negatief studieadvies Prodecure uitreiking studieadvies Afwijkingen van de regels voor het uitreiken van een studieadvies Persoonlijke omstandigheden Beroepsbepaling

43 43 43 43 44 44 45 45 46


Overgangs- en slotbepalingen Wijzigingen Bekendmaking Inwerkingtreding

47 47 47 47

Bijlage 1. Bijlage 1.1 Bijlage 1.2 Bijlage 1.3 Bijlage 1.4 Bijlage 1.5

Doel van de opleidingen BSc Accountancy en Controlling BSc Bedrijfseconomie BSc Bedrijfskunde Econometrics and Operations Research BSc Economics and Business Economics

48 48 50 54 56 56

4

Bijlage 1.6 Bijlage 1.7 Bijlage 1.8

BSc Fiscale Economie BSc International Business BSc Technologiemanagement

56 59 59

Bijlage 2. Bijlage 2.1 Bijlage 2.2 Bijlage 2.3 Bijlage 2.4

Propedeutische fase van de opleidingen Propedeuse BSc Bedrijfskunde Propedeuse BSc Econometrics and Operations Research Propedeuse BSc Economics and Business Economics Propedeuse BSc International Business

62 62 62 63 63

Bijlage 3.

Praktische oefeningen propedeuse

65

Bijlage 4. Bijlage 4.1 Bijlage 4.2 Bijlage 4.3 Bijlage 4.4 Bijlage 4.5 Bijlage 4.6 Bijlage 4.7 Bijlage 4.8

Postpropedeutische fase van de opleidingen Postpropedeuse BSc Accountancy en Controlling Postpropedeuse BSc Bedrijfseconomie Postpropedeuse BSc Bedrijfskunde Postpropedeuse BSc Econometrics and Operations Research Postpropedeuse BSc Economics and Business Economics Postpropedeuse BSc Fiscale Economie Postpropedeuse BSc International Business Postpropedeuse BSc Technologiemanagement

66 66 66 68 71 72 74 75 76

Bijlage 5.

Praktische oefeningen postpropedeuse

79

Bijlage 6. Bijlage 6.1

Schakelprogramma’s Pre-Masterprogramma A&C, voorbereidend op MSc Accountancy en Controlling Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Change Management Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - General Management Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Organizational and Management Control Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Small Business and Entrepreneurship Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA – Strategic Innovation Management Pre-Masterprogramma Finance, voorbereidend op MSc Finance Pre-Masterprogramma Human Resource Management, voorbereidend op MSc Human Resource Management Pre-Masterprogramma International Business & Management, voorbereidend op MSc International Business and Management Pre-master Programme International Economics & Business voorbereidend op MSc International Economics and Business Pre-Masterprogramma International Financial Management, voorbereidend op MSc International Financial Management Pre-Masterprogramma Marketing, voorbereidend op MSc Marketing

80

Bijlage 6.2 Bijlage 6.3 Bijlage 6.4 Bijlage 6.5 Bijlage 6.6 Bijlage 6.7 Bijlage 6.8 Bijlage 6.9 Bijlage 6.10 Bijlage 6.11 Bijlage 6.12

80 81 81 82 82 83 83 84 84 85 85 86

5


Bijlage 6.13 Bijlage 6.14

Bijlage 6.15

Pre-Masterprogramma Supply Chain Management, voorbereidend op MSc Supply Chain Management Pre-Master Programma Technology and Operations Management (Nederlandstalig), voorbereidend op MSc Technology and Operations Management Pre-Masterprogramma Technology and Operations Management (Engelstalig), voorbereidend op MSc Technology and Operations Management/TOM

86

87

87

Bijlage 7.

Minor Ondernemerschap

89

Bijlage 8. Bijlage 8.1 Bijlage 8.2 Bijlage 8.3 Bijlage 8.4 Bijlage 8.5

Double Degree programma’s DD BSc E&BE-Economics – Fudan University, Shanghai DD BSc E&BE-IE&B – Fudan University, Shanghai DD BSc EOR - Fudan University, Shanghai DD BSc IB - Universitas Gadjah Mada, Yogyakarta DD BSc IB – Universitas Indonesia, Jakarta

90 90 90 91 92 93

Bijlage 9.

Geaccepteerde HBO diploma’s Pre-MSc-programma’s

95

Bijlage 10. Bijlage 10.1 Bijlage 10.2

Substitutie- en overgangsregelingen Algemeen Substitutieregeling BSc Accountancy en Controlling aansluitend op propedeuse Accountancy en Controlling Substitutieregeling BSc Accountancy en Controlling na propedeuse Bedrijfskunde Substitutieregeling BSc Bedrijfseconomie Substitutieregeling BSc Bedrijfskunde Overgangsregeling BSc Bedrijfskunde, profiel Accountancy en Controlling Overgangsregeling BSc Bedrijfskunde, profiel Business en Management Overgangsregeling BSc Bedrijfskunde, profiel Technology Management Substitutie- en overgangsregelingen BSc Econometrics and Operations Research Substitutie- en overgangsregelingen BSc Economics and Business Economics, profiel Economics Substitutie- en overgangsregelingen BSc Economics and Business Economics, profiel IE&B Overgangsregeling BSc Economics and Business Economics, profiel Business Economics Substitutieregeling BSc Fiscale Economie Substitutie- en overgangsregelingen BSc International Business Substitutieregeling BSc Technologiemanagement, profiel Discrete Technologie Substitutieregeling BSc Technologiemanagement, profiel Informatietechnologie

96 96

Bijlage 10.3 Bijlage 10.4 Bijlage 10.5 Bijlage 10.6 Bijlage 10.7 Bijlage 10.8 Bijlage 10.9 Bijlage 10.10 Bijlage 10.11 Bijlage 10.12 Bijlage 10.13 Bijlage 10.14 Bijlage 10.15 Bijlage 10.16

6

96 98 99 100 101 102 103 104 106 108 111 112 113 114 115

Bijlage 10.17

Substitutieregeling BSc Technologiemanagement, profiel Procestechnologie

116

Onderwijs- en examenregeling masteropleidingen 2013-2014

118

Paragraaf 1. Artikel 1.1 Artikel 1.2 Artikel 1.3 Artikel 1.4 Artikel 1.5

Algemene Bepalingen Toepasselijkheid van de regeling Begripsbepalingen. Doel van de opleidingen Vorm van de opleidingen Iudicium abeundi

118 118 119 121 122 122


Opbouw van de opleidingen Studielast Trajecten Taal van de opleidingen

123 123 123 124


Inhoud van de opleidingen en programma’s Samenstelling van de opleidingen Praktische oefeningen Samenstelling van de Double Degree programma’s

125 125 126 126

Paragraaf 4. Artikel 4.1 Artikel 4.2 Artikel 4.3 Artikel 4.4 Artikel 4.5 Artikel 4.6 Artikel 4.7 Artikel 4.8 Artikel 4.9 Artikel 4.10 Artikel 4.11 Artikel 4.12 Artikel 4.13 Artikel 4.14 Artikel 4.15

Tentamens en examens van de opleidingen Algemeen Verplichte volgorde van tentamens Tijdvakken en frequentie tentamens Vorm van de tentamens Mondelinge tentamens Beoordeling Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag Geldigheidsduur Inzagerecht Vrijstelling Examen Judicium Graad Examinator Toetsplan

127 127 127 127 128 128 128 129 129 130 130 131 131 132 133 133

Paragraaf 5. Artikel 5.1 Artikel 5.2 Artikel 5.3 Artikel 5.4 Artikel 5.5 Artikel 5.6 Artikel 5.7

Toelating tot de opleidingen en programma’s Vooropleiding Toelating tot de opleidingen Verplichte voorkennis uit de vooropleiding Toelatingscommissies Toelatingsonderzoek: criteria Toelatingsonderzoek: tijdstippen Hardheidsclausule

134 134 139 140 140 140 141 142

7


Artikel 5.8 Artikel 5.9 Paragraaf 6. Artikel 6.1 Artikel 6.2 Artikel 6.3

Voorlopige toelating tot de opleiding Executive Master of Accountancy Master Honoursprogramma

142 142

Studiebegeleiding Studievoortgangsadministratie Studiebegeleiding Studieadvies Research Master in Economics and Business (research)

144 144 144


Overgangs- en slotbepalingen Wijziging Bekendmaking Inwerkingtreding

145 145 145 145

Bijlage 1. Bijlage 1.1 Bijlage 1.2 Bijlage 1.3 Bijlage 1.4 Bijlage 1.5 Bijlage 1.6 Bijlage 1.7 Bijlage 1.8 Bijlage 1.9 Bijlage 1.10 Bijlage 1.11 Bijlage 1.12 Bijlage 1.13 Bijlage 1.14 Bijlage 1.15 Bijlage 1.16

Doel van de opleidingen MSc Accountancy en Controlling MSc Business Administration MSc Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies MSc Economics MSc Finance MSc Fiscale Economie MSc Human Resource Management MSc International Business and Management MSc International Economics and Business MSc International Financial Management MSc Marketing MSc Supply Chain Management MSc Technology and Operations Management Research Master in Economics and Business (research) Executive Master of Accountancy Executive Master of Finance and Control

146 146 149 149 149 149 149 153 153 153 153 153 153 153 153 153 154

Bijlage 2. Bijlage 2.1 Bijlage 2.2

Programma’s MSc Accountancy en Controlling MSc Accountancy en Controlling, traject Accountancy MSc Accountancy en Controlling, traject Controlling

157 157 158

Bijlage 3. Bijlage 3.1 Bijlage 3.2 Bijlage 3.3

Programma’s MSc Business Administration MSc Business Administration, traject Change Management MSc Business Administration, traject General Management MSc Business Administration, traject Organizational & Management Control MSc Business Administration, traject Small Business & Entrepreneurship MSc Business Administration, traject Strategic Innovation Management

160 160 161


Bijlage 4.

8

Programma’s MSc Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies

144

162 163 165

167

Bijlage 5.

Programma MSc Economics

170

Bijlage 6.

Programma MSc Finance

172

Bijlage 7.

Programma MSc Fiscale Economie

174

Bijlage 8.

Programma MSc Human Resource Management

175

Bijlage 9.

Programma MSc International Business and Management

177

Bijlage 10.

Programma MSc International Economics and Business

179

Bijlage 11.

Programma MSc International Financial Management

181

Bijlage 12.

Programma MSc Marketing

183

Bijlage 13.

Programma MSc Supply Chain Management

186

Bijlage 14.

Programma MSc Technology and Operations Management

188

Bijlage 15.

Bijlage 15.7

Programma’s ReMa in Economics and Business (Research Master) ReMa E&B (Research Master), traject Economics, Econometrics & Finance ReMa E&B (Research Master), traject Global Economics & Management ReMa E&B (Research Master), traject Human Resource Management and Organizational Behaviour ReMa E&B (Research Master), traject Innovation & Organization ReMa E&B (Research Master), traject Marketing ReMa E&B (Research Master), traject Operations Management and Operations Research ReMa E&B (Research Master), keuzevakken

Bijlage 16.

Programma Executive Master of Accountancy

197

Bijlage 17.

Programma Executive Master of Finance and Control

199

Bijlage 18.

Praktische oefeningen

201

Bijlage 19.

Verplichte voorkennis

202

Bijlage 20. Bijlage 20.1 Bijlage 20.2 Bijlage 20.3 Bijlage 20.4 Bijlage 20.5 Bijlage 20.6

Substitutie- en overgangsregelingen masteropleidingen Algemeen Substitutieregeling MSc Accountancy en Controlling Substitutieregeling MSc BA, traject Business & ICT Substitutieregeling MSc BA, traject Business Development Substitutieregeling MSc BA, traject Change Management Substitutieregeling MSc BA, traject Finance

203 203 203 203 203 203 203

Bijlage 15.1 Bijlage 15.2 Bijlage 15.3 Bijlage 15.4 Bijlage 15.5 Bijlage 15.6

190 190 191 191 192 193 194 195

9



Substitutieregeling MSc BA, traject Marketing Substitutieregeling MSc BA, traject Organizational & Management Control Substitutieregeling MSc BA, traject Operations & Supply Chains Substitutieregeling MSc BA, traject Small Business & Entrepreneurship Substitutieregeling MSc BA, traject Strategy & Innovation Substitutie- en overgangsregelingen MSc Econometrics, Operations Research & Actuarial Studies Substitutie- en overgangsregelingen MSc Economics Overgangsregeling MSc Finance Substitutie- en overgangsregelingen MSc Human Resource Management Substitutie- en overgangsregelingen MSc International Business and Management, traject IB&M Substitutieregeling MSc International Business and Management, traject IFM Substitutie- en overgangsregelingen MSc International Economics and Business Overgangsregeling MSc International Financial Management Overgangsregeling MSc Marketing Overgangsregeling MSc Supply Chain Management Substitutie- en overgangsregelingen MSc Technology and Operations Management Substitutie- en overgangsregelingen Research Master Economics and Business

204

Bijlage 21.

MSc Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen

208

Bijlage 22. Bijlage 22.1 Bijlage 22.2 Bijlage 22.3 Bijlage 22.4 Bijlage 22.5 Bijlage 22.6 Bijlage 22.7 Bijlage 22.8

Double Degree programma’s DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai DD MSc Finance – UAIC of Iasi, Roemenië DD MSc IB&M – NUBS, Newcastle DD MSc IE&B – Corvinus University, Boedapest DD MSc IE&B – Georg-August University, Göttingen DD MSc IFM – UU, Uppsala DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo DD MSc TOM – NUBS, Newcastle

209 209 212 213 214 216 217 218 220

Bijlage 23.

OER 2-jarige Lerarenopleiding ULO

222

Bijlage 24.

OER 1-jarige lerarenopleiding ULO

232

Bijlage 20.9 Bijlage 20.10 Bijlage 20.11 Bijlage 20.12

Bijlage 20.13 Bijlage 20.14 Bijlage 20.15 Bijlage 20.16 Bijlage 20.17 Bijlage 20.18 Bijlage 20.19 Bijlage 20.20 Bijlage 20.21 Bijlage 20.22 Bijlage 20.23

204 204 204 204 205 205 205 205 206 206 206 206 206 207 207 207

Reglement afstudeerwerkstukken Bachelor- en Masteropleidingen

242

Paragraaf 1.

Inleiding

242

Paragraaf 2.

Toelating

242

10

Paragraaf 3.

Aanmeldingsprocedure

242

Paragraaf 4.

Onderwerp

242

Paragraaf 5.

Vorm en vormgeving

243

Paragraaf 6.

Eindtermen

243

Paragraaf 7. Artikel 7.1 Artikel 7.2 Artikel 7.3 Artikel 7.4 Artikel 7.5

Begeleiding Afstudeerbegeleiders Startprocedure Vorm van de begeleiding Tweede beoordelaar Feedback

243 243 244 244 244 244


Beoordelingsprocedure Het bachelorafstudeerwerkstuk Het masterafstudeerwerkstuk

244 244 244


Beoordelingsaspecten Bachelorafstudeerwerkstuk Masterafstudeerwerkstuk

245 245 246

Paragraaf 10.

Betrokkenheid externe partijen bij het onderzoek

246

Paragraaf 11.

Administratieve verwerking en archivering

247

Paragraaf 12.

Openbaarheid

247

Paragraaf 13.

Geschillen

247

Paragraaf 14.

Slotbepalingen

247

Regels & Richtlijnen Faculteit Economie en Bedrijfskunde

248

Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Artikel 12 Artikel 13 Artikel 14 Artikel 15

248 248 249 249 249 249 250 250 252 253 253 254 254 255 256

Begripsomschrijvingen Dagelijkse gang van zaken Examencommissie Het afnemen van tentamens Mondeling tentamen Vaststelling uitslag tentamen Inschrijving voor onderdelen Inschrijving voor en deelname aan tentamens De orde tijdens een schriftelijk tentamen Fraude en Plagiaat Vragen en opgaven Cum laude en summa cum laude Beoordeling Uitslagen tentamens en nabesprekingen Buitenregulier tentamen Nadere regeling goedkeuring bachelorprogramma

11


Artikel 16 Artikel 17 Artikel 18 Artikel 19 Artikel 20

Nadere regeling goedkeuring masterprogramma Getuigschrift, diplomasupplement en verklaring Wijziging regels en richtlijnen Beroepregeling Inwerkingtreding

256 256 257 257 257

Regeling waardering opdrachten en deeltentamens

258

Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Artikel 12 Artikel 13 Artikel 14 Artikel 15 Artikel 16 Artikel 17 Artikel 18

258 258 258 258 258 258 258 259 259 259 259 259 259 259 260 260 260 260

Begripsbepaling toetsing Begripsbepaling opdrachten Begripsbepaling tentamen Bekendmaking beoordelingscriteria Opdrachtcijfer Tentamencijfer Minimumeisen resultaten Wegingscoëfficiënten Berekening eindcijfer Archivering resultaten Geldigheid resultaten Opdrachtcijfers die meetellen voor meer dan 25% Opdrachtcijfers die meetellen voor 25% of minder Deeltentamencijfer Geldigheid deeltentamencijfers Frequentie deeltentamens Reparatie deeltentamens Resultaten als ingangseisen voor tentamens en opdrachten

Regeling overlappende tentamens

261

Paragraaf 1.

Inleiding

261

Paragraaf 2.

Criteria voor toekenning individuele regeling

261

Paragraaf 3.

De individuele regeling

262

Paragraaf 4.

Eerste aanspreekpunt en verdere procedure

262

Studentenstatuut

12

263

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleidingen en -programma’s 2013-2014

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleidingen en -programma’s 2013-2014 Paragraaf 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling 1. Deze Onderwijs- en examenregeling (OER) is van toepassing op het onderwijs, de tentamens en de examens van de navolgende bacheloropleidingen: a) Bedrijfskunde (BDK) b) Econometrics and Operations Research (EOR) c) Economics and Business Economics (E&BE) d) International Business (IB) en de navolgende bacheloropleidingen in afbouw 1: e) Accountancy en Controlling (A&C) f) Bedrijfseconomie (BE) g) Fiscale Economie (FE) h) Technologiemanagement (TM) hierna te noemen: de opleidingen, en op de navolgende pre-master- of schakelprogramma’s: a) Pre-MSc A&C voor HBO-AC b) Pre-MSc A&C voor HBO-BE c) Pre-MSc BA Change Management (CM) d) Pre-MSc BA General Management (GM) e) Pre-MSc BA Organizational and Management Control (O&MC) f) Pre-MSc BA Small Business and Entrepreneurship (SB&E) g) Pre-MSc BA Strategic Innovation Management (SIM) h) Pre-MSc Finance i) Pre-MSc Human Resource Management (HRM) j) Pre-MSc International Business and Management (IB&M) k) Pre-MSc International Economics and Business (IE&B) l) Pre-MSc International Financial Management (IFM) m) Pre-MSc Marketing n) Pre-MSc Supply Chain Management (SCM) o) Pre-MSc Technology and Operations Management (TOM), Nederlandstalig p) Pre-MSc Technology and Operations Management (TOM), Engelstalig hierna te noemen: de schakelprogramma’s, en op alle studenten die voor een van de opleidingen of pre-masterprogramma’s staan ingeschreven. 2. De opleidingen en schakelprogramma’s worden verzorgd binnen de Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB) van de Rijksuniversiteit Groningen, hierna te noemen: ‘de faculteit’ of ‘FEB’).

1

Voor deze opleidingen is alleen herinschrijving mogelijk.

13


3. Deze OER is ook van toepassing op studenten van andere faculteiten of onderwijsinstellingen, voor zover ze onderdelen van een van de opleidingen of schakelprogramma’s volgen. 4. Voor de onderdelen die studenten van de opleidingen volgen bij andere opleidingen, faculteiten of onderwijsinstellingen geldt de OER van de desbetreffende opleiding, faculteit of instelling en is de desbetreffende examencommissie bevoegd. 5. Deze OER is ook van toepassing op de door de faculteit aangeboden minor Ondernemerschap en op de studenten die onderdelen van deze minor volgen. 6. Deze OER is ook van toepassing op de bachelor Double Degree programma’s die de faculteit in samenwerking met buitenlandse partneruniversiteiten aanbiedt, te weten: a) Double Degree van de BSc Economics and Business Economics, specialisaties Economics en International Economics and Business (FEB) en het Undergraduate Programme in Economics van de Fudan University, School of Economics te Shanghai, China; b) Double Degree van de BSc Econometrics and Operations Research (FEB) en het Undergraduate Programme in Economics van de Fudan University, School of Economics te Shanghai, China; c) Double Degree van de BSc International Business (FEB) en het International Undergraduate Programme in Business and Economics van de Universitas Gadjah Mada, Faculty of Economics and Business, te Yogjakarta, Indonesië; d) Double Degree van de BSc International Business (FEB) en het International Undergraduate Programme in Business and Economics van de Universitas Indonesia, Faculty of Economics and Business te Jakarta, Indonesië; voor zover het onderdelen betreft die studenten volgen aan de faculteit. Voor de onderdelen van de Double Degree programma’s die studenten volgen bij de partneruniversiteit gelden de onderwijsen examenregelingen van die instelling. Voor het programma en de toekenning van de bijbehorende diploma’s zijn de faculteit en de partneruniversiteit gezamenlijk verantwoordelijk. Artikel 1.2 Begripsbepalingen. In deze regeling wordt verstaan onder: a) de wet: de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW); 2 b) student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en de examens van een van de opleidingen; c) opleiding: een van de bacheloropleidingen genoemd in artikel 1.1 van deze regeling;

2

14

In deze regeling wordt gemakshalve uitsluitend de verwijzing ‘hij’ gebruikt.


d)

ECTS-credit (EC):

e)

onderdeel

f) g)

vak: practicum:

h)

propedeuse:

i)

postpropedeuse:

j)

studieadvies

k)

bindend studieadvies (BSA):

l)

tentamen:

m)

deeltentamen:

n)

examen:

o)

examinator:

p)

profiel:

q)

specialization course:

r)

studiejaar

internationale eenheid voor het uitdrukken van de studielast, waarbij één ECTS-credit (EC), volgens het European Credit Transfer and Accumulation System (ECTS), gelijk staat aan 28 uur studeren; onderwijseenheid van de opleiding, als bedoeld in art. 7.3 van de wet; onderwijseenheid als bedoeld in art. 7.3 van de wet een praktische oefening, als bedoeld in artikel 7.13 van de wet, in een van de volgende vormen: het maken van een scriptie; het maken van een werkstuk of een proefontwerp; het uitvoeren van een onderzoeksopdracht; het deelnemen aan veldwerk of een excursie; het doorlopen van een stage; of het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden; de propedeutische fase van de bacheloropleiding, als bedoeld in artikel 7.8 van de wet; het gedeelte van de bacheloropleiding dat volgt op de propedeutische fase; advies over de voortzetting van de opleiding, als bedoeld in art. 7.8b van de wet; negatief studieadvies dat de student gedurende twee opeenvolgende jaren uitsluit van inschrijving voor de betreffende opleiding; onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student alsmede de beoordeling van de resultaten van het onderzoek met betrekking tot een onderdeel van het examen; een gedeelte van een tentamen dat op een afwijkende plaats en tijd wordt afgenomen; het afsluitend propedeutisch of bachelorexamen van de opleiding dat met goed gevolg is afgelegd als aan alle verplichtingen van de gehele propedeuse c.q. de gehele bacheloropleiding is voldaan; degene die door de examencommissie is aangewezen om tentamens en examens af te nemen; een specifieke invulling van het programma van een opleiding; onderdeel bedoeld ter voorbereiding op een traject (specialization) of profiel in de aansluitende masteropleiding; het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar;

15


s)

semester:

deel van het studiejaar, beginnend op 1 september en eindigend op een door het College van Bestuur te bepalen datum omstreeks 31 januari, dan wel beginnend op een door het College van Bestuur te bepalen datum en eindigend op 31 augustus. Een semester kan worden verdeeld in twee blokken; t) Ocasys internetdatabase (http://www.rug.nl/ocasys/feb) waarin de programma’s van de opleidingen en de inhoud van de onderdelen van de opleidingen nader worden omschreven. De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent. Artikel 1.3 Doel van de opleidingen 1. Het doel van de bacheloropleiding-in-afbouw Accountancy en Controlling staat vermeld in bijlage 1.1. 2. Het doel van de bacheloropleiding-in-afbouw Bedrijfseconomie staat vermeld in bijlage 1.2. 3. Het doel van de bacheloropleiding Bedrijfskunde staat vermeld in bijlage 1.3. 4. Het doel van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research staat vermeld in bijlage 1.4. 5. Het doel van de bacheloropleiding Economics and Business Economics staat vermeld in bijlage 1.5. 6. Het doel van de bacheloropleiding-in-afbouw Fiscale Economie staat vermeld in bijlage 1.6. 7. Het doel van de bacheloropleiding International Business staat vermeld in bijlage 1.7. 8. Het doel van de bacheloropleiding-in-afbouw Technologiemanagement staat vermeld in bijlage 1.8. Artikel 1.4 Rechtstreeks aansluitende masteropleidingen 1. Het bachelordiploma Accountancy en Controlling geeft rechtstreeks toegang tot de volgende masteropleidingen aangeboden door de faculteit: a) Accountancy en Controlling b) Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 2. Het bachelordiploma Bedrijfseconomie geeft rechtstreeks toegang tot de volgende masteropleidingen aangeboden door faculteit: a) Business Administration3 b) Finance4 c) Human Resource Management

3 4

16

Alle profielen met uitzondering van General Management Aanvullende toelatingseis: afgeronde Specialization Course Finance


d) International Business and Management e) International Economics and Business f) International Financial Management g) Marketing h) Supply Chain Management i) Technology and Operations Management j) Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 3. Het bachelordiploma Bedrijfskunde geeft rechtstreeks toegang tot de volgende masteropleidingen aangeboden door de faculteit: a) Business Administration5 b) Finance6 c) Human Resource Management d) International Business and Management e) International Economics and Business f) International Financial Management g) Marketing h) Supply Chain Management i) Technology and Operations Management j) Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 4. Het bachelordiploma Econometrics and Operations Research geeft rechtstreeks toegang tot de volgende masteropleidingen aangeboden door de faculteit: a) Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies b) Business Administration7 c) Economics d) International Business and Management e) International Economics and Business f) Marketing g) Supply Chain Management h) Technology and Operations Management i) Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 5. Het bachelordiploma Economics and Business Economics geeft rechtstreeks toegang tot de volgende masteropleidingen aangeboden door de faculteit: a) Economics b) International Economics and Business c) Business Administration8 d) Finance e) Human Resource Management f) International Business and Management g) International Financial Management

5 6 7 8

Alle profielen met uitzondering van General Management Aanvullende toelatingseis: afgeronde Specialization Course Finance Alle profielen met uitzondering van General Management Alle profielen met uitzondering van General Management

17


h) Marketing i) Supply Chain Management j) Technology and Operations Management k) Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 6. Het bachelordiploma Fiscale Economie geeft rechtstreeks toegang tot de volgende masteropleidingen aangeboden door de faculteit: a) Fiscale Economie b) Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 7. Het bachelordiploma International Business geeft rechtstreeks toegang tot de volgende masteropleidingen aangeboden door de faculteit: a) International Business and Management b) Business Administration9 c) Finance10 d) Human Resource Management e) International Economics and Business f) International Financial Management g) Marketing h) Supply Chain Management i) Technology and Operations Management j) Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 8. Het bachelordiploma Technologiemanagement geeft rechtstreeks toegang tot de volgende masteropleiding aangeboden door de faculteit: a) Technology and Operations Management b) Business Administration11 c) Finance12 d) Human Resource Management e) International Business and Management f) International Economics and Business g) International Financial Management h) Marketing i) Supply Chain Management j) Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen Artikel 1.5 Vorm van de opleidingen De opleidingen worden voltijds verzorgd.

9 10 11 12

18

Alle profielen met uitzondering van General Management Aanvullende toelatingseis: afgeronde Specialization Course Finance Alle profielen met uitzondering van General Management Aanvullende toelatingseis: afgeronde Specialization Course Finance


Artikel 1.6 Iudicium abeundi 1. In geval van ernstig laakbare gedragingen en/of uitlatingen van een student kan het College van Bestuur in bijzondere gevallen na advies van de Examencommissie of van het faculteitsbestuur de inschrijving van een student beëindigen. 2. Het College van Bestuur neemt een beslissing als bedoeld in het eerste lid van dit artikel eerst nadat de betreffende student is gehoord omtrent de voorgenomen beslissing, nadat een zorgvuldige afweging van alle belangen van de student en de instelling heeft plaatsgevonden en nadat aannemelijk is geworden dat de student door zijn/haar gedragingen en/of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor de uitoefening van een of meer beroepen waartoe de door hem/haar gevolgde studie opleidt, danwel voor de praktische voorbereiding op die beroepsopleiding. Het faculteitsbestuur, de Examencommissie en het College van Bestuur nemen daarbij het Protocol Iudicium Abeundi in acht zoals dit door de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra op 1 november 2010 is vast gesteld.

19


Paragraaf 2. Opbouw van de opleidingen Artikel 2.1 Indeling en examens van de opleidingen 1. In de opleidingen kunnen de volgende examens worden afgelegd: a) het propedeutisch examen. b) het afsluitend bachelorexamen 2. De opleidingen zijn opgedeeld in een propedeutische fase en een postpropedeutische fase. Artikel 2.2 Studielast 1. De opleidingen hebben een studielast van 180 EC. 2. De propedeutische fase heeft een studielast van 60 EC. 3. Het studieprogramma van studenten die twee bacheloropleidingen dan wel twee profielen binnen een bacheloropleiding volgen, mag maximaal 40 EC aan overlappende postpropedeutische onderdelen (inclusief het afstudeerwerkstuk) bevatten. 4. De studielast wordt uitgedrukt in hele EC’s. Artikel 2.3 Minoren en Algemeen Vormende Vakken 1. Studenten die op 1 september 2008 of later gestart zijn met hun studie zijn verplicht in het derde jaar van hun studie een minor van 30 EC te volgen. Zij dienen daartoe te kiezen voor een van de volgende minoren: a) universitaire minor b) facultaire minor c) buitenlandminor Het is niet toegestaan delen van minoren met elkaar te combineren. 2. Universitaire minoren bestaan uit een samenhangend pakket aan vakken buiten het eigen vakgebied. Voor het volgen van een universitaire minor kan een keus gemaakt worden uit het jaarlijks door het College van Decanen vast te stellen aanbod aan universitaire minoren, zoals dat gepubliceerd wordt in de internetdatabase Ocasys. Minoren die worden aangeboden door de faculteit Economie en Bedrijfskunde zijn uitgesloten van deelname door studenten van de faculteit. Ook andere universitaire minoren die een substantiële overlap hebben met het eigen studieprogramma kunnen niet als minor gekozen worden, zulks ter beoordeling van de examencommissie. 3. Facultaire minoren bestaan uit een door de faculteit vast te stellen samenhangend vakkenpakket dat gericht is op verdieping van de kennis van (een deel van) het eigen vakgebied. Taalcursussen kunnen geen deel uitmaken van een facultaire minor. 4. Een buitenlandminor kan worden ingevuld door het volgen van in totaal 30 EC aan vakken aan een buitenlandse universiteit. Het dient daarbij te gaan om postpropedeutische vakken die geen overlap vertonen met het eigen studieprogramma. Voor studenten van de opleiding International Business mag

20


5.

6.

7.

8.

9.

een buitenlandminor uit maximaal 10 EC aan taalvakken bestaan. Voor studenten van andere opleidingen geldt dat een buitenlandminor voor niet meer dan 5 EC uit taalvakken mag bestaan, met dien verstande dat alleen taalvakken gekozen kunnen worden die annex zijn aan de taal van het gastland. Een buitenlandminor dient vooraf te worden goedgekeurd door de Examencommissie, rekening houdend met eventuele programmaspecifieke eisen zoals vermeld in Bijlage 4. Studenten van de opleiding ‘Economics and Business Economics - profiel Economics’ kunnen uitsluitend kiezen voor een facultaire minor of een buitenlandminor. Studenten van de opleidingen ‘Economics and Business Economics - profiel International Economics & Business’ en ‘International Business’ zijn verplicht een buitenlandminor te volgen. De verplichting als bedoeld in lid 1 van dit artikel geldt niet voor studenten van de bacheloropleidingen ‘Accountancy en Controlling’, ‘Econometrics and Operations Research’, ‘Fiscale Economie’ en ‘Technologiemanagement’. Studenten van de opleiding ‘Econometrics and Operations Research’ kunnen echter één semester van hun opleiding vervangen door studie in het buitenland. In weerwil van het bepaalde in lid 1-4 van dit artikel kan de Examencommissie besluiten andere dan de voorgeschreven vakken te accepteren als onderdeel van een minor. Studenten die vóór 1 september 2008 zijn begonnen met hun studie en nog niet hebben voldaan aan de verplichting een Algemeen Vormend Vak te volgen, kunnen in plaats daarvan een postpropedeutisch 5 EC-vak volgen van een andere faculteit, voor zover goedgekeurd door de Examencommissie.

Artikel 2.4 Taal van de opleidingen 1. Het onderwijs, de tentamens en examens van de opleidingen ‘Accountancy en Controlling’, ‘Bedrijfseconomie’, ‘Bedrijfskunde’, ‘Fiscale Economie’ en ‘Technologiemanagement’ worden in beginsel in het Nederlands aangeboden. Afwijkingen van deze regel worden in Ocasys aangegeven. 2. In de opleidingen ‘Econometrics and Operations Research’, ‘Economics and Business Economics’ en ‘International Business’ wordt het onderwijs in het Engels gegeven en worden ook de tentamens en examens afgenomen in het Engels. 3. Studenten die aansluitend aan hun Nederlandstalige bacheloropleiding een Engelstalige masteropleiding van de FEB gaan volgen, wordt de mogelijkheid geboden tijdens de bachelorfase een keuzevak Engels van 5 EC te volgen, indien het reguliere programma daar niet in voorziet.

21


Paragraaf 3. De propedeutische fase van de opleidingen Artikel 3.1 Samenstelling van de propedeuse van de opleidingen 1. De onderdelen van de propedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde staan vermeld in bijlage 2.1. 2. De onderdelen van de propedeuse van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research staan vermeld in bijlage 2.2. 3. De onderdelen van de propedeuse van de opleiding Economics and Business Economics staan vermeld in bijlage 2.3. 4. De onderdelen van de propedeuse van de bacheloropleiding International Business staan vermeld in bijlage 2.4. In de internetdatabase Ocasys worden de inhoud en de onderwijsvorm van de onderdelen van de onderscheiden opleidingen nader omschreven, onder vermelding van de voorkennis, die gewenst en daar waar relevant verplicht is om aan het betreffende onderdeel met goed gevolg te kunnen deelnemen. Artikel 3.2 Praktische oefeningen propedeuse De propedeutische onderdelen waaraan een praktische oefening is verbonden die voorwaarde is voor toelating tot het tentamen staan vermeld in bijlage 3.

22


Paragraaf 4. De postpropedeutische fase van de opleidingen Artikel 4.1 Samenstelling van de postpropedeuse van de opleidingen 1. De onderdelen van de postpropedeuse van de bacheloropleiding Accountancy en Controlling staan vermeld in bijlage 4.1. 2. De onderdelen van de postpropedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfseconomie staan vermeld in bijlage 4.2. 3. De onderdelen van de postpropedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde staan vermeld in bijlage 4.3. 4. De onderdelen van de postpropedeuse van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research staan vermeld in bijlage 4.4. 5. De onderdelen van de postpropedeuse van de bacheloropleiding Economics and Business Economics staan vermeld in bijlage 4.5. 6. De onderdelen van de postpropedeuse van de bacheloropleiding Fiscale Economie staan vermeld in bijlage 4.6. 7. De onderdelen van de postpropedeuse van de bacheloropleiding International Business staan vermeld in bijlage 4.7. 8. De onderdelen van de postpropedeuse van de bacheloropleiding Technologiemanagement staan vermeld in bijlage 4.8. In de internetdatabase Ocasys worden de inhoud en de onderwijsvorm van de onderdelen van de onderscheiden opleidingen nader omschreven, onder vermelding van de voorkennis, die gewenst en daar waar relevant verplicht is om aan het betreffende onderdeel met goed gevolg te kunnen deelnemen. Artikel 4.2 Praktische oefeningen postpropedeuse De postpropedeutische onderdelen waaraan een praktische oefening is verbonden die voorwaarde is voor toelating tot het tentamen staan vermeld in bijlage 5. Artikel 4.3 Keuzeruimte in de postpropedeutische fase 1. Vrije keuzeruimte in de postpropedeutische programma’s van de opleidingen genoemd in artikel 4.1 kan alleen worden ingevuld met postpropedeutische onderdelen van een opleiding tot een Bachelor of Science, tenzij de Examencommissie op verzoek van de student anders beslist. 2. De vrije keuzeruimte mag niet worden ingevuld met onderdelen waarvoor vrijstelling is verkregen.13

13

Wel mogen eventueel elders behaalde vakken worden opgevoerd.

23


Paragraaf 5. Toelating tot de postpropedeutische fase van de opleidingen Artikel 5.1 Toelating tot de postpropedeuse Accountancy en Controlling Rechtstreeks toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Accountancy en Controlling worden studenten met een afgeronde propedeuse Accountancy en Controlling. Artikel 5.2 Toelating tot de postpropedeuse Bedrijfseconomie Rechtstreeks toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfseconomie worden studenten met een afgeronde propedeuse Bedrijfseconomie. Artikel 5.3 Toelating tot de postpropedeuse Bedrijfskunde 1. Rechtstreeks toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde worden studenten met een afgeronde propedeuse Bedrijfskunde. 2. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van een van de navolgende bacheloropleidingen: a) Accountancy en Controlling b) Bedrijfseconomie c) Fiscale Economie Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) Informatiemanagement BDK (5 EC, EBP024A05) b) Management Accounting BDK (5 EC, EBP026A05) c) Organisatie en Technologie BDK (5 EC, EBP618B05) Daar staat vrijstelling tegenover van de volgende postpropedeutische vakken: a) Financial Management BDK (5 EC, EBB046A05) b) Kwantitatieve onderzoeksmethoden (5 EC, EBB051A05) 3. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde worden ook studenten met een afgeronde propedeuse Economics and Business Economics Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) Gedrag in organisaties (5 EC, EBP607A05) b) Informatiemanagement BDK (5 EC, EBP024A05) c) Management Accounting BDK (5 EC, EBP026A05) d) Organisatie en Technologie BDK (5 EC, EBP618B05)

24


e) Supply Chain Operations (5 EC, EBP029A05) Daar staat vrijstelling tegenover van de volgende postpropedeutische vakken: a) Financial Management BDK (5 EC, EBB046A05) b) Kwantitatieve onderzoeksmethoden (5 EC, EBB051A05) 4. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van de bacheloropleiding International Business (and Management). Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) Informatiemanagement BDK (5 EC, EBP024A05) b) Management Science (5 EC, EBP025A05) c) Organisatie en omgeving (5 EC, EBP028A05) 5. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde worden ook studenten met een afgeronde propedeuse Technologiemanagement Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) Management Accounting BDK (5 EC, EBP026A05) b) Marketing BDK (5 EC, EBP027A05) c) Organisatie en omgeving (5 EC, EBP028A05) d) Academic Skills II (5 EC, EBP022A05) Studenten die bij wie het vak Inleiding Informatietiechnologie (EBP60905) geen deel uitmaakte van hun propedeutisch programma, dienen bovendien het propedeusevak e) Informatiemanagement BDK (5 EC, EBP024A05) met succes af te ronden. Daar staat vrijstelling tegenover van de volgende postpropedeutische vakken: a) Ontwerpmethodologie (5 EC, EBB052A05) b) Technologiemanagement (5 EC, EBB059A05) (alleen voor studenten die kiezen voor de track Technology Management) Artikel 5.4 Toelating tot de postpropedeuse Econometrics and Operations Research Rechtstreeks toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research worden studenten met een afgeronde propedeuse Econometrics and Operations Research.

25


Artikel 5.5 Toelating tot de postpropedeuse Economics and Business Economics 1. Rechtstreeks toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Economics and Business Economics worden studenten met een afgeronde propedeuse Economics and Business Economics. 2. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Economics and Business Economics worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van een van de navolgende bacheloropleidingen: a) Accountancy en Controlling b) Bedrijfseconomie Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) English for E&BE (5 EC, EBP837B05) b) Research Paper for E&BE (5EC, EBP035A05). 3. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Economics and Business Economics worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde. Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) Asset Pricing and Capital Budgeting (5 EC, EBP032A05) b) English for E&BE (5 EC, EBP837B05) c) International Economics for E&BE (5 EC, EBP810B05) d) Macroeconomics for E&BE (5 EC, EBP812B05) e) Mathematics and Data Analysis for E&BE (5 EC, EBP034A05) f) Mathematics for E&BE (5 EC, EBP817B05 g) Microeconomics for E&BE: Consumers&Firms (5 EC, EBP819B05) 4. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Economics and Business Economics worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research. Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) English for E&BE (5 EC, EBP837B05) b) Financial Accounting for E&BE (5 EC, EBP802B05) c) Macroeconomics for E&BE (5 EC, EBP812B05) d) Marketing for E&BE (5 EC, EBP033A05) Daar staat vrijstelling tegenover van het postpropedeutische vak Matrix Analysis and Optimization (5 EC, EBB066A05) 5. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Economics and Business Economics worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van de bacheloropleiding Fiscale Economie. 26


Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) English for E&BE (5 EC, EBP837B05) b) International Economics for E&BE (5 EC, EBP810B05) c) Research Paper for E&BE (5EC, EBP035A05). 6. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Economics and Business Economics worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van de bacheloropleiding International Business (and Management). Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) Asset Pricing and Capital Budgeting (5 EC, EBP032A05) b) Macroeconomics for E&BE (5 EC, EBP812B05) c) Mathematics and Data Analysis for E&BE (5 EC, EBP034A05) d) Mathematics for E&BE (5 EC, EBP817B05 e) Microeconomics for E&BE: Consumers&Firms (5 EC, EBP819B05) Studenten die bij wie het vak International Business Environment (EBP031A05) geen deel uitmaakte van hun propedeutisch programma, dienen bovendien het propedeusevak f) International Economics for E&BE (5 EC, EBP810B05) met succes af te ronden. Artikel 5.6 Toelating tot de postpropedeuse Fiscale Economie Rechtstreeks toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Fiscale Economie worden studenten met een afgeronde propedeuse Fiscale Economie. Artikel 5.7 Toelating tot de postpropedeuse International Business 1. Rechtstreeks toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding International Business studenten met een afgeronde propedeuse International Business (and Management). 2. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding International Business worden studenten met een afgeronde propedeuse van een van de navolgende bacheloropleidingen: a) Accountancy en Controlling b) Bedrijfseconomie Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond:

27


a) English for IB (5 EC, EBP665C05) b) Introduction to International Business (5 EC, EBP003A05) c) Organizational Behaviour for IB (5 EC, EBP654D05) d) Research Methodology for IB (5 EC, EBP662C05) Daar staat vrijstelling tegenover van het postpropedeutische vak Foreign Direct Investment, Trade & Geography (5 EC, EBB037A05) 3. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding International Business worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van de bacheloropleiding Bedrijfskunde. Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) English for IB (5 EC, EBP665C05) b) International Marketing for IB (5 EC, EBP661B05) c) Introduction to International Business (5 EC, EBP003A05) d) Organizational Behaviour for IB (5 EC, EBP654D05 e) Research Methodology for IB (5 EC, EBP662C05) Daar staat vrijstelling tegenover van het postpropedeutische vak Information Systems Management (EBB632A05) 4. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding International Business worden ook studenten met een afgeronde propedeuse Economics and Business Economics Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) Organizational Behaviour for IB (5 EC, EBP654D05) b) Organizational Structure (5 EC, EBP670C05) Studenten die het propedeutisch programma van 2012-2013 hebben gevolgd, dienen bovendien het propedeusevak c) Global Supply Chain Management (5 EC, EBP018A05) met succes af te ronden, maar krijgen vrijstelling van het postpropedeutische vak Foreign Direct Investment, Trade & Geography (5 EC, EBB037A05) 5. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding International Business worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van de bacheloropleiding Fiscale Economie Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) English for IB (5 EC, EBP665C05) b) Introduction to International Business (5 EC, EBP003A05) c) Organizational Behaviour for IB (5 EC, EBP654D05) d) Research Methodology for IB (5 EC, EBP662C05)

28


Daar staat vrijstelling tegenover van het postpropedeutische vak Finance and Risk Management for IB (5 EC, EBB631B05) 6. Voorwaardelijk toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding International Business worden ook studenten met een afgeronde propedeuse van de bacheloropleiding Technologiemanagment Deze toelating is maximaal één jaar geldig en betreft alleen de onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar. De voorwaardelijke toelating wordt omgezet in een definitieve toelating, zodra de volgende propedeusevakken met succes zijn afgerond: a) English for IB (5 EC, EBP665C05) b) International Marketing for IB (5 EC, EBP661B05) c) Introduction to International Business (5 EC, EBP003A05) d) Research Methodology for IB (5 EC, EBP662C05) Daar staat vrijstelling tegenover van het postpropedeutische vak Information Systems Management (EBB632A05) Artikel 5.8 Toelating tot de postpropedeuse Technologiemanagement Rechtstreeks toegelaten tot de postpropedeuse van de bacheloropleiding Technologiemanagement worden studenten met een afgeronde propedeuse Technologiemanagement. Artikel 5.9 Voorwaardelijke toelating tot de postpropedeutische fase 1. Studenten die voor het tweede jaar zijn ingeschreven voor de opleiding en het propedeutisch examen nog niet hebben behaald, kunnen voorwaardelijk worden toegelaten tot de postpropedeutische fase, als zij voldoen aan de eis dat minimaal 45 EC (inclusief eventuele vrijstellingen) van het propedeutisch programma is behaald. 2. Bij de bepaling van het aantal behaalde EC’s tellen resultaten van onderdelen van tentamens (toetsen, deeltentamens en opdrachten) niet mee. 3. De voorwaardelijke toelating als beschreven in lid 1 van dit artikel geldt alleen voor onderdelen van het eerste jaar van de postpropedeuse. Om te kunnen deelnemen aan onderdelen van het tweede jaar van de postpropedeuse dient het propedeutisch examen met goed gevolg te zijn afgelegd. 4. Een voorwaardelijke toelating tot de postpropedeutische fase wordt omgezet in een definitieve toelating zodra het propedeutisch examen is behaald. 5. Een voorwaardelijke toelating tot de postpropedeutische fase vervalt, indien de student aan het eind van het tweede jaar van zijn inschrijving het propedeutisch examen niet heeft behaald. Artikel 5.10

Substitutie van vakken uit oude programma’s

Bij de regels voor de toelating tot de postpropedeuses wordt uitgegaan van de nieuwe propedeuses en de vakken die daarvan deel uitmaken. Vakken uit de oude programma’s, die volgens de overgangsregelingen in bijlage 10 van de OER van 29


2012-13 gelden als vervanging van nieuwe vakken, tellen mee voor de toelating tot de postpropedeuse. In het geval van onduidelijkheid of twijfel over de te volgen vakken dient de student contact op te nemen met de coördinator van de opleiding. Artikel 5.11

Hardheidsclausule bij toelating tot de postpropedeutische fase

In situaties waarbij een onderwijsinhoudelijke wijziging/onderwijskundige overmacht aantoonbaar leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard, kan de examencommissie afwijken van het in artikel 5.1 tot 5.10 bepaalde. In dat geval moet er sprake zijn van een unieke persoonlijke omstandigheid die zodanig onderscheidend is dat de toelating redelijkerwijs niet achterwege kan blijven.

30


Paragraaf 6. Overige programma’s Artikel 6.1 Schakelprogramma’s 1. De Faculteit Economie en Bedrijfskunde biedt pre-master- of schakelprogramma’s aan die voorbereiden op de volgende masteropleidingen c.q. -trajecten: a) MSc Accountancy en Controlling, b) MSc Business Administration, met de trajecten Change Management General Management Organizational and Management Control Small Business and Entrepreneurship Strategic Innovation Management c) MSc Finance d) MSc Human Resource Management, e) MSc International Business and Management , f) MSc International Economics and Business, g) MSc International Financial Management, h) MSc Marketing i) MSc Supply Chain Management j) MSc Technology and Operations Management. 2. Een afgerond schakelprogramma geeft toelating tot de bijbehorende masteropleiding c.q. het bijbehorende mastertraject. 3. De inhoud en omvang van de schakelprogramma’s staan vermeld in bijlage 6. 4. De toelatingseisen tot de schakelprogramma’s staan vermeld in artikel 8.6. Artikel 6.2 Bachelor Honoursprogramma 1. De faculteit neemt deel aan het Bachelor Honoursprogramma van het University of Groningen Honours College door middel van een Gemeenschappelijke Regeling. Dit Bachelor Honoursprogramma maakt geen deel uit van het reguliere bachelorcurriculum. 2. Studenten die zijn toegelaten tot een van de bacheloropleidingen van de faculteit kunnen aan het Bachelor Honoursprogramma deelnemen, indien zij worden geselecteerd door de Dean van het University of Groningen Honours College. Voor de selectieprocedure wordt verwezen naar de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College. 3. Het Bachelor Honoursprogramma heeft een totale studielast van 45 EC, verdeeld over de drie bachelorjaren. 4. Op het Bachelor Honoursprogramma, waar het facultaire verdiepende deel een onderdeel van is, is de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College van toepassing. 5. In het bij het bachelordiploma behorende diplomasupplement worden ook de resultaten van het Bachelor Honoursprogramma vermeld.

31


Artikel 6.3 Minor Ondernemerschap 1. De Faculteit Economie en Bedrijfskunde biedt een minor Ondernemerschap aan. De inhoud en omvang daarvan zijn beschreven in bijlage 7. De toelatingseisen tot de minor staan vermeld in artikel 8.7. 2. De bevoegdheid van de opleidingscommissie van de bacheloropleiding Bedrijfskunde strekt zich tevens uit tot de minor Ondernemerschap en/of de onderdelen hiervan. 3. De bevoegdheid van de Examencommissie strekt zich tevens uit tot de minor Ondernemerschap en/of onderdelen hiervan. Artikel 6.4 Double Degree programma’s 1. De faculteit biedt in samenwerking met buitenlandse partneruniversiteiten de volgende bachelor Double Degree programma’s aan: a) Double Degree van de BSc Economics and Business Economics, specialisaties Economics en International Economics and Business (FEB) en het Undergraduate Programme in Economics van de Fudan University, School of Economics, te Shanghai; b) Double Degree van de BSc Econometrics and Operations Research (FEB) en het Undergraduate Programme in Economics van de Fudan University, School of Economics, te Shanghai; c) Double Degree van de BSc International Business (FEB) en het International Undergraduate Programme in Business and Economics van de Universitas Gadjah Mada, Faculty of Economics and Business, te Yogjakarta, Indonesië; d) Double Degree van de BSc International Business (FEB) en het International Undergraduate Programme in Business and Economics van de Universitas Indonesia, Faculty of Economics and Business te Jakarta, Indonesië. 2. Een afgerond Double Degree programma geeft recht op een bachelordiploma van beide deelnemende opleidingen. 3. De inhoud en omvang van de Double Degree programma’s staan vermeld in bijlage 8.

32


Paragraaf 7. Tentamens en examens van de opleidingen Artikel 7.1 Algemeen Elk tentamen is zodanig ingericht dat het de student voldoende informatie biedt over de mate waarin hij de voor het onderdeel gestelde leerdoelen bereikt heeft. Artikel 7.2 Verplichte volgorde van tentamens 1. Het bachelorexamen kan niet worden afgelegd dan nadat definitieve toelating tot de postpropedeutische fase is verkregen. 2. Studenten van de bacheloropleiding Bedrijfskunde kunnen slechts deelnemen aan het Management Game (EBB637A05) indien zij uiterlijk vier weken voor aanvang van het Game definitief zijn toegelaten tot de postpropedeutische fase en bovendien 40 EC aan onderdelen van het eerste postpropedeutische jaar hebben behaald. 3. Om in aanmerking te komen voor begeleiding en beoordeling van het bachelorafstudeerwerkstuk van een van de opleidingen dient de student aan de volgende eisen te hebben voldaan: a) hij is definitief toegelaten tot de postpropedeutische fase; b) hij heeft ten minste 60 EC aan postpropedeutische onderdelen met succes afgerond; c) zijn bachelorprogramma is goedgekeurd door de examencommissie. Voor de bacheloropleiding Accountancy en Controlling geldt als aanvullende eis dat het vak Business Research Methods BE/FE/A&C (EBB018A05) òf de vakken Onderzoeksmethoden I en II (EBP616A05 & EBP625A04) met een voldoende resultaat moet(en) zijn afgerond. Voor de bacheloropleiding Bedrijfseconomie geldt als aanvullende eis dat het vak Business Research Methods BE/FE/A&C (EBB018A05) met een voldoende resultaat moet zijn afgerond. 4. Om in aanmerking te komen voor begeleiding en beoordeling van de Research Paper for Pre‐Msc in de schakelprogramma’s voor de masteropleidingen ‘Business Administration’, ‘Finance’, ‘Human Resource Management’, ‘International Business and Management’, ‘International Economics and Business’ ,‘International Financial Management’, ‘Marketing’, ‘Supply Chain Management’ en ‘Technology and Operations Management’ dient de student volgende vakken met een voldoende, d.w.z. met het cijfer 6 of hoger, te hebben afgerond: a) Mathematics for Pre‐MSc (EBS002A05) b) Business Research Methods for Pre‐MSc (EBS001A10). Daarnaast dient het schakelprogramma te zijn goedgekeurd door de examencommissie. 5. Om in aanmerking te komen voor begeleiding en beoordeling van het bachelorafstudeerwerkstuk A&C in het schakelprogramma Pre-MSc A&C voor HBO-BE dient de student het vak Business Research Methods for Pre‐MSc

33


(EBS001A10) met een voldoende, d.w.z. met het cijfer 6 of hoger, te hebben afgerond. Daarnaast dient het schakelprogramma te zijn goedgekeurd door de examencommissie. Artikel 7.3 Tijdvakken en frequentie van de tentamens 1. Er wordt tweemaal per studiejaar de gelegenheid geboden tot het afleggen van de tentamens. 2. Een tentamen in een vak dat niet meer wordt aangeboden, kan in het eerste jaar dat dit het geval is nog ten minste tweemaal worden afgelegd. 3. De tijdvakken waarin de gelegenheid tot het afleggen van de onderscheiden tentamens wordt geboden, worden in de studiegids bekend gemaakt. Deeltentamens kunnen ook buiten de aangegeven periode afgenomen worden. 4. Er wordt twee maal per jaar de gelegenheid geboden tot het maken van het bachelorafstudeerwerk. 5. Het tijdvak of de tijdvakken waarin de gelegenheid tot het maken van het bachelorafstudeerwerk wordt geboden, wordt in de studiegids bekendgemaakt. 6. Nadere regels over de vorm, de inhoud, het tijdpad en de beoordeling van het bachelorafstudeerwerk zijn opgenomen in het Reglement afstudeerwerkstukken Bachelor- en Masteropleidingen. Dit reglement is onderdeel van deze Onderwijs en Examenregeling. 7. Indien aan het einde van het tijdvak genoemd onder 5 het werkstuk naar het oordeel van de begeleider niet als voldoende aangemerkt kan worden, is er eenmaal de gelegenheid om binnen een door de opleiding vastgestelde periode door middel van een reparatieopdracht alsnog tot een 6 te komen. 8. Op schriftelijk verzoek van de student kan alléén de Examencommissie te zijnen gunste afwijken van het in de voorgaande leden van dit artikel bepaalde. Artikel 7.4 Vorm van de tentamens 1. De tentamens worden afgelegd op door de examinator(en) te bepalen wijze. De aldus bepaalde vorm wordt in de interdatabase Ocasys bekend gemaakt. Formeel is de Examencommissie bevoegd over de vorm van het tentamen te beslissen. In voorkomend geval kan de Examencommissie derhalve de examinator daaromtrent aanwijzingen geven. 2. Op verzoek van de student kan de Examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze dan vorenbedoeld wordt afgelegd. 3. Aan studenten met een functiestoornis wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun handicap aangepaste wijze af te leggen. De Examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen.

34


Artikel 7.5 Mondelinge tentamens 1. Mondeling wordt niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de Examencommissie anders heeft bepaald. 2. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de student daartegen bezwaar heeft gemaakt, steeds voor zover de Examencommissie haar goedkeuring heeft verleend. Artikel 7.6 Beoordeling 1. Het oordeel over een tentamen of examen wordt uitgedrukt in gehele getallen. Alleen van deeltentamens kan de beoordeling worden uitgedrukt in tienden. 2. Het behaalde resultaat is voldoende indien ten minste het cijfer 6 is toegekend. 3. Aan de gehele getallen die de beoordeling van een tentamen of examen uitdrukken is de volgende betekenis toegekend: 1. zeer slecht 2. slecht 3. ruim onvoldoende 4. onvoldoende 5. bijna voldoende 6. voldoende 7. ruim voldoende 8. goed 9. zeer goed 10. uitmuntend 4. Een examenonderdeel waarvoor een vrijstelling is verleend, wordt geacht te zijn beoordeeld met een 6. 5. Nadere regels rond opdrachten die deel uitmaken van het tentamen zijn vastgelegd in de Regeling Waardering Opdrachten. Artikel 7.7 Vaststelling en bekendmaking van de tentamenuitslag 1. De examinator stelt terstond na het afnemen van een mondeling tentamen de uitslag vast en reikt de student desgevraagd een verklaring uit. 2. De examinator stelt de uitslag van een schriftelijk tentamen vast en verschaft de onderwijsadministratie de nodige gegevens ten behoeve van de bekendmaking van de uitslag aan de student. De termijn waarop de uitslag wordt gepubliceerd is maximaal 10 werkdagen na de dag waarop het tentamen is afgelegd. In gevallen waarin dit redelijkerwijs niet van de examinator verlangd kan worden kan de opleidingsdirecteur vooraf een afwijkende termijn vaststellen. De deelnemers worden hiervan voor aanvang van het tentamen op de hoogte gesteld. Uitsluitend de door de onderwijsadministratie gepubliceerde tentamenuitslagen zijn rechtsgeldig.

35


3. Voor een op andere wijze dan mondeling of schriftelijk af te leggen tentamen bepaalt de Examencommissie tevoren op welke wijze en binnen welke termijn de student de uitslag zal ontvangen. 4. Bij het bekendmaken van de uitslag van een tentamen wordt de student gewezen op het inzagerecht, bedoeld in artikel 7.9 eerste lid, alsmede op de beroepsmogelijkheid bij het College van Beroep voor de Examens. Artikel 7.8 Geldigheidsduur 1. De geldigheidsduur van behaalde onderdelen is onbeperkt. 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 van dit artikel kan de Examencommissie voor een onderdeel waarvan het tentamen langer dan zes jaar geleden is behaald, een aanvullend dan wel vervangend tentamen opleggen, alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van het desbetreffende examen. Artikel 7.9 Inzagerecht 1. Binnen een termijn van zes weken vanaf de dag waarop de uitslag van een schriftelijk tentamen bekend is gemaakt, krijgt de student die het tentamen heeft afgelegd op zijn verzoek inzage in zijn beoordeelde werk. Tevens wordt hem binnen dezelfde termijn op zijn verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk. 2. Binnen de in lid 1 genoemde termijn kan de student die aan het tentamen heeft deelgenomen kennis nemen van vragen of opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden. 3. De plaats waar en het tijdstip waarop inzage of kennisneming kan plaatsvinden, worden bepaald door de examinator(en) van het desbetreffende tentamen. De Examencommissie kan hiertoe aanwijzingen geven. 4. De inzage en kennisneming kunnen collectief worden georganiseerd. Artikel 7.10

Vrijstelling

1. De Examencommissie kan de student op diens verzoek, gehoord de desbetreffende programmadirecteur of programmacoördinator, vrijstelling verlenen van een tentamen, indien de student: a) hetzij een qua inhoud en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of hogere beroepsopleiding heeft voltooid; b) hetzij aantoont door werk- c.q. beroepservaring of anderszins over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken m.b.t. het desbetreffende onderdeel. 2. Zodra voor een vak een resultaat is behaald, vervalt zowel een reeds verkregen vrijstelling als de mogelijkheid een vrijstelling te verzoeken.

36


Artikel 7.11

Examen

1. De Examencommissie stelt de uitslag van het examen vast, zodra de student de voor het examen benodigde tentamens heeft behaald en daarmee tevens de benodigde academische vorming heeft verworven , en reikt daartoe een getuigschrift uit. 2. Alvorens de uitslag van het examen vast te stellen kan de Examencommissie een onderzoek instellen naar de kennis van de student met betrekking tot een of meer onderdelen of aspecten van de opleiding, indien en voorzover de uitslagen van de desbetreffende tentamens haar daartoe aanleiding geven. 3. Het examen van een opleiding wordt behaald indien de student voor elk tentamen een voldoende resultaat (het cijfer 6 of hoger) heeft behaald. 4. Het afsluitend examen van een opleiding kan slechts worden afgelegd na goedkeuring van het door de student gevolgde onderwijsprogramma door de Examencommissie van de opleiding. De commissie stelt voor de beoordeling van de onderwijsprogramma's een regeling op. 5. Met de vaststelling van de uitslag van het examen draagt de Examencommissie tevens zorg voor een spoedige afhandeling van de buluitreiking. Artikel 7.12

Judicium

1. De examencommissie beoordeelt of aan het bachelorgetuigschrift een onderscheiding wordt toegekend. 2. Hierbij dient aan de volgende voorwaarden te zijn voldaan: a) Het cijfer voor de scriptie moet voldoen aan de volgende minima: ‘Cum laude’: het cijfer voor de scriptie of thesis is ten minste 8,0; ‘Summa cum laude’: het cijfer voor de scriptie of thesis is ten minste 9,0. b) Het onafgeronde gewogen gemiddelde van alle onderdelen, exclusief de scriptie, van het door de examencommissie goedgekeurde examenprogramma is groter dan of gelijk aan 8,0 voor ‘Cum laude’; groter dan of gelijk aan 9,0 voor ‘Summa cum laude’. 3. Geen judicium wordt toegekend indien de omvang van de vrijstellingen in EC’s meer dan de helft van het totaal aantal EC’s van de opleiding bedraagt. 4. Voor het behalen van enig judicium geldt dat het tentamen van een onderdeel slechts eenmaal afgelegd mag zijn. 5. Voor het behalen van een judicium geldt dat voor geen enkel onderdeel een cijfer lager dan 7,0 is behaald. 6. Resultaten en cijfers van het Bachelor Honoursprogramma tellen niet mee voor de toekenning van een judicium. 7. In bijzondere gevallen kan de examencommissie afwijken van het bepaalde in de leden twee tot en met vijf van dit artikel. 8. Voor studenten die vóór 1 september 2010 de opleiding hebben aangevangen blijft de judiciumregeling van kracht die voor hen gold op 31 augustus 2010.

37


Artikel 7.13

Graad

1. Aan degene die het bachelorexamen met goed gevolg heeft afgelegd, wordt de graad Bachelor of Science in de betreffende opleiding verleend. 2. De verleende graad wordt op het getuigschrift van het bachelorexamen aangetekend. Artikel 7.14

Examinator

1. Ten behoeve van het afnemen van tentamens en examens of het beoordelen van afstudeerwerkstukken wijst de Examencommissie examinatoren aan. Als examinator kunnen slechts worden aangewezen leden van het personeel die met het verzorgen van het onderwijs in de opleiding zijn belast alsmede deskundigen van buiten de instelling. De examinatoren verstrekken de examencommissie de gevraagde inlichtingen. 2. De beoordeling van het bachelorafstudeerwerkstuk vindt plaats door een begeleider die is aangewezen door de Examencommissie en beschikt over onderzoekservaring. 3. In voorkomende gevallen kan de Examencommissie andere personen bevoegd verklaren voor het afnemen en beoordelen van tentamens voor een bepaald onderdeel of voor het beoordelen van afstudeerwerkstukken. Artikel 7.15

Toetsplan

Er is een door het faculteitsbestuur vastgesteld toetsplan. Dit toetsplan bevat de volgende onderwerpen: a) de eindtermen van de opleiding; b) de curriculumonderdelen en leerdoelen van ieder curriculumonderdeel; c) de relatie tussen de curriculumonderdelen en eindtermen; d) de toegepaste toetsvorm en de toetsmomenten per onderdeel; e) de gehanteerde opstellingsprocedures, beoordelingsprocedures, beoordelingscriteria en de cesuurbepaling; f) de verantwoordelijken voor de uitvoering van de verschillende onderdelen van het toetsbeleid; g) de wijze van periodieke evaluatie.

38


Paragraaf 8. Toelating tot de opleidingen en programma’s Artikel 8.1 Toelating tot de opleidingen 1. Behoudens het in lid 4 van dit artikel bepaalde worden toegelaten tot de opleidingen a) Bedrijfskunde b) Economics and Business Economics c) International Business studenten met een met goed gevolg afgelegd eindexamen of staatsexamen VWO met de volgende profielen: Profiel Extra eisen14 Economie en Maatschappij Natuur en Techniek Natuur en Gezondheid Cultuur en Maatschappij WiA of WiB (Wi = Wiskunde) 2. Toegelaten tot de opleiding Econometrics and Operations Research worden studenten met een met goed gevolg afgelegd eindexamen of staatsexamen VWO met de volgende profielen: Profiel Extra eisen15 Economie en Maatschappij WiB Natuur en Techniek Natuur en Gezondheid WiB Cultuur en Maatschappij WiB (Wi = Wiskunde) 3. Toegelaten tot de opleidingen worden studenten met een HBO getuigschrift of een met goed gevolg afgelegd propedeuse van het HBO, die ten genoege van de Examencommissie aantonen dat er geen deficiëntie bestaat op het terrein van Wiskunde en Engels. 4. Voor de bacheloropleidingen Bedrijfskunde en International Business geldt een numerus fixus. In aanvulling op het gestelde in lid 1 en lid 3 is een plaatsingsbewijs verkregen van de DUO – IB-Groep vereist. Artikel 8.2 Deficiënties Voor de bezitter van een VWO-diploma, dat is behaald volgens de op 31 juli 1998 geldende bij of krachtens de Wet op het Voortgezet Onderwijs vastgestelde

14

15

Voor studenten met een VWO-diploma van vóór september 2009 geldt: WiB1 in plaats van WiB, WiA12 in plaats van WiA. Voor studenten met een VWO-diploma van vóór september 2009 geldt: WiB1 in plaats van WiB.

39


voorschriften worden deficiënties in de hierna genoemde vakken vervuld door het ten genoegen van de Examencommissie met goed gevolg afleggen van de desbetreffende tentamens op het niveau van het VWO-eindexamen voorafgaand aan de inschrijving: a) Wiskunde B1/ WiB voor de opleiding Econometrics and Operations Research. b) Wiskunde A12/ WiA voor de andere bacheloropleidingen van de faculteit. Artikel 8.3 Gelijkwaardige vooropleiding De toelating van studenten met een ander diploma dan een Nederlands VWOdiploma wordt beoordeeld door de Examencommissie. Artikel 8.4 Taaleis bij buitenlandse diploma’s 1. Wordt de student toegelaten tot de opleiding krachtens een diploma dat buiten Nederland is behaald, dan kan de Examencommissie hem - vóór de inschrijving verplichten tot het met goed gevolg afleggen van een toets Nederlands of Engels, afhankelijk van de taal van de gekozen opleiding, af te nemen door een door de Examencommissie aan te wijzen instantie. 2. Aan de eis inzake voldoende beheersing van de Nederlandse taal wordt voldaan door het met goed gevolg afleggen van het staatsexamen Nederlands als tweede taal (NT2). 3. Aan de eis inzake voldoende beheersing van de Engelse taal wordt voldaan door het met goed gevolg afleggen van een tentamen Engels op het niveau van het VWO-eindexamen of het behalen van de TOEFL met een score van tenminste 580 (computer TOEFL 237, internet TOEFL 92) of een IELTS score van 6.5 of een Cambridge Proficiency van A,B of C. Artikel 8.5 Universitair toelatingsexamen (colloquium doctum) 1. De uitvoering van het toelatingsonderzoek, bedoeld in artikel 7.29 van de wet (colloquium doctum) is opgedragen aan de toelatingscommissie. 2. Degene die het colloquium doctum wil afleggen dient de leeftijd van eenentwintig jaar te hebben bereikt op de datum waarop het onderzoek zal plaatsvinden. Van deze eis kan wordt afgezien als betrokkene een diploma dat buiten Nederland is afgegeven bezit. Van de leeftijdseis kan eveneens worden afgezien als betrokkene een vluchtelingenstatus bezit en zijn diploma om die reden niet kan tonen. 3. Het toelatingsonderzoek heeft betrekking op de volgende vakken op het daarbij vermelde niveau: a) voor de opleiding Bedrijfskunde de vakken: Wiskunde: op VWO eindexamenniveau Wiskunde: A12/WiA Nederlands: op VWO eindexamenniveau Engels: op VWO eindexamenniveau; b) voor de opleidingen International Business en Economics and Business Economics de vakken: 40


Wiskunde: op VWO eindexamenniveau Wiskunde: A12/ WiA Engels: op VWO eindexamenniveau; c) voor de opleiding Econometrics and Operations Research de vakken: Wiskunde: op VWO eindexamenniveau Wiskunde: B1/WiB Engels: op VWO eindexamenniveau. 4. Het bewijs dat het colloquium doctum met goed resultaat is afgelegd geeft gedurende twee studiejaren na het afleggen van het colloquium doctum toelating tot de opleiding waarvoor het colloquium is afgelegd. Artikel 8.6 Toelating tot de schakelprogramma’s 1. Voor de toelating tot de schakelprogramma's vermeld in artikel 6.1 stelt de Examencommissie uit haar midden een toelatingscommissie samen. 2. Rechtstreeks toegelaten tot de schakelprogramma’s die voorbereiden op de masteropleidingen Business Administration (exclusief het traject General Management), Finance, Human Resource Management, International Business and Management , International Economics and Business, International Financial Management, Marketing, Supply Chain Management, Technology and Operations Management worden de bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs of een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit. Voor deze studenten geldt tevens de eis dat zij dienen te beschikken over voldoende kennis van het Engels zoals omschreven in artikel 8.6.6 3. Rechtstreeks toegelaten tot de schakelprogramma's die voorbereiden op de masteropleidingen Accountancy en Controlling, Technology and Operations Management worden de bezitters van een van de in bijlage 9 genoemde diploma’s. 4. De toelating tot de in lid 2 en 3 van dit artikel genoemde schakelprogramma’s geldt voor één jaar en is eenmalig, en wordt alleen dan verlengd - en wel voor de duur van maximaal één jaar- als de student gedurende het jaar van toelating minimaal 50 EC van het schakelprogramma heeft afgerond. Voor het Nederlandstalige pre-MSc programma TOM (NL) bedraagt dit aantal 45 EC en voor het schakelprogramma A&C voor HBO-AC 20 EC. 5. In het geval dat de toelating tot het schakelprogramma niet wordt verlengd kan de student op zijn verzoek worden toegelaten tot het reguliere bachelorprogramma.

41


6. Een student wordt geacht te voldoen aan de ingangseis ‘voldoende kennis van het Engels’, indien hij voldoet aan één van de volgende eisen: a) beheersing van het Engels als moedertaal; b) beheersing van het Engels op een niveau dat gelijkwaardig is aan één van de navolgende testscores: een niveau van 92 op een internet-based (iBT) TOEFL-test, een niveau van 237 op een computer-based (CBT) TOEFL-test, een niveau van 580 op een paper-based (PBT) TOEFL, een niveau van 6.5 op een IELTS-test, niveau A, B, C op een Cambridge Proficiency- of Advanced-test, een B2+ (ook wel B2.2. genoemd16) niveau op de schriftelijke en mondelinge onderdelen van het toelatingsexamen Engels, c) het met succes afgerond hebben van de cursus Engels BE (EBB021A05) of English Course for Business Administration (EBB614B05) of een gelijkwaardige cursus; d) het met succes afgerond hebben van een van de Engelstalige bacheloropleidingen van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde. 7. Studenten met een bachelordiploma dat niet voldoet aan de eisen in lid 2 en 3 van dit artikel of studenten die een gelijkwaardige opleiding hebben afgerond, kunnen een verzoek om toelating tot een schakelprogramma richten tot de Examencommissie. Artikel 8.7 Toelating tot de minor Ondernemerschap Toelaatbaar tot de minor Ondermemerschap zijn studenten die zijn ingeschreven voor een bacheloropleiding van de Rijksuniversiteit Groningen, uitgezonderd de opleidingen aangeboden door de Faculteit Economie en Bedrijfskunde, mits zij de propedeuse van de betreffende opleiding hebben behaald.

16

42

Specificatie niveau B2+: Spreken: De student kan duidelijke, stelselmatig ontwikkelde beschrijvingen en presentaties geven, met de juiste nadruk op belangrijke punten en terzake doende ondersteunende details. Schrijven: De student kan een opstel of verslag schrijven waarin stelselmatig een argument wordt opgebouwd met de juiste benadrukking van belangrijke punten en relevante ondersteunende details. Hij kan verschillende ideeën of oplossingen voor een probleem verwoorden.


Paragraaf 9. Studiebegeleiding Artikel 9.1 Studievoortgangsadministratie 1. De faculteit registreert de individuele studieresultaten van de studenten. 2. De faculteit verschaft elke student op zijn verzoek en minimaal twee maal per jaar een overzicht van de door hem behaalde studieresultaten. 3. In het jaar van eerste inschrijving ontvangt de student na afloop van het eerste blok van het studiejaar, doch in ieder geval gedurende het eerste semester van de opleiding een studievoortgangsoverzicht, met daarin een overzicht van de gerealiseerde studielast. 4. Bij de door de faculteit aangeboden Double Degree programma’s is het de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de faculteit en de partneruniversiteiten om behaalde resultaten aan elkaar door te geven. Artikel 9.2 Studiebegeleiding 1. De faculteit draagt zorg voor de introductie en de studiebegeleiding van de studenten die voor één van de opleidingen zijn ingeschreven, mede ten behoeve hun voortgang tijdens de studie en oriëntatie op mogelijke studiewegen in en buiten de opleiding. 2. Mede met het oog op het uitbrengen van een studieadvies voor de propedeuse worden de voortgangsgesprekken met studenten geregistreerd. Deze registratie geschiedt met speciale aandacht voor de privacy van de student. Artikel 9.3 Studieadvies propedeuse 1. Gedurende het eerste studiejaar ontvangt de student tweemaal een schriftelijk advies over de voortzetting van zijn opleiding. Dit advies heeft betrekking op de door de student als zodanig aangewezen hoofdstudie aan de RUG. 2. Het eerste advies wordt uitgebracht na afsluiting van de reguliere tentamens van het eerste semester, doch vóór 25 maart. Dit advies geeft een waarschuwing indien er sprake is van onvoldoende studievoortgang, zodat de student nog de gelegenheid heeft zijn prestaties te verbeteren. Indien de faculteit inschat dat in redelijkheid niet is te verwachten dat de student vóór het einde van het eerste studiejaar het minimaal vereiste aantal EC’s zal behalen om de studie in het tweede jaar te kunnen voortzetten, wordt de student uitgenodigd voor een gesprek. Dit gesprek heeft tot doel het bespreken van de wijze van studeren, een heroverweging van de studiekeuze en een eventuele verwijzing naar een andere opleiding. 3. Het tweede advies wordt uitgebracht na de hertentamens van het tweede semester, doch vóór 31 juli. Het uitgebrachte studieadvies is a) positief, indien de student heeft voldaan aan alle eisen van de propedeuse; b) voorlopig positief, indien de student tenminste 45 EC heeft behaald; c) negatief indien de student minder dan 45 EC van het propedeutisch programma heeft behaald.

43


4. Studenten met een voorlopig positief studieadvies ontvangen ook in hun tweede studiejaar een schriftelijk studieadvies, en wel na de hertentamens van het tweede semester, doch vóór 31 juli. In dit advies wordt het voorlopig positief studieadvies omgezet in a) een positief studieadvies, indien de student heeft voldaan aan alle eisen van de propedeuse; b) een negatief studieadvies (BSA), indien de student niet heeft voldaan aan alle eisen van de propedeuse. 5. Bij het vaststellen van het aantal behaalde EC’s tellen alleen de EC’s van de propedeusevakken als bedoeld in Paragraaf 3. EC’s die zijn toegekend in het kader van vrijstellingen of als resultaat van behaalde deeltentamens worden wel meegeteld. 6. Studenten met een negatief studieadvies worden gedurende een periode van twee jaar uitgesloten van (her)inschrijving voor de opleiding(en) waarop het advies van toepassing is. Artikel 9.4 Toepasselijkheid negatief studieadvies 1. Een negatief studieadvies is bindend en van toepassing op alle profielen van de opleiding(en) waarvoor het is afgegeven. 2. Een negatief studieadvies voor de bacheloropleiding Accountancy en Controlling is ook van toepassing op: a) de bacheloropleiding Bedrijfseconomie b) de bacheloropleiding Fiscale Economie 3. Een negatief studieadvies voor de bacheloropleiding Bedrijfseconomie is ook van toepassing op: a) de bacheloropleiding Accountancy en Controlling b) de bacheloropleiding Economics and Business Economics c) de bacheloropleiding Fiscale Economie 4. Een negatief studieadvies voor de bacheloropleiding Bedrijfskunde is ook van toepassing op de bacheloropleiding International Business 5. Een negatief studieadvies voor de bacheloropleiding Economics and Business Economics is ook van toepassing op de bacheloropleiding Bedrijfseconomie 6. Een negatief studieadvies voor de bacheloropleiding Fiscale Economie is ook van toepassing op: a) de bacheloropleiding Accountancy en Controlling b) de bacheloropleiding Bedrijfseconomie 7. Een negatief studieadvies voor de bacheloropleiding International Business is ook van toepassing op de bacheloropleiding Bedrijfskunde. Artikel 9.5 Prodecure uitreiking studieadvies 1. De studieadviezen als bedoeld in artikel 9.3.3 en 9.3.4 worden namens het College van Bestuur uitgebracht door het Faculteitsbestuur.

44


2. Alvorens een negatief studieadvies wordt uitgebracht, wordt de student in de gelegenheid gesteld te worden gehoord door of namens het Faculteitsbestuur. Artikel 9.6 Afwijkingen van de regels voor het uitreiken van een studieadvies 1. Aan de student die een verzoek tot uitschrijving met ingang van 1 februari van het eerste jaar van inschrijving indient, wordt geen studieadvies als bedoeld in artikel 9.3.3 uitgebracht. Indien deze student zich in een volgend studiejaar opnieuw inschrijft, zal in dat studiejaar vorenbedoeld studieadvies aan hem worden uitgebracht. 2. Studenten die zich inschrijven tussen 1 september en 1 februari dienen aan het eind van het eerste studiejaar tenminste 45 EC behaald te hebben om in aanmerking te komen voor een voorlopig positief studieadvies. Voor het verkrijgen van een positief studieadvies dient uiterlijk aan het eind van het tweede studiejaar aan alle eisen van de propedeuse te zijn voldaan. 3. Studenten die zich inschrijven vanaf 1 februari en niet eerder in hetzelfde jaar als student stonden ingeschreven dienen aan het eind van het eerste studiejaar tenminste 20 EC behaald te hebben om in aanmerking te komen voor een voorlopig positief studieadvies. Voor het verkrijgen van een positief studieadvies dient uiterlijk aan het eind van het tweede studiejaar aan alle eisen van de propedeuse te zijn voldaan. 4. Propedeusestudenten die na 1 februari overstappen naar de propedeuse van een opleiding waarop een negatief studieadvies van de propedeuse van hun vorige inschrijving van toepassing is (zie artikel 9.4), dienen aan het eind van het eerste studiejaar tenminste 45 EC behaald te hebben om in aanmerking te komen voor een voorlopig positief studieadvies. Voor het verkrijgen van een positief studieadvies dient uiterlijk aan het eind van het tweede studiejaar aan alle eisen van de propedeuse te zijn voldaan. 5. Studenten die zich inschrijven voor twee (of meer) opleidingen, ontvangen een studieadvies voor elk van de opleidingen waarvoor ze zijn ingeschreven. Zodra een student bij één van de opleidingen aan de norm voor het verkrijgen van een positief of voorlopige positief studieadvies heeft voldaan, vervalt voor hem de verplichting om voor de andere opleiding(en) aan die norm te voldoen. 6. Aan studenten die de norm voor een (voorlopig) positief studieadvies niet hebben behaald, doch in hetzelfde jaar deze norm wél hebben behaald bij een opleiding van de RUG waarvoor deze OER niet geldt, wordt geen studieadvies als bedoeld in artikel 9.3 afgegeven. 7. Aan studenten die voor een WO-opleiding waarvoor deze OER niet geldt, reeds het propedeutisch examen hebben behaald dan wel de propedeutische fase hebben afgerond, wordt geen studieadvies als bedoeld in artikel 9.3 afgegeven. Artikel 9.7 Persoonlijke omstandigheden 1. In individuele gevallen kan het Faculteitsbestuur besluiten een student toe te staan volgens een afwijkend studiepad te voldoen aan de eisen voor een positief

45


2.

3.

4.

5.

6.

studieadvies. Dit studiepad dient in overleg met de studieadviseur te worden vastgesteld. Een beslissing van het Faculteitsbestuur als genoemd in lid 1 van dit artikel kan alleen gebaseerd zijn op persoonlijke omstandigheden of een erkende bestuursfunctie in het tweede jaar van inschrijving, en wordt alleen genomen indien de student blijk heeft gegeven van verantwoord studiegedrag. Uitsluitend persoonlijke omstandigheden die door de student na intreden zo spoedig als redelijkerwijs kan worden verlangd bij de studieadviseur zijn gemeld, worden door het Faculteitsbestuur betrokken in zijn afweging. Indien op grond van de omstandigheden als bedoeld in lid 1 van dit artikel wordt afgezien van het uitbrengen van een studieadvies, wordt aan de student aan het einde van diens volgende studiejaar een studieadvies als bedoeld in artikel 9.3.3 uitgebracht. Wat onder persoonlijke omstandigheden mag worden verstaan, wordt vastgesteld op basis van de Universitaire Regeling Bijzondere Omstandigheden, zoals gepubliceerd in het Handboek BSA van de RUG. Omstandigheden als bedoeld in het eerste lid leiden niet automatisch tot een succesvolle aanspraak op een uitkering uit het Profileringsfonds.

Artikel 9.8 Beroepsbepaling In het besluit tot een negatief studieadvies wordt melding gemaakt van de geldende rechtsbescherming.

46


Paragraaf 10. Overgangs- en slotbepalingen Artikel 10.1

Wijzigingen

1. Wijzigingen van deze regeling worden door het faculteitsbestuur na advies van de opleidingscommissie en na advies of, waar de WHW dit vereist, na instemming van de faculteitsraad, bij afzonderlijk besluit vastgesteld. 2. Een wijziging van deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij de belangen van de student daardoor redelijkerwijs niet worden geschaad. 3. Een wijziging kan voorts niet ten nadele van studenten van invloed zijn op: a) een toelating die krachtens een of meer bepalingen uit paragraaf 5 of paragraaf 8 is verleend. b) enige andere beslissing, die krachtens deze regeling is genomen ten aanzien van een individuele student. Artikel 10.2

Bekendmaking

1. Het faculteitsbestuur draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, van de Regels en Richtlijnen die door de Examencommissie zijn vastgesteld, alsmede van elke wijziging van deze stukken. 2. Elke belangstellende kan op het onderwijsbureau van de faculteit een exemplaar van de in het eerste lid bedoelde stukken verkrijgen. Artikel 10.3

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 september 2013. Met instemming van de faculteitsraad, d.d. 7 juni 2013. Aldus vastgesteld door het faculteitsbestuur op 11 juni 2013.

47


Bijlage 1.

Doel van de opleidingen

Bijlage 1.1 BSc Accountancy en Controlling De bacheloropleiding Accountancy en Controlling is een wetenschappelijke opleiding die na de gelijknamige masteropleiding A&C toegang geeft tot twee civiel rechtelijke – en wat de accountancyrichting betreft ook wettelijk - gereguleerde beroepsopleidingen, namelijk de postinitiële opleiding Controlling en de postinitiële opleiding Accountancy. Het doel van de bacheloropleiding A&C is om studenten op te leiden die zich uiteindelijk willen kwalificeren voor één van beide beroepsprofielen. Meer specifiek heeft het bachelorprogramma als doel om studenten niet alleen gespecialiseerde wetenschappelijke kennis van, inzicht in en vaardigheden op het gebied van accountancy en controlling bij te brengen, maar ook wetenschappelijke kennis en inzicht op het gebied van de bedrijfswetenschappen (bedrijfseconomie, bedrijfskunde en algemene economie) aan te reiken. Binnen de bedrijfswetenschappen ligt het accent op de gebieden organisatie en management, algemene economie, financiering en bestuurlijke informatiekunde. Voor wat betreft het domein accountancy en controlling richt de opleiding zich op de vakgebieden internal control, financial accounting, belastingrecht en recht (inzake de onderneming), auditing, management accounting en financiële administratie & boekhouden. Ook wordt in de opleiding aandacht besteed aan voor de opleiding relevante wetenschappelijke methoden en technieken. Tenslotte leren studenten over de uitkomsten van de analyse, diagnose en oplossing van accountancy- en controllingvraagstukken zowel schriftelijk als mondeling adequaat te communiceren. Om deze doelen te bereiken heeft de opleiding het onderwijs vormgegeven aan de hand van generieke eindtermen die nader zijn uitgewerkt in meer specifieke eindtermen. A

Inhoudelijke eindtermen

De afgestudeerde bachelor beschikt over gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in de domeinen van de bedrijfswetenschappen (bedrijfseconomie, bedrijfskunde en algemene economie) en accountancy en controlling en is in staat deze op een zodanige wijze toe te passen dat dit een professionele benadering van het werk of beroep mogelijk maakt. Kennis en inzicht bestaan eruit dat de afgestudeerde bachelor de belangrijkste theorieën, modellen en kaders binnen de domeinen kent en begrijpt en kan toepassen bij het analyseren van bedrijfssituaties en bij het oplossen van enigszins complexe vraagstukken. Binnen het bedrijfswetenschappelijke subdomein heeft de afgestudeerde gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.1 Financiering A.2 Algemene Economie A.3 Organisatie en Management A.4 Bestuurlijke informatiekunde

48


De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden te gebruiken voor het oplossen van bedrijfswetenschappelijke vraagstukken. Binnen het subdomein van de Accountancy en Controlling heeft de afgestudeerde diepgaande wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.5 Belastingrecht en Recht (inzake de onderneming) A.6 Financial Accounting A.7 Management Accounting A.8 Financiële administratie & boekhouden A.9 Internal control en Auditing De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden toe te passen, voor zover dat relevant is voor accountancy- en controllingvraagstukken. In de vakgebieden die ondersteunend zijn aan de domeinen bedrijfswetenschappen en accountancy en controlling, heeft de afgestudeerde basiskennis van en inzicht in: A.10 Wiskunde A.11 Statistiek A.12 ICT De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden te gebruiken om op de desbetreffende ondersteunende vakgebieden simpele vraagstukken op te lossen. B

Academische eindtermen

De afgestudeerde bachelor beschikt over kennis van en inzicht in wetenschappelijke methoden en technieken en over academische vaardigheden en een academische attitude, zodanig dat de afgestudeerde het (financieel) functioneren van organisaties kan beoordelen, in staat is praktijkproblemen op te lossen en kan bijdragen aan het goed (financieel) functioneren van organisaties. De afgestudeerde bachelor heeft een open houding ten aanzien van verschillende wetenschappelijke disciplines die vanuit hun specifieke invalshoek accenten leggen in de benadering van vraagstukken binnen het domein van de bedrijfswetenschappen en dat van accountancy en controlling. B.1

B.2

B.3

B.4

De afgestudeerde is in staat, binnen de kaders van de bedrijfswetenschappelijke en accountancy en controlling domeinen wetenschappelijke informatie zoals wetenschappelijke theorieën of een wetenschappelijk betoog kritisch op waarde te schatten. De afgestudeerde is in staat relevante gegevens te verzamelen, te analyseren, te interpreteren en te synthetiseren, met als doel een oordeel te vormen, een argumentatie op te zetten, een passende oplossing te ontwerpen en/of een advies te geven. De afgestudeerde is in staat om wetenschappelijke methoden en technieken, informatie- en analysetechnieken op het juiste moment en in de juiste context toe te passen en routinematig onderzoek op te zetten en uit te voeren. De afgestudeerde toont een onderzoekende attitude en interesse in het accountancy - en controllingvakgebied en relevante aanpalende vakgebieden.

49


B.5

De afgestudeerde is in staat vanuit een ethische invalshoek te reflecteren op wetenschappelijke inzichten, alsmede op het (financieel) functioneren van organisaties en de maatschappij.

C

Sociaal communicatieve eindtermen

De afgestudeerde bachelor beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden die nodig zijn om zelfstandig en in teamverband te kunnen bijdragen aan het (financieel) goed functioneren van organisaties. C.1

C.2 C.3

D

De afgestudeerde beschikt over sociaal communicatieve en planningsvaardigheden waarmee hij in staat is om relevante informatie op een logische, overtuigende en heldere manier te verwoorden, zowel in schrift als mondeling. De afgestudeerde is in staat zelfstandig, maar ook in teamverband, oplossingsgericht en planmatig te werken. De afgestudeerde kan kritisch reflecteren op eigen en andermans werk om daar waar nodig is bij te sturen en feedback te geven. Studievaardigheden en beroepenoriëntatie

De afgestudeerde bachelor bezit de vaardigheden om te leren en te studeren (leren leren) en de vaardigheden om te kiezen (leren kiezen) die noodzakelijk zijn om het eigen leerproces te sturen en om gefundeerde keuzes te maken voor verdieping, verbreding en vervolgstudie. De afgestudeerde bachelor beschikt tevens over leervaardigheden die nodig zijn om de bacheloropleiding binnen een redelijke termijn af te ronden en om een vervolgstudie te doen, waarin een hoger niveau van autonomie wordt gevraagd. D.1

D.2

De afgestudeerde beschikt over de noodzakelijke leer- en studievaardigheden om te kunnen reflecteren op het eigen leerproces (denken en werken) en om een vervolgstudie te doen waarin een hoger niveau van autonomie wordt gevraagd. De afgestudeerde beschikt over zelfinzicht, inzicht in het beroepsperspectief en inzicht in de mogelijkheden tot verdieping en/of verbreding en is daardoor in staat een beargumenteerde keuze te maken voor verdiepende of verbredende vakken in zijn bacheloropleiding en voor vervolgstappen na de bacheloropleiding.

Bijlage 1.2 BSc Bedrijfseconomie De bacheloropleiding Bedrijfseconomie (BE) is een wetenschappelijke opleiding die zich bezighoudt met het economisch functioneren van organisaties. Deze opleiding biedt een academische vorming tot bedrijfseconoom, waarin naast het verwerven van gedegen wetenschappelijke kennis en inzicht op het bedrijfseconomische subdomein ook aandacht wordt besteed aan basiskennis op het algemeen economisch subdomein. Binnen het bedrijfseconomische gebied ligt het accent op onderwerpen als organisatiekunde, marketing, financiering en accounting. Onderwerpen die binnen het algemeen economisch subdomein aan de orde komen

50


zijn bijvoorbeeld micro-economie en macro-economie. Door deze combinatie van bedrijfseconomie en algemene economie, leren studenten het functioneren van organisaties zowel op een analytische, micro-economische wijze te benaderen, als in een macro en internationaal economische context te plaatsen. Daarnaast wordt aandacht besteed aan recht en ICT. Om extra diepgang betreffende de oorspronkelijke bedrijfseconomische basisdisciplines te kunnen bereiken, besteedt de opleiding veel aandacht aan ondersteunende gebieden zoals wiskunde en statistiek. Tevens wordt ruim aandacht besteed aan het ontwikkelen van academische vaardigheden en een academische attitude en worden sociaalcommunicatieve vaardigheden aangeleerd. De opleiding biedt studenten daarnaast de mogelijkheid zich internationaal te oriënteren. Daartoe bevat het programma een onderdeel Engels. Tevens worden diverse vakken in het Engels verzorgd. Bij die vakken zitten ook diverse exchange studenten. Door deze aandacht voor de Engelse taal kunnen studenten ook een Engelstalige master volgen. Studenten verbreden zich via een minor in een ander domein dan het economische of kiezen een minor die bedrijfseconomische verdieping aanbrengt. De minor kan ook in het buitenland worden gedaan. Om deze doelen te bereiken heeft de opleiding het onderwijs vormgegeven aan de hand van generieke eindtermen die nader zijn uitgewerkt in meer specifieke eindtermen. A


De afgestudeerde bachelor beschikt over gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in het bedrijfseconomisch subdomein en is in staat deze op een zodanige wijze toe te passen dat dit een professionele benadering van het werk weerspiegelt. Hij17 beschikt over basiskennis van en inzicht in het algemeen economisch subdomein en vakgebieden die ondersteunend zijn aan het bedrijfseconomisch subdomein. Hij is in staat de kennis en het inzicht op beide subdomeinen te gebruiken om relatief eenvoudige vraagstukken op te lossen. Bovendien beschikt de afgestudeerde bachelor, afhankelijk van de aard van de gevolgde minor, over samenhangende basiskennis van en inzicht in een domein dat afwijkt van het bedrijfseconomisch en algemeen economisch subdomein, dan wel over verdiepende kennis van het economisch domein, en is in staat deze toe te passen. Binnen het bedrijfseconomisch subdomein heeft de afgestudeerde gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in de basisdisciplines: A.1 Organisatiekunde A.2 Marketing A.3 Financiering A.4 Accounting en boekhouden

17

Daar waar hij staat, dient ook zij gelezen te worden.

51


De afgestudeerde is in staat zijn kennis en inzicht op deze basisdisciplines te gebruiken voor het oplossen van bedrijfseconomische vraagstukken. Binnen het bedrijfseconomisch subdomein heeft de afgestudeerde gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in onderdelen die: A.5 bedrijfseconomische verbreding aanbrengen A.6 bedrijfseconomische verdieping aanbrengen De afgestudeerde is in staat zijn kennis en inzicht op deze onderdelen te gebruiken voor het oplossen van bedrijfseconomische vraagstukken. Binnen het algemeen economisch subdomein heeft de afgestudeerde basiskennis van en inzicht in de gebieden: A.7 Micro-economie A.8 Macro-economie De afgestudeerde is in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden toe te passen, voor zover dat relevant is voor bedrijfseconomische vraagstukken. In de vakgebieden die ondersteunend zijn aan het bedrijfseconomisch subdomein, heeft de afgestudeerde basiskennis van en inzicht in: A.9 Wiskunde A.10 Statistiek A.11 Recht De afgestudeerde is in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden te gebruiken om op de desbetreffende ondersteunende vakgebieden relatief eenvoudige vraagstukken op te lossen en om deze te gebruiken bij het oplossen van bedrijfseconomische vraagstukken. De afgestudeerde heeft kennis van en inzicht in: A.12 Ict A.13 Engels De afgestudeerde is in staat zijn kennis en inzicht op deze onderwerpen daar waar nodig te gebruiken om de eindtermen van de opleiding te realiseren. A.14

Door het afronden van een minor beschikt de afgestudeerde bachelor, afhankelijk van de aard van de gevolgde minor, over samenhangende basiskennis van en inzicht in een domein dat afwijkt van het bedrijfseconomisch en algemeen economisch subdomein, dan wel over verdiepende kennis van het economisch domein, en is in staat deze toe te passen.

B


De afgestudeerde bachelor beschikt over kennis van en inzicht in wetenschappelijke methoden en technieken en over academische vaardigheden en een academische attitude, zodanig dat de afgestudeerde het (economisch) functioneren van organisaties kan beoordelen en kan bijdragen aan het goed (economisch) functioneren van organisaties. De afgestudeerde bachelor heeft een

52


open houding ten aanzien van verschillende wetenschappelijke disciplines die vanuit hun specifieke invalshoek accenten leggen in de benadering van vraagstukken binnen het domein van bedrijfseconomie. B.1

B.2

B.3

B.4 B.5

C

De afgestudeerde is in staat, binnen de kaders van het bedrijfseconomisch subdomein, wetenschappelijke informatie zoals wetenschappelijke theorieën of een wetenschappelijk betoog kritisch op waarde te schatten. De afgestudeerde is in staat relevante gegevens en informatie te verzamelen, te analyseren, te interpreteren en te synthetiseren, met als doel om op een professionele wijze een oordeel te vormen, een argumentatie op te zetten en/of een advies te geven. De afgestudeerde is in staat om wetenschappelijke methoden & technieken, informatie- en analysetechnieken op het juiste moment en in de juiste context toe te passen en onderzoek met een routinematig karakter op te zetten en uit te voeren. De afgestudeerde toont een onderzoekende attitude en interesse in het bedrijfseconomisch subdomein en relevante aanpalende (sub)domeinen. De afgestudeerde is in staat vanuit een ethische invalshoek te reflecteren op wetenschappelijke inzichten, alsmede op het functioneren van organisaties en de maatschappij. Sociaal communicatieve eindtermen

De afgestudeerde bachelor beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden die nodig zijn om zelfstandig en in teamverband te kunnen bijdragen aan het (economisch) goed functioneren van organisaties. C.1

C.2 C.3

D

De afgestudeerde beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden waarmee hij in staat is om relevante informatie op een logische, overtuigende en heldere manier te verwoorden, zowel in schrift als mondeling en zowel voor een publiek bestaande uit specialisten als niet-specialisten. De afgestudeerde is in staat zelfstandig, maar ook in teamverband, oplossingsgericht en planmatig te werken. De afgestudeerde kan kritisch reflecteren op eigen en andermans werk om daar waar nodig is bij te sturen en feedback te geven. Studievaardigheden en beroepenoriëntatie

De afgestudeerde bachelor bezit de vaardigheden om te leren en te studeren (leren leren) en de vaardigheden om te kiezen (leren kiezen) die noodzakelijk zijn om het eigen leerproces te sturen en om gefundeerde keuzes te maken voor verdieping, verbreding en vervolgstudie. De afgestudeerde bachelor beschikt tevens over leervaardigheden die nodig zijn om de bacheloropleiding binnen een redelijke termijn af te ronden en die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie te doen waarin een hoger niveau van autonomie wordt gevraagd. D.1

De afgestudeerde beschikt over de noodzakelijke leer- en studievaardigheden om te kunnen reflecteren op het eigen leerproces (denken en werken) en om

53


D.2

een vervolgstudie te doen waarin een hoger niveau van autonomie wordt gevraagd. De afgestudeerde beschikt over zelfinzicht, inzicht in het beroepsperspectief en inzicht in de mogelijkheden tot verdieping en/of verbreding en is daardoor in staat een beargumenteerde keuze te maken voor verdiepende of verbredende vakken in zijn bacheloropleiding en voor vervolgstappen na de bacheloropleiding.

Bijlage 1.3 BSc Bedrijfskunde De Bacheloropleiding Bedrijfskunde heeft als doel studenten op te leiden die in staat zijn om op een systematische wijze organisaties en processen te analyseren en te verbeteren. De afgestudeerde bachelor beschikt daartoe over kennis van de bedrijfswetenschappelijke disciplines en de belangrijkste functionele gebieden zoals Marketing, Finance & Accounting, Operations Management en Human Resource Management. De afgestudeerde is in staat deze kennis op een methodisch verantwoorde manier toe te passen bij het doorgronden en oplossen van organisatievraagstukken. De afgestudeerde bachelor is een bedrijfskundige professional die beschikt over een wetenschappelijke houding en die probleem- en oplossingsgericht werkt. De afgestudeerde bachelor beschikt daartoe over academische en sociaal communicatieve vaardigheden, heeft brede kennis van methoden en technieken van onderzoek en kan deze kennis verantwoord inzetten bij onderzoeks- en ontwerpvraagstukken. De afgestudeerde bachelor Bedrijfskunde heeft zich gespecialiseerd in Accountancy & Controlling, Business & Management, of Technology Management, waardoor een verdieping van kennis en onderzoeksvaardigheden in een herkenbaar deelgebied van de bedrijfskunde plaats heeft gevonden. Daarnaast is de afgestudeerde in staat zich door een keuze voor een minor of een studie in het buitenland te profileren. De afgestudeerde bachelor Bedrijfskunde heeft toegang tot een breed scala aan nationale en internationale gespecialiseerde masteropleidingen in het bedrijfskundige domein en tot startersposities op de arbeidsmarkt bij de overheid en in het bedrijfsleven. Bovendien heeft hij/zij voldoende inzicht in deze mogelijkheden om daaruit voor zichzelf/haarzelf een passende keuze te maken. A

Disciplinair-inhoudelijke eindtermen

De afgestudeerde bachelor beschikt over gedegen wetenschappelijke kennis van theorieën, modellen en methoden uit de belangrijkste basisdisciplines en functionele gebieden van de Bedrijfskunde en is in staat te bepalen met welke combinatie van theorieën en methoden organisatievraagstukken beschreven, geanalyseerd en opgelost kunnen worden. De afgestudeerde bachelor heeft daartoe kennis van en inzicht in de volgende gebieden: A.1 Organisatiekunde & Human Resource Management A.2 (Global) Operations Management & Informatie management A.3 Finance & Accounting A.4 Marketing & International Business

54


A.5 A.6

Strategie, Innovatie & Verandering Recht & Corporate Responsibility

De afgestudeerde bachelor A.7 is op de hoogte van modellen en theorieën in het bedrijfskundig vakgebied. A.8 kan inzichten uit de kerngebieden integreren bij het analyseren van organisatievraagstukken. A.9 is in staat om resultaten van wetenschappelijk onderzoek te interpreteren en daaruit kennis te ontlenen voor het oplossen van bedrijfskundige problemen. B


De afgestudeerde bachelor heeft kennis van de belangrijkste methoden voor bedrijfskundig onderzoek en kan deze ook toepassen. Hij is in staat om een op de situatie toegepast onderzoek op te zetten en uit te voeren. Hierbij kan hij/zij de verschillende stappen van de ontwerpcyclus toepassen en op basis daarvan een organisatieadvies geven. Voorts beschikt de afgestudeerde over een kritische, onderzoekende en reflecterende houding, kan eigen werk en dat van anderen kritisch beoordelen en is in staat om verantwoording af te leggen over gebruikte theorieën, modellen en methoden. De afgestudeerde bachelor kan verder logisch en analytisch nadenken en is in staat om hoofd- en bijzaken van elkaar te onderscheiden. De afgestudeerde staat open voor nieuwe inzichten. B.1 B.2 B.3 B.4

C

De afgestudeerde bachelor is in staat tot het beschrijven, diagnosticeren en herontwerpen van (delen van) organisaties. De afgestudeerde bachelor is in staat om onderzoek binnen het bedrijfskundig domein kritisch te beoordelen. De afgestudeerde Bachelor is in staat om op een methodologisch verantwoorde wijze onder begeleiding wetenschappelijk onderzoek te doen. De afgestudeerde bachelor toont een onderzoekende attitude en is in staat om te reflecteren op wetenschappelijke inzichten om van daaruit het eigen handelen en leerproces vorm en inhoud te geven. Sociaal-communicatieve eindtermen

De afgestudeerde is in staat om effectief samen te werken en te communiceren. De afgestudeerde bachelor beschikt daartoe over een mix van academische, professionele en sociaal communicatieve vaardigheden en is in staat om te reflecteren op het eigen gedrag waardoor hij/zij in staat is om op een professionele wijze te participeren in organisatie(veranderings)¬processen.. De afgestudeerde bachelor beschikt over de volgende vaardigheden: C.1 Adviesvaardigheden, waaronder vragen stellen, luisteren en argumenteren. C.2 Projectmanagementvaardigheden, waaronder leiding geven, plannen, doelgericht samenwerken en voortgang bewaken. C.2 Presentatievaardigheden, waaronder wetenschappelijk schrijven en presenteren.

55


D

Studievaardigheden en beroepsoriëntatie

De afgestudeerde bachelor bezit de vaardigheden om te leren en te studeren (leren leren). In het verlengde hiervan is de afgestudeerde in staat om het eigen leerproces vorm en inhoud te geven en om gefundeerde keuzes te maken voor wat betreft verdieping, verbreding en het volgen van een vervolgstudie. De afgestudeerde bachelor beschikt tevens over leervaardigheden die nodig zijn om de bacheloropleiding binnen een redelijke termijn af te ronden en om een vervolgstudie te doen, waarin een hoger niveau van autonomie wordt gevraagd De afgestudeerde is in staat om: D.1 het eigen leerproces (denken en werken) te sturen. D.2 een beargumenteerde keuze te maken voor vakken en richtingen binnen en na de bacheloropleiding. Bijlage 1.4 Econometrics and Operations Research Voor de eindtermen van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research wordt verwezen naar bijlage 1.4 van de Engelstalige versie van deze OER.

Bijlage 1.5 BSc Economics and Business Economics Voor de eindtermen van de bacheloropleiding Economics and Business Economics wordt verwezen naar bijlage 1.5 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.6 BSc Fiscale Economie Fiscaal economen houden zich bezig met de invloed van belastingheffing op het handelen van natuurlijke personen en rechtspersonen, zowel vanuit het perspectief van die personen als van dat van de overheid. De bacheloropleiding Fiscale Economie (BSc FE) richt zich op het doen verwerven van gedegen wetenschappelijke kennis, niet alleen op het gebied van de belastingheffing, maar ook op dat van de algemene economie (met nadruk op de welvaartstheoretische aspecten en de openbare financiën) en bedrijfseconomie (met nadruk op fiscaal comptabele verantwoording, accounting en financiering). Ter ondersteuning worden daarnaast wiskunde, statistiek, financiële rekenkunde, vermogensrecht, bestuursrecht, ondernemingsrecht en erfrecht gegeven. Doel is studenten te leren hoe belastingheffing het gedrag van natuurlijke personen en organisaties beïnvloedt, alsmede op welke wijze een efficiënte en effectieve belastingwetgeving kan worden vormgegeven. Door globalisering en europeanisering wordt de belastingwetgeving in toenemende mate beïnvloed door internationale en Europese regelgeving. Hier wordt in de opleiding dan ook nadrukkelijk aandacht aan besteed. De bacheloropleiding Fiscale Economie is een beroepsgerichte opleiding en van de fiscaal econoom (afgestudeerde bachelor) wordt verwacht dat hij in staat is praktijkproblemen van fiscale aard op te lossen. Daarbij is ruim aandacht voor de problematiek van organisaties, in de bachelorfase met name die in het middenen kleinbedrijf (MKB). Voor het aankweken van een wetenschappelijke attitude is

56


daarnaast volop aandacht voor wetssystematiek en wijze van rechtsvinding en methoden van economisch onderzoek. Om deze doelen te bereiken heeft de opleiding het onderwijs vormgegeven aan de hand van generieke eindtermen die nader zijn uitgewerkt in meer specifieke eindtermen. A


De afgestudeerde bachelor beschikt over gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in de domeinen van het belastingrecht, de algemene economie en de bedrijfseconomie en is in staat deze op een zodanige wijze toe te passen dat dit een professionele benadering van het werk of beroep weerspiegelt. Kennis en inzicht bestaat eruit dat de afgestudeerde bachelor de belangrijkste theorieën, modellen en kaders binnen de domeinen begrijpt en kan toepassen bij het analyseren van bedrijfssituaties en wetgeving. Tevens kan de afgestudeerde bachelor enigszins complexe fiscale vraagstukken oplossen betreffende natuurlijke personen en middenen kleinbedrijf. Bovendien beschikt de afgestudeerde bachelor over samenhangende basiskennis van en inzicht in de subdomeinen die het fiscaal economische subdomein ondersteunen en is hij of zij in staat deze toe te passen. Binnen het bedrijfseconomisch subdomein heeft de afgestudeerde gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.1 Organisatiekunde A.2 Marketing A.3 Financiering A.4 Accounting en Boekhouden De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden te gebruiken voor het oplossen van fiscale vraagstukken. Binnen het algemeen economisch subdomein heeft de afgestudeerde gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.5 Micro-economie A.6 Macro-economie De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden te gebruiken voor het oplossen van fiscale vraagstukken. Binnen het subdomein van het belastingrecht heeft de afgestudeerde gedegen wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.7 Nationaal belastingrecht A.8 Internationaal belastingrecht A.9 Europees belastingrecht A.10 Fiscaal Comptabele verantwoording De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden toe te passen, bij het oplossen van fiscale vraagstukken.

57


In de vakgebieden die ondersteunend zijn aan het fiscale domein, heeft de afgestudeerde basiskennis van en inzicht in: A.11 Wiskunde A.12 Statistiek A.13 Financiële rekenkunde A.14 Recht (ondernemingsrecht en vermogensrecht) De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden te gebruiken om op de desbetreffende ondersteunende vakgebieden relatief eenvoudige vraagstukken op te lossen en om deze te gebruiken bij het oplossen van fiscale vraagstukken. B


De afgestudeerde bachelor beschikt over kennis van en inzicht in wetenschappelijke methoden en technieken en over academische vaardigheden en een academische attitude, zodanig dat de afgestudeerde fiscale regelgeving en het fiscaal functioneren van organisaties in met name het middenen kleinbedrijf en van natuurlijke personen kan beoordelen, in staat is praktijkproblemen op te lossen en kan bijdragen aan het goed fiscaal functioneren van dit type organisaties en personen. De afgestudeerde bachelor heeft een open houding ten aanzien van verschillende wetenschappelijke disciplines die vanuit hun specifieke invalshoek accenten leggen in de benadering van vraagstukken binnen het domein van de fiscale economie. B.1

B.2

B.3

B.4 B.5

C

De afgestudeerde is in staat binnen de kaders van het fiscaal economische domein wetenschappelijke informatie zoals wetenschappelijke theorieën of een wetenschappelijk betoog kritisch op waarde te schatten. De afgestudeerde is in staat relevante gegevens en informatie te verzamelen, te analyseren, te interpreteren en te synthetiseren, met als doel een oordeel te vormen, een argumentatie op te zetten en/of een passende oplossing te ontwerpen. De afgestudeerde is in staat om wetenschappelijke methoden & technieken, informatie- en analysetechnieken op het juiste moment en in de juiste context toe te passen en routinematig onderzoek op te zetten en uit te voeren. De afgestudeerde toont een onderzoekende attitude en interesse in het fiscaal economisch vakgebied en relevante aanpalende vakgebieden. De afgestudeerde is in staat vanuit een ethische invalshoek te reflecteren op wetenschappelijke inzichten, regelgeving, alsmede op het fiscaal economisch functioneren van organisaties, in het bijzonder in het middenen kleinbedrijf. Sociaal communicatieve eindtermen

De afgestudeerde bachelor beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden die nodig zijn om zelfstandig en in teamverband te kunnen bijdragen aan het uitvoeren van onderzoek en het oplossen van fiscale problemen ten behoeve van het fiscaal goed laten functioneren van organisaties, met name in het MKB. C.1

58

De afgestudeerde beschikt over sociaal communicatieve en planningsvaardigheden waarmee hij in staat is om relevante informatie op


C.2 C.3

D

een logische, overtuigende en heldere manier te verwoorden, zowel in schrift als mondeling. De afgestudeerde is in staat zelfstandig, maar ook in teamverband, oplossingsgericht en planmatig te werken. De afgestudeerde kan kritisch reflecteren op eigen en andermans werk om daar waar nodig is bij te sturen en feedback te geven. Studievaardigheden en beroepenoriëntatie

De afgestudeerde bachelor bezit de vaardigheden om te leren en te studeren (leren leren) en de vaardigheden om te kiezen (leren kiezen) die noodzakelijk zijn om het eigen leerproces te sturen en om gefundeerde keuzes te maken voor verdieping, verbreding en vervolgactiviteiten na de bachelorstudie. De afgestudeerde bachelor beschikt tevens over leervaardigheden die nodig zijn om de bacheloropleiding binnen een redelijke termijn af te ronden en die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie te doen, waarin een hoger niveau van autonomie wordt gevraagd. D.1

D.2

De afgestudeerde beschikt over de noodzakelijke leer- en studievaardigheden om te kunnen reflecteren op het eigen leerproces (denken en werken) en om een vervolgstudie te doen waarin een hoger niveau van autonomie wordt gevraagd. De afgestudeerde beschikt over zelfinzicht, inzicht in het beroepsperspectief en inzicht in de mogelijkheden tot verdieping en/of verbreding en is daardoor in staat een beargumenteerde keuze te maken voor verdiepende of verbredende vakken in zijn bacheloropleiding en voor vervolgstappen na de bacheloropleiding.

Bijlage 1.7 BSc International Business Voor de eindtermen van de bacheloropleiding International Business wordt verwezen naar bijlage 1.7 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.8 BSc Technologiemanagement Het doel van de bacheloropleiding Technologiemanagement is om studenten op te leiden die in staat zijn een complex bedrijfsprobleem waar techniek een belangrijke rol speelt te analyseren, in teamverband op te lossen en oplossingen te ontwikkelen. Hiervoor dient de student te beschikken over wetenschappelijke kennis en vaardigheden op het gebied van bedrijfskunde en technologie, en over een academische attitude. Om deze doelen te bereiken heeft de opleiding het onderwijs vormgegeven aan de hand van generieke eindtermen die nader zijn uitgewerkt in meer specifieke eindtermen. A.

Onderzoeksmethodologie & basiswetenschappen

De afgestudeerde is in staat ontwerpgericht wetenschappelijk onderzoek te verrichten en beschikt over de daarvoor benodigde kennis en vaardigheden vanuit de basiswetenschappen.

59


A.1

A.2

B.

De afgestudeerde heeft kennis en vaardigheden op het gebied van basiswetenschappen als Wiskunde, Operations Research, Programmeren en Statistiek. De afgestudeerde is in staat ontwerpgericht wetenschappelijk onderzoek te verrichten. Bedrijfswetenschappen

De afgestudeerde heeft kennis en inzicht in de bedrijfskundige disciplines en beschikt over vaardigheid om de rol van technologie en organisatie rondom het primaire proces te herontwerpen. Context: De afgestudeerde heeft kennis en inzicht in bedrijfskundige disciplines die een belangrijke contextrol kunnen spelen in de beroepspraktijk van de technologiemanager. Deze disciplines betreffen: B.1 organizational behaviour B.2 marketing B.3 organisatiekunde (incl. systeemleer) B.4 bedrijfseconomie B.5 bedrijfsrecht Kern: De afgestudeerde heeft kennis, inzicht en vaardigheid in de bedrijfskundige disciplines die zich richten op het primaire proces. Deze disciplines betreffen: B.6 inrichting, besturing en verbetering van voortbrengingsprocessen, zowel binnen bedrijven (operations) als over bedrijven heen (supply chains) B.7 organisatie van daaraan gerelateerde financiële processen B.8 arbeidsorganisatie B.9 innovatiemanagement B.10 informatiemanagement B.11

Integratie: De afgestudeerde beschikt over vaardigheid om de rol van technologie en organisatie in het primaire proces te herontwerpen.

C.

Technische wetenschappen

De afgestudeerde is vertrouwd met door ingenieurs gebruikte technische denkkaders en ontwerpprincipes. C.1

De afgestudeerde is op inleidend niveau geïnformeerd over het begrippenkader en de methoden die ingenieurs gebruiken op technologisch gebied.

De afgestudeerde is vertrouwd met ontwerpprincipes in één van de volgende technische gebieden: C.2 discrete technologie C.3 informatietechnologie

60


C.4

procestechnologie

D.

Communicatieve/managementvaardigheden

De afgestudeerde beschikt over communicatieve en managementvaardigheden en kan samenwerken in teamverband. D.1

D.2

E.

De afgestudeerde beschikt over essentiële communicatieve managementvaardigheden, zoals effectieve mondelinge en schriftelijke communicatie, effectief plannen, ethisch handelen, kunnen luisteren, onderhandelen en overtuigen. De afgestudeerde is geoefend in het samenwerken in teamverband en kan bijdragen aan teamvorming. Academische attitude

De afgestudeerde beschikt over een voor een academische beroepsuitoefening benodigde grondhouding. E.1 E.2 E.3

De afgestudeerde heeft de attitude om te blijven leren. De afgestudeerde heeft een open, maar tegelijk kritische houding ten opzichte van nieuwe ideeën en ontwikkelingen. De afgestudeerde heeft de attitude om mensen positief te benaderen.

61


Bijlage 2.

Propedeutische fase van de opleidingen

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. Bijlage 2.1 Propedeuse BSc Bedrijfskunde De propedeutische fase van de bacheloropleiding Bedrijfskunde omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

BSc Bedrijfskunde/Bdk 1 basisprogramma BSc Bdk

vaknaam Management Science Marketing BDK Organisatie en technologie BDK Gedrag in organisaties Statistiek BDK Supply Chain Operations Academic Skills I Financial Accounting BDK Informatiemanagement BDK Academic Skills II Management Accounting BDK Organisatie en omgeving

vakcode EBP025A05 EBP027A05 EBP618B05 EBP607A05 EBP624B05 EBP029A05 EBP021A05 EBP023A05 EBP024A05 EBP022A05 EBP026A05 EBP028A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K V V V V V V V V V V V V

taal NL NL NL NL NL NL NL NL NL NL NL NL

Propedeuse BSc Econometrics and Operations Research Bijlage 2.2 De propedeutische fase van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1

62

BSc Econometrics and Operations Research/EOR 1 basisprogramma BSc EOR

vaknaam Finance for EOR Mathematics I for EOR Microeconomics for EOR Mathematics II for EOR OR Modelling Probability Theory for EOR Multivariate Calculus

vakcode EBP801B05 EBP011B05 EBP841B05 EBP012B05 EBP821B05 EBP014B05 EBP013B05

EC 5 5 5 5 5 5 5

V/K V V V V V V V

taal EN EN EN EN EN EN EN


2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

Probability Distributions Programming for EOR Estimation and Testing Linear Algebra for EOR Statistical Modelling for EOR

EBP038A05 EBP039A05 EBP036A05 EBP037A05 EBP008B05

5 5 5 5 5

V V V V V

EN EN EN EN EN

Bijlage 2.3 Propedeuse BSc Economics and Business Economics De propedeutische fase van de bacheloropleiding Economics and Business Economics omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.1 2.2 2.2

BSc Economics and Business Economics/E&BE 1 basisprogramma BSc E&BE

vaknaam International Business for E&BE Mathematics for E&BE Microeconomics for E&BE: Consumers&Firms Financial Accounting for E&BE Macroeconomics for E&BE Mathematics and Data Analysis for E&BE English for E&BE Research Paper for E&BE Marketing for E&BE Statistics for E&BE Asset Pricing and Capital Budgeting International Economics for E&BE

vakcode EBP808C05 EBP817B05 EBP819B05

EC 5 5 5

V/K V V V

taal EN EN EN

EBP802B05 EBP812B05 EBP034A05 EBP837B05 EBP035A05 EBP033A05 EBP822B05 EBP032A05 EBP810B05

5 5 5 5 5 5 5 5 5

V V V V V V V V V

EN EN EN EN EN EN EN EN EN

Bijlage 2.4 Propedeuse BSc International Business De propedeutische fase van de bacheloropleiding International Business omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 1.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1

BSc International Business/IB 1

vaknaam English for IB Introduction to International Business Global Supply Chain Management Organizational Structure Financial Accounting for IB Organizational Behaviour for IB Economics for IB

vakcode EBP665C05 EBP003A05 EBP018A05 EBP670C05 EBP030A05 EBP654D05 EBP660C05

EC 5 5 5 5 5 5 5

V/K V V V V V V V


63


2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

64

International Marketing for IB Statistics I for IB International Business Environment Management Accounting for IB Research Methodology for IB

EBP661C05 EBP657C05 EBP031A05 EBP017B05 EBP662C05

5 5 5 5 5

V V V V V

EN EN EN EN EN


Bijlage 3.

Praktische oefeningen propedeuse

Er zijn geen propedeutische onderdelen met een praktische oefening die voorwaarde is voor toelating tot het tentamen.

65


Bijlage 4.

Postpropedeutische fase van de opleidingen

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. Bijlage 4.1 Postpropedeuse BSc Accountancy en Controlling Van de postpropedeutische fase van de bacheloropleiding-in-afbouw Accountancy en Controlling wordt in 2013-2014 alleen nog het tweede jaar (= het 3e studiejaar) aangeboden. Studenten die het eerste jaar van de postpropedeuse nog niet hebben afgerond, worden verwezen naar de substitutieregeling in bijlage 10.2. Het tweede jaar van de postpropedeuse omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 1.1-2 1.1 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.2

BSc Accountancy & Controlling/A&C 3

vaknaam Financial Accounting II BE/A&C Internal Control: Grondslagen Ondernemingsrecht A&C/FE Voortgezet boekhouden Bachelorafstudeerwerkstuk A&C Spec. Course OMC: Management Acc. Theoretische inleid. Auditing & Control Business & ICT A&C

vakcode EBB915A10 EBB918A10 EBB901B05 EBB807A05 EBB924A10 EBB884A10 EBB943A05 EBB801A05

EC 10 10 5 5 10 10 5 5

V/K V V V V V V V V

taal NL NL NL NL NL EN NL NL

Bijlage 4.2 Postpropedeuse BSc Bedrijfseconomie Van de postpropedeutische fase van de bacheloropleiding-in-afbouw Bedrijfseconomie wordt in 2013-2014 alleen nog het tweede jaar (= het 3e studiejaar) aangeboden. Studenten die het eerste jaar van de postpropedeuse nog niet hebben afgerond, worden verwezen naar de substitutieregeling in bijlage 10.3. Het tweede jaar van de postpropedeuse omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1-2 1.1-2 2.1-2

66

BSc Bedrijfseconomie/BE 3 basisprogramma BSc BE

vaknaam buitenlandminor of facultaire minor of universitaire minor Bachelorafstudeerwerkstuk BE

vakcode

EBB926B10

EC 30 30 30 10

V/K taal KG EN KG KG V NL


2.1-2 2.1-2 NB

of

·

· ·

· ·

·

·

20 20

KG KG

NL

Voor een universitaire minor kan gekozen worden uit het aanbod aan universitaire minoren dat te vinden is op de minorensite van de RUG. De gekozen minor mag geen substantiele overlap vertonen met de rest van het BE-programma. Voor een facultaire minor kan 30 EC aan vakken gekozen worden uit de lijst van derdejaars keuzevakken van de BSc BE (zie hieronder). Voor de buitenlandminor kan 30 EC aan postprodeutische vakken gekozen worden die geen substantiele overlap vertonen met de rest van het BE-programma. Hiervan mag maximaal 5 EC besteed worden aan een taalvak. Zie ook de facultaire website. Studenten met een universitaire minor of een buitenlandminor dienen twee vakken te volgen uit de lijst van derdejaars keuzevakken van de BSc BE (zie hieronder). Studenten met een facultaire minor dienen voor 20 EC aan post-propedeutische keuzevakken te volgen; die keuze is volledig vrij, mits er geen overlap ontstaat met andere onderdelen van het programma. Het Bachelorafstudeerwerkstuk kan zowel in het 1e als in het 2e semester gevolgd worden, mits de propedeuse en minimaal 60 EC van de post-propedeuse behaald zijn, waaronder Business Research Methods BE/FE/A&C (EBB018A05). Keuzevakken BE en vrije keuzevakken kunnen op elk moment van het jaar gevolgd worden.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2

keuzevakken BSc BE (20 EC zie lijst) vrije keuze post-propedeusevakken

BSc Bedrijfseconomie/BE 3 keuzevakken BSc BE

vaknaam Financial Accounting II BE/A&C Spec. Course Business & ICT Spec. Course Finance Spec. Course Marketing Spec. Course OMC: Management Acc. Spec. Course Operations & Supply Chains Financial Accounting II BE/A&C Spec. Course Business & ICT Spec. Course Finance Spec. Course Marketing Spec. Course OMC: Management Acc. Spec. Course Operations & Supply Chains

vakcode EBB915A10 EBB661A10 EBB881A10 EBB937A10 EBB884A10 EBB660A10 EBB915A10 EBB661A10 EBB881A10 EBB937A10 EBB884A10 EBB660A10

EC 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10

V/K K K K K K K K K K K K K

taal NL EN EN EN EN EN NL EN EN EN EN EN

67


Bijlage 4.3 Postpropedeuse BSc Bedrijfskunde De postpropedeutische fase van de bacheloropleiding Bedrijfskunde omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

vaknaam Financial Management BDK Internal Control (BSc) Kwantitatieve onderzoeksmethoden Accounting for Management Control Boekhouden A&C Kwalitatieve onderzoeksmethoden Financial Reporting and Consolidation Ontwerpmethodologie Recht BDK Advanced Financial Accounting Financiering A&C Introduction to Auditing

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

68

BSc Bedrijfskunde/Bdk 2 Accountancy & Controlling/A&C vakcode EBB046A05 EBB048A05 EBB051A05 EBB078A05 EBB017B05 EBB050A05 EBB047A05 EBB052A05 EBB053A05 EBB045A05 EBB823C05 EBB049A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5


taal NL NL NL NL NL NL NL NL NL NL NL EN

vakcode EBB046A05 EBB051A05 EBB054A05 EBB078A05 EBB050A05 EBB644B05 EBB617B05 EBB052A05 EBB053A05 EBB055A05 EBB711C05 EBB649C05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5


taal NL NL NL NL NL NL EN NL NL NL NL EN

BSc Bedrijfskunde/Bdk 2 Business & Management/B&M

vaknaam Financial Management BDK Kwantitatieve onderzoeksmethoden Management- en Organisatietheorie Accounting for Management Control Kwalitatieve onderzoeksmethoden Operations Management B&M/TM Human Resource Management B&M Ontwerpmethodologie Recht BDK Marktcontext en marktonderzoek Organisatieverandering en Leiderschap Strategic Management B&M



vaknaam Financial Management BDK Kwantitatieve onderzoeksmethoden Technologiemanagement Kwalitatieve onderzoeksmethoden Logistieke informatiesystemen Operations Management B&M/TM Ontwerpmethodologie Recht BDK Work Organization and Job Design Applied Manufacturing Research Management of Product Innovation Production Planning & Quality Control

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1-2 1.1-2 2.1-2 2.1-2 2.2 2.2

vakcode EBB046A05 EBB051A05 EBB059A05 EBB050A05 EBB057A05 EBB644B05 EBB052A05 EBB053A05 EBB601B05 EBB056A05 EBB652B05 EBB058A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5


taal NL NL NL NL NL NL NL NL EN NL EN EN

vakcode

EC 30 30 30 10 10 5 5

V/K KG KG KG V V V V

taal EN

V/K K K K K K K K

taal EN NL EN EN EN EN EN

BSc Bedrijfskunde/Bdk 3 basisprogramma BSc Bdk

vaknaam buitenlandminor of facultaire minor of universitaire minor Bachelorafstudeerwerkstuk Bedrijfskunde specialization course (zie lijst) Economisch recht Bedrijfskunde Management Game

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2

BSc Bedrijfskunde/Bdk 2 Technology Management/TM

EBB731A10 EBB613A05 EBB637A05

NL EN NL NL

BSc Bedrijfskunde/Bdk 3 keuzevakken BSc Bdk

vaknaam English Course for Business Admin. Informaticarecht voor niet-juristen Spec. Course Business & ICT Spec. Course Finance Spec. Course Marketing Spec. Course OMC: Management Acc. Spec. Course Operations & Supply Chains

vakcode EBB614B05 RGARI70110 EBB661A10 EBB881A10 EBB937A10 EBB884A10 EBB660A10

EC 5 10 10 10 10 10 10

69


1.1-2 1.1-2 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 NB

Spec. Course Small Bus.&Entrepreneurship Spec. Course Strategy & Innovation Man. Foreign Dir. Investment, Trade & Geogr. Healthcare Management Managementvaardigheden Ontwikkeling competenties Project Management Purchasing Management E-Business Knowledge Management Sports Economics Alg. Economie voor de Lerarenopl. English Course for Business Admin. Spec. Course Business & ICT Spec. Course Finance Spec. Course Marketing Spec. Course OMC: Management Acc. Spec. Course Operations & Supply Chains Spec. Course Small Bus.&Entrepreneurship Spec. Course Strategy & Innovation Man. Business & Supply Chain Marketing Knowledge Management & Innovation Ontwerpen van bedrijfskundige systemen Quality Management Work Organization and Job Design Ethics and International Business

70

10 10 5 5 5 5 5 5 5 5 5 10 5 10 10 10 10 10 10 10 5 5 5 5 5 5

K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

EN EN EN EN NL NL EN EN EN EN EN NL EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN NL EN EN EN

Voor studenten van de bacheloropleiding Bedrijfskunde is het niet toegestaan om de English Course for Business Administration op te nemen als onderdeel van een facultaire minor.


EBB887A10 EBB658B10 EBB037A05 EBB732A05 EBB697A05 EBB896A05 EBB667A05 EBB742A05 EBB666A05 EBB724B05 EBB920A05 EBB077A10 EBB614B05 EBB661A10 EBB881A10 EBB937A10 EBB884A10 EBB660A10 EBB887A10 EBB658B10 EBB609A05 EBB723B05 TBOBS-11 EBB669A05 EBB601B05 EBB608B05

BSc Bedrijfskunde/Bdk 3 specialization courses BSc Bdk

vaknaam Spec. Course Business & ICT Spec. Course Finance Spec. Course Marketing Spec. Course OMC: Management Acc. Spec. Course Operations & Supply Chains Spec. Course Small Bus.&Entrepreneurship Spec. Course Strategy & Innovation Man.

vakcode EBB661A10 EBB881A10 EBB937A10 EBB884A10 EBB660A10 EBB887A10 EBB658B10

EC 10 10 10 10 10 10 10

V/K K K K K K K K



Bijlage 4.4 Postpropedeuse BSc Econometrics and Operations Research De postpropedeutische fase van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

vaknaam Macroeconomics for EOR Matrices, Graphs and Convexity Statistical Inference Difference- & Differential Equations Introduction to Operations Research Linear Models in Statistics Introduction to Actuarial Science Introduction to Econometrics Queueing Theory and Simulation Dynamic Econometrics Introduction to Mathematical Economics Risk Insurance

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.2

vakcode EBB027B05 EBB073A05 EBB075A05 EBB812A05 EBB829A05 EBB072A05 EBB827A05 EBB828A05 EBB074A05 EBB813A05 EBB830A05 EBB863A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5


taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

V/K V V V V V V V V

taal EN EN EN EN EN EN EN EN


vaknaam Game Theory Quantitative Finance (BSc) Stochastic Models Dynamic Econometrics Risk Insurance keuzevak BSc EOR vakken FEB (voor zover goedgekeurd) Bachelor’s Thesis EOR

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 2.1-2 2.1-2


vakcode EBB872A05 EBB839A05 EBB878A06 EBB813A07 EBB863A07

EBB925A10

EC 5 5 6 7 7 5 15 10

BSc Econometrics and Operations Research/EOR 3 keuzevakken BSc EOR

vaknaam Spec. Course Applied Operations Research Spec. Course Microeconometrics

vakcode EBB888A10 EBB880B10

EC 10 10

V/K taal K EN K EN

71


2.1

Spec. Course Generalized Linear Models

EBB883A05

5

K

EN

Bijlage 4.5 Postpropedeuse BSc Economics and Business Economics De postpropedeutische fase van de bacheloropleiding Economics and Businesss Economics omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: BSc Economics and Business Economics/E&BE Studiejaar: 2 Profiel: Business Economics sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

vaknaam Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE International Macroeconomics Matrix Analysis and Optimization Management Accounting for BE Microeconomics - Industrial Organization Operations and Logistics Management Capital Structure and Financial Planning Econometrics for BE Human Resource Management for BE Economics of Banking Empirical Research Paper for BE Philosophy and Ethics of Business


72

vakcode EBB064A05 EBB841B05 EBB066A05 EBB846C05 EBB067A05 EBB068A05 EBB060A05 EBB061A05 EBB065A05 EBB062A05 EBB063A05 EBB069A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5





BSc Economics and Business Economics/E&BE 2 Economics

vaknaam Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE International Macroeconomics Matrix Analysis and Optimization Intermediate Mathematics Microeconomics - Industrial Organization Public Finance Capital Structure and Financial Planning Econometrics for Economics Growth, Institutions and Business Economics of Banking Empirical Research Paper for Economics History of Economic Thought

vakcode EBB064A05 EBB841B05 EBB066A05 EBB933B05 EBB067A05 EBB861A05 EBB060A05 EBB814A05 EBB022A05 EBB062A05 EBB020B05 EBB934A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5



vaknaam Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE International Macroeconomics Matrix Analysis and Optimization Global Development Studies International Business Strategy for IE&B Microeconomics - Industrial Organization Capital Structure and Financial Planning Econometrics for IE&B Growth, Institutions and Business Economics of Banking Empirical Research Paper for IE&B Philosophy and Ethics of Business

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.1 NB

·

vakcode EBB064A05 EBB841B05 EBB066A05 EBB921B05 EBB023B05 EBB067A05 EBB060A05 EBB070A05 EBB022A05 EBB062A05 EBB071A05 EBB069A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5



V/K KG KG V V V V

taal EN EN EN EN EN EN

BSc Economics and Business Economics/E&BE 3 Economics

vaknaam buitenlandminor of facultaire minor E&BE-Economics Bachelor’s Thesis Economics keuzevak(ken) FEB Macroeconomics III Microeconomics III

·

vakcode

EBB908A10 EBB842A05 EBB852A05

EC 30 30 10 10 5 5

De buitenlandminor mag maximaal 5 EC niet-economische en niet-bedrijfskundige vakken bevatten, inclusief niet meer dan 1 taalcurcus in de taal van de buitenlandse universiteit Studenten kiezen 10 EC uit 'keuzevakken FEB' en/of 3e jaars vakken van andere bacheloropleidingen en/of 2e jaars vakken van BSc EOR-2 die niet overlappen met het curriculum van Economics.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1-2

BSc Economics and Business Economics/E&BE 2 International Economics & Business/IE&B

BSc Economics and Business Economics/E&BE 3 facultaire minor E&BE-Economics

vaknaam Spec. Course Finance Spec. Course Political Economics

vakcode EBB881A10 EBB886A10

EC 10 10

V/K taal V EN V EN

73


1.1 1.2 1.2 1.2

History of Economic Thought Environmental Economics of Labour Economics of Spatial economics

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2

NB

EBB934A05 EBB898A05 EBB840A05 GEMSPECON

5 5 5 5

V KG KG KG

EN EN EN EN

V/K V V V KG KG KG


BSc Economics and Business Economics/E&BE 3 International Economics & Business/IE&B

vaknaam buitenlandminor Bachelor’s Thesis IE&B Spec. Course IE&B 3e-jaars vak(ken) Economics of Development Economics of een andere Spec. Course dan de SC IE&B

vakcode EBB879A10 EBB029A10 EBB811A10

EC 30 10 10 10 10 10

De Buitenland Minor mag maximaal 15 EC niet-economische en niet-bedrijfskundige vakken bevatten, inclusief niet meer dan 1 taalcurcus in de taal van de buitenlandse universiteit (maximaal 5 EC).

Bijlage 4.6 Postpropedeuse BSc Fiscale Economie Van de postpropedeutische fase van de bacheloropleiding-in-afbouw Fiscale Economie wordt in 2013-2014 alleen nog het tweede jaar (= het 3e studiejaar) aangeboden. Studenten die het eerste jaar van de postpropedeuse nog niet hebben afgerond, worden verwezen naar de substitutieregeling in bijlage 10.7. Het tweede jaar van de postpropedeuse omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 1.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.1

74

BSc Fiscale Economie 3

vaknaam Omzet- en Overdrachtsbelasting vrije keuzeruimte 5 EC Openbare Financiën Staats- en Administratief recht Business Research Methods BE/FE/A&C Intro. to Internat. and European Tax Law Bachelorafstudeerwerkstuk FE Vennootschapsbelasting Fiscaal Comptabele Verantwoording 2 Loonbelasting

vakcode EC RGBFI00407 7 5 EBB856A05 5 EBB873A05 5 EBB018A05 5 RGBFI50203 3 EBB927B10 10 RGBFI00110 10 RGBFI00104 4 RGBFI00204 4

V/K V V V V V V V V V V

taal NL NL NL NL NL EN NL NL NL NL


NB

Voor de vrije keuzeruimte kan gekozen worden uit post-propedeutische vakken van het verplichte deel van de curricula van de BSc BE, E&BE, EOR, inclusief de zogenoemde Keuzevakken BSc BE maar exclusief de cursus Financial Accounting II BE/A&C (EBB915A10)

Bijlage 4.7 Postpropedeuse BSc International Business De postpropedeutische fase van de bacheloropleiding International Business omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

vaknaam Finance and Risk Management for IB Foreign Dir. Investment, Trade & Geogr. Information Systems Management CrossCultural Management Global Business History Statistics II for IB Comparative Country Studies Innovation Management in Multinationals Qualitative Research Methods for IB Ethics and International Business Global Political Economy International Business Law

Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 2.1-2 2.1 2.1 2.2 2.2 NB


·

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5



vakcode

EC 30 10 5 5 5 5

V/K V V V V V V



vaknaam buitenlandminor Bachelor’s Thesis IB Empirical Research Project for IB International Strategic Management International Financial Management Managing Intern. Bus. Organizations Game ·

vakcode EBB631B05 EBB037A05 EBB632A05 EBB036A05 EBB038B05 EBB682B05 EBB686A05 EBB034A05 EBB633B05 EBB608B05 EBB039B05 EBB635B05

EBB737B10 EBB044A05 EBB628A05 EBB627A05 EBB638B05

De vakken uit semester II kunnen ook gevolgd worden in semester I, de Buitenland Minor kan ook gevolgd worden in semester II. De buitenlandminor mag maximaal 15 EC aan niet-economische en nietbedrijfskundige vakken bevatten, inclusief mximaal 10 EC aan talencursussen.

75


Bijlage 4.8

Postpropedeuse BSc Technologiemanagement

Van de postpropedeutische fase van de bacheloropleiding-in-afbouw Technologiemanagement wordt in 2013-2014 alleen nog het tweede jaar (= het 3e studiejaar) aangeboden. Studenten die het eerste jaar van de postpropedeuse nog niet hebben afgerond, worden verwezen naar de substitutieregeling in bijlage 10.9. Het tweede jaar van de postpropedeuse omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2

vaknaam Bedrijfsrecht Materiaalkunde en ontwerpen Productieplanning en -beheersing Applied manufacturing management Information Management TM Organisatie, technologie en verandering Bachelor’s Thesis TM Business & Supply Chain Marketing Ontwerpen en construeren voor TBK/TM Management of Product Innovation

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2

76

BSc Technologiemanagement/TM 3 Discrete Technologie vakcode EBB607A05 NAMATK-09 EBB651A05 TBAMM05E EBB620A05 EBB647B05 EBB643B15 EBB609A05 TBOC05E EBB652B05

EC 5 5 5 5 5 5 15 5 5 5


taal NL NL NL NL EN NL NL EN NL EN

V/K V V V V V V V V V

taal NL NL NL NL NL NL EN NL EN

BSc Technologiemanagement/TM 3 Informatietechnologie

vaknaam keuzevakken BSc TM (zie lijst) Bedrijfsrecht Productieplanning en -beheersing Architectuur en infrastructuur Organisatie, technologie en verandering Bachelor’s Thesis TM Business & Supply Chain Marketing Business Intelligence (bachelor) Management of Product Innovation

vakcode EBB607A05 EBB651A05 EBB665A05 EBB647B05 EBB643B15 EBB609A05 EBB032A05 EBB652B05

EC 10 5 5 5 5 15 5 5 5


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2

vaknaam Bedrijfsrecht General process equipment Productieplanning en -beheersing Information Management TM keuzevak BSc TM (zie lijst) Organisatie, technologie en verandering Bachelor’s Thesis TM Business & Supply Chain Marketing keuzevak BSc TM (zie lijst) Management of Product Innovation

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2

BSc Technologiemanagement/TM 3 Procestechnologie vakcode EBB607A05 CHTGPE05E EBB651A05 EBB620A05 EBB647B05 EBB643B15 EBB609A05 EBB652B05

EC 5 5 5 5 5 5 15 5 5 5


taal NL NL NL EN NL NL NL EN NL EN

V/K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

taal EN NL EN EN EN EN EN EN EN EN EN NL NL EN EN EN EN EN EN EN EN EN

BSc Technologiemanagement/TM 3 keuzevakken BSc TM

vaknaam English Course for Business Admin. Informaticarecht voor niet-juristen Spec. Course Business & ICT Spec. Course Finance Spec. Course Marketing Spec. Course OMC: Management Acc. Spec. Course Operations & Supply Chains Spec. Course Small Bus.&Entrepreneurship Spec. Course Strategy & Innovation Man. Foreign Dir. Investment, Trade & Geogr. Healthcare Management Managementvaardigheden Ontwikkeling competenties Project Management Purchasing Management E-Business Knowledge Management Sports Economics Spec. Course Business & ICT Spec. Course Finance Spec. Course Marketing Spec. Course OMC: Management Acc.

vakcode EBB614B05 RGARI70110 EBB661A10 EBB881A10 EBB937A10 EBB884A10 EBB660A10 EBB887A10 EBB658B10 EBB037A05 EBB732A05 EBB697A05 EBB896A05 EBB667A05 EBB742A05 EBB666A05 EBB724B05 EBB920A05 EBB661A10 EBB881A10 EBB937A10 EBB884A10

EC 5 10 10 10 10 10 10 10 10 5 5 5 5 5 5 5 5 5 10 10 10 10

77


2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.1 2.2

78

Spec. Course Operations & Supply Chains Spec. Course Small Bus.&Entrepreneurship Spec. Course Strategy & Innovation Man. Knowledge Management & Innovation Quality Management Ethics and International Business

EBB660A10 EBB887A10 EBB658B10 EBB723B05 EBB669A05 EBB608B05

10 10 10 5 5 5

K K K K K K

EN EN EN EN EN EN


Bijlage 5.

Praktische oefeningen postpropedeuse

De volgende postpropedeutische onderdelen bevatten een praktische oefening die voorwaarde is voor toelating tot het tentamen: vaknaam Architectuur en infrastructuur Bachelor’s Thesis TM Business Intelligence (bachelor)

vakcode EBB665A05 EBB643B15 EBB032A05

praktische oefening paper vaardighedenmodule final report + review

79


Bijlage 6.

Schakelprogramma’s

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. Bijlage 6.1

Pre-Masterprogramma A&C, voorbereidend op MSc Accountancy en Controlling Het Nederlandstalige Pre-masterprogramma Accountancy, voorbereidend op de Masteropleiding Accountancy en Controlling omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1-2 1.2

vaknaam Financial Accounting II BE/A&C Spec. Course OMC: Management Acc. Business Research Methods for Pre-MSc

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2 2.2

80

HBO-pre-masterprogramma’s (Nederlandstalig) 1 Pre-MSc A&C voor HBO-AC vakcode EBB915A10 EBB884A10 EBS001A10

EC 10 10 10

V/K V V V

taal NL EN EN


taal NL NL NL EN NL NL EN NL NL NL

Pre-Master programma’s (Nederlandstalig) 1 Pre-MSc A&C voor HBO-BE

vaknaam Belastingrecht 2 Internal Control (BSc) Ondernemingsrecht A&C/FE Business Research Methods for Pre-MSc Financiële en Actuariële Rekenkunde Bachelorafstudeerwerkstuk A&C Spec. Course OMC for Pre-MSc A&C Theoretische inleid. Auditing & Control Advanced Financial Accounting Financiering A&C

vakcode RGMFI00406 EBB048A05 EBB901B05 EBS001A10 EBB822A04 EBB924A10 EBB076A05 EBB943A05 EBB045A05 EBB823C05

EC 6 5 5 10 4 10 5 5 5 5


Bijlage 6.2

Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Change Management Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Change Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc BA Change Management

vaknaam Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Project Management Business Research Methods for Pre-MSc Organizational Change for Pre-MSc Research Paper for Pre-MSc BA CM Introduction to HRM Work Organization and Job Design Ethics and International Business Strategic Management B&M

vakcode EBS002A05 EBS003A05 EBB667A05 EBS001A10 EBB634B05 EBS006A10 EBB740A05 EBB601B05 EBB608B05 EBB649C05

EC 5 5 5 10 5 10 5 5 5 5


taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

Bijlage 6.3

Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - General Management Het Nederlandstalige Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - General Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel:

Pre-Master-programma’s (Nederlandstalig) 1 Pre-MSc BA General Management

vaknaam Business Research Methods for Pre-MSc GM Financieel Management voor Pre-MSc GM Human Resource Management vr Pre-MSc GM Organisatiekunde & -strategie Pre-MSc GM Statistiek voor Pre-MSc GM Wiskunde voor Pre-MSc GM

vakcode EBB012B05 EBB040A05 EBB041A05 EBB670C05 EBB042A05 EBB043A05

EC 5 5 5 5 5 5

V/K V V V V V V

taal NL NL NL NL NL NL

81


Bijlage 6.4

Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Organizational and Management Control Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Organizational and Management Control omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc BA Organizational & Management Control/O&MC

vaknaam Spec. Course OMC: Management Acc. Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Business Research Methods for Pre-MSc Research Paper for Pre-MSc BA O&MC Introduction to HRM Quality Management Asset Pricing and Capital Budgeting Strategic Management B&M

vakcode EBB884A10 EBS002A05 EBS003A05 EBS001A10 EBS009A10 EBB740A05 EBB669A05 EBP032A05 EBB649C05

EC 10 5 5 10 10 5 5 5 5


taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN

Bijlage 6.5

Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Small Business and Entrepreneurship Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA - Small Business and Entrepreneurship omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.2

82

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc BA Small Business & Entrepreneurship/SB&E

vaknaam Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Project Management Business Research Methods for Pre-MSc Organizational Change for Pre-MSc Research Paper for Pre-MSc BA SB&E Spec. Course Small Bus.&Entrepreneurship Introduction to HRM Strategic Management B&M

vakcode EBS002A05 EBS003A05 EBB667A05 EBS001A10 EBB634B05 EBS012A10 EBB887A10 EBB740A05 EBB649C05

EC 5 5 5 10 5 10 10 5 5




Bijlage 6.6

Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA – Strategic Innovation Management Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Business Administration, voorbereidend op MSc BA – Strategic Innovation Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc BA Strategic Innovation Management/SIM

vaknaam Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Project Management Business Research Methods for Pre-MSc Organizational Change for Pre-MSc Research Paper for Pre-MSc BA SIM Spec. Course Strategy & Innovation Man. Quality Management Strategic Management B&M

vakcode EBS002A05 EBS003A05 EBB667A05 EBS001A10 EBB634B05 EBS011B10 EBB658B10 EBB669A05 EBB649C05

EC 5 5 5 10 5 10 10 5 5



Bijlage 6.7 Pre-Masterprogramma Finance, voorbereidend op MSc Finance Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Finance, voorbereidend op MSc Finance omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc Finance

vaknaam Financial Accounting for Pre-MSc Finance Mathematics for Pre-MSc Microeconomics for E&BE: Consumers&Firms Business Research Methods for Pre-MSc Macroeconomics for E&BE Research Paper for Pre-MSc Finance Spec. Course Finance Growth, Institutions and Business Ethics and International Business

vakcode EBP040A05 EBS002A05 EBP819B05

EC 5 5 5

V/K V V V

taal EN EN EN

EBS001A10 EBP812B05 EBS007B10 EBB881A10 EBB022A05 EBB608B05

10 5 10 10 5 5

V V V V V V

EN EN EN EN EN EN

83


Bijlage 6.8

Pre-Masterprogramma Human Resource Management, voorbereidend op MSc Human Resource Management Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Human Resource Management, voorbereidend op MSc Human Resource Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc Human Resource Management/HRM

vaknaam Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Project Management Business Research Methods for Pre-MSc Organizational Change for Pre-MSc Research Paper for Pre-MSc HRM Introduction to HRM Work Organization and Job Design Ethics and International Business Strategic Management B&M

vakcode EBS002A05 EBS003A05 EBB667A05 EBS001A10 EBB634B05 EBS013A10 EBB740A05 EBB601B05 EBB608B05 EBB649C05

EC 5 5 5 10 5 10 5 5 5 5



Bijlage 6.9

Pre-Masterprogramma International Business & Management, voorbereidend op MSc International Business and Management Het Engelstalige Pre-Masterprogramma International Business & Mamagement, voorbereidend op MSc International Business & Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2 2.2

84

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc International Business & Management/IB&M

vaknaam Foreign Dir. Investment, Trade & Geogr. International Strategic Management Mathematics for Pre-MSc Business Research Methods for Pre-MSc International Financial Management Research Paper for Pre-MSc IB&M Empirical Research Project for IB Innovation Management in Multinationals Ethics and International Business Managing Intern. Bus. Organizations Game

vakcode EBB037A05 EBB628A05 EBS002A05 EBS001A10 EBB627A05 EBS014A10 EBB044A05 EBB034A05 EBB608B05 EBB638B05

EC 5 5 5 10 5 10 5 5 5 5




Bijlage 6.10

Pre-master Programme International Economics & Business voorbereidend op MSc International Economics and Business Het Engelstalige Pre-Masterprogramma International Economics and Business voorbereidend op MSc International Economics and Business omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc International Economics & Business/IE&B

vaknaam Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE Mathematics for Pre-MSc Microeconomics for E&BE: Consumers&Firms Business Research Methods for Pre-MSc International Business Strategy for IE&B Research Paper for Pre-MSc IE&B Spec. Course IE&B Econometrics for IE&B Philosophy and Ethics of Business

vakcode EBB064A05 EBS002A05 EBP819B05

EC 5 5 5

V/K V V V

taal EN EN EN

EBS001A10 EBB023B05 EBS015A10 EBB029A10 EBB070A05 EBB069A05

10 5 10 10 5 5

V V V V V V

EN EN EN EN EN EN

Bijlage 6.11

Pre-Masterprogramma International Financial Management, voorbereidend op MSc International Financial Management Het Engelstalige Pre-Masterprogramma International Financial Management voorbereidend op MSc International Financial Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc International Financial Management/IFM

vaknaam Finance and Risk Management for IB International Strategic Management Mathematics for Pre-MSc Business Research Methods for Pre-MSc Financial Accounting for E&BE Research Paper for Pre-MSc IFM Empirical Research Project for IB Innovation Management in Multinationals International Financial Management Managing Intern. Bus. Organizations Game

vakcode EBB631B05 EBB628A05 EBS002A05 EBS001A10 EBP802B05 EBS017A10 EBB044A05 EBB034A05 EBB627A05 EBB638B05

EC 5 5 5 10 5 10 5 5 5 5



85


Bijlage 6.12

Pre-Masterprogramma Marketing, voorbereidend op MSc Marketing Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Marketing, voorbereidend op MSc Marketing omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc Marketing

vaknaam Spec. Course Marketing Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Business Research Methods for Pre-MSc Research Paper for Pre-MSc Marketing Spec. Course Strategy & Innovation Man. Introduction to HRM Strategic Management B&M

vakcode EBB937A10 EBS002A05 EBS003A05 EBS001A10 EBS008B10 EBB658B10 EBB740A05 EBB649C05

EC 10 5 5 10 10 10 5 5

V/K V V V V V V V V


Bijlage 6.13

Pre-Masterprogramma Supply Chain Management, voorbereidend op MSc Supply Chain Management Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Supply Chain Management, voorbereidend op MSc Supply Chain Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 2.2

86

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc Supply Chain Management/SCM

vaknaam Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Purchasing Management Business Research Methods for Pre-MSc Operations and Logistics Management Research Paper for Pre-MSc SCM Spec. Course Operations & Supply Chains Business & Supply Chain Marketing Production Planning & Quality Control

vakcode EBS002A05 EBS003A05 EBB742A05 EBS001A10 EBB068A05 EBS010C10 EBB660A10 EBB609A05 EBB058A05

EC 5 5 5 10 5 10 10 5 5




Bijlage 6.14

Pre-Master Programma Technology and Operations Management (Nederlandstalig), voorbereidend op MSc Technology and Operations Management Het Nederlandstalige Pre-Masterprogramma Technology and Operations Management, voorbereidend op MSc Technology and Operations Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel:

sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2

HBO-schakelprogramma’s (Nederlandstalig) 1 Pre-MSc Technology and Operations Management/TOM (Nederlandstalig)

vaknaam Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Productieplanning en -beheersing Business Research Methods for Pre-MSc Organisatie, technologie en verandering Bachelor’s Thesis TM Business & Supply Chain Marketing Work Organization and Job Design Management of Product Innovation

vakcode EBS002A05 EBS003A05 EBB651A05 EBS001A10 EBB647B05 EBB643B15 EBB609A05 EBB601B05 EBB652B05

EC 5 5 5 10 5 15 5 5 5


taal EN EN NL EN NL NL EN EN EN

Bijlage 6.15

Pre-Masterprogramma Technology and Operations Management (Engelstalig), voorbereidend op MSc Technology and Operations Management/TOM Het Engelstalige Pre-Masterprogramma Technology and Operations Management, voorbereidend op MSc Technology and Operations Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel:

sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2

Pre-Master-programma’s (Engelstalig) 1 Pre-MSc Technology and Operations Management/TOM (Engelstalig)

vaknaam Spec. Course Operations & Supply Chains Mathematics for Pre-MSc Organization Theory & Design for Pre-MSc Business Research Methods for Pre-MSc Research Paper for Pre-MSc TOM Business & Supply Chain Marketing Work Organization and Job Design Management of Product Innovation

vakcode EBB660A10 EBS002A05 EBS003A05 EBS001A10 EBS016B10 EBB609A05 EBB601B05 EBB652B05

EC 10 5 5 10 10 5 5 5

V/K V V V V V V V V


87


2.2

88

Production Planning & Quality Control

EBB058A05

5

V

EN


Bijlage 7.

Minor Ondernemerschap

De Nederlandstalige minor Ondernemerschap omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 1.1-2 1.1-2

Minor Ondernemerschap 3

vaknaam Intern ondernemerschap Introductie ondernemerschap Zelf ondernemen

vakcode EBB002A10 EBB004A10 EBB011A10

EC 10 10 10

V/K V V V

taal NL NL NL

89


Bijlage 8.


Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. Bijlage 8.1 DD BSc E&BE-Economics – Fudan University, Shanghai Van het Engelstalige Double Degree programma van de BSc Economics and Business Economics, specialisatie Economics en het Undergraduate Programme in Economics van de Fudan University, School of Economics, te Shanghai omvat het eerste studiejaar de navolgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC. Het tweede studiejaar wordt voor het eerst aangeboden in 2014-2015. Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

DD BSc E&BE-Economics – Fudan University, Shanghai 1 basisprogramma voor DD-studenten uit Shanghai

vaknaam Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE International Macroeconomics Matrix Analysis and Optimization Intermediate Mathematics Microeconomics - Industrial Organization Public Finance Capital Structure and Financial Planning Econometrics for Economics Growth, Institutions and Business Economics of Banking Empirical Research Paper for Economics History of Economic Thought

vakcode EBB064A05 EBB841B05 EBB066A05 EBB933B05 EBB067A05 EBB861A05 EBB060A05 EBB814A05 EBB022A05 EBB062A05 EBB020B05 EBB934A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5



Bijlage 8.2 DD BSc E&BE-IE&B – Fudan University, Shanghai Het Engelstalige Double Degree programma van de BSc Economics and Business Economics, specialisatie International Economics and Business (IE&B) en het Undergraduate Programme in Economics van de Fudan University, School of Economics, te Shanghai omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1

90

DD BSc E&BE-IE&B – Fudan University, Shanghai 1 basisprogramma voor DD-studenten uit Shanghai

vaknaam Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE

vakcode EBB064A05

EC 5

V/K taal V EN


1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

International Macroeconomics Matrix Analysis and Optimization Global Development Studies International Business Strategy for IE&B Microeconomics - Industrial Organization Capital Structure and Financial Planning Econometrics for IE&B Growth, Institutions and Business Economics of Banking Empirical Research Paper for IE&B Philosophy and Ethics of Business


NB

EBB841B05 EBB066A05 EBB921B05 EBB023B05 EBB067A05 EBB060A05 EBB070A05 EBB022A05 EBB062A05 EBB071A05 EBB069A05

5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V V V V V V V V V V V

EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

EC 10 10 30

V/K V V KG A

taal EN EN EN

30 10 10 10

KG A KG B KG B KG B

EN EN EN EN

DD BSc E&BE-IE&B – Fudan University, Shanghai 2 basisprogramma voor DD-studenten uit Shanghai

vaknaam Bachelor’s Thesis IE&B Spec. Course IE&B keuzevakken (goedgek. door programmacoordinator) of studie in het buitenland 30 EC 3e-jaars vak(ken) Economics of Development Economics of een andere Spec. Course dan de Spec. Course IE&B

vakcode EBB879A10 EBB029A10

EBB811A10

Studenten kiezen 30 EC keuzevakken (goed te keuren door programma coördinator) of kiezen studie in het buitenland. Studenten kiezen 10 EC uit keuzegroep B

Bijlage 8.3 DD BSc EOR - Fudan University, Shanghai Het Engelstalige Double Degree programma van de BSc Econometrics and Operations Research (FEB) en het Undergraduate Programme in Economics van de Fudan University, School of Economics, te Shanghai omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1

vaknaam Macroeconomics for EOR Matrices, Graphs and Convexity Statistical Inference Difference- & Differential Equations Introduction to Operations Research Linear Models in Statistics Introduction to Actuarial Science

vakcode EBB027B05 EBB073A05 EBB075A05 EBB812A05 EBB829A05 EBB072A05 EBB827A05

EC 5 5 5 5 5 5 5

V/K V V V V V V V


91


2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

Introduction to Econometrics Queueing Theory and Simulation Dynamic Econometrics Introduction to Mathematical Economics Risk Insurance

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.2

EBB828A05 EBB074A05 EBB813A05 EBB830A05 EBB863A05

5 5 5 5 5

V V V V V

EN EN EN EN EN

V/K V V V V V V V V


DD BSc EOR - Fudan University, Shanghai 2 basisprogramma voor DD studenten uit Shanghai

vaknaam Game Theory Quantitative Finance (BSc) Stochastic Models Dynamic Econometrics Risk Insurance keuzevak BSc EOR vakken FEB (voor zover goedgekeurd) Bachelor’s Thesis EOR

vakcode EBB872A05 EBB839A05 EBB878A06 EBB813A07 EBB863A07

EBB925A10

EC 5 5 6 7 7 5 15 10

Bijlage 8.4 DD BSc IB - Universitas Gadjah Mada, Yogyakarta Het Engelstalige Double Degree programma van de BSc International Business (FEB) en het International Undergraduate Programme in Business and Economics van de Universitas Gadjah Mada, Faculty of Economics and Business, te Yogjakarta, Indonesië omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

92

DD BSc IB - Universitas Gadjah Mada, Yogyakarta 1 basisprogramma voor DD-studenten uit Yogyakarta

vaknaam Introduction to International Business Foreign Dir. Investment, Trade & Geogr. Organizational Structure CrossCultural Management Global Business History International Financial Management Comparative Country Studies Innovation Management in Multinationals International Marketing for IB Ethics and International Business Management Accounting for IB Research Methodology for IB

vakcode EBP003A05 EBB037A05 EBP670C05 EBB036A05 EBB038B05 EBB627A05 EBB686A05 EBB034A05 EBP661C05 EBB608B05 EBP017B05 EBP662C05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5




2.2 2.2 NB

of

EBB039B05 EBB635B05

5 5

KG A EN KG A EN

Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep A. UGM-studenten die al Management Accounting hebben gevolgd aan de UGM kunnen dit vervangen door het niet-gekozen vak uit de keuzegroep.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2

Global Political Economy International Business Law

DD BSc IB - Universitas Gadjah Mada, Yogyakarta 2 basisprogramma voor DD-studenten uit Yogyakarta

vaknaam Bachelor’s Thesis IB Empirical Research Project for IB International Strategic Management Managing Intern. Bus. Organizations Game

Bijlage 8.5

vakcode EBB737B10 EBB044A05 EBB628A05 EBB638B05

EC 10 5 5 5

V/K V V V V

taal EN EN EN EN

DD BSc IB – Universitas Indonesia, Jakarta

Het Engelstalige Double Degree programma van de BSc International Business (FEB) en het International Undergraduate Programme in Business and Economics van de Universitas Indonesia, Faculty of Economis and Business te Jakarta, Indonesië omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2

DD BSc IB - Universitas Indonesia, Jakarta 1 basisprogramma voor studenten uit Jakarta

vaknaam Introduction to International Business Foreign Dir. Investment, Trade & Geogr. Organizational Structure CrossCultural Management Global Business History International Financial Management Comparative Country Studies Innovation Management in Multinationals International Marketing for IB Ethics and International Business Management Accounting for IB Research Methodology for IB Global Political Economy of International Business Law

vakcode EBP003A05 EBB037A05 EBP670C05 EBB036A05 EBB038B05 EBB627A05 EBB686A05 EBB034A05 EBP661C05 EBB608B05 EBP017B05 EBP662C05 EBB039B05 EBB635B05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K V V V V V V V V V V V V KG A KG A

taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

93


NB

Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep A. UI-studenten die al Management Accounting hebben gevolgd aan de UI kunnen dit vervangen door het niet-gekozen vak uit de keuzegroep.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2

94

DD BSc IB - Universitas Indonesia, Jakarta 2 basisprogramma voor DD-studenten uit Jakarta

vaknaam Bachelor’s Thesis IB Empirical Research Project for IB International Strategic Management Managing Intern. Bus. Organizations Game

vakcode EBB737B10 EBB044A05 EBB628A05 EBB638B05

EC 10 5 5 5

V/K V V V V

taal EN EN EN EN


Bijlage 9.

Geaccepteerde HBO diploma’s Pre-MSc-programma’s

Pre-masterprogramma A&C voor HBO-AC Diploma HBO Accountancy, inclusief voldoende resultaat voor de Overall Toets (OAT) Pre-masterprogramma A&C voor HBO-BE Diploma HBO Bedrijfseconomie Diploma HBO Accountancy zonder voldoende resultaat voor de Overall Toets (OAT) Pre-Masterprogramma’s Business Administration Alle HBO-diploma’s Pre-Masterprogramma Finance Alle HBO-diploma’s Pre-Masterprogramma Human Resource Management Alle HBO-diploma’s Pre-Masterprogramma International Business and Management Alle HBO-diploma’s Pre-Masterprogramma International Economics and Business Alle HBO-diploma’s Pre-Masterprogramma International Financial Management Alle HBO-diploma’s Pre-Masterprogramma Marketing Alle HBO-diploma’s Pre-Masterprogramma Supply Chain Management Alle HBO-diploma’s Pre-Master programma’s Technology and Operations Management Alle technische HBO-diploma’s Alle bedrijfskundige HBO-diploma’s Alle academische technische bachelordiploma’s.

95


Bijlage 10.

Substitutie- en overgangsregelingen

Bijlage 10.1 Algemeen 1. Het bachelorprogramma dat ontstaat na toepassing van een substitutieregeling dient te allen tijde tenminste 180 EC te omvatten. Indien dat niet het geval is, dient de student een (of meer) extra keuzevak(ken) af te ronden. 2. Indien een propedeutisch programma na toepassing van een substitutieregeling minder dan 60 EC omvat, wordt de propedeusebul niet eerder uitgereikt dan nadat met het afronden van een (of meer) tweedejaarsvakken de 60 EC-grens is gepasseerd. 3. Een eventueel overschot aan tijdens de propedeuse behaalde EC’s kan gebruikt worden om de vrije keuzeruimte in te vullen. 4. Binnen de substitutieregelingen worden 3 opties onderscheiden: optie 1: het substitutievak verschilt inhoudelijk niet of nauwelijks van het vak uit het oude programma. Wel kunnen naam, vakcode, voertaal of blok gewijzigd zijn. In het geval van een verandering van blok kunnen studenten het substitutievak alleen in het nieuwe blok volgen; ook het (her)tentamen kan alleen in het nieuwe blok worden afgelegd; optie 2: het substitutievak verschilt inhoudelijk (sterk) van het vak uit het oude programma. In dat geval heeft de student de keus om het substitutievak te volgen en daarin ook tentamen af te leggen of hertentamen af te leggen over het vak uit het oude programma. In 2013-2014 wordt hiertoe tweemaal de gelegenheid geboden. De hertentamens voor vakken uit het oude programma worden parallel geroosterd aan de reguliere tentamens voor het substitutievak optie 3: Er is geen substitutievak voor een vak uit het oude programma. In dat geval wordt in 2013-2014 tweemaal de gelegenheid geboden hertentamen af te leggen over het vak uit het oude programma. De tentamenperiodes kunnen afwijken van die in het studiejaar 2012-2013. 5. Studenten die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de propedeuse hebben voldaan, worden voor de afronding van hun propedeuse verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. 6. De opmerkingen in lid 1-5 van dit artikel zijn van toepassing op de substitutieregelingen van alle bacheloropleidingen. Bijlage 10.2

Substitutieregeling BSc Accountancy en Controlling aansluitend op propedeuse Accountancy en Controlling In 2012-2013 is het tweede studiejaar van de bacheloropleiding Accountancy en Controlling aansluitend op de propedeuse Accountancy & Controlling voor het laatst aangeboden. Studenten van de bacheloropleiding Accountancy en Controlling die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het tweede studiejaar aansluitend op de propedeuse A&C hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling:

96


BSc A&C aansluitend op propedeuse A&C (=E&M/BE) – studiejaar 2 – substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. substitutievak(ken) sem. optie (zie bijlage 10.1) (2012-2013) 12-13 2013-2014 13-14 en/of toelichting Bedrijfsk. org.diagn. en 2.1-2 Kwalitatieve 1.2 optie 2 vaardigh. onderzoeksmethoden (EBB606A05) (EBB050A05) Belastingrecht 1 voor Fisc 1.1-2 Belastingrecht 1 voor 1.1-2 optie 1 Ec&Acc Fisc Ec&Acc (RGAFI30103) (RGAFI30103) Belastingrecht 2 1.1-2 Belastingrecht 2 1.1-2 optie 1 (RGMFI00406) (RGMFI00406) Boekhouden II A&C 2.2 Boekhouden A&C 1.2 optie 2 (EBB017A05) (EBB017B05) Business Research 1.2 Business Research 1.2 optie 1 Methods BE/FE/A&C Methods BE/FE/A&C BRM wordt in 13-14 voor (EBB018A05) (EBB018A05) het laatst verzorgd Financiële en Actuariële 2.2 Financiële en Actuariële 1.2 optie 1 en optie 3 Rekenkunde Rekenkunde dit vak “verschuift” van (EBB822A05) (EBB822A05) jaar 2 in het oude naar jaar 3 in het nieuwe programma. Financiering II 2.1 Capital Structure and 2.1 optie 1 BE/FE/A&C (EBB823B05) Financial Planning (EBB060A05) Gedrag in organisaties 1.1 Gedrag in organisaties 1.2 optie 1 A&C (EBB738C05) (EBP607A05) Human Resource 2.1 Human Resource 2.1 optie 1 Management Management B&M (EBB617A05) (EBB617B05) IT-toepassingen A&C 2.1 geen optie 3 (EBB025A03) hertentamens na 2.1 en 2.2 Management Accounting 1.2 Management 1.2 optie 1 BE/FE/A&C Accounting for BE (EBB846B05) (EBB846C05) Micro-economie II 2.1 Microeconomics 1.2 optie 2 (EBB853A05) Industrial Organization (EBB067A05) Organisatieverandering 2.1 Organisatieverandering 2.2 optie 1 (EBB711A05) en leiderschap (EBB711C05) Statistiek II A&C 1.1 Econometrics for BE 2.1 optie 2 (EBB875B03) (EBB061A05) Strategic Management 2.2 Strategic Management 2.2 optie 2 (EBB649B05) B&M (EBB649C05)

97


Bijlage 10.3

Substitutieregeling BSc Accountancy en Controlling na propedeuse Bedrijfskunde In 2012-2013 is het tweede studiejaar van de bacheloropleiding Accountancy en Controlling aansluitend op de propedeuse Bedrijfskunde voor het laatst aangeboden. Studenten van de bacheloropleiding Accountancy en Controlling die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het tweede studiejaar na de propedeuse Bedrijfskunde hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc A&C na propedeuse Bedrijfskunde - studiejaar 2 substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. substitutievak(ken) sem. optie (zie bijlage 10.1) (2012-2013) 12-13 2013-2014 13-14 en/of toelichting Bedrijfsk. org.diagn. en 2.1-2 Kwalitatieve 1.2 optie 2 vaardigh. onderzoeksmethoden (EBB606A05) (EBB050A05) Belastingrecht 1 voor Fisc 1.1-2 Belastingrecht 1 voor 1.1-2 optie 1 Ec&Acc Fisc Ec&Acc (RGAFI30103) (RGAFI30103) Belastingrecht 2 1.1-2 Belastingrecht 2 1.1-2 optie 1 (RGMFI00406) (RGMFI00406) Boekhouden 1b A&C 1.2 Geen optie 3 (EBB016A03) Boekhouden II A&C 2.2 Boekhouden A&C 1.2 optie 2 (EBB017A05) (EBB017B05) Financieel beleid A&C 1.1 Financial Management 1.1 optie 1 (EBB675A05) BDK (EBB046A05) Financiële en Actuariële 2.2 Financiële en Actuariële 1.2 optie 1 en optie 3 Rekenkunde Rekenkunde dit vak “verschuift” van (EBB822A05) (EBB822A05) jaar 2 in het oude naar jaar 3 in het nieuwe programma. Financiering II 2.1 Capital Structure and 2.1 optie 1 BE/FE/A&C (EBB823B05) Financial Planning (EBB060A05) Management Accounting 1.2 Management 1.2 optie 1 BE/FE/A&C Accounting for BE (EBB846B05) (EBB846C05) Marketing A&C 2.1 Marketing BDK 1.1 optie 1 (EBB640A05) (EBP027A05) Omgevingsanalyse 1.1 Organisatie en 2.2 optie 2 (EBB641A05) omgeving (EBP028A05) Operations Management 1.2 Operations 1.2 optie 2 (EBB644A05) Management B&M/TM (EBB644B05)

98


Statistiek II A&C (EBB875B03) Strategic Management (EBB649B05)

1.1 2.2

Econometrics for BE (EBB061A05) Strategic Management B&M (EBB649C05)

2.1

optie 2

2.2

optie 2

Bijlage 10.4 Substitutieregeling BSc Bedrijfseconomie In 2012-2013 is het tweede studiejaar van de bacheloropleiding Bedrijfseconomie voor het laatst aangeboden. Studenten van de bacheloropleiding Bedrijfseconomie die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc Bedrijfseconomie – studiejaar 2 - substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma (2012-2013) Business & ICT BE (EBB808B05)

sem. substitutievak(ken) 12-13 2013-2014 2.2 Informatiemanagement BDK (EBP024A05) Business Research 1.2 Business Research Methods BE/FE/A&C Methods BE/FE/A&C (EBB018A05) (EBB018A05) Engels BE 2.1-2 English Course for (EBB021A05) Business Admin. (EBB614B05) Financiering II 2.1 Capital Structure and BE/FE/A&C (EBB823B05) Financial Planning (EBB060A05) IT-toepassingen BE 2.1-2 geen (EBB026A05)

sem. optie (zie bijlage 10.1) 13-14 en/of toelichting 2.1 optie 2

Management Accounting 1.2 BE/FE/A&C (EBB846B05) Marketing II BE 2.2 (EBB849A05)

1.2

optie 3; hertentamens ná 2.1 en 2.2 optie 1

2.2

optie 2

1.2

optie 1

1.2

optie 2

2.1

optie 2

Micro-economie II (EBB853A05)

2.1

Openbare Financiën (EBB856A05) Statistiek II BE (EBB875B05)

1.1 1.1

Management Accounting for BE (EBB846C05) Marktcontext en marktonderzoek (EBB055A05) Microeconomics Industrial Organization (EBB067A05) Public Finance (EBB861A05) Econometrics for BE (EBB061A05)

1.2

1.1-2 of 2.1-2 2.1

optie 1; BRM wordt in 13-14 voor het laatst verzorgd optie 1

optie 1

99


Strategisch Management BE (EBB843B05) Wiskunde II BE (EBB890B05)

1.1 1.2

Strategic Management B&M (EBB649C05) Matrix Analysis and Optimization (EBB066A05)

2.2

optie 2

1.1

optie 2

Bijlage 10.5 Substitutieregeling BSc Bedrijfskunde Studenten van de bacheloropleiding Bedrijfskunde die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het (toenmalige) tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc Bedrijfskunde - studiejaar 2 - substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma (2012-2013) Financieel beleid Bedrijfskunde (EBB615A05) Human Resource Management (EBB617A05) Informatiemanagement (EBB727B05)

sem. substitutievak(ken) 12-13 2013-2014 1.1 Financial Management BDK ( EBB046A05) 2.1 Human Resource Management B&M ( EBB617B05) 1.2 Informatiemanagement BDK (EBP024A05) Management Accounting 2.2 Accounting for and Control Management Control (EBB636A05) (EBB078A05) Marketing Bedrijfskunde 1.1 Marketing BDK (EBB639A05) (EBP027A05) Omgevingsanalyse 1.1 Organisatie en (EBB641A05) omgeving (EBP028A05) Operations Management 1.2 Operations (EBB644A05) Management BDK/TM ( EBB644B05) Organisatieverandering 2.1 Organisatieverandering (EBB711A05) en Leiderschap ( EBB711C05) Practicum I 1.2 geen Bedrijfskunde (EBB725A05) Practicum II 2.1 geen Bedrijfskunde (EBB726A05) Practicum III 2.2 geen Bedrijfskunde

100


2.1

optie 1

2.1

optie 1 eerstejaarsvak

1.2

optie 1

1.1

optie 2 eerstejaarsvak optie 1 eerstejaarsvak

2.2

1.2

optie 2

2.2

optie 1

overleg met de practicum-coördinator over afronding overleg met de practicum-coördinator over afronding overleg met de practicum-coördinator


(EBB729A05) Strategic Management (EBB649B05)

2.2

Strategic Management B&M ( EBB649C05)

2.2

over afronding optie 2

Bijlage 10.6

Overgangsregeling BSc Bedrijfskunde, profiel Accountancy en Controlling Studenten van de bacheloropleiding Bedrijfskunde, profiel Accountancy & Controlling die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit (het) oude programma(‘s) hebben afgerond, kunnen gebruik maken van onderstaande overgangsregeling: BSc Bedrijfskunde, profiel A&C - studiejaar 2 - overgangsregeling 2013-2014 vak NIEUWE programma sem. vak(ken) oude programma(‘s) die (indien afgerond) het (2013-2014) 13-14 nieuwe vak mogen vervangen Financial Management 1.1 Financieel beleid A&C (EBB675A05) BDK (EBB046A05) of Financieel beleid Bedrijfskunde (EBB615A05) of Financial Management for TM (EBB751B05) of Financiering I BE/FE/A&C (EBP805A05) Internal Control (BSc) 1.1 geen (EBB048A05) Kwantitatieve 1.1 Onderzoeksmethoden I Bedrijfskunde onderzoeksmethoden (EBP616A05) (EBB051A05) of Business Research Methods BE/FE/A&C (EBB018A05) Accounting for 1.2 Management Accounting and Control Management Control (EBB636A05) (EBB078A05) of Management Accounting BE/FE/A&C (EBB846B05) NB Deze vakken mogen dienen als vervanging voor of het nieuwe eerstejaarsvak Management Accounting BDK (EBP026A05) of het nieuwe tweedejaarsvak Accounting for Management Control (EB078A05) Boekhouden A&C 1.2 Boekhouden Ib A&C (EBB016A03) (EBB017B05) en Boekhouden II A&C (EBB017A05) Kwalitatieve 1.2 Onderzoeksmethoden II Bedrijfskunde onderzoeksmethoden (EBP625A04) (onder voorbehoud van (EBB050A05) mogelijkheid tot wegwerken puntdeficiëntie) of Bedrijfsk. org.diagn. en vaardigh. (EBB606A05) Financial Reporting and 2.1 Boekhouden II A&C (EBB017A05) Consolidation (EBB047A05) Ontwerpmethodologie 2.1 Methoden en technieken ontwerpger.onderz. (EBB052A05) (EBP606B05)

101


Recht BDK (EBB053A05)

Advanced Financial Accounting (EBB045A05) Financiering A&C (EBB823C05) Introduction to Auditing (EBB049A05)

2.1

Juridische grondslagen Bedrijfskunde (EBP613A04) (onder voorbehoud van mogelijkheid tot wegwerken puntdeficiëntie) Juridische grondslagen BE/FE/A&C (EBP004B05) Bedrijfsrecht (EBB607A05

2.2

of of geen

2.2

Financiering II BE/FE/A&C (EBB823B05)

2.2

geen

Bijlage 10.7

Overgangsregeling BSc Bedrijfskunde, profiel Business en Management Studenten van de bacheloropleiding Bedrijfskunde, profiel Business & Management die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit (het) oude programma(‘s) hebben afgerond, kunnen gebruik maken van onderstaande overgangsregeling: BSc Bedrijfskunde, profiel B&M - studiejaar 2 - overgangsregeling 2013-2014 vak NIEUWE programma sem. vak(ken) oude programma(‘s) die (indien afgerond) het (2013-2014) 13-14 nieuwe vak mogen vervangen Financial Management 1.1 Financieel beleid A&C (EBB675A05) BDK (EBB046A05) of Financieel beleid Bedrijfskunde (EBB615A05) of Financial Management for TM (EBB751B05) of Financiering I BE/FE/A&C (EBP805A05) Kwantitatieve 1.1 Onderzoeksmethoden I Bedrijfskunde onderzoeksmethoden (EBP616A05) (EBB051A05) of Business Research Methods BE/FE/A&C (EBB018A05) Management- en 1.1 Organisatie en managementtheorie (EBP626B05) Organisatietheorie (EBB054A05) Kwalitatieve 1.2 Onderzoeksmethoden II Bedrijfskunde onderzoeksmethoden (EBP625A04) (onder voorbehoud van (EBB050A05) mogelijkheid tot wegwerken puntdeficiëntie) of Bedrijfsk. org.diagn. en vaardigh. (EBB606A05) Accounting for 1.2 Management Accounting and Control Management Control (EBB636A05) (EBB078A05) of Management Accounting BE/FE/A&C (EBB846B05) NB Deze vakken mogen dienen als vervanging voor of het nieuwe eerstejaarsvak Management Accounting BDK (EBP026A05) of het nieuwe tweedejaarsvak Accounting for Management Control (EB078A05)

102


Operations Management B&M/TM (EBB644B05) Human Resource Management B&M (EBB617B05) Ontwerpmethodologie (EBB052A05) Recht BDK (EBB053A05)

1.2

Operations Management (EBB644A05)

2.1

Human Resource Management (EBB617A05)

2.1

Methoden en technieken ontwerpger.onderz. (EBP606B05) Juridische grondslagen Bedrijfskunde (EBP613A04) (onder voorbehoud van mogelijkheid tot wegwerken puntdeficiëntie) of Juridische grondslagen BE/FE/A&C (EBP004B05) of Bedrijfsrecht (EBB607A05 Practicum I Bedrijfskunde (EBB725A05)

2.1

Marktcontext en 2.2 marktonderzoek (EBB055A05) Organisatieverandering en 2.2 Leiderschap (EBB711C05) Strategic Management 2.2 B&M (EBB649C05)

Bijlage 10.8

Organisatieverandering (EBB711A05)

of

Strategic Management (EBB649B05) Strategisch Management BE (EBB843B05)

Overgangsregeling BSc Bedrijfskunde, profiel Technology Management

Studenten van de bacheloropleiding Bedrijfskunde, profiel Technology Management die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit (het) oude programma(‘s) hebben afgerond, kunnen gebruik maken van onderstaande overgangsregeling: BSc Bedrijfskunde, profiel TM - studiejaar 2 - overgangsregeling 2013-2014 vak NIEUWE programma sem. vak(ken) oude programma(‘s) die (indien afgerond) het (2013-2014) 13-14 nieuwe vak mogen vervangen Financial Management 1.1 Financieel beleid A&C (EBB675A05) BDK (EBB046A05) of Financieel beleid Bedrijfskunde (EBB615A05) of Financial Management for TM (EBB751B05) of Financiering I BE/FE/A&C (EBP805A05) Kwantitatieve 1.1 Onderzoeksmethoden I Bedrijfskunde onderzoeksmethoden (EBP616A05) (EBB051A05) of Business Research Methods BE/FE/A&C (EBB018A05) Technologiemanagement 1.1 Inleiding discrete technologie ((EBP608A05) (EBB059A05) Kwalitatieve 1.2 Onderzoeksmethoden II Bedrijfskunde onderzoeksmethoden (EBP625A04) (onder voorbehoud van (EBB050A05) mogelijkheid tot wegwerken puntdeficiëntie) of Bedrijfsk. org.diagn. en vaardigh. (EBB606A05)

103


Logistieke informatiesystemen (EBB057A05) Operations Management B&M/TM (EBB644B05) Ontwerpmethodologie (EBB052A05) Recht BDK (EBB053A05)

1.2

geen

1.2

Operations Management (EBB644A05)

2.1

Methoden en technieken ontwerpger.onderz (EBP606B05)

2.1

Work Organization and Job Design (EBB601B05) Applied Manufacturing Research (EBB056A05) Management of Product Innovation (EBB652B05) Production Planning & Quality Control (EBB058A05)

2.1

Juridische grondslagen Bedrijfskunde (EBP613A04) (onder voorbehoud van mogelijkheid tot wegwerken puntdeficiëntie) of Juridische grondslagen BE/FE/A&C (EBP004B05) of Bedrijfsrecht (EBB607A05 Work Organization and Job Design (EBB601B05)

2.2

Applied Manufacturing Management (TBAMM05E)

2.2

Management of Product Innovation (EBB652B05

2.2

Production Organization and Control (EBB650B05)

Bijlage 10.9

Substitutie- en overgangsregelingen BSc Econometrics and Operations Research

Studenten van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het (toenmalige) tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc EOR – studiejaar 2 - substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. substitutievak(ken) (2012-2013) 12-13 2013-2014 Difference- & Differential 1.2 Difference- & Equations (EBB812A05) Differential Equations (EBB812A05) Finance Theory and 2.1 geen Modelling (EBB825A05) Introduction to Actuarial 2.2 Introduction to Science Actuarial Science (EBB827A05) (EBB827A05)

104


optie 3

2.1

optie 1


Introduction to 2.2 Econometrics (EBB828A05) Introduction to 2.1 Mathematical Economics (EBB830A05) Introduction to Operations Research (EBB829A05) Linear Algebra and Convexity (EBB851B05)

Macroeconomics I for EOR (EBB027A05) Programming I for EOR (EBB859A05) Programming II for EOR (EBB860A05) Statistics IIa for EOR (EBB876A05) Statistics IIb for EOR (EBB877A05)

1.2

1.1

1.2 1.1 2.2 1.1 2.1

Introduction to Econometrics (EBB828A05) Introduction to Mathematical Economics (EBB830A05) Introduction to Operations Research (EBB829A05) Matrices, Graphs and Convexity (EBB073A05) en Linear Algebra for EOR (EBP037A05) Macroeconomics for EOR (EBB027B05) Programming for EOR (EBP039A05) geen

2.1

optie 1

2.2

optie 1

1.2

optie 1

1.1

2.2

optie 2; in dit geval geldt Linear Algebra for EOR (EBP037A05) als derdejaars keuzevak

1.1

optie 1

2.1

optie 2

Statistical Inference (EBB075A05) Linear Models in Statistics (EBB072A05)

1.1

optie 1

1.2

optie 1

optie 3

Studenten van de bacheloropleiding Econometrics and Operations Research die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit het oude programma hebben afgerond, kunnen gebruik maken van onderstaande overgangsregeling: BSc EOR – studiejaar 2 - overgangsregeling 2013-2014 vak NIEUWE programma (2013-2014) Macroeconomics for EOR (EBB027B05) Matrices, Graphs and Convexity (EBB073A05) Statistical Inference (EBB075A05) Difference- & Differential Equations (EBB812A05) Introduction to Operations Research (EBB829A05) Linear Models in Statistics (EBB072A05)

sem. vak(ken) oude programma die (indien afgerond) het 13-14 nieuwe vak mogen vervangen 1.1 Macroeconomics I for EOR (EBB027A05) 1.1

Linear Algebra and Convexity (EBB851B05)

1.1

Statistics IIa for EOR (EBB876A05)

1.2

Difference- & Differential Equations (EBB812A05)

1.2

Introduction to Operations Research (EBB829A05)

1.2

Statistics IIb for EOR (EBB877A05)

105


Introduction to Actuarial Science (EBB827A05) Introduction to Econometrics (EBB828A05) Queueing Theory and Simulation (EBB074A05) Dynamic Econometrics (EBB813A05) Introduction to Mathematical Economics (EBB830A05) Risk Insurance (EBB863A05)

2.1

Introduction to Actuarial Science (EBB827A05)

2.1

Introduction to Econometrics (EBB828A05)

2.1

geen

2.2

Dynamic Econometrics (EBB813A07)

2.2

Introduction to Mathematical Economics (EBB830A05)

2.2

Risk Insurance (EBB863A07)

Bijlage 10.10 Substitutie- en overgangsregelingen BSc Economics and Business Economics, profiel Economics Studenten van de bacheloropleiding Economics and Business Economics, profiel Economics die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het (toenmalige) tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc E&BE, profiel Economics - studiejaar 2 - substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. substitutievak(ken) (2012-2013) 12-13 2013-2014 Applied Public Finance & 2.2 geen Economic Policy (EBB015A05) Econometrics for Economics (EBB814A05)

2.1

Empirical Research Paper 2.2 (EBB020A05) Finance II for E&BE (EBB818A05)

2.1

Growth, Institutions and Business (EBB022A05)

1.2

International Economics IIa for E&BE (EBB003B05)

2.1

106

Econometrics for Economics (EBB814A05) Empirical Research Paper for Economics (EBB020B05) Capital Structure and Financial Planning (EBB060A05) Growth, Institutions and Business (EBB022A05) Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE (EBB064A05)

sem. 13-14

2.1

optie (zie bijlage 10.1) en/of toelichting optie 3; vervangend vak in overleg met programmacoördinator optie 1

2.2

optie 1

2.1

optie 1

2.1

optie 1

1.1

optie 1; een cijfer behaald voor de opdracht van IE IIa (SGT grade) blijft geldig voor het substitutievak.


International Economics 2.2 IIb for E&BE (EBB834B05)

Economics of Banking (EBB062A05)

2.2

International Industrial Economics (EBB836A05) Macroeconomics II (EBB841A05

1.2

1.2

1.1

optie 2

Mathematics IIa for Economics (EBB932A05) Mathematics IIb for Economics (EBB933A05)

1.1

1.1

optie 2

1.2

optie 1

Public Finance (EBB861A05)

1.1

Microeconomics Industrial Organization (EBB067A05) International Macroeconomics (EBB841B05) Matrix Analysis and Optimization (EBB066A05) Intermediate Mathematics (EBB933B05) Public Finance (EBB861A05)

optie 2; wie geen voldoende heeft behaald voor de opdracht van IE IIb (SGT grade) dient het substitutievak te volgen optie 1

1.2

optie 2

1.1

1.2

Studenten van de bacheloropleiding Economics and Business Economics, profiel Economics die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit (het) oude programma(‘s) hebben afgerond, kunnen gebruik maken van onderstaande overgangsregeling: BSc E&BE, profiel Economics - studiejaar 2 - overgangsregeling 2013-2014 vak NIEUWE programma (2013-2014) Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE (EBB064A05) International Macroeconomics (EBB841B05) Matrix Analysis and Optimization (EBB066A05) Intermediate Mathematics (EBB933B05) Microeconomics Industrial Organization (EBB067A05) Public Finance (EBB861A05) Capital Structure and Financial Planning (EBB060A05)

sem. vak(ken) oude programma(‘s) die (indien afgerond) het 13-14 nieuwe vak mogen vervangen 1.1 International Economics IIa for E&BE (EBB003B05)

1.1

1.1

International Economics IIb for E&BE (EBB834B05) of Macroeconomics II (EBB841A05) Mathematics IIa for Economics (EBB932A05)

1.2

Mathematics IIb for Economics (EBB933A05)

1.2

International Industrial Economics (EBB836A05)

1.2

Public Finance (EBB861A05)

2.1

Finance II for E&BE (EBB818A05)

107


Econometrics for Economics (EBB814A05) Growth, Institutions and Business (EBB022A05) Economics of Banking (EBB062A05) Empirical Research Paper for Economics (EBB020B05) History of Economic Thought (EBB934A05)

2.1

Econometrics for Economics (EBB814A05)

2.1


2.2

International Economics IIb for E&BE (EBB834B05)

2.2

Empirical Research Paper (EBB020A05)

2.2

History of Economic Thought (EBB934A05)

Bijlage 10.11 Substitutie- en overgangsregelingen BSc Economics and Business Economics, profiel IE&B Studenten van de bacheloropleiding Economics and Business Economics, profiel IE&B die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het (toenmalige) tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc E&BE, profiel IE&B - studiejaar 2 - substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma (2012-2013) Economics of Strategy (EBB019A05)

sem. substitutievak(ken) 12-13 2013-2014 2.2 geen


2.1

Global Development Studies (EBB921B05) Growth, Institutions and Business (EBB022A05)

1.1

108

1.2

Capital Structure and Financial Planning (EBB060A05) Global Development Studies (EBB921B05) Growth, Institutions and Business (EBB022A05)

sem. optie (zie bijlage 10.1) 13-14 en/of toelichting 2.2 optie 3; vervangend vak in overleg met programmacoördinator; in 2014-2015 kan het nieuwe derdejaarsvak Economic Organization Theory als substitutievak worden gevolgd. 2.1 optie 1

1.2

optie 1

2.1

optie 1


International Business Strategy (BSc) (EBB023A05)

1.2

International Business Strategy for IE&B (EBB023B05)

International Economics IIa for E&BE (EBB003B05)

2.1

Foreign Dir. Investment 1.1 & Trade for E&BE (EBB064A05)


2.2

Economics of Banking (EBB062A05) of International Macroeconomics (EBB841B05) Microeconomics Industrial Organization (EBB067A05) Matrix Analysis and Optimization (EBB066A05) Empirical Research Paper for IE&B (EBB071A05)

2.2

geen

2.1

International Industrial Economics (EBB836A05) Mathematics II for IE&B (EBB897B05)

1.2

Research Methods II for IE&B (EBB028A05)

2.1-2

Spanish for IE&B/IB&M (EBB894B05)

2.1-2

1.1

1.2

1.2

optie 1; een cijfer dat is behaald voor de opdracht(en) van International Business Strategy (BSc) (EBB023A05) blijft geldig voor International Business Strategy for IE&B (EBB023B05) optie 1 een cijfer behaald voor de opdracht(en) van IE IIa (SGT grade) blijft geldig voor het substitutievak optie 2; wie geen voldoende heeft behaald voor de opdracht(en) van IE IIb (SGT grade) dient het substitutievak te volgen optie 1

1.1

optie 1

2.2

optie 2; studenten die in 20122013 Research Methods II for IE&B niet hebben afgerond, dienen in 20132014 Empirical Research Paper for IE&B te volgen; het verdient daarbij aanbeveling ter voorbereiding tevens de colleges van Econometrics for IE&B te volgen optie 3; de onderdelen presentatie en portfolio moeten in 2012-2013 zijn afgerond; is dit niet het geval, dan dient men in overleg met de programmacoördinator een vervangend vak te volgen

1.1

109


Statistics II for IE&B (EBB874B05)

1.1

Econometrics for IE&B (EBB070A05)

2.1

optie 2; als de opdracht voor Statistics II for IE&B niet is gehaald, dient men Econometrics for IE&B te volgen

Studenten van de bacheloropleiding Economics and Business Economics, profiel IE&B die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit (het) oude programma(‘s) hebben afgerond, kunnen gebruik maken van onderstaande overgangsregeling: BSc E&BE, profiel IE&B - studiejaar 2 - overgangsregeling 2013-2014 vak NIEUWE programma (2013-2014) Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE (EBB064A05) International Macroeconomics (EBB841B05) Matrix Analysis and Optimization (EBB066A05) Global Development Studies (EBB921B05) International Business Strategy for IE&B (EBB023B05) Microeconomics Industrial Organization (EBB067A05) Capital Structure and Financial Planning (EBB060A05) Econometrics for IE&B (EBB070A05) Growth, Institutions and Business (EBB022A05) Economics of Banking (EBB062A05) Empirical Research Paper for IE&B (EBB071A05) Philosophy and Ethics of Business (EBB069A05)

110

sem. vak(ken) oude programma(‘s) die (indien afgerond) het 13-14 nieuwe vak mogen vervangen 1.1 International Economics IIa for E&BE (EBB003B05)

1.1


1.1

Mathematics II for IE&B (EBB897B05)

1.2

Global Development Studies (EBB921B05)

1.2

International Business Strategy (BSc) (EBB023A05)

1.2

International Industrial Economics (EBB836A05)

2.1


2.1

Statistics II for IE&B (EBB874B05)

2.1


2.2


2.2

Research Methods II for IE&B (EBB028A05)

2.2

In overleg met de programmacoördinator kan worden bekeken of een vak uit het oude programma kan worden gebruikt als vervangend vak.


Bijlage 10.12 Overgangsregeling BSc Economics and Business Economics, profiel Business Economics Studenten van de bacheloropleiding Economics and Business Economics, profiel Business Economics die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit (het) oude programma(‘s) hebben afgerond, kunnen gebruik maken van onderstaande overgangsregeling: BSc E&BE, profiel BE - studiejaar 2 - overgangsregeling 2013-2014 vak NIEUWE programma (2013-2014) Foreign Dir. Investment & Trade for E&BE (EBB064A05) International Macroeconomics (EBB841B05) Matrix Analysis and Optimization (EBB066A05) Management Accounting for BE (EBB846C05) Microeconomics Industrial Organization (EBB067A05) Operations and Logistics Management (EBB068A05)

sem. vak(ken) oude programma(‘s) die (indien afgerond) het 13-14 nieuwe vak mogen vervangen 1.1 geen

Capital Structure and Financial Planning (EBB060A05) Econometrics for BE (EBB061A05) Human Resource Management for BE (EBB065A05) Economics of Banking (EBB062A05) Empirical Research Paper for BE (EBB063A05) Philosophy and Ethics of Business (EBB069A05)

1.1

geen

1.1

geen

1.2

Management Accounting BE/FE/A&C (EBB846B05)

1.2

geen

1.2

2.1

Operations Management BE/FE/A&C (EBP005B05) of Operations Management (EBB644A05) Financiering II BE/FE/A&C (EBB823B05)

2.1

geen

2.1

Human Resource Management (EBB617A05)

2.2

geen

2.2

geen

2.2

geen

111


Bijlage 10.13 Substitutieregeling BSc Fiscale Economie In 2012-2013 is het tweede studiejaar van de bacheloropleiding Fiscale Economie voor het laatst aangeboden. Studenten van de bacheloropleiding Fiscale Economie die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc Fiscale Economie - studiejaar 2 - substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. (2012-2013) 12-13 Belastingrecht 1 voor Fisc 1.1-2 Ec&Acc (RGAFI30103) Financiering II 2.1 BE/FE/A&C (EBB823B05)

substitutievak(ken) 2013-2014 Belastingrecht 1 voor Fisc Ec&Acc (RGAFI30103) Capital Structure and Financial Planning (EBB060A05) Financiële en Actuariële Rekenkunde (EBB822A05) Fiscaal Comptabele Verantwoording 1 (RGBFI00504) Formeel Belastingrecht 1 (RGBFI00106) Inkomstenbelasting (RGBFI00108)

sem. optie (zie bijlage 10.1) 13-14 en/of toelichting 1.1-2 optie 1; vak wordt ook verzorgd in 2013-2014. 2.1 optie 1

Management Accounting 1.2 BE/FE/A&C (EBB846B05) Ondernemingsrecht 1.1 A&C/FE (EBB901B05)

Management Accounting for BE (EBB846C05) Ondernemingsrecht A&C/FE (EBB901B05)

1.2

Successiewet voor Fiscalisten (RGBFI00304)

2.2

2.2

Vermogensrecht (EBB889A05)

1.1

Successiewet voor Fiscalisten (RGBFI00304) geen

Winst (RGBFI00207)

2.1-2

Winst (RGBFI00207)

2.1-2

Financiële en Actuariële Rekenkunde (EBB822A05) Fiscaal Comptabele Verantwoording 1 (RGBFI00504) Formeel Belastingrecht 1 (RGBFI00106)

2.2

Inkomstenbelasting (RGBFI00108)

2.1-2

112

2.1

1.1-2

1.2

2.1

1.1-2

2.1-2

1.1

optie 1 vak wordt ook verzorgd in 2013-2014. optie 1; vak wordt ook verzorgd in 2013-2014. optie 1; vak wordt ook verzorgd in 2013-2014. optie 1; vak wordt ook verzorgd in 2013-2014. optie 1

optie 1 vak wordt ook verzorgd in 2013-2014. optie 1; vak wordt ook verzorgd in 2013-2014. optie 3

optie 1; vak wordt ook verzorgd in 2013-2014.


Bijlage 10.14 Substitutie- en overgangsregelingen BSc International Business Studenten van de bacheloropleiding International Business die in 2010-2011 of eerder met de opleiding zijn begonnen en het (toenmalige) tweede jaar van de opleiding nog niet hebben afgerond, worden voor de afronding van hun tweede studiejaar verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. In aanvulling daarop geldt de navolgende substitutieregeling: BSc International Business – studiejaar 2 – aanvullende substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. (2012-2013) 12-13 History of Globalization 1.2 (EBB038A05) International Relations & 2.2 European Integration (EBB039A05)

substitutievak(ken) sem. optie (zie bijlage 10.1) 2013-2014 13-14 en/of toelichting Global Business History 1.2 optie 1 (EBB038B05) Global Political 2.2 optie 1 Economy (EBB039B05)

Studenten van de bacheloropleiding International Business die in 2010-2011 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 het (toenmalige) derde studiejaar van de opleiding nog niet hebben afgerond, moeten gebruik maken van de navolgende substitutieregeling: BSc International Business – studiejaar 3 - substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma (2012-2013) Bachelor’s Thesis IB (EBB737B10) International Financial Management (EBB627A05) International Strategic Management (EBB628A05) Managing Int. Business Organizations (EBB638A10)

sem. substitutievak(ken) 12-13 2013-2014 2.1-2 Bachelor’s Thesis IB (EBB737B10) 2.2 International Financial Management (EBB627A05) 2.1 International Strategic Management (EBB628A05) 2.1-2 Managing Intern. Bus. Organizations Game (EBB638B05) en Empirical Research Project for IB (EBB044A05)

sem. 13- optie (zie bijlage 10.1) 14 en/of toelichting 2.1-2 optie 1 2.2 (of 1.2)

optie 1

2.1 (of 1.1)

optie 1

2.2 (of 1.2)

optie 2

2.1 (of 1.1)

Studenten van de bacheloropleiding International Business die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit (het) oude programma(‘s) hebben afgerond, kunnen gebruik maken van onderstaande overgangsregeling:

113


BSc International Business - studiejaar 3 - overgangsregeling 2013-2014 vak NIEUWE programma (2013-2014) International Strategic Management (EBB628A05) International Financial Management (EBB627A05) Managing Intern. Bus. Organizations Game (EBB638B05) en Empirical Research Project for IB (EBB044A05)

sem. 13- vak(ken) oude programma(‘s) die (indien afgerond) 14 het nieuwe vak mogen vervangen 2.1 International Strategic Management (EBB628A05) (of 1.1) 2.2 (of 1.2)

International Financial Management (EBB627A05)

2.2 (of 1.2)

Managing Int. Business Organizations (EBB638A10)

2.1 (of 1.1)

Bijlage 10.15 Substitutieregeling BSc Technologiemanagement, profiel Discrete Technologie In 2012-2013 is het tweede studiejaar van de bacheloropleiding Technologiemanagement voor het laatst aangeboden. Studenten van de bacheloropleiding Technologiemanagement, profiel Discrete Technologie die in 20112012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc Technologiemanagement, profiel Discrete Technologie - studiejaar 2substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. substitutievak(ken) sem. optie (zie bijlage 10.1) (2012-2013) 12-13 2013-2014 13-14 en/of toelichting Financial Management 2.2 Financial Management 1.1 optie 1 for TM (EBB751B05) BDK (EBB046A05) Management Accounting 2.2 Accounting for 1.2 optie 1 and Control Management Control (EBB636A05) (EBB078A05) Marketing Bedrijfskunde 1.1 Marketing BDK 1.1 optie 2 (EBB639A05) (EBP027A05) Mechanica voor TBK/TM 1.1 Mechanica voor 1.1 optie 1 (NAMECH05E) TBK/TM (NAMECH05E) Operations Research 1 1.2 Operations Research 1 1.2 optie 1 (EBB857A05) (EBB857A05) Organisatie en 1.2 Organisatie en 2.2 optie 2 technologie II omgeving (EBB646A05) (EBP028A05)

114


Productie technieken (TBPRTE-12)) Production Organization and Control (EBB650B05) Wiskunde 2 voor TM (WIW2TM-03)

1.2

Work Organization and Job Design (EBB601B05)

2.1

2.1

1.1

Productie technieken (TBPRTE-12) Production Planning & Quality Control (EBB058A05) Matrix Analysis and Optimization (EBB066A05) Work Organization and Job Design (EBB601B05)

1.2

optie 1

2.2

optie 2

1.1

optie 1

2.1

optie 1

Bijlage 10.16 Substitutieregeling BSc Technologiemanagement, profiel Informatietechnologie In 2012-2013 is het tweede studiejaar van de bacheloropleiding Technologiemanagement voor het laatst aangeboden. Studenten van de bacheloropleiding Technologiemanagement, profiel Informatietechnologie die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc Technologiemanagement, profiel Informatietechnologie - studiejaar 2substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. substitutievak(ken) sem. optie (zie bijlage 10.1) (2012-2013) 12-13 2013-2014 13-14 en/of toelichting Business Modelling 1.1 geen optie 3 (EBB656B06) Inleiding 1.2 Inleiding 1.2 optie 1 informatiesystemen informatiesystemen (INBIIS-08) (INBIIS-08) Financial Management 2.2 Financial Management 1.1 optie 1 for TM BDK (EBB751B05) (EBB046A05) Informatievisualisatie in 2.2 geen optie 3 organisaties (EBB696A04) Management Accounting 2.2 Accounting for 1.2 optie 1 and Control Management Control (EBB636A05) (EBB078A05) Marketing Bedrijfskunde 1.1 Marketing BDK 1.1 optie 2 (EBB639A05) (EBP027A05) Organisatie en 1.2 Organisatie en 2.2 optie 2 technologie II omgeving (EBB646A05) (EBP028A05) Operations Research 1 1.2 Operations Research 1 1.2 optie 1 (EBB857A05) (EBB857A05)

115


Production Organization and Control (EBB650B05) Object-georienteerd ontwerpen (EBB676A06) Wiskunde 2 voor TM (WIW2TM-03)

2.1


2.1

2.1

1.1

Production Planning & Quality Control (EBB058A05) geen

2.2

optie 2

-

optie 3

Matrix Analysis and 1.1 Optimization (EBB066A05) Work Organization and 2.1 Job Design (EBB601B05)

optie 1

optie 1

Bijlage 10.17 Substitutieregeling BSc Technologiemanagement, profiel Procestechnologie In 2012-2013 is het tweede studiejaar van de bacheloropleiding Technologiemanagement voor het laatst aangeboden. Studenten van de bacheloropleiding Technologiemanagement, profiel Procestechnologie die in 20112012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van het tweede studiejaar hebben voldaan, dienen ter afronding van hun tweede studiejaar gebruik te maken van de navolgende substitutieregeling: BSc Technologiemanagement, proces Procestechnologie - studiejaar 2substitutieregeling 2013-2014 vak OUDE programma sem. substitutievak(ken) sem. optie (zie bijlage 10.1) (2012-2013) 12-13 2013-2014 13-14 en/of toelichting Eenfase reactoren (TBK) 1.1 Eenfase reactoren (TBK) 1.1 optie 1 (CHEFR-08) (CHEFR-08) Financial Management 2.2 Financial Management 1.1 optie 1 for TM BDK (EBB751B05) (EBB046A05) Fysische 2.2 Fysische 2.2 optie 1 transportverschijnselen 1 transportverschijnselen (CHTFTV105E) 1 (CHTFTV105E) Management Accounting 2.2 Accounting for 1.2 optie 1 and Control Management Control (EBB636A05) (EBB078A05) Marketing Bedrijfskunde 1.1 Marketing BDK 1.1 optie 2 (EBB639A05) (EBP027A05) Organisatie en 1.2 Organisatie en 2.2 optie 2 technologie II omgeving (EBB646A05) (EBP028A05) Operations Research 1 1.2 Operations Research 1 1.2 optie 1 (EBB857A05) (EBB857A05) Production Organization 2.1 Production Planning & 2.2 optie 2 and Control Quality Control (EBB650B05) (EBB058A05)

116


Producttechnologie (CHTPT05E) Structuur en moleculen (TBSTMO-11) Wiskunde 2 voor TM (WIW2TM-03)

2.1


2.1

1.2 1.1

Producttechnologie (CHTPT05E) Structuur en moleculen (TBSTMO-11) Matrix Analysis and Optimization (EBB066A05) Work Organization and Job Design (EBB601B05)

2.1

optie 1

1.2

optie 1

1.1

optie 1

2.1

optie 1

117


Onderwijs- en examenregeling masteropleidingen 2013-2014 Paragraaf 1. Algemene Bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling 1. Deze regeling is van toepassing op het onderwijs, de tentamens en de examens van de navolgende masteropleidingen: a) Accountancy en Controlling (A&C) b) Business Administration (BA) c) Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies (EORAS) d) Economics e) Finance f) Fiscale Economie (FE) g) Human Resource Management (HRM) h) International Business and Management (IB&M) i) International Economics and Business (IE&B) j) International Financial Mangement (IFM) k) Marketing l) Supply Chain Management (SCM) m) Technology and Operations Management (TOM) n) Research Master in Economics and Business (research) (ReMa E&B) o) Executive Master of Accountancy (EMA) p) Executive Master of Finance and Control (EMFC) q) Opleiding tot leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Economie en Bedrijfswetenschappen (Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen) r) Opleiding tot leraar voorbereidend hoger onderwijs in Algemene Economie (Lerarenopleiding Algemene Economie) s) Opleiding tot leraar voorbereidend hoger onderwijs in Management en Organisatie (Lerarenopleiding Management en Organisatie) hierna te noemen: de opleidingen, en op alle studenten die voor een van de opleidingen staan ingeschreven. 2. De opleidingen worden verzorgd binnen de Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB) van de Rijksuniversiteit Groningen, hierna te noemen: de faculteit. 3. Deze OER is ook van toepassing op studenten van andere faculteiten of onderwijsinstellingen, voor zover ze onderdelen van een van de opleidingen volgen. 4. Voor de onderdelen die studenten van de opleidingen volgen bij andere opleidingen, faculteiten of onderwijsinstellingen geldt de OER van de desbetreffende opleiding, faculteit of instelling en is de desbetreffende examencommissie bevoegd. 5. De Lerarenopleidingen (artikel 1.1.q - 1.1.s) worden gezamenlijk aangeboden door de faculteit en de afdeling Universitaire Lerarenopleiding (ULO) van de

118


faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen. De faculteit is de verantwoordelijke (penvoerder) voor de opleidingen. Op het onderwijs dat door de ULO wordt verzorgd, is de OER van de ULO van toepassing, zoals opgenomen in bijlage 23 en 24. 6. Deze regeling is ook van toepassing op de master Double Degree programma’s die de faculteit in samenwerking met buitenlandse partneruniversiteiten aanbiedt, te weten: a) Double Degree van de MSc Finance (FEB) en de MSc in Finance and Risk Management van de Alexandru Ioan Cuza University te Iasi, Roemenië; b) Double Degree van de MSc IB&M (FEB) en de MSc in Advanced International Business Management & Marketing van de Newcastle University Business School te Newcastle, UK; c) Double Degree van de MSc IE&B (FEB) en de MA in International Economy and Business van de Corvinus University te Boedapest, Hongarije; d) Double Degree van de MSc IE&B (FEB) en de MA in International Economics, specialisatie Development Economics van de Georg-August University te Göttingen, Duitsland; e) Double Degree van de MSc Economics (FEB) of de MSc IB&M (FEB) of de MSc IE&B (FEB) en de MSc in Economics, specialisatie Applied Economics van de Fudan University, School of Economics te Shanghai, China; f) Double Debree van de MSc IFM (FEB) en de MSc in Business and Economics van de Uppsala University te Uppsala, Zweden; g) Double Degree van de MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence (FEB) en de MSc in Strategic Marketing Management van de BI Norwegian Business School te Oslo, Noorwegen; h) Double Degree van de MSc TOM (FEB) en de MSc in Operations and Supply Chain Management van de Newcastle University Business School te Newcastle, UK; voor zover het onderdelen betreft die studenten volgen aan de faculteit. Voor de onderdelen van de Double Degree programma’s die studenten volgen bij de partneruniversiteit gelden de onderwijsen examenregelingen van die instelling. Voor het programma en de toekenning van de bijbehorende diploma’s zijn de faculteit en de partneruniversiteit gezamenlijk verantwoordelijk. Artikel 1.2 Begripsbepalingen. In deze regeling wordt verstaan onder: a) de wet: de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW); 18 b) student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en de examens van een van de opleidingen;

18

In deze regeling wordt gemakshalve uitsluitend de verwijzing ‘hij’ gebruikt.

119


c)

opleiding:

d)

traject:

e)

profiel:

f)

doorstroommasteropleiding:

g)

ECTS-credit (EC):

h)

onderdeel:

i) j)

vak: practicum:

k)

tentamen:

l)

deeltentamen:

m)

examen:

n)

examinator:

o)

studiejaar

p)

semester:

120

een van de masteropleidingen genoemd in artikel 1.1 van deze regeling; een variant binnen een opleiding die leidt tot een diploma; een variant binnen een traject van een opleiding die leidt tot een diploma; de opleiding waarvoor van rechtswege toegang wordt verleend op grond van een daartoe aangewezen bacheloropleiding internationale eenheid voor het uitdrukken van de studielast, waarbij één ECTS-credit (EC), volgens het European Credit Transfer System (ECTS), gelijk staat aan 28 uur studeren; onderwijseenheid van de opleiding, als bedoeld in art. 7.3 van de wet; onderwijseenheid als bedoeld in art. 7.3 van de wet een praktische oefening, als bedoeld in artikel 7.13 van de wet, in een van de volgende vormen: het maken van een scriptie; het maken van een werkstuk of een proefontwerp; het uitvoeren van een onderzoeksopdracht; het deelnemen aan veldwerk of een excursie; het doorlopen van een stage; of het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden; onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student alsmede de beoordeling van de resultaten van het onderzoek met betrekking tot een onderdeel van het examen; een gedeelte van een tentamen dat op een afwijkende plaats en tijd wordt afgenomen; het afsluitend masterexamen van de opleiding dat met goed gevolg is afgelegd als aan alle verplichtingen van de gehele masteropleiding is voldaan; degene die door de examencommissie is aangewezen om tentamens en examens af te nemen; het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar; deel van het studiejaar, beginnend op 1 september en eindigend op een door het College van Bestuur te bepalen datum omstreeks 31 januari, dan wel beginnend op een door het College van Bestuur te bepalen datum en eindigend op 31 augustus. Een semester kan worden verdeeld in twee blokken;


q)

Ocasys

internetdatabase (http://www.rug.nl/ocasys/feb) waarin de programma’s van de opleidingen en de inhoud van de onderdelen van de opleidingen nader worden omschreven. r) lerarenopleiding opleiding die opleidt tot een eerstegraads leraarbevoegdheid voor een bepaald schoolvak, welke wordt verzorgd door de ULO onder verantwoordelijkheid van de Examencommissie van de faculteit; s) duale opleiding: een opleiding als bedoeld in artikel 7.7a, lid 3 van de wet. De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent. Artikel 1.3 Doel van de opleidingen 1. Het doel van de masteropleiding Accountancy en Controlling staat vermeld in bijlage 1.1. 2. Het doel van de masteropleiding Business Administration staat vermeld in bijlage 1.2. 3. Het doel van de masteropleiding Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies staat vermeld in bijlage 1.3. 4. Het doel van de masteropleiding Economics staat vermeld in bijlage 1.4. 5. Het doel van de masteropleiding Finance staat vermeld in bijlage 1.5. 6. Het doel van de masteropleiding Fiscale Economie staat vermeld in bijlage 1.6. 7. Het doel van de masteropleiding Human Resource Management staat vermeld in bijlage 1.7. 8. Het doel van de masteropleiding International Business and Management staat vermeld in bijlage 1.8. 9. Het doel van de masteropleiding International Economics and Business staat vermeld in bijlage 1.9. 10. Het doel van de masteropleiding International Financial Management staat vermeld in bijlage 1.10. 11. Het doel van de masteropleiding Marketing staat vermeld in bijlage 1.11. 12. Het doel van de masteropleiding Supply Chain Management staat vermeld in bijlage 1.12. 13. Het doel van de masteropleiding Technology and Operations Management staat vermeld in bijlage 1.13. 14. Het doel van de masteropleiding Research Master in Economics and Business (research) staat vermeld in bijlage 1.14. 15. Het doel van de masteropleiding Executive Master of Accountancy staat vermeld in bijlage 1.15. 16. Het doel van de masteropleiding Executive Master of Finance and Control staat vermeld in bijlage 1.16. 17. Voor de eindtermen van de Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen wordt verwezen naar artikel 1.3 van bijlage 23, die een integraal onderdeel is van deze regeling.

121


18. Voor de eindtermen van de Lerarenopleiding Algemene Economie en de Lerarenopleiding Management en Organisatie wordt verwezen naar artikel 1.3 van bijlage 24, die een een integraal onderdeel is van deze regeling. Artikel 1.4 Vorm van de opleidingen 1. De volgende masteropleidingen worden voltijds verzorgd: a) Accountancy en Controlling (A&C) b) Business Administration (BA) c) Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies (EORAS) d) Economics e) Finance f) Fiscale Economie (FE) g) Human Resource Management (HRM) h) International Business and Management (IB&M) i) International Economics and Business (IE&B) j) International Financial Mangement (IFM) k) Marketing l) Supply Chain Management (SCM) m) Technology and Operations Management (TOM) n) Research Master in Economics and Business (research) (ReMa E&B) 2. Duaal verzorgd worden: a) de Executive Master of Accountancy (EMA) b) de Executive Master of Finance and Control (EMFC) c) de Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen d) de Lerarenopleiding Algemene Economie e) de Lerarenopleiding Management en Organisatie Artikel 1.5 Iudicium abeundi 1. In geval van ernstig laakbare gedragingen en/of uitlatingen van een student kan het College van Bestuur in bijzondere gevallen na advies van de Examencommissie of van het faculteitsbestuur de inschrijving van een student beëindigen. 2. Het College van Bestuur neemt een beslissing als bedoeld in het eerste lid van dit artikel eerst nadat de betreffende student is gehoord omtrent de voorgenomen beslissing, nadat een zorgvuldige afweging van alle belangen van de student en de instelling heeft plaatsgevonden en nadat aannemelijk is geworden dat de student door zijn/haar gedragingen en/of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor de uitoefening van een of meer beroepen waartoe de door hem/haar gevolgde studie opleidt, danwel voor de praktische voorbereiding op die beroepsopleiding. Het faculteitsbestuur, de Examencommissie en het College van Bestuur nemen daarbij het Protocol Iudicium Abeundi in acht zoals dit door de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra op 1 november 2010 is vast gesteld.

122


Paragraaf 2. Opbouw van de opleidingen Artikel 2.1 Studielast 1. De masteropleiding Research Master in Economics and Business (research) en de Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen hebben een studielast 120 EC. 2. De Executive Master of Accountancy en de Executive Master of Finance and Control hebben een studielast van 70 EC. 3. Alle andere masteropleidingen waarop deze OER van toepassing is, hebben een studielast van 60 EC. 4. Het studieprogramma van studenten die willen afstuderen in twee afzonderlijke RUG-masteropleidingen of -trajecten, dient minimaal 90 EC te omvatten. Als het dubbele masterprogramma één of twee trajecten van de Research Master in Economics and Business (research) omvat, mag het maximaal 40 EC aan overlappende onderdelen bevatten, een eventuele gemeenschappelijke scriptie niet meegeteld. Een gemeenschappelijke scriptie dient te voldoen aan de eisen die beide opleidingen of trajecten daaraan stellen. 5. De studielast wordt uitgedrukt in hele EC’s. Artikel 2.2 Trajecten De opleidingen kennen de volgende trajecten: Masteropleiding Accountancy en Controlling Business Administration

Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies Economics Finance Fiscale Economie Human Resource Management International Business and Management International Economics and Business International Financial Management Marketing

Trajecten Accountancy Controlling Change Management General Management Organizational and Management Control Small Business and Entrepreneurschip Strategic Innovation Management Econometrics Operations Research Actuarial Studies

Marketing Intelligence Marketing Management

Supply Chain Management

123


Technology and Operations Management Research Master in Economics and Economics, Econometrics and Finance Business (research) Global Economics and Management Human Resource Management and Organizational Behaviour Innovation and Organization Marketing Operations Management and Operations Research Executive Master of Accountancy Executive Master of Finance and Control Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen Lerarenopleiding Algemene Economie Lerarenopleiding Management en Organisatie Artikel 2.3 Taal van de opleidingen 1. Het onderwijs, de tentamens en examens van de volgende masteropleidingen worden in beginsel in het Nederlands aangeboden: a) Accountancy en Controlling b) Fiscale Economie c) het traject General Management van de MSc Business Administration d) Executive Master of Accountancy (EMA) e) Executive Master of Finance and Control (EMFC) f) het door de ULO verzorgde deel van de Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen g) Lerarenopleiding Algemene Economie h) Lerarenopleiding Management en Organisatie Afwijkingen van deze regel worden in Ocasys aangegeven. 2. In alle andere opleidingen wordt het onderwijs in het Engels gegeven en worden ook de tentamens en examens afgenomen in het Engels. 3. In Engelstalige opleidingen kan, in het kader van een afstudeerstage, op verzoek van de student, de examencommisie toestemming geven voor het schrijven van een scriptie in een andere taal dan het Engels.

124


Paragraaf 3. Inhoud van de opleidingen en programma’s Artikel 3.1 Samenstelling van de opleidingen 1. De onderdelen van de masteropleiding Accountancy en Controlling staan vermeld in bijlage 2. 2. De onderdelen van de masteropleiding Business Administration staan vermeld in bijlage 3. 3. De onderdelen van de masteropleiding Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies staan vermeld in bijlage 4. 4. De onderdelen van de masteropleiding Economics staan vermeld in bijlage 5. 5. De onderdelen van de masteropleiding Finance staan vermeld in bijlage 6. 6. De onderdelen van de masteropleiding Fiscale Economie staan vermeld in bijlage 7. 7. De onderdelen van de masteropleiding Human Resource Management staan vermeld in bijlage 8. 8. De onderdelen van de masteropleiding International Business and Management staan vermeld in bijlage 9. 9. De onderdelen van de masteropleiding International Economics and Business staan vermeld in bijlage 10. 10. De onderdelen van de masteropleiding International Financial Management staan vermeld in bijlage 11. 11. De onderdelen van de masteropleiding Marketing staan vermeld in bijlage 12. 12. De onderdelen van de masteropleiding Supply Chain Management staan vermeld in bijlage 13. 13. De onderdelen van de masteropleiding Technology and Operations Management staan vermeld in bijlage 14. 14. De onderdelen van de masteropleiding Research Master in Economics and Business (research) staan vermeld in bijlage 15. 15. De onderdelen van de masteropleiding Executive Master of Accountancy staan vermeld in bijlage 16. 16. De onderdelen van de masteropleiding Executive Master of Finance and Control staan vermeld in bijlage 17. 17. De onderdelen van de twee-jarige masteropleiding Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen staan vermeld in bijlage 21. 18. De onderdelen van de een-jarige masteropleidingen Lerarenopleiding Algemene Economie en Lerarenopleiding Management en Organisatie staan vermeld in bijlage 24. In de internetdatabase Ocasys worden de inhoud en de onderwijsvorm van de onderdelen van de onderscheiden opleidingen nader omschreven, onder vermelding van de voorkennis, die gewenst en daar waar relevant verplicht is om aan het betreffende onderdeel met goed gevolg te kunnen deelnemen.

125


Artikel 3.2 Praktische oefeningen De onderdelen waaraan een praktische oefening is verbonden die voorwaarde is voor toelating tot het tentamen staan vermeld in bijlage 18. Artikel 3.3 Samenstelling van de Double Degree programma’s 1. De omvang en onderdelen van het Double Degree programma van de MSc IFM (FEB) en de MSc in Business and Economics van de Uppsala University te Uppsala, Zweden staan vermeld in bijlage 22.1. 2. De omvang en onderdelen van het Double Degree programma van de MSc Finance (FEB) en de MSc in Finance and Risk Management van de Alexandru Ioan Cuza University te Iasi, Roemenië staan vermeld in bijlage 22.2. 3. De omvang en onderdelen van het Double Degree programma van de MSc IB&M (FEB) en de MSc in Advanced International Business Management & Marketing van de Newcastle University Business School te Newcastle, UK staan vermeld in bijlage 22.3 4. De omvang en onderdelen van het Double Degree programma van de MSc IE&B (FEB) en de MA in International Economy and Business van de Corvinus University te Boedapest, Hongarije staan vermeld in bijlage 22.4. 5. De omvang en onderdelen van het Double Degree programma van de MSc IE&B (FEB) en de MA in International Economics, specialisatie Development Economics van de Georg-August University te Göttingen, Duitsland staan vermeld in bijlage 22.5. 6. De omvang en onderdelen van het Double Degree programma van de MSc Economics (FEB) of de MSc IB&M (FEB) of de MSc IE&B (FEB) en de MSc in Economics, specialisatie Applied Economics van de Fudan University, School of Economics te Shanghai, China staan vermeld in bijlage 22.6. 7. De omvang en onderdelen van het Double Degree programma van de MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence (FEB) en de MSc in Strategic Marketing Management van de BI Norwegian Business School te Oslo, Noorwegen staan vermeld in bijlage 22.7. 8. De omvang en onderdelen van het Double Degree programma van de MSc TOM (FEB) en de MSc in Operations and Supply Chain Management van de Newcastle University Business School te Newcastle, UK staan vermeld in bijlage 22.8.

126


Paragraaf 4. Tentamens en examens van de opleidingen Artikel 4.1 Algemeen Elk tentamen is zodanig ingericht dat het de student voldoende informatie biedt over de mate waarin hij de voor het onderdeel gestelde leerdoelen bereikt heeft. Artikel 4.2 Verplichte volgorde van tentamens 1. Voor de deelname aan tentamens van de Executive Master of Accountancy gelden de regels die daarover in bijlage 16 van deze OER worden gesteld. 2. Tweedejaars vakken van de opleiding Research Master in Economics and Business (research) mogen pas gevolgd worden als voldaan is aan de eisen die daaraan door de opleiding worden gesteld. 3. Om in aanmerking te komen voor begeleiding en beoordeling van het masterafstudeerwerkstuk van een van de opleidingen dient de student aan de volgende eisen te hebben voldaan: a) hij is definitief toegelaten tot de opleiding; b) hij heeft ten minste 20 EC aan onderdelen van zijn masterprogramma met succes afgerond; c) zijn masterprogramma is goedgekeurd door de examencommissie. Voor studenten van de opleiding Accountancy en Controlling geldt, in afwijking van het bepaalde in lid 3b, dat tenminste 10 EC aan onderdelen uit de opleiding moet zijn behaald. Voor studenten van de opleiding Research Master in Economics and Business (research) geldt, in afwijking van het bepaalde in lid 3b, dat ten minste 40 EC aan onderdelen uit de opleiding moet zijn behaald, waaronder het vak Philosophy of Science & Research Methodology (EBM735A10) of de vakken Research in Economics and Business I (EBM132A05) en Research in Economics and Business III (EBM134A05). 4. Voordat aan de mondelinge verdediging van het afstudeerwerkstuk van de Executive Master of Finance and Control kan worden deelgenomen, dienen alle overige onderdelen met een voldoende resultaat te zijn afgerond. Artikel 4.3 Tijdvakken en frequentie tentamens 1. Er wordt tweemaal per studiejaar de gelegenheid geboden tot het afleggen van de tentamens. 2. Een tentamen in een vak dat niet meer wordt aangeboden, kan in het eerste jaar dat dit het geval is nog tweemaal worden afgelegd. 3. De tijdvakken waarin de gelegenheid tot het afleggen van de onderscheiden tentamens wordt geboden, worden in de studiegids bekend gemaakt. 4. In afwijking van het in lid 1-3 bepaalde kunnen tentamens voor onderdelen van de masteropleiding Research Master in Economics and Business (research) tijdens of direct na de het volgen van de cursus afgelegd worden. Als een hertentamen nodig is, wordt dit aangekondigd. Sommige delen van practica worden slechts

127


5. 6. 7.

8.

9.

één keer in een studiejaar gegeven en kunnen derhalve ook slechts één keer getentamineerd worden. Er wordt twee maal per jaar de gelegenheid geboden tot het maken van het masterafstudeerwerk. Het tijdvak of de tijdvakken waarin de gelegenheid tot het maken van het masterafstudeerwerk wordt geboden, wordt in de studiegids bekendgemaakt. Nadere regels over de vorm, de inhoud, het tijdpad en de beoordeling van het masterafstudeerwerk zijn opgenomen in het Reglement afstudeerwerkstukken Bachelor- en Masteropleidingen. Dit reglement is onderdeel van deze Onderwijs en Examenregeling. Indien aan het einde van het tijdvak genoemd onder 6 het werkstuk naar het oordeel van de begeleider niet als voldoende aangemerkt kan worden, is er eenmaal de gelegenheid om binnen een door de opleiding vastgestelde periode door middel van een reparatieopdracht alsnog tot een 6 te komen. Op schriftelijk verzoek van de student kan alléén de Examencommissie te zijnen gunste afwijken van het in de voorgaande leden van dit artikel bepaalde.

Artikel 4.4 Vorm van de tentamens 1. De tentamens worden afgelegd op door de examinator(en) te bepalen wijze. De aldus bepaalde vorm wordt in de internetdatabase Ocasys bekend gemaakt. Formeel is de Examencommissie bevoegd over de vorm van het tentamen te beslissen. In voorkomend geval kan de Examencommissie derhalve de examinator daaromtrent aanwijzingen geven. 2. Op verzoek van de student kan de Examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze dan vorenbedoeld wordt afgelegd. 3. Aan studenten met een functiestoornis wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun handicap aangepaste wijze af te leggen. De Examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen. Artikel 4.5 Mondelinge tentamens 1. Mondeling wordt niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de Examencommissie anders heeft bepaald. 2. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de student daartegen bezwaar heeft gemaakt, steeds voorzover de Examencommissie haar goedkeuring heeft verleend. 3. Mondelinge tentamens van de opleiding Executive Master of Accountancy kunnen worden bijgewoond door een extern gecommitteerde. Artikel 4.6 Beoordeling 1. Het oordeel over een tentamen of examen wordt uitgedrukt in gehele getallen. Alleen van deeltentamens kan de beoordeling worden uitgedrukt in tienden. 128


2. Het behaalde resultaat is voldoende indien ten minste het cijfer 6 is toegekend. 3. Aan de gehele getallen die de beoordeling van een tentamen of examen uitdrukken is de volgende betekenis toegekend: 1. zeer slecht 2. slecht 3. ruim onvoldoende 4. onvoldoende 5. bijna voldoende 6. voldoende 7. ruim voldoende 8. goed 9. zeer goed 10. uitmuntend 4. Een examenonderdeel waarvoor een vrijstelling is verleend, wordt geacht te zijn beoordeeld met een 6. 5. Nadere regels rond opdrachten die deel uitmaken van het tentamen zijn vastgelegd in de Regeling Waardering Opdrachten. Artikel 4.7 Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag 1. De examinator stelt terstond na het afnemen van een mondeling tentamen de uitslag vast en reikt de student desgevraagd een verklaring uit. 2. De examinator stelt de uitslag van een schriftelijk tentamen vast en verschaft de onderwijsadministratie de nodige gegevens ten behoeve van de bekendmaking van de uitslag aan de student. De termijn waarop de uitslag wordt gepubliceerd is maximaal 10 werkdagen na de dag waarop het tentamen is afgelegd. In gevallen waarin dit redelijkerwijs niet van de examinator verlangd kan worden kan de opleidingsdirecteur vooraf een afwijkende termijn vaststellen. De deelnemers worden hiervan voor aanvang van het tentamen op de hoogte gesteld. Uitsluitend de door de onderwijsadministratie gepubliceerde tentamenuitslagen zijn rechtsgeldig. 3. In afwijking van de termijn genoemd in lid 2 geldt voor de Executive Master of Finance and Control een termijn van 15 werkdagen, en voor de Executive Master of Accountancy een termijn van 8 weken. 4. Voor een op andere wijze dan mondeling of schriftelijk af te leggen tentamen bepaalt de Examencommissie tevoren op welke wijze en binnen welke termijn de student de uitslag zal ontvangen. 5. Bij het bekendmaken van de uitslag van een tentamen wordt de student gewezen op het inzagerecht, bedoeld in artikel 4.10, eerste lid, alsmede op de beroepsmogelijkheid bij het College van Beroep voor de Examens. Artikel 4.8 Geldigheidsduur 1. De geldigheidsduur van behaalde onderdelen is onbeperkt.

129


2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 bedraagt de geldigheidsduur van de met goed gevolg afgelegde examens/tentamens van de opleidingen a) Executive Master of Accountancy b) Executive Master of Finance and Control zes jaar, zolang de opleiding niet in zijn geheel is afgerond, gerekend vanaf de datum vermeld op de uitslagvaststelling. 3. In afwijking van het bepaalde in lid 1 kan de Examencommissie voor een onderdeel waarvan het tentamen langer dan zes jaar geleden is behaald, een aanvullend dan wel vervangend tentamen opleggen, alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van het desbetreffende examen. 4. Op grond van bijzondere omstandigheden kan een student bij de Examencommissie een verzoek indienen tot verlenging van de geldigheidsduur zoals bepaald in lid 2, voor ten hoogste zes maanden. Artikel 4.9 Inzagerecht 1. Binnen een termijn van zes weken vanaf de dag waarop de uitslag van een schriftelijk tentamen bekend is gemaakt, krijgt de student die het tentamen heeft afgelegd op zijn verzoek inzage in zijn beoordeelde werk. Tevens wordt hem binnen dezelfde termijn op zijn verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk. 2. Binnen de in lid 1 genoemde termijn kan de student die aan het tentamen heeft deelgenomen kennis nemen van vragen of opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden. 3. De plaats waar en het tijdstip waarop inzage of kennisneming kan plaatsvinden, worden bepaald door de examinator(en) van het desbetreffende tentamen. De Examencommissie kan hiertoe aanwijzingen geven. 4. De inzage en kennisneming kunnen collectief worden georganiseerd. Artikel 4.10

Vrijstelling

1. De Examencommissie kan de student op diens verzoek, gehoord de desbetreffende programmadirecteur of -coördinator, vrijstelling verlenen van een tentamen, indien de student: a) hetzij een qua inhoud en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of hogere beroepsopleiding heeft voltooid; b) hetzij aantoont door werk- c.q. beroepservaring of anderszins over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken m.b.t. het desbetreffende onderdeel. 2. Zodra voor een vak een resultaat is behaald, vervalt zowel een reeds verkregen vrijstelling als de mogelijkheid een vrijstelling te verzoeken. 3. Voor het masterafstudeerwerkstuk kan geen vrijstelling worden verkregen op basis van een werkstuk dat is geschreven in het kader van het afstuderen bij een ander traject of een andere opleiding.

130


Artikel 4.11

Examen

1. De Examencommissie stelt de uitslag van het examen vast, zodra de student de voor het examen benodigde tentamens heeft behaald en daarmee tevens de benodigde academische vorming heeft verworven, en reikt daartoe een getuigschrift uit. 2. Alvorens de uitslag van het examen vast te stellen kan de Examencommissie zelf een onderzoek instellen naar de kennis van de student met betrekking tot een of meer onderdelen of aspecten van de opleiding, indien en voorzover de uitslagen van de desbetreffende tentamens haar daartoe aanleiding geven. 3. Het examen van een opleiding wordt behaald indien de student voor elk tentamen een voldoende resultaat (het cijfer 6 of hoger) heeft behaald. 4. Het afsluitend examen van een opleiding kan slechts worden afgelegd na goedkeuring van het door de student gevolgde onderwijsprogramma door de Examencommissie van de opleiding. De commissie stelt voor de beoordeling van de onderwijsprogramma’s een regeling op. 5. Met de vaststelling van de uitslag van het examen draagt de Examencommissie tevens zorg voor een spoedige afhandeling van de buluitreiking. Artikel 4.12

Judicium

1. De examencommissie beoordeelt of aan het mastergetuigschrift een onderscheiding wordt toegekend. 2. Hierbij dient aan de volgende voorwaarden te zijn voldaan: a) Het cijfer voor de scriptie moet voldoen aan de volgende minima: ‘‘Cum laude’: het cijfer voor de scriptie of thesis is ten minste 8,0; ‘Summa cum laude’: het cijfer voor de scriptie of thesis is ten minste 9,0. b) Het onafgeronde gewogen gemiddelde van alle onderdelen, exclusief de scriptie, van het door de examencommissie goedgekeurde examenprogramma is groter dan of gelijk aan 8,0 voor ‘Cum laude’; groter dan of gelijk aan 9,0 voor ‘Summa cum laude’. 3. Geen judicium wordt toegekend indien de omvang van de vrijstellingen in EC’s meer dan de helft van het totaal aantal EC’s van de opleiding bedraagt. 4. Voor het behalen van enig judicium geldt dat het tentamen van een onderdeel slechts eenmaal afgelegd mag zijn. 5. Voor het behalen van een judicium geldt dat voor geen enkel vak een cijfer lager dan 7,0 is behaald. 6. Resultaten en cijfers van het Master Honoursprogramma tellen niet mee voor de toekenning van een judicium. 7. In bijzondere gevallen kan de examencommissie afwijken van het bepaalde in de leden twee tot en met vijf van dit artikel. 8. Voor studenten die vóór 1 september 2010 de opleiding hebben aangevangen blijft de judiciumregeling van kracht die voor hen gold op 31 augustus 2010.

131


Artikel 4.13

Graad

1. Aan degene die het examen met goed gevolg heeft afgelegd, wordt conform onderstaande tabel een graad verleend. De verleende graad wordt op het getuigschrift van het examen aangetekend. Masteropleiding Accountancy en Controlling Business Administration Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies Economics Finance Fiscale Economie Human Resource Management International Business and Management International Economics and Business International Financial Management Marketing Supply Chain Management Technology and Operations Management Research Master in Economics and Business (research) Executive Master of Accountancy Executive Master of Finance and Control Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen Lerarenopleiding Algemene Economie Lerarenopleiding Management en Organisatie

Graad MSc in Accountancy en Controlling MSc in Business Administration MSc in Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies MSc in Economics MSc in Finance MSc in Fiscale Economie MSc in Human Resource Management MSc in International Business and Management MSc in International Economics and Business MSc in International Financial Management MSc in Marketing MSc in Supply Chain Management MSc in Technology and Operations Management MSc in Economics and Business Executive Master of Accountancy Executive Master of Finance and Control MSc in Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen MSc in Lerarenopleiding Algemene Economie MSc in Lerarenopleiding Management en Organisatie

2. Wanneer een student minimaal 20 EC meer heeft behaald dan vereist is voor zijn studieprogramma, hetzij in de vorm van een verzwaarde scriptie, hetzij in de vorm van relevante mastervakken, kan de Examencommissie op verzoek van die student een vermelding op het diplomasupplement toestaan die aangeeft dat de student een verzwaard programma heeft afgerond.

132


Artikel 4.14

Examinator

1. Elke docent is bevoegd tot het afnemen en beoordelen van tentamens voor het vak (de vakken) waarin hij het onderwijs verzorgt of verzorgd heeft. 2. De beoordeling van een masterafstudeerwerkstuk vindt plaats door de begeleider en een medebeoordelaar. Ingeval de begeleider niet is gepromoveerd of over beperkte onderzoekservaring beschikt op het betreffende vakgebied, moet de medebeoordelaar een gepromoveerd docent zijn op dat vakgebied. 3. In voorkomende gevallen kan de Examencommissie andere docenten bevoegd verklaren voor het afnemen en beoordelen van tentamens voor een bepaald onderdeel of voor het beoordelen van afstudeerwerkstukken. Artikel 4.15

Toetsplan

Er is een door het faculteitsbestuur vastgesteld toetsplan. Dit toetsplan bevat de volgende onderwerpen: a) de eindtermen van de opleiding; b) de curriculumonderdelen en leerdoelen van ieder curriculumonderdeel; c) de relatie tussen de curriculumonderdelen en eindtermen; d) de toegepaste toetsvorm en de toetsmomenten per onderdeel; e) de gehanteerde opstellingsprocedures, beoordelingsprocedures, beoordelingscriteria en de cesuurbepaling; f) de verantwoordelijken voor de uitvoering van de verschillende onderdelen van het toetsbeleid; g) de wijze van periodieke evaluatie.

133


Paragraaf 5. Toelating tot de opleidingen en programma’s Artikel 5.1 Vooropleiding 1. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Accountancy en Controlling zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s: a) BSc Accountancy en Controlling van de RUG, b) HBO Accountancy, inclusief een voldoende resultaat voor de Overall Toets (OAT), na afronding van het Pre-masterprogramma A&C voor HBO-AC, c) HBO Accountancy zonder voldoende resultaat voor de Overall Toets (OAT) ), na afronding van het Pre-masterprogramma A&C voor HBO-BE, d) HBO Bedrijfseconomie, na afronding van het Pre-masterprogramma A&C voor HBO-BE. Bezitters van een HBO-diploma Accountancy volgen het aangepaste programma zoals vermeld in bijlage 2.1. (Accountancy) en 2.2 (Controlling). 2. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Business Administration zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Bedrijfseconomie b) BSc Bedrijfskunde c) BSc Econometrics and Operations Research d) BSc Economics and Business Economics e) BSc International Business f) BSc Technologiemanagement Bezitters van een bachelordiploma van de faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen van de RUG zijn toelaatbaar tot het traject Change Management van de MSc Business Administration, indien zij binnen hun bacheloropleiding een minor van 25 EC op het terrein van Organisatiepsychologie hebben voltooid. Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs of een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn toelaatbaar tot een specifiek traject van de MSc Business Administration na afronding van het premaster programma voor dat traject. 3. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies zijn bezitters van het diploma van de BSc Econometrics and Operations Research van de RUG. 4. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Economics zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Economics and Business Economics b) BSc Econometrics and Operations Research 5. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Finance zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Economics and Business Economics. Ook bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: b) BSc Bedrijfseconomie

134


6. 7.

8.

9.

c) BSc Bedrijfskunde d) BSc International Business e) BSc Technologiemanagement zijn toelaatbaar, mits zij de Specialization Course Finance met voldoende resultaat hebben afgesloten. Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs of een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn toelaatbaar na afronding van het pre-master programma voor de MSc Finance. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Fiscale Economie zijn bezitters van het diploma van de BSc Fiscale Economie van de RUG. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Human Resource Management zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Bedrijfseconomie b) BSc Bedrijfskunde c) BSc Economics and Business Economics d) BSc International Business e) BSc Technologiemanagement Bezitters van een bachelordiploma van de faculteit Gedrags- en Maatschappij wetenschappen van de RUG zijn toelaatbaar indien zij binnen hun bacheloropleiding een minor van 25 EC op het terrein van Organisatiepsychologie hebben voltooid. Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs of een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn toelaatbaar na afronding van het pre-master programma voor de MSc Human Resource Management. Toelaatbaar tot de opleiding MSc International Business and Management zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Bedrijfseconomie b) BSc Bedrijfskunde c) BSc Econometrics and Operations Research d) BSc Economics and Business Economics e) BSc International Business f) BSc Technologiemanagement. Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs of een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn toelaatbaar na afronding van het pre-master programma voor de MSc International Business and Management. Toelaatbaar tot de opleiding MSc International Economics and Business zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG:

135


a) BSc Bedrijfseconomie b) BSc Bedrijfskunde c) BSc Econometrics and Operations Research d) BSc Economics and Business Economics e) BSc International Business f) BSc Technologiemanagement Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs of een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn toelaatbaar na afronding van het pre-master programma voor de MSc International Economics and Business 10. Toelaatbaar tot de opleiding MSc International Financial Management zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Bedrijfseconomie b) BSc Bedrijfskunde c) BSc Economics and Business Economics d) BSc International Business e) BSc Technologiemanagement Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs of een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn toelaatbaar na afronding van het pre-master programma voor de MSc International Financial Management. 11. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Marketing zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Bedrijfseconomie b) BSc Bedrijfskunde c) BSc Econometrics and Operations Research d) BSc Economics and Business Economics e) BSc International Business f) BSc Technologiemanagement Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs of een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn toelaatbaar na afronding van het pre-master programma voor de MSc Marketing. 12. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Supply Chain Management zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Bedrijfseconomie b) BSc Bedrijfskunde c) BSc Econometrics and Operations Research d) BSc Economics and Business Economics e) BSc International Business

136


f) BSc Technische Bedrijfskunde g) BSc Technologiemanagement Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs zijn toelaatbaar na afronding van het pre-master programma voor de MSc Supply Chain Management. Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn rechtstreeks toelaatbaar dan wel na afronding van het pre-master programma voor de MSc Supply Chain Management, zulks ter beoordeling van de toelatingscommissie. 13. Toelaatbaar tot de opleiding MSc Technology and Operations Management zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Bedrijfseconomie b) BSc Bedrijfskunde c) BSc Econometrics and Operations Research d) BSc Economics and Business Economics e) BSc International Business f) BSc Technische Bedrijfskunde g) BSc Technologiemanagement Bezitters van een bachelordiploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang in studielast van 240 EC aan een Nederlandse Instelling voor Hoger Onderwijs zijn toelaatbaar na afronding van een pre-master programma voor de MSc Technology and Operations Management Bezitters van een BSc-diploma van een geaccrediteerde opleiding met een omvang van 180 EC aan een Nederlandse Universiteit zijn rechtstreeks toelaatbaar dan wel na afronding van een pre-master programma voor de MSc Technology and Operations Management, zulks ter beoordeling van de toelatingscommissie. 14. Toelaatbaar tot de opleiding Research Master in Economics and Business (research) zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Accountancy en Controlling b) BSc Bedrijfseconomie c) BSc Bedrijfskunde d) BSc Econometrics and Operations Research e) BSc Economics and Business Economics f) BSc Fiscale Economie g) BSc International Business h) BSc Psychologie i) BSc Sociologie j) BSc Technologiemanagement Er vindt nadere selectie plaats door de toelatingscommissie op grond van de volgende eisen: Voldoende kennis van de Engelse taal blijkend uit een internationaal erkende test of anderszins.

137


15. 16.

17.

18.

138

Een hoog kennisniveau van de voor de opleiding relevante wetenschappen, zulks ter beoordeling door de toelatingscommissie. Een geschikte attitude, motivatie en talent voor het volgen van de opleiding, zulks ter beoordeling door de toelatingscommissie. Toelaatbaar tot de opleiding Executive Master of Accountancy zijn bezitters van het diploma van de MSc Accountancy en Controlling van de RuG. Toelaatbaar tot de opleiding Executive Master of Finance and Control zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) MSc Accountancy en Controlling b) MSc Business Administration, traject Organizational and Management Control Bezitters van de titel Register Accountant zijn toelaatbaar mits zij minimaal twee jaar werkzaam zijn in een financeel-administratieve functie of als consultant op het terrein van de opleiding. Toelaatbaar tot de 2-jarige Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) BSc Accountancy en Controlling b) BSc Bedrijfseconomie c) BSc Bedrijfskunde d) BSc Econometrics and Operations Research e) BSc Economics and Business Economics f) BSc Fiscale Economie g) BSc International Business h) BSc Technische Bedrijfskunde i) BSc Technologiemanagement Voor het verkrijgen van de bevoegdheid voor het vak economie dienen de bezitters van het diploma BSc Accountancy en Controlling, BSc Bedrijfskunde, BSc International Business of BSc Technologiemanagement, een aanvullend pakket van 10 EC van vakken op het terrein van de Algemene Economie af te ronden. Toelaatbaar tot de 1-jarige Lerarenopleidingen Algemene Economie en Management en Organisatie zijn bezitters van een van de navolgende diploma’s van de RUG: a) MSc Accountancy en Controlling b) MSc Business Administration c) MSc Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies d) MSc Economics e) MSc Finance f) MSc Fiscale Economie g) MSc International Business & Management h) MSc International Economics and Business i) MSc International Financial Management j) MSc Marketing k) MSc Supply Chain Management l) MSc Technology and Operations Management


Voor het verkrijgen van de bevoegdheid voor het vak economie dienen de bezitters van het diploma MSc Accountancy en Controlling, MSc Business Administration, MSc Finance, MSc International Financial Management, MSc Marketing, MSc Supply Chain Management of MSc Technology and Operations Management, een aanvullend pakket van 10 EC van vakken op het terrein van de Algemene Economie af te ronden, indien zij op dat gebied een deficiëntie blijken te hebben, zulks ter beoordeling van de opleidingsdirecteur of -coördinator. 19. Voor de Engelstalige masteropleidingen geldt als aanvullende ingangseis ‘voldoende kennis van het Engels’. 20. Een student wordt geacht te voldoen aan de ingangseis ‘voldoende kennis van het Engels’ voor de Engelstalige masteropleidingen van Faculteit Economie en Bedrijfskunde, indien hij voldoet aan één van de volgende eisen: a) beheersing van het Engels als moedertaal; b) beheersing van het Engels op een niveau dat gelijkwaardig is aan één van de navolgende testscores: een niveau van 92 op een internet-based (iBT) TOEFL-test, een niveau van 237 op een computer-based (CBT) TOEFL-test, een niveau van 580 op een paper-based (PBT) TOEFL, een niveau van 6.5 op een IELTS-test, niveau A, B, C op een Cambridge Proficiency- of Advanced-test, een B2+ (ook wel B2.2 genoemd19) niveau op de schriftelijke en mondelinge onderdelen van het toelatingsexamen Engels, of een niveau, gelijkwaardig aan een van bovengenoemde tests, zulks ter beoordeling van de toelatingscommissie. c) het met succes afgerond hebben van de English Course (EBB021A05 of EBB614B05) of een gelijkwaardige cursus; d) het met succes afgerond hebben van een van de Engelstalige bacheloropleidingen van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde. Artikel 5.2 Toelating tot de opleidingen 1. Een student die zich wenst in te schrijven voor een van de opleidingen wordt toegelaten tot de desbetreffende opleiding, mits hij naar het oordeel van de Toelatingscommissie voldoet aan de daaraan verbonden eisen, zoals geformuleerd in artikel 5.1.

19

Specificatie B2+ : Spreken: De student kan duidelijke, stelselmatig ontwikkelde beschrijvingen en presentaties geven, met de juiste nadruk op belangrijke punten en terzake doende ondersteunende details. Schrijven: De student kan een opstel of verslag schrijven waarin stelselmatig een argument wordt opgebouwd met de juiste benadrukking van belangrijke punten en relevante ondersteunende details. Hij kan verschillende ideeën of oplossingen voor een probleem verwoorden.

139


2. De toelatingscommissie kan bezitters van een Nederlands of buitenlands bachelor- of masterdiploma dat qua niveau en inhoud gelijkwaardig is aan de diploma’s genoemd in artikel 5.1, toelaten tot een masteropleiding. Als de Toelatingscommissie bij haar onderzoek naar de kwalificaties van een student die in het bezit is van een dergelijk bachelor- of masterdiploma, deficiënties constateert in diens kennis en vaardigheden, kan de Toelatingscommissie aanvullende eisen stellen aan de student om deze deficiënties op te heffen. 3. Toelating in de betekenis van lid 1 en 2 geeft een student het recht om zich in te schrijven voor het desbetreffende masterprogramma. Artikel 5.3 Verplichte voorkennis uit de vooropleiding 1. Deelname aan vakken en tentamens van de opleidingen staat alleen open voor studenten die bij de aanvang van het onderwijs in de betreffende vakken zijn toegelaten tot het masterprogramma. 2. In aanvulling op het bepaalde in artikel 5.1 kan de toegang tot individuele onderdelen van de programma’s gebonden worden aan extra eisen. Een overzicht van de betreffende onderdelen en de bijbehorende ingangseisen is opgenomen in bijlage 19. Artikel 5.4 Toelatingscommissies 1. De toelating tot de opleidingen is opgedragen aan de Toelatingscommissie van de opleidingen. De Toelatingscommissie voor de opleiding Research Master in Economics and Business (research) wordt gevormd door de directeuren van de onderzoeksprogramma's van de onderzoeksschool SOM, aangevuld met de Director of Graduate Studies. 2. Het Faculteitsbestuur benoemt de leden van de toelatingscommissie voor de opleidingen Executive Master of Accountancy (EMA) en Executive Master of Finance and Control (EMFC). 3. De Toelatingscommissie voor de overige opleidingen wordt gevormd door de gezamenlijke opleidingsdirecteuren van die opleidingen. Artikel 5.5 Toelatingsonderzoek: criteria 1. Met het oog op de toelating tot een van de opleidingen stelt de Toelatingscommissie een onderzoek in naar de kennis en de vaardigheden van de kandidaat. In aanvulling op schriftelijke bewijzen van de gevolgde vooropleiding(en) kan de commissie bepaalde kennis en vaardigheden laten toetsen door deskundigen in of buiten de universiteit. 2. Met het oog op de toelating tot de opleiding Research Master in Economics and Business (research) stelt de Toelatingscommissie tevens een onderzoek in naar de attitude, motivatie en het talent van de kandidaat. 3. Met het oog op de toelating tot een traject van een opleiding onderzoekt de Toelatingscommissie of de kandidaat voldoet dan wel tijdig zal voldoen aan de daarvoor gestelde voorwaarden. De commissie betrekt bij haar onderzoek de 140


motivatie en ambitie van de kandidaat m.b.t. het desbetreffende programma, alsmede de kennis van de kandidaat van de taal waarin het onderwijs van het programma wordt verzorgd. 4. Wordt een student krachtens een diploma van een vooropleiding buiten Nederland toegelaten tot een Nederlandstalige masteropleiding, dan kan de Examencommissie hem verplichten tot het met goed gevolg afleggen van een toets Nederlands, af te nemen door een door de Examencommissie aan te wijzen instantie. 5. Aan de eis inzake voldoende beheersing van de Nederlandse taal wordt voldaan door het met goed gevolg afleggen van het staatsexamen Nederlands als tweede taal (NT2). Artikel 5.6 Toelatingsonderzoek: tijdstippen 1. De opleidingen starten tweemaal per jaar, aan het begin van het eerste semester en aan het begin van het tweede semester. In afwijking hiervan starten de opleidingen Research Master in Economics and Business (research) en Fiscale Economie alleen aan het begin van het eerste semester. Toelating tot de opleidingen is alleen mogelijk met ingang van een van deze startmomenten, met uitzondering van toelating tot de opleiding Fiscale Economie. Toelating tot de opleiding Fiscale Economie is met ingang van iedere maand mogelijk. In bijzondere gevallen kan de toelatingscommissie toelating verlenen op een ander tijdstip. 2. Het toelatingsonderzoek vindt plaats in de het half jaar voorafgaand aan het instroommoment. 3. Studenten die zich op basis van een Nederlands geaccrediteerd diploma aanmelden voor een opleiding of een traject van een opleiding, dienen bij instroom per september vóór 1 juni, en bij instroom per februari vóór 1 november een verzoek om te worden toegelaten tot de opleiding of het traject in te dienen bij de Toelatingscommissie. 4. Studenten die zich op basis van een buitenlands diploma via het online application system aanmelden voor een opleiding of een traject van een opleiding, dienen bij instroom per september vóór 1 mei, en bij instroom per februari vóór 1 november een verzoek om te worden toegelaten tot de opleiding of het traject in te dienen bij de Toelatingscommissie. 5. In afwijking van het bepaalde in lid 3 en lid 4 dienen studenten die toelating wensen tot de masteropleiding Research Master in Economics and Business (research) vóór 15 april een verzoek daartoe in te dienen bij de Toelatingscommissie. 6. In bijzondere gevallen kan de Toelatingscommissie besluiten een verzoek in behandeling te nemen dat na de deadline is ingediend. 7. De Toelatingscommissie beslist over de toelating na ontvangst van het volledige aanmeldingspakket en binnen vier weken na de deadline voor aanmelding. De toelating wordt verleend onder de voorwaarde dat de kandidaat uiterlijk op de betreffende begindatum van de opleiding blijkens door hem aangeleverde

141


getuigschriften zal voldoen aan de gestelde eisen. Op de schriftelijke verklaring omtrent toelating wordt de student gewezen op de mogelijkheid tot beroep bij het College van Beroep voor de Examens. 8. In afwijking van het bepaalde in lid 7 beslist de Toelatingscommissie voor de masteropleiding Research Master in Economics and Business (research) vóór 1 juli over de toelating. 9. Alle aanmeldingen voor de Executive Master of Finance and Control worden voorgelegd aan de Toelatingscommissie. In een speciale vergadering, die minimaal twee maal per jaar plaatsvindt, zal de Toelatingscommissie alle kandidaten bespreken. De aanmelding dient voorzien te zijn van een curriculum vitae, kopieën van de behaalde diploma's en de bijbehorende vakkenpakketten en een bevestiging van de huidige werkgever dat de betreffende cursist in een controllingfunctie werkzaam is of binnenkort zal zijn. Artikel 5.7 Hardheidsclausule In situaties waarbij het niet toelaten van een student aantoonbaar leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard, kan de Toelatingscommissie afwijken van het in artikel 5.6 bepaalde. In dat geval moet er sprake zijn van een unieke persoonlijke omstandigheid die zodanig onderscheidend is dat de toelating redelijkerwijs niet achterwege kan blijven. Artikel 5.8 Voorlopige toelating tot de opleiding Executive Master of Accountancy Studenten die bezig zijn met de afronding van de masteropleiding Accountancy en Controlling worden voorlopig toegelaten tot de opleiding Executive Master of Accountancy indien zij op 1 september: ten hoogste één onderdeel nog niet hebben afgerond en in het bezit zijn van een bachelordiploma Accountancy en Controlling van de RUG. De voorlopige toelating is geldig tot uiterlijk 1 december. Studenten van de opleiding Executive Master of Accountancy die op 1 december nog niet alle onderdelen van de masteropleiding Accountancy en Controlling hebben afgerond, worden uit de opleiding EMA verwijderd. Artikel 5.9 Master Honoursprogramma 1. De faculteit neemt deel aan het Master Honoursprogramma van het University of Groningen Honours College door middel van een Gemeenschappelijke Regeling. Dit Master Honoursprogramma maakt geen deel uit van het reguliere mastercurriculum. 2. Studenten die zijn toegelaten tot een van de masteropleidingen van de faculteit kunnen aan het Master Honoursprogramma deelnemen, indien zij worden geselecteerd door de Dean van het University of Groningen Honours College. Voor de selectieprocedure wordt verwezen naar de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College. 142


3. Het Master Honoursprogramma heeft een totale studielast van 15 EC. 4. Op het Master Honoursprogramma is de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College van toepassing. 5. In het bij het masterdiploma behorende diplomasupplement worden ook de resultaten van het Master Honoursprogramma vermeld.

143


Paragraaf 6. Studiebegeleiding Artikel 6.1 Studievoortgangsadministratie 1. De faculteit registreert de individuele studieresultaten van de studenten. 2. De faculteit verschaft elke student op zijn verzoek en minimaal twee maal per jaar een overzicht van de door hem behaalde studieresultaten. 3. De Universitaire Lerarenopleiding draagt zorg voor de individuele studieresultaten van de studenten, voor zover het het door de ULO verzorgde opleidingstraject van de Lerarenopleiding betreft. 4. Bij de door de faculteit aangeboden Double Degree programma’s is het de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de faculteit en de partneruniversiteiten om behaalde resultaten aan elkaar door te geven. Artikel 6.2 Studiebegeleiding 1. De faculteit draagt zorg voor voldoende begeleiding van de student tijdens zijn opleiding, en schenkt daarbij in het bijzonder aandacht aan mogelijke aanpassingen in het belang van de aansluiting van het gekozen programma op een eventuele onderzoekersopleiding of de beroepsuitoefening buiten de universiteit. Voor de opleiding Research Master in Economics and Business (research) is deze verantwoordelijkheid gedelegeerd naar de onderzoeksschool SOM. 2. De Universitaire Lerarenopleiding draagt zorg voor de introductie en de studiebegeleiding van de studenten die voor de Lerarenopleiding zijn ingeschreven, mede ten behoeve van hun voortgang tijdens de studie en oriëntatie op mogelijke studiewegen in en buiten de opleiding, voor zover het het door de ULO verzorgde opleidingstraject van de Lerarenopleiding betreft,. Artikel 6.3 Studieadvies Research Master in Economics and Business (research) Elke zes maanden evalueert de Examencommissie de behaalde studieresultaten van studenten van de opleiding Research Master in Economics and Business (research). Bij ontoereikende resultaten kan de student geadviseerd worden één van de andere masteropleidingen van de faculteit Economie en Bedrijfskunde te volgen.

144


Paragraaf 7. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 7.1 Wijziging 1. Wijzigingen van deze onderwijsen examenregeling worden door het faculteitsbestuur na advies van de opleidingscommissie en na advies of, waar de WHW dit vereist, na instemming van de faculteitsraad, bij afzonderlijk besluit vastgesteld. 2. Een wijziging van deze regeling heeft betrekking op toekomstige studiejaren en is voor het lopende jaar alleen toegestaan indien de belangen van de student daardoor niet worden geschaad. 3. Een wijziging kan voorts niet ten nadele van studenten van invloed zijn op: a) een goedkeuring die krachtens artikel 4.11.4 is verleend; b) enige andere beslissing, die krachtens deze regeling is genomen ten aanzien van een individuele student. Artikel 7.2 Bekendmaking 1. Het faculteitsbestuur draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze Onderwijs-en Examenregeling, van de Regels en Richtlijnen die door de Examencommissie zijn vastgesteld, alsmede van elke wijziging van deze stukken. 2. Elke belangstellende kan op het onderwijsbureau van de faculteit een exemplaar van de in het eerste lid genoemde stukken verkrijgen. Artikel 7.3 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 september 2013. Met instemming van de faculteitsraad d.d. 7 juni 2013. Aldus vastgesteld door het faculteitsbestuur op 11 juni 2013.

145


Bijlage 1.

Doel van de opleidingen

Bijlage 1.1 MSc Accountancy en Controlling De masteropleiding Accountancy en Controlling heeft als doel om studenten ing Accountancy en Controlling heeft als doel om studenten gespecialiseerde wetenschappelijke kennis van, inzicht in en vaardigheden op het gebied van accountancy en controlling bij te brengen en voor te bereiden op de postinitiële opleidingen Accountancy respectievelijk Controlling. Het accent in de masteropleiding ligt op een verdieping in de gebieden accountancy en controlling. De masteropleiding Accountancy en Controlling richt zich op de betrouwbaarheid van informatie voor de besturing van organisaties en voor het afleggen van verantwoording over het beleid en de uitvoering daarvan aan interne en externe stakeholders van organisaties. Betrouwbaarheid van bestuurlijke informatie betreft de juistheid en volledigheid van deze informatie en de tijdigheid van het beschikbaar stellen ervan. In de masteropleiding worden twee trajecten onderscheiden: de specialisatie Accountancy en de specialisatie Controlling. De specialisatie Accountancy richt zich op de externe stakeholders van organisaties en is onderhevig aan nationale en internationale regelgeving omtrent de verslaggeving aan deze stakeholders. Deze specialisatie bereidt studenten voor op de postinitiële vervolgopleiding Accountancy, waarmee studenten zich kunnen kwalificeren voor het accountantsberoep op het hoogste niveau, te weten register accountant (RA). De specialisatie Controlling richt zich op de interne stakeholders van organisaties, met als belangrijkste stakeholder het management van organisaties. Deze specialisatie bereidt studenten voor op de postinitiële opleiding Controlling, waarmee studenten zich kunnen kwalificeren voor het controllersberoep op het hoogste niveau, te weten register controller (RC). Meer specifiek heeft de masteropleiding Accountancy en Controlling als doel om studenten diepgaande, gespecialiseerde kennis op het gebied van accountancy of controlling bij te brengen, in het bijzonder voor wat betreft de specialisatie Accountancy op de gebieden auditing, internal control, corporate governance en financial accounting, en voor wat betreft de specialisatie Controlling op de gebieden management accounting, internal control en financiering. Beide specialisaties verdiepen zich in strategische vraagstukken van organisaties. Daarnaast leren studenten om individueel en in groepsverband complexe praktijkproblemen te analyseren en te diagnosticeren en oplossingen aan te dragen en te implementeren. Ook leren studenten om complexe praktijkproblemen integratief te benaderen en veranderingsprocessen te begeleiden. Tenslotte wordt aandacht besteed aan het handelen vanuit een onafhankelijke en onpartijdige opstelling. Om deze doelen te bereiken heeft de opleiding het onderwijs vormgegeven aan de hand van generieke eindtermen die nader zijn uitgewerkt in meer specifieke eindtermen.

146


A


De afgestudeerde master beschikt over diepgaande, gespecialiseerde wetenschappelijke kennis van en inzicht in de vakgebieden accountancy en controlling en is in staat deze toe te passen in nieuwe of onbekende omstandigheden en is in staat een originele bijdrage te leveren aan vernieuwing van die kennis in een professionele omgeving. Kennis en inzicht bestaat eruit dat de afgestudeerde master de belangrijkste theorieën, modellen en kaders binnen de domeinen begrijpt en kan toepassen en dat hij zelf ook nieuwe kennis en inzichten kan genereren en gebruiken bij het analyseren van complexe (financiële) bedrijfssituaties en bij het oplossen van complexe (financiële) praktijkproblemen. Binnen het Accountancy subdomein heeft de afgestudeerde diepgaande, gespecialiseerde wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.1 Auditing A.2 Internal Control A.3 Corporate Governance A.4 Financial Accounting De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden te gebruiken voor het oplossen van complexe vraagstukken en praktijkproblemen. Binnen het Controlling subdomein heeft de afgestudeerde diepgaande, gespecialiseerde wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.5 Management Accounting A.6 Internal Control A.7 Financiering De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden te gebruiken voor het oplossen van complexe vraagstukken en praktijkproblemen. A.8 De afgestudeerde heeft diepgaande, gespecialiseerde kennis van en inzicht in het vakgebied strategie en organisatie en is in staat deze te gebruiken voor het oplossen van complexe vraagstukken en praktijkproblemen. A.9 De afgestudeerde heeft kennis van en inzicht in veranderingsprocessen in organisaties en kan deze gebruiken bij het begeleiden van veranderingen. A.10 De afgestudeerde kent systemen en technieken in de accountancy en controlling en is in staat om deze te implementeren in organisaties. B


De afgestudeerde master beschikt over diepgaande kennis van en inzicht in wetenschappelijke methoden en technieken en over academische vaardigheden en een academische attitude, zodanig dat de afgestudeerde het (financieel) functioneren van organisaties in de beroepspraktijk kan beoordelen, in staat is complexe praktijkproblemen binnen organisaties integratief te benaderen en op te lossen en veranderingsprocessen te begeleiden. De afgestudeerde master is in staat om op basis van onvolledige of beperkte informatie oordelen te vormen waarbij hij ook rekening houdt met sociaal maatschappelijke en ethische verantwoordelijkheden. De afgestudeerde master heeft een open houding ten aanzien van verschillende wetenschappelijke disciplines, die vanuit hun specifieke invalshoek accenten

147


leggen in de benadering van vraagstukken binnen het domein van accountancy en controlling, en is zich er van bewust dat een onafhankelijke en onpartijdige opstelling noodzakelijk is. B.1

B.2

B.3

B.4

B.5

B.6

B.7

C

De afgestudeerde is in staat, binnen de kaders van het accountancy of controlling domein wetenschappelijke informatie zoals wetenschappelijke theorieën of een wetenschappelijk betoog kritisch op waarde te schatten. De afgestudeerde is in staat hoofd- en bijzaken te onderscheiden en relevante gegevens te verzamelen, te analyseren, te interpreteren en te synthetiseren, met als doel om met betrekking tot een praktijkprobleem zich een oordeel te vormen, een argumentatie / redenering op te zetten, een passende oplossing te ontwerpen, een advies te geven en/of een veranderingsproces te begeleiden. De afgestudeerde is in staat om wetenschappelijke methoden & technieken, informatie- en analysetechnieken op het juiste moment en in de juiste context toe te passen en zelfstandig wetenschappelijk onderzoek op te zetten en uit te voeren. De afgestudeerde is in staat om de (wetenschappelijke) ontwikkelingen in het accountancy en controlling vakgebied en in relevante aanpalende vakgebieden te onderkennen en naar waarde te schatten. De afgestudeerde is in staat om specifieke accountancy- of controllingvraagstukken te plaatsen in de organisatiecontext en de beroepspraktijk. Ook zijn afgestudeerden in staat om financiële informatie te begrijpen in relatie tot het brede ondernemingsbeleid en te vertalen naar vraagstukken op bedrijfswetenschappelijke vakgebieden. De afgestudeerde is in staat om strategische vraagstukken m.b.t. de informatievoorziening voor de besturing van organisaties en het afleggen van verantwoording van organisaties, te analyseren, te diagnosticeren, oplossingen aan te dragen en te implementeren. De afgestudeerde is zich bewust van de noodzaak van een onafhankelijke en onpartijdige opstelling en hij kan vanuit een maatschappelijke en ethische invalshoek reflecteren op wetenschappelijke inzichten, op het (financieel) functioneren van organisaties en op mogelijke oplossingen voor vraagstukken op het gebied van de accountancy of controlling. Sociaal communicatieve eindtermen

De afgestudeerde master beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden die nodig zijn om zelfstandig en in teamverband te kunnen bijdragen aan het (financieel) goed functioneren van organisaties. De afgestudeerde master is in staat een team te begeleiden bij de implementatie van oplossingen of veranderingsprocessen in een organisatie. C.1

148

De afgestudeerde beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden waarmee hij in staat is om relevante informatie op een logische, overtuigende en heldere manier te verwoorden, zowel in schrift als mondeling en zowel met beroepsgenoten als met niet-deskundigen.


C.2

C.3

D

De afgestudeerde is in staat zelfstandig, maar ook in teamverband, oplossingsgericht en planmatig te werken en hij is in staat om in de beroepspraktijk leiding te geven aan een team. De afgestudeerde kan kritisch reflecteren op eigen en andermans werk om daar waar nodig is bij te sturen en feedback te geven. Studievaardigheden en beroepenoriëntatie

De afgestudeerde master beschikt over vaardigheden die noodzakelijk zijn om het eigen leerproces te sturen en om te reflecteren op eigen kennis en vaardigheden en hij is in staat om zijn denken en werken bij te sturen. De afgestudeerde master beschikt over leervaardigheden die nodig zijn om de vervolgopleiding Accountancy of Controlling binnen een redelijke termijn af te ronden. D.1

D.2

De afgestudeerde beschikt over de noodzakelijke leer- en studievaardigheden om te kunnen reflecteren op het eigen leerproces (denken en werken) en om dit proces bij te sturen. De afgestudeerde beschikt over zelfinzicht, inzicht in het beroepsperspectief en inzicht in de mogelijkheden tot verdieping en/of verbreding en is daardoor in staat een gemotiveerde keuze te maken voor de vervolgopleiding Accountancy of Controlling en voor een loopbaan.

Bijlage 1.2 MSc Business Administration Voor de eindtermen van de masteropleiding Business Administration wordt verwezen naar bijlage 1.2 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.3 MSc Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies Voor de eindtermen van de masteropleiding Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies wordt verwezen naar bijlage 1.3 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.4 MSc Economics Voor de eindtermen van de masteropleiding Economics wordt verwezen naar bijlage 1.4 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.5 MSc Finance Voor de eindtermen van de masteropleiding Finance wordt verwezen naar bijlage 1.5 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.6 MSc Fiscale Economie Het doel van de masteropleiding Fiscale Economie is het bereiken van een specialistisch, wetenschappelijk niveau op het domein van de fiscale economie. In de masteropleiding komt daarom meer gespecialiseerde kennis op het gebied van belastingrecht aan de orde. Tevens biedt de opleiding een verdieping op de gebieden financiering en openbare financiën en wordt naast de nationale weten regelgeving nadrukkelijk aandacht besteed aan internationaal en europees belastingrecht. In de

149


masteropleiding vindt bovendien integratie plaats van fiscale vakken en wordt op geïntegreerde wijze diepgaande en specialistische kennis van de vakgebieden aangeboden. Er is daarbij ruime aandacht voor de fiscale problematiek waarmee multinationals en samenwerkingsverbanden in het MKB, alsmede hun aandeelhouders/eigenaren en werknemers worden geconfronteerd. Van studenten wordt gevraagd kritisch naar oplossingen te zoeken op deze complexe fiscaal economische vraagstukken. Om deze doelen te bereiken heeft de opleiding het onderwijs vormgegeven aan de hand van generieke eindtermen die nader zijn uitgewerkt in meer specifieke eindtermen. A


De afgestudeerde master beschikt over diepgaande wetenschappelijke kennis van en inzicht in het fiscaal economische domein, is in staat deze toe te passen in nieuwe of onbekende omstandigheden en is in staat een originele bijdrage te leveren aan vernieuwing van die kennis en beleidsontwikkeling in een professionele omgeving. Kennis en inzicht bestaat eruit dat de afgestudeerde master de belangrijkste theorieën, methoden en technieken binnen het domein van de fiscale economie begrijpt en kan toepassen en dat hij zelf ook nieuwe kennis en inzichten kan genereren en gebruiken bij het analyseren van complexe fiscaal economische situaties en bij het oplossen van complexe fiscaal economische praktijkproblemen. De afgestudeerde master kan de sturende effecten van fiscale regelgeving bedenken en beleid op dit gebied implementeren. De afgestudeerde Master FE: A.1 heeft een diepgaande kennis van en inzicht in het Nederlandse fiscale systeem, mede in Europees en internationaal perspectief, alsmede in het belang van de fiscaliteit voor het beleid op ondernemingsniveau en op overheidsniveau. A.2 heeft een diepgaande kennis van en inzicht in de normatieve invloeden op de fiscale rechtsvorming en –handhaving. Binnen het bedrijfseconomisch subdomein heeft de afgestudeerde diepgaande wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.3 Financiering A.4 Accounting en Boekhouden De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden integratief te gebruiken voor het oplossen van bedrijfseconomische en fiscale vraagstukken en het formuleren van adviezen en beleid. Binnen het algemeen economisch subdomein heeft de afgestudeerde diepgaande wetenschappelijke kennis van en inzicht in het gebied: A.5 Micro-/macro-economie

150


De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op dit gebied integratief te gebruiken voor het oplossen van bedrijfseconomische en fiscale vraagstukken en het formuleren van fiscaal beleid. Binnen het subdomein van het belastingrecht heeft de afgestudeerde diepgaande wetenschappelijke kennis van en inzicht in de gebieden: A.6 Nationaal belastingrecht A.7 Internationaal belastingrecht A.8 Europees belastingrecht De afgestudeerde is tevens in staat zijn kennis en inzicht op deze gebieden integratief te gebruiken voor het oplossen van bedrijfseconomische en fiscale vraagstukken en het formuleren van fiscaal beleid. B


De afgestudeerde master beschikt over diepgaande kennis van en inzicht in wetenschappelijke methoden en technieken en over academische vaardigheden en een academische attitude, zodanig dat de afgestudeerde het bedrijfseconomisch en fiscaal functioneren van complexe organisaties in de beroepspraktijk kan beoordelen en in staat is complexe praktijkproblemen binnen die organisaties integratief te benaderen en op te lossen. De afgestudeerde master is in staat om in situaties van onvolledige of beperkte informatie te beoordelen welke extra informatie nodig is en of en waar deze verkregen kan worden en - in die situaties waarin additionele informatie niet verkrijgbaar is - op basis van onvolledige of beperkte informatie oordelen te vormen waarbij hij ook rekening houdt met sociaal maatschappelijke en ethische verantwoordelijkheden. De afgestudeerde master heeft een open houding ten aanzien van verschillende wetenschappelijke disciplines die vanuit hun specifieke invalshoek accenten leggen in de benadering van vraagstukken binnen het domein van de fiscale economie en is zich er van bewust dat een integere opstelling noodzakelijk is. B.1

B.2

B.3

B.4

De afgestudeerde is in staat, binnen de kaders van het bedrijfseconomische en fiscale domein (inter)nationale wetenschappelijke informatie zoals theoretische concepten, wetenschappelijke theorieën, methoden en technieken of een wetenschappelijk betoog kritisch op waarde te schatten en op geïntegreerde wijze toe te passen. De afgestudeerde is in staat hoofd- en bijzaken te onderscheiden en de kern van een probleem te onderkennen om vervolgens zelfstandig relevante gegevens en informatie te verzamelen, te analyseren, te interpreteren en te synthetiseren, met als doel om met betrekking tot een praktijkprobleem zich een oordeel/mening te vormen, een argumentatie/redenering op te zetten, een passende oplossing te ontwerpen en/of een beleidsvoorstel te formuleren. De afgestudeerde is in staat om wetenschappelijke methoden & technieken, informatie- en analysetechnieken op het juiste moment en in de juiste context toe te passen en zelfstandig wetenschappelijk onderzoek op te zetten en uit te voeren. De afgestudeerde houdt bij wat de ontwikkelingen zijn in het fiscaal economisch vakgebied en in relevante aanpalende vakgebieden en is in staat

151


B.5 B.6

B.7

C

zelfstandig een bijdrage te leveren aan de kennisvoorraad van ten minste één specialisatiegebied. De afgestudeerde kan verbanden leggen tussen de in de nationale en internationale wetenschappelijke en vakpublicaties gevonden uitkomsten en relevante maatschappelijke ontwikkelingen binnen het fiscaal economische domein. De afgestudeerde is in staat om specifieke fiscaal economische vraagstukken te plaatsen in de organisatiecontext en de beroepspraktijk. De afgestudeerde is in staat strategische vraagstukken van regelgeving en organisaties te analyseren, te diagnosticeren, oplossingen aan te dragen en te implementeren. De afgestudeerde is in staat te handelen vanuit een integere opstelling en hij kan vanuit een maatschappelijke en ethische invalshoek reflecteren op wetenschappelijke inzichten, op het fiscaal economisch functioneren van organisaties en op mogelijke oplossingen voor fiscaal economische vraagstukken. Sociaal communicatieve eindtermen

De afgestudeerde master beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden die nodig zijn om zelfstandig en in teamverband te kunnen bijdragen aan het fiscaal economisch goed functioneren van complexe organisaties. De afgestudeerde master toont een professionele houding waarbij relevante vaardigheden zoals planmatig werken, accuraatheid, zelfstandig werken, initiatief nemen en overtuigen adequaat worden toegepast. C.1

C.2

C.3

D

De afgestudeerde beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden waarmee hij in staat is om relevante informatie op een logische, overtuigende en heldere manier te verwoorden, zowel in schrift als mondeling en zowel voor een publiek van beroepsgenoten als voor niet-deskundigen. De afgestudeerde is in staat zelfstandig en in teamverband, accuraat, oplossingsgericht en planmatig te werken en hij is initiatiefrijk in het oplossen van vraagstukken en het aanpakken van werkzaamheden. De afgestudeerde kan kritisch reflecteren op eigen en andermans werk om daar waar nodig is bij te sturen en feedback te geven. Studievaardigheden en beroepenoriëntatie

De afgestudeerde master beschikt over vaardigheden die noodzakelijk zijn om het eigen leerproces te sturen en om te reflecteren op eigen kennis en vaardigheden en hij is in staat om zijn denken en werken bij te sturen. D.1

D.2

152

De afgestudeerde beschikt over de noodzakelijke leer- en studievaardigheden om te kunnen reflecteren op het eigen leerproces (denken en werken) en om dit proces bij te sturen. De afgestudeerde beschikt over zelfinzicht, inzicht in het beroepsperspectief en inzicht in de mogelijkheden tot verdieping en/of verbreding binnen het fiscaal economisch domein.


D.3

De afgestudeerde is bereid en in staat om gedurende zijn carrière zijn kennis en vaardigheden op het vereiste niveau te houden.

Bijlage 1.7 MSc Human Resource Management Voor de eindtermen van de masteropleiding Human Resource Management wordt verwezen naar bijlage 1.7 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.8 MSc International Business and Management Voor de eindtermen van de masteropleiding International Business and Management wordt verwezen naar bijlage 1.8 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.9 MSc International Economics and Business Voor de eindtermen van de masteropleiding International Economics and Business wordt verwezen naar bijlage 1.9 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.10 MSc International Financial Management Voor de eindtermen van de masteropleiding International Financial Management wordt verwezen naar bijlage 1.10 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.11 MSc Marketing Voor de eindtermen van de masteropleiding Marketing wordt verwezen naar bijlage 1.11 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.12 MSc Supply Chain Management Voor de eindtermen van de masteropleiding Supply Chain Management wordt verwezen naar bijlage 1.13 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.13 MSc Technology and Operations Management Voor de eindtermen van de masteropleiding Technology and Operations Management wordt verwezen naar bijlage 1.13 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.14 Research Master in Economics and Business (research) Voor de eindtermen van de masteropleiding Research Master in Economics and Business (research) wordt verwezen naar bijlage 1.14 van de Engelstalige versie van deze OER. Bijlage 1.15

Executive Master of Accountancy

Overkoepelende eindtermen Afgestudeerden van de Executive Master of Accountancy dienen te beschikken over de capaciteit om: specifieke vraagstukken uit de beroepspraktijk op te lossen vanuit een theoretisch conceptueel kader;

153


de verworven kennis en vaardigheden toe te passen op (complexe) bedrijfssituaties; nieuwe ontwikkelingen in het eigen vakgebied te onderkennen en naar waarde te schatten; zowel zelfstandig als in teams te kunnen samenwerken en leiding te geven in de beroepspraktijk; de verworven kennis en inzichten op het vakgebied en relationele vaardigheden te gebruiken; in de beroepsuitoefening en zowel in woord als in geschrift op adequate wijze te communiceren met beroepsgenoten en niet-deskundigen. Beroepsethiek Accountants vervullen een belangrijke maatschappelijke functie en dat geldt in het bijzonder voor de assurancefunctie die centraal staat in de beschrijving van deze eindtermen. Kenmerkend onderscheid van het accountantsberoep is de verantwoordelijkheid te handelen in het algemeen belang; de verantwoordelijkheid van accountants beperkt zich niet tot het behartigen van het belang van een individuele cliënt. Om aan deze verantwoordelijkheid invulling te kunnen geven dienen afgestudeerden: grondige kennis en inzicht te hebben in de fundamentele beginselen van de beroepsethiek alsmede in de toepassing daarvan in concrete situaties; in de (toekomstige) beroepsuitoefening op een integere wijze te kunnen functioneren, zich te kunnen verantwoorden en in situaties, waarin sprake kan zijn van tegenstrijdige belangen en inzichten, te komen tot een eigen afweging, oordeelsvorming en professioneel handelen; met een professioneel-kritische instelling controlewerkzaamheden uit te kunnen voeren; inzicht te hebben in de eigen begrenzingen en het vermogen om in specifieke situaties/bedrijfsethische kwesties te kunnen reflecteren op eigen en andermans denken en handelen. Voor een meer uitgebreide beschrijving van de eindtermen van de Executive Master of Accountancy wordt verwezen naar het rapport van de Commissie Eindtermen Accountantsopleiding (CEA). Bijlage 1.16 Executive Master of Finance and Control De EMFC is een deeltijdopleiding voor financieel georiënteerde bedrijfseconomen en bedrijfskundigen met minimaal twee jaar relevante praktijkervaring. Kenmerkend voor de Groningse opleiding EMFC is de nauwe samenwerking tussen de vakgebieden bedrijfskunde en economie, die zowel voor het onderzoek als voor het onderwijs vruchtbaar is gebleken. Controllers die in Groningen zijn opgeleid, zijn bij uitstek in staat financieel-economische problemen in een bredere bedrijfskundige context te plaatsen met als gevolg dat hun bijdrage aan bestuur of management een regelmatig geprezen meerwaarde geeft. De opleiding onderscheidt zich daarnaast door ruime aandacht voor professionele normen en waarden en het omgaan met

154


ethische dilemma‟s, door het academische karakter van de opleiding en door de kleinschaligheid, persoonlijke aandacht en individueel maatwerk. De EMFC voldoet aan de inhoudelijke eisen van de Vereniging van Registercontrollers (VRC). Na het behalen van het universitaire EMFC-diploma kan bij de VRC de aanvraag worden ingediend voor het verkrijgen van het dienstmerk RC. Om het voeren van het dienstmerk te behouden, moet onder meer aan de PEverplichtingen worden voldaan. De opleiding faciliteert eveneens mogelijkheden om aan deze PE-verplichting te voldoen. De beroepseisen van de VRC en de academische eisen voor de EMFC zijn dan ook in één opleiding verenigd. De EMFC leidt controllers op die snel en doeltreffend weten te opereren in zware financieel-economische functies. De controller is aan het eind van de studie in staat de eindverantwoordelijkheid te dragen voor de interne en externe economische berichtgeving van organisaties en voor de economische rationaliteit van de beslissingen die in de organisatie worden genomen. Hiertoe beschikt de controller over „state of the art‟ inhoudelijke kennis, inzicht in en overzicht over de bedrijfs- en informatieprocessen en de relatie met hun omgeving en de vaardigheden om leemtes in het functioneren van de organisatie op een goede manier op te sporen. De controller is integer, objectief en oplossingsgericht. In het overleg binnen het managementteam objectiveert de controller de discussie door de standpunten te staven met objectieve gegevens/informatie. Om deze doelen te bereiken, heeft de opleiding het onderwijs vormgegeven aan de hand van onderstaande specifieke eindtermen. A


De afgestudeerde heeft diepgaande, gespecialiseerde wetenschappelijke kennis van en inzicht in de volgende vier inhoudsgebieden: A1. financieel-economisch; A2. informatiekundig; A3. organisatiekundig; A4. juridisch. De afgestudeerde is tevens in staat kennis en inzicht in deze gebieden te gebruiken voor het oplossen van complexe vraagstukken en bedrijfsproblemen. B


Vanuit „taakdenken‟ kan de afgestudeerde de verantwoordelijkheid nemen en zorg dragen voor: B1. de financieel-economische kant van de besluitvormingsprocessen in de organisatie; B2. de financieel-economische berichtgeving; B3. de bestuurlijke informatieverzorging; B4. fiscale en verzekeringszaken; B5. financiering en treasury management en logistieke systemen; B6. (een bijdrage aan) strategische processen en besturing van de organisatie.

155


Verder is de afgestudeerde in staat: B7. toepassingsgericht wetenschappelijk onderzoek uit te voeren op het terrein van controllervraagstukken; B8. om organisaties als geheel en als deel van een complexe externe omgeving te analyseren en daarbij relaties te leggen tussen het vakgebied en andere beleidsaspecten; B9. op zelfstandige en objectieve wijze te kunnen oordelen over te nemen of over reeds genomen financieel-economische beslissingen binnen een organisatie; B.10 om besturingsprocessen van de organisatie te herkennen, zowel vanuit nationaal, internationaal als multicultureel perspectief; B.11 de afgestudeerde is zich bewust van de noodzaak van een onafhankelijke en onpartijdige opstelling, kan vanuit een maatschappelijke en ethische invalshoek reflecteren op vraagstukken en kent de gedragscode die door de VRC voor registercontrollers is opgesteld. C

Sociaal communicatieve eindtermen

C1.

de afgestudeerde beschikt over sociaal communicatieve vaardigheden waarmee hij/zij in staat is om relevante informatie op een logische, overtuigende en heldere manier te verwoorden, zowel in schrift als mondeling en zowel voor het management als voor anderen in een organisatie; de afgestudeerde is in staat zelfstandig, maar ook in teamverband, oplossingsgericht en planmatig te werken en hij/zij is in staat om in de beroepspraktijk leiding te geven en te sturen.

C2.

D

Studievaardigheden en beroepsoriëntatie

D1.

de afgestudeerde beschikt over de noodzakelijke leer- en studievaardigheden om te kunnen reflecteren op het eigen leerproces en de eigen loopbaan en om deze te kunnen bijsturen.

156


Bijlage 2.

Programma’s MSc Accountancy en Controlling

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. Bijlage 2.1 MSc Accountancy en Controlling, traject Accountancy De masteropleiding Accountancy en Controlling, traject Accountancy omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 NB

vaknaam Auditing I Financial Accounting Theory Strategie en organisatie in de praktijk Internal Control: Risk Management Internal Control: Ontw. Best. Inf.syst. Masterafstudeerwerkstuk Accountancy Auditing II

vakcode EBM821A10 EBM863A05 EBM636A05 EBM883A05 EBM807A10 EBM869A20 EBM898A05

EC V/K taal 10 V NL 5 V NL 5 V NL 5 V EN 10 V NL 20 V NL 5 V NL

Het Masterafstudeerwerkstuk Accountancy wordt gegeven in sem. I + II. Studenten die in februari starten met de MSc A&C (Accountancy) moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Financial Accounting Theory in sem. IIa, - Strategie en organisatie in de praktijk in sem. IIb, - Masterafstudeerwerkstuk Accountancy in sem. II en I.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1 2.2

MSc Accountancy & Controlling/A&C 1 Accountancy

MSc Accountancy & Controlling/A&C 1 Accountancy voor HBO-AC

vaknaam Masterafstudeerwerkstuk Accountancy Financial Accounting Theory Strategie en organisatie in de praktijk Internal Control: Risk Management Internal Control: Ontw. Best. Inf.syst. Auditing II Theoretische inleid. Auditing & Control Financiering A&C

vakcode EBM869A20 EBM863A05 EBM636A05 EBM883A05 EBM807A10 EBM898A05 EBB943A05 EBB823C05

EC V/K taal 20 V NL 5 V NL 5 V NL 5 V EN 10 V NL 5 V NL 5 V NL 5 V NL

157


NB

Het Masterafstudeerwerkstuk Accountancy wordt gegeven in sem. Ib + II. Studenten die in februari starten met de MSc A&C (Accountancy voor HBO-AC) moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Financial Accounting Theory in sem. IIa, - Strategie en organisatie in de praktijk in sem. IIb, - Masterafstudeerwerkstuk Accountancy in sem. IIb + I.

Bijlage 2.2 MSc Accountancy en Controlling, traject Controlling De masteropleiding Accountancy en Controlling, traject Controlling omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2 2.1 NB

vaknaam Management Accounting Change Management Accounting Techniques Strategie en organisatie in de praktijk Financiering III A&C/FE Internal Control: Risk Management Internal Control: Ontw. Best. Inf.syst. Masterafstudeerwerkstuk Controlling Research in Management Control

158

vakcode EBM711B05 EBM057A05 EBM636A05 EBM864B05 EBM883A05 EBM807A10 EBM870A20 EBM082A05

EC 5 5 5 5 5 10 20 5

V/K V V V V V V V V

taal EN EN NL NL EN NL NL EN

Het Masterafstudeerwerkstuk Controlling wordt gegeven in sem. I + II. Studenten die in februari starten met de MSc A&C (Controlling) moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Management Accounting Techniques in sem. IIa, - Strategie en organisatie in de praktijk in sem. IIb, - Masterafstudeerwerkstuk Controlling in sem. II + I.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.1

MSc Accountancy & Controlling/A&C 1 Controlling

MSc Accountancy & Controlling/A&C 1 Controlling voor HBO-AC

vaknaam Masterafstudeerwerkstuk Controlling Management Accounting Change Strategie en organisatie in de praktijk Financiering III A&C/FE Internal Control: Risk Management Internal Control: Ontw. Best. Inf.syst. Research in Management Control Theoretische inleid. Auditing & Control

vakcode EBM870A20 EBM711B05 EBM636A05 EBM864B05 EBM883A05 EBM807A10 EBM082A05 EBB943A05

EC 20 5 5 5 5 10 5 5

V/K V V V V V V V V

taal NL EN NL NL EN NL EN NL


NB

Het Masterafstudeerwerkstuk Controlling wordt gegeven in sem. I + II. Studenten die in februari starten met de MSc A&C (Controlling voor HBO-AC) moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Management Accounting Techniques in sem. IIa, - Strategie en organisatie in de praktijk in sem. IIb, - Masterafstudeerwerkstuk Controlling in sem. II + I.

159


Bijlage 3.

Programma’s MSc Business Administration

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. Bijlage 3.1 MSc Business Administration, traject Change Management De masteropleiding Business Administration, traject Change Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel:

MSc BA - Change Management 1 basisprogramma MSc BA Change Management

sem 1.1-2

vaknaam keuzevak(ken) MSc BA Change Man.

vakcode

EC 15

V/K taal V EN

1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1

Change and Human Factors Theories & Approaches of Change Man. Research & Skills for MSc BA Master’s Thesis BA Change Management Agents and Instruments of Change Managing Technological Change

EBM053A05 EBM055A05 EBM050A05 EBM724A20 EBM052A05 EBM054A05

5 5 5 20 5 5

V V V V V V

NB

Studenten die in februari starten met de MSc BA Change Management moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Research & Skills for MSc BA in sem. IIb, - Master’s Thesis BA Change Management in sem. I.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2

160

EN EN EN EN EN EN

MSc BA - Change Management 1 keuzevakken MSc BA Change Management

vaknaam Business Ethics Developing for Markets HRM & International Labour Law IT Governance Organization Design (MSc) Retail Marketing Strategic Marketing for non-Marketing Behavioural Operations Management Brand & Product Management Business Process Innovation and Change Financial Reporting (MSc)

vakcode EBM043A05 EBM062A05 EBM733A05 EBM048A05 EBM049A05 EBM880A05 EBM140A05 EBM032A05 EBM073A05 EBM044A05 EBM045A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K K

taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN


1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2 NB

Healthcare Operations International Strategic Alliances Managerial Decision Making and Control Operations Management in Proc. Industry Personnel Economics Strategic Management & Technology Comparative Corporate Governance Conflict Man. & Industrial Relations Consumer Psychology Innovation in Healthcare Organizations Inventory Management Policies for a Dynamic Economy Process Improvement & Quality Control Purchasing Working Capital Management B2B Marketing Behavioural Perspectives on Corp. Gov. Emerging Markets (MSc) Franchising Innovation & Entrepreneurship Service Operations

EBM034A05 EBM090A05 EBM027A05 EBM725C05 EBM678A05 EBM051A05 EBM083A05 EBM673A05 EBM074A05 EBM047A05 EBM026A05 EBM065A05 EBM036A05 EBM037A05 EBM645A05 EBM808B05 EBM023A05 EBM085A05 EBM046A05 EBM621A05 EBM634A05

5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

De MSc BA is verantwoordelijk voor de volgende keuzevakken: Business Ethics, IT governance, Organization Design (MSc), Business Process Innovation and Change, Financial Reporting (MSc), Strategic Management & Technology, Business Diagnosis and Design, Innovation in Healthcare Organizations, Working Capital Management, Franchising. De overige keuzevakken vallen onder de verantwoordelijkheid van andere masteropleidingen.

Bijlage 3.2 MSc Business Administration, traject General Management De masteropleiding Business Administration, traject General Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar:

MSc BA - General Management 1

vaknaam Change Management voor GM Financiering voor GM Information Management voor GM Management Control voor GM Marketing Management voor GM Master’s Thesis BA General Management

vakcode EBM141A05 EBM142A05 EBM143A05 EBM144A05 EBM145A05 EBM727A20

EC 5 5 5 5 5 20

V/K V V V V V V

taal NL NL NL NL NL NL

161


Operations and Logistic Management v. GM Strategy & Innovation voor GM

EBM146A05 EBM679B10

5 10

V V

NL NL

Bijlage 3.3

MSc Business Administration, traject Organizational & Management Control De masteropleiding Business Administration, traject Organizational & Management Control omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel:

MSc BA - Organizational & Management Control/O&MC 1 basisprogramma MSc BA O&MC

sem 1.1-2

vaknaam keuzevak(ken) MSc BA O&MC

vakcode

EC 15

V/K taal V EN

1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1

Management Accounting Change Management Accounting Techniques Research & Skills for MSc BA Master’s Thesis BA O&MC Financial Management for O&MC Research in Management Control

EBM711B05 EBM057A05 EBM050A05 EBM859A20 EBM056A05 EBM082A05

5 5 5 20 5 5

V V V V V V

NB

Studenten die in februari starten met de MSc BA O&MC moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Management Accounting Techniques in sem. IIa, - Research & Skills for MSc BA in sem. IIb, - Master’s Thesis BA O&MC in sem. I


162

EN EN EN EN EN EN

MSc BA - Organizational & Management Control/O&MC 1 keuzevakken MSc BA O&MC

vaknaam Business Ethics Developing for Markets HRM & International Labour Law IT Governance Organization Design (MSc) Retail Marketing Strategic Marketing for non-Marketing Behavioural Operations Management Brand & Product Management Business Process Innovation and Change Financial Reporting (MSc) Healthcare Operations

vakcode EBM043A05 EBM062A05 EBM733A05 EBM048A05 EBM049A05 EBM880A05 EBM140A05 EBM032A05 EBM073A05 EBM044A05 EBM045A05 EBM034A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K K K



1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2 NB

International Strategic Alliances Operations Management in Proc. Industry Personnel Economics Strategic Management & Technology Comparative Corporate Governance Conflict Man. & Industrial Relations Consumer Psychology Innovation in Healthcare Organizations Inventory Management Policies for a Dynamic Economy Process Improvement & Quality Control Purchasing Working Capital Management B2B Marketing Behavioural Perspectives on Corp. Gov. Emerging Markets (MSc) Franchising Innovation & Entrepreneurship Service Operations

EBM090A05 EBM725C05 EBM678A05 EBM051A05 EBM083A05 EBM673A05 EBM074A05 EBM047A05 EBM026A05 EBM065A05 EBM036A05 EBM037A05 EBM645A05 EBM808B05 EBM023A05 EBM085A05 EBM046A05 EBM621A05 EBM634A05

5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN


Bijlage 3.4

MSc Business Administration, traject Small Business & Entrepreneurship De masteropleiding Business Administration, traject Small Business & Entrepreneurship omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel:

MSc BA - Small Business & Entrepreneurship/SB&E 1 basisprogramma SB&E

sem 1.1-2

vaknaam keuzevak(ken) MSc BA SB&E

vakcode

EC 10

V/K taal V EN

1.1 1.1 1.2 1.2

Small Business Management Strategic Analysis for Small Business Business Diagnosis and Design Research & Skills for MSc BA

EBM059A05 EBM060A05 EBM042A05 EBM050A05

5 5 5 5

V V V V

EN EN EN EN

163


2.1-2 2.1 2.1 NB

Master’s Thesis BA SB&E New Ventures & Entrepreneurship Small Business Economics & Policy

164

V V V

EN EN EN

Studenten die in februari starten met de MSc BA SB&E moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Research & Skills for MSc BA in IIb, - Master’s Thesis BA SB&E in sem. I.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2

EBM712A20 20 EBM838A05 5 EBM058A05 5

MSc BA - Small Business & Entrepreneurship/SB&E 1 keuzevakken MSc BA SB&E

vaknaam Business Ethics Developing for Markets HRM & International Labour Law IT Governance Organization Design (MSc) Retail Marketing Strategic Marketing for non-Marketing Behavioural Operations Management Brand & Product Management Business Process Innovation and Change Financial Reporting (MSc) Healthcare Operations International Strategic Alliances Managerial Decision Making and Control Operations Management in Proc. Industry Personnel Economics Strategic Management & Technology Comparative Corporate Governance Conflict Man. & Industrial Relations Consumer Psychology Innovation in Healthcare Organizations Inventory Management Policies for a Dynamic Economy Process Improvement & Quality Control Purchasing Working Capital Management B2B Marketing Behavioural Perspectives on Corp. Gov. Emerging Markets (MSc) Franchising

vakcode EBM043A05 EBM062A05 EBM733A05 EBM048A05 EBM049A05 EBM880A05 EBM140A05 EBM032A05 EBM073A05 EBM044A05 EBM045A05 EBM034A05 EBM090A05 EBM027A05 EBM725C05 EBM678A05 EBM051A05 EBM083A05 EBM673A05 EBM074A05 EBM047A05 EBM026A05 EBM065A05 EBM036A05 EBM037A05 EBM645A05 EBM808B05 EBM023A05 EBM085A05 EBM046A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN


2.2 2.2 NB

Innovation & Entrepreneurship Service Operations

EBM621A05 5 EBM634A05 5

K K

EN EN


Bijlage 3.5

MSc Business Administration, traject Strategic Innovation Management De masteropleiding Business Administration, traject Strategy & Innovation omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding:

MSc BA - Strategic Innovation Management/SIM

Studiejaar: Profiel:

1 basisprogramma MSc BA SIM

sem 1.1-2

vaknaam keuzevak(ken) MSc BA SIM A

1.1-2

keuzevak(ken) MSc BA SIM B

1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1

Organizing for Innovation Strategy & Innovation Management Research & Skills for MSc BA Master’s Thesis BA SIM Capturing Value from Innovation Cooperating for Innovation

NB

EBM064A05 EBM066A05 EBM050A05 EBM723B20 EBM738A05 EBM061A05

EC 5

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 5 20 5 5

V V V V V V

EN EN EN EN EN EN

Studenten die in februari starten met de MSc BA SIM moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Research & Skills for MSc BA in sem. IIb, - Master’s Thesis BA SIM in sem. I

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.2 2.2

vakcode

MSc BA - Strategic Innovation Management/SIM 1 keuzevakken MSc BA SIM A

vaknaam Developing for Markets Developing from Technologies Innovation & Entrepreneurship

vakcode EBM062A05 EBM063A05 EBM621A05

EC 5 5 5

V/K K K K

taal EN EN EN

165


NB

Studenten kiezen 5 EC uit ‘keuzevak(ken) MSc BA SIM A’ (zie boven).

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

166

MSc BA - Strategic Innovation Management/SIM 1 keuzevakken MSc BA SIM B

vaknaam Business Ethics Competitiveness of Firms and Nations Strategic Marketing for non-Marketing Brand & Product Management Innovation in Services International Strategic Alliances Strategic Management & Technology Comparative Corporate Governance Conflict Man. & Industrial Relations Innovation in Healthcare Organizations Policies for a Dynamic Economy Behavioural Perspectives on Corp. Gov. Corporate Governance for MSc Finance Franchising

vakcode EBM043A05 EBM092A05 EBM140A05 EBM073A05 EBM736C05 EBM090A05 EBM051A05 EBM083A05 EBM673A05 EBM047A05 EBM065A05 EBM023A05 EBM811C05 EBM046A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K K K K K



Bijlage 4.

Programma’s MSc Econometrics, Operations Research and Actuarial Studies

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Econometrics, Operations Research & Actuatial Studies omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1 NB

MSc Econometrics, Operations Research & Actuarial Studies/EORAS 1 Actuarial Studies

vaknaam keuzevak(ken) MSc EORAS

vakcode

overige kwantitatieve vakken Dependence & Extremes in Risk Managem. Models for Short Term Risk Management Master’s Thesis Actuarial Studies Asset and Liability Management of Banking, Insurance and Risk Man.

EBM113A05 EBM114A05 EBM871A20 EBM111A05 EBM067A05

EC V/K taal 10 V EN 10 V

EN

5 5 20 5 5

EN EN EN EN EN

V V V KG A KG A

Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep A. Studenten kiezen 15 EC uit ‘keuzevakken MSc EORAS’ (zie onder) m.u.v. vakken die al uit keuzegroep A gekozen zijn. Studenten kiezen 10 EC aan overige kwantitatieve vakken, uit het aanbod van FEB (incl EORAS), MSc Wiskunde of landelijke netwerken (bijv. LNMB, zie www.lnmb.nl), alles indien goedgekeurd door de opleidingsdirecteur. Studenten die in februari starten met de MSc EORAS moeten rekening houden met de volgende verschuiving: - Master’s Thesis Actuarial Studies in sem. I

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2

MSc Econometrics, Operations Research & Actuarial Studies/EORAS 1 Econometrics


vakcode

EC V/K 10 V

taal EN

167


1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1 NB

overige kwantitatieve vakken Econometric Theory and Methods Econometric Inference Master’s Thesis Econometrics Applied Macroeconometrics of Applied Microeconometrics

Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.1

168

EN

5 5 20 5 5

EN EN EN EN EN

V V V KG B KG B

Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep B. Studenten kiezen 15 EC uit ‘keuzevakken MSc EORAS’ (zie onder) m.u.v. vakken die al uit keuzegroep B gekozen zijn. Studenten kiezen 10 EC aan overige kwantitatieve vakken, uit het aanbod van FEB (incl EORAS), MSc Wiskunde of landelijke netwerken (bijv. LNMB, zie www.lnmb.nl), alles indien goedgekeurd door de opleidingsdirecteur. Studenten die in februari starten met de MSc EORAS moeten rekening houden met de volgende verschuiving: - Master’s Thesis Econometrics in sem. I

Opleiding:

NB

EBM835B05 EBM021A05 EBM872A20 EBM109A05 EBM110A05

10 V

MSc Econometrics, Operations Research & Actuarial Studies/EORAS 1 Operations Research


vakcode

overige kwantitatieve vakken Stochastic Programming Combinatorial Optimization Master’s Thesis Operations Research OR Analysis of Complex Systems of Supply Chain Optimization


EC V/K 10 V

taal EN

10 V

EN

5 5 20 5 5

EN EN EN EN EN

V V V KG C KG C

Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep C. Studenten kiezen 15 EC uit ‘keuzevakken MSc EORAS’ (zie onder) m.u.v. vakken die al uit keuzegroep C gekozen zijn. Studenten kiezen 10 EC aan overige kwantitatieve vakken, uit het aanbod van FEB (incl EORAS), MSc Wiskunde of landelijke netwerken (bijv. LNMB, zie www.lnmb.nl), alles indien goedgekeurd door de opleidingsdirecteur. Studenten die in februari starten met de MSc EORAS moeten rekening houden met de volgende verschuiving: - Master’s Thesis Operations Research in sem. I


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2

MSc Econometrics, Operations Research & Actuarial Studies/EORAS 1 keuzevakken MSc EORAS

vaknaam Advanced Industrial Organization Dependence & Extremes in Risk Management Econometric Theory and Methods Stochastic Programming Combinatorial Optimization Econometric Inference Financial Econometrics Models for Short Term Risk Management Applied Macroeconometrics Applied Microeconometrics Asset and Liability Management Banking, Insurance and Risk Management OR Analysis of Complex Systems Supply Chain Optimization Capita Selecta EORAS

vakcode EC EBM826A05 5 EBM113A05 5

V/K taal K EN K EN

EBM835B05 EBM853A05 EBM112A05 EBM021A05 EBM820A05 EBM114A05 EBM109A05 EBM110A05 EBM111A05 EBM067A05 EBM115A05 EBM117A05 EBM116A05

K K K K K K K K K K K K K

5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

169


Bijlage 5.

Programma MSc Economics

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Economics omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.1 2.1-2 NB

vaknaam keuzevakken MSc Economics A

EC 10

V/K taal V EN

keuzevakken MSc Economics B

5

V

EN

keuzevakken MSc Economics C

10

V

EN

5 5 5 20

V V V V

EN EN EN EN

Empirical Methods of Economics Games and Industrial Organization Macroeconomics for MSc Economics Master’s Thesis Economics

170

vakcode

EBM103A05 EBM104A05 EBM836C05 EBM877A20

Studenten kiezen 10 EC uit keuzevakken MSc Economics A (zie onder). Studenten kiezen 5 EC uit keuzevakken MSc Economics B (zie onder) of niet-gekozen vakken uit keuzevakken MSc Economics A. Studenten kiezen 10 EC uit keuzevakken MSc Economics C (zie onder) en/of nietgekozen vakken uit keuzevakken MSc Economics A en B. Studenten die in februari starten met de MSc EconomicsS moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Empirical Methods of Economics in sem. IIa, - Master’s Thesis Economics in sem. I

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.2 1.2 2.1 2.1

MSc Economics 1 basisprogramma MSc Economics

MSc Economics 1 keuzevakken MSc Economics A

vaknaam Competition Policy - Theory and Practice Empirical Macroeconomics Microeconomics of Household Behaviour Monetary Policy and Financial Regulation

vakcode EBM100A05 EBM102A05 EBM106A05 EBM107A05

EC 5 5 5 5

V/K K K K K

taal EN EN EN EN



vaknaam Economic Growth in History Public Economics and Social Policy Economics of Regulating Markets


MSc Economics 1 keuzevakken MSc Economics B vakcode EBM101A05 EBM108A05 EBM148A05

EC 5 5 5

V/K K K K

taal EN EN EN

MSc Economics 1 keuzevakken MSc Economics C

vaknaam Dependence & Extremes in Risk Management Econometric Theory and Methods Econometric Inference Growth and Development Policies Models for Short Term Risk Management Responsible Finance and Investing Trade, Environment and Growth Applied Macroeconometrics Applied Microeconometrics Asset and Liability Management Economic Geography International Banking and Finance Behavioural Finance & Personal Investing Finance and Development

vakcode EC EBM113A05 5

V/K taal K EN

EBM835B05 EBM021A05 EBM095A05 EBM114A05 EBM071A05 EBM097A05 EBM109A05 EBM110A05 EBM111A05 EBM094A05 EBM096A05 EBM806B05 EBM069A05

K K K K K K K K K K K K K

5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

171


Bijlage 6.

Programma MSc Finance

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Finance omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 2.1-2 NB

vaknaam keuzevak(ken) MSc Finance A

172

vakcode

EC 25

V/K taal V EN

10

V

EN

EBM070A05 5 EBM866B20 20

V V

EN EN

keuzevak(ken) MSc Finance B Research Methods in Finance Master’s Thesis Finance

Studenten kiezen 25 EC uit ‘keuzevakken MSc Finance A’ (zie onder). Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc Finance B’ (zie onder) en/of niet-gekozen vakken uit ‘keuzevakken MSc Finance A’. Studenten die in februari starten met de MSc Finance moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Research Methods in Finance in sem. IIa, - Master’s Thesis Finance in sem. I.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2

MSc Finance 1 basisprogramma MSc Finance

MSc Finance 1 keuzevakken MSc Finance A

vaknaam Corporate Finance for MSc Finance Derivative Instruments Corporate Valuation for MSc Finance Portfolio Theory Responsible Finance and Investing Banking, Insurance and Risk Management Institutional Investment Management Behavioural Finance & Personal Investing Corporate Governance for MSc Finance Finance and Development

vakcode EBM008B05 EBM068A05 EBM007C05 EBM015B05 EBM071A05 EBM067A05 EBM822A05 EBM806B05 EBM811C05 EBM069A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K



Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2

MSc Finance 1 keuzevakken MSc Finance B

vaknaam Advanced Industrial Organization Business Ethics Competitiveness of Firms and Nations Dependence & Extremes in Risk Management Econometric Theory and Methods Retail Marketing Stochastic Programming Strategic Marketing for non-Marketing Brand & Product Management Combinatorial Optimization Econometric Inference Economic Growth in History Financial Econometrics Financial Reporting (MSc) Growth and Development Policies International Strategic Alliances Models for Short Term Risk Management Trade, Environment and Growth Applied Macroeconometrics Applied Microeconometrics Asset and Liability Management Comparative Corporate Governance Consumer Psychology Economic Geography International Banking and Finance Marketing Communication Microeconomics of Household Behaviour Monetary Policy and Financial Regulation OR Analysis of Complex Systems Supply Chain Optimization Working Capital Management B2B Marketing Capita Selecta EORAS Country Studies Emerging Markets (MSc)


EC 5 5 5 5

V/K K K K K

taal EN EN EN EN

EBM835B05 EBM880A05 EBM853A05 EBM140A05 EBM073A05 EBM112A05 EBM021A05 EBM101A05 EBM820A05 EBM045A05 EBM095A05 EBM090A05 EBM114A05 EBM097A05 EBM109A05 EBM110A05 EBM111A05 EBM083A05 EBM074A05 EBM094A05 EBM096A05 EBM078A05 EBM106A05 EBM107A05 EBM115A05 EBM117A05 EBM645A05 EBM808B05 EBM116A05 EBM093A05 EBM085A05

5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

173


Bijlage 7.

Programma MSc Fiscale Economie

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Fiscale Economie omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 1.1-2 1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1 2.2

174

MSc Fiscale Economie 1

vaknaam Onderneming en Belastingheffing C.S. Particulieren en Belastingheffing c.s. Public Choice voor FE Tax Accounting Financiering III A&C/FE Masterafstudeerwerkstuk Fiscale Economie Internationaal & Europees Belastingrecht Law and Economics voor FE

vakcode RGMFI00107 RGMFI00106 EBM841B05 EBM861B06 EBM864B05 EBM875A20 RGMFI00306 EBM105B05

EC 7 6 5 6 5 20 6 5

V/K V V V V V V V V

taal NL NL NL NL NL NL NL NL


Bijlage 8.

Programma MSc Human Resource Management

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Human Resource Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.2 1.1 1.1 NB

vaknaam keuzevakken MSc HRM

vakcode

EC V/K 10 V

taal EN

Strategic HRM Leadership Research & Professional Skills for HRM Master’s Thesis HRM Work Design and Team Processes Personnel Instruments HRM & International Labour Law of HRM & Nederlands arbeidsrecht

EBM011A05 EBM072A05 EBM009B05 EBM722B20 EBM012A05 EBM014A05 EBM733A05 EBM016A05

5 5 5 20 5 5 5 5

EN EN EN EN EN EN EN NL

V V V V V V KG A KG A

Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep A Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc HRM’ (zie onder). Ze mogen ook het niet-gekozen vak uit keuzegroep A volgen. Studenten die in februari starten met de MSc HRM moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Research & Professional Skills for HRM in sem. 2.2, - Master’s Thesis HRM in sem. I

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1 2.1

MSc Human Resource Management/HRM 1 basisprogramma MSc HRM

MSc Human Resource Management/HRM 1 keuzevakken MSc HRM

vaknaam Business Ethics Organization Design (MSc) Business Process Innovation and Change Personnel Economics Conflict Man. & Industrial Relations Innovation in Healthcare Organizations


EC 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K


175


2.2 2.2 2.2

176

Behavioural Perspectives on Corp. Gov. Innovation & Entrepreneurship Service Operations

EBM023A05 5 EBM621A05 5 EBM634A05 5

K K K

EN EN EN


Bijlage 9.

Programma MSc International Business and Management

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding International Business and Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 2.1-2 NB

vaknaam keuzevak(ken) MSc IB&M A

vakcode

keuzevak(ken) MSc IB&M B Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) Research Seminar for IB&M Master’s Thesis IB&M

EBM086A05 EBM088A05 EBM718B05 EBM719A20

EC 15

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 5 20

V V V V

EN EN EN EN

Studenten kiezen 15 EC uit ‘keuzevakken MSc IB&M A’ (zie onder). Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc IB&M B’ (zie onder) en/of niet-gekozen vakken uit ‘keuzevakken MSc IB&M A’ (zie onder). Studenten die in februari starten met de MSc IB&M moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) in sem. IIa, - International Business Strategy (MSc) in sem. IIa, - Research Seminar for IB&M in sem. IIb, - Master’s Thesis IB&M in sem. I.


MSc International Business & Management/IB&M 1 basisprogramma MSc IB&M

MSc International Business & Management/IB&M 1 keuzevakken MSc IB&M A

vaknaam Comparative Institutional Anal. for IB&M International Bank Management International Strategic Alliances Comparative Corporate Governance International Entrepreneurship Emerging Markets (MSc)


EC 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K


177


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2

178

MSc International Business & Management/IB&M 1 keuzevakken MSc IB&M B

vaknaam Business Ethics Competitiveness of Firms and Nations Developing for Markets HRM & International Labour Law Organization Design (MSc) Retail Marketing Strategic Marketing for non-Marketing Brand & Product Management Business Process Innovation and Change Economic Growth in History Growth and Development Policies Healthcare Operations Managerial Decision Making and Control Operations Management in Proc. Industry Personnel Economics Responsible Finance and Investing Strategic Management & Technology Trade, Environment and Growth Conflict Man. & Industrial Relations Consumer Psychology Economic Geography International Banking and Finance Marketing Communication Monetary Policy and Financial Regulation Process Improvement & Quality Control Purchasing B2B Marketing Country Studies Finance and Development Franchising Innovation & Entrepreneurship Service Operations

vakcode EBM043A05 EBM092A05 EBM062A05 EBM733A05 EBM049A05 EBM880A05 EBM140A05 EBM073A05 EBM044A05 EBM101A05 EBM095A05 EBM034A05 EBM027A05 EBM725C05 EBM678A05 EBM071A05 EBM051A05 EBM097A05 EBM673A05 EBM074A05 EBM094A05 EBM096A05 EBM078A05 EBM107A05 EBM036A05 EBM037A05 EBM808B05 EBM093A05 EBM069A05 EBM046A05 EBM621A05 EBM634A05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN


Bijlage 10.

Programma MSc International Economics and Business

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding International Economics and Business omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 2.1-2 NB

vaknaam keuzevak(ken) MSc IE&B A

vakcode

keuzevak(ken) MSc IE&B B Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) Research Seminar for IE&B Master’s Thesis IE&B

EBM086A05 EBM088A05 EBM846B05 EBM868A20

EC 15

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 5 20

V V V V

EN EN EN EN

Studenten kiezen 15 EC uit ‘keuzevakken MSc IE&B A’ (zie onder). Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc IE&B B’ (zie onder) en/of niet-gekozen vakken uit ‘keuzevakken MSc IE&B A’ (zie onder). Studenten die in februari starten met de MSc IE&B moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) in sem. IIa, - International Business Strategy (MSc) in sem. IIa, - Research Seminar for IE&B in sem. IIb, - Master’s Thesis IE&B in sem. I.


MSc International Economics & Business/IE&B 1 basisprogramma MSc IE&B

MSc International Economics & Business/IE&B 1 Keuzevakken MSc IE&B A

vaknaam Competitiveness of Firms and Nations Growth and Development Policies Trade, Environment and Growth Economic Geography International Banking and Finance Country Studies


EC 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K


179


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2

180

MSc International Economics & Business/IE&B 1 keuzevakken MSc IE&B B

vaknaam Business Ethics Comparative Institutional Anal. for IB&M Dependence & Extremes in Risk Management Developing for Markets HRM & International Labour Law Strategic Marketing for non-Marketing Brand & Product Management Economic Growth in History International Bank Management International Risk Management International Strategic Alliances Managerial Decision Making and Control Responsible Finance and Investing Strategic Management & Technology Comparative Corporate Governance Conflict Man. & Industrial Relations International Entrepreneurship Monetary Policy and Financial Regulation Behavioural Finance & Personal Investing Emerging Markets (MSc) Finance and Development Innovation & Entrepreneurship


EC 5 5 5

V/K K K K

taal EN EN EN

EBM062A05 EBM733A05 EBM140A05 EBM073A05 EBM101A05 EBM087A05 EBM099A05 EBM090A05 EBM027A05 EBM071A05 EBM051A05 EBM083A05 EBM673A05 EBM089A05 EBM107A05 EBM806B05 EBM085A05 EBM069A05 EBM621A05

5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN


Bijlage 11.

Programma MSc International Financial Management

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding International Financial Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2 NB

vaknaam keuzevak(ken) MSc IFM

vakcode

EC 10

V/K taal V EN

International Business Strategy (MSc) International Man. Accounting & Control Research Methods in Finance Financial Reporting (MSc) International Corporate Finance International Risk Management Master’s Thesis IFM

EBM088A05 EBM662A05 EBM070A05 EBM045A05 EBM098A05 EBM099A05 EBM022A20

5 5 5 5 5 5 20

V V V V V V V

1.1 1.1 1.2

EN EN EN EN EN EN EN

Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc IFM’ (zie onder). Studenten die in februari starten met de MSc IFM moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - International Business Strategy (MSc) in sem. IIa, - Research Methods in Finance in sem. IIa, - Financial Reporting (MSc) in sem. IIb, - International Corporate Finance in sem. IIb, - Master’s Thesis IFM in sem. I.


MSc International Financial Management/IFM 1 basisprogramma MSc IFM

MSc International Financial Management/IFM 1 keuzevakken MSc IFM

vaknaam Business Ethics Competitiveness of Firms and Nations Dependence & Extremes in Risk Management IT Governance Organization Design (MSc) Business Process Innovation and Change


EC 5 5 5

EBM048A05 5 EBM049A05 5 EBM044A05 5

V/K K K K

taal EN EN EN

K K K

EN EN EN

181


1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2

182

Economic Growth in History Growth and Development Policies International Strategic Alliances Responsible Finance and Investing Strategic Management & Technology Trade, Environment and Growth Comparative Corporate Governance Economic Geography International Banking and Finance Microeconomics of Household Behaviour Monetary Policy and Financial Regulation Working Capital Management Behavioural Finance & Personal Investing Country Studies Emerging Markets (MSc) Finance and Development Franchising

EBM101A05 EBM095A05 EBM090A05 EBM071A05 EBM051A05 EBM097A05 EBM083A05 EBM094A05 EBM096A05 EBM106A05 EBM107A05 EBM645A05 EBM806B05 EBM093A05 EBM085A05 EBM069A05 EBM046A05

5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

K K K K K K K K K K K K K K K K K

EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN


Bijlage 12.

Programma MSc Marketing

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Marketing omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 2.1-2 2.1 NB

MSc Marketing 1 basisprogramma Marketing Intelligence

vaknaam keuzevak(ken) MSc Mark. Int. A

vakcode

keuzevak(ken) MSc Mark. Int. B Marketing Research Methods Strategic Marketing for MSc Marketing Master’s Thesis Marketing Consumer Psychology

EBM080A05 EBM081B05 EBM867B20 EBM074A05

EC 15

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 20 5

V V V V

EN EN EN EN

Studenten kiezen 15 EC uit ‘keuzevakken MSc Marketing Intelligence A’ (zie onder). Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc Marketing Intelligence B’ (zie onder). Als alternatief voor vakken uit ‘keuzevakken MSc Marketing Intelligence B’ mogen ook niet-gekozen vakken uit ‘keuzevakken MSc Marketing Intelligence A’ worden gekozen. Studenten die in februari starten met de MSc Marketing Intelligence moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Marketing Research Methods in sem. IIa, - Master’s Thesis Marketing in sem. I.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 2.1-2 2.1

MSc Marketing 1 basisprogramma Marketing Management

vaknaam keuzevak(ken) MSc Mark. Man. A

vakcode

keuzevak(ken) MSc Mark. Man. B Marketing Research Methods Strategic Marketing for MSc Marketing Master’s Thesis Marketing Consumer Psychology


EC 15

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 20 5

V V V V

EN EN EN EN

183


NB

Studenten kiezen 15 EC uit ‘keuzevakken MSc Marketing Management A’ (zie onder). Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc Marketing Management B’ (zie onder). Als alternatief voor vakken uit ‘keuzevakken MSc Marketing Management B’ mogen ook niet-gekozen vakken uit ‘keuzevakken MSc Marketing Management A’ worden gekozen. Studenten die in februari starten met de MSc Marketing Management moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Marketing Research Methods in sem. IIa, - Master’s Thesis Marketing in sem. I.


vaknaam Marketing Research Practice Marketing Engineering Market Models Customer Models


184

MSc Marketing 1 keuzevakken Marketing Intelligence A vakcode EBM881B05 EBM079A05 EBM077A05 EBM076A05

EC 5 5 5 5

V/K K K K K

taal EN EN EN EN

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K K K K K


MSc Marketing 1 keuzevakken Marketing Intelligence B

vaknaam Business Ethics Competitiveness of Firms and Nations Econometric Theory and Methods Organization Design (MSc) Retail Marketing Brand & Product Management Customer Management Healthcare Operations Marketing Communication Supply Chain Dynamics B2B Marketing Emerging Markets (MSc) Franchising Service Operations

vakcode EBM043A05 EBM092A05 EBM835B05 EBM049A05 EBM880A05 EBM073A05 EBM075A05 EBM034A05 EBM078A05 EBM147A05 EBM808B05 EBM085A05 EBM046A05 EBM634A05


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.2 1.2 2.1 2.2

vaknaam Retail Marketing Brand & Product Management Customer Management Marketing Communication B2B Marketing

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2

MSc Marketing 1 keuzevakken Marketing Management A vakcode EBM880A05 EBM073A05 EBM075A05 EBM078A05 EBM808B05

EC 5 5 5 5 5

V/K K K K K K

taal EN EN EN EN EN

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

MSc Marketing 1 keuzevakken Marketing Management B

vaknaam Business Ethics Competitiveness of Firms and Nations Developing for Markets Econometric Theory and Methods Marketing Research Practice Organization Design (MSc) Business Process Innovation and Change Financial Reporting (MSc) Healthcare Operations International Strategic Alliances Marketing Engineering Market Models Applied Macroeconometrics Conflict Man. & Industrial Relations Microeconomics of Household Behaviour Purchasing Supply Chain Dynamics Behavioural Perspectives on Corp. Gov. Customer Models Emerging Markets (MSc) Franchising Innovation & Entrepreneurship Service Operations

vakcode EBM043A05 EBM092A05 EBM062A05 EBM835B05 EBM881B05 EBM049A05 EBM044A05 EBM045A05 EBM034A05 EBM090A05 EBM079A05 EBM077A05 EBM109A05 EBM673A05 EBM106A05 EBM037A05 EBM147A05 EBM023A05 EBM076A05 EBM085A05 EBM046A05 EBM621A05 EBM634A05

185


Bijlage 13.

Programma MSc Supply Chain Management

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Supply Chain Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.1 1.2 2.1-2 2.1 1.2 2.1 NB

vaknaam keuzevak(ken) MSc SCM

vakcode

EC V/K 10 V

taal EN

Logistics and Supply Chain Operations Service Operations Supply Chain Network Design Research Methods for SCM Master’s Thesis SCM Process Improvement & Quality Control Strategic Supply Chain Management of Purchasing

EBM035A05 EBM634A05 EBM040A05 EBM038A05 EBM720B20 EBM036A05 EBM039A05 EBM037A05

5 5 5 5 20 5 5 5

EN EN EN EN EN EN EN EN

186


Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep A. Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc SCM’ (zie onder). Ze mogen ook het nietgekozen vak uit keuzegroep A volgen. Studenten die in februari starten met de MSc SCM moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Research Methods for SCM in sem. IIb, - Service Operations in sem. IIb, - Master’s Thesis SCM in sem. I.


MSc Supply Chain Management/SCM 1 basisprogramma MSc SCM

MSc Supply Chain Management/SCM 1 keuzevakken MSc SCM

vaknaam Behavioural Operations Management Business Process Innovation and Change Healthcare Operations Operations Management in Proc. Industry Innovation in Healthcare Organizations Inventory Management

vakcode EBM032A05 EBM044A05 EBM034A05 EBM725C05 EBM047A05 EBM026A05

EC 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K



2.1 2.2

Supply Chain Dynamics Innovation & Entrepreneurship

EBM147A05 5 EBM621A05 5

K K

EN EN

187


Bijlage 14.

Programma MSc Technology and Operations Management

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Technology and Operations Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 1.1 2.1 NB

vaknaam keuzevak(ken) MSc TOM

vakcode

EC V/K 10 V

taal EN

Operations Management and Control Operations Modelling and Simulation Behavioural Operations Management Research Methods for TOM Master’s Thesis TOM Asset Management Facility Design and Planning of Product & Service Development

EBM041A05 EBM029A05 EBM032A05 EBM031A05 EBM766B20 EBM024A05 EBM025A05 EBM760B05

5 5 5 5 20 5 5 5


188


- Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep A. - Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken MSc TOM’ (zie onder). Ze mogen ook het niet-gekozen vak uit keuzegroep A volgen. Studenten die in februari starten met de MSc TOM moeten rekening houden met de volgende verschuivingen: - Behavioural Operations Management in sem. IIb, - Research Methods for TOM in sem. IIb, - Master’s Thesis TOM in sem. I (waardoor ‘Product & Service Development’ de meest logische optie in keuzegroep A wordt).


MSc Technology and Operations Management/TOM 1 basisprogramma MSc TOM

MSc Technology and Operations Management/TOM 1 keuzevakken MSc TOM

vaknaam Healthcare Operations Managerial Decision Making and Control Operations Management in Proc. Industry Planning and Scheduling Methods Strategic Management & Technology

vakcode EBM034A05 EBM027A05 EBM725C05 EBM030A05 EBM051A05

EC 5 5 5 5 5

V/K K K K K K

taal EN EN EN EN EN


2.1 2.1 2.1 2.2 2.2

Inventory Management Process Improvement & Quality Control Purchasing Innovation & Entrepreneurship Service Operations


5 5 5 5 5

K K K K K

EN EN EN EN EN

189


Bijlage 15.

Programma’s ReMa in Economics and Business (Research Master)

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. Bijlage 15.1

ReMa E&B (Research Master), traject Economics, Econometrics & Finance De masteropleiding Research Master in Economics and Business (research), traject Economics, Econometrics & Finance omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1 2.1 2.2 2.2

vaknaam keuzevak(ken) Research Master A

190

vakcode

keuzevak(ken) Research Master B Macroeconomic Theory Research in Economics and Business I Microeconomic Theory Research in Economics and Business II Monetary Theory Research in Economics and Business III Research in Economics and Business IV Theoretical Corporate Finance

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 2.1-2

Research Master in Economics and Business 1 Economics, Econometrics & Finance

EBM127A05 EBM132A05 EBM128A05 EBM133A05 EBM129A05 EBM134A05 EBM135A05 EBM857B05

EC 10

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 5 5 5 5 5 5

V V V V V V V V


EC 30

V/K taal V EN

Research Master in Economics and Business 2 Economics, Econometrics & Finance

vaknaam masterkeuzevakken (mits goedgekeurd)

vakcode

Master’s Thesis RM E&B

EBM897A30 30

V

EN


Bijlage 15.2

ReMa E&B (Research Master), traject Global Economics & Management De masteropleiding Research Master in Economics and Business (research), traject Global Economics & Management omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1 2.1 2.2 2.2


vakcode

keuzevak(ken) Research Master B International Business for ReMa Research in Economics and Business I Economic Growth and Development Research in Economics and Business II Comparative Institutional Anal. for ReMa Research in Economics and Business III Recent Developments in Intern. Economics Research in Economics and Business IV

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 2.1-2 sem

Research Master in Economics and Business 1 Global Economics & Management

EBM891B05 EBM132A05 EBM890B05 EBM133A05 EBM122A05 EBM134A05 EBM131A05 EBM135A05

EC 10

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 5 5 5 5 5 5

V V V V V V V V


Research Master in Economics and Business 2 Global Economics & Management


vakcode

EC 30

V/K taal V EN

Master’s Thesis RM E&B vaknaam

EBM897A30 30 vakcode EC

V EN V/K taal

Bijlage 15.3

ReMa E&B (Research Master), traject Human Resource Management and Organizational Behaviour De masteropleiding Research Master in Economics and Business (research), traject Human Resource Management and Organizational Behaviour omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC:

191


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1 2.1 2.2 2.2


vakcode

keuzevak(ken) Research Master B Creativity and Innovation Research in Economics and Business I Leadership & Power Research in Economics and Business II Research in Economics and Business III Team Work & Work Design Behavioural Ethics in Organizations Research in Economics and Business IV


Research Master in Economics and Business 1 Human Resource Management & Organizational Behaviour

EBM124A05 EBM132A05 EBM126A05 EBM133A05 EBM134A05 EBM139A05 EBM120A05 EBM135A05

EC 10

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 5 5 5 5 5 5

V V V V V V V V


Research Master in Economics and Business 2 Human Resource Management & Organizational Behaviour


vakcode

EC 30


EBM897A30 30

V/K taal V EN V

EN

Bijlage 15.4 ReMa E&B (Research Master), traject Innovation & Organization De masteropleiding Research Master in Economics and Business (research), traject Innovation & Organization omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2

192

Research Master in Economics and Business 1 Innovation & Organization

vaknaam keuzevak(ken) Research Master A keuzevak(ken) Research Master B Organizing Innovation & Change for ReMa Research in Economics and Business I Organization Theory for ReMa

vakcode

EC 10

V/K taal V EN

10

V

EN

V V V

EN EN EN

EBM018A05 5 EBM132A05 5 EBM017A05 5


1.2 2.1 2.1 2.2 2.2

Research in Economics and Business II Managing Inf. & Control for Innovation Research in Economics and Business III Inter-Firm Cooperation for Innovation Research in Economics and Business IV



5 5 5 5 5

V V V V V

EN EN EN EN EN

EC 30

V/K taal V EN

Research Master in Economics and Business 2 Innovation & Organization


vakcode


EBM897A30 30

V

EN

Bijlage 15.5 ReMa E&B (Research Master), traject Marketing De masteropleiding Research Master in Economics and Business (research), traject Marketing omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1 2.1 2.2 2.2

Research Master in Economics and Business 1 Marketing


vakcode

keuzevak(ken) Research Master B Marketing Theory Research in Economics and Business I Consumer Research Research in Economics and Business II Advanced Market Response Modelling Research in Economics and Business III Advanced Consumer Choice Modelling Research in Economics and Business IV

EBM894A05 EBM132A05 EBM123A05 EBM133A05 EBM119A05 EBM134A05 EBM118A05 EBM135A05

EC 10

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 5 5 5 5 5 5

V V V V V V V V


193



Research Master in Economics and Business 2 Marketing


vakcode

EC 30


EBM897A30 30

V/K taal V EN V

EN

Bijlage 15.6

ReMa E&B (Research Master), traject Operations Management and Operations Research De masteropleiding Research Master in Economics and Business (research), traject Operations Management and Operations Research omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1 2.1 2.2 2.2


194

vakcode

keuzevak(ken) Research Master B Analysis and Planning of Operations Research in Economics and Business I Advanced Models in Operations Research in Economics and Business II Research in Economics and Business III Supply Chain Management Research Research in Economics and Business IV Service Operations Research


Research Master in Economics and Business 1 Operations Management & Operations Research

EBM770C05 EBM132A05 EBM001A05 EBM133A05 EBM134A05 EBM137A05 EBM135A05 EBM136A05

EC 10

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 5 5 5 5 5 5

V V V V V V V V


Research Master in Economics and Business 2 Operations Management & Operations Research


vakcode

EC 30


EBM897A30 30

V/K taal V EN V

EN


Bijlage 15.7 ReMa E&B (Research Master), keuzevakken Het programma van de masteropleiding Research Master in Economics and Business (research) omvat de volgende keuzevakken met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2 2.2

vaknaam Analysis and Planning of Operations Creativity and Innovation International Business for ReMa Macroeconomic Theory Marketing Theory Organizing Innovation & Change for ReMa Advanced Models in Operations Consumer Research Economic Growth and Development Leadership & Power Microeconomic Theory Organization Theory for ReMa Advanced Market Response Modelling Comparative Institutional Anal. for ReMa Managing Inf. & Control for Innovation Monetary Theory Supply Chain Management Research Team Work & Work Design Advanced Consumer Choice Modelling Behavioural Ethics in Organizations Inter-Firm Cooperation for Innovation Recent Developments in Intern. Economics Service Operations Research Theoretical Corporate Finance


Research Master in Economics and Business 1 keuzevakken Research Master A vakcode EBM770C05 EBM124A05 EBM891B05 EBM127A05 EBM894A05 EBM018A05 EBM001A05 EBM123A05 EBM890B05 EBM126A05 EBM128A05 EBM017A05 EBM119A05 EBM122A05 EBM019A05 EBM129A05 EBM137A05 EBM139A05 EBM118A05 EBM120A05 EBM020A05 EBM131A05 EBM136A05 EBM857B05

EC 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K K

taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

EC 5 5 5 5

V/K K K K K

taal EN EN EN EN

Research Master in Economics and Business 1 keuzevakken Research Master B

vaknaam Multivariate Data Analysis Experimental Research Design Applied Macroeconometrics Applied Microeconometrics


195


2.1 2.2 2.2

196

Survey Research Case Study Research Productivity and Efficiency Analysis

EBM138A05 5 EBM121A05 5 EBM130A05 5

K K K

EN EN EN


Bijlage 16.

Programma Executive Master of Accountancy

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Executive Master of Accountancy omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 1.1-2 2.2

Executive Master of Accountancy 1

vaknaam Auditing III Internal Control EMA: Toepassingen Externe verslaggeving

Opleiding: Studiejaar:

vakcode EBE808A15 EBE801A05 EBE803A20

EC 15 5 10

V/K V V V

taal NL NL NL

EC 10 5 10

V/K V V V

taal NL NL NL

Executive Master of Accountancy 2

sem vaknaam 1.1 Externe verslaggeving 1.1-2 Auditing IV 1.2 en Afronding Accountancy 2.1 Opmerkingen:

vakcode EBE803A20 EBE809A05 EBE807A10

Voorwaarde voor deelname aan het tentamen IC: OBIS is het vak IC: Grondslagen met een voldoende te hebben afgerond. Het vak Internal Control: Toepassingen bestaat uit een schriftelijk examen, en een mondeling examen. Beide dienen met voldoende resultaat te worden afgelegd. a) Het schriftelijk examen bestaat uit twee examenonderdelen (vraagstuk 1 en vraagstuk 2). De vraagstukken bestrijken verschillende onderdelen van de stof en voor het examen zal bekend gemaakt worden op welk tijdstip, welk onderdeel zal worden geëxamineerd. De maximale geldigheidsduur van deze afzonderlijke examenonderdelen bedraagt 24 maanden. Binnen deze periode moet voor de twee onderdelen tezamen tenminste 11 punten zijn behaald, waarbij voor een afzonderlijk onderdeel minimaal een 5 moet worden behaald. De afzonderlijke onderdelen worden uitsluitend met gehele cijfers gehonoreerd. b) Het mondeling eindexamen wordt door twee docenten afgenomen. Studenten die BIV-2.3 (oud) succesvol hebben afgerond kunnen hiervoor een vrijstelling aanvragen. Het vak Externe Verslaggeving is met goed gevolg afgelegd indien voor beide hieronder genoemde onderdelen een voldoende is behaald: a) de tijdens de collegeperiode ingeleverde (groeps)opdrachten; b) het schriftelijke tentamen.

197


Het cijfer voor de ingeleverde (groeps)opdrachten weegt voor 30% en het cijfer voor het schriftelijke tentamen weegt voor 70% mee in het eindcijfer voor Externe Verslaggeving. Tot de colleges van het vak Auditing IV wordt de cursist toegelaten indien het tentamen van het vak Internal Control: Toepassingen tenminste eenmaal rechtsgeldig is afgelegd. Tot het landelijk schriftelijk tentamen van het vak Auditing IV wordt de cursist toegelaten indien de tentamens van Auditing I, II en III zijn behaald ofwel aan de reguliere tentamens en/of de herhalingstentamens is deelgenomen. Tot het mondeling deeltentamen van het onderdeel Auditing IV wordt de cursist toegelaten indien het landelijk schriftelijk tentamen van het vak Auditing IV tenminste één keer is afgelegd. Het vak Auditing III en IV is met goed gevolg afgelegd indien voor elk van de tentamens een voldoende is behaald: a) Auditing III; schriftelijk tentamen; b) Auditing IV; bestaande uit drie landelijke vraagstukken Financial Auditing, minimum vereiste: twee zessen en één vijf, waarbij het laagste cijfer nooit lager dan een vijf mag zijn, en een mondeling tentamen. Het eindcijfer wordt bepaald door het (op een geheel cijfer afgeronde rekenkundig gemiddelde van alle cijfers. Cursisten die aan de cursus Auditing III en IV hebben deelgenomen en de examens regulier hebben afgelegd worden toegelaten tot de cursus Afronding Accountancy. De cursist wordt na deelname aan het onderdeel Afronding Accountancy toegelaten tot het afsluitende mondelinge accountantsexamen, indien alle overige vakken van de opleiding met goed gevolg zijn afgelegd. Voor de vakken IC: OBIS en Auditing II wordt standaard een vrijstelling verleend indien deze vakken of daarmee gelijk te stellen vakken, gevolgd zijn in een recent afgeronde masteropleiding aan de Rijksuniversiteit Groningen. Voor de overige vakken geldt de algemene regeling rond vrijstelling, zoals geformuleerd in artikel 4.10 van deze OER.

198


Bijlage 17.

Programma Executive Master of Finance and Control

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De masteropleiding Executive Master of Finance and Control omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: sem 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2

vaknaam Financial Accounting EMFC Financieel Management EMFC Fiscaal Recht EMFC Interact.Vaardigh.& Competentieontw EMFC Treasury Management EMFC

Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 1.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2 2.1-2

vakcode EBE002A03 EBE003A02 EBE004A03 EBE005A02

EC 3 2 3 2

V/K V V V V

taal NL NL NL NL

EBE006A03

3

V

NL

V/K V V V V V V V V V V V

taal NL NL NL NL NL NL NL NL NL NL NL

V/K V V V

taal NL NL NL

Executive Master of Finance and Control/EMFC 2

vaknaam Corporate Finance EMFC Management Accounting en Control I EMFC Ondernemingsrecht I EMFC Ondernemingsrecht II EMFC Strategisch Management EMFC Controllership EMFC Internal Control EMFC: Ontw. Best.Inf.st Logistiek & Operations Control EMFC Management Control Auditing EMFC Methodologie voor afstudeeropdracht EMFC Multicultureel Management EMFC

Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 1.1-2 1.1-2


vakcode EBE007A04 EBE008A03 EBE009A02 EBE010A02 EBE011A03 EBE016B02 EBE013A06 EBE014A03 EBE015A02 EBE023A01 EBE017A02

EC 4 3 2 2 3 2 6 3 2 1 2


vaknaam Bestuurlijke Informatievoorziening EMFC Internal Control EMFC: Toepassingen Management Accounting & Control II EMFC

vakcode EBE018B03 EBE019A05 EBE020A03

EC 3 5 3

199


1.1-2 2.1-2

200

Management of Change EMFC Afstudeeropdracht EMFC

EBE021A02 EBE022B14

2 14

V V

NL NL


Bijlage 18.

Praktische oefeningen

De volgende onderdelen bevatten een praktische oefening die voorwaarde is voor toelating tot het tentamen: vaknaam Product & Service Development.

vakcode EBM760B05

praktische oefening opdracht

201


Bijlage 19.

Verplichte voorkennis

Voorwaarde voor deelname aan het tentamen van het vak Internal Control: Ontwerpen Bestuurlijke Informatiesystemen (EBM807A10) is het met succes afgerond hebben van het vak Internal Control: Grondslagen (EBB918A10).

202


Bijlage 20.

Substitutie- en overgangsregelingen masteropleidingen

Bijlage 20.1 Algemeen Zie bijlage 20.1 van de Onderwijs- en examenregeling masteropleidingen 2012-2013. Bijlage 20.2 Substitutieregeling MSc Accountancy en Controlling Studenten van de masteropleiding Accountancy en Controlling, traject Controlling die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.3 Substitutieregeling MSc BA, traject Business & ICT In 2011-2012 is het traject Business & ICT van de masteropleiding Business Administration voor het laatst aangeboden. Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Business & ICT die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.4 Substitutieregeling MSc BA, traject Business Development In 2011-2012 is het traject Business Development van de masteropleiding Business Administration voor het laatst aangeboden. Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Business Development die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.5 Substitutieregeling MSc BA, traject Change Management Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Change Management die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.6 Substitutieregeling MSc BA, traject Finance In 2011-2012 is het traject Finance van de masteropleiding Business Administration voor het laatst aangeboden. Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Finance die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013.

203


Bijlage 20.7 Substitutieregeling MSc BA, traject Marketing In 2011-2012 is het traject Marketing van de masteropleiding Business Administration voor het laatst aangeboden. Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Marketing die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.8

Substitutieregeling MSc BA, traject Organizational & Management Control Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Organizational & Management Control die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013.

Bijlage 20.9 Substitutieregeling MSc BA, traject Operations & Supply Chains In 2011-2012 is het traject Operations & Supply Chains van de masteropleiding Business Administration voor het laatst aangeboden. Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Operations & Supply Chains die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.10 Substitutieregeling MSc BA, traject Small Business & Entrepreneurship Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Small Business & Entrepreneurship die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.11 Substitutieregeling MSc BA, traject Strategy & Innovation In 2011-2012 is het traject Strategy & Innovation van de masteropleiding Business Administration voor het laatst aangeboden. Studenten van de masteropleiding Business Administration, traject Strategy & Innovation die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013.

204


Bijlage 20.12 Substitutie- en overgangsregelingen MSc Econometrics, Operations Research & Actuarial Studies Studenten van de masteropleiding Econometrics, Operations Research & Actuarial Studies die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Studenten van de masteropleiding Econometrics, Operations Research & Actuarial Studies die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit het oude programma hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.13 Substitutie- en overgangsregelingen MSc Economics Studenten van de masteropleiding Economics die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Studenten van de masteropleiding Economics die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit het oude programma hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangseregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.14 Overgangsregeling MSc Finance Studenten van de masteropleiding Finance die reeds vakken uit het oude programma van de MSc BA Finance hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.15 Substitutie- en overgangsregelingen MSc Human Resource Management Studenten van de masteropleiding Human Resource Management die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Studenten van de masteropleiding Human Resource Management die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit het oude programma hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013.

205


Bijlage 20.16 Substitutie- en overgangsregelingen MSc International Business and Management, traject IB&M Studenten van de masteropleiding International Business and Management, traject IB&M die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Studenten van de masteropleiding International Business and Management die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit het oude programma hebben afgerond, worden verwezen naar de desbetreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.17 Substitutieregeling MSc International Business and Management, traject IFM In 2011-2012 is het traject International Financial Management van de masteropleiding International Business and Management voor het laatst aangeboden. Studenten van de masteropleiding International Business and Management, traject International Financial Management die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.18 Substitutie- en overgangsregelingen MSc International Economics and Business Studenten van de masteropleiding International Economics and Business die in 20112012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Studenten van de masteropleiding International Economics and Business die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit het oude programma hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.19 Overgangsregeling MSc International Financial Management Studenten van de masteropleiding International Financial Management die reeds vakken uit het oude programma van de MSc IB&M, traject IFM hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.20 Overgangsregeling MSc Marketing Studenten van de masteropleiding Marketing die reeds vakken uit het oude programma van de MSc BA, traject Marketing hebben afgerond, worden verwezen

206


naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.21 Overgangsregeling MSc Supply Chain Management Studenten van de masteropleiding Supply Chain Management die reeds vakken uit het oude programma van de MSc BA, traject Operations and Supply Chains hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijsen Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.22 Substitutie- en overgangsregelingen MSc Technology and Operations Management Studenten van de masteropleiding Technology and Operations Management die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Studenten van de masteropleiding Technology and Operations Management die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit het oude programma hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Bijlage 20.23 Substitutie- en overgangsregelingen Research Master Economics and Business Studenten van de Researchmasteropleiding Economics and Business die in 2011-2012 of eerder met de opleiding zijn begonnen en per 1 september 2013 nog niet aan alle eisen van (het oude programma van) de opleiding hebben voldaan, worden voor de afronding van hun opleiding verwezen naar de betreffende substitutieregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013. Studenten van de Researchmasteropleiding Economics and Business die het nieuwe programma van de opleiding volgen, maar reeds vakken uit het oude programma hebben afgerond, worden verwezen naar de betreffende overgangsregeling in de Onderwijs- en Examenregeling van 2012-2013.

207


Bijlage 21.

MSc Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen

Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. De MSc Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar:

MSc Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 1

sem 1.1-2

vaknaam vakken uit masterprogramma FEB

vakcode

EC 30

V/K taal V NL

2.1-2 2.1-2 2.1-2

Basiscursus Master Lerarenopleiding Masterstage 1 Leraar economie vakken uit masterprogramma FEB

ULOM1005AL ULOM1105EC

5 5 20

V V V

NB

·

Aanbevolen wordt tijdens de bachelorfase de cursus Introductie Lerarenopleiding (EBB816B05) te volgen.

Opleiding: Studiejaar: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1-2

208

NL NL NL

MSc Lerarenopleiding Economie en Bedrijfswetenschappen 2

vaknaam vak(ken) uit masterprogramma FEB

vakcode

EC 10

V/K taal V NL

Masterstage 2 Leraar economie Vakdidactiek 1 economie Onderwijskunde VO Vakdidactiek 2 economie Masterstage 3 Leraar Economie Onderzoek Master Lerarenopleiding

ULOM1215EC ULOM1305EC ULOM1505 ULOM1405EC ULOM1610EC ULOM1710AL

15 5 5 5 10 10

V V V V V V

NL NL NL NL NL NL


Bijlage 22.


Verklaring van de gebruikte afkortingen in onderstaande programmaoverzichten: V = Verplicht; K = Keuze; KG = Keuzegroep; EN = onderwijs wordt in het Engels gegeven; NL = onderwijs wordt in het Nederlands gegeven. Bijlage 22.1 DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai Het Engelstalige Double Degree masterprogramma van de MSc Economics (FEB) of de MSc IB&M (FEB) of de MSc IE&B (FEB) en de MSc in Economics, specialisatie Applied Economics van de Fudan University, School of Economics te Shanghai, China omvat 120 EC en bestaat uit de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 en 2.1 1.2 en 2.1 2.1-2 NB

DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 1 basisprogramma voor studenten van FEB - Economics

vaknaam Empirical Methods of Economics Games and Industrial Organization Macroeconomics for MSc Economics basiskeuzevakken FEB - Economics

vakcode EBM103A05 EBM104A05 EBM836C05

EC 5 5 5 10

V/K V V V V

taal EN EN EN EN

15

V

EN

EBM877A20 20

V

EN

algemene keuzevakken FEB - Economics Master’s Thesis Economics

In aanvulling op de algemene keuzevakken FEB - Econ mogen studenten ook die niet gekozen basiskeuzevakken FEB - Econ en/of een maximum van 10 EC aan vakken van MSc EORAS, MSc Finance and MSc IE&B. NB: Het 2e deel van dit programma in Fudan start alleen in september.

Opleiding: Studiejaar: Profiel:

DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 1 basisprogramma voor studenten van FEB - IB&M

sem 1.1

vaknaam basiskeuzevak IE&B of IB&M

vakcode

EC 5

1.1 1.1 1.2

Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) basiskeuzevakken IE&B or IB&M

EBM086A05 5 EBM088A05 5 10

V V V

EN EN EN

1.2

Research Seminar for IB&M

EBM718B05

V

EN

5

V/K taal V EN

209


2.1-2 2.1 NB

Master’s Thesis IB&M basiskeuzevakken IE&B of IB&M

EBM719A20 20 10

V V

EN EN

Studenten kiezen 15 EC aan basiskeuzevakken FEB - IB&M en 10 EC aan basiskeuzevakken FEB - IE&B of nog niet gekozen basiskeuzevakken FEB - IB&M. NB: Het 2e deel van dit programma in Fudan start alleen in september.


DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 1 basisprogramma voor studenten van FEB - IE&B

sem 1.1

vaknaam basiskeuzevak IE&B of IB&M

vakcode

1.1 1.1 1.2

Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) basiskeuzevakken IE&B of IB&M

EBM086A05 5 EBM088A05 5 10

V V V

EN EN EN

1.2 2.1-2 2.1

Research Seminar for IE&B Master’s Thesis IE&B basiskeuzevakken IE&B of IB&M

EBM846B05 5 EBM868A20 20 10

V V V

EN EN EN

NB



210

DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 1 basiskeuzevakken FEB - Economics

vaknaam Competition Policy - Theory and Practice Empirical Macroeconomics Microeconomics of Household Behaviour Monetary Policy and Financial Regulation

Opleiding:

sem 1.2 2.1

V/K taal V EN

Studenten kiezen 15 EC aan basiskeuzevakken FEB - IE&B en 10 EC aan basiskeuzevakken FEB - IB&M of nog niet gekozen basiskeuzevakken FEB - IE&B. NB: Het 2e deel van dit programma in Fudan start alleen in september.

Opleiding:

sem 1.2 1.2 2.1 2.1

EC 5


EC 5 5 5 5

V/K K K K K

taal EN EN EN EN

DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 1 algemene keuzevakken FEB - Economics

vaknaam Economic Growth in History Public Economics and Social Policy


V/K taal K EN K EN


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.2 2.1 2.1 2.2 NB

vaknaam Comparative Institutional Anal. for IB&M International Strategic Alliances Comparative Corporate Governance International Entrepreneurship Emerging Markets (MSc)

vakcode EBM084A05 EBM090A05 EBM083A05 EBM089A05 EBM085A05

EC 5 5 5 5 5

V/K K V K K V

taal EN EN EN EN EN

Deze vakken zijn basiskeuzevakken in het programma van MSc IB&M en algemene keuzevakken in het programma van MSc IE&B.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.2 1.2 2.1 2.1 2.2 NB

DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 1 basiskeuzevakken FEB - IB&M

DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 1 basiskeuzevakken FEB - IE&B



EC 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K


Deze vakken zijn basiskeuzevakken in het programma van MSc IE&B en algemene keuzevakken in het programma van MSc IB&M.


DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 2 basisprogramma voor studenten van FEB - Economics

vaknaam studie aan de Fudan University, Shanghai

vakcode

EC 60

V/K taal V EN

211





DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 2 basisprogramma voor studenten van FEB - IB&M vakcode

EC 60

V/K taal V EN

DD MSc Economics-IB&M-IE&B – Fudan University, Shanghai 2 basisprogramma voor studenten van FEB - IE&B


vakcode

EC 60

V/K taal V EN

Bijlage 22.2 DD MSc Finance – UAIC of Iasi, Roemenië Het Engelstalige Double Degree masterprogramma van de MSc Finance (FEB) en de MSc in Finance and Risk Management van de Alexandru Ioan Cuza University te Iasi, Roemenië omvat 120 EC en bestaat uit de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2

vaknaam studie aan de UAIC, Iasi


212

DD MSc Finance – UAIC of Iasi, Roemenië 1 basisprogramma voor studenten uit Iasi vakcode

EC 60

V/K taal V EN

DD MSc Finance – UAIC of Iasi, Roemenië 2 basisprogramma voor studenten uit Iasi

vaknaam Corporate Finance for MSc Finance Derivative Instruments Research Methods in Finance Corporate Valuation for MSc Finance Portfolio Theory Responsible Finance and Investing

vakcode EBM008B05 EBM068A05 EBM070A05 EBM007C05 EBM015B05 EBM071A05

EC 5 5 5 5 5 5

V/K V V V V V V



2.1-2 2.1 2.1 2.2

NB

Master’s Thesis Finance Banking, Insurance and Risk Management en/of Institutional Investment Managem. en/of Corporate Governance for MSc Finance

EBM866B20 20 V EN EBM067A05 5 KG A EN EBM822A05 5 EBM811C05 5

KG A EN KG A EN

Studenten kiezen 10 EC uit keuzegroep A. Studenten mogen één van de vakken uit semester I, met uitzondering van Research Methods in Finance en Portfolio Theory, vervangen door het 3e keuzevak uit keuzegroep A.

Bijlage 22.3 DD MSc IB&M – NUBS, Newcastle Het Engelstalige Double Degree masterprogramma van de MSc IB&M (FEB) en de MSc in Advanced International Business Management & Marketing van de Newcastle University Business School te Newcastle, UK omvat 90 EC en bestaat uit de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2

DD MSc IB&M – NUBS, Newcastle 1 basisprogramma voor studenten van FEB

vaknaam Comparative Institutional Anal. for IB&M Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) International Corporate Finance International Strategic Alliances Research Seminar for IB&M studie aan de NUBS, Newcastle


vakcode EBM084A05 EBM086A05 EBM088A05 EBM098A05 EBM090A05 EBM718B05

EC 5 5 5 5 5 5 30

V/K V V V V V V V


DD MSc IB&M – NUBS, Newcastle 1 basisprogramma voor studenten uit Newcastle

sem 1.1-2

vaknaam studie aan de NUBS, Newcastle

vakcode

EC 30

V/K taal V EN

2.1 2.1 2.1 2.1 2.2 2.2

Comparative Corporate Governance Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) International Entrepreneurship Emerging Markets (MSc) keuzevak MSc IB&M


5 5 5 5 5 5

V V V V V K

EN EN EN EN EN EN

213


2.2 NB

Research Seminar for IB&M

EBM718B05

5

DD MSc IB&M – NUBS, Newcastle 2 basisprogramma voor studenten van FEB

sem 1.1-2

vaknaam keuzevak MSc IB&M

vakcode

1.1-2

Master’s Thesis IB&M - DD Newcastle

EBM091A25 25

EC 5

V/K taal K EN V

EN

Studenten die hun Master’s Thesis in Newcastle schrijven moeten hun keuzevak van 5 EC in semester I van jaar 1 doen (in plaats van in semester I van jaar 2).

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1

EN

Studenten die hun Master’s Thesis in Groningen schrijven mogen Comparative Corporate Governance of International Entrepreneurship vervangen door Comparative Institutional Analysis.


NB

V

DD MSc IB&M – NUBS, Newcastle 2 basisprogramma voor studenten uit Newcastle

vaknaam Master’s Thesis IB&M - DD Newcastle Comparative Institutional Anal. for IB&M


V/K taal V EN K EN

Bijlage 22.4 DD MSc IE&B – Corvinus University, Boedapest Het Engelstalige Double Degree masterprogramma van de MSc IE&B (FEB) en de MA in International Economy and Business van de Corvinus University te Boedapest, Hongarije omvat 120 EC en bestaat uit de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel:

DD MSc IE&B – Corvinus University, Boedapest 1 basisprogramma voor studenten van FEB

sem 1.1

vaknaam basis/alg. keuzevak DD MSc IE&B - CUB

vakcode

1.1 1.1 1.2

Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) basis/alg.keuzevakken DD MSc IE&B - CUB

EBM086A05 5 EBM088A05 5 10

V V V

EN EN EN

1.2 2.1-2

Research Seminar for IE&B studie aan de CUB, Budapest

EBM846B05

V V

EN EN

214

EC 5

5 30

V/K taal V EN



vaknaam studie aan de CUB, Budapest


NB

vakcode

EC 60

V/K taal V EN

DD MSc IE&B – Corvinus University, Boedapest 1 basiskeuzevakken DD MSc IE&B - CUB



DD MSc IE&B – Corvinus University, Boedapest 1 basisprogramma voor studenten uit Boedapest


EC 5 5 5 5 5 5

V/K K K K K K K


V/K K K K K K

taal EN EN EN EN EN

DD MSc IE&B – Corvinus University, Boedapest 1 algemene keuzevakken DD MSc IE&B - CUB

vaknaam Comparative Institutional Anal. for IB&M International Strategic Alliances Comparative Corporate Governance International Entrepreneurship Emerging Markets (MSc)

vakcode EBM084A05 EBM090A05 EBM083A05 EBM089A05 EBM085A05

EC 5 5 5 5 5

Studenten kiezen 15 EC aan basiskeuzevakken DD MSc IE&B - CUB en 10 EC aan algemene keuzevakken DD MSc IE&B - CUB. Studenten van FEB kunnen basiskeuzevakken of algemene keuzevakken DD MSc IE&B - CUB volgen in semester I van jaar 1 en/of in semester 2 van jaar 2. Studenten uit Budapest kunnen basiskeuzevakken of algemene keuzevakken DD MSc IE&B - CUB volgen in jaar 2

215



DD MSc IE&B – Corvinus University, Boedapest 2 basisprogramma voor studenten van FEB

sem 1.1-2

vaknaam studie aan de CUB, Budapest

vakcode

2.1-2 2.1

Master’s Thesis IE&B basis/alg.keuzevakken DD MSc IE&B - CUB

EBM868A20 20 10


EC 30

V/K taal V EN V V

EN EN

DD MSc IE&B – Corvinus University, Boedapest 2 basisprogramma voor studenten uit Boedapest

sem 1.1

vaknaam basis/alg. keuzevak DD MSc IE&B - CUB

vakcode

EC 5

V/K taal V EN

1.1 1.1 1.2

Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) basis/alg.keuzevakken DD MSc IE&B - CUB

EBM086A05 5 EBM088A05 5 10

V V V

EN EN EN

1.2 2.1-2 2.1

Research Seminar for IE&B Master’s Thesis IE&B basis/alg.keuzevakken DD MSc IE&B - CUB

EBM846B05 5 EBM868A20 20 10

V V V

EN EN EN

Bijlage 22.5 DD MSc IE&B – Georg-August University, Göttingen Het Engelstalige Double Degree masterprogramma van de MSc IE&B (FEB) en de MA in International Economics, specialisatie Development Economics van de GeorgAugust University te Göttingen, Duitsland omvat 120 EC en bestaat uit de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2

216

DD MSc IE&B – Georg-August University, Göttingen 1 basisprogramma voor studenten van FEB

vaknaam Competitiveness of Firms and Nations Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) Growth and Development Policies Research Seminar for IE&B Trade, Environment and Growth Studie in Göttingen

vakcode EBM092A05 EBM086A05 EBM088A05 EBM095A05 EBM846B05 EBM097A05

EC 5 5 5 5 5 5 30

V/K V V V V V V V




DD MSc IE&B – Georg-August University, Göttingen 1 basisprogramma voor studenten uit Göttingen

vaknaam Studie in Göttingen


vakcode

EC 60

DD MSc IE&B – Georg-August University, Göttingen 2 basisprogramma voor studenten van FEB

sem 1.1-2

vaknaam Studie in Göttingen

vakcode

2.1-2 2.1 2.2

Master’s Thesis IE&B International Entrepreneurship Country Studies

EBM868A20 20 EBM089A05 5 EBM093A05 5

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2 2.2 2.1 2.1 2.1 NB

V/K taal V EN

EC 30

V/K taal V EN V V V

EN EN EN

DD MSc IE&B – Georg-August University, Göttingen 2 basisprogramma voor studenten uit Göttingen

vaknaam Competitiveness of Firms and Nations Foreign Dir. Investment & Trade (MSc) International Business Strategy (MSc) Growth and Development Policies Research Seminar for IE&B Trade, Environment and Growth Master’s Thesis IE&B Country Studies Comparative Corporate Governance of International Banking and Finance of International Entrepreneurship

vakcode EBM092A05 EBM086A05 EBM088A05 EBM095A05 EBM846B05 EBM097A05 EBM868A20 EBM093A05 EBM083A05 EBM096A05 EBM089A05

EC 5 5 5 5 5 5 20 5 5 5 5

V/K V V V V V V V V KG A KG A KG A

taal EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN EN

Studenten kiezen 5 EC uit keuzegroep A.

Bijlage 22.6 DD MSc IFM – UU, Uppsala Het Engelstalige Double Degree masterprogramma van de MSc IFM (FEB) en de MSc in Business and Economics van de Uppsala University te Uppsala, Zweden omvat 90 EC en bestaat uit de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC:

217


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1 1.1 1.1 1.2 1.2 1.2 2.1-2

vaknaam International Business Strategy (MSc) International Man. Accounting & Control Research Methods in Finance Financial Reporting (MSc) International Corporate Finance International Risk Management studie in Uppsala

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 1.1 NB

DD MSc IFM – UU, Uppsala 1 basisprogramma voor studenten van FEB vakcode EBM088A05 EBM662A05 EBM070A05 EBM045A05 EBM098A05 EBM099A05

EC 5 5 5 5 5 5 30

V/K V V V V V V V


DD MSc IFM – UU, Uppsala 2 basisprogramma voor studenten van FEB

vaknaam Master’s Thesis IFM keuzevakken van geselect. programma’s

vakcode EC EBM022A20 20 10

V/K taal V EN V EN

Studenten mogen keuzevakken kiezen van de volgende masterprogramma’s: MSc Finance, MSc BA O&MC, MSc Economics, MSc EORAS, MSc IE&B and MSc IB&M.

Bijlage 22.7 DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo Het Engelstalige Double Degree masterprogramma van de MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence (FEB) en de MSc in Strategic Marketing Management van de BI Norwegian Business School te Oslo, Noorwegen omvat 120 EC en bestaat uit de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 2.1-2 2.1

218

DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo 1 basisprogramma voor studenten van FEB

vaknaam keuzevakken A voor studenten van FEB

vakcode

keuzevakken B voor studenten van FEB Marketing Research Methods Strategic Marketing for MSc Marketing Master’s Thesis Marketing Consumer Psychology


EC 15

V/K taal V EN

10

V

EN

5 5 20 5

V V V V

EN EN EN EN


NB

Studenten kiezen 15 (of 20) EC uit ‘keuzevakken A voor studenten van FEB’ (zie lijst) en 10 (of 5) EC uit ‘keuzevakken B voor studenten van FEB’ (zie lijst)


vaknaam Marketing Research Practice Marketing Engineering Market Models Customer Models


sem 1.1-2 + 2.1-2

EC 5 5 5 5

V/K K K K K

taal EN EN EN EN

vakcode EBM880A05 EBM073A05 EBM075A05 EBM078A05 EBM808B05

EC 5 5 5 5 5

V/K K K K K K

taal EN EN EN EN EN

DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo 1 basisprogramma voor studenten uit Oslo

vaknaam Study aan BI, Oslo, incl. Research Paper


vakcode EBM881B05 EBM079A05 EBM077A05 EBM076A05

DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo 1 keuzevakken B voor studenten van FEB



DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo 1 keuzevakken A voor studenten van FEB

vakcode

EC 64

V/K taal V EN

DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo 2 basisprogramma voor studenten van FEB

vaknaam Study aan BI, Oslo, incl. Research Paper

vakcode

EC 64

V/K taal V EN

219


Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2 + 2.1-2 1.1 1.1 1.2 1.2 2.1-2 2.1 2.2 NB

vaknaam keuzevakken voor studenten uit Oslo

vakcode

EC 10

V/K taal V EN

Marketing Research Methods Strategic Marketing for MSc Marketing Marketing Engineering Market Models Master’s Thesis Marketing Consumer Psychology Customer Models

EBM080A05 EBM081B05 EBM079A05 EBM077A05 EBM867B20 EBM074A05 EBM076A05

5 5 5 5 20 5 5

V V V V V V V

EN EN EN EN EN EN EN

Studenten kiezen 10 EC uit ‘keuzevakken voor studenten uit Oslo’, in overleg met de programmadirecteur.


DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo 2 basisprogramma voor studenten uit Oslo

DD MSc Marketing, profiel Marketing Intelligence – BI, Oslo 2 keuzevakken voor studenten uit Oslo


vakcode EBM880A05 EBM073A05 EBM075A05 EBM078A05 EBM808B05

EC 5 5 5 5 5

V/K K K K K K

taal EN EN EN EN EN

Bijlage 22.8 DD MSc TOM – NUBS, Newcastle Het Engelstalige Double Degree masterprogramma van de MSc TOM (FEB) en de MSc in Operations and Supply Chain Management van de Newcastle University Business School te Newcastle, UK omvat 90 EC en bestaat uit de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast in EC: Opleiding: Studiejaar: Profiel:

DD MSc TOM – NUBS, Newcastle 1 basisprogramma

sem 1.1-2

vaknaam studie aan de NUBS, Newcastle

vakcode

2.1 2.1

Asset Management Inventory Management

EBM024A05 5 EBM026A05 5

220

EC 30

V/K taal V EN V V

EN EN


2.1 2.1 2.2 2.2 2.2 NB

Process Improvement & Quality Control Product & Service Development Behavioural Operations Management Research Methods for TOM voorbereiding Master’s Thesis

5 5 5 5

V V V V V

EN EN EN EN EN

In semester IIb nemen alle studenten deel aan de voorbereiding van de Master’s Thesis, aangeboden in Groningen.

Opleiding: Studiejaar: Profiel: sem 1.1-2

EBM036A05 EBM760B05 EBM032A05 EBM031A05

DD MSc TOM – NUBS, Newcastle 2 basisprogramma

vaknaam Master’s Thesis TOM-DD Newcastle

vakcode EC EBM028A30 30

V/K taal V EN

221


Bijlage 23.

OER 2-jarige Lerarenopleiding ULO

Paragraaf 1

Algemene Bepalingen

Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs, de toetsen en het examen van het lerarenopleidingstraject van de Educatieve Masteropleidingen van de faculteiten GMW, FEB, Letteren, Economie en Bedrijfskunde, Ruimtelijke Wetenschappen en Wijsbegeerte, en van de masteropleiding Educatie en Communicatie in de Wiskunde en Natuurwetenschappen van de RUG20 (hierna te noemen het lerarenopleidingstraject), en op alle studenten21 die voor de opleiding staan ingeschreven. Het lerarenopleidingstraject wordt verzorgd door de Universitaire Lerarenopleiding Groningen, een afdeling van de faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen (GMW). De genoemde opleidingen leiden tot een eerstegraads bevoegdheid voor: a) aardrijkskunde (CROHO 60204) b) economie en bedrijfswetenschappen (CROHO 60651) c) biologie (CROHO 60614) d) Duits (CROHO 60631) e) Engels (CROHO 60632) f) filosofie (CROHO 60238) g) Frans (CROHO 60633) h) Fries (CROHO 60634) i) geschiedenis (CROHO 60635) j) Grieks en Latijnse Taal en Cultuur (CROHO 60636) k) informatica (CROHO 60614) l) maatschappijleer (CROHO 60243) m) natuurkunde (CROHO 60614) n) Nederlands (CROHO 60637) o) scheikunde (CROHO 60614) p) Spaans (CROHO 60320) q) wiskunde (CROHO 60614) verder te noemen: de universitaire lerarenopleiding. Artikel 1.2 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a) De wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (zoals deze geldt op 21 juli 2011); b) Student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en het examen van de opleiding; c) Opleiding: de masteropleiding genoemd in artikel 1.1 van deze regeling, die voorbereidt op het behalen van een eerstegraads lesbevoegdheid voor een bepaald schoolvak, bestaande uit een samenhangend geheel van onderwijseenheden; de opleiding valt uiteen in 60 ects lerarenopleidingstraject, verzorgd door de Universitaire Lerarenopleiding Groningen, en 60 ects vakinhoud, verzorgd door de Faculteit. d) Facultaire examencommissies: de examencommissies van de Faculteiten e) Examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen: de examencommissie van de masteropleiding Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs, en het lerarenopleidingstraject als onderdeel van de educatieve masteropleidingen en de masteropleiding Educatie en Communicatie in de Wiskunde en Natuurwetenschappen, en de Educatieve Minor van de RUG. Deze examencommissie fungeert als subcommissie van de Facultaire examencommissies. f) De school: de school voor voortgezet onderwijs welke fungeert als stageverlenende instelling voor de student. g) Tutor: een docent van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen die verantwoordelijk is voor de bewaking en ondersteuning van de studievoortgang van de student en die de examinator is van Masterstage 1, 2 en 3 Leraar [schoolvak].Vakdidacticus: een docent van de Universitaire

20

Daar waar in de tekst sprake is van ‘de Educatieve Masteropleidingen’ dient gelezen te worden: ‘de Educatieve Masteropleidingen en de Masteropleiding Educatie en Communicatie in de Wiskunde en Natuurwetenschappen’.

21

In deze tekst wordt ter wille van de leesbaarheid de mannelijke persoonsvorm gehanteerd. Daar waar ‘hij’ staat dient ‘hij/zij’ te worden gelezen.

222


Lerarenopleiding Groningen die verantwoordelijk is voor de vakinhoudelijke en vakdidactische ondersteuning van de student, en die examinator is van Vakdidactiek 1 [schoolvak], Vakdidactiek 2 [schoolvak], alsmede in voorkomende gevallen van Onderzoek Master Lerarenopleiding. h) Onderwijskundige: een docent van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen die verantwoordelijk is voor de onderwijskundige ondersteuning van de student, en die examinator is van Onderwijskunde VO, alsmede in voorkomende gevallen van Onderzoek Master Lerarenopleiding. i) Schoolopleider: een docent van de school die de student begeleidt bij zijn professionele ontwikkeling. j) Vakcoach: een docent van de school die les geeft in het schoolvak waarvoor de student wordt opgeleid en die belast is met de directe stage- en werkbegeleiding van de student. k) Mentor: Een docent van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen die de student begeleidt bij zijn professionele ontwikkeling in situaties waarin de school niet beschikt over een schoolopleider. l) JoMiTE: netwerk van Europese universiteiten die afspraken hebben gemaakt die het mogelijk maken voor studenten van lerarenopleidingen om een deel van hun lerarenopleidingstraject in het buitenland te vervullen. m) Studiepunt: eenheid uitgedrukt in EC, waarbij een studiepunt gelijk staat aan 28 uur studeren; n) Examenonderdeel: een onderwijseenheid van de opleiding, in de zin van de wet; o) Examinator: opleiders verbonden aan de Universitaire Lerarenopleiding Groningen die door de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen zijn aangewezen om tentamens af te nemen en de uitslag ervan vast te stellen. p) Examen: het masterexamen van de opleiding; q) Tentamen: Een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de examinandus, alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek. Tentamen omvat zowel schriftelijke als mondelinge toetsen als practica. r) Toets: tentamen als bedoeld in artikel 7.10 van de wet; s) Practicum: een praktische oefening, als bedoeld in art. 7.13 van de wet, in een van de volgende vormen: het maken van een scriptie, het maken van een werkstuk of een proefontwerp, het uitvoeren van een (onderzoek)opdracht, het deelnemen aan veldwerk of een excursie, het doorlopen van een stage, het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit, die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden, zoals het bijhouden van een bekwaamheidsdossier; t) Studiejaar: het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar; u) Semester: deel van het studiejaar, beginnend op 1 september en eindigend op een door het College van Bestuur te bepalen datum omstreeks 31 januari, dan wel beginnend op vorenbedoelde door het College van Bestuur te bepalen datum en eindigend op 31 augustus. De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent. Artikel 1.3 Doel van het opleidingstraject Met het lerarenopleidingstraject wordt beoogd: voor te bereiden op de beroepsuitoefening als leraar met een eerstegraads bevoegdheid voor een bepaald schoolvak. De universitaire eerstegraads lerarenopleidingen kennen een gezamenlijk uitstroomprofiel dat is vastgelegd in ICL-verband22. De ICL is de onder de VSNU ressorterende Interuniversitaire Commissie Lerarenopleidingen. Dit profiel is voor wat betreft het wetenschappelijk gehalte van de opleiding gebaseerd op de Dublindescriptoren voor WO-onderwijs. Voor wat betreft het beroepsvoorbereidende deel van de opleiding stoelt het profiel op de in het kader van de Wet Beroepen in het Onderwijs (BIO) door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL) geformuleerde bekwaamheidseisen voor eerstegraads leraren. De lerarenopleiding van de RUG hanteert het bewuste uitstroomprofiel als uitgangspunt bij de omschrijving van de algemene opleidingsdoelen en eindtermen van de opleiding. De eerstegraads leraar wordt primair opgeleid voor het 'eerstegraads gebied': de bovenbouw van havo en vwo. De eerstegraads bevoegdheid is echter inclusief: dit betekent dat eerstegraads leraren bevoegd zijn les te geven

22

Competentieprofiel van leraren die aan een ULO zijn opgeleid. 2007. Den Haag, VSNU.

223


in het schoolvak waarvoor ze zijn opgeleid in zowel onderbouw als de bovenbouw van het voortgezet onderwijs (VMBO, HAVO en VWO). In het universitaire lerarenopleidingstraject wordt het accent gelegd op de bekwaamheid van beginnende leraren in de bovenbouw (VHO) zoals geformuleerd en de Wet BiO. In het lerarenopleidingstraject wordt bekwaamheid (competentie) nagestreefd op een zevental samenhangende terreinen die daar van belang zijn en de daaraan verbonden beroepsvereisten. In de studiegids wordt deze algemene doelstelling nader geconcretiseerd. Het lerarenopleidingstraject heeft daarbij als taak eerstegraads leraren op te leiden die hun academische instelling kunnen integreren in hun bekwaamheden als leraar. Aanstaande leraren doen dit op een planmatige, professionele wijze. Hun academische achtergrond komt hierbij tot uiting in de wijze waarop ze disciplinaire kennis weten te vertalen in vakdidactisch verantwoord handelen in de praktijk en in de manier waarop ze die praktijk onderzoeksmatig weten te analyseren, bij te stellen en te dissemineren. Dit betekent dat de afgestudeerde: a) Beschikt over vakdidactische en onderwijskundige kennis op academisch niveau en in staat is deze kennis toe te passen in de onderwijspraktijk. Het gaat hierbij vooral om de kennis die nodig is in het voorbereidend hoger onderwijs (bovenbouw havo/vwo). b) Beschikt over de vaardigheid om als teamlid ook vakoverstijgend te werken in de klas en in de school. Hij is in staat om gewenste samenhang tussen schoolvakken te bevorderen en draagt bij aan het leren van leerlingen in de schoolorganisatie als geheel. c) Op de hoogte is van (inter)nationaal onderzoek en curriculumontwikkeling. Hij is bereid en in staat om aan onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten deel te nemen en kan in de eigen onderwijspraktijk leersituaties scheppen en daar lering uit trekken. d) Een positieve houding heeft ten opzichte van adolescente leerlingen en beschikt over de vaardigheid hen zowel individueel als in groepen te begeleiden. Hij is in staat ze uit te dagen zich tot verantwoordelijke en zelfstandige individuen te ontplooien, waarbij hij rekening houdt met culturele en individuele verschillen. e) De kennis en vaardigheden heeft om vanuit een eigen pedagogisch-didactische visie op onderwijs, met respect voor de in onze pluriforme samenleving aanvaarde normen en waarden, te functioneren in het onderwijs, de school en het onderwijsbeleid. De algemene doelen van de opleiding zijn vertaald in de hierna compact omschreven eindtermen: 1. 2. 3. 4. 5.

6.

7.

Een goede leraar is interpersoonlijk competent. Hij kan op een goede, professionele manier met leerlingen omgaan. Een goede leraar is pedagogisch competent. Hij kan de leerlingen in een veilige werkomgeving houvast en structuur bieden om zich sociaal-emotioneel en moreel te kunnen ontwikkelen. Een goede leraar is vakinhoudelijk en didactisch competent. Hij kan de leerlingen helpen zich de culturele bagage eigen te maken die iedereen nodig heeft in de hedendaagse samenleving. Een goede leraar is organisatorisch competent. Hij kan zorgen voor een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer in zijn groep of klas. Een goede leraar is competent in het samenwerken met collega's. Hij kan een professionele bijdrage leveren aan een goed pedagogisch en didactisch klimaat op de school, aan een goede onderlinge samenwerking en aan een goede schoolorganisatie. Een goede leraar is competent in het samenwerken met de omgeving van de school. Hij kan op een professionele manier communiceren met ouders en andere betrokkenen bij de vorming en opleiding van zijn leerlingen. Een goede leraar is competent in reflectie, ontwikkeling en onderzoek. Hij kan op een professionele manier over zijn bekwaamheid en beroepsopvattingen nadenken. Hij kan zijn professionaliteit ontwikkelen en bij de tijd houden.

Artikel 1.4 Vorm van het lerarenopleidingstraject Het lerarenopleidingstraject wordt zowel voltijds als deeltijds verzorgd. Artikel 1.5 Iudicium Abeundi 1. In geval van ernstig laakbare gedragingen en/of uitlatingen van een student kan het College van Bestuur in bijzondere gevallen na advies van de examencommissie of van het faculteitsbestuur de inschrijving van een student beëindigen. 2. Het College van Bestuur neemt een beslissing als bedoeld in het eerste lid eerst nadat de betreffende student is gehoord omtrent de voorgenomen beslissing, nadat een zorgvuldige afweging van alle belangen van de student en van de instelling heeft plaatsgevonden en nadat aannemelijk is geworden dat de student

224


door zijn/haar gedragingen en /of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor de uitoefening van een of meer beroepen waartoe de door hem/haar gevolgde studie opleidt, danwel voor de praktische voorbereiding op die beroepsopleiding. Het faculteitsbestuur, de examencommissie en het College aan Bestuur nemen daarbij het Protocol Iudicium Abeundi in acht zoals dit door de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra op 1 november 2010 is vastgesteld.

Paragraaf 2.

Opbouw van de lerarenopleiding

Artikel 2.1 Studielast De opleiding kent een totale studielast van 120 EC. De helft hiervan (60 EC) betreft het lerarenopleidingstraject verzorgd door de universitaire lerarenopleiding. In deze paragraaf wordt slechts dat deel van de opleiding beschreven. Artikel 2.2 Programma’s Ten behoeve van de overzichtelijkheid wordt in de beschrijving van de programma’s geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende schoolvakken. Het lerarenopleidingstraject kent de volgende programma’s: a) Het programma A dat voorbereidt op de beroepsuitoefening als leraar met een eerstegraads bevoegdheid voor een bepaald schoolvak. b) Het programma B dat studenten met een afgeronde Educatieve Minor en bachelor voorbereidt op de beroepsuitoefening als leraar met een eerstegraads bevoegdheid voor een bepaald schoolvak. c) Het programma C dat Nederlandse studenten uit het JoMiTE-project voorbereidt op de beroepsuitoefening als leraar met een eerstegraads bevoegdheid voor een bepaald schoolvak en waarin studenten een deel van hun opleiding in het buitenland doen. Erkenning alternatieve onderdelen Indien de student ten genoegen van de de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen aantoont dat hij gedurende de opleiding op een andere wijze binnen of buiten een universiteit voldoende kennis, inzicht en vaardigheden kan verkrijgen of heeft verkregen waarmee hij aan de eisen van een examenonderdeel kan voldoen, kan de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen besluiten alternatieve invullingen van dat examenonderdeel te erkennen in het perspectief van de examinering. In artikel 2.3. wordt aangegeven welke vakken binnen de programma’s gevolgd kunnen worden. In artikel 2.4 wordt aangegeven welke vakken buitenlandse studenten die in het kader van JoMiTE een deel van hun lerarenopleiding aan de RUG vervullen, kunnen volgen, en wat de keuzeruimte is binnen het vak Verdieping voor Minoren in programma B. Artikel 2.3 Samenstelling programma’s De programma’s omvatten de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast: Programma A 1. Basiscursus Master Lerarenopleiding 2. Masterstage 1 leraar [schoolvak] Het werken-lerentraject (50 EC), bestaande uitL 3. Masterstage 2 leraar [schoolvak] 4. Vakdidactiek 1 [schoolvak] 5. Vakdidactiek 2 [schoolvak] 6. Onderwijskunde VO 7. Masterstage 3 leraar [schoolvak] 8. Onderzoek Master Lerarenopleiding Programma B 1. Verdieping voor Minoren (keuzeonderdeel) Het werken-lerentraject (50 EC), bestaande uitL 2. Masterstage 2 leraar [schoolvak] 3. Vakdidactiek 1 [schoolvak] 4. Vakdidactiek 2 [schoolvak] 5. Onderwijskunde VO 6. Masterstage 3 leraar [schoolvak] 7. Onderzoek Master Lerarenopleiding

ULOM1005 ULOM1105

( 5 EC) ( 5 EC)

ULOM1215 ULOM1305 ULOM1405 ULOM1505 ULOM1610 UOCM1710

(15 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) (10 EC) (10 EC)

ULOM1810

(10 EC)

ULOM1215 ULOM1305 ULOM1405 ULOM1505 ULOM1610 ULOM1710

(15 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) (10 EC) (10 EC)

225


Programma C 1. Basiscursus Master Lerarenopleiding ULOM1005 2. Masterstage 1 leraar [schoolvak] ULOM1105 Het werken-lerentraject (50 EC), bestaande uitL 3. Masterstage 2 leraar JoMiTE [schoolvak] ULOM1910 4. Vakdidactiek 1 [schoolvak] ULOM1305 5. Vakdidactiek 2 [schoolvak] ULOM1405 6. Buitenlandprogramma volgens Jomite-framework

( 5 EC) ( 5 EC) (10 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) (30 EC)

Artikel 2.4 Keuzeonderdelen Binnen programma B is het onderdeel ‘Verdieping voor Minoren’ als keuzeonderdeel aangemerkt. Invulling van dit onderdeel vindt als volgt plaats. De student volgt bij zijn eigen faculteit, dan wel bij een andere faculteit naar keuze, een of meer extra masteronderdelen of breidt een masteronderdeel uit. In beide gevallen bedraagt de studielast minimaal 10 EC. Het masterniveau wordt gewaarborgd door examencommissie van de opleiding van de faculteit in kwestie. Op het diplomasupplement worden de vakcodes(s) en de vakomschrijving(en) van de onderdelen in kwestie weergegeven. In dit verband gevolgde onderdelen zijn verdiepend ten opzichte van de reguliere onderdelen van de opleiding en geven geen recht op vrijstelling van reguliere opleidingsonderdelen. De buitenlandse student die in het kader van JoMiTE een deel van zijn lerarenopleiding aan de RUG vervult maakt onder goedkeuring van de examencommissie van de lerarenopleiding een keuze uit een of meer van de volgende onderdelen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Dutch Educational Practice 1 Dutch Educational Practice 2 Educational Science Subject Methodology 1 Subject Methodology 2 Research Teacher Education 1 Research Teacher Education 2

ULOJ0105 ULOJ0205 ULOJ0305 ULOJ0405 ULOJ0505 ULOJ0605 ULOJ0705

( ( ( ( ( ( (

5 EC) 5 EC) 5 EC) 5 EC) 5 EC) 5 EC) 5 EC)

Artikel 2.5 Practica 1. De volgende onderdelen, als genoemd in art. 2.3 betreffen een practicum in de daarbij aangegeven vorm en van de daarbij vermelde omvang: Masterstage 1 leraar [schoolvak] ULOM1105 Vorm: Stage op school voor voortgezet onderwijs. Minimaal 10 uren observeren. Minimaal 20 (deel)uren lesgeven, waarvan minimaal 10 in de bovenbouw, en 1 serie van minimaal 6 aaneengesloten lessen zelfstandig in één klas. Omvang: gemiddeld 2 dagdelen per week Masterstage 2 leraar [schoolvak] ULOM1215 Vorm: Stage op school voor voortgezet onderwijs waarbij zelfstandig wordt lesgegeven aan eigen klassen. Minimaal 3 lesuren van 50 minuten per week zelfstandig verzorgen. Minimaal 10 lessen observeren. Volgen van intervisiebijeenkomsten onder leiding van schoolopleider of mentor. Deelnemen aan sectie- of teamvergaderingen. Overleg met coach. Contact met ouders. Deelnemen aan rapportvergaderingen. Omvang: gemiddeld 5 dagdelen per week op de dinsdag, woensdag en donderdag. Masterstage 3 leraar [schoolvak] ULOM1610 Vorm: Stage op school voor voortgezet onderwijs waarbij zelfstandig wordt lesgegeven aan eigen klassen. Minimaal 3 lesuren van 50 minuten per week zelfstandig verzorgen. Volgen van intervisiebijeenkomsten onder leiding van schoolopleider of mentor.

226


Deelnemen aan sectie- of teamvergaderingen. Overleg met coach. Contact met ouders. Deelnemen aan rapportvergaderingen. Omvang: gemiddeld 5 dagdelen per week op de dinsdag, woensdag en donderdag. 2.

Om een eerstegraadsbevoegdheid te kunnen halen dienen studenten tijdens masterstage 2 en 3 in totaal zelfstandig minimaal 120 lesuren van 50 minuten te verzorgen, waarvan 60 lesuren in de bovenbouw. Studenten met een eerstegraadsbevoegdheid in een ander schoolvak of een tweedegraadsbevoegdheid in hetzelfde schoolvak dienen minimaal 60 lesuren in de bovenbouw te verzorgen om een eerstegraadsbevoegdheid te kunnen halen. De minimumeis van 120 lesuren van 50 minuten geldt niet voor hen.

Paragraaf 3

Tentamens en examen van de opleiding

Artikel 3.1 Algemeen 1. Elk tentamen omvat een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de examinandus, alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek. 2. Het tentamen geeft de student zowel tussentijds als bij afsluiting van het onderdeel de nodige informatie of hij de gestelde leerdoelen zal bereiken resp. heeft bereikt. 3. De beoordeling van de tentamens vindt plaats in hele of halve cijfers groter of gelijk aan 1 en kleiner of gelijk aan 10. Het eindcijfer 5,5 wordt niet gehanteerd. De student is geslaagd voor een tentamen indien het cijfer 6,0 of hoger is behaald. 4. Beoordeling van de tentamens vindt plaats conform de regels en richtlijnen 2013-2014, vastgesteld door de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen. 5. De tentamens van het lerarenopleidingstraject van de Educatieve Master vormen, samen met de tentamens van het vakinhoudelijke deel van de Educatieve Master, het examen van de Educatieve Master. Indien alle tentamens uit het programma met goed gevolg zijn afgelegd, is het examen voor de Educatieve Master afgelegd, voor zover de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding niet heeft bepaald dat het examen tevens omvat een door haarzelf te verrichten onderzoek op het gebied van het lerarenopleidingstraject, en voor zover de voor de opleiding verantwoordelijke Facultaire examencommissie niet heeft bepaald dat het examen tevens omvat een door haarzelf te verrichten onderzoek op het gebied van het vakinhoudelijke deel van de Educatieve Master, als bedoeld in het eerste lid. Artikel 3.2 Verplichte volgorde 1. De student kan niet eerder deelnemen aan het werken-lerentraject dan nadat aan het tentamen van onderstaande onderdelen met goed gevolg is deelgenomen Masterstage 1 leraar [schoolvak] ULOM1105 Basiscursus Master Lerarenopleiding. ULOM1005 Door de voor de opleiding verantwoordelijke Faculteit als voorwaardelijk aangemerkte onderdelen 2. De in 3.2.1 genoemde verplichte volgorde geldt niet voor de student die de Educatieve Minor met goed gevolg heeft afgelegd; deze student kan niet eerder deelnemen aan het Werken-lerentraject dan nadat aan het tentamen van onderstaande onderdelen met goed gevolg is deelgenomen: Door de voor de opleiding verantwoordelijke Faculteit als voorwaardelijk aangemerkte onderdelen 3. Aan het tentamen van: Masterstage 3 leraar [schoolvak] ULOM1610 kan niet eerder worden deelgenomen dan nadat aan het tentamen van onderstaande onderdelen met goed gevolg is deelgenomen: Masterstage 2 leraar [schoolvak] UOCM1215 4. Aan het tentamen van: Onderzoek Master Lerarenopleiding ULOM1710 kan niet eerder worden deelgenomen dan nadat aan het tentamen van onderstaande onderdelen met goed gevolg is deelgenomen: Vakdidactiek 1 [schoolvak] ULOM1305 Vakdidactiek 2 [schoolvak] ULOM1405

227


Artikel 3.3 Beoordeling stage De beoordeling van de Masterstages 1, 2 en 3 wordt verricht door de tutor, aan de hand van een bekwaamheidsdossier en een gesprek hierover. Artikel 3.4 Tijdvakken en frequentie tentamens Tot het afleggen van de tentamens van de in artikel 2.3 genoemde onderdelen wordt in elk collegejaar maximaal twee maal de gelegenheid gegeven. Voor de onderdelen Masterstage 1, Masterstage 2 en Masterstage 3 geldt dat er gedurende de gehele opleiding maximaal twee gelegenheden zijn om het tentamen af te leggen. Artikel 3.5 Vorm van de tentamens 1. De onderdelen worden op de volgende manieren getentamineerd:

Onderdeel

Vorm van tentamen

Basiscursus Master Lerarenopleiding

ULOM1005

Masterstage 1 leraar [schoolvak]

ULOM1105


ULOM1215


ULOM1610

Vakdidactiek 1 [schoolvak]

ULOM1305

Schriftelijke tentamen algemene didactiek en pedagogiek; Vakdidactische opdracht en/of toets Bekwaamheidsdossier; Beoordelingsgesprek naar aanleiding van het bekwaamheidsdossier Bekwaamheidsdossier; Beoordelingsgesprek naar aanleiding van het bekwaamheidsdossier Bekwaamheidsdossier; Presentatie; Beoordelingsgesprek naar aanleiding van het bekwaamheidsdossier en presentatie Dossieropdracht en mondelinge presentatie


ULOM1405

Dossieropdracht en schriftelijk tentamen

Onderwijskunde VO

ULOM1505

Schriftelijk tentamen

Onderzoek Master Lerarenopleiding

ULOM1710

Presentatie en schriftelijk verslag (concept artikel)

2. 3.

Op verzoek van de student kan de examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze dan vorenbedoeld wordt afgelegd. Aan studenten met een functiestoornis wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun individuele handicap aangepaste wijze af te leggen. De examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen.

Artikel 3.6 Mondelinge tentamens 1. Indien op grond van 3.5.2 toegestaan wordt dat een student een mondeling tentamen wordt afgenomen, geldt dat bij dat mondeling tentamen niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd wordt, tenzij de examencommissie anders heeft bepaald. 2. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de examencommissie of de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de student daartegen bezwaar heeft gemaakt. Artikel 3.7 Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag 1. De examinator stelt de uitslag van een tentamen vast binnen 10 werkdagen na de dag waarop het is afgelegd. 2. De student heeft inzagerecht, beschreven in artikel 3.9 eerste lid, alsmede een mogelijkheid om onderbouwd bezwaar in te dienen tegen de vaststelling van de tentamenuitslag bij de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding. Tegen de beslissing van de examencommissie staat beroep open bij het College van Beroep voor de examens zoals bedoeld in art 7.60 WHW

228


Artikel 3.8 Geldigheidsduur 1. De geldigheidsduur van behaalde onderdelen is vijf jaar, tenzij overgangsbepalingen anders aangeven. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de examencommissie voor een onderdeel, waarvan het tentamen langer dan drie jaar geleden is behaald, een aanvullend dan wel vervangend tentamen opleggen, alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van het desbetreffende examen. Artikel 3.9 Inzagerecht 1. Gedurende zes weken na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk tentamen krijgt de student op zijn verzoek inzage in zijn beoordeeld werk. Tevens wordt hem op zijn verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk. 2. Gedurende de in het eerste lid genoemde termijn kan elke belangstellende kennis nemen van vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede zo mogelijk van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden. 3. De inzage of de kennisneming geschiedt op een door de examinator vast te stellen plaats en op tenminste twee door de examinator vast te stellen tijdstippen. Indien de belanghebbende aantoont door overmacht verhinderd te zijn of te zijn geweest op een aldus vastgestelde plaats en tijdstip te verschij¬nen, wordt hem een andere mogelijkheid geboden, zo mogelijk binnen de in het eerste lid genoemde termijn. Artikel 3.10 Vrijstelling De examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen kan de student op diens verzoek, gehoord de desbetreffende examinator, vrijstelling verlenen van een tentamen, indien de student: a) hetzij een qua inhoud en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of hogere beroepsopleiding heeft voltooid; b) hetzij aantoont door werk- c.q. beroepservaring over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken m.b.t. het desbetreffende onderdeel. Artikel 3.11 Examen Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar art. 4.11 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 3.12 Graad Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar art. 4.13 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 3.13 Judicium Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar art. 4.12 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 3.14 Toetsplan De opleiding werkt conform het door haar vastgestelde toetsplan. De examinator is gehouden zich aan het toetsplan te houden bij het ontwerpen, nakijken en beoordelen van toetsen en bij het bekend maken van en informeren over toetsresultaten. De examencommissie ziet er op toe dat de procedure rond toetsontwerp, beoordeling en communicatie tussen examinator en student zoals vastgelegd in het toetsplan door de examinator wordt gevolgd. Het het toetsplan voor het lerarenopleidingstraject bevat de volgende onderwerpen: 1. de eindtermen van de opleiding; 2. de curriculumonderdelen en leerdoelen van ieder curriculumonderdeel; 3. de relatie tussen curriculumonderdelen en eindtermen; 4. de toegepaste toetsvorm en de toetsmomenten per onderdeel; 5. de gehanteerde opstellingsprocedures, beoordelingsprocedures, beoordelingscriteria en de cesuurbepaling; 6. de verantwoordelijken voor de uitvoering van de verschillende onderdelen van het toetsbeleid; 7. de wijze van periodieke evaluatie.

Paragraaf 4

Toelating

Artikel 4.1 Vooropleiding Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar art. 5.1.17 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt.

229


Artikel 4.2 Toelating programma’s Studenten die toegelaten worden tot de Educatieve Master zijn automatisch toegelaten tot programma A van het lerarenopleidingstraject van de Educatieve Master. Voor andere programma’s van de opleiding gelden de volgende toelatingsvoorwaarden: programma (B): een afgeronde, aan het schoolvak verwante bacheloropleiding een afgeronde Educatieve Minor in het schoolvak. programma (C), onderdeel 6 (buitenlandprogramma): een afgeronde Masterstage 1 leraar [schoolvak] ULOM1105 en een afgeronde Basiscursus Master Lerarenopleiding ULOM1005, of een ageronde Educatie Minor, een afgeronde Masterstage 2 leraar [schoolvak] ULOM1215. Artikel 4.3 Toelatingscommissie 1. De toelating tot de opleiding is opgedragen aan de facultaire toelatingsen/of examencommissies. De faculteit waarbinnen de student de Educatieve Master volgt is daarmee verantwoordelijk voor de toelating van de student tot de Educatieve Master. 2. De toelating tot programma’s van het lerarenopleidingstraject binnen de Educatieve Master is gemandateerd aan de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding. Artikel 4.4 Toelatingsonderzoek: criteria Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar de relevante delen van art. 5.5 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 4.5 Toelatingsonderzoek: tijdstippen 1. Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar de relevante delen van art. 5.6 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. 2. Het toelatingsonderzoek m.b.t. het werken-lerentraject van de Educatieve Master vindt twee maal per jaar plaats: tussen 15 mei en 10 juni voor studenten die in het eerste semester willen beginnen met het werkenlerentraject, en tussen 15 november en 10 december voor studenten die in het tweede semester willen beginnen met het werken-lerentraject. 3. Een verzoek te worden toegelaten tot het werken-lerentraject van de Educatieve Master, programma B, of een vrijstellingsverzoek m.b.t. Masterstage 1 en Basiscursus Lerarenopleiding wordt voor 15 mei / 15 november ingediend bij de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding. Het verzoek tot toelating tot het werken-lerentraject gebeurt automatisch bij de aanvraag voor een opleidingsplaats voor het werken-lerentraject. De andere twee verzoeken dienen separaat bij de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding te worden ingediend. 4. De examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding beslist voor 30 juni / 31 december over de verzoeken genoemd in lid 3. 5. In bijzondere gevallen kan de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding een na de in het derde lid genoemde sluitingsdatum ingediend verzoek in behandeling nemen.

Paragraaf 5

Studiebegeleiding

Artikel 5.1

Studievoortgangsadministratie

1. 2.

Voor de inhoud van deze paragraaf wordt verwezen naar de relevante delen van art. 6.1 van de Onderwijsen Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. De Universitaire Lerarenopleiding draagt zorg voor de registratie van de individuele studieresultaten van de studenten voor zover het het lerarenopleidingstraject van de Educatieve Master betreft.

Artikel 5.2 Studiebegeleiding 1. Voor de inhoud van deze paragraaf wordt verwezen naar de relevante delen van art. 6.2 van de Onderwijsen Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. 2. De Universitaire Lerarenopleiding draagt zorg voor de introductie en de studiebegeleiding van de studenten die voor de opleiding zijn ingeschreven, voor zover het gaat om het lerarenopleidingstraject van de Educatieve Master, mede ten behoeve van hun voortgang tijdens de studie en oriëntatie op mogelijke studiewegen in en buiten de opleiding.

230


Paragraaf 6

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 6.1 Wijziging 1. Wijzigingen van de OER-tekst betreffende de opleiding wordt door de decaan van de Faculteit GMW, gehoord de opleidingscommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen, vastgesteld. 2. Een wijziging van deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij de belangen van de studenten daardoor redelijkerwijs niet worden geschaad. 3. Een wijziging kan voorts niet ten nadele van studenten van invloed zijn op: a) een goedkeuring die krachtens art. 2.3 is verleend; b) enige andere beslissing, die krachtens deze regeling is genomen ten aanzien van een student. Artikel 6.2 Bekendmaking 1. De decaan van de Faculteit GMW draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, van de regelen en richtlijnen die door de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen zijn vastgesteld, alsmede van elke wijziging van deze stukken. 2. Elke belangstellende kan op het bureau van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen een exemplaar van de in het eerste lid bedoelde stukken verkrijgen. Artikel 6.3 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 september 2013. Aldus vastgesteld door het faculteitsbestuur op 11 juni 2013.

231


Bijlage 24.

OER 1-jarige lerarenopleiding ULO

Paragraaf 1

Algemene Bepalingen

Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs, de toetsen, de tentamens en het examen van de Master Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs van de faculteiten GMW, FEB, Letteren, Economie en Bedrijfskunde, Ruimtelijke Wetenschappen, Wijsbegeerte en Wis- en Natuurwetenschappen, en op alle studenten23 die voor de opleiding staan ingeschreven. De Master Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs wordt verzorgd door de Universitaire Lerarenopleiding Groningen, een afdeling van de faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen. De genoemde opleiding leidt tot een eerstegraads bevoegdheid voor: a) aardrijkskunde (CROHO 68500) b) algemene economie (CROHO 68501) c) biologie (CROHO 68502) d) Duits (CROHO 68503) e) Engels (CROHO 68504) f) Frans (CROHO 68517) g) Fries (CROHO 68527) h) geschiedenis en staatsinrichting (CROHO 68506) i) Griekse en Latijnse Taal en Cultuur (CROHO 68519) j) maatschappijleer en maatschappijwetenschappen (CROHO 68509) k) management en organisatie (CROHO 68518) l) natuurkunde (CROHO 68511) m) Nederlands (CROHO 68512) n) scheikunde (CROHO 68513) o) wiskunde (CROHO 68516) Artikel 1.2 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a) De wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (zoals deze geldt op 21 juli 2011); b) Student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en het examen van de opleiding; c) Opleiding: de masteropleiding genoemd in artikel 1.1 van deze regeling, die voorbereidt op het behalen van een eerstegraads leraarbevoegdheid voor een bepaald schoolvak, bestaande uit een samenhangend geheel van 60 EC onderwijseenheden die worden verzorgd door de Universitaire Lerarenopleiding Groningen. d) Facultaire examencommissies: de examencommissies van de Faculteiten. e) Examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen: de examencommissie van de masteropleiding Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs, en het lerarenopleidingstraject als onderdeel van de educatieve masteropleidingen en de masteropleiding Educatie en Communicatie in de Wiskunde en Natuurwetenschappen en de Educatieve Minor van de RUG. Deze examencommissie fungeert als subcommissie van de Facultaire examencommissies. De examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding is onder andere verantwoordelijk voor de toelating tot de verschillende programma’s binnen de opleiding. f) De school: de school voor voortgezet onderwijs die fungeert als stageverlenende instelling voor de student. g) Tutor: een docent van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen die verantwoordelijk is voor de bewaking en ondersteuning van de studievoortgang van de student en die de examinator is van Masterstage 1, 2 en 3 Leraar [schoolvak]. h) Vakdidacticus: een docent van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen die verantwoordelijk is voor de vakinhoudelijke en vakdidactische ondersteuning van de student, en die examinator is van Vakdidactiek 1 [schoolvak], Vakdidactiek 2 [schoolvak], alsmede in voorkomende gevallen van Onderzoek Master Lerarenopleiding.

23

232

In deze tekst wordt ter wille van de leesbaarheid de mannelijke persoonsvorm gehanteerd. Daar waar ‘hij’ staat dient ‘hij/zij’ te worden gelezen.


i)

Onderwijskundige: een docent van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen die verantwoordelijk is voor de onderwijskundige ondersteuning van de student, en die examinator is van Onderwijskunde VO, alsmede in voorkomende gevallen van Onderzoek Master Lerarenopleiding. j) Schoolopleider: een docent van de die de student begeleidt bij zijn professionele ontwikkeling. k) Vakcoach: een docent van de school die les geeft in het schoolvak waarvoor de student wordt opgeleid en die belast is met de directe stage- en werkbegeleiding van de student. l) Mentor: Een docent van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen die de student begeleidt bij zijn professionele ontwikkeling in situaties waarin de school niet beschikt over een schoolopleider. m) JoMiTE: netwerk van Europese universiteiten die afspraken hebben gemaakt die het mogelijk maken voor studenten van lerarenopleidingen om een deel van hun lerarenopleidingstraject in het buitenland te vervullen. n) Studiepunt: eenheid uitgedrukt in EC, waarbij een studiepunt gelijk staat aan 28 uur studeren; o) Examenonderdeel: een onderwijseenheid van de opleiding, in de zin van de wet; p) Examinator: opleiders verbonden aan de universitaire lerarenopleiding die door de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen zijn aangewezen om tentamens af te nemen en de uitslag ervan vast te stellen. q) Examen: het masterexamen van de opleiding; r) Tentamen: Een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de examinandus, alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek. Tentamen omvat zowel schriftelijke als mondelinge toetsen als practica. s) Toets: tentamen als bedoeld in artikel 7.10 van de wet; t) Practicum: een praktische oefening, als bedoeld in art. 7.13 van de wet, in een van de volgende vormen: het maken van een scriptie, het maken van een werkstuk of een proefontwerp, het uitvoeren van een (onderzoek)opdracht, het deelnemen aan veldwerk of een excursie, het doorlopen van een stage, het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit, die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden, zoals het bijhouden van een bekwaamheidsdossier; u) Studiejaar: het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar; v) Semester: deel van het studiejaar, beginnend op 1 september en eindigend op een door het College van Bestuur te bepalen datum omstreeks 31 januari, dan wel beginnend op vorenbedoelde door het College van Bestuur te bepalen datum en eindigend op 31 augustus. De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent. Artikel 1.3 Doel van de opleiding Met de opleiding wordt beoogd: voor te bereiden op de beroepsuitoefening als leraar met een eerstegraads bevoegdheid voor een bepaald schoolvak. De universitaire eerstegraads lerarenopleidingen kennen een gezamenlijk uitstroomprofiel dat is vastgelegd in ICL-verband24. De ICL is de onder de VSNU ressorterende Interuniversitaire Commissie Lerarenopleidingen. Dit profiel is voor wat betreft het wetenschappelijk gehalte van de opleiding gebaseerd op de Dublindescriptoren voor WO-onderwijs. Voor wat betreft het beroepsvoorbereidende deel van de opleiding stoelt het profiel op de in het kader van de Wet Beroepen in het Onderwijs (BIO) door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL) geformuleerde bekwaamheidseisen voor eerstegraads leraren. De lerarenopleiding van de RUG hanteert het bewuste uitstroomprofiel als uitgangspunt bij de omschrijving van de algemene opleidingsdoelen en eindtermen van de opleiding. De eerstegraads leraar wordt primair opgeleid voor het 'eerstegraads gebied': de bovenbouw van havo en vwo. De eerstegraads bevoegdheid is echter inclusief: dit betekent dat eerstegraads leraren bevoegd zijn les te geven in het schoolvak waarvoor ze zijn opgeleid in zowel onderbouw als de bovenbouw van het voortgezet onderwijs (VMBO, HAVO en VWO). In het universitaire lerarenopleidingstraject wordt het accent gelegd op de bekwaamheid van beginnende leraren in de bovenbouw (VHO) zoals geformuleerd en de Wet BiO. In het

24

Competentieprofiel van leraren die aan een ULO zijn opgeleid. 2007. Den Haag, VSNU.

233


lerarenopleidingstraject wordt bekwaamheid (competentie) nagestreefd op een zevental samenhangende terreinen die daar van belang zijn en de daaraan verbonden beroepsvereisten. In de studiegids wordt deze algemene doelstelling nader geconcretiseerd. Het lerarenopleidingstraject heeft daarbij als taak eerstegraads leraren op te leiden die hun academische instelling kunnen integreren in hun bekwaamheden als leraar. Aanstaande leraren doen dit op een planmatige, professionele wijze. Hun academische achtergrond komt hierbij tot uiting in de wijze waarop ze disciplinaire kennis weten te vertalen in vakdidactisch verantwoord handelen in de praktijk en in de manier waarop ze die praktijk onderzoeksmatig weten te analyseren, bij te stellen en te dissemineren. Dit betekent dat de afgestudeerde: a) Beschikt over vakdidactische en onderwijskundige kennis op academisch niveau en in staat is deze kennis toe te passen in de onderwijspraktijk. Het gaat hierbij vooral om de kennis die nodig is in het voorbereidend hoger onderwijs (bovenbouw havo/vwo). b) Beschikt over de vaardigheid om als teamlid ook vakoverstijgend te werken in de klas en in de school. Hij is in staat om gewenste samenhang tussen schoolvakken te bevorderen en draagt bij aan het leren van leerlingen in de schoolorganisatie als geheel. c) Op de hoogte is van (inter)nationaal onderzoek en curriculumontwikkeling. Hij is bereid en in staat om aan onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten deel te nemen en kan in de eigen onderwijspraktijk leersituaties scheppen en daar lering uit trekken d) Een positieve houding heeft ten opzichte van adolescente leerlingen en beschikt over de vaardigheid hen zowel individueel als in groepen te begeleiden. Hij is in staat ze uit te dagen zich tot verantwoordelijke en zelfstandige individuen te ontplooien, waarbij hij rekening houdt met culturele en individuele verschillen. e) De kennis en vaardigheden heeft om vanuit een eigen pedagogisch-didactische visie op onderwijs, met respect voor de in onze pluriforme samenleving aanvaarde normen en waarden, te functioneren in het onderwijs, de school en het onderwijsbeleid. De algemene doelen van de opleiding zijn vertaald in de hierna compact omschreven eindtermen: 1. 2. 3. 4. 5.

6.

7.

Een goede leraar is interpersoonlijk competent. Hij kan op een goede, professionele manier met leerlingen omgaan. Een goede leraar is pedagogisch competent. Hij kan de leerlingen in een veilige werkomgeving houvast en structuur bieden om zich sociaal-emotioneel en moreel te kunnen ontwikkelen. Een goede leraar is vakinhoudelijk en didactisch competent. Hij kan de leerlingen helpen zich de culturele bagage eigen te maken die iedereen nodig heeft in de hedendaagse samenleving. Een goede leraar is organisatorisch competent. Hij kan zorgen voor een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer in zijn groep of klas. Een goede leraar is competent in het samenwerken met collega's. Hij kan een professionele bijdrage leveren aan een goed pedagogisch en didactisch klimaat op de school, aan een goede onderlinge samenwerking en aan een goede schoolorganisatie. Een goede leraar is competent in het samenwerken met de omgeving van de school. Hij kan op een professionele manier communiceren met ouders en andere betrokkenen bij de vorming en opleiding van zijn leerlingen. Een goede leraar is competent in reflectie, ontwikkeling en onderzoek. Hij kan op een professionele manier over zijn bekwaamheid en beroepsopvattingen nadenken. Hij kan zijn professionaliteit ontwikkelen en bij de tijd houden.

Artikel 1.4 Vorm van de opleiding Het lerarenopleidingstraject wordt zowel voltijds als deeltijds verzorgd. Artikel 1.5 Iudicium Abeundi 1. In geval van ernstig laakbare gedragingen en/of uitlatingen van een student kan het College van Bestuur in bijzondere gevallen na advies van de examencommissie of van het faculteitsbestuur de inschrijving van een student beëindigen. 2. Het College van Bestuur neemt een beslissing als bedoeld in het eerste lid eerst nadat de betreffende student is gehoord omtrent de voorgenomen beslissing, nadat een zorgvuldige afweging van alle belangen van de student en van de instelling heeft plaatsgevonden en nadat aannemelijk is geworden dat de student door zijn/haar gedragingen en /of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor de uitoefening van een of meer beroepen waartoe de door hem/haar gevolgde studie opleidt, danwel voor de praktische voorbereiding op die beroepsopleiding. Het faculteitsbestuur, de examencommissie en het College aan

234


Bestuur nemen daarbij het Protocol Iudicium Abeundi in acht zoals dit door de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra op 1 november 2010 is vastgesteld.

Paragraaf 2

Opbouw van de opleiding

Paragraaf 2.1 Studielast Het lerarenopleidingstraject heeft een studielast van 60 EC. Paragraaf 2.2 Programma’s Ten behoeve van de overzichtelijkheid wordt in de beschrijving van de programma’s geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende schoolvakken. De opleiding kent de volgende programma’s: a) Het programma A dat voorbereidt op de beroepsuitoefening als leraar met een eerstegraads bevoegdheid voor een bepaald schoolvak. b) Het programma B dat studenten met een afgeronde Educatieve Minor en bachelor voorbereidt op de beroepsuitoefening als leraar met een eerstegraads bevoegdheid voor een bepaald schoolvak. c) Het programma C dat Nederlandse studenten uit het JoMiTE-project voorbereidt op de beroepsuitoefening als leraar met een eerstegraads bevoegdheid voor een bepaald schoolvak en waarin studenten een deel van hun opleiding in het buitenland doen. Erkenning alternatieve onderdelen Indien de student ten genoegen van de de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen aantoont dat hij gedurende opleiding op een andere wijze binnen of buiten een universiteit voldoende kennis, inzicht en vaardigheden kan verkrijgen of heeft verkregen waarmee hij aan de eisen van een examenonderdeel kan voldoen, kan de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen besluiten alternatieve invullingen van dat examenonderdeel te erkennen in het perspectief van de examinering. In artikel 2.3. wordt aangegeven welke vakken binnen de programma’s gevolgd kunnen worden. In artikel 2.4 wordt aangegeven welke vakken buitenlandse studenten die in het kader van JoMiTE een deel van hun lerarenopleiding aan de RUG vervullen, kunnen volgen, en wat de keuzeruimte is binnen het vak Verdieping voor Minoren in programma B. Artikel 2.3 Samenstelling programma’s De programma’s omvatten de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast: Programma A 1. Basiscursus Master Lerarenopleiding 2. Masterstage 1 leraar [schoolvak] Het werken-lerentraject (50 EC), bestaande uitL 3. Masterstage 2 leraar [schoolvak] 4. Vakdidactiek 1 [schoolvak] 5. Vakdidactiek 2 [schoolvak] 6. Onderwijskunde VO 7. Masterstage 3 leraar [schoolvak] 8. Onderzoek Master Lerarenopleiding Programma B 1. Verdieping voor Minoren Het werken-lerentraject (50 EC), bestaande uitL 2. Masterstage 2 leraar [schoolvak] 3. Vakdidactiek 1 [schoolvak] 4. Vakdidactiek 2 [schoolvak] 5. Onderwijskunde VO 6. Masterstage 3 leraar [schoolvak] 7. Onderzoek Master Lerarenopleiding Programma C 1. Basiscursus Master Lerarenopleiding 2. Masterstage 1 leraar [schoolvak] Het werken-lerentraject (50 EC), bestaande uitL 3. Masterstage 2 leraar JoMiTE [schoolvak] 4. Vakdidactiek 1 [schoolvak]

ULOM1005 ULOM1105

( 5 EC) ( 5 EC)

ULOM1215 ULOM1305 ULOM1405 ULOM1505 ULOM1610 ULOM1710

(15 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) (10 EC) (10 EC)

(10 EC) ULOM1215 ULOM1305 ULOM1405 ULOM1505 ULOM1610 ULOM1710

(15 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) ( 5 EC) (10 EC) (10 EC)

ULOM1005 ULOM1105

( 5 EC) ( 5 EC)

ULOM1910 ULOM1305

(10 EC) ( 5 EC)

235


5. 6.

Vakdidactiek 2 [schoolvak] ULOM1405 Buitenlandprogramma volgens Jomite-framework

( 5 EC) (30 EC)

Artikel 2.4 Keuzeonderdelen Binnen programma B is het onderdeel ‘Verdieping voor Minoren’ als keuzeonderdeel aangemerkt. Invulling van dit onderdeel vindt als volgt plaats. De student volgt bij zijn eigen faculteit, dan wel bij een andere faculteit naar keuze, een of meer extra masteronderdelen of breidt een masteronderdeel uit. In beide gevallen bedraagt de studielast minimaal 10 EC. Het masterniveau wordt gewaarborgd door examencommissie van de opleiding van de faculteit in kwestie. Op het diplomasupplement worden de vakcodes(s) en de vakomschrijving(en) van de onderdelen in kwestie weergegeven. In dit verband gevolgde onderdelen zijn verdiepend ten opzichte van de reguliere onderdelen van de opleiding en geven geen recht op vrijstelling van reguliere opleidingsonderdelen. De buitenlandse student die in het kader van JoMiTE een deel van zijn lerarenopleiding aan de RUG vervult maakt onder goedkeuring van de examencommissie een keuze uit een of meer van de volgende onderdelen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Dutch Educational Practice 1 Dutch Educational Practice 2 Educational Science Subject Methodology 1 Subject Methodology 2 Research Teacher Education 1 Research Teacher Education 2

ULOJ0105 ULOJ0205 ULOJ0305 ULOJ0405 ULOJ0505 ULOJ0605 ULOJ0705

( ( ( ( ( ( (

5 EC) 5 EC) 5 EC) 5 EC) 5 EC) 5 EC) 5 EC)

Artikel 2.5 Practica 1. De volgende onderdelen, als genoemd in art. 2.3 betreffen een practicum in de daarbij aangegeven vorm en van de daarbij vermelde omvang: Masterstage 1 leraar [schoolvak] ULOM1105 Vorm: Stage op school voor voortgezet onderwijs. Minimaal 10 uren observeren. Minimaal 20 (deel)uren lesgeven, waarvan minimaal 10 in de bovenbouw, en 1 serie van minimaal 6 aaneengesloten lessen zelfstandig in één klas. Omvang: gemiddeld 5 dagdelen per week Masterstage 2 leraar [schoolvak] ULOM1215 Vorm: Stage op school voor voortgezet onderwijs waarbij zelfstandig wordt lesgegeven aan eigen klassen. Minimaal 3 of 4 (zie lid 2) lesuren van 50 minuten per week zelfstandig verzorgen. Minimaal 10 lessen observeren. Volgen van intervisiebijeenkomsten onder leiding van schoolopleider of mentor. Deelnemen aan sectie- of teamvergaderingen. Overleg met coach. Contact met ouders. Deelnemen aan rapportvergaderingen. Omvang: gemiddeld 5 dagdelen per week op de dinsdag, woensdag en donderdag. Masterstage 3 leraar [schoolvak] ULOM1610 Vorm: Stage op school voor voortgezet onderwijs waarbij zelfstandig wordt lesgegeven aan eigen klassen. Minimaal 3 of 4 (zie lid 2) lesuren van 50 minuten per week zelfstandig verzorgen. Volgen van intervisiebijeenkomsten onder leiding van schoolopleider of mentor op het instituut. Deelnemen aan sectie- of teamvergaderingen. Overleg met coach. Contact met ouders. Deelnemen aan rapportvergaderingen. Omvang: gemiddeld 5 dagdelen per week op de dinsdag, woensdag en donderdag.

236


2.

Om een eerstegraadsbevoegdheid te kunnen halen dienen studenten tijdens masterstage 2 en 3 in totaal zelfstandig minimaal 120 lesuren van 50 minuten te verzorgen, waarvan 60 lesuren in de bovenbouw. LVHOstudenten die de volledige opleiding volgen (en dus niet vrijgesteld zijn voor Masterstage 1), dienen tijdens Masterstage 2 en Masterstage 3 in de regel minimaal 4 lesuren per week te verzorgen om aan het minimum van 120 lesuren te kunnen komen. Zij beginnen Masterstage 2 pas na de herfstvakantie. Studenten met een eerstegraadsbevoegdheid in een ander schoolvak of een tweedegraadsbevoegdheid in hetzelfde schoolvak dienen minimaal 60 lesuren in de bovenbouw te verzorgen om een eerstegraadsbevoegdheid te kunnen halen. De minimumeis van 120 lesuren van 50 minuten geldt niet voor hen.

Paragraaf 3

Tentamens en examen van de opleiding

Artikel 3.1 Algemeen 1. Elk tentamen omvat een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de examinandus, alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek. 2. Het tentamen geeft de student zowel tussentijds als bij afsluiting van het onderdeel de nodige informatie of hij de gestelde leerdoelen heeft bereikt. 3. De beoordeling van de tentamens vindt plaats in hele of halve cijfers groter of gelijk aan 1 en kleiner of gelijk aan 10. Het eindcijfer 5,5 wordt niet gehanteerd. De student is geslaagd voor een tentamen indien het cijfer 6,0 of hoger is behaald. 4. Beoordeling van de tentamens vindt plaats conform de regels en richtlijnen 2013-2014, vastgesteld door de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen. 5. Indien alle tentamens uit het programma met goed gevold zijn afgelegd, is het examen voor de master LVHO afgelegd, voor zover de Examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen niet heeft bepaald dat het examen tevens omvat een door haar zelf te verrichten onderzoek als bedoeld in het eerste lid. Artikel 3.2 Verplichte volgorde 1. De student kan, met uitzondering van het onderdeel Vakdidactiek 1 [schoolvak] (ULOM1305) niet eerder deelnemen aan het werken-lerentraject dan nadat aan het tentamen van onderstaande onderdelen met goed gevolg is deelgenomen: Masterstage 1 leraar [schoolvak] ULOM1105 Basiscursus Master Lerarenopleiding. ULOM1005 Door de voor de opleiding verantwoordelijke Faculteit als voorwaardelijk aangemerkte onderdelen 2. De in 3.2.1 genoemde verplichte volgorde geldt niet voor de student die de Educatieve Minor met goed gevolg heeft afgelegd; deze student kan niet eerder deelnemen aan het Werken-lerentraject dan nadat aan het tentamen van onderstaande onderdelen met goed gevolg is deelgenomen: Door de voor de opleiding verantwoordelijke Faculteit als voorwaardelijk aangemerkte onderdelen 3. Aan het tentamen van: Masterstage 3 leraar [schoolvak] ULOM1610 kan niet eerder worden deelgenomen dan nadat aan het tentamen van onderstaande onderdelen met goed gevolg is deelgenomen: Masterstage 2 leraar [schoolvak] UOCM1215 4. Aan het tentamen van: Onderzoek Master Lerarenopleiding ULOM1710 kan niet eerder worden deelgenomen dan nadat aan het tentamen van onderstaande onderdelen met goed gevolg is deelgenomen: Vakdidactiek 1 [schoolvak] ULOM1305 Vakdidactiek 2 [schoolvak] ULOM1405 Artikel 3.3 Beoordeling stage De beoordeling van de Masterstages 1, 2 en 3 wordt verricht door de tutor, aan de hand van een bekwaamheidsdossier en een gesprek hierover. Artikel 3.4 Tijdvakken en frequentie tentamens Tot het afleggen van de tentamens van de in artikel 2.3 genoemde onderdelen wordt in elk semester tenminste eenmaal de gelegenheid gegeven. Voor de onderdelen Masterstage 1, Masterstage 2 en Masterstage 3 geldt dat er gedurende de gehele opleiding maximaal twee gelegenheden zijn om het tentamen af te leggen.

237


Artikel 3.5 Vorm van de tentamens 1. De onderdelen worden op de volgende manieren getentamineerd:

Onderdeel

Vorm van tentamen

Basiscursus Master Lerarenopleiding

ULOM1005


ULOM1105


ULOM1215


ULOM1610


ULOM1305

Schriftelijke tentamen algemene didactiek en pedagogiek; Vakdidactische opdracht en/of toets Bekwaamheidsdossier; Beoordelingsgesprek naar aanleiding van het bekwaamheidsdossier Bekwaamheidsdossier; Beoordelingsgesprek naar aanleiding van het bekwaamheidsdossier Bekwaamheidsdossier; Presentatie; Beoordelingsgesprek naar aanleiding van het bekwaamheidsdossier en presentatie Dossieropdracht en mondelinge presentatie


ULOM1405

Dossieropdracht en schriftelijk tentamen

Onderwijskunde VO

ULOM1505

Schriftelijk tentamen

Onderzoek Master Lerarenopleiding

ULOM1710

Presentatie en schriftelijk verslag (concept artikel)

2. 3.

Op verzoek van de student kan de examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze dan vorenbedoeld wordt afgelegd. Aan studenten met een functiestoornis wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun individuele handicap aangepaste wijze af te leggen. De examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen.

Artikel 3.6 Mondelinge tentamens 1. Indien op grond van 3.5.2 toegestaan wordt dat een student een mondeling tentamen wordt afgenomen, geldt dat bij dat mondeling tentamen niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd wordt, tenzij de examencommissie anders heeft bepaald. 2. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de examencommissie of de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de student daartegen bezwaar heeft gemaakt. Artikel 3.7 Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag 1. De examinator stelt de uitslag van een tentamen vast binnen 10 werkdagen na de dag waarop het is afgelegd. 2. De student heeft inzagerecht, beschreven in artikel 3.9 eerste lid, alsmede een mogelijkheid om onderbouwd bezwaar in te dienen tegen de vaststelling van de tentamenuitslag bij de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding. Tegen de beslissing van de examencommissie staat beroep open bij het College van Beroep voor de examens zoals bedoeld in art 7.60 WHW Artikel 3.8 Geldigheidsduur 1. De geldigheidsduur van behaalde behaalde onderdelen is vijf jaar, tenzij overgangsbepalingen anders aangeven. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de examencommissie voor een onderdeel, waarvan het tentamen langer dan drie jaar geleden is behaald, een aanvullend dan wel vervangend tentamen opleggen, alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van het desbetreffende examen. Artikel 3.9 Inzagerecht 1. Gedurende zes weken na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk tentamen krijgt de student op zijn verzoek inzage in zijn beoordeeld werk. Tevens wordt hem op zijn verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk.

238


2.

3.

Gedurende de in het eerste lid genoemde termijn kan elke belangstellende kennis nemen van vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede zo mogelijk van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden. De inzage of de kennisneming geschiedt op een door de examinator vast te stellen plaats en op tenminste twee door de examinator vast te stellen tijdstippen. Indien de belanghebbende aantoont door overmacht verhinderd te zijn of te zijn geweest op een aldus vastgestelde plaats en tijdstip te verschij¬nen, wordt hem een andere mogelijkheid geboden, zo mogelijk binnen de in het eerste lid genoemde termijn.

Artikel 3.10 Vrijstelling De examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen kan de student op diens verzoek, gehoord de desbetreffende examinator, vrijstelling verlenen van een tentamen, indien de student: a) hetzij een qua inhoud en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of hogere beroepsopleiding heeft voltooid; b) hetzij aantoont door werk- c.q. beroepservaring over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken m.b.t. het desbetreffende onderdeel. Artikel 3.11 Examen Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar art. 4.11 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 3.12 Graad Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar art. 4.13 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 3.13 Judicium Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar art. 4.12 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 3.14 Toetsplan De opleiding werkt conform het door haar vastgestelde toetsplan. De examinator is gehouden zich aan het toetsplan te houden bij het ontwerpen, nakijken en beoordelen van toetsen en bij het bekend maken van en informeren over toetsresultaten. De examencommissie ziet er op toe dat de procedure rond toetsontwerp, beoordeling en communicatie tussen examinator en student zoals vastgelegd in het toetsplan door de examinator wordt gevolgd. Het het toetsplan voor het lerarenopleidingstraject bevat de volgende onderwerpen: 1. de eindtermen van de opleiding; 2. de curriculumonderdelen en leerdoelen van ieder curriculumonderdeel; 3. de relatie tussen curriculumonderdelen en eindtermen; 4. de toegepaste toetsvorm en de toetsmomenten per onderdeel; 5. de gehanteerde opstellingsprocedures, beoordelingsprocedures, beoordelingscriteria en de cesuurbepaling; 6. de verantwoordelijken voor de uitvoering van de verschillende onderdelen van het toetsbeleid; 7. de wijze van periodieke evaluatie.

Paragraaf 4

Toelating

Artikel 4.1 Vooropleiding Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen art. 5.1.18 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 4.2 Toelating programma’s Toegelaten tot de opleiding worden die kandidaten die beschikken over een voor het schoolvak relevante afgeronde vakmaster of doctoraalopeiding. Voor andere programma’s van de opleiding gelden de volgende toelatingsvoorwaarden: programma B: een afgeronde, aan het schoolvak verwante bacheloropleiding een afgeronde Educatieve Minor in het schoolvak.

239


programma C, onderdeel 6 (buitenlandprogramma): een afgeronde Masterstage 1 leraar [schoolvak] ULOM1105 en een afgeronde Basiscursus Master Lerarenopleiding ULOM1005 of een afgeronde Educatieve Minor, een afgeronde Masterstage 2 leraar [schoolvak] ULOM1215. Artikel 4.3 Toelatingscommissie 1. De toelating tot de opleiding is opgedragen aan de daartoe bij de bewuste faculteit ingestelde toelatingsen/of examencommissie. 2. De toelating tot de programma’s van de opleiding is gemandateerd aan de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen. Artikel 4.4 Toelatingsonderzoek: criteria Voor de inhoud van dit artikel wordt verwezen naar de relevante delen van art. 5.5 van de Onderwijs- en Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. Artikel 4.5 Toelatingsonderzoek: tijdstippen. 1. Het toelatingsonderzoek m.b.t. de toelating tot de opleiding vindt twee maal per jaar plaats: tussen 15 mei en 10 juni voor studenten die in het eerste semester willen beginnen met de Master LOHV, en tussen 15 november en 10 december voor studenten die in het tweede semester willen beginnen met de Master LOHV. Deze laatste mogelijkheid staat alleen open voor studenten die vrijgesteld worden van Masterstage 1 en de Basiscursus Lerarenopleiding, op grond van eerder verworven competenties, of die aan programma B mogen deelnemen. 2. Een verzoek te worden toegelaten tot de opleiding wordt voor 15 mei / 15 november ingediend bij de facultaire toelatingsen/of examencommissie. 3. De toelating tot de opleiding wordt verleend onder de voorwaarde dat de kandidaat uiterlijk op de betreffende begindatum van de opleiding (1 september / 1 februari) zal voldoen aan de in art. 4.4 bedoelde eisen t.a.v. kennis en vaardigheden, zoals die blijken uit getuigschriften van de door hem gevolgde opleidingen. Op de schriftelijke verklaring omtrent toelating wordt de student gewezen op de beroepsmogelijkheid bij het College van Beroep voor de Examens. 4. De facultaire toelatingsen/of examencommissie beslist voor 10 juni / 10 december over het verzoek tot toelating tot de opleiding. 5. In bijzondere gevallen kan de toelatingsen/of examencommissie een na de in het tweede lid genoemde sluitingsdatum ingediend verzoek in behandeling nemen. 6. Een verzoek te worden toegelaten tot programma B of een vrijstellingsverzoek m.b.t. Masterstage 1 en Basiscursus Lerarenopleiding wordt voor 15 mei / 15 november ingediend bij de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding. 7. De examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding beslist voor 30 juni / 31 december over het verzoek tot toelating tot programma B of over het vrijstellingsverzoek. 8. in bijzondere gevallen kan de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding een na de in het zesde lid genoemde slutingsdatum ingediend verzoek in behandeling nemen.

Paragraaf 5 Artikel 5.1 1. 2.

Studiebegeleiding Studievoortgangsadministratie

Voor de inhoud van deze paragraaf wordt verwezen naar de relevante delen van art. 6.1 van de Onderwijsen Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. De Universitaire Lerarenopleiding draagt zorg voor de registratie van de individuele studieresultaten van de studenten voor zover het het lerarenopleidingstraject van de Educatieve Master betreft.

Artikel 5.2 Studiebegeleiding 1. Voor de inhoud van deze paragraaf wordt verwezen naar de relevante delen van art. 6.2 van de Onderwijsen Examenregeling waar deze bijlage deel van uitmaakt. 2. De Universitaire Lerarenopleiding draagt zorg voor de introductie en de studiebegeleiding van de studenten die voor de opleiding zijn ingeschreven, voor zover het gaat om het lerarenopleidingstraject van de Educatieve Master, mede ten behoeve van hun voortgang tijdens de studie en oriëntatie op mogelijke studiewegen in en buiten de opleiding.

240


Paragraaf 6

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 6.1 Wijziging 1. Wijzigingen van de OER-tekst betreffende de opleiding worden door de decaan van de Faculteit GMW, gehoord de opleidingscommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen, vastgesteld. 2. Een wijziging van deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij de belangen van de studenten daardoor redelijkerwijs niet worden geschaad. 3. Een wijziging kan voorts niet ten nadele van studenten van invloed zijn op: a) een goedkeuring die krachtens art. 2.3 is verleend; b) enige andere beslissing, die krachtens deze regeling is genomen ten aanzien van een student. Artikel 6.2 Bekendmaking 1. De decaan van de Faculteit GMW draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, van de regelen en richtlijnen die door de examencommissie van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen zijn vastgesteld, alsmede van elke wijziging van deze stukken. 2. Elke belangstellende kan op het bureau van de Universitaire Lerarenopleiding Groningen een exemplaar van de in het eerste lid bedoelde stukken verkrijgen. Artikel 6.4 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 september 2013. Aldus vastgesteld door het faculteitsbestuur op 11 juni 2013.

241


Reglement afstudeerwerkstukken Bachelor- en Masteropleidingen Paragraaf 1. Inleiding 1. Dit reglement bevat algemene regels die gelden voor alle afstudeerwerkstukken voor de bachelor- en masteropleidingen en de pre-master- of schakelprogramma’s van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB)25. 2. Dit reglement wordt nader uitgewerkt en aangevuld in een Handleiding afstudeerwerkstukken en een Beoordelingsformulier afstudeerwerkstukken. Deze documenten kunnen per opleiding verschillen. 3. De handleiding bevat in ieder geval nadere informatie over de eisen aan de toelating, de aanmeldingsprocedure, het onderwerp, de vorm en vormgeving en de eindtermen van het afstudeerwerkstuk alsmede informatie over de begeleiding en de beoordelingsprocedure. 4. Het beoordelingsformulier is een lijst met beoordelingsaspecten die expliciet worden gehanteerd bij de vaststelling van het eindcijfer (zie artikel 9). 5. Beide documenten worden voor de aanvang van het collegejaar vastgesteld en beschikbaar gesteld via het onderwijsbureau.

Paragraaf 2. Toelating 1. Opleidingen kunnen voor afstudeerwerkstukken ingangseisen26 formuleren in termen van studiefase en/of vakken of onderdelen van het vaardigheidstraject. 2. Opleidingen stellen verplichte momenten voor aanvang en afronding van het afstudeerwerkstuk vast.

Paragraaf 3. Aanmeldingsprocedure De student dient zich aan te melden voor een afstudeerwerkstuk via ProgRESS WWW

Paragraaf 4. Onderwerp 1. Het onderwerp van een masterafstudeerwerkstuk past bij het onderzoek van de onderzoeksgroep waarbij de opleiding inhoudelijk aansluit. Daarbinnen wordt het onderwerp op voorstel van de student in overleg met de opleiding

25

26

242

De term afstudeerwerkstuk staat voor een verzameling van stukken die afhankelijk van opleiding en inhoud ook wel worden aangeduid als afstudeeropdracht, scriptie of afstudeerproject. De ingangseisen moeten worden vermeld in de betreffende Onderwijs- en Examenregeling.


vastgesteld. Bij twijfel hierover beslist de betrokken onderwijscoördinator of opleidingsdirecteur. 2. Het bachelorafstudeerwerkstuk bestaat in beginsel uit een gerichte opdracht, al dan niet in combinatie met een voorbereidingstraject.

Paragraaf 5. Vorm en vormgeving 1. Het afstudeerwerkstuk kan de vorm hebben van een theoretisch onderzoek (waaronder bijvoorbeeld een literatuuronderzoek), een empirisch onderzoek of een onderzoek naar een aan een organisatie gerelateerd probleem (afstudeerproject). Opleidingen (trajecten) kunnen één van deze vormen voorschrijven en/of nadere eisen stellen aan deze vormen. Opleidingen kunnen deze vormen desgewenst nader specificeren. 2. Opleidingen kunnen specifieke eisen stellen aan de vormgeving van het afstudeerwerkstuk (titelblad, stijl, taal, typografische verzorging, samenvatting, maximum/minimum aantal pagina’s, enz.). Bij het ontbreken van dergelijke richtlijnen dienen hierover van tevoren afspraken te worden gemaakt tussen student en begeleider.

Paragraaf 6. Eindtermen 1. De eindtermen van het afstudeerwerkstuk sluiten aan bij de eindtermen van de betreffende opleiding. 2. De zwaarte van het werkstuk in EC is afhankelijk van de opleiding en is vastgelegd in de betreffende Onderwijs- en Examenregeling. Voor zover een opleiding verschillen in zwaarte toelaat, worden deze van tevoren schriftelijk vastgelegd. 3. Het schrijven van een afstudeerwerkstuk is een individuele prestatie. Zowel bij het managen van het afstudeerproject als bij de relationele, de methodologische en de inhoudelijke aspecten laat de student zien zelfstandig en professioneel te kunnen optreden en zich aan afspraken te houden. 4. Afstudeerwerkstukken door twee of meer studenten zijn slechts toegestaan indien de individuele bijdragen objectief kunnen worden vastgesteld.

Paragraaf 7. Begeleiding Artikel 7.1 Afstudeerbegeleiders De faculteit is verantwoordelijk voor het begeleiden en beoordelen van afstudeerwerkstukken. Zij draagt de docenten die bachelor- of masterafstudeerwerkstukken begeleiden voor aan de Examencommissie.

243


Artikel 7.2 Startprocedure Vóór de geplande start van een afstudeerwerkstuk dienen zwaarte (uitgedrukt in EC) en omvang (maximum/minimum aantal bladzijden) te zijn vastgesteld en een begeleider te zijn toegewezen. Opleidingen kunnen nadere eisen stellen aan de te volgen procedure voor de toewijzing van een begeleider. Artikel 7.3 Vorm van de begeleiding De begeleiding van het masterafstudeerwerkstuk bestaat ten minste uit een intakegesprek, een bespreking van de probleemstelling annex onderzoeksopzet, een becommentariëring van een of meer tussenrapportages en van het eindconcept. Artikel 7.4 Tweede beoordelaar Bij een masterafstudeerwerkstuk is er altijd een medebeoordelaar. Deze wordt toegewezen in samenspraak met de begeleider en de onderwijscoördinator, opleidingsdirecteur of scriptiecommissie. Artikel 7.5 Feedback De begeleidend docent geeft binnen 10 werkdagen feedback op volgens afspraak ingeleverde stukken.

Paragraaf 8. Beoordelingsprocedure Artikel 8.1 Het bachelorafstudeerwerkstuk 1. Het bachelorafstudeerwerkstuk kan worden ingebed in een vaardighedentraject of seminar. 2. De beoordeling vindt plaats door de begeleider27. Het cijfer wordt vastgesteld op basis van het werk dat is afgeleverd op de vastgestelde einddatum. 3. Indien het afstudeerwerkstuk als onvoldoende wordt beoordeeld, heeft de student eenmalig de mogelijkheid om een reparatie uit te voeren, binnen een door de opleiding vastgestelde termijn. Deze reparatie kan maximaal leiden tot een bijstelling van het cijfer tot een 6. Blijft het werkstuk onvoldoende, dan dient de student zich opnieuw in te schrijven voor een bachelorafstudeerwerkstuk. Artikel 8.2 Het masterafstudeerwerkstuk 1. De beoordeling vindt plaats door de begeleider28 en een medebeoordelaar op basis van het werk dat is afgeleverd op de vastgestelde einddatum.

27

244

Het aanstellen van twee begeleiders behoort tot de mogelijkheden. Indien een afstudeerwerkstuk wordt begeleid door twee begeleiders, treedt één van beide op als medebeoordelaar.


2. De medebeoordelaar begint pas aan zijn taak als beoordelaar zodra hij/zij kan beschikken over een volledig door de begeleider goedgekeurd concept van het werkstuk. 3. De eindbeoordeling vindt plaats na een mondelinge verdediging. Voor deze verdediging kan pas een afspraak gemaakt worden na een positief oordeel van de medebeoordelaar. 4. In het geval van een negatief oordeel van de medebeoordelaar beslist een onafhankelijke derde docent, die daartoe wordt benaderd door de onderwijscoördinator of opleidingsdirecteur van het traject. Wanneer deze docent wel kan instemmen met het positieve oordeel van de begeleider, neemt hij/zij de verdere taken van de medebeoordelaar over. 5. De medebeoordelaar toetst het afstudeerwerkstuk op de tevoren vastgestelde beoordelingsaspecten (zie paragraaf 9) en kan nadere aanpassingen eisen alvorens de mondelinge verdediging plaatsvindt. 6. De afspraak voor de mondelinge verdediging, dan wel het verzoek tot nadere aanpassingen volgt binnen 15 werkdagen na het volgens afspraak aanleveren van het volledige concept, tenzij van tevoren om dringende redenen anders is afgesproken. 7. De begeleider en de medebeoordelaar zijn beiden bij de mondelinge verdediging aanwezig. De aanwezigheid van een eventuele externe stage- of projectbegeleider kan gewenst zijn, maar deze heeft slechts een adviserende stem. 8. Na afloop van de mondelinge verdediging bepalen begeleider en beoordelaar samen het cijfer. Bij onenigheid beslist een onafhankelijke derde docent binnen 10 werkdagen. De uitslag wordt terstond na vaststelling aan de student medegedeeld. 9. Indien het afstudeerwerkstuk als onvoldoende wordt beoordeeld, heeft de student eenmalig de mogelijkheid om een reparatie uit te voeren, binnen een door de opleiding vastgestelde termijn. Deze reparatie kan maximaal leiden tot een bijstelling van het cijfer tot een 6. Blijft het werkstuk onvoldoende, dan dient de student zich opnieuw in te schrijven voor een masterafstudeerwerkstuk.

Paragraaf 9. Beoordelingsaspecten Artikel 9.1 Bachelorafstudeerwerkstuk 1. Bij de beoordeling van het bachelorafstudeerwerkstuk wordt gebruik gemaakt van het Assessment Form Bachelor Thesis. 2. De beoordelingsaspecten die deel uitmaken van het in lid 1 genoemde formulier worden op evenwichtige wijze in het eindcijfer tot uitdrukking gebracht.

28

Het aanstellen van twee begeleiders behoort tot de mogelijkheden. Indien een afstudeerwerkstuk wordt begeleid door twee begeleiders, treedt één van beide op als medebeoordelaar.

245


Afzonderlijke opleidingen kunnen deze beoordelingsaspecten nader accentueren en verfijnen en desgewenst wegingsfactoren toevoegen. 3. Een mondelinge verdediging en/of presentatie kan onderdeel uitmaken van de beoordeling, maar mag het eindcijfer slechts marginaal beïnvloeden. Artikel 9.2 Masterafstudeerwerkstuk 1. Bij de beoordeling van het masterafstudeerwerkstuk wordt gebruik gemaakt van het Assessment Form Master Thesis. 2. De beoordelingsaspecten die deel uitmaken van het in lid 1 genoemde formulier worden op evenwichtige wijze in het eindcijfer tot uitdrukking gebracht. Afzonderlijke opleidingen kunnen deze beoordelingsaspecten nader accentueren en verfijnen en desgewenst wegingsfactoren toevoegen. 3. Een mondelinge verdediging maakt vast onderdeel uit van de beoordeling, maar mag het eindcijfer slechts marginaal beïnvloeden. 4. Bij afstudeerwerkstukken in de vorm van een afstudeerproject kan, naast de inhoud, het proces van de uitvoering van het onderzoek in de praktijk een expliciet beoordelingsaspect vormen. Indien de student extern een afstudeerproject doet, kan de begeleider vanuit de universiteit de begeleider in het bedrijf/de organisatie advies vragen over het aspect ‘proces van de praktische uitvoering van het onderzoek’.

Paragraaf 10. Betrokkenheid externe partijen bij het onderzoek 1. Voor het onderzoek kan betrokkenheid van externe partijen nodig of wenselijk zijn. Deze betrokkenheid kan zich uitstrekken van het verschaffen van toegang tot informatie tot het formuleren van de opdracht voor het onderzoek. Indien een externe partij condities wil stellen aan het gebruik van gegevens of resultaten van het onderzoek, dient de student er zorg voor te dragen dat deze condities het mogelijk blijven maken om op de vereiste wijze aan zijn/haar afstudeerverplichtingen te voldoen. Afspraken, zoals ten aanzien van openbaarheid, dienen binnen de regels van dit reglement te blijven (zie par. 12). Concept-contracten met externe organisaties moeten vooraf ter instemming aan de faculteit worden voorgelegd29. 2. De faculteit is uitsluitend verantwoordelijk voor de begeleiding van de student. Zij begeleidt het onderzoek als leerproces en beoordeelt het proces van totstandkoming van het onderzoek en de resultaten volgens de geldende wetenschappelijke normen. De student is verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek en de relatie met externe partijen. 3. De Rijksuniversiteit Groningen (RuG) heeft haar aansprakelijkheid in de hoedanigheid van de universiteit door middel van een aansprakelijkheids-

29

246

Bij elk masterafstudeerwerkstuk waarbij derden zijn betrokken, is een contract met de betreffende organisatie verplicht.

verzekering afgedekt30 alsmede de aansprakelijkheid van studenten van de RuG tijdens stageactiviteiten, met uitzondering van stageactiviteiten in de Verenigde Staten en Canada. Er geldt een eigen risico van € 2.500 per aanspraak voor zaakschade en € 25.000 per aanspraak voor schade aan personen.

Paragraaf 11. Administratieve verwerking en archivering De student levert drie schriftelijke exemplaren van het afstudeerwerkstuk in bij het secretariaat van de opleiding: één voor de begeleider, één voor de medebeoordelaar, één voor het opleidingsarchief. De bibliotheek ontvangt een digitaal exemplaar van de schriftelijke versie. Deze wordt uitsluitend via de interne catalogus toegankelijk gesteld. De afstudeerwerkstukken in het opleidingsarchief blijven 5 jaar bewaard in verband met visitatie en accreditatie.

Paragraaf 12. Openbaarheid 1. Het te beoordelen afstudeerwerkstuk is openbaar, omdat onderzoek en beoordeling verifieerbaar moeten zijn. Het werkstuk dient derhalve geen vertrouwelijke gegevens te bevatten. In voorkomende gevallen mag gebruik worden gemaakt van een of meer vertrouwelijke bijlagen met aanvullende gegevens, die aan beide beoordelaars ter beschikking worden gesteld. Het afstudeerwerkstuk dient echter zelfstandig leesbaar te zijn en moet ook zonder vertrouwelijke bijlagen als een volwaardig werkstuk kunnen worden beschouwd. 2. Slechts indien daar zwaarwegende argumenten voor zijn, zulks ter beoordeling van de Examencommissie, kan de vertrouwelijkheid van een afstudeerwerkstuk zonder aanvullende eisen worden geaccepteerd. Dergelijke werkstukken zijn alleen vertrouwelijk ter inzage beschikbaar voor de begeleider, de medebeoordelaar, de opleidingsdirecteur en zonodig de Examen- en Accreditatiecommissie. De beoordeling van de Examencommissie omtrent de vertrouwelijkheid moet vooraf plaatsvinden op basis van het onderzoeksvoorstel.

Paragraaf 13. Geschillen Bij geschillen tussen student en begeleider bemiddelt de betrokken onderwijscoördinator of opleidingsdirecteur. Bij uitblijven van een oplossing beslist de Examencommissie.

Paragraaf 14. Slotbepalingen In gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist de Examencommissie.

30

Dit betreft een schadeverzekering voor schade die door de student is toegebracht. Overige verzekeringen moeten door de student zelf worden geregeld.

247


Regels & Richtlijnen Faculteit Economie en Bedrijfskunde Regels en Richtlijnen zoals bedoeld in art. 7.12b, eerste en derde lid van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek voor alle opleidingen die door de Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB) worden aangeboden, met uitzondering van de masteropleiding Research Master in Economics & Business (research). De Examencommissie voor de hiervoor genoemde opleidingen, hierna: de Examencommissie, gelet op: artikel 7.12b, eerste en derde lid van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek; BESLUIT de volgende regels en richtlijnen vast te stellen: Artikel 1

Begripsomschrijvingen

In deze regels en richtlijnen wordt verstaan onder: OER: de Onderwijs- en Examenregelingen voor de in de aanhef genoemde opleidingen, laatstelijk vastgesteld op 11 juni 2013; examinandus: degene die zich onderwerpt aan een tentamen of examen; tentamen: de beoordeling van de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student alsmede de beoordeling van de resultaten van het onderzoek met betrekking tot een onderdeel van het examen; deeltentamen: een gedeelte van een tentamen dat op een afwijkende plaats en tijd wordt afgenomen; student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en de examens van de opleiding; examinator: degene die op grond van artikel 7.12 van de WHW door de Examencommissie als zodanig is aangewezen; (Elke examinator is bevoegd tot het afnemen en beoordelen van tentamens voor het vak (de vakken) waarin hij/zij het onderwijs verzorgt of korter dan vijf jaar geleden verzorgd heeft.) onderdeel: zoals bedoeld in de Onderwijs- en Examenregeling. Artikel 2

Dagelijkse gang van zaken Examencommissie

1. De Examencommissie kan uit haar midden een commissie van ten minste 3 leden aanwijzen, het Dagelijks Bestuur, die belast is met de behartiging van de dagelijkse gang van zaken van de examencommissie.

248


2. Tot de dagelijkse gang van zaken worden onder meer gerekend: a) beslissingen omtrent de goedkeuring van onderwijseenheden, zoals bedoeld in art. 7.3d WHW; b) beslissingen omtrent regelingen die in afwijking van de geldende bepalingen op verzoek van de student kunnen worden getroffen; c) beslissingen omtrent vrijstellingen; d) voorbereiding van de vaststelling van de uitslag van examens; e) het treffen van maatregelen bij inbreuk op de orde tijdens een tentamen, zoals bedoeld in artikel 8 en bij fraude, zoals bedoeld in artikel 9. 3. Het Dagelijks Bestuur is verantwoording verschuldigd aan de Examencommissie. Artikel 3

Het afnemen van tentamens

1. De Examencommissie wijst voor het afnemen van elk tentamen één of meer examinatoren aan. 2. Elk tentamen omvat het door de examinator te verrichten onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek. 3. Ingeval één en hetzelfde tentamen al dan niet tezelfder tijd door meer dan één examinator wordt afgenomen en de uitkomst daarvan wordt beoordeeld, ziet de examencommissie erop toe, dat de examinatoren beoordelen aan de hand van dezelfde normen. Daartoe worden de betreffende normen door de betrokken examinatoren tevoren schriftelijk vastgelegd. Zo nodig wijst de examencommissie een voor het tentamineren eerstverantwoordelijke examinator aan. Artikel 4

Mondeling tentamen

Met de instemming van de te examineren personen kan een examinator besluiten, dat een bepaald tentamen door hen tesamen mondeling zal worden afgelegd. Artikel 5

Vaststelling uitslag tentamen

De Examencommissie stelt de uitslag van het tentamen vast. Artikel 6

Inschrijving voor onderdelen

1. Voor deelname aan onderdelen dient men zich in te schrijven. 2. Inschrijving voor onderdelen geschiedt via internet (Progress WWW). De deadlines voor het inschrijven voor onderdelen worden vermeld in de studiegids. 3. Tijdige inschrijving is noodzakelijk om verzekerd te zijn van deelname aan de onderdelen.

249


Artikel 7

Inschrijving voor en deelname aan tentamens

1. Om in aanmerking te kunnen komen voor deelname aan een of meer tentamens, dient de student zich via Progress WWW te hebben ingeschreven voor de desbetreffende vakken. Zonder vakinschrijving is deelname aan tentamens niet mogelijk. 2. Studenten die zich aangemeld hebben voor een of meer vakken, worden in de vierde collegeweek door de faculteit ingeschreven voor de bijbehorende tentamens. Deze inschrijving vindt alleen plaats als de student voldoet aan de ingangseisen voor de betreffende vakken. De faculteit stuurt de student een overzicht van alle tentamens waarvoor hij is aangemeld. 3. In de vijfde collegeweek van ieder blok kunnen studenten hun tentameninschrijving in Progress controleren. Zij kunnen zich alsnog voor tentamens aanmelden, mits zij bij het begin van het blok gerechtigd waren aan de bijbehorende vakken deel te nemen. 4. Studenten die niet aanwezig kunnen zijn bij of zakken voor het tentamen waarvoor zij op grond van een vakinschrijving waren aangemeld, worden door de faculteit ingeschreven voor het hertentamen. 5. Studenten die een (her)tentamen willen afleggen zonder de colleges voor het betreffende vak te volgen, dienen zich niettemin voor dit vak in te schrijven in Progress WWW, waarna zij door de faculteit worden aangemeld voor het (her)tentamen. 6. De aanmelding voor een (her)tentamen kan tot twee dagen voor het (her)tentamen ongedaan gemaakt worden. 7. Tijdens het tentamen dient de student op verzoek van de examinator een bewijs van inschrijving voor het tentamen te kunnen tonen. 8. Wie niet voldoet aan de hiervoor beschreven inschrijvingsprocedure voor tentamens wordt geacht niet aan het tentamen te hebben deelgenomen, tenzij de Examencommissie op schriftelijk verzoek van de student anders beslist. Artikel 8

De orde tijdens een schriftelijk tentamen

1. In de tentamenzaal is gedurende de gehele tentamenzitting tenminste één examinator aanwezig. De Examencommissie draagt er zorg voor, dat ten behoeve van de schriftelijke examinering surveillanten worden aangewezen, die erop toezien dat het tentamen in goede orde verloopt. De examinator geeft leiding aan de aanwezige surveillanten. 2. In beginsel kunnen uitsluitend studenten die op de voorgeschreven wijze voor een tentamen staan ingeschreven (zie artikel 7) aan een schriftelijk tentamen deelnemen. 3. Indien bij controle achteraf blijkt dat een student niet gerechtigd was aan het tentamen deel te nemen, wordt het tentamen ongeldig verklaard, tenzij de Examencommissie op schriftelijk verzoek van de student anders beslist. 4. Studenten dienen op tijd in de tentamenzaal aanwezig te zijn. Binnen dertig (30) minuten na aanvang van enig tentamen mag geen van de deelnemende studenten de zaal verlaten. Gedurende deze periode kunnen eventueel te laat

250


5.

6.

7.

8.

9.

10. 11.

12.

13. 14.

verschijnende studenten alsnog tot het tentamen worden toegelaten. Zodra enige deelnemer de tentamenzaal heeft verlaten, kunnen geen studenten meer tot het tentamen worden toegelaten. De examinandus is verplicht de aanwijzingen van de Examencommissie c.q. de examinator die voor de aanvang van het examen of tentamen zijn gepubliceerd, alsmede aanwijzingen die tijdens het examen of tentamen en onmiddellijk na afloop daarvan worden gegeven, op te volgen. Volgt de examinandus een of meer aanwijzingen als bedoeld in het vijfde lid van dit artikel niet op, dan kan hij door de Examencommissie c.q. de examinator worden uitgesloten van verdere deelname aan het betreffende tentamen. De uitsluiting heeft tot gevolg dat geen uitslag wordt vastgesteld van dat tentamen. Voordat de Examencommissie c.q. de examinator een besluit tot uitsluiting neemt, stelt zij de examinandus in de gelegenheid te worden gehoord. Tijdens het tentamen moeten alle vraag- en antwoordformulieren alsmede alle kladpapier binnen de tentamenzaal blijven en na afloop van het tentamen worden ingeleverd, tenzij de examinator anders beslist. Het is niet toegestaan tijdens het tentamen de vraag- en antwoordformulieren of het kladpapier over te schrijven. Op de tafel in de tentamenzaal mogen geen andere zaken aanwezig zijn dan: een inschrijfbewijs, een studentenkaart, het tentamen, een antwoordformulier c.q. een scoreformulier, eventueel verstrekt kladpapier, schrijfgerei, een rekenmachine (zie ook lid 9) en, indien dit van tevoren is toegestaan, wetteksten c.q. naslagmateriaal. Bij open-boek tentamens is het toegestaan de door de examinator aangewezen literatuur te raadplegen. Tijdens tentamens mogen uitsluitend rekenmachines van het door de examencommissie voorgeschreven type worden gebruikt, tenzij de examinator blijkens het voorblad van het tentamen anders heeft bepaald. Gebruik van een niet-voorgeschreven type rekenmachine wordt beschouwd als fraude en zal als zodanig worden gesanctioneerd. Surveillanten zijn bevoegd aanwezige rekenmachines en dergelijke te controleren. Mobiele telefoons en soortgelijke elektronische communicatiemiddelen, alsmede elke soort drager van inhoudelijke informatie, mogen niet in de tentamenzaal worden meegenomen, tenzij de examinator blijkens het voorblad van het tentamen anders heeft bepaald. Indien bezit van bedoelde middelen wordt geconstateerd, kan dit leiden tot uitsluiting van het tentamen en zal dit als fraude worden gesanctioneerd. Bij een vermoeden van fraude tijdens de tentamens wordt dit vermoeden ter kennis van de betreffende student gebracht. De examinator mag met het oog op aantonen van fraude meegebrachte bezittingen of eigendommen van de student onderzoeken. Indien er naar aanleiding van dit onderzoek bewijzen van fraude worden gevonden, worden de betreffende zaken in beslag genomen. Contact met medestudenten is verboden. Examinatoren en surveillanten zijn bevoegd en verplicht om de identiteit van de in de tentamenzaal aanwezige personen vast te stellen, in beginsel aan de hand

251


van de studentenkaart. Zij dienen erop toe te zien dat de identiteit correspondeert met de naam op het inschrijfbewijs en op het tentamenformulier. Indien de student zich ook niet door middel van een geldig identiteitsbewijs31 kan identificeren, wordt het tentamen ongeldig verklaard tenzij de examencommissie op schriftelijk verzoek van de student anders beslist. 15. Toiletbezoek of het tussentijds verlaten van de tentamenzaal is niet toegestaan. 16. Indien een student de hier geformuleerde regels overtreedt, of op andere wijze de orde tijdens het tentamen verstoort, kan hij door de aanwezige examinator van verdere deelname aan het tentamen worden uitgesloten. De examinator meldt de uitsluiting direct na het tentamen aan de Examencommissie. Het door student ingeleverde tentamenwerk wordt niet nagekeken, tenzij de Examencommissie anders beslist. De Examencommissie beslist over eventueel verder te nemen sancties. 17. In uitzonderlijke gevallen kan de examinator van het bepaalde in de leden 1 tot en met 16 afwijken. Artikel 9

Fraude en Plagiaat

1. Onder fraude wordt verstaan het handelen of nalaten van een examinandus dat erop is gericht het vormen van een juist oordeel omtrent zijn kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk onmogelijk te maken. 2. De Examencommissie treft maatregelen om frauduleuze handelingen te voorkomen. 3. In geval van fraude door een student kan de Examencommissie aan die student, gedurende een termijn van ten hoogste één jaar, het recht ontnemen één of meer daarbij aan te wijzen tentamens of examens af te leggen. Vervangende, elders gedurende de schorsingsperiode met succes afgelegde tentamens zullen niet worden erkend. Bij ernstige fraude kan het College van Bestuur op voorstel van de Examencommissie de inschrijving voor de opleiding definitief beëindigen. 4. In geval van fraude tijdens het afleggen van een tentamen kan de examinator de examinandus uitsluiten van verdere deelname aan dat tentamen. 5. Een uitsluiting heeft tot gevolg dat geen uitslag voor het betrokken tentamen wordt vastgesteld. 6. Van de beslissing tot uitsluiting wordt een schriftelijk verslag opgesteld. Dit verslag wordt door de examinator zo spoedig mogelijk gezonden aan de Examencommissie van de betrokken opleiding, en in afschrift verstrekt aan de examinandus. 7. De Examencommissie neemt kennis van het verslag en beslist naar aanleiding van het verslag of nadere sancties moeten worden overwogen. 8. Voordat de Examencommissie een beslissing neemt tot het opleggen van nadere sancties als bedoeld in lid 7, stelt zij de examinandus in de gelegenheid te worden gehoord.

31

252

Geldig paspoort, identiteitskaart, rijbewijs of bromfietsbewijs.


9. Plagiaat is het gebruik maken van ideeën en formuleringen van anderen zonder bronvermelding32. De maximale strafmaat voor het plegen van plagiaat zoals bedoeld in dit artikel en aanverwant ongeoorloofd gebruik van teksten is ontneming van het recht gedurende een door de examencommissie te bepalen termijn van ten hoogste één jaar om één of meer door de Examencommissie aan te wijzen tentamens of examens af te leggen. a) Indien een werkstuk in groepsverband is geschreven zijn alle leden van de groep in geval van plagiaat aansprakelijk, totdat het tegendeel is bewezen. b) Indien een student het plegen van plagiaat door medestudenten faciliteert, is hij op gelijke wijze aansprakelijk voor het plegen van plagiaat als zijn medestudenten, tenzij de Examencommissie anders oordeelt. c) Indien plagiaat wordt ontdekt nadat het (eind)cijfer is vastgesteld is de Examencommissie bevoegd dit (eind)cijfer te vernietigen. Deze bevoegdheid verjaart één jaar na ontdekking, maar uiterlijk bij de uitreiking van het diploma. Artikel 10

Vragen en opgaven

1. De vragen en opgaven van het tentamen gaan de tevoren bekend gemaakte bronnen waaraan de examenstof is ontleend, niet te buiten. De precieze omvang van de stof en de wijze van tentaminering worden bij aanvang van het onderwijs dat op het tentamen voorbereidt bekend gemaakt. 2. Een examinator moet resultaten van een gedeelte van een tentamen schriftelijk vastleggen. 3. De Examencommissie zorgt ervoor dat tentamenopgaven ten minste vijf jaar en individuele uitwerkingen alsmede werkstukken en referaten ten minste één jaar worden bewaard. 4. Het tentamen dient representatief te zijn voor de inhoud van het onderdeel. Artikel 11

Cum laude en summa cum laude

1. Voor de regels voor toekenning van de judicia ‘cum laude’ en ‘summa cum laude’ wordt verwezen naar art. 7.12 van de OER voor de bacheloropleidingen en art. 4.12 van de OER voor de masteropleidingen van FEB. 2. Voor studenten die voor 1 september 2010 met de studie zijn begonnen, gelden de regels die zijn vastgelegd in de Regels & Richtlijnen 2009-2010, tenzij de

Examencommissie op verzoek van student anders beslist.

32

Voorbeelden van plagiaat en aanverwant ongeoorloofd gebruik van teksten zijn: het gebruik maken van andermans teksten, het overnemen van andermans structuur van een tekst en het overnemen van andermans ideeën zonder vermelding van de bron; het uitsluitend of overvloedig gebruik maken van andermans teksten; het niet duidelijk aangeven in de tekst dat letterlijke of bijna letterlijke citaten zijn overgenomen; het indienen van een zelfde of vergelijkbare tekst voor verschillende opdrachten.

253


Artikel 12

Beoordeling

1. Men is voor het propedeutisch examen geslaagd, indien voor alle vakken ten minste het cijfer 6 is behaald. 2. Men is voor het bachelorexamen geslaagd, indien voor alle vakken ten minste het cijfer 6 is behaald. 3. Men is voor het masterexamen geslaagd, indien voor alle vakken ten minste het cijfer 6 is behaald. 4. De beoordeling en verwerking van schriftelijke (deel)tentamens geschiedt binnen een termijn van 10 werkdagen. 5. De beoordeling van de vakken wordt weergegeven in hele getallen. Alleen van deeltentamens kan de beoordeling worden gegeven in tienden, van 0,0 tot en met 10,0. Aan de hele getallen is de volgende betekenis toegekend: 1. zeer slecht 2. slecht 3. ruim onvoldoende 4. onvoldoende 5. bijna voldoende 6. voldoende 7. ruim voldoende 8. goed 9. zeer goed 10. uitmuntend 6. Een vak waarvoor een vrijstelling is verleend, wordt geacht te zijn beoordeeld met een 6. 7. Vrijstellingen moeten worden aangevraagd bij de Examencommissie. De Examencommissie beslist over het verlenen van vrijstellingen. Artikel 13

Uitslagen tentamens en nabesprekingen

Aanvullend op hetgeen in de Onderwijs- en Examenregelingen omtrent tentaminering is vermeld, geldt: 1. De termijn waarop de schriftelijke uitslag wordt gepubliceerd is maximaal 10 werkdagen na de dag waarop het tentamen is afgelegd. De examinator zorgt vóór 10 uur ’s ochtends van de dag waarop de termijn voor het bekendmaken van de tentamenuitslag afloopt, voor aanlevering van de tentamenuitslag aan de onderwijsadministratie, die vervolgens op dezelfde dag zorgt voor de verwerking en publicatie van de uitslag. 2. Voor zover van tevoren kan worden voorzien dat de vastgestelde nakijktermijn voor examinatoren door bijzondere omstandigheden niet haalbaar is, wordt dit vermeld op het tentamenformulier. Tevens wordt vermeld wanneer de uitslag dan wel kan worden verwacht. Hiervoor wordt vóór het afnemen van het tentamen toestemming gevraagd aan de opleidingsdirecteur. 3. Het toegekende cijfer is vier weken na de tentamendatum definitief vastgesteld, behouden in het geval zich nieuwe feiten en omstandigheden voordoen.

254


4. De plaats en tijd van de inzage moeten door de examinator na publicatie van de tentamenresultaten (door het bureau onderwijs en examens) op Nestor worden vermeld. De student heeft desgewenst recht op een mondelinge toelichting van de gegeven beoordeling. 5. Bij herhaling van een tentamen geldt het hoogst behaalde cijfer. 6. Zodra de student op het tentamen verschijnt, is hij of zij gehouden het antwoordformulier in te leveren en zal de faculteit een cijfer registreren. Een verzoek van een student om het ingeleverde werk niet te beoordelen, wordt derhalve niet gehonoreerd. Artikel 14

Buitenregulier tentamen

1. De onderstaande bepalingen zijn uitsluitend van toepassing op vakken die door de FEB worden aangeboden. 2. Op schriftelijk verzoek van een student kan de Examencommissie besluiten dat na het voltooien van het afstudeerwerkstuk het laatste tentamen ter afsluiting van de opleiding buiten de reguliere tentamendata kan worden afgelegd. 3. Indien een student in het eerste semester, maar vóór 1 januari, van enig academisch jaar aan de vereisten voor een buitenregulier tentamen voldoet, dient hij het verzoek voor een buitenregulier tentamen uiterlijk 1 januari van datzelfde academisch jaar in te dienen. Indien het verzoek wordt toegewezen, dient het buitenreguliere tentamen uiterlijk op 31 januari van datzelfde academisch jaar plaats te vinden. 4. Indien een student na 1 januari van enig academisch jaar aan de vereisten voor een buitenregulier tentamen voldoet, dient hij het verzoek voor een buitenregulier tentamen uiterlijk 1 augustus van datzelfde academisch jaar in te dienen. Het verzoek zal niet vóór 1 februari van datzelfde academisch jaar in behandeling worden genomen. Indien het verzoek wordt toegewezen, dient het buitenreguliere tentamen uiterlijk op 31 augustus van datzelfde academisch jaar plaats te vinden. 5. Een verzoek wordt afgewezen, indien student niet aan de laatste twee reguliere tentamens van het betreffende vak heeft deelgenomen, of daarop niet het minimale resultaat heeft behaald. Het minimale resultaat als bedoeld in de eerste volzin houdt in dat tenminste één maal minimaal een 4 en één maal minimaal een 5 is behaald. 6. Een verzoek wordt alleen toegewezen indien de student zonder het buitenreguliere tentamen een studievertraging van meer dan één semester oploopt. Hierbij wordt rekening gehouden met zowel de mogelijke buldatum als de startdatum van een aansluitende opleiding. 7. Een dergelijk verzoek zal alleen in behandeling worden genomen indien het vergezeld gaat van een goedgekeurd vakkenpakket, dan wel het vakkenpakket in Progress.www is goedgekeurd. 8. Een buitenreguliere tentamenmogelijkheid staat niet open met betrekking tot een vak dat reeds eerder met een voldoende is afgerond, noch voor de vakken

255


Bachelorafstudeerwerkstuk, Bachelor’s Thesis, Research Paper Pre-MSc, Masterafstudeerwerkstuk en Master’s Thesis. 9. Gezien de aard, inhoud en uitvoering van de tentamens van de vakken Internal Control: Toepassingen en Auditing IV van de Executive Master of Accountancy is het niet mogelijk deze buitenregulier aan te bieden. 10. Een buitenregulier tentamen kan per student slechts één maal per opleiding worden toegewezen. Artikel 15

Nadere regeling goedkeuring bachelorprogramma

1. Een verzoek tot goedkeuring van het onderwijsprogramma voor de bacheloropleiding wordt door de examinandus ingediend bij de Examencommissie minimaal zes weken voor de aanvang van het bachelorafstudeerwerkstuk. 2. De Examencommissie beslist binnen vier weken na ontvangst van het verzoek omtrent de bacheloropleiding. De student wordt binnen twee weken na de beslissing van de examencommissie hiervan via Progress.www op de hoogte gesteld. 3. De goedkeuring is geldig zolang de in het programma opgenomen vakken qua vaknaam en vakcode worden aangeboden, maar in elk geval tot en met de laatste dag van het academisch jaar volgend op dat waarin de goedkeuring is verleend. Artikel 16

Nadere regeling goedkeuring masterprogramma

1. Een verzoek tot goedkeuring van het onderwijsprogramma voor de masteropleiding wordt door de examinandus ingediend bij de Examencommissie minimaal twee maanden voor de aanvang van het masterafstudeerwerkstuk. 2. De Examencommissie beslist binnen vier weken na ontvangst van het verzoek omtrent de masteropleiding. De student wordt binnen twee weken na de beslissing van de examencommissie hiervan via Progress.www op de hoogte gesteld. 3. De goedkeuring is geldig zolang de in het programma opgenomen vakken qua vaknaam en vakcode worden aangeboden, maar in elk geval tot en met de laatste dag van het academisch jaar volgend op dat waarin de goedkeuring is verleend. Artikel 17

Getuigschrift, diplomasupplement en verklaring

1. Ten bewijze dat het examen met goed gevolg is afgelegd, wordt door de examencommissie een getuigschrift met diplomasupplement uitgereikt. Het getuigschrift en diplomasupplement worden door de voorzitter en secretaris van de Examencommissie ondertekend. De uitreiking geschiedt in het openbaar, tenzij de Examencommissie anders heeft bepaald. 2. Op het diplomasupplement wordt vermeld, welke onderdelen het examen omvat. 3. Degene die meer dan één tentamen met goed gevolg heeft afgelegd en aan wie geen getuigschrift van een met goed gevolg afgelegd examen wordt uitgereikt, 256


ontvangt desgevraagd een verklaring waarin de tentamens zijn vermeld die met goed gevolg zijn afgelegd. 4. Aan de geëxamineerde van een bacheloropleiding wordt een bachelorgetuigschrift uitgereikt, vergezeld van het diplomasupplement. 5. Aan de geëxamineerde van een masteropleiding wordt een mastergetuigschrift uitgereikt, vergezeld van het diplomasupplement. Artikel 18

Wijziging regels en richtlijnen

Geen wijzigingen vinden plaats, die van toepassing zijn op het lopende studiejaar, tenzij de belangen van studenten hierdoor redelijkerwijs niet worden geschaad. Artikel 19

Beroepregeling

1. Tegen een beslissing van een examinator of van een examencommissie kan beroep worden ingesteld bij het College van Beroep voor de Examens van de RUG (via www.rug.nl/studenten/clrs) 2. Wordt beroep ingesteld tegen een beslissing van een examinator, dan dient degene die in beroep gaat (de appellant) een met redenen omkleed beroepschrift binnen zes weken na de beslissing te zenden aan het Centraal Loket Rechtsbescherming Studenten (CLRS) van de RUG. Alvorens beroep aan te tekenen bij het College van Beroep voor de Examens kan de student eerst bezwaar aantekenen bij de Examencommissie. Tegen het besluit van de Examencommissie staat beroep open bij het College van Beroep voor de Examens overeenkomstig lid 3. 3. Wordt beroep ingesteld tegen een beslissing van de Examencommissie, dan dient degene die in beroep gaat (de appellant) een met reden omkleed beroepschrift binnen zes weken na de beslissing te zenden aan het Centraal Loket Rechtsbescherming Studenten (CLRS) van de RUG. 4. In zaken waarin het belang van de appellant een onverwijlde voorziening bij voorraad vordert, kan bij een met redenen omkleed verzoekschrift een voorlopige voorziening aan de voorzitter van het College van Beroep voor de Examens van de RUG worden gevraagd. Artikel 20

Inwerkingtreding

Deze regels en richtlijnen treden in werking op 1 september 2013. Vastgesteld door de Examencommissie: juni 2013.

257



Artikel 1

Begripsbepaling toetsing

De toetsing van een vak kan bestaan uit (deel)tentamens en opdrachten. Artikel 2

Begripsbepaling opdrachten

Onder opdrachten wordt verstaan: a) de in het kader van enig vak aan te bieden (groeps)opdrachten, presentaties, huiswerkopgaven, cases, practica en soortgelijke activiteiten; b) presentieverplichtingen en interactievoorwaarden (individueel zowel als groepsgewijs) van deelnemers aan (werk)colleges en practica. Artikel 3

Begripsbepaling tentamen

Onder tentamen wordt verstaan hetgeen wordt bepaald in artikel 1.2 sub m van de Onderwijs- en Examenregelingen Bacheloropleidingen en -programma’s 2012-2013, respectievelijk art. 1.2 sub l van de Onderwijs- en Examenregelingen Masteropleidingen 2012-2013. Artikel 4

Bekendmaking beoordelingscriteria

De criteria voor het beoordelen van de opdrachten, de wijze waarop de beoordeling meeweegt in het eindcijfer van het vak alsmede de herhalingsmogelijkheden, moeten uiterlijk bij aanvang van het vak schriftelijk of elektronisch aan de studenten bekend gemaakt zijn. Artikel 5

Opdrachtcijfer

Indien in een vak verschillende opdrachten worden beoordeeld, wordt voor deze opdrachten uiteindelijk één gezamenlijk cijfer berekend, afgerond op één decimaal. Dit is het opdrachtcijfer. Artikel 6

Tentamencijfer

Voor het tentamen wordt eveneens één cijfer vastgesteld, afgerond op één decimaal. Dit is het tentamencijfer. Artikel 7

Minimumeisen resultaten

Docenten kunnen eisen stellen aan het minimaal te behalen resultaat voor het opdrachtcijfer en het tentamencijfer.

258


Artikel 8

Wegingscoëfficiënten

De wegingscoëfficiënten van de toetsingsonderdelen kunnen per vak variëren en worden bepaald door de docenten. Artikel 9

Berekening eindcijfer

Het eindcijfer van een vak wordt berekend als het gewogen gemiddelde van het opdrachtcijfer en het tentamencijfer en uitgedrukt als een geheel getal. Artikel 10

Archivering resultaten

1. Alleen het eindcijfer van het vak wordt door de verantwoordelijke contactdocent doorgegeven aan de onderwijsadministratie van de faculteit. 2. De contactdocent van het betreffende vak is verantwoordelijk voor de archivering van het opdrachtcijfer en het tentamencijfer. Artikel 11

Geldigheid resultaten

Het opdrachtcijfer en het tentamencijfer blijven geldig zolang het betreffende vak in dezelfde vorm, inclusief de wegingscoëfficiënten, wordt getoetst, tenzij de docent van tevoren anders heeft aangekondigd overeenkomstig de regels van artikel 10 van de Regels & Richtlijnen. Artikel 12

Opdrachtcijfers die meetellen voor meer dan 25%

Indien het opdrachtcijfer voor meer dan 25% meetelt bij het bepalen van het eindcijfer geldt het volgende: a) het tentamencijfer moet minimaal een 5.0 bedragen; b) wanneer het opdrachtcijfer onvoldoende is, wordt binnen het blok waarin het vak wordt aangeboden eenmaal een reparatieopdracht verstrekt waarbij de student alsnog in staat wordt gesteld om een onvoldoende om te zetten in maximaal een 5.5. Artikel 13

Opdrachtcijfers die meetellen voor 25% of minder

Indien het opdrachtcijfer voor maximaal 25% meetelt bij het bepalen van het eindcijfer, hoeft in het betreffende blok geen reparatiemogelijkheid te worden aangeboden. Indien minimale eisen gesteld zijn aan het opdrachtcijfer is artikel 12 lid b van overeenkomstige toepassing. Artikel 14

Deeltentamencijfer

Een tentamen kan in delen worden aangeboden. Elk deeltentamen wordt beoordeeld met een cijfer, afgerond op één decimaal. Dit is het deeltentamencijfer.

259


Artikel 15

Geldigheid deeltentamencijfers

Een deeltentamencijfer is slechts geldig in het (half)semester waarin het vak wordt aangeboden. Artikel 16

Frequentie deeltentamens

In afwijking van art. 7.3 van de Onderwijs- en Examenregelingen Bacheloropleidingen en -programma’s respectievelijk art. 4.3. van de Onderwijs- en Examenregelingen Masteropleidingen hoeft voor deeltentamens niet tweemaal per studiejaar de gelegenheid te worden geboden tot het afleggen van deze tentamens. Indien de examinator desalniettemin een herkansingsmogelijkheid biedt voor een deeltentamen, telt het hoogstbehaalde resultaat van beide deeltentamens mee voor het eindcijfer. Artikel 17

Reparatie deeltentamens

Voor deeltentamens hoeft geen reparatiemogelijkheid conform artikel 12.b van deze regeling te worden aangeboden. Artikel 18

Resultaten als ingangseisen voor tentamens en opdrachten

Tenzij in de Onderwijs- en Examenregelingen FEB anders is gesteld, geldt dat: 1. een opdrachtcijfer geen ingangseis mag zijn voor deelname aan (deel)tentamens; 2. een (deel)tentamencijfer geen ingangseis mag zijn voor deelname aan opdrachten.

260

Regeling overlappende tentamens

Regeling overlappende tentamens Paragraaf 1. Inleiding Met behulp van het roosterprogramma Syllabus+ wordt (langs opleidingslijnen) nagestreefd tentamens zoveel mogelijk conflictvrij te roosteren. Daarnaast worden de volgende extra ‘restricties’ gehanteerd: Binnen één opleiding worden tentamens van propedeusevakken en tweedejaars vakken conflictvrij geroosterd. Tentamens van tweedejaars en verplichte derdejaars vakken worden binnen één opleiding conflictvrij geroosterd. Tentamens van verplichte derdejaars vakken en trajectvakken binnen één opleiding worden nooit op hetzelfde tijdstip geroosterd (dit geldt niet voor trajectvakken onderling). Hertentamens worden zoveel mogelijk in de eerste helft en reguliere tentamens in de tweede helft van elk tentamenblok geroosterd. Tentamenroosters worden – per semester – gelijktijdig met vakroosters bekend gemaakt en nadat ze zijn vastgesteld in principe niet meer gewijzigd. Met roostering volgens bovenstaande uitgangspunten worden overlappende tentamens zoveel mogelijk voorkomen. Omdat alle tentamendata ruim vóór de deadline van de vakaanmelding bekend zijn (punt 5) kunnen studenten zelf tijdig signaleren of twee tentamens op hetzelfde tijdstip vallen en een andere keuze maken. Als er ondanks bovenstaande maatregelen toch sprake is van twee tentamens op hetzelfde tijdstip en student beide wil of moet doen, kan student onder bepaalde voorwaarden in staat gesteld worden beide tentamens aansluitend te doen.

Paragraaf 2. Criteria voor toekenning individuele regeling 1. Alleen ingeval het verzoek tijdig wordt ingediend, kan de student aan onderstaande regeling rechten ontlenen. De student die een beroep wil doen op de regeling moet het formulier ‘Verzoek tot regeling in verband met overlappende tentamens’ uiterlijk op de laatste werkdag voor de start van de tentamenintekening volledig ingevuld bij de Student Support Desk inleveren. De student moet vervolgens tijdens de reguliere intekenperiode via ProgRESS WWW intekenen voor beide tentamens. Bij niet tijdig ingediende verzoeken beslist de Examencommissie of de student voor een regeling in aanmerking komt. 2. Indien het gaat om (her)tentamens van verplichte vakken (waarbij voor de bacheloropleiding Bedrijfseconomie inbegrepen de ‘keuzevakken BSc BE) heeft de student altijd recht op een individuele regeling die hem/haar in staat stelt beide tentamens in het betreffende blok af te leggen. De baliemedewerker controleert de juistheid van de door student ingevulde gegevens (tentamentijden, etc.) en informeert de student over de verdere procedure.

261


3. Indien één of beide vakken niet-gebonden keuzevakken zijn, moet een afspraak met de studieadviseur gemaakt worden om te (laten) beoordelen of het afleggen van beide, overlappend geroosterde tentamens noodzakelijk is om grote studievoortgangproblemen te voorkomen. De studieadviseur brengt vervolgens een gemotiveerd advies uit aan de Examencommissie. Laatstgenoemde neemt de uiteindelijke beslissing of een individuele regeling wordt aangeboden of niet. De studieadviseur brengt de student en eventueel de docent op de hoogte van de beslissing en levert het ingevulde formulier in bij de Onderwijsadministratie, die het verder afhandelt.

Paragraaf 3. De individuele regeling De individuele regeling houdt in principe in dat de student de gelegenheid krijgt beide tentamens aansluitend te doen: één op de reguliere tijd en de andere direct ervoor of direct erna, met maximaal een half uur pauze tussen beide. Het niet-reguliere tentamen kan worden afgelegd in een apart kamertje, bijvoorbeeld in de buurt van een secretariaat. De betreffende student wordt opgehaald uit (of gebracht naar) de ruimte waar het andere tentamen werd/wordt afgelegd, dit om uitwisseling van informatie met derden te voorkomen. Desgewenst wordt onderweg koffie of een lunch opgehaald. Tijdens het niet-reguliere tentamen dient een vakdocent steeds telefonisch oproepbaar te zijn. Als het een grotere groep studenten betreft, geldt hetzelfde, maar dan zou een surveillant uit de bekende pool kunnen worden ingehuurd die zowel mee luncht/koffie drinkt als surveilleert tijdens het tentamen dat op het niet-reguliere tijdstip wordt gehouden. Ook in dit geval moet uiteraard een vakdocent steeds telefonisch oproepbaar te zijn.

Paragraaf 4. Eerste aanspreekpunt en verdere procedure De Student Support Desk is het eerste aanspreekpunt. De baliemedewerker kan aan de hand van de studiegidsen bepalen of de student volgens de criteria voor toekenning (zie paragraaf 2) recht heeft op een individuele regeling. Als de student daar niet aan voldoet, dient de student te worden verwezen naar de studieadviseur waarmee hij/zij een afspraak moet maken (zie paragraaf 3). Als een verzoek wordt ingewilligd, regelt iemand van de Onderwijsadministratie, uiteraard in goede afstemming met de secretaresse van de contactdocent van het te tentamineren vak, een ruimte (zie bovenstaand), een exemplaar van het tentamen plus bijbehoren, etc.

262

Studentenstatuut

Studentenstatuut Het Studentenstatuut is een overzicht van de rechten en plichten van zowel studenten als universiteit. Het is gebaseerd op landelijke weten regelgeving (vooral de WHW) en aangevuld met regelingen die specifiek van de RUG afkomstig zijn. Het Studentenstatuut bestaat uit twee delen. In het centrale deel worden de algemene rechten en plichten genoemd voor de gehele universitaire organisatie. Het decentrale deel beschrijft de rechten en plichten die specifiek gelden voor een opleiding. Deze verschillen per opleiding en faculteit. Het volledige studentenstatuut vindt u op www.rug.nl/studenten/regelingen/studentenstatuut

263

Faculteit Economie en Bedrijfskunde. Onderwijs- en Examenregelingen Regels en Richtlijnen. Overige regelingen

Recommend Documents