Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Sociaal Geografisch Bureau gemeente Dordrecht drs. J.M.A. Schalk drs. A.L.M. van der Lans juli 2006
Colofon Opdrachtgever Tekst Drukwerk informatie
Stichting Woonkeus Drechtsteden Sociaal Geografisch Bureau Stadsdrukkerij Gemeente Dordrecht Sociaal Geografisch Bureau (SGB) Postbus 8 3300 AA DORDRECHT telefoon: (078) 639 64 65
www.sociaalgeografischbureau.nl
Het overnemen van delen van de tekst is toegestaan onder voorwaarde van duidelijke bronvermelding
Inhoud Samenvatting............................................................................................. 5 1 Inleiding .............................................................................................. 9 1.1 Vraagstelling..................................................................................... 9 1.2 Uitvoering......................................................................................... 9 1.3 Leeswijzer ...................................................................................... 10 2 Woningaanbod via krant en website ..................................................... 11 2.1 Krant Woonkeus.............................................................................. 11 2.2 Website.......................................................................................... 12 2.3 Spelregels....................................................................................... 14 2.4 Reageren op woningen..................................................................... 14 2.5 Waardering voor het gemeenschappelijk aanbodsysteem...................... 15 3 Beoordeling van het systeem van woonruimteverdeling........................... 17 3.1 Het systeem van woonruimteverdeling............................................... 17 3.2 Inschrijving ..................................................................................... 18 3.3 Andere criteria ................................................................................ 19 3.4 Waardering voor combinatie woonduur en inschrijfduur........................ 20 3.5 Informatie en vragen ........................................................................ 21 Bijlage 1 Vragenlijst Evaluatie woonruimteverdeling Bijlage 2 Respons en weging Bijlage 3 Aanvullende tabellen
Samenvatting In opdracht van de Stichting Woonkeus Drechtsteden heeft het Sociaal Geografisch Bureau begin 2006 een onderzoek uitgevoerd naar de woonruimteverdeling in de regio Drechtsteden. Het betreft een enquête onder woningzoekenden en geslaagden in 2005. Er is een vergelijking gemaakt met onderzoek onder woningzoekenden en geslaagden in het jaar 2000. Het onderzoek is onderdeel van een bredere evaluatie van het vernieuwde woonruimteverdelingssysteem. Wat vinden woningzoekenden van de informatie over het woningaanbod? En wat vindt men van de spelregels die bij de woonruimteverdeling gelden? Dat zijn de twee hoofd- vragen die in dit onderzoeksdeel beantwoord worden. 760 woningzoekenden hebben meegedaan aan de telefonische enquête over dit onderwerp. Het gaat om ongeveer 140 woningzoekenden per gemeente. Onder hen ook geslaagden die via het systeem in 2005 een andere woning hebben verkregen. De uitkomsten van het evaluatieonderzoek, waaronder deze meningspeiling onder de woningzoekenden zelf, kunnen voor de Stichting Woonkeus Drechtsteden aanleiding zijn de informatievoorziening aan woningzoekenden of aspecten in het woonruimteverdelingssysteem te veranderen.
Beoordeling van informatie over het woningaanbod De informatie over het woningaanbod wordt door de meeste woningzoekenden en geslaagden ruim voldoende beoordeeld. Zowel de woonkrant als de website krijgen een gemiddeld rapportcijfer van 7,4. De krant Woonkeus speelt een duidelijke rol in de informatievoorziening. De woonkrant wordt door meer woningzoekenden benut dan de website. 84% van de actief woningzoekenden bekeek de krant, waarvan 68% wekelijks. Ook veel geslaagden en niet-actief woningzoekenden bekijken de krant. Het gebruik van de krant is in vergelijking met 2000 afgenomen. Dit komt door de opkomst van de website. 29% van de actief woningzoekenden bekeek de website, waarvan 20% wekelijks. Van de geslaagden bekeek 66% de website. Een deel van hen heeft er overigens niet zelf gebruik gemaakt van gemaakt, maar aan anderen gevraagd op de website te kijken of te reageren. Niet-actief woningzoekenden maken weinig gebruik van de website. 13 procent heeft de website bekeken. Vooral 55-plussers maken relatief weinig gebruik van de website. De meeste gebruikers van de website (87%) vinden het zoeken naar woningen via de website gemakkelijk. 13% vindt dit moeilijk. Een ruime meerderheid (78%) vindt de informatie op de website voldoende. Een vijfde vindt de informatie onvoldoende. Men mist bijvoorbeeld foto’s en informatie over de indeling van de woning/plattegrond. De uitleg van spelregels op de website wordt over het algemeen voldoende duidelijk gevonden. Ongeveer de helft van de ondervraagden gaat altijd of meestal naar een woning kijken voordat men reageert/reageerde. Vier op de tien geven aan dat nooit te doen. De uitkomsten zijn vergelijkbaar met die over 2000. De meerderheid van de woningzoekenden reageert op woningen die de meeste voorkeur hebben. Slechts een klein deel reageert op woningen waarvoor men verwacht de meeste kans te maken of op woningen die snel beschikbaar komen. Wel reageerden geslaagden relatief meer op woningen waarbij ze de meeste kans
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
5
dachten te maken. Ook jongeren reageren vaker op woningen waarbij ze de meeste kans denken te maken. 55-plussers reageren vrijwel uitsluitend op woningen die hun voorkeur hebben. Woningzoekenden waarderen het gemeenschappelijk aanbieden van woningen van de corporaties ruim voldoende. Daarvoor geeft men een 7,3 als rapportcijfer. Over 2000 gaf men een gemiddeld cijfer van 7,0. Geslaagden zijn – niet geheel verrassend – nog positiever. In Papendrecht en Zwijndrecht is het gemiddelde cijfer lager. In Alblasserdam, Dordrecht en HI Ambacht hoger. In Papendrecht en Zwijndrecht is ook het rapportcijfer voor het nieuwe verdelingssysteem lager dan gemiddeld (zie hierna). Mogelijk hangt dit samen met relatief weinig aanbod van woningen t.o.v. het aantal woningzoekenden (slaagkans) waardoor minder woningzoekenden geslaagd zijn.
Beoordeling van het systeem van woonruimteverdeling We hebben aan woningzoekenden gevraagd hoe zij de toewijzingscriteria en spelregels beoordelen. Ook zijn vragen gesteld over het geïntroduceerde inschrijfgeld en de informatievoorziening over het systeem. Het verdelen van woningen op basis van de huidige combinatie van woonduur met inschrijfduur heeft voor 45% de voorkeur boven het verdelen van woningen op basis van woonduur alleen, zoals in het vorige systeem (12% zou daar voorkeur voor hebben gehad) en 43% heeft hierover geen voorkeur of mening. Het rapportcijfer voor het nieuwe systeem is 6,8. Dat was over 2000 6,0. Het nieuwe systeem wordt derhalve beter gewaardeerd. Men vindt het huidige systeem eerlijker, ongemerkt bouwt men punten op en men vindt dat jongeren nu meer kans op een woning hebben. Als nadeel van het combinatiesysteem van woonduur en inschrijfduur noemen sommigen: het is minder overzichtelijk, de jaarlijkse inschrijfkosten en voor woningzoekenden van buiten de gemeente is er evenveel kans op een woning. Acht op de tien woningzoekenden is bekend met de huidige combinatie van woonduur en inschrijfduur en het merendeel vindt deze combinatie woonduur en inschrijfduur een eerlijk criterium. Opvallend is het grote verschil met 2000. Toen vond slechts de helft van de ondervraagden het toenmalige criterium (alleen woonduur) eerlijk. Bij de verdeling van woningen gelden nog enkele andere criteria. • • • • •
urgenten hebben voorrang, grote woningen zijn niet voor alleenstaanden bestemd, bepaalde woningen zijn bestemd voor 55-plussers, goedkope woningen zijn alleen voor de huishoudens behorend tot de lagere inkomensgroep bestemd en dure woningen zijn bestemd voor huishoudens met hogere inkomens.
Over het algemeen zijn deze criteria bij een groot aantal woningzoekenden bekend en ze worden ook door de meerderheid eerlijk gevonden. Voor het criterium van de gelijke kansen voor woningzoekenden van buiten de gemeente geldt dat de helft dit criterium eerlijk vindt. Vier op de tien woningzoekenden is op de hoogte van de nieuwe mogelijkheid dat geslaagden zich opnieuw in kunnen schrijven met behoud van de inschrijfduur die men had voordat men de woning kreeg. 71% vindt het goed dat de mogelijkheid bestaat en 5% is er tegen. Rond een derde vindt de kosten (25 euro, niveau 2004) voor inschrijving (vrij) hoog. Zes op de tien vinden de kosten redelijk.
6
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Bij een klacht over de woonruimteverdeling zouden de meeste mensen naar een corporatie gaan. 11% weet hier de klachtencommissie direct te noemen. Ook bij bijzondere omstandigheden (voorrang, voorheen urgentie) wenden de meesten zich tot de corporatie. Slechts 6% noemt de voorrangscommissie (voormalige urgentiecommissie). In 2000 werd de urgentiecommissie nog door 25% genoemd. De directe bekendheid met de klachtencommissie en urgentiecommissie (inmiddels voorrangscommissie) is afgenomen.
Achtergrond van het onderzoek Sinds 1 juli 2004 is er een vernieuwd woonruimteverdelingsstelsel voor de Regio Drechtsteden. Hiermee worden de sociale huurwoningen van de woningcorporaties die deelnemen aan de Stichting Woonkeus Drechtsteden verdeeld. Het betreft woningen in Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht. Bij de invoering van het vernieuwd model is afgesproken dat het na een jaar geëvalueerd zou worden. De evaluatie bestaat uit meerdere onderdelen. De door het SGB uitgevoerde enquête onder de klanten van het systeem is één van de onderdelen.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
7
8
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
1
Inleiding
Sinds 1 juli 2004 is er een vernieuwd woonruimteverdelingsstelsel voor de Regio Drechtsteden. Hiermee worden de sociale huurwoningen van de woningcorporaties die deelnemen aan de Stichting Woonkeus Drechtsteden verdeeld. Het betreft woningen in Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht. Het vernieuwd woonruimteverdelingsstelsel wordt gekenmerkt door: • • • •
een nieuw rangordecriterium; een nieuwe voorrangsregeling (voorheen urgentieregeling); verbetering in de informatievoorziening aan woningzoekenden; een minder star systeem: de mogelijkheid is ontstaan tot meer maatwerk bij de woonruimteverdeling; in de praktijk is dit overigens nog nauwelijks toegepast.
Bij de invoering van het vernieuwd model is afgesproken dat het na een jaar geëvalueerd zou worden. De evaluatie bestaat uit meerdere onderdelen. Een enquête onder de klanten van het systeem is één van de onderdelen. In opdracht van de Stichting Woonkeus Drechtsteden heeft het Sociaal Geografisch Bureau deze enquête uitgevoerd. In dit rapport vindt u de resultaten.
1.1
Vraagstelling
In 2001 is het toenmalige woonruimteverdelingsstelsel geëvalueerd. Het betrof een enquête onder woningzoekenden en geslaagden in 2000. Vandaar wordt in het vervolg gesproken over “het onderzoek in 2000”. Bij deze evaluatie is het enquêtedeel eveneens door het SGB uitgevoerd. Die enquête bevatte vragen over het systeem van aanbieden en verhuren en het oordeel over Woonkeus Drechtsteden. De evaluatie in 2006 bouwt voort op de evaluatie uit 2001. De evaluatie uit 2006 betreft woningzoekenden en geslaagden in 2005, zodat wordt gesproken over “het onderzoek in 2005”. De evaluatie 2005 bevat de volgende vragen: 1.
2.
Hoe informeren woningzoekenden zich, hoe reageren ze (internet, woonkrant) en hoe waarderen woningzoekenden de informatievoorziening van Woonkeus en de verdere afhandeling? Hoe ervaren de klanten het nieuwe woonruimteverdelingssysteem via het nieuwe rangordecriterium (de combinatie van woonduur en inschrijfduur)?
Ook worden enkele vragen gesteld over eventuele ervaringen van woningzoekenden met de twee systemen (Stichting Woonkeus Drechtsteden en Woondrecht). De voorrangsregeling (voorheen urgentieregeling) valt buiten het onderwerp van deze evaluatie.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
1.2
Opzet
Het onderzoek is uitgevoerd via een telefonische enquête, uitgevoerd door enquêteurs van het Sociaal Geografisch Bureau. De onderzoeksvragen hebben we vertaald in een vragenlijst van 6 pagina’s (zie bijlage 1). Er is een steekproef getrokken uit de bestanden van Stichting Woonkeus. We hebben daarbij twee groepen onderscheiden: de mensen die op 1-1-2006 als woningzoekende bij Stichting Woonkeus Drechtsteden geregistreerd stonden en de mensen die in 2005 geslaagd waren in het vinden van een woning via Stichting Woonkeus Drechtsteden. Woningzoekenden van buiten de regio hebben we buiten het onderzoek gelaten. Geslaagden van buiten de regio zijn wel betrokken in het onderzoek. Voorafgaand aan het veldwerk is een brief gestuurd met een aankondiging van en een toelichting op het onderzoek. In februari 2006 heeft het veldwerk plaatsgevonden. De enquêteurs hadden een bestand met in totaal 1.600 personen tot hun beschikking. Zodra er een respons bereikt was van ongeveer 50% is gestopt met enquêteren. In totaal hebben 760 personen meegewerkt aan het onderzoek. De uitkomsten zijn – evenals bij het onderzoek over 2000– herwogen naar het aantal woningzoekenden en geslaagden per gemeente. De weging is opgenomen in bijlage 2. In de respons is sprake van relatief veel 55-plussers en een ondervertegenwoordiging van jongeren. Vanwege de vergelijkbaarheid met de evaluatie van 2000 is er voor gekozen de uitkomsten niet te herwegen naar leeftijd (in 2000 is dat ook niet
9
gedaan). Waar leeftijd van invloed is op de uitkomsten, zullen we er in de beschrijving van de resultaten nadrukkelijk bij stilstaan. In de rapportage maken we onderscheid tussen de actief woningzoekenden (zij die in 2005 een of meerdere keren op een woning hebben gereageerd), de niet actief woningzoekenden (in 2005 niet gereageerd) en de geslaagden. Verder presenteren we de gegevens op het niveau van de zes betrokken gemeenten: Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht en naar de verschillende leeftijdsgroepen. Waar er sprake is van eventuele verschillen naar huishoudentype en inkomen worden deze vermeld. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen huishoudens die aanspraak kunnen maken op de huurtoeslagwet (inkomensgroep 1) en huishoudens met een hoger inkomen (inkomensgroep 2).
10
Begeleidingsgroep Het onderzoek is begeleid door een begeleidingsgroep, bestaande uit: Philip Guns (Klankbordgroep), Jan van Hees (Klankbordgroep), Bert Boer (Klankbordgroep), Charlotte ter Hoeven (Progrez), Mirella Vesely (Interstede), Ed Troost (Westwaard Wonen), Mara van der Lans (Rhiant), Cees Uijl (regio Drechtsteden/Gemeente Dordrecht), Marlies Bruinstroop (regio Drechtsteden/Gemeente H.I. Ambacht), Suzanne Davis (OTB) en Gelske van Daalen (OTB), Brenda van Dalen (Woonkeus), Cor van Verk (Woonkeus), Angelique van der Lans (SGB), Jan Schalk (SGB).
1.3
Leeswijzer
In het volgende hoofdstuk kijken we naar het gebruik van de krant Woonkeus en de website. In het derde hoofdstuk staat het systeem van woonruimteverdeling en de daarbij geldende criteria centraal.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
2
Woningaanbod via krant en website
Hoe vaak lezen woningzoekenden de krant Woonkeus? Hoe vaak kijkt men op de website www.woonkeus.nl? En hoe waardeert men beide ‘instrumenten’ als hulpmiddel bij het zoeken naar een woning? Zijn de spelregels duidelijk?
2.1
Krant Woonkeus
hetgeen waarschijnlijk samenhangt met de introductie van de website.
In de krant Woonkeus staan elke week de vrijgekomen woningen van bijna alle woningcorporaties in de Drechtsteden.
We hebben degenen die de krant Woonkeus wel eens bekijken/bekeken gevraagd een rapportcijfer te geven voor de krant als hulpmiddel bij het zoeken naar een woning (zie bijlage 3).
84% van de actief woningzoekenden bekeek de krant, waarvan 68% wekelijks. Iets minder dan een vijfde bekijkt de krant nooit. Niet actief woningzoekenden bekijken de krant minder frequent, al doet een derde van deze groep dat toch nog wekelijks (tabel 1).
Gemiddeld geeft men een 7,4. De waardering is hetzelfde als over 2000. De waardering is onder de onderscheiden groepen vergelijkbaar. Alleen in Hendrik-Ido-Ambacht ligt het cijfer iets hoger. Ook bij 18-34 jarigen en eenoudergezinnen ligt het gemiddelde rapportcijfer iets hoger.
In Dordrecht wordt de krant het meest bekeken, in Sliedrecht en Zwijndrecht het minst. De krant wordt minder frequent bekeken dan in 2000, Tabel 1
Bekijken krant Woonkeus (in %) elke week
Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
40 53 47 38 39 35
één tot paar keer per maand 22 18 15 19 16 18
geslaagd niet actief woningzoekend actief woningzoekend
55 35 68
12 22 11
12 18 6
21 26 16
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
42 48 50 42
18 13 18 20
13 8 14 17
27 31 18 22
totaal 2005
45
18
15
23
totaal 2000
79
12
7
3
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
minder dan één keer per maand 14 13 17 18 12 17
nooit 25 17 21 25 33 31
11
2.2
Website
Figuur 1
Sinds 2004 heeft de Stichting Woonkeus Drechtsteden een eigen website: www.woonkeus.nl. Hierop staat allerlei informatie over de woonruimteverdeling en over de vrijgekomen woningen. Ook kunnen woningzoekenden zich via de website registreren en op woningen reageren.
Zoeken naar woningen makkelijk of moeilijk? (in % van de gebruikers)
13% makkelijk moeilijk
Voor het gebruik van de website kijken we naar de actief woningzoekenden en de geslaagden. Van de actief woningzoekenden bezoekt 29% wel eens de website, het merendeel van deze groep doet dat elke week. Van de geslaagden bekeek 66% de website. Een deel van hen heeft er overigens niet zelf gebruik gemaakt van gemaakt, maar aan anderen gevraagd op de website te kijken of te reageren. Niet-actief woningzoekenden maken weinig gebruik van de website. 13 procent heeft de website bekeken. Bij het gebruiken van de website is leeftijd van invloed. Zoals we in tabel 2 zien, maken 18-34 jarigen veel vaker gebruik van de website dan 55-plussers. Dit komt ook omdat onder hen veel woningzoekenden niet-actief zijn. Mede gezien de ondervertegenwoordiging van jongeren en de oververtegenwoordiging van 55-plussers kunnen we stellen dat het werkelijke gebruik van de website hoger ligt dan hierboven aangegeven.
87%
De meeste gebruikers van de website vinden het zoeken naar woningen via de website gemakkelijk. Ongeveer één op de tien heeft er moeite mee. Onder de 65-plussers ligt het aandeel dat het moeilijk vindt iets hoger (indicatie vanwege kleine absolute aantallen). De mensen die het moeilijk vinden om te zoeken op de website geven onder meer de volgende reactie: • • •
moeite met elke keer weer opnieuw in het programma komen vaak eruit gegooid worden moest zoeken om op de goede plek te komen.
Degenen die de website wel eens bekijken hebben we gevraagd of zij het makkelijk of moeilijk vinden om via de website te zoeken naar woningen (figuur 1). Bekijken website www.woonkeus.nl (in %) elke 1 tot een week paar keer per maand Alblasserdam 8 4 Dordrecht 15 6 Hendrik-Ido-Ambacht 11 4 Papendrecht 12 8 Sliedrecht 14 3 Zwijndrecht 16 3
Tabel 2
minder dan 1 keer per maand 4 0 2 5 3 0
zelf maak ik geen gebruik, anderen kijken/reageren voor mij 16 1 9 7 7 7
nooit
69 78 74 69 74 74
geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
37 5 20
9 3 6
2 2 0
18 3 3
34 87 71
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
31 28 8 6
17 7 4 1
2 2 3 1
4 10 3 6
47 54 82 86
totaal 2005
14
5
2
6
75
12
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Een tweede vraag aan de gebruikers van de website was of zij de informatie over woningen op de website voldoende vinden (figuur 2).
Het merendeel van de gebruikers vindt het gemakkelijk om algemene informatie te vinden op de website (figuur 4).
Figuur 2
Figuur 4
Informatie over woningen voldoende? (in % van de gebruikers)
20%
2%
Makkelijk om algemene info op website te vinden? (in % van de gebruikers)
3%
6%
gemakkelijk
9%
voldoende
moeilijk
onvoldoende
geen mening
weet niet 78%
82%
Driekwart van de groep die de website wel eens raadpleegt geeft aan de informatie over woningen voldoende te vinden. Een vijfde vindt de informatie onvoldoende. Welke informatie mist men dan? Dat blijken met name foto’s te zijn en informatie over de indeling van de woning/plattegrond.
Figuur 3
Bekijken resultaten? (in % van de gebruikers)
34% ja nee 66%
Tweederde van de gebruikers van de website kijkt regelmatig naar de resultaten (figuur 3). Van degenen die regelmatig de resultaten op de website bekijken, doet het merendeel dat om hun kansen in te schatten. Een enkeling doet het om te controleren of de woningtoewijzing wel klopt en een enkeling doet het uit nieuwsgierigheid. Op de website staat behalve informatie over het woningaanbod ook algemene informatie over de woonruimteverdeling. Bijvoorbeeld over de spelregels, de corporaties, of wat men moet doen als men een vraag heeft.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
zoekt nooit naar info
Minder dan één op de tien geeft aan dit moeilijk te vinden. Ook hierbij wijzen de uitkomsten erop dat 65-plussers meer moeite lijken te hebben met het vinden van informatie via de website (indicatie vanwege kleine absolute aantallen). De website wordt ruim voldoende beoordeeld door de gebruikers (zie tabel 3).
Tabel 3
Rapportcijfer voor de website als hulpmiddel gemiddelde Dordrecht 7,5 Hendrik-Ido-Ambacht 7,4 Papendrecht 7,4 Sliedrecht 7,3 Zwijndrecht 7,6 geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
7,6 7,1 7,5
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
7,6 7,5 7,4 7,0
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
7,3 7,3 7,8 7,8
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
7,4 7,5
totaal 2005
7,4
13
Geslaagden geven een gemiddeld rapportcijfer 7,6 en de waardering van de actief woningzoekenden is vergelijkbaar: 7,5. De waardering neemt af met het toenemen van de leeftijd; 1834 jarigen geven een 7,6 en 65-plussers geven gemiddeld een 7,0. De verschillen zijn indicatief vanwege de kleine absolute aantallen. Gezien de oververtegenwoordiging van 55plussers en ondervertegenwoordiging van jongeren kunnen we stellen dat het gemiddelde cijfer voor de website mogelijk nog iets hoger zal liggen.
2.3
In de toelichting op deze vraag worden enkele opmerkingen geplaatst: sommige mensen geven aan dat ze de spelregels niet precies weten omdat ze er nog niet echt mee bezig zijn of omdat anderen de zaken voor hen regelen. Verder wordt het gebruik van de computer/internet genoemd als iets dat het voor mensen ingewikkeld maakt.
2.4
Spelregels
In de krant en op de website worden de spelregels van het zoeken naar een woning uitgelegd. Zijn deze spelregels voor iedereen duidelijk?
Tabel 4
Spelregels voldoende duidelijk? (in %) voldoende Alblasserdam 88 Dordrecht 86 Hendrik-Ido-Ambacht 84 Papendrecht 78 Sliedrecht 90 Zwijndrecht 86 geslaagd niet-actief actief
85 86 83
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
81 87 88 85
totaal 2005
85
totaal 2000* 96 *In 2000 had deze vraag alleen betrekking op de spelregels in de krant
Voor de meerderheid van de ondervraagden zijn de spelregels voldoende duidelijk (tabel 4). In 2000, toen het ging om de begrijpelijkheid van de spelregels in de krant, lag dit percentage nog
14
wel iets hoger. In Papendrecht vinden meer mensen dan gemiddeld de spelregels niet (helemaal) duidelijk.
Reageren op woningen
Ongeveer de helft van de ondervraagden gaat altijd of meestal naar een woning kijken voordat men reageert/reageerde (zie tabel 5). Vier op de tien geven aan dat nooit te doen. De uitkomsten zijn vergelijkbaar met die in 2000. Geslaagden gingen gemiddeld vaker vooraf naar een woning kijken, niet actief woningzoekenden doen dat minder vaak. Als we kijken naar de afzonderlijke gemeenten valt op dat men in Dordrecht en Hendrik-Ido-Ambacht vaker dan gemiddeld naar een woning gaat kijken. In Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht doet men dat juist minder vaak. Reageert men op woningen die de meeste voorkeur hebben of waarbij men de meeste kans denkt te maken? De meerderheid van de woningzoekenden reageert op woningen die de meeste voorkeur hebben. Slechts een klein deel reageert op woningen waarvoor men verwacht de meeste kans te maken of op woningen die snel beschikbaar komen (zie bijlage 3). Wel reageerden geslaagden relatief meer op woningen waarbij ze de meeste kans dachten te maken. In Sliedrecht kiest men iets vaker dan gemiddeld voor woningen met de meeste kans, in Papendrecht wisselt men de keuze vaker af. De 18-34 jarigen reageren vaker op woningen waarbij ze de meeste kans denken te maken (17%). 55-plussers reageren vrijwel uitsluitend op woningen die de meeste voorkeur hebben.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Tabel 5
Voor het reageren wel eens kijken naar woning? (in %) altijd Alblasserdam 36 Dordrecht 41 Hendrik-Ido-Ambacht 54 Papendrecht 12 Sliedrecht 15 Zwijndrecht 14
meestal 19 24 13 5 13 12
af en toe 14 16 6 18 9 11
nooit 30 19 27 65 62 63
geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
24 33 31
28 11 22
27 9 13
21 47 35
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
20 31 39 30
36 18 8 13
19 21 11 11
25 30 43 45
totaal 2005
31
17
14
39
totaal 2000
34
10
21
36
2.5
Waardering gemeenschappelijk aanbodsysteem
Hoe waardeert men het systeem waarbij huurwoningen van de corporaties in één krant en op één website aangeboden worden? Gemiddeld geeft men een 7,3 (tabel 6). In 2000 gaf men een gemiddeld cijfer van 7,0 (toen voor het aanbieden van woningen van alle corporaties in één krant). Geslaagden zijn – niet geheel verrassend – iets positiever dan gemiddeld over het systeem. We zien enkele verschillen tussen de gemeenten: in Papendrecht en Zwijndrecht geeft men duidelijk een lager cijfer, in Alblasserdam wordt het systeem het beste gewaardeerd. De 18-34 jarigen waarderen het systeem gemiddeld beter. Ook hierbij geldt dan ook dat gezien de ondervertegenwoordiging van deze groep in het onderzoek het werkelijke rapportcijfer voor het systeem van woningen aanbieden in krant en website iets hoger zal liggen.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Tabel 6
Rapportcijfer voor het systeem gemiddelde Alblasserdam 7,6 Dordrecht 7,5 Hendrik-Ido-Ambacht 7,5 Papendrecht 6,9 Sliedrecht 7,1 Zwijndrecht 6,8 geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
7,6 7,1 7,4
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
7,5 7,4 7,1 7,2
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
7,3 7,2 7,6 7,5
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
7,3 7,2
totaal 2005
7,3
totaal 2000
7,0
15
16
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
3
Beoordeling van het systeem van woonruimteverdeling
Wat vinden woningzoekenden en geslaagden van de toewijzingscriteria? Hoe denkt men over de inschrijfkosten? Heeft men wel eens informatie gevraagd over de woonruimteverdeling bij een instantie?
3.1
Systeem woonruimteverdeling
In het huidige systeem van woonruimteverdeling bepaalt de combinatie van woonduur en inschrijfduur de kans van een woningzoekende op een woning. Is men bekend met dit criterium? En wordt dit eerlijk gevonden. Acht van de tien ondervraagden zijn bekend met het criterium dat bij de huidige woonruimteverdeling gehanteerd wordt (tabel 7). Onder actief woningzoekenden ligt dit percentage iets hoger. In 2000 was de bekendheid met het toenmalige criterium woonduur iets groter. Opvallend is dat in Sliedrecht de bekendheid lager dan gemiddeld is. Het merendeel vindt de combinatie woonduur en inschrijfduur een eerlijk criterium. Geslaagden zijn iets positiever, actief woningzoekenden iets minder, al zijn de verschillen beperkt. In Papendrecht is men minder te spreken over het criterium, een derde vindt het niet eerlijk. In HendrikIdo-Ambacht daarentegen vinden ruim negen Tabel 7
van de tien ondervraagden het een eerlijk criterium. In de leeftijdsgroep 35-64 jaar ligt het aandeel dat het eerlijk vindt iets lager dan gemiddeld. Opvallend is het grote verschil met 2000. Toen vond de helft van de ondervraagden het toenmalige criterium eerlijk (woonduur). In juli 2004 heeft er een verandering van het systeem van woonruimteverdeling plaatsgevonden. Het criterium ‘woonduur’ is toen vervangen door de combinatie woonduur en inschrijfduur. Ruim zes op de tien ondervraagden is op de hoogte van deze verandering. In Hendrik-IdoAmbacht en Papendrecht is de verandering van het systeem wat minder bekend. In Zwijndrecht is men juist vaker dan gemiddeld op de hoogte. De 18-34 jarigen zijn wat minder dan gemiddeld op de hoogte. We hebben de respondenten gevraagd welk systeem men beter vindt: het verdelen van woningen op basis van woonduur en inschrijfduur (huidig) OF het verdelen van woningen op basis van woonduur (vorig).
Over het criterium woonduur en inschrijfduur (in %) ja, bekend
Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
80 82 78 77 70 86
75 83 92 67 77 83
op de hoogte van verandering 70 59 55 56 61 80
geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
77 79 87
83 81 78
57 66 60
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
81 79 83 80
81 73 88 80
51 55 71 66
totaal 2005
80
81
63
totaal 2000
95
52
-
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
ja, eerlijk
17
Tabel 8
Welk systeem is beter? (in %) huidig
oude 10 13 16 16 14 7
maakt me niet uit 7 9 6 22 32 31
weet niet / geen mening 41 16 32 32 32 32
Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
42 62 46 31 23 30
geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
33 44 62
10 14 7
14 18 14
43 24 17
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
53 39 53 41
7 10 12 15
13 16 16 18
27 35 19 26
totaal 2005
45
12
17
26
Iets minder dan de helft van de ondervraagden geeft de voorkeur aan het huidige systeem (tabel 8). Een klein aandeel, ongeveer één op de tien, kiest voor het vorige systeem. Een relatief groot aandeel, namelijk vier op de tien, heeft geen duidelijke voorkeur voor één van beide systemen (maakt niet uit/geen mening). We constateren verschillen tussen de gemeenten: in Dordrecht kiezen meer mensen voor het huidige systeem (62%). In Sliedrecht (23%), Zwijndrecht (30%) en Papendrecht (31%) kiest men minder vaak voor het huidige systeem. In deze laatste drie gemeenten kiest men niet voor het oude systeem, maar heeft een relatief hoog aandeel geen mening Van de actief woningzoekenden vindt 62% het huidige systeem beter en kiest 7% voor het oude systeem, van de niet-actief woningzoekenden vindt 44% het huidige systeem beter en kiest 14% voor het oude systeem. Onder 18-34 jarigen is het vorige systeem het minst populair.
3.2
Inschrijving
Bij de inschrijving als woningzoekende betaalt men inschrijfkosten. Deze kosten bedragen rond de 25 euro. Voor de jaarlijkse verlenging betaalt men vervolgens rond de 15 euro per jaar (niveau 2004).
18
Figuur 5
Inschrijfkosten (in %)
6%
15% 19%
60%
veel te hoog vrij hoog redelijk weet niet
Rond een derde vindt de kosten voor inschrijving (vrij) hoog (figuur 5). Zes op de tien vinden de kosten wel redelijk. In Papendrecht vindt een relatief hoog aandeel (45%) de kosten vrij hoog. De geslaagden zijn iets minder kritisch over de kosten (29% vindt de kosten (vrij) hoog). Nadat iemand een woning toegewezen heeft gekregen is het mogelijk zich opnieuw in te schrijven bij de Stichting Woonkeus Drechtsteden met behoud van de inschrijfduur die men had voordat men de woning kreeg.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Figuur 6
Bekendheid opnieuw inschrijven (in %)
40%
ja nee
60%
Van de ondervraagden weet 40% dat deze mogelijkheid bestaat (figuur 6). Met name in Papendrecht (12%), maar ook in Sliedrecht (29%) is de bekendheid met deze mogelijkheid veel lager. Bij geslaagden (50%) is deze mogelijkheid – niet verrassend – meer bekend dan bij woningzoekenden (38%). Het merendeel van de ondervraagden (71%) vindt het goed dat deze mogelijkheid bestaat; slechts 5% vindt het een slechte zaak.
3.3
Andere criteria
Bij de verdeling van woningen gelden nog enkele andere criteria. We hebben de vraag voorgelegd of men de verschillende criteria kent en of men deze criteria eerlijk vindt (tabel 9). In de bijlage worden de uitkomsten weergegeven naar achtergrondkenmerken. Niet alle criteria die bij de verdeling van de woningen gelden zijn even bekend. Met name het criterium dat woningzoekenden van binnen en buiten de regio evenveel kans hebben op een woning is minder bekend. Opvallend is dat de bekendheid van de verschillende criteria lager is dan in 2000.
kenden bekender zijn met de verschillende criteria dan geslaagden. Voor vier van de zes criteria geldt dat de bekendheid onder 18-34 jarigen minder dan gemiddeld is (b, d, e, f). Voor vijf van de zes criteria geldt dat het merendeel van de ondervraagden deze eerlijk vindt. Voor het criterium van de gelijke kansen voor woningzoekenden van buiten de gemeente geldt dat de helft dit criterium eerlijk vindt. Het aandeel dat de verschillende criteria eerlijk vindt is gelijk of ligt zelfs iets hoger dan in 2000. Ook toen was men het meest kritisch over het criterium van gelijke kansen voor woningzoekenden van buiten de gemeente. Hoe denken de verschillende groepen over de criteria? We constateren enkele verschillen tussen de gemeenten. In Hendrik-Ido-Ambacht is men wat positiever over de criteria, bij vier van de zes ligt het aandeel ‘eerlijk’ hoger dan gemiddeld. Het omgekeerde geldt voor Zwijndrecht: in deze gemeenten worden diverse criteria meer dan gemiddeld oneerlijk gevonden. Met name over het laatste criterium denken de inwoners van de gemeenten verschillend: in Alblasserdam, Papendrecht en Sliedrecht vinden relatief meer mensen dit criterium oneerlijk, in Dordrecht en Hendrik-Ido-Ambacht ligt het aandeel ‘eerlijk’ juist hoger. Wat betreft leeftijd zien we dat 18-34 jarigen over de laatste vier criteria wat negatiever zijn dan gemiddeld. Eenoudergezinnen zijn iets positiever dan gemiddeld over twee criteria (urgentie en binnen/buiten regio evenveel kans). Naar inkomensgroep zijn er geen noemenswaardige verschillen. Voor de uitkomsten naar alle achtergrondkenmerken, zie de bijlage. We hebben ook enkele stellingen voorgelegd over de woonruimteverdeling en gevraagd in hoeverre men het hiermee eens dan wel oneens is. Zie tabel 10.
Over het algemeen geldt dat actief woningzoe-
Tabel 9
Bekendheid van - en mening over de andere criteria in (%)
a. urgenten hebben voorrang b. grote woningen niet voor alleenstaanden c. bepaalde woningen alleen 55+ d. goedkope woningen alleen voor lagere inkomens e. dure woningen alleen voor hogere inkomens f. woningzoekenden van binnen én buiten gemeente evenveel kans
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
bekend? 2000 2005 97 90 92 71 97 93 98 81 97 76 84 61
eerlijk? 2000 2005 82 89 73 88 89 94 89 92 87 93 50 54
19
Tabel 10
Stellingen (in %)
blij dat ik op woningen in andere gemeenten kan reageren 2000 2005 het reageren kost veel vergeefse moeite en levert weinig op 2000 2005 aanbieden in krant en website geeft inzicht in totale aanbod 2000 2005 woningzoekenden uit eigen gemeenten moeten voorrang krijgen 2000 2005
Ruim de helft is blij dat men ook op woningen in andere gemeenten kan reageren. De uitkomst op deze stelling is niet wezenlijk anders dan in 2000. Met name in Papendrecht (37%), maar ook in Sliedrecht (28%) is men het vaker oneens met deze stelling. In Zwijndrecht is men het juist vaker eens (69%). Een kwart vindt dat reageren veel moeite kost en weinig oplevert. Drie op de tien zijn het hier niet mee eens. Een relatief hoog aandeel heeft geen mening over deze stelling. In 2000 was meer dan de helft het nog eens met deze stelling, toen lag het aandeel ‘geen mening’ duidelijk lager. In Dordrecht is het aandeel dat geen mening over deze stelling duidelijk lager (27%). Zowel het aandeel ‘eens’ (33%) als het aandeel oneens (41%) ligt in deze gemeente hoger. Van de actief woningzoekenden is 46% het eens met deze stelling: het kost volgens hen veel moeite en levert weinig op. Het hoge aandeel ‘weet niet’ zit met name bij de niet-actief woningzoekenden (58% weet niet), die geen ervaring hebben met de inspanningen en resultaten van het reageren op woningen. De geslaagden zijn het – niet geheel verrassend – vaker oneens met deze stelling (66%), het heeft hen inmiddels wel degelijk iets opgeleverd. Driekwart van de ondervraagden vindt dat het aanbieden van de woningen via de krant en de website inzicht geeft in het totale aanbod, 6% is het oneens met deze stelling, In 2000 was 30% het nog oneens met deze stelling (die toen alleen over de krant ging). In Dordrecht ligt het aandeel ‘eens’ het hoogst (92%), in Zwijndrecht het laagst (54%). De verschillen tussen de gemeenten bij deze stelling zitten met name in een hoger cq. lager aandeel ‘weet niet’
eens
oneens
geen mening
62 56
15 16
23 28
55 25
26 31
19 44
63 76
30 6
8 19
59 55
33 32
8 13
het daar niet mee eens. De reacties op deze stelling verschillen nauwelijks van die in 2000. In Papendrecht vindt 80% dat woningzoekenden uit de eigen gemeente voorrang zouden moeten krijgen. Ook in Alblasserdam (75%) en Sliedrecht (72%) is een relatief hoog aandeel het eens met deze stelling. Daarentegen is men het in Hendrik-Ido-Ambacht(34%) en in Dordrecht (40%) veel minder vaak eens met deze stelling. Over het algemeen geldt dat de eenoudergezinnen iets positiever reageren op de verschillende stellingen, al gaat het om kleine verschillen. Tussen de twee inkomensgroepen zijn nauwelijks verschillen.
3.4
Waardering combinatie woonduur en inschrijfduur
Welk rapportcijfer geeft men aan het verdelen van woningen op basis van woonduur en inschrijfduur? Gemiddeld geeft men een 6,8 (tabel 11). In 2000 lag de waardering voor het verdelen van de woningen op basis van woonduur duidelijk lager: 6,0. In Papendrecht geeft men relatief het laagste cijfer (6,3), in Alblasserdam en Dordrecht ligt de waardering iets hoger (beide 7,0). Geslaagden zijn – niet verrassend – positiever (7,2) dan actief woningzoekenden (6,6). Van de leeftijdsgroepen geven de 18-34 jarigen de hoogste waardering: een 7,1. Gezien de ondervertegenwoordiging van jongeren en de oververtegenwoordiging van 55-plussers ligt het gemiddelde rapportcijfer waarschijnlijk nog iets hoger.
Ruim de helft van de ondervraagden is van mening dat woningzoekenden uit de eigen gemeente voorrang zouden moeten krijgen, een derde is
20
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
over de woonruimteverdeling?
Tabel 11
Rapportcijfer woonduur en inschrijfduur gemiddelde Alblasserdam 7,0 Dordrecht 7,0 Hendrik-Ido-Ambacht 6,7 Papendrecht 6,3 Sliedrecht 6,9 Zwijndrecht 6,6
Figuur 7
Naar welke instantie bij een klacht? (in %)
klachtencom missie 2% 11%
geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
7,2 6,8 6,6
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
7,1 6,5 6,7 6,8
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
6,8 6,8 7,0 7,0
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
6,8 6,8
totaal 2005
6,8
totaal 2000
6,0
33%
gemeente 47%
7%
geen idee anders
De meeste mensen zouden naar de corporatie gaan bij een klacht (figuur 7). Slechts 11% denkt aan de klachtencommissie. In 2000 lag dit laatstgenoemde aandeel twee keer zo hoog. Ook toen noemden veel mensen de corporatie (bij het antwoord ‘anders, namelijk’). In Zwijndrecht zou 25% naar de klachtencommissie gaan, in Alblasserdam slechts 2%, in Papendrecht 3%. Van de inwoners van deze laatste twee gemeenten zou 78% resp. 77% naar de corporatie gaan. Naar wie zou men gaan als er zich bijzondere omstandigheden voordoen waardoor men dringend een andere woning nodig heeft?
In een open vraag hebben we gevraagd wat men de belangrijkste voor- en nadelen van het huidige systeem vindt. Uit de reacties komen enkele zaken naar voren: men vindt het huidige systeem vooral eerlijker, jongeren hebben meer kans en men bouwt ongemerkt punten op. Men noemt ook enkele nadelen: het is minder overzichtelijk, de jaarlijkse verlengkosten, mensen van buiten de gemeente krijgen een woning, er is te weinig aanbod (55+), gebrek aan persoonlijk contact.
Figuur 8
14%
Naar welke instantie bij bijzondere omstandigheden? (in %)
6% voorrangscommissie corporatie
20%
3.5
corporatie
46%
Informatie en vragen
We hebben gevraagd of men wel eens informatie heeft gevraagd over de woonruimteverdeling bij een instantie. En zo ja, of de vraag naar tevredenheid is beantwoord. Het aantal mensen dat informatie heeft gevraagd is vrij beperkt. Drie instanties zijn het vaakst benaderd: corporatie Westwaard Wonen (door 8% wel eens info gevraagd), corporatie Progrez (8%) en corporatie Interstede (6%). De meeste mensen zijn tevreden over de afhandeling van hun vragen bij de verschillende instanties. Voor gedetailleerde gegevens verwijzen we naar de bijlage. Wat zou men doen als men een klacht heeft
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
14%
gemeente geen idee anders
Ook in het geval van bijzondere omstandigheden zouden de meeste mensen de corporatie benaderen (figuur 8). Slechts 6% noemt de voorrangscommissie (voorheen urgentiecommissie). In 2000 werd de commissie nog door 25% genoemd. In Hendrik-Ido-Ambacht noemt 17% de voorrangscommissie. Er bestaat in de regio Drechtsteden nog een tweede systeem van woonruimteverdeling, het POL-model (Passend via Optie d.m.v. Loting) van Stichting Woondrecht, met woningen in
21
Dordrecht. Is men bekend met dit systeem en staat men er bij ingeschreven?
Figuur 9
Bekendheid en deelname POL-model (in %)
5% 18%
ken het systeem, ook ingeschreven ken het systeem, niet ingeschreven ken het systeem niet
77%
22
Een kwart van de ondervraagden kent het POLmodel, slechts een klein aandeel staat er ook bij ingeschreven (figuur 9). In Dordrecht ligt de bekendheid duidelijk hoger: 39% kent het systeem. In H.I. Ambacht (2%), Papendrecht (8%) en Sliedrecht (4%) is het systeem veel minder bekend. Dat is ook logisch omdat het om een Dordts model gaat. Onder actiefwoningzoekenden is het systeem bekender: 38% kent het en 15% staat er ook bij ingeschreven. Degenen die ingeschreven staan bij het POLmodel (5% van totaal) geven aan dat ze ook bij dat systeem ingeschreven staan om meer kans op een woning maken.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Bijlagen
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
23
24
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
1.
Vragenlijst Evaluatie woonruimteverdeling
Februari 2006
resp.nr.
Goede… U spreekt met ... van het Sociaal Geografisch Bureau. Onlangs hebben we u een brief gestuurd over een onderzoek naar de woonruimteverdeling in de regio Drechtsteden. Met dit onderzoek willen de Stichting Woonkeus Drechtsteden en de corporaties in de regio nagaan of het systeem van woonruimteverdeling goed functioneert. Mag ik u voor dit onderzoek enkele vragen stellen? Het duurt ongeveer 15 minuten. Enquêteur vooraf checken: Lijst woningzoekenden: Lijst geslaagden:
□ woningzoekend □ geslaagd
Bent u nog op zoek naar een woning? Klopt het dat u in 2005 een woning heeft gevonden? --> vragen in tegenwoordige tijd stellen --> vragen in verleden tijd stellen
Krant Woonkeus De volgende vragen gaan over de krant Woonkeus. In deze krant staan elke week de vrijgekomen woningen van bijna alle woningcorporaties in de Drechtsteden. 1.
2.
Hoe vaak kijkt / keek u in de krant Woonkeus? Is dat <enquêteur oplezen>:
□ elke week □ 1 tot een paar keer per maand □ minder dan 1x per maand □ nooit (ik maak er geen gebruik van / ik ken het niet)
--> naar vraag 3
Welk rapportcijfer geeft u aan de krant Woonkeus als hulpmiddel bij het zoeken naar een woning?
Website Sinds 2004 is er ook een website www.woonkeus.nl. Hierop staat allerlei informatie over de woonruimteverdeling en over de vrijgekomen woningen. Ook kunnen woningzoekenden zich via de website registreren en op woningen reageren. De volgende vragen gaan over de website. 3.
4.
Hoe vaak kijkt / keek u op de website www.woonkeus.nl? Is dat <enquêteur oplezen>:
□ elke week □ 1 tot een paar keer per maand □ minder dan 1x per maand □ zelf maak ik er geen gebruik van, maar anderen kijken/reageren voor mij □ nooit, ik maak er geen gebruik van / ik ken het niet
--> naar vraag 13 --> naar vraag 13
Via de website kunt u zoeken naar woningen. Vindt / vond u het gemakkelijk of moeilijk om via de website te zoeken naar woningen? gemakkelijk --> naar vraag 6
□ □moeilijk □ik zoek nooit naar woningen via de website
--> naar vraag 6
5.
Kunt u uw antwoord toelichten?
6.
Op de website staat informatie over de woningen die vrij komen. Vindt/vond u deze informatie voldoende of onvoldoende? voldoende --> naar vraag 8
□ □ onvoldoende □ weet niet / geen mening 7.
--> naar vraag 8
Welke informatie mist u?
□ indeling van de woning / plattegrond
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
□
informatie over ligging
25
□ informatie over aanwezigheid van cv, lift of tuin □ informatie over voorzieningen in de omgeving 8.
□ □
foto’s iets anders, namelijk……
Op de website kunt u ook de resultaten bekijken van voorgaande weken. Zoals hoeveel mensen op een woning hebben gereageerd en de woonduur/inschrijfduur van de persoon aan wie de woning is toegewezen. Kijkt / keek u regelmatig naar de resultaten? ja
□ □ nee
--> naar vraag 10
9.
□ om mijn kansen in te schatten □ om te controleren / om te kijken of woningtoewijzing wel klopt □ uit nieuwsgierigheid □ andere reden, namelijk:
Met welk doel kijkt/ keek u naar de resultaten?
10.
Vindt / vond u het makkelijk of moeilijk om algemene informatie over de woonruimte-verdeling op de website te vinden? We bedoelen hier bijvoorbeeld informatie over de spelregels, informatie over de corporaties of wat u moet doen als u een vraag heeft. gemakkelijk --> naar vraag 12
□ □ moeilijk □ geen mening □ ik zoek nooit naar informatie op de website
--> naar vraag 12 --> naar vraag 12
11.
Kunt u uw antwoord toelichten?
12.
Welk rapportcijfer geeft u aan de website www.woonkeus.nl als hulpmiddel bij het zoeken naar een woning?
Reageren op woningen 13.
In de krant Woonkeus en op de website www.woonkeus.nl worden de spelregels van het zoeken naar een woning uitgelegd. In hoeverre zijn die spelregels voor u voldoende duidelijk (het gaat bijvoorbeeld om het registreren als woningzoekende en het reageren op woningen). spelregels zijn mij voldoende duidelijk --> naar vraag 15
□ □ spelregels zijn mij enigszins duidelijk □ spelregels zijn mij onduidelijk 14.
Wat is er voor u onduidelijk?
15.
□ ja, altijd □ ja, meestal □ ja, af en toe □ nee, nooit
16.
Reageert / reageerde u uitsluitend op woningen die uw meeste voorkeur hebben, of op woningen waarbij u de meeste kans maakt of op woningen die snel beschikbaar zijn? ik reageer op woningen die mijn meeste voorkeur hebben
Gaat / ging u voordat u op een woning reageert wel eens naar de woning kijken?
□ □ ik reageer op woningen waarbij ik de meeste kans maak / denk te maken □ ik reageer op woningen die snel (op korte termijn) beschikbaar zijn □ verschillend / wisselend
17.
26
Welk rapportcijfer geeft u voor het systeem om huurwoningen van de corporaties in één krant en op één website aan te bieden, zodat u daarop zelf kunt reageren?
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Het systeem van woonruimteverdeling 18.
In het huidige systeem van woonruimteverdeling bepaalt de combinatie van woonduur en inschrijfduur de kans van een woningzoekende op een woning. Bent u bekend met dit criterium? En vindt u dit criterium eerlijk? nee Bekend?
19.
□
ja -->
□
nee
Eerlijk?
□
ja
□
Het verdelen van woningen op basis van de combinatie van woonduur en inschrijfduur is ingevoerd in juli 2004. Voor die tijd werden de woningen verdeeld op basis van alleen de woonduur. Weet u dat in juli 2004 deze verandering in het systeem van woonruimteverdeling heeft plaatsgevonden? Ja, dat weet ik
□ □ Nee, dat wist ik niet 20.
Welk systeem vindt u beter, het verdelen van woningen op basis van de combinatie van woonduur en inschrijfduur (het huidige systeem) OF het verdelen van woningen op basis van alleen woonduur (het vorige systeem)? Huidige systeem: combinatie van woonduur en inschrijfduur
□ □ Oude systeem: alleen woonduur □ Dat maakt me niet uit □ Weet ik niet / geen mening 21.
Bij de inschrijving als woningzoekende moet u inschrijfkosten betalen. Deze kosten bedragen rond de 25 euro en daarmee is uw inschrijving geldig voor 1 jaar. Om uw inschrijving daarna te verlengen betaalt u rond de 15 euro per jaar. Wat vindt u van de hoogte van de kosten voor de inschrijving als woningzoekende?
□ Kosten zijn veel te hoog □ Kosten zijn redelijk □ Weet niet / geen mening 22.
□ □
Kosten zijn vrij hoog Kosten zijn laag
Inmiddels is het ook mogelijk om nadat u een woning toegewezen heeft gekregen, zich opnieuw in te schrijven bij Stichting Woonkeus Drechtsteden. U kunt dan de inschrijfduur die u had voordat u de woning kreeg behouden. Bent u bekend met deze mogelijkheid? ja
□ □ nee 23.
□ goed □ slecht □ maakt me niet uit □ weet niet / geen mening
Wat vindt van deze mogelijkheid ?
24.
Bij de verdeling van de woningen gelden nog enkele andere criteria. Kunt u aangeven of u deze criteria kent en of u deze criteria eerlijk vindt? Bekend? Eerlijk? nee ja --> nee ja a) Urgenten hebben voorrang. b) Bepaalde grotere woningen zijn niet bestemd voor alleenstaanden. c) Bepaalde woningen zijn uitsluitend bestemd voor mensen van 55 jaar en ouder. d) Goedkope woningen zijn uitsluitend bestemd voor lagere inkomensgroepen. e) Dure woningen zijn uitsluitend bestemd voor hogere inkomensgroepen. f)
Woningzoekenden van binnen of buiten de gemeente hebben evenveel kans op een woning.
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
□ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □
27
25.
Ik noem u een aantal uitspraken over de woonruimteverdeling. Bent u het hiermee eens of mee eens a) ik ben blij dat ik op woningen in andere gemeenten kan reageren b) het reageren op woningen kost veel vergeefse moeite en levert weinig op c) het aanbieden van woningen via de krant Woonkeus en de website geeft inzicht in het totale aanbod d) woningzoekenden uit de eigen gemeente moeten voorrang krijgen
□ □ □ □
mee oneens
oneens? geen mening
□ □ □ □
□ □ □ □
26.
Aan elk systeem van woonruimteverdeling zitten voor- en nadelen. Wat ziet u zelf als de belangrijkste voordelen van het huidige verdeelsysteem (waarbij woningen verdeeld worden op basis van een combinatie van woonduur en inschrijfduur)?
27.
En wat zijn wat u betreft belangrijke nadelen van dit systeem van woonruimteverdeling?
28.
Welk rapportcijfer geeft u aan het verdelen van woningen op basis van een combinatie van woonduur en inschrijfduur?
29.
Heeft u in 2005 wel eens informatie gevraagd over de woonruimteverdeling bij een instantie? Zo ja, bij welke instantie(s)? Is uw vraag bij die instantie(s) naar tevredenheid beantwoord? <enquêteur: per instantie de vragen invullen> A) info gevraagd bij: B) tevreden? C) waarom bent u niet tevreden? onvrienonbeonvolgeen lang anders* delijk hulpdoende antwachten ja nee zaam kennis woord
□ a) gem. Dordrecht □ □ b) gem. Zwijndrecht □ □ c) gem. Sliedrecht □ □ d) gem. Papendrecht □ □ e) gem. H.I. Ambacht □ □ f) gem. Alblasserdam □ □ g) corp. Tablis Wonen □ □ h) corp. Westwaard Wonen □ □ i) corp. Rhiant □ □ j) corp. Forta □ □ k) corp. Progrez □ □ l) corp. Interstede □ □ m) corp. Krispijn Wonen □ □ n) stichting Woonkeus □ □ o) andere instantie □
□ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □
□ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □
D) * toelichting bij ‘anders’: 30.
Naar wie zou u gaan als u een klacht heeft over de woonruimteverdeling? <Enquêteur: antwoorden NIET oplezen>
□ klachtencommissie □ corporatie □ geen idee 31.
gemeente andere instantie, namelijk:
Naar wie zou u gaan als er zich bijzondere omstandigheden voordoen (enquêteur: bijvoorbeeld medische of sociale noodzaak), waardoor u dringend een andere woning nodig heeft? <Enquêteur: antwoorden NIET oplezen>
□ urgentie/voorrangscommissie 28
□ □
□gemeente Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
□ corporatie □ geen idee 32.
□andere instantie, namelijk:
Er bestaat in de regio Drechtsteden nog een tweede systeem van woonruimteverdeling, het POL-model van Stichting Woondrecht, met woningen in Dordrecht. Kent u dit systeem en zo ja, staat / stond u ook bij dit systeem als woningzoekende ingeschreven?
□ Ken het systeem en sta er ook bij ingeschreven □ Ken het systeem wel, maar ik sta er niet bij ingeschreven □ Nee, ken het systeem niet 33.
--> naar vraag 34
Wat is voor u de reden om ook bij dit systeem als woningzoekende ingeschreven te staan? (meerdere antwoorden mogelijk)
□ meer kans op woning maken □ aantrekkelijkere woningen □ andere reden, namelijk: 34.
--> naar vraag 34
□meer keuze in woningaanbod □goedkopere woningen □geen inschrijfgeld
Tot slot, wilt u zelf nog iets kwijt?
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
29
2.
Respons en weging
respons totale bestand
respons
Woningzoekend Geslaagd
78% 22%
72% 28%
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
39% 26% 14% 22%
15% 17% 22% 46%
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
50% 26% 14% 10%
40% 45% 9% 6%
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
57% 43%
41% 58%
weging
woningzoekenden gemeente Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Onbekend totaal
geslaagden huidige gemeente Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht totaal
30
netto respons 81 86 105 95 74 102 5
moet worden 909 5437 1094 1548 1279 2426
wegingsfactor 11.2 63.2 10.4 16.3 17.3 23.8
548
12.693
23.2
netto respons 29 49 38 32 34 30
moet worden 285 1075 204 309 290 561
wegingsfactor 9.8 21.9 5.4 9.7 8.5 18.7
212
2724
12.8
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
3.
Aanvullende tabellen
Rapportcijfer krant Woonkeus als hulpmiddel gemiddelde Alblasserdam 7,2 Dordrecht 7,5 Hendrik-Ido-Ambacht 7,6 Papendrecht 7,2 Sliedrecht 7,3 Zwijndrecht 7,2 geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
7,4 7,4 7,4
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
7,6 7,4 7,3 7,3
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
7,3 7,4 7,8 7,3
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
7,3 7,4
totaal 2005 7,4 totaal 2000 7,4 Bij de meting van 2000 luidde de vraag: welk rapportcijfer geeft u aan Woonkeus Drechtsteden als krant.
Meeste voorkeur of meeste kans? (in %) meeste voorkeur 91 90 80 76 82 89
meeste kans
wisselend
6 4 1 1 12 7
snel beschikbaar 4 1 3 0 3 3
geslaagd niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
64 93 92
20 0 4
6 1 1
10 7 4
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
67 76 94 94
17 12 0 1
6 5 0 0
11 8 6 5
totaal 2005
87
5
2
7
Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
0 5 16 24 3 2
31
criterium A:
urgenten hebben voorrang
bekend 90 90 89 94 90 89
eerlijk 90 89 97 91 88 83
woningzoekend geslaagd
89 94
88 92
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
88 93
88 88
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
89 95 93 87
87 89 89 90
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
87 91 97 97
89 86 99 96
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
86 94
89 89
totaal 2005 totaal 2000
90 97
89 82
Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
criterium B:
grotere woningen zijn niet voor alleenstaanden bekend Alblasserdam 54 Dordrecht 78 Hendrik-Ido-Ambacht 79 Papendrecht 75 Sliedrecht 54 Zwijndrecht 62
eerlijk 87 94 89 81 85 82
woningzoekend geslaagd
76 45
88 88
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
72 90
89 86
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
65 72 77 68
87 87 92 88
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
63 73 81 78
84 90 90 97
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
67 72
87 89
totaal 2005 totaal 2000
71 92
88 73
32
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
criterium C:
bepaalde woningen alleen voor mensen van 55 jaar en ouder bekend eerlijk Alblasserdam 97 97 Dordrecht 93 95 Hendrik-Ido-Ambacht 88 95 Papendrecht 91 92 Sliedrecht 92 98 Zwijndrecht 94 91 woningzoekend geslaagd
93 94
94 94
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
91 99
95 93
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
96 93 93 92
88 88 96 98
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
94 92 95 97
90 98 95 92
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
91 94
95 94
totaal 2005 totaal 2000
93 97
94 89
goedkope woningen voor lage inkomens bekend Alblasserdam 74 Dordrecht 86 Hendrik-Ido-Ambacht 86 Papendrecht 87 Sliedrecht 74 Zwijndrecht 69
eerlijk 86 93 98 91 91 89
criterium D:
woningzoekend geslaagd
85 62
92 93
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
82 95
90 95
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
76 84 86 78
87 90 92 94
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
77 82 86 85
89 93 96 92
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
75 85
91 92
totaal 2005 totaal 2000
81 98
92 89
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
33
criterium E:
dure woningen voor hogere inkomens bekend Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
71 85 84 86 61 54
84 97 98 95 91 82
woningzoekend geslaagd
84 40
92 96
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
80 94
92 92
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
64 80 81 75
87 92 95 93
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
69 79 78 83
90 93 95 94
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
69 80
95 91
totaal 2005 totaal 2000
76 97
93 87
eerlijk
criterium F:
woningzoekenden van binnen en buiten gemeente evenveel kans bekend eerlijk Alblasserdam 65 42 Dordrecht 53 66 Hendrik-Ido-Ambacht 68 70 Papendrecht 65 32 Sliedrecht 68 38 Zwijndrecht 68 49 woningzoekend geslaagd
65 41
55 53
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
64 69
51 65
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
50 51 67 66
61 52 60 49
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
52 69 65 44
53 52 70 52
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
56 65
55 53
totaal 2005 totaal 2000
61 84
54 50
34
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
stelling A:
Blij dat ik op woningen in andere gemeenten kan reageren. eens oneens Alblasserdam 61 11 Dordrecht 53 10 Hendrik-Ido-Ambacht 52 16 Papendrecht 52 37 Sliedrecht 50 28 Zwijndrecht 69 9
geen mening 28 37 33 11 22 22
woningzoekend geslaagd
56 55
17 9
27 37
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
57 55
19 11
24 34
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
57 63 60 51
11 9 11 22
32 28 29 27
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
51 58 66 53
16 18 5 10
33 24 29 37
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
51 59
19 13
30 28
totaal 2005 totaal 2000
56 62
16 15
28 23
Reageren op woningen kost veel moeite en levert weinig op. eens oneens Alblasserdam 17 28 Dordrecht 33 41 Hendrik-Ido-Ambacht 21 29 Papendrecht 30 18 Sliedrecht 14 21 Zwijndrecht 16 25
geen mening 56 27 51 52 64 60
stelling B:
woningzoekend geslaagd
27 15
23 66
50 19
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
21 46
21 31
58 23
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
31 23 23 25
46 46 29 22
23 32 48 53
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
24 24 28 39
32 27 52 27
44 50 20 34
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
31 21
30 31
39 48
totaal 2005 totaal 2000
25 55
31 26
44 19
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
35
stelling C:
Aanbieden van woningen via krant en website geeft inzicht in totale aanbod. eens oneens geen mening Alblasserdam 71 11 18 Dordrecht 92 4 4 Hendrik-Ido-Ambacht 83 7 10 Papendrecht 61 10 29 Sliedrecht 63 2 35 Zwijndrecht 54 5 42 woningzoekend geslaagd
73 86
6 5
21 10
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
70 85
5 8
25 8
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
89 83 77 68
3 5 6 6
8 13 18 26
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
75 73 89 78
5 6 2 8
20 21 9 14
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
73 77
6 5
21 18
totaal 2005 totaal 2000
76 63
6 30
19 8
oneens 15 48 44 13 17 22
geen mening 11 12 22 8 10 15
stelling D:
Woningzoekenden uit eigen gemeenten voorrang. eens Alblasserdam 75 Dordrecht 40 Hendrik-Ido-Ambacht 34 Papendrecht 80 Sliedrecht 72 Zwijndrecht 64 woningzoekend geslaagd
56 52
33 28
11 21
niet-actief woningzoekend actief woningzoekend
60 43
31 43
10 15
18-34 jaar 35-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder
50 48 51 61
36 38 36 27
15 13 13 12
éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden eenoudergezin drie of meer persoonshuishouden
57 59 32 47
30 31 50 30
13 10 17 23
inkomensgroep 1 inkomensgroep 2
55 55
31 33
13 12
totaal 2005 totaal 2000
55 59
32 33
13 8
36
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Informatie gevraagd bij instanties?
Gemeente Dordrecht Gemeente Zwijndrecht Gemeente Sliedrecht Gemeente Papendrecht Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht Gemeente Alblasserdam Corporatie Tablis Wonen Corporatie Westwaard Wonen Corporatie Rhiant Corporatie Forta Corporatie Progrez Corporatie Interstede Corporatie Krispijn Wonen Stichting Woonkeus Drechtsteden andere instantie
wel eens informatie gevraagd? % van totaal in absolute aantallen 1 5 0,4 5 1 12 1 8 1 9 0,2 4 2 38 8 94 3 38 3 27 8 43 6 28 1 7 3 21 2 17
Tevreden over afhandeling? (in absolute aantallen)
Gemeente Dordrecht Gemeente Zwijndrecht Gemeente Sliedrecht Gemeente Papendrecht Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht Gemeente Alblasserdam Corporatie Tablis Wonen Corporatie Westwaard Wonen Corporatie Rhiant Corporatie Forta Corporatie Progrez Corporatie Interstede Corporatie Krispijn Wonen Stichting Woonkeus Drechtsteden andere instantie
tevreden of ontevreden? tevreden 2 3 10 6 8 3 36 82 33 23 36 26 6 19 14
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
ontevreden 3 2 2 2 1 1 2 12 5 4 7 2 1 2 3
37
38
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Publicaties van het Sociaal Geografisch Bureau Openbare orde en veiligheid Veiligheidsbeleving op school 2004 Evaluatie Stadswachten in de wijken Leefbaarheid en veiligheid in Dordrecht 2005 Leefbaarheid en Veiligheid in Sliedrecht 2005 Leefbaarheid en veiligheid in Alblasserdam Leefbaarheid en veiligheid Zwijndrecht 2005
2004 2005 2005 2005 2005 2006
Verkeer en vervoer Parkeerregulering Groenedijk/Oranjelaan Evaluatie Wijkverkeersplannen
2003 2005
Sociaal-economisch beleid Monitor werk 2002 2003 Horecabezoek en beoordeling van de Dordtse horeca door de Dordtse bevolking anno 2004 2004 Monitor vraagzijde arbeidsmarkt havengebonden cluster Rijnmond 2004 Evaluatie vrijdagmiddagmarkt 2005 Koopgedrag, koopstromen en het functioneren van het aanbod in de sector dagelijkse artikelen 2005 Monitor Binnenstad Dordrecht 2004 2005 Passantenenquête Kernwinkelgebied 2004 2005 Onderwijs Integrale leerlingenprognose gemeente Dordrecht 2002-2018 ROC’s Albeda College en Da Vinci College in de Hoeksche Waard Behoefte onderzoek kinderopvang Dordrecht Kiezen voor beroepsonderwijs Monitor Lokaal Onderwijs Dordrecht 2004/2005 Vrije tijd, cultuur, sport en recreatie Boekenmarkt Dordrecht 2002 Kerstmarkt Dordrecht 2001 Publieksonderzoek Wantijpop/Rainbowpark 2002 Onderzoek Openbare Bibliotheek Dordrecht Publieksonderzoek Zomerkermis 2003 Dordtenaren over recreatie in het buitengebied Evaluatie Dordt in Stoom Evaluatie Rhythm & Blues Festival Gebruikers en deelnemers over gemeentelijke sportvoorzieningen Meningspeiling theatervoorziening in Dordrecht Toervaarders over Dordrecht Vrijwilligerswerk in Dordrecht 2003 Bereik en waardering RTV Dordrecht Internationaal Poppentheater Festival 2005 Cultuurbereik 2005
2003 2003 2004 2005 2005 2002 2002 2002 2003 2003 2004 2004 2004 2004 2004 2004 2004 2005 2005 2005
Sociale voorzieningen en maatschappelijk werk Behoefte-onderzoek Dubbeldam Evaluatie Gezondheidsmanagement Jongeren Dordrecht 2003 Monitor Sociaal Programma Oud-Krispijn Zuid-3 Onze buurt aan zet, tussenevaluatie Gewenst voorzieningenniveau Leerdam-West en West-west Jongeren en huiswerk Opinie buurtwerk Tussenstand Route 23 Wijkpanel Staart Veilig Wijkpanel Veilig opgroeien in de Staart Factsheet Sociale Staat van Dordrecht 2005 0-Meting SMS-Kinderfonds Ouderenmonitor 2005
2005 2005 2005 2005 2005 2006 2006 2006 2006
Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Verslag Geschikt Wonen Evaluatie project dynamisch wonen Behoefte aanleunwoningen Sterrenburg Verhuisonderzoek Drechtsteden 2004
2003 2004 2005 2005
2004 2004 2004 2004 2004
Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem
Woonmonitor Dordrecht 2005 Woonmonitor Drechtsteden 2005
2005 2005
Algemeen bestuur en maatschappelijke verkenningen Bezoekersonderzoek Dag van Dordt 2003 Evaluatie Dualisme 1e fase 2003 Feiten, belevingen en trends Papendrecht 2003 Dit is Dordt 2004 Vertrouwen in het bestuur en oordeel over raadscommunicatie 2004 Bekend maakt bemind Monitor Beeld van Dordrecht 2005 Evaluatie waarderingsgesprekken 2005 Het meetbaar maken van beleidsdoelstellingen uit de programmabegroting 2005 gem. Papendrecht 2005 Inventaristatie WMO Drechtsteden 2005 Wijkpanel Staart Imago 2005 Prognose plechtigheden op de Essenhof in Dordrecht 2005-2020 2006 Staat van de stad en regio 2005 2006 Milieu Belevingswaardeonderzoek oppervlaktewater Ridderkerk Ruimte voor de rivier Belevingswaardeonderzoek oppervlaktewater Krimpenerwaard Evaluatie hondenbeleid Gebruik toegangssysteem ondergrondse containers Milieumonitor Dordrecht 2003 Evaluatie proef mini-container papier Bevolking Huishoudenprognose 1998-2010 Bevolkingsprognose per wijk gemeente Dordrecht 2004-2020 Integratiemonitor Dordrecht 2005
2003 2003 2004 2004 2004 2004 2005 1998 2004 2006
Klanttevredenheid Klanttevredenheidsonderzoek WVG Zwijndrecht Basisscholen over Weizigt NMC Klanttevredenheidsonderzoek Groenvoorziening 2003 Klanttevredenheidsonderzoek Maaltijdservice Klanttevredenheidsonderzoek Onderwijs en Welzijn Klanttevredenheidsonderzoek Personenalarmering Klanttevredenheidsonderzoek Stafdiensten Medewerkerstevredenheidsonderzoek Stafdiensten Bekendheid en wensen Ondernemersloket Medewerkerstevredenheidsonderzoek Aquapulca Medewerkerstevredenheidsonderzoek Gemeente Gorinchem Klanttevredenheidsonderzoek DrechtHopper Relatie casemanagers en reïntegratiebedrijven: aanzet tot een monitor Klanttevredenheidsonderzoek Monumenten Klanttevredenheidsonderzoek Parkeren 2006
2003 2004 2004 2004 2004 2004 2004 2004 2005 2005 2005 2006 2006 2006 2006
Bovenstaande lijst bevat een selectie van publicaties van het SGB Algemeen Dordt op z’n droogst jaarlijks Staat van de wijken meerjarig Tabellenboek Bedrijvenregister Dordrecht jaarlijks Meer cijfers en trends kunt u vinden op onze website www.sociaalgeografischbureau.nl Informatie/bestellen: telefoon: (078) 639 64 65 schriftelijk: Sociaal Geografisch Bureau Postbus 8 - 3300 AA DORDRECHT e-mail [email protected] website www.sociaalgeografischbureau.nl fax 078 -639 80 80
39