e nd n e S rz ta o ti e s k ti e k
O
r k e e o nV z r e e d r e n e O erk V
r e vo
6 0 20
Colofon Dit is een onderzoeksrapportage gemaakt door: Onderzoek en Statistiek Verkrijgbaar, zolang de voorraad strekt bij:
Gemeente Lelystad Onderzoek en Statistiek Postbus 91 8200 AB Lelystad T 0320 27 85 74 F 0320 27 82 45 e-mail:
[email protected]
Voor feiten en cijfers en overige onderzoeks rapporten kunt u terecht op onze website: www.lelystad.nl
Lelystad, juni 2006
INHOUDSOPGAVE 0.
SAMENVATTING............................................................................................................3 0.1 Algemeen...............................................................................................................3 0.2 Bereikbaarheid.......................................................................................................3 0.3 Fietsvoorzieningen en -beleid ...............................................................................3 0.4 Parkeren ................................................................................................................4 0.5 Verkeersgedrag en -veiligheid...............................................................................4 0.6 Verkeersmaatregelen ............................................................................................5 0.7 Oordeel verkeersvoorzieningen ............................................................................5
1.
INLEIDING.......................................................................................................................7
2.
ALGEMEEN ....................................................................................................................8 2.1 Vervoermiddelen....................................................................................................8 2.2 Beoordeling onderhoud verharding .......................................................................9 2.3 Redenen negatieve beoordeling onderhoud verharding ....................................11
3.
BEREIKBAARHEID .......................................................................................................12 3.1 Bereikbaarheid per auto ......................................................................................12 3.2 Bereikbaarheid per openbaar vervoer.................................................................13 3.3 Bereikbaarheid per fiets.......................................................................................15
4.
FIETSVOORZIENINGEN EN -BELEID .........................................................................16 4.1 Aantal stallingmogelijkheden ...............................................................................16 4.2 Onderhoud fietsvoorzieningen ............................................................................17 4.3 Fietsbeleid............................................................................................................18
5.
PARKEREN...................................................................................................................20 5.1 Parkeren eigen straat / directe omgeving ...........................................................20 5.2 Parkeren in het stadscentrum .............................................................................21
6.
VERKEERSGEDRAG EN –VEILIGHEID ......................................................................23 6.1 Buurtproblemen op het gebied van verkeer en vervoer .....................................23 6.2 Verkeersveiligheid ...............................................................................................24
7.
VERKEERSMAATREGELEN .......................................................................................26 7.1 Voldoende verkeersmaatregelen ........................................................................26 7.2 Maatregelen ter vergroting van verkeersveiligheid .............................................28 7.3 Rolstoeltoegankelijkheid ......................................................................................28
8.
OORDEEL VERKEERSVOORZIENINGEN .................................................................29 8.1 Beoordeling verkeer- en vervoerthema’s ............................................................29 8.2 Ergernissen verkeer en vervoer ..........................................................................30 8.3 Positief verkeer en vervoer..................................................................................34 8.4 Verbeterpunten ....................................................................................................36
9.
TECHNISCHE TOELICHTING......................................................................................39 9.1 Vragenlijst en steekproef .....................................................................................39 9.2 Betrouwbaarheid en nauwkeurigheid ..................................................................39 9.3 Weging.................................................................................................................40 9.4 Wijkindeling..........................................................................................................40 9.6 Achtergrondkenmerken .......................................................................................41
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
1
9.7 9.8 9.9
Geslacht...............................................................................................................41 Leeftijd..................................................................................................................42 Wijk ......................................................................................................................43 BIJLAGE V RAGENLIJST ONDERZOEK V ERKEER EN VERVOER 2006 MET ANTWOORDFREQUENTIES ...........45
2
Verkeer en Vervoer 2006
0. SAMENVATTING 0.1
Algemeen Het is niet verbazingwekkend dat de fiets en de auto de meest gebruikte vervoermiddelen zijn. Het onderhoud van de verharding waarop men zich voortbeweegt is tevens onderzocht. De dreven krijgen de hoogste beoordeling (6,7), gevolgd door de straten / wegen (6,4), de fietspaden (6,3) en de voetpaden / trottoirs (6,0). In Lelystad-Haven worden de hoogste cijfers gegeven voor het onderhoud en in de Zuiderzeewijk de laagste.
0.2
Bereikbaarheid De interne bereikbaarheid (de onderdelen bereikbaarheid woning en hoofdwegen/dreven) en de externe bereikbaarheid (bereikbaarheid Lelystad van buitenaf en vanuit Lelystad makkelijk overal naar toe) scoren het best als het gaat over de bereikbaarheid per auto. Daarna volgt de bereikbaarheid van het stadscentrum en de bereikbaarheid binnen Lelystad (zijn beide ook een onderdeel van de eerder genoemde interne bereikbaarheid). Het door bezoekers vinden van de woning, de bewegwijzering en de logica van het wegennetwerk scoren het laagst. Bij de bereikbaarheid per openbaar vervoer vinden de meeste Lelystedelingen dat de bus toegankelijk is (het is niet lastig om de bus in te komen). Slechts eenvijfde vindt dat het Lelystadse openbaar vervoer een aantrekkelijk alternatief vormt voor de auto. De goede bereikbaarheid per fiets van het stadscentrum van Lelystad vanuit de eigen woning steekt met kop en schouders uit boven de andere onderwerpen van bereikbaarheid per fiets. Over de bewegwijzering is men het minst tevreden. Dit geldt vooral voor de bewegwijzering van het stadscentrum richting de eigen woning en in iets mindere mate voor de route richting het stadscentrum.
0.3
Fietsvoorzieningen en -beleid Zo’n tweederde van de Lelystedelingen geeft aan dat er (te) weinig onbewaakte stallingmogelijkheden zijn bij het station. Van bewaakte stallingmogelijkheden bij het station is er volgens ruim de helft een tekort. In het stadscentrum is volgens ongeveer tweevijfde een tekort aan stallingmogelijkheden. Qua onderhoud van fietsvoorzieningen is men het minst tevreden over de bewegwijzering van de fietspaden. In positieve zin springen de verharding van de fietspaden in de eigen wijk en de fietsbruggen erbovenuit. Over de verharding van de fietspaden zijn de bewoners van de Waterwijk het meest
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
3
tevreden en de bewoners van de Zuiderzeewijk het minst. Wat betreft de fietsbruggen is men in de Waterwijk en Boswijk het meest tevreden, terwijl 1 men er in KeKoGoSc en in de Kustwijk het minst tevreden over is. Tevens is gevraagd naar een aantal onderwerpen van het fietsbeleid van de gemeente Lelystad. Het meest tevreden is men over de verkeersveiligheid van fietsers (kans op botsing), terwijl men het minst tevreden is over de aanpak van fietsendiefstal. Het totale fietsbeleid van de gemeente wordt gemiddeld beoordeeld met een 6,5.
0.4
Parkeren Acht op de tien Lelystedelingen is tevreden over de afstand van de parkeerplaatsen tot de eigen woning. Over het onderhoud van de parkeerplaatsen en het aantal parkeerplaatsen is slechts iets meer dan de helft tevreden. Op 17 juni 2005 is de eerste parkeergarage in Lelystad met achteraf betalen geopend (de parkeergarage Zilverpark). Over dit systeem van achteraf betalen in een parkeergarage is maar liefst zes op de zeven bewoners tevreden. Opmerkelijk is dat er hier een verschil wordt gevonden tussen de verschillende wijken van Lelystad. Slechts zeven op de tien bewoners van de Zuiderzeewijk is tevreden over dit systeem, terwijl dit in de andere wijken veel hoger is. Over het onderhoud van de parkeerplaatsen in het stadscentrum en het aantal parkeerplaatsen in het stadscentrum is respectievelijk 58% en 47% tevreden. Slechts eenvijfde is tevreden over het parkeertarief van de parkeerplaatsen waarvoor betaald moet worden. Ruim de helft van de Lelystedelingen vindt de parkeertarieven (te) hoog en ruim eenderde vindt ze hoog noch laag. Slechts 3% vindt de parkeertarieven (te) laag. Tevens is gevraagd naar suggesties ter verbetering van de parkeerfaciliteiten. Met stip werd het invoeren van achteraf betaald parkeren genoemd. Daarna werden het breder / ruimer maken van de parkeerplaatsen en het invoeren van achteraf betaald parkeren bij het ziekenhuis het vaakst genoemd.
0.5
Verkeersgedrag en -veiligheid Inwoners hebben voor een reeks problemen op het gebied van verkeer en vervoer aangegeven in welke mate deze in hun buurt voorkomen (vaak, soms of (bijna) nooit). Overlast door snelheid van het verkeer en parkeeroverlast komen volgens een kwart van de Lelystedelingen vaak voor. Geluidsoverlast en agressief verkeersgedrag volgen daarna en worden door ongeveer een op de zes als vaak voorkomend bestempeld. Over het geheel
1
KeKoGoSc is een afkorting van de vier buurten (Kempenaar, Kogge, Gondel, Schouw ) waaruit de wijk is samengesteld. Deze wijk wordt ook wel Stedelijk eiland genoemd. Wijkpost De Bolder is de wijkpost van deze wijk.
4
Verkeer en Vervoer 2006
bezien heeft de Waterwijk het meest en Lelystad-Haven het minst last van buurtproblemen op het gebied van verkeer en vervoer. De verkeersveiligheid wordt gemiddeld beoordeeld met een 6,6. Zo’n 61% van de Lelystedelingen vindt de verkeersveiligheid in het algemeen (zeer) goed. De verkeersveiligheid als voetganger en als automobilist worden het best beoordeeld, terwijl de verkeersveiligheid als bromfietser / scooterbestuurder het slechtst wordt beoordeeld. De verkeersveiligheid als (snor)fietser en motorrijder liggen hier tussenin.
0.6
Verkeersmaatregelen Meer dan de helft van de Lelystedelingen vindt dat er (te) veel drempels / plateaus zijn in Lelystad en bijna de helft vindt dat er (te) veel zijn in de eigen buurt. Tevens vindt de helft van de Lelystedelingen dat er (te) veel (turbo)rotondes zijn. Welke maatregelen zijn volgens de Lelystedelingen noodzakelijk om de verkeersveiligheid te vergroten? Meer snelheidscontroles wordt door 30% genoemd. Ruim een kwart (27%) vindt dat er geen extra maatregelen nodig zijn. Verlaging van de maximumsnelheden, andere vormgeving plateaus / drempels (‘minder steil’ wordt vooral genoemd) en versmallingen / asverspringingen worden elk door ongeveer eenvijfde genoemd. Meer plateaus / drempels wordt door slechts 12% genoemd.
0.7
Oordeel verkeersvoorzieningen Aan de Lelystedelingen is gevraagd een rapportcijfer te geven voor een aantal thema’s op het gebied van verkeer en vervoer. Van deze thema’s wordt de bereikbaarheid van Lelystad het hoogst gewaardeerd (gemiddeld rapportcijfer is 7,5). De doorstroming binnen Lelystad wordt het laagst beoordeeld (6,0). Bij deze thema’s zijn er alleen verschillen tussen de wijken op het gebied van openbaar vervoer. In de Zuiderzeewijk en de Atolwijk geeft men gemiddeld het laagste cijfer voor het openbaar vervoer: 6,2. Het hoogste cijfer wordt gegeven in Havendiep (6,7). De Lelystedelingen ergeren zich aan de vele opbrekingen in Lelystad en de duur van de werkzaamheden. Ook het veranderen van de drevenstructuur is een doorn in het oog van vele Lelystedelingen; hierdoor ontstaan er files op de dreven, bij het station en bij het Stadshart. De Lelystedelingen ervaren het gescheiden verkeer (fietsers en / of voetgangers gescheiden van autoverkeer) als verreweg het meest positieve op het gebied van verkeer en vervoer. Aan de Lelystedelingen is een lijst voorgelegd met daarop een negental onderwerpen op het gebied van verkeer en vervoer. De twee belangrijkste onderwerpen op het gebied van verkeer en vervoer, welke de gemeente de komende jaren met voorrang moet verbeteren, zijn volgens Lelystedelingen
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
5
‘een verkeersveiligere omgeving’ en ‘meer parkeergelegenheid in het stadscentrum’. Daarna volgen de onderwerpen ‘meer parkeergelegenheid in de wijken’, ‘een betere bereikbaarheid met de fiets’, ‘beter voetpadennetwerk’ en ‘een betere bereikbaarheid met het openbaar vervoer’. ‘Minder geluidsoverlast’, ‘grotere rolstoeltoegankelijkheid’ en ‘een betere bereikbaarheid met de auto’ worden minder vaak genoemd. De Waterwijk, Havendiep, Boswijk en Zuiderzeewijk hebben een verkeersveiligere omgeving het hoogst in het vaandel staan. Bewoners van Kustwijk, Lelystad-Haven en Atolwijk kiezen het meest voor meer parkeergelegenheid in het stadscentrum. Opvallend is dat de bewoners van KeKoGoSc de hoogste prioriteit geven aan een beter voetpadennetwerk.
6
Verkeer en Vervoer 2006
1. INLEIDING In maart 2006 heeft het onderzoek ‘Verkeer en Vervoer 2006’ onder het LelyStadsPanel plaatsgevonden. Doel van dit onderzoek was het inventariseren van de wensen en meningen van bewoners over verkeer en vervoer. In het onderzoek is onder andere gevraagd naar de bereikbaarheid (met auto, openbaar vervoer en fiets), fietsvoorzieningen, parkeerfaciliteiten, verkeersgedrag, verkeersveiligheid en verkeersmaatregelen. Bij het maken van (nieuw) beleid op het gebied van verkeer en vervoer zal rekening worden gehouden met de uitkomsten van dit onderzoek. Er is gebruik gemaakt van een vragenlijst via internet voor de internetpanelleden en van een schriftelijke vragenlijst die per post is verstuurd naar de schriftelijke panelleden, zie ook de bijlage. De ingevulde lijsten zijn in de meeste gevallen door de respondenten teruggestuurd, maar konden ook worden afgegeven op het stadhuis. Er is eenmaal schriftelijk gerappelleerd. De betrokkenheid onder de leden van het panel is zeer groot, want maar liefst 85% (1.131 respondenten) heeft de enquête ingevuld en geretourneerd. Op het moment van het onderzoek bestond het panel uit 1.330 panelleden. De gegevens die in dit rapport worden gepresenteerd, zijn representatief voor de gehele bevolking van Lelystad. Daar waar in de respons bepaalde categorieën mensen onder- of oververtegenwoordigd zijn, is een wegingsfactor toegepast. Met behulp van deze wegingsfactor is de ‘scheve’ verhouding gecompenseerd. Het betreft een gecombineerde wegingsfactor die drie onderdelen in zich bergt: leeftijdsgroep, geslacht en stadsdeel. Zie hiervoor ook hoofdstuk 9 Technische toelichting. Eerst wordt in hoofdstuk 2 beschreven welke vervoermiddelen Lelystedelingen gebruiken en wat ze vinden van het onderhoud van de verschillende soorten verharding in de stad. In hoofdstuk 3 komt de bereikbaarheid van en binnen Lelystad per auto, openbaar vervoer en fiets aan de orde. Fietsvoorzieningen en fietsbeleid zijn vervolgens aan de beurt in hoofdstuk 4, gevolgd door parkeren in hoofdstuk 5. Vervolgens komen in hoofdstuk 6 verkeersgedrag en verkeersveiligheid aan bod, waarna in hoofdstuk 7 verkeersmaatregelen worden behandeld. Hoofdstuk 8 geeft het oordeel over verkeersvoorzieningen weer, waaronder het beoordelen van verschillende thema’s op het gebied van verkeer en vervoer. Ook de ervaren positieve en negatieve aspecten op het gebied van verkeer en vervoer komen hierin aan de orde, evenals de gewenste verbeterpunten.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
7
2. ALGEMEEN 2.1
Vervoermiddelen Een gemiddeld Lelystads huishouden beschikt qua vervoermiddelen over 2 fietsen en 1 auto. In tabel 2.1.1 staat weergegeven welke vervoermiddelen 2 men persoonlijk minimaal 1 keer per maand gebruikt. De fiets en de auto als bestuurder worden veruit het meest gebruikt (respectievelijk 85% en 82%). Daarna volgen de auto als passagier en de trein (respectievelijk 49% en 40%). Ruim een kwart (27%) maakt minimaal 1 keer per maand gebruik van de bus. Van de motor, snorfiets, bromfiets en rolstoel / scootmobiel / rollator wordt veel minder gebruik gemaakt.
Tabel 2.1.1 Vervoermiddelen die men persoonlijk minimaal 1 keer per maand gebruikt* Vervoermiddel Fiets
% 85
Auto als bestuurder
82
Auto als passagier
49
Openbaar vervoer (trein)
40
Openbaar vervoer (bus)
27
Motor
6
Snorfiets (dragen van helm niet verplicht)
3
Bromfiets (dragen van helm verplicht)
2
Rolstoel, scootmobiel, rollator
2
* Meerdere antwoorden waren mogelijk, waardoor de percentages optellen tot boven 100%. Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Tevens is gevraagd naar abonnementsbezit van het openbaar vervoer. Ruim tweederde (67%) heeft geen (geldig) abonnement voor het openbaar vervoer. Eenderde van de Lelystedelingen (33%) is in het bezit van een geldig abonnement van de Nederlandse Spoorwegen, 3% van de bus voor het stads vervoer binnen Lelystad en 2% van de bus voor het streekvervoer. Bijna de helft van de Lelystedelingen (47%) gaat enkele keren per week naar het stadscentrum. Meestal neemt men dan de auto (48%) of de (snor)fiets (36% ), zie tabel 2.1.2.
2
Bij het onderhavige onderzoek zijn bewoners uit Lelystad van 18 jaar en ouder ondervraagd, die lid zijn van het LelyStadsPanel.
8
Verkeer en Vervoer 2006
Tabel 2.1.2 Vervoermiddelen die men gebruikt om naar het stadscentrum te gaan* Vervoermiddel Auto Fiets / snorfiets Te voet Bus Bromfiets / scooter Motor Taxi Anders
% 48 36 10 4 1 0 0 1
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
2.2
Beoordeling onderhoud verharding Onder verharding vallen de voetpaden / trottoirs, fietspaden, straten / wegen en dreven. Uit tabel 2.2.1 blijkt dat het onderhoud van de dreven het hoogst wordt gewaardeerd (rapportcijfer 6,7). Daarna volgen de straten / wegen (6,4), de fietspaden (6,3) en de voetpaden / trottoirs (6,0). Wat betreft de drie laatstgenoemde vormen van verharding zijn er verschillen te zien tussen de Lelystadse wijken. In Lelystad-Haven worden de hoogste cijfers gegeven voor het onderhoud, terwijl de laagste cijfers worden gegeven in de Zuiderzeewijk.
Tabel 2.2.1 Waardering (rapportcijfers) voor het onderhoud van verschillende vormen van verharding
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc* Kustwijk Havendiep Haven Totaal
Voetpaden / trottoirs 5,5 5,9 6,1 6,3 5,7 6,0 6,2 6,3 6,0
Fietspaden 5,6 5,9 6,4 6,4 6,1 6,5 6,3 6,7 6,3
Straten / wegen 6,1 6,4 6,4 6,7 6,1 6,2 6,5 6,9 6,4
Dreven 6,4 6,9 6,5 6,6 6,5 6,7 6,7 6,9 6,7
*Kempenaar, Kogge, Gondel, Schouw Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Tevens is onderzocht of de gebruikers van de verschillende vormen van verharding er een andere mening op nahouden dan de niet -gebruikers. Voor de voetpaden / trottoirs is dit helaas niet mogelijk, aangezien (bijna) iedereen wel eens van de ‘benenwagen’ gebruik maakt.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
9
Bij de fietspaden vormen de bewoners die minimaal 1 keer per maand bin3 nen Lelystad gebruik maken van een (snor)fiets de gebruikersgroep. Deze gebruikersgroep geeft gemiddeld een 6,3 voor het onderhoud van de fietspaden en de niet-gebruikersgroep geeft gemiddeld een 6,1. Dit verschil is niet significant; het onderhoud van de fietspaden wordt door gebruikers en niet-gebruikers nauwelijks anders beoordeeld. Bij de straten / wegen zijn er meerdere mogelijke gebruikersgroepen: de (snor)fietsers, de motorrijders / bromfietsers, de automobilisten, de autopas4 sagiers en de buspassagiers . In grafiek 2.2.1 worden de rapportcijfers weergeven die de verschillende (niet-)gebruikersgroepen geven voor het onderhoud van de straten / wegen. Opvallend is dat de (snor)fietsers een hoger rapportcijfer geven dan de niet-(snor)fietsers (respectievelijk 6,5 en 6,2). Ook de buspassagiers geven een hoger rapportcijfer dan degenen die niet of minder dan 1 keer per maand gebruik maken van de bus in Lelystad (respectievelijk 6,6 en 6,4). Bij de motorrijders / bromfietsers is het juist de gebruikersgroep die een lager rapportcijfer geeft (6,0) dan de nietgebruikersgroep (6,4). Verder valt op dat de motorrijders / bromfietsers gemiddeld het laagste rapportcijfer geven (6,0) en dat de buspassagiers gemiddeld het hoogste rapportcijfer geven (6,6).
Grafiek 2.2.1 Rapportcijfers onderhoud straten / wegen naar (niet-)gebruikersgroepen 7,5 7,0 6,5 6,0 5,5 5,0
6,5
6,2
6,4
6,4
6,0
6,4
6,4
6,4
6,6
6,4
6,4
Onderhoud straten / wegen (snor)fietsers
niet-(snor)fietsers
motorrijders/bromfietsers
niet-motorrijders/bromfietsers
automobilisten
niet-automobilisten
autopassagiers
niet-autopassagiers
buspassagiers
niet-buspassagiers
Totaal
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Voor de dreven gelden dezelfde gebruikersgroepen als bij de straten / wegen met uitzondering van de (snor)fietsers. Grafiek 2.2.2 laat zien hoe de verschillende (niet-)gebruikersgroepen het onderhoud van de dreven beoordelen. Ook bij het onderhoud van de dreven geven de buspassagiers een hoger cijfer (6,9) dan de niet-buspassagiers (6,6). Tevens geeft de gebruikersgroep motorrijders / bromfietsers ook hier een lager cijfer (6,1) dan de 3
De (hoofd)gebruikers van fietspaden kunnen opgesplitst worden in twee groepen: fietsers en snorfietsers. Aangezien het aantal snorfietsers te laag is om betrouwbare uitspraken te kunnen doen (slechts 33 respondenten), zijn deze twee typen (hoofd)gebruikers samengevoegd tot één categorie. Bovendien is de verwachting dat het oordeel van deze twee typen niet of nauwelijks van elkaar af zal wijken. 4 Bewoners die minimaal 1 keer per maand binnen Lelystad gebruik maken van het betreffende vervoermiddel.
10
Verkeer en Vervoer 2006
niet-gebruikersgroep (6,7). Het onderhoud van de dreven wordt het laagst gewaardeerd door de motorrijders / bromfietsers (6,1) en het hoogst gewaardeerd door de buspassagiers (6,9).
Grafiek 2.2.2 Rapportcijfers onderhoud dreven naar (niet-)gebruikersgroepen 7,5 7,0 6,5 6,0 5,5 5,0
6,7
6,7
6,8
6,7
6,6
6,9
6,6
6,7
6,1
Onderhoud dreven
motorrijders/bromfietsers
niet-motorrijders/bromfietsers
automobilisten
niet-automobilisten
autopassagiers
niet-autopassagiers
buspassagiers
niet-buspassagiers
Totaal
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
2.3
Redenen negatieve beoordeling onderhoud verharding Degenen die een onvoldoende gaven voor het onderhoud van verharding is gevraagd naar de reden van deze onvoldoende. Voor voetpaden / trottoirs zijn de meest genoemde redenen: • Scheve tegels, schuin omhoog, ongelijk, verzakt • Losliggende tegels • Slecht onderhouden • Ontbreken van trottoir (op de rijweg of het fietspad moeten lopen) • Hobbels, bobbels, scheuren, kuilen, gaten (regenplassen blijven lang staan). Vooral de reden ‘scheve, schuin omhoog liggende, ongelijke, verzakte tegels’ steekt met kop en schouders uit boven de andere redenen voor het geven van een onvoldoende voor het onderhoud van de voetpaden / trottoirs. Bij de fietspaden ligt de onvoldoende vooral aan: • Hobbels, bobbels, scheuren, kuilen en gaten (regenplassen) • Scheve tegels, schuin omhoog, ongelijk, verzakt, putdeksels, brede voegen • Slecht onderhouden • Slechte bestrating De ‘hobbels, bobbels, scheuren, kuilen, gaten (regenplassen)’ worden het vaakst als reden genoemd, maar ook de reden ‘scheve tegels, schuin omhoog, ongelijk, verzakt, putdeksels, brede voegen’ wordt vaak genoemd.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
11
3. BEREIKBAARHEID In het onderzoek ‘Verkeer en Vervoer 2006’ zijn er vragen over de bereikbaarheid van en in Lelystad gesteld. Deze zijn gesteld met betrekking tot de bereikbaarheid per auto, per openbaar vervoer en per fiets. In de navolgende paragrafen komen deze onderwerpen achtereenvolgens ter sprake.
3.1
Bereikbaarheid per auto De bereikbaarheid van en in Lelystad per auto is gemeten met behulp van een negental stellingen, waarvan er vijf positief geformuleerd zijn en vier ne5 gatief (zie grafiek 3.1.1 ). Grafiek 3.1.1 Stellingen met betrekking tot de bereikbaarheid van en in Lelystad per auto
Mijn woning is goed bereikbaar per auto
90
Lelystad is van buitenaf slecht bereikbaar per auto
7
8
85
Vanuit Lelystad kan ik met de auto makkelijk overal naar toe
84
Ik kom met de auto moeilijk van mijn straat op de hoofdwegen/dreven van de stad
11
6
9
74
De bereikbaarheid binnen Lelystad per auto is goed
12
63
Mijn woning is lastig te vinden voor bezoek
30
De bewegwijzering voor automobilisten is onvoldoende
17
16
26
Lelystad beschikt over een logisch wegennetwerk (de indeling van de wegen, eenrichtingsverkeer) voor automobilisten 10%
21
Niet eens/ niet oneens
20%
30%
20
53
23
40%
14
53
50
0%
10
80
De bereikbaarheid van het stadscentrum vanuit mijn woning per auto is goed
(Zeer) mee eens
4 6
50%
60%
28
70%
80%
90% 100%
(Zeer) mee oneens
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek 5
In grafiek 3.1.1 zijn de positief geformuleerde stellingen geordend naar het percentage mensen dat het eens is met de stelling en de negatief geformuleerde stellingen zijn geordend naar het percentage dat het oneens is met de stelling. Op deze manier kan je de positieve en negatieve stellingen makkelijker met elkaar vergelijken, omdat de stellingen geordend zijn in dezelfde richting (de positieve richting). Voor het gemak zijn er zwarte blokjes gezet om de witte cijfers waarop de stellingen gesorteerd zijn.
12
Verkeer en Vervoer 2006
Over het algemeen scoren de interne bereikbaarheid (de onderdelen bereikbaarheid woning en hoofdwegen/dreven) en de externe bereikbaarheid (bereikbaarheid Lelystad van buitenaf en vanuit Lelystad makkelijk overal naar toe) het best. Daarna volgt de bereikbaarheid van het stadscentrum en de bereikbaarheid binnen Lelystad (zijn beide ook een onderdeel van de eerder genoemde interne bereikbaarheid). Het door bezoekers vinden van de woning, de bewegwijzering en de logica van het wegennet werk scoren het laagst. Maar liefst 90% van de Lelystedelingen is het eens met de stelling dat hun woning goed bereikbaar is per auto. Niet meer dan de helft is het eens met de stelling dat Lelystad beschikt over een logisch wegennetwerk (de indeling van de wegen, eenrichtingsverkeer) voor automobilisten. Ook de bewegwijzering behoeft nog de nodige aandacht: 53% is het oneens en 26% eens met de stelling dat de bewegwijzering voor automobilisten onvoldoende is. De benodigde extra attentie voor bewegwijzering blijkt tevens uit de 53% die het oneens en 30% die het eens is met de stelling ‘Mijn woning is lastig te vinden voor bezoek’.
3.2
Bereikbaarheid per openbaar vervoer De bereikbaarheid van en in Lelystad per openbaar vervoer is ook middels een negental stellingen gemeten. Hiervan zijn er vijf positief geformuleerd en 6 vier negatief (zie grafiek 3.2.1 ).
6
In grafiek 3.2.1 zijn de positief geformuleerde stellingen geordend naar het percentage mensen dat het eens is met de stelling en de negatief geformuleerde stellingen zijn geordend naar het percentage dat het oneens is met de stelling. Op deze manier kan je de positieve en negatieve stellingen makkelijker met elkaar vergelijken, omdat de stellingen geordend zijn in dezelfde richting (de positieve richting). Voor het gemak zijn er zwarte blokjes gezet om de witte cijfers waarop de stellingen gesorteerd zijn.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
13
Grafiek 3.2.1 Stellingen met betrekking tot de bereikbaarheid van en in Lelystad per openbaar vervoer De bus is ontoegankelijk (het is lastig om de bus in te komen)
7
17
De afstand van mijn huis naar de bushalte is te groot
76
28
9
Er zijn goede busverbindingen van mijn woning naar het stadscentrum
62
De bus vanuit mijn wijk sluit goed aan op de trein
10
57
De bussen in Lelystad rijden te weinig
17
26
Het openbaar vervoer binnen Lelystad is slecht georganiseerd
16
31
De trein sluit goed aan op de bus naar mijn wijk
48
De bereikbaarheid binnen Lelystad per openbaar vervoer is goed
47
Het Lelystadse openbaar vervoer vormt een aantrekkelijk alternatief voor de auto
19
0%
(Zeer) mee eens
63
10%
Niet eens/ niet oneens
24
19
56
53
28
24
22
24
20%
28
30%
31
56
40%
50%
60%
70%
80%
90% 100%
(Zeer) mee oneens
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Maar liefst driekwart (76%) is het oneens met de stelling dat de bus ontoegankelijk is, dat het lastig is om de bus in te komen. Slechts 19% is het ermee eens dat het Lelystadse openbaar vervoer een aantrekkelijk alternatief voor de auto vormt.
14
Verkeer en Vervoer 2006
3.3
Bereikbaarheid per fiets De bereikbaarheid van en in Lelystad per fiets is door middel van een zestal stellingen gemeten, waarvan vier positief geformuleerd zijn en twee negatief 7 (zie grafiek 3.3.1 ).
Grafiek 3.3.1 Stellingen met betrekking tot de bereikbaarheid van en in Lelystad per fiets De bereikbaarheid van het stadscentrum van Lelystad per fiets is goed vanuit mijn woning
85
Lelystad beschikt over een aantrekkelijk fietspadennetwerk
55
In Lelystad hoef ik weinig om te fietsen om te komen waar ik wil zijn
55
Lelystad beschikt over een logisch fietspadennetwerk
46
De bewegwijzering voor fietsers is onvoldoende als men vanaf mijn woning naar het stadscentrum toe fietst
45
De bewegwijzering voor fietsers is onvoldoende als ik van het stadscentrum naar mijn woning fiets
(Zeer) mee eens
24
15
10% 20%
Niet eens/ niet oneens
37
16
40%
50% 60%
21
31
18
30%
8
30
22
50
0%
7
34
70%
80% 90% 100%
(Zeer) mee oneens
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Met voorsprong op 1 staat de goede bereikbaarheid van het stadscentrum van Lelystad per fiets vanuit de eigen woning (85% eens). Daarna volgen op grote afstand de aantrekkelijkheid van het fietspadennetwerk en het weinig om hoeven fietsen (beide 55% eens). Verder vindt 46% dat Lelystad beschikt over een logisch fietspadennetwerk. Men is het meest ontevreden over de bewegwijzering voor fietsers. Circa 45% vindt de bewegwijzering van de eigen woning naar het stadscentrum onvoldoende, terwijl maar liefst de helft van de Lelystedelingen (50%) de bewegwijzering vanaf het stadscentrum naar de eigen woning onvoldoende vindt.
7
In grafiek 3.1.1 zijn de positief geformuleerde stellingen geordend naar het percentage mensen dat het eens is met de stelling en de negatief geformuleerde stellingen zijn geordend naar het percentage dat het oneens is met de stelling. Op deze manier kan je de positieve en negatieve stellingen makkelijker met elkaar vergelijken, omdat de stellingen geordend zijn in dezelfde richting (de positieve richting). Voor het gemak zijn er zwarte blokjes gezet om de witte cijfers waarop de stellingen gesorteerd zijn.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
15
4. FIETSVOORZIENINGEN EN -BELEID Dit hoofdstuk is opgesplitst in drie onderdelen: aantal stallingmogelijkheden, onderhoud fietsvoorzieningen en fietsbeleid. Eerst wordt aandacht besteed aan oordelen over het aantal stallingsmogelijkheden. Vervolgens komt het onderhoud van verschillende fietsvoorzieningen aan de orde, zoals fietsbruggen / -tunnels, verharding / bewegwijzering / verlichting fietspaden en het gehele fietsroutesysteem in Lelystad. Daarna wordt het fietsbeleid aan de orde gesteld. Hieronder vallen de tevredenheid over de (sociale) veiligheid van fietsers, het fietscomfort, de aanpak van fietsendiefstal en het oordeel over het totale fietsbeleid van de gemeente Lelystad.
4.1
Aantal stallingmogelijkheden Bij de stallingmogelijkheden voor fietsen kan gedacht worden aan verschillende soorten stallingmogelijkheden: bewaakt versus onbewaakt en stallingmogelijkheden bij het station versus stallingmogelijkheden bij het stadscentrum. Uit grafiek 4.1.1 blijkt dat er meer behoefte is aan extra stallingmogelijkheden bij het station dan bij het stadscentrum. Tevens vindt men vaker dat er (te) weinig onbewaakte stallingmogelijkheden zijn dan bewaakte. Zo’n 46% vindt dat er in het algemeen (te) weinig stallingmogelijkheden zijn. Dit geldt het sterkst voor de onbewaakte stallingmogelijkheden bij het station (66%). Van bewaakte stallingmogelijkheden bij het station zijn er volgens 55% (te) weinig. Daarna volgen de stallingmogelijkheden in het stadscentrum: 44% geeft aan dat hier (te) weinig onbewaakte stallingmogelijkheden zijn en 40% geeft aan dat er (te) weinig bewaakte stallingmogelijkheden zijn.
Grafiek 4.1.1 Wat vindt u van het aantal ...
onbewaakte stallingmogelijkheden bij het station?
43
bewaakte stallingmogelijkheden bij het station?
23
31
24
stallingmogelijkheden in het algemeen?
20
26
onbewaakte stallingmogelijkheden stadscentrum?
20
25
bewaakte stallingmogelijkheden stadscentrum?
15 0%
10%
Te weinig
30%
Weinig
6
42
11
38
16
49 40%
10 3
39
25 20%
21
50%
60%
1
11 70%
Niet veel/niet weinig
80%
Veel
90%
100%
Te veel
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
16
Verkeer en Vervoer 2006
Tevens is onderzocht hoe de doelgroep (snor)fietsers over het aantal stallingmogelijkheden denkt (zie grafiek 4.1.2). De uitkomsten voor deze specifieke groep wijken nauwelijks af van grafiek 4.1.1.
Grafiek 4.1.2 Wat vindt u van het aantal … (doelgroep (snor)fietsers)
onbewaakte stallingmogelijkheden bij het station?
44
bewaakte stallingmogelijkheden bij het station?
24
31
25
stallingmogelijkheden in het algemeen?
20
26
onbewaakte stallingmogelijkheden stadscentrum?
20
25
bewaakte stallingmogelijkheden stadscentrum?
15 0%
10%
Te weinig
30%
Weinig
12
37
16
48 50%
60%
3 6
42
40%
9
39
24 20%
20
1
11 70%
Niet veel/niet weinig
80%
Veel
90%
100%
Te veel
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
4.2
Onderhoud fietsvoorzieningen Het onderhoud van verschillende fietsvoorzieningen is ook onder de loep genomen (zie tabel 4.2.1). De Lelystedelingen zijn het meest tevreden over de verharding van de fietspaden in hun wijk en over de fietsbruggen (beide ruim 60% tevreden). Over de verlichting van de fietspaden in hun wijk en de fietstunnels is iets meer dan de helft van de Lelystedelingen tevreden (beide 55%). Over het gehele fietsroutesysteem is 48% tevreden en het minst tevreden is men over de bewegwijzering van de fietspaden (32%). Over deze laatste categorie zijn zelfs als enige meer ontevredenen dan tevredenen. Bij de fietsbruggen en bij de verharding van de fietspaden in de wijk zijn er verschillen tussen de wijken. Over de fietsbruggen is men in de Waterwijk en Boswijk het meest tevreden (respectievelijk 68% en 66%), terwijl men er in 8 KeKoGoSc en in de Kustwijk het minst tevreden over is (respectievelijk 51% en 52%). Wat betreft de verharding van de fietspaden in de wijk zijn de bewoners van de Waterwijk het meest tevreden (70%) en de bewoners van de Zuiderzeewijk het minst (46%).
8
KeKoGoSc is een afkorting van de vier buurten (Kempenaar, Kogge, Gondel, Schouw) waaruit de wijk is samengesteld. Deze wijk wordt ook wel Stedelijk eiland genoemd. Wijkpost De Bolder is de wijkpost van deze wijk.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
17
Tabel 4.2.1 Tevredenheid over het onderhoud van fietsvoorzieningen (% (zeer) tevreden)
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
Bewegwijzering
Gehele fiets routesysteem
Tunnels
Verlichting
Bruggen
Verharding
37 28 33 33 32 34 33 23 32
41 49 53 44 52 46 50 46 48
48 53 56 66 50 50 58 47 55
54 52 50 60 64 58 54 53 55
60 62 65 68 51 52 62 61 60
46 57 66 70 58 58 61 66 61
Wanneer alleen de doelgroep (snor) fietsers wordt onderzocht vinden we ongeveer dezelfde resultaten (zie tabel 4.2.2).
Tabel 4.2.2 Tevredenheid over het onderhoud van fietsvoorzieningen (% (zeer) tevreden) doelgroep (snor)fietsers Bewegwijzering 38 29 30 32 33 32 33 26 31
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
4.3
Gehele fietsroutesysteem 42 51 52 44 54 48 49 52 49
Verlichting
Tunnels
Verharding
Bruggen
55 53 49 59 62 56 55 57 55
50 55 54 68 51 50 59 50 56
48 59 66 71 57 54 62 69 61
63 65 65 70 51 50 62 64 61
Fietsbeleid Tevens is gevraagd naar een aantal onderwerpen van het fietsbeleid van de gemeente Lelystad (zie tabel 4.3.1). Het meest tevreden is men over de verkeersveiligheid van fietsers (kans op botsing): 58% is hierover (zeer) tevreden. Daarna volgen fietscomfort en sociale veiligheid (respectievelijk 47% en 40% tevreden). Over de aanpak van fietsendiefstal is slechts eenvijfde (20%) tevreden. Het totale fietsbeleid van de gemeente wordt gemiddeld beoordeeld met een 6,5. Wat betreft de aanpak van fietsendiefstal, het fietscomfort en de verkeersveiligheid van fietsers zijn er verschillen tussen de wijken. Over de aanpak van fietsendiefstal zijn de bewoners van de Waterwijk (33%) en KeKoGoSc (30%) het meest tevreden en de bewoners van de Zuiderzeewijk (14%) en Atolwijk (15%) het minst. De wijken Lelystad-Haven en Havendiep zijn qua
18
Verkeer en Vervoer 2006
fietscomfort het meest tevreden (respectievelijk 55% en 54%), terwijl men in KeKoGoSc hierover het minst tevreden is (36%). Maar liefst 80% van de bewoners van Lelystad-Haven zijn (zeer) tevreden over de verkeersveiligheid van fietsers, terwijl bijna de helft (49%) van de bewoners van Havendiep en Zuiderzeewijk hierover te spreken zijn. Tabel 4.3.1 Tevredenheid over onderwerpen van het fietsbeleid van de gemeente Lelystad (% (zeer) tevreden)
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
Aanpak fietsendiefstal
Sociale veiligheid
Fietscomfort
Verkeersveiligheid
14 15 18 33 30 17 18 21 20
34 37 38 38 42 45 40 49 40
39 38 48 52 36 51 54 55 47
49 54 62 55 51 69 49 80 58
Wanneer alleen de doelgroep (snor) fietsers wordt onderzocht vinden we ongeveer dezelfde resultaten (zie tabel 4.3.2). (Snor)fietsers waarderen het totale fietsbeleid van de gemeente Lelystad gemiddeld met een 6,6. Wat betreft dit gemiddelde zijn er geen verschillen tussen de verschillende wijken van Lelystad. Tabel 4.3.1 Tevredenheid over onderwerpen van het fietsbeleid van de gemeente Lelystad (% (zeer) tevreden) doelgroep (snor)fietsers
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
Aanpak fietsendiefstal
Sociale veiligheid
Fietscomfort
Verkeersveiligheid
16 16 18 36 31 18 17 26 21
38 39 38 36 43 48 40 45 41
39 40 47 53 37 51 55 55 48
52 55 61 54 55 70 48 81 59
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
19
5. PARKEREN Bij parkeren gaat het zowel over het parkeren in de eigen straat als over het parkeren in het stadscentrum. Zaken die aan de orde komen zijn onder andere het aantal parkeerplaatsen, het onderhoud, het parkeertarief en het systeem van achteraf betalen.
5.1
Parkeren eigen straat / directe omgeving Ruim eenderde (37%) geeft aan geen parkeermogelijkheid op eigen terrein te hebben. Zo’n 12% beschikt over een carport (halfopen met dak), 29% heeft een eigen garage (gesloten) en 46% heeft een ‘andere parkeermogelijkheid op eigen terrein’. Het is daarom niet verwonderlijk dat de auto’s meestal geparkeerd worden op een andere parkeermogelijkheid op eigen terrein (40%), in de eigen straat op openbaar terrein (28%) en voor het eigen huis op openbaar terrein (28%). Maar liefst 82% is tevreden over de afstand van de parkeerplaatsen tot de eigen woning (zie tabel 4.3.1). In het algemeen is 59% tevreden over de parkeerplaatsen in de buurt van de eigen woning. Over het onderhoud van de parkeerplaatsen en het aantal parkeerplaatsen is slechts 56% tevreden. Wanneer het gaat over het aantal parkeerplaatsen, het onderhoud van de parkeerplaatsen en de parkeerplaatsen in het algemeen zijn er verschillen tussen de wijken te constateren. Wat betreft de tevredenheid over het aantal parkeerplaatsen spannen de Atolwijk (72%) en Lelystad-Haven (70%) de kroon, terwijl Havendiep, Boswijk en Kustwijk (respectievelijk 45%, 46% en 47%) hierover het minst tevreden zijn. Over het onderhoud is men in Lelystad-Haven het meest tevreden (74%), terwijl men hierover in de KeKoGoSc het minst tevreden is (slechts 43%). De algemene tevredenheid over de parkeerplaatsen in de buurt van de eigen woning is het hoogst in de Atolwijk (73%) en Lelystad-Haven (71%) en het laagst in Havendiep (47%) en Boswijk (50%).
Tabel 4.3.1 Tevredenheid over parkeerplaatsen in de eigen straat / directe omgeving (% (zeer) tevreden)
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven Totaal
20
Aantal
Onderhoud
Algemeen
65 72 46 53 63 47 45 70 56
53 56 54 69 43 47 58 74 56
58 73 50 61 62 57 47 71 59
Afstand parkeerplaats - woning 82 87 80 79 81 87 76 85 82
Verkeer en Vervoer 2006
5.2
Parkeren in het stadscentrum
Op 17 juni 2005 is de eerste parkeergarage in Lelystad met achteraf betalen geopend (de parkeergarage Zilverpark). Over dit systeem van achteraf betalen in een parkeergarage is maar liefst 86% tevreden. Opmerkelijk is dat er hier een verschil wordt gevonden tussen de verschillende wijken van Lelystad. Slechts 70% van de bewoners van de Zuiderzeewijk is tevreden over dit systeem, terwijl de tevredenen in de andere wijken variëren tussen de 84% en 92%. In het algemeen is 55% tevreden over het parkeren in parkeergarages. Over het onderhoud van de parkeerplaatsen in het stadscentrum en het aantal parkeerplaatsen in het stadscentrum is respectievelijk 58% en 47% tevreden. Over het parkeertarief van de parkeerplaatsen waarvoor betaald moet worden is niet meer dan 22% tevreden. Meer dan de helft (57%) van de Lelystedelingen vindt de parkeertarieven (te) hoog en ruim eenderde (39%) vindt ze hoog noch laag. Slechts 3% vindt de parkeertarieven (te) laag. Tevens is gevraagd of men wellicht ideeën of suggesties heeft ter verbetering van de parkeergarages / parkeerfaciliteiten. De meest genoemde ideeen zijn: • Overal / meer achteraf betaald parkeren invoeren • Bredere / ruimere parkeerplaatsen • Achteraf betaald parkeren invoeren bij het ziekenhuis • Betere / meer verlichting • Meer (camera)toezicht / bewaking / controle / parkeerwachter / beveiliging, veiliger voelen • Verlagen parkeertarief / gratis parkeren Het invoeren van achteraf betaald parkeren wordt verreweg het vaakst genoemd als suggestie.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
21
De ANWB heeft de ideale parkeergarage omschreven. De ideale parkeergarage heeft ruime parkeervakken, goede verlichting en een duidelijke bewegwijzering voor zowel auto’s als voetgangers. De ideale parkeergarage is bemand, heeft goed aangegeven vluchtwegen en heeft een doorrijhoogte van minstens twee meter. Er is eenrichtingsverkeer en er zijn geen steile hellingen, krappe bochten of kolommen op de rijroute. Tot slot heeft de ideale parkeergarage een wc, een duidelijke betaalautomaat en is hij toegankelijk voor rolstoelen. Het ideale parkeervak is 2,50 meter breed (of meer); vakken smaller dan 2,25 meter vindt de ANWB te smal.
22
Verkeer en Vervoer 2006
6. VERKEERSGEDRAG EN –VEILIGHEID In dit hoofdstuk komen verkeersgedrag en verkeersveiligheid aan de orde. Onder verkeersgedrag vallen (buurt)problemen op het gebied van verkeer en vervoer. Voorbeelden zijn fietsendiefstal, diefstal uit auto, geluidsoverlast en stankoverlast door het verkeer, parkeeroverlast, overlast door snelheid van het verkeer en agressief verkeersgedrag. Wat betreft de verkeersveiligheid is gevraagd naar de verkeersveiligheid van verschillende manieren om jezelf te vervoeren: als voetganger, (snor)fietser, bromfietser / scooterbestuurder, automobilist, motorrijder en in het algemeen.
6.1
Buurtproblemen op het gebied van verkeer en vervoer Inwoners hebben voor een reeks problemen op het gebied van verkeer en vervoer aangegeven in welke mate deze in hun buurt voorkomen (vaak, soms of (bijna) nooit). Overlast door snelheid van het verkeer (25%) en parkeeroverlast (24%) komen volgens de Lelystedelingen het vaakst voor. Geluidsoverlast (16%) en agressief verkeersgedrag (14%) volgen daarna. Fietsendiefstal (8%), beschadiging of vernieling aan auto en diefstal vanaf auto (bijv. wieldoppen) (7%), parkeeroverlast door grote voertuigen (bussen, vrachtwagens) (6%), stankoverlast door het verkeer (5%) en diefstal uit auto (4%) komen naar het idee van Lelystedelingen veel minder vaak voor. In tabel 6.1.1 staan de gemiddelde scores per wijk op de vier buurtproblemen die het vaakst voorkomen, waarbij geldt dat hoe hoger het getal (maxi9 maal 3), hoe vaker men vindt dat het probleem voorkomt in de eigen buurt . Tabel 6.1.2 vormt het vervolg, waarin de vijf minder vaak voorkomende buurtproblemen staan. Zoals reeds vermeld komen volgens bewoners snelheidsoverlast en parkeeroverlast het meest voor en volgen geluidsoverlast door het verkeer en agressief verkeersgedrag. Op overlast door snelheid van het verkeer scoort de Waterwijk het hoogst (2,16) en de Boswijk het laagst (1,66). Qua parkeeroverlast scoren de Boswijk en het Havendiep het hoogst (respectievelijk 1,95 en 1,92) en Lelystad-Haven het laagst (1,52). Geluidsoverlast komt het meest voor in de Waterwijk (1,86) en het minst in Lelystad-Haven (1,48). Ook agressief verkeersgedrag komt het meest voor in de Waterwijk (1,83), maar het minst in de Kustwijk (1,54) en de Boswijk (1,56).
9
Komt vaak voor = 3, komt soms voor = 2, komt (bijna) nooit voor = 1 en weet niet / geen mening wordt buiten beschouwing gelaten.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
23
Tabel 6.1.1 Gemiddelde scores op de vier buurtproblemen die het vaakst voorkomen Snelheidsoverlast 1,78 1,78 1,66 2,16 1,70 1,71 1,98 1,79 1,83
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
Parkeeroverlast algemeen 1,69 1,83 1,95 1,79 1,69 1,82 1,92 1,52 1,81
Geluidsoverlast 1,74 1,61 1,56 1,86 1,58 1,74 1,63 1,48 1,66
Agressief verkeersgedrag 1,71 1,65 1,56 1,83 1,59 1,54 1,63 1,58 1,64
In tabel 6.1.2 staan de vijf buurtproblemen die minder vaak voorkomen. Op de drie onderwerpen op het gebied van diefstal scoort de KeKoGoSc het slechtst en Lelystad-Haven het best. Parkeeroverlast door grote voertuigen (bussen, vrachtwagens) lijkt het meest voor te komen in de Waterwijk (1,37) en het minst in de Kustwijk (1,22), maar dit verschil is niet significant. Tot slot komt stankoverlast het meest voor in de Waterwijk (1,43) en het minst in Lelystad-Haven (1,16). Tabel 6.1.2 Gemiddelde scores op de vijf buurtproblemen die het minst vaak voorkomen Fietsendiefstal Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
1,64 1,67 1,59 1,48 1,78 1,54 1,43 1,31 1,56
Vernieling van / diefstal vanaf auto 1,55 1,65 1,57 1,45 1,83 1,53 1,55 1,34 1,56
Diefstal uit auto 1,47 1,56 1,55 1,37 1,67 1,43 1,29 1,23 1,45
Parkeeroverlast grote voertuigen 1,25 1,28 1,33 1,37 1,26 1,22 1,26 1,31 1,29
Stankoverlast 1,28 1,34 1,26 1,43 1,21 1,23 1,22 1,16 1,28
Over het geheel bezien heeft de Waterwijk het meest en Lelystad-Haven het minst last van buurtproblemen op het gebied van verkeer en vervoer.
6.2
Verkeersveiligheid De verkeersveiligheid wordt gemiddeld beoordeeld met een 6,6 als rapportcijfer. Drievijfde deel van de Lelystedelingen vindt de verkeersveiligheid in het algemeen goed of zeer goed. Voor voetgangers en automobilisten worden dit best beoordeeld (beide ruim 70% (zeer) goed), terwijl die voor bromfietsers / scooterbestuurders het slechtst wordt beoordeeld (39%). De verkeersveiligheid als (snor)fietser en motorrijder liggen hier tussenin (respectievelijk 57% en 64%).
24
Verkeer en Vervoer 2006
Tevens is bekeken hoe de verschillende doelgroepen de verkeersveiligheid in Lelystad voor de eigen groep ervaren. Bijna driekwart van de automobilisten en een bijna even groot deel van de autopassagiers vindt de verkeersveiligheid als automobilist (zeer) goed. Bijna drievijfde van de (snor)fietsers ervaart deze als (snor)fietser (zeer) goed. Aan het onderzoek hebben slechts 15 bromfietsers / scooterbestuurders en 49 motorrijders meegedaan, zodat over deze doelgroepen geen betrouwbare uitspraken kunnen worden 10 gedaan .
10
Puur speculatief / indicatief kan gezegd worden dat 27% van de bromfietsers de verkeersveiligheid als bromfietser / scooterbestuurder (zeer) goed vinden en 59% van de motorrijders de verkeersveiligheid als motorrijder (zeer) goed vinden.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
25
7. VERKEERSMAATREGELEN 7.1
Voldoende verkeersmaatregelen Aan de Lelystedelingen is gevraagd of er voldoende verkeersdrempels / plateaus, 30-km zones, wegversmallingen, turborotondes en andere rotondes in Lelystad zijn (zie grafiek 7.1.1). Vooral over de verkeersdrempels / plateaus en (turbo)rotondes hebben de Lelystedelingen een uitgesproken mening. Maar liefst 57% vindt dat er (te) veel drempels / plateaus zijn in Lelystad en 49% vindt dat er (te) veel zijn in de eigen buurt. Eveneens de helft van de Lelystedelingen vindt dat er (te) veel (turbo)rotondes zijn. Over de 30-km zones zijn de meningen verdeeld. Zowel in de eigen buurt als in Lelystad geldt dat bijna de helft vindt dat er veel noch weinig 30-km zones zijn; de andere helft is verdeeld in een kwart dat vindt dat er (te) veel 30-km zones zijn en eveneens een kwart dat vindt dat er (te) weinig 30-km zones zijn. Ook bij de wegversmallingen in de eigen buurt en in de wijken van Lelystad geven de meeste Lelystedelingen aan dat er veel noch weinig van dit type maatregelen zijn (respectievelijk 45% en 49%). Verder is er een bijzonder beeld te zien. Gaat het over de eigen woonbuurt, dan vinden meer bewoners dat er (te) weinig wegversmallingen zijn (bijna eenderde) dan dat er (te) veel zijn (een kwart). Gaat het over de wijken van Lelystad, dan vindt een op de drie bewoners dat er (te) veel wegversmallingen zijn en 18% dat er daarvan juist (te) weinig zijn.
Grafiek 7.1.1 Zijn er volgens u voldoende ... verkeersdrempels of plateaus in uw buurt?
21
verkeersdrempels of plateaus in Lelystad?
22
30-km zones in uw buurt?
5
28 35
20
7
19
wegversmallingen in uw buurt?
8
16
wegversmallingen in de wijken van Lelystad?
9
11
45
38
Te veel
20%
30%
Veel
40%
50%
12
20
11
49
12 10%
16
14
30
60%
Niet veel/niet weinig
9 6 3
48
20
0%
34
24
turborotondes in Lelystad?
11
48
30-km zones in Lelystad?
andere rotondes in Lelystad?
32
12
6
42
6 3
43
4 3
70%
Weinig
80%
90%
100%
Te weinig
In tabel 7.1.1 staan de gemiddelde scores per wijk op de drie verkeersmaat regelen die de eigen buurt betreffen. Hierbij geldt dat positieve getallen (maximaal 2) aangeven dat er volgens de bewoners veel of te veel van deze specifieke verkeersmaatregelen zijn en negatieve getallen (minimaal -2) geven aan dat er weinig of te weinig van deze verkeersmaatregelen zijn in de
26
Verkeer en Vervoer 2006
11
eigen buurt . Tabel 7.1.2 vormt het vervolg, waarin de vijf verkeersmaatregelen met betrekking tot geheel Lelystad vermeld staan. Uit tabel 7.1.1 blijkt dat Lelystedelingen vinden dat er niet veel en niet weinig verkeersdrempels / plateaus in de eigen buurt zijn (0,41), maar wel in enige mate ‘overhellend’ naar het oordeel “veel”. In omgekeerde richting, dus behoorlijk neutraal maar zeer lichte mate neigend naar “weinig”, spreekt men zich uit over wegversmallingen en 30-km zones in de eigen buurt zijn (respectievelijk -0,10 en -0,15). Bekeken naar wijk zien we dat men in het Havendiep het sterkst vindt dat er veel ve rkeersdrempels / plateaus zijn (0,73), terwijl men in de Zuiderzeewijk vindt dat er voldoende zijn (-0,05). Wat betreft de wegversmallingen zijn alleen bewoners van de Atolwijk van mening dat er voldoende met een lichte neiging richting veel aanwezig zijn (0,27), terwijl aan de andere kant bewoners van de Boswijk vinden dat er voldoende wegversmallingen zijn, met een lichte neiging richting weinig (-0,29). Bewoners van het Havendiep geven aan dat er voldoende met een lichte neiging naar veel 30-km zones aanwezig zijn in de eigen buurt (0,26), terwijl bewoners van de Boswijk juist duidelijk het sterkst van alle wijken menen (-0,74)dat er weinig 30-km zones zijn. Tabel 7.1.1 Gemiddelde scores op de drie verkeersmaatregelen die de eigen buurt betreffen
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
verkeersdrempels of plateaus
wegversmallingen
30-km zones
-0,05 0,59 0,40 0,41 0,11 0,27 0,73 0,48 0,41
-0,23 0,27 -0,29 -0,26 -0,19 -0,05 -0,10 -0,04 -0,10
-0,49 0,01 -0,74 0,08 -0,43 -0,17 0,26 0,10 -0,15
Tabel 7.1.2 laat zien dat men voor wat betreft geheel Lelystad vindt dat er tamelijk veel verkeersdrempels / plateaus (0,66), turborotondes (0,57) en andere rotondes (0,52) zijn. Wegversmallingen en 30-km zones zijn er volgens de Lelystedelingen voldoende in de stad. Vooral bewoners van de Atolwijk zeggen men dat er veel verkeersdrempels / plateaus in Lelystad zijn (0,82), terwijl bewoners van de Zuiderzeewijk dit het minst vinden (0,35). Ook op het gebied van de turborotondes vinden bewoners van de Atolwijk dat er daarvan veel zijn (0,83) in de stad, terwijl bewoners van Havendiep dit het minst vinden (0,37). Wat betreft de andere rotondes en de wegversmallingen zijn er slechts geringe verschillen tussen de wijken. Wel zijn bewoners van Havendiep iets vaker geneigd te zeggen dat ze het aantal 30-km zones wat veel vinden (0,26), terwijl bewoners van Boswijk dat juist het minst vaak vinden (-0,28). 11
Te veel = 2, veel = 1, niet veel/niet weinig = 0, weinig = -1, te weinig = -2; weet niet/geen mening buiten beschouwing gelaten.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
27
Tabel 7.1.2 Gemiddelde scores op de vijf verkeersmaatregelen die geheel Lelystad betreffen
verkeersdrempels of plateaus Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
0,35 0,82 0,74 0,56 0,55 0,63 0,72 0,71 0,66
turborotondes 0,62 0,83 0,50 0,39 0,55 0,76 0,37 0,59 0,57
andere rotondes 0,53 0,63 0,42 0,42 0,56 0,64 0,47 0,50 0,52
wegversmallingen
30-km zones
0,08 0,36 -0,01 0,11 0,17 0,22 0,15 0,32 0,18
-0,21 -0,01 -0,28 -0,03 -0,20 -0,08 0,26 0,06 -0,04
Alle genoemde verkeersmaatregelen in ogenschouw genomen, vinden de bewoners van alle wijken dat er voldoende van deze maatregelen in Lelystad zijn, met een licht ‘overhellen’ naar de kant van veel. De bewoners van de Atolwijk neigen daarbij het sterkst naar de mening dat er veel verkeersmaatregelen zijn, die in de Zuiderzeewijk en Boswijk het minst sterk.
7.2
Maatregelen ter vergroting van verkeersveiligheid Welke maatregelen zijn volgens de Lelystedelingen noodzakelijk om de verkeersveiligheid te vergroten? Meer snelheidscontroles wordt door 30% genoemd. Ruim een kwart (27%) vindt echter dat er geen extra maatregelen nodig zijn. Verlaging van de maximumsnelheden, andere vormgeving plateaus / drempels (‘minder steil’ wordt daarbij vooral genoemd) en versmallingen / asverspringingen worden elk door ongeveer een vijfde genoemd. Meer plateaus / drempels wordt door slechts een op de acht Lelystedelingen genoemd. Dit laatste was wel te verwachten, aangezien maar liefst 57% vindt dat er (te) veel drempels / plateaus zijn in Lelystad en 49% vindt dat er (te) veel zijn in de eigen buurt.
7.3
Rolstoeltoegankelijkheid Aan de Lelystedelingen is gevraagd of ze vinden dat hun buurt voldoende toegankelijk is voor mensen die gebruik maken van een rolstoel, een scootmobiel, een rollator en dergelijke. Hierbij kon worden gedacht aan voetpaden die zo aangepast zijn dat gebruikers van een rolstoel, scootmobiel, rollator e.d. makkelijk de stoep op en af kunnen. Zo’n 56% vindt hun buurt voldoende rolstoeltoegankelijk, 24% vindt juist van niet en 20% heeft er geen mening over of weet het niet.
28
Verkeer en Vervoer 2006
8. OORDEEL VERKEERSVOORZIENINGEN 8.1
Beoordeling verkeer- en vervoerthema’s Aan de Lelystedelingen is gevraagd een rapportcijfer te geven voor een aantal thema’s op het gebied van verkeer en vervoer, zie grafiek 8.1.1. De bereikbaarheid van Lelystad wordt het hoogst gewaardeerd (gemiddeld rapportcijfer is 7,5). Het minst positief is men over de doorstroming binnen Lelystad (6,0).
Grafiek 8.1.1 Rapportcijfer voor aantal thema's op het gebied van verkeer en vervoer De bereikbaarheid van Lelystad
7,5
Het wegennetwerk
6,9 6,7
Het fietspadennetwerk De verkeerssituatie in het algemeen
6,7
De verkeersveiligheid
6,6
Openbaar vervoer
6,4
Parkeergelegenheid
6,3 6,0
De doorstroming binnen Lelystad 5,0
5,5
6,0
6,5
7,0
7,5
8,0
Bij deze thema’s zijn er alleen noemenswaardige verschillen tussen de wijken op het gebied van openbaar vervoer (zie grafiek 8.1.2). In de Zuiderzeewijk en de Atolwijk geeft men gemiddeld het laagste cijfer voor het openbaar vervoer: 6,2. Het hoogste cijfer wordt gegeven in Havendiep (6,7).
Grafiek 8.1.2 Rapportcijfer openbaar vervoer 7,0 6,8
6,7 6,6
6,6
6,5
6,4 6,2
6,4
6,4 6,4
6,3 6,2
6,2
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
To taa l
Ha ve n
Ha ve nd iep
Ku st wi jk
Ke Ko Go Sc
W ate rw ijk
Bo sw ijk
At olw ijk
Zu ide rze ew ijk
6,0
29
8.2
Ergernissen verkeer en vervoer Aan de Lelystedelingen is gevraagd waaraan men zich het meest ergert op het gebied van verkeer en vervoer in Lelystad. In totaal werden bijna 2.000 ergernissen aangegeven door 943 respondenten, gemiddeld ongeveer twee per persoon dus. We hebben al deze opmerkingen vervolgens gecategoriseerd in een kleine 50 categorieën, welke vervolgens verder zijn ‘ingedikt’ tot 18 hoofdcategorieën. Hieronder worden de resultaten weergegeven, in veel gevallen per categorie geïllustreerd met van toepassing zijnde citaten van respondenten. Om te beginnen de top 5 van de vrij gedetailleerde categorieën: De grootste doorn in het oog op het gebied van verkeer en vervoer in Lelystad is de ‘aantasting’ van de drevenstructuur (“Aan de categorische af braak van de dreven “, “Lelystad stond bekend om het mooie gescheiden verkeerssysteem met mooie vierbaanswegen dwars door de stad (waar Amsterdam alleen maar van kan dromen) en heft nu het hele systeem op voor de bouw van een paar luxe woningen. Lelystad behoud toch je goede din12 gen!”) . Op de tweede plaats staat agressief/egocentrisch rijgedrag van andere verkeersdeelnemers op diverse gebieden (“De asociale parkeermethodes op de openbare weg door de ouders van de kinderen op de school de Tjotter ’s ochtends vroeg”, “Automobilisten rijden vaak voor zichzelf, veel te agressief, te hard. Er is geen fatsoen meer, men doet maar”, “Dat er veel automobilisten kleven”, “Aan taxi, zij rijden of ze heer en meester zijn. Rijden veel te hard en nemen altijd voorrang, hoe dan ook. Schoolbusjes rijden ook roek eloos, moet ook iets aan gedaan worden”, “Die schootmobieltjes die je voor de voeten rijden”). Een derde ergernis heeft ook met de dreven te maken, maar gaat specifiek over de verlaging van de maximum snelheid op deze doorgaande wegen (“50 km op de dreven is nog langzamer dan een slak ”, “70 km is langzaam genoeg. (…) Auto's zijn geen langzaam verkeer. We rijden niet meer zoals vroeger allemaal op een tractor”, “Dat met ingang van heden de dreven 50 km worden vindt ik jammer. De dreven worden dus nu langer gebruikt om aan op je bestemming te komen en de vaart is eruit (moet niet een soort Almere worden)”). De vierde plaats in de ‘ergernissen top 50’ wordt ingenomen door de vele tegelijk plaatsvindende wegopbrekingen, wat door velen als behoorlijk chaotisch wordt ervaren (“Dat alles tegelijkertijd was opengebroken en dat er eigenlijk nu nog steeds niets af is dat had de gemeente beter moeten plannen”, “Onderhoud en heraanleg allerlei wegen, rotondes, alles tegelijk, schande! ”).
12
De citaten zijn letterlijk overgenomen, hierdoor kunnen er taalfouten en dergelijke in de citaten staan.
30
Verkeer en Vervoer 2006
Als vijfde zien we een ergernis die ook weer verband houdt met de gewijzigde structuur van het hoofdwegennet: de verstopping van de route langs het station die door veel mensen wordt geweten aan de combinatie van doorgaande weg door het centrum en het laten in- en uitstappen van treinpassagiers (“Situatie rond station, directe ramp”, “De smalle weg achter het station, waar doorgaand verkeer en reizigers per trein die gehaald of gebracht worden, samen gebruik van moeten maken”, “Kiss & Ride zone achter station (=doorgaande weg!)”, “De doorstroming bij het station. Die is er dus niet”, “Onnozele aanpak van verkeersstromen rond centrum en station. Dit is zo slecht gedaan en ontworpen dat het binnenkort nodig zal zijn (kort nadat alles klaar is) om het geheel te herzien en ruimer op te zetten ivm doorstroming en luchtkwaliteit”, “Laatst stond ik (weliswaar in de 'spits') nog voor de ingang van het ziekenhuis in de file tot aan het station om iemand op te halen bij het station”, “Je rijdt in kortere tijd met de trein van Almere naar Lelystad, dan over de 'binnenring" naar het station”). Een van de respondenten maakte eveneens melding van dit laatste knelpunt, maar voegde er tevens een daarmee samenhangende oplossingsgedachte aan toe, welke vaker werd genoemd: “Mijn GROOTSTE ergernis is echter dat het station midden in de stad ligt, waardoor er onvoldoende parkeerruimte is voor P+R. Waarom nou niet een station ten noorden, bij het rangeerterrein, waar volop ruimte zou zijn voor gratis parkeren. Niet alleen mensen uit Lelystad maken gebruik van de trein, ook mensen vanuit NOP en Dronten doen dat”. Sommige van de categorieën liggen echter zo dicht bij elkaar dat het voor de verdeling inzichtelijker is om naar de hoofdcategorieën te kijken. In tabel 8.2.1 zijn deze met de percentages dat ze zijn gescoord weergegeven. De gevolgen van de aanpassingen aan de dreven staan met voorsprong op de eerste plaats: ruim een kwart van alle ergernissen valt hieronder. Hieronder vallen de eerdergenoemde ‘afbraak’ (in de ogen van een deel van de mensen) van de dreven en de snelheidsverlagingen, maar ook de wisselende snelheidslimieten, de versmalling van 2 naar 1 baan en de her en der optredende verstopping/filevorming die hierdoor optreedt (waarvan die bij het station het vaakst bij naam wordt genoemd). Enkele citaten m.b.t. deze hoofdcategorie: “Het terugbrengen van de verkeers-assen van twee naar één baan. De assen zijn aangelegd toen de stad 20.000 (?) inwoners had. Nu met ca. 80.000 gaat men de capaciteit verminderen”, “Rond de spits krijg je gewoon al een grote stads gevoel, met lange wachttijden bij alle rotondes”, “Er is nu een circulatieplan, en het verkeer circuleert meteen veel minder”, “Lelystad dankt mijns inziens haar groei aan het feit dat Lelystad goedkoop is om te wonen. Een slechtere bereikbaarheid is de keerzijde van de medaille. Wordt dit niet verbeterd, dan is dit voor mijn gezin een reden om weer uit de stad te vertrekken en hogere woonlasten op de koop toe te nemen”.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
31
Tabel 8.2.1 Voornaamste ergernissen op het gebied van verkeer en vervoer, naar hoofdcategorie Hoofdcategorie absoluut % t.o.v. totaal aantal ergernissen Gevolgen aanpassing drevenstructuur Problemen voor fietsers Snelheidsoverlast Wegwerkzaamheden (Turbo-)rotondes ASO-gedrag OV-problemen Fysieke problemen (bewegwijzering/belijning wegen, verlich-
528 219 205 159 134 124 104 89
26,5 11,0 10,3 8,0 6,7 6,2 5,2 4,5
83 75
4,2 3,8
52
2,6
51 31 26 24 15 12 61
2,5 1,6 1,3 1,2 0,7 0,6 3,1
1.992
100,0
ting, ontbrekende trottoirs e.d.)
Te weinig parkeerplaatsen Snelheidsremmende maatregelen (drempels, asverspringingen)
Problemen door (brom-)fietsers (geen richting, geen verlichting, brommers op de dreven)
Parkeeroverlast Geluidsoverlast Handhaving (teveel controles) Betaald parkeren / vooraf betalen Scholen (rij- en parkeersituatie) Geen richting aangeven Diversen Totaal
Problemen voor fietsers is de samenvattende term voor een diversiteit aan ergernissen waarmee de Lelystadse fietsers naar hun mening worden geconfronteerd. Veelgenoemde problemen zijn de voorrangssituatie voor fietsers op de rotonde bij het station (“Er is hier sprake van een zeer onoverzichtelijke situatie. Er is dan ook sprake van veel bijna-ongelukken”), de onduidelijke of onlogische structuur van het gehele fietsroutesysteem (“Het verstrikt raken in fietspadennet, zeker als er bij opbrekingen geen omleiding staat aangegeven Het komt zelfs voor dat je plotseling niet verder kunt fietsen en dat niet eens aangegeven is. Ook stoort het me dat ik per fiets meestal meer km. moet afleggen dan met de auto”) en de onderhoudstoestand van de fietspaden (“Het wegdek van veel fietspaden laat nogal te wensen over, veel kuilen en hobbels”). Verder is er ergernis over brommers die op de fietspaden rijden (“Het scheuren van opgevoerde scooters over het fietspad en het ontbreken aan controles daarop”) en zijn er de door sommigen bejubelde, maar door anderen verguisde fietsbruggen (“De bruggen, ze zijn te hoog en voor ouderen soms bijna niet te "nemen", vooral als er veel wind staat (en dat staat er bijna altijd in de polder)”). Als derde hoofdcategorie staat snelheidsoverlast te boek en het gebrek aan handhaving op dit vlak. Het gaat daarbij zowel om overlast in de wijken (“Er wordt in woonerven te hard gereden en er wordt nooit door de politie gecontroleerd”) als op de dreven met een van de consequenties daarvan
32
Verkeer en Vervoer 2006
(“De te hoge snelheden die worden gereden op de dreven, waardoor het soms levensgevaarlijk is om met de auto een dreef over te steken of in te voegen”). Bij dit laatste steekt een enkele Lelystedeling ook wel de hand in eigen boezem: “Veel te brede kaarsrechte 4-baansdreven. Waar je dan natuurlijk veel te hard gaat rijden ... (ikzelf ook)”. Problemen vanwege wegwerkzaamheden zijn hiervoor al genoemd, op de vijfde plaats staan de rotondes en turborotondes en het - foutieve - gebruik daarvan. Wat betreft de eerstgenoemde zit het vaak in de vorm(“De rotondes liggen niet goed: te krap, hoofdroute ovaalvormig maken. Dit bevordert de doorstroming“), bij de tweede vorm vindt men het met name vervelend dat er gedwongen wordt bepaalde richtingen in te slaan (“De onnodig betuttelende rotondes, die het verkeer dwingen alsof men zelf niet kan rijden”). De meest genoemde ergernis op het gebied van het openbaar vervoer is het huidige routesysteem van de bussen (“De nieuwe route van de stadsbus (enkel rondje; maar één kant op, zodat je vanuit het station eerst half Lelystad ziet, voor je thuis bent” of zoals iemand het kort verwoordt “Rondje kerk openbaar vervoer”); bijna 40% van alle klachten op OV-gebied heeft hierop betrekking. Maar ook de aansluiting van bus op trein en omgekeerd, het niet op tijd rijden van de bussen, de afstand tot de bushalte of het helemaal ontbreken van busvervoer in de eigen buurt worden relatief vaak genoemd. Onder fysieke problemen vallen zaken als onvoldoende straatverlichting of het ontbreken van trottoirs. In driekwart van deze gevallen gaat het echter om problemen die men ondervindt op het gebied van bewegwijzering, belijning en dergelijke van de wegen en dreven. Met name de situatie bij de eerder genoemde wegwerkzaamheden vind men niet optimaal op dit gebied: “…vaak zeer onduidelijke borden bij wegwerkzaamheden”. Maar ook veel reclame stoort een behoorlijk aantal inwoners: “de overdaad aan non-info langs de wegen (iedere lantaarnpaal heeft of een richtingaanwijzer, naambord, reclame, etc), die allemaal op gelijke hoogte hangt waardoor alle info 'belangrijk' wordt. duidelijker als reclame hoog hangt en verkeersinfo laag hangt. -> dan kun je selectief kijken”. En het lijnenspel, zoals verdrijvings vlakken, invoegstroken en dergelijke wekken ook geregeld ergernis op: “De waanzinnige betekeningen op het wegdek, die automobilisten de meest onlogische capriolen moeten laten maken om enkel snelheid te verminderen. Dit betekent veel botsingen”. Het aantal plaatsen om te parkeren levert een beeld op waarbij de ergernissen redelijk zijn verdeeld over een gebrek aan parkeerplaatsen in het centrum, bij het station en in de woonwijken. Bij de snelheidsremmende maatregelen zijn het voor driekwart de verkeersdrempels en plateaus die men het vervelendst vindt. Fietsers en bromfietsers ondervinden niet alleen hinder van gevaarlijke situaties, er ontstaan ook problemen door de fietsers en bomfietsers zelf, voornamelijk op het gebied van het zonder licht in het donker rijden en ‘maar raak rijdende’ fietsers.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
33
Verder is er een redelijk aantal mensen dat parkeeroverlast ervaart. Soms wordt hiervan in meer algemene zin melding gemaakt: “Het parkeergedrag in sommige woonwijken”, soms ook zeer gedetailleerd: “het parkeren in de ketelmeerstraat. het gaat om de T kruising met de larserdreef en de uitrij/parkeer situatie bij de BP-pomp bij de ketelmeer straat. Ik heb de wijkpolitie gevraagd of bij het BPstation in de Ketelmeerstr een parkeer verbod kan komen, maar helaas. Ik hoop dat door deze enquete er wat gebeurt want de situatie is door het parkeren vaak onoverzichtelijk en er zijn vaak jongelui. Door de bedrijfigheid en succesvolondernemersschap is de ketelmeerstr vaak overvol geparkeerd en dan wordt er tijdens drukke werkuren vaak OP de Tkruising Ketelmeerstr en daarvoorbij geparkeerd”. Tot besluit van deze paragraaf over ergernissen een citaat van een Lelystedeling met een meer flexibele, positieve inborst: “Ik erger me niet, probeer me zoveel mogelijk aan te passen. Als andere verkeersdeelnemers dit ook doen kunnen we in Lelystad heel plezierig leven”. Waarvan akte.
8.3
Positief verkeer en vervoer Het laatste citaat uit de vorige paragraaf vormt een mooie overgang naar de inhoud van deze paragraaf: wat vinden Lelystedelingen het meest positief op het gebied van verkeer en vervoer in Lelystad? Evenals de vraag waaraan men zich het meest ergert, werd dit als ‘open vraag’ gesteld. Hierop werden in totaal ruim 1.650 positieve dingen genoemd.
Tabel 8.3.1 Voornaamste positieve zaken op het gebied van verkeer en vervoer, naar hoofdcategorie Hoofdcategorie absoluut % t.o.v. totaal aantal positieve zaken Scheiding snel-/langzaamverkeer
479
28,9
Drevenstructuur
354
21,4
Verkeersafhandeling/doorstroming
269
16,3
Verkeersmaatregelen
164
9,9
Openbaar vervoer
97
5,9
Veiligheid(-smaatregelen)
87
5,3
Onderhoud wegen
31
1,9
Parkeervoorzieningen
22
1,3
Groen
9
0,5
Geluidsmaatregelen
5
0,3
Overig
138
8,4
Totaal
1.656
100,0
Lelystedelingen ervaren het gescheiden verkeer (fietsers en/of voetgangers gescheiden van autoverkeer) als het meest positieve op het gebied van verkeer en vervoer.
34
Verkeer en Vervoer 2006
Meer dan een kwart van de inwoners noemt dit specifiek als positief punt, alhoewel een aantal er tegelijk hun zorg over uitspreekt of dit wel zo zal blijven: “Scheiding van verkeersstromen, alhoewel dit helaas op sommige punten ook losgelaten gaat worden”. In de ogen van sommigen levert de veiligheid die dit systeem met zich meebrengt echter ook onverwachte potentiële gevaren voor de toekomst op: “gescheiden fiets en autoroutes voor kleine kinderen, alleen zijn zij later niets gewend en hebben moeite in andere plaatsen veilig te fietsen”. Een ander eraan klevend nadeel wat verschillende keren wordt genoemd: “Het gescheiden verkeerssysteem. Op het omfietsen naar de fietsbruggen na dan”. Daarna volgt op enige afstand de daarmee verband houdende (oude) dreven(structuur) met ruim een vijfde van de positieve punten. Ook hier worden er weer geregeld kanttekeningen bij geplaatst, die verwijzen naar de ergernissen zoals in de vorige paragraaf beschreven: “Dat waren de dreven als jullie er maar van af waren gebleven” of: “De oorspronkelijk heldere opzet, met vierbaans dreven en fietspaden die ongelijkvloers kruisen. Deze heldere opzet wordt steeds verder onduidelijk gemaakt”. Op het gebied van de verkeersafhandeling/doorstroming refereert men geregeld aan het ontbreken van stoplichten: “Het goede aan Lelystad is dat er geen verkeerslichten zijn. Houden zo!!!”. En meer algemeen: “Ruime wegen met over het algemeen goede doorstroming” of men relateert het aan de hierboven besproken scheiding van de verschillende groepen verkeersdeelnemers: “Gescheiden fietspaden waardoor snellere doorstroming op dreven”. Op het gebied van verkeersmaatregelen zijn het met name de (turbo) rotondes die men waardeert. In de vorige paragraaf was te zien dat een kleine 7% van alle genoemde ergernissen betrekking hadden hierop; nu blijkt dat bijna 8% van de positieve zaken hierop betrekking heeft. We zouden dus kunnen zeggen dat de door rotondes geërgerden het afleggen tegen de voorstanders Met name de turborotondes ervaart men als positief, vooral voor het voorgaande punt: “de turborotondes zijn handig voor de doorstroming”. Al tekenen enkelen hier wel bij aan: “Turborotonde is even wennen, daarna oké”, “De invoering van de turbo-rotondes bevordert de doorstro-
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
35
ming, al vinden vele weggebruikers het nog erg moeilijk”. Rotondes in het algemeen en turborotondes werden ongeveer even vaak genoemd als positief punt, maar de laatste vorm wint het nipt, zoals ook uit het volgende citaat blijkt: “Dat de rontondes nu worden vervangen door turbo rontondes”. Over het openbaar vervoer gaat bijna 6% van de opmerkingen: “Het denken over gratis openbaar vervoer”, “Goed OV, m.n. de nieuwe bussen en frequentie van busritten”, “De Lelybus voor 1 euro per kaartje” Het landelijk optredende probleem om de mensen minder gebruik van de auto te laten maken ten gunste van het openbaar vervoer wordt ook door een van de respondenten verwoord: “Eigenlijk moet je constateren, dat je met de bus het beste af bent. Maar het probleem is, dat 1x keer in de week boodschappen doen redelijk wat sjouwwerk oplevert en dan is de auto toch wel gemakkelijk ”. Veiligheidsmaatregelen scoren, met 5% van het totaal aantal gemelde positieve aspecten ook nog behoorlijk, maar hangen ook sterk samen met eerder genoemde zaken als de scheiding snel-/langzaamverkeer en de rotondes, wat beide aan de verkeersveiligheid bijdraagt. De gemeente krijgt in algemene zin van een aantal bewoners een pluim op dit punt: “Gemeente heeft duidelijk aandacht voor verkeersveiligheidsknelpunten en daar ben ik blij mee”. Er zijn bewoners aan de uiterste zijden van het spectrum van positivisme over verkeer en vervoer in Lelystad. Aan de ene kant geïllustreerd door het volgende citaat: “Schiet me niets over binnen. met andere woorden ik kan niets positief bedenken”, aan de andere kant: “Bijna Alles!”. Een ander mooi citaat om mee af te sluiten is: “Dat men om de stad heen kan”. Dat is natuurlijk niet zo mooi als het zou gaan om het uit alle macht proberen te vermijden in Lelystad terecht te komen, maar het is waarschijnlijker dat wordt bedoeld dat men door de drevenstructuur eenvoudig het drukkere stadshart kan omzeilen indien men daar niet hoeft te zijn.
8.4
Verbeterpunten Aan de Lelystedelingen is een lijst voorgelegd met daarop een negental onderwerpen op het gebied van verkeer en vervoer (plus een categorie ‘Anders, namelijk…’, welke men zelf kon invullen). Hierop kon aangegeven worden welk onderwerp de gemeente de komende jaren met voorrang moet verbeteren. Men kon maximaal 3 antwoorden geven en diende een 1 te zetten voor het onderwerp dat men het allerbelangrijkst vindt, een 2 voor het onderwerp dat men daarna het belangrijkst vindt en een 3 voor het daaropvolgende belangrijke onderwerp. De twee belangrijkste onderwerpen op het gebied van verkeer en vervoer, welke de gemeente de komende jaren met voorrang moet verbeteren, zijn volgens Lelystedelingen ‘een verkeersveiligere omgeving’ en ‘meer parkeer-
36
Verkeer en Vervoer 2006
13
gelegenheid in het stadscentrum’ (zie tabel 8.4.1) . Daarna volgen de onderwerpen ‘meer parkeergelegenheid in de wijken’, ‘een betere bereikbaarheid met de fiets’, ‘beter voetpadennetwerk’ en ‘een betere bereikbaarheid met het openbaar vervoer’. In tabel 8.4.2 staat het vervolg: ‘minder geluidsoverlast’, ‘grotere rolstoeltoegankelijkheid’ en ‘een betere bereikbaarheid met de auto’. Uiteraard kan uit de tabellen ook een prioriteitenlijst per wijk samengesteld worden. Zo hebben Waterwijk, Havendiep, Boswijk en Zuiderzeewijk een verkeersveiligere omgeving het hoogst in het vaandel staan. Bewoners van Kustwijk, Lelystad-Haven en Atolwijk kiezen het meest voor meer parkeergelegenheid in het stadscentrum. Opvallend is dat de bewoners van KeKoGoSc de hoogste prioriteit geven aan een beter voetpadennetwerk. Waarschijnlijk heeft dit mede te maken met de werkzaamheden die 14 gaande zijn bij het Hanzepark , waardoor voetpaden deels of slecht begaanbaar zijn. Tabel 8.4.1 Onderwerpen op het gebied van verkeer en vervoer die de gemeente de komende jaren met voorrang moet verbeteren (eerste zes onderwerpen)
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
Verkeersveiligere omgeving
Meer parkeergelegenheid stadscentrum
Meer parkeergelegenheid wijken
Betere bereikbaarheid fiets
Beter voetpadennetwerk
Betere bereikbaarheid OV
0,70 0,50 0,71 0,96 0,76 0,65 0,96 0,46 0,73
0,61 0,77 0,58 0,66 0,64 0,82 0,85 0,80 0,72
0,41 0,41 0,63 0,59 0,45 0,67 0,76 0,22 0,55
0,69 0,46 0,52 0,71 0,55 0,48 0,53 0,55 0,54
0,48 0,50 0,64 0,35 0,89 0,50 0,33 0,33 0,50
0,61 0,60 0,41 0,38 0,57 0,54 0,31 0,68 0,49
Op een viertal onderwerpen hebben bewoners van verschillende wijken anders gereageerd: ‘een verkeersveiligere omgeving’, ‘meer parkeergelegenheid in de wijken’, ‘beter voetpadennetwerk’ en ‘een betere bereikbaarheid met het openbaar vervoer’. Vooral in de Waterwijk en het Havendiep wordt het verkeersveiliger maken van de omgeving belangrijk bevonden, voor Lelystad-Haven speelt dit beduidend minder. Het parkeerplaatsentekort speelt het sterkst een rol in het Havendiep, terwijl Lelystad-Haven ook hier aanzienlijk minder last van heeft. In KeKoGoSc wordt de hoogste prioriteit gegeven aan het verbeteren van het voetpadennetwerk, terwijl Lelystad-Haven en Havendiep hieraan veel minder waarde hechten. Een betere bereikbaarheid met het openbaar vervoer wordt door bewoners van Lelystad-Haven hoog op de prioriteitenlijst geplaatst, bewoners van Havendiep hebben hier veel minder behoefte aan.
13
Gebaseerd op gemiddelde scores, waarbij er gewichten zijn meegegeven aan de antwoorden: 1 = 3, 2 = 2, 3 = 1 en niet ingevuld = 0. Voor de gemiddelde scores geldt dan: hoe hoger de score, hoe belangrijker het probleem. 14 Dit gebied ligt tussen het Stadshart en Schouw West.
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
37
Tabel 8.4.2 Onderwerpen op het gebied van verkeer en vervoer die de gemeente de komende jaren met voorrang moet verbeteren (laatste drie onderwerpen)
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven
Totaal
38
Minder geluidsoverlast 0,34 0,38 0,34 0,51 0,26 0,43 0,29 0,28 0,37
Grotere rolstoeltoegankelijkheid 0,33 0,38 0,29 0,25 0,52 0,32 0,32 0,28 0,33
Een betere bereikbaarheid met de auto 0,21 0,37 0,26 0,28 0,32 0,36 0,36 0,39 0,32
Verkeer en Vervoer 2006
9. TECHNISCHE TOELICHTING 9.1
Vragenlijst en steekproef De vragenlijst van het onderzoek ‘Verkeer en Vervoer 2006’ kan beschouwd worden als een nulmeting voor toekomstige onderzoeken op het gebied van verkeer en vervoer. Het onderzoek ‘Verkeer en Vervoer 2006’ is gehouden van 28 februari t/m 20 maart 2006 onder inwoners van 18 jaar en ouder van de gemeente Lelystad. Het onderzoek is uitgevoerd onder leden van het LelyStadsPanel. De betrokkenheid onder de leden van het panel is zeer groot, want maar liefst 85% (1.131 respondenten) heeft de enquête ingevuld en geretourneerd. Op het moment van het onderzoek bestond het panel uit 1.330 panelleden. Er is gebruik gemaakt van een vragenlijst via internet voor de internetpanelleden en van een schriftelijke vragenlijst die per post is verstuurd naar de schriftelijke panelleden, zie ook de bijlage. De ingevulde lijsten zijn in de meeste gevallen door de respondenten teruggestuurd, maar konden ook worden afgegeven op het stadhuis. Er is eenmaal gerappelleerd.
9.2
Betrouwbaarheid en nauwkeurigheid De uitkomsten van deze enquête kennen een bepaalde mate van onzekerheid, vanwege het feit dat er met een steekproef uit de bevolking wordt gewerkt waarvan tevens niet iedereen aan het onderzoek meewerkt. De mate waarop het ‘werkelijke getal’ kan afwijken van de steekproefschatting (het in de uitkomsten gevonden getal) is afhankelijk van het aantal respondenten in de steekproef. De mogelijke afwijking wordt groter – en dus minder nauwkeurig – naarmate de steekproef kleiner is en/of de schatting de 50% nadert, zoals in tabel 9.2.1 wordt weergegeven.
Tabel 9.2.1 Afwijkingsmarges rondom schattingen naar steekproefgrootte (95% betrouwbaarheid)
50
5% 6,0
10% 8,3
15% 9,9
20% 11,1
25% 12,0
30% 12,7
35% 13,2
40% 13,6
45% 13,8
50% 13,9
100
4,3
5,9
7,0
7,8
8,5
9,0
9,3
9,6
9,8
9,8
200
3,0
4,2
4,9
5,5
6,0
6,4
6,6
6,8
6,9
6,9
400
2,1
2,9
3,5
3,9
4,2
4,5
4,7
4,8
4,9
4,9
800
1,5
2,1
2,5
2,8
3,0
3,2
3,3
3,4
3,4
3,5
1.000
1,4
1,9
2,2
2,5
2,7
2,8
3,0
3,0
3,1
3,1
3.000
0,8
1,1
1,3
1,4
1,5
1,6
1,7
1,8
1,8
1,8
Steekproefgrootte
De kans bestaat dat het ‘werkelijke getal’ ook buiten de marges van tabel 9.2.1 valt. Die marges zijn zo berekend dat 95% van de steekproefschattingen wél binnen de afwijkingsmarge vallen. Wil men echter 99% zekerheid, dan worden de afwijkingsmarges groter. Deze zekerheid noemt men de ‘be-
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
39
trouwbaarheid’. Overeenkomstig de landelijke richtlijnen voor beleidsonderzoek worden de schattingen in dit onderzoek met de afwijkingsmarges van een 95% betrouwbaarheid geïnterpreteerd. Verder wordt er bij de analyses, waarin het mogelijke verband tussen twee variabelen onderzocht wordt, een significantieniveau van 5% toegepast. Hiermee verwijzen wij naar de kans dat een verband dat wij tussen variabelen in de steekproef constateren, niet voor de hele populatie geldt. Met andere woorden: wij spreken in dit rapport van een relatie (bijvoorbeeld tussen leeftijd en waardering voor vrijetijdsvoorzieningen) als de kans dat deze relatie aan toevalfluctuaties in de steekproef kan worden toegeschreven, minder dan 5% is. Ook dit is het meest gebruikte significantieniveau in beleidsonderzoek. In deze rapportage wordt gesproken in termen als ‘aanzienlijk’, ‘behoorlijk’, ‘in belangrijke mate’ of ‘noemenswaardig’ wanneer een significant verband of verschil tussen twee kenmerken is waargenomen.
9.3
Weging Voor bepaalde resultaten zijn landelijke afspraken gemaakt over de wijze waarop antwoorden worden herwogen. Deze afspraken komen er op neer dat in alle (4) stadsdelen (plus het centrum /overig gebied) bevolkingsgroe15 pen zijn onderscheiden naar sekse (2) en leeftijdscategorie (4) . Op basis van deze drie kenmerken zijn de respondenten ‘herwogen’, om te zorgen dat alle (5 x 2 x 4 =) 40 bevolkingsgroepen evenredig zijn vertegenwoordigd.
9.4
Wijkindeling Waar in deze publicatie een onderscheid naar wijk is gemaakt, betreft dit in de meeste gevallen de wijkindeling welke bij het Wijkgericht Werken wordt gehanteerd. In het navolgende overzicht is voor deze indeling vermeld op welke buurten de WgW-namen betrekking hebben. Zie ook figuur 9.4.1.
A. Zuiderzeewijk B. Atolwijk C. Boswijk D. Waterwijk E. KeKoGoSc F. Kustwijk G. Havendiep H. Haven Overig L. (incl. Stadshart)
15
Zuiderzeewijk, Lelycentre, Groene Velden, Jagers veld Atol-West, Atol-Oost, Archipel-Rozengaard, Oostrandpark Wold, Horst, Kamp, Griend, Zoom Waterwijk, Landerijen Kempenaar, Kogge, Gondel, Schouw Punter, Jol, Galjoen, Kuststrook, Karveel, Boeier, Golfpark, Golfresort, Parkhaven Botter, Tjalk, Schoener, Landstrekenwijk Lelystad-Haven, Hollandse Hout Stadshart, Industrie, Buitengebied
De leeftijdscategorieën zijn 18-29, 30-39, 40-54 en 55+.
40
Verkeer en Vervoer 2006
Figuur 9.4.1 Indeling Wijkgericht Werken-wijken
9.6
Achtergrondkenmerken De respondenten uit het onderzoek ‘Verkeer en Vervoer 2006’ kunnen worden ingedeeld op basis van een aantal persoons- en gezinskenmerken. In de volgende paragrafen worden deze verschillende kenmerken nader belicht.
9.7
Geslacht Net als in de rest van Nederland ligt de verhouding tussen mannen en vrouwen in de totale bevolking in Lelystad rond de verdeling 50%-50%. In de steekproef van het onderzoek ‘Verkeer en vervoer 2006’ zijn 613 mannen en 714 vrouwen terecht gekomen, oftewel een verhouding van 46,1%-53,9%. Uit de respons blijkt dat 46,8% van de respondenten man is tegen 53,2% vrouw. Wanneer we de respons wegen met dezelfde factor die wordt ge-
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
41
bruikt bij de weging van de andere variabelen (zie voor uitleg hierover paragraaf 9.3 Weging) komen we vrijwel uit op de verhouding uit de populatie. Tabel 9.7.1 Responsverdeling onderzoek ‘Verkeer en vervoer 2006’ naar geslacht Totaal
waarvan
abs.
mannen abs.
vrouwen abs.
%
%
Steekproef Respons (ongewogen)
1.330 1.131
613 529
46,1 46,8
714 602
53,9 53,2
Respons (gewogen)
1.131
562
49,7
569
50,3
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek & Statistiek
9.8
Leeftijd In de steekproef van het onderzoek ‘Verkeer en vervoer 2006’ zijn 178 (=13,4%) 18-29 jarigen, 246 (=18,5%) 30-39 jarigen, 456 (=34,3%) 40-54 jarigen en 450 (=33,8%) 55+-ers terecht gekomen. Uit de respons blijkt dat deze leeftijdsgroepen op de volgende wijze gerespondeerd hebben: respectievelijk 11,8%, 18,1%, 34,1% en 35,9%. Wanneer we de respons wegen met dezelfde factor die wordt gebruikt bij de weging van de andere variabelen (zie voor uitleg hierover paragraaf 9.3 Weging) komen we vrijwel uit op de verhouding uit de populatie. De oudste respondent is 83 jaar, de gemiddelde leeftijd van alle respondenten is 47,8 jaar.
Tabel 9.8.1 Responsverdeling onderzoek ‘Verkeer en vervoer 2006’ naar leeftijdsgroep Totaal
waarvan
abs.
18-29 abs. %
30-39 abs. %
40-54 abs. %
55+ abs. %
Steekproef
1.330
178
13,4
246
18,5
456
34,3
450
33,8
Respons (ongewogen)
1.131
134
11,8
205
18,1
386
34,1
406
35,9
Respons (gewogen)
1.131
245
21,7
242
21,4
340
30,0
304
26,9
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek & Statistiek
42
Verkeer en Vervoer 2006
9.9
Wijk
In tabel 9.9.1 staat een overzicht van het aantal respondenten per wijk. Tabel 9.9.1 Overzicht aantal respondenten per wijk
Zuiderzeewijk Atolwijk Boswijk Waterwijk KeKoGoSc Kustwijk Havendiep Haven Stadshart Overig Lelystad Totaal
Respons (ongewogen) 69 148 184 155 94 193 185 86 13 4
Respons (gewogen) 77 160 176 166 94 191 168 77 17 5
1.131
1.131
Bron: Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
43
44
Verkeer en Vervoer 2006
Bijlage Vragenlijst Onderzoek Verkeer en vervoer 2006 met antwoordfrequenties
Gemeente Lelystad, Onderzoek en Statistiek
45
LET OP: Neem hieronder eerst uw panelnummer over. Deze vindt u in de begeleidende brief boven uw naam. Mijn panelnummer:
ONDERZOEK
VERKEER EN VERVOER 2006
Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon: 0320 – 278574 E-mail:
[email protected]
ONDERZOEK VERKEER EN VERVOER 2006
INVULAANWIJZINGEN •
Dit formulier wordt automatisch verwerkt (gescand): schrijf duidelijk, niet buiten de invulhokjes ( q O = goed, Oq = fout) en gebruik een blauwe of zwarte pen.
•
Kruis bij het beantwoorden van de vragen telkens één hokje aan. Als u meerdere hokjes mag aankruisen staat dat apart aangegeven bij de vraag.
•
Af en toe wordt u gevraagd een waardering uit te drukken in een (rapport)cijfer van 1 tot 10. Hierbij betekent 1 “heel erg slecht”, 5 “net geen voldoende”, 6 “net voldoende”, en 10 “uitmuntend”.
•
Bij een aantal vragen staat: “è ga door naar vraag ...” of “è ga door naar blok ...”. U mag dan de tussenliggende vragen overslaan.
•
Soms wordt u gevraagd een getal in te vullen. Vul hier alleen gehele getallen in, dus géén cijfers achter de komma.
ONDERZOEK VERKEER EN VERVOER Deze vragenlijst gaat over verkeer en vervoer in en om Lelystad. Eerst zullen er een paar algemene vragen gesteld worden om vast te stellen op welke manier(en) u aan het verkeer deelneemt en daarna wordt onder andere uw mening gevraagd over bereikbaarheid (met auto, openbaar vervoer en fiets), fietsvoorzieningen, parkeerfaciliteiten, verkeersgedrag, verkeersveiligheid en verkeersmaatregelen. ALGEMEEN Vraag 1a Wilt u aangeven over hoeveel auto’s, fietsen, motoren, brommers en/of andere voertuigen uw huishouden momenteel beschikt? (s.v.p. per regel één hokje aankruisen) Geen 1 2 3 4 5 of Weet % meer niet 1 3 14 33 19 15 16 * Fiets Snorfiets / snorscooter 94 5 1 0 * (dragen van helm niet verplicht) Bromfiets / bromscooter 96 4 0 0 * (dragen van helm verplicht) 90 8 2 0 * Motor 12 55 30 2 0 0 * Auto 95 4 1 * Anders, namelijk ………… Vraag 1b Welk(e) vervoermiddel(en) gebruikt u persoonlijk en hoe vaak maakt u er gebruik van? (Meerdere antwoorden zijn mogelijk)
85% 3% 2% 6% 82% 49% 27% 40% 2%
1
Fiets Snorfiets (dragen van helm niet verplicht) Bromfiets (dragen van helm verplicht) Motor Auto als bestuurder Auto als passagier Openbaar vervoer (bus) Openbaar vervoer (trein) Rolstoel, scootmobiel, rollator
Binnen Lelystad 14,6 dagen per maand 13,4 dagen per maand 14,4 dagen per maand 3,7 dagen per maand 16,8 dagen per maand 7,9 dagen per maand 6,4 dagen per maand 5,3 dagen per maand 20,5 dagen per maand
Buiten Lelystad 1,0 dagen per maand 0,9 dagen per maand 4,0 dagen per maand 4,7 dagen per maand 11,4 dagen per maand 5,4 dagen per maand 3,6 dagen per maand 7,7 dagen per maand 7,0 dagen per maand
Bij de procentuele weergave zijn alleen de geldige antwoorden verwerkt, ‘weet niet/geen mening’ is hierin niet meegenomen.
Vraag 1c Bent u in het bezit van een geldig abonnement voor het openbaar vervoer? (Meerdere antwoorden zijn mogelijk) 33% 3% 2% 67%
Ja, van de Nederlandse Spoorwegen (NS-/OV-jaarkaart, OV-studentenkaart, trajectkaart, Voordeelurenkaart, netkaart e.d.) Ja, van de bus voor het stadsvervoer binnen Lelystad Ja, van de bus voor het streekvervoer Nee
Vraag 2a Hoe vaak gaat u naar stadscentrum ‘De Gordiaan’? (Als we het bij volgende vragen hebben over het stadscentrum, bedoelen we stadscentrum ‘De Gordiaan’). Dagelijks
Enkele keren per week
Enkele keren per maand
Enkele keren per jaar
Nooit
10%
47%
38%
4%
0%
Vraag 2b Zou u procentueel een schatting willen geven, hoe vaak u gebruik maakt van de volgende vervoermiddelen als u naar het stadscentrum van Lelystad gaat? (Let op: de cijfers moeten optellen tot 100%). Te voet Fiets / snorfiets Bromfiets / scooter Auto Motor Bus Taxi Anders, namelijk ……………….. Totaal
10 % 36 % 1% 48 % 0% 4% 0% 1%
100 %
Vraag 3a Kunt u aangeven welke waardering (rapportcijfer tussen 1 en 10) u voor het onderhoud van deze voorziening heeft? (1 betekent "zeer slecht", 10 betekent "uitmuntend"). (op een aantal van de genoemde voorzieningen gaan we verderop wat dieper in)
%
Rapportcijfer (s.v.p. per regel één hokje aankruisen) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
6,0 Voetpaden / trottoirs
1
2
3
8
15
26
32
12
1
0
6,3 Fietspaden
1
2
3
6
14
22
30
19
3
0
6,4 Straten / wegen
1
1
2
5
10
24
38
15
2
0
6,7 Dreven
2
2
2
4
7
19
34
24
6
1
Vraag 3b Indien u in de vorige vraag een of meer voorzieningen als onvoldoende (rapportcijfer lager dan 6) heeft beoordeeld, kunt u dit hieronder kort toelichten:
BEREIKBAARHEID De volgende vragen gaan over de bereikbaarheid van en in Lelystad. Vraag 4 In hoeverre bent u het eens of oneens met de volgende stellingen m.b.t. de bereikbaarheid van en in Lelystad per auto? (s.v.p. per regel één hokje aankruisen) Zeer mee Mee eens Niet eens / eens niet oneens
Mee oneens
Zeer mee Weet niet / oneens geen mening
Lelystad is van buitenaf slecht bereikbaar per auto
2
6
8
42
43
*
Vanuit Lelystad kan ik met de auto makkelijk overal naar toe
23
62
6
7
3
*
De bereikbaarheid binnen Lelystad per auto is goed
8
56
17
13
7
*
Lelystad beschikt over een logisch wegennetwerk (de indeling van de wegen, eenrichtingsverkeer) voor automobilisten
6
43
23
19
9
*
De bewegwijzering voor automobilisten is onvoldoende
2
24
21
43
11
*
Ik kom met de auto moeilijk van mijn straat op de hoofdwegen/dreven van de stad
3
8
9
50
31
*
De bereikbaarheid van het stadscentrum vanuit mijn woning per auto is goed
12
62
12
10
4
*
Mijn woning is goed bereikbaar per auto
22
68
4
4
2
*
Mijn woning is lastig te vinden voor bezoek
8
22
16
38
15
*
Vraag 5 In hoeverre bent u het eens of oneens met de volgende stellingen m.b.t. de bereikbaarheid van en in Lelystad per openbaar vervoer? (s.v.p. per regel één hokje aankruisen) Zeer mee Mee eens Niet eens / eens niet oneens
Mee oneens
Zeer mee Weet niet / oneens geen mening
De bereikbaarheid binnen Lelystad per openbaar vervoer is goed
5
42
22
25
6
*
Er zijn goede busverbindingen van mijn woning naar het stadscentrum
9
53
10
17
11
*
De bussen in Lelystad rijden te weinig
3
14
27
46
10
*
De afstand van mijn huis naar de bushalte is te groot
11
16
10
45
18
*
De bus vanuit mijn wijk sluit goed aan op de trein
6
51
24
11
7
*
De trein sluit goed aan op de bus naar mijn wijk
6
42
28
16
8
*
Het openbaar vervoer binnen Lelystad is slecht georganiseerd
3
13
31
43
10
*
De bus is ontoegankelijk (het is lastig om de bus in te komen)
2
5
17
56
20
*
Het Lelystadse openbaar vervoer vormt een aantrekkelijk alternatief voor de auto
4
16
24
35
21
*
Vraag 6 In hoeverre bent u het eens of oneens met de volgende stellingen m.b.t. de bereikbaarheid van en in Lelystad per fiets? (s.v.p. per regel één hokje aankruisen) Zeer mee Mee eens Niet eens / eens niet oneens
Mee oneens
Zeer mee Weet niet / oneens geen mening
In Lelystad hoef ik weinig om te fietsen om te komen waar ik wil zijn
7
48
15
23
7
*
De bereikbaarheid van het stadscentrum van Lelystad per fiets is goed vanuit mijn woning
21
65
7
7
1
*
Lelystad beschikt over een logisch fietspadennetwerk
7
39
23
23
9
*
Lelystad beschikt over een aantrekkelijk fietspadennetwerk
8
48
24
16
5
*
De bewegwijzering voor fietsers is onvoldoende als men vanaf mijn woning naar het stadscentrum toe fietst
9
36
18
31
6
*
De bewegwijzering voor fietsers is onvoldoende als ik van het stadscentrum naar mijn woning fiets
11
38
16
30
4
*
FIETSVOORZIENINGEN EN -BELEID De volgende vragen gaan over fietsvoorzieningen en fietsbeleid. Vraag 7 Wat vindt u van het aantal… Te veel
Veel
Niet veel/niet weinig
Weinig
Te weinig Weet niet / geen mening
bewaakte stallingmogelijkheden bij het station?
0
5
39
24
31
*
onbewaakte stallingmogelijkheden station?
3
10
21
23
43
*
bewaakte stallingmogelijkheden stadscentrum?
0
11
49
25
15
*
onbewaakte stallingmogelijkheden stadscentrum?
1
16
38
25
20
*
stallingmogelijkheden in het algemeen?
0
11
42
26
20
*
Vraag 8a Wilt u aangeven hoe tevreden of ontevreden u bent over het onderhoud van de volgende fietsvoorzieningen?
Fietsbruggen (over de dreven) Fietstunnels (onder de dreven door) Verharding fietspaden in uw wijk Bewegwijzering fietspaden Verlichting fietspaden in uw wijk Het gehele fietsroutesysteem in Lelystad
Zeer tevreden
Tevreden
Niet tevreden/ Ontevreden niet ontevreden
Zeer Weet niet / ontevreden geen mening
4
57
25
11
3
*
3
52
31
12
2
*
5 1 3
57 31 52
20 31 23
15 28 17
3 9 5
* * *
3
45
33
15
4
*
Vraag 8b Er volgt nu een aantal vragen over het fietsbeleid van de gemeente Lelystad. Hoe tevreden of ontevreden bent u over de volgende vier onderwerpen? Zeer tevreden
Tevreden
Niet Ontevretevreden/ den niet ontevreden
Zeer ontevreden
Weet niet / geen mening
Verkeersveiligheid fietsers (kans op botsing)
7
51
21
17
4
*
Sociale veiligheid fietsers (kans op dreiging)
2
38
36
21
3
*
Fietscomfort (stopfrequentie, wegdek, verkeershinder)
3
44
31
19
3
*
Aanpak fietsendiefstal (handhaving, opsporing, graveren)
1
19
46
23
11
*
Vraag 8c Indien u in vraag 8a of 8b één of meer zaken als (zeer) ontevreden heeft beoordeeld, kunt u dit hieronder kort toelichten:
Vraag 9 Welk rapportcijfer (tussen 1 en 10) geeft u uw gemeente voor het totale fietsbeleid, dus als u alle aspecten daarvan beoordeelt? (Met het totale fietsbeleid bedoelen we alles wat de gemeente Lelystad doet voor het fietsverkeer) (1 betekent "zeer slecht", 10 betekent "uitmuntend"). Rapportcijfer 6,5
PARKEREN De volgende vragen gaan over parkeren. Vraag 10 Hoeveel parkeerplaatsen heeft u op eigen (privé) terrein? (Meerdere antwoorden zijn mogelijk) 29%
Eigen garage (gesloten)
1,25 parkeerplaatsen
12%
Carport (halfopen met dak)
1,19 parkeerplaatsen
46%
Andere parkeermogelijkheid op eigen terrein
3,15 parkeerplaatsen
37%
Geen
Vraag 11 Waar wordt / worden meestal de auto(‘s) uit uw huishouden geparkeerd? (Meerdere antwoorden zijn mogelijk) 9% 11% 11% 40% 28% 28% 5% 0% 3%
N.v.t., mijn huishouden heeft geen auto Eigen garage Carport Andere parkeermogelijkheid op eigen terrein Voor mijn huis op openbaar terrein In mijn straat op openbaar terrein In een andere straat in de buurt op openbaar terrein In een parkeergarage (bijvoorbeeld met een parkeervergunning) Anders, namelijk: ……………………………………………………..
Vraag 12 Hoe tevreden of ontevreden bent u over de volgende onderwerpen? Zeer tevreden
Tevreden
Niet Ontevretevreden/ den niet ontevreden
Zeer ontevreden
Weet niet / geen mening
Het aantal parkeerplaatsen?
10
45
14
19
12
*
Het onderhoud van de parkeerplaatsen?
6
50
28
11
5
*
De afstand van de parkeerplaatsen tot uw woning?
20
62
13
3
2
*
In het algemeen over de parkeerplaatsen in de buurt van uw woning?
9
50
20
14
7
*
Het aantal parkeerplaatsen?
2
45
23
23
7
*
Het onderhoud van de parkeerplaatsen?
1
57
32
9
1
*
Het parkeertarief van de parkeerplaatsen waarvoor betaald moet worden?
2
20
29
29
20
*
Het systeem van achteraf betalen in een parkeergarage?
37
49
10
3
1
*
In het algemeen over het parkeren in parkeergarages?
6
49
32
9
3
*
Eigen straat / directe omgeving
Stadscentrum
Vraag 13 Wat vindt u van de parkeertarieven? Te hoog
Hoog
Niet hoog/niet laag
Laag
Te laag
Weet niet / geen mening
29%
28%
40%
3%
0%
*
Vraag 14 Heeft u wellicht ideeën of suggesties ter verbetering van de parkeergarages / parkeerfaciliteiten?
VERKEERSGEDRAG EN -VEILIGHEID De volgende vragen gaan over verkeersgedrag en verkeersveiligheid. Vraag 15 Kunt u voor elk van de onderstaande gevallen aangeven hoe vaak die naar uw idee voorkomen in uw buurt?
Fietsendiefstal Diefstal uit auto Beschadiging of vernieling aan auto en diefstal vanaf auto (bijv. wieldoppen) Geluidsoverlast door het verkeer Stankoverlast door het verkeer Parkeeroverlast Parkeeroverlast door grote voertuigen (bussen, vrachtwagens) Overlast door snelheid van het verkeer Agressief verkeersgedrag
Komt vaak voor
Komt soms voor
Komt (bijna) nooit voor
Weet niet / geen mening
8 4
39 37
52 59
* *
7
42
51
*
16 5 24
34 18 34
50 77 43
* * *
6
18
77
*
25 14
34 36
41 50
* *
Vraag 16 Wat vindt u van de verkeersveiligheid in Lelystad … Zeer goed
als voetganger als (snor)fietser als bromfietser of scooterbestuurder als automobilist als motorrijder in het algemeen
8 6 2 5 4 2
Goed
65 52 36 67 60 59
Redelijk
Matig
22 32 40 23 27 34
5 8 15 4 7 4
Slecht
Weet niet / geen mening
1 2 7 1 1 0
* * * * * *
Indien u in deze vraag een of meer keer de verkeersveiligheid als matig of slecht heeft beoordeeld, kunt u dit hieronder kort toelichten:
VERKEERSMAATREGELEN Vraag 17 Zijn er volgens u voldoende …
30-km zones in uw buurt? 30-km zones in Lelystad? wegversmallingen in uw buurt? wegversmallingen in de wijken van Lelystad? verkeersdrempels of plateaus in uw buurt? verkeersdrempels of plateaus in Lelystad? turborotondes in Lelystad? andere rotondes in Lelystad?
Te veel
Veel
Niet veel/niet weinig
Weinig
Te weinig Weet niet / geen mening
5 7 8
20 19 16
48 48 45
11 14 20
16 12 11
* * *
9
23
49
12
6
*
21 22 20 12
28 35 30 38
32 34 42 43
11 6 6 4
9 3 3 3
* * * *
Vraag 18 Welke maatregelen zijn volgens u noodzakelijk om de verkeersveiligheid te vergroten? (Meerdere antwoorden zijn mogelijk) 27% 12% 22%
Geen extra maatregelen nodig Meer plateaus / drempels Andere vormgeving plateaus en drempels, namelijk:
22% hoger
27% lager
14% steiler
39% minder steil
28% anders, namelijk……………………… 18% 23% 30% 23%
Versmallingen / asverspringingen Verlaging maximumsnelheden Meer snelheidscontroles Anders, namelijk
Vraag 19 Vindt u dat uw buurt voldoende toegankelijk is voor mensen die gebruik maken van een rolstoel, een scootmobiel, een rollator en dergelijke? Hierbij kunt u denken aan voetpaden die zo aangepast zijn dat gebruikers van een rolstoel, scootmobiel, rollator e.d. makkelijk de stoep op en af kunnen. 56% 24% 20%
Ja Nee, want …………….… Weet niet / geen mening
OORDEEL VERKEERSVOORZIENINGEN Vraag 20 Er volgen nu een aantal thema’s op het gebied van verkeer en vervoer. Kunt u voor elk thema hieronder voor heel Lelystad een gemiddeld rapportcijfer tussen 1 en 10 geven? (1 betekent "zeer slecht", 10 betekent "uitmuntend"). Rapportcijfer (s.v.p. per regel één hokje aankruisen) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 7,5 De bereikbaarheid van Lelystad
0
0
0
1
3
11
32
37
12
3
6,9 Het wegennetwerk
0
1
1
2
6
20
39
26
4
1
6,7 Het fietspadennetwerk
0
1
1
3
12
23
32
23
4
1
6,0 De doorstroming binnen Lelystad
1
2
4
8
15
28
28
12
2
0
6,6 De verkeersveiligheid
0
0
1
3
9
27
40
18
2
0
6,3 Parkeergelegenheid
1
1
2
4
12
30
35
13
1
0
6,4 Openbaar vervoer
1
1
1
3
12
29
35
14
3
1
6,7 De verkeerssituatie in het algemeen
0
0
0
2
9
25
46
16
1
0
Vraag 21 Waaraan ergert u zich het meest op het gebied van verkeer en vervoer in Lelystad?
Vraag 22 Wat vindt u het meest positief op het gebied van verkeer en vervoer in Lelystad?
Vraag 23 Welke onderwerpen op het gebied van verkeer en vervoer moet de gemeente de komende jaren met voorrang verbeteren? Wilt u een 1 zetten voor het onderwerp dat u het allerbelangrijkst vindt, een 2 voor het onderwerp dat u daarna het belangrijkst vindt en een 3 voor het onderwerp dat u daarna het belangrijkst vindt (s.v.p. maximaal 3 antwoorden geven). 9
Een betere bereikbaarheid met de auto
6
Een betere bereikbaarheid met het openbaar vervoer
4
Een betere bereikbaarheid met de fiets
5
Beter voetpadennetwerk
8
Grotere rolstoeltoegankelijkheid
1
Een verkeersveiligere omgeving
7
Minder geluidsoverlast
3
Meer parkeergelegenheid in de wijken
2
Meer parkeergelegenheid in het stadscentrum Anders, namelijk:
TOT SLOT U bent nu aan het einde van deze enquête. Wij danken u hartelijk voor uw medewerking. Als u nog aanvullende opmerkingen heeft, dan kunt u die hieronder kwijt. Deze ruimte is niet bedoeld voor het doen van verzoeken e.d. aan de gemeente. Hiervoor dient u apart een brief te schrijven aan: Gemeente Lelystad, Postbus 91, 8200 AB LELYSTAD
Het ingevulde enquêteformulier kunt u in de bijgeleverde antwoordenvelop vóór 20 maart 2006 terugsturen aan Onderzoek en Statistiek van de Gemeente Lelystad. U kunt uw enquête ook aan de publieksbalie van het Stadhuis inleveren.