ENGAGEMENT
EINDEXAMENKIJKWIJZER
naam school klas datum
VOORTGEZET ONDERWIJS VWO, NIVEAU 2015 - 2016
HOE HET WERKT
PLATTEGROND
VOOR DE LEERLING
Deze eindexamenkijkwijzer leidt je langs kunstwerken uit verschillende tijden en windstreken in het Gemeentemuseum Den Haag. Stuk voor stuk hebben ze iets te maken met het examenthema ENGAGEMENT. 8
HOE GA JE TE WERK
We raden aan om voor deze kijkwijzer minimaal 1,5 uur de tijd te nemen of van te voren een selectie te maken. De inrichting van het museum is aan wisselingen onderhevig. De afdeling Educatie doet haar best deze eindexamenkijkwijzer up-to-date te houden, het kan echter voorkomen dat een kunstwerk van deze kijkwijzer tijdelijk niet te zien is. Neem om het museumbezoek goed te laten verlopen van te voren contact op met de afdeling Educatie, tel.: 070 – 3381 120.
2
i
&
D
St
ijl
12 9 5
15
TUINZAAL
34
33
nt
de
k
he
tm
e od
27
O 32
rn
e
26
28 22
1e VERDIEPING
VOOR DE DOCENT
dr
7
BEGANE GROND
Een clipboard kun je bij de infobalie in de hal lenen. Je vindt bij ieder werk een afbeelding, een aanduiding waar je het kunt vinden, een tekst en enkele opdrachten. Je hoeft bij een werk niet met de tekst te beginnen. Ga rustig zitten op zaal, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je de introductie raadplegen. Op de plattegrond in je kijkwijzer kun je zien waar je bent.
M
on
n aa
e
3
25
24
BERLAGE
HET MUSEUM 1900 – 1945 SOCIAAL HET MUSEUM: DE GLAZEN GANG EN DE HAL
kunstenaar Hendrik Petrus Berlage titel Gemeentemuseum Den Haag datering 1935 materiaal diversen inventarisnr. MDIV-41-0985
Het gebouw moest een dienende functie hebben, in eerste instantie voor de kunstobjecten, maar dus zeker ook voor het publiek. Een museum is in feite een nutsobject: het heeft taken zoals ‘bewaren’, ‘onderzoeken’ en ‘tentoonstellen’. Het kunstvoorwerp staat centraal, dus het gebouw moet, naast eisen van goede architectuur, van binnen toch enigszins ‘bescheiden’ zijn. Dit museum heeft, dankzij de bijzondere bouw, desondanks in 1985 het predicaat kunstobject gekregen, getuige de plaquette op de grond bij de ingang waarop staat dat het in de inventaris is opgenomen. In 1935 is het Gemeentemuseum Den Haag geopend. Museum Boijmans van Beuningen
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen.
In 1935 is ook het Museum Boijmans van Beuningen (heette toen Museum Boymans) geopend. Het is opvallend wat een enorme verschillen er zijn tussen de twee gebouwen.
In 1915 had de architect Berlage een droom over een cultureel centrum dat hij het Pantheon der menschheid noemde: een uit beton opgetrokken gebouw dat de idealen van het pacifisme vertegenwoordigde. Dit idee en het daaruit ontstane ontwerp was in 1919 te duur voor een nieuw te bouwen museum voor Moderne Kunst in Den Haag. De toenmalige museumdirecteur Van Gelder heeft vervolgens met Berlage een bescheidener museum verwezenlijkt dat vooral makkelijk toegankelijk moest zijn voor een breed publiek. Beide heren waren sociaal democraten en vonden dat deze maatschappelijke ideologie tot uitdrukking moest komen in het gebouw. De tempel der kunsten moest laagdrempelig zijn en elke bezoeker moest eenvoudig de weg kunnen vinden naar de kunstwerken die hij wilde zien.
4
Bronnen Yvonne Brentjens en Titus Eliëns, H.P. Berlage, Waanders, 2010 J. van Es en D. Valentijn, Het laatste meesterwerk van Hendrik Petrus Berlage, de geschiedenis en restauratie van het Gemeentemuseum Den Haag, Waanders, 2000 Fransje Hooimeijer en Annuska Pronkhorst, Berlage, een Bouwmeester in beeld, Elmar bv. Pieter Singelenberg, Het Haags Gemeentemuseum van H.P. Berlage, Snoeck-Ducaju&Zoon, 1995 5
BERLAGE
HET MUSEUM OPDRACHTEN Bekijk het museum vanuit de GLAZEN GANG bij de entree. Museumdirecteur Van Gelder en architect Berlage bedoelden het museum niet alleen voor de betere kringen (die tot dan toe kunstpaleizen waren gewend), maar wilden vanuit sociaal democratische overwegingen het gebouw graag voor iedereen uitnodigend en makkelijk toegankelijk maken. In hoeverre kun je dat hier zien? Denk aan de vormgeving van de gevel, de verdeling van de bouwmassa en de entree zelf.
Vergelijk vervolgens het Gemeentemuseum in Den Haag met het Museum Boijmans van Beuningen (zie foto). Wat valt je op aan verschillen?
Loop door naar de grote HAL bij de informatiebalie
Daarvoor zijn de eigenschappen van de dingen zelf, zoals eenvoud van vorm en vooral van constructie (hoe zit iets in elkaar) heel belangrijk. Aangezien hij van het museum één geheel wilde maken heeft hij naast het gebouw zelf ook een aantal objecten in het museum ontworpen. Zo zijn de banken, tafel en lampen hier in de hal van zijn hand. Welke overeenkomsten zie je tussen de architectuur van Berlage en zijn kunstnijverheid ontwerpen hier in de hal?
Bekijk de plattegrond van het museum in je eindexamenkijkwijzer. De bezoeker moet gemakkelijk naar elke zaal kunnen gaan, zonder daarvoor eerst door allerlei ruimtes te lopen. Deze directe manier van bezoeken moest ook ‘museum moeheid’ tegen gaan, vooral bij de gasten die niet gewend waren hier te komen. Noem drie dingen in het gebouw die een bijdrage leveren aan deze efficiënte manier van rondlopen.
Desondanks is het voor de doorsnee bezoeker zonder plattegrond soms moeilijk om zich in het museum te oriënteren, terwijl Berlage in feite juist pleitte voor het voorkomen van lichamelijke en geestelijke vermoeidheid. Leg eens uit hoe dit komt.
Berlage was naast architect ook kunstnijveraar. Hij ontwierp bijvoorbeeld serviezen, meubels, boekbanden, lampen, vitrines en bestek. Vooral later in zijn leven vond hij dat de essentie van zijn ontwerpen niet zozeer in de schoonheid lag (over smaak valt niet te twisten), maar in de stijl van de creatie. 6
7
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE 1900 – 1945 POLITIEK LUDWIG MEIDNER kunstenaar Ludwig Meidner (1884-1966) titel Apocalyptisch Landschap datering 1912 materiaal olieverf op doek afmeting 94 x 109 cm objectnummer 1031903
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. Oorspronkelijk volgt de Duitse kunstenaar Meidner een steenhouwersopleiding, maar die breekt hij af. Hij gaat naar de Kunstacademie in Breslau en in 1906 verhuist hij voor een jaar naar het centrum van de kunst uit die tijd: Parijs. Vanaf 1908 woont hij in Berlijn. Hier maakt hij vooral illustraties voor mode advertenties. Dan bezoekt hij het Café des Westens, waar Avant Garde kunstenaars en dichters elkaar ontmoeten en debatteren. Hier wordt hij zo door geïnspireerd dat hij besluit om kunstschilder te worden. In 1912 exposeerde Ludwig Meidner samen met twee collega’s in een Berlijnse galerie. Zij noemen zich ‘Die Pathetiker’, waarmee ze willen aangeven dat hun kunst over heftige emoties gaat, bijna hartstochtelijk en hoogdravend is.
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 27 Binnen het expressionisme geven kunstenaars uitdrukking aan hun gevoelens en ervaringen, waarbij de werkelijkheid veelal vervormd wordt. Dat is ook het geval in zijn werk ‘Apocalyptisch Landschap’ uit 1912. Hij heeft over dit onderwerp een hele serie gemaakt (de laatste in 1916) in een voor die tijd nieuwe stijl. Hij is daarmee bekend geworden. Het zijn panoramische gezichten van (fantasie) steden. Het woord ‘Apocalyps’ betekent ‘catastrofe’, ‘vernie tiging’, ‘ondergang’ en verwijst oorspronkelijk naar een bijbelboek, waarin de ondergang van de wereld beschreven wordt. De term wordt in de bijbel ook gebruikt voor openbaringen aan gekozen profeten, die boodschappen van God doorgeven aan de mensen. Tegenwoordig beschrijft men met dit woord situaties, waarin de wereld ten onder lijkt te gaan. Zo is er in 1979 de film ‘Apocalyps now’ verschenen, waarin de Vietnamoorlog en de strijd tussen goed en kwaad in het diepste binnenste van elk individu centraal staat. Als Jood was Meidner zeer geïnteresseerd in de bijbelse profeten en hun visie met betrekking tot de vernietiging en de ondergang van de mens. Verder was hij ook zeer gefascineerd door het bruisende stadsleven, door de stad die vaak agressief uitdijt ten koste van de natuur. Meidner werd onder andere beïnvloed door de Italiaanse futuristen, een kunstenaarsgroep waarvan hij een expositie in een Duitse galerie had gezien. Deze groep richtte zich op de arbeidersbewegingen, de revolutie (opstand) en anarchie (een samenleving zonder autoriteit). Zij schilderden de dynamiek van het leven, de toekomst door strijd en aanval. Bronnen www.wikipedia.nl www. kunstbus.nl Archief Jüdisches Museum Frankfurt www.weimarart.blogspot.com
Hoewel Meidner zich niet bij een groep vond horen, wordt hij tot de Duitse expressionisten gerekend. 8
9
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 32
OPDRACHTEN Beschrijf wat je ziet op dit werk van Meidner.
Op welke wijze heeft Meidner hier laten zien dat het niet om zo maar een stad gaat, maar om een Apocalyps?
Luigi Russolo (1885-1947), de Opstand, 1911, Gemeentemuseum Den Haag
De Italiaanse futuristen inspireerden Meidner in zijn werk. Eén van hen was Luigi Russolo, waarvan De Opstand zich in het Gemeentemuseum bevindt. Vergelijk dit werk van Russolo in zaal 32 met het schilderij van Meidner en beschrijf die invloed.
Dit landschap is in 1912 gemaakt en wordt vaak verbonden aan een oorlog. Ben je het daarmee eens of zouden er ook andere associaties kunnen zijn, gezien Meidners achtergrond?
Vind je de label ‘kritisch-geëngageerde kunstenaar’ van toepassing op Meidner? Beredeneer je antwoord aan de hand van dit werk.
10
11
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE 1945 – 2010 UTOPIE CONSTANT kunstenaar Constant Anton Nieuwenhuijs - beter bekend als Constant (1920–2005) titel Groot Labyr datering 1960 afmetingen 84 x 75 x 105 cm materiaal metaal en plexiglas objectnummer 0330911
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 23 Constant droomde van een nieuwe wereld waarin mensen niet meer hoeven te werken. Hij creëerde zijn werk vanuit Huizinga’s idee van de homo ludens, de spelende mens. Constant tekende, schilderde en maakte schaalmodellen van de gebouwen die zouden passen in die wereld. Zijn utopische omgeving had geen vaste gebouwen en straten, alles was bewegelijk. De bewoners zouden de structuren altijd weer anders kunnen benutten en als nomaden rondtrekken door een stedelijke omgeving die zich vertakte over de kaart van Nederland tot in Duitsland, Frankrijk en Spanje. Waar de mens zich fijn voelt, blijft hij wat langer, om vervolgens weer verder te gaan. Op die manier zijn mensen altijd met elkaar in contact. Constant ontwikkelde New Babylon na de Tweede Wereldoorlog. In de jaren vijftig doemden overal in Europa, op de puinhopen van de Tweede Wereld oorlog, zich snel uitbreidende voorsteden op. New Babylon is een toekomstvisie die uitblinkt in optimisme. Constant zag dit New Babylon dan ook niet letterlijk als een stad, maar als het ontwerp van een nieuwe cultuur.
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen.
Bronnen Gemeentemuseum Den Haag, De Collecties, Waanders uitgevers, Zwolle, Benno Tempel, Ontdek het moderne, WBOOKS 2012 Kunst is keuze, Gemeentemuseum Den Haag, Waanders Uitgevers, Zwolle, 2007
Constant (Constant Anton Nieuwenhuijs ) ontwierp een stedelijke omgeving waarin de mens vrij en creatief zou leven. Hij noemde zijn project New Babylon. De naam verwijst naar Babylon, de mythische stad uit de oudheid, gelegen in het huidige Irak.
12
13
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE OPDRACHTEN
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 23
Constant tekende, schilderde en maakte schaal modellen van de gebouwen die zouden passen in zijn utopische wereld. Beschrijf wat je ziet.
Volgens de architect Rem Koolhaas heeft New Babylon ook veel architecten aan het denken gezet: Hij was een voorbeeld van durf, aldus Koolhaas. Zou je Constant als architect of als kunstenaar beschouwen? Beredeneer je antwoord.
Welke aspecten van New Babylon zie je in deze maquette terug? Leg uit waarom wel/niet.
Veel kunstenaars in de jaren zestig hadden voorkeur voor alledaagse, eenvoudige materialen: karton, ijzer, moeren en bouten. Wat voor materiaal gebruikt Constant en waarom, denk je?
New Babylon als een eindeloos netwerk van op palen rustende sectoren.
De sectoren als open gemeenschappelijke ruimtes, waarbinnen de New Babyloniërs met verplaatsbare wanden, vloeren, trappen, bruggen en ladders telkens nieuwe ruimtes en routes bouwen.
New Babylon als een netwerk waar onder en boven vormen van transport circuleren.
De spelende mens die door volledige automatisering niet meer te werken hoeft.
Waarin ligt volgens jou de kracht van New Babylon als visie op de maatschappij?
Zijn er overeenkomsten tussen New Babylon en een politieke, sociale of economische ideologie die je kent? Leg uit en noem ook waarin je het verschil ziet.
Waarom valt New Babylon onder de noemer utopische kunst? Geef een argument.
De mens als nomade.
14
15
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 25
1945 – 2010 SOCIAAL PAUL THEK
Volgens Thek ontbreekt in dit soort kunst elke bezieling. Hij wilde die daar in terug brengen. Hij was ervan overtuigd dat door de extreme welvaart en overvloed aan prikkels van de massamedia de men selijke zintuigen zijn afgestompt. Daardoor ervoer hij mensen (vooral in de kunstwereld) als oppervlakkig.
kunstenaar Paul Thek (1933-1988) titel Zonder titel; uit de serie Technologische Reliekhouder
Zijn meat pieces moesten in tegenstelling tot de televisiebeelden de mensen juist weer wakker schudden. Dat leek te lukken; bezoekers verlieten de galerie waar hij zijn meat pieces voor het eerst tentoonstelde regelmatig ‘kotsmisselijk’. Desalniettemin was Thek teleurgesteld. Verwarden de bezoekers zijn kunst matige stukken vlees met echt vlees? In een interview vroeg Thek zich af: ‘Worden mensen misselijk wanneer ze een schilderij van Francis Bacon [..] bekijken? Iets is altijd mooi en lelijk tegelijk.’ Het irriteerde hem dat mensen de tweeledigheid van zijn werk niet herkennen en waarderen.
datering 1965-66 materiaal Was, formica, hout, glazen kralen, hars, perspex afmeting 26,5 x 98,6 x 64,8 cm objectnummer 1052009
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. Rond 1964 trok de Amerikaanse kunstenaar Thek in New York de aandacht met zijn meat pieces. Hij reageerde hiermee op het werk van de Amerikaanse popart kunstenaar Andy Warhol (1928-1987). Warhol maakte in 1964 een serie kunstwerken die uiterlijk sprekend leken op de verpakkingsdoos voor Brilloschuursponsjes. Zijn ‘Brillo-box’ werd een van de beroemdste voorbeelden van de popart. Warhol imiteerde het massaproductieproces en de reclametaal door het effect van de herhaling van de Brillo-opdruk.
Andy Warhol, Brillo dozen, 1964
Zo leverde hij met zijn werk een persoonlijk commentaar op de dominante kunststromingen van zijn tijd. Als schilder, beeldhouwer, installatiemaker en theater ontwerper stelt zijn veelzijdig oeuvre het tijdelijke en kwetsbare van de kunst en het leven centraal. Bronnen Tentoonstellingscatalogus Van Rembrandt tot Damien Hirst, de Anatomische les, Gemeente museum Den Haag, Thoth, 2013 Laura Stamps, Tussen Bacon en Bourgeois, Bulletin Vereniging Rembrandt vol 25, voorjaar, 2015 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
Paul Thek, Meat Piece With Warhol Brillo Box, 1965.
16
17
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE OPDRACHTEN Bekijk dit werk van Thek van alle kanten en beschrijf wat je ziet en van welke materialen het is gemaakt.
Een reliekschrijn is een kist ( met daarin vaak een kleiner kistje) waarin overblijfselen (delen van een skelet of het gehele skelet) van een heilige of martelaar werden bewaard. Ze worden in processies (religieuze optochten) meegevoerd en vereerd. Dit werk heet: Zonder titel, uit de serie Technologische Reliekhouders. In welk opzicht doet het werk van Thek aan reliekschrijnen denken?
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 23 De Franse filosoof Baudrillard vond dat we in een tijdperk van ‘schijnvertoning’, van de ‘illusie’ leven. In zijn theorie wordt gesteld dat de mens het contact met de echte wereld is verloren, doordat hij een beeld van de wereld creëert aan de hand van wat hij in de media ziet. Hij zei dat er steeds minder waarheid is, omdat we al onze werkelijkheid baseren op iets wat we zelf (de mensheid) hebben bedacht (in film en media). In hoeverre sluiten de gedachten van Baudrillard aan bij de kunst van Paul Thek?
Jean Baudrillard
Reliekschrijn in Kortrijk
Een vluchtige blik in de perspex doos doet ons griezelen. Wat valt je op als je de homp vlees goed bekijkt? St. Gummarus processie
Het werk gaat onder andere over kijkgewoontes, over het verschil tussen goed kijken en een vluchtige blik. Wat bekritiseert Paul Thek volgens jou met dit werk?
18
19
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL 1945 - 2010 EMANCIPATIE LOUISE BOURGEOIS kunstenaar Louise Bourgeois (1911-2010) titel Spinnenpaar
‘De Moeder’ , symbool van bescherming. Maar hoe benauwend kan zo’n machtige moeder tegelijk zijn? Bourgeois verbindt de spin ook met de ontstaanswijze van haar eigen werk. ‘Wat is een tekening? Het is ook een afscheiding, ontstaan zoals de spin met de draad haar web bouwt.’ Spinnenpaar toont een moederspin die haar kind tegelijkertijd beschermt en beperkt. Een treffende verbeelding van de tweeledigheid die de relatie van Bourgeois tot haar moeder kenmerkt. Intimiteit, onderdrukte kinderemoties en de familieband liggen hieraan ten grondslag.
datering 2003 materiaal Brons en patina van zilvernitraat afmeting 228,6 x 360,7 x 363,8 cm objectnummer 1054408
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. De Frans-Amerikaanse Bourgeois studeerde eerst wiskunde. Pas na de dood van haar moeder (1932) begon ze aan een kunstopleiding, waarbij ze zich toelegde op de schilderkunst. Toen ze in 1938 naar New York verhuisde, ging ze op de beeldhouwkunst over. Bourgeois brak pas door toen ze 71 jaar was en een grote overzichtstentoonstelling in New York kreeg. Vanaf het moment dat ook in Londen en Parijs grote tentoonstellingen aan haar werk werden gewijd, wordt ze gerekend tot een van de belangrijkste kunstenaars ter wereld. Blijkbaar was de tijd rijp voor haar. Bourgeois put uit haar eigen persoonlijke (jeugd) ervaringen, zoals ook bij dit werk. Vanaf de jaren negentig tot aan haar dood maakte ze een serie sculpturen van spinnen. Ze zijn een eerbetoon aan haar moeder, die haar beste vriend was en helaas in 1932 stierf. Zij was een tapijtweefster, spinster van draden en verhalen, slim, geduldig, subtiel en nuttig als een spin. De spin staat bij Bourgeois symbool voor de universele oermoeder. Het voorbeeld van 20
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 31
Angst voor spinnen staat op nummer 1 op de lijst van meest voorkomende fobieën. Dit werk van Bourgeois zal dus wellicht bij de beschouwer een negatieve reactie oproepen. Echter één van de zoons van Bourgeois waardeerde spinnen omdat ze hem beschermden tegen muggen, een positieve waardering dus voor deze langpotige beesten. Het werk roept de spanning op tussen vriendelijk en dreigend, afstoten en aantrekken, angst en geruststelling. Bronnen Tentoonstellingscatalogus Hans Bellmer-Louise Bourgeois, Double Sexus, Ludion 2010 www.wikipedia.nl www. kunstbus.nl A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
OPDRACHTEN Met dit werk brengt Louise Bourgeois een eerbetoon aan haar moeder. Je zou kunnen zeggen dat we naar een moeder met kind kijken. Wie is wie, denk je? Leg uit waarom je dat denkt.
21
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL Dit werk gaat over aantrekken en afstoten, beschermen en beknellen. Hoe heeft Bourgeois dit vormgegeven?
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 31 Veel surrealistische beelden werken vervreemdend.
Het is een spontane manier van kunst maken.
Maakt het voor de beleving van dit kunstwerk uit waar het staat? Wordt een kunstwerk daardoor mooier of minder mooi? Vergelijk daarvoor de sculptuur in Bilbao met het spinnenpaar hier in het museum. Beargumenteer je antwoord.
Bourgeois heeft eens geschreven: ‘een kunstwerk hoeft niet uitgelegd te worden. Als je geen enkel gevoel bij mijn werk hebt, dan kan ik het je ook niet uitleggen. Dan heb ik gefaald.’ Wat vind je van deze uitspraak met betrekking tot dit werk?
Louise Bourgeois, Maman sculpture, Guggenheim Museum in Bilbao
Bourgeois ontmoette de schrijver André Breton en de kunstenaar Marcel Duchamp, beide vertegenwoordigers van het Surrealisme. Ze werd door deze stroming beïnvloed. Welke van onderstaande surrealistische kenmerken vind je hier van toepassing en waarom? Alledaagse dingen worden in een niet alledaagse context verbonden.
Het onbewuste wordt weergegeven, denk aan dromen, fantasieën, verdrongen gedachten en denkbeelden.
22
23
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL kunstenaar / uitvoerder Piet Mondriaan titel Compositie met rood, blauw, zwart, geel en grijs datering 1921
1900 – 1945 UTOPIE MONDRIAAN & DE STIJL Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen.
afmetingen 39,5 x 35 cm materiaal olieverf op doek objectnummer 0334328
[…] De Stijl was een tijdschrift, De Stijl was een beweging en De Stijl was een idee, een wereld- en kunstbeschouwing. […] Een aantal kunstenaars richtte in 1917 de beweging ‘De Stijl’ op. De belangrijkste leden waren Theo van Doesburg, Piet Mondriaan, Vilmos Huszár, Bart van der Leck, Georges Vantongerloo, Gerrit Rietveld, en J.J.P. Oud. Hun ideeën publiceerden zij in het tijdschrift ‘De Stijl’, dat werd uitgegeven door Theo van Doesburg (1881 – 1931). De nieuwe manier van denken en schilderen noemden de kunstenaars van De Stijl ‘Nieuwe Beelding’, ook bekend als Neoplasticisme. De leden streefden naar een radicale hervorming van de kunst, die gelijke tred hield met de technische, wetenschappelijke en sociale veranderingen in de wereld.
24
In de jaren ‘20 had Mondriaan een atelier aan de Rue du Départ in Parijs. Daar had hij een tafel staan, afgedekt met wasdoek, waar hij
BEGANE GROND: RUIMTE 15 omheen kon lopen. Mondriaan schilderde zijn werk terwijl het doek vlak op deze tafel lag. Hij begon meestal in de middag. Het zonlicht viel op dat moment niet meer direct binnen. Wel was er gericht licht van schuin opzij. Verfstreken, afsnijdingen van vlakken, de werking van kleuren, zelfs haartjes, vuiltjes en andere ongerechtigheden, de lichtval maakte het allemaal goed zichtbaar. In de avonduren schreef Mondriaan vooral tot laat in de nacht aan brieven en teksten. Daardoor stond hij ook betrekkelijk laat op. Iedereen wist dat het beter was om Mondriaan in de ochtend niet te storen. Zijn schilderijen uit die tijd vergeleek Piet Mondriaan met het verkeer op de Place de l’Opera in Parijs. De totale chaos, maar elk individu voegt zich in de verkeersstroom. Alles houdt zijn eigen individualiteit en doet toch mee in het geheel. Zoals de schilderkunst de belemmerende vorm brak, moest de mensheid zich volgens Mondriaan verlossen van het enge, knellende kerk- en vaderlandsverband. Hoe veel schoner zou de wereld worden, als de strijd der staten, der secten en zelfs der sexen plaats maakte voor harmonische evenwichtigheid. Door de toename van steeds zuiverder verhoudingen ontstonden volgens Mondriaan vrijere individuen. Zo werd het leven werkelijk evenwichtig, een volkomen nieuw bestel zou ontstaan waarin elk individueel belang dat ten koste ging van anderen, verdween. In een tijd van beweging en actie, waarin allerlei – werkelijke of vermeende- behoeften ons in beslag namen, diende de kunst ertoe een werkelijke schoonheid zichtbaar te maken in het ritme van gelijkwaardige tegenstellingen. De jazz en de moderne dans waren ook goede voorbeelden van hoe het zou gaan worden, omdat zij zich alleen nog richtten op ritme, en niet langer op melodie en verhaallijn. Bronnen Hans Janssen, Mondriaan in het Gemeentemuseum Den Haag, Gemeentemuseum Den Haag 2008 Hans Janssen/Michael White, Het verhaal van De Stijl, 2011
25
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL OPDRACHTEN Voor Piet Mondriaan (1872 – 1944) diende kunst ertoe, werkelijke schoonheid zichtbaar te maken. Die had volgens hem niets te maken met de zichtbare wereld. Het ging Mondriaan om gelijkwaardige tegenstellingen waarin de echte schoonheid schuilt. Kies een schilderij en noem 3 tegenstellingen (contrasten). Je kunt hierbij denken aan richtingen, kleuren en vormen.
BEGANE GROND: RUIMTE 15 Piet Mondriaan vergelijkt zijn schilderijen met het verkeer op de Place de l’Opera. Leg uit waarin hij een verband ziet tussen het verkeer en een abstract schilderij. Raadpleeg hiervoor ook de introducerende tekst.
Volgens Mondriaan wijzen zijn schilderijen de weg naar de maatschappij van de toekomst. Wat voor ideeën had Mondriaan over de toekomstige maatschappij? Wat bedoelt Mondriaan volgens jou met gelijkwaardige tegenstellingen? Leg uit aan de hand van dit schilderij of kies een vergelijkbaar werk. In hun manifest schreven de leden van De Stijl in 1918: Er is een oud en een nieuw tijdsbewustzijn. Het oude richt zich op het individuele. Het nieuwe op het universele. Het individuele en het universele zouden met elkaar in harmonie moeten worden gebracht. Dat gold voor de kunst evenals voor de maatschappij. Over Mondriaan wordt vaak gedacht dat hij zijn abstracte schilderijen met wiskundige precisie maakte: perfect uitgevoerde schilderijen waaruit het persoonlijke handschrift van de schilder is verdwenen. Geef argumenten die deze veronderstelling weerleggen. Mondriaan werkte namelijk behoorlijk intuïtief. Bekijk hiervoor ook goed (van dichterbij) zijn laatste werk, de Victory Boogie Woogie.
26
De kunstenaars grepen met deze begrippen terug naar de ideeënleer van de Griekse filosoof Plato. Volgens diens filosofie zijn de aardse voorwerpen en wezens slechts onvolmaakte (individuele) variaties op het eeuwig geldende onveranderlijke (universele) hogere beginsel, waarop de wetten van het heelal berusten. Waarom vond Mondriaan figuratieve kunst niet geschikt om het universele (universele harmonie) weer te geven, denk je?
27
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL 1900 – 1945 UTOPIE MONDRIAAN & DE STIJL Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen.
De essentie van De Stijl was het vinden van een nieuwe kunstvorm die volledig inzetbaar zou zijn in de maatschappij van de toekomst. Door samen te werken streefden de leden van De Stijl naar een nieuwe gemeenschappelijke stijl, waarin schilderkunst, beeldhouwkunst, vormgeving en architectuur een geheel vormden. Dat was op zich niet nieuw. Wat dit streven onderscheidde van eerdere ideeën over het samengaan van kunstvormen, is dat de groep vooral ook de hiërarchie tussen de verschillende kunstvormen wilde opheffen. Op deze manier zouden kunst, architectuur en stedenbouwkundige planning samensmelten.
Atelier Piet Mondriaan, Rue du Départ, 1926
28
BEGANE GROND: RUIMTE 5 EN 9 Mondriaan zag de woning niet langer als gesloten doos waarin de mens zich kon afscheiden. Een woning diende een constructie van vlakken en kleuren in het verlengde van de stad te zijn. Hiermee zou het idee ‘home sweet home’ verdwijnen. Mondriaan maakte echter geen aanspraak op enige rol op het gebied van vormgeving en architectuur, zijn ideeën hierover waren zuiver esthetisch. De architecten van De Stijl, zoals J.J.P.Oud, waren praktischer en technischer ingesteld en er waren vaak onderlinge discussies. Eigenlijk was De Stijl geen hechte groep zoals het manifest uit 1918 suggereert. De samenwerking binnen de groep ging niet zonder slag en stoot. Redenen om ruzie te maken waren er genoeg. Vantongerloo bijvoorbeeld wilde uitgaan van de kleuren van het spectrum. Mondriaan was daar tegen. Er waren voortdurend onderlinge discussies: over het wel of niet van de cirkel uitgaan, over het belang van zuivere mathematische verhoudingen en de rol van de diagonaal.
Theo van Doesburg, maquette Maison d’Artiste, 1923
Bronnen Hans Janssen, Mondriaan in het Gemeentemuseum Den Haag, Gemeentemuseum Den Haag 2008 Hans Janssen/Michael White, Het verhaal van De Stijl, 2011 Benno Tempel en Hans Janssen, tekst: Sarah van der Tholen, Mondriaan & De Stijl, Gemeente- museum Den Haag, 2011
29
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL OPDRACHTEN Ruimte 9
Piet Mondriaan veranderde de inrichting van zijn atelier naar mate zijn ideeën over schilderkunst veranderden. Aan het begin zag Mondriaan elke wand als een op zichzelf staande compositie. Later speelden alle elementen een rol in de eenheid van het atelier: de schilderijen, de plaatsing van kleedjes en de meubels. Mondriaan maakte voortdurend minimale ingrepen, soms hing hij een kleurvlak 1 cm naar rechts of links. Het is wonen in een schilderij, zei hij. Bekijk de maquettes van zijn atelier in Parijs of New York en licht deze uitspraak toe.
BEGANE GROND: RUIMTE 5 EN 9 In 1923 maakte Theo van Doesburg een tentoonstelling in Parijs onder de titel Les architectes du Groupe De Stijl. De deelnemers presenteerden een aantal maquettes om inzicht te geven in de ideeën van De Stijl. Beschrijf belangrijke aspecten van de vormgeving van het Maison d’Artiste. (Deze maquette kwam nooit tot uitvoering.)
Het is schilderen in 3 dimensies zei van Doesburg zelf. Wat bedoelde hij met deze uitspraak?
Ruimte 5
De Stijl heeft een enorme invloed gehad op de manier waarop we tegenwoordig kijken naar de inrichting van onze woningen. Bekijk de film De Woning in ruimte 5. Noem enkele kenmerken van een traditionele woning aan het begin van de 20e eeuw. Denkt van Doesburg hier als beeldend kunstenaar of als architect? Leg uit waarom je dat denkt.
30
31
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL 1900 – 1945 UTOPIE MONDRIAAN & DE STIJL
Ruimte 7
BEGANE GROND: RUIMTE 7 EN 12 Ruimte 12
In 1924 ontwierp Gerrit Rietveld (1888-1964) samen met Truus Schröder een woonhuis voor haar en haar 3 kinderen. Hierin komen de esthetische ideeën van De Stijl tot praktische uitvoering. De nieuwe woning kwam aan het eind van een in bruine baksteen opgetrokken huizenrij te staan, aan de rand van Utrecht. Volgens de woningwet uit 1901 moesten er voor koken, slapen en wonen gescheiden ruimtes zijn. Vandaar dat de begane grond een duidelijke indeling met van elkaar gescheiden ruimtes heeft. Beschrijf belangrijke aspecten van de vormgeving van het RietveldSchröderhuis. Betrek hierbij het interieur en het exterieur, de relatie tussen binnen- en buitenruimte en het wel/niet samengaan van de disciplines. Het net opgeleverde Rietveld-Schröderhuis, 1925 (Foto Rietveld-Schröderarchief, Utrecht)
Voor bouwprojecten in Rotterdam werd J.J.P. Oud gevraagd ontwerpen in te zenden. Bekijk de maquette van Café Restaurant De Unie. Sluit dit ontwerp aan bij het neoplasticisme of juist niet? Leg uit.
Café Restaurant De Unie in Rotterdam. Maquette tentoonstelling: Café Restaurant De Unie in Rotterdam, 1925 (reconstructie uit de jaren 1980)
De groep De Stijl wilde vooral ook de hiërarchieën tussen de verschillende disciplines opheffen. Wat betekent dat eigenlijk? Is Gerrit Rietveld hierin geslaagd, denk je?
32
Architect Oud wisselde met Mondriaan van gedachten over de relatie tussen schilderkunst en architectuur. Ik ben overtuigd niets te bouwen dat geen kunst zou zijn, zei Oud. Voor Mondriaan stond dat allerminst vast. Wilde de nieuwe architectuur kunst zijn, dan moest deze aan de voorwaarden van het neoplasticisme voldoen. Oud verzette zich echter tegen het compromisloze toepassen van de principes van het neoplasticisme op de bouwkunst. Waarin zag hij het probleem, denk je?
De kunstenaars van De Stijl streefden met hun ideeën naar een nieuwe wereld en een betere samenleving. Wat vind je van de rol die zij hiermee op zich namen? Leg uit.
33
NOTITIES
De afdeling Educatie van het Gemeentemuseum Den Haag staat niet in voor de juistheid van de inhoud van de voor deze kijkwijzer als bron gebruikte websites en publicaties en neemt geen verantwoordelijkheid voor de gevolgen van eventuele fouten in deze kijkwijzer. © Gemeentemuseum Den Haag Afdeling Educatie, oktober 2015 Tekst: Andrea Freckmann / Lèneke Knipscheer Vormgeving: Foto & Vorm
34
35