op bedrijventerreinen in Gelderland
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Een zoektocht naar kwaliteit
1
Harderwijk Putten
2 INHOUD
Apeldoorn
Zutphen
Barneveld
Lochem Steenderen
Ede
Doetinchem Winterswijk
Arnhem
Culemborg Geldermalsen
Tiel
Zaltbommel
01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23
Zutphen, De Mars Arnhem, IJsseloord 2 Steenderen, Aviko Nijmegen, Kanaalzone Putten, Ambachtstraat Spijk, Spijkse Dijk Apeldoorn, Ecofactorij Tiel, Medel ‘s-Heerenberg, EBT Doetinchem, Keppelseweg Harderwijk, Lorentz Zaltbommel, De Wildeman Doetinchem, Verheulsweide Duiven, Roelofshoeve Apeldoorn, Kayersmolen Barneveld, Harselaar Druten, Excluton Ede, A12 Lochem, Hanzeweg Nijmegen, Winkelsteeg Wijchen, Bijsterhuizen Winterswijk, DAV Zaltbommel, Poederoyen
Druten
Nijmegen Wijchen
Spijk
Duiven ‘s Heerenberg
Inhoud Leeswijzer Verwondering, vragen en antwoorden
5
3
Praten Themadag bedrijventerreinen
9
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Inspireren Collages openbare ruimten bedrijventerreinen 19 Schetsen Uitwerkingen schetssessies 45 Kijken Beelden van bedrijventerreinen in Gelderland 51 Woorden Gedichten van bedrijvigheid
107
Gedachten Ashok Bahlotra’s Ik ben het middelpunt van onverschilligheid
113
Ontwikkeling SER-ladder in de praktijk
121
Struinen Ecologie op Roelofshoeve, Duiven
129
Nabeschouwing Is er kwaliteit opgespoord?
136
LEESWIJZER
4
? Leeswijzer
Verwondering, vragen en antwoorden
Het boek heeft geen begin en geen einde. Je kunt het openslaan op elke willekeurige pagina en daar zie je een bijdrage aan de zoektocht naar kwaliteit op bedrijventerreinen. Deze kwaliteit is te vinden op verschillende niveaus. Het kan gaan om openbare ruimte en architectuur en ook om de functionele inrichting en het ruimtegebruik. Inspiratie- en werkbijeenkomst Themadag bedrijventerreinen In de zomer van 2011 hebben we een inspiratie- en werkbijeenkomst gehouden op het bedrijventerrein Roelofshoeve in Duiven. Ruimtelijke kwaliteit was het belangrijkste onderwerp van deze dag. Het middagdeel vond plaats op het bedrijventerrein en dat bracht werkelijkheid en theorie bij elkaar. De dag maakte duidelijk hoe verschillende invalshoeken samen kunnen leiden tot kwaliteit op bedrijventerreinen. Voorbeelden hiervan zijn ecologisch en functioneel groen als aanvulling op de openbare ruimte, herstructurering en menging met nieuwe functies als tuinbouw en bio-energie. Inspireren Collages openbare ruimte bedrijventerreinen Bosch Slabbers, landschapsarchitecten laten zien dat ingrepen op bestaande bedrijventerreinen de ruimtelijke kwaliteit kunnen verhogen. Hun visie heeft geresulteerd in collages. Die tonen aan dat verschillende uitgangspunten in het proces van ontwerpen kunnen leiden tot meer kwaliteit. Uit de studie komt duidelijk naar voren hoe belangrijk de keuze van de locatie van een nieuw bedrijventerrein is en dat er een visie op de functionele en ruimtelijke inrichting van een terrein moet zijn. Ook laat de studie zien wat er gebeurt als een circus zijn tenten, al dan niet tijdelijk, op een bedrijventerrein kan opzetten. Schetsen Uitwerkingen schetssessies Tijdens de themadag werd er vooral gewerkt aan de invulling van het bedrijventerrein Roelofshoeve in Duiven, maar er is ook veel gepraat, genetwerkt en rondgekeken. De overgang naar het landschap werd onder de loep genomen en er zijn suggesties gedaan, die zijn te gebruiken als de randen van het gebied definitief worden ingericht. Er is eveneens vrij geassocieerd. Hoe zou het bedrijventerrein eruit kunnen zien bij andere uitgangspunten? Het beeld wordt dan wezenlijk anders, maar wordt het ook beter? Kijken Beelden van bedrijventerreinen in Gelderland Fotograaf Theo Baart heeft Gelderse bedrijventerreinen bezocht. Hij laat objectief zien hoe ze erbij liggen. De foto’s zijn uiterst gevarieerd, van de immense Kanaalzone in Nijmegen tot het lokale Aviko in Steenderen. En van het verharde De Mars in Zutphen tot het landschappelijke IJsseloord 2 in Arnhem.
5 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Leeswijzer Verwondering, vragen en antwoorden Dit is ons inspiratieboek voor bedrijventerreinen in Gelderland. Het is caleidoscopisch opgezet met beelden, gedachten, collages en teksten. Beschouw het als een zoektocht naar kwaliteit op bedrijventerreinen.
LEESWIJZER 6
Deze vragen leiden tot een persoonlijke opvatting van (ruimtelijke) kwaliteit op bedrijventerreinen. Mogelijk komt u ook tot enkele antwoorden. Hoe zien bedrijventerreinen eruit als u het voor het zeggen heeft? Gedachten Ashok Bahlotra’s Ik ben het middelpunt van onverschilligheid Ashok Bhalotra, architect en stedenbouwkundige, kruipt in de huid van een bedrijventerrein en laat ons heel inspirerend meekijken vanuit de ‘ziel’ van één economisch bolwerk. Bhalotra laat ons ervaren wat zijn diepste verlangens en wensen zijn. Opvallend is de uitgesproken wens om meer onderdeel te zijn van de stad waar mensen 24 uur per dag verblijven. Ontwikkelen SER-ladder in de praktijk De ontwikkeling van bedrijventerreinen om in de ruimtebehoefte van bedrijven te voorzien verschuift, mede door krimp van de beroepsbevolking, steeds meer van nieuwe uitleg naar herstructurering van bestaande locaties. Aantrekkelijke en dynamische bedrijventerreinen zijn nodig. De Sociaal Economisch Raad heeft voor ruimtelijke ontwikkelingen de SER-ladder geïntroduceerd. Hoe wordt deze ladder van een mooi stukje tekst concreet? De provincie Gelderland heeft begin 2012 een symposium gehouden over de SER-ladder in de praktijk. Wat zijn de voordelen van het gebruik van deze ladder in relatie tot ruimtelijke kwaliteit? Woorden Gedichten van bedrijvigheid Wat doet een bedrijventerrein met mensen die er komen? Zoiets is niet te vangen in analytische foto’s, maar voor sommigen misschien wel in woorden. Om dat eens in de praktijk te testen hebben we twee Gelderse dichters gevraagd te verwoorden welke beelden bedrijventerreinen bij hen oproepen. Ze blijken zeer inspirerend te werken. Struinen Ecologie op Roelofshoeve, Duiven Ecologie en bedrijventerreinen blijken wonderwel samen te gaan. Struiner Jacco Steendam geeft de biodiversiteit op een bedrijventerrein in woord en beeld weer. Specifieke omgevingsfactoren zorgen voor een rijke diversiteit. Bijna achteloos geeft struiner Steendam enkele tips om deze terreinen natuurvriendelijk in te richten. Nabeschouwing Is er kwaliteit opgespoord? Deze publicatie bevat veel beelden, teksten en vragen die zijn terug te voeren tot vormen van inspiratie. In de afsluiting duiden we de kwaliteiten die hier naar voren zijn gekomen. Dit is uiteraard altijd selectief. Iedereen heeft zijn of haar eigen kijk op kwaliteit. Er is nu eenmaal geen zuivere waarheid als het gaat om ruimtelijke kwaliteit.
7 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Op de foto’s staat een vraag of een opmerking afgedrukt. De toevoegingen zijn afkomstig van deskundigen die van verschillende kanten naar de bedrijventerreinen kijken. Bijvoorbeeld met een economische bril, of van de zijde van ruimtelijke kwaliteit en ook wel met het oog op planologische aspecten. Wij vragen de gebruiker van dit inspiratieboek ook te zoeken naar kwaliteit en daar een eigen invulling aan te geven. Wat valt op als u naar de foto’s kijkt?
SYMPOSIUM 8
Praten Themadag bedrijventerreinen
9
Een duurzame ontwikkeling van bedrijventerreinen was het uitgangspunt van de themabijeenkomst ‘Bedrijventerreinen voor de toekomst’ in Duiven. In de toepasselijke omgeving van bedrijventerrein Roelofshoeve langs de A12 passeerden veel nieuwe ideeën de revue en ambities, voorbeelden en toekomstbeelden. Het ging over nieuwe verdienmodellen, groen als productiefactor en de winst van samen werken aan kwaliteit. Het symposium was georganiseerd door de provincie Gelderland samen met de gemeente Duiven en Lindus, associatie van ondernemers in de Liemers.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
SYMPOSIUM
10
Themadag: Bedrijventerreinen voor de toekomst
Van monocultuur naar synergiepark
Een duurzame ontwikkeling van bedrijventerreinen stond op het programma tijdens de themabijeenkomst ‘Bedrijventerreinen voor de toekomst’ in Duiven. In de toepasselijke omgeving van bedrijventerrein Roelofshoeve langs de A12, kwamen veel nieuwe ideeën, ambities, voorbeelden en toekomstbeelden voorbij. Over nieuwe verdienmodellen, groen als productiefactor en de winst van samenwerken aan kwaliteit.
Regisseur
De gemeente Duiven heeft in 2009 een intentieovereenkomst met de provincie gesloten voor deze pilot. De vijf pilot-projecten samen moeten kennis en ervaring opleveren over een duurzame ontwikkeling van bedrijventerreinen en hebben een voorbeeldfunctie. ‘Zo kunnen wij onderzoeken wat werkt’, verduidelijkt gedeputeerde Conny Bieze (Economie en Mobiliteit) van de provincie Gelderland in haar bijdrage. ‘De economie is een speerpunt in ons coalitieakkoord. Bedrijventerreinen zijn daar een wezenlijk onderdeel van. Ondernemers hebben een omgeving nodig waar het goed toeven is. Wij hebben 40 miljoen uitgetrokken voor revitalisering van bedrijventerreinen. Daar gaan we zeker mee door, ook al stopt de rijksbijdrage. De kwaliteit van bedrijventerreinen moet goed zijn, maar dat is lang niet altijd zo.’ De teruggelopen vraag naar ruimte op bedrijventerreinen – sinds de economische crisis – staat geen verzwakte focus op kwaliteit toe. Een verscherping is juist nodig. ‘Niemand is er bij gebaat als delen van bedrijventerreinen leegstaan. Omliggende bedrijven niet, gemeenten niet en de natuur elders ook niet. We moeten zorgvuldig plannen zodat we alleen nieuw realiseren wat echt nodig is, terwijl we de kwaliteit op bestaande bedrijventerreinen verbeteren. De provincie fungeert hierbij als regisseur.’ De pilot moet betere plannen voor herstructurering opleveren. Ondernemers kunnen voor hun bedrijf kosteloos een scan laten uitvoeren om zicht te krijgen op mogelijke verbeteringen. ‘De maatregelen, kosten en opbrengsten hiervan kunnen leiden tot een actieplan. Dat is altijd mogelijk. Voor groot en klein. Mijn boodschap voor ondernemers en gemeenten luidt: pak die kansen. Wij hebben de middelen beschikbaar.’ En er zijn meer pilots op komst. ‘Duurzame energie’ moet energiebesparing en CO2reductie opleveren op nieuwe en bestaande bedrijventerreinen. Een koplopergroep van bedrijven gaat hiervoor aan de slag, samen met de installatiebranche waarvoor een
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
De themadag begint nog met goed weer bij de aanvang in Hotel van der Valk. De dag is georganiseerd door de provincie Gelderland, in samenwerking met de gemeente Duiven en Lindus, associatie van ondernemers in de Liemers. Na een ontbijt voor ondernemers en bedrijfscontactfunctionarissen, gaat het ochtendprogramma om 10.00 uur van start. Allereerst komt het belang van gemeenten aan bod om te zorgen voor duurzame ontwikkeling van bedrijventerreinen. De aftrap wordt verzorgd door burgemeester Henk Zomerdijk van de gemeente Duiven. Naast stimuleren van de lokale economie, het vestigingsklimaat en de verkoopbaarheid van grond, wijst hij op de snel veranderende energiemarkt. ‘Dat biedt kansen voor werkgelegenheid. Energie en milieutechnologie kunnen een belangrijke economische drager worden. Wij willen vast voorsorteren op die veranderingen’, aldus Zomerdijk. Ook vertelt hij hoe dat gebeurt op bedrijventerrein Roelofshoeve, een van de vijf Gelderse pilot-projecten voor duurzame ontwikkeling van bestaande bedrijventerreinen. Integraal ketenbeheer, doorlevering van energie, ruimtelijke kwaliteit, verduurzamen van transport en biogasproductie zijn nieuwe doelstellingen voor het bestaande bedrijventerrein (60 hectare) en het nieuwe deel dat in ontwikkeling is. ‘Bijna alle bedrijven hebben plannen voor biogasproductie of doen het al, typeert de burgemeester.
11
SYMPOSIUM
12
prijsvraag wordt gelanceerd. De pilot ‘groene bedrijventerreinen’ moet nieuwe wegen opleveren voor een aantrekkelijker bedrijfsomgeving. ‘Met groen als productiefactor en marketingfunctie’, aldus de gedeputeerde. Tot slot is er een pilot ‘verzakelijking’ in voorbereiding om de waardeontwikkeling van bedrijventerreinen te beïnvloeden. ‘Al voor een neerwaarts spiraal kan optreden. Ook marktpartijen moeten een prominente rol spelen bij de (her)ontwikkeling en het beheer van bedrijventerreinen.’ Een koplopergroep met gemeenten en ontwikkelaars moet hiervoor nieuwe businessmodellen ontwikkelen. De bijdrage van de gedeputeerde eindigt met een uitgestoken hand naar alle betrokkenen. ‘Ga samen met ons in zee om alle bedrijventerreinen klaar te stomen voor de toekomst.’ Meepraten kan ook via LinkedIn (groep: Bedrijventerreinen van de toekomst) en Twitter (#bvdt). Succesfactoren
Samen kansen creëren die je individueel niet hebt, staat centraal in een bijdrage over duurzame energiesystemen op bedrijventerreinen. Strategisch adviseur Peter Wolbert
panelleden vlnr: Henk Zomerdijk, Peter Wolbert, Theo Baart, Robbert Snep, Tijs van Loon
van advies- en ingenieursbureau DHV vertelt over zijn ervaringen op bedrijventerrein A1 bij Deventer. En over de lessen en kansen voor Gelderse bedrijventerreinen. De aanpak bij het terrein van 137 hectare aan de Gelderse kant van de A1 (10 jaar geleden was het Gelders grondgebied) behelst de inzet van biomassaconcepten, warmte en koude opslag voor gebouwen, lokaal opwekken van energie (smart grid) en flexibele energieconcepten om mee te bewegen met veranderingen. ‘Zodat je goed kunt omgaan met nieuwe situaties die zich voordoen’, aldus Wolbert. Ook wijst hij op de waarde van een energiescan voor bedrijven. ‘Dat geeft inzicht en laat ondernemers meer nadenken over waar zij zich het best kunnen vestigen op een bedrijventerrein. Dat geeft mogelijkheden tot sturing.’ Als succesfactoren in Deventer noemt Wolbert allereerst het wederzijdse vertrouwen tussen de samenwerkende partijen. ‘Dat begint met een goede selectieprocedure, met veel aandacht voor zorgvuldigheid en vertrouwelijkheid. Wij hebben daarom bewust gekozen voor de concurrentiegerichte dialoog als aanbestedingsvorm’,
Groot verschil
Welke meerwaarde heeft een groen bedrijventerrein voor het bedrijfsleven? Hierover spreekt ecoloog Robbert Snep van de Wageningen Universiteit, gepromoveerd op het thema groene bedrijventerreinen. ‘Juist een bedrijventerrein kan een groot verschil maken. Aandacht voor groen kan niet alleen de eigen ecologische footprint verkleinen. Een kleiner minpunt, kan ook een pluspunt worden.’ Dat gaat veel verder dan alleen een representatieve bedrijfsomgeving. Naast imago,
rechts: panelleden Frank Geerlings, Henk Zomerdijk, Conny Bieze, en Annemiek Rijckenberg die wordt geinterviewd door dagvoorzitter Bob Roelofs.
exposure en een stabielere vastgoedwaarde wijst Snep op de invloed op het functioneren van werknemers. ‘Meer groen in woonwijken zorgt voor minder stress en overgewicht bij mensen. Een vergelijkbare invloed moet er voor bedrijfsterreinen ook zijn. Voor werknemers kan dat bijvoorbeeld betekenen: plezierig en efficiënt werken en minder verzuim. In Japan zijn bedrijven als Sony en Toyota gevestigd in royaal groen, zoals wij dat niet kennen’, laat de ecoloog met indrukwekkende foto’s zien. ‘Dat doen ze al dertig of veertig jaar, zonder één yen subsidie. Daar hebben ze het belang al lang van ingezien.’ Groen met kwaliteit betekent ook: groen dat betekenis geeft aan de omgeving. Een gazon is ook maar ‘groen asfalt’, prikkelt Snep de toehoorders. Waarom geen groene gevels, een tuin om rookhokjes aanleggen of groene borders realiseren, die het verhaal van de omgeving versterken? Een bedrijventerrein moet veel meer een synergiepark worden: functioneren als een ecosysteem waarbij meer belangen gekoppeld zijn. ‘Zoek waar de belangen en de mogelijkheden voor ketenvorming liggen. Ga dat gesprek aan en er blijkt vaak veel meer mogelijk dan je vooraf kunt bedenken. Terwijl meer groen niet ten
13 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
aldus de adviseur. Naast de verdienpotentie is ook de ruimte voor creativiteit van groot belang. ‘Dat betekent: kaders niet dichttimmeren en niet juridiseren.’ Want wie marktpartijen wil activeren, moet hen niet meteen committeren aan grote risico’s. ‘Uiteindelijk gaat het om grensoverschrijdend denken en de kunst van het verbinden. Voor overheden betekent dat: denk mee met initiatieven en faciliteer. Ondernemers: zoek de samenwerking en durf ambitie te tonen. Adviseurs: denk buiten de kaders en werk praktijkgericht. Het gaat niet om de mooie plannen, maar om de uitvoering in de praktijk.’
SYMPOSIUM
14
15
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
SYMPOSIUM
16
koste hoeft te gaan van de economische bedrijfsvoering.’ Als voorbeeld wijst Snep op de krantenpapierfabriek van Parenco in Renkum. De eiwitten die er overblijven, blijken van grote waarde voor een viskwekerij (tilapia), die er daardoor naast is gevestigd. Dergelijke ontwikkelingen stimuleren, vereist vooral een andere manier van denken. Van zones per type bedrijvigheid naar de koppeling van belangen. Relatie zoeken
Na een korte pauze wordt een debat tussen publiek en sprekers ingeleid door een zoektocht naar (ruimtelijke) kwaliteit met fotograaf Theo Baart en landschapsarchitect Tijs van Loon van Bureau Bosch Slabbers. De fotograaf – met een fascinatie voor verschillen tussen plan en praktijk – wijst op de vaak fantastische ligging van bedrijventerreinen. Maar in de praktijk is het volgens hem toch vaak ‘een sneue aangelegenheid’ of oogt het zelfs als ‘een ontstoken blinde darm. Monocultuur kan aantrekkelijker worden door een relatie aan te gaan met de omgeving. Maar veel eigenaren zijn nu niet schatplichtig, zoals boeren dat vroeger bijvoorbeeld waren aan het landschap.’ Identiteit is het sleutelwoord om de ‘losse enclave’ die relatie te laten zoeken, stelt de landschapsarchitect. ‘Het verhaal van de regio of de functie van het type bedrijf kan het verschil maken tussen een vierkante doos of een bedrijfsgebouw met een eigen stijl. Of ontwikkel een nieuwe identiteit.’ Ingewikkeld? ‘Ook een eenvoudige houten loods kan een mooi verhaal vertellen.’ Hun visie en zoektocht is door Bosch Slabbers en de fotograaf – in opdracht van de provincie – recentelijk vastgelegd in een publicatie als een Work in progress: Een zoektocht naar kwaliteit, op 23 bedrijventerreinen in Gelderland.
Publieksdebat
Met de aangereikte kennis, kaders, prikkels en voorbeelden kan het publieksdebat van start. Onder andere over de rol van de provincie bij duurzame ontwikkeling van bedrijventerreinen. De als panellid aangeschoven adviseur stedelijke ontwikkeling Annemiek Rijckenberg wijst op het ‘verdienmodel’ voor herstructurering dat vaak sterker kan. ‘Vaak heeft dat nog iets nodig om te zorgen dat de gewenste ontwikkeling echt van de grond komt. De provincie kan dat stimuleren. Met cash, maar ook door hiervoor nieuwe mechanismen op gang te brengen.’
Tijdens het middagprogramma kan over alle gesprekken en ideeën worden doorgepraat tijdens een fietstocht over bedrijventerrein Roelofshoeve. Hierbij kunnen bedrijfsbezoeken en verschillende workshops worden gevolgd. Van schetsateliers en struinen in de natuur tot een kijkexpeditie met een fotograaf. Werken aan (ruimtelijke) kwaliteit begint immers vaak met een manier van kijken. Of in de woorden van fotograaf Seppe Ruberti: ‘In plaats van kijken, wil ik jullie leren zien.’ Zo is er volop stof tot napraten tijdens de afsluitende fietstocht en borrel in Hotel van der Valk. De meeste deelnemers zijn net op tijd binnen voor een zomerse regenbui zich meldt. <
17 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Ook is er veel lof voor de rol die de provincie Gelderland al speelt. Bijvoorbeeld van een oudStatenlid in het publiek. ‘Van nature is er veel gemopper van gemeenten op de provincie, maar deze rol heeft de provincie goed opgepakt. Dat mag gezegd worden. De samenwerking tussen provincies verdient wel aandacht. Net zoals gemeenten over hun grenzen kijken, is dat voor provincies ook van belang. Anders kunnen ook gemeenten er last mee krijgen.’ De Gelderse Milieufederatie is enthousiast over de Gelderse koppeling van nieuwe bedrijventerreinen aan de herstructurering van bestaande terreinen. ‘Eén aandachtspunt: het staat nu mooi op papier, maar moet ook in de praktijk nog gerealiseerd worden’, aldus de uitdaging volgens adjunct-directeur Joost Reijnen. Een verfrissend idee komt van een architect in de zaal, die pleit voor meer menging van functies op bedrijventerreinen. ‘Waarom geen tuinbouw of bio-industrie toelaten? Of het recht om te wonen op een industrieterrein? Daar moet wel iets tegenover staan: niet meteen zeuren over de omgeving als je daarvoor kiest. Dat vereist minder verstikkende weten regelgeving. Daar ligt een rol voor de provincie om die ruimte te creëren.’ Kan dat? Gespreksleider Bob Roelofs (griffier van de Provinciale Staten) vraagt dat aan burgemeester Zomerdijk. ‘Het zal niet gemakkelijk zijn, maar ik vind het een verfrissende gedachte om mee te experimenteren.’ Fotograaf Baart: ‘Het is best vreemd dat je niet kan wonen op een industrieterrein als je dat zelf wilt, zelfs niet als je onder de rook van Schiphol woont.’ In haar slotwoord staat ook gedeputeerde Bieze stil bij grotere menging van functies, in dit geval: wonen en werken. ‘Vroeger was dat heel normaal. Dan ging een boer na het eten nog even in de stal kijken. Later zijn we wonen en werken veel meer gaan scheiden. Toch groeit de behoefte aan mengvormen. Bijvoorbeeld door Het Nieuwe Werken. Kijken naar de toekomst kunnen we daar wellicht iets mee.’
Coenensparkstraat
Gruttershof
Wagensdreef
Contrescarp
Prinsterenstraat
Ennekomsewe
Dreef
Oudstraat
Laterensestraa Bakkerstraat
Gerritsenweg Jutlandsestraat
ANTWOORDEN
18
Wirwar aan wegwijsborden in alle verschillende formaten en stijlen.
Lederland
Cluster Familymall
IKEA
CILO
Gamma Bouwmarkt
Brugman Keuk
“Ja verdorie, jij zou de weg wijzen, let dan ook een beetje op!”
Onstein Meubelen
Praxis
Leenbakker
Mandemakers Keukens
To Switch
Bouwmaat
Een wirwar aan borden die de weg moeten wijzen, de ene nog groter en opvallender dan de andere. Allemaal bij elkaar zie je door de bomen het bos niet meer. Dit geldt voor bewegwijzering maar ook voor reclame op gevels. Als dit geordend en duidelijk gebeurt is het geen probleem. Maar als de ene reclame de andere wil overschreeuwen, ontstaan er onrustige en onoverzichtelijke plekken die een averechts effect hebben op het beoogde doel.
Hanza Meubel oenens Park Keukens kenland Design ter Eijerkamp per XXL
Deco Home
Megastunter X
Inspireren
Bosch Slabbers Bosch Slabbers tekent voor de buitenruimte in het landelijke en in het stedelijke gebied. Het bureau ontwerpt op alle schaalniveaus: van tuin tot landschap en van dorp tot stad. BS heeft vestigingen in Den Haag, Arnhem en Middelburg. Er werken circa 25 landschapsarchitecten, ontwerpers, technisch adviseurs en tekenaars.
19 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Collages openbare ruimte bedrijventerreinen De beelden op de volgende pagina’s zijn gemaakt door Bosch Slabbers. Ze doen geïnspireerde voorstellen om aan meer kwaliteit te werken op bedrijventerreinen. Ze laten zien hoe deze plekken eruit kunnen zien als er destijds een ander uitgangspunt voor het ontwerp was gekozen. In het meest extreme voorstel zou het bedrijventerrein er niet eens zijn gekomen.
ANTWOORDEN
20
21
Het bedrijfspand is vervallen en lijkt leeg te staan. Het ziet er niet aantrekkelijk uit.
‘Slopen van in onbruik geraakte, ontsierende bedrijfsbebouwing. Wat kan dat opleveren?’ Dit soort plekken is ideaal voor grootschalige tijdelijke evenementen. Ze brengen leven op een industrieterrein. Lege plekken die telkens tijdelijk ingericht worden met groen: schapenwei, bloemenweide, stadslandbouw, trapveldje, vliegerveldje, circus. Dus niet laten verloederen, maar weghalen van in onbruik geraakte bedrijfsbebouwing en inrichten met eenvoudige middelen.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
p.74 Doetinchem, Keppelseweg
ANTWOORDEN
22
p.66 Apeldoorn, Ecofactorij
Nieuw bedrijventerrein met een kunstmatige vijverpartij als erfafscheiding.
‘Is cotoneaster op vijverfolie landschap?’ De meeste bedrijventerreinen zijn anonieme enclaves die op elke plek in het land kunnen liggen. Ze zien er hetzelfde uit en gaan geen relatie aan met de omgeving. Door bedrijventerreinen meer te verbinden met stad, dorp of landschap ontstaat een terrein dat niet op zichzelf staat, maar echt hoort bij de plek. In het voorbeeld wordt het landschap als een robuuste werkbijeenkomst voor de structuur van de Nieuwe Hollandse Waterlinie door het bedrijventerrein heen getrokken. Het verschaft het bedrijventerrein een eigen identiteit, waarbij fiets- en wandelroutes het gebied dooraderen. Dit is aantrekkelijk voor de werknemer die iedere dag om 8 uur klaar moet staan op het werk en ook aantrekkelijk voor de recreant die de stad uit en het landelijke gebied in wil.
23
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
ANTWOORDEN
24
25
Nieuw bedrijventerrein met een grote diversiteit aan architectuur en een flink stuk braakliggende grond.
‘Is dit geen mooie plek voor prefab-bouw?’ Bedrijventerreinen worden doorgaans leeg en bouwrijp opgeleverd met slechts enkele regels in het bestemmingsplan om aan te voldoen. Het gevolg is een grote diversiteit aan bouwstijlen met weinig ruimtelijke samenhang. Een nieuw idee is het om behalve grond ook geprefabriceerde bouwelementen aan te bieden. Een set van bouwstenen, waaruit de ondernemer zijn eigen bedrijfsgebouw kan samenstellen. Een flexibel en duurzaam systeem, uitbreidingen zijn eenvoudig uit te voeren en bij veranderende wensen zijn bouwstenen eenvoudig uit te wisselen. ‘Eenheid in verscheidenheid’, elke ondernemer stelt een unieke combinatie samen uit dezelfde familie van bouwstenen.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
p.92 Ede, A12
ANTWOORDEN
26
p.62 Putten, Ambachtstraat
Uitgestorven binnenplaats met lege bedrijfspanden eromheen.
‘Hier wonen? Nee, is me veel te saai!’ Na 17.00 uur stromen alle werknemers weer huiswaarts en ze laten een leeg bedrijventerrein achter. Door functies te mengen kan er ook buiten werktijden een levendiger stadsdeel of dorpsplek ontstaan. Ze zouden ruimte kunnen bieden aan nieuwe woonvormen, creatieve industrie, vrijplaatsen voor cultuur en andere ‘spontane‘ ontwikkelingen.
27
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
ANTWOORDEN
28
29
Een plaatselijke hovenier kan hier zijn snoeivaardigheden etaleren.
‘Maar passen deze Disney-bomen goed op een bedrijventerrein?’ Inrichtingselementen op een bedrijventerrein zouden sober en stoer moeten zijn. Passend bij het functionele karakter ervan. Een rotonde is een verkeerskundig element. Die moet je niet als een tuin inrichten, maar juist eenvoudig houden, zeker op een bedrijventerrein.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
p.74 Doetinchem, Keppelseweg
ANTWOORDEN
30
p.84 Apeldoorn, Kayersmolen
Het bedrijfsgebouw is splinternieuw, maar de buitenruimte is al verwaarloosd.
‘Gaat iemand de boel hier nog opruimen?’ Het gebouw ziet er verzorgd uit, maar waarom wordt het gras niet gemaaid en ligt er een hoop puin? Blijkbaar geldt dit terrein niet als visitekaartje van het bedrijf. Hoe het eruit ziet is niet van belang. Een terreinbeheerder zou hier wellicht een oplossing zijn. Deze kan mensen aanspreken als het terrein niet goed beheerd wordt, of ervoor zorgen dat het algemene groen goed onderhouden wordt. Als een ondernemer trots is op zijn terrein, dan zal hij vanzelf meer moeite doen zijn eigen plek netjes te houden.
31
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
ANTWOORDEN
32
33
Grote loods, pal naast dorpse weg gebouwd.
‘Waarom staat dit bedrijfspand hier?’ Had hier wel een bedrijventerrein gerealiseerd moeten worden? Heeft ieder dorp recht op zijn eigen bedrijventerrein of zijn er plekken die zich daarvoor niet lenen? In ieder geval was het gepaster geweest als het bedrijfspand een stuk verder van de rijweg af had gestaan. Er was dan ruimte geweest voor een tweezijdige laan en het bedrijfspand zou niet zo prominent op de voorgrond staan.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
p.58 Steenderen, Aviko
ANTWOORDEN
34
p.78 Zaltbommel, de Veilingweg
Informele plek met woningen en bedrijven. Betonnen blokken moeten voorkomen dat de bocht afgesneden wordt.
‘Hoe komt die lantaarnpaal zo scheef?’ Een bedrijventerrein moet functioneren. Daarvoor moet het robuust zijn. Vrachtwagens die over een stoeprandje rijden of de bocht iets te nauw nemen, die moeten geen blijvende sporen achterlaten. Stevige randen, ruime bochten, brede wegen en sterke beplanting. Een bedrijventerrein moet, kortom, tegen een stootje kunnen!
35
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
ANTWOORDEN
36
37
Lage, brede en grijze loodsen aan de horizon.
‘Kan dit niet compacter?’ Door bedrijfsbebouwing en functies te stapelen kan een bedrijf met een veel kleinere footprint toe. Dit kan leiden tot een kleiner oppervlak aan bedrijventerreinen, of juist meer ruimte voor een robuuste groenstructuur op het bedrijventerrein.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
p.72 ‘s-Heerenberg, EBT
ANTWOORDEN
38
p.102 Winterswijk, DAV
Grijze loodsen bepalen het beeld van het gemiddelde bedrijventerrein.
‘Welke loods? Bedoel je die lichtgrijze?’ De meeste bedrijfspanden zijn vooral functioneel en hebben weinig karakter. Of loodsen in Amsterdam staan of in Doetinchem, ze zien er hetzelfde uit. Zou het voor een bedrijventerrein een meerwaarde zijn als we bouwen met meer aandacht voor de identiteit van de plek? Kunnen bedrijfspanden ook streekeigen kenmerken hebben?
39
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
ANTWOORDEN
40
Coenensparkstraat Contrescarp
Gruttershof Prinsterenstraat
Wagensdreef Ennekomseweg
Dreef
Oudstraat
Laterensestraat Bakkerstraat
Gerritsenweg Jutlandsestraat Lederland
Cluster Familymall
IKEA
CILO
Gamma Bouwmarkt
Brugman Keukens
Onstein Meubelen
Praxis
Leenbakker
Mandemakers Keukens
To Switch
Bouwmaat
Hanza Meubel oenens Park Keukens kenland Design ter Eijerkamp per XXL
Deco Home Megastunter XL
41
p.52 Zutphen, De Mars
Wirwar aan verwijsborden in alle mogelijke formaten en stijlen.
‘Ja verdorie, jij zou de weg wijzen, let dan ook een beetje op!’ Een wirwar aan borden die de weg moeten wijzen, het ene nog groter en opvallender dan het andere. Je ziet door de bomen het bos niet meer. Dit geldt voor bewegwijzering en ook voor reclame op gevels. Als dit geordend en duidelijk gebeurt, dan is het geen probleem. Een reclame die de andere wil overschreeuwen laat onrustige en onoverzichtelijke plekken ontstaan, die een averechts effect hebben.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
sight
ANTWOORDEN
42
p.74 Doetinchem, Keppelseweg
De Oude IJssel bij het industrieterrein geeft sfeer en karakter aan de plek.
‘Best mooi eigenlijk hier. Jammer dat we niet even ergens kunnen zitten.’ Een plek om even buiten te genieten van de middaglunch is meestal niet aanwezig op een industrieterrein. Terwijl zoiets juist voor het welbevinden van de werknemer een groot voordeel kan zijn. Wat zou het prettig zijn even in het gras te kunnen liggen in de middagpauze…
43
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
KWALITEIT
44
Schetsen
Ook is er gekeken naar de overgang van het bedrijventerrein naar het landschap. Hoe kan een goed ontworpen rand bijdragen aan een betere ruimtelijke kwaliteit op het bedrijventerrein en in het omringende landschap?
45 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Uitwerkingen schetssessies Tijdens het symposium, beschreven in ‘Themadag bedrijventerreinen’ zijn er enkele schetssessies geweest. Met de collages van Bosch Slabbers voor ogen werden ontwerpprincipes op Roelofshoeve toegepast. De schetssessies waren op het bedrijventerrein zelf. De plek heeft de deelnemers geïnspireerd.
KWALITEIT
46
Identity ‘De poort van NL’ Het bedrijventerrein Centerpoort is één van de entrees van Nederland. Het thema Energie en Afval biedt het terrein een onderscheidende identiteit. De AVR is al een sterk beeldmerk en dit wordt verder uitgebreid. In de toekomst levert de AVR energie aan alle omliggende bedrijven. In tegenstelling tot wat gebruikelijk is, liggen de leidingen niet ondergronds, maar ze zijn bewust zichtbaar gemaakt. Ook de lokale afvalstromen die allemaal eindigen bij de AVR zijn inzichtelijk gemaakt. Bij de IKEA kun je bijvoorbeeld je oude kast of bankstel inleveren. Via een lopende band wordt die getransporteerd naar de AVR, om daar verwerkt te worden tot waardevolle grondstoffen en energie. Op alle loze plekjes tussen de gebouwen en de snelweg wordt koolzaad ingezaaid, die dient voor de productie van biobrandstof. De bloemen zorgen in het voorjaar voor een gele loper die deze toegang van Nederland markeert.
Compact ‘The Dutch Mountains’
Er ontstaat een uniek golvend heuvellandschap om in te wonen, te werken en te recreëren. Deze Dutch Mountains zijn een icoon over de snelweg, een voorbeeld van meervoudig ruimtegebruik en duurzaamheid. Het bedrijventerrein is meer dan energieneutraal: het levert energie. De enorme grondmassa biedt mogelijkheden voor warmte-koude opslag, de winderige toppen van de heuvels zijn ideaal voor windmolens en AVR levert energie voor het hele bedrijventerrein en de omgeving. Het vrijgekomen bedrijventerrein wordt afgegraven voor waterberging en biomassaproductie. De vorm markeert de contouren van het oorspronkelijke bedrijventerrein als een verwijzing naar het verleden.
47 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
De grootste ‘ruimteverspiller’ op het bedrijventerrein is misschien wel de snelweg A12. Door functies te stapelen boven de snelweg ontstaat een compact bedrijventerrein dat toe kan met ca. 30 procent van het huidige oppervlak. Aan de snelweg ligt de langste etalage van Nederland, doordat bedrijven als IKEA, autoshowrooms en keukencentra zich met glazen wanden presenteren aan de voorbij zoevende automobilist. Wonen, winkelen, werken, productie, parkeren en transport vinden naast en boven elkaar plaats. De buitenzijde wordt afgewerkt met een glooiend grondlichaam.
Connect ‘Verbinden op alle niveaus’
KWALITEIT
48
Het huidige bedrijventerrein Centerpoort ligt als een verweesde enclave in het landschap. Door landschappelijke structuren als waterlopen en beplantingen door te trekken wordt het bedrijventerrein verbonden met de omgeving. Energieteelt in de vorm van wilgenbosjes biedt kansen om karakteristieke gebiedseigen beplantingen grootschalig toe te passen op het bedrijventerrein. Door het ontwikkelen van OV-routes, een watertaxi en recreatieve routes wordt het bedrijventerrein ook fysiek verbonden met de omgeving. Op diverse plekken worden recreatieve functies ontwikkeld zoals een skibaan, klimtoren en eventueel een openluchttheater. Hiermee ontstaat een aantrekkelijke vermenging van functies en wordt het bedrijventerrein ook verbonden met het dagelijks leven van de mensen.
49 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Randen ‘Het veenlandschap van Jan Siebelink’ Het veenlandschap in het komgebied tussen het huidige bedrijventerrein en het dorpje Lathum is deplek waar Jan Siebelink zijn jeugd doorbracht. Hij schrijft hierover in zijn roman Knielen op een bed violen: Het Veen is de rand van niets. Een boerderij verderop achter de berg Sinaï heette Nergena. Er stond een harde wand. Het riet sloeg neer, het veen was een golvend wit tapijt, met een heleboel franje. Hij liep met het konijn tegen zich aan gedrukt over het aangestampte, vochtige pad, sprong over een halfvergane stronk van een wilg, een hoge pol zegge, stapte toen over op Bereklauw en liet zich afdrijven tot Bloedzuigerseiland. Of zou hij Zuringeiland nemen dat over een modderige watergeul op hem kwam toe gedreven? Hij was op weg naar Patmos. Om hem heen klonk het zacht broezende geluid van wegstromend water. Je had altijd de indruk dat het veen leegliep. Het landschap van toen is gebruikt als inspiratiebron. Een vernat landschap met rietakkers in de komgronden en een kleinschalig landschap met houtwallen en boomgaarden op de oeverwal. De realisatie van het bedrijventerrein biedt hiervoor de financiële middelen. Het landschap stopt niet aan de rand van het bedrijventerrein, maar gaat verder tussen de loodsen door. Een voordeel voor het omliggende landschap en ook een grote plus voor het bedrijventerrein zelf.
FOTOGRAFIE
50
Kijken Fotografie
Theo Baart In het werk van de Theo Baart (1957) is het Nederlandse landschap prominent aanwezig. Hij fotografeerde circa twintig jaar de veranderingen in Hoofddorp, het dorp waar hij opgroeide (Bouwlust uit 1999). Baart maakte ook de fotoboeken Hollandse Interieurs(1994) en Snelweg (1996), Atlas van de verandering (2000) en Territorium (2003) over de vernieuwing van de Bijlmermeer. De publicatie Eiland 7 (2008) gaat over hoe wij in Nederland nieuwbouwwijken financieren en bouwen. Theo Baart fotografeert, en zo nodig beschrijft hij, de inrichting van Nederland.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Hoe zien de bedrijventerreinen in Gelderland er eigenlijk uit? Theo Baart heeft de kwaliteiten van veel terreinen op een observerende manier in beeld gebracht. Deze werkwijze is heel bewust gekozen, want dat geeft de kijker maximale vrijheid in het beoordelen van wat hij ziet. Deskundigen met verschillende achtergronden hebben op de foto’s een opmerking gemaakt of een vraag gesteld. Opmerking en vraag kunnen richting geven aan het denken over wat er is te zien.
51
Zutphen, De Mars Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 166,4 Totale netto oppervlakte in ha 143,0
ZUTPHEN, DE MARS
52
01 ?
De randinfrastructuur moet zichtbaar zijn.
?
Bedrijventerreinen zijn een uitstekende plek voor windturbines.
53 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
! ‘Ja verdorie, jij zou de weg wijzen, let dan ook een beetje op.’
Visie Bosch Slabbers
Pagina 40/41
ZUTPHEN, DE MARS
54
55 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Een bedrijventerrein moet intern aantrekkelijk zijn.
Arnhem, IJsseloord 2 Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 56,0 Totale netto oppervlakte in ha 33,0
ARNHEM, IJSSELOORD 2
56
02
?
Water zorgt voor ruimtelijke kwaliteit.
?
Een bedrijventerrein is beter als het deel uitmaakt van het omringende landschap.
57 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Deze bomen zijn te klein.
Steenderen, Aviko Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 8,1 Totale netto oppervlakte in ha 7,0
STEENDEREN, AVIKO
58
03 ?
Er moet een relatie zijn tussen het buitengebied en een bedrijventerrein.
?
Werkgelegenheid telt zwaarder dan ruimtelijke kwaliteit.
59 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
!
Waarom staat dit bedrijfspand hier?
Visie Bosch Slabbers
Pagina 32/33
Nijmegen, Kanaalzone Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 294,5 Totale netto oppervlakte in ha 206,4
NIJMEGEN, KANAALZONE
60
04 ?
De overhoeken op bedrijventerreinen zijn ook geschikt voor tijdelijke nieuwe natuur.
61 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
!
?
Wie zet het hek rechtop?
Er is een menselijke maat op grootschalige bedrijventerreinen.
Putten, Ambachtstraat Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 6,0 Totale netto oppervlakte in ha 5,0
PUTTEN, AMBACHTSTRAAT
62
05
!
Visie Bosch Slabbers
Pagina 26/27
‘Hier wonen is me veel te saai!’
?
Levendig of overlast?
63 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Wonen zorgt voor een grotere sociale veiligheid.
Spijk, Spijkse Dijk Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 50,0 Totale netto oppervlakte in ha niet gespecificeerd
SPIJK, SPIJKSE DIJK
64
06
!
Wie wil zich nou niet thuis voelen op een bedrijventerrein.
?
Er is nog voldoende ruimte beschikbaar voor dit type bedrijf.
65 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Cultuurhistorie of mogelijkheden voor intensiever ruimtegebruik.
Apeldoorn, Ecofactorij Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 92,5 Totale netto oppervlakte in ha 75,0
APELDOORN, ECOFACTORIJ
66
07
?
Er is ruimte voor duurzame energieopwekking op bedrijventerreinen.
?
Groen heeft altijd een ecologische functie.
67 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Is cotoneaster op vijverfolie landschap?
Visie Bosch Slabbers
Pagina 22/23
Tiel, Medel Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 66,4 Totale netto oppervlakte in ha 47,6
TIEL, MEDEL
68
08 ?
‘Zeker ruimte reserveren voor robuuste groene structuren!’
?
Bijzondere lantarenpalen maken de ruimtelijke kwaliteit.’
69 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
!
‘Palmen, grind, je waant je bijna op een mediterraan strand... een laan met grote bomen zou voor nog meer sfeer zorgen.’
TIEL, MEDEL
70
?
Maïs is een landschappelijke inpassing.
71
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
‘s-Heerenberg, EBT Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 45,0 Totale netto oppervlakte in ha 36,0
‘S-HEERENBERG, EBT
72
09
?
‘Ontstaat dit gebouw vanzelf, of is dit architectenwerk?’
Visie Bosch Slabbers
?
Pagina 36/37
‘Is een terughoudende grijze kleurstelling voldoende, of zouden een paar bomen langs de rand van het terrein het beeld verzachten?’ 73 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
‘Deze leegte kan gezelliger zijn!’
Doetinchem, Keppelseweg Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 44,3 Totale netto oppervlakte in ha 37,7
DOETINCHEM, KEPPELSEWEG
74
10 ?
Visie Bosch Slabbers
Het slopen van in onbruik geraakte ontsierende bedrijfsbebouwing. Dat kan iets opleveren.
Pagina 110/111
Visie Bosch Slabbers
Pagina 42/43
75 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
! ?
‘Best mooi eigenlijk hier. Jammer dat we niet even kunnen zitten.’
Passen deze Disney-bomen op een bedrijventerrein?
Visie Bosch Slabbers
Pagina 28/29
Harderwijk, Lorentz Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 213,8 Totale netto oppervlakte in ha 174,6
HARDERWIJK, LORENTZ
76
11
!
Kan dit bedrijventerrein boven zichzelf worden uitgetild?
77 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
!
Is hier wel plaats voor een bezoeker?
‘Wat gebeurt hier?’
Zaltbommel, de Veilingweg Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 70,0 Totale netto oppervlakte in ha 43,0
ZALTBOMMEL, DE WILDEMAN
78
12 ?
Dit is een goede overgang naar het omringende landschap.
79 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Een bedrijventerrein heeft ook betekenis voor de lokale samenleving.
!
‘Hoe komt die lantaarnpaal zo scheef?’
Visie Bosch Slabbers
Pagina 34/35
Doetinchem, Verheulsweide Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 143,7 Totale netto oppervlakte in ha 120,0
DOETINCHEM, VERHEULSWEIDE
80
13
?
Hoe aangenaam maken we de buitenruimte rond het bedrijf?
?
Hoe krijgen structuurdragers de beeldkwaliteit die ze verdienen?
81 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Hoeveel ontwerpruimte schenken we aan branding van bedrijventerreinen?
Duiven, Roelofshoeve Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 91,0 Totale netto oppervlakte in ha 59,6
DUIVEN, ROELOFSHOEVE
82
14 ?
‘Is dit een icoon van industrie?’
83
Gebouwen moeten altijd een gevel hebben.
!
‘Schaamgroen is soms gewoon nodig.’
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Apeldoorn, Kayersmolen Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 89,0 Totale netto oppervlakte in ha 89,0
APELDOORN, KAYERSMOLEN
84
15
?
Je kunt goed vakantie vieren op een bedrijventerrein.
Visie Bosch Slabbers
!
Pagina 30/31
‘Gaat iemand de boel hier nog opruimen?’ 85 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Je kunt beter toezicht houden op een overzichtelijk bedrijventerrein.
Barneveld, Harselaar Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 126,3 Totale netto oppervlakte in ha 109,0
BARNEVELD, HARSELAAR
86
16
!
‘Het meubilair staat al klaar.’
?
Er is genoeg aanleiding voor een zichtlocatie.
87 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
‘Lekker ruim of ruimteverspilling?’
Druten, Excluton Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 29,1 Totale netto oppervlakte in ha 29,0
DRUTEN, EXCLUTON
88
17
89 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
?
Wordt er genoeg aandacht besteed aan de kleur van bedrijfsbebouwing?
Het rivierenlandschap kan als basis dienen voor landschappelijke inpassing.
DRUTEN, EXCLUTON
90
?
Grootschalige bedrijvigheid in harmonie met de omgeving.
91
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Ede, A12 Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 89,1 Totale netto oppervlakte in ha 67,6
EDE, A12
92
18
?
‘Op de foto ziet het er altijd anders uit dan in het echt!’
Visie Bosch Slabbers
?
Pagina 24/25
Is dit geen mooie plek voor prefab bouw?
93 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Kan de muur van een blokkendoos een plek zijn voor een architectonisch experiment?
Lochem, Hanzeweg Functie subregionaal Totale bruto oppervlakte in ha 15,0 Totale netto oppervlakte in ha 15,0
LOCHEM, HANZEWEG
94
19
?
Ziet een woon- en werklandschap er zo uit?
Een goede ruimtelijke inpassing?
?
Dit bedrijf staat op de juiste plek.
95 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
LOCHEM, HANZEWEG
96
?
Horen hier streekeigen bonsai-bomen bij?
97
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Nijmegen, Winkelsteeg Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 101,2 Totale netto oppervlakte in ha 97,5
NIJMEGEN, WINKELSTEEG
98
!
20
‘Waar precies werk je ook al weer?’
?
‘Elk bedrijventerrein mag een kathedraal hebben!’
99 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Meer groen kan deze plek extra kwaliteit geven.
Wijchen, Bijsterhuizen Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 240,0 Totale netto oppervlakte in ha 160,0
WIJCHEN, BIJSTERHUIZEN
100
21 ?
Bedrijven op zichtlocaties moeten altijd opvallen.
?
Experimentele vormgeving is altijd een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit.
101 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
!
Is deze bedrijfsmuur goed landschappelijk ingepast, gewoon passend of flink storend?
Winterswijk, DAV Functie lokaal Totale bruto oppervlakte in ha 5,3 Totale netto oppervlakte in ha 5,3
WINTERSWIJK, DAV
102
22 ?
Natuurontwikkeling of afvalputje?
?
Waar vaandels en vlaggen staan is sprake van verrommeling.
103 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Functioneel ruimtegebruik en een duidelijk silhouet is ruimtelijke kwaliteit.
Visie Bosch Slabbers
Pagina 38/39
Zaltbommel, Poederoyen Functie regionaal Totale bruto oppervlakte in ha 8,3 Totale netto oppervlakte in ha 7,9
ZALTBOMMEL, POEDEROYEN
104
23
?
Genieten maar!
?
‘Welke loods? Bedoel je die lichtgrijze?’
105 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
?
Compact ruimtegebruik is altijd goed.
GEDICHTEN
106
Woorden
Hanz Mirck Hanz Mirck (1970) is docent Nederlands en creatief schrijven, vertaler, muzikant, dichter en schrijver. Hij studeerde Nederlands aan de Universiteit Utrecht en studeerde af met een scriptie over de overeenkomsten tussen de teksten in Bredero’s Groot Lied-boeck en die van de popgroep Doe Maar. Voor de stichting Post Zutphen organiseert hij jaarlijks een poëziefestival en hij coördineerde ook alle optredens voor deze Zutphense gemeentelijke, literaire stichting. Met Margot Engelen maakte hij de bloemlezing Wat is natuur nog in dit land. Met zijn proza, poëzie en columns heeft Hanz Mirck verschillende prijzen gewonnen (U-fonds schrijfprijs, publieksprijs LAZ, schrijfprijs Vrij Nederland). In augustus 2002 kwam zijn eerste dichtbundel uit Het geluk weet niets van mij. De bundel werd genomineerd voor de C. Buddingh’-prijs 2003. Daarna verscheen Wegsleepregeling van kracht (J.C.Bloemprijs), gevolgd door Met andere ogen (stadsgedichten over Zutphen) en Archiefvernietiging. Ook publiceerde hij de roman Het godsgeschenk. Van 2007 tot 2009 was hij stadsdichter van Zutphen. Jaap Robben Jaap Robben (1984) is schrijver, dichter en theatermaker. Hij studeerde Milieu-Maatschappij wetenschappen aan de Radboud Universiteit Nijmegen en aan de Kleinkunstacademie in Den Bosch. In 2004 debuteerde hij met de bundel Twee vliegen, gevolgd door De nacht krekelt (2007) bij uitgeverij De Geus. Na deze bundels voor volwassenen verscheen in 2008 een veelgeprezen poëzieprentenboek voor kinderen Zullen we een bos beginnen? Het kreeg een nominatie voor de Gouden Uil Jeugdliteratuurprijs 2009. Zijn gedichten werden vertaald in het Russisch, Sloveens, Engels en Frans. In 2010 publiceerde hij zijn eerste jeugdroman De Zuurtjes die hij samen maakte met illustrator Benjamin Leroy. Dit boek is genomineerd voor enkele prijzen en ontving een White Raven Award. Ook was Robben in de periode van 2009-2010 stadsdichter van zijn woonplaats Nijmegen. Werk van zijn hand werd gepubliceerd in NRC Handelsblad, Trouw, BoekieBoekie, in tal van bloemlezingen en het verscheen op posters, kaarten en zelfs als keukenschort. Zijn stadsgedichten zijn terug te vinden in Nijmegen op bankjes, in ramen, als mos op een muur en zelfs in roest. Behalve schrijver en dichter is hij theatermaker. Hij speelde en maakte stukken met en voor theatergroep Fien en schreef voor Theatergroep Kwatta. Oktober 2011 gaat bij theatergroep Fien de voorstelling Een buik van wol in première. In 2012 verschijnt zijn nieuwe boek Als iemand ooit mijn botjes vindt.
107 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Gedichten van bedrijvigheid Hoe voelt iemand zich als hij of zij een bedrijventerrein bezoekt of bekijkt? Twee Gelderse dichters is gevraagd om hun gedachten op papier te zetten. Wat volgt zijn vier heel verschillende beschrijvingen van plekken die we meestal als zeer gelijkvormig ervaren. Het zijn kleine vensters die licht schijnen op het brede begrip bedrijventerreinen.
Het zal mij aan niets ontbreken Waarom speelt een kind met treinen: niet om de wissels en de sporen, want alle lijnen komen steeds terug.
GEDICHTEN
108
Niet om de bruggen en wind over water want het braakliggend land waar we van onze moeders we niet mogen komen, trekt. In een hoek van de wereld ligt de verte met grauwe gebouwen waar het niet pluis is als het werk stil ligt. Niet om de stations en stadjes met hun lichtjes, want de betovering is weg als de lamp aan gaat. Niet om de glanzende passagierstrein, want het eindpunt is industrieterrein. Het is hier, waar gelost wordt en geladen, waar het miezert in de schemer, omdat wie regent zelf niet nat wordt. Waar onkruid achter de hekken tiert en dieselwalm opstijgt want voor wie startte stinkt dat niet. Omdat hier de toekomst te huur is, moet je met treinen spelen, dat kan ieder kind je leren op de zolder van je dromen. Hanz Mirck Bij industrieterrein De Mars, Zutphen
109
We noemen ze naar meisjes, meisjes heten naar zijn dikke schil en heel het dorp lijkt op wat langzaam groeit, zowat zijn eigen velden overwoekert. Als zijn zware krachtvoer door de stad is opgeslokt, wordt hij als een appel; glimmend, zoet maar waterig. Aardappels hebben een energievoorraad ondergronds en wat bovengronds bloeit is giftig Aanvankelijk moesten de mensen ze niet; zodra een aardappel licht ziet, spruit hij. Wie hier woont ziet het, ruikt het niet meer, maar zou het missen een soezend dorp beschermd door een zacht gloeiende aardappel. Hanz Mirck Bij het bedrijfsterrein van Aviko, Steenderen
Hanz Mirck
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Solanum tuberosum Zacht zoemend licht in de schemering aan de rand van de aardappelvelden voor de huizen waar werknemers wonen, het halve dorp eet van dit donkere, knoestige fort.
GEDICHTEN
110
17.00 uur Van de ene op de andere tel houden de parkeervelden uitverkoop. Pas dan voel je dat je hem mist. De portier in zijn hokje. Geen robot die op een knopje drukt. Maar een geheven arm, de glimlach van wenkbrauwen en het knikje van herkenning wanneer zijn ogen kort aan de jouwe haken. Zijn zegen voor een veilig thuiswaarts. De portier in zijn hokje. De plek om een vergeten broodtrommel af te geven. Jaap Robben Bij Novio Tech Campus, Nijmegen
Jaap Robben
Verstenen
Zonder op hun tenen te staan proberen ze over de dijk te kijken. Niet om te zien hoe het water hier van naam verandert. Of hoe de rivier als een touw tussen zee en bergen schepen heen en weer trekt. Maar omdat staren en verstenen dan gemakkelijker gaat. Zo leren ze hun vorm te houden voor straks als stoep of muur of straat. Tot die tijd proberen ze naar het water te kijken, misschien ook omdat ze daaruit ooit geboren zijn. Jaap Robben Bij bedrijventerrein Spijkse Dijk, Spijk
111 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Gestapelde heren van klei oefenen hier in geduld.
ARTIKEL
112
Gedachten Ashok Bahlotra’s Ik ben het middelpunt van onverschilligheid
Hoe zou het zijn als een bedrijventerrein zijn gedachten opschrijft? Ashok Bhalotra kruipt in de huid van en laat een verfrissend licht schijnen op de gemoedstoestand van een bedrijventerrein. Ashok Bhalotra
Ashok Bhalotra (1943) is een uit India afkomstige architect en stedenbouwkundige. Na zijn studie in India heeft hij daar gewerkt en in Koeweit. Vervolgens werkte hij vier jaar in Parijs bij Woods & Candalis en bij Anatole Kopp. Sinds 1971 is hij verbonden aan KuiperCompagnons, een Rotterdams bureau voor Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Architectuur en Landschap. Hij heeft projecten in Nederland gedaan en plannen in het buitenland ontwikkeld. Hij is bekend geworden door ‘Kattenbroek’, een woonwijk van ruim 5.000 woningen in het noorden van Amersfoort. Verder heeft hij in 1998 de nieuwbouwwijk ‘Skoatterwâld’ ontworpen aan de oostkant van Heerenveen. Hij is ook de geestelijke vader van de wijk ‘Stad van de Zon’ in Heerhugowaard. In maart 2010 heeft Ashok Bhalotra zich teruggetrokken uit de directie van KuiperCompagnons, na ruim 25 jaar leiding te hebben gegeven aan dit bureau. Hij wilde zich volledig richten op FEWSformore@powered by KuiperCompagnons. Met dit initiatief zet Bhalotra zich in om meer mensen te kunnen voeden en te voorzien van energie, water en onderdak. Op deze manier en als ambassadeur blijft hij bij het bureau betrokken. Ook werkt hij aan nieuwe projecten, onder andere in India.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
‘Ik wil mensen verleiden om anders over mij te denken. Ik wil dat er weer mensen onder mijn bomen picknicken op een prachtige zaterdagmiddag. Ik zal mijn gebruikers toespreken: ik ben meer dan vierkante meters en grondprijzen. Want als ik mooi ben, als mensen van mij houden, heb ik een langer leven. Dan kunnen zij ook langer van mij genieten.’
113
ARTIKEL
114
Ik ben het middelpunt van onverschilligheid
De bekende architect-stedenbouwkundige Ashok Bhalotra (1943) was tot voor kort directeur van Kuiper Compagnons, bureau voor Ruimtelijke Ordening. Voor EZ magazine nam hij enige tijd geleden eenmalig een andere identiteit aan. Een vertelling vanuit de ziel van een bedrijventerrein. Wij drukken dat hieronder af.
Ik ben het middelpunt van onverschilligheid
115
Ik wil trots zijn. Trots kunnen zijn. Ik wil een economische functie hebben, maar ook een sociale en een culturele. Ik wil mooi zijn. De eerste elektrische auto zonder emissie, zonder milieuvervuiling helpen ontwikkelen. Onderdeel worden van het openbare leven en de steden van de toekomst. Dat wil ik hier laten gebeuren. Bij mij, tussen mijn vier muren, op mijn rug. Ze noemen me bedrijventerrein, waar dan ook ter wereld. Ik word ook wel bedrijvenpark genoemd. Maar ben ik een park? Nee, wel een parking. Overal auto’s, op mijn buik. Maar ik wil een naam hebben, iets bijdragen aan het landschap, aan de sensualiteit en de erotiek. Voor al die duizenden mensen die elke dag maar mij toe komen. Ik wil ze amuseren, ze horen lachen. Ik wil dat ze verliefd worden. Dat ze trots zijn.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Melkkoe Om vijf uur gaan ze weg. Dan sta ik hier niks te doen, alleen. Ze nemen mij nooit mee naar de schouwburg. De film? Vergeet het maar. Maar waarom komen ze dan niet bij mij? Waarom draaien ze die film niet hier in plaats van weg te rennen? Ik ben even een melkkoe, ze verdienen geld op mij, en dan word ik vergeten. Het middelpunt van onverschilligheid. Zelfs op de Zeedijk verlangt iedereen een prachtig optrekje, mag ik dat ook dat dan ook? Mensen besteden bij mij meer tijd dan thuis, het slapen niet meegerekend. Toch telt mijn uiterlijk niet, mijn verhaal wordt nog altijd verteld door de euro’s. Het ging fout in de tijd van het functionalisme. Met name in de negentiende eeuw was ik een onderdeel van de stad, de dorpen werden om mij heen gebouwd. Op een steenworp afstand was een kerk, een sociëteit, een clubgebouw. Ik kon de schoolbel en de voetstappen van de kinderen horen. Ik was zeer geliefd. Ze hadden mij nodig, ik moest groeien, ze moesten mij klonen, er moest nog meer van mij ontstaan. Maar met de nieuwe technieken kwamen ook de gevaren voor het milieu, hinder, explosies. Daarom ben ik verbannen uit de stad. Het slachtoffer van mijn eigen groei, mijn eigen succes. Maar ik wil weer een onderdeel worden van het domein waar iedereen komt. Zodat ze niet meer met een grote boog om me heen rijden. ‘Als mensen van mij houden, heb ik een langer leven’ Ik wil mensen verleiden om anders over mij te denken. Ik wil dat er weer mensen onder mijn bomen picknicken op een prachtige zaterdagmiddag. Ik zal mijn gebruikers toespreken: ik ben meer dan vierkante meters en grondprijzen. Want als ik mooi ben, als mensen van mij houden, heb ik een langer leven. Dan kunnen zij ook langer van mij genieten. In de regio Heerlen-Aken hebbeen ze het geprobeerd. Ik werd omarmd, driekwart van mij zou een nieuw park worden. Met op mijn rug spelende kinderen, fietsende mensen, vrijende echtparen onder de bomen. Ze namen mij als een onderdeel van de deken. Maar het ging door. Mensen waren bang dat ik te veel van het landschap in zou nemen. Onbemind maakt onbemind, ze hebben het uitgesteld. Nog wel. Tulpen op daken In het bollengebied was de discussie dat de bollen moesten wijken voor bedrijven en voor woningbouw. Maar ik heb gefluisterd tot al die bestuurders: ik kan hier heel eenvoudig grote, mooie hallen neerzetten met een groen talud eromheen. Het nieuwe maaiveld is voor jullie. Op mijn daken is plaats genoeg voor de tulpen. Daar kunnen jullie bollen kweken. Ik kruip er gewoon onder. Ik wil meedoen, maar láát mij meedoen. Ik zit nu eenmaal op de zichtlocaties.
ARTIKEL
116
Op mijn daken is plaats genoeg voor de tulpen. Daar kunnen jullie bollen kweken. Ik kruip er gewoon onder. Ik wil meedoen, maar láát mij meedoen. Ik zit nu eenmaal op de zichtlocaties. Maak iets van mij zodat de mensen even stoppen, even langskomen en niet zo snel mogelijk langsrijden. Overal waar ik ben heb ik een prachtig uitzicht. Jullie hebben een prachtig landschap gebouwd, mooie dorpen en steden. Maar ik ben vergeten, waardoor jullie een lelijk uitzicht hebben. Ze willen mij afbreken, maar laat ze maar zien dat je er met die andere dimensies iets bijzonders van kunt maken. Ik vraag niet om meer ruimte. Integendeel, geef mij minder ruimte zodat ik intelligent met mezelf kan omgaan. Nu is er te veel verspilling. Ik wil computer zijn, plaats maken voor andere activiteiten. Ik wil graag dat er aan mijn voeten duizenden kreekjes zijn. Er zijn allemaal technische sloten gemaakt, maar laat ze weer natuurlijk zijn. Daar wil ik met mijn voeten, met mijn tenen in liggen. Ik wil letterlijk en figuurlijk reflecteren, zodat mensen bij mij aanmeren. Zodat kunstenaars mij schilderen, zodat de dichters over mij praten. Bezieling en sfeer. Ik wil een onderdeel worden van de vertellingen en van de literatuur. Paleis De liefde en de economie hoeven elkaar niet te bijten, want ik ken de cijfers. Ik weet wat huisvesting kost. Ik ben maar vijf of zes procent van de totale omzet van een bedrijf, dat is toch niks? Je moet zuinig met mij omgaan, maar niet zuinig zijn. Ik ben immers jullie visitekaartje. In bestuurskamers wordt gelukkig steeds meer gepraat over sociaal ondernemerschap, over cultureel ondernemerschap. Over andere dimensies, idealen. Dán ben ik duurzaam, dán leef ik lang. Dat is ook in het belang van de boekhouders, die schrijven mij niet af in tien of twintig jaar maar in honderd jaar. Dan kost ik niks. Waarom moet ik er altijd uitzien zoals ik ben? Waarom heb ik geen maskers? Mag ik me ook eens anders aankleden? Waarom moet het uiterlijk hebben van een chemische fabriek als ik toevallig bezig ben met chemische porcessen? Waarom als een kantoor als ik een kantoor ben? Ik wil er ook wel eens uitzien als een paleis. Onze koningin heeft ook een werkpaleis, maar het is een kantoor. Punaises Het gekke is, ze bouwen mij op basis van functionaliteit. Maar toch kunnen mensen mij niet vinden. Hoe kan dat? Alles lijkt op elkaar. Elk gebouw, iedere weg, elk landschap, allemaal draaicirkels en een aantal parkeerplaatsen. Natuurlijk wil ik bevoorraad worden, graag, dan worden er dingen gemaakt en verkocht. Maar het zou goed zijn als een vrachtwagenchauffeur uit Polen na twaalf uur rijden wél de weg kan vinden. Ik wil dat het voor hem ook een soort thuiskomst is als hij bij mij binnenkomt. Dat het die twaalf uur reizen waard is geweest, dat het aangenaam is. Het komt ook door alle reclame. Al die masten en vlaggen staan als punaises in mijn lichaam. Dan kun je niks vinden, want je kan natuurlijk niet alles lezen. Bij mijn ingang moet een bord zijn waar alles heel duidelijk wordt verteld. Misschien met een koffieautomaat erbij, zodat de chauffeur het gevoel krijgt: ik ben hier welkom. ‘Laat me niet alleen, maak me onderdeel van het gewone leven’ Ingetogenheid is mijn tweede natuur, maar af en toe mag ik me ook een beetje aanstellen, een pirouette maken, even dansen. Het hoeft niet altijd vanuit de functie te zijn. Kijk naar Van Nelle. Dat is met veel liefde ontworpen. Het was niet functioneel voor een fabriek die koffie en thee en tabak produceert, maar het heeft wel een sociale en landschappelijke dimensie. Daar is over nagedacht, nu denken ze er niet meer over na. Mijn motto is: laat me niet alleen, maak me onderdeel van het gewone leven. Geef me een culturele dimensie, architectuur. Geef me een sociale dimensie, dat het niet een verlaten plek is. Geef me een landschappelijke dimensie. Natuurlijk is daar ruimte voor in Nederland. Ik heb een hele berekening gemaakt voor een gebied van honderd hectare, waar zeventig procent is ingeruimd voor landschap. Dat kost zes tot tien procent energie besparen en de hele ecologie in stand houden.
117 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Ik vraag niet om meer ruimte. Integendeel, geef mij minder ruimte zodat ik intelligent met mezelf kan omgaan.
ARTIKEL
118
Dorpen Maak me een onderdeel van de dorpen, want al die kleine kernen zijn aan het afstreven. Er gebeurt daar niets, de scholen gaan dicht en de laatste supermarkt sluit de deuren. In duizenden van die dorpen voltrekt zich een sociaal drama. Gemeenschappen die daar honderden jaren hebben gewoond, gaan nu uit elkaar. Door bedrijfsontwikkeling bij die dorpen, creëer je een economische impuls. De dorpen mogen nu niet groeien, er mág niks gebeuren. Onzin! Je hebt ook plekken waar je wonen moeilijker kunt combineren met werken, zoals het Botlekgebied en locaties voor vuurwerkbedrijven. Maar ik ben ervan overtuigd dat we van de meeste bedrijventerreinen in Nederland iets bijzonders kunnen maken. Er is steeds minder zware, belastende productie. Het kán en de wil is steeds meer aanwezig. Het Nederlands paviljoen op de Expo- 2000 in Hannover was een goed voorbeeld. Een gelaagd landschap. Je kunt tulpen ook op de vijfde verdieping kweken. Waarom niet drie of vijf bedrijven boven elkaar? Met aandacht voor architectuur. Gebruik elke vierkante meter grond drie keer. Dan heb je maar eendere van de grond nodig. Laten we in ieder geval beginnen met parkeerterreinen op de begane grond en daarboven bedrijven en kantoren. Met vijf hectare kun je hetzelfde doen als met twintig. Waarom niet? Dan heb je dus vijftien hectare over om andere dingen mee te doen. Dat is heel eenvoudig en het landschap wordt er mooier van. Het zal nooit lelijker worden. Daar geef ik een garantie voor. Met een beetje fantasie kun je van mij voor evenveel geld iets heel moois maken. Schminken kost geen fortuin, maar je moet het wel met liefde doen. Ze proberen het met mij op heel veel plekken en het zal toch een keertje lukken. Vertrouwen De overheid moet anders denken. Niet als een grondboer die vierkante meters verkoopt en de particuliere sector die daarop bouwt. Laten we samenzweren. Samen met hetzelfde ideaal: werkgelegenheid en beter grondgebruik. Daarmee krijg je sociale, culturele en politieke stabiliteit. Er is zoveel verspilling. In Moerdijk bijvoorbeeld ligt tweehonderd hectare dat niet wordt gebruikt. Shell heeft dat speculatief gekocht voor een mogelijke uitbreiding. Al dertig jaar geleden. Dus: gedeelde verantwoordelijkheden nemen, gedeelde risico’s. De planologie van de kansen moet centraal staan, niet lineair denken. Niet zeggen: het bestemmingsplan is keihard vastgelegd, dus daar kunnen we niks meer mee doen. We leven met zelfoplegde restricties. De planologie in ons land is opgebouwd uit wantrouwen in derden: alles wordt geregeld, want anders doen zij het fout. Maar als je de planologie van het vertrouwen toepast, kun je veel meer samen plannen maken. Stedennetwerk Ik zie de regio Rotterdam Dordrecht en Den Haag met alle plaatsen die daartussen liggen als een stad van zes a zeven miljoen mensen. Het is in uitvoering, maar we willen het niet als een stad beschouwen. Dat wordt een prachtige stad met kreken en waterpartijen, met parken, landschap, landbouw, alles door elkaar heen. Als we op die manier denken, dan komt er ook een metronetwerk, meer economie, betere infrastructuur, landschap en recreatie. Drie of vier van dat soort stedennetwerken in Nederland geeft een enorme impuls aan de economie, de infrastructuur. Ik ben ervan overtuig dat we over vijftig jaar dit soort steden hebben. Waarom niet daar een metrolijn, ernaast of eronder? Je kunt alle tussenliggende plaatsen aandoen, elk wijk. Bij Amsterdam, de oostflank, ontstaat een tweede stedennetwerk: de regio Amsterdam, Almere en Amersfoort als een soort ‘greater Londen’. In Brabant zie je een soortgelijke ontwikkeling bij Eindhoven en Den Bosch. Ik wil dat mensen zonder stress naar mij toekomen met een prachtig vehikel dat vanzelf rijdt vanaf het station, zoals in China. Niet dat ze uren in de file moeten staan. Dan denkt iedereen dat het mijn schuld is, want ik lig zo ver weg. Breng mij dichterbij of breng de mensen naar mij toe met een aangenaam vervoerssysteem, dwars door de bloemen en de planten. Dat zou de hele psychologie veranderen.
Laten we samenzweren. 119 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Gas en olie De infrastructuur is de nieuwe goudmijn. We moeten daaraan net zo’n groot belang hechten als aan onze voorraad gas en de olie in de Noordzee. In China zijn ze daar heel efficiënt mee bezig. Daar kunnen wij veel van leren. Stedennetwerken zijn daarvoor noodzakelijk, ook voor ruimtelijke ordening en de ontwikkeling van de economie, want nu laten gemeenten de eigen belangen prevaleren boven het algemeen belang. Die netwerken vereisen wel een andere bestuurslaag. Ik hoop dat de minister daar rekening mee houdt. We gaan met de stedennetwerken hoe dan ook de kant op van New York, Tokyo en Bombay. Hier gebeurt het later, maar anders? Dat is een illusie. De komende vijftig jaar zal dit bevestigen. Dan zal ik onderdeel zijn van een bruisende, mooie, veilige, warme, sensuele en duurzame Heterogene Stad. <
SER LADDER
120
SER-ladder Kijk op bedrijventerreinen
Het artikel geeft inzicht in de regionale bedrijvenplanning in de praktijk. Het geeft een aardige inkijk in de kwantitatieve aanpak. Dit heeft uiteraard concequenties voor de kwalitatieve kijk op bedrijventerreinen in Gelderland. Het laat duidelijk zien dat programmering en protocollen hun weerslag hebben in het ruimtegebruik voor bedrijventerreinen en geeft een kijkje in de keuken van bedrijvenplanning. Frank van Rooijen Frank van Rooijen (27-12-1953) is sinds 1998 wethouder bij de gemeente Overbetuwe. Hij is portefeuillehouder van o.a. ruimtelijke ontwikkeling en onderwijs. Frank heeft zich gedurende deze hele periode bezig gehouden met de ontwikkeling van de vinex-lokatie Westeraam in Elst, waar 2350 woningen worden gebouwd. Dit gebeurt in een publiekprivate samenwerking met marktpartijen. Ook de brede schoolontwikkeling in Overbetuwe heeft veel van zijn tijd gekregen in de afgelopen tien jaar. Onder zijn leiding zijn er zes brede scholen gerealiseerd, steeds met een basisschool, kinderopvang en peuterspeelzalen als kernfuncties. Frank is ook lid van het college van bestuur bij de Stadsregio ArnhemNijmegen. Hier is hij portefeuillehouder van wonen en werken. Als uitvloeisel van de in juni 2011 vastgestelde verstedelijkingsvisie, heeft hij veel werk gemaakt van de afstemming tussen verschillende gemeenten over bedrijventerreinen, woningbouw en mobiliteit. Op dit moment wordt er onder zijn leiding gewerkt aan eenzelfde afstemming van detailhandel. Frank Geerlings Frank Geerlings heeft een bedrijfseconomische achtergrond en is in dienst van Oost NV, de regionale ontwikkelingsmaatschappij voor Gelderland en Overijssel met als aandeelhouders het ministerie van ELI en de beide provincies. Oost NV probeert te makelen en te schakelen tussen de overheden en het bedrijfsleven op het gebied van werving & acquisitie, participatie, innovatie en ontwikkeling en de bedrijfsinfrastructuur. In de periode 2010-2012 was Frank gedetacheerd als procesregisseur bij de stadsregio Arnhem Nijmegen om de regionale samenwerking tussen de twintig gemeenten op het gebied van bedrijventerreinen van de grond te krijgen. Dat is gelukt, hoewel zijn ambitie hoger lag dan wat er is uitgekomen. Maar in ons polderland kom je nergens zonder het sluiten van compromissen en als alle partijen tevreden zijn met het resultaat, dan is dat goed. Het past bij het motto van zijn voormalige leermeester, Jan Dijkema, destijds gedeputeerde EZ: “Ik ga niemand tegen zijn zin in gelukkig maken.”
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
De ontwikkeling van bedrijventerreinen om in de ruimtebehoefte van bedrijven te voorzien verschuift, mede door krimp van de beroepsbevolking, steeds meer van nieuwe uitleg naar herstructurering van bestaande locaties. Aantrekkelijke en dynamische bedrijventerreinen zijn nodig. De Sociaal Economisch Raad heeft voor ruimtelijke ontwikkelingen de SER-ladder geïntroduceerd.
121
SER LADDER
122
SER-ladder in de praktijk
Van SER-ladder naar duurzame verstedelijkingsladder Regio’s en gemeenten die nog willen ontwikkelen moeten eerst enige extra stappen doorlopen voordat ze daadwerkelijk mogen ontwikkelen. Ze moeten nagaan of er een kwantitatieve en kwalitatieve behoefte is en kijken of een bestaand gebied of gebouw kan worden hergebruikt. Mocht daarna nog blijken dat nieuwbouw echt nodig is, dan kan dat alleen onder strikte voorwaarden zoals een optimale bereikbaarheid. Deze stappen maken deel uit van de ladder voor duurzame verstedelijking, die wordt opgenomen in het besluit ruimtelijke ordening (BRO) van het Rijk. Dit BRO wordt waarschijnlijk in juli 2012 vastgesteld door de Tweede Kamer. Deze ladder is eigenlijk de opvolger van de SER-ladder die een initiatief was van de Sociaal Economische Raad en hoofdzakelijk betekende dat eerst moest worden onderzocht in hoeverre er door inbreiding en het toepassen van herstructurering ruimte kon worden gewonnen, voordat er toestemming werd gegeven voor nieuwe ontwikkelingen. De meeste gemeenten werkten al volgens de SER-ladder, maar dan ging het meestal om het toepassen van de SER-ladder op kavelniveau. Met het bedrijf dat ruimte zocht voor een vestiging of een uitbreiding werden de mogelijkheden op zijn eigen kavel onderzocht voor er werd gekeken naar andere bestaande locaties of een nieuw bedrijventerrein. Het toepassen van de SER-ladder voor het wel of niet ontwikkelen van nieuwe bedrijventerrei-nen was tot nu toe nog geen onderdeel van de SER-ladder. De stadsregio is de eerste regio die dit gaat toepassen in de praktijk.
123 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
De stadsregio wil blijven groeien De Stadsregio Arnhem Nijmegen wil in de toekomst kunnen blijven groeien, we hebben de ambitie om de tweede economische regio van ons land te worden, na de Randstad. We willen bedrijven de mogelijkheid blijven bieden om zich te vestigen of uit te breiden in de stadsregio en voor een goede werkgelegenheid te zorgen. Daar zijn voldoende kwantitatieve en kwalitatieve bedrijventerreinen voor nodig. Dat kan op de bestaande bedrijventerreinen, door het aanpakken van verouderde bedrijventerreinen en, beperkt, door de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen. Maar toen we alle nieuwe plannen in de stadsregio tot 2025 bij elkaar op hadden geteld was er sprake van een overaanbod van wel 350 ha aan bedrijventerreinen. Dit was voor de provincie Gelderland en voor ons niet alleen onacceptabel qua ruimtebeslag, dat zou ook zorgen voor renteverlies, leegstand en niet ongewenste onderlinge concurrentie bij gemeenten. De provincie gaf aan dat we dit zelf met de gemeenten konden regelen, maar als dat niet lukte zou de provincie haar verantwoordelijkheid nemen om het op te lossen. De keuze was snel gemaakt. Door het maken van afspraken met de 20 gemeenten, het on hold zetten van plannen en het opstellen van de uitvoeringsprotocollen SER-ladder hebben we samen het overaanbod teruggebracht tot ongeveer 70 ha in 2025. Waarschijnlijk treedt dit overaanbod niet op, omdat gemeenten alleen nog plannen ontwikkelen als de vraag daadwerkelijk is aangetoond en er kan worden voldaan aan de voorwaarden van de uitvoeringsprotocollen.
Afspraken op (sub)regionaal niveau De provincie Gelderland heeft aan alle regio’s, waaronder ook de Stadsregio Arnhem Nijmegen, gevraagd om een Regionaal Programma Bedrijventerreinen (RPB) op te stellen. In het RPB zijn afspraken gemaakt over de afstemming van vraag en aanbod, het toepassen van de SER-ladder, monitoring, regionale samenwerking, grondprijzen, herstructurering, zorgvuldig ruimtegebruik en beheer
SER LADDER
124
Stadsregio Arnhem Nijmegen werkt voor en namens 20 gemeenten op basis van een wettelijk vastgesteld takenpakket. De stadsregio richt zich op bovenlokale, regionale vraagstukken in een verstedelijkt gebied, met als primaire focus mobiliteit, wonen, werken en ruimte. Voor het RPB is sprake van drie subregio’s: - A12 zone: Arnhem-Noord, Doesburg, Duiven, Montferland, Rheden, Rijnwaarden, Rozendaal, Westervoort en Zevenaar; - A15 zone: Arnhem-Zuid, Lingewaard, Overbetuwe, Renkum en Nijmegen-De Grift - A73 zone: Nijmegen excl. De Grift, Beuningen, Groesbeek, Heumen, Millingen aan de Rijn, Mook en Middelaar, Ubbergen en Wijchen. Subregionale protocollen De stadsregio heeft in samenwerking met de 20 gemeenten, de provincie Gelderland, Oost NV, de Kamer van Koophandel Centraal Gelderland en STEC Adviesgroep, een algemene handreiking SER-ladder opgesteld. Deze is vervolgens uitgewerkt in drie subregionale protocollen (voor de A12-, de A15- en de A73-zone). De borging van de protocollen van de SER-ladder is per subregio als volgt geregeld: - de gemeenten zijn gebonden aan het BRO van het Rijk, waarin de criteria van de duurzame verstedelijkingsladder/SER ladder zijn opgenomen; - de protocollen zijn onderdeel van de Bestuursovereenkomsten (BOV) die de stadsregio sluit met de 20 gemeenten over verstedelijking (wonen en werken) en mobiliteit. Deze BOV’s worden per subregio gesloten; - de provincie Gelderland stelt het RPB Stadsregio vast en bij haar beoordeling van de bestemmingsplannen voor nieuwe terreinen van het RPB en de protocollen gebruiken als uitgangspunt voor de toetsing. De provincie toetst of het proces conform de protocollen is verlopen en gaat niet de gehele procedure zelf opnieuw doorlopen. De ladder wordt op drie niveaus toegepast: - voor plannen die kunnen worden doorgaan moet de gemeente aantonen dat aan de SER-ladder is voldaan; - voor plannen die on hold zijn gezet wat de planvorming en verwervingen betreft moet elke twee jaar worden beoordeeld of de status blijft gehandhaafd of dat ze doorgaan; - op bedrijfsniveau moet eerst worden beoordeeld of het bedrijf ter plaatse kan uitbreiden en daarna of het zich elders op een bestaande locatie kan vestigen. Als laatste mogelijkheid of het bedrijf zich moet vestigen op een nieuwbouwlocatie. In het protocol staat welke informatie hiervoor nodig is en hoe die gegevens moeten worden aangeleverd.
Kaart gebied stadsregio
125 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Niveau 1 Plannen met de status van doorgaan De plannen die wel kunnen worden ontwikkeld krijgen de status van doorgaan wat de planvorming en het verwerven van de gronden betreft. De desbetreffende gemeente moet in de toelichting van het bestemmingsplan aantonen dat aan de voorwaarden van de SER-ladder is voldaan:
SER LADDER
126
- is de behoefte kwantitatief en kwalitatief voldoende aangetoond? - zijn alle inbreidingsmogelijkheden in de afweging meegenomen? - voldoet het plan aan de afgesproken indicatoren van intensief ruimtegebruik? Zodra de toelichting van het bestemmingsplan gereed is wordt deze voorgelegd aan de Stadsregio die de toelichting toetst aan het protocol. Het besluit over de toets wordt de gemeente en de provincie mede gedeeld. Tabel van de plannen met de status van doorgaan Plan Arnhem Koningspleij Noord Duiven Seingraaf Duiven Centrale parkeerplaats voor vrachtwagens Westervoort Het Ambacht V Overbetuwe Merm Oost Nijmegen De Grift Groesbeek Hulsbeek 1e fase Heumen Sluispoort Ubbergen Lieskes Wengs
Subregio A12 A12 A12 A12 A15 A15 A73 A73 A73
Niveau 2 Plannen met de status van on hold Voor de plannen die on hold zijn gezet is afgesproken dat elke twee jaar wordt beoordeeld of die plannen on hold blijven of dat ze de status van doorgaan krijgen. Als een gemeente van mening is dat een bedrijventerrein de status van doorgaan moet krijgen, dan moet de gemeente dit volgens het protocol aantonen en dit door de Stadregio laten toetsen. Als positief wordt besloten, dan kan de status in het RPB worden omgezet naar doorgaan. Plannen Plan die on hold zijn gezet Duiven Ten noorden van Centerpoort Noord Rheden Kanaal III Zevenaar 7 Poort fase 2 (vanaf 2020) Overbetuwe Oostoever Eisenhowerplas Nijmegen/Beuningen Bijsterhuizen Noord/A73 Groesbeek Hulsbeek 2e fase Wijchen Breekwagen Bergharen Wijchen Terrein Floor/Bedrijventerrein Oost
Subregio A12 A12 A12 A15 A73 A73 A73 A73
Niveau 3 Bedrijfsvestiging Het is voor een bedrijf dat zich wil vestigen of uitbreiden niet altijd noodzakelijk om te kiezen voor vestiging op een nieuw bedrijventerrein. Door het vestigen en uitbreiden van het juiste bedrijf op de juiste plaats wordt leegstand en veroudering op bestaande terreinen vermeden en voorkomen dat er onnodig nieuwe terreinen tot ontwikkeling komen. Bij een verzoek voor vestiging of uitbreiding doorlopen een gemeente en een bedrijf samen de volgende stappen:
Dan pas kan een bedrijf op een nieuw uitgeefbaar bedrijventerrein terecht komen. Gemeente en bedrijf proberen daarbij goede afspraken te maken over wat er gaat gebeuren met de achtergebleven bedrijfslocatie. Van SER-ladder naar duurzame verstedelijkingsladder Regionale samenwerking en afspraken per subregio hebben een toegevoegde waarde voor gemeenten, de provincie en de stadsregio: - vraag en aanbod van bedrijventerreinen zijn goed op elkaar afgestemd. Er is geen sprake meer van overaanbod, waardoor leegstand, renteverlies en onderlinge concurrentie wordt voorkomen; - de provincie hanteert het RPB als beleidsuitgangspunt en beoordeelt niet meer elk plan apart en zelfstandig; - de regionale samenwerking in de stadsregio en in de drie subregio’s is toegenomen; - door segmentering is het mogelijk het juiste bedrijf op de juiste plaats te faciliteren in de stadsregio; - er is sprake van marktconforme grondprijzen in de stadsregio; - door afspraken op te nemen in de BOV’s wordt het beleid voor bedrijventerrein samen gevoegd met de afspraken over wonen, werken en mobiliteit. Hiermee heeft de stadsregio de basis gelegd om zorgvuldig met de ruimte om te gaan en om ruimte te bieden aan de verdere economische ontwikkeling van de regio. De Stadsregio Arnhem Nijmegen is er klaar voor! <
Het RPB is te downloaden op de website van de stadsregio (www.destadsregio.nl) Deze Handreiking SER-ladder is kosteloos digitaal op te vragen via de website van de stadsregio www.destadsregio.nl
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
- is er een mogelijkheid tot uitbreiding op de bestaande locatie? Zo nee: - is er een mogelijkheid voor huisvesting in bestaand vastgoed in de huidige gemeente? Zo nee: - is er een mogelijkheid voor huisvesting in bestaand vastgoed bij buurgemeenten? Zo nee:
127
DE STRUINER
128
Struinen Ecologie op Roelofshoeve, Duiven
Jacco Steendam De ‘struiner’ is een concept van het bedrijf Kraakhelder Producties. De man achter het concept is Jacco Steendam. De struiner is zijn alter ego, een beetje zonderlinge natuurfotograaf, filmer en verzamelaar van natuurobjecten. De struiner neemt uitdagingen aan: wat kun je in korte tijd allemaal verzamelen in een afgebakend gebied? Meestal is dat verbazingwekkend veel! Met beelden en verzamelde objecten richt hij persoonlijke exposities in. Hij heeft geëxposeerd in bezoekerscentra van Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Nationaal Park De Hoge Veluwe, Park Sonsbeek en Landgoed Amelisweerd. Zijn missie is mensen beter te leren kijken in de natuur en zo hun ogen te openen voor al het moois in ons land. www.destruiner.nl www.kraakhelderproducties.nl.
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Bedrijventerreinen zijn vaak een bijzonder (leef)gebied voor flora en fauna. Jacco Steendam, de ‘struiner’, heeft bedrijventerrein Roelofshoeve in Duiven onderzocht en hij laat zien wat er te vinden is. Zijn vondsten zijn vaak uitzonderlijk: materialen en sporen, maar hij laat ook zien hoe de biodiversiteit op bedrijventerreinen kan worden vergroot.
129
DE STRUINER
130
Diersporen De Struiner verzamelt diersporen: veren, haren, stekels, schubben, keutels, dode dieren, prooiresten, knaagsporen, mummies, eieren, schelpen, slakkenhuizen, schedels, botten, huiden, vervellingen, nesten, enzovoorts. Een kenner kan aan diersporen zien van welk dier de sporen afkomstig zijn en - in het geval van prooiresten - welk dier de dader heeft opgepeuzeld. De uitwerpselen van roofdieren vertellen vaak wat er op het menu heeft gestaan. Voor een natuurfotograaf geven diersporen belangrijke informatie over waar je een dier kunt opwachten voor een foto.
Verzamelen in een afgebakend gebied
131
Een bedrijventerrein is weer eens wat anders dan een beschermd natuurgebied. Verwachtingen Een bedrijventerrein is weer eens wat anders dan een beschermd natuurgebied, zoals de Schoorlse Duinen, Nationaal Park de Hoge Veluwe of Terschelling, gebieden waar ik eerder als de Struiner heb geëxposeerd. Is er tussen de zware industrie genoeg te vinden voor een volwaardige expositie? Mijn verwachtingen waren enerzijds hooggespannen. Op een bedrijventerrein is het relatief rustig, meestal zijn er veel verborgen hoekjes en op de hoge pijp van de vuilverbrandingsinstallatie AVR broedt al jaren een paartje slechtvalken. Deze jagen op vogels en laten veel prooiresten achter. Daarnaast wordt de Roelofshoeve omringd door een rijke natuurlijke omgeving: de stuwwal van Arnhem, de uiterwaarden van de IJssel en een weidevogelgebied in het oosten. Anderzijds had ik zo mijn twijfels of het een geslaagd project zou worden. Immers, een bedrijventerrein wordt niet beheerd als een natuurgebied en het is mogelijk dat veel dieren in de omliggende gebieden een betere leefplek vinden en de Roelofshoeve derhalve links laten liggen. De Roelofshoeve (zie pagina 82-83) De Roelofshoeve is een twintig hectaren omvattend bedrijventerrein in de gemeente Duiven en is bestemd voor zware industrie. De bedrijven op de Roelofshoeve streven met hulp van overheden, zoals het gemeentebestuur van Duiven, de provincie Gelderland en het waterschap Rijn en IJssel, naar een duurzame bedrijfsvoering. De bedrijven willen door samen te werken slim omgaan met energie, water, afval, grondstoffen en transport. Bij de inrichting van het terrein - een proces dat in volle gang is - wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met andere functies, zoals recreatie en natuur.
boven: konijnenhaar, geplukt door een havik midden: lege libellenlarvenhuidjes onder: opengebeten hazelnoot door bosmuis
ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
De opdracht Voor de themabijeenkomst Bedrijventerreinen voor de toekomst kreeg ik van de provincie de vraag om de Roelofshoeve onder de loep te nemen. De provincie daagde mij uit om in vier dagen zoveel mogelijk natuurvoorwerpen en -beelden bij elkaar te scharrelen en daar een expositie mee in te richten op de dag van de bijeenkomst. Dit alles met het doel om de ruim 130 deelnemers aan de studiedag te laten zien wat er aan natuur te vinden is op een industrieterrein ondanks, of dankzij, alle bedrijvigheid.
Ideeën voor een natuurvriendelijke inrichting van bedrijventerreinen Al struinend kwamen enkele ideeën opborrelen voor het bevorderen van meer natuur op bedrijventerreinen:
DE STRUINER
132
Zoveel mogelijk ondiepe waterpartijen aanleggen voor onder andere amfibieën, libellen en wateren moerasvogels. Jaarlijks schonen buiten het voortplantingsseizoen. Overvloedige beplanting met planten, struiken en bomen met veel nectar, bessen en noten. Op het terrein van de waterzuivering Nieuwgraaf is dit heel goed gedaan! Creëer rommelhoekjes met puin, dakpannen of hout voor reptielen, amfibieën en kleine zoogdieren. Het betrekken van werknemers bij de natuur door: - Het plaatsen van webcams bij nesten of holen en de beelden vervolgens te laten zien in de bedrijfshallen. - Het samen uitvoeren van natuurbeheeractiviteiten of inventarisaties. - Het organiseren van thema-excursies, natuurfotowedstrijden en daaraan gekoppelde exposities.
rechtsboven: lege poelslak boven: hazenschedel onder: zanglijster, geplukt door een sperwer
De aanpak Na dat ene uur ben ik vier dagen op de Roelofshoeve aan het struinen geweest, gewapend met fotoapparatuur, waaronder een 840-mm telelens, en een lading bakjes en zakjes om de gestruinde natuurschatten in te verzamelen. In de beperkte tijd heb ik me gericht op de plekken waar ik het meest verwachtte aan te treffen, zoals een stil donker bosje, slootkanten, een gronddepot, een moeras en het rustige terrein van de waterzuivering.
De biodiversiteit die ik aantrof overtrof mijn stoutste dromen. Het resultaat De biodiversiteit die ik aantrof op de Roelofshoeve overtrof mijn stoutste dromen. Qua foto’s en filmpjes had ik in de vier dagen genoeg materiaal geschoten voor een volwaardige expositie en ook wat de objecten betreft was de oogst uitzonderlijk goed. De bezoekers van de themabijeenkomst waren onder de indruk van de grote variëteit aan leven op de Roelofshoeve. De resultaten van mijn vierdaagse bezoek aan de Roelofshoeve vormen uiteraard geen wetenschappelijke inventarisatie van het gebied. Maar in vergelijking met hoogwaardige natuurgebieden doet de Roelofshoeve qua biodiversiteit nauwelijks onder voor de beschermde natuur die ik doorgaans afstruin. Er is op dit bedrijventerrein een compleet voedselweb aanwezig, met toppredatoren als blauwe reiger, ransuil, slechtvalk, havik, sperwer en vos. Ook heb ik vogels aangetroffen die op de Rode Lijst van bedreigde soorten staan, zoals boerenzwaluw, veldleeuwerik, visdief, grutto, koekoek en slechtvalk. Al met al is het voor een natuurliefhebber goed toeven op de Roelofshoeve; het is rustig, er is veel te zien en er is in geen velden of wegen een pannenkoekenhuis te vinden!
133 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
De kennismaking De eerste kennismaking met de Roelofshoeve was veelbelovend. Voorafgaand aan het aanbestedingsgesprek was ik een uur op het terrein en vond daar in een stil bosje zo veel objecten, dat de opdrachtgevers stijl achterover vielen toen ik de vondsten uitstalde op een bureau: een compleet reeënskelet, twee konijnenschedels, een stapel ransuilenballen, zes geplukte prooien van een havik, aangevreten hazelnoten door spechten, eekhoorns en bosmuizen plus een flinke lading kapotte slakkenhuizen van een lijstersmidse. De opdracht was binnen!
DE STRUINER
134
135 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
AFSLUITING
136
! Nabeschouwing
Er is in deze publicatie gespeurd naar kwaliteit. Er is veel te zien en er zijn niet minder vragen opgeworpen. Kwaliteit kent vele gezichten en er is geen eenduidige formule om tot kwaliteit te komen. De foto’s van Theo Baart laten zien dat bedrijventerreinen heel verschillend zijn. Toch is er een grote overeenkomst. Alle bedrijven zijn functioneel ingericht. Er is ruimte voor vrachtauto’s en je kunt er goed parkeren. Ze zijn vaak ook lekker ruim met plaats voor uitbreidingen. Ook een bedrijventerrein zelf is hier aan het woord gekomen. Het wil graag trots zijn en deel uitmaken van het leven in een stad of dorp. Het is vaak verbannen uit de stad, maar wil heel graag weer een plek zijn waar iedereen graag komt, als onderdeel van de samenleving. Dichters komen, als ze er komen, vaak dicht bij de ziel van een bedrijventerrein. Ze bezingen echter niet alleen de onbegrensde schoonheid. De Mars wordt beschreven als een gebied aan de rand van ons bestaan: ‘In een hoek van de wereld ligt de verte met grauwe gebouwen waar het niet pluis is als het werk stil ligt.’ Op bedrijventerrein Novio Tech Campus wordt de menselijke touch gemist: ‘...pas dan voel je dat je hem mist. De portier in zijn hokje. Geen robot die op een knopje drukt’. De collages laten zien hoe de ruimtelijke kwaliteit van bedrijventerreinen is te verbeteren. In de uitwerking valt op dat er wordt geijverd voor meer variatie, aandacht en duidelijke keuzes. Er zijn overeenkomsten tussen de collages en het bedrijventerrein dat zelf aan het woord is. Ze vinden dat het goed is om weer te mengen met stedelijke functies, compacter te bouwen, identiteit terug te geven en meer aandacht te besteden aan de ruimtelijke inrichting. Sinds in de stedenbouw het functionalisme zijn intrede deed zijn bedrijventerreinen geen onderdeel meer van het dagelijks leven. Dit is uiteraard ook een gevolg van de steeds intensievere bedrijven op de industrieterreinen. Milieucategorie 5 gaat uiteraard niet samen met woningbouw.
137 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Is kwaliteit gevonden?
AFSLUITING
138
Is het gebrek aan kwaliteit eigenlijk niet een gebrek aan identiteit? En dan niet alleen beperkt tot streekeigenheid. Je kunt ook zoeken naar toevoegingen die op elke plek kunnen verschillen. Woningbouw toevoegen op Verheulswijde in Doetinchem. Lege velden bij Zutphen inplanten met nieuwe natuur, terwijl de uitbreiding compacter kan worden. Moeten we
bijvoorbeeld de historische lijnen terugbrengen bij De Wildeman in Zaltbommel?
139 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT
Verscheidenheid kan het begin zijn van een unieke identiteit. Misschien ook een begin van kwaliteit? <
Colofon
Mei 2012 Opdrachtgever Ontwerp Drukwerk
Provincie Gelderland Het Ontwerpmotief De Digitale Drukker
141 ZOEKTOCHT NAAR KWALITEIT