BOUWPARTNER
Mark Depreeuw begon al in de jaren 70 te kiezen voor houtbouw. Deze woning met veranda is een van zijn eerste realisaties uit die periode. Foto’s Mark Depreeuw
DE BEGINJAREN VAN BIO-ECOLOGISCH BOUWEN, GETUIGENIS VAN ENKELE FOUNDING FATHERS
Zoektocht naar gezond bouwen In 1981 stichtten een aantal architecten, aannemers en handelaars de vzw Genootschap Gezond Bouwen en Wonen, om zo hun zoeken naar manieren om gezond en milieuverantwoord te bouwen te versterken en breder bekend te maken. Aan het woord, architect Mark Depreeuw, mede-oprichter van het Genootschap en het daaruit ontstane VIBE. ■
10
Mark Depreeuw (Architect Archi4 en medeoprichter VIBE)
Wonen met de Natuur • nr. 75 - 2015
BOUWPARTNER
I
k heb begin jaren zeventig mijn stage gelopen bij Paul Meekels, een boeiend architect die zoals de meeste naoorlogse architecten de zogenaamde nieuwe materialen wilde gebruiken. Zodus volgde ik en bouwde ik met beton, spaanderplaten, plastic onderdaken en ‘isomo’, zoals dat toen heette. Onwetend, maar met goede bedoelingen, om architectuur te maken. Een artikel in een krant, zowat rond 1978, ging over het sluiten van een school in Nederland, wegens het gebruik van spaanderplaten. De reünie van ons architectenjaar, vijf jaar na het behalen van ons diploma in 1973, was de ideale gelegenheid om hiervoor aandacht te vragen. Velen van ons jaar zijn later bekende architecten geworden, maar slechts één confrater, Etienne Hoeckx, belde me de volgende dag op om eens samen te zitten. Etienne was ook al bezig met de natuur en haar wondere kwaliteiten en de bezorgdheid voor het verdwijnen daarvan. Hij raakte in contact met architect Hugo Vanderstadt, die op zijn beurt zeer begaan was met de kwaliteiten van voeding, kleding en wonen. Ook Hugo had weer andere geïnteresseerden in zijn netwerk en de groep was gevormd. Een van de andere jaargenoten en vriend, wijlen Jo Crepain, zei dertig jaar later, toen ik hem ging groeten tijdens zijn slepende ziekte: “Mark, jij hebt nog veel werk, ik ben met den buitenkant bezig geweest, jouw taak ligt aan de binnenkant van onze gebouwen.”, beseffend dat onze gesprekken die we tijdens zijn ziekte hadden over wonen en gezondheid, ook zijn verhaal had kunnen zijn. Het concept gezond eten was al gekend in die beginjaren, aan ‘gezond kleden’ werd gewerkt, maar ‘gezond bouwen’ bleek in Vlaanderen niet echt bekend. Na verder zoeken kwamen we te weten dat men in Nederland, Duitsland en Oostenrijk wel al verdere stappen had gezet. Het ‘Institüt für Baubiologie’ in Rosenheim had zelfs al een tijdschrift. We trokken eropuit om kennis op te doen, zochten vakbladen en lazen met een zestal de bijbel van de bouwbiologie, ‘Das gesunde Haus’ van Dr. Palm. Dit Duitse boek opende voor ons een waaier van items. Maar bovenal veroorzaakte het meer twijfel over waar we tot nu toe mee bezig waren geweest. Jos Van Hamme, Carl Asaert, Reinhoudt van Leemputte, Walter Reihner, Paul Warmenbol, Mil Sysmans, Ward Lootvoet, Alex Deboeck (en ik ver-
geet er zeker nog), waren de eerste leden van onze begeesterde groep. Uitwisseling van oplossingen, materialen en toepassingen, architecten die elkaar niet als concurrenten bekeken en oplossingen uitwisselden. Men lachte ons uit omdat we terug in hout wilden bouwen, we schilderden onze muren met caseïneverf enz. Stilaan werd de omvang van de misvattingen over de bouw- en afwerkingsmaterialen zichtbaar en voelden we ons geroepen om in het Vlaamse land “de boodschap” uit te dragen. We organiseerden lezingen, we werkten aan een brochure; de kernpunten werden verduidelijkt. In 1981 liet onze groep zich statutair een vzw noemen, het Genootschap Gezond Bouwen en Wonen. Merkwaardig is dat in die tijd het begrip ‘eco’ amper bestond en zeker ‘duurzaam bouwen’ niet gebruikt werd. Dankzij de inzet van vele vrijwilligers en een groeiende achterban werd het Genootschap een bekender begrip. Onder het begeesterende voorzitterschap van wijlen Herman Remes vormden we het Genootschap om tot instituut en kreeg het de hui-
Mark Depreeuw (foto) en Etienne Hoeckx kennen elkaar al sinds hun opleiding. Eind jaren 70 waren zij als eersten in Vlaanderen op zoek naar manieren om gezond te bouwen.
Wonen met de Natuur • nr. 75 - 2015
11
BOUWPARTNER
In de jaren 80 werkten o.a. Mark Depreeuw, Etienne Hoeckx en Hugo Vanderstadt aan verschillende uitgaves over gezond bouwen die de basis zouden vormen voor vele latere publicaties over bio-ecologisch bouwen en wonen zoals Duurzaam en Gezond Bouwen en Wonen (1996) en Natuurlijk Wonen (2009).
dige naam: VIBE vzw. In deze periode kwamen we ook in contact met Peter Thoelen. Peter gaf het verhaal een professionele wending, met sterke aandacht voor het naar buiten brengen van het gedachtengoed. Publicaties, folders, contacten met publieke instanties en hogescholen waren vruchtbaar, het aansluiten bij natureplus en nog later CAPEM brachten verdere horizonten met zich mee, een wending die ik echter nadien als risicovol en weg van onze taak zag evolueren. De man met de pet was immers nog steeds ongezond aan het bouwen, in onwetendheid. Wel positief was het verbreden van de groep professionele leden waardoor de kracht van ons gedachtengoed, het netwerk van gelijkgezinden, verstevigd werd. Stilaan kwam echter de term ‘duurzaam bouwen’ roet in het eten strooien. De term ‘duurzaam’ betekent voor de Vlaming stevig en blijvend, zelfs voor bOb van Reeth moest een gebouw er 300 jaar kunnen staan wat, zonder daarbij aandacht te besteden aan de impact op het milieu en de gezondheid. Gevolg was dat de aandacht op isoleren (met eender welk materiaal, dus ook PUR enz.) geves-
ETIENNE HOECKX
12
Eind jaren zeventig wilde ik na het lezen van het
Baubiologie. We vonden ook vlug mensen die op hun
rapport van de Club van Rome meer ‘alternatieve
manier aan de weg timmerden, zoals Jos van Hamme
energie’ toepassen in mijn praktijk. Ik heb toen ook een
die toen op kleinschalige wijze bioverf verkocht. Er
voordracht gegeven rond nul-energiewoning. Tijdens
werd in het Genootschap ook veel aandacht
mijn zoektocht botste ik op buitenlandse literatuur, met
geschonken aan het ‘energetische’ aspect van de
daarin aandacht voor een heel ander aspect:
aarde. Zo heb ik nog cursussen gevolgd bij dr.
gezondheid in gebouwen. Het was een materie
Hartmann en ook bij Reinhardt Schneider over
waarover geen woord gesproken werd tijdens de
aardstralen, want er bleek een sterke relatie tussen de
architectenopleiding. Het toeval wil dat ik op een
energie van een bepaalde plek en gezondheid. Het
klasreünie Mark Depreeuw over deze
moet gezegd: bij Reinhardt Schneider kon men enkel
gezondheidsaspecten hoorde praten, en even later
slagen mits testen met dubbelproeven. De resultaten
tijdens een jurering van mijn vroegere stagemeester te
waren daar reproduceerbaar, wat spijtig genoeg niet
horen kreeg dat ik het over dezelfde zaken had als
overeenkwam met onze bevindingen bij wichelaars in
Hugo Vanderstadt. Al vlug bleek dat we nog heel wat
onze streek.
te leren hadden en dat we dit moesten uitdragen.
In die beginperiode was ik overtuigd dat bouwbiologie
Naast het publiceren van een eerste boekje over
een echte revolutie zou teweegbrengen, gezien de
gezond bouwen, organiseerden we vanuit het
betrokken producenten veel te verliezen konden
Genootschap gezamenlijke studiemomenten van
hebben. Het mooie is dat vele schadelijke stoffen
voornamelijk Duitse literatuur: Das gesunde Haus, van
intussen bij wet verboden zijn, maar een revolutie is er
Dr Palm, en een ‘Fernlehrgang’ van het Institut für
niet gekomen. Dat is positief, maar tegelijkertijd
Wonen met de Natuur • nr. 75 - 2015
BOUWPARTNER
tigd werd en dat zelfs betonnen woningen met metalen gevelbekleding in tijdschriften verschenen onder de noemer ‘Duurzame woning’. Toegegeven, er was bij sommige leden van VIBE de neiging om de term ‘duurzaam’ mee te nemen. Daar heb ik me sterk tegen verzet. Ik dreigde met het opzeggen van mijn lidmaatschap als het bioecologische niet in ons blazoen bleef staan. Het Genootschap ging er van uit dat het woord biologie bestaat uit twee delen; de BIOS, het levende wezen en zijn fijnschalige verweving met het levende in de natuur en anderzijds de logos, het scheppende principe. Ondertussen zijn we zelf beheerder van die schepping geworden en scheppen we zelf ook materialen die vanuit dezelfde wereldomvattende logos moet ontstaan. Dit is voor mij ook de toekomst van VIBE: duidelijkheid brengen naar mensen toe die echt gezond willen bouwen. We mogen geen verwarring scheppen. De basisbegrippen zoals elektrovrij, metaalvrij en betonvrij bouwen, vrij van chemische materialen en afwerkingen, streven naar natuurlijke materialen die niet ‘dood’ gemaakt zijn door productiepro-
cessen blijven belangrijk. Dat is voor mij de doelstelling van VIBE. En als die materialen uit herwinbare of nagroeibare productie voortkomen, dan is dit een extra troef. Uiteraard beseffend dat we door te bouwen de natuur beroven en dat een woning altijd een beetje een gevangenis wordt, afgesloten van de natuur. Laten we dit afsluiten beperken door natuurlijk te bouwen en door met argusogen bekijken wat we aan technieken in de woning inbrengen. Dan kunnen we zeggen zoals de architectuurfilosoof Grandpré Molière het formuleerde in de jaren dertig, ‘En de wijsheid bouwde zich een huis’. En of wij dan de pioniers van zoiets moois zijn? Neen, iedere lid van vzw’s is een pionier. Wij hebben het geluk en voorrecht gehad om aan de wieg te staan van iets moois en het zien geboren worden in zijn tijdsgeest: ‘De verbeelding aan de macht’, toen het holistisch wereldbeeld durfde uitgesproken te worden. En het kind kende en kent groeipijnen, maar het groeit op tot iets groots als we het omringen met eerlijke verbeelding en gedachten. Daar wordt onze medemens beter van.
constateer ik ook een vervlakking. Begrippen zoals ‘duurzaamheid’ zijn zo rekbaar en daar wordt handig gebruik van gemaakt. Het is heel positief dat er intussen vele, ook officiële instanties, zich met deze materie bezighouden, maar meestal focust men zich slechts op deelaspecten. Die specialisering is soms ook nodig. Zo heeft NIBE zich toegelegd op de levenscyclusanalyse van bouwmaterialen. Bouwbiologie echter, omvat in oorsprong heel de zorg voor gezondheid, milieu, klimaatbeheer, energiezuinigheid, kleurenleer, veldinvloed, harmonische verhoudingen, bouw- en woonpsychologie, bio-ecologische verantwoorde stedenbouw, aandacht voor milieulast en
Deze bio-ecologische woning (bouwjaar 1998) van
arbeidsomstandigheden elders (solidariteit)... VIBE kan
Etienne Hoeckx was één van de eerste woningen in
het verschil maken als vereniging zonder belangen,
Vlaanderen waar er gestreefd werd naar passief
door het overzicht te behouden en door al de hierboven
bouwen. Oorspronkelijk ontworpen als lemen
aangehaalde deelgebieden meer in de aandacht te
woning, maar samen met een enthousiaste
brengen.
bouwheer werd toch de stap gezet naar een (nietgecertificeerde) passiefwoning. Foto Studio Verne
Wonen met de Natuur • nr. 75 - 2015
13
BOUWPARTNER
Op de foto een paar van de auteurs van Gezond bouwen en wonen: v.l.n.r.: Pol Warmenbol, Etienne Hoeckx en Hugo Vanderstadt. Foto Hugo Vanderstadt
HUGO VANDERSTADT
14
In 1980 gaf ik les in Sint-Lucas (Brussel) aan het vierde
markt zelf creëren. En inderdaad, dankzij onze eerste
jaar architectuur en werkte ik in een architectenbureau
publicaties en de eerste lezingen kwamen steeds meer
te Brugge. Toch was ik niet tevreden over mijn werk,
mensen op ons verhaal af. Onze boodschap sloeg aan,
de architectuur was helemaal vervreemd van de natuur
ook in de pers. Onvergetelijk was onze radioreportage
en de gezondheid van de mensen. Ik heb toen besloten
over het radioactieve Gyproc, de firma reageerde daar
te stoppen met alles en me te herbronnen in de USA
onmiddellijk heel heftig op en een paar weken later
om er Oosterse natuurgeneeskunde te studeren. En wat
kondigden ze al aan dat ze hun productie helemaal
bleek? Een leraar accupunctuur raadde me aan om
gingen herzien. Maar ook bij onze klanten viel er wat te
zeker niet te stoppen met architectuur, omdat je met
beleven: zo herinner ik me mijn eerst bouwbiologisch
gebouwen de mensen zou kunnen genezen van allerlei
huis dat zeer fanatiek zonder één gram cement was
kwalen. Toen ben ik ‘Feng Shui’ gaan bestuderen en
gebouwd. Alles met hydraulische kalk, zachte baksteen
ook bouwbiologie.
en houten vloeren. De klant had reuma en kon niet
Na mijn terugkeer nam architect Etienne Hoeckx
goed stappen. Na zijn verhuis meldde hij; “Ik wordt te
contact met me op. Hij kende op zijn beurt Marc
vroeg wakker hier, in plaats van tot 10u. te slapen,
Depreeuw en Jos Van Hamme en al vlug organiseerden
word ik wakker om 6u. s’ morgens”. Ik raadde aan om
we onze eerste bijeenkomsten te Emblem in het
verduisteringsgordijnen aan te schaffen. Een week later
kantoor van Marc.. Marc was doordrongen van de
weer een telefoon; “ik word nog altijd veel te vroeg
Steinerfilosofie, Etienne was bezig met yoga en Jos was
wakker. “ Mijn vraag: “ben je dan moe?” “Neen,
al langer bezig met de biologische aspecten van
helemaal niet. “ Wat later kon de klant zonder krukken
materialen en biologische voeding. Voor biologisch
door het leven. Dit was voor mij een concreet bewijs
bouwen waren er toen geen klanten, we moesten de
dat verhuizen van een betonnen flat naar een
Wonen met de Natuur • nr. 75 - 2015
BOUWPARTNER
Een bio-ecologisch huis kan heilzaam zijn voor lichaam en geest. Foto Hugo Vanderstadt
biologisch huis zeer heilzaam kan zijn voor het fysieke
uitgever voor. Ik heb dan zelf het risico genomen om
functioneren van het menselijk lichaam. De architect
6.000 boeken te drukken, die boeken waren in een
kan inderdaad veel doen aan de gezondheid van de
paar jaar al allemaal uitverkocht.
mensen.
De conclusie uit deze pioniersjaren is voor mij vooral
Ook op vlak van architectuur waren we buitenbeentjes
dat het bewustzijn bij ‘jan met de pet’ veel groter is
omdat we niet meededen aan het opkomend
dan gedacht en dat de honger naar objectieve
neo-moderisme uit die jaren. Vooral Marc en Etienne
informatie zeer groot is. Het aspect gezondheid slaat
waren specialisten in het organisch bouwen, terwijl
veel meer aan dan de ecologische verzuchtingen;
ikzelf vooral bezig was met de principes van de
nochtans, wat gezond is voor de mens is ook gezond
Japanse woning, Feng Shui en vormkrachten.
voor de aarde. Etienne Hoeckx en Marc Depreeuw
Ik heb me toen sterk toegelegd op het geven van
delen trouwens dezelfde bezorgdheden: hoe meer we
avondcursussen voor enthousiaste bouwers. Die
ons aanpassen en ons gedachtegoed laten uithollen,
cursussen zijn de basis geworden waaruit later het
hoe meer we ons als organisatie overbodig maken.
instituut ‘VIBE’ gegroeid is. Bij de oprichting van VIBE is
Daarnaast is er ook de kostprijs van bio-ecologisch
er beslist dat alles wat niet strikt wetenschappelijk
bouwen; is dit te betalen voor de gemiddelde burger?
bewezen was, eruit moest. Via VIBE konden we dit niet
Zijn we wel goed bezig met de ”eco-villa” of zouden
meer naar buiten brengen. We moesten en zouden
we niet beter ecologisch bouwen in grotere dichtheden
immers een groter publiek bereiken. Om nog meer
in steden met groene architectuur? Maar dat is voer
mensen te bereiken heb ik toen een zeer
voor een volgende artikel. De pioniersjaren zijn achter
laagdrempelig boek ‘Duurzaam en gezond bouwen en
de rug en hoe moet we nu verder werken? Er zijn heel
wonen’ geschreven, maar ik vond er geen enkele
wat nieuwe uitdagingen.
* Wonen met de Natuur • nr. 75 - 2015
15