Economische monitor 2010
O&S juli 2010
Samenvatting Deze rapportage geeft de belangrijkste economische ontwikkelingen in ’s-Hertogenbosch tussen 1997 en 2010 weer. De ontwikkelingen worden zoveel mogelijk afgezet tegen die in de vier andere grote Brabantse steden (Breda, Eindhoven, Helmond en Tilburg), de provincie Noord-Brabant en Nederland. De informatie in deze rapportage geeft niet alleen inzicht in de economische ontwikkelingen, maar kan ook gebruikt worden om te bepalen in hoeverre economische beleidsdoelstellingen gehaald zijn om zodoende beleid te kunnen bijsturen of wijzigen. Tweeledig beeld Het beeld dat uit de economische monitor 2010 naar voren komt is – evenals vorig jaar - tweeledig. Aan de ene kant worden er in 2009 weer diverse records gebroken. ’s-Hertogenbosch staat bijvoorbeeld op de tweede plaats van economisch best presterende steden. Aan de andere kant is 2009 ook het jaar waarin de gevolgen van de huidige economische crisis ook in ’s-Hertogenbosch zichtbaar worden. Desondanks doet ’s-Hertogenbosch het vergeleken met Nederland en de andere grote Brabantse steden economisch gezien nog steeds goed. Kort samengevat laat de economische monitor 2010 de volgende ontwikkelingen zien: Lichte afname aantal werkzame personen, toename aantal bedrijven Het afgelopen jaar is de werkgelegenheid in ’s-Hertogenbosch met 470 personen afgenomen tot 99.370 werkzame personen. En is het aantal vestigingen toegenomen tot 10.560. De economische dynamiek is in 2009 iets afgenomen. Het afgelopen jaar zijn er ongeveer 1.100 bedrijven gestart. Dit is iets minder dan in 2008. Het eerste halfjaar van 2010 zijn er echter al 700 starters. Dit zijn er veel meer dan in het eerste halfjaar van 2009. Het afgelopen jaar is het aantal opgeheven bedrijven iets toegenomen ten opzichte van 2008. Deze trend lijkt zich vooralsnog in 2010 door te zetten. Het aantal opgeheven bedrijven is in de eerste zes maanden van 2010 zo’n 20% hoger dan in de eerste helft van 2009. Stad van handel en diensten ’s-Hertogenbosch is een echte stad van handel en diensten. Veel personen in onze stad werken in één van deze sectoren. Het afgelopen jaar heeft vooral de sector advisering en onderzoek het zwaar gehad in onze stad. Op de langere termijn gezien is de sector handel en reparatie de sterkste stijger, industrie de sterkste daler. De afgelopen jaren vertoonde de werkgelegenheid in de meeste benoemde speerpuntsectoren een stijgende lijn. De huidige crisis lijkt echter ook deze sectoren niet onberoerd te laten. Het afgelopen jaar is de werkgelegenheid in een aantal speerpuntsectoren ongeveer gelijk gebleven, of iets gedaald. Groot deel beroepsbevolking werkt De beroepsbevolking in de gemeente ’s-Hertogenbosch is gestegen tot 68.150 personen. Met 99.370 banen betekent dit 1,5 banen per inwoner (behorend tot de beroepsbevolking). Dit betekent dat ’s-Hertogenbosch een sterke werkgelegenheidsfunctie heeft. De bruto participatiegraad van ruim 71% is hoog. Zeker ook vergeleken met de andere vier Brabantse steden en Noord-Brabant. De beroepsbevolking in ’s-Hertogenbosch is relatief hoog opgeleid. Het aandeel 45-plussers in de beroepsbevolking is de afgelopen jaren toegenomen. Werkloosheid toegenomen Na een jarenlange daling neemt het aantal niet werkende werkzoekenden sinds oktober 2008 weer toe. Mei 2010 zijn er ruim 4.400 niet werkende werkzoekenden ingeschreven. Het werkloosheidspercentage van 6,7% is iets hoger dan dat van Nederland, maar lager dan in drie van de vier andere grote Brabantse steden. 3
Sinds oktober 2008 is het aantal niet werkende werkzoekenden met ruim 1.100 personen toegenomen. Dit zijn – absoluut gezien – vooral 27-45 jarigen. Ook neemt vooral het aantal niet werkende werkzoekenden met een middelbare of hogere opleiding toe. Het aantal uitkeringen is sinds 2004 flink afgenomen. Op dit moment stijgt het aantal uitkeringen echter weer. Vooral aantal WW uitkeringen stijgt fors, maar ook het aantal algemene bijstandsuitkeringen neemt toe. Het aantal vacatures blijft, ondanks de economische crisis, tamelijk constant. Vooral in de zakelijke dienstverlening is sprake van veel openstaande vacatures. Al met al doet ’s-Hertogenbosch het sociaal economisch gezien goed. We staan op de 9 e plaats in de sociale index. Dit betekent een stijging ten opzichte van de voorgaande twee jaren.
Meer werkgelegenheid op kantoorlocaties Het afgelopen jaar is de werkgelegenheid op de bedrijventerreinen en in de Binnenstad licht afgenomen. Op de kantoorlocaties is de werkgelegenheid daarentegen toegenomen. De uitgifte aan bedrijventerrein in ’s-Hertogenbosch is al jaren laag. Het afgelopen jaar is daar een uitzondering op. In 2009 is er namelijk zes hectare uitgegeven. Het aanbod aan bestaande kantoorruimte is het afgelopen jaar toegenomen. Omdat de voorraad ongeveer gelijk is gebleven bedraagt het aanbodspercentage nu 13,8%. Desondanks blijkt uit een vergelijking met andere steden dat ’s-Hertogenbosch het wat betreft de kantorenmarkt nog relatief goed doet. Ook het aanbod aan bestaande bedrijfsruimte is toegenomen: tot 163.000 m2 bruto vloeroppervlak. Aantal bezoeken licht toegenomen In 2009 hebben ruim 1,6 miljoen bezoekers ’s-Hertogenbosch bezocht. Hiermee staan we op de achtste plaats. Het aantal bezoekers is ongeveer gelijk gebleven aan 2008, terwijl het aantal bezoeken (en daarmee ook de frequentie) is toegenomen. Veruit de belangrijkste reden om ’s-Hertogenbosch te bezoeken is en blijft het funshoppen. Tweederde van de bezoekers komt hier winkelen voor zijn of haar plezier. Ook maken de bezoekers graag gebruik van de horeca om op een terrasje te zitten of te lunchen of te dineren. Het meerdaagse bezoek is afgenomen in 2009. Er zijn in 2009 beduidend minder hotelovernachtingen geweest dan in de voorgaande jaren. Aantrekkelijk vestigingsklimaat Evenals voorgaande jaren is de woonaantrekkelijkheid van ’s-Hertogenbosch een sterke troef voor het vestigingsklimaat. Met een vijfde plaats op de woonaantrekkelijkheidsindex doet ’sHertogenbosch het uitstekend. De bereikbaarheid blijft een aandachtspunt. Op het rijkswegennet rond ’s-Hertogenbosch is zowel de filezwaarte als het aantal files in 2009 afgenomen. De ondernemers in ’s-Hertogenbosch waarderen het gemeentelijk ondernemingsklimaat met een 7,0. ’s-Hertogenbosch is hiermee één van de vier steden die hiervoor een 7 of hoger krijgen. Sterke regionale werkgelegenheidspositie ’s-Hertogenbosch, Oss en Waalwijk zijn de belangrijkste werkgelegenheidsgemeenten in de regio. De positie van ’s-Hertogenbosch is en blijft sterk. Bijna de helft (46%) van het totaal aantal werkzame personen in de regio werkt in ’s-Hertogenbosch. ’s-Hertogenbosch heeft regionaal gezien veel werkgelegenheid in de zakelijke dienstverlening, en weinig in de industrie.
4
Inhoudsopgave
Samenvatting.......................................................................................................................................... 3 Inhoudsopgave........................................................................................................................................5 1.
Inleiding........................................................................................................................................ 7
2.
Economische structuur en dynamiek........................................................................................... 9
3.
Arbeidsmarkt.............................................................................................................................. 13
4.
Ruimte voor economische activiteiten........................................................................................19
5.
Bezoek aan de stad....................................................................................................................23
6.
Vestigingsklimaat .......................................................................................................................25
7.
Positie in de regio .......................................................................................................................27
Bijlage I
Overzicht arbeidsmarkt en werkgelegenheid 2010 .....................................................29
Bijlage 2
Gebruikte bronnen en definities...................................................................................31
Bijlage 3
Werklocaties ................................................................................................................33
5
1.
Inleiding
De voorliggende “Economische monitor 2010” is de achtste in een reeks uitgebrachte monitoren over de Bossche economie. Doel van deze rapportage is het presenteren van de belangrijkste gegevens over economische ontwikkelingen in de gemeente ’s-Hertogenbosch. Hierbij staan zes economische thema’s centraal: de economische structuur en dynamiek, de arbeidsmarkt, ruimte voor economische activiteiten, bezoek aan de stad, het vestigingsklimaat en de positie in de regio. Belangrijk in een monitor is de vergelijking in de tijd. Daarom is zoveel mogelijk gebruik gemaakt van een langere tijdreeks. Als basisjaar is uit praktische overwegingen voor 1997 gekozen. Verder is bij alle indicatoren een vergelijking gemaakt met (het gemiddelde van) de vijf grote Brabantse steden (de B5), de provincie Noord-Brabant en/of Nederland gemiddeld. In de monitor zijn gegevens uit verschillende bronnen en onderzoeken opgenomen, zoals van I&O Research, het ETIN, de kamer van koophandel (KvK), het UWV WERKbedrijf, bureau Louter, het CBS en het Continu Vakantie Onderzoek (CVO). Enkele indicatoren zijn het afgelopen jaar niet geactualiseerd. Dit vanwege (methodische en/of technische) problemen bij de bronhouder. Voor de volledigheid zijn deze cijfers wel opgenomen in deze monitor. In bijlage II wordt meer informatie over de gebruikte bronnen en definities gegeven. Wat betreft de presentatie is gekozen voor: “veel plaatjes, weinig praatjes”. Zoals gezegd worden in deze rapportage de belangrijkste economische gegevens gepresenteerd. Dit betekent dat er een selectie is gemaakt uit een veelheid aan gegevens. Lezers die graag nog meer economische feiten en cijfers over ’s-Hertogenbosch willen weten, kunnen het tabellenboek opvragen dat aan deze rapportage ten grondslag ligt. Opdrachtgevers voor de monitor is de afdeling Economische Zaken van de gemeente ’sHertogenbosch. Opdrachtnemer is de afdeling Onderzoek en Statistiek. Beide afdelingen hebben nauw samengewerkt bij de totstandkoming van dit product.
7
2. Economische structuur en dynamiek In dit hoofdstuk wordt een aantal belangrijke cijfers op het gebied van de economische structuur en dynamiek in ’s-Hertogenbosch gepresenteerd. Het gaat dan vooral om de ontwikkeling van het aantal bedrijfsvestigingen en werkzame personen. Ook worden cijfers over de sectorverdeling gepresenteerd. Daarbij is er extra aandacht voor de benoemde speerpuntsectoren. Werkgelegenheid iets afgenomen Het afgelopen jaar is de werkgelegenheid in ’s-Hertogenbosch met 470 personen (-0,5%) afgenomen tot 99.370 werkzame personen. Deze afname betreft vooral mannen (zowel fulltime als parttime) en parttime vrouwen. Het aantal vrouwen met een fulltime baan is toegenomen met 600. Zowel in de B5 gemiddeld (0,5%) als in de provincie (0,2%) is de werkgelegenheid het afgelopen jaar toegenomen. 125
's-Hertogenbosch
B5
Noord-Brabant
120 115 110 105 100 1997
1998
Afbeelding 1
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
De ontwikkeling van het aantal werkzame personen in ’s-Hertogenbosch, de B5 en NoordBrabant, geïndexeerd t.o.v. 1997. Bron: I&O. Bewerking: O&S.
Stad van handel en diensten ’s-Hertogenbosch is een echte stad van handel en diensten. Veel personen in onze stad werken in één van deze sectoren. Daarnaast is ook de gezondheids- en welzijnszorg goed vertegenwoordigd. Gemiddeld gezien zijn de grootste bedrijven te vinden in de sector openbaar bestuur en overheid. Werkzame personen 2009 Absoluut Relatief Agrarische sector Industrie Bouwnijverheid Handel en reparatie Vervoer en opslag Horeca Informatie en communicatie Financiële instellingen Verhuur van/handel in onr.goed Advisering en onderzoek Overige zakelijke dienstverlening Openbaar bestuur & overheid Onderwijs Gezondheids- en welzijnszorg Cultuur, sport en recreatie Overige dienstverlening Totaal Afbeelding 2
360 10.490 6.200 21.020 3.430 3.140 4.400 4.590 950 10.290 4.510 7.170 5.980 12.980 1.540 2.320 99.370
0% 11% 6% 21% 3% 3% 4% 5% 1% 10% 5% 7% 6% 13% 2% 2% 100%
Vestigingen 2009 Absoluut Relatief 100 420 1.220 2.510 170 410 570 210 130 2.180 600 40 310 630 510 540 10.560
1% 4% 12% 24% 2% 4% 5% 2% 1% 21% 6% 0% 3% 6% 5% 5% 100%
Gemiddelde bedrijfsgrootte 4 25 5 8 20 8 8 22 7 5 8 179 19 21 3 4 9
Aantal bedrijven en werkzame personen per sector in 2009. Bron: I&O. Bewerking: O&S.
9
Toename werkgelegenheid handel en reparatie Het afgelopen jaar is het aantal werkzame personen in zes sectoren toegenomen. Vooral in de sectoren handel en reparatie (260), gezondheids- en welzijnszorg (180) en openbaar bestuur & overheid (150) is sprake van een redelijke toename. De drie sectoren met de sterkste afname zijn advisering en onderzoek (-480), industrie (-220) en financiële instellingen (-160). Over de langere termijn gezien is de sector handel en reparatie de sterkste stijger en industrie de sterkste daler. Agrarische sector
1997-2009
Industrie
2008-2009
Bouwnijverheid Handel en reparatie Vervoer en opslag Horeca Informatie en communicatie Financiële instellingen Verhuur van en handel in onroerend goed Advisering en onderzoek Overige zakelijke dienstverlening Openbaar bestuur & overheid Onderwijs Gezondheids- en welzijnszorg Cultuur, sport en recreatie Overige dienstverlening -2.000
Afbeelding 3
-1.000
0
1.000
2.000
3.000
4.000
5.000
Groei aantal werkzame personen per sector tussen 1997-2009 en 2008-2009. Bron: I&O. Bewerking: O&S.
Speerpuntsectoren vrij constant De afgelopen jaren vertoonde de werkgelegenheid in de meeste speerpuntsectoren een stijgende lijn. De huidige crisis lijkt echter ook de speerpuntsectoren niet onberoerd te laten. Het afgelopen jaar is de werkgelegenheid in een aantal speerpuntsectoren ongeveer gelijk gebleven, of iets gedaald. Het speerpunt financiële en zakelijke dienstverlening is momenteel relatief het grootst. Een kwart van de werkzame personen in ’s-Hertogenbosch werkt in de dienstverlening. 30 25
Dienstverlening: 25
20
Food & Health: 20
15
Kennisintensief: 15 (Groot)handel: 11
10
Creatief: 10 ICT: 5
5
0 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009
Afbeelding 4
Het aantal werkzame personen in de speerpuntsectoren (definitie in bijlage II) als percentage van het totaal aantal werkzame personen, 1997-2009. Bron: I&O. Bewerking: O&S.
10
Aantal startende bedrijven iets afgenomen Uit cijfers van de Kamer van Koophandel blijkt dat er in 2009 minder bedrijven gestart zijn dan in 2008. Vooral in de diensten- en detailhandel worden relatief veel nieuwe bedrijven gestart. In 2008 waren er ook nog relatief veel starters in de bouwsector. Dat aantal is in 2009 veel minder. Het eerste halfjaar van 2010 zijn er al bijna 700 startende bedrijven. Dit is veel meer dan in de eerste helft van 2009. 1.200 Gestart:1.104 1.000 800 600 400 200 0 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009
Afbeelding 5
Aantal gestarte bedrijven in ’s-Hertogenbosch, 1997-2009. Bron: KvK.
Geboorteoverschot bedrijven neemt af Niet alleen het aantal starters is in 2009 iets lager dan in 2008. Vooral ook het aantal ‘overig’ opgerichte bedrijven ligt lager dan in 2008. Omdat het aantal opgeheven bedrijven iets hoger is dan in 2008, neemt het geboorteoverschot van bedrijven voor het eerst in jaren af. Het is de vraag hoe dit zich in 2010 voortzet. De eerste twee kwartalen van dit jaar laten een hoog aantal opgerichte bedrijven zien. Maar het aantal opgeheven bedrijven is in de eerste zes maanden van 2010 ook hoog; zo’n 20% hoger dan in de eerste helft van 2009. 2.000 Opgericht: 1.743 1.600 1.200 Opgeheven: 863
800 400
0 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 Afbeelding 6
Totaal aantal opgerichte en opgeheven bedrijven in ’s-Hertogenbosch, 1997-2009. Bron: KvK.
11
Aantal ingekomen en vertrokken bedrijven in 2008 in balans In 2008 vertrokken er uit ’s-Hertogenbosch ongeveer evenveel bedrijven als zich er vestigden. Dit is al sinds 2005 het geval. Binnen de verschillende sectoren zijn de verschillen tussen het aantal ingekomen en vertrokken bedrijven klein. Overigens houdt de toename van het aantal vertrokken en ingekomen bedrijven gelijke tred met de toename van het totale aantal bedrijven. Helaas zijn er geen recente cijfers over 2009 beschikbaar. 500 450 400 350 300 250 200 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 Afbeelding 7
Aantal ingekomen en vertrokken bedrijven in ’s-Hertogenbosch, 1997-2009. Bron: KvK.
Tweede plaats economisch best presterende gemeente ’s-Hertogenbosch doet het al jarenlang goed op de ranglijst van economisch best presterende gemeenten1. In 2007 stonden we zelfs op de eerste plaats. Het afgelopen jaar heeft Zwolle ons echter ingehaald. Ook in de ranglijst2 van gemeenten met veel werkgelegenheid staat ’s-Hertogenbosch tweede achter Zwolle. Noord-Brabant doet het in deze ranglijst sowieso uitstekend, met vier gemeenten (’s-Hertogenbosch (2), Son en Breugel (5), Eindhoven (6) en Veghel (8)) in de top 10. 12 11
10 8 7
6 4 2 0
6 5
5 3
5
6 5
5
5 3
3 2 2
2
2
2 2
2 1 1
1998
Afbeelding 8
1999
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 Alle gemeenten Gemeenten met veel werkgelegenheid
2008
Positie van de gemeente ’s-Hertogenbosch voor de economische prestaties (hoe lager, hoe beter). Bron: Elsevier/Bureau Louter.
1
In het onderzoek zijn 400 gemeenten onderzocht. Gemeenten met minder dan 10.000 inwoners zijn samengevoegd.
2
Deze heeft de ’oude’ ranglijst van de 32 belangrijkste kernen van stadsgewesten vervangen. De nieuwe ranglijst is gebaseerd op de grootte van de inkomende pendel.
12
3. Arbeidsmarkt In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de Bossche arbeidsmarkt en de werkgelegenheid. Zo komen bijvoorbeeld de beroepsbevolking, de bruto participatiegraad, het aantal niet werkende werkzoekenden en het werkloosheidspercentage aan bod. In bijlage I wordt een schematisch overzicht van de Bossche arbeidsmarkt in relatie tot de Bossche werkgelegenheid gegeven. Groot deel beroepsbevolking werkt De bruto participatiegraad in ’s-Hertogenbosch is in 2009 gestegen naar 71,3%. Dit betekent dat ruim 71% van de Bossche beroepsbevolking óf werkt, óf actief op zoek is naar een betaalde baan van 12 uur of meer. Vergeleken met de B5 gemiddeld en Noord-Brabant, is dit hoog. Van de 5 grote Brabantse steden heeft alleen Breda een hogere bruto participatiegraad (72,4%).
Breda Eindhoven Helmond 's-Hertogenbosch Tilburg B5 Noord-Brabant Afbeelding 9
Totaal
Man (%)
Vrouw (%)
Bruto 3 participatiegraad (%)
84.520 101.850 40.400 68.150 98.040 392.960 1.143.590
54,1% 56,6% 57,8% 54,6% 54,9% 55,4% 56,8%
45,9% 43,4% 42,2% 45,4% 45,1% 44,6% 43,2%
72,4 69,4 68,1 71,3 68,6 70,0 69,8
De beroepsbevolking in de B5 en Noord-Brabant, 2009 Bron: ETIN.
Sterke werkgelegenheidsfunctie ’s-Hertogenbosch heeft 99.370 banen, terwijl de beroepsbevolking uit 68.150 personen bestaat. De werkgelegenheidsfunctie van ’s-Hertogenbosch is daarmee met 1,5 banen per inwoner (behorende tot de beroepsbevolking) hoog. Dit getal ligt voor Eindhoven ongeveer even hoog, terwijl het voor de andere grote Brabantse steden duidelijk lager ligt. Het verhoudingsgetal is voor de vijf grote Brabantse steden al jarenlang tamelijk constant. 1,2
Breda
1,5
Eindhoven 1,1
Helmond
1,5
's-Hertogenbosch
0,0
2009 2005
1,1
Tilburg 0,4
0,8
1,2
1,6
Afbeelding 10 Het aantal banen ten opzichte van de werkzame beroepsbevolking, 2009. Bron: ETIN en LISA. Bewerking O&S.
3
De beroepsbevolking (werkzaam én werkloos) in procenten van de bevolking.
13
Steeds hoger opgeleide beroepsbevolking Landelijk gezien neemt het opleidingsniveau van de werkzame beroepsbevolking toe. Deze trend is ook in ’s-Hertogenbosch zichtbaar. Tussen 2004 en 2010 is het aantal lager4 opgeleiden afgenomen, terwijl het aantal middelbaar en hoger opgeleiden is toegenomen. Begin 2010 is 39% van de beroepsbevolking in ‘s-Hertogenbosch hoger opgeleid, in de B5 gemiddeld is dit 37%. Wat betreft het aandeel laagopgeleiden doet ’s-Hertogenbosch het in B5 verband gemiddeld. In Breda en Eindhoven zijn relatief minder laagopgeleiden, in Helmond en Tilburg meer. Uit de atlas voor gemeenten blijkt dat vooral traditionele studentensteden als Groningen, Amsterdam, Leiden en Utrecht een laag aandeel laagopgeleiden hebben. 75.000
50.000
25.000
0
37%
37%
37%
37%
38%
39%
39%
38%
39%
39%
40%
39%
38%
38%
25%
24%
23%
23%
23%
23%
22%
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Lager
Middelbaar
Hoger
Afbeelding 11 De ontwikkeling van de beroepsbevolking in ’s-Hertogenbosch naar opleidingsniveau, 2004-2010. Bron: ETIN. Bewerking: O&S.
Aandeel 45-plussers in beroepsbevolking neemt toe In 2004 was 31% van de beroepsbevolking in ’s-Hertogenbosch 45 jaar of ouder, in 2009 is dit toegenomen tot 37%. De groep 35-44 jarigen blijft door de jaren heen relatief ongeveer even groot. Het aandeel 15-34 jarigen neemt dus relatief af. Volgens de meest recente bevolkingsprognose5 zal de beroepsbevolking stijgen van 68.000 naar 74.000 in 2030. Dit komt allereerst door een toename van de potentiële beroepsbevolking in ’s-Hertogenbosch. Maar ook neemt de bruto participatiegraad toe. Dit is het gevolg van de toenemende participatiegraad van vrouwen en ouderen, en een vervanging van oudere generaties door jongere met een hogere participatiegraad. 75.000
50.000
9%
9%
10%
11%
12%
12%
12%
22%
23%
23%
23%
24%
24%
25%
29%
29%
29%
29%
28%
28%
28%
29%
28%
28%
27%
26%
26%
26%
11%
10%
10%
10%
10%
10%
9%
2004
2005 15-24 jaar
25.000
0
2006 25-34 jaar
2007 35-44 jaar
2008 2009 2010 45-54 jaar 55-64 jaar
Afbeelding 12 De ontwikkeling van de beroepsbevolking in ’s-Hertogenbosch naar leeftijd, 2004-2010. Bron: ETIN. Bewerking: O&S. 4
Lager = Basisniveau + VMBO, Middelbaar = Havo/VWO + MBO, Hoger = HBO + WO
5
Bevolkingsprognose 2009-2030. O&S, augustus 2009.
14
Werkloosheid toegenomen Als gevolg van de economische crisis is er sinds oktober 2008 weer sprake van een stijging van het aantal niet werkende werkzoekenden. Mei 2010 waren er 4.462 niet werkende werkzoekenden bij het UWV WERKbedrijf ingeschreven. Het werkloosheidspercentage bedraagt hiermee 6,7%. Dit is iets hoger aan het landelijke cijfer (6,5%), maar lager dan het werkloosheidspercentage in drie van de vier andere grote Brabantse steden6. De afgelopen maanden (april, mei) neemt het aantal niet werkende werkzoekenden licht af. Deze daling wordt door het UWV WERKbedrijf hoofdzakelijk verklaard door seizoensinvloeden (bouw, horeca, toerisme, agrarisch). Zij constateren dat in de laatste 16 jaar ieder jaar (m.u.v. 2009) het aantal werkzoekenden gedaald is in maart en april, vaak ook in mei. 9.000 7.500 6.000 4.500
4.462
3.000
mannen vrouwen
1.500 0 1997 1998 1999 2000
2001 2002 2003
2004 2005 2006 2007 2008 2009
2010
Afbeelding 13 Het totaal aantal niet werkende werkzoekenden in ’s-Hertogenbosch, 1997-2010. Bron: UWV WERKbedrijf.
Stijging relatief het sterkst bij jongeren Sinds oktober 2008 is het aantal niet werkende werkzoekenden met ruim 1.100 personen toegenomen (33%). Absoluut gezien betreft de helft van deze toename de groep 27-45 jarigen. Relatief gezien is de stijging van de werkloosheid het sterkst bij de groep 15-27 jarigen. Ten opzichte van oktober 2008 is de werkloosheid bij de 15-27 jarigen met 64% gestegen, bij de 27-45 jarigen met 45% en bij de 45-65 jarigen met 19%. 3.500 3.000 2.500 45-65
2.000
27-45
1.500 1.000 15-27
500 0
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Afbeelding 14 Niet werkende werkzoekenden in ’s-Hertogenbosch naar leeftijd, 2003-2010. Bron: UWV WERKbedrijf.
6
Mei 2010 is het werkloosheidspercentage in Breda 7,3%, in Eindhoven 8,9%, in Helmond 10,0% en in Tilburg 6,4%. Bron: UWV Werkbedrijf.
15
Vooral stijging middelbaar en hoger opgeleide NWW’ers De stijging van ruim 1.100 niet werkende werkzoekenden vanaf oktober 2008 betreft voor ruim de helft mensen met een middelbare opleiding. Ook relatief gezien is deze groep sindsdien sterk toegenomen (65%). De groep hoger opgeleide niet werkende werkzoekenden is in dezelfde periode met 44% toegenomen, terwijl de toename van lager opgeleiden met 12% relatief klein is. 3.500 3.000 2.500 2.000
Lager
1.500
Middelbaar
1.000
Hoger
500 0
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Afbeelding 15 Niet werkende werkzoekenden in ’s-Hertogenbosch naar opleidingsniveau, 2003-2010. Bron: UWV WERKbedrijf.
Toename aantal uitkeringen Na een piek in 2004 is het aantal uitkeringen de afgelopen jaren flink afgenomen. Het afgelopen jaar is hier echter verandering in gekomen. Deze toename is vooral het gevolg van een flinke toename van het aantal WW-uitkeringen. Maar ook het aantal algemene bijstandsuitkeringen is toegenomen. Het aantal arbeidsongeschiktheidsuitkeringen is iets afgenomen. Uit cijfers van de eerste twee kwartalen van 2010 blijkt dat zowel het aantal WW-uitkeringen als het aantal bijstandsuitkeringen toe blijft nemen. 18.000 15.000
12.000 9.000 6.000
3.000 0
1998
1999
2000
2001
2002
Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen
2003
2004
2005
2006
Uitkeringen algemene bijstand
2007
2008
2009
WW uitkeringen
Afbeelding 16 Uitkeringen in ’s-Hertogenbosch; arbeidsongeschiktheidsverzekeringen, uitkeringen algemene bijstand en uitkeringen in het kader van de WerkloosheidsWet, 1998-2009. Bron: CBS.
16
Aantal vacatures iets afgenomen Het aantal openstaande en ingediende vacatures bij het UWV WERKbedrijf was tot eind vorig jaar redelijk constant. De eerste paar maanden van dit jaar namen beiden iets af. Overigens wordt bij het UWV WERKbedrijf natuurlijk slechts een deel van de vacatures aangemeld. 2.000
1.600
1.200
800
Openstaand
400 Ingediend
0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Afbeelding 17 Het aantal openstaande en ingediende vacatures per maand in ‘s-Hertogenbosch. 2003 - 2010. Bron: UWV WERKbedrijf.
Veel vacatures in zakelijke dienstverlening Er blijken bij het UWV WERKbedrijf vooral veel openstaande vacatures in de zakelijke dienstverlening te zijn. Het aantal openstaande vacatures in de sector ‘gezondheids- en welzijnszorg’ is iets hoger dan in mei van voorgaande jaren. Zakelijke dienstverlening Gezondheids- en welzijnszorg Vervoer,opslag en communicatie Handel en reparatie Horeca Industrie Onderwijs Computerservice en IT mei 2010
Cultuur, sport en recreatie
mei 2009 mei 2008
Bouwnijverheid 0
100
200
300
400
500
Afbeelding 18 Het aantal openstaande vacatures per sector in ’s-Hertogenbosch, mei 2008, 2009 en 2010. Bron: UWV WERKbedrijf.
17
Sterke sociaal economische positie ’s-Hertogenbosch staat hoog (9e plaats) in de sociaal economische index van de 50 grootste gemeenten. Dit betekent een stijging; in 2007 stonden we op een 13e plaats. Onze gemeente heeft de hoge positie onder andere te danken aan de werkgelegenheid, het percentage banen in de groeisectoren en de participatiegraad van vrouwen. Het aantal personen met een lage opleiding en het aantal arbeidsongeschikten ligt relatief hoog en hierop worden we dus slechter beoordeeld. Andere stijgers in de top 10 zijn Zwolle, Alphen aan den Rijn en Hilversum. Amstelveen (1) Haarlemmermeer (2) Amersfoort (3) Utrecht (4) Zwolle (5) Alphen aan den Rijn (6) Hilversum (7) Zoetermeer (8) 's-Hertogenbosch (9)
2009
Breda (10)
2008
Eindhoven (12)
2007
Tilburg (23) Helmond (43) 0
10
20
30
40
50
Afbeelding 19 Sociaal economische index 2009: top 10 van 50 grootste steden en de B5. Bron: Stichting atlas voor gemeenten.
Ruime voldoende arbeidsmarktbeleid De ondernemers in ’s-Hertogenbosch waarderen het arbeidsmarktbeleid van de gemeente met een 6,8. Dit betekent niet alleen een stijging ten opzichte van de nul- en tussenmeting. Maar ook een hoger rapportcijfer dan de G31 gemiddeld. Een groot deel van de respondenten geeft verder aan dat zij geen problemen heeft met het vervullen van vacatures.
6,8 's-Hertogenbosch 2010 2007 2004
6,5 G31
0
2
4
6
8
10
Afbeelding 20 Rapportcijfer ondernemers voor het arbeidsmarktbeleid in ’s-Hertogenbosch, 2004, 2007 en 2010. Bron: Ecorys.
18
4. Ruimte voor economische activiteiten Een derde aspect dat in deze economische monitor aan de orde komt is de bedrijfsomgeving: de ruimte voor economische activiteiten. Allereerst zal de spreiding van de bedrijvigheid over de stad aan bod komen. Hoe is de verdeling van het aantal bedrijven en werkzame personen over de verschillende werklocaties in de stad? Vervolgens wordt nader ingegaan op bedrijventerreinen, kantoorlocaties en winkelcentra. In bijlage III wordt een kaart gepresenteerd met alle werklocaties. Verdere toename aantal bedrijfsvestigingen buiten de werklocaties Alle (grote) kantoorlocaties, winkelcentra, bedrijventerreinen en ook de Binnenstad worden in deze monitor ‘werklocaties’ genoemd (zie bijlage 3). Vier grote bedrijven buiten deze locaties zijn apart genomen in de categorie ‘overige werklocaties’. In 2009 bevindt meer dan de helft (57%) van de vestigingen zich buiten één van de werklocaties. Dit aandeel is sinds 1997 (47%) flink toegenomen. 12.000 10.000 8.000 6.000
370 600
380 570
1.470
1.470
2.010
1.930
400 560
430 540
1.500
1.530
1.910
1.930
430 550 1.520 1.950
Winkelcentra Bedrijventerreinen Binnenstad Overige werklocaties
4.000 2.000
Kantoorlocaties
5.100
5.200
5.500
5.700
6.000
2005
2006
2007
2008
2009
Buiten werklocatie
0
Afbeelding 21 Spreiding van de bedrijfsvestigingen over de stad, 2005-2009. Bron: I&O. Bewerking: O&S.
Meer werkgelegenheid op kantoorlocaties In 2008 is bijna een derde van de werkgelegenheid op de bedrijventerreinen te vinden. Het afgelopen jaar is de werkgelegenheid hier licht afgenomen. Hetzelfde geldt voor de werkgelegenheid in de Binnenstad. Op de kantoorlocaties is de werkgelegenheid daarentegen toegenomen. Verder is de verdeling van de werkgelegenheid over de locaties redelijk constant gebleven. 100.000 4.540
80.000
60.000
40.000
20.000
17.800
15.720
4.200 17.630
16.970
4.400
4.420
4.320
18.990
18.990
17.990
16.690
17.140
18.220
Winkelcentra Binnenstad Kantoorlocaties
29.810
29.330
30.200
30.650
3.680
3.710
4.080
3.890
3.930
22.340
23.950
24.360
24.410
24.640
2005
2006
2007
2008
2009
29.940
Bedrijventerreinen Overige werklocaties Buiten werklocatie
0
Afbeelding 22 Spreiding van de werkgelegenheid over de stad, 2005-2009. Bron: I&O. Bewerking: O&S.
19
Laag netto oppervlak bedrijventerrein Het netto oppervlak bedrijventerrein in ’s-Hertogenbosch is (samen met Helmond) het laagst van de B5. Dit geldt eveneens voor het oppervlak bedrijventerrein dat direct beschikbaar is voor uitgifte aan bedrijven. Overigens zijn alleen de cijfers voor ’s-Hertogenbosch geactualiseerd. De cijfers van de andere vier grote Brabantse steden zijn nog niet beschikbaar. Daarom zijn hiervoor de cijfers van vorig jaar gebruikt. Breda
683
Eindhoven
690
Helmond
Totaal: 710
Totaal: 818
502
’s-Hertogenbosch*
Totaal: 539
527
Totaal: 550
Tilburg
870 0
200
Totaal: 902
400
netto uitgegeven
600
terstond uitgeefbaar
800
1.000
niet terstond uitgeefbaar
Afbeelding 23 De voorraad netto bedrijventerrein en de beschikbaarheid per 1 januari 2009/2010 in de vijf grote Brabantse steden, in hectare. Bron: ETIN en gemeente ’s-Hertogenbosch/EZ . * Alleen voor ’sHertogenbosch zijn cijfers voor 2010 beschikbaar.
Zes hectare uitgegeven in 2009 De uitgifte aan bedrijventerrein is in ’s-Hertogenbosch sinds 1999 erg laag. Het afgelopen jaar is daar verandering in gekomen met een uitgifte van zes hectare. Deze uitgifte vond vooral plaats op Treurenburg, maar ook ongeveer een kwart hectare op Empel Maasakkers. Helaas zijn de uitgiftecijfers van de vier andere grote Brabantse gemeenten nog niet beschikbaar. 120
100
Tilburg
80
60
Helmond
40
Eindhoven
20
Breda
's-Hertogenbosch* 0 1997 1998 1999 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
Afbeelding 24 De uitgifte aan bedrijventerrein in de 5 grote Brabantse steden in hectare, 1997-2008/2009. Bron: ETIN en gemeente ’s-Hertogenbosch/EZ. * Alleen voor ’s-Hertogenbosch zijn cijfers over 2009 beschikbaar.
20
Stijging aanbod bedrijfsruimte Na een daling in 2007 is er sindsdien weer sprake van een stijging van het aanbod aan bestaande bedrijfsruimte. Begin 2010 wordt er ruim 27.000 m2 meer aangeboden dan een jaar eerder. In totaal wordt er begin 2010 163.000 m2 bruto vloeroppervlak aangeboden 200.000 175.000
163.000
150.000 125.000 100.000 75.000 50.000 25.000 0 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Afbeelding 25 De ontwikkeling van het aanbod aan bestaande bedrijfsruimte in ’s-Hertogenbosch in m2 bruto vloeroppervlak (bvo), 1998-2010. Bron: Gemeente ’s-Hertogenbosch/EZ.
Dagelijks
Winkels steeds groter Het aantal m2 winkelvloeroppervlak (wvo) is tussen 1997 en 2010 flink toegenomen terwijl het aantal winkels iets is afgenomen. De winkels in ’s-Hertogenbosch worden dus steeds groter. Dit is een trend die ook landelijk gaande is. Het afgelopen jaar zijn er in ’s-Hertogenbosch een paar kleine verschuivingen te zien. Zo blijft bijvoorbeeld (evenals vorig jaar) het aantal kleding- en modezaken licht toenemen. En is het afgelopen jaar het aantal woonwinkels afgenomen. Verder is er sprake van minder leegstand (zowel in aantal winkels als in aantal m2 wvo) dan in 2009. aantal winkels
2009 2008 2005
m2 wvo/winkel
Totaal
Niet-dagelijks
1997 aantal winkels m2 wvo/winkel aantal winkels m2 wvo/winkel 0
200
400
600
800
1.000
1.200
Afbeelding 26 De ontwikkeling aan m2 winkel vloer oppervlak (wvo) in ’s-Hertogenbosch, tussen 1997 en 2010. Bron: BRO/Locatus. Bewerking: O&S.
21
Toename aanbod kantoorruimte Het aanbod aan bestaande kantoorruimte is het afgelopen jaar toegenomen tot bijna 124.000 m2 bruto vloeroppervlak (bvo). Omdat de voorraad ongeveer gelijk is gebleven (900.000 m2 bvo), is het aanbodspercentage toegenomen tot 13,8%. Dit betekent overigens niet dat deze kantoorruimte ook daadwerkelijk leeg staat. 1.000.000
20
800.000
16
600.000
12
400.000
8
200.000
4
0
0
1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Voorraad
Aanbod
Aanbodspercentage
Afbeelding 27 De ontwikkeling van de voorraad en het aanbod aan bestaande kantoorruimte in ’sHertogenbosch in m2 bruto vloeroppervlak (bvo), 1998-2010. Bron: Gemeente ’sHertogenbosch/EZ.
Relatief gunstige verhouding tussen vraag en aanbod De ontwikkelingen op de Nederlandse kantorenmarkt zijn in 2009 als somber te typeren. Het aanbod is toe- en de opname afgenomen. Hiermee is – voor het tweede jaar op rij - de kantorenmarkt ruimer geworden. In heel Nederland is de verhouding tussen de vraag in 2009 en het aanbod op 1 januari 2010 uitgekomen op 19%. Deze kantorenmarktratio7 bedraagt voor ’s-Hertogenbosch 33%. ‘sHertogenbosch doet het hiermee relatief goed. Alleen in Arnhem (34%) is deze ratio gunstiger. 70% 2004
2005
2006
2007
2008
2009
60% 50% 40% 33%
32%
30% 18%
20%
19%
13% 8%
10% 0%
's-Hertogenbosch
Breda
Eindhoven
Tilburg
Randstad
Nederland
Afbeelding 28 Kantorenmarktratio (verhouding opname / aanbod) per regio, 2009. Bron: Dynamis. Bewerking: O&S.
7
De kantorenmarktratio is de verhouding tussen de opname en het aanbod in een jaar.
22
5.
Bezoek aan de stad
In dit hoofdstuk staat het bezoek aan ’s-Hertogenbosch centraal. Naast het aantal bezoeken, bezoekers en de ondernomen activiteiten worden ook cijfers over het aantal hotelovernachtingen gepresenteerd. Ruim 1,6 miljoen bezoekers Sinds 2004 staat ’s-Hertogenbosch wat betreft bezoekersaantallen direct achter de vier grote steden op een vijfde positie. Het afgelopen twee jaar is daar verandering in gekomen. Evenals in 2008 hebben Arnhem, Groningen en Maastricht meer bezoekers getrokken, waardoor ’s-Hertogenbosch met ruim 1,6 miljoen bezoekers op de achtste positie staat. Steden
Aantal bezoekers
Amsterdam Den Haag Utrecht Rotterdam Maastricht Groningen Arnhem 's-Hertogenbosch Eindhoven Breda
Aantal bezoeken
4.326.000 2.899.000 2.629.000 2.535.000 1.701.000 1.688.000 1.654.000 1.626.000 1.587.000 1.451.000
Frequentie
12.734.000 7.327.000 6.166.000 9.003.000 3.421.000 4.978.000 4.160.000 4.618.000 4.959.000 4.292.000
2,9 2,5 2,3 3,6 2,0 2,9 2,5 2,8 3,1 3,0
Afbeelding 29 Top 10 van steden wat betreft het hoogste aantal (toeristische) Nederlandse bezoekers en bezoeken, 2009. Bron: CVO.
Aantal bezoeken licht toegenomen Het aantal bezoekers is in 2009 in veel steden gedaald ten opzichte van 2008. Slechts in enkele steden (Eindhoven, Haarlem, Enschede en Zutphen) is het bezoekersaantal toegenomen. In ’sHertogenbosch is het aantal bezoekers gelijk gebleven aan 2008, terwijl het aantal bezoeken (en daarmee ook de frequentie) is toegenomen. Met een gemiddelde besteding van € 45,90 per persoon per bezoek bedraagt het economisch effect door toeristisch dagbezoek in 2009 naar schatting ruim € 210 miljoen. Dit is iets meer dan in 2008, maar minder dan in de jaren daarvoor. Bezoekers geven per keer iets minder uit, maar komen wel vaker. 6.000.000
6
5.000.000
5
4.000.000
4 3,1
3.000.000
3,2
2,7
3,1
2,9
2,7
2,6
2,8
3
2.000.000
2
1.000.000
1
0
2002
2003
2004 Bezoekers
2005
2006 Bezoeken
2007
2008
2009
0
Frequentie
Afbeelding 30 Het aantal (toeristische) bezoekers en bezoeken aan ’s-Hertogenbosch, 2002-2009. Bron: CVO.
23
Funshoppen belangrijkste reden bezoek Het grootste deel van de bezoekers komt naar ’s-Hertogenbosch voor het funshoppen. Ten opzichte van 2008 is dit aandeel ook weer toegenomen. Bezoekers maken ook graag gebruik van de horeca om op een terrasje te zitten of te lunchen of te dineren. Ook hier is sprake van een toename ten opzichte van vorig jaar. Overigens lijken de bezoekers sowieso actiever in ‘s-Hertogenbosch. Over de gehele linie worden meer activiteiten ondernomen. Uitzondering hierop is het evenementenbezoek. Winkelen voor plezier Lunchen/dineren in restaurant Op terrasje zitten Het maken van een stadswandeling Bezoek museum Bezoek aan nachtleven/uitgaan Bezoek bioscoop Bezoek evenement Bezoek theater/concert Bezoek aan attractie Overig
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
68% 38% 43% 20% 7% 6% 8% 7% 4% 4% 4%
67% 34% 36% 19% 7% 8% 10% 8% 4% 3% 4%
70% 35% 32% 17% 4% 4% 8% 7% 4% 3% 6%
66% 36% 34% 17% 12% 6% 6% 5% 5% 2% 6%
72% 31% 31% 18% 10% 3% 8% 8% 9% 1% 7%
72% 38% 30% 14% 8% 3% 5% 8% 3% 1% 6%
66% 40% 27% 11% 8% 5% 3% 6% 2% 2% 8%
71% 42% 35% 17% 13% 5% 5% 4% 4% 1% 6%
Afbeelding 31 Ondernomen activiteiten gedurende het bezoek aan ’s-Hertogenbosch, 2002 - 2009. Bron: CVO.
Aantal hotelovernachtingen afgenomen In de vorige economische monitor constateerden we al dat er in het derde en vierde kwartaal van 2008 minder hotel overnachtingen waren dan in het derde en vierde kwartaal 2007. Dit heeft zich doorgezet. In 2009 zijn er in totaal bijna 125.000 hotelovernachtingen in ’s-Hertogenbosch geweest. Dit zijn er beduidend minder dan in 2008 (-17.000 overnachtingen). 160.000 140.000 124.730 120.000 100.000 80.000 60.000 40.000 20.000 0
2001
2002
2003
1e kwartaal
2004
2005
2e kwartaal
2006 3e kwartaal
2007
2008
2009
4e kwartaal
Afbeelding 32 De ontwikkeling van het aantal hotelovernachtingen8 in ’s-Hertogenbosch, 2001-2009. Bron: Gemeente ’s-Hertogenbosch/Belastingen. Bewerking: O&S.
8
De gegevens over het aantal hotelovernachtingen zijn niet helemaal compleet. Om toch een tijdreeks te kunnen maken is van
ontbrekende cijfers op basis van eerdere of latere kwartaalcijfers een schatting gemaakt.
24
6. Vestigingsklimaat Het vestigingsklimaat wordt bepaald door verschillende aspecten. Een aantal is in de vorige hoofdstukken al aan de orde geweest. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op enkele andere: de algemene aantrekkelijkheid van ’s-Hertogenbosch, de bereikbaarheid en het ondernemingsklimaat. Aantrekkelijke stad om te wonen ’s-Hertogenbosch staat hoog (5e plaats) in de woonaantrekkelijkheidsindex van de 50 grootste gemeenten. Het afgelopen jaar hebben ’s-Hertogenbosch en Nijmegen van plek gewisseld. Onze gemeente heeft de hoge positie onder andere te danken aan het culinair en cultureel aanbod en de nabijheid van natuurgebieden. De veiligheid en een aantal woningkenmerken worden slechter beoordeeld. Opvallende nieuwkomer in de top 10 is Groningen (in 2007 nog 19e). Amsterdam (1) Utrecht (2) Amstelveen (3) Den Haag (4) 's-Hertogenbosch (5) Nijmegen (6) Haarlem (7) Zwolle (8) Leiden (9) Groningen (10) Tilburg (16) 2009
Eindhoven (18)
2008
Breda (31)
2007
Helmond (40) 0
10
20
30
40
50
Afbeelding 33 Woonaantrekkelijkheidsindex 2009: top 10 van 50 grootste steden en de B5. Bron: Stichting atlas voor gemeenten.
Filezwaarte afgenomen Sinds 2004 neemt de filezwaarte (duur van de file X de gemiddelde lengte) op het rijkswegennet rond ’s-Hertogenbosch toe. In 2008 zagen we al dat de filezwaarte maar licht toenam, het afgelopen jaar is voor het eerst sprake van een afname. Ook het aantal files is het afgelopen jaar afgenomen. 400.000 350.000
A2
300.000 250.000 200.000 150.000 100.000 A59
50.000 0 1998
N50/A59 1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
Afbeelding 34 Filezwaarte (duur van de file X de gemiddelde lengte) op het rijkswegennet rond ’s-Hertogenbosch. Bron: RWS.
25
Hoog cijfer ondernemingsklimaat De ondernemers in ’s-Hertogenbosch zijn in 2010 positiever dan bij de nulmeting in 2004. Opvallend is dat zowel de fysieke onderdelen (bereikbaarheid, veiligheid, beschikbare ruimte, etc.) als de beleidsonderdelen (startersbeleid, promotie- en acquisitiebeleid) als de onderdelen van de gemeentelijke dienstverlening hoog worden beoordeeld. Met een 7,0 als algemeen oordeel voor het ondernemingsklimaat behoort ’s-Hertogenbosch met Emmen, Helmond en Amersfoort tot de vier steden die hiervoor een 7 of hoger krijgen. 7,0
Algemeen oordeel ondernemingsklimaat
6,9
Beschikbare ruimte
7,4
Bereikbaarheid per auto 6,9
Parkeermogelijkheden
6,6
Bereikbaarheid per openbaar vervoer
6,9
Veiligheid omgeving bedrijfspand
7,1
Staat van de openbare ruimte 6,6
Ontwikkeling en herstructurering bedrijfslocaties
2010 2007
6,8
Startersbeleid
2004
6,6
Promotie- en acquisitiebeleid 0
2
4
6
8
10
Afbeelding 35 Rapportcijfer ondernemers voor de belangrijkste indicatoren van ondernemersklimaat ’s-Hertogenbosch, 2004, 2007 en 2010. Bron: Ecorys.
het
gemeentelijk
Ledental ondernemersverenigingen vrij stabiel In ’s-Hertogenbosch zijn een aantal ondernemersverenigingen. Bij sommige verenigingen is men verplicht lid (bijvoorbeeld een aantal winkeliersverenigingen). Bij andere verenigingen (zoals de Jonge Ondernemers Sociëteit) is het lidmaatschap vrijwillig. Uit de cijfers blijkt dat de ledenaantallen van de ondernemersverenigingen in ’s-Hertogenbosch de laatste jaren vrij stabiel zijn. Empel / Maasakkers High Tech / Maaspoort Spoorzone Rosmalens Ondernemers Contact De Herven De Brand De Rietvelden – De Vutter De Pettelaar KOM Rosmalen Helftheuvel Maaspoort Rompert Jonge Ondernemers Sociëteit (JOS)
2004 19 65 60 79 82 50 151 41
2005 23 58 64 80 79 60 150 40
2006 29 51 59 84 78 57 133 33
2007 29 35 60 81 77 60 133 30
130
139
143
165
2008 29 49 60 92 80 66 140 30 51 81 39 50
2009 30 50 54 92 83 65 146 33 52 80 35 50 148
Afbeelding 36 Aantal leden van ondernemersverenigingen ’s-Hertogenbosch. Bron: Ondernemersverenigingen.
26
7.
Positie in de regio
In dit hoofdstuk staat de positie van de gemeente ’s-Hertogenbosch in de regio centraal. Er wordt naar twee aspecten gekeken: ’s-Hertogenbosch als plaats voor bedrijven en naar de werkgelegenheidsfunctie van ’s-Hertogenbosch. Sterke positie als werkgelegenheidsgemeente Bijna de helft (46%) van het aantal werkzame personen in de Waalboss-regio werkt in ’sHertogenbosch. Het aandeel bedrijfsvestigingen ligt iets lager: 38%. Deze aandelen zijn al jaren vrij constant. Tussen 2008 en 2009 is het aantal werkzame personen absoluut gezien in bijna alle gemeenten afgenomen. Alleen in Waalwijk (130) en Loon op Zand (30) is het aantal werkzame personen iets toegenomen. De afname was het grootst in Oss (-875) en ’s-Hertogenbosch (-470). Oss heeft ook de sterkste relatieve afname (-2,1%). Vestigingen 2009 ‘s-Hertogenbosch Oss Waalwijk Heusden Bernheze Maasdonk Vught Loon op Zand Totaal
Werkzame personen 2009
10.560 4.820 3.460 2.810 2.180 1.010 1.690 1.620 28.140
Groei wp 2008-2009
Groei wp 1997-2009
-0,5% -2,1% 0,5% -1,5% -1,6% -0,4% -0,5% 0,3% -0,8%
20,0% 19,5% 24,3% 7,4% 23,5% 13,3% 17,8% 20,6% 19,4%
99.370 39.920 25.450 14.280 10.770 5.230 11.610 9.000 215.600
Afbeelding 37 Het aantal vestigingen en werkzame personen in de Waalboss-regio in 2009 en de groei tussen 2008-2009 en 1997-2009. Bron: I&O. Bewerking O&S.
Relatief veel handel en diensten, weinig industrie ‘s-Hertogenbosch heeft regionaal gezien veel werkgelegenheid in de zakelijke dienstverlening, en weinig in de industrie. De sectorale trends in de werkgelegenheidsontwikkeling verschillen nauwelijks tussen ’s-Hertogenbosch en de Waalboss-regio. Zo neemt bij allebei vooral het aandeel banen in de industrie af en het aandeel banen in de groot- & detailhandel en de dienstverlening toe. 25% 1997 's-Hertogenbosch
21%
2009 's-Hertogenbosch
1997 Waalboss
2009 Waalboss
20% 15%
13% 11%
3%
4%
5%
6% 2% Zorgsector
Onderwijs
Openbaar bestuur
Overige zak. Dienstverlening
Financiële instellingen
Informatie & communicatie
Horeca
Vervoer & opslag
Groot- en detailhandel
Bouwnijverheid
Industrie
Advies & Onderzoek sector
1%
0% Agrarisch
0%
3%
Vrije tijd sector
5%
5%
2%
Overige dienstverlening
7%
6%
Onroerend goed sector
10%
10%
Afbeelding 38 Sectorverdeling naar werkgelegenheid in ’s-Hertogenbosch en de Waalboss-regio totaal, 1997 en 2009. Bron: I&O. Bewerking O&S.
27
Eénderde oppervlak bedrijventerrein in ’s-Hertogenbosch Ongeveer éénderde van het oppervlak aan bedrijventerrein in de Waalboss regio ligt in ’sHertogenbosch. Dit is (iets) meer dan in Oss en Waalwijk. Helaas zijn alleen voor ’s-Hertogenbosch de meest recente cijfers beschikbaar. Niet voor de andere gemeenten uit de Waalboss regio. Totaal netto
Netto reeds uitgegeven
Uitgeefbaar
Waarvan terstond uitgeefbaar
Uitgifte 2008/2009
550 515 403 151 65 44 17 16 1.759
527 433 371 134 58 29 17 16 1.579
23 82 32 16 7 15 0 0 180
19 69 32 6 2 0 0 0 128
6 6 9 1 1 0 0 0 18
’s-Hertogenbosch* Oss Waalwijk Heusden Bernheze Loon op Zand Maasdonk Vught Waalboss
Afbeelding 39 De voorraad netto bedrijventerrein en de beschikbaarheid per 1 januari 2009/2010 in de Waalbossgemeenten, in hectare. Bron: ETIN. * Alleen voor ’s-Hertogenbosch zijn cijfers voor 2010 beschikbaar.
Veel inkomende pendel uit omliggende gemeenten Zoals al eerder beschreven is de werkgelegenheidsfunctie van ’s-Hertogenbosch groot. In 2004 is de inkomende pendel ongeveer twee keer zo groot als de uitgaande pendel. Deze inkomende pendel komt voor een belangrijk deel uit Noord-Brabant (77%). Een groot deel komt daarbij uit de nabijgelegen kernen, zoals Heusden, Vught, Oss en Sint-Michielsgestel. Bij de uitgaande pendel ligt het accent naast de omliggende gemeenten (zoals Vught) vooral op steden als Tilburg en Eindhoven. Ruim één op de drie reist naar een andere provincie dan Noord-Brabant. Sint Michielsgestel Heusden Oss Maasdonk Schijndel Bernheze Vught Boxtel Haaren Breda Dongen Oisterwijk Waalwijk Veghel Tilburg Helmond Eindhoven Overig Brabant Gelderland Limburg Zuid-Holland Noord-Holland Provincie Utrecht Overig NL -6.000
Inkomend Uitgaand Saldo
-4.000
-2.000
0
2.000
4.000
6.000
8.000
Afbeelding 40 In- en uitkomende pendelstromen ‘s-Hertogenbosch, 2004. Bron: Provincie Noord-Brabant. Bewerking O&S.
28
Bijlage I: Overzicht arbeidsmarkt en werkgelegenheid 2010 Economische monitor 2010, bewerking: Onderzoek & Statistiek
139.600
Bevolking 's-Hertogenbosch per 1-1-2010:
(GBA)
0 - 14 jarigen
65-plussers
23.500
19.500
15 - 64 jarigen (potentiële beroepsbevolking):
96.600 71% (ETIN 2009)
Arbeidsmarkt
niet beroepsbevolking1):
(feitelijke) beroepsbevolking:
68.200
28.400
6,8%
Totaal niet-werkenden/ niet-werkzoekenden:
NWW :
63.700
4.500
71.400 4)
4)
39%
Woont elders werkt in 's-Hertogenbosch:
Woont en werkt in 's-Hertogenbosch:
50.3003)
38.5003)
Woont in 's-Hertogenbosch werkt elders:
25.2003)
Arbeidsplaatsen in 's-Hertogenbosch _ 12 uur per week): (>
88.800
2)
Werkenden:
61%
Werkgelegenheid
(ETIN 2009)
(I&O)
Vestigingenregister 2009
Arbeidsplaatsen in 's-Hertogenbosch: (< 12 uur per week)
10.600
Arbeidsplaatsen in 's-Hertogenbosch:
99.400
(I&O)
Vestigingenregister 2009
1
Niet-beroepsbevolking: o.a. scholieren, studenten, personen die niet willen (noch hoeven te) werken, WAO-ers, etc. 2 Niet-werkende werkzoekenden (UWV WERKbedrijf 31-12-2009) 3 Deze aantallen zijn een schatting, en wijken af van eerder gepubliceerde pendelcijfers van de provincie. Dit komt omdat (1) de cijfers van de provincie 2004 betreffen en (2) de provincie andere kengetallen hanteert. 4 Percentage gebaseerd op pendelcijfers van de provincie Noord-Brabant.
29
Bijlage 2 Gebruikte bronnen en definities
BRO/Locatus In 2005 is door het onderzoeksbureau BRO de “Winkelatlas 2005” voor ’s-Hertogenbosch ontwikkeld. Deze winkelatlas geeft een overzicht van de vraag en aanbod situatie in ’s-Hertogenbosch. BRO heeft bij de inventarisatie gebruik gemaakt van aanbodgegevens van Locatus. Op basis van het Locatus bestand 1 april 2009 zijn de nieuwste cijfers voor 2009 berekend. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) Het CBS publiceert via statline cijfers over het aantal uitkeringen. Continu Vakantie Onderzoek (CVO) Het CVO is een samenwerkingsverband tussen TNS NIPO en NBTC. Het CVO brengt jaarlijks het vakantie- en reisgedrag van Nederlanders in kaart, waaronder het toeristisch bezoek aan steden. Ecorys: Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat (BGO) Tweejaarlijks wordt door Ecorys (in opdracht van het ministerie van EZ) een onderzoek naar het gemeentelijk ondernemingsklimaat gehouden. Ondernemers geven in dit onderzoek hun mening. ETIN: Bedrijfsterreinen Het ETIN verzamelt jaarlijks cijfers over bedrijventerreinen. Dit gebeurt aan de hand van een enquête onder gemeentes. Het betreft hier bijvoorbeeld cijfers over de totale netto voorraad aan bedrijfsterrein (in hectare), netto uitgegeven, het aantal hectare uitgeefbaar en terstond uitgeefbaar. ETIN: Beroepsbevolking Jaarlijks maakt het ETIN een schatting van de beroepsbevolking. Dit gebeurt met terugwerkende kracht. Hierdoor zijn de cijfers niet vergelijkbaar met de cijfers uit de economische monitor 2008. Elsevier en bureau Louter: toplocaties Elsevier publiceert jaarlijks in november welke gemeente economisch gezien de beste prestaties levert. Dit gebeurt op basis van onderzoek door bureau Louter. Gemeente ’s-Hertogenbosch/Belastingen De afdeling Belastingen berekent op basis van de toeristenbelasting het aantal toeristische overnachtingen in ’s-Hertogenbosch. Gemeente ’s-Hertogenbosch/EZ De afdeling economische zaken (EZ) verzamelt jaarlijks cijfers over het m2 bruto vloeroppervlak bedrijfsruimte, kantoorruimte en het aanbod aan kantoorruimte. I&O: Vestigingenregister In dit bestand wordt informatie over alle bedrijven in ’s-Hertogenbosch gegeven. Naast adresgegevens zijn ook gegevens over het aantal bij de bedrijven werkende personen bekend en in welke sector het bedrijf werkzaam is. Het vestigingenregister is een stand van zaken op 1 april van het betreffende jaar. Het bestand wordt met terugwerkende kracht voor vijf jaar gecorrigeerd. Dit heeft onder andere te maken met de actualiseringsmethodiek van het vestigingenregister: niet alle gegevens over bedrijfsvestigingen worden jaarlijks geactualiseerd. Dit betekent dat de cijfers uit deze monitor niet te vergelijken zijn met die uit de economische monitor 2008. Verder is er sinds 2006 een nieuwe bestandsbeheerder.
31
Kamer van Koophandel: mutatiebalans In dit bestand wordt een overzicht gegeven van alle in een jaar gestarte, opgerichte, opgeheven, ingekomen en vertrokken bedrijven. Een jaar loopt van 1 januari tot 31 december. De gegevens uit het bestand zijn dus niet vergelijkbaar met die uit het vestigingenregister. Provincie Noord-Brabant: Pendel Het ETIN heeft op basis van het Onderzoek Verplaatsings Gedrag (OVG) van het CBS een pendelmatrix gemaakt. Deze pendelmatrix geeft informatie over het woon-werkverkeer van 2000 tot en met 2004. Voor Noord-Brabant zijn de gegevens op gemeentelijk niveau beschikbaar, voor de rest van Nederland zijn de gegevens ondergebracht in deelgebieden. De meest recente cijfers betreffen 2004. Rijkswaterstaat (RWS) Verzamelt (onder andere) cijfers over het aantal files op het rijkswegennet. In deze monitor worden de cijfers gepresenteerd over het aantal files en de filezwaarte (duur van de file X de gemiddelde lengte) op het rijkswegennet rond ’s-Hertogenbosch. Dit betreft de A2 (van Kerkdriel tot Vught), A59 (van Vlijmen tot kp Empel) en N50/A59 (van Kp Hintham tot Nuland). Speerpuntsectoren De afdeling EZ heeft in het economisch beleid zes speerpunten benoemd: ICT, (groot)handel, dienstverlening, de kennisintensieve sector, de creatieve sector en ‘food & health’. Op basis van SBI’93 codes in het vestigingenregister is de werkgelegenheid in deze sectoren en het aantal bedrijfsvestigingen berekend. Dit is op basis van de volgende indeling gedaan: Sector ICT Kennisintensief
(Groot)handel Financiële en zakelijke dienstverlening Creatief Food & health
SBI’93-code 3000, 3130, 3210, 3220, 3230, 3320, 3330, 7200 DE 223, DG 2442, DK 29, DL 30, DL 31, DL 32, DL 33, DM 353, I 63402, J 67205, K 7031, K 72, K 73, K 741, K 742, K 743, K 74876, M 803 511, 512, 513, 514, 515, 516, 517, 518, 519 65, 66, 67, 70, 71, 72, 73, 74, 2215 Zie onderzoek B&A Group: ’s-Hertogenbosch: creatieve stad! Food: ‘van boer tot bord’ Health: zie onderzoek ETIN ‘kansen voor de medische sector in ’s-Hertogenbosch
Stichting atlas voor gemeenten De stichting atlas voor gemeenten brengt jaarlijks de “Atlas voor gemeenten” uit. Onderdeel hiervan is de woonaantrekkelijkheidsindex. Deze index wordt gebaseerd op een achttal aspecten: bereikbaarheid, cultureel aanbod, veiligheid, koopwoningen, nabijheid natuurgebieden, culinair aanbod, universiteiten, vooroorlogse woningen. UWV WERKbedrijf Het UWV WERKbedrijf publiceert maandelijks cijfers over onder andere het aantal niet werkende werkzoekenden (NWW’ers) en ingediende en openstaande vacatures.
32
I. II. III. IV. V. VI. VII. VIII. IX. X. XI. XII. XIII. XIV.
33
Kantoorlocatie
Bolduc Brabantpoort Eekbrouwersweg Het Wielsem Hightech Park Hoog Heinis Kooikersweg Maaspoort Paleiskwartier Pettelaarpark Rompertsebaan Rompertsstaete Soetelieve Noord Station Oost
4.
10.
i.
8.
1.
2.
VII.
g.
a. r.
u.
m. y. n.
o.
V.
VIII.
IX.
3.
t.
7.
14.
IV.
9.
XII.
XI.
11.
6.
XIV.
16.
III.
j.
19.
z.
X.
17.
12.
e.
XIII.
k.
5.
I.
h.
15.
VI.
f.
II.
b.
v. w.
q.
d.
p.
18.
13. c.
a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. m. n. o. p. q. r. s. t. u. v. w. y. z.
Boschveld Brabantpoort Businesspark Maliskamp De Brand De Herven De Kruithoorn De Rietvelden De Vliert De Vutter Empel Maasakkers Empel Zuid Ertveld Noord Ertveld Zuid Hightech Park Kloosterstraat Hintham Knooppunt Hintham Kop van het Zand Kruisstraat Maaspoort Orthenpoort Overlaet Noord Overlaet Zuid van Herpensweide Zuid Willemsvaart
Bedrijfsterrein
s.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19.
Winkelcentrum
Binnenstad
Boschmeerplein Boschmeersingel Boschveld Churchilllaan Bossche woonboulevard De Rompert passage Goulmy en Baarplein Helftheuvelpassage Het Wielsem Kooikersweg Maaspoort (passage) Mgr. van Roosmalenplein Molenhoek passage Orthenpoort Pastoor van Thiellaan Pettelaarsepoort Rivierenplein Rosmalen-Centrum Zuiderpassage
Bijlage 3 Werklocaties