p.505379
September 2013 • nr.07
Maandblad van Beci • Brussels Enterprises, Commerce & Industry
Gesprek met Céline Fremault Internationaal: Indië en Ethiopië in de kijker BECI, partner van MijnStage.be
duurzame ontwikkeling
Er zijn betere manieren om uw werknemers te beschermen. Ethias – EmployEE CarE solutions Een onderneming is niets zonder haar werknemers. Dat is waarom u hen de beste bescherming wil garanderen. Ethias biedt u een oplossing op maat voor werk ongevallen, gezondheidszorgen en groepsverzekeringen, alsook een snelle afhandeling van uw dossiers en preventieadvies. Geen wonder dat onze partnersmakelaars Ethias aanraden ! Voor meer info: 011 28 20 15 of
[email protected] Ethias NV, rue des Croisiers 24, 4000 Luik. RPR Luik BTW BE 0404.484.654
Jean-Claude Daoust, Voorzitter van BECI
© Reporters
editoriaal
Weg met het immobilisme
Volgens de OESO weegt de verkeersoverlast in grote steden voor nagenoeg 2% op het binnenlands product. BECI heeft de verbijsterende kost van de verzadigde mobiliteit in Brussel berekend en communiceert regelmatig over deze onuitstaanbaar pijnlijke situatie en haar negatieve impact op onze economie. De burgers en ondernemingen eisen vandaag concrete oplossingen. Zulke oplossingen formuleert BECI in het witboek dat het samen met de bedrijven van de mobiliteitshub heeft gepubliceerd. Het document uit zich ook bijzonder kritisch tegen de onaangepaste en zelfs misplaatste aanpak van het probleem: "Van het IRIS II plan wordt slechts het gedeelte uitgevoerd dat bij een zeker publiek in goede aarde valt, maar zonder realistisch tijdschema, noch coördinatie met andere lokale, gewestelijke en federale entiteiten en in elk geval zonder coherente visie.” Het zijn harde woorden, waar bij een noodgeval heeft niemand nog boodschap aan wollig taalgebruik. Wanneer zeven ondernemingen op tien beweren dat zij overwegen het Gewest te verlaten omwille van de onoplosbare mobiliteitsproblemen, is er geen tijd meer voor amateurisme en enge vooroordelen die de pendelaar als een vijand beschouwen. En als vandaag wordt gediscussieerd over een mogelijk rekeningrijden in de stad, dan slaagt de overheid er nog altijd niet in afstand te nemen van een stigmatiserende en enggeestige aanpak. De overhaaste start van een dergelijk grootschalig project stoppen we best in de koelkast zolang we niet klaar zijn met de lopende projecten (GEN, ontradingsparkings, fietspaden, de aanzienlijke uitbreiding en verbetering van het aanbod aan gewestelijk en intergewestelijk openbaar vervoer…), allemaal essentiële voorwaarden voor een eventueel succes. Laten we snel beslissen over minder zichtbare aspecten van dit vraagstuk, die echter hoogstwaarschijnlijk doeltreffend zullen blijken: wij denken onder andere aan een ander beheer van werktijden en -plaatsen of een verdere diversificatie van de bezoldigingsmethoden. Meer dan 700.000 werknemers verplaatsen zich dagelijks in onze hoofdstad, terwijl de nood aan mobiliteit dag na dag toeneemt, volgens het tempo van de economische ontwikkeling van het Gewest en zijn sterke demografische groei. Als het status-quo op zich al ondenkbaar is, hoe beoordelen we dan de huidige politiek die de toegankelijkheid voor wagens wil beperken zonder een alternatief te bieden? Het mobiliteitsproblemen moet de eerste prioriteit van de Brusselse regering worden. Wij vragen dat dit vraagstuk eindelijk op een coherente manier wordt aangepakt, want binnenkort ontsnapt het probleem volledig en definitief aan elke vorm van ingreep. 1. http://www.inrix.com/scorecard/default.asp
1 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
“W
at de mobiliteit betreft, scoorden wij ondermaats.” Deze bekentenis van Charles Picqué was het minste dat hij kon zeggen na de conclusie van Inrix1 , de voornaamste Amerikaanse verkeersinformatiespecialist: België is wereldkampioen filerijden, met Brussel bovenaan de rangschikking en Antwerpen daar onmiddellijk na. Over de verzadiging van het openbaar vervoer bestaat een tweede lijst, waar België opnieuw het slechtst scoort. De New Yorkse taxichauffeurs beweren dat "Death, taxes and traffic are the three certainties of life". Veel zekerheden voor de Brusselse pendelaar die jaarlijks 82 uur in de files klem zit, dus! Bovendien zouden 30% van de verplaatsingen in Brussel zich beperken tot zoektochten naar een parkeerplaatsje.
Inhoud september 13 BECI 4 5 6 12 13 16 19 20 24
Het economisch nieuws met een knipoogje Het politieke gedoe Interview: Céline Fremault gelooft in ondernemerschap Céline Fremault op bezoek bij BECI Ethiopië, het best beschermde geheim van Afrika Indië, een reus van een opkomend land Succes voor de GR Business Days in Luxemburg Onderwijs: hoog tijd om aan de alarmbel te trekken BECI zet zich in voor de veralgemening van stages
GROEN DOSSIER 30 Duurzaamheid doorheen de jaren 34 Siemens succesvol met groene technologieën 38 Groene R&D: het von Karman Instituut 39 Groene R&D: spitstechnologieën in Brussel 40 Duurzame kantoren volop in ontwikkeling in 44 46 51
Brussel
60 61 62 63 64 65
Verantwoordelijke uitgever
Olivier Willocx
[email protected]
Louizalaan 500 – 1050 Brussel t +32 2 648 50 02 • f +32 2 640 93 28 www.beci.be
Redactie
Media coordinator: Emmanuel Robert
[email protected]
Productie & Abonnementen
Administratie: Emmanuel Robert
[email protected] Opmaak en druk: DB Print Vertaling: Litteris Alle rechten voorbehouden – Nadruk zonder toestemming is verboden
Abonnementen Prijs: 80 € voor 10 nummers Infos :
[email protected] • t +32 2 563 78 44
Interview met Grégoire Clerfayt, ‘Mijnheer Energie’ bij Brussel Leefmilieu. Focus op energie: de (verborgen) kost van hernieuwbare energie Focus op energie: blauwe energie en de Noordzee
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT 54 Microsoft engageert zich 56 Boekhouders-fiscalisten onder druk 57 Zelfstandige banen omzetten naar loontrekkend 58 59
Dynamiek is het maandblad van Beci (Kamer van Koophandel & Verbond van Ondernemingen te Brussel)
werk
Europcar: welke rol spelen autoverhuurders? Info PwC: nieuwe sectorale criteria voor arbeidsbetrekkingen Nieuws over de roerende voorheffing Start-up: Qustomer De restauranttip Impressions of a Brit Een andere aanpak van immobiliën Week van de KMO: een ‘gezondheidsactie’ voor zelfstandigen
BECI & CO 67 Leden trefpunt 69 Agenda 70 Foto’s over de jongste BECI evenementen 72 Toetredingsaanvragen
Publiciteit
Dynamiek/Entreprendre wordt maandelijks door meer dan 21.000 decision makers gelezen. Gemiddelde oplage per nummer: 14.000 ex Inlichtingen en reservaties: Geneviève N. Juste • T 02 537 60 31 F 02 534 86 22 •
[email protected] Véronique Legein • T 02 763 18 19 F 02 772 54 22 •
[email protected]
Membership:
Catherine Mertens • T 0032 (2) 643 78 16
[email protected]
ONS VOLGEND DOSSIER Dynamiek – Entreprendre Oktober 2013
• Een dossier over transport en logistiek
10-32-2225
Printed on TCF paper
www.fostplus.be
Aansluiten bij is goed voor uw gemoedsrust
Duurzaam ondernemen en als bedrijf de wettelijke formaliteiten vervullen is eenvoudig: sluit aan bij Fost Plus Ieder bedrijf dat in België verpakte producten op de markt brengt, is verplicht zijn verpakkingen te recycleren. Fost Plus biedt hiervoor een eenvoudige, doeltreffende en duurzame oplossing. Momenteel recycleert Fost Plus 88 % van het huishoudelijk verpakkingsafval. België is dan ook al jarenlang wereldleider in dit domein. Gun uw onderneming gemoedsrust: sluit aan bij Fost Plus en deel in dit succes. Surf naar www.fostplus.be voor meer informatie.
Beci
Het economisch nieuws met een knipoogje
Zomerse gesprekken Er werd vanzelfsprekend over geld gepraat. Over de goede resultaten van de beurs, het budget, de werkloosheid van jongeren en de loonkosten.
T
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
4
och zo leuk, nietwaar? Geld is blijkbaar het lievelingsonderwerp van pratende Belg, zelfs tijdens de vakantie. Spijtig dat al dat gedoe rond geld nog nauwelijks iets met de werkelijkheid te maken heeft, en met wat geld kan waarmaken. Neem nu het budget. Een belangrijk ding. Met het verouderde begrip ‘wegen en middelen’ was het tenminste duidelijk dat het budget voor de verwezenlijking van de politieke keuzes van de regerende meerderheid instond. Toen kon men zich nog inbeelden dat deze keuzes de vooruitgang van de gemeenschap beoogden. Vandaag moet alles transparant zijn en is de aanpak bikkelhard. In de debatten van de zomer werd nooit naar de toekomst verwezen, al beweren de beleidsmensen natuurlijk het tegengestelde: “Dit budget bouwt aan de toekomst”, zeggen ze. De toekomst bestaat (nog) niet. Hij zal bestaan. Da’s een heel verschil. En hij wordt … wat het budget zal toestaan! Jammer genoeg heeft het budget van de Staat, met zijn gewestelijke plannen en communautair gekibbel, geen andere ambitie dan zich neer te leggen bij de vereisten van Europa. Gaten dichten, daar komt het op neer. Wij hebben een regering van boekhouders, niet van visionairs.
De Belg, die zo graag over geld spreekt en zijn eigen uitgaven heeft moeten terugschroeven, zou hetzelfde van de beleidsmensen moeten eisen. De grondbeginselen van de politieke economie leren ons dat de Staat een van de drie (of vier) voornaamste economische spelers is en dat hij als vertegenwoordiger van de maatschappij, het geheel tracht te reguleren terwijl de anderen zich blindstaren op de snelle toename van hun inkomsten. Vandaag stellen we vast dat de Staat dezelfde toer opgaat: de uitbreiding van zijn inkomsten is ondertussen zijn enige reden van bestaan, terwijl hij in feite meer dan 50% van het bruto binnenlands product vertegenwoordigt. De Staat reguleert niet meer, hij overheerst. Hij is dus ook als eerste aansprakelijk voor al wat ons overvalt. De vraag is wat vandaag het maatschappelijk project nog mag zijn. Welke zijn de ‘wegen en middelen’ waarmee wij de uitdagingen van de toekomst aankunnen, en dan vooral de beroepskwalificatie, het enige werkelijke probleem van onze samenleving? Al de rest kan met techniek worden verholpen. Ondertussen zitten wij aan 610.000 werklozen, HET recordcijfer van de zomer. En in de ministeriële kabinetten krioelt het van de ‘scouts’ die geen ander opdracht hebben dan nieuwe bronnen van belastingen
op te sporen. In de uitgaven snoeien? Ondenkbaar! De Belg, die zo graag over geld spreekt en zijn eigen uitgaven heeft moeten terugschroeven, zou hetzelfde van de beleidsmensen moeten eisen. Spijtig dat de ‘moeder van alle verkiezingen’, het nieuwe modebegrip voor de driedubbele verkiezingsronde van 2014, zich niet op dat debat focust. Als u tijdens de zomer naar de hemel hebt gekeken, dan had u overdag recht op veel zon en 's nachts op een sterrenhemel waarin de financiële analisten als astrologen van onze economie de uitleg voor de merkwaardige prestaties van de beurzen konden lezen. In Brussel heeft de Bel 20 index in de acht weken van juli en augustus 12% gewonnen. Zal de trend zich verderzetten? In de lente antwoordde de Belg daar positief op… tot hij onthutst moest vaststellen dat heel wat aandelen gingen slabakken. Gelukkig evolueerden de zaken nadien weer positief en konden de Belgen zonder al te veel twijfel opnieuw hun optimisme uiten. De beurs is zoals de hond met zijn meester: soms loopt hij voorop, soms blijft hij achter, maar uiteindelijk raakt iedereen thuis. Hoeveel faillissementen sinds het begin van het jaar? Hoeveel KMO’s gingen kopje onder? Voor al deze recordcijfers maak ik hier geen plaats, behalve één: sinds 1 januari gingen in de KMO's alleen 10.000 banen verloren. Dit is catastrofaal. De reactie? Geen. Slechts wat gejammer. En wanneer de werkgevers via Agoria, de beroepsfederatie van de technologische sector, een ramp voorspellen, worden er een paar TV ploegen op afgestuurd, het komt dezelfde avond nog op het nieuws en daarna niets meer. Uw dienaar, die altijd geruchten opvangt, hoorde onlangs op een zonnig terrasje: “De pensioenen, de staatsschuld, de infrastructuren, het dubbel vakantiegeld en de 13e maand… Dat krijgen we toch allemaal nooit betaald! Eén van die zaken loopt op de klippen, het kan niet anders!” De Belg is dus altijd over geld bezig, zeiden wij dus. Jean Blavier
Beci
Psychanalyse van het nieuws: het politieke gedoe
Leve de hervatting en de nieuwe uitdagingen van september! Enne … leve de verkiezingen(?) Terug naar school in september vond ik altijd leuk, ook toen ik een dromerige student was. De makkers
waren er weer en ook die aparte sfeer, met een nieuw pennendoosje, nieuwe schriften … Er was altijd wel een nieuw keuzevak dat we gingen ontdekken of een of andere leraar van wie onze voorgangers van het jaar erboven ons hadden gesproken. Al bij al had september iets van een nieuw begin.
V
andaag is het zeker nog altijd het geval, ook in de bedrijfswereld. De hervatting na de vakantie bevordert, zoals verre herinneringen, het nemen van een aantal goede voornemens. Of wij ons hieraan zullen houden is een andere vraag, maar voor de komende maanden zijn wij ten minste van plan om de wereld beter te maken.
Zwaargewichten
Het beste bewijs van de strategische inzet van Brussel komt zelfs een beetje grappig over: volgens de opiniepeilingen en de stemgewoontes wordt het in 2014 voor de eerste plaats op het Brusselse podium, een tweegevecht tussen de socialisten van Laurette Onkelinx en de liberalen van Didier Reynders. Twee echte Luikenaars, dus! Och, dat maakt niets uit. Iedereen is in Brussel welkom. En belangrijker nog dan de machtsverhoudingen tussen partijen na de verkiezingen, zullen het voornamelijk de allianties zijn die de verdeling van de macht zullen bepalen. FDF, Ecolo en cdH beschikken eveneens over een aantal niet te onderschatten troeven en zullen zich daarom met enkele zwaargewichten in de hoofdstad presenteren: Joëlle Milquet voor het centrum en Olivier Maingain voor de FDF’ers. En nu nog uitmaken of dit alles een voor- of nadeel wordt voor de hoofdstad. Behalve het prestige van drie vicepremiers en een partijvoorzitter (of zelfs twee want naar verluidt zou Olivier Deleuze van Ecolo ook actief aan de campagne deelnemen) die in de hoofdstedelijke straten de kiezer benaderen, wat goeds kunnen de Brusselaars daaruit echt verwachten? Zullen federale hoge pieten beter dan lokale verkozenen die hun de ganse carrière aan Brussel hebben gewijd, opkomen voor de belangen
5 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Laten we hopen dat ook onze beleidsmensen deze positieve ingesteldheid zullen naleven. Ze denken al maandenlang aan dit academisch jaar, dat in feite een driedubbel verkiezingsjaar wordt: gewestelijk (en ook provinciaal, zelfs in Wallonië), federaal en Europees. Voor de politieke partijen is mislukking geen optie. Alles wat voortaan wordt gedaan, gezegd of voorbereid tot op de avond van 25 mei 2014, streeft slechts één doel na: een maximum aantal zetels bijeenrapen in elk van de parlementaire kamers die op deze beslissende dag zullen worden samengesteld. Vanzelfsprekend zullen alle blikken zich naar Vlaanderen en de resultaten van de NVA richten, maar de uitkomst zal in Brussel worden uitgevochten (en dan voornamelijk in de Kamer der Volksvertegenwoordigers).
van de hoofdstad op het vlak van economische ontwikkeling, de mobiliteit binnen het Gewest, de ontoereikende huisvesting, het gebrek aan plaatsen in crèches en sommige scholen of nog de veiligheid in de wijken?
Als Brussel kan worden bestuurd …
Achter deze Brusselse inzet van nationale politieke figuren schuilt veel meer dan lokale belangen of principes. De hoofdstad van een staat is zijn visitekaartje, zijn uitstalraam en tegelijk zijn backoffice. Brussel lijdt echter aan zijn verdeeldheid tussen partijen, clans en gemeenschappen. Om vooruitgang te boeken en het ganse land mee te slepen, moet Brussel kost wat kost uitblinken door een voorbeeldige samenleving. Heel wat gemeenschappen moeten daar kunnen gedijen: Vlamingen en Franstaligen, actieve mensen en werklozen, rijken en minder rijken, ouderen en jongeren, atheïsten, christenen en moslims, Brusselaars van oorsprong en immigranten, inwoners en pendelaars enz. Dit is in ieders belang want op termijn krijgen we een situatie waar het imago van België van zijn eigen hoofdstad afhangt. Als Brussel kan worden bestuurd, dan is dit ook voor België mogelijk. Maar als het zelfs in Brussel niet kan … Michel Geyer
Beci
Beleidsmensen – mannen en vrouwen
Céline Fremault gelooft in ondernemerschap Uit haar manier van zijn, haar klare stem en haar lach blijkt hoe dynamisch Céline Fremault wel is. Haar
goedgeluimde energie werkt aanstekelijk. Ook beroepsmatig, trouwens. Ze was nog maar pas met het
economisch beleid van het Brussels Gewest bezig dat ze al op alle dossiers haar mening gaf. Ze zal zich duidelijk niet tevreden stellen met het beheer van een aantal overheidsinstellingen: ze is van plan het uiterste te halen uit de voornaamste economische ontwikkelingstool van het Gewest.
H Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
6
aar geloof in ondernemerschap en haar sociale bezorgdheid vormen de leidraad van haar actie en hartelijkheid. Haar politieke carrière begint helaas tegen het einde van de legislatuur. Toch sprak ze ons met veel overtuiging over de lopende initiatieven en de uitvoering van projecten die haar nauw aan het hart liggen
Het Huis van Ondernemerschap, Handel en Innovatie E/D: Deze functie overnemen, nu het einde van de legislatuur nadert, beperkt u bijna tot de lopende zaken. En toch tracht u blijkbaar een toegevoegde waarde te brengen. Waaraan geeft u voorrang? “Veel tijd heb ik inderdaad niet, maar ik wil vooruit en mij zeker niet beperken tot wat beheer. Ik heb de dossiers doorgenomen, de specifieke problemen van het Gewest grondig bestudeerd en heb deelgenomen aan de overeenkomsten van Oostende. Op basis daarvan heb ik drie actiepunten bepaald: de steun aan ondernemerschap, de tewerkstelling (vooral van de jongeren) en alle projecten die Brussel nieuw leven kunnen of moeten inblazen in het raam van Brussel 2020. Ik wil dat Brussel een stad van ondernemerschap en innovatie wordt, zowel als hoofdstad van België als in haar rol van Europese hoofdstad, die meteen een grote troef is. Brussel biedt heel wat potentieel voor wie zich hier wil vestigen. Wij zien trouwens
dat het aantal starters toeneemt. 5346 starters begonnen tijdens het eerste semester
“Ik wil dat Brussel een stad van ondernemerschap en innovatie wordt, zowel als hoofdstad van België als in haar rol van Europese hoofdstad, die meteen een grote troef is.”
2013 een activiteit, tegen 5200 in het eerste semester van het jaar voordien. Dit is een stijging van 1,8%. Wij moeten dit natuurlijk in verband brengen met het aantal faillissementen, maar de steeds terugkomende moeilijkheden van starters hebben wij duidelijk gedefinieerd. Het gaat om het beleidsplan, de financiering en de duurzaamheid na drie jaar. Daar willen wij optreden. In dit
“Colors are forever”
Met kleur wordt alles anders. Documenten zien er aantrekkelijker uit, presentaties blijven langer bij en facturen worden sneller betaald. Dat is van onschatbare waarde voor uw bedrijf. Het gamma kleurenlaserprinters en multifunctionals van Brother drukt haarscherp af tot 28 ppm, in kleur of zwart-wit. Bovendien zijn ze netwerkklaar, uiterst betrouwbaar en hebben 2 jaar garantie on-site. En waardevol hoeft niet onbetaalbaar te zijn, want ze kunnen uitgerust worden met hoogrendementtoners die u heel wat kosten besparen.
TOT
€110,CASHBACK*
OP DE GESELECTEERDE MODELLEN
*Actie geldig voor aankopen verricht tussen 1 september t.e.m. 31 december 2013 bij de erkende verkooppunten. Info en voorwaarden op www.brother.be/CashbackCL
Reeds beschikbaar vanaf € 399 incl. BTW
www.brother.be
Beci
“Deze steunmaatregelen werden bedacht om zo goed mogelijk te beantwoorden aan de behoeften van ondernemingen in hun verscheidene levensfasen.”
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
8
opzicht heb ik het Huis van Ondernemerschap, Handel en Innovatie opgericht, met de bedoeling belangrijke economische spelers van het Gewest samen te brengen die momenteel te vaak los van elkaar optreden. Dit zijn het BAO (het Brussels Agentschap voor de Onderneming), Atrium (een orgaan dat zich specialiseert in de oprichting van activiteiten in de wijken), Innoviris (het Brussels Instituut voor Onderzoek en Innovatie) en het RIB (Research in Brussels). Daar kunnen nog andere bijkomen. Ik wou deze krachtige tools samenbrengen zodat de ondernemer – voor wie ze werden ontwikkeld – voortaan op dezelfde plek al de nodige kennis van zaken, hulpmiddelen en vaardigheden zal kunnen vinden. Deze hergroepering zal ook synergieën bevorderen dankzij de uitwisseling van ideeën, kennis en ervaring inzake ondernemerschap. Zodoende krijgen wij een soort
incubator voor ideeën en initiatieven, die daar direct kunnen worden uitgevoerd. Dit is volgens mij de manier waarop wij de Brusselse economie vandaag moeten ondersteunen: een krachtige bijstand in alle domeinen om starters een maximum aan kansen te bieden voor een goede opstart en vooral de ontwikkeling van hun activiteiten op lange termijn. Dit zal begin oktober operationeel zijn.”
ZEUS Van Benoît Cerexhe hebt u het project van de vrijhandelszones overgenomen. Wat is uw mening hierover en hoe ver staan we? “Die worden nu werkelijkheid. Het is een zeer goed initiatief om bepaalde wijken in Brussel niet alleen economisch maar ook
sociaal nieuw leven in te blazen. Naast de wil om lokale tewerkstelling te creëren, voornamelijk voor laaggeschoolde werkzoekenden, bestaat ook het omvangrijk project dat een verbetering van het leefmilieu beoogt in een gebied half zo groot als de huidige ontwikkelingszone tussen Thurn & Taxis en de industriezone Zuid. Het is een flinke uitdaging, want daar wonen zeventigduizend mensen – 6% van de Brusselse bevolking – waarvan 39% werkloos zijn en het met een jaarinkomen van minder dan 15.500 € moeten stellen! Deze zone is voor het Gewest een belangrijk gebied van economische ontwikkeling. Er zijn daar beschikbare terreinen, al heel veel KMO’s en ZKO’s en bovendien zou de Haven van Brussel, volgens de voorspellingen, tegen 2030 meer dan 5000 banen moeten creëren. De kanaalzone wint vandaag opnieuw aan aantrekkingskracht. Deze zone krijgt de benaming ZEUS (Zone van Economische Uitbouw in de Stad). Ze geniet drie steunmaatregelen. De eerste heeft te maken met investeringen. De ondernemingen die er gevestigd zijn of er zich komen vestigen, genieten onmiddellijk een bijzonder gunstig tus-
Beci
Een nieuwe versie van de steun aan de economische ontwikkeling Het Gewest biedt allerlei vormen van hulp aan het ondernemerschap maar het aanbod is nogal versplinterd en vereist vrij omslachtige administratieve stappen. U bent van plan dit allemaal te vereenvoudigen. “Dat klopt. Deze steunmaatregelen werden bedacht om zo goed mogelijk te beantwoorden aan de behoeften van ondernemingen in hun verscheidene levensfasen. Een nieuwe onderneming zal bijvoorbeeld vanaf de start van haar activiteit – en niet meer ettelijke maanden later – hulp bij de opstartinvestering krijgen, want op dat ogenblik is het geld nodig. Zo kan het kapitaal onmiddellijk in het businessplan worden opgenomen. Dit is een antwoord op de logische vraag van jonge ondernemers die vandaag in een product of concept willen investeren eerder dan alleen in de opstart van hun onderneming. Dit vermindert tegelijk het effect van buitenkansje dat zulke steunmaatregelen voor sommigen konden betekenen. Hier wordt dus het ondernemerschap werkelijk ondersteund. Nadien wordt een logische en chronologische opvolging van de andere steunmaatregelen voorzien. De ondernemer komt te weten dat hij recht heeft op een aanwervingspremie, op steun voor consultancy diensten, op hulp bij eventuele werkzaamheden om standaarden na te leven, voor de creatie van een crèche enz. De verschillende ontwikkelingsfasen van bedrijven worden dus voortaan goed begrepen en begeleid. In dit opzicht zal ik ook bijzonder letten op de administratieve vereenvoudiging. Het samenbrengen van de verscheidene dien-
Een economische missie in Thailand met koning Filip, die toen nog prins was.
sten binnen het Huis gaat al in die richting. Vanaf 2014 zullen de meeste stappen echter zodanig vereenvoudigd zijn dat ze online kunnen worden uitgevoerd. Het tijdperk van de traagheid en van de eindeloze toekenningsprocedures bij steunmaatregelen moet nu voorbij zijn en wij wensen voortaan super reactief op te treden, met duidelijke deadlines. In dit verband wens ik het succes van ons oproepnummer 1819 te onderstrepen. Een team van 80 operatoren zorgt voor antwoorden binnen 48 uur. Geen wonder dat de tevredenheidsgraad 90% bereikt!”
Vrouwelijk ondernemerschap In de pers kwam u meermaals aan bod met uitgesproken standpunten wat betreft de tewerkstelling en het ondernemerschap van vrouwen. “Ja, ik hecht daar veel belang aan, want het is een zeer dynamische doelgroep die ook zijn eigenheden heeft. Het blijkt nu al, volgens het Instituut voor de Gelijkheid van Kansen Mannen-Vrouwen, dat er vraag bestaat naar begeleidingsstructuren aangepast aan de eigenheden van het vrouwelijke ondernemerschap. Aan het BAO heb ik een studie gevraagd over ondernemerschap door vrouwen, die tot nu toe niet bestudeerde informatie zou opleveren over de bedrijfsleidsters die in het Gewest actief zijn: hun aantal, het type ondernemingen dat ze oprichten, hun status binnen het bedrijf enz. Ondertussen heb ik deelgenomen aan verschillende rondetafelgesprekken met Brussels Pioneers, Jump, het Instituut voor de Gelijkheid van Kansen Mannen-Vrouwen, vrouwen van buitenlandse afkomst e.d. om inzicht te krijgen in het profiel en de verwachtingen van
deze vrouwen die ondernemen of willen ondernemen. De studie zou tegen de herfst 2013 klaar moeten zijn. Ze zou uitmonden op concrete acties rond de tewerkstelling van vrouwen, zoals het instellen van een specifieke coaching, het goedkeuren van initiatieven rond het probleem van de tijdsindeling waarmee vrouwen te kampen hebben enz. Wij creëren op die manier een online platform die alle ondernemingsinitiatieven van vrouwen in Brussel vergaart. Bij Actiris werd bovendien een cel met een budget van 50.000 € opgericht om een antwoord te bieden aan de vele vragen van vrouwen die hun beroepsleven hebben onderbroken om kinderen op te voeden en die opnieuw de arbeidsmarkt willen integreren, onder andere door de oprichting van een eigen bedrijf. Hun bekwaamheden worden er opnieuw geëvalueerd. Eigenaardig genoeg kunnen deze vrouwen een vrij negatief beeld van hun professionele vaardigheden hebben, terwijl ze in de tussentijd troeven hebben ontwikkeld zoals leiderschap, organisatietalent e.d., die op de arbeidsmarkt welkom zijn.”
Tewerkstelling Tewerkstelling is in Brussel een delicaat onderwerp. Er worden banen gecreëerd, maar de werkloosheid blijft aanzienlijk. Wat is uw aanpak? “Eind juni 2013 waren er in Brussel 106.000 werklozen, minder dan de twee vorige maanden. Op maandbasis daalt de werkloosheid van jongeren (18-25 jaar) met -4,3% tussen 2012 en 2013. Wij staan vandaag op 27,6% jonge werklozen, vergeleken met 37 % in 2012. Dit goede resultaat is waarschijnlijk te danken aan de begeleidingsmaatregelen die het Gewest heeft ingevoerd. De
9 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
senkomstpercentage van het Gewest voor nieuwe investeringen. KMO’s krijgen 25% en micro-ondernemingen zelfs 35% voor zover minstens 30% van hun werknemers hun domicilie in de zone hebben. De tweede steunmaatregel gaat gepaard met de aanwerving van personeel. Het bedrijf kan werkgeverslasten recupereren bij elke aanwerving van een werknemer die in de zone woonachtig is (30% tijdens het eerste jaar en 15% tijdens het tweede). De derde maatregel staat in verband met de dichtheid van de lokale tewerkstelling: elke onderneming in de zone die op haar payroll minimum drie personen heeft staan waarvan minstens 30% in de zone woonachtig zijn, kan een deel van de kantoorbelasting recupereren.”
Beci
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
10
Céline Fremault, met BECI voorzitter Jean-Claude Daoust.
tewerkstelling van jongeren blijft echter een prioriteit, want tegen 2020 zal 45% van de Brusselse bevolking minder dan 31 jaar oud zijn! Dit betekent 25% jonger dan 20
tot jongeren tot 25 jaar). Het is daarom ook belangrijk en nieuwe vertrouwensrelatie tussen werkgevers en Actiris tot stand te brengen.
“Het blijkt dat er vraag bestaat naar begeleidingsstructuren aangepast aan de eigenheden van het vrouwelijke ondernemerschap.” jaar en 20% tussen 20 en 30 jaar. Dit wordt een enorme uitdaging. Wij gaan meer de klemtoon leggen op de CBP’s (Contracten voor Beroepsproject, die via opleidingsstages het vinden van een baan vergemakkelijken) want wij hebben uit de gegevens vastgesteld dat ze in de meeste gevallen op een eerste tewerkstelling uitmonden in het geval van geschoolde jongeren en de kansen op een baan met 20% verhogen bij laaggeschoolde kandidaten. Eind 2013 komt er bij Actiris een nieuwe dienst, specifiek gericht op jongeren, met 500.000 € budget. We hebben dus niet op Europa zitten wachten, hoewel het ondertussen met zijn eigen ‘jeugdgarantie’ plan op de proppen is gekomen (8 miljard € die onder de regio’s moeten worden verdeeld). Onze doelstelling loopt hiermee gelijk: toegang geven tot een baan, een bijkomende opleiding of een stage binnen de zes maand van de inschrijving bij Actiris voor jongeren van minder dan 30 jaar (Europa beperkt dit
De klemtoon wordt ook gelegd op het talenplan, waarvan veel personen al gebruik hebben gemaakt (7.137 modules van 60 uur!). Binnenkort komt er ook een online leerplatform (Brulangues).”
Mobiliteit Een laatste punt: hoe reageert u op ons grapje ‘Zijn pendelaars de vijanden van Brusselaars?’ “Een beetje tendentieus, niet meer dan een geestige uitspraak. Het beheer van de mobiliteit in de hoofdstad met de zwaarste verkeersoverlast van Europa, is geen lachertje. De regering tracht oplossingen uit te werken. Verschillende denkpistes moeten worden overwogen rekening houdend met de leefbaarheid van de stad voor haar inwoners, maar ook met het comfort van de pendelaars, zonder de economische aspecten te negeren. Vanzelfsprekend moeten de
twee andere Gewesten actief deelnemen aan de ontwikkeling van oplossingen. Onlangs was er sprake van rekeningrijden in Brussel. Dat kan interessant zijn maar is als oplossing waarschijnlijk iets te eng. Zoiets kan niet alleen in Brussel worden ingevoerd en zeker niet vóór de ingebruikname van een efficiënt GEN netwerk, waar de andere Gewesten trouwens een deel van de verantwoordelijkheid dragen. Elke gekozen maatregel zal moeten worden beoordeeld in functie van haar economische impact. In geen geval mag een maatregel een negatief effect hebben op de Brusselse economie, bijvoorbeeld onder de vorm van bedrijfsverhuizingen of een toegenomen fiscale druk op de middenstand. Wat de mobiliteit betreft, moeten multimodale oplossingen worden overwogen en moet aandacht worden besteed aan initiatieven zoals Be-Park, de eerste testen met bedrijfspendels, de aanleg van ontradingsparkings, een breder aanbod van het openbaar vervoer, een geplande ontwikkeling van de stad zoals we dat trouwens al doen voor de kanaalzone, waar we ons voorbereiden op een groei van de activiteit en de uitbreiding van de mobiliteitsbehoeften met de aanleg van de nodige parkeergelegenheid enz. Aan al die aspecten zal ik speciale aandacht besteden, ten voordele van de ondernemingen.”
Interview door Didier Dekeyser
TOT
€125 KORTING OP UW
DIENSTENCHEQUES !*
Welcome to the Family !
Daoust Dienstencheques biedt tot € 125* korting per jaar aan het personeel van bedrijven die lid zijn van BECI! Als pionier van Dienstencheques sinds 2003, stelt Daoust dagelijks 13.000 klanten tevreden dankzij meer dan 3.200 huishoudhulpen! U vindt de details van ons aanbod op www.daoust.be/beci
www.daoust.be Aalst - Antwerpen - Blankenberge - Brugge - Brussel - Charleroi - Eupen - Gembloux - Gent - Hasselt - Huy - Knokke - Kortrijk La Louvière - Liège Marche-en-Famenne - Mons - Namur - Nieuwpoort - Nivelles - Oostende - Sint-Niklaas - Verviers - Wavre INTERIM - SELECTION - OUTPLACEMENT - DIENSTENCHEQUES - PUBLIC SECTOR - JOB ACADEMY
* € 0,25 korting per gepresteerd uur en in volgorde van betaling (maximum 500 dienstencheques per jaar (500 x € 0,25= € 125)). Aanbieding 1 jaar geldig en voorbehouden aan nieuwe klanten. De korting zal worden teruggestort op het eind van de aanbieding en wordt berekend op basis van het aantal ontvangen dienstencheques op naam van de medewerker. Daoust nv, Louizapoortgalerij 203/5, 1050 Brussel, tel. 02/513.14.14, email :
[email protected], www.daoust.be Erkenningen voor de 3 regio’s: Wallonië : W.INT/SO/RS/RE.22, Vlaanderen : VG.163.BUOP, Brussel : B-AA05.034. Erkenningsnummer Dienstencheques : 40063.
Beci
Good Morning Brussels
Céline Fremault op bezoek bij BECI: ‘Brussel’ als merk versterken
Hoe verbeteren we het internationale imago van Brussel en de ondersteuning aan zijn exporterende bedrijven? U leest hier de antwoorden van Céline Fremault, de nieuwe Brusselse Minister voor Economie, Tewerkstelling en
Buitenlandse Handel, die in juni te gast was op een van de door BECI georganiseerde Good Morning Brussels.
E
nkele maanden na haar intrede bij de Brusselse regering – en amper enkele dagen na haar terugkeer van een economische missie in Californië – wekte Céline Fremault (cdH) de belangstelling van heel wat bedrijfsleiders: 80 van hen kwamen naar haar mening luisteren over internationale handel en de rol van Brussel.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
12
“Ik maak de mensen er vaak op attent dat wij een flink deel van ons welzijn aan de internationale activiteiten van Brussel te danken hebben”, zei ze van meet af aan. “Zonder de export zou de groei nog zwakker zijn dan hij nu is.” Wat dit betreft, hoeft Brussel zeker niet te blozen voor zijn resultaten: in 2012 is de goederenexport vanuit het BHG ondanks de crisis nog met 4% gestegen, terwijl het nationale gemiddelde amper 0,3% bereikte. En dan nog: het resultaat houdt geen rekening met de diensten, die in Brussel een aanzienlijke plaats innemen. Ook de aantrekkelijkheid van het Gewest voor investeerders is ongedeerd: 37 nieuwe dossiers in 2012 en 40 in 2011, na drie mindere jaren. De cijfers zijn duidelijk weer aan het stijgen en de investeringen houden veel toegevoegde waarde in: “Elk dossier zorgt voor 5 tot 10 nieuwe directe en meestal hooggekwalificeerde banen, zonder rekening te houden met de indirecte tewerkstelling.” Céline Fremault vermeldde de resultaten van de economische missie in Californië en het belang ervan voor de economie in ons Gewest: van de 300 deelnemende ondernemingen kwam één derde uit Brussel. “Dit zegt veel over ons belang in zulke missies en beïnvloedt de keuze van de bestemmingen. In sommige sectoren zijn landen zoals Turkije, de Verenigde Staten of Indië werkelijke prioriteiten voor onze ondernemingen.” De Minister vond de deelname van Brusselse bedrijven in Californië bijzonder aanmoedigend: “Naast 28 ondernemingen uit de ICT sector, hadden we vertegenwoordigers van de financiële sector, de industrie en de juridische consultancy. Verder werden
wij begeleid door mensen uit het toerisme, de modesector, het design, overheidsoperatoren, federaties en gespecialiseerde bedrijven. De ULB ondertekende een partnerschap met Berkeley, een van de beste universiteiten ter wereld!”
Prioriteiten voor de buitenlandse handel
Céline Fremault maakte van deze ontmoeting gebruik om haar prioriteiten in de huidige hervorming van de buitenlandse handel toe te lichten, met onder andere de ontwikkeling van het netwerk van Brusselse attachés. Zo werden de vertegenwoordigingen in Chennai en San Francisco versterkt, is de attaché in Vancouver voortaan actief en zal zijn collega in Rio dit binnenkort ook zijn. De vereenvoudiging van de regels bij export is een andere doelstelling. Hierdoor kon de toegekende steun in 2012 al met 48% worden verhoogd. Sinds het begin van de legislatuur beschikt de buitenlandse handel bovendien over 30% meer budget. De Minister voorzag ook nieuwe acties ten voordele van specifieke sectoren, waaronder ITC en juridisch advies, en een betere ondersteuning van het merk ‘Brussel’ op internationale schaal: “een niet te evenaren verleidingsproduct voor België, waar heel wat landen veel geld voor over zouden heb-
ben.” Mevrouw Fremault merkte in dit verband dat meer dan 1400 ondernemingen in 2012 aan de collectieve acties van Brussels Invest & Export deel hebben genomen. Céline Fremault wenst geografisch nog gerichter tewerk te gaan. Buitenlandse handel beperkt zich niet tot Amerika of Azië. 65% van de initiatieven van Brussels Invest & Export voor 2013 zijn trouwens in Europa geprogrammeerd, waar nog veel potentieel zit. In de andere richting blijven de Verenigde Staten de eerste buitenlandse investeerder in Brussel, maar ook China en Indië worden belangrijke spelers. Ten slotte wil de minister meer dan ooit naar de bedrijven luisteren, want die zijn ‘stakeholders”, zegt zij. Tot slot stippelde Mevrouw Fremault drie prioriteiten voor de toekomst uit: 1 – de netwerken in het buitenland blijven dynamiseren in functie van de belangen van de ondernemingen, 2 – de internationalisering van jonge innoverende bedrijven ondersteunen “want bij hen ontstaat deze behoefte steeds vroeger” en 3 – verder zien dan ontwikkeling, niet alleen wat betreft in- en uitvoer, maar ook partnerschappen. Emmanuel Robert
Beci
BECI ontbijten
Bezoek van de ambassadeur van Ethiopië Wordt Afrika morgen het beloofde land? Op economisch vlak is zeker en vast, dat beweert trouwens iedereen. Wie kan echter de toekomst voorspellen? Dit continent bezit een verbluffend ontwikkelingsvermogen en
aanzienlijke troeven door zijn veelvuldige rijkdommen, waaronder eerst en vooral het menselijke potentieel. Dit is de hoofdboodschap die wij onthouden van het recente bezoek dat de heer Kassu Yilala, Ambassadeur van Ethiopië in Brussel, aan BECI bracht. Met een pragmatische uiteenzetting en aanleg voor empathie overtuigde hij de toehoorders ervan dat zijn nog miskend land zeker hun belangstelling verdiende.
D
13
Kassu Yilala, Ambassadeur van Ethiopië in Brussel
voor Afrika, die het ontbijt bijwoonde. Bij de ambassade van Ethiopië in Brussel ligt een investeringsgids ter beschikking. En bij BECI krijgt u vanzelfsprekend al de nodige informatie, onder andere wat betreft de business reis naar dit land op 24 november. Dit wordt een uitzonderlijke opportuniteit om de economie van dit land te ontdekken en lokale zakenlieden te ontmoeten Didier Dekeyser
Save the Date – zakenreis naar Ethiopië Wenst u met BECI het best beschermde geheim van Afrika te ontdekken? Noteer nu al de tijdsspanne tussen 24 en 29 november 2013 voor een zakenreis naar Addis Abeba. Programma: ontmoetingen met verantwoordelijken van de Wereldbank, van de Afrikaanse Ontwikkelingsbank, van de UNDP en van de African Union, bezoeken aan projecten die door deze instanties werden gefinancierd, ontmoetingen met Belgische en Europese zakenlieden die in Ethiopië actief zijn, met de Kamer van Koophandel van Addis, het EU Business Forum Ethiopia, de Belgische Ambassadeur ter plaatse enzovoort. Het finale programma wordt binnenkort gepubliceerd, maar reserveer zeker nu al uw plaats (max. 20 deelnemers!) met een mailtje aan
[email protected]
WAAR ? Addis Abeba - Ethiopië WANNEER? 24 tot 29 november 2013 DEELNAME Ongeveer 2200 € pp Mogelijkheid om financiële steun te krijgen van Brussel Invest & Export ! MEER INFO Sabine Soetens -
[email protected] - 02 643 78 12
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
e federale en democratische Republiek van Ethiopië met haar niet-confessionele grondwet verzekert al jaren de politieke stabiliteit waar de economische ontwikkeling behoefte aan heeft. Dit bewijst trouwens een BBP dat sinds 2004 ononderbroken stijgt. Het land is direct betrokken bij talrijke economische en politieke – zowel Afrikaanse als internationale – overeenkomsten maar wil zijn ontwikkeling zo efficiënt mogelijk beheren. Het schrok er bijvoorbeeld niet voor terug een liberalisering van de bank- en telecommunicatiesectoren te weigeren en geen gevolg te geven aan de structurele hervormingen die internationale financiële instellingen probeerden op te leggen. Ethiopië meende dat zulke hervormingen in de huidige stand van zaken zijn economische ontwikkeling hadden kunnen belemmeren. Het evolutieproces is dus doordacht en getuigt van een kritisch en verantwoord beleid. Het land is het 9de grootste van het Afrikaanse continent en het 2de qua bevolkingsdichtheid (meer dan 80 miljoen inwoners). Het biedt talrijke zakelijke uitzichten wat betreft industrie en diensten. Natuurlijke hulpbronnen zijn er in overvloed (landbouwgrond, water, geologische rijkdommen, petroleum, gas, koffie enz.). De ontwikkeling van infrastructuren en de uitzichten voor de energiesector zouden grote groepen maar ook de gebruikelijke onderaannemers moeten interesseren. Ook kleine bedrijven kunnen baat vinden bij dit ontwikkelingsproces. Daarvan getuigt bijvoorbeeld de specialist in retail
Angola
Op weg naar Angola
(photo Pongo Boly)
Een interview van F.J. Lourenço Fernandes, de Angolese Afgevaardigde voor Handel met de Benelux
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
14
Angola, uw land, heeft net een grootschalig fonds van 5 miljard dollar samengesteld. Jullie zijn het tweede grootste olieproducerend land in Afrika, een vooraanstaande producent van diamant … Wat beoogt Angola met de organisatie van een zakenbeurs in België? FJLF: Wij organiseren het zakelijk forum in Brussel1 op een initi-
atief van José Eduardo dos Santos, de President van de Republiek van Angola. Het kadert in een diversificatieprogramma van de nationale economie door de ontwikkeling van concurrentiële productiecapaciteit in alle economische sectoren waar het land onderscheidende troeven bezit. Het potentieel is aanzienlijk maar vereist een doordachte exploitatie als wij de economische en sociale ontwikkeling van het land willen bevorderen. Wij beogen de creatie van rijkdom en tewerkstelling voor de Angolese bevolking, in een context van vrede en stabiliteit. Het grootschalige fonds is een voorbeeld van verantwoord gebruik van de nationale hulpbronnen om het welzijn van de toekomstige generaties te verzekeren. De ambassade van Angola in België organiseert dit forum en verheugt zich op de onfeilbare medewerking van de CBL-ACP en van andere Belgische bedrijfsverenigingen die tot het welslagen van dit evenement wilden bijdragen.
Aan welke sectoren geeft u voorrang en naar welke types partnerschap bent u op zoek via dit forum? FJLF: De voorrangsectoren zijn vrij divers: de landbouw en de
agro-industrie, de handel in goederen en diensten, de industrie (vooral de verwerkende industrie), sectoren als energie en water, vervoer en logistiek, bouw, openbare werken, huisvesting
Angola enz. Angola wenst meerdere partnerschappen aan te gaan. Dit kan de vorm aannemen van directe buitenlandse investeringen door middel van concessies op de ontginning van hulpbronnen (aardolie, diamant, productie van energie en water op grote schaal…). Wij denken ook aan partnerschapsprojecten tussen overheid en privé en andere partnerschapsvormen tussen KMO’s (o.a. voor de levering van apparatuur en technische bijstand, de overdracht van expertise inzake techniek en beheer onder allerlei vormen, franchisecontracten e.d.).
Hoe is het vandaag met de economische en handelsrelaties tussen Angola en België gesteld? FJLF: De handelsbalans tussen Angola en België was in het
Grote bedrijven, al dan niet Belgisch, beschikken over voldoende middelen om risico's te nemen in functie van de beoogde winst. Dit is echter niet het geval voor KMO’s en KMI’s. U bent nochtans van plan een beroep te doen op Belgische KMO’s/KMI’s om partnerschappen met Angola aan te knopen. Beschikt u over een speciaal programma om KMO’s aan te trekken? FJLF: Zoals ik al zei, bestaan er verscheidene vormen van winst-
gevende samenwerking tussen KMO’s van beide landen om de risico's van zulke samenwerkingsverbanden zoveel mogelijk te beperken. De ondertekening van een specifieke overeenkomst tussen KMO’s is slechts een manier om dit te bereiken. Ik denk verder ook aan de eenvoudige aankoop of verkoop van uitrustingsgoederen, de technische bijstand, de overdracht van expertise door franchisecontracten enz. De Angolese regering heeft een programma uitgewerkt om de ontwikkeling van KMO’s te ondersteunen en om financiering te verkrijgen voor de investeringen die de ontwikkeling van hun activiteiten vereist. Met dit programma kunnen Angolese KMO’s buitenlandse technologie aanschaffen.
Loeanda, hoofdstad van Angola: de Nationale Bank
Hoe veilig zijn zaken in Angola? Wordt de juridische en burgerrechtelijke veiligheid van investeerders gewaarborgd? FJLF: Angola garandeert de bescherming van de privé inves-
teerder. Angola heeft internationale overeenkomsten getekend ter bescherming van privé investeringen, meer bepaald met de Multilateral Investment Guarantee Agency (MIGA, een agentschap van de Wereldbank die multilaterale investeringen garandeert), met de World Intellectual Property Organization (WIPO) en met de PC-PHP (overeenkomst van Parijs ter bescherming van de industriële eigendom). Wij blijven bilaterale overeenkomsten ondertekenen, o.a. voor de wederzijdse bescherming van investeringen. Wij mogen dus met enige trots beweren dat Angola een veilige bestemming is voor investeringen. Ten slotte wil ik onderstrepen dat dit forum vooral tot doel heeft de bedrijfswereld te sensibiliseren voor de zakelijke perspectieven in Angola en de deelnemers aan het forum de mogelijkheid te geven hun vragen of twijfels aan de sprekers voor te leggen. Voor bijkomende informatie kunt u zich uiteraard ook richten tot de Afgevaardigde voor Handel met Angola op het volgende adres: 161 Auguste Reyerslaan, 1030 Brussel,
[email protected]. Datcha Ribeiro
Ambassade van Angola - Franz Merjaystraat 182 - 1180 Brussel - Tel.: +32 2 344 49 80 Angola Trade Representative Office - Auguste Reyerslaan 161 - Tel.: +32 2 219 51 58 -
[email protected] 1 Dit forum werd op 17 juni in Brussel door 150 deelnemers bijgewoond, in aanwezigheid van de Angolese Staatssecretaris voor Industrie Gabriel KIALA, de Angolese Staatssecretaris voor Handel Alvaro PAIXÃO, vertegenwoordigers van het ANIP (het nationale agentschap voor privé investeringen), andere Angolese instellingen en de ambassadeur van Angola in België, mevrouw Elizabeth SIMBRÃO. Een Belgische economische missie vertrekt op 20 oktober 2013 naar Angola.
Publireportage
15 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
verleden altijd positief maar is sinds vier jaar negatief. Angola voert dus meer producten van Belgische oorsprong in dan het naar België uitvoert. Dit is voornamelijk te wijten aan een vermindering van de export in de diamantsector. Deze daling kan een gevolg zijn van de beslissing van Angola om verwerkte producten uit te voeren, in dit geval diamanten, door de ontwikkeling van een lokale diamantslijpindustrie. De export van Angola naar België bedroeg in 2011 ongeveer 180 miljoen euro, terwijl de invoer van Belgische producten in 2011 het bedrag van 260 miljoen euro bereikte.
Beci
Internationale handel – De kennis van zaken van Brussels Invest & Export
Indië
Met zijn 1,25 miljard inwoners is Indië het tweede meest bevolkte land ter wereld. En door toedoen van de
steile demografische groei zouden de Indiërs vanaf 2025 wel eens talrijker kunnen zijn dan hun Chinese buren.
D
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
16
eze demografische dynamiek en het feit dat vandaag de helft van bevolking minder dan 25 jaar oud is, zullen er tegen 2030 voor zorgen dat één actieve persoon of vier in de wereld een Indiër zal zijn! Met deze gang van zaken wordt het land onvermijdelijk een hoofdspeler van de wereldeconomie en op een of andere manier een niet te weigeren commerciële partner van de andere landen. De waarschijnlijkheid van dit scenario neemt nog toe door het voordeel dat Indië wellicht uit het welbekende ‘demografische dividend’ zal halen: wanneer het aantal actieve mensen in de bevolking toeneemt, verminderen proportioneel de uitgaven voor kinderen en bejaarden. Dit stimuleert op hun beurt het sparen en de investeringen, en dus de groei. Op korte termijn mag men echter twee aanzienlijke uitdagingen verwachten (ze zijn echter allemaal aanzienlijk in dit gigantisch land): enerzijds het opleidingsniveau van de bevolking en anderzijds de jaarlijkse stroom van miljoenen nieuwe actieve mensen op de arbeidsmarkt. Er is dus behoefte aan een economie die al deze mensen aan een baan kan helpen. De industrialisering zal enorme investeringen vereisen, evenals nieuwe infrastructuren en een voldoende energievoorziening. Het land zal in enkele jaren tijd zeer ingrijpende veranderingen doorstaan en zijn economie zal zich ontwikkelen. Vraag is welke perspectieven de Belgische ondernemer op deze markt kan verwachten en hoe wij te werk zou moeten gaan. Kathlijn Fruithof, economisch en handelsattaché bij BIE, tracht hierop antwoorden te geven: "Indië zal zijn economische ontwikkeling verderzetten – hoe zou het anders kunnen? – en de zakelijke perspectieven zullen hiermee evenredig zijn: aanzienlijk dus. Elke onderneming die zich via export wil ontwikkelen of op een nieuwe markt wil investeren, zou het geval van Indië moeten overwegen. Ook niet te verwaarlozen: Indië is een democratisch land.” De schrijver Jean Grenier zei het al: “Pas wanneer we Indië als een denkbeeldig land
beschouwen, staan we het dichtst bij de werkelijkheid.” Ik citeer deze zin omdat wij als bezoekers bijzonder verward kunnen zijn door de eerste indrukken wanneer we met deze samenleving in contact komen: de geluiden, de kleuren, de beweging, de massa's, de geuren… De verrassingen zijn overal. Zelfs onze Westerse sociologische beschouwingen zijn aan nuancering toe, onder andere wat betreft de armoede ter plaatse. Als bezoeker moeten wij daar met een open geest en een nieuwe kijk naartoe gaan. Er zijn daar een aantal gebruiken en attitudes waar u best rekening mee houdt. Ik denk namelijk aan ervaring en bijgevolg ook hiërarchie, twee aspecten die daar in hoog aanzien staan. Dit kan bepaalde problemen opleveren voor bedrijven die zich daar willen vestigen en jonge kaderleden op verkenning sturen (voor de eenvoudige reden dat die meer beschikbaar zijn voor verblijven in het buitenland). Dit is een vergissing. Indiërs verwachten ook dat uw houding ten aanzien van uw zaken of van de zaken die u met hen zou doen, bij u evenveel passie opwekken als wat zij gewoonlijk voelen wanneer ze zich voor een project inzetten. De zin voor inzet is zeer sterk bij hen (het wordt beschouwd als een teken van kwaliteit in handelsrelaties); zij verwachten dus hetzelfde van u. Dit is trouwens de reden waarom familiebedrijven uit onze landen
die zich in Indië willen vestigen, goed worden ontvangen: in zulke ondernemingen zijn aandeelhouders meestal heel nauw betrokken bij de activiteit. Bovendien bestaat de Indische bedrijfswereld voornamelijk uit familiebedrijven. Er heersen daar twee grote trends op het vlak van bedrijfscultuur: de zgn. “Western Approach" eigen aan de bedrijfsleider die in het Westen werd opgeleid en die de voorkeur geeft aan een directe aanpak, een stipte planning en snelle beslissingen. Daarnaast overleeft de traditionele aanpak, waar tijd wordt genomen, relaties worden aangeknoopt enz. In beide gevallen vermijdt u best ‘solo’ op te treden, want aan menselijke relaties wordt steeds veel belang gehecht. Probeer daarom ook geen markt te benaderen als u eerst geen partnerschap bent aangegaan met iemand die kennis heeft van de niche waar u zich wenst te positioneren. Ten slotte hebben de twee trends in gemeen dat ze de voorkeur geven aan een typisch Indische manier van onderhandelen: de zoektocht naar een winwin formule. Bij de Brusselse vaardigheden die zich in Indië zouden kunnen ontplooien, horen onder andere het milieubeleid, milieuvriendelijk bouwen, de aanleg van infrastructuren (wegen, treinen, alle vormen van communicatie), de gezondheidszorg (er zijn heel wat topspecialisten in Indië en de netwerken van privé klinieken leveren elkaar een
Beci en gerichte knowhow bij lokale partners in Indië interesse wekken. Brussels Invest & Export is aanwezig in de grote ontwikkelingsgebieden van het land: Chennai, waar onder andere de wereldwijde automobielsector massief investeert, Mumbai, het centrum voor financiële en audiovisuele diensten, Bangalore met zijn IT en gezondheidszorg enz. De bedrijven mogen op ons rekenen om ze te onthalen en ze te helpen de Indische markt te benaderen, een prospectiereis voor te bereiden en ze te begeleiden wanneer ze zich in Indië gaan vestigen.” Didier Dekeyser
Kathlijn Fruithof, economisch en handelsattaché bij BIE
Brussels Invest & Export heeft ook als taak buitenlandse investeerders naar het Brussels Gewest te lokken, wat in het geval van Indië nogal moeilijk is door de concurrentie van Nederland en het Verenigd Koninkrijk waar al geruime tijd omvangrijke Indische gemeenschappen leven en waar taal geen enkel probleem oplevert. De inspanningen van onze economisch attachés werpen echter hun vruchten af dankzij gerichte prospectie. Zo maken Indische klinische onderzoekscentra gebruik van onze nauwgezette methodologie om in ons Gewest klinische testen uit te voeren. De bedrijfsincubator van BIE verwelkomt namelijk buitenlandse bedrijven voor een duur van drie maanden. De heer Pramod Kaushik test als IT specialist momenteel een computerapplicatie voor restaurantbeheer op onze markt. De overtuigingskracht van onze economisch attachés was de reden waarom hij bij ons is komen werken. Economische missie onder leiding van HKH Princes Astrid in New Delhi, Mumbai en Chennai, van 23 tot 29 november 2013. Info ➤ http://www.invest-export.irisnet.be/ Brussels Invest & Export is het agentschap voor buitenlandse handel en investeringen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Wij helpen onze ondernemingen in de ganse wereld te exporteren en begeleiden buitenlandse bedrijven die zich in Brussel vestigen.
De nieuwe gids van BECI, vol praktische tips over strategie, marketing, wetgeving en reglementering, aangevuld met praktijkvoorbeelden en contactgegevens.
Kortom
: alles wat u moet over d weten e expo rt!
Bestel uw gratis exemplaar per e-mail bij Christine Godts,
[email protected]
17 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
harde concurrentiestrijd; er is dus vraag naar spitstechnologische apparatuur). Ook de sector van energietransport is veelbelovend en verwacht aanzienlijke investeringen van de Indische Staat. Daarvan getuigde onlangs het succes van een Belgisch bedrijf dat een contract voor de elektrificatie van 2.500 km spoorweglijnen heeft binnengehaald. Er bestaat eveneens belangstelling voor biotechnologieën. Ik vermeld hier niet de IT sector, want daar zijn Indiërs uitblinkers in. Mogelijkheden bestaan er alleen met nicheproducten of door zelf een beroep te doen op hun eigen kennis van zaken. Kortom, in welk domein ook kan de Brusselse nauwgezette
INTERNATIONAL TRADE EXECUTIVE PROGRAMME 2nd on d e iti
2013-2014 Principles of international business Organising your presence abroad Contracting Transport & logistics Administration & formalities of
international trade Financing the operation Establishment and international
exploitation of IP Free And roid Wifi tabl et
For: export managers, business developers, sales executives, procurement executives, supply-chain executives, in-house counsels, financial controllers, trade finance officers, business lawyers and consultants, civil servants from specialised public bodies,... Sponsors
Risk management & insurance
One-year study programme in English One boot camp + 21 Friday afternoons Top level speakers and guest speakers Practical and transversal approach In the heart of Brussels (Central Station) Competitive tuition fees Join the 2nd edition starting in Oct. 2013
In collaboration with
web: www.iccbelgium.be/ibi
email:
[email protected]
phone: +32 2 515 08 44
Beci
GR Business Days in Luxemburg
B2B beurs bijzonder succesrijk BECI ontving als partner van Enterprise Europe Network een award tijdens de Greater Region Business Days in Luxemburg. De onderscheiding werd uitgereikt door Joanna Drake, Europees Directeur voor de Bevorde-
ring van het concurrentievermogen van het MKB, Europese Commissie, DG Ondernemingen en Industrie, en door Pierre Gramegna, algemeen directeur van de KKI in Luxemburg.
D
e Kamer van Koophandel en Industrie van het Groothertogdom Luxemburg organiseerde op 12 en 13 juni de tweede editie van de Greater Region Business Days. Het evenement kende een groot succes. De eerste B2B beurs van de Grote Regio bevestigt dus haar functie: de bevordering van de competitiviteit, groei en economische ontwikkeling van ondernemingen, dankzij een waaier aan evenementen, ontmoetingen en diensten op maat, waarmee ‘zakelijke gesprekken’ een nieuwe dimensie krijgen.
Het programma van 12 juni werd afgerond met de uitreiking van de ‘b2fair Business Awards’ in aanwezigheid van Mevrouw Françoise Hetto-Gaasch, Luxemburgse Minister van Middenstand en Toerisme,
Jean-Philippe Mergen (rechts) ontving, als Director Export EEN, de Award in naam van BECI.
en Mevrouw Johanna Drake, Europees Directeur voor de Bevordering van het concurrentievermogen van het MKB, Europese Commissie, die een aantal joint ventures binnen de Grote Regio en daarbuiten zijn komen onderscheiden. BECI/Enterprise Europe Brussels nam deel aan dit matchmaking event met acht Brusselse ondernemingen. Deze bedrijven had-
den, tijdens de twee dagen van de beurs, in totaal 97 op voorhand georganiseerde zakelijke afspraken op het programma staan. Laten we er even aan herinneren dat tientallen matchmaking events (aanknopen van relaties) overal in Europa in het raam van Enterprise Europe Network worden georganiseerd. Zulke evenementen, die vaak gedurende vakbeurzen plaatsvinden, geven u de mogelijkheid, via op voorhand geregelde afspraken, Europese ondernemingen van uw sector of van uw doelgroep te ontmoeten. De lijst van de komende Europese matchmaking events (Brokerage Events) vindt u op de website van Enterprise Europe Brussels: http://www.brusselsnetwork. be/going-international.html . Bij belangstelling voor een van deze evenementen volstaat het dat u ons contacteert. Wij geven u dan al de nodige informatie door en zorgen voor uw inschrijving.
J.-Ph. Mergen Tel.: 02 210 01 77 E-mail:
[email protected]
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Met een opkomst van nagenoeg 2500 bezoekers, tegen 1800 in 2012, verbeteren de ‘GR Business Days’ hun score met meer dan 38%! 178 exposanten namen deel, vergeleken met 158 vorig jaar. Er werden meer dan 3500 individuele afspraken vastgelegd tussen bedrijven van 20 verschillende landen – zes landen meer dan het jaar voordien. De tweede editie van deze B2B beurs is dus werkelijk een treffer.
19
Beci
Onderwijs
Geen werk zonder diploma De school produceert de werklozen van morgen. Failliet verzekerd. De economische uitdaging aanvaarden. Dit zijn enkele titels van het weekblad Marianne ter gelegenheid van een reportage over het onderwijs in Brussel en in Wallonië. Het dossier is goed gedocumenteerd, onder andere dankzij een enquête van het consultancybureau McKinsey. Wij spraken met Pierre Jassogne, die het dossier opstelde.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
20
Volgens de werkgevers zou de vorming op school ontoereikend zijn?
PJ: Een merkwaardig element in de McKinsey studie is het aandeel van Brusselse en Waalse ondernemers die klagen over de moeilijkheid om geschoold arbeiderspersoneel aan te werven: elektriciens, lassers, leidekkers enz. De opleidingsmogelijkheden moeten beter overeenstemmen met de economische werkelijkheid van een gewest. In de Franse Gemeenschap trekken het technisch en beroepsonderwijs te weinig jongeren aan. Voor vele leerlingen – en vaak ook voor hun ouders – zijn dit tweederangs studierichtingen.
Deze richtingen worden nochtans aangeboden.
PJ: Het is vooral een probleem van perceptie. En daardoor worden de jongeren die in moeilijkheden verkeren, niet aange-
moedigd om domeinen te kiezen waarvoor er precies een tekort aan kandidaten bestaat. Er is dus een verband tussen het werkloosheidsniveau van jongeren en de afkeer voor studierichtingen die ten
onrechte als weinig aantrekkelijk wordt beschouwd. In grote steden hebben jongeren de neiging om zich meer te richten naar beroepen in de sociale bijstand of de hulp aan personen, ten nadele van
U WERFT AAN? Bent u op zoek naar gemotiveerde krachten in IT, verkoop, engineering, administratie, financiën, toerisme, events, hotelwezen, logistiek, transport, ...? Kom en recruteer op de
WAAROM DEELNEMEN? • Meer dan 700 potentiële kandidaten per Job Day, van elke leeftijd en opleidingsniveau, in de beroepen die u aanbelangen • Goed voorbereide kandidaten dankzij de ‘Pre Job Days’ • Onmiddellijke recruteringsgesprekken
In 1 dag verzet u het werk waar u anders dagen voor nodig heeft! Het bereik van de Brussels Job Days in 2012: 102 deelnemende bedrijven, met 1840 werkaanbiedingen, voor 9394 ingeschreven kandidaten
DE VOLGENDE BRUSSELS JOB DAYS: 25/10/2013
Sales, Finance & Administration
22/11/2013
Ingenieurs, Technici & Informatici
3/2014
Toerisme, Hotelwezen & Meeting industry
16/5/2014
Transport, Logistiek & Havengebied
INFO & RESERVATIE OP http://jobdays.beci.be of
[email protected] of 02/643.78.05
Een initiatief van:
JobDaysPub.indd 1
30/08/12 09:55
Beci blokkeren omwille van dat ene vak, krijgt hij de mogelijkheid om verder te studeren en voor dat vak later een examen af te leggen. Ideaal zou natuurlijk zijn dat iedereen een geïndividualiseerd leerproces zou volgen.
Vlaanderen stelt het beter dan de Franse Gemeenschap. Waarom?
Pierre Jassogne, auteur van het dossier ‘Onderwijs’ dat in het weekblad Marianne verscheen.
technische beroepen die met een nijpend tekort aan kandidaten kampen.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
22
Denkt u aan oplossingen?
PJ: Enerzijds klagen KMO bedrijfsleiders over het gebrek aan geschoolde kandidaten op de arbeidsmarkt. Anderzijds betreuren de scholen het gebrek aan contact met de bedrijfswereld. Er is nochtans goed nieuws dat te weinig gehoor krijgt: met een diploma van het technisch of het beroepsonderwijs vindt men bijna automatisch een baan. Deze studierichtingen verdienen een veel positievere perceptie.
Meteen ook een alternatief voor schooluitval…
PJ: Uit de resultaten van de Internationale studies blijkt dat goede leerlingen in de Franse Gemeenschap even goed zijn als in de Vlaamse Gemeenschap. Maar voor diegenen die slecht scoren, zijn de resultaten gevoelig slechter dan in de Vlaamse Gemeenschap. In ‘klassieke’ scholen zijn de resultaten zeer goed. Ingeval van moeilijkheden heeft men echter vaak te maken met rampzalige situaties. Zoiets kan noch door decreten, noch door politieke beslissingen worden opgelost.
Wat dan?
PJ: De studie doet een oproep aan alle belangrijke spelers in de sector: de leerkrachten, de schooldirecties, de ouders en de beleidsmensen. Vandaag moet ook meer worden samengewerkt met de bedrijfswereld. Te veel jongeren verlaten de school zonder een beroep te hebben aangeleerd. Er bestaat een duidelijk verband tussen het niveau van de werkloosheid en van de schooluitval. Een jongere zonder scholing stevent recht naar de klippen. Beroepen met veel potentieel moeten in de scholen beter worden gepromoot. Ik pleit ook voor meer dialoog tussen school, onderneming en de ver-
enigingssector. Sommigen stellen vast dat er in de economische wereld veel wantrouwen heerst ten opzichte van het Franstalig onderwijsstelsel.
En verder?
PJ: 20 jaar lang kregen we zeer vrijblijvende politieke oplossingen onder de vorm van decreten. Op resultaten wachten wij nog altijd. Waarom? De zeer vage decreten met lovenswaardige doelstellingen beantwoordden niet aan de werkelijkheid op het terrein en hielden er geen rekening mee dat elke school anders is. Schooldirecteurs, leerkrachten en zelfs ouders zouden een dynamiek moeten kunnen creëren rond een sterk pedagogisch project, in samenwerking met de verenigingssector en een of meerdere ondernemingen. De school functioneert dan niet langer voor zichzelf, maar voor de samenleving.
Wat hebben de best presterende onderwijssystemen in gemeen?
PJ: Ze geven niet meer geld uit dan wij. Maar ze begeleiden wel de leraren met een mentorschapssysteem. Schooldirecteurs verspillen minder tijd aan administratieve rompslomp om zich beter te buigen over de verbetering van de pedagogische aanpak. In Wallonië en Brussel wordt daar 15% van de tijd aan besteed terwijl dit in de betere systemen tot 40% oploopt. Laten we voorrang geven aan de pedagogie. Vincent Delannoy
PJ: Er bestaat onder andere de certificering per eenheid waarmee leerlingen in moeilijkheden kunnen worden geholpen en aangezet om hun opleiding verder te zetten. Neem nu het voorbeeld van een leerling die in zijn technisch parcours strop zit door het vak Nederlands. Om deze leerling in zijn leerproces niet te
De herwaardering van het technisch en het beroepsonderwijs In 2013 heeft het Brusselse Gewest gebruik gemaakt van zijn economische bevoegdheden om een budget van 925.000 euro vrij te maken voor de aankoop van efficiënte uitrustingen om de opleiding van jongeren te verbeteren in studierichtingen waar een schaarste aan kandidaten heerst. Deze financiering kwam tot stand naar aanleiding van de vraag van ondernemingen die op zoek zijn naar geschoolde
arbeidskrachten en die vaak vaststellen dat de scholing van leerlingen uit het technisch en het beroepsonderwijs ontoereikend is bij gebrek aan performante apparatuur in de scholen. Dit betreft vooral de volgende richtingen: technologische industrie, elektronica, mechanica, metaalproducten, autovervoer, de creatieve sectoren, bouw en renovatie, metselwerk, leidekkerij, ijzersmederij en schrijnwerk.
Beci
De Brusselse hoofdbreker: nieuwe plaatsen in het onderwijs creëren De uitdaging: rekening houdend met de demografische groei in Brussel, 42.500 bijkomende plaatsen tegen 2020 creëren (volgens het BISA).
Het antwoord
Op vraag van de Brusselse regering heeft het Agentschap voor Territoriale Ontwikkeling een studie verricht over de creatie van lagere en middelbare scholen. Het gaat hier om een overzicht van de sites waarop scholen kunnen worden gebouwd. 138 mogelijke sites werden gevonden. Het ATO stelt voor om eerst in de wijken te investeren waar de behoeften als dringend worden beschouwd. Het goede nieuws is dat terreinen beschikbaar zijn. Het minder goede nieuws: voor een vijftigtal sites staan we niet verder dan een voorstudie. Ondertussen stijgt het aantal
schoolloze kinderen in het Brusselse Gewest. Commentaar van Minister-President Rudi Vervoort: “Wij beheren een tekort aan aanbod. Er zal voor plaatsen in de scholen worden gevochten.” Ook dient gemeld dat Brussel nog steeds met een tekort aan leraren kampt. Op korte termijn voorziet het Scholenplan van de Brusselse regering de vernieuwing van gebouwen en de installatie van prefab klaslokalen om in het basisonderwijs 3800 extra plaatsen vrij te maken. Eind mei 2012 heeft het Gerechtelijk Hof, naar aanleiding van een door de Vlaamse Gemeenschap ingediend beroep, echter een deel van het Scholenplan nietig verklaard omdat het hier gaat om een gemeenschappelijke en niet om een gewestelijke bevoegdheid. Met deze beslissing wordt het voor de Brusselse regering onmogelijk het initiatief te herhalen.
5 indicatoren in de Franse Gemeenschap Tegen het einde van het basisonderwijs heeft een leerling op vijf al een schoolachterstand. Tegen het einde van het middelbaar onderwijs is dit het geval voor de helft van de leerlingen. Deze situatie is niet nieuw: ze bestaat al 23 jaar lang.
6.500 euro
Dit is het gemiddeld bedrag dat de Franse Gemeenschap jaarlijks aan elk van zijn leerlingen besteedt. De landen waar de meest efficiënte schoolsystemen bestaan, investeren gemiddeld niet meer financiële middelen dan de Franse gemeenschap.
Stijging van de kost per leerling
Over de jongste tien jaar is de kost in het basisonderwijs met 17,8% gestegen, terwijl het aantal leerlingen met 4,4%
toenam. In het middelbaar onderwijs steeg de kost met 8,1%, met een toename van 2,3% van het aantal leerlingen.
Kwalificatie als doel
In Brussel raken 25% van de jongeren tussen 15 en 24 jaar niet verder dan een diploma van het lager middelbaar onderwijs. Van de banen die tegen 2020 in Brussel en Wallonië zullen vrijkomen, zijn minder dan 10% voor laaggeschoolde personen bestemd.
Onderwijs en BBP
Indien het onderwijs in de Franse Gemeenschap even goed zou scoren als in Vlaanderen, dan zou het BBP per inwoner met een extra 0,9 % toenemen (volgens de berekeningen van OESO). (Bronnen: McKinsey studie, Franse Gemeenschap)
GOMB Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Uw vastgoedpartner
U wilt uw professionele activiteiten in Brussel ontwikkelen? Wij zijn een van de belangrijkste vastgoedoperatoren in het Brussels gewest.
Wij bieden u oplossingen op maat
Wij begeleiden de ontwikkeling van uw bedrijf
• Kmo-parken • Gronden • Gebouwen
• Professioneel vastgoedadvies • Gratis toegang tot inventimmo.be, de inventaris van alle beschikbaar vastgoed
Samen voor uw Brussel! SDRB000151_Dynamiek_90_180_Nl_IC.indd 1
GOMB Gabrielle Petitstraat 6 • 1080 Brussel +32 2 422 51 51
[email protected] • www.gomb.be
7/08/12 15:55
23 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Schoolachterstand: een leerling op twee
Beci
Meer tewerkstelling
Een nieuw BECI tool voor de veralgemening van stages De Brusselse regering wenst de tewerkstelling van jongeren te bevorderen met de opening van meer dan 4000 stageplaatsen voor het einde van het jaar. BECI schiet in actie om, in samenwerking met MijnStage.be, een ontmoetingsplatvorm voor werkgevers, kandidaat stagiairs, onderwijsinstellingen en opleidingscentra te ontwikkelen.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
24
In vele technische beroepen zoals elektromechanica heerst vandaag een tekort aan kandidaten.
H
et gaat hier om een van de meest opvallende maatregelen die tijdens de ‘sociale top’ van mei met de nieuwe Brusselse Minister-President Rudi Vervoort werden getroffen: de opening, nog voor het einde van het jaar, van meer dan 4.000 stage- en beroepsopleidingsplaatsen. Hiermee wordt de werkloosheid van jongeren – vandaag nagenoeg 30% in het Gewest – hardhandig aangepakt. Een derde van de jonge mensen in Brussel zit zonder werk, zonder een degelijk inkomen, zonder maatschappelijke integratie en zonder uitzichten. Dit is op menselijk en sociaal vlak onaanvaardbaar en vereist de inzet van iedereen.
De stage als springplank naar opleiding en aanwerving
Maar al te vaak vindt deze werkloosheid
haar oorzaak in verwachtingen van bedrijven die niet overeenstemmen met de vaardigheden van werkzoekenden. Tewerkstelling is er nochtans genoeg: tientallen beroepen smeken om kandidaten en duizenden functies blijven in Brussel onbemand. De stage in onderneming is een schitterende manier om deze hiaat althans gedeeltelijk op te vullen. De kandidaat ontdekt de werkelijkheid op het terrein, wint aan zelfvertrouwen, toetst zichzelf aan de vereisten van de opdracht, ontdekt de verwachtingen van de werkgever, verruimt zijn ervaring en vult zijn opleiding aan. In het beste geval krijgt hij via de stage toegang tot zijn eerste baan. Voor ondernemingen is dit een vlotte manier om kandidaten te vinden, hun bekwaamheid te beoordelen en misschien een nieuwe veelbelovende medewerker aan te werven. Een win-win-
situatie, in elk geval. BECI wil deze nieuwe vorm van beroepskwalificatie promoten en ontwikkelen, en lanceert vandaag een gratis en voor iedereen toegankelijk stageplatform, in samenwerking met MijnStage.be.
De ‘stagereflex’ aanmoedigen
MijnStage.be ontstond in 2008 door toedoen van Alexandre en Sylvain, toen twee laatstejaarsstudenten in economische wetenschappen. Het project is afgeleid van hun eindwerk en neemt nu de vorm van een website dat ondertussen met 600 werkgevers en 450 contactpersonen in scholen en opleidingscentra samenwerkt. Het platform helpt jaarlijks ongeveer 5000 kandidaten aan een stage in een bedrijf. “Het potentieel ligt echter nog veel hoger”, beweert Sylvain Mortier, medeoprichter van MijnStage.be. “Over het onderwerp
Beci
Sylvain Mortier, medeoprichter van MijnStage.be.
Volgens Sylvain Mortier, heeft België op zijn buurlanden een zekere achterstand opgelopen. “De ‘stagereflex’ staat bij ons onvoldoende in de mentaliteit en de praktijk gegrift. In Duitsland en Nederland vormen stages een wettelijke verplichting. De bedrijven zijn verplicht stagiairs in dienst te nemen en ze te bezoldigen. In België moet iedereen zijn plan trekken.” De economische crisis bemoeilijkt de situatie en heeft het aantal aanwervingen fors afgeremd. Ondernemingen die vroeger een ware ‘talentenstrijd’ voerden om de beste profielen – onder andere via stages – aan te trekken, hebben ondertussen hun budgetten en hun personeel teruggeschroefd. “Nochtans bleef het aantal aangeboden stageplaatsen op onze website de vier jongste jaren toenemen. Het is namelijk zo dat in crisistijd, stagiairs tegen een lage kost een handje kunnen komen toesteken. Wanneer de economische situatie verbetert, worden stages dan opnieuw voornamelijk rekruteringstools.”
Opdrachten veranderen
Sylvain Mortier stelt vast dat de praktijken in de goede richting evolueren: “Vroeger gedroegen de bedrijven zich vooral reactief. Ze wachtten op spontane aanvragen van stagiairs, voorzagen weinig of geen selectie of
gaven voorrang aan de kinderen van hun personeelsleden. Vandaag stellen ondernemingen zich proactief op met de werkelijke projecten, een ‘job description’ en duidelijke doelstellingen. De beruchte ‘fotokopiestages’ zijn gelukkig voltooid verleden tijd! Bovendien zijn de hoge profielen niet langer de enige doelgroep bij deze vorm van vooraanwerving. Dit geldt nu hoe langer hoe meer ook voor bepaalde technische beroepen die aan een tekort aan werkkrachten lijden.” Wat de onderwijsstelsels betreft, heeft het Bolognaproces de aanpak van stages grondig gewijzigd: “De scholen ontwikkelen voortaan zulke stages op een veel systematischer manier. De verwachtingen liggen nu hoger, de stages duren langer en de studenten genieten een betere opvolging. De kwaliteit van de stages betekent ondertussen een troef waarmee scholen zich positioneren.”
Een tref- en informatiepunt
Een stage op de kop tikken, blijft een moeilijke opdracht. Het aantal beschikbare plaatsen is ontoereikend en te weinig hulpmiddelen brengen vraag en aanbod in contact. Dit is nochtans de taak die MijnStage.be voor zijn rekening neemt: “Wij fungeren als tussenpersoon tussen drie gesprekspartners: de bedrijven, de studenten en de scholen. De bedrijven sturen de stagemogelijkheden door, met vermelding van selectiecriteria zoals studierichting en -niveau, specialisatie, de periode en gewenste duur, en de voertaal. De studenten en scholen leveren hun eigen gegevens aan. Wij analyseren elk stageaanbod en geven de informatie door aan kandidaten en scholen die hiervoor in aanmerking kunnen komen.”
MijnStage.be verspreidt bovendien informatie over de reglementering, de verschillende types stages, de formaliteiten, verzekeringsaspecten en de bezoldiging. Deze taak is van groot belang: “Wij stellen vast dat de informatie over stages onduidelijk is en, door de complexiteit van de Belgische instellingen, ook vaak versnipperd, zeker wanneer de stages niet onder een overeenkomst vallen. De bedrijven beseffen bijvoorbeeld niet altijd dat stages niet aan gediplomeerde werkzoekenden mogen worden aangeboden. Dit wordt als zwartwerk beschouwd, behalve onder zeer specifieke voorwaarden. En studenten moeten weten dat ze eerst de uitdrukkelijke toestemming van hun school moeten krijgen, wanneer een stage buiten de voorziene opleiding valt. Al deze informatie, en nog vele andere tips, vindt u op de website”.
Onder het vaandel van BECI
MijnStage.be heeft zich succesvol ontwikkeld maar wenst nu, met de steun en onder het vaandel van BECI, een nieuw platform op te richten, met de bedoeling om meer contacten te leggen tussen de verschillende spelers – en de werkgevers aan te moedigen meer stagemogelijkheden aan te bieden. “Wij kwamen tot de vaststelling dat het concept op lange termijn kan werken voor zover het voor iedereen – bedrijven, scholen en kandidaten – gratis is en het aanbod zo breed mogelijk wordt gemaakt. Wij bestaan nu nagenoeg vijf jaar, tijd om ons initiatief nieuw leven in te blazen en alle types ondernemingen de mogelijkheid te geven stagiairs te onthalen. Wij gaan hiermee verder want wij weten hoe waardevol deze dienst voor kandidaat stagiairs en ondernemin-
25 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
bestaan geen studies of cijfermateriaal, maar als ik het hoger onderwijs, het middelbaar onderwijs en de opleidingscentra samenvoeg, schat ik dat wij in België jaarlijks 150.000 stage-aanvragen zouden kunnen verwerken”
Beci
4e QUADRANT leernetwerk bij BECI
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Gebruiksaanwijzing Vanaf oktober 2013 opent BECI opnieuw zijn deuren voor het initiatief van de Federatie van de Belgische Kamers van Koophandel op het vlak van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Van MVO weet het brede publiek weinig af. Ook de bedrijfsleiders boeien zich zelden voor dit onderwerp want hun prioriteiten liggen vooral bij de financiële crisis of de politieke onzekerheid.
Zou MVO toch integraal deel uitmaken van de bedrijfsstrategie? Is MVO slechts iets voor managers? Kan MVO bijvoorbeeld ook tot de sociale economie bijdragen?
Naar verluidt zouden vanaf 2015 MVO clausules in alle overheidsaanbestedingen moeten worden opgenomen.
De ondernemingen die zich hierop voorbereiden, verkrijgen natuurlijk een voorsprong.
Begin eraan, met BECI!
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
26
Het QUADRANT project, dat de steun van de POD Sociale Economie geniet, is aan zijn vijfde editie toe. Jaar na jaar wordt het beter onthaald door bedrijven die zich bekommeren om de impact van hun activiteit op de natuurlijke omgeving en op de samenleving. Rekening houden met duurzame ontwikkeling of met welzijn op het werk, met behoud van de rentabiliteit, doet men niet toevallig.
Nu, vele ondernemingen doen aan MVO zonder het echt te beseffen, dankzij ‘verantwoorde’ gedragingen die niet noodzakelijk duidelijk zijn uitgestippeld. Wat schuilt er in feite achter het letterwoord MVO? Wat hoort bij maatschappelijke verantwoordelijkheid, en wat niet? Wat zijn de normen? Bestaan er maatstaven om zichzelf te evalueren? Vergt dit aanzienlijke investeringen? Of nog: kan deze aanpak winstgevend zijn? Zijn KMO’s hier ook bij betrokken of blijft MVO aan grote bedrijven voorbehouden? Aan dit type vragen levert het nieuwe QUADRANT leertraject de nodige antwoorden, zonder clichés. De kennis van zaken van onze coach begeleidt de KMO’s doorheen hun
duurzaamheidsanalyse en de ontwikkeling van een eerste actieplan.
Wat leert u met QUADRANT? ◗ U maakt kennis met MVO en verricht uw eigen duurzaamheidsanalyse. ◗ U organiseert een eerste raadpleging van alle betrokken spelers. ◗ U leert hoe u met uw eigen werknemers en met externe spelers over MVO communiceert. ◗ U ontdekt waar en hoe u met de organen van de sociale economie kunt samenwerken. ◗ U bereidt uw eigen MVO actieplan voor, ten behoeve van uw organisatie.
Uw coach: NATACHA DEFECHE begeleidt organisaties naar meer duurzaamheid. Als MVO opleidster heeft zij onder andere het project ‘Start-to-MVO’ van de Vlaamse regering uitgewerkt. Zij specialiseerde zich in communicatietechnieken en marketing. Verder getuigt zij van een diepgaande ervaring met projectbeheer, zowel in de overheidssector (FOD Buitenlandse Zaken) als in de privé (Bain & Company, Edana). Zij is licentiaat in politieke en sociale wetenschappen (UCL).
Praktisch
De vergaderingen in 2013-2014: de dinsdagen 8 oktober en 26 november 2013, en de dinsdagen 21 januari, 25 februari, 1 april en 6 mei 2014
De totale kost van het leerproces bedraagt 453,75 € (incl. BTW) voor de leden van BECI en 605€ (incl. BTW) voor nietleden. In de prijs inbegrepen:
vijf sessies van een halve dag met ontbijt, een halve dag individuele begeleiding, een eindevenement, de documentatie en het diploma op het einde van de leergang. Voor informatie en/of inschrijving contacteert u mevrouw Brigitte van der Mensbrugghe: 02 643 78 30 of
[email protected]
Een netwerk georganiseerd in het raam van het Belgisch federaal MVO actieplan van 25 oktober 2006, met de steun van
Beci gen wel kan zijn. Bepaalde privé partners ondersteunen ons al in onze taak maar we moeten nog enkele andere overtuigen om onze missie op lange termijn te verzekeren en onze aanpak te versterken.” “Onze actie ligt volledig in lijn met de logica van wat de Brusselse regering verwacht”, zegt Olivier Willocx, afgevaardigd bestuurder van BECI. “Het voornaamste voordeel van stages is dat de jongeren hiermee vooruitgang boeken en de bedrijfswereld aanleren. Tegelijk versterken we de band tussen ondernemerschap, onderwijs en opleiding. De stages moeten professioneler worden om te vermijden dat stagiairs toevallig in een of ander bedrijf belanden. Het is de bedoeling dat stages
beroepsuitzichten openen. Dit partnerschap moet daartoe bijdragen.”
Duidelijker, intuïtiever, krachtiger
Het nieuwe platform is duidelijker ontworpen en werkt intuïtiever, waardoor kandidaten binnen een breder aanbod nauwkeuriger zoekwerk kunnen verrichten. Inschrijving en de verschijning van aanbiedingen verlopen sneller en gemakkelijker. De database van de kandidaten wordt wekelijks bijgewerkt. Het platform is bovendien rechtstreeks verbonden met de meest bekende sociale media, voortaan een van de voornaamste kanalen in rekrutering. Hierdoor ontstaat een betere verspreiding
van de stageaanbiedingen, zowel naar de kandidaten als naar de scholen toe, en een betere SEO-score op zoekmachines. MijnStage.be wordt bovendien drietalig: bij het Nederlands en het Frans voegt zich nu het Engels, dat in een internationale context steeds aan belang wint. “Buitenlandse studenten vertonen hoe langer hoe meer belangstelling voor Brussel als zetel van de Europese instellingen.” Het nieuwe platform is operationeel sinds de aanvang van het schooljaar en voor iedereen toegankelijk.
Emmanuel Robert
Hoe werkt MijnStage.be?
Bernard Vromman (Institut Saint-Joseph – technisch onderwijs) Jaarlijks stuurt het Institut Saint-Joseph ruim 100 leerlingen op stage in ondernemingen, voornamelijk in de automobielsector of in de specialiteit industrieel onderhoud. “Stage lopen is van essentieel belang”, stelt Bernard Vromman. “Een kwalificerende opleiding zonder stage vind ik gewoon ondenkbaar. De stage confronteert de leerlingen met situaties op het terrein en zij winnen meteen aan maturiteit. Ze beseffen het belang van hun studierichting. Velen snappen dan plots waar het om gaat en hun resultaten stijgen.”
Meestal krijgen stagiairs een vrij goed onthaal, vindt de heer Vromman, maar plaatsen blijven schaars. “De leerlingen moeten zelf hun stage vinden. Dit zoekwerk maakt deel uit van de opleiding. Sommigen ervaren moeilijkheden met de manier waarop ze zich voorstellen of bij het schrijven van een motivatiebrief. Enerzijds beseffen sommige leerlingen niet voldoende dat ze hier het initiatief moeten nemen. Anderzijds staan ondernemers onder druk in deze crisistijd. Een stagiair onthalen is voor hen niet altijd gemakkelijk. Dit vergt tijd en vereist heel wat formaliteiten.”
Marc Vandeur (Tewerkstellingscel van de ULB) “Het stage-aanbod zal waarschijnlijk nooit toereikend zijn – en zeker nooit overvloedig. Nu, hoe meer mogelijkheden er bestaan, hoe vlotter de studenten een stage vinden die met hun opleiding overeenstemt. Dit is belangrijk, want zo zien ze beter in waar ze naartoe willen en hoe ze de verschillende stappen moeten voorbereiden. Of het nu om een stage gaat, een studentenjob of een eerste baan, de logica en de methodologie blijven dezelfde.” Marc Vandeur onderstreept de essentiële rol van de stagemeester als tussenpersoon, met aan de ene kant de academische
wereld en aan de andere, het bedrijfsleven. “De stagemeester is de enige persoon die een realistisch en actueel zicht heeft op het beroepsleven en tegelijk in contact staat met studenten die binnenkort zullen afstuderen.” Op 8 oktober organiseert de ULB zijn ‘eerste job’-forum. Sinds verleden jaar komt daar ook informatie over stages aan bod. “MijnStage.be heeft twee jaar geleden aan dit forum deelgenomen en een workshop georganiseerd. Daar zijn toen heel wat studenten op afgekomen.”
27 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
◗ De werkgever publiceert kosteloos een of meerdere stageaanbiedingen en voorziet matchingcriteria volgens het gezochte profiel (studieniveau en -richting, statuut en periode waarin de kandidaat beschikbaar moet zijn). ◗ Zodra het aanbod verschijnt, wordt het enerzijds aan kandidaten gestuurd die aan de criteria beantwoorden, en anderzijds aan de personen die met stages zijn belast binnen de betrokken onderwijsinstellingen, zodat de informatie naar de studenten doorstroomt. ◗ De kandidaat kan van zijn kant zoekcriteria bepalen (activiteitsector, regio, dienst waarin hij graag zou stage lopen), de op de website aanwezige aanbiedingen raadplegen en per e-mail op de hoogte worden gebracht van stages die aan zijn verwachtingen beantwoorden. Als het stageproject overeenstemt met de wensen van de student, kan deze zich via het platform kandidaat stellen. ◗ De onderneming ontvangt nadien per e-mail het volledige profiel van de kandidaat en kan hem contacteren. Werkgevers kunnen ook in de kandidatendatabank opzoekingen verrichten of de relevante kandidaten rechtstreeks contacteren wanneer een nieuwe stagemogelijkheid in het bedrijf opduikt.
Beci Frédéric Beaupère (ISFSC Hogeschool) “De verstandhouding met de werkgevers verloopt meestal schitterend. Ze beschouwen de studenten als medewerkers van de onderneming en nemen deel aan hun praktijkopleiding – een win-winaanpak, dus! Werkgevers zijn essentiële partners en wij, als opleiders, luisteren graag naar hen. De school heeft ondertussen zijn pedagogische opvolging versterkt en professioneler aangepakt. Wij brengen systematisch een bezoek tijdens de stage om na te gaan of de overeenkomst wordt gerespecteerd en de stage voor beide partijen in de best mogelijke omstandigheden verloopt. We beschikken over een team van 15 leraren (die zelf in
verscheidene sectoren beroepsmatig actief zijn) om het geleverde werk te begeleiden, te volgen en te evalueren. De student wordt niet aan zijn lot overgelaten. De pedagogische opvolging begint veel vroeger dan de stage zelf en wordt afgerond met een evaluatie van de beroepsactiviteit.” Wat kunnen de bedrijven nog verbeteren? “Er zeker niet voor terugschrikken stagiairs in dienst te nemen. Deze investering kan lonend zijn. De stagiair brengt een nieuwe kijk op bestaande werkmethodes en komt soms met vernieuwende ideeën op de proppen. Als menselijke beleving is dit vaak leerrijk en interessant.”
Henriette Tounkara (MIVB – Human Resources)
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
28
Een stage bij de MIVB kan op een werHet partnerschap met scholen heeft de kelijk arbeidscontract uitmonden, aldus kwaliteit van de stages verbeterd. “De Henriette Tounkara: “Laatstejaarsstudenopleiders krijgen de gelegenheid om onze ten die zich als stagiair onderscheiden, werkplaatsen te bezoeken. Ze weten waar ze hun leerlingen naartoe sturen en welke belanden meteen in een selectieproces. Velen worden geroepen: op het honderdtechnieken ter plaatse worden toegepast. Op tal stagiairs dat wij jaarlijks in technische die manier worden stages beter op de leerlinspecialisaties onthalen (elektromechanica, gen afgestemd. De partnerschappen reiken mechanica of elektriciteit), worden drieechter verder: opleiders en technici ontmoekwart door hun stagemeester voor rekruten elkaar, de Job Days openen deuren enz. tering aanbevolen. Volgens onze gegevens Momenteel werkt een volledige klas van Henriette Tounkara worden iets minder dan 10% uiteindelijk Don Bosco aan de heropbouw van een TN6 (MIVB): “Laatstejaarsstudenten die zich als aangeworven.” stagiair onderscheiden, belanden meteen in een bus van de jaren 30 voor het Trammuseum. Dit succes heeft niets aan toeval te danselectieproces.” Alle vaardigheden komen aan bod: schrijnwerkerij voor het geraamte, elektriciteit en ken: sinds meerdere jaren ontwikkelt de plaatwerkerij.” MIVB een programma om technisch talent aan te trekken en te houden. Een belangrijk luik hiervan bestaat uit een partnerschap met scholen – en de alom belangrijke stages. “Wij hebben Honderden aanvragen per jaar: MIVB stages zijn fel begeerd. ons stagebeleid rond drie doelstellingen herzien: rekrutering “Wij kunnen echter niet veel meer stagiairs aanvaarden als we de voor beroepen waar we met een tekort aan personeel zitten, het kwaliteit van het onthaal en van de relatie met de stagemeesters imago van de onderneming en de sensibilisering van zowel de op peil willen houden.” Wat kan hier nog worden verbeterd? “Het zou goed zijn dat er op wettelijk vlak een zekere harmonileerlingen als hun ouders voor de brede waaier aan technische beroepen die bij ons aanwezig is. Het is ook de bedoeling bruggen sering van de stagemodaliteiten komt, want die wisselen veel te bouwen tussen onderwijs en onderneming.” van school tot school.”
Jacques Spelkens (GDF Suez Belgium – Manager Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) “Het onthaal van stagiairs draagt aanzienhangt af van hun wil om de stage al dan lijk bij tot de ontwikkeling van onze relaties niet als een leerproces te beschouwen, van de met universiteiten en hogescholen. Hiermee kwaliteit van de begeleiding en van de inzet kunnen wij ook vroegtijdig talenten opspovan de stagemeester. In 80% van de gevallen ren en verbeteren we ons imago als solidair wordt het een zeer leerrijke ervaring tussen bedrijf dat voor de wereld openstaat en het generaties.” Gemiddeld één stagiair op tien maatschappelijk verantwoord ondernemen wordt daarna aangeworven. concreet toepast. In mijn MVO afdeling in Jacques Spelkens (GDF Suez): “In 80% van de gevallen wordt het een zeer leerrijke ervaring Jacques Spelkens vindt dat de stages sinds België ontvang ik gemiddeld 10 stagiairs per tussen generaties.” jaar. Het zijn meestal studenten in business kort meer ‘projectgericht’ worden. “De unimanagement, interculturele management, human resources en versiteiten volgen die zaken ook professioneler op.” Wat nog communicatiewetenschappen. Ik wil die mensen correct begebeter kan? “De voorbereiding van de stagiair nog vóór de stage leiden. Het is daarom moeilijk nog meer stagiairs te onthalen.” begint, o.a. wat zijn gedrag in een bedrijfsomgeving betreft.” Hoe vlot integreren stagiairs zich in de onderneming? “Veel
Ons beroep?
U helpen bij de uitvoering van het uwe! Uw business ontwikkelen? Richt uw onderneming op, begrijp de fiscale, sociale en handelswetgeving, verken de internationale markt en verbeter dankzij de diensten van Beci!
Nieuwe klanten vinden? Events, clubs, lunchbijeenkomsten, business meetings, ondernemingslijsten en publicaties van Beci: breid uw contacten uit en maak uzelf bekend!
Beci
De sleutel voor uw succes Uw belangen laten verdedigen? Beci vertegenwoordigt de Brusselse ondernemingen bij de lokale, federale en internationale autoriteiten en in sectorcommissies.
Word lid www.beci.be
pub BECI juin.indd 2
Administratieve rompslomp? Ondernemingsloket, btw, publicatie in het Staatsblad, neerlegging jaarrekeningen, registratie van huurovereenkomsten, vzw-formaliteiten, oorsprongcertificaten, ATA-boekjes, visa van facturen: Beci voert al deze taken voor u uit!
9/07/08 12:33:06
groen dossier Duurzame ontwikkeling
Duurzaamheid doorheen de jaren
Zowel in politieke als in economische kringen maakt het begrip duurzame ontwikkeling voortaan deel uit
van de dagelijkse woordenschat. In de huidige context, waar de financiële crisis gepaard gaat met steeds zeldzamer hulpbronnen, energieprijzen die alsmaar stijgen en een strengere milieuwetgeving, is duurzame
ontwikkeling veel meer dan een voorbijgaand modeverschijnsel. Duurzaamheid is een fundamentele evolutie die geleidelijk alle sectoren van de economie en van de menselijke gemeenschap inpalmt en die de
productie- en consumptiepatronen drastisch gaat wijzigen. Deze vorm van ontwikkeling opent bovendien fantastische economische uitzichten, die wij zeker moeten begrijpen en gebruiken om ons concurrentievermogen en onze voorsprong te vrijwaren.
D
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
30
e eerste uitingen van milieubewustzijn en de prille reglementeringen op dat gebied verschijnen in de jaren 70, wanneer de mens zich voor het eerst realiseert dat hij een impact op de natuur heeft. In die tijd leven de ondernemingen gewoon de beginnende wetgeving na om hier en daar vuurtjes te blussen. Het begrip ‘duurzame ontwikkeling’, met zijn economische, sociale en milieugebonden aspecten, wordt dan geboren. Het wordt in die tijd namelijk duidelijk dat milieucrises ook op financieel en menselijk vlak zware gevolgen kunnen hebben. De meest gangbare definitie van duurzame ontwikkeling staat in een verslag van de Verenigde Naties dat in 1987 door de Wereldcommissie voor Milieu werd opgesteld: "Duurzame ontwikkeling is de ontwikkeling die beantwoordt aan de behoeften van vandaag zonder de mogelijkheden van toekomstige generaties om aan hun eigen behoeften te voldoen, in het gedrang te brengen". Het is echter pas in 1992, tijdens de Conferentie van de Verenigde Naties rond milieu en ontwikkeling, gehouden te Rio en beter bekend onder de naam “Earth Summit”, dat duurzaamheid een van de topprioriteiten van de overheden en de privé-
Gunter Pauli, de gastspreker van het BECI Annual Event op 9 oktober
sector is geworden. De nieuwe aanpak die sindsdien wordt toegepast, zorgt ervoor dat milieubehoud integraal deel uitmaakt van de economische en sociale ontwikkeling. Er wordt dus nagedacht door wereldwijde overheden, wetenschapslieden en NGO's, maar ook in de bedrijfswereld. Na het louter naleven van de wetgeving in de jaren 70 (eerste school), ziet men in de jaren 80 een geleidelijke overgang naar een beleid dat vervuiling wil voorkomen (tweede school). In de jaren 90 ontstaat met de derde school het begrip ‘eco-efficiëntie’, die verwijst naar de waarde die per gebruikte hulpbroneenheid wordt geproduceerd. Hier volstaat het niet meer de vervuiling te vermijden, maar de algemene impact van de menselijke activiteiten op het milieu te beperken via een vermindering van de gebruikte grondstoffen, met inbegrip van energie, en een beter afvalbeleid. Dit gebeurt veelal aan de hand van een
analyse van de levenscyclus van de producten. In deze context ontwikkelen zich geïntegreerde managementsystemen en ontstaat de notie van sociale verantwoordelijkheid van de bedrijven. Dit effent de weg voor de vierde school, die van de duurzame ontwikkeling, waarbij de economische, sociale en milieugebonden dimensies niet langer gescheiden zijn maar deel uitmaken van een globale visie die de ganse strategie van de onderneming ondersteunt. Vandaag zijn thema's als het milieu en de maatschappelijke verantwoordelijkheid alledaagse begrippen geworden en onontkoombare onderwerpen voor de meeste bedrijven. Steeds talrijkere ondernemingen voeren maatregelen in om hun prestaties op dit vlak te verbeteren, hoewel het milieubeleid nog te vaak als een verplichting wordt ervaren en niet zozeer als een mogelijkheid om zich ten opzichte van de concurrentie te ontwikkelen
Laat Recupel uw oude elektro-apparaten gratis ophalen
Kijk eens rond in uw onderneming. Wedden dat er ergens nog oude elektro-apparaten staan te verkommeren? Computers, printers, kopieerapparaten ... laat ze nu gratis ophalen en recycleren via www.recupel.be/gratisophaling. Op die site ziet u meteen hoe eenvoudig de procedure is. Bovendien bent u met Recupel zeker dat alles correct verloopt. Recupel werkt enkel met geregistreerde inzamelaars en vergunde verwerkers die de afvalwetgeving nauwgezet volgen. Zo komt uw elektro-afval niet in ons leefmilieu terecht en hebt u weer plaats in uw bedrijf.
www.recupel.be/gratisophaling Nog vragen? Mail naar:
[email protected]
groen dossier en te onderscheiden. Stilaan veranderen de mentaliteiten en winnen concepten als de blauwe economie of ecodesign aan populariteit. De blauwe economie werd als begrip door de Belg Gunter Pauli gelanceerd en beoogt een verzoening tussen ondernemerschap en duurzaamheid, via projecten die een antwoord bieden op specifieke milieuproblemen en toch financieel en sociaal haalbaar en winstgevend zijn. Een concreet voorbeeld hiervan is de recycling van koffiedik en zijn gebruik voor de teelt van champignons. Ecodesign wil het ontwerp van producten aanpassen om ze volledig voor recycling vatbaar te maken. Het levenseinde van het product wordt vanaf de eerste stap in overweging genomen zodat alle grondstoffen gemakkelijk herbruikbaar zijn en geen enkel gevaar inhouden voor de mens en zijn omgeving.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
32
Deze twee innoverende begrippen pleiten dus voor de ontwikkeling van totaal nieuwe oplossingen voor de huidige problemen. Ze vertrekken bovendien van een globaal denkproces waarbij de drie aspecten van duurzame ontwikkeling (economie, maatschappij en milieu) niet meer apart maar samen worden benaderd, conform de filosofie van duurzaamheid. Een eenvoudig en concreet voorbeeld: beide aanpakken beschouwen afval als een secundaire hulpbron die moet worden gevaloriseerd en zeker niet meer naar de stortplaats mag
Gro Harlem Brundtland (links), voormalige voorzitster van de Wereldcommissie voor Milieu, die in 1987 het verslag ‘Our Common Future’ overhandigde. Ze is hier op de Rio+20 top van 2012, naast de Chileense presidente Michelle Bachelet.
worden overgebracht. De invoering van een plan ter preventie van afval en voor het efficiënt beheer ervan is trouwens vaak de eerste stap in de richting van een milieuvriendelijk denkproces in ondernemersverband. Een dergelijk plan is minder ingewikkeld dan andere maatregelen en wanneer het correct wordt uitgevoerd, leidt het tot concrete positieve resultaten die de onderneming verder op de weg naar duurzame ontwikkeling leiden. Het is weliswaar niet gemakkelijk deze notie in het
strategisch beleid van een onderneming te integreren. Het is een werk van lange adem dat een langetermijnvisie vereist en de actieve medewerking van gans het personeel. Deze innoverende strategie kan het bedrijf een onmiskenbaar concurrentievoordeel geven, door meer betrokkenheid bijdragen tot een hechter en beter gemotiveerd personeel, en ten slotte het imago verbeteren. Laura Rebreanu
Nieuwe uitzichten voor bedrijven dankzij een beter afvalbeleid Afval sorteren is rendabel
Geruime tijd al sorteren de Belgische gezinnen hun afval. Voortaan zijn ook de bedrijven daartoe wettelijk verplicht. Vaak wordt dit ervaren als een zoveelste verplichting. Nochtans ◗ kost de inzameling van gesorteerd afval minder dan de ophaal van ‘restafval’; ◗ hebben bepaalde afvalstromen een werkelijke commerciële waarde. Voor zover dit afval aan de bron correct is gesorteerd en van het andere bedrijfsafval werd gescheiden, kan het worden verkocht of ten minste gratis worden opgehaald;
◗ geeft de sortering van industrieel verpakkingsafval (paletten, kartonnen dozen, verpakkingsplastic e.d.) u het recht op Val-i-pac premies. De stappen om hiervan te genieten, zijn eenvoudig en 80% van de ondernemingen die zulke premies ontvangen zijn KMO’s.
Minder afval betekent minder kosten
De kost van afvalbeheer beperkt zich niet tot de factuur van de ophaler/ vervoerder van het afval. U dient ook rekening te houden met de productiekost en de kost van het interne beheer. Een efficiënt beleidsplan, met inbegrip van een afvalpreventiestrategie, drukt
het geheel van deze kosten. Meer suggesties wat dit betreft vindt u in de tool box van de www.brusselswastenetwork. eu website.
De troeven qua imago, zichtbaarheid en interne samenhang
Mensen rond gemeenschappelijke waarden samenbrengen dankzij een afvalbeleidsplan is goed voor de teamspirit. Werknemers waarderen meestal de inspanningen van hun werkgever op het gebied van duurzaam ondernemen, in welke richting ook. Bovendien vaart het imago van het bedrijf er wel bij. Géraldine Verwilghen
Sorteer… en betaal minder voor uw bedrijfsverpakkingsafval! Plastic, kartonnen dozen, houten paletten, ... uw verpakkingsafval sorteren kost misschien wat moeite, maar weet u dat u kunt genieten van premies die uw inspanningen belonen en het grootste deel van uw kosten dekken?
deze bedrijven stimuleren om hun verpakkingsafval selectief in te zamelen. Het startforfait is een extra eenmalige premie van 100 € en komt bovenop het containerforfait.
Is dit van toepassing op uw bedrijf?
Wil u weten of uw bedrijf ook recht heeft op de VAL-I-PAC premies? Neem dan een kijkje op www.valipac.be of vraag uw gratis folder aan via
[email protected] (referentie ED0913). VAL-I-PAC Koningin Astridlaan 59 b11 1780 Wemmel Tel. 02 456 83 10
[email protected] www.valipac.be
Correct sorteren loont
Sinds ‘98 is elk bedrijf dat verpakte goederen op de Belgische markt brengt wettelijk verplicht haar bedrijfsmatig verpakkingsafval te laten recycleren. Dit om de hoeveelheid verpakkingsafval te beperken en de recyclage te stimuleren. In de praktijk is dit echter veel complexer. VAL-I-PAC zorgt er voor dat deze bedrijven voldoen aan de regels van de wet. We verzamelen in naam van onze klanten de bewijzen van recyclage en nuttige toepassing en maken deze informatie over aan de Interregionale Verpakkingscommissie. Daarbovenop bieden we financiële steun aan bedrijven die hun verpakkingsafval selectief inzamelen en laten ophalen om vervolgens gerecycleerd te worden.
Wat brengt dat op?
We onderscheiden twee soorten premies. Het “recyclageforfait” stimuleert de recyclage van 2 materialen in het bijzonder: kunststof en verpakkingshout. Het “containerforfait” is een vast bedrag als tussenkomst in de huurkost van containers die u laat plaatsen om uw afval te kunnen sorteren.
Nu ook een premie voor starters!
Weet u dat u een premie tot 200 € kan ontvangen voor het sorteren van uw verpakkingsafval papier/karton? Zoals bij vele aspecten rond milieubeheer, is vaak de mentaliteitsverandering belangrijk. Daarom heeft VAL-I-PAC het “startforfait” gelanceerd. De bedoeling is om het afvalbeheer binnen zoveel mogelijk KMO’s te verbeteren. VAL-I-PAC wil
groen dossier Duurzaam ondernemen
Recordwinst voor Siemens groene technologieën in 2012 33 miljard euro: dit is de omzet die Siemens tijdens het boekjaar 2012 met zijn groene technologieën verwezenlijkte. Een nieuw record maar geen verrassing voor deze internationale groep die er al lang van overtuigd
is dat de toekomst in ‘clean business’ zit, een bedrijfsvoering die tegelijk de “3 P’s” (Planet, People en Profit) combineert. Deze strategie werpt vandaag zijn vruchten af en bewijst dat de markt van de groene tech-
nologieën heel wat aantrekkelijke perspectieven in petto heeft. Wij bespreken deze successtory met André Bouffioux, CEO van Siemens België-Luxemburg.
“I Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
34
won’t sell the future for short-term gestegen tot 33 miljard euro, een nieuwe record profit”, zei, meer dan 150 jaar geleden, voor de groep. Onze milieubewuste producten Werner Von Siemens, waaruit blijkt en oplossingen hebben onze klanten geholpen dat de oprichter Siemens toen al een duidehun CO2 uitstoot wereldwijd met 332 miljoen lijk beeld had van duurzaam ondernemen: de ton te verminderen, wat overeenstemt met lange-termijnbedrijfsvisie krijgt voorrang op de jaarlijkse uitstoot van Berlijn, New Delhi, kortstondige winst. Deze strategie volgen de Istanbul, Hong Kong, Londen, New York, Sinhuidige leiders van de groep sinds de prille jagapore en Tokyo. Siemens is bijzonder actief in ren 2000. Sindsdien is de groep doorgegroeid de verbetering van energetische efficiëntie. Wij tot een technologische leider die met 370.000 André Bouffioux: “Siemens besliste op dekken de ganse energieketen: energieproduinnoverende markten en activiteiten te cerende systemen, elektriciteitscentrales met medewerkers in 190 landen 78,5 miljard euro focussen die op lange termijn voor groei een gecombineerde cyclus, windmolenparken, omzet haalt. “In het begin van de 21e eeuw luidzouden zorgen.” den de eerste grootschalige alarmkreten over technologieën voor het transport van elektride opwarming van de aarde. Wij hebben toen beslist dat de groep citeit, distributiesystemen, energiebesparende oplossingen voor de radicaal van koers moest veranderen”, vertelt André Bouffioux, CEO consument en de industrie, stedelijke toepassingen en transport. van Siemens België-Luxemburg. “De klimatologische veranderinZulke toekomstgerichte oplossingen omvatten eveneens het intelgen verplichtten ons toen – en vandaag nog steeds – alternatieve ligent beheer van energiestromen via elektriciteitsnetwerken en technieken en groene oplossingen uit te werken voor de industrie, systemen die de energetische efficiëntie van gebouwen verbeteren.” het transport, de energiesector en de gezondheidszorg. Siemens beOplossingen voor steden sliste toen op innoverende markten en activiteiten te focussen die op lange termijn voor groei zouden zorgen. De groep is zich dus gaan Naast deze producten en oplossingen ontwikkelt Siemens veilige uitbreiden en heeft voor meer dan 20 miljard euro ondernemingen infrastructuren en intelligente oplossingen waarmee steden een overgenomen die zich toespitsen op onderzoek en ontwikkeling van beter milieubeleid kunnen voeren en meer duurzaamheid kunnen nieuwe technologieën. Vandaag werken 27.800 vorsers en ontwiknastreven. Behalve de verschijning van zijn ‘Green City Index’ (zie kelaars aan nieuwe oplossingen, in de 160 onderzoekscentra die onze kader), biedt de groep talrijke producten om het wegennetwerk, groep in de wereld rijk is. Tegenover de megatrends van de wereld de spoorweginfrastructuur en de waterwegen te beheren en te beveiligen. Siemens bouwt onder andere automatische treinen (die in de nabije toekomst – zoals de demografische groei, de veranderingen van het klimaat, de versnelling van de verstedelijking en sinds november 2011 op lijn 1 van de Parijse metro rijden) en draagt de vooruitgang van de mondialisering – biedt onze groep concrete bij tot de bouw van hybride vrachtwagens met de levering van vrachtwagenaandrijvingen voor Colruyt en een vuilniswagen voor antwoorden. Het aantal uitvindingen van Siemens per R&D medeVan Gansewinkel. Het bedrijf ontwikkelt elektrische voertuigen sawerker is trouwens sinds 2001 verdubbeld. Als gevolg staan wij voor de eerste keer in onze geschiedenis bovenaan de rangschikking in men met Volvo, bussen die op waterstof rijden (al 88 voertuigen op de statistieken van het Europees Octrooibureau, met een totaal van de Belgische wegen), treinen voor het Brusselse GEN (dat normaal 2135 ingediende aanvragen.” in 2022 operationeel zou moeten worden), enz. “Deze oplossingen getuigen van onze wil om minder maar efficiënter te produceren”, Groene technologieën goed voor de omzet aldus André Bouffioux. “Zoals bij de klimaatverandering, is het hoog Een ander gevolg van deze radicale koersverandering is dat de omzet tijd om op te treden: de stedelijke bevolking op aarde stijgt met twee van Siemens, na een lichte daling tussen de jaren 2002 en 2010, bewoners per seconde. In 2050 zullen de stedelingen even talrijk zijn opnieuw fors is gestegen, voornamelijk dankzij de groene technoals de ganse wereldbevolking vandaag. Er zullen dan meer dan 9 logieën, die sinds 2008 aanzienlijk bijdragen tot de groei van de miljard mensen op aarde zijn. Het verzadigingspunt is in zicht want groep en vandaag 42% van de algemene omzet voor hun rekening nu al verbruikt de wereldbevolking de natuurlijke hulpbronnen 50% nemen. “De markt van de groene technologieën biedt vandaag aansneller dan de tijd die de planeet nodig heeft om ze te hernieuwen.” trekkelijke zakelijke perspectieven”, bevestigt Bouffioux. “Voor het Hadrien Bonney boekjaar 2012 alleen is onze omzet in milieu-oplossingen met 10%
groen dossier Het Volt-Airproject
Het wagenpark van de toekomst
‘V
Officiële levering van de eerste elektrische Volvo C30, die voor de vloot van Siemens België is bestemd.
energie produceren om 4 miljoen kilometers af te leggen. De grote nieuwigheid van dit project is dat “ons intelligent energienetwerk de productie en het verbruik van energie met elkaar laat communiceren”, zegt André Bouffioux. “Met dit concept wordt de zonne-energie optimaal benut: de accu van de elektrische wagen kan de overtollige
energie opslaan in afwachting van een minder zonnige periode of van stille wind. Op die manier gaat niets verloren. Het is natuurlijk de bedoeling vraag en aanbod op elkaar af te stemmen en onze klanten een volledige energetische en e-mobiliteitsoplossing aan te bieden die zowel operationeel als financieel haar degelijkheid heeft bewezen.”
Brussels Green City Index 2013: de evolutie van de milieuprestaties van Brussel tussen 2009 en 2013
Hoe groen zijn de Europese steden?
I
n 2009 vertrouwde Siemens aan de 'Economist Intelligence Unit, een onafhankelijk orgaan, de voorbereiding van een lijst van de groene steden in Europa (EGCI - European Green City Index) om de impact van 30 grote Europese steden op het milieu te meten. Elke stad kreeg een score toegekend voor haar duurzame ontwikkeling aan de hand van aparte indicatoren (acht categorieën: CO2 uitstoot, energie, gebouwen, transport, water, luchtkwaliteit, afval, ruimtelijke ordening en milieubeleid). Het was de bedoeling de steden een beter inzicht te geven in hun milieuprestaties zodat zij beter zouden kunnen bijdragen tot oplossingen voor de klimaatverandering en andere milieuproblemen. Siemens besliste in 2013 een gelijkaardige studie te voeren voor Brussel om
duidelijkheid te scheppen in de vooruitgang die sinds 2009 is geboekt – en in de domeinen die steeds voor verbetering vatbaar zijn. De hoofdstad van Europa scoorde bijzonder goed: volgens de index van de Europese steden in 2013 zou Brussel van de negende naar de derde plaats verhuizen, net na Kopenhagen en Stockholm. De stad heeft haar tekortkomingen van 2009 weggewerkt. In nagenoeg alle milieugebonden categorieën boekte het beleid vooruitgang en bovendien zijn zowel communicatie als controle verbeterd. De Economist Intelligence Unit wijst er echter op dat “de vooruitgang van de stad in de Green City Index ook gedeeltelijk te danken is aan het feit dat de andere steden nog steeds volgens de criteria van 2009 worden geëvalueerd. Brussel is de enige stad die voor haar evaluatie van
de gegevens van 2013 gebruik heeft kunnen maken.” De index van de groene steden in Europa is de derde studie die Siemens over duurzame stedelijke infrastructuren publiceert, na de verslagen over duurzame ontwikkeling in Londen en München. “Met deze studie onderstrepen we eens te meer onze wil om de steden te helpen in hun strijd tegen de klimaatverandering”, verklaart André Bouffioux, CEO van Siemens. “De steden spelen hierin een belangrijke rol: zij produceren 80% van de uitstoot met broeikaseffect en vertegenwoordigen vandaag meer dan de helft van de menselijke bevolking op aarde. Siemens is dus, dankzij zijn milieuvriendelijk portfolio, de ideale partner voor de uitwerking van ecologische en klimatologische infrastructuuroplossingen.”
35 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
olt-Air’ is een pilootproject waarmee Siemens elektrische voertuigen tracht te integreren in de vloten van bedrijven – en deze laatste in het micro netwerk van ondernemingen. Het Volt-Air platform bestaat uit drie ‘laboratoria’ die onderling zijn verbonden met een dataplatform dat voor de uitwisseling van gegevens instaat. Het ‘microgrid lab’ op de Siemens site in Huizingen maakt daar deel van uit, samen met het ‘EV lab’ van Volvo Cars in Gent en het ‘service lab’ in Kortrijk. Op de site van Siemens ontvangt een intelligent energienetwerk (het zgn. mini smart grid’ of ‘micro grid’) de hernieuwbare energie van nagenoeg 10 000 m² zonnepanelen die jaarlijks 400 MWh produceren. Deze energie dient onder andere om de accu’s van 10 elektrische voertuigen te laden waarmee de werknemers in de week hun beroepsverplaatsingen kunnen doen en zich tijdens het weekend ook privé kunnen verplaatsen. Aan autonomie zullen ze niet tekort hebben, aangezien de zonnepanelen voldoende
TOONAANGEVEND SPECIALIST IN INFORMATIEBEHEER
Merak is dé uitgesproken specialist in professioneel archiefbeheer. Het bedrijf bewaart in zijn verschillende vestigingen miljoenen papieren documenten. Elektronische gegevensopslag maakt ook deel uit van het dienstenpakket. Bij Merak kunnen ondernemingen en instellingen hun magnetische en optische dragers zoals tapes, hard disks, etc. veilig laten opbergen. Binnen datzelfde dienstenpakket kunnen farmabedrijven er zelfs hun laboreferentiemateriaal in bewaring geven.
Bedrijven die hun archiefbeheer daadwerkelijk willen uitbesteden, worden door de specialisten van Merak professioneel begeleid op het hele traject naar een optimaal veilige opslag binnen de systemen van het bedrijf. Elke stap wordt zorgvuldig uitgetekend en in een breder kader gezet. Opmerkelijk is nog dat de kwaliteit van de Merak diensten en de continuïteit van de systemen gecertificeerd zijn volgens ISO 9001 en ISO/IEC 27001.
OPTIES Eerst wordt een volledige analyse opgemaakt van de situatie. Archivering is immers maatwerk dat volledig afgesteld is op de aard en noden van de klant. Planning is daarbij essentieel. De budgettering van de kosten zit mee in de voorbereiding van het project. De specialisten van Merak brengen alle gegevens vakkundig bijeen zodat de klanten zelf kunnen beslissen welke opties ze nemen.
AANLEVERING PAPIEREN DOCUMENTEN De aanlevering van papieren documenten kan projectmatig gebeuren. Eenmaal een project afgerond is kunnen de documenten veilig opgeborgen worden. De koeriers van Merak komen de dossiers ophalen bij de bedrijven. De klanten kunnen er evenwel ook voor kiezen om hun papieren archiefmateriaal zélf naar een van de vestigingen van Merak te brengen. De timing van de overbrenging is helemaal facultatief. Wie ervoor kiest mag de gegevens zelfs op dagbasis overbrengen. Of wekelijks. De papieren documenten worden in de opslagzone verpakt in anonieme dozen met een streepjescode. Enkel de computer zal ze snel terugvinden.
PAPIEREN DOCUMENTEN NA SCANNING Eenmaal alle gegevens gescand zijn worden de papieren documenten vernietigd. Tenzij de klant ervoor kiest om ze hoe dan ook te bewaren. Ze worden dan door de koeriers van Merak teruggebracht. Anderen geven er de voorkeur aan om ze bij Merak te bewaren volgens eerder overeengekomen veiligheidsnormen.
OPLEVERING VAN DIGITALE DOCUMENTEN Merak biedt verschillende opties aan voor de aanlevering van de gedigitaliseerde documenten. Dit kan ofwel op Cd-rom of DVD, integratie in de computersystemen van de klant via webservices of opslag op de beveiligde website van Merak. Deze Merak Archive Online (MAO) website biedt de mogelijkheid de documenten te consulteren na een authentification proces met token via digipass en pincode. Het zelf uploaden van digitale documenten op de MAO is kinderspel. De verzending van de gedigitaliseerde documenten gebeurt via een beveiligde FTPS-verbinding.
BACK-UP DIGITALISERING Eenmaal beslist is welke papieren documenten mogen worden gedigitaliseerd worden ze door Merak bij een snelheid van 210 pagina’s per minuut ingescand. De gedigitaliseerde documenten worden vervolgens geïndexeerd en geauthenticiteerd zodat de gebruikers ze naderhand ook snel kunnen terugvinden. Het digitaal archief van Merak is gebruiksvriendelijk. De gebruiker kan meteen zijn documenten op zijn scherm krijgen en de originele gegevens met één muisklik terugvinden. Ze kunnen gedownload worden, bewerkt en opnieuw worden geupload. Het voordeel van de digitale archivering is dat de data via een internetaansluiting en een code binnen een paar seconden bereikbaar zijn.
Meer weten? Bel op 078 15 31 61 of mail naar
[email protected] voor een totaal vrijblijvend gesprek of surf naar www.merak.be.
Bedrijven die een totale break-down van hun activiteiten willen vermijden kunnen hun back-ups offsite en offline laten opslaan bij Merak. De opslagmogelijkheden in de zogenaamde e-bunker van Merak, achter dikke betonnen muren, diep onder de grond en in anonieme koffers garandeert absolute veiligheid. Zelfs een brand, een aardbeving of een vliegtuiginslag kunnen de informatie niet vernietigen.
SOFTWARE ESCROW Bedrijven kunnen de broncodes van hun software laten bewaren bij Merak. In een Escrow overeenkomst wordt bepaald wanneer en aan wie de broncode mag overhandigd worden. Het gaat erom dat de pakketten altijd leverbaar zijn, zelfs indien de producent van de software morgen niet langer meer actief is.
groen dossier Groene R&D
Waar grijze cellen steeds groener worden In Sint-Genesius-Rode, vlakbij Brussel, ligt het von Karman Instituut, een (weinig bekende) parel van een
onderzoekscentrum, waarvan het onderzoekswerk op het vlak van de dynamica van de vloeistoffen door-
heen de ganse wereld de belangstelling van wetenschapslieden en industrie wekt. De windtunneltesten en
-simulaties die daar worden verricht, spitsen zich meer en meer op milieuvriendelijke technologieën en steeds minder op militaire doeleinden (het instituut wordt voor nagenoeg 30% door de NAVO gefinancierd). Het werk is grotendeels voor de luchtvaart bestemd, maar niet uitsluitend. Enkele toepassingen ter illustratie.
D
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
38
e ESA, de NASA, de Europese Commissie, Rolls Royce, Safran, Dassault en dichter bij ons TechSpace Aéro, Sonaca, Sabca en Umicore ... Al deze instellingen en ondernemingen richten zich tot het von Karman Instituut in het Zoniënwoud, waar een ongeëvenaarde kennis hen helpt steeds efficiënter en energievriendelijker motoren te ontwikkelen en te testen. De campus die 57 jaar geleden door professor en luchtvaartspecialist Théodore von Karman werd opgericht, is een van de grotendeels miskende parels van het federaal wetenschappelijk beleid (Belspo). Het centrum heeft sinds zijn ontstaan meer dan 23.000 wetenschapslieden en studenten uit de ganse wereld onthaald, met niet te onderschatten gevolgen voor de Brusselse Horecasector. “Wij onderscheiden ons door onze campus die jaarlijks meer dan honderd doctorandi en 'master after master' studenten verwelkomt, én door installaties die in de ganse wereld worden benijd. Wij beschikken over een 'Longshot' rukwindtunnel die een windkracht tot Mach 14 – hypersonisch dus – kan simuleren. Ook hebben we hier een Plasmatron staan, een plasmagenerator die in staat is de druk en de thermische stromen te simuleren die een ruimteschip ondergaat wanneer het de atmosfeer van een planeet langs een typetraject binnendringt. Een ander unicum is onze CT3 installatie voor de aerothermische analyse van onderdelen van vliegtuigmotoren. Hiermee kunnen we in realistische condities de prestaties van schoepen uittesten”, aldus de trotse VKI directeur Jean Muylaert.
Minder vervuilende en minder luidruchtige vliegtuigmotoren “Al de windtunneltesten die wij op de motoren van morgen uitvoeren, houden voortaan rekening met de eigenheden van duurzame
ontwikkeling. De vraag is hoe wij zoveel mogelijk energie uit een bepaalde hoeveelheid brandstof – gas of kerosine – halen. Hoe beperken wij de afvalstoffen (CO2 en stikstofoxiden) door een betere aerodynamische, thermische en mechanische werking? Hoe beperken wij de geluidsoverlast?”.
Airbags voor satellieten
Het VKI organiseert simulaties in zijn windtunnel tijdens het ontwerp van ruimteschepen. De fenomenen die tijdens de terugkeer in de atmosfeer van onze aarde optreden, kunnen er tot in het minste detail worden geanalyseerd. Dit vermijdt bijvoorbeeld dat een ruimtependel door wrijving wordt vernietigd en dat de brokstukken de atmosfeer gaan vervuilen. Het VKI neemt onder andere deel aan een ESA programma dat het schroot van de vrij frequente botsingen tussen ruimtetuigen in een baan rond de aarde tracht te recupereren. “Wij ontwikkelen een vorm van airbags voor satellieten om hun terugkeer op aarde te vergemakkelijken.” Ook in verband met ruimtevaart werden de aerodynamische prestaties van het door zonne-energie aangedreven en door het Umicore Solar Team ontwikkeld voertuig in een van de VKI windtunnels uitgetest.
Stedenbouwkunde en architectuur
De architecten van het Europese Parlement
Jean Muylaert, directeur VKI.
in Brussel hebben eveneens een beroep gedaan op de windtunnels van het VKI om in het gebouw de veiligheid te verhogen (voorkoming van branduitbreiding), het comfort te verbeteren (storende tocht) en het welzijn te bevorderen (analyse van de circulatie van verontreinigende stoffen). Het VKI simuleerde winden tot 220 km/u op een maquette van het Parlement. Hierdoor werd duidelijk dat op sommige plaatsen voetgangers in gevaar verkeerden. De architecten hebben dus hun plannen aangepast met de toevoeging van een ring die als windbreker fungeert. Olivier Fabes
groen dossier Groene R&D
Groene spitstechnologieën in Brussel In de hoofdstad vestigden zich een hele resem onderzoekscentra, spin-offs en innoverende jonge ondernemingen die samen een aanzienlijk kapitaal van kennis vormen. Ze specialiseren zich in uiteenlopende
technologieën die duurzame ontwikkeling bevorderen: hernieuwbare energieën, milieuvriendelijke bouwkunde, luchtkwaliteit enz. Hieronder vindt u een (onvolledig) overzicht van dit sterk groen getint R&D
vermogen in Brussel. Met dank aan Nathanaël Ackerman, directeur van de afdeling Innoverende Sectoren, en Patricia Foscolo, verantwoordelijke voor de dienst Green Technologies van het Brussels Agentschap voor de Onderneming (BAO).
Het onderzoekscentrum Bruwind specialiseert zich in de winning van windenergie. Het centrum ontstond uit een toenadering tussen VUB, ULB en de Erasmus Hogeschool Brussel. Het onderzoekt voornamelijk de aerodynamica en de aero-elasticiteit van windmolens, het beheer van corrosie en de beperking van geluids- en trillinghinder. De onderzoekers bestuderen eveneens de mogelijkheden van kleine windmolens in de bebouwde kom. Xant is een spin-off van het Brussels bedrijf 3E (een consulent in energie). Ook hier gaat het om kleine windmolens met een beperkt vermogen, tussen 50 en 500 kW. De grote spelers op de markt van de windenergie tonen meestal geen belangstelling voor dit segment. De voornaamste innovaties van Xant zijn de weglating van de transmissie, de verbeterde design van de wieken en het vervoer van de gestandaardiseerde onderdelen in gewone containers. Bovendien vereist de bouw van de windmolen geen kraan.
Milieuvriendelijk bouwen
Met de steun van het Gewest en van Europa (EFRO project Brussels Sustainable Economy) hebben de Brusselse universiteiten meerdere onderzoekscellen opgericht die zich specifiek toespitsen op milieuvriendelijk bouwen en duurzame architectuur. De afdeling BATir – duurzame architectuur, burgerlijke bouwkunde, geomaterialen en Structural and Material Computational mechanics (SMC) van de ULB, onder leiding van Professor Philippe Bouillard, werkt met een honderdtal vorsers aan bouwkunde, architectuur en stedenbouw. In de Faculté d'Architecture La Cambre-Horta bestaat er eveneens een cel die specifiek focust op duurzame wijken (uitwerking van
concepten, sensibilisering en begeleiding van de spelers). Bij de VUB bestaat sinds 2008 het onderzoekslaboratorium Architectural Engineering, onder leiding van Professor Niels De Temmerman. Het lab stelt 28 personen tewerk en specialiseert zich in engineering tools voor architecturaal ontwerp. Het onderzoekswerk buigt zich onder andere over de ontwikkeling van lichtere, betere en sterkere bouwstructuren. Eveneens aan de VUB, bestudeert de afdeling Mechanics of Materials and Construction van Professor Danny Van Hemelrijck de mechanische eigenschappen van innoverende materialen en de ontwikkeling van nieuwe materialen voor passiefbouw. De UCL, die omwille van zijn campus in Woluwe gedeeltelijk in Brussel is gevestigd, heeft zijn eigen onderzoekscel voor Architectuur en Klimaat, waar 25 mensen onder de leiding van Professor André de Herde architectuurconcepten ontwikkelen die rekening houden met klimaat en duurzaamheid (voor meer coherentie tussen gebouw, klimaat en mens). Verder wordt er ook gewerkt aan de energie-efficiëntie van gebouwen in de tertiaire sector.
Industriële vervuiling
In het onderzoekscentrum Indutec, dat door de Brusselse industriële hogescholen werd opgericht, werken meerdere afdelingen aan projecten rond milieubescherming en duurzame ontwikkeling, meer specifiek door de behandeling van vloeibare of gasvormige afvalstromen, grondsanering en het beheer van vast afval.
Luchtvervuiling
Het jonge Brusselse bedrijf Eoxolit heeft een fotokatalytisch product ontworpen om de lucht te zuiveren van stikstofoxiden, ozon, zwaveloxiden en andere vluchtige kool-
39
De Brusselse universiteiten hebben meerdere onderzoekdepartementen voor milieuvriendelijk bouwen en duurzame architectuur opgericht.
waterstofverbindingen. Verder biedt de start-up zelfreinigende oplossingen en bestrijdingsmiddelen tegen algen en geuren..
Mijtbestrijding
De firma Domobios is een ‘spin-off’ van de UCL en de ULB die na zeven jaar onderzoekswerk een revolutionaire oplossing op de markt brengt tegen mijten en de allergieën die ze veroorzaken. De R&D afdeling staat er onder leiding van Dr. Mailleux, een deskundige in huisstofmijten en dierlijke biologie.
Meting van het elektrisch verbruik
De Brusselse start-up You Know Watt, welgekend van de kijkers van RTBF uitzending Starter, ontwikkelt een centraal metingssysteem dat het verbruik van elk huishoudapparaat opvolgt. Enkele grote energieleveranciers volgen dit met veel belangstelling op. Olivier Fabes
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Windenergie
groen dossier Duurzaamheid
Vergeet bij duurzame kantoren nooit de menselijke factor
Een ‘duurzaam’ of ‘passief’ kantoorgebouw zal slechts volop zijn economische en ecologische troeven ont-
plooien als ook de werknemers die zich daar vestigen hun gedrag aanpassen. Met Brussel Passief 2015 in het vooruitzicht blijft de aanvaarding van nieuwe spelregels door het personeel een niet te onderschatten uitdaging.
E
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
40
r stroomde al veel water onder de bruggen van de Zenne (of het kanaal) sinds de inhuldiging in 2007 van het eerste passiefkantoorgebouw in Brussel, een verwezenlijking van CIT-Blaton. In juli van dit jaar is de zogenaamde Black Pearl aan de beurt, een indrukwekkend zwart schip dat, op de hoek van de Handelstraat en de Montoyerstraat, heel wat mediaaandacht naar zich lokt. Het toekomstige nieuwe complex met 11.000 m² kantooroppervlakte is het werk van aannemer Immobel en architect Pierre Lallemand. Het vervangt verouderde en energieverslindende gebouwen van de jaren 70. De Black Pearl behoort tot de voorbeeldige gebouwen die Brussel Leefmilieu heeft geselecteerd (zie interview hierover). Hij onderscheidt zich onder andere door zijn driedubbele beglazing en zijn groene daken die regenwater inzamelen. Binnen enkele weken begint ook de werf van de Silver Tower in de Noordwijk. Dit wordt het eerste ‘passieftorengebouw’ in Brussel.
De opkomst van ‘groene kantoren’
Getuigen deze voorbeelden van een werkelijke opkomst van ‘groene’ kantoren in de hoofdstad? Daar twijfelen de spelers die wij hebben ontmoet, geen ogenblik aan. “De jongste drie jaar heeft de trend naar duurzame en/of passiefkantoren duidelijk zijn intrede in de strategie van projectontwikkelaars gedaan. Ook de dialoog met politieke beleidsmensen is in drie jaar tijd flink gevorderd. Milieu en energetische efficiëntie behoren voortaan tot de selectiecriteria bij elk kantoorgebouwproject”, merkt Stéphan Sonneville, bestuurder van de vastgoedgroep Atenor. Volgens hem maken projectontwikkelaars die niet de strengste energie- en milieunormen naleven vandaag geen schijn van kans meer. Het duurzame kantoor geldt voortaan als een absolute must voor talrijke bedrijven – en zeker voor multina-
De Silver Tower, die tegen 2016 in de Noordwijk zal worden gebouwd, wordt de eerste ‘passieftoren’ in Brussel.
tionals die de grootste zorg dragen voor hun imago en hun aantrekkelijkheid. Bovendien wordt passief bouwen vanaf 2015 een wettelijke verplichting in Brussel (zie kaderverhaal). Er is vaak sprake van de ‘3P’ (People, Planet & Profit), die integraal deel uitmaken van elke vorm van duurzame ontwikkeling. Specifiek voor kantoorgebouwen gold de P van Profit als de voornaamste motivatie voor bedrijven. De investering beoogt in eerste instantie een gevoelige daling van de energiefactuur. Dit kan men de bedrijven, zeker in crisistijd, moeilijk verwijten. Kantoren van de nieuwe generatie maken optimaal gebruik van het beschikbare oppervlak en reduceren het gemiddelde oppervlak per werknemer (van 20 tot 12 m²), wat voor aanzienlijke besparingen zorgt. Wat goed is voor de portemonnee is het in dit geval ook voor de planeet. De P van Planet komt namelijk op de tweede plaats. Ondernemingen beschouwen passieve of duurzame kantoren als een middel om hun milieuvriendelijk imago zowel bij hun personeel als bij hun klanten op te poetsen. En hoe zit het met de P van People? Dat is een ander verhaal. Het is niet zeker dat het gedrag van de medewerkers de overgang naar passiefkantoren zal volgen.
Overtuigen
“Het passiefkantoor wordt duidelijk de
norm. Een groen project wekt spontaan sympathie en belangstelling. Het is echter belangrijk dat het personeel het voorbeeld volgt. En dat is niet vanzelfsprekend nu de ruimte per medewerker vermindert en men aan een ander type comfort moet wennen”, aldus Donald Desmet, die instaat voor ‘sustainable building design’ bij het studiebureau Technum (Tractebel Engineering). Een groen kantoor vereist namelijk nieuwe werkmethodes met onder andere meer mobiliteit, een zekere soepelheid en de aanvaarding van een ander type thermisch en visueel comfort. De gedragingen moeten zich dus aanpassen om het potentieel van de groene kantoren optimaal te benutten. “Studies wijzen erop
Stéphan Sonneville, bestuurder van Atenor.
BLUE LINES GPP
Groen energie voor uw onderneming BLUE LINES onderhoudsen monitoring dienstdienst voor fotovoltaïsche installatie en het fotovoltaïsche BLUE LINESlanceert lanceertzijn zijn onderhoudsen monitoring voor fotovoltaïsche installatie en het fotovoltaïsche te Brussel ondanks blijft interessant ondanks de veranderde regeling. te Brussel blijft interessant de veranderde regeling. De onderneming Blue Lines Green Power Plants, opgericht te Brussel in 1999 onder de naam Pulsations, heeft zijn activiteiten aangepast in het domein van hernieuwbare energie sinds 2010. Het basismodel van Blue Lines bestaat erin het voor de privé- en overheidsinstellingen mogelijk te maken om de hernieuwbare elektrische energie die ze nodig hebben te produceren en dit zonder dat ze de minste investering hoeven te doen. Dit model biedt de ondermening die dit invoert het dubbele voordeel dat ze haar eigen kapitaal kan bewaren voor haar investeringen enerzijds en dat ze substantiële besparingen op gebied van elektriciteit kan doen anderzijds. Blue Lines heeft een expertise verworven als specialist in de projectontwikkeling van grootschalige groene elektriciteits productie centrales in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Via meerdere financiële filialen handelt Blue Lines als derde investeerder –Blue Lines GPI, GFI, enz. De filialen zijn financieel gekalibreerd om alle waarborgen en duurzaamheid aan het project te geven. Als Brusselse onderneming is Blue Lines gesteund door de GIMB via zijn filiaal Finance.brussels. De voordelen voor de klanten die het Blue Lines model invoeren zijn legio. Een korte opsomming toont de relevantie ervan aan: de klant vermindert zijn energiekosten, verlaagt zijn ecologische voetafdruk, geeft zijn onderneming een groen imago en investeert geen euro. Tijdens de levensduur van de installatie, kan de klant in alle rust vertrouwen
hebben: Blue Lines houdt zich met alles bezig en ziet erop toe dat de installatie een maximaal rendement oplevert. Een moderne en performante monitoringdienst maakt het mogelijk om de tiental huidige sites te verbinden met de dispatching die de productie tot vijf minuten precies opvolgt. Talrijke ondernemingen hebben het voordeel van de Blue Lines-oplossing begrepen: de Haven van Brussel, IPM Printing, Turbel, Europa Belgium, Schneider Electric, enz…. Blue Lines heeft meer dan 4MWc geplaatst in Brussel op een tiental verschillende sites. Via haar operationele activiteit houdt Blue Lines zich voor al haar sites bezig met de productie, het onderhoud en het beheer van de fotovoltaïsche energie productie centrale. Het is de bedoeling om via deze nauwgezette opvolging het beste rendement op elke productiesite te verkrijgen. Steunend op haar beheerservaring biedt Blue Lines sinds kort haar diensten
betreffende beheer en onderhoud aan bij eigenaars van fotovoltaïsche installaties, evenals installateurs of andere projectontwikkelaars. Een groot aantal installaties worden verwaarloosd rekening houdende met de economische context en kunnen dankzij de dienst van Blue Lines hun rendement verbeteren. Bovendien biedt Blue Lines een nabijheidsdienst binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Wij benadrukken dat een fotovoltaïsche installatie ondanks het veranderde regime van groene certificaten een oplossing voor de toekomst blijft en het mogelijk maakt om belangrijke besparingen te doen. Het is dus opportuun om een beroep te doen op de diensten van Blue Lines om haar fotovoltaïsche project te ontwikkelen. Vandaag ontwikkelt Blue Lines nog diverse fotovoltaïsche installaties binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, voornamelijk op scholen, drukkerijen en kantoorgebouwen.
groen dossier
Serge Fautré, CEO van AG Real Estate en Stéphane Sohier, Verantwoordelijke Bouwactiviteiten bij AG Real Estate.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
42
dat het gebruik van nieuwe technologieën (nvdr: materialen met zeer hoge prestaties, warmtepompen, regenwater, geothermie, biomassa enz.) de energetische efficiëntie van gebouwen met 5 à 10% kunnen verbeteren, terwijl een gedragsverandering met 20 tot 50% prestatieverbetering gepaard kan gaan.” Om zulke gedragsveranderingen te vergemakkelijken, wijst Donald Desmet op de nood aan een computerinfrastructuur specifiek afgestemd op duurzaam en soepel kantoorgebruik. Iedereen moet op een vlotte manier over een opslag- en archiveringsruimte beschikken en met ergonomische apparatuur werken (bijvoorbeeld een voldoende groot computerscherm). Anders gaat het comfort er inderdaad onder lijden. “Een studiebureau als het onze vindt het belangrijk dat de gebruikers vanaf de
ontwerpfase bij het project worden betrokken. Het probleem is dat wij vaak voor ‘naamlozen’ werken omdat onze klanten meestal projectontwikkelaars zijn die de kantooroppervlaktes nadien verkopen of verhuren”, betreurt Donald Desmet. Hij vindt het ook zeer belangrijk openlijk met de gebruikers over de voordelen maar ook de eventuele verplichtingen eigen aan groene kantoren te communiceren. “Veel klachten van gebruikers zijn namelijk te wijten aan een verkeerd gebruik van de zogenaamd duurzame installaties door de facility manager. Sommige verwarmingsof verluchtingsinfrastructuren werden gewoon ondermaats ontworpen.”
Amper minder comfort
Bij de vastgoedgroep AG Real Estate, erkennen CEO Serge Fautré en bouwverantwoordelijke Stéphane Sohier eveneens een belang van een goede communicatie met het personeel om de troeven van
een duurzaam of passiefkantoor optimaal te benutten: “Iedereen moet een inspanning leveren om zuiniger om te gaan met energie en water. Is het dan zo moeilijk te een temperatuur van 20° in plaats van 22° te aanvaarden? Waarom zouden koukleumen geen wollen truitje krijgen? Klachten zullen er altijd zijn, maar alles blijft relatief. Geen enkele onderneming zou een gebrek aan comfort aanvaarden. Alleen moet het energetisch comfort nu gewoon anders om overdreven verbruik te vermijden. De ondernemingen hebben voortaan de mogelijkheid de algemene leefbaarheid te verbeteren met meer gezellige ontmoetingsruimtes, sport- en recreatiezalen, conciërgediensten enz. Werkgevers die de kantooroppervlakte per werknemer verkleinen zonder nieuwe diensten aan te bieden, zullen echter aan aantrekkingskracht inboeten.” De directie van AG Real Estate geeft toe dat men in dit stadium nog niet voldoende afstand kan nemen om de tevredenheid te meten van mensen die in groene of passiefkantoren werken. Een ander vraagstuk en niet te onderschatten uitdaging betreft het onderhoud van ‘passief’ apparatuur: warmtepomp, geothermie enz. “Wat gebeurt er bijvoorbeeld als een passiefgebouw twee jaar leeg staat?” Volgens AG Real Estate kan het, omwille van deze onbeantwoorde vragen, gevaarlijk zijn uitsluitend passief te bouwen, terwijl er ook andere milieubewuste isolatie- en renovatietechnieken bestaan. “Natuurlijk moet het personeel worden gebriefd om zijn gedrag te veranderen, maar dit geldt ook voor de technisch verantwoordelijke van het gebouw om de aangekondigde prestatie- en comfortniveaus te bereiken”, besluit Stephan Sonneville. Olivier Fabes
De nieuwe spelregels van Brussel Passief 2015 In 2011 nam het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het principiële besluit dat elke nieuwbouw vanaf 2015 aan de normen van een ‘passiefgebouw’ dient te beantwoorden. Dit geldt zowel voor residentiële panden als voor de tertiaire sector (kantoren en scholen). Na overleg met de bouwsector, werd een overeenkomst in wetteksten gegoten. Ze verschenen op 26 maart 2013 in het Staatsblad. Met de toepassing van de nieuwe EPB reglementering, die de afgifte van nieuwe stedenbouwkundige vergunningen bepaalt, mikt de Brusselse regering op topprestaties voor het hoofdstedelijk vastgoed, zoals het al het geval is in sommige Duitse of Oostenrijkse steden. Het kabinet van Minister Huytebroeck, belast met
Milieu, Energie en Stedelijke Vernieuwing, schat dat er in Brussel jaarlijks 400.000 m² nieuwbouw bijkomt, waarvan 201.000 m² voor de tertiaire sector. De oprichting van nieuwe gebouwen volgens de passiefnorm zou, volgens de minister, toelaten nog vóór 2015, 153 000 ton CO2 uit te sparen en de jaarlijkse energiefactuur 5 miljoen euro lichter te maken. In 2015 wordt dus de basisreglementering voor passiefkantoren van kracht, weliswaar met bepaalde vrijstellingen. Een overgangsperiode tot 2018 is voorzien voor de luchtdichtheid van gebouwen. Meer informatie over de nieuwe reglementering vindt u op www.brusselpassief.be
Bevoorrechte ligging De haven van Brussel, slechts op vijf uur varen van Antwerpen, biedt een uitzonderlijke bereikbaarheid aan de binnenvaart en de maritieme scheepvaart tot 4.500 ton. De haven ligt midden in het knooppunt van een dicht spoorwegnet en snelwegennet.
Een werktuig met hoge prestaties In de voorhaven is er een containerterminal operationeel die de vier in het havendomein aanwezige transportmodi bedient: binnenvaart, maritiem, spoor en weg. Los van de terreinen langs de waterweg, biedt de Haven van Brussel 160.000 m2 opslagruimte in het TIR-centrum.
Ten dienste van Brussel Jaarlijks meer dan 600.000 vrachtwagens minder in de stad
Brussel, havenstad in hart van Europa
Design: www.acg-bxl.be
Jaarlijks meer dan 94.000 ton CO 2 bezuinigd
Het Brusselse havendomein beschikt over een afzetmarkt van meer dan 2 miljoen inwoners en is ook economisch heel belangrijk: nagenoeg 360 ondernemingen zorgen voor zowat 12.200 jobs waarvan bijna 6.000 rechtsreeks. De jaarlijkse trafieken over de waterweg vertegenwoodigen bijna 6,4 miljoen ton goederen.
www.havenvanbrussel.be Redersplein, 6 B - 1000 Brussel - Tel.: +32 (0)2 420 67 00 - Fax: +32 (0)2 420 69 74 -
[email protected]
groen dossier Duurzaamheid
“De markt volgt sinds twee jaar de trend naar groene kantoren”
Brussel volgt een ambitieus routeplan naar duurzame en/of passiefgebouwen. Vraag is hoe ver we hiermee op het terrein staan. En welke uitdagingen nog moeten worden overwonnen om kantoorvastgoed wer-
kelijk ‘groener’ te maken. Dit bespraken wij met Grégoire Clerfayt, ‘Mijnheer Energie’ bij Brussel Leefmilieu. Hoe sterk is de markt van de groene, duurzame of passiefkantoren in Brussel ontwikkeld?
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
44
Grégoire Clerfayt: De eerste milieuvriendelijke bouwtechnologieën ontstonden rond de eeuwwisseling. En ondertussen geldt het label BREEAM (nvdr: BRE Environmental Assessment Method, een certificeringsmethode van Britse afkomst) werkelijk als de Bijbel van duurzaam bouwen. Rond 2007-2008 gebeurde echter een verschuiving: de ietwat onduidelijke verzuchting naar een groen imago veranderde in een meer gestructureerde aanpak. De spelers op de vastgoedmarkt begonnen toen duidelijker taal te spreken, met indicatoren die representatiever waren voor wat duurzaamheid werkelijk inhoudt. Naast parameters zoals energieprestaties en milieuvriendelijk bouwen (belangrijke aspecten, uiteraard), wordt nu ook rekening gehouden met mobiliteit en integratie in de stedelijke omgeving.
Welke rol speelde Brussel Leefmilieu in deze leercurve?
Onze projectoproep Voorbeeldgebouwen (Bâtiments exemplaires – Batex) was een mooie opportuniteit voor diegenen die echt duurzaam wilden bouwen. Sinds 2007 werden meer dan 245 dossiers gesubsidieerd, voor een totaal van meer dan 25 miljoen euro. 25 van deze projecten (nvdr: gegevens van 2012) betreffen beroepsgebouwen, goed voor 38% van de totale oppervlakte en 31% van de subsidies. Wij beschikken voortaan over een lijst van voorbeelden en referenties (nvdr: in een mooi boek samengebracht*) die aantonen wat de markt kan verwezenlijken.
Schenkt de vastgoedsector klare wijn?
In de prille jaren waren projectontwikkelaars en investeerders bijzonder schaars wanneer het om grote kantoorgebouwen ging. Dit is vandaag niet meer het
geïntegreerde aanpak. De energie heeft het ganse proces op gang gebracht.
De meeste vastgoed professionals wensen een Belgische norm…
Daar werken wij sinds 2008-2009 aan, samen met de overheden van de drie Gewesten en de beroepsfederaties, waaronder de Confederatie Bouw, de BVS en de architecten. We ontwikkelen er momenteel de criteria van, en een scoresysteem. Het is de bedoeling een norm te ontwikkelen die een soort Belgische BREEAM zou worden, zodat diegenen die al in een certificatieproces zitten, niet alles opnieuw moeten uitvinden.
Wat kan men van deze norm verwachten?
Grégoire Clerfayt
geval. Projectontwikkelaars volgen nu sinds twee jaar de grote trend, eerst in nieuwbouw maar inmiddels ook in zeer ambitieuze en zware renovatieprojecten.
Welke is volgens u de voornaamste uitdaging voor de opkomende markt van het groene kantoor?
Het is vooral moeilijk eensluidende definities te verkrijgen. Brussel Passief 2015 heeft een wettelijk kader ontwikkeld voor passiefgebouwen, maar de vraag is nog steeds wat een duurzaam gebouw eigenlijk betekent. We beschikken nu over referentiekaders voor energie maar de andere aspecten van duurzaamheid blijven nog grotendeels onontgonnen terrein. BREEAM 2013 is in dit opzicht wel interessant, want deze norm is breder dan haar voorgangers. Valideo (nvdr: een vrijwillige certificatie voor duurzaam bouwen) gaat eveneens in de goede richting. Europa (nvdr: met richtlijn 20/20/20 van de Commissie) heeft op haar beurt voorrang gegeven aan energieprestaties en staat nog aan het prille begin van een
We zitten in de eindfase van de voorbereiding van de ‘Belgische BREEAM’ vzw, die zowel voor structuur als voor referenties zal instaan. De vzw zal hoogstwaarschijnlijk nog in 2013 worden opgericht.
Wat is het nut van een lokaal certificeringssysteem? Het klimaat in het Verenigd Koninkrijk – want BREEAM is van Britse oorsprong – verschilt ten slotte niet zoveel van het onze…
Hier moet rekening worden gehouden met eigenheden in bouwtechnieken en in duurzaamheidcriteria. Details maken soms een enorm verschil. Als u in Groot-Brittannië bijvoorbeeld geen fietsenrek hebt van een bepaald type, wordt het gebouw niet als een voorbeeld beschouwd. Hier worden appelen met peren vergeleken. De waardeschalen verschillen. Binnenkort beschikken wij in België over een vergelijkingsmethode voor gebouwen die met alle duurzaamheidscriteria rekening houden: energieprestaties, mobiliteit, interactie met het milieu enz.
Passiefkantoren blijven nog de grote uitzondering in Brussel, nietwaar?
groen dossier Maar wat zet de gebruikers/bezetters voornamelijk aan om ‘groen’ te kopen of te huren?
Welke zijn vandaag de voornaamste ‘passieve’ referenties in Brussel?
Aeropolis in Schaarbeek is een belangrijke referentie. Onze toekomstige kantoren van Brussel Leefmilieu in Thurn & Taxis zullen ook passief zijn, maar over een oppervlakte van 17.000 m². De ruwbouw is klaar en eind 2014 zouden we in het gebouw moeten intrekken. Bovendien hebben professionals van de vastgoedsector parametersstudies verricht in vooruitzicht van de verplaatsing en de uitbreiding van de kantoren van de Europese Unie langs de Wetstraat. Die studies komen tot het besluit dat passieftorens technisch en economisch haalbaar zijn tot een oppervlakte van 130.000 m²! De meerprijs bedraagt 8%, met een return on investment over 15 jaar. De Commissie is nu aan de beurt om de beslissing te nemen. Gezien de tijd die hiervoor nodig is, wordt het in elk geval een passief project, een voorwaarde om vanaf 2015 een stedenbouwkundige vergunning te verkrijgen.
Brussel staat nog niet op het niveau van bepaalde Duitse of Oostenrijkse steden… Wij zijn goed op weg. Alleen Frankfurt doet het als stad beter dan wij. Wat de gewesten betreft, behoren wij zeker tot de koplopers in Europa. In september komen ongeveer 400 Chinese burgemees-
Aeropolis in Schaarbeek: een referentie voor passiefkantoren
ters naar Brussel op uitnodiging van de Europese Commissie om onze voorbeeldgebouwen te ontdekken. We hebben het geluk gehad deze projectoproepen op het goede moment te verspreiden. De markt heeft hierop gereageerd.
Om het vastgoedpark groener te maken moet de markt inderdaad van dynamisme getuigen en moeten nieuwe projecten in de pijplijn zitten… Vastgoedspecialisten beseffen gelukkig dat prijs niet het enige criterium is. Ook imago en kwaliteit spelen een rol. Groene gebouwen zijn trouwens gemakkelijker te verhuren en te verkopen.
De overstap naar een hogere klasse motiveert dus de investeerders.
Duurzame kantoren zouden aangenamer kunnen zijn. Bepaalde ademhalingsklachten kunnen met een beter ontworpen ventilatie gedeeltelijk worden vermeden. Elke onderneming heeft echter haar eigen motivatie. Het kan bijvoorbeeld een kwestie van maatschappelijke aanpak zijn – zoals voor de firma Caméléon hier vlak naast ons – maar ook energiekosten of welzijn. Wij beginnen aan een opvolgingsstudie van 20 gebouwen waarin wij de comfortdimensie zeer grondig bestuderen: vochtgehalte, verontreinigende stoffen, straling, oververhitting, oppervlaktetemperaturen enz. Uit de feedback over bepaalde ervaringen zoals in Aeropolis weten we ondertussen al dat de mensen in het algemeen tevreden zijn. Het is mogelijk een kleiner verschil tussen buiten- en binnentemperatuur te aanvaarden zonder daarom aan comfort in te boeten.
Riskeert men niet de weerstand van het personeel te onderschatten?
Problemen kunnen zich voordoen bij gebruik of regulering, maar een fundamenteel probleem is dit niet. Alles hangt af van de manier waarop de zaken geconfigureerd worden. In ons toekomstig gebouw op Thurn & Taxis zal iedereen bijvoorbeeld voor zijn eigen comfort de ramen zou kunnen opendoen via een centraal motor aangedreven systeem. In sommige zalen kan de temperatuur met een radiatorkraan één of twee graden omhoog of omlaag. Een zekere speling is dus mogelijk. Het is dus de bedoeling een richtlijn te bepalen, met de mogelijkheid voor de gebruiker om daar lichtjes van af te wijken. Er blijven dus wel beperkte afwijkingen, want anders gaan alle voordelen van een duurzame aanpak teloor. Interview door Olivier Fabes
De Energiedivisie van Brussel Leefmilieu (BIM) Grégoire Clerfayt staat aan het hoofd van de divisie Energie van Brussel Leefmilieu (de nieuwe officiële naam van het BIM), waar ongeveer 110 mensen zijn tewerkgesteld. De divisie heeft als taak elk initiatief voor duurzame bouw in de hoofdstad aan te moedigen en te vergemakkelijken. Naast de promotie en de financiële ondersteuning (via projectoproepen Voorbeeldgebouwen), is Brussel Leefmilieu bereid techni* « [in Brussel] Les Bâtiments exemplaires se racontent », Racine. Bestaat ook in het Engels.
sche steun te verlenen aan initiatiefnemers van duurzame projecten, in samenwerking met deskundige studiebureaus. De instelling organiseert ongeveer 15.000 opleidingsuren per jaar voor het ontwerp van duurzame gebouwen. Zowat 500 personen hebben die opleidingen in 2012 gevolgd, meestal in de richting energie-efficiëntie, maar ook in de richtingen passief bouwen, akoestiek, waterbeheer, stedelijke integratie enz.
45 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Passief bouwen begon inderdaad met alleenstaande huizen en daarna kleine flatgebouwen. CIT-Blaton innoveerde in 2007 met zijn 3.000 m² groot passiefkantoorgebouw. Lange tijd heerste de overtuiging dat omvangrijke passiefgebouwen technisch niet haalbaar waren omwille van oververhitting door de grote geveloppervlakten. De ervaring, onder andere in Duitse steden, heeft echter aangetoond dat het technisch wel mogelijk was grote passiefgebouwen op te richten.
groen dossier Energie
De (verborgen) kost van hernieuwbare energie
Tegen 2030 zouden de Belgische bedrijven hun energie wel eens dubbel zo duur als vandaag kunnen betalen. Dit is de verontrustende conclusie van een studie die onlangs voor rekening van het VBO (Verbond van Bel-
gische Ondernemingen) werd verricht, terwijl België heeft beslist afstand te nemen van kernenergie (tegen 2025) en nieuwe gascentrales op te richten. Waarom blijven de prijzen van energie stijgen? Hoe gedragen
zich de productie- en distributiekosten? Is het scenario van de VBO studie haalbaar? Welke gevolgen mogen de ondernemingen van een dergelijke prijsstijging verwachten? Is gas een goed alternatief voor België? Wij proberen hierop te antwoorden.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
46
O
p 18 juni sprak Gérard Mestrallet, de topman van GDF Suez waartoe Electrabel behoort, opvallend duidelijke taal in de kolommen van de krant Le Soir. De man communiceert weinig en had al vier jaar lang geen interview gegeven. Maar nu wilde de eerste werkgever van ons land luid aan de Belgische regering laten weten dat “het elektriciteitsbeleid in België en de crisis die de Europese energiesector doorstaat uiterst verontrustend zijn en zeer zware gevolgen voor de financiën van de bedrijven zullen inhouden.” En verder: “Europa is een deel van zijn eigen energie-industrie aan het afbreken, zonder het te beseffen.” Dit standpunt stemt overeen met de studie “Shaping a Vision for Belgium’s Power Landscape” die onlangs door de Boston Consulting Group werd verricht op aanvraag van het Verbond van Belgische
Ondernemingen (VBO). “Over de weg die vandaag door België wordt bewandeld, stelt een ruime meerderheid van de voor deze studie geraadpleegde spelers vast dat het elektriciteitsbeleid zeker niet bevredigend is en op termijn de bevoorradingszekerheid en de industriële competitiviteit van België in het gedrang kan brengen”, aldus het VBO. “Het huidige energiebeleid in België heeft gevolgen op meerdere niveaus. Een overzicht: De geleidelijke afbouw van kernenergie vereist de ontwikkeling van ongeveer 17,4 GW nieuw productievermogen tegen 2030. De gevoelige uitbreiding van het productievermogen met gascentrales zal de CO2 uitstoot de hoogte induwen. De ontwikkeling van een nieuwe productiemix vereist ongeveer 24 miljard euro investeringen. De hiermee verbonden exploitatie en onderhoudskosten zullen de jaarlijkse energiefactuur voor een gemiddeld gezin met ongeveer € 250 doen stijgen. Voor in-
dustriële klanten gaat de prijs nagenoeg verdubbelen.”
De paradox van de energieprijs
Ondertussen maken verschillende stakeholders als de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG) en meerdere energiebedrijven zich zorgen over de modellen die energie vandaag in Europa overdreven duur maken en zodoende de competitiviteit van bedrijven aantasten. Nooit lagen de prijzen echter zo laag als nu, in Europa (nvdr: op de groothandelsmarkt is de prijs van de MWh van 80 naar 40 euro teruggevallen). En toch hebben de consumenten nog nooit zoveel voor hun energie betaald als vandaag. Bovendien gaat de winstgevendheid van energiebedrijven gestadig achteruit. Waarom deze paradox? “De jaarlijkse algemene verhoging van de elektriciteitsfactuur is nagenoeg uitsluitend aan de
Lampiris, dat is energie voor de Belgische economie 25.000 bedrijven hebben het al begrepen
Waarom kozen al 25.000 Belgische bedrijven en verschillende steden en officiële instellingen voor Lampiris Pro? • Ze profiteren van onze scherpe prijzen voor groene energie. • Ze kunnen rekenen op de service van een lokaal bedrijf op mensenmaat. • Ze steunen kleine lokale producenten. • Ze bieden hun werknemers een programma met voordelige tarieven.
Doe zoals hen! Vraag een gepersonnaliseerde offerte :
www.lampirispro.be 0800 24 420
groen dossier achtereenvolgende regeringen te wijten”, verklaart Marc Van den Bosch, algemeen directeur van de Federatie van Belgische Elektriciteits- en Gasbedrijven (FEBEG). “De schuld ligt zowel bij de federale regering (federale bijdrage en offshore bonus) als bij de gewestelijke entiteiten (groene certificaten). Sinds de liberalisering van de elektriciteits- en gasmarkt slaagde een woeste concurrentie tussen producenten erin de prijzen van de energie te doen dalen. Maar daar zien de consumenten niets van, want de kosten die gepaard gaan met de steun aan hernieuwbare energieën sturen hun factuur de hoogte in. Onze ondernemingen verliezen hierdoor aan competitiviteit en de koopkracht van de gezinnen daalt.”
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
48
Zijn we dan in België te snel naar groene energie overgestapt? “Dat zou ik niet durven beweren, maar het is wel zeker dat België op dit vlak niet de beste beslissingen heeft genomen», antwoordt de directeur van FEBEG. “We hebben te snel te dure oplossingen gekozen, zoals zonnepanelen op privé woningen. Sindsdien zitten we met een zwaar passief. Anderzijds heeft België te weinig in technologische innovatie geïnvesteerd. Dit heeft negatieve gevolgen op de tewerkstelling en de export. Ook Duitsland maakte deze vergissing. Anderzijds dient wel gezegd dat ons land het beheer van nieuwe energiebronnen sinds 2008 indrukwekkend heeft verbeterd. Hopelijk vervallen we niet meer in dezelfde vergissingen wanneer de richtlijnen voor 2030 worden uitgestippeld.”
Is gas een oplossing?
In deze context betekent de keuze van België om bestaande gascentrales te ondersteunen en binnen enkele jaren de
bouw van nieuwe eenheden te subsidiëren, een aanvullende oplossing, naast hernieuwbare energie. “Het is belangrijk dat wij een evenwichtige energiemix vinden om de toekomstige uitdagingen op het vlak van betaalbaarheid van de energie, bevoorradingszekerheid en klimaat aan te kunnen”, bevestigt Marc Van den Bosch. “En met de toename van het volume onregelmatige energie uit hernieuwbare bronnen, hebben wij een behoefte aan zeer soepele elektriciteitscentrales die snel kunnen inspelen op de schommelingen van de beschikbare hernieuwbare energie. Gas zal hier ontegensprekelijk een zeer voorname rol in spelen, ook al is de huidige rentabiliteit van de bestaande centrales in België niet altijd optimaal.” België en Europa in het algemeen staan dus op een kentering van hun energiebeleid. “De meeste spelers zijn het ermee eens dat de evolutie naar meer hernieuwbare energie niet meer te keren is. Ze vragen echter dat Europa meer inspanningen zou leveren om de benadering ervan op een meer coherente en gecoördineerde manier aan te pakken. De gemeenschappelijke bevoorradingszekerheid zou via een ‘pool’ van supranationale reservevermogens moeten worden verzekerd en de overgang naar hernieuwbare energie dient aan een economisch haalbare tempo te gebeuren. Bovendien verdient energie-efficiëntie meer inspanningen, want dit is een van de voornaamste middelen om duurzame ontwikkeling in de wereld te bevorderen”, aldus het verslag van het VBO. De FEBEG pleit op haar beurt voor de afwerking van een ‘Europese energiemarkt’ en wenst dat Europa zich meer op technologische innovatie zou toespitsen: “Dit is een belangrijk
Marc Van den Bosch, algemeen directeur van de FEBEG.
element dat onvoldoende aan bod komt. De kosten van de overgang naar andere vormen van energie zouden torenhoog kunnen oplopen als we niet op een doordachte manier te werk gaan. Hierbij denken wij niet alleen aan productietechnieken, maar ook aan de technologie die opslag en distributie ondersteunt.” Deze vitale keuzes voor de economische toekomst van België liggen nu op de tafel van Staatssecretaris voor Energie Melchior Wathelet. Zal hij naar al deze stemmen luisteren? Volgens de energiebedrijven is het in elk geval hoog tijd een wijze en doordachte beslissing te nemen wat betreft het energiebeleid van België en van Europa in zijn geheel. De competitiviteit van onze ondernemingen hangt daar rechtstreeks van af.
Hadrien Bonney
BETAAL JIJ OOK TE VEEL VOOR JE ENERGIE? KLIK EN VERGELIJK! www.brusim.be
BRUGEL1_1205_Dynamiek_66x180.indd 1
21/11/12 16:05
NUTTIG ZIJN VOOR ONDERNEMINGEN, is denken aan de toekomst door oplossingen aan te bieden op het vlak van hernieuwbare energiebronnen, waarmee u kan besparen met het oog op een rationeel verbruik. Choose one from these three 1.
HOE KOSTEN TE BESPAREN ? e-bike
1
Door het installeren van een lage verbruikstechnologie zoals LED’s, bespaart u tot 80% van uw elektriciteitsverbruik gelinkt aan uw verlichting.
2
2.
Door elektrische fietsen voor te stellen aan uw werknemers. Bij de aankoop van elektrische fietsen geniet u van fiscale voordelen, van een technologische vooruitgang door middel van een groene en intelligente mobiliteit.
3
Door investeringen in warmtepompen, thermodynamische boilers of zonneboilerssystemen, is uw installatie terugbetaald in minder dan 7 jaar.
4
PDF 檔案使用 "pdfFactory" 試用版本建立 www.pdffactory.com
Informatie en vrijblijvende offerte
Uw expert in hernieuwbare energie in Brussel en heel België 02/421 99 39
[email protected] www.belpower.be
Als sterke partner met meer dan 12 jaar er varing, neemt Belpower het ontwerp over alsook de installatie en het onderhoud van uw fotovoltaïsche installatie, teneinde uw elektriciteitsverbuik duurzaam te minderen.
CALL TO ACTION Doe mee aan de N-Powerment Challenge en versterk uw merk met een nationale krantencampagne. Wil u uw bedrijf of merk voor het eerst promoten of een nieuw aanbod op de markt brengen? Doe dan mee met de N-Powerment Challenge en maak kans op een straffe reclamecampagne in alle kranten. Want de krant is en blijft het medium bij uitstek om een bedrijf, merk, product of dienst stevig op de kaart te zetten. Wat u moet doen? Simpel: schrijf u in op www.npowerment.be en licht kort en krachtig toe waarom uw bedrijf of merk die extra zichtbaarheid verdient. Kom meteen in actie!
challenge
De N-Powerment Challenge is een initiatief van Beci in samenwerking met Newspaperswork.
groen dossier Duurzame ontwikkeling
Blauwe energie en de Noordzee – juridisch bekeken Energie uit golven en getijden (hierna blauwe energie) biedt als concept interessante perspectieven. Het is
een nieuwe technologie die vandaag via proefprojecten en concrete toepassingen in Europa wordt uitgetest, mede om de hernieuwbare-energiedoelstellingen te bereiken. De jongste jaren werden verscheidene projec-
ten opgezet om de technische en economische haalbaarheid van blauwe energie in Europa te onderzoeken en te promoten.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
51
Projectontwikkeling
Hoewel het Belgische deel van de Noordzee verscheidene mogelijkheden biedt voor de ontwikkeling van golf- en getijdenenergie, dient rekening te worden gehouden met een aantal juridische, economische en technische moeilijkheden die de realisatie van dergelijke projecten kunnen belemmeren. In uitvoering van de elektriciteitswet van 29 april 1999 is de exploitatie van offshore wind-, water- en golf/getijdeninstallaties krachtens het Koninklijk Besluit van 20 december 2000 onderworpen aan de voorafgaande toekenning van een domeinconcessie. Dit besluit creëerde zeven concessiezones, niet
enkel voor energieproductie uit wind maar ook voor golf- of getijdenenergieprojecten. Verschillende pistes zijn dus mogelijk, waaronder: (a) Samenwerking met bestaande (of nieuwe) windconcessies: entiteiten die streven naar het uitbaten van productiesites in de Noordzee kunnen een overeenkomst sluiten met bestaande concessiehouders, zoals de operatoren van windmolens. (b)De ontwikkeling van nieuwe concessiezones: het regeerakkoord van 1 december 2011 introduceerde een plan waarin een nieuwe zone open staat
voor ontwikkeling van projecten in de Noordzee. (c)Via de ruimere omkadering: het ontwerp 'Marien Ruimtelijk Plan' goedgekeurd om de verschillende activiteiten van het Belgische zeegebied (o.a. energiewinning, visserij, transport) te coördineren. Hierbij zouden nieuwe zones aangeduid kunnen worden die specifiek op het ontwikkelen van golf- en getijdenenergieprojecten gericht zouden zijn.
Energieatollen
Het ontwerp van Marien Ruimtelijk Plan duidt twee zones aan voor ener-
groen dossier gieopslag op zee (in Zeebrugge en de Wenduinebank). Het concept van energieopslag bestaat erin om tijdens de daluren de energie van de windparken te gebruiken om water uit het "energieatol" weg te pompen, terwijl tijdens de piekuren de omgekeerde beweging (water dat terugstroomt naar het atol) energieproductie kan opleveren. Een publieke consultatie zal later dit jaar belanghebbenden de gelegenheid geven om feedback te formuleren.
PUB 833011
green ! Innovatieve oplossingen voor uw Data Center Federale en regionale impulsen e n k o eli
ng
Voor een verbetering van uw PUE
e
sp
rg
nb
ie
ko s t e
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
52
Het FlanSea project tracht een omzetter van golvenenergie te ontwikkelen voor streken met een gematigde deining, zoals aan de Belgische kust.
ar
n ing op e
e
SOCOMEC stelt zijn 45 jaar ervaring in de ontwikkeling en produktie van voedingssystemen met hoge beschikbaarheid tot uw dienst. Een gamma van innovatieve UPS-systemen met hoge
beschikbaarheid tot 5,4 MVA om met respect voor het milieu uw kritieke IT-toepassingen te voeden. Hoge beschikbaarheid & duurzame ontwikkeling.
Er heerst een zekere terughoudendheid wat investeringen in blauwe energie betreft omwille van de complexiteit van de Belgische staatstructuur. Zo zijn de regionale overheden bevoegd voor energie uit hernieuwbare bronnen, terwijl de uitbating van projecten in de Noordzee binnen de bevoegdheid van de federale overheid valt. Niettemin zijn investeringen in golf- en getijdenenergie vandaag vooral afkomstig uit projecten van de Vlaamse overheid, zoals het FlanSea project.
Steun voor blauwe energie
Het ondersteuningsregime toepasselijk voor offshore golf- en getijdenenergie is een federale bevoegdheid en werd vastgelegd in het Koninklijk Besluit van 16 juli 2002. Golf- en getijdenenergie dient beschouwd te worden als een deel van de "residuaire categorie" groene certificaten. Vandaag bestaan er geen 'blauwe certificaten'.
Conclusie
> UPS tot 5,4 MVA > Architectuur verenigbaar met TIER & TIA om alle beschikbaarheidsniveau’s te dekken. > Ultra compacte en moduleerbare oplossingen die met uw datacenter kunnen meegroeien. > Monitoring en diensten 24u/24, 7d/7, 365 d/jaar.
SOCOMEC · Paepsem Business Park · Boulevard Paepsem 18 E, B-1070 Bruxelles · T. +32 (0) 2 340 02 30 · www.socomec.com
Om tegemoet te komen aan de obstakels waarmee projectontwikkelaars vandaag worden geconfronteerd, kan een voorbeeld worden genomen aan het bestaand Belgisch wettelijk kader en de ondersteuningsmaatregelen die van toepassing zijn op de offshore windsector. De fundamenten voor het stimuleren en optimaliseren van blauwe energie in België zijn aanwezig. Toch dienen een aantal knelpunten, zoals het inadequate subsidieregime, aspecten met betrekking tot de bevoegdheidsverdeling tussen de verschillende overheden en de concessie-/vergunningsprocedures opgelost te worden. Bijdrage van David Haverbeke, Wouter Vandorpe en Jane De Proost, Energy & Utilities Team, advocatenkantoor Field Fisher Waterhouse
Innovatie op alle energiefronten
Electrabel trekt de kaart van onderzoek en innovatie De energiewereld is met volle vaart een transitieperiode ingestapt: om de klimaatverandering te bestrijden, moet de CO2-uitstoot naar beneden. Electrabel startte daartoe in 2010 een onderzoek- en innovatieprogramma op, specifiek voor deze uitdaging.
SLIM EN GESTUURD VERBRUIKEN ALS NORM
Op het netwerk moeten vraag en aanbod tussen productie en verbruik van elektriciteit steeds in evenwicht zijn, zoniet valt de stroom uit. Door het groeiende aandeel intermitterende hernieuwbare energiebronnen zoals zonnepanelen en windmolens, is de uitdaging voor de producenten om hun thermische productie-eenheden hierop af te stemmen steeds groter. Daarom loopt het onderzoek of het probleem deels omgedraaid kan worden door het verbruik aan te passen aan de beschikbare, al dan niet groene stroom. ‘Deze innovatie zou ons in
staat moeten stellen om bij onvoldoende hernieuwbare stroom bepaalde installaties bij industriële klanten een tijdje stil te leggen’, legt Thomas uit. ‘Zo hoeven we geen dure reservecentrales op te starten, en vermijden we extra CO2-uitstoot.’
ZWAKKE PUNTEN BLOOTLEGGEN EN OPLOSSINGEN ZOEKEN
Tour & Taxis, het Brusselse gebouwencomplex met een lange en rijke geschiedenis, was niet gebouwd om te voldoen aan de energie-eisen van morgen. Electrabel ging de uitdaging aan, samen met de verantwoordelijke gebouwenbeheer bij T&T. T&T beheert 45 000 m2 kantoren en handelsruimten en 17 000 m2 zalen, in gebouwen die dateren uit begin vorige eeuw. En toch is het een ‘ecodynamisch bedrijf’ geworden, omdat zij het Brusselse milieucharter naleven. Om die score nog te verbeteren, legde de dienst BMS Scan van Electrabel de zwakke punten in het gebouwenbeheersysteem bloot. Met grote milieuverbeteringen én financieel voordeel als gevolg. Minder ventilatie ’s nachts zorgt voor een elektriciteitsbesparing van 2 000 € per jaar. Een deel van de afgezogen lucht circuleert overdag opnieuw, waardoor het aardgasverbruik met 12,5% daalt, goed voor 22 500 euro per jaar. Ervaring leert dat een BMS Scan gemiddeld 10 mogelijke besparingen identificeert. Waar de parameters van het BMSsysteem meteen aan te passen zijn, kan er meteen bespaard worden, mét behoud van comfort.
Meer informatie op www.electrabel.be of bij uw accountmanager.
53 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
‘Het programma steunt zowel op interne expertise en onderzoekscentrum Laborelec, alsook op een samenwerking met 8 grote Belgische universiteiten. Op het programma: duurzaam energie opwekken én verbruiken: hoe biomassa duurzaam inzetten in centrales, hoe beter omgaan met de onvoorspelbaarheid van hernieuwbare energiebronnen als zon en wind, en hoe thermische centrales zo flexibel en efficiënt mogelijk maken? Voor verbruik gaat de prioriteit naar nieuwe technologie waarmee klanten zelf warmte en elektriciteit kunnen opwekken, duurzame mobiliteit en slimme systemen en infrastructuur die hun verbruik in realtime aanpassen naarmate de beschikbare hernieuwbare energie’, beschrijft Anthony Thomas, innovatieverantwoordelijke binnen Duurzame Ontwikkeling bij Electrabel.
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
IT, een sector van belang voor het Gewest
Microsoft engageert zich Bruno Schröder, Ben Piquard, Pénélope Roux en Pierre Mengal? Vier Microsoft mensen die uitblinken door hun enthousiasme, hun doelmatige aanpak en hun toewijding. Toegewijd moesten ze wel zijn om het in
2011 gestarte Microsoft Innovation Center Brussels (MIC) project tot een goed einde te brengen. De doelstellingen waren op zijn minst ambitieus: jaarlijks 150 certificeringen, 10 nieuwe start-ups in Brussel en 50 nieuwe banen.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
54
Bijschrift: Bruno Schröder, Ben Piquard, Pénélope Roux, Microsoft; Jean-Pierre Rucci, Evoliris; Bruno Wattenbergh, BAO
D
e resultaten verdienen denderend applaus: tot nu toe heeft de Microsoft Innovation Center Brussels 322 certificeringen uitgereikt, 28 start-ups in Brussel opgericht en 115
van vitaal belang. Jean-Pierre Rucci, Directeur van Evoliris: "Volgens een studie die Evoliris samen met ICTjob.be heeft verricht, vereist 80% van de vacatures tussen 2 en 10 jaar ervaring. Werkzoekenden die
Jean-Pierre Rucci, Directeur van Evoliris: "Volgens een studie die Evoliris samen met ICTjob.be heeft verricht, vereist 80% van de vacatures tussen 2 en 10 jaar ervaring.” directe banen in het leven geroepen! Een privéinitiatief en daarom zo efficiënt als de privésector wel kan zijn? Jazeker, maar wel met de bijzonder gewaardeerde steun van Minister van Economie Céline Fremault, de hulp van de zeer dynamische Bruno Wattenbergh van het BAO en van Evoliris directeur Jean-Pierre Rucci. Met zijn IT stages richt de MIC zich tot de student die binnenkort de arbeidsmarkt zal betreden, en tot de onderneming die bekwaamheden zoekt om door te groeien. De schoolverlatende student heeft de nodige vaardigheden voor een baan maar geen enkele ervaring, dat weet ondertussen iedereen. In de bedrijven, en dan zeker in IT start-ups, geldt het vereiste van een onmiddellijke inzetbaarheid. De markt verandert constant, de concurrentie woedt en snelle reacties zijn
in hun laatste studiejaar zitten, kunnen dus veel sneller aan dit ervaringscriterium beantwoorden als ze de kans krijgen tijdens dit laatste jaar 15 weken stage onder toezicht van een coach te lopen. Die 15 weken maken trouwens een verschil op hun CV.” Het MIC project streeft ook naar een oplossing voor het gebrek aan opleidingspersoneel dat bereid is de stagiair op technisch vlak bij te staan en hem te begeleiden tijdens zijn aanpassing aan de opdracht en aan het team. In de praktijk spendeert de stagiair twee dagen per week in de MIC te Brussel en drie dagen in de onderneming. De coach volgt de stagiair zolang de stage duurt om de student alle ‘soft skills’ aan te leren die van belang zijn voor een vlotte integratie in een team en een productieve samenwer-
king. Nadien zal de nieuwe werkkracht aan een professioneel tempo zijn taken kunnen uitvoeren en zijn leerproces aanvullen. Hij verbetert zijn kennis via zijn bijdrage aan concrete en complexe projecten en bereidt zich op die manier voor op verscheidene Microsoft certificeringen – waardevolle troeven op een CV, uiteraard. Pierre Mengal, Technische Coach, die stagiairs begeleidt: “Ons programma onderscheidt zich door een stimulerende werksfeer voor de stagiair. Wij doen een beroep op de jongste software technieken zoals permanente integratie en zelfs nieuwe testmethodologieën. Bovendien beschikt de stagiair over een professionele technische coach. Hij werkt dus productiever en de kwaliteit van de code vaart er wel bij.” De formule werkt, want vaak wordt de stagiair aangeworven. (Sommigen willen dan verder studeren – een gunstig neveneffect van een degelijke coaching!) Dit bevestigt Volkan Bozyigit, die bij Tagtagcity stage liep: “Mijn stage op de MIC beschouw ik al als een van mijn beste beroepservaringen. Ik heb daar veel geleerd door deel te nemen aan trainingssessies en door mijn directe bijdrage aan innoverende en concrete projecten, telkens met het advies van een ervaren coach. In ‘real time’ werken is ook een totaal nieuwe en boeiende ervaring, vergeleken met de school. De vermelding van deze ervaring
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT op mijn CV en de lijst van behaalde Microsoft certificeringen zorgen voor heel wat belangstelling bij werkgevers. Voor mij gaan de deuren open.” Ook bij de werkgevers heerst tevredenheid. Tijdens deze IT stage waren de betrokken start-ups (Tagtagcity, Emixis et Guru Training Systems…) unaniem: gecoachte stagiairs waren snel operationeel, productief en op hun gemak in hun nieuwe omgeving. Op economisch en menselijk vlak betekent dit een werkelijke meerwaarde. Dit bevestigt Bruno Wattenbergh, Voorzitter van het Uitvoerend Comité van MIC Brussels en CEO van het Brussels Agentschap voor de Onderneming: “Dit programma is een
buitenkansje voor stagiairs, maar ook voor start-ups en Brusselse KMO’s die geen tijd hebben om hun eigen stagiairs te begeleiden maar wel behoefte hebben aan Microsoft netwerkspecialisten om
Web-, mobiele en desktopapplicaties te ontwikkelen.”
stageprogramma aan de deelnemende stagiairs een jaar voorsprong geeft”, is hij misschien te bescheiden want in werkelijkheid mondt deze ervaring vaak op een aanwerving uit. Een efficiënte en kwalitatief hoogstaande tewerkstellingsmethode dus. BECI juicht dit toe… en wordt graag partner voor het vervolg!
Wanneer Ben Piquard, Executive Director van MIC Brussels beweert dat “het IT
Didier Dekeyser
Groep Eurologos: reclame- en meertalige communicatie van het post-crisis tijdperk De Groep Eurologos blijft de productie van meertalige en multimediadiensten verder “herlokaliseren”. Wij openen voortdurend nieuwe “glokale” (tegelijk globale en lokale) kantoren in de belangrijkste economische centra waarheen geglobaliseerde bedrijven moeten exporteren of waarmee moderne instellingen willen communiceren.
Onze diensten: * Ter plaatse gevalideerde vertalingen * Meertalige copywriting & ontwerpen * Tolk-service * Grafisch ontwerp & meertalige websites
Agences Eurologos : Brussel, Brno, Gliwice, Lisboa, London, Madrid, Milano, Paris, Porto, São Paulo, Tel-Aviv, Thessaloniki, Shanghai, Skopje, Trieste, Tokyo, Toronto
Leuvensestwg. 550 1030 Brussel T. +32 (0)2 735 48 18 www.eurologos.com
55 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Volkan Bozyigit, stagiair: “Mijn stage op de MIC beschouw ik al als een van mijn beste beroepservaringen.”
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
Boekhouders-fiscalisten
Het advies en de vaststellingen van een beroep dat onder druk staat Het beroep van boekhouder-fiscalist is echt geen lachertje. Jean-Marie Conter, Voorzitter van het Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten (BIBF), en Xavier Schraepen, Vicevoorzitter, maken de balans op van al wat in hun sector beter zou kunnen.
H Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
56
et is moeilijk te evalueren hoeveel mensen in België illegaal de boekhouding uitoefenen. Aan de hand van de gegevens waarover hij beschikt, schat Jean-Marie Conter, de voorzitter van het BIBF, het getal op iets meer dan duizend. De gevolgen kunnen voor de beduvelde klant rampzalig zijn. Controleer eerst en vooral of de persoon die zich bij u als boekhouder aanmeldt, wel degelijk door het Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten (zie www.bibf.be) erkend is. Dan weet u zeker of die persoon werkelijk boekhouder is, de deontologie kent, voortgezette opleiding volgt en bovendien een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid geniet.
Een betere opleiding in beheer
Professionele boekhoudkundigen komen ook tot een andere verontrustende vaststelling: 70% van hun klanten – zelfstandigen en bedrijfsleiders – zouden onvoldoende in het beheer van zaken opgeleid zijn. Ondernemers worden verondersteld een opleiding te hebben gevolgd, maar dat is theorie, want in de praktijk wordt hier slordig mee omgegaan. Basisbeginselen worden niet toegelicht, zogezegd omdat de boekhouder die later wel zal uitleggen. De boekhouders hebben dus regelmatig te maken met klanten die geen onderscheid maken tussen het financieel plan en het businessplan, tussen inkomsten en winst – of die de grootste moeite hebben om hun thesaurie te beheren. Dit gebrek aan opleiding is een van de voornaamste redenen van faillissementen die, met wat gezond beheer, hadden kunnen worden vermeden. Het voorstel van het BIBF en zijn voorzitter? “Politici zouden ons moeten raadplegen wanneer ze wetten ontwerpen, en niet zomaar een wetgeving opleggen die bijna onmogelijk kan worden toegepast. Wij staan open voor besprekingen, om te vermijden dat politici wat later zouden vaststellen dat een of andere maatregel in de praktijk gewoon niet werkt – en dan een stap terug moeten zetten.”
Toename van de fiscale druk
Derde trend: boekhouders-fiscalisten lijden hoe langer hoe meer aan stress. Eerst omdat 63% onder hen omwille van de economische crisis moeilijkheden ervaart om zijn honoraria betaald te krijgen. Ten tweede omdat de fiscale druk enorm is toegenomen, met nog meer controles en administratieve formaliteiten. En ten derde omdat zij maar al te vaak de zondebokken zijn. Dankzij hun bekwaamheden kunnen ondernemingen functioneren en toch worden ze als vermoedelijke fraudeurs aangevallen. Als er een probleem is, zit de schuld bij de boekhouder. “En naarmate de boekhouder zijn werk optimaliseert, krijgt hij meer controle te verduren”, stelt BIBF vicevoorzitter Xavier Schraepen vast. “Wat termijnen betreft, geldt nu de nultolerantie. Boetes vallen meteen.”
Jean-Marie Conter
Xavier Schraepen
Er is een serieus probleem met de kijk van de politieke wereld op het beroep – en de sfeer. “Onze politieke vertegenwoordigers zouden de evidentie moeten inzien: in plaats van systematisch de boekhouders te stigmatiseren, zouden ze de waarde van deze professionals moeten erkennen en hen ondersteunen in hun taak als eersterangs raadgever van ondernemers, zelfstandigen en vrije beroepen!”, stelt Jean-Marie Conter met klem. Xavier Schraepen bevestigt: “Laten we er voor zorgen dat de ondernemingen winstgevend zijn. Dan volgen de fiscale ontvangsten vanzelf. Vandaag worden beginnende ondernemingen onmiddellijk aan een zeer zware druk onderworpen.” Er is ook een nieuw verschijnsel: klanten die misnoegd zijn om de fiscale druk doen hun beklag aan hun boekhouder-fiscalist, alsof deze aansprakelijk zou zijn voor de nieuwe wetten en belastingtarieven. “Het beroep wordt echt moeilijk te beheren”, geeft JeanMarie Conter toe. “Wij ontvangen hier op de BIBF talloze e-mails van professionals die dit alles grondig beu zijn en zelfs een stopzetting van hun activiteiten overwegen.” De ganse sfeer van instabiliteit en wazigheid rond de regelgeving verergert nog de stresssituatie. “Voor de voordelen van allerlei aard zijn de bepalingen onlangs drie keer veranderd. Wij informeren onze klanten en enkele maanden later zijn de regels opnieuw gewijzigd.” Wat het goede nieuws betreft, verheugt het beroep zich over de vooruitgang die is geboekt in e-government toepassingen zoals Intervat, Tax-on-web en Biztax, hoewel ook daar een aantal problemen niet opgelost geraken. Verder is het beroep opgetogen met de mogelijkheid voor de stagiair boekhouder om voortaan onder bediendenstatuut te werken. Vroeger moest hij verplicht zelfstandig zijn. Dit is zeker een flinke stap vooruit om de belangstelling van jonge mensen voor het beroep aan te wakkeren. Vincent Delannoy
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
InterJob 3
Zelfstandige banen om te zetten naar loontrekkend werk Als pilootproject beoogt InterJob3 de creatie van nieuwe loontrekkende banen voor werkzoekenden in
Brussel. De innoverende aanpak van het project maakt het mogelijk tewerkstellingsaanbiedingen bestemd
voor zelfstandigen om te zetten in loontrekkende banen. InterJob3 werd ontwikkeld en gelanceerd door Ceraction, in samenwerking met Actiris. Guy Devaux, gedelegeerd bestuurder van Ceraction, en Virginie Granchette, projectverantwoordelijke, geven ons meer uitleg. Hoe is dit project gestart? Guy Devaux: “InterJob3 ontstond door een projectoproep van Ac-
tiris begin 2012, met de bedoeling innoverende jobcreatiemethodes te ontdekken. Wij zijn op die oproep ingegaan en hebben het dossier InterJob3 ingediend. De benaming duidt op het bijzonder transversaal karakter van het project, dat alle spelers op de tewerkstellingsmarkt inroept: de ondernemingen, de werkzoekenden en intermediairs zoals uitzendbureaus, activiteiten- en tewerkstellingscoöperaties of andere structuren die een gelijkaardige activiteit uitoefenen.”
Eén: bedrijven hebben hoe langer hoe meer de neiging om allerlei zeer diverse taken uit te besteden. Ze vertrouwen deze opdrachten liever aan zelfstandige werkkrachten dan aan loontrekkende werknemers. Twee: Ceraction heeft meer dan 27 jaar ervaring met de begeleiding van werkzoekenden die als zelfstandige willen werken. Wij ontmoeten werkzoekenden die aanbiedingen hebben gevonden die volledig overeenstemmen met hun bekwaamheden, al was het dan dat ze hiervoor een zelfstandige-statuut moeten aanvaarden, wat die mensen voor verscheidene redenen niet wensen.” In plaats van af te zien van deze vacatures, doen die werkzoekenden dan een beroep op InterJob3: wij begeleiden ze doorheen verschillende stappen zodat ze deze betrekking eerder als loontrekkende dan als zelfstandige zouden kunnen waarnemen. Daarna maakt InterJob3 gebruik van deze ervaring om bij ondernemingen gelijkaardige types opdrachten op te zoeken en te vergaren, met de bedoeling deze aan geknipte werkzoekenden kandidaten voor te leggen en op die manier nieuwe werkrelaties tot stand te brengen.
Concreet? Virginie Granchette: “Wij hebben eerst twee databanken op-
gezet: de eerste waarin we alle werkzoekenden vergaren die over operationele vaardigheden beschikken, en de tweede waarin we alle opdrachten inzamelen die door bedrijven kunnen worden uitbesteed. Door de matching van beide databanken brengen vraag en aanbod dichter bij elkaar. Verder hebben wij alle intermediaire structuren benaderd die een werkrelatie met een loontrekkende werknemer tot stand kunnen brengen. Wij hebben hun werkwijze geanalyseerd, evenals de aangeboden mogelijkheden en de voorwaarden waaraan moet worden voldaan om van hun diensten gebruik te maken.”
(Foto Nancy Styl)
Er bestaat in Brussel een brede waaier aan tewerkstellingsdiensten. Waarin onderscheidt InterJob3 zich hiervan? Guy Devaux: “InterJob3 steunt op twee essentiële vaststellingen.
Guy Devaux, gedelegeerd bestuurder van Ceraction, en Virginie Granchette, projectverantwoordelijke.
Zorgt de uitvoering van dit project niet voor bepaalde juridische problemen? Virginie Granchette: “Inderdaad. Deze methodologie mocht in
geen geval uitmonden op situaties die men in Frankrijk onder de naam ‘portage salarial’ kent: in België is dit onwettelijk. We hebben dus een beroep gedaan op een deskundige in sociaal recht. Hij heeft ons bevestigd dat de werking van InterJob3 volledig overeenstemt met de Belgische wetgeving voor zover wordt vertrokken van aanvaardbare overeenkomsten tussen de ondernemingen en intermediaire structuren enerzijds, en intermediaire structuren en werkkrachten anderzijds.”
Hebt u tot nu toe al enkele werkrelaties kunnen waarmaken? Virginie Granchette: “Wij hebben inderdaad een aantal concrete situaties verwerkt die meestal werden voorgelegd door werkzoekenden die de diensten van Ceraction gebruiken. We hebben het systeem op kleine schaal kunnen uittesten. De eerste concrete resultaten zijn aanmoedigend. Wij wensen het tempo nu op te voeren om een bredere waaier gevallen te behandelen en een groter aantal werkrelaties tot stand te brengen.” Didier Dekeyser
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
57
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
Groene mobiliteit
Welke rol spelen de autoverhuurders? Car sharing, hybride of elektrische voertuigen, lage uitstoot… De gewoonten van de verbruikers, de wagens
en de vloten op de markt hebben vanzelfsprekend een impact op het milieu. Een gesprek met Didier Fenix, Managing Director van Europcar Belgium. Gaan autoverhuurbedrijven nu de carsharing-toer op? D.F. “In feite is korte-termijnverhuur een
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
58
vorm van carsharing voor periodes van één dag tot 12 maanden. Een vloot wordt dus tijdens haar levensduur tussen meerdere gebruikers gedeeld. Als het om zeer korte verhuurperiodes gaat, die per minuut of per uur worden aangerekend, welja, wij zijn daar sinds 2010 mee bezig. Toen hebben wij met Daimler (75 %) de joint venture Car2Go opgestart, die wij in meerdere, voornamelijk Duitse steden hebben ontwikkeld, maar ook in Wenen, Amsterdam en Londen.”
Autoverhuur en carsharing, hetzelfde beroep?
“Het zijn geen verschillende beroepen, maar het aanbod is wel anders. Ook met carsharing wordt de vloot gedeeld, maar dan over veel kortere tijdspannes. Dankzij ons netwerk dat gewoon is een vloot zeer snel en voor zeer korte periodes te delen, vormt carsharing een aanvullend aanbod voor een clientèle in uitbreiding. Carsharing klanten zijn niet per se dezelfden als die van korte-termijnverhuur. In het raam van onze joint-venture, gebruiken wij Smarts. Deze wagentjes parkeren vlot en zijn ideaal voor stadsverkeer en korte periodes. Car2Go onderscheidt zich door het 'free floating' principe: de gebruiker hoeft de wagen niet naar het vertrekpunt terug te brengen of in vast station af te geven. Hij kan de wagen om het even waar in stad achterlaten, voor zover de auto correct geparkeerd staat.”
Bestaat er in de bedrijfswereld een trend naar meer korte-termijnverhuur?
“Wij zullen nooit een directe concurrent zijn van een leasingmaatschappij: ons aanbod is complementair om op tijdelijke of onvoorspelbare behoeften in te spelen. Wanneer de behoeften duidelijk omschreven staan, richt het bedrijf zich tot een leasingmaatschappij. Sinds de eerste financiële crisis in 2008 kent het aangepaste vlootbeheer echter een toenemend succes: vaste behoeften worden met leasingwagens beantwoord, maar de
Didier Fenix, Managing Director van Europcar Belgium
vloot wordt ook met korte-termijnvoertuigen aangevuld. Onze taak bestaat er dus in zo nodig bij te sturen. Met onze tussenkomst kan het bedrijf zeer snel zijn structuur aanpassen. Bij de onderbreking van het kortetermijnhuurcontract rekenen wij geen verbrekingsvergoeding aan, in tegenstelling tot wat er met leasingwagens gebeurt.”
Hoe ver staat uw vloot met elektrische en hybride wagens?
“De ontwikkeling van een groene vloot en van een milieuvriendelijk beleid staat diep in ons DNA gegrift. Wij zijn het eerste kortetermijnautoverhuurbedrijf die de ISO 14001 certificering heeft verkregen voor zijn milieuvriendelijke activiteiten. Deze manier van werken uit zich in onze dagelijkse activiteiten en in de eigenheid van onze vloot. In een eerste fase hebben wij een gamma milieuvriendelijke, met duidelijke kleurencodes aangeduide producten ontwikkeld, waarvan de CO2 uitstoot onder de 120 g blijft. Als tweede stap zijn wij de eerste korte-termijnautoverhuurder geworden die elektrische wagens aanbiedt. Vroeger hadden wij al een aanbod hybride wagens. Wij trachten de op de markt beschikbare milieuvriendelijke producten te promoten.”
Welk resultaat haalt u met elektrische wagens?
“Wij wensten de eerste autoverhuurder te zijn met een aanbod aan elektrische wagens. In onze vloot hebben wij 10 Peugeot Ion en 3 Nissan Leaf staan. De infrastructuur is in België bijzonder zwak. In feite heeft ons land op dat vlak een flinke achterstand opgelopen. De wil om laadstations op het wegennet te installeren komt voornamelijk uit de privésector. Er bestaat geen duidelijk overheidsplan om de veralgemening van elektrische voertuigen te bevorderen. In de hervorming van het fiscale stelsel rond bedrijfswagens ondersteunt de regering nog nauwelijks elektrische voertuigen. Premies zijn er voor particulieren niet meer. Het gebrek aan ondersteuning, prijzen die hoog blijven en het uitblijven van laadstations en infrastructuren belemmeren allemaal de verspreiding van elektrische voertuigen. Ik blijf er echter van overtuigd dat een korte-termijnverhuurbedrijf als het onze een krachtig element is om de gebruiker meer vertrouwen in te boezemen ten opzichte van elektrische voertuigen, meer bepaald wat de autonomie betreft.” Vincent Delannoy
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
info pwc
Aard van de arbeidsrelaties – waar staan we met de sectoriële aanpak? Nieuw uitgevaardigde Koninklijke Besluiten voorzien specifieke criteria voor een aantal sectoren om de
arbeidsrelaties te kwalificeren. Deze criteria, hoewel aangepast aan de specifieke situatie binnen de sector, liggen in lijn met de oorspronkelijke criteria voorzien in de Wet.
Bewakingsdiensten
De sector van de bewakingsdiensten was de eerste om gebruik te maken van deze mogelijkheid door criteria te voorzien die verwijzen naar een socio-economische afhankelijkheid of een juridische ondergeschiktheid. Waar deze criteria sinds 24 mei 2013 de criteria van de Wet van 25 augustus 2012 vervangen, zijn ze exclusief van toepassing in de arbeidsrelaties die bestaan tussen een bewakingsagent en zijn medecontractant.
Onroerende werken
In navolging van de sector van de bewakingsdiensten, heeft de bouwsector eveneens een aantal criteria vastgelegd die uitsluitend van toepassing zijn op de arbeidsrelaties die bestaan in het kader van de uitvoering van bepaalde werken in onroerende staat, zoals gedefinieerd in het Koninklijk Besluit betreffende de BTW van 29 december 1992. Vermits de voorziene criteria zijn niet noodzakelijk van toepassing zijn binnen één bepaald paritair comité, en aangezien de werken in onroerende staat worden uitgeoefend in een 12-tal paritaire comités, heeft het Koninklijk Besluit van 7 juni 2013 expliciet de paritaire comité’s opgelijst waarop de criteria betrekking hebben. Het betreft: ◗ het paritair comité voor de stoffering en houtbewerking (PC 126) ◗ het paritair comité voor het bouwbedrijf (PC 124)
◗ het paritair comité voor de metaal-, machine- en electrische bouw (PC 111) ◗h et paritair subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie (PC 149.01)
Land- en tuinbouw
Het vermoeden ingevoerd door de Wet van 25 augustus 2012 betrof oorspronkelijk slechts 4 sectoren. Sinds 8 juli 2013 geldt het vermoeden ook voor landbouwactiviteiten (PC 144) en tuinbouwactiviteiten (PC145). Het Koninklijk Besluit van 20 juni 2013 voorziet inderdaad een lijst van 10 criteria die toelaten een vermoeden in te roepen op basis van een juridische of socio-economische band van ondergeschiktheid. We onderlijnen dat waar de lijst van de activiteiten in de landbouwsector geviseerd door het Koninklijk Besluit volledig overeenstemt met het toepassingsgebied van paritair comité 144, dit niet het geval is voor de tuinbouwactiviteiten. Inderdaad, de drie activiteiten die meest recent werden toegevoegd aan het toepassingsgebied van paritair comité 145 (manuele oogst van producten van tuinbouwactiviteit, de kweek van graszoden en het verhuren en onderhouden van planten en bloemen bij derden), schijnen niet te worden geviseerd door het Koninklijk Besluit. Of het hier een bewuste weglating betreft, blijft nog de vraag.
Conclusie
Waar de bijzondere criteria moeten worden toegepast bij de beoordeling van bestaande arbeidsrelaties in de land- en tuinbouwsector, de bewakingsdiensten en in het kader van bepaalde werken in onroerende staat, blijven de criteria voorzien in de Wet van 25 augustus 2012 tot nader order van toepassing in de schoonmaaksector en de sector van het transport van personen en goederen. Uit onderzoek van de criteria ingevoerd door de verschillende Koninklijke Besluiten blijkt dat deze slechts in beperkte mate afwijken van de criteria uit de Wet van 12 augustus 2012. De afwijkingen betreffen de elementen die sectorspecifiek zijn, zoals “werken in de burelen buiten de werven” wat de bouwsector betreft of een “gebrek aan autonomie […] wat het verblijf betreft” voor de land-en tuinbouwsector. Bijgevolg, in de mate dat we ons nog aan de publicatie van nieuwe Koninklijke Besluiten kunnen verwachten in deze materie, is het ten zeerste aan te raden dat in de betrokken sectoren (en in elke sector die geacht kan worden een risico sector te zijn) de bestaande arbeidsrelaties worden getoetst aan de Wet van 25 augustus 2012. Bart Elias & Emmanuella N. Rurashitse PwC HR Law
59 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
D
e Wet van 25 augustus 2012 heeft een weerlegbaar vermoeden van het bestaan van een arbeidsverhouding ingevoerd voor een beperkt aantal activiteiten waar het risico op schijnzelfstandigheid vermoed wordt meer voor te komen. Het betreft volgende activiteiten: ◗d e bouw (hoofdzakelijk werken in onroerend goed) ◗ bewakings- en toezichtsdiensten ◗ vervoer van goederen en personen ◗ schoonmaak We onderlijnen hierbij dat deze activiteiten niet noodzakelijk overeenstemmen met het toepassingsgebied van één enkel paritair comité. Het vermoeden wordt vastgesteld voor deze activiteiten indien de meerderheid van 9 door de wet ingevoerde criteria zijn vervuld. De wetgever heeft in dit verband de mogelijkheid gelaten aan de Koning om, middels een vereenvoudigde adviesprocedure, specifieke criteria te voorzien voor bepaalde sectoren en beroepen. Bepaalde sectoren hebben hiervan geprofiteerd om dergelijke criteria vast te leggen.
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
Fiscaliteit
Actualiteit met betrekking tot de roerende voorheffing Er werd besloten om opnieuw een verlaagde roerende voorheffing in te voeren op dividenden vanaf 1 juli 2013 aan het tarief van 15% en om de roerende voorheffing op liquidatieboni van 10 naar 25% te verhogen. Deze twee maatregelen zullen een zekere impact hebben op de liquiditeiten en het kapitaal van veel Belgische bedrijven. Een eerste analyse. Verlaagde roerende voorheffing op dividenden vanaf 2013
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
60
Nadat het tarief van de roerende voorheffing op dividenden van 15% naar 25% verhoogd werd, wenst de regering verrassend genoeg een nieuw stelsel in te voeren van een verlaagde roerende voorheffing voor KMO’s op inbrengen in geld vanaf 1 juli 2013. De verlaagde roerende voorheffing zal 20% bedragen voor dividenden die uitgekeerd worden tijdens de eerste twee jaren volgend op de inbreng, en 15% voor dividenden die uitgekeerd worden vanaf het derde jaar. Het voordeel van het verlaagde tarief zal onder de volgende voorwaarden worden toegekend: ◗ De aandelen zullen moeten uitgegeven worden vanaf 1 juli 2013, hetzij naar aanleiding van de oprichting van de vennootschap, hetzij in het kader van een kapitaalsverhoging ◗ Dit stelsel zal slechts van toepassing zijn op ‘kleine’ vennootschappen ◗ De kapitaalsverhoging moet contant gebeuren ◗ De aandelen zullen op naam moeten zijn en ze zullen integraal volstort moeten zijn ◗ De aandeelhouders zullen de aandelen ononderbroken in volle eigendom moeten hebben sinds de datum van de kapitaalinbreng ◗ De aandelen zullen niet bevoorrecht mogen zijn Nieuwe antimisbruik bepalingen werden eveneens ingevoerd om zekere « constructies » te vermijden. Dit nieuwe tarief lijkt heilzaam in de huidige moeilijke economische tijden. Om er effectief een voordeel uit te halen, zou men deze maatregelen aandachtig moeten analyseren.
Verhoging van het tarief van de roerende voorheffing van 10% naar 25% op de liquidatieboni vanaf 1 oktober 2014 en overgangsstelsel
Het tarief van de roerende voorheffing wordt verhoogd van 10% naar 25% voor wat betreft de liquidatieboni die werden uitgekeerd of toegewezen vanaf 1 oktober 2014 en dit, wat ook de datum van de ontbinding van de vennootschap mag zijn. Deze verhoging van 150% van de belasting is vooral schokkend in die zin dat zij de reeds geplaatste reserves belast. Een overgangsstelsel laat aan de vennootschappen toe om hun geplaatste reserves anticipatief te vergrendelen aan een tarief
van 10%, zonder effectief over te gaan tot de vereffening. De reserves, zoals ze door de AV uiterlijk op 31 maart 2013 werden goedgekeurd, zouden gekwalificeerd kunnen worden als fiscaal vrijgesteld kapitaal indien ze uitgekeerd worden als dividend (aan het tarief van 10%) in 2013 of 2014, op voorwaarde dat het verkregen bedrag onmiddellijk geïncorporeerd wordt in het kapitaal. Dit kapitaal kan derhalve vrij van belastingen terugbetaald worden indien een wachttermijn in acht werd genomen. Er wordt een speciale heffing van 15% voorzien voor de vennootschappen die een dergelijk dividend toewijzen terwijl zij hun distributiebeleid aan het wijzigen zijn. Al mag deze tariefverhoging afgekeurd worden, het overgangsstelsel lijkt mooie distributiemogelijkheden te bieden aan de vennootschappen die reserves hebben opgebouwd. Men kan er tevens bijna zeker van zijn dat de vereffeningen van vennootschappen zich zullen vermenigvuldigen tijdens de volgende maanden om onmiddellijk te kunnen genieten van de liquiditeit van de vennootschap aan het tarief van 10% dat nog steeds in werking is en om te vermijden dat men belast zou worden aan een tarief van 25%. Het oprichten van een goed gereguleerde holding kan eveneens een fiscaal aantrekkelijke mogelijkheid zijn.
Besluit
Het tweede deel van het jaar 2013 zal een scharniermoment zijn voor veel Belgische vennootschappen die de juiste beslissingen zullen moeten nemen om te kunnen genieten van het verlaagde tarief van de roerende voorheffing en om het tarief van 10% roerende voorheffing op de opgebouwde en onuitgegeven reserves te behouden. Deze twee maatregelen die soms moeilijk te verenigen zijn, het spectrum van de antimisbruik bepaling, het gebrek aan transparantie en duidelijkheid van de wettelijke bepalingen evenals een strakke timing zullen de zaakvoerders van de vennootschappen er toe aanzetten om snel na te denken over de nodige aanpassingen die zij in hun structuur zullen moeten doorvoeren. Emmanuel Delannoy, Advocaat
[email protected]
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
Startup
Qustomer: met één enkele klantenkaart de toekomst tegemoet Klantenkaarten zijn lastig, nutteloos, te talrijk, verzadigen portefeuilles en beantwoorden niet meer aan
de verwachtingen van de consument. Van deze vaststelling zijn vier jonge Belgen onlangs vertrokken om Qustomer uit te vinden, een gemeenschappelijke digitale klantenkaart die al bij heel wat Belgische hande-
laars in gebruik is. Uitleg krijgen we van Antoine Humbeeck, een van de oprichters van de Brusselse startup.
“W
e hadden opgemerkt dat onze vrienden vaak de klantenkaarten van handelaars weigerden omdat ze die toch nooit zouden gebruiken of ze kwijt zouden spelen”, vertelt Antoine Humbeeck, verantwoordelijk voor strategische partnerschappen en grote klanten bij Qustomer. “Hun portefeuille zat al vol met zulke nutteloze kaarten waarvan de loyaliteitsformule trouwens veelal vrij elementair was en bij klanten die meestal tuk zijn op nieuwigheden, nogal saai kon overkomen. »
Het systeem is voordelig voor de consument, en misschien nog meer voor de handelaar: “Dankzij onze iPads in de handelszaken en de aangeboden toffe voordelen versterken buurtwinkels de band met hun klanten, enerzijds door een betere loyaliteit en anderzijds omwille van de sympathieke gesprekken die Qustomer op gang brengt. Dit product kan dus bijdragen tot de heropleving van commerciële wijken. Bovendien bouwen KMO’s met deze unieke klantenkaart voor een geringe prijs een werkelijk klantenbestand op en krijgen ze zodoende toegang tot statistieken (loyaliteitspercentage,
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Deze jonge Brusselaar kwam zo met zijn drie partners en vrienden op het idee één enkele digitale klantenkaart te ontwikkelen die alle vroegere getrouwheidsys temen zou vervangen. “Het principe is doodeenvoudig: u aanvaardt gewoon gratis uw Qustomer kaart met haar QR code in een van de deelnemende handelszaken en u scant ze, bij elk bezoek, rechtstreeks in op een iPad die op de toonbank van de handelaar is bevestigd. Wanneer de klant een aankoop doet, kan hij meteen de status van zijn rekeningen raadplegen en nagaan op welke (aanpasbare) beloningen hij recht heeft.”
61
De oprichters van Qustomer, van links naar rechts: Quentin Adam, Antoine Humbeeck, Alexandre Cardon et Alexis d’Oultremont.
transacties, klantenidentificering enz). Ze kunnen dus de ontwikkeling van hun zaak volgen en tegelijk hun fan club via de sociale netwerken aanmoedigen, aangezien klanten kunnen worden aangezet hun ervaring op het internet te delen.” Qustomer werd in september 2012 gelanceerd en is nu al in bepaalde Brusselse wijken goed ingeplant (o.a. Kastelein, Dansaert en Schuman). Ook in Vlaanderen (Gent, Antwerpen, Knokke, Brugge…) is Qustomer volop in ontwikkeling en de Waalse markt komt binnenkort aan de beurt. Bovendien werd een iPhone en Android applicatie ontwikkeld om de
Smartphone rechtstreeks op de iPad in te scannen, waardoor de gebruiker de papieren kaart zelfs niet meer nodig heeft. “Ongeveer 80.000 mensen gebruiken vandaag onze dienst. Wij wensen onze pijlsnelle ontwikkeling zowel in België als in sommige buurlanden verder te zetten”, besluit een enthousiaste Antoine Humbeeck. Zijn product kent inderdaad een spectaculair succes, wordt al in bijna 180 handelszaken gebruikt en won onlangs de Vlaamse startupwedstrijd Bizidee. Meer informatie op www.qustomer.com Hadrien Bonney
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
62
© Saskia Vanderstichele
De restauranttip van aGenDa MaGaZine
park side ••• Je Luxebrasserie Park Side ligt, zoals de naam al doet vermoeden, aan de rand van het Jubelpark, op een boogscheut van het drukke Schumanplein, in het hartje van de Europese wijk. Op mooie dagen kun je er op het terras genieten van een vorstelijk uitzicht op de triomfboog en het groen, al moet je daarvoor vaak wel over een rij spitsverkeer heen turen. Ook het interieur heeft meerdere eyecatchers, zoals de opmerkelijke glazen ‘wijnkelder’ centraal in de zaal, en een spectaculaire kroonluchter. Andere elementen zoals televisieschermen doen hier helaas wat afbreuk aan en geven het geheel toch een wat onpersoonlijk loungesfeertje. Net zoals het interieur speelt ook de menukaart op safe – wat niet onlogisch is gezien het
heel diverse, internationale publiek. Maar behalve de usual suspects als garnalenkroketten, tonijntartaar, gerookte zalm of biefstuk staan er toch een paar interessante gerechten op de kaart. Wij waren zeer tevreden met onze knapperige nobashibonbons, een soort lichte beignets van scampi in brick-deeg, geserveerd met basilicum, honing en balsamicoazijn (18 euro), en gingen vervolgens de nostalgische toer op door te kiezen voor een gerecht dat in onze jeugd in zowat alle restaurants van Frankrijk werd geserveerd: quenelles van snoekbaars à l’ancienne met een sausje van schaaldieren (27 euro). Touché, het smaakte nét zoals toen. Wie de nostalgietrip wil doortrekken, kan als toetje voor een île flottante gaan, maar wij kozen
AGENDA is het uitmagazine van Brussel. Met een handige kalender, het filmprogramma en artikels over muziek, theater, tentoonstellingen, restaurants en nog veel meer. Neem het gratis drietalige magazine mee uit een van de verdeelpunten in de stad, of ontvang het samen met Brussel Deze Week bij u thuis of op het werk. Mail uw adres naar
[email protected].
voor de baba au rhum (9 euro). Het gebakje werd voor onze neus royaal verzopen in een flinke scheut bruine Havana Club en was erg lekker. Maar ondanks deze geslaagde maaltijd, die ook nog eens werd opgediend door zeer vriendelijk personeel, kunnen we geen perfecte score geven, want wat ons betreft mist het allemaal toch een beetje smoel.. karolien merchiers
Info Blijde Inkomstlaan 24, Etterbeek, 02-238.08.08, www.restoparkside.be, gesloten op zaterdagmiddag Voor meer restauranttips: agendamagazine.be
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
Impression of a Brit
Culture, ‘correct behaviour’, and corruption Hall, identified the relationship-oriented cultures – what he calls the ‘High Context Cultures’ – with two characteristics in particular: the ability to operate more or less intuitively on ‘stored knowledge’, and a tendency to do things in a ‘non-sequential’ way. In contrast, the ‘Low Context Cultures’ tend to apply direct knowledge (for example by briefing themselves before meetings) and deal with issues in a predetermined and sequential way. The further southwards and eastwards we go across Europe, the more we move from Low Context to High Context cultures! Another aspect, in the context of cultural attitudes to fraud and corruption, is the Transparency or Concealment issue. The people of north-western Europe – the Nordics and, to a lesser extent, the Anglo-Saxons – are fervent believers in transparency at all costs. This became apparent when Finland and Sweden joined the European Union in 1995, the Finns in particular helping to introduce something like a ‘cultural revolution’ to the Commission. Their preference for talking, and tackling openly, things that people further south would prefer to leave unsaid caused a great deal of discomfort… A third aspect is what can be called the Conformity or Challenge issue. Some cultures regard getting around the rules as a ‘David and Goliath’ scenario, where the individual cheater or defrauder is David and the authorities – and, by extension, the European Commission – are Goliath. Such people tend to admire the offender, for what they perceive as either his ingenuity or his courage. It is also possible to categorise the western European cultures in terms of the way they reason. The first group, comprising the French and the Mediterranean cultures, tends to argue in a formalistic or Cartesian way, beginning the argument with an introduction (usually theoretical), proceeding to at least two and probably three sub-points, each of these with two or three supporting points, and concluding with an ‘inescapable’ conclusion. The second category is the German and Nordic cultures, which are legalistic in their reasoning, beginning with the conclusion, proceeding to the supporting arguments, and returning to the conclusion. The third kind of reasoning, the Anglo-Saxon (Eng-
lish) mode, is largely inferential and empirical, beginning with concrete or pragmatic observations and proceeding directly to a ‘logically inferred’ conclusion. The difference between the German and British approaches is quite obvious in the ways these two countries are run! Culture and public attitudes to crime also influence the way investigative journalists do their job (some cynics insist that there is no such thing as investigative journalism in some European cultures, but this is slowly changing). Professional spokespeople will tell you that the Nordics, Germans, Dutch and Anglo-Saxons tend to be direct, even at times aggressive, in their search for information. It is particularly important to be on your guard with the Dutch and the British! The Germans are generally the most correct. Latins, with the notable exception of certain media, tend to be less intrusive. Overall, there is a general increase in standards as younger and better educated people come into the profession. Hidden assumptions and indirect implications complicate the process. In addition, the actual ‘mechanics’ of two-way communication are used differently by people from different cultures: interrupting is a way of life with most Latins and, for them, Nordic silence can be very discomforting. Even politeness takes different forms: negative politeness in the case of the English, positive politeness in the Spanish – and passive politeness in the Finns! Richard Hill
63 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
O
ne of the things that surprises me about Belgium is the relative insouciance of people when a company goes bankrupt. Whereas some cultures will go to great lengths to avoid the perceived stigma of being associated with a failure, here it doesn’t really seem to be the end of the world. Business people pull down the shutters and often open up again under a different guise. Pragmatic people! The complexity of different cultural interpretations of what can be perceived as ‘correct behaviour’ is evident in many aspects of practical life. One example is provided by the comparative statistics for average payment terms in business transactions, which vary enormously from North to South. Finnish businesses pay their invoices promptly within 30 days, Greeks only pay after three months – a situation that, unrealistically, the European Commission hopes to harmonise… Cultural attitudes to more serious matters such as fraud and corruption also vary enormously across Europe. One aspect is what can be called the Rules or Relationships issue. There is a famous dilemma that has been posed by two American sociologists, Stouffer and Toby, to tens of thousands of people. It goes like this: you are in car driven by a close friend when he hits a pedestrian. You know he was going at least 55 km/hour in an area where the maximum allowed speed is 30 km/ hour. There are no witnesses. His lawyer says that, if you testify under oath that he was only driving at 30 kilometres/hour, it may save him from a conviction and fine. What right has your friend to expect you to protect him? The dilemma shows that some cultures – such as Russia, Bulgaria and Greece (intriguingly, all Orthodox countries) – are much more motivated by their loyalty to a friend than they are by ‘abstract’ rules and regulations. Others, in particular the Nordic and Anglo-Saxon cultures, are the opposite. Clearly this has an indirect impact on people’s attitudes towards those breaking the rules, whether by helping a friend in court or cheating financially. This attitude inevitably tends to encourage the spirit of clientelismo dear to the Italians, which is also mirrored in the enchufe of the Spanish and the rousfeti of the Greeks. Another American sociologist, Edward
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
Studie Jones Lang LaSalle
Een andere aanpak van immobiliën Vastgoed als strategisch tool
Jones Lang LaSalle realiseerde onlangs een internationale studie waarbij 554 bedrijven werden benaderd. Hieruit blijkt dat een actieve vastgoedstrategie de competitiviteit ten goede komt. De meeste bedrijven vertrouwen daarom hun vastgoedprojecten aan een externe deskundige (slechts 8% doen dit niet). Vestigingen in opkomende landen zijn erg in trek en vereisen systematisch dit type bijstand. Maar er bestaat ook een zoektocht naar meer prestaties. Vastgoed genoot trouwens, als resource, te weinig aandacht tot nu toe.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
64
Vandaag formuleert de vastgoeddeskundige zijn aanbevelingen bijvoorbeeld pas na een vergelijkende analyse van de bezettingsgraad en de kost van de werknemers ten opzichte van het gebruikte oppervlak. De impact op het operationele budget van een bedrijf kan verrassend hoog liggen. De externe deskundige beperkt zich echter niet tot de studie van prestaties: hij beoogt de optimalisatie van het vastgoed en houdt daarbij rekening met de impact op de algemene productiviteit. In de studie van Jones Lang LaSalle staat te lezen dat de kwaliteit van de werkomgeving
de productiviteit en de loyaliteit van de werknemers aanzienlijk beïnvloedt. Dat vermoedde iedereen, maar men maakte zich daar relatief weinig zorgen om. Het geval van Deloitte, dat onlangs het advies van Jones Lang LaSalle volgde, spreekt boekdelen: sinds de groepering van de kantoren in de Gateway van Zaventem waarderen de werknemers de dynamische en aantrekkelijke omgeving van de luchthaven, met haar talrijke diensten en breed vervoersaanbod. En kijk: de turnover van personeel is gevoelig gedaald. Een gegrond advies volgen is dus gezond voor de prestaties. DD
De absolute Business Center F'usness Center
Michael Godfriaux, CEO van f'usness, is op zich al een bijzonder dynamische persoon, maar met zijn nieuw project bloeit hij nog verder op: zijn consortium wordt nu echt volwassen met de inplanting van een competence center in het nieuwe gebouw. Het begrip ‘coworking’ krijgt hierdoor zijn volle betekenis. Het enthousiasme mag er zijn: coworking ruimten zijn volop in ontwikkeling op wereldschaal, hoewel er nog maar een twintigtal in België bestaan. Deze is in elk geval de eerste die met een alles overkoepelende service op de proppen komt voor KMO’s die zich met de hulp van de beste deskundigen willen ontwikkelen, zonder zich daarom blauw te betalen. F'usness bouwt zijn business model rond consultancy. Met de toevoeging van een competence centre zijn nu alle diensten voorhanden die KMO’s op het vlak van management, IT, marketing enz. nodig hebben. De KMO vindt er al wat op een of andere manier de business strategie van een onderneming ondersteunt, via samenwerking, gedeelde kennis en een aanpak die op de klant en zijn zakelijk succes is gericht.
Eén aanbod, drie zuilen
Het aanbod van de business center onderscheidt zich door zijn veelzijdigheid en kwaliteit, zoals uit de infrastructuur blijkt: vergaderzalen, cafetaria, keuken, kantoormeubilair, telefonie, internet, verzekeringen, secretariaat, boekhouding, onthaal, spitstechnologieën, privé parkeergelegenheid enz. Het competence center biedt drie typen diensten: management, communicatie en marketing & sales. Het centrum richt zich vooral tot jonge bedrijven die op zoek zijn naar kantoorruimte en samenwerking (in tegenstelling tot een klassieke business center legt f'usness de klemtoon op een werkelijke uitwisseling tussen de deelnemende ondernemingen) en KMO’s die al een bepaalde ervaring met de markt hebben en die zich wensen uit te breiden.
De voordelen voor de klant
Business centers voor jonge of groeiende ondernemingen bieden meerdere troeven: ◗ Beperkte opstartkosten ◗ Soepele huurformules voor kantoorruimte (soepele huurovereenkomst van korte duur) ◗ Een onmiddellijke beschikbaarheid ◗ Een uitgebreid professioneel netwerk ◗ De mogelijkheid om kennis samen te brengen in een gemeenschappelijk project ◗ De ontwikkeling van werkelijke synergieën en het delen van bekwaamheden Informatie en contact ➤
[email protected] +32.479-742.272
HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT
Week van de KMO
Een ‘Gezondheidsactie’ voor zelfstandigen IZEO, de Brusselse beweging van zelfstandigen en KMO bedrijfsleiders, organiseerde op 20 juni in samenwerking met het COm (Centrum voor Ondernemingen in moeilijkheden) et de vzw 7 Jours Santé een dag over de gezondheid.
Daaruit blijkt dat die mensen vooral door enthousiasme, strijdlustigheid en vastberadenheid worden gedreven. Door die troeven hebben deze ondernemers echter de neiging om alarmsignalen te onderschatten, en dan voornamelijk stress, versnippering van de werklast en uitputting. Sommige zelfstandigen gaan daarin zo ver dat alleen de burn-out hen nog stopt. Deze vaststellingen hebben geleid tot een organisatie van een dag van de gezondheid, middenin de Week van de KMO. Daar werd, naast de gezondheid, aandacht besteed aan het welzijn en aan het prestatievermogen van zelfstandigen dankzij verscheidene activiteiten: een gezondheidsbewust ontbijt met Catherine Lallemand (bedrijfsleidster en driedubbele laureate van de 20 km van Brussel), een voordracht van Philippe Remacle (van het Mentally Fit instituut) en de mogelijkheid om zichzelf te testen in
de MobilOforme, een voor onze kantoren geparkeerde caravan met alle nodige uitrusting om de fysieke conditie uit te testen. “Wij zijn ervan overtuigd dat een zelfstandige die in een goede conditie verkeert, ook zijn bedrijf gezond houdt!”
Een cyclus in bedrijfsbeheer, speciaal voor de KMO’s en ZKO’s
H
eel wat bedrijfsfaillissementen hadden kunnen worden vermeden met een betere opleiding van de bedrijfsleiders. Het goede nieuws is dat enkele basisprincipes en goede reflexen volstaan om het financieel beleid van een KMO/ZKO in de best mogelijke omstandigheden te laten verlopen. Grote theorieën komen hier niet aan bod, wel veel praktijk. Dit is de aanpak van deze vormingscyclus, die interactief zal verlopen. Vier thema's worden via talrijke voorbeelden, oefeningen en uitwisselingen van praktijkervaringen aangekaart: ◗ De dagdagelijkse boekhouding ◗ Het dagelijkse beheer
◗ Budgetten in KMO’S/ZKO’s ◗ Het beheer van de vervaardigingsprijs/ kostprijs en de marges De opleiding steunt op tientallen voorbeelden uit de praktijk. U hoeft geen deskundige te zijn om aan deze cyclus deel te nemen. Een flinke dosis motivatie en wat aanleg voor cijfers volstaan ruimschoots! Cyclus in bedrijfsbeheer: vier workshops met een duur van 4 tot 5 uur, op 15/10, 25/10, 8/11 en 14/11/2013 bij BECI (voertaal Frans) Inschrijvingen en informatie : Brigitte van der Mensbrugghe :
[email protected] – 02 -643 78 30
Een gezamenlijk initiatief van BECI, IZEO en het COm, in samenwerking met
Logiciels de Gestion www.sage.be
65 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
“W
ij hechten veel belang aan de vaak verwaarloosde gezondheid van zelfstandige ondernemers”, zegt IZEO Secretaris-Generaal Miguel Van Keirsbilck. “Wij weten uit ervaring dat de economische gezondheid van de KMO en de fysieke gezondheid van de bedrijfsleider nauw met elkaar zijn verbonden. Uit recente studies blijkt dat zelfstandigen zich totaal in hun beroepsproject investeren, geen afstand kunnen nemen en vaak onder druk staan. Ze nemen dus geen tijd om regelmatig hun gezondheid te laten controleren. Om dit te verhelpen, biedt IZEO aan zijn leden een jaarlijkse of tweejaarlijkse medische controle.” Gezondheid en een zekere vorm van mentale sereniteit gaan hand in hand. Dankzij het initiatief van IZEO, BECI en het COm hebben 450 zelfstandigen en KMO bedrijfsleiders de Halin Prémont Enneagram personaliteitstest afgelegd.
E T A ED
H T E V 3 A 1 0 S .2 0 1 . 09
Bruxelles : 100 idées business pour 100.000 jobs
Brussel: 100 business ideeën voor 100.000 jobs Laten we anders smurfen
Shtroumpfons autrement !
Annual Event
www.beci.be
Leden trefpunt
Deze rubriek staat ter beschikking van onze leden. Als u uw activiteiten wil bekendmaken, stuur dan een bericht van een vijftiental regels naar
[email protected] (onder voorbehoud van de beschikbare ruimte).
uw partner in consultancy en vlootbeheer
kantoor Field Fisher Waterhouse LLP kondigt aan dat Hakim Haouideg tot partner wordt gepromoveerd en dit vanaf 1 mei 2013. Hakim Haouideg vervoegde het departement intellectuele eigendom van het Brussels kantoor als senior associate, samen met partner Stijn Debaene, in oktober 2009. Beiden werkten eerder samen bij Allen & Overy. Hakim treedt op in een brede waaier van geschillen, voornamelijk in auteursrechterlijke en merkenrechterlijke dossiers. Hij staat de cliënten bij in allerlei transacties en meerbepaald bij technologietransfers, softwarelicentie-overeenkomsten, outsourcing en productie- en distributiecontracten binnen de audiovisuele sector. Hakim behaalde zijn rechtsdiploma aan de Katholieke Universiteit van Louvain-la-Neuve en verwierf nadien een extra Master in Law, Science & Technology aan de Stanford University (California, USA). Alvorens hij aan
◗ missies op maat, die inspelen op de behoeften van de onderneming ◗ een externe consultant die onafhankelijk blijft van verhuurders en constructeurs ◗ kennis van zaken, vakbekwaamheid en een vlotte omgang met de hulpmiddelen en de markt ◗ het constant bijwerken in functie van de nieuwe reglementeringen ◗ contacten en een netwerk die de belangen van de klant verdedigen Fleet2B is noch een tussenpersoon, noch een aankoopcentrale. Fleet2B komt op voor de belangen van zijn klant, zoals een Fleet Manager dat zou doen. Christophe Janssen - Louizaleen 475 - 1050 Brussel Tel.: 02/613.16.42 - Mobiel: 0475/54 08 28 E-mail:
[email protected] - Internet: www.fleet2b.be
benoemt een nieuwe partner in zijn Brussels de slag ging bij Allen & Overy, werkte
Hakim Haouideg
hij eerst nog als jurist in de technology transfer afdelingen van de universiteiten van Namen en Stanford. Met de benoeming van Hakim, samen met die van 4 collega's uit het Londens kantoor en 1 in München, staat de teller nu op 154 partners. De promoties zijn het re-
sultaat van hun engagement en hun sterke prestaties van de afgelopen jaren. De promoties lopen vanaf 1 mei 2013. Eric Cusas, Managing Partner van het Brussels kantoor: "Ik ben verheugd voor Hakim. Zijn benoeming zal zeker bijdragen tot de verdere verankering van onze Europese expertise binnen het domein van de intellectuele eigendom." Michael Chissick, Managing Partner van het hoofdkantoor te Londen : "Deze benoemingen zijn nogmaals het bewijs van ons engagement om niet alleen extern te recruteren, maar om het kantoor ook van binnenuit te laten groeien door middel van interne promoties." Wenst u meer info, contacteer: Marion Meunier, Marketing & BD Manager, Field Fisher Waterhouse : + 32 (0)2 742 70 42 + 32 (0)2 742 70 77
67 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Fleet2B is actief in consultancy en in het beheer van bedrijfswagenvloten. Het beheer van en alle mogelijkheden die gepaard gaan met bedrijfsvoertuigen vertegenwoordigen een aanzienlijke kost. Vaak hebben de personen die deze functie bekleden noch de tijd, noch de kennis van zaken om het wagenpark optimaal te beheren. Voor het beheer van de contracten en het dagelijkse management van hun vloot vinden de klanten bij Fleet2B een merkwaardige knowhow en een lange ervaring, zowel met wagenverhuurders als met constructeurs. Dankzij cijfergegevens die steunen op de werkelijke kosten van het wagenpark, kunnen de bedrijven hun uitgaven van dichtbij opvolgen en, belangrijker nog, gevoelig verminderen! Er moet alvast voor de tevredenheid van de wagenbestuurder worden gezorgd, maar ook voor een maximale rendabiliteit. De berekening van de werkelijke kost van de vloot, de verbetering van de bestaande processen, de onderhandeling met partners en allerlei dienstenleveranciers zijn enkele aspecten van de functie die Fleet2B ten gunste van zijn klanten wenst te bekleden. Fleet2B staat voor:
Leden trefpunt
Prixos.be kantoorartikelen – 30% goedkoper, levering 1 werkdag, 25.000 kantoorartikelen
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
68
Wilt u ook besparen op uw dagelijkse kantoorartikelen? Van klasseur tot Clairefontaine papier, van Avery etiketten tot HP toner cartridge? Kijk dan nu op onze nieuwe website: www.prixos.be Ruime keuze uit 25.000 kantoorartikelen, eenvoudig ingedeeld om gemakkelijk gevonden te worden. In onze 75 thema shops op de Prixos Plaza vindt u
alles rondom bijvoorbeeld lamineren, nieten, ringmappen, formulieren en bonnen, verschillende soorten papier, en nog meer. De levering is snel: bestellingen tot 17h worden de volgende werkdag al geleverd. KMO’s en zelfstandigen kopen op factuur. Prixos.be Kantoorartikelen is een moderne discounter. Door samenwerking met leveranciers in binnen en buiten-
land bieden we u een snelle service aan een zeer scherpe prijs. Prixos biedt u een besparing van gemiddeld 30% tov bekende andere aanbieders. 20.000 bedrijven en zelfstandigen in de Benelux gingen u al voor, velen van hen zijn vaste klant geworden. Waar wacht u nog op?
Na 16 jaar dienst bij de Balie van Brussel besliste Valérie Hambye zich aan haar passie te besteden, nl. de decoratie. Met behulp van haar werkervaring als advocaat ontwikkelt zij vandaag een activiteit van ondernemingendecorateur onder de naam Valdeco. Haar doel is haar klant beter te kennen
om zijn behoeften, smaken en wensen te identificeren. Zij probeert ook zijn waarden eigen te maken zodat zij hem kan begeleiden om zijn decoratieve identiteit te vinden, in harmonie met het welzijn van alle deelnemers aan de onderneming. De decoratie is een belegging op lange
termijn die de waarde van de werknemer en van de werkgever, zowel als het imago van de onderneming doet stijgen. Neemt U dus contact met mij om uw rendement door het welzijn te verhogen ...
www.prixos.be 02/213 38 80 -
[email protected]
Valérie Hambÿe +32 475 890 428 www.valdeco.be
Oproep aan innovatieve bedrijven en starters voor Brussels Innova! Brussels Innova, een eersteklas internationaal platform ter bevordering van innovatie en opwaardering van onderzoek en nieuwe technologieën, vindt plaats van 14 tot 16 november 2013 te Brussels Expo. Futuristische innovaties, innovaties voor dagdagelijks gebruik, gadgets, originele prototypes, een reizende tentoonstelling of didactische workshop, starters en success stories...kom uw know-how inzake innovatie delen met het publiek van Brussels Innova! Wij bieden u 3 mogelijkheden aan om gratis deel te nemen : The Innovation Avenue is een centraal gelegen ruimte die in-
genieuze en ludieke uitvindingen groepeert. The Starters Avenue is een voordelige ruimte gereserveerd voor innovatieve starters. The Social Avenue is een nieuwe ruimte dit jaar. Die zal de nadruk leggen op burgerlijke en sociale innovaties. Als u geïnteresseerd bent in één van deze drie formules, stuur ons een email op
[email protected]. Opgelet: plaatsen zijn beperkt. Deelname op één van deze 3 ruimtes gebeurt uitsluitend na onze goedkeuring. Het Brussels Innova Team
Een unieke teambuilding of incentive aan de zee Heeft u al eens gedacht aan een zeilregatta als relationele teambuilding voor uw medewerkers? Flexi Sailing zorgt voor een unieke en onvergetelijke ervaring op sportieve zeilboten. Een originele activiteit om uw teams samen te brengen. In 2012 besluiten jonge ondernemers Nicolas Gérard en Geoffroy Van Lede om hun zeilpassie in dienst van de ondernemingen te zetten en starten Flexi Sailing op. “We hadden al lang gemerkt dat zeilen boeit, motiveert en teams bindt” zegt Nicolas Gérard. Zeilen is echt een succesfactor voor teams. Op een zeilboot bepalen de communicatie en het vertrouwen van de deelnemers onder elkaar het prestatievermogen. En dat is juist wat de hechtheid van een team versterkt. Het is de reden waarom Flexi Sailing het concept van ‘skipper als toeschouwer’ inge-
voerd heeft: “Ons doel is dat op het einde van de dag de bemanning in staat is om de boot zelf te kunnen sturen zonder hulp van de kapitein. Vanaf dan worden communicatie, vertrouwen en ondernemingsgeest van groot belang” legt Geoffroy Van Lede uit. De evenementen van Flexi Sailing vinden meestal plaats in Nieuwpoort of Zeebrugge. Elke boot kan 7 personen verwelkomen. Zeilervaring is niet vereist. Op 4 oktober 2013 wordt Winds of Real Estate georganiseerd, een networking en regatta dag voor leiders van de vastgoedsector. Contact : Nicolas Gérard - 0474 33 36 30
[email protected] - www.flexisailing.be
Agenda
HR management, personal improvement • 24.09.2013 L’athlète d’entreprise ou comment mieux gérer son énergie pour être plus performant sous pression* • 03.10.2013 90 trucs pratiques pour mieux gérer votre temps* • 08.10.2013 (+ 5 autres dates) : Responsabilité sociétale des entreprises : aussi pour vous* • 18 et 25.10.2013 Les 7 merveilles d’un Grand Leader* • 7.11.2013 90 trucs pratiques pour mieux gérer votre temps* • 15.11 au 13.12.2013 Selfcoaching : découvrez les ressources insoupçonnées de votre cerveau* • 26.11.2013 Faire faire ou comment réussir la délégation responsable*
Verkoop, marketing en bedrijfscommunicatie • 26.09.2013 L’optimalisation professionnelle de votre iPad* • 01.10.2013 Elevator Pitch ou technique de communication rapide* • 10.10.2013 LinkedIn : comment l’utiliser ?* • 14.11.2013 Twitter : comment l’utiliser ?* • 21.11.2013 Time & Territory*
Opleidingen op maat U vindt de opleiding niet die u zoekt? Contacteer ons! Ons opleidingenaanbod wordt opgesteld in functie van de vragen die u ons stelt. U wilt uw vaardigheden ontwikkelen, uw medewerkers beter laten presteren, de teamgeest in uw onderneming versterken?
➜ Brigitte van der Mensbrugghe +32 2 643 78 30 –
[email protected]
Sociale wetgeving • 26.09.2013 Het eenheidsstatuut: een volledig overzicht van deze kwestie • 07.10.2013 Des stagiaires et des apprentis dans votre entreprise, une bonne idée ? * • 10.10.2013 Assujettissement des personnes à l’ONSS, faux indépendants et faux salariés * • 17.10.2013 Le Salary split dans tous ses états. Entre obligation(s) et optimisation ? *
bedrijven uit Sri Lanka • 23.10.2013 Uw Exportformaliteiten • 24.10.2013 Toegang tot financiering • 06.11.2013 Business meetings with a delegation of UK Midlands companies • 12.11.2013 Belastingsheffing op de dienstensector • 20.11.2013 Bezoek aan de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling • 24 tot 29.11.2013 Zakenreis naar Ethiopië – Africa’s best kept secret • 29.11.2013 Enterprise Europe Day KMO-week • 05.12.2013 Toegang tot financiering • 10.12.2013 EU-financiering ➜ Beci’s International Department +32 2 643 78 02 -
[email protected]
• 21.10.2013 Actualité en matière de transfert d’entreprise (aspects sociaux) *
Events
• 25.11.2013 La fraude sociale *
• 25.09.2013 Entrepreneurs Night
• 06.12.2013 Beci HR Lunch
• 09.10.2013 Annual Event – Blue Economy: 100 ideeën voor 100.000 jobs
➜ Frédéric Simon +32 2 643 78 17
[email protected]
Internationaal
• 17.10.2013 Speed Business Lunch • 25.10.2013 Job Day Sales, Finance & Administratie
• 18.09.2013 B2B contacten met een delegatie van bedrijven uit Londen
• 20.11.2013 Infoavond
Fiscaliteit en financiën
• 24.09.2013 Ontbijt met Ambassadeur van Kazachstan (tbc)
• 22.11.2013 Job Day Ingénieurs, Technicien & Informaticiens
• 15.10.2013 au 14.11.2013 Un cycle de gestion comptable spécialement imaginé pour les PME-TPE*
• 03.10.2013 EU-financiering
• 28.11.2013 Speed business lunch
• 19.11.2013 Les mots-clés en fiscalité*
• 07.10.2013 B2B contacten met een delegatie van
• 05.12.2013 Vendre sur LinkedIn et Twitter*
➜ Beci.be * Enkel in het Frans
69 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
Opleiding
Beci & co
BECI events
Golf Trophy Ondanks het miezerige weer kwamen de liefhebbers van het harde witte balletje op de greens van de Château de la Tournette samen, ter gelegenheid van onze Golf Trophy.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
70
Beci & co
BECI events
Garden Party Een maand later hadden we recht op schitterend weer voor onze jaarlijkse Garden Party in de tuinen van AXA Belgium. De gasten genoten er van de ontspannen sfeer, de lekkere walking dinner en herinneringen aan de Golden Sixties.
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
71
toetredingsaanvragen bij beci
DOOR DIRECTIE VOORDRACHT BIJ DE RAAD VAN BESTUUR AD Laborem Executive Search Parc Scientifique Erasmus /Wetenschapspark Erasmus Lennikse Baan 451 - 1070 Brussel afg.: Paul Delbaere All@ssistante BVBA avenue des Cottages 45 - 1470 Ways - Genappe Nace: 82110 - Diverse administratieve activiteiten ten behoeve van kantoren 82190 - Fotokopiëren, documentvoorbereiding en andere gespecialiseerde ondersteunende activiteiten ten behoeve van kantoren 82990 - Overige zakelijke dienstverlening, n.e.g. afg.: Anne-Lise Lagey Atelier Agricole André Mestdagh NP chaussée de Nivelles 37 - 1461 Haut-Ittre Nace: 33120 - Reparatie van machines 46610 - Groothandel in machines, werktuigen en toebehoren voor de landbouw afg.: André Mestdagh Aux Armes de Bruxelles (Restaurant) NV Beenhouwersstraat 13 - 1000 Brussel Nace: 56101 - Eetgelegenheden met volledige bediening afg.: Gilles Coupernot Axis NV Luxemburgstraat 19 - 1000 Brussel Nace: 78200 - Uitzendbureaus afg.: Christophe Velge
Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
72
Bazaar BVBA Kapucijnenstraat 63 - 1000 Brussel Nace: 56101 - Eetgelegenheden met volledige bediening 5610203 - Verkoop aan de toog of via telefoon, fax, internet van eetwaren en dranken: croissanteries, crêperies en warmewafelkramen afg.: Nadia Bakkali Beer Project NV Glimwormenlaan 13 - 1170 Brussel Nace: 11040 - Vervaardiging van andere niet-gedistilleerde gegiste dranken 11050 - Vervaardiging van bier 46349 - Groothandel in dranken, algemeen assortiment afg.: Olivier de Brauwere Benson & Winch BVBA Tervurenlaan 36-38 - 1040 Brussel Nace: 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: Marie-Claude Raty Berhanu Thewodros NP Elf Novemberlaan 56 - 1040 Brussel afg.: Thewodros Berhanu Berliner-Bekhor Sonia NP F. Rooseveltlaan 116 - 1050 Brussel Nace: 47750 - Detailhandel in cosmetica en toiletartikelen in gespecialiseerde winkels afg.: Sonia Bekhor BGM Consultants NV Frans Lyceumlaan 5 A - 1180 Brussel Nace: 6920201 - Verlenen van advies i.v.m. boekhouding en organisatie van boekhoudingsdiensten voor rekening van derden 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering 73200 - Markt- en opinieonderzoek afg.: Adel Kamoun BK Managment BVBA Sint-Michielslaan 47 - 1040 Brussel Nace: 46510 - Groothandel in computers, randapparatuur en software 46693 - Groothandel in elektrisch materiaal, inclusief installatiemateriaal afg.: Patrick Legrand Blavier Jean-Paul NP Rue des Lilas 11 - 1330 Rixensart afg.: Jean-Paul Blavier Bolsena BVBA Kerselarenbergstraat 23 - 1200 Brussel Nace: 47787 - Detailhandel in nieuwe kunstvoorwerpen in gespe-
cialiseerde winkels 85592 - Beroepsopleiding afg.: Stephanie Manasseh Brand-Partners NV Building J Drève Richelle 161 - 1410 Waterloo Nace: 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering 7810001 - Zoeken, selecteren, verwijzen en plaatsen van personeel t.b.v. latere werkgever of werkzoeker: formulering van taakomschrijvingen; afg.: Sébastien Curnel Bruneau International NVBA Rue Maréchal de Lattre de Tassigny 8 - 2275 Lille - FRANCE afg.: Pierre Bruneau Claim It BVBA Louizalaan 500 - 1050 Brussel Nace: 82990 - Overige zakelijke dienstverlening, n.e.g. 96099 - Overige persoonlijke diensten afg.: Ralph Paris Contentia NV Boulevard Industriel 54 K31-49 - 7700 Mouscron Nace: 6920101 - Invullen van aangifteformulieren voor de loon- en inkomstenbelasting voor particulieren en bedrijven 82910 - Incasso- en kredietbureaus afg.: Martine T'Jampens DelArt Media BVBA Kleine Langeheidestraat 14 - 3040 Ottenburg Nace: 59113 - Productie van films, m.u.v. bioscoop- en televisiefilms 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering 7311006 - Concipiëren van reclametechnieken die ernaar streven de individuele afg.: Lorenzo Del Marmol Dynafin Consulting BVBA Congresstraat 35 - 1000 Brussel Nace: 66199 - Overige ondersteunende activiteiten in verband met financiële diensten, exclusief verzekeringen en pensioenfondsen, n.e.g. 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: David Ramakers EUMA (European Managment Assistants) C/O Sheraton Brussels Airport Brussels National Airoprt - 1930 Zaventem afg.: Sabrina Franchini
Financial Software Consulting (FSC) BVBA Chaussée d'Enghien 411 - 7060 Soignies Nace: 62020 - Computerconsultancy-activiteiten afg.: Bernard Van Stickel Flexisky BVBA Avenue du Printemps 31 - 1410 Waterloo Nace: 62020 - Computerconsultancyactiviteiten 62090 - Overige diensten op het gebied van informatietechnologie en computer 63120 - Webportalen afg.: Nicolas Gérard FNAPG-FB NVOK-PF VZW Stalingradlaan 76 - 1000 Brussel Nace: 94992 - Verenigingen en bewegingen voor volwassenen afg.: Joseph Henneghein Go Concept Hansen Soulielaan 5 bus 11-12 1040 Brussel afg.: Nathalie Ressent Great Food BVBA Alsembergsesteenweg 93 - 1060 Brussel Nace: 56101 - Eetgelegenheden met volledige bediening 56210 - Catering afg.: Gilles Molitor Heri BVBA Bosstraat 370 - 1150 Brussel Nace: 58110 - Uitgeverijen van boeken 86210 - Huisartspraktijken afg.: Justin KambembaMatekya Hirsch Paula NP Triomflaan 126 - 1160 Brussel Nace: 58290 - Overige uitgeverijen van software 62010 - Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's 62090 - Overige diensten op het gebied van informatietechnologie en computer afg.: Paula Hirsch LC Immobilière - Laachiri Mohamed NP Molièrelaan 221 - 1050 Brussel Nace: 68100 - Handel in eigen onroerend goed 68203 - Verhuur en exploitatie van eigen of geleased niet-residentieel onroerend goed, exclusief terreinen 68322 - Beheer van niet-residentieel onroerend goed voor een vast bedrag of op contractbasis afg.: Mohamed Laachiri Lenogue Jean-Marie NP Biststraat 73 - 2180 Ekeren afg.: Jean-Marie Lenogue
Express Medical Interim NV De Brouckereplein 9-13 - 1000 Brussel Nace: 78200 - Uitzendbureaus afg.: Pascale Vanrillaer Ezaura BVBA Van Beverlaan 19 - 1180 Brussel afg.: José Keuwez F.C.G. - Fiabilis Consulting Group Belgium BVBA Bastion Tower - Etage 12 Marsveldplein 5 - 1050 Brussel Nace: 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: Arnaud Tardif Fearn Group Louizalaan 163 - 1050 Brussel Nace: 7022001 - Verlenen van adviezen en hulp aan het bedrijfsleven en de overheid op het gebied van planning, organisatie, efficiëntie en toezicht, het verschaffen van informatie aan de bedrijfsleiding, enz. 72110 - Speur- en ontwikkelingswerk op biotechnologie afg.: David Fearn FIBS - Flemish International Building Services NV Lombardstraat 34-42 - 1000 Brussel Nace: 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering 78100 - Arbeidsbemiddeling 78200 - Uitzendbureaus afg.: Martine Geerts
Bomele
Mission Locale d’Anderlecht VZW Ropsy Chaudronstraat 7 – 1070 Brussel Nace: 88999 - Andere vormen van maatschappelijke dienstverlening zonder huisvesting, n.e.g. afg.: Sylvie
Murapack BVBA Rue du Stordoir 52 - 5030 Gembloux Nace: 22220 - Vervaardiging van verpakkingsmateriaal van kunststof afg.: Alain De Pape Norman Broadbent BVBA IT Tower Louizalaan 480 2ND - 1050 Brussel Nace: 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: Michel Deboeck Ofer Consulting BVBA Dieweg 184 - 1180 Brussel Nace: 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: Fabienne Zytnicki-Roux P.H.D. - Pamela Hoffmann Diffusion NV Louizalaan 396 bus 1 - 1050 Brussel Nace: 14390 - Vervaardiging van andere gebreide en gehaakte kleding 47519 - Detailhandel in overig textiel
toetredingsaanvragen bij beci in gespecialiseerde winkels 74101 - Ontwerpen van textielpatronen, kleding, juwelen, meubels en decoratieartikelen afg.: Pamela Hoffman
Securitas NV Sint-Lendriksborre 3 - 1120 Brussel Nace: 80100 - Particuliere beveiliging afg.: Régis Gaspar
Philippe Petit BVBA Baron Dhanisstraat 51 - 1040 Brussel Nace: 62010 - Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's 62020 - Computerconsultancy-activiteiten 63110 - Gegevensverwerking, webhosting en aanverwante activiteiten afg.: Philippe Petit
SGG Belgium NV Brugmannlaan 147 - 1190 Brussel Nace: 64200 - Holdings 70100 - Activiteiten van hoofdkantoren 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: Thierry Hermans
Polar Circles BVBA Kafmaasberg 4 - 3040 Huldenberg Nace: 5911301 - productie en realisatie van publicitaire films en promotiefilms, tec 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 82300 - Organisatie van congressen en beurzen afg.: Dixie Dansercoer
Sheridan Acivities NP Vanderkinderestraat 419 - 1180 Brussel Nace: 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 82990 - Overige zakelijke dienstverlening, n.e.g. afg.: Charlotte Tenot
Quendra BVBA Chaussée de Louvain 431 F 1380 Lasne Nace: 62020 - Computerconsultancy-activiteiten 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: Marc Van Eeckhout
Sparck Belgium Drève du Méreault 29 - 1410 Waterloo Nace: 46349 - Groothandel in dranken, algemeen assortiment afg.: Sarkis Kiwanian Swann & Oscar BVBA Louizalaan 129A - 1050 Brussel Nace: 47712 - Detailhandel in herenbovenkleding in gespecialiseerde winkels 47715 - Detailhandel in kledingaccessoires in gespecialiseerde winkels 47910 - Detailhan-
del via postorderbedrijven of via internet afg.: Alexandre Hames Taxis Radio Bruxellois NV Brandstoffenstraat 54-56 - 1190 Brussel Nace: 49320 - Exploitatie van taxi's 52210 - Diensten in verband met vervoer te land 53200 - Overige posterijen en koeriers afg.: Michel Pêtre Trade & Training NV Korenbeekstraat 149 c - 1080 Brussel Nace: 46510 - Groothandel in computers, randapparatuur en software 62020 - Computerconsultancy-activiteiten afg.: Henri Elias Traverse Ronan NP Rue Tout al Laer 7 - 29000 Quimper - FRANCE afg.: Ronan Traverse Vande Poel Daniel NP Herendal 80 - 1150 Brussel afg.: Daniel Vande Poel Zoetis Belgium NV Pleinlaan 17 - 1050 Brussel Nace: 21201 - Vervaardiging van geneesmiddelen 46460 - Groothandel in farmaceutische producten afg.: Rudy Rosolen
Algemene vergadering
Onze leden worden uitgenodigd tot het bijwonen van de gewone algemene vergadering van BECI - Kamer van Koophandel Brussel die zal plaatsvinden in de vergaderzalen van de Louizalaan 500 op
Agenda
Woensdag 2 oktober 2013 om 16.00 uur
◗ Goedkeuring van de notulen van de Gewone Algemene Vergadering van 2 oktober 2012 ◗ Verslag van de Raad van Bestuur ◗ Verslag van de Commissarisrevisor ◗ Goedkeuring van de rekeningen van het boekjaar 2012-2013 ◗ Goedkeuring van de ontwerpbegroting en vaststelling van het bedrag van het lidmaatschapsgeld voor het boekjaar 2013-2014 ◗ Kwijting aan de Bestuurders en Commissarisrevisor ◗ Benoeming van de Raad van Bestuur ◗ Toespraak van de Voorzitter ◗ Uitreiking van de Medaille van BECI Jean-Claude Daoust, Voorzitter
Algemene Vergadering
BECI - Verbond van Ondernemingen te Brussel vzw Onze leden worden uitgenodigd tot het bijwonen van de gewone algemene vergadering van BECI – Verbond van Ondernemingen te Brussel die zal plaatsvinden in de vergaderzalen van de Louizalaan 500 op
Agenda
Woensdag 2 oktober 2013 om 16.30 uur
◗ Goedkeuring van de notulen van de Gewone Algemene Vergadering van 2 oktober 2012 ◗ Verslag van de Raad van Bestuur ◗ Verslag van de Commissarisrevisor ◗ Goedkeuring van de rekeningen van het boekjaar 2012-2013 ◗ Goedkeuring van de ontwerpbegroting en vaststelling van het bedrag van het lidmaatschapsgeld voor het boekjaar 2013-2014 ◗ Kwijting aan de Bestuurders en Commissarisrevisor ◗ Statutaire benoemingen ◗ Toespraak van de Voorzitter Jean-Claude Daoust, Voorzitter
73 Nr.07 - september 2013 - Dyna mi ek
BECI - Kamer van Koophandel Brussel vzw
Remt automatisch, ook zijn prijs per maand De Volvo V40 met Professional Pack: rentingprijs vanaf € 439/maand.
V40 D2 vanaf € 439/maand* inclusief Professional Pack
Het Professional Pack bevat: • metaalkleur • Park Assist achter • High Performance Multimedia • 7” kleurenscherm • USB poort, AUX ingang en Bluetooth® • RTI navigatiesysteem met twee kaartupdates gratis
Netto VAA € 54,84/maand**
Fiscale aftrekbaarheid: 90 %
Specifieke eigenschappen van het operationele leasing contract: • inclusief alle onderhouden, herstellingen, ongelimiteerde vervangingen van banden, ruitherstellingen • vaste lage Bonus/Malusgraad, dus geen attest nodig en aantrekkelijke premie • lage vrijstelling • inclusief Omnium en BA verzekering • u betaalt enkel voor het gebruik van de wagen • u heeft geen verkooprisico op het einde van het contract
3,4 - 7,9 L/100 KM • 88 - 185 G CO2/KM
VOLVOCARS.BE
Geef voorrang aan veiligheid. Milieu-informatie KB 19/03/2004: www.volvocars.be Afgebeeld model ter illustratie. * Prijs per maand excl. BTW voor een Volvo V40 D2. Operationele Leasing (VCFS Standaard+) op 48 maanden, 100.000 km, met domiciliëring. Dit is een aanbod van Car Fleet Services voorbehouden voor professionelen. Aanbod onder voorbehoud van goedkeuring van het kredietdossier door Volvo Car Fleet Services en wijzigingen van prijs, tarief, taksen en BTW. Aanbod geldig van 8/7/2013 t.e.m 31/10/2013 ** Schatting van de maandelijkse bijdrage die de werknemer zal moeten leveren op basis van de hoogst mogelijke aanslagvoet van 53,50% op het bruto belastingvoordeel van alle aard.