2013
[DUURZAAMHEIDSPROGRAMMA 2014-2018] “DUURZAAM DOETINCHEM, DOEN!”
Inhoud 1. 2.
Inleiding...................................................................................................................................................... 3 Duurzaam Doetinchem, resultaten tot nu toe ................................................................................ 5 2.1 Klimaatplan 2004-2008 ........................................................................................................................ 5 2.2 Klimaatplan 2009-2012 ........................................................................................................................ 5 2.3 Duurzaamheidprogramma 2013 ........................................................................................................ 7 2.4 Regionale samenwerking .................................................................................................................. 10 2.5 Kortom................................................................................................................................................. 10 3. Uitgangspunten voor 2014-2018 ...................................................................................................... 11 3.1 Budget ................................................................................................................................................... 11 3.2 Beleid .................................................................................................................................................... 11 3.3 Gedrag .................................................................................................................................................. 11 3.4 Regionale samenwerking .................................................................................................................. 12 3.5 Kortom................................................................................................................................................. 13 4. Basiskader .............................................................................................................................................. 15 4.1 Grondstoffen en productieketens ................................................................................................. 15 4.2 Duurzaam land- en watergebruik................................................................................................... 16 4.3 Voedsel ................................................................................................................................................. 16 4.4 Klimaat en energie ............................................................................................................................. 17 4.5 Mobiliteit .............................................................................................................................................. 17 4.6 Speerpuntoverstijgende acties ........................................................................................................ 18 4.7 Kortom................................................................................................................................................. 18 5. Duurzaamheidspeerpunten voor 2014-2018................................................................................. 19 5.1 Energiebesparing ................................................................................................................................ 19 5.2 Opwekken duurzame energie ......................................................................................................... 20 5.3 Klimaatadaptatie ................................................................................................................................. 21 5.4 Speerpuntoverstijgende acties ........................................................................................................ 21 5.5 Kortom................................................................................................................................................. 21 6. Actieprogramma ................................................................................................................................... 23 6.1 Speerpunt: Energiebesparing ........................................................................................................... 23 6.2 Speerpunt: Opwekken duurzame energie ................................................................................... 26 6.3 Speerpunt: Klimaatadaptatie............................................................................................................ 27 6.4 Speerpunt: Duurzaamheidsinitiatieven vanuit de maatschappij/Overstijgende acties ....... 27 6.5 Duurzame bedrijfsvoering................................................................................................................ 29 7. Duurzaam Doetinchem Doen! ......................................................................................................... 31 7.1 Voorwaarden ...................................................................................................................................... 31 7.2 Ruimte geven ...................................................................................................................................... 31 7.3 Handhaving .......................................................................................................................................... 31 8. Samenvatting.......................................................................................................................................... 33
1. Inleiding Duurzaamheid is een belangrijk maatschappelijk thema. In het dagelijkse leven wordt dit begrip zelfs te pas en te onpas genoemd en vrijwel overal mee in verband gebracht. Van levensloopbestendig wonen en duurzame kleding tot het treffen van energiebesparende maatregelen en duurzame bouwmaterialen. Voor de definitie van het begrip duurzaamheid sluiten wij aan bij de definitie van de VNcommissie Brundtland uit 1987: Een duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden, zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien, in gevaar te brengen. De gemeente Doetinchem vindt duurzaamheid belangrijk. Al in 2004 hebben wij een eerste klimaatuitvoeringsplan vastgesteld, waarin een groot aantal maatregelen op het gebied van duurzaamheid waren aangekondigd (Klimaatplan 2004-2008). Dit klimaatplan is opgevolgd door het Klimaatplan 2009-2012. Per 1 januari 2013 was ook dat klimaatplan verlopen. Omdat er nog geen vervolgplan was, is voor 2013 het Duurzaamheidprogramma 2013 opgesteld. Het begrip duurzaamheid geeft een betere verwoording van de maatregelen en projecten die met het Klimaatplan zijn uitgevoerd. Het Duurzaamheidprogramma 2013 loopt eind van dit jaar af. Een opvolger van dat programma is nodig. De veranderende rol van de overheid en de keuzes die we maken omtrent de duurzaamheidonderwerpen, drukken een belangrijke stempel op de beleidsweg die we moeten insteken. Doetinchem kan en wil niet overal op inzetten. Dit is een onmogelijke opgave. Daarbij komt dat duurzaamheid iets ván en vóór de samenleving is. De veranderende rol vraagt om creativiteit en flexibiliteit en hoofdzakelijk; inzet dóór de samenleving. Het voorliggende Duurzaamheidprogramma 2014-2018 geeft een duurzaam vervolg aan het tot op heden gevoerde beleid en speelt in op onze veranderende rol als overheid. Duurzaam Doetinchem, Doen! we samen.
3
2. Duurzaam Doetinchem, resultaten tot nu toe De laatste jaren zijn er tal van successen behaald binnen de gemeente op het gebied van duurzaamheid.
2.1 Klimaatplan 2004-2008 Op grond van het programma van 2004-2008 is in de woningbouw actie ondernomen door energiebesparing te realiseren. Zo’n 1200 woningen in Doetinchem hebben een energiebox gekregen, met adviezen voor verdere energiebesparing. Bij bijna 400 woningen zijn EnergiePrestatieAdviezen gegeven. In de gemeentelijke gebouwen zijn licht-detectiesystemen aangelegd. Tevens is de verlichting vervangen voor hoge rendementsverlichting en is de gemeente 100 % groene energie gaan aankopen voor het energieverbruik van gemeentelijke gebouwen. Behalve technische maatregelen heeft de gemeente ook informatieavonden voor bedrijven georganiseerd. Het Klimaatplan 2004-2008 is in 2006 herzien. Niet alle ambities die vooraf gesteld waren zijn daarom uitgevoerd.
2.2 Klimaatplan 2009-2012 Het Klimaatplan 2009-2012 was het vervolg op het Klimaatplan 2004-2008. Dit nieuwe plan was uitgebreider en bevatte meer initiatieven van een concreter aard. Op basis van speerpunten zijn de activiteiten onderverdeeld, te weten: Speerpunt: Duurzame overheid
Duurzame energie (productie) Energiezuinige gebouwde omgeving
Activiteiten: Binnen de gemeentelijke organisatie heeft gemeente Doetinchem een aantal stappen gezet op het gebied van duurzaamheid. De gemeente: - heeft het gemeentelijke wagenpark vervangen door voertuigen die rijden op aardgas; - heeft ter bevordering van het schone rijden eveneens een aantal elektrische oplaadpunten gerealiseerd; - heeft gezorgd voor een groengas-station; - stimuleert om het aantal papierafdrukken te reduceren; - stimuleert de auto vaker thuis te laten staan met behulp van een vervoersplan; - heeft eco-toiletten in de gemeentelijke gebouwen. Regio Achterhoek zet in op bio-warmtekrachtkoppeling, stoken op streekhout en het opzetten van een inzamelstructuur voor knip- en snoeihout. We zien ook veel potentie in co-vergisting. Er lopen verschillende projecten om gebouwen en nieuwbouw energiezuiniger te maken. Hier volgt een opsomming: - In het kader van het project ‘Energieadvies aan huis’ kregen 1200 adressen een energiebox om simpele energiebesparende maatregelen in eigen huis te nemen, Daarnaast zijn aan 400 woningen energieprestatie adviezen gegeven. Het project was gericht op huurders; - In de stedenbouwkundige plannen wordt noordzuid verkaveling structureel meegenomen. Dit heeft een gunstig effect op de energiehuishouding dankzij de bezonning; - Er is een warmtekrachtkoppelings-installatie gerealiseerd bij een zwembad in de gemeente. 5
Duurzame bedrijven/scholen
Klimaatbestendige leefomgeving (adaptatie)
Openbare verlichting Duurzame economie
Bij de ontwikkeling van het A18 bedrijvenpark is naast winst- en verliescijfers nadrukkelijk gekeken naar de gevolgen van de bedrijfsactiviteiten voor mens en milieu. Zo is bijvoorbeeld een energieplan opgesteld met verschillende energiestrategieën. In 2011 is de bijzonder duurzame school ‘De Kleine Prins’ geopend. In de regio Achterhoek zijn koelteparken aangelegd. Om een prettig leefklimaat te waarborgen. Hierin zijn recreatiemogelijkheden in de schaduw en waterpartijen aanwezig. Daarnaast wordt gewerkt aan het voorkomen van wateroverlast van hemelwater door het afkoppelen van het riool. De openbare verlichting is energiezuiniger gemaakt. Onder het motto ‘Licht als het moet, donker als het kan’, wordt de hoeveelheid verspilde energie geminimaliseerd. Dit onderwerp stond als speerpunt in het klimaatplan maar was nog niet omgezet in concrete acties, omdat de kredietcrisis toen net was toegeslagen. Inmiddels is het actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem 2020 opgesteld.
In de bovenstaande projecten is op bepaalde punten verder gekeken dan klimaat en energie. Bij het inkoopbeleid werd rekening gehouden met milieuaspecten (duurzaam geproduceerd hout), sociale aspecten (geen kinderarbeid) en economische aspecten (inzetten personeel met een afstand tot de arbeidsmarkt). Ook de realisatie van een koeltepark en het onderzoek naar bedrijfsactiviteiten bij het A18 Bedrijvenpark zijn hier voorbeelden van. Achterhoek bespaart Naast het Klimaatplan 2009-2012 heeft de provincie een subsidie beschikbaar gesteld voor het treffen van energiebesparende maatregelen aan woningen. De regio heeft dit opgepakt onder de projectnaam ‘Achterhoek Bespaart’. Bij dit project wordt geld uitgekeerd aan woningeigenaren die energiebesparende maatregelen doorvoeren. De uitgekeerde subsidie werkt als een drempelverlaging tot het nemen van energiebesparende maatregelen. De gemeente keert in samenwerking met de provincie een bedrag uit van 1/3e van de investering, met een maximum van €500,-. Jaar
Aantal aanvragen
Uitgekeerd bedrag
2009 100 €49.000,2010 100 €47.000,2011 150 €75.000,Totaal 350 €170.000,Tabel 2: Afgeronde resultaten Achterhoek bespaart 2009-2011
Besparing CO2 in kg 1.400.000 1.100.000 1.500.000 4.000.000
Mede dankzij de regeling Achterhoek bespaart is de uitstoot van CO2 gedaald van 93.000 ton CO2 in 2008 tot 87.600 ton in 2012 (de sector mobiliteit buiten beschouwing gelaten). Actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem 2020 Het speerpunt Duurzame Economie uit het Klimaatplan 2009-2012 is omgezet in een apart beleidsdocument ‘Dynamisch Duurzaam Doetinchem 2020’. Het betreft een actieplan voor de komende 20 jaar om de economie op een dynamische en duurzame manier te stimuleren. De actiepunten uit het plan zijn onderverdeeld in een drietal thema’s: Dynamisch (onderwijs, innovatief en creatief ondernemerschap voor jongeren, etc.), Duurzaam (groene economie, 6
duurzaam inkopen, etc.), en Doetinchem centraal (RBT in de markt zetten, bereikbaarheid, ouderen voorzieningen, etc.). De projecten uit het actieplan zijn middelen om de visie (een dynamisch en duurzaam Doetinchem) te bereiken. Het plan is herzien in 2011. De herziening heeft er toe geleid dat meer aandacht uitgaat naar de sociale en economische kwaliteit en minder naar de milieukwaliteit. De projecten die uitgevoerd zouden worden voor een groene economie (energietransitie) zijn grotendeels geschrapt. Overig Buiten het Klimaatplan om, beschikt het nieuwe gemeentelijke gebouw bij de gemeentewerf over een houtkachel. Deze voorziet volledig in de warmte vraag van het gebouw. Daarnaast wordt een grote slag geslagen door prestatieafspraken te maken met woningcorporaties. Sité Woondiensten heeft mede hierdoor duurzaamheid in zijn visie verankerd.
2.3 Duurzaamheidprogramma 2013 In februari 2013is het Duurzaamheidprogramma 2013 in werking getreden. Dit beschrijft de initiatieven die in 2013 gerealiseerd gaan worden. Hoewel het de naam duurzaamheidprogramma draagt, is het voornamelijk een voortborduursel op het klimaatplan. Daarnaast bevat het programma ook de activiteiten die in regionaal verband uitgevoerd worden. De volgende projecten zijn/worden uitgevoerd: Project
Beschrijving
Energiebesparing eigen accommodaties
Energiebesparing bewerkstelligen bij eigen accommodaties, indien mogelijk in combinatie met zelf opgewekte duurzame energie. Hierbij kan worden gedacht aan zonnepanelen, een houtkachel, etc. Samen met de stichting Achterhoek Duurzaam Verbouwen gaan we eind 2013 bekijken welke energiebesparende maatregelen er nog mogelijk zijn. Gebruik van duurzame brandstoffen in de gemeente stimuleren door ondernemers te overtuigen van de meerwaarde van duurzame mobiliteit. Als vervolg op de aanleg van de elektrische oplaadpunten en het groengas tankstation. Hierbij is gebruik gemaakt van een deskundig extern bureau. In juli 2013 zijn we hier (na een contract van 3 jaar) mee gestopt. Drie bedrijven zijn overgestapt op een groengas wagenpark. De markt moet de promotie verder zelf gaan oppakken. Input en medewerking verlenen aan de ambities door opzet van projecten al dan niet in regionaal verband. Dit blijft een doorlopend traject dat ook met dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018 voortgezet zal worden. Het in regionaal verband uitwerken van een bodemenergiekansenkaart per gemeente. Deze kaart is bedoeld om de kansen en belemmeringen voor toe te passen bodemenergie systemen in beeld te brengen. De kaart is inmiddels gereed.
Stimulering gebruik duurzame brandstoffen
Invulling ambities Achterhoek Agenda 2020
Opstellen kansenkaart bodemenergie
7
8
Inzet klimaatverbond Nederland
MKBA rapport
Verkeersregelinstallaties
Duurzaamheidproject basisscholen
Project ‘Stoken op streekhout’
Transitie van aardgas naar biogas
Ondersteuning regionaal duurzaamheidoverleg
Jaarlijkse bedrag dat dient als Doetinchemse bijdrage aan de Vereniging Klimaatverbond Nederland. Dit blijft een doorlopend traject dat ook met dit duurzaamheidprogramma 2014-2018 voorgezet zal worden. Maatschappelijke kosten en baten analyse naar lokale duurzame energie initiatieven in opdracht van de VNG. De gemeente Doetinchem is in samenwerking met andere overheden medefinancierder van dit onderzoek. Het rapport is inmiddels afgerond. Daarop heeft de VNG een lobbybrief m.b.t. fiscale stimulering van duurzame energie aan de tweede kamer gestuurd. In januari 2013 is een pilot uitgevoerd gericht op energiebesparende maatregelen van VRI’s met behulp van dimmers. Als vervolg hierop zijn meerdere installaties voorzien van dimmers. Het project is afgerond. Een lespakket over zonne-energie voor de groepen 7 en 8 van de basisscholen in de gemeente. Het project is een groot succes. Vrijwel alle basisscholen doen mee. In september 2013 gaan de lessen van start. Het project richt zich op het benutten van streekhout ter bevordering van het gebruik van lokale hernieuwbare energiebronnen. Er zijn nog veel vragen over de uitvoering van dit project. Mogelijk wordt het vervolg opgepakt binnen Agem. Ter stimulering van de omschakeling van bedrijfsvoertuigen van aardgas naar biogas is rekening gehouden met een beperkt budget voor planvorming en onderzoek. Er is een ambtelijk overleg in de regio Achterhoek. Voor de secretariële ondersteuning van dit overleg levert iedere Achterhoekse gemeente een financiële bijdrage. Dit blijft een doorlopend traject dat ook met dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018 voorgezet zal worden.
Achterhoek bespaart Door het succes van de subsidieregeling 2011-2012 heeft de provincie besloten om ‘Achterhoek bespaart’ voort te zetten en een hiervoor een bedrag vrij te maken van €300.000,-. Het geld wordt uitgekeerd aan woningeigenaren die energiebesparende maatregelen doorvoeren. De uitgekeerde subsidie werkt als een drempelverlaging tot het nemen van energiebesparende maatregelen. De gemeente keert in samenwerking met de provincie een bedrag uit van 1/3e van de investering, met een maximum van €500,-. Voor 2013 zijn nog geen resultaten binnen. Gezien de voorgaande subsidiejaren erg goed zijn verlopen verwachten we er voor de komende jaren ook weer veel van.
9
2.4 Regionale samenwerking Naast de gemeentelijke beleidsdocumenten waaruit projecten zijn voortgevloeid doet de gemeente heel veel op het gebied van duurzaamheid in regionale samenwerkingsverbanden. Belangrijke basis daarvoor is in 2009 gelegd met de ondertekening van het Akkoord van Groenlo. Samen met overheid, onderwijs en ondernemers hebben we het doel om in 2030 energieneutraal te zijn. Al in 2020 willen we daartoe al 50 % minder CO2 uit stoten dan we deden in 1990. De regionale ambities overschrijden daarmee de nationale doelstellingen. Sinds het Akkoord van Groenlo uit 2009 zijn dan ook belangrijke stappen gemaakt; Oprichting van de Achterhoekse Groene Energie Maatschappij (Agem), die duurzame energie gaat leveren en actief wordt in energiebesparing en in de ontwikkeling en exploitatie van de lokale groene energieproductie. Oprichting van de stichting Achterhoek Duurzaam Verbouwen (ADV). De stichting helpt woningeigenaren, huurders en ondernemers om gebouwen te verduurzamen en levensloopbestendig te maken. Daarnaast zijn de lokale werkgelegenheid en betaalbare en een betaalbare energierekening speerpunten. Opstellen strategie biogastransitie Achterhoek als uitwerking van het project Biogas Infrastructuur Oost Nederland (BION). Doel is te komen tot de productie van 50 miljoen Nm3 aan biogas in 2020. De biogasproductie mag niet leiden tot een groter mestoverschot en de biogasketen moet uiteindelijk zonder exploitatiesubsidie rendabel functioneren. Realisatie van vele gemeentelijke projecten, waaronder: o Realisatie van energieparken; o Realisatie van energieneutrale woningen; o Realisatie van aardgastankstations; o Realisatie van meerdere elektrische oplaadpunten in elke gemeente; o Realisatie van isolerende maatregelen in 4000 particulieren woningen door de regeling Achterhoek Bespaart; o Verduurzaming van gemeentelijke gebouwen en installaties o.a. duurzame gemeentehuizen, plaatsing zonnepanelen, openbare verlichting; o Gebruik van biomassa voor energie; ontwikkelingen van biovergistinginstallaties; o Realisatie en ontwikkeling van windmolenparken. Dit blijft een doorlopend traject dat ook met dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018 voorgezet zal worden.
2.5 Kortom De afgelopen jaren is er dus behoorlijk veel gedaan op het gebied van duurzaamheid en zijn en worden er mooie resultaten bereikt.
10
3. Uitgangspunten voor 2014-2018 Bij het opstellen van nieuw duurzaamheidbeleid hebben we te maken met vaste gegevens maar een andere uitgangssituatie. Een gewijzigde aanpak is dus nodig.
3.1 Budget Voor de komende jaren zijn er geen SLoK-gelden meer beschikbaar. Het duurzaamheidbudget krimpt in 2014 daardoor met meer dan de helft naar €30.000,-. Daarbij verandert onze rol als overheid. De huidige crisis, die naar verwachting nog wel even zal aanhouden, vraagt van ons een meer faciliterende rol in plaats van initiërende rol. Wij hopen dat burgers en bedrijven daarom veel meer initiatief ontwikkelen en voeren. Van ons als overheid wordt een meer anticiperende instelling gevraagd. We moeten tijd en geld inzetten als aanjager voor het vliegwiel. Alleen zo kunnen projectideeën snel richting uitvoering worden gebracht. Dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018 moet daarom flexibel zijn en ruimte bieden voor eigen initiatief. We moeten kaders stellen waarbinnen wij in duurzaamheidinitiatieven willen investeren. Tegelijkertijd pakken we zelf de handschoen op voor de thema’s en taken waarvoor de gemeente verantwoordelijk is. Duurzaamheid wordt daardoor een integraal thema dat alle beleidsvelden en afdelingen raakt.
3.2 Beleid De achtergrond voor dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018 wordt gevormd door het afgelopen Klimaatplan 2009-2012, de doelstellingen in regionaal verband (energieneutraliteit in 2030 en 50 % minder CO2-uistoot in 2020) en de landelijke duurzaamheidagenda. Door het beperkte budget moeten concrete projectambities zoals in het voorgaande gemeentelijke duurzaamheidbeleid teruggeschroefd worden en zijn we veelal afhankelijk van de initiatieven die ontstaan in de maatschappij. Op beleidsmatig gebied is het daarom belangrijk om in dit Duurzaamheidprogramma 20142018 kaders te stellen in welke duurzaamheidinitiatieven wij tijd en/of geld willen investeren. Dit programma is daarom slechts in beperkte mate een geconcretiseerd beleidsstuk. De concrete uitvoering wordt uitgewerkt in de jaarlijkse duurzaamheidagenda’s. De projecten die in samenspraak met de maatschappij opgestart zullen worden, gaan een belangrijk gedeelte van het jaarlijkse programmabudget invullen. Afstemming met stichting ADV en Agem zal daarbij waar nodig aan de orde komen. Door op deze wijze in dit duurzaamheidprogramma voldoende ruimte vrij te laten kunnen de jaarlijkse agenda’s beter worden toegespitst op de actuele situatie.
3.3 Gedrag Hoeveel of hoe weinig geld er ook beschikbaar is, het realiseren van duurzaamheidambities valt of staat met de draagkracht van het beleid onder de inwoners. Ambities die op papier staan vastgelegd, moeten grotendeels worden waargemaakt door de maatschappij zelf. Burgers reageren over het algemeen negatief zodra ze bepaalde zaken opgelegd krijgen door de gemeente. De slagzin ‘burgers willen wel veranderen, maar niet veranderd worden’, geeft dit duidelijk weer (Loketgezondleven, 2013). 11
Pas zodra de maatschappij zelf het nut en de noodzaak van duurzame ontwikkeling in ziet zullen ze overstag gaan. Bij de subsidieregeling ‘de Achterhoek bespaart’ is bijvoorbeeld gebleken dat bewoners wel degelijk tijd willen besteden aan duurzaamheidmaatregelen. Hierbij speelt geld overigens nog wel als voornaamste motivatie. Op zoek gaan naar manieren hoe de bevolking stappen onderneemt zonder subsidie als voorwaarde te zien, is daarom een volgende stap. Door het beperkte budget is de gemeente genoodzaakt om duurzaamheid op een creatieve en efficiënte manier te stimuleren. De gemeente moet projecten opstellen die de maatschappij kan aanzetten tot verduurzaming. Dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018 moet daarom beleid en projecten bevatten die op een bepaalde manier een gedragsverandering te weeg kunnen brengen. Goed voorbeeld doet volgen. We kunnen als gemeente wel zeggen dat burgers duurzaamheidmaatregelen moeten treffen, maar zelf hebben wij daarin een voorbeeldfunctie. De afgelopen jaren hebben wij al vele maatregelen getroffen om onze gebouwen, (straat)verlichting en wagenpark duurzamer te maken. Zo wordt onder andere het gebouw aan de Havenstraat in Doetinchem verwarmd door een houtkachel die brandt op snoeiafval, is het gemeentehuis voorzien van waterbesparende toiletten en zijn alle verkeerslichten in de stad Doetinchem voorzien van LED-verlichting. Niet in alle gevallen is dit ook zichtbaar voor onze burgers. We moeten meer aandacht besteden aan wat wij doen aan duurzaamheid en wat dit ons (de samenleving) oplevert. Duurzaamheid zou nog meer volledig door onze gehele organisatie verankerd kunnen worden. We moeten onderzoeken welke duurzaamheidmaatregelen er nog meer getroffen kunnen worden.
3.4 Regionale samenwerking De Doetinchemse visie op gebied van duurzaamheid wordt grotendeels gevoed door regionale ambities en doelstellingen (zie ook onder 2.4). In het coalitieakkoord ‘Ruimte voor Elkaar’ (2010) wordt hier al op ingegaan en benadrukt het college het belang van duurzame ontwikkeling, maar vooral dat de gemeente dit niet alleen kan. Samen met overheid, onderwijs en ondernemers hebben we het doel om in 2030 energieneutraal te zijn. Al in 2020 willen we daartoe al 50 % minder CO2 uit stoten dan we deden in 1990. De regionale ambities overschrijden daarmee de nationale doelstellingen. Het duurzame streven wordt grotendeels bereikt door actief bezig te zijn met energiebesparing en duurzame energieopwekking. Mooie bijkomstigheid is dat lokale energieopwekking en energiebesparing een stimulans is voor de plaatselijke werkgelegenheid. In het kader van duurzame energieopwekking draagt de gemeente bij aan de oprichting en financiering van de Achterhoekse Groene Energiemaatschappij (Agem) en alle activiteiten rondom deze organisatie. Hiervoor is een apart krediet beschikbaar. De kosten drukken niet op het budget dat beschikbaar is voor de uitvoering van dit Duurzaamheidsprogramma. Wel wordt er ambtelijk tijd ingezet voor ondersteuning van projecten in, voor en door Agem. In het kader van de energiebesparing heeft de gemeente bijgedragen aan de oprichting van de stichting Achterhoek Duurzaam Verbouwen (ADV). De stichting vormt een kennisplatform, een adviesloket en is een demonstratiecentrum. Doormiddel van de combinatie van functies 12
werkt de stichting als een katalysator ter stimulering van energiebesparing in de regio. Ze richten zich hierbij op woningeigenaren, op woninghuurders en bedrijven. Als gemeente zijn we via de regio Achterhoek partner van ADV. De provincie en de regio Achterhoek hebben hiervoor budgetten beschikbaar gesteld. De kosten drukken niet op het budget dat beschikbaar is voor de uitvoering van dit Duurzaamheidprogramma. Wel wordt er ambtelijk tijd ingezet voor ondersteuning van projecten in voor en door ADV. De Agem en de ADV zijn voor ons belangrijke samenwerkingspartners. Beide partijen zijn gebaat bij een actieve rol van de gemeentelijke duurzaamheidcoördinatoren. Wederzijds kunnen wij als gemeente goed gebruik maken van deze partijen. Regionaal duurzaamheidoverleg Het regionale duurzaamheidoverleg (waarbij de duurzaamheidcoördinatoren van de Achterhoekse gemeenten aanwezig zijn) is een intergemeentelijke bijeenkomst waarbij ambtenaren het regionale duurzaamheidbeleid evalueren en duurzaamheidvraagstukken aanpakken. Dit overleg leidt tot acties en projecten die in regionaal verband opgepakt of uitgevoerd kunnen worden.
3.5 Kortom De achtergrond voor dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018 wordt voornamelijk gevormd door het afgelopen klimaatplan en de doelstellingen in regionaal verband (energieneutraliteit in 2030 en 50 % minder CO2-uistoot in 2020). De komende vier jaar bedraagt het budget voor duurzaamheid €30.000,- per jaar. Het budget is te klein voor het opzetten van grote projecten. De gemeente pakt daardoor haar rol op voor het faciliteren van projecten (tijd en geld) en het stimuleren van de maatschappij om zelf het heft in handen te nemen. Daarnaast zal de gemeente veel tijd besteden aan regionale samenwerking en het zoeken naar nieuwe kansen. Op beleidsmatig gebied schrijft dit duurzaamheidprogramma hoofdzakelijk kaders voor. Met jaarlijkse duurzaamheidagenda’s zal concrete invulling worden gegeven aan het budget.
13
4. Basiskader Het Rijk oefent veel invloed uit het beleid dat op gemeentelijk niveau uitgevoerd wordt. Ook bij het thema duurzaamheid is hier sprake van. Het kabinet geeft met de landelijke duurzaamheidagenda sturing aan hoe duurzaamheidbeleid er bij verschillende overheidslagen uit moet zien. Bij de voorgaande klimaatplannen was dit ook al het geval. Op basis van de speerpunten uit de landelijke duurzaamheid agenda en de uitgangspunten uit hoofdstuk 3 wordt de basis gevormd voor dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018. Het gaat om de volgende speerpunten: -
grondstoffen en productketens; duurzaam water- en landgebruik; voedsel; klimaat en Energie; mobiliteit; speerpuntoverstijgende acties.
De speerpunten die het Rijk hanteert, zijn niet één op één te vertalen naar onze gemeente. Per speerpunt verschillen de beïnvloedingsmogelijkheden die het rijk heeft ten opzichte van gemeenten. Bovendien heeft de gemeente Doetinchem ingezet op intensieve samenwerking met de regio om verduurzaming te realiseren. De doelstellingen die in regionaal verband zijn opgesteld zijn ambitieuzer dan de landelijke doelstellingen.
4.1 Grondstoffen en productieketens Het speerpunt ‘Grondstoffen en productketens’ is het eerste speerpunt dat behandeld wordt in de landelijke duurzaamheidagenda. Het duurzame inkoopbeleid van de gemeente Doetinchem is te plaatsen onder dit speerpunt. Bij het inkoopbeleid worden met allerlei aspecten van duurzaamheid rekening gehouden. Het gaat hierbij om het inkopen van duurzame energie, eerlijke producten, recyclebare producten, enz. De gemeente toont door het inkoopbeleid het goede voorbeeld. Bovendien is dit conform het Convenant Duurzaam Inkopen verplicht. De schaarste van bepaalde grondstoffen worden hierbij in acht genomen. Inhoudelijk heeft het speerpunt ‘Grondstoffen en productketens’, verder niet veel aandacht. Dit is te verklaren doordat nieuwbouw een belangrijk aspect is van dit speerpunt. De Achterhoek wordt getypeerd als krimpregio, nieuwbouw in de nabije toekomst zal niet veel voorkomen. Het speerpunt verliest hierdoor zijn urgentie. Naast de bouw speelt dit speerpunt bij de productieprocessen van bedrijven. De gemeente heeft echter geen/weinig directe invloed op het verduurzamen van productketens van bedrijven. Conclusie De gemeentelijke mogelijkheden op dit gebied zijn beperkt. Het duurzaam inkopen van producten blijven wij voortzetten. In het Duurzaamheidprogramma 2014-2018 willen we bekijken of we ook bedrijven kunnen verleiden om meer duurzaam te produceren.
15
4.2 Duurzaam land- en watergebruik Met dit speerpunt wordt bedoeld dat de mens op een doordachte manier het land- en watergebruik beheert, waarbij rekening wordt gehouden met de gevolgen zowel hier en nu als daar en in de toekomst. De wens voor een duurzaam land- en watergebruik is indirect als doel vastgelegd in het coalitieakkoord van de gemeente Doetinchem: Het creëren van een hoogwaardige kwaliteit van de leefomgeving door te werken aan de waterhuishouding en het groen in woonwijken (Coalitieakkoord Doetinchem, 2010). Vanzelfsprekend zijn projecten als afkoppeling (eveneens een manier van duurzaam waterbeheer) van het riool actueel. Dergelijke zaken worden echter niet bekostigd uit het geld dat beschikbaar is gesteld ter verduurzaming. De klimatologische omstandigheden worden in de toekomst steeds extremer. De wijze waarop gebruik en afvoer van water plaatsvindt, vereist daarom aandacht. Door hevige stortbuien wordt veel gevraagd van de afvoercapaciteit. Ook in de agrarische sector is dit speerpunt van belang (omgaan met droogte). Acties die binnen dit kader vallen, kunnen evenzeer vallen onder het klimaatbeleid. Het gaat hierbij om de adaptieve kant van klimaatbeleid. De gemeente heeft een regisserende functie in de fysieke leefomgeving. Vanuit het gemeentelijke atelier en bij de beoordeling van bouwplannen wordt getoetst of het plan duurzaam land- en watergebruik voorstaat. De beïnvloedingsmogelijkheden zijn daarom relatief groot. In de gemeentelijke structuurvisie Doetinchem 2035 is hier verder aandacht aan besteed. Genoemd worden noodzakelijke ruimtelijke reserveringen voor duurzame energieproductie, groen/blauwe investeringen, de relatie bebouwing/hoogwaterproblematiek en de omslag van nieuwbouw naar herbestemmings en sloop. Conclusie Beleidsmatig behoeft het speerpunt ‘Duurzaam land- en watergebruik’ weinig aandacht in het duurzaamheidprogramma, want in de gemeentelijke structuurvisie zijn hiervoor verdere handvatten gegeven. Projecten worden binnen dit kader al opgepakt, duurzaam land- en watergebruik is onderdeel van de planvorming. Dit moeten we voortzetten. Door de koppeling met de klimatologische veranderingen kan dit speerpunt worden gekoppeld aan klimaatbeleid (adaptatie). Daarin biedt dit onderwerp wel mogelijkheden binnen dit programma.
4.3 Voedsel Voldoende en gezond voedsel voor iedereen is een belangrijk onderdeel van duurzaamheid. Ook de wijze waarop, en waar (lokaal) voedsel geproduceerd, is onderdeel van dit speerpunt. In een studie van de Wageningen Universiteit (Kracht van de streek, 2013) is aangetoond dat de rol van de voedselketen in de Achterhoek de belangrijkste sector in de Achterhoek is. Het actieplan Achterhoek Agenda 2020 bevat een werkplaats ‘Kansrijk Platteland’. Deze werkplaats zet zich in voor projecten die te maken hebben met het landelijk gebied. Zo wordt er in regionaal verband gefocust op het opzetten van regionale afzetketens van producten die tevens in de Achterhoek zijn ontwikkeld. Behalve het opzetten van regionale voedselkringlopen hebben lokale overheden weinig directe invloed op de voedselzekerheid. Lokaal is voedsel afkomstig van de landbouw en veehouderij. Het verduurzamen van deze sector is voornamelijk een taak die centraal aangepakt moet 16
worden. De gemeente kan hierin wel faciliteren en verbanden leggen, bijvoorbeeld met landschap en recreatie. Conclusie Op gebied van het speerpunt voedsel kan de gemeente Doetinchem moeilijk directe invloed uitoefenen. Wel willen we projecten in het kader van bijvoorbeeld productie en verkoop van lokale producten ondersteunen. Stadslandbouw is een initiatief wat Doetinchem in dat kader graag ondersteunt. Dit duurzaamheidprogramma gaat daar ruimte voor bieden. Daarnaast kunnen we faciliteren en verbanden leggen, bijvoorbeeld met landschap en recreatie.
4.4 Klimaat en energie Het speerpunt klimaat en energie is een breed speerpunt. Zowel adaptatie als mitigatie vallen hieronder, en ook deze twee stromingen zijn op zijn beurt erg breed. In Doetinchem is het klimaatbeleid tot nu toe vrijwel in zijn geheel beperkt gebleven tot mitigatie. Het speerpunt klimaat en energie vormt, mede dankzij de intensieve regionale samenwerking, een belangrijk speerpunt voor de gemeente Doetinchem. Het speerpunt omvat een breed scala aan onderwerpen. De belangrijkste doelstellingen in het kader van dit speerpunt zijn: Een CO2-emissie reductie van 50 % in het jaar 2020 en energieneutraliteit in 2030 (Achterhoek Agenda 2020). De Achterhoek is rijk aan energiegerelateerde initiatieven. Hiervan zijn er in het verleden veel uitgevoerd of momenteel nog in uitvoering. Er zijn verschillende partijen die in regionaal verband verduurzaming moeten bewerkstelligen. Twee belangrijke zijn de Achterhoekse Groene Energiemaatschappij (Agem) en de Stichting Achterhoek Duurzaam Verbouwen (ADV). Conclusie Het klimaat- en energiebeleid biedt, naast Agem en ADV nog veel kansen op particulier, bedrijfsniveau. Met dit duurzaamheidprogramma willen we daar op inzetten. Daarbij verdelen we dit speerpunt onder in energiebesparing en duurzame energieopwekking.
4.5 Mobiliteit Het speerpunt mobiliteit vertoont raakvlakken met onderdelen van het speerpunt klimaat. Zo zal een vermindering van het gemeentelijk verkeer zorgen voor een CO2-emissie reductie. De sector mobiliteit is verantwoordelijk voor een aanzienlijk deel van de gehele CO2-uitstoot. Daarbij komt dat de verkeersintensiteit in de stad van invloed op de luchtkwaliteit. Zo beïnvloedt het de kwaliteit van de leefomgeving. De sector mobiliteit heeft veel invloed op het behalen van doelstellingen, en is daarom als apart speerpunt opgenomen. In de regio Achterhoek focust het beleid rondom verkeer en vervoer zich voornamelijk op de bereikbaarheid van de Achterhoek. In het beleid van onze gemeente is geen specifiek beleid betreffende de uitstoot van uitlaatgassen. De uitzonderingen hierop worden gevormd door het stimuleren van het fietsgebruik door gemeentelijk personeel en in de stad. De verkeersintensiteit zal naar alle waarschijnlijkheid in de nabije toekomst toenemen. De verkeersintensiteit is als gemeente moeilijk te beïnvloeden. Plaatselijk kunnen aanpassingen aan de infrastructuur worden gerealiseerd om de luchtkwaliteit te verbeteren. Daarnaast kan alternatief vervoer soelaas bieden. De gemeente stimuleert daarom al het elektrisch vervoer doormiddel van het aanleggen van oplaadplaatsen. Ten aanzien van een gezonder stadsklimaat laat de gemeente onderzoek doen naar de haalbaarheid duurzame stadsdistributie. 17
Conclusie De actiepunten waarop de gemeente binnen het speerpunt mobiliteit actie kan ondernemen, zijn al uitgevoerd of worden onderzocht. Hoewel het aandeel van de CO2-uitstoot door de sector mobiliteit hoog is, lijken de kansen op gebied van een duurzame mobiliteit op lokale schaal over het algemeen daarom gering. Aanpassingen aan de infrastructuur worden hoofdzakelijk betaald uit het verkeersbudget. Vanuit duurzaamheid kunnen we bekijken in welke vorm / op welke wijze wij hieraan kunnen bijdragen dan wel het initiatief kunnen aanjagen.
4.6 Speerpuntoverstijgende acties De speerpuntoverstijgende acties bevatten acties die niet direct te plaatsen zijn onder één van de hiervoor genoemde speerpunten. Deze speerpunten trekken duurzaamheid in een breder kader en zorgen er daardoor mede voor dat de duurzaamheidagenda zijn naam eer aan gedaan wordt. Hierbij kan gedacht worden aan het versterken van netwerken of projecten waarbij de focus ligt op andere kwaliteiten dan de milieukwaliteit.
4.7 Kortom Vanuit de speerpunten geredeneerd blijkt er op bepaalde beleidsterreinen voor ons nog winst valt te behalen. We formuleren op basis van de speerpunten onze eigen speerpunten. Het speerpunt ‘klimaat en energie’ verdelen we onder in de gemeentelijke speerpunten energiebesparing (1) en opwekken duurzame energie (2). ‘Duurzaam land- en watergebruik’ zetten we om in het speerpunt klimaatadaptatie (3). De concrete projecten in het kader ‘voedsel’, ‘grondstoffen en productketens’ en ‘mobiliteit’ brengen we samen tot één speerpunt: speerpuntoverstijgende acties (4).
18
5. Duurzaamheidspeerpunten voor 2014-2018 Op basis van de uitgangspunten en het basiskader hanteren wij voor 2014-2018 de volgende speerpunten waar we op in willen zetten wat betreft duurzaamheid: 1. Energiebesparing; 2. Opwekken duurzame energie; 3. Klimaatadaptatie; 4. Speerpuntoverstijgende acties.
5.1 Energiebesparing Het speerpunt energiebesparing bestaat uit twee onderwerpen. Het eerste onderwerp gaat over de energie besparing van de gemeentelijke organisatie zelf, met het oog op de gemeentelijke voorbeeldfunctie. Het tweede gedeelte is de energiehuishouding buiten de gemeentelijke organisatie, oftewel van de maatschappij. Deze is op zijn beurt weer onder te verdelen in een particuliere en zakelijke sector. Energiebesparing gemeentelijke organisatie Het verminderen van het energieverbruik is de eerste stap om te komen tot een energieneutraal beleid. Het beleid en de ambities worden door de gemeenten opgezet. Hierdoor zijn wij moreel verplicht ons zo intensief mogelijk in te zetten voor dit speerpunt. In het verleden is het een en ander uitgevoerd. Er zijn nog veel meer mogelijkheden om energie te besparen. We moeten onderzoeken in welke maatregelen we nog kunnen treffen en doorvoeren. Energiebesparing in de maatschappij De gemeente moet het goede voorbeeld geven. Het uiteindelijke doel hiervan is dat in de gehele gemeente het duurzame gedrag overgenomen gaat worden. De gemeente heeft niet de financiële middelen om grootse projecten op te starten. De samenleving moet zelf het initiatief nemen. De gemeente Doetinchem kan hierop inspelen door het verstrekken van tijd en faciliterende hulpmiddelen. Bij het verminderen van het energieverbruik kunnen verschillende strategieën worden toegepast. De energiebesparing kan zich focussen op twee sectoren: particulier of zakelijk. Het energieverbruik van de gemeentelijke organisatie valt hierbij onder de zakelijke sector. Zakelijke sector De zakelijke sector is voor ruim 53 % verantwoordelijk voor de totale CO2-uitstoot in de gemeente Doetinchem. Belangrijkste aandeel hierin heeft de industriële branche. Veel organisaties hebben door middel van het ondertekenen van het convenant Achterhoek 2020, toegezegd medewerking te verlenen aan projecten uit Agenda2020. Zodoende hebben ze tevens ingestemd mee te werken aan de energietransitie en dus werk te maken van energiebesparing. De vermindering van CO2-emissie een belangrijk onderwerp in de regio Achterhoek, daarom moeten we onze aandacht ook gaan vestigen op deze sector. Particuliere sector Het aandeel van de particuliere sector in de CO2-emissie is 22 %. Met de particuliere sector worden hiermee alle huishoudens in de gemeente bedoeld. Huishoudens aanzetten tot 19
energiebesparing kan de gemeente op twee verschillende manieren. Gebouwgebonden maatregelen en gedragsgerelateerde maatregelen. Bij de regeling ‘Achterhoek bespaart’ worden huiseigenaren gestimuleerd tot het nemen van gebouwgebonden maatregelen (dak-, vloer- of gevelisolatie). Het toepassen van gebouwgebonden maatregelen hangt af van de welwillendheid van burgers. Het besef dat energiebesparing geldbesparing is moet groeien. De stichting Achterhoek Duurzaam Verbouwen (ADV) kan zorgen voor een goede begeleiding voor burgers bij het energiezuiniger maken van hun woningen. ADV zal in de toekomst een belangrijke samenwerkingspartner van de gemeente Doetinchem worden. Door goede samenwerking kan resultaat geboekt worden. Ook woningcorporaties behoren tot de particuliere sector. Woningcorporaties hebben prestatieafspraken gemaakt met de gemeente over het nemen van gebouwgebonden maatregelen. Zodoende worden woningen die binnen de corporaties vallen gezamenlijk aangepakt. De tweede manier om energiebesparing te realiseren is door het beïnvloeden van het gedrag van de bevolking. Door projecten gericht op het gedrag van burgers kan tot 10 % op energie bespaard worden. Voor de gemeente ligt de uitdaging bij het enthousiast maken en overtuigen van de bevolking om een aantal simpele dingen te veranderen in het gedrag. Vanuit het landelijk beleid wordt eveneens gehamerd op het energiezuiniger maken van de bestaande woningen/gebouwen. Energiebeleid moet gekoppeld worden met armoedebeleid. Hierbij moet in ogenschouw worden genomen dat een lager energieverbruik een vermindering van de jaarlijkse kosten betekent. Hoewel de subsidieregeling Achterhoek Bespaart tot goede resultaten heeft geleid, zorgen de benodigde eigen investeringen van burgers mogelijk tot een extra drempel om deel te nemen aan de regeling. De bevolking van de Achterhoek is soms nog onvoldoende op de hoogte van het nut en de noodzaak om een duurzamer leefpatroon aan te houden. Subsidies blijken een goed middel om burgers over de streep te trekken bij het nemen van energiebesparingsmaatregelen. Wij moeten ons daarom inzetten om energiebesparing bij de zakelijke en particuliere sector nog meer te stimuleren.
5.2 Opwekken duurzame energie De Achterhoek wil in 2030 te boek staan als energieneutrale regio. Het opwekken van duurzame energie is in de regio Achterhoek daarom een actueel onderwerp. Met Achterhoekse Groene Energie Maatschappij (Agem) als kartrekker, moet duurzame energie door en voor de Achterhoek opgewekt worden. De Agem heeft er voor gezorgd dat dit takenpakket niet meer thuis hoort bij de gemeente. Wel kan de gemeenten verschillende rollen in nemen om de slagingskans van de Agem te vergroten. De belangrijkste rol heeft de gemeente Doetinchem al ingevuld: medewerking verlenen aan de Agem (zowel met financiële hulpmiddelen als met inzet van manuren). De aankomende jaren blijft de gemeente, door inzet van de gemeentelijke duurzaamheidcoördinator Agem ondersteunen met manuren. Een tweede rol zou de gemeente kunnen vervullen door afnemer te worden van energie afkomstig van de Agem. Voor 2014 is de energie al ingekocht. Voor 2015 zal Agem worden benaderd voor levering van energie. Voor het opwekken van lokale duurzame energie is de Agem de belangrijkste trekker. Kleinschalige lokale initiatieven kunnen echter gefaciliteerd worden door gemeenten. Zodra een lokaal initiatief zich aandient, zullen wij inzetten om dit initiatief een positieve stimulans te geven. 20
5.3 Klimaatadaptatie Bij adapterende maatregelen wordt de leefomgeving aangepast op de veranderende klimatologische omstandigheden. De klimatologische omstandigheden worden namelijk steeds extremer. Langdurige droogte en warmte worden afgewisseld met hevige regenval. In veel gevallen is het daarom nodig om de openbare ruimte aan te passen aan de veranderende omstandigheden. Het Doetinchemse klimaatbeleid heeft zich tot nog toe beperkt gericht op maatregelen met een adaptief karakter. Plannen voor het aanleggen van een koeltepark en het stimuleren van groene daken zijn hier voorbeelden van. Voornamelijk het stimuleren van groene daken is in de gemeente Doetinchem de afgelopen jaren vaak ter tafel gekomen. Het heeft echter tot maar weinig resultaat geleid. Doordat adaptatie steeds belangrijker wordt, verdient dit speerpunt wel prioriteit op de agendering. We moeten onderzoeken in hoeverre we adaptatie verder kunnen laten doorwerken in onze organisatie en uitvoering. De Doetinchemse structuurvisie 2035 besteedt hier ook aandacht aan.
5.4 Speerpuntoverstijgende acties Op verschillende manieren is in de gemeente Doetinchem uitgesproken om in de toekomst het duurzame pad te kiezen. De visie waar Doetinchem in 2020 volgens ons economische actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem 2020 voor moet staan is: ‘Gemeente Doetinchem is in 2020 de gemeente die bekend staat om zijn duurzame en groene economie, zijn hoogwaardige woon- en leefomgeving en zijn cultuur van sociale verbondenheid. Op dit vlak is de gemeente het voorbeeld voor andere Nederlandse gemeenten’. Potentieel interessante projecten die op een bepaalde manier het bereiken van de bovenstaande visie stimuleren, zullen daarom in aanmerking komen voor ondersteuning van de gemeente. Op dit moment speelt bijvoorbeeld het project “De energieke school” waarbij basisschoolleerlingen een lespakket krijgen aangeboden over duurzaamheid en is een nieuw initiatief met stadslandbouw in aantocht waar we graag aan mee willen werken. Verder gaan we bovenregionaal onderzoeken of dat in samenwerking met de Stedendriehoek + het mogelijk is om een stadsdistributiesysteem in te voeren.
5.5 Kortom De eerste drie speerpunten zijn concreet en voornamelijk een vervolg op het afgelopen klimaatbeleid. De speerpuntoverstijgende acties gaan in op een breder spectrum. Hiermee wordt bedoeld dat er aan projecten ook een sociaal element (sociale werkvoorziening) of dat het ingaat op thema’s die maatschappelijk van belang zijn.
21
6. Actieprogramma In dit hoofdstuk wordt per speerpunt aangegeven hoe de kansen aangepakt gaan worden. Bij de verschillende punten worden een aantal concrete projecten benoemd.
6.1 Speerpunt: Energiebesparing Bij dit speerpunt wordt beoogd een aanzet te doen tot het verminderen van het energieverbruik. Deze aanzet wordt gemaakt met behulp van de volgende projecten: Project: Beschrijving:
Termijn: Kosten: Tijd: Effect:
Subsidieregeling Achterhoek bespaart Bij het project ‘Achterhoek bespaart’ wordt geld uitgekeerd aan woning eigenaren die energiebesparende maatregelen doorvoeren. De uitgekeerde subsidie werkt als een drempelverlaging tot het nemen van energiebesparende maatregelen. De gemeente keert in samenwerking met de provincie een bedrag uit van 1/3e van de investering, met een maximum van €500,-. De regeling loopt nog tot 31 december 2014. Het is niet duidelijk of de provincie de regeling daarna nog voorzet. Ambtelijke inzet voor de administratieve afhandeling. De uitkering zelf wordt gefinancierd door provinciale subsidie. Gemiddeld 7 uur per week voor de administratieve afhandeling. - Jaarlijkse reductie van 1.000.000 kg CO2-emissie. Deze vermindering van de CO2-uitstoot geeft tegelijkertijd aan dat het energieverbruik verminderd zal worden. - Het nemen van maatregelen aan de vloer, muur of het dak verbetert het wooncomfort.
Doel: De regeling ‘Achterhoek Bespaart’ realiseert een vermindering van het totale energieverbruik in de gemeente, door bewoners een financiële prikkel te geven om maatregelen te nemen aan de vloer, gevel of het dak. Beleidsmatige onderbouwing: Het project ‘Achterhoek Bespaart’, voldoet aan alle voorwaarden. Het borduurt voort op het in het verleden ingezette gemeentelijke beleid doordat deze regeling een vervolg is op de regeling van de voorgaande jaren. Bovendien haakt het in op de landelijke duurzaamheidsagenda. Het speerpunt energiebesparing vormt een apart onderwerp op deze agenda. Daarnaast ligt het bij uitstek op één lijn met het regionale beleid (minder CO2-uitstoot en energieverbruik) en helpt het de gemeente om een duurzame gemeente te worden in de komende jaren.
Project: Beschrijving:
Termijn:
Duurzaamheidlening Ontwikkelen van een duurzaamheidlening. Met de duurzaamheidlening kunnen particuliere woningeigenaren geld lenen om duurzaamheidmaatregelen te nemen aan hun woning. De lening beschikt over gunstige voorwaarden (rente korting). In 2014 uitsluitsel of de duurzaamheidlening iets is voor de gemeente Doetinchem. 23
Kosten:
Tijd: Effect:
Ambtelijke inzet. De gemeente heeft de taak om de aanvragen voor de lening te behandelen en te toetsen. Aan dit project zijn geen directe kosten verbonden In samenwerking met SVN. Ambtelijke inzet voor opzet van de lening naar schatting 80 uur. - Afhankelijk van de maatregelen die genomen worden op basis van de lening. Het aanbrengen van energieopwekkinginstallaties en energiebesparende maatregelen zullen voor een CO2 uitstoot reductie zorgen. - Door isolatie te plaatsen kan het wooncomfort verbeteren. Als een lening wordt aangevraagd voor groene daken draagt dit ook bij aan het klimaat in huis.
Doel: Mensen een financiële impuls te geven voor het nemen van duurzaamheidmaatregelen. Beleidsmatige onderbouwing: De duurzaamheidlening kan in zijn geheel bijdragen aan een duurzamere samenleving. Het komt hierdoor op meerdere terreinen tegemoet aan verschillende doelstellingen, zowel in regionaal verband als binnen de gemeente Doetinchem.
Project: Beschrijving:
Termijn: Kosten: Tijd: Effect:
Energiekrant De energiekrant is een krant waarin bewoners gestimuleerd worden aan de slag te gaan met energiebesparing. Door mensen te overtuigen van het nut van energiebesparing kan in de hele gemeente een grote slag geslagen worden. De krant is bedoeld voor alle inwoners van de gemeente en geeft zowel simpele gedragstips als tips om maatregelen te nemen aan het huis. In de gemeente Rheden heeft dit project tot succes geleid. Het bleek namelijk dat het aantal subsidieaanvragen voor energiebesparende maatregelen steeg. Daarnaast steeg het aantal mensen dat maatregelen nam zonder dat daar subsidie voor aangevraagd werd. Van 2014 tot en met 2018 twee keer per jaar een editie in het Oost Gelders Vizier. Ongeveer €1.000 per editie. Gemiddeld 40 uur per editie. - De winst die bij dit project behaald kan worden wordt geschat op een jaarlijkse reductie 500.000 kilo CO2-emissie. - Het nemen van energiebesparende maatregelen (bijvoorbeeld isolatie) kan een positief effect hebben op het leefklimaat. Het wooncomfort wordt bevorderd.
Doel: Door de krant worden mensen enthousiast gemaakt voor energiebesparing. Ze moeten bewust worden van het feit dat het nemen van maatregelen zichzelf terugbetaald. De krant is een goed middel doordat het een passieve manier van informatievoorziening is. Het komt naar de mensen toe. Het blijkt vaak dat mensen weinig bereid zijn om veel moeite te moeten doen om zich te laten informeren. Opkomsten op informatieavonden zijn doorgaans minimaal. De krant biedt hier een oplossing voor.
24
Beleidsmatige onderbouwing: De energiekrant helpt de gemeente Doetinchem en mogelijk de regio Achterhoek een stap richting energieneutraliteit. Bovendien strookt dit project met de landelijke duurzaamheidagenda. Hierin staat namelijk vastgelegd dat energiebesparing moet worden gekoppeld met armoedebeleid. Door simpele tips te geven zijn ook bewoners van een lagere inkomensklasse in staat om werk te maken van energiebesparing.
Project: Beschrijving:
Termijn:
Kosten: Tijd: Effect:
MVO-bedrijven in beeld Bij het project MVO-bedrijven (mvo = maatschappelijk verantwoord ondernemen) in beeld worden bedrijven die duurzaamheid in de brede zin goed opgepakt hebben in een positief daglicht gezet. Ondernemers kunnen laten zien op welke manier ze duurzaamheid in hun werkprocessen verweven hebben en welke successen dat oplevert. De bedrijven hebben hier baat bij doordat het imago positief beïnvloed wordt. Daarnaast kunnen andere bedrijven lering trekken uit de verhalen van vooruitstrevende bedrijven. Het succes van deze manier van werken heeft zich eveneens in de provincie Friesland laten blijken. De hier zogenaamde ‘koploperprojecten’ zorgen ervoor dat bedrijven elkaar stimuleren duurzaam te werk te gaan. Van 2014 tot en met 2018 twee keer per jaar een editie in het Oost Gelders Vizier. Bekeken wordt of dat dit nog breder via bijvoorbeeld IG&D bekend gemaakt kan worden. Ongeveer €500 per editie. Gemiddeld 16 uur per editie. - De effecten van het project zijn moeilijk meetbaar. Bedrijven stimuleren elkaar om maatregelen te nemen. De geschatte vermindering van de jaarlijkse CO2 uitstoot in de gemeente Breda is 500.000 kilo. Uit de analyse van het Bredase klimaatbeleid bleek dat de verhouding bevolking en bedrijvigheid vergelijkbaar zijn. Voor Doetinchem komt dit neer op (70 % minder inwoners) een CO2 besparing van 150.000 kilo per jaar. - Doordat het project zich richt op MVO in brede zin is het mogelijk dat het effect heeft op het klimaat van de directe leefomgeving (arbeidsomstandigheden verbetering). - De kwaliteit van de fysieke leefomgeving kan net als het lokale klimaat, positief beïnvloed worden
Doel: Het doel van dit project is om bedrijven die vooruitstrevend zijn op het gebied van duurzaamheid in het zonnetje te zetten. Tegelijkertijd worden de voordelen van hun werkwijzen benadrukt. Hierdoor worden andere bedrijven gestimuleerd deze werkwijzen te hanteren. Dit is belangrijk omdat de afgelopen jaren de uitstoot van CO2 in de zakelijke sector niet gedaald is. Bedrijven moeten meer gestimuleerd worden bij het besparen van energie. Beleidsmatige onderbouwing: Doordat de zakelijke sector een belangrijk aandeel heeft in de totale CO2-emissie van de gemeente Doetinchem, kan een belangrijke slag geslagen worden richting het behalen van de regionale doelstellingen. Doordat MVO in brede zin wordt opgepakt, helpt het project stappen te zetten richting de gemeentelijke visie voor 2020: een duurzame en vitale gemeente.
25
Project: Beschrijving: Termijn: Kosten:
Tijd: Effect:
Energiezuinige eigen gebouwen Onderzoek naar de mogelijkheden om de gemeentelijke gebouwen en accommodaties nog energiezuiniger te maken (kosten-baten analyse). Onderzoek in 2014. Onderzoekskosten bedragen ca. €5.000,Afhankelijk van resultaat onderzoek. Kosten hoeven niet (geheel) gedekt te worden uit het budget voor duurzaamheid. Investeringen in de gebouwen nu, leveren over een x aantal jaar geld op. Project wordt uitbesteed aan ADV. Ambtelijke begeleidingsuren worden geschat op ca. 40 uur. - Afhankelijk van de resultaten van het onderzoek kunnen maatregelen genomen worden die de CO2-uitstoot verminderen. - Binnen de gemeentelijke gebouwen en accommodaties gaat mogelijk een prettiger klimaat ontstaan, waardoor de werkomstandigheden beter zijn. - Goed voorbeeld doet mogelijk volgen.
Doel: Het doel is om het gemeentelijk energieverbruik tot een minimum te reduceren. Gezien de ambities binnen de regio Achterhoek is de gemeente moreel verplicht zich in te zetten voor energiebesparing. Beleidsmatige onderbouwing: De stichting Achterhoek Duurzaam Verbouwen heeft de doelstelling om in de periode 20112015 5 % van het gemeentelijk vastgoed aan te pakken.
6.2 Speerpunt: Opwekken duurzame energie De belangrijkste ontwikkelingen rondom duurzame energieopwekking spelen in regionaal verband in de vorm van Achterhoekse Groene Energiemaatschappij (AGEM). Uiteindelijk is het de bedoeling dat het Achterhoekse bedrijfsleven de AGEM overneemt. De energietransitie zorgt zodoende zowel voor onafhankelijkheid van fossiele energiebronnen, als een stimulans voor de lokale arbeidsmarkt. Hoe de gemeente Doetinchem hier mee om dient te gaan is beschreven bij speerpunt: gemeentelijke rol. Verder zal de gemeente de nodige ambtelijke inzet leveren door inzet van de duurzaamheidcoördinator als verbindende schakel tussen gemeente, ondernemer en Agem. Project: Beschrijving:
Termijn: Kosten: Tijd:
Achterhoekse groene energie maatschappij Agem wordt in de regio het centrale orgaan dat de energietransitie reguleert. De gemeente neemt daarbij een rol in door lokale energieopwekkingprojecten te faciliteren, initiatiefnemers de ruimte te bieden en projecten te verbinden met Agem Tot Agem door het bedrijfsleven is overgenomen. Ambtelijke inzet naar schatting 120 uur per jaar. De agenda van de stuurgroep Agem wordt door de duurzaamheidcoördinatoren voorbereidt en besproken. Afhankelijk van de projecten die zich aandienen in de regio en binnen de gemeente zelf wordt het project opgepakt door de regionale duurzaamheidcoördinatoren gezamenlijk of door de gemeentelijke duurzaamheidcoördinator. 26
Effect: Afhankelijk van de projecten. Doel: Een energieneutrale Achterhoek in 2030. Beleidsmatige onderbouwing: Ondertekening van het Akkoord van Groenlo in 2009. Samen met overheid, onderwijs en ondernemers hebben we het doel om in 2030 energieneutraal te zijn. Al in 2020 willen we daartoe al 50 % minder CO2 uit stoten dan we deden in 1990. De regionale ambities overschrijden daarmee de nationale doelstellingen
6.3 Speerpunt: Klimaatadaptatie Klimatologische omstandigheden worden steeds extremer. Langdurige droogte en warmte worden afgewisseld met hevige regenval. In veel gevallen kan het daarom belangrijk zijn om de openbare ruimte aan te passen aan de veranderende omstandigheden. Op deze manier wordt behoud van een goede kwaliteit van de leefomgeving gewaarborgd. Project: Beschrijving:
Termijn: Kosten: Tijd: Effect:
Klimaatadaptatie in beeld Klimaatadaptatie gaat veel verder dan het aanleggen van een koeltepark of het infiltreren van regenwater. Onbewust doen we al veel aan klimaatadaptatie, denk bijvoorbeeld aan regenwaterinfiltratie en bij stedenbouwkundige verkaveling het rekening houden met de richting van de zon. We gaan in kaart brengen wat wij al doen aan klimaatadaptatie en welke vormen nog meer in Doetinchem doorgevoerd kunnen worden in onze werkzaamheden. 2014/2015 n.n.b. n.n.b. Binnen de gemeente Doetinchem ontstaat een prettiger en duurzamer leefklimaat.
Doel: Inspelen op / rekening houden met de veranderende klimatologische omstandigheden. Beleidsmatige onderbouwing: In het coalitieakkoord ‘Ruimte Voor Elkaar’, van de gemeente Doetinchem, en ook in de Structuurvisie 2035 wordt de noodzaak om rekening te houden met klimatologische veranderingen aangekaart. Ook op rijksniveau is dit een belangrijk onderwerp.
6.4 Speerpunt: Duurzaamheidsinitiatieven vanuit de maatschappij/Overstijgende acties De voorgaande speerpunten zijn voornamelijk te karakteriseren als klimaatbeleid. Hoewel elk project voordelen met zich meebrengt op andere gebieden (creëren werkgelegenheid), voert het verminderen van de CO2-uitstoot en het energieneutraal worden veelal de boventoon. Bij dit speerpunt wordt duurzaamheid breder getrokken. Project: Beschrijving:
Duurzaam inkopen De gemeente koopt voor zijn bedrijfsmatige activiteiten allerlei producten 27
Termijn: Kosten: Tijd: Effect:
in. Hierbij moet gedacht worden meubilair, catering maar ook energie. Het convenant duurzaam inkopen (Internet, Agentschap.nl, n.d.) verplicht gemeenten dit inkoopbeleid in 2015 volledig duurzaam vorm te geven. Voor duurzaamheid zijn in dit convenant criteria opgesteld. In 2015 moet de gemeente volledig duurzaam inkopen. Deze doelstelling wordt binnen de reguliere (functionele) budgetten gerealiseerd. Het inkoopbeleid behoort tot het basistakenpakket van de gemeentelijke inkoper. Door 100 % groene energie inkopen zal de CO2-uitstoot van de gemeentelijke organisatie uiteindelijk richting 0 gaan. De gemeente koopt duurzame energie in, in de vorm van zonne- en windenergie en energie uit biomassa.
Doel: Met dit project draagt de gemeente bij aan alle aspecten van duurzaamheid, zowel nu en in de toekomst als hier en elders in de wereld. Doordat alle gemeenten in Nederland deze verplichting hebben wordt er een flinke slag geslagen. Beleidsmatige onderbouwing: Conform het convenant duurzaam inkopen is iedere gemeente verplicht zijn inkoopbeleid in 2015 100 % duurzaam vorm te geven.
Project: Beschrijving:
Termijn: Kosten: Tijd:
Klimaatverbond Nederland Het klimaatverbond Nederland helpt Achterhoekse gemeenten bij het in kaart brengen van regionale netwerken en begeleidt de duurzaamheidscoördinatoren bij het ontwerpen van regionale projecten. Door middel van een aantal (twee ambtelijke en één bestuurlijke) bijeenkomsten worden de hoofden bij elkaar gestoken en vergaderd over de kansen voor de regio. Jaarlijks Het project kost jaarlijks €20.000 euro, verdeeld over de Achterhoekse gemeenten. De gemeente Doetinchem betaalt jaarlijks €2.500,-. De duurzaamheidcoördinatoren participeren bij drie overleggen, die ieder een dagdeel in beslag nemen. Afhankelijk van de projecten.
Effect: Doel: In regionaal verband duurzaamheid stimuleren.
Beleidsmatige onderbouwing: Door de samenwerking kan er een grotere slag worden geslagen op weg naar een duurzame regio.
Project: Beschrijving:
Stadslandbouw Ruimte creëren voor (initiatieven voor) stadslandbouw. Stadslandbouw is het telen, oogsten en afzetten van voedsel in of in de nabijheid van een stad. Het draagt bij aan de beleving van en de vraag naar aan lokaal en herkenbaar 28
Termijn: Kosten: Tijd: Effect:
voedsel. Daarnaast draagt het bij aan een leefbare, duurzame maatschappij. 2018 gereed n.t.b. n.t.b. - Bewustwording van herkenbaar en lokaal geproduceerd voedsel; - Binnen de gemeente Doetinchem ontstaat een prettiger en duurzamer leefklimaat; - Mogelijkheden voor ontspanning, zorg of educatiemogelijkheden, professionaliteit, kennis, innovatie en ondernemerschap; - Gaat leegstand en braakliggende terreinen tegen
Doel: Met dit project draagt de gemeente bij aan alle aspecten van duurzaamheid. Hoofddoel is voedsel dichter bij mensen brengen. Beleidsmatige onderbouwing: Dit initiatief vindt op verschillende beleidsterreinen zijn onderbouwing. Er zijn naast duurzaamheid belangen ook economische en sociale belangen.
Project: Beschrijving:
Termijn: Kosten:
Tijd: Effect:
Stadsdistributiesysteem Er is congestie in de binnenstad. Filerijdende en stilstaande voertuigen veroorzaken vervuiling en overlast. We voeren in samenwerking met de regio Stedendriehoek (Stedendriehoek +) onderzoek uit naar een efficiënt stadsdistributiesysteem met schone voertuigen. Een efficiënt stadsdistributiesysteem vraagt om goede samenwerking tussen alle betrokken partijen. In veel gevallen kan vervoer over korte afstanden in stedelijke gebieden uitstekend elektrisch worden uitgevoerd. 2014/2015 Kosten voor het onderzoek worden niet betaald uit het budget voor duurzaamheid. Eventueel kan bij realisatie van het stadsdistributiesysteem bekeken worden hoe, of en op welke wijze vanuit duurzaamheid bijgedragen kan worden aan dit project. n.t.b. - Binnen de gemeente Doetinchem ontstaat een prettiger en duurzamer leefklimaat. - Afhankelijk van de resultaten van het onderzoek kunnen maatregelen genomen worden die de CO2-uitstoot verminderen.
Doel: Bevoorrading van de binnenstad moet efficiënter en schoner. Beleidsmatige onderbouwing: Dit initiatief vindt op verschillende beleidsterreinen zijn onderbouwing. Er zijn naast duurzaamheid belangen ook economische en maatschappelijk belangen.
6.5 Duurzame bedrijfsvoering De maatschappij moet duurzaamheid zelf op gaan pakken. Een duurzame bedrijfsvoering door de gemeentelijke organisatie zelf, mag hierbij natuurlijk niet ontbreken. Het thema duurzaamheid moet daarom niet als apart onderdeel worden beschouwd maar verweven 29
worden in de bedrijfsvoering van de gehele organisatie. Investeringen in het kader van duurzaamheid zullen daarom niet zonder meer betaald moeten worden uit het budget voor duurzaamheidinitiatieven, maar eerst moet gekeken worden bij welk organisatieonderdeel het past. Een voorbeeld hiervan is het verduurzamen van de verkeersregelinstallaties. Investeringen hiervoor passen evenzeer in het budget voor verkeer. Het zou goed zijn om bij alle voorstellen aan het college en de raad het aspect duurzaamheid een afwegingskader te laten zijn.
30
7. Duurzaam Doetinchem Doen! De projecten die staan beschreven bij de speerpunten hebben de aanzet gegeven om het speerpunt onder de aandacht te brengen. Naast de concrete voorstellen blijft er veel ruimte open voor nieuwe initiatieven uit de maatschappij.
7.1 Voorwaarden Nieuwe initiatieven moeten voldoen aan bepaalde voorwaarden. We kunnen niet overal aan meewerken omdat tijd en geld eindig zijn. Voorwaarden die we stellen aan deze en nieuwe projecten is dat deze de kans op het behalen van de gemeentelijke en regionale doelstellingen significant moeten vergroten en dat er niet veel kosten gemoeid zijn met het project. Het gaat daarbij om projecten met een educatief karakter, het verbeteren van het imago, het geven van een financiële stimulans of het geven van een voorbeeldfunctie. Per initiatief zal daarnaast een afweging plaatsvinden in hoeverre het initiatief bijdraagt aan een duurzame en groene economie, een hoogwaardige woon- en leefomgeving en/of culturele en sociale verbondenheid. Duurzaamheidinitiatieven beslaan vaak een veel breder werkveld dan alleen duurzaamheid. Maatregelen die bijdragen aan verduurzaming zullen daardoor niet (alleen) worden bekostigd vanuit het budget voor duurzaamheid. In overleg met andere beleidsvelden zal zoveel mogelijk gezocht worden binnen de verschillende beschikbare budgetten van de andere beleidsvelden. Daarnaast kan bij goede initiatieven van inwoners ook het Naoberfonds worden aangesproken. Het fonds stelt subsidie beschikbaar zodat inwoners, organisaties en/of bedrijven initiatieven kunnen oppakken die tot nut zijn voor de Doetinchemse samenleving. De subsidie is tijdelijk, initiatiefnemers moeten na maximaal twee jaar het initiatief zonder steun kunnen voortzetten.
7.2 Ruimte geven Zodra er duurzaamheidinitiatieven vanuit de maatschappij komen is de wijze waarop wij handelen belangrijk. Aan duurzaamheidinitiatieven vanuit de maatschappij moet ruimte worden geboden. De gemeente kan op drie manieren ruimte bieden aan deze initiatieven: - Symbolische ruimte: de gemeente laat blijken geïnteresseerd te zijn in het initiatief door contact op te nemen met de initiatiefnemer en mee te praten over het plan. Deze vorm biedt voor een belangrijk deel gevoelsmatige ruimte. - Fysieke ruimte: het beschikbaar stellen van plekken voor overleggen, ontmoetingen en ontplooiing van activiteiten, oftewel het faciliteren van het initiatief. - Juridische ruimte: de gemeente kan de condities identificeren die nodig zijn om een initiatief van de grond te laten komen. Mogelijk kunnen plannen worden aangepast of tijdelijk worden uitgeschakeld. De combinatie van deze drie vormen van ruimte geven zal projecten de beste stimulans geven. Initiatiefnemers worden serieus genomen en er worden ideale omstandigheden gecreëerd om projecten door te zetten. Pas als een goed project dan nog niet van de grond komt kunnen wij bekijken of dat er een financiële ondersteuning mogelijk is die het project kan aanjagen.
7.3 Handhaving Een ander instrument dat de gemeente kan gebruiken om duurzaamheid te stimuleren is de handhavingsbevoegdheid. Het activiteitenbesluit (Barim) verplicht bedrijven om energiebesparende maatregelen te nemen die binnen vijf jaar terug te verdienen zijn. Het stimuleren van energiebesparende maatregelen hoeft niet in de eerste plaats tot stand te 31
komen door strenger te handhaven. De expertise van de handhavers kan juist worden gebruikt om ondernemers te attenderen op de mogelijkheden en hoe andere ondernemers maatregelen genomen hebben.
32
8. Samenvatting Duurzaamheid is maatschappelijk een actueel onderwerp. Doordat er in de regio ambitieuze doelstellingen gesteld zijn en de gemeente Doetinchem toewerkt naar een duurzame toekomst, wil ze zich hiervoor nadrukkelijk in te zetten. De beschikbare middelen zijn echter beperkt. Nieuwe werkwijzen zijn noodzakelijk. De uitdaging is om duurzaamheid vanuit de maatschappij zelf te laten komen. Daarnaast pakken we zelf de handschoen op voor de thema’s en taken waarvoor wij als gemeente verantwoordelijk zijn. Duurzaamheid wordt daardoor een integraal thema dat alle beleidsvelden en afdelingen raakt. Dit Duurzaamheidprogramma 2014-2018 richt zich grotendeels op het onderwerp energie. Daar valt de meeste winst te behalen. Daarmee wordt ook aangesloten op de weg die in regionaal verband ingeslagen is. De concrete uitvoering van dit duurzaamheidprogramma wordt uitgewerkt in de jaarlijkse duurzaamheidsagenda’s. Doordat in dit programma voldoende ruimte vrijgelaten is, kunnen de agenda’s beter worden toegespitst op de actuele situatie. De keuzes die gemaakt worden in de agenda’s zullen moeten bijdragen aan de sturing die het duurzaamheidsprogramma geeft. De maatschappij wordt uitgedaagd om projecten aan te dragen die bijdragen aan het verduurzamen van onze gemeente. De projecten welke vanuit de maatschappij worden opgestart, gaan een belangrijk gedeelte van het programmabudget invullen. Samen maken we Doetinchem duurzamer. Kortom: Duurzaam Doetinchem, Doen!
Achtergrond Dit duurzaamheidsprogramma is opgesteld op basis van een onderzoeksrapport (dhr. C. Brus, Saxion Deventer, afstudeeronderzoek opleiding milieukunde) Duurzaamheidagenda 2013-2017, onderzoek naar de wijze waarop de gemeente Doetinchem haar duurzaamheidbeleid efficiënt kan vormgeven. Dit onderzoeksrapport bevat een uitgebreide beschrijving van de theoretische achtergrond, de stand van zaken omtrent duurzaamheid in Doetinchem, het beleidskader en een referentieonderzoek. Ook de keuzes die gemaakt zijn op basis van de analyse en hoe de conclusie tot stand gekomen is, staat nadrukkelijk beschreven in het rapport. Als achtergrond informatie van het duurzaamheidsprogramma 2014-2018 kan dit rapport worden geraadpleegd. 33