Ledenblad Nederlandse Vakbond Varkenshouders nr. 198 - april 2012
Landenoverleg Diermeel Groepshuisvesting
Bron: ASG
Duurzaam verdienmodel noodzakelijk De Werkgroep Varkensketen is begin 2011 door de staatssecretaris ingesteld. Aanleiding waren de acties van de NVV met betrekking tot de prijsdaling van de varkens als gevolg van de dioxinecrisis in Duitsland, de structureel ongunstige inkomenssituatie in de Europese en Nederlandse varkenshouderij en de verslechterende financieel-economische positie van de varkensbedrijven in Nederland. De werkgroep, waarin alle schakels van de varkensketen zijn vertegenwoordigd, is gevraagd aanbevelingen op te stellen voor een duurzame economische ontwikkeling van de Nederlandse varkensketen. Met het advies van de werkgroep heeft de staatssecretaris ook het onderliggende rapport ‘De Nederlandse varkensvleesketen richting 2020: Van speelbal tot speler’ van het Landbouw Economisch Instituut (LEI) en van DLV Intensief aan de Tweede Kamer aangeboden. Nederlandse varkensbedrijven en vleesverwerkers moeten hun producten meer aanpassen aan de wensen van de consument. Supermarkten en andere afnemers spelen hierin een belangrijke rol. Vlees en vleeswaren moeten zichtbaar voldoen aan consumentenwensen op het gebied van smaak, gezondheid, gemak, houderij en dierwelzijn. Belangrijk daarbij is dat elk bedrijf in de keten er genoeg aan kan verdienen. Dat is kort gezegd het toekomstperspectief van de varkensvleesketen richting 2020. Dit staat in een
advies van de Werkgroep Varkensketen dat staatssecretaris Henk Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie op 21 maart 2012 naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. In het advies is ook specifiek aandacht besteed aan de zeugenhouderij. Het toekomstperspectief voor de Nederlandse zeugenhouderij richting 2020 ligt volgens de werkgroep in de export van kwalitatief goede biggen naar vooral de Duitse markt. Dit vergroot wel de kwetsbaarheid van de
varkenshouderij bij een eventuele uitbraak van besmettelijke dierziekten. Daarom is een discussie nodig over het huidige Europese bestrijdingsbeleid voor dierziekten vanwege de beperkingen aan het transport van dieren tussen lidstaten bij uitbraken van besmettelijke dierziekten. Op basis van de scenariostudies van het LEI verwacht de werkgroep een afname van de totale Nederlandse varkensstapel met circa 10%. Lees verder op pagina 2 >
Appels met peren vergelijken Afgelopen week viel mijn oog op een artikel in het vakblad voor agrarische bedrijfsadviseurs Veefocus. Het artikel ging over het feit dat de wetenschap tovert met cijfers en dat dit verklaart waarom Nederland jarenlang slechter scoort ten opzichte van andere landen met betrekking tot de resistentiewaarden van bacteriën. Daardoor lijkt de Nederlandse veehouderij het in vergelijking veel slechter te doen dan andere landen waar het gaat om antibioticagebruik en de gevolgen ervan. Maar schijnbaar zijn de zogenaamde Nederlandse feiten anders dan de Europese werkelijkheid. Het is toch wel onthutsend om te lezen dat enkele buitenlandse experts in het betreffende artikel aangeven dat Nederland niet alleen wat testmethode maar ook qua selectiesystematiek (welke gezonde/zieke dieren worden op resistentie meegenomen in vergelijking) totaal afwijken van andere landen. Dat betekent dat een goede representatieve vergelijking niet te maken is. De verklaring vanuit het CVI, de organisatie die namens Nederland de resistentiewaarden onderzoekt, waarom wij (samen met Denemarken)
veel verder gaan dan de andere landen is opmerkelijk. “Wij kunnen het onderzoek betalen” is hun verklaring. Dus omdat we steeds meer en op een geavanceerde manier kunnen zoeken, vinden we ook meer, is mijn conclusie dan. Op zichzelf zou het nog niet erg zijn om in het belang van de volks- en diergezond goed te weten wat er gebeurt. Helaas worden we als sector wel beoordeeld en vervolgens in de publieke media veroordeeld op onze resultaten in vergelijking met andere landen. Waarbij men dus appels met peren heeft vergeleken. Om het compleet te maken blijkt dat Nederland sinds 2004 netjes haar EU-verplichting uitvoert om officiële resistentiestatistieken te rapporteren waarbij ik begrijp dat de Belgen hier in 2011!! mee begonnen zijn. Deze rapportages die gedaan worden zijn dus, volgens de experts, onderling niet vergelijkbaar omdat er geen sprake is van uniformering en/of standaardisatie. Overigens rapporteren de Zuid-Europese landen nog steeds helemaal niet..! Ik pleit er daarom voor om zo snel mogelijk tot een eenduidige Europese standaard te komen voor het vaststellen
van de resistentiewaarden van bacteriën. Dat is natuurlijk in het belang van onze volks- en diergezondheid maar ook nodig voor het draagvlak in de sector, wat er absoluut nog is, om het antibioticagebruik verder te reduceren. Inmiddels zijn er in de sector al grote stappen gezet en zal verdere vermindering van het gebruik grotere individuele inspanning vragen. Maar dan moeten we niet steeds gedemotiveerd worden door onjuiste of vertekende vergelijkingen waardoor steeds het beeld ontstaat dat wij het slechter doen dan onze collega’s in de andere landen. Wyno Zwanenburg De voorzitter
Foto: Ellen Meinen
Duurzaam verdienmodel noodzakelijk Vervolg van pagina 1
Staatssecretaris Bleker noemt de aanbevelingen en de toekomststrategie van de Werkgroep Varkensketen waardevolle bouwstenen voor de concretisering en uitwerking van het advies van de Commissie Van Doorn (‘Al het vlees duurzaam’), het Verbond van Den Bosch en van de agenda van de Topsector Agro en Food. Ook kan het advies worden gebruikt door de in te stellen Regiegroep Duurzame Veehouderij en Agroketens.
Geen duurzame keten mogelijk zonder duurzaam verdienmodel De NVV is van mening dat alle inspanningen erop gericht moeten zijn om het huidige verdienmodel zodanig te veranderen dat er een beter inkomens- en continuï-
2 De Trog - nr. 198 - april 2012
teitsperspectief komt voor de sector. Het probleem is dat we niet in staat zijn om de steeds veranderende aanvullende eisen en wensen van de samenleving en/of consument door te berekenen in onze opbrengstprijs. Bij de aanbieding van het rapport is vanuit de NVV aan staatssecretaris Bleker dan ook de boodschap meegegeven dat er geen duurzame keten mogelijk is zonder duurzaam verdienmodel. Vrijwel alle maatschappelijke thema’s rondom de veehouderij zijn erop terug te voeren dat we als producenten alleen maar onze kostprijs per eenheid nog lager moeten zien te krijgen door te vluchten in techniek, efficiëntie en schaalgrootte, terwijl we eigenlijk aan de opbrengstenkant een mechanisme
zouden moeten hebben om te ontvangen wat ons toekomt. De NVV heeft hiertoe al eerder concrete voorstellen gedaan (zie Trog van mei 2011).
Onderzoek schade ZvA-procedure In opdracht van de NVV en de SER is het bureau RBB begonnen met het uitvoeren van een steekproef onder de NVV-leden inzake het vaststellen van geleden schade. Als u hiervoor benaderd wordt en hierover vragen hebt, kunt u contact opnemen met het NVVkantoor.
Stand van zaken groepshuisvesting Op 1 januari 2013 dienen vanuit de EU-wetgeving alle dragende zeugen gehuisvest te worden in groepshuisvesting. Om inzicht te krijgen in de stand van zaken in Nederland heeft de NVV, samen met LTO, het Productschap Vee en Vlees opdracht gegeven om te inventariseren onder alle zeugenhouders hoever ze zijn met de implementatie van de groepshuisvesting en om tevens inzichtelijk te krijgen welke problemen zich afspelen indien een varkenshouder niet kan voldoen op 1 januari. Het overgrote deel van de zeugenhouders die niet kunnen voldoen aan de deadline heeft in de inventarisatie moeilijk lopende vergunningenprocedures als belangrijkste reden aangegeven. Middels een machtiging, die door de varkenshouders zelf is afgegeven, is het ministerie van EL&I nu aan het bekijken waar en wat de knelgevallen zijn en tracht men hiervoor een passende oplossing te bieden. Hiervoor treedt men in overleg met provincies en gemeentes. Daarnaast wordt aan de Raad van State gevraagd om versneld uitspraak te doen in lopende procedures. Het is dus van belang dat alle zeugenhouders die op 1 januari 2013 geen groepshuisvesting kunnen realiseren, zich melden bij het Productschap of de NVV.
Alleen op deze manier kan er gekeken worden naar een juiste ondersteuning van deze varkenshouders.
Inzet NVV Europa Uit cijfers begin dit jaar vanuit InterPig (internationale groep varkenseconomen) blijkt dat tot nu toe alleen Zweden en Groot-Brittannië de 100% eis gaan halen. Deze landen hebben al enkele jaren groepshuisvesting in hun nationale wetgeving opgenomen. Denemarken, Nederland en Oostenrijk geven aan op ongeveer 90% te zitten per 2013. België en Duitsland verwachten rond de 60% te komen. Bij de zuidelijke landen is meer onduidelijkheid vanwege ontbreken van gegevens of twijfel van betrouwbaarheid van de data.
Recent is in Brussel gesproken over het voorstel van de Europese Commissie (EC) om het gebruik van verwerkte dierlijke eiwitten in diervoer weer toe te staan. Die vergadering is zeer teleurstellend verlopen. Slechts twee lidstaten, waaronder Nederland, hebben aangegeven te kunnen instemmen met de tekst zoals die nu op tafel ligt.
Van de overige lidstaten heeft slechts een beperkt deel het woord gevoerd tijdens de vergadering. Enkele (zoals Frankrijk) gaven aan tegen herintroductie van dierlijke eiwitten in pluimvee- en varkensvoer te zijn. Andere gaven aan slechts te kunnen instemmen als het voorstel zou worden aangepast (bijvoorbeeld om de administratieve lastendruk te verminderen). De EC is flink in haar wiek geschoten nu het voorstel zo weinig steun kreeg. Omdat zich een blokkerende minderheid aftekent
De NVV is altijd duidelijk geweest naar leden en politiek dat groepshuisvesting geen punt van discussie is. Indien echter door overmacht, bijvoorbeeld door moeilijk verlopende vergunningenprocedures, niet aan de eis kan worden voldaan, moet hiervoor een overgangstermijn gaan gelden op basis van maatwerk. Bedrijven die zich niet hebben gemeld kunnen rekenen op handhaving. EL&I heeft onlangs duidelijk aangegeven dat er streng gehandhaafd gaat worden bij het niet hebben van groepshuisvesting voor dragende zeugen per 1 januari 2013.
Beurs Venray
Diermeel
Minderheid lidstaten blokkeren
Onlangs is de EU-commissie (EC) bijeen geweest om de stand van zaken in Europa te bespreken. De cijfers die hier werden gepresenteerd waren iets hoger dan bij InterPig. De EC geeft duidelijk te kennen dat met de datum niet wordt geschoven, zoals diverse (vooral zuidelijke) landen graag hadden willen zien. De EU gaat voor 100% groepshuisvesting, maar geeft aan dat de verantwoordelijkheid voor controle en handhaving wel bij de afzonderlijke landen ligt.
tegen het voorstel, zal de EC het niet in de huidige vorm in stemming brengen.
Mogelijk alleen diermeel in visvoer Binnenkort zal de EC opnieuw een expert werkgroepbijeenkomst doen plaatsvinden. Waarschijnlijk zal de EC daar een 2-stappenstrategie voorstellen, waarbij men in de eerste stap terugvalt op de optie om verwerkte dierlijke eiwitten in deze fase slechts toe te laten voor bijmenging in visvoer.
Op 28 en 29 februari en 1 maart heeft de NVV drie dagen lang op de LIV beurs in Venray gestaan. Wederom blijkt dat zulke bijeenkomsten erg belangrijk zijn voor het contact tussen de boerenbestuurders en de leden van de vakbond. Meeste gesprekken gingen over het nieuwe mineralenbeleid en de inkomens op de varkensbedrijven. De leden waren kritisch en betrokken en goed te spreken over de NVV en de richting die is gekozen. Bij deze willen we ook de standbemanning hartelijk bedanken. Belangeloos zetten deze leden zich in voor de vakbond en beseffen dat we met elkaar de NVV maken.
De Trog - nr. 198 - april 2012
3
1 shot vaccin tegen Mycoplasma hyopneumoniae
2 shot vaccin tegen Mycoplasma hyopneumoniae
2 shot combinatievaccin tegen zowel Mycoplasma hyopneumoniae als Haemophilus parasuis
Met ons wordt ademen de normaalste zaak van de wereld Pfizer Animal Health bv- Postbus 37 - 2900 AA Capelle a/d IJssel, info@pfizerah.nl, www.pfizerah.nl, ©2011 Pfizer Animal Health bv - Capelle a/d IJssel ®Merknaam Pfizer Inc., N.Y., U.S.A. Alle Suvaxyn producten uit deze reeks zijn UDD. Voor nadere informatie: vraag naar de bijsluiter.
n
w u ie
Diva Explore Dé standaard in zeugenmanagement
Actief sturen naar meer rendement www.hendrixutd.nl/divaexplore
Nieuw PVV-uitbetalingsadvies vleesvarkens Het PVV-bestuur heeft onlangs ingestemd met een wijziging van het uitbetalingsadvies voor vleesvarkens. De wijziging hangt samen met een wijziging in de EU-rekenregels en met de in gebruik name van nieuwe classificatieapparatuur, de CGM, in de slachterijen per 2 april 2012.
Nieuwe apparatuur De apparatuur die momenteel wordt gebruikt voor de bepaling van het percentage mager vlees, is verouderd. Daarom is gekozen voor een nieuw apparaat. Dit apparaat, de Capteur Gras/Maigre (CGM) van het Franse Sydel, is net zoals de HGP2 een prikpistool dat tussen de derde en vierde rib van achter het aantal millimeters spek en spier meet. De gemeten millimeters spek en spier (en daaruit afgeleid het percentage mager vlees) veranderen hierdoor iets, omdat de CGM iets nauwkeuriger meet dan de HGP2 en daardoor exacter de overgang tussen spek en spier kan bepalen. De spek- en spierdiktes gemeten met de huidige HGP
en de nieuwe CGM zijn hierdoor niet één op één vergelijkbaar.
Basis magervleespercentage wijzigt Als gevolg van de nieuwe, meer nauwkeurige berekeningswijze, krijgen geslachte varkens gemiddeld een hoger percentage mager vlees. Door de wijziging stijgt het percentage mager vlees gemiddeld met ongeveer 1,2%. De basis van het uitbetalingsadvies wordt nu verhoogd van 56% naar afgerond 58%. Het effect van de wijziging van het uitbetalingsadvies voor de sector als geheel lijkt gering. Op basis van het nieuwe uitbetalingsadvies zal een gemiddeld geslacht vleesvarken eenzelfde opbrengst (+ € 0,006 per varken)
behalen bij een gelijkblijvende basisprijs. De stijging van het percentage mager vlees is echter niet gelijk voor alle type varkens. Bij vettere varkens kan het percentage mager vlees met enkele procenten stijgen, terwijl bij de luxere (magere) varkens de stijging van het percentage mager vlees klein is. Voor individuele karkassen en dus voor individuele varkenshouders kan de opbrengst wel hoger of lager dan voorheen uitvallen.
Advies NVV Of de slachterijen het moment aangrijpen om hun uitbetaling te wijzigen, zal moeten blijken. Aan varkenshouders wordt geadviseerd om het uitbetalingschema van hun slachterij op te vragen. De NVV adviseert verder de afrekening de komende maanden extra goed te controleren. Varkens levend wegen of je kilomanagementprijs berekenen kan daarbij behulpzaam zijn.
PVV uitbetalingsadvies Voor de uitbetaling op basis van slachtkwaliteit kan een slachterij gebruik maken van het uitbetalingsadvies van het Productschap Vee en Vlees (PVV). Een slachterij mag echter ook eigen uitbetalingsschema’s gebruiken. Het PVV uitbetalingsadvies geeft de basiswaarde voor het percentage mager vlees (basis percentage) aan en de kortingen/toeslagen bij lagere/hogere percentages mager vlees. Het huidige uitbetalingsadvies van het PVV is gebaseerd op de oude EU-rekenregels en metingen met de oude apparatuur (HGP2). Als gevolg van bovengenoemde wijzigingen is ook het uitbetalingsadvies aangepast. Dit uitbetalingsadvies is richtinggevend (dus niet verplicht) voor de uitbetalingsschema’s van de slachterijen.
Type Type AA
+ 0,02 €/kg
Type A
Basis
Type B, C
- 0,05 €/kg
Mager vleespercentage • Basis 58% mager vlees • Kortingen bij minder dan 58% mager vlees, ongeacht het gewicht: 57%
- 0,01 €/kg
56%
- 0,04 €/kg
55%
- 0,08 €/kg
54%
- 0,13 €/kg
53%
- 0,17 €/kg
52%
- 0,22 €/kg
51%
- 0,29 €/kg
50%
- 0,35 €/kg
49% en minder
- 0,41 €/kg
• Toeslag bij 59% mager vlees en meer, ongeacht het gewicht: 59%
+ 0,01 €/kg
60%
0,00 €/kg
61%
0,00 €/kg
62%
0,00 €/kg
63%
0,00 €/kg
64% en meer
0,00 €/kg
De Trog - nr. 198 - april 2012
5
)PFHBBUVIFUHFTQSFLBBONFU VXPNHFWJOH *FEFSFWBSLFOTIPVEFSHBBUPQ[OFJHFONBOJFSPNNFUVJUEBHJOHFO#JKWPPSCFFMEBMTIFUHBBUPWFSEFSFMBUJFNFU EFPNHFWJOH%F7BO;VUQIFOhTWFSQMBBUTUFOIVOCFESJKGFOCSFJEEFOVJUWBOOBBS[FVHFO)VOOJFVXF CFESJKGLSFFH[JDIUSVJNUFO XBBSCF[PFLFSTLVOOFO[JFOIPFWBSLFOTXPSEFOHFIPVEFO;PCMJKWFO[FJOHFTQSFL NFUIVOPNHFWJOH)PFEFOLUVOBPWFSOJFVXFLFV[FTEJFQBTTFOCJKVFOVXCFESJKG "MTCFUSPLLFOQBSUOFSJOEF TFDUPSXJTTFMFOXJKIJFSPWFSHSBBHNFUVWBOHFEBDIUFO8BOUVXUPFLPNTUJTEFPO[F
+VJTUFLFV[FTCJFEFOQFSTQFDUJFG %BUJTIFUJEFF 3BCPCBOL&FOCBOLNFUJEFFÌO
XXXSBCPCBOLOMBHSBSJTDI
Landenoverleg in Dötlingen Al jaren organiseert de NVV samen met de Duitse ISN en de Deense DSP een landenoverleg. De organisatie was deze keer in handen van de ISN. Diverse thema’s werden besproken en ervaringen uitgewisseld. Het valt de laatste jaren steeds meer op dat de thema’s een steeds meer gemeenschappelijk karakter krijgen. Lagen vroeger regelgeving en maatschappelijke thema’s vaak nog ver uit elkaar, nu lijkt het alsof dit veel meer grensoverschrijdend is geworden. De belangrijke handelscontacten van Nederland, Duitsland en Denemarken onderling liggen voor een groot deel daaraan ten grondslag. Belangrijk gespreksthema was dierwelzijn. Met name in Duitsland is dit een veelbesproken thema. Een aantal grote slachterijconcerns zijn er bezig om marktconcepten op te zetten of uit te breiden met betrekking tot vooral dierwelzijn en antibioticagebruik. Er komt meer vraag van Duitse retailers naar deze concepten, maar vooral de vleesafname van de buitenlandse retailers zorgt ervoor dat de slachterijen hierop beginnen te schakelen.
Staartcouperen In Duitsland spitst de discussie zich naast een toekomstig castratieverbod vooral ook toe op een verbod op staartcouperen. Dit zal alleen nog toegestaan zijn als aan alle andere voorwaarden zoals afleidingsmateriaal en goede ventilatie is voldaan. Als er dan nog problemen zijn met staartbijten zou nog een ontheffing mogelijk blijven. Zowel de Deense collega’s als de NVV hebben aangegeven dat staartcouperen mogelijk zal moeten blijven in de toekomst. Vooral uit meerdere Deense onderzoeken is gebleken dat niet couperen voor een slechter dierwelzijn zorgt door de grote problemen die dan ontstaan door staartbijten. Omdat Denemarken en Nederland de hofleveranciers zijn van biggen voor de Duitse markt kan dit ook een belangrijk toekomstig thema bij ons worden. Overigens is de regelgeving per deelstaat verschillend in Duitsland.
Groepshuisvesting Een ander belangrijk besproken thema was uiteraard de groepshuisvesting voor drachtige zeugen. Het blijkt niet duidelijk hoe ver de bedrijven in Duitsland en Denemarken precies zijn. Wel verwachten beide dat de bedrijven die doorgaan na 1 januari 2013 allemaal zullen voldoen. Of dit betekent dat er in deze twee landen veel bedrijven nog zullen stoppen vanwege de welzijnseisen blijft een beetje gissen. Algemeen verwachtte men wel dat vooral Zuid- en Oost-Europese landen
meer moeite zullen hebben om aan de regels te voldoen.
Antibiotica In alle drie landen is antibioticareductie een belangrijk thema. De Denen kennen al sinds jaren een knip tussen dierenarts en apotheek. Dit heeft destijds het gebruik van antibiotica al flink teruggedrongen. Sinds een paar jaar bestaat er nu een kaartensysteem. Als een bedrijf over een jaar meer antibiotica heeft gebruikt dan de limiet (2x de gemiddelde landelijke dierdagdoseringen) dan krijgt dat bedrijf de gele kaart. Het bedrijf komt dan onder toezicht en begeleiding te staan om het verbruik te reduceren. Als dit lukt kan men de kaart weer kwijtraken. Een uiterste sanctie kan zelfs een rode kaart zijn waarna een bedrijf niet verder mag produceren. Het antibioticagebruik in Denemarken is na invoering van het kaartensysteem opnieuw met 50% gedaald. In Denemarken is de gezondheidsstatus en het antibioticagebruik per bedrijf voor iedereen gewoon via het internet openbaar. In Duitsland begint de discussie rond antibioticagebruik pas recent wat vorm te krijgen. Hiermee loopt men ver achter op Denemarken en Nederland.
het landenoverleg opnieuw aandacht gevraagd voor marktregulering in combinatie met een beter verdienmodel om met name de gezinsbedrijven in de toekomt te verzekeren van bestaansrecht.
Markt Zoals al vaker aangeven heeft de NVV wekelijks contact met de Denen en de Duitsers over de marktsituatie. Veel nieuws was er op dit landenoverleg dan ook niet meer te melden. Wat opvalt is wel dat inmiddels 75% van de Deense exportbiggen naar Duitsland gaat. 12% gaat naar Polen. Vanuit Nederland gaat bijna 60% naar Duitsland. Hier zijn België en Polen met allebei 13% gedeeld tweede. Vanuit Duitsland komt nog het signaal dat er veel bedrijven zijn met oplopende voerschulden. Het is wachten op een omslag in de markt zodat bedrijven weer op adem kunnen komen. Het volgende landenoverleg zal door de NVV in Nederland worden georganiseerd in het komende najaar.
Schaalvergroting In het bijzonder in Duitsland is er veel discussie over schaalvergroting. Daar wordt vooral gekeken naar buitenlandse (Nederlandse) ondernemers die flink ontwikkelen in met name de oostelijke deelstaten. De discussie slaat terug op deelstaten als Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen. Veel Duitse ondernemers ambiëren een kleiner gezinsbedrijf en zijn tegen deze grootschalige bedrijven. Aan de andere kant geeft men ook aan dat het verdienmodel in de varkenshouderij er anders zal moeten komen uit te zien omdat anders de bedrijven met de laagste kostprijs (de grootschalige?) de meeste kans hebben om te overleven. De NVV heeft tijdens
adverteren? Heeft u interesse om te adverteren in onze fullcolor Trog? Neem dan contact op met de NVV:
[email protected]
De Trog - nr. 198 - april 2012
7
Berenmanagement Het bij elkaar houden van tomen en het gelijktijdig laten eten verminderen het springgedrag van beren niet. Het voeren van een speciaal aflevervoer, gericht op minder berengeur, bleek in deze proef geen effect te hebben. Berengedrag en berengeur zijn complex en vervolgonderzoek is noodzakelijk. Dit blijkt uit onderzoek dat in opdracht van EL&I en het Productschap Vee en Vlees is uitgevoerd op VIC Sterksel. Het onderzoek is uitgevoerd als onderdeel van het vijfjarige project ‘Stoppen met castreren’. Bij het houden van beren ziet men in de praktijk op diverse bedrijven onrust door vechten en bespringen. Verondersteld werd dat springgedrag mogelijk zou verminderen door beren vanaf de geboorte tot het moment van afleveren gezamenlijk met hun toomgenoten te huisvesten (ze komen nooit in aanraking met nieuwe dieren) en door ze allemaal tegelijk te laten eten. Mogelijk zou dit ook het aantal beren met berengeur terugbrengen. Daarom is onderzocht wat de effecten zijn op gedrag, technische resultaten en berengeur van: 1. het bij elkaar houden van volledige tomen versus het mengen van beren uit verschillende tomen; 2. gelijktijdig voeren via een lange trog versus volgtijdig voeren via een droogvoerbak; 3. voeren van een aflevervoer, gericht op minder berengeur, versus voeren van een standaard eindvoer. Uit dit onderzoek blijkt het volgende:
Springgedrag Het bij elkaar houden van tomen vermindert het springgedrag niet. Het percentage beren met springgedrag in hokken met alleen beren en in hokken met tomen is vergelijkbaar. Het percentage dieren met springgedrag in de nu uitgevoerde proef was laag en dat is mogelijk de reden dat er geen effect op springgedrag is gevonden bij het bij elkaar houden van tomen. Bij de beren komt meer springgedrag voor en zijn duidelijk meer huidbeschadigingen op de voorhand en meer kreupele dieren waargenomen dan bij de zeugjes. Het gelijktijdig laten eten via een lange trog in vergelijking met het volgtijdig eten via een droogvoerbak vermindert het springgedrag van de beren niet. ’s Middags is het percentage dieren met springgedrag hoger dan ’s ochtends.
8 De Trog - nr. 198 - april 2012
Technische resultaten Tomen hebben vergelijkbare technische resultaten met die van gescheiden opgelegde beren + zeugjes. De vleesvarkens die drie keer per dag droogvoer krijgen via een lange trog nemen minder voer op en groeien langzamer dan de vleesvarkens die onbeperkt droogvoer krijgen via een droogvoerbak. Er is geen verschil in voederconversie gevonden tussen vleesvarkens gevoerd via een lange trog of via een droogvoerbak. Het verstrekken van een aflevervoer, gericht op minder berengeur, de laatste twee weken voor afleveren, heeft geen effect op de technische resultaten van de vleesvarkens.
Berengeur Het percentage beren met berengeur en de gehalten aan androstenon en skatol verschillen niet significant tussen beren in hokken met alleen beren en beren gehouden in tomen. Er is geen effect van voersysteem op berengeur en op het androstenongehalte. Het gehalte aan skatol is bij beren die gevoerd zijn via de lange trog duidelijk lager dan bij beren die gevoerd zijn via de droogvoerbak. In dit onderzoek is geen duidelijk effect
van aflevervoer op het percentage beren met berengeur en op de gehalten aan androstenon en skatol aangetoond. Samenvattend kan worden geconcludeerd dat in dit onderzoek het bij elkaar houden van tomen en het gelijktijdig laten eten via een trog het ongewenste gedrag van de beren niet verminderd hebben. Het verstrekken van aflevervoer, gericht op minder berengeur, heeft in dit onderzoek het aantal beren met berengeur en de gehalten aan androstenon en skatol niet aantoonbaar verlaagd. In een vervolgonderzoek op VIC Sterksel wordt momenteel nagegaan wat het effect is op het gedrag van beren van: 1. lichtkleur (normaal versus groen licht) en lichtregime; 2. groepsgrootte (12 versus 24 vleesvarkens in een hok); 3. het plaatsen van een schuilwand in het hok. Daarnaast is men op zoek naar kritische succesfactoren door middel van informatie verzamelen en waarnemingen op varkensbedrijven. Hieruit zullen factoren moeten rollen waarom het op sommige bedrijven moeilijk is om berengedrag te sturen en dit op andere bedrijven geen probleem is. De volledige resultaten van het onderzoek zijn beschreven in Rapport 562 ‘Effect van oplegbeleid, voersysteem en voersamenstelling op gedrag van beren en berengeur’ en zijn te vinden op www.pve.nl
Dinerbon beursactie overhandigd Vorige week heeft NVV voorzitter Wyno Zwanenburg de dinerbon overhandigd aan de winnaar van de speciale beursverloting waaraan nieuwe leden die zich tijdens de LIV te Venray hebben aangemeld, konden meedoen. Hij is hiervoor op bezoek gegaan bij de fami-
lie Swinkels te Someren en heeft na een bijzonder positief gesprek over diverse actuele onderwerpen hen de dinerbon mogen overhandigen. Nog steeds maken ondernemers de keus om zich aan te sluiten bij de NVV.
Marktontwikkelingen Varkensprijzen 2011-2012 exclusief btw 1,62
1,57
Prijs in euro’s
Na een zeer bewogen biggenmarkt eind vorig jaar en in de eerste weken van dit jaar, is de rust inmiddels aardig teruggekeerd. Doordat er een aantal zeugenbedrijven zijn gestopt, is het goed merkbaar dat handelaren op zoek zijn naar nieuwe koppelingen tussen vermeerderaar en mester. Hierbij worden vooral grote koppels gevraagd. Deze waren dan ook goed te verkopen in de vrije markt. Hoe anders was dit slechts een half jaar geleden toen veel mesters ervoor kozen om juist biggen op de vrije markt te gaan kopen omdat juist deze scherp geprijsd waren. Het zal vooral van het prijsniveau van de varkens gaan afhangen of de biggen naar een hoger prijsniveau kunnen stijgen. Vleesvarkenshouders hebben de prijsstijging van de biggen nog niet kunnen doorberekenen en hebben gezien de marges van de afgelopen jaren ook geen buffer om dit nog langere tijd te kunnen doen.
1,47
1,42
1,37
1,32 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Weeknummer NVV geslacht
Beurs geslacht
50,00
Prijs in euro’s
45,00
40,00
35,00
30,00
25,00
20,00 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Weeknummer NVV
Beurs
VION
DPP Zuid
1,3
Richtprijs LEI
Prijsontwikkeling onderdelen excl. btw
1,2 1,1
Buiken A 1
Poothammen 1A 0,9
Schouders 1A 0,8
Middels 1A 0,7
Ribben 1A
0,6
Procureurs met been
0,5
Procureurs zonder been
W ee k W 41 ee k W 43 ee k W 45 ee k4 W ee 7 k W 49 ee k5 W 1 ee k W 1 ee k3 W ee k W 5 ee k7 W ee k9 W ee k1 W ee 1 k1 3
Elders in deze Trog kunt u lezen welke veranderingen er optreden door invoering van het nieuwe prikpistool in Nederland. Het is de vraag of alle koppels varkens hetzelfde blijven opbrengen als in het oude systeem. De NVV raadt dan ook alle varkenshouders aan te zorgen dat goed in beeld is wat de netto kilogramprijs was ten opzichte van de NVV referentieprijs voor 2 april. Het is belangrijk om een goed referentiekader te hebben om eventuele tegenvallers te kunnen voorkomen.
ISN
55,00
1,4
Prikpistool
VION
Biggenprijzen 2011-2012 exclusief btw
Vleesvarkens De komende maanden worden de maanden van de waarheid. Over het algemeen lijkt er een duidelijk tekort aan varkens te ontstaan. Als de markt zijn werk kan doen, zal dit moeten resulteren in een hoger prijsniveau. Slachterijen verkopen vaak vlees voor een langere periode (dit werd onlangs ook bevestigd door een topman van Tönnies op de jaarvergadering van de ISN). Als men het vlees voor het 2e kwartaal duurder heeft kunnen verkopen, zal er ook voor langere tijd sprake kunnen zijn van een hoger prijsniveau. De vraag naar varkens is groot en het aanbod structureel kleiner (in Duitsland worden 4% minder varkens geslacht).
1,52
De Trog - nr. 198 - april 2012
9
VoederWaarde.nl VoederWaarde.nl bestaat nu ruim twee jaar en op dit moment valt ruim 20% van de Nederlandse voerproductie onder het kwaliteitslogo van VoederWaarde.nl. Aanleiding was destijds de tegenvallende technische resultaten van de varkens, terwijl de voerprijzen erg hoog waren. Het initiatief voor VoederWaarde.nl kwam vanuit de NVV-gelederen.
Voordelen veehouders Voor de veehouders die via aangesloten deelnemers voer afnemen biedt VoederWaarde.nl voordelen waaronder gecontroleerde garantie van de voederwaarde, meer zicht op de samenstelling van het voer, meer transparantie in de verhouding tussen aankoopprijs en voerkwaliteit en meer mogelijkheden om effecten in de stal te volgen en bij te sturen.
Huidige deelnemers VoederWaarde.nl is gestart per 1 januari 2010 door enerzijds NVV, NVP en LTO en anderzijds acht mengvoerbedrijven. De huidige deelnemers zijn CAV ‘Den Ham’, AgruniekRijnvallei, CLV ‘De Samenwerking’, Arkervaart-Twente, CAVV ‘Zuid-Oost
Salland’, Brameco-ZON, Coppens Diervoeding, Boerenbond Deurne en Vitelia Voeders. Door beëindiging van eigen mengvoerproductie is Bolder Veevoederfabriek in 2011 uitgetreden.
Resultaten 2011 Bij de start van VoederWaarde.nl werd direct afgesproken dat de eisen van VoederWaarde.nl door onafhankelijke audits van SQC (Schothorst) worden gecontroleerd. In 2011 zijn de eisen van VoederWaarde. nl verder aangescherpt. De belangrijkste bevindingen van de audits van 2011 zijn: eindproductcontroles worden goed uitgevoerd;
de goed-score van de eindproductcontroles is in 2011 verder verbeterd; bij afwijkende uitslagen van de analyses wordt steeds een passend plan van aanpak voorgesteld en uitgevoerd; alle deelnemers voldeden aan de strengere eisen van 2011.
Inzet NVV De NVV hecht grote waarde aan kwalitatief goed voer met gegarandeerde voerwaarde ongeacht de grondstofprijzen. VoederWaarde.nl geeft varkenshouders meer inzicht in samenstellingen en voederwaarde en dit geeft extra informatie om het varkensbedrijf op een juiste wijze te kunnen aansturen.
ZORG
10 De Trog - nr. 198 - april 2012
Voortgang nieuw mestbeleid Nadat de eerste maanden van het jaar intensief gebruikt zijn om een wetsvoorstel in elkaar te smeden, is dit voorstel besproken in een Bestuurlijk Overleg op 8 maart met staatssecretaris Bleker en de ambtenaren van EL&I en I&M en de afgevaardigden van NVV en LTO. In dit overleg bleek dat overheid en bedrijfsleven behoorlijk op één lijn zitten over de nieuwe mestwetgeving. Het bedrijfsleven krijgt veel verantwoordelijkheid bij de uitvoering hiervan. In het overleg is dan ook vooral gesproken over de uitvoering van die verantwoordelijkheid. NVV en LTO blijven intensief samenwerken op dit dossier. De nieuwe mestwetgeving zorgt voor een grote gezamenlijke opdracht voor alle mestproducenten in Nederland.
Hoofdlijn De hoofdlijn van het nieuwe mestbeleid is de verantwoorde productie van fosfaat vooraf. Dus voordat een bedrijf begint met de productie van mest moet men de afzet daarvan al geregeld hebben. Dit zal voor een deel afzet van fosfaat buiten de Nederlandse landbouw betekenen en voor een deel koppeling van productie aan grond. In het kort komt het erop neer dat een bedrijf op basis van de productie in het lopende jaar het overschot gaat berekenen voor het jaar daarop. Eerst wordt de fosfaatproductie berekend. Daarna wordt de plaatsingsruimte op eventuele eigen grond hiervan afgetrokken. Wat men dan overhoudt is het bedrijfsoverschot. Een deel van dit bedrijfsoverschot zal buiten de Nederlandse landbouw moeten worden afgezet. Dit kan door middel van verwerking maar ook bijvoorbeeld
door export van mest. Hierbij gaat het dus om de fosfaat. Het deel dat buiten de Nederlandse landbouw moet worden afgezet moet worden vastgelegd in Mest Verwerkings Overeenkomsten (MVO’s). Deze moeten vastliggen voor 1 januari van het jaar waarin de fosfaat wordt geproduceerd. MVO’s kunnen worden afgesloten met gecertificeerde verwerkers of exporteurs. Vervolgens kan de overige mest worden afgevoerd via de huidige manier met de mestbonnen (VDM’s). Als alle overgebleven mest voor 15 mei wordt afgevoerd hoeft u verder niets meer te doen. Is dit nog niet het geval, dan zal het resterende deel moeten worden vastgelegd in Mest Plaatsings Overeenkomsten (MPO’s). Deze overeenkomsten moeten dan ook daadwerkelijk vastgekoppeld worden aan grond.
Certificaten Vanuit de achterban is er een grote behoefte aan verwerkingscertificaten. Grote bedrijven zouden ervoor kunnen kiezen om al hun eigen mest te verwerken terwijl men dit maar voor een deel verplicht is. De gedachte is om de verwerkingsplicht van andere bedrijven over te nemen. Hiervoor is in het nieuwe wetsvoorstel de mogelijkheid opgenomen middels Vervangende Verwerkings Overeenkomsten (VVO’s). Deze kunnen dan onderling worden afgesloten. Er heerst echter nog politieke twijfel of dit instrument al bij de aanvang van het nieuwe beleid zal moeten worden ingezet. Controle en handhaving van deze overeenkomsten is gecompliceerd en aan het bedrijfsleven is gevraagd om mee te denken om hier een goede invulling aan te geven.
Verdere traject Het wetsvoorstel is nu de politieke en juridische molen in gegaan. Als de Raad van State het wetsvoorstel positief heeft beoordeeld, kan het naar de Tweede Kamer ter behandeling. Volgens de planning zal dit nog voor het zomerreces zijn. Na behandeling in de Eerste Kamer dit najaar zou de nieuwe wet rond eind november in de Staatscourant kunnen worden gepubliceerd. De nieuwe wet zal dan op 1 januari 2013 ingaan.
De Trog - nr. 198 - april 2012
11
NVV-informatie Secretariaat NVV: Postbus 591, 3770 AN Barneveld Tel: 0342 - 418 478 Fax: 0342 - 418 472 NVV-website: www.nvv.nl E-mail:
[email protected] Infolijn varkensprijzen: 0900-202 53 20 (€ 0,45/min) De Trog verschijnt maandelijks. ISSN 15684350 Contactpersonen in de regio: • regio Noord-Nederland: Nico Vierhoven, Beilen tel/fax:0593-523176/0593-542030 e-mail:
[email protected] • regio Salland: Willy Wolfkamp, Haarle tel/fax: 06-22248387/0548-595783 e-mail:
[email protected] • regio Twente: Raymond te Lintelo te Haaksbergen tel/fax: 06-51152229/-e-mail:
[email protected] • regio Achterhoek: Johan Walvoort, Loerbeek tel/fax: 0316-531731/-e-mail:
[email protected] • regio Veluwe: Pieter Bouw, Voorthuizen tel/fax: 0342-472528/0342-472583 e-mail:
[email protected] • regio West-Nederland: Nico Kroes, Alphen a/d Rijn tel/fax:0172-433323/0172-436502 e-mail:
[email protected] • regio Rivierengebied: Johnny Bull, Horssen tel/fax: 0487-542613/0487-540711 e-mail:
[email protected] • regio Veghel/Oss: Raymond van de Wetering, Erp tel/fax: 0413-211435/084-7128505 e-mail:
[email protected] • regio Midden-Brabant: Jan Mathijssen, Sprang Capelle tel/fax: 0416-314021/-e-mail:
[email protected] • regio De Kempen: Lau Wouters, Bladel tel/fax: 0497-385872/0497-360717 e-mail:
[email protected] • regio Zuidoost-Brabant: Frank Donkers, Helmond tel/fax: 06-52377580/0492-383779 e-mail:
[email protected] • regio Maaskant: Jan Baltussen, Wanroij tel/fax: 0485-454360/0485-340432 e-mail:
[email protected] • regio West-Brabant: Frank van der Burg, Alphen (NB) tel/fax: 013-5083427/013-5081364 e-mail:
[email protected] • regio Noord-Limburg: Marco Botden, Vredepeel tel/fax: 0478-546334/-e-mail:
[email protected]
12 De Trog - nr. 198 - april 2012
NVV – agenda 2 april 2012, 20.00 uur, Ledenvergadering Regio Salland, Zaal Spoolder te Luttenberg 17 april 2012, 20.00 uur, Ledenvergadering Regio Noord-Nederland, Hotel van der Valk te Spier 24 april 2012, 20.00 uur, Ledenvergadering Regio Veluwe, Partycentrum ‘t Hoefslag te Barneveld 26 april 2012, vergadering Landelijk Bestuur, De Bongerd te Heteren 31 mei 2012, vergadering Landelijk Bestuur, De Bongerd te Heteren
Zij steunen de vakbond Talloze bedrijven sponsoren de NVV, onder andere: Geurts Mengvoeders BV te Nistelrode E.J. Bos Mengvoeders BV te Ederveen Coöperatie Agruniek te Didam
Preferent KI BV te Lierop Dopharma te Raamsdonksveer AgruniekRijnvallei Voer BV te Wageningen
Infolijn NVV biggen- en vleesvarkensnotering: 0900-2025320 (€ 0,45/min) Op vrijdagmiddag kunt u via het varkensprijzeninformatienummer van de NVV vanaf 16.00 uur de actuele marktinformatie voor de komende week beluisteren. Naast de NVV Biggenprijs en de NVV Producenten Referentieprijs worden ook de ISN vleesvarkensnotering en de ISN slachtzeugenprijs voor de komende week bekend gemaakt.
Bron: ASG
Volg NVV nu ook op Twitter via @NVVnieuws