Jaarverslag 2013
Inhoudsopgave
Hoofdstuk
Bladzijde
VOORWOORD
4
1
KERNTAKEN EN ORGANISATIE Kerntaak Organisatie Organogram
6
2
STRATEGISCH BELEID Strategisch beleidsplan 2010-2014 Externe ontwikkelingen De missie De visie Besturingsfilosofie Geprioriteerde doelen voor 2010-2014 Overige doelstellingen strategisch beleid 2010-2014 Evaluatie strategisch beleid 2010-2014 Strategisch beleid 2014-2018
8
3
ORGANISATORISCHE ONTWIKKELINGEN EN GOVERNANCE Verklaring omtrent het gedrag (VOG) Ontwikkeling van het leerlingenaantal Fusie Anne Frank school – Burghtweijt Fusie Oranjehof - Prinsenhof Uittreden vervangingsfonds Convenant Horizontaal Toezicht met de Belastingdienst Vertrek externe vertrouwenspersoon
12
4
ONDERWIJS EN KWALITEITSZORG Passend onderwijs Opbrengstgericht werken Interne en externe kwaliteitszorg
14
5
ICT Algemeen Migratie/vervangingsplan Externen Professionalisering Technisch Bedrijfsvoering Pilots
20
6
BUITENSCHOOLSE OPVANG Werkgroep Buitenschoolse opvang Inspectie door GGD Verklaring omtrent gedrag Scholing van medewerkers Stichting Klachtencommissie Kinderopvang
24
2
Hoofdstuk
Bladzijde
7
PERSONEEL Kwalitatief hoogwaardige opleiding en scholing van (startende) leerkrachten Werkzaamheden interne opleiders Management development Bewegingsonderwijs Netwerk voor adjunct-directeuren Doorstroom in leidinggevende functies Loopbaanmanagement Flexpool Verbetering welbevinden en reductie van de ervaren werkdruk Bijeenkomst contactpersonen Overige personele zaken Grafieken
26
8
ONTWIKKELINGEN IN RELATIE TOT VERBONDEN PARTIJEN Samenwerking Tabijn met de Vrije Universiteit Samenwerking Tabijn met Atrium Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs Playing for Succes Alkmaar
30
9
HUISVESTING Onderhoud Meerjarenonderhoudsplannen Vernieuwing en renovatie (korte termijn) Vernieuwing en renovatie (lange termijn)
32
10
JAARVERSLAG VERTROUWENSPERSOON Meldingen en klachten 2013 Aandachtspunten en adviezen Contactgegevens
34
11
JAARVERSLAG RAAD VAN TOEZICHT Samenstelling Raad van Toezicht Werkgeversrol Toezichthouder Vergaderingen
36
12
JAARVERSLAG DIRECTEURENBERAAD
38
13
FINANCIEEL BELEID Financiële positie balansdatum Analyse van het resultaat Investeringen en financieringsbeleid Treasuryverslag Continuïteitsparagraaf
40
14
JAARREKENING
46
15
BASISINFORMATIE
54
16
BIJLAGE: OVERZICHT RESULTATEN INSPECTIEBEZOEKEN
58
17
BIJLAGE: OVERZICHT NETWERKEN EN WERKGROEPEN
60
18
BIJLAGE: SCHOLEN IN DE GELE FASE
62
3
VOORWOORD
Voor u ligt het jaarverslag 2013 van het schoolbestuur Tabijn, een onderwijsorganisatie van 25 basisscholen in de regio Midden- en Noord-Kennemerland in Noord-Holland. Met dit jaarverslag wil Tabijn zich verantwoorden richting het Ministerie van OC&W, de zeven gemeenten waar onze scholen zijn gehuisvest, de ouders van de kinderen die onze scholen bezoeken, de medewerkers van onze organisatie en de overige schoolbesturen in het primair en voortgezet onderwijs in de brede regio. Daarnaast is het verslag bedoeld voor alle andere belangstellenden die meer van onze organisatie willen weten. Dit verslag concentreert zich op de ontwikkelingen die de organisatie Tabijn als geheel betreffen. Voor de ontwikkelingen op onze afzonderlijke scholen: raadpleeg de jaarverslagen op de websites van deze scholen (via www.tabijn.nl) of neem contact op met de directie van de school waar uw interesse naar uitgaat. Het afgelopen jaar hebben onze medewerkers zich wederom ingezet voor modern en kwalitatief hoogwaardig onderwijs voor de leerlingen van onze scholen. Ook de resultaten van onze scholen waren goed. De Onderwijsinspectie kende in 2013 aan alle Tabijnscholen het zogenaamde basisarrangement toe, het keurmerk van de overheid voor een goede onderwijskwaliteit. Verder heeft het jaar 2013 vooral in het teken gestaan van de ontwikkeling van een nieuw strategisch beleidsplan voor onze organisatie. Het strategisch beleidsplan 2010-2014 ‘Focus op kwaliteit’ beleefde zijn laatste jaar van uitvoering. Uit de evaluatie van het plan is gebleken dat er belangrijke stappen zijn gezet op het terrein van passend onderwijs, opbrengstgericht werken, opleiding en scholing van leerkrachten, management development en reductie van werkdruk. Maar er moet nog veel worden gedaan om het onderwijs voor onze leerlingen nog beter te maken dan het nu al is. Tabijn streeft er in de nieuwe planperiode 2014-2018 naar om uit te groeien tot het schoolbestuur met de beste basisscholen in de regio. Het nieuwe strategisch beleidsplan ‘Tabijn: de beste basis! Leren op
4
hoog niveau’ staat in het teken van deze ambitie. Wij willen dat onze leerlingen hun talenten maximaal ontwikkelen en leren op (hun eigen) hoog niveau. Dat vraagt om professionele leerkrachten die als team opereren, het vraagt om inspirerende leiders en betrokken ouders. Leerkrachten, leidinggevenden en andere medewerkers dienen zich continu te professionaliseren en vooral te leren met en van elkaar. Zo leren ook de medewerkers van Tabijn op hoog niveau. Dat levert het best mogelijke onderwijs voor onze leerlingen op en het leren met en van elkaar is dan ook de rode draad die door het nieuwe strategisch beleidsplan loopt. Ook in 2013 heeft Tabijn net als de andere schoolbesturen in de regio op lokaal niveau te maken gehad met krimp, al bleef het leerlingenaantal op organisatieniveau stabiel. Medio 2013 zijn in Heemskerk de basisscholen Burghtweijt en Anne Frank gefuseerd en in Alkmaar is een fusieproces opgestart voor de basisscholen Prinsenhof en Oranjehof. Deze fusie zal in 2014 worden afgerond. Met deze scholenfusies willen wij basisscholen van een gezonde omvang handhaven en kwalitatief goed onderwijs ook in de toekomst garanderen. In dit jaarverslag leest u meer over deze en andere activiteiten en zullen wij aangeven welke concrete resultaten er in 2013 zijn behaald. Wilt u meer weten over onze activiteiten of heeft u nog tips? Laat het ons weten via
[email protected]. U kunt ook twitteren via @Tabijn. Uw vragen, opmerkingen en reacties zijn van harte welkom! Wij danken u voor uw interesse in onze onderwijsorganisatie en wensen u veel leesplezier.
Jonne Gaemers, Voorzitter College van Bestuur
“Het afgelopen jaar hebben onze medewerkers zich wederom ingezet voor modern en kwalitatief hoogwaardig onderwijs voor de leerlingen van onze scholen. Ook de resultaten van onze scholen waren goed. De Onderwijsinspectie kende in 2013 aan alle Tabijnscholen het zogenaamde basisarrangement toe, het keurmerk van de overheid voor een goede onderwijskwaliteit.”
5
1.2
KERNTAKEN EN ORGANISATIE
Organisatie
De organisatiestructuur van Tabijn ziet er als volgt uit: Raad van Toezicht De Raad van Toezicht (RvT) houdt toezicht op het functioneren van het College van Bestuur (CvB) en op het functioneren van de organisatie als geheel. De raad adviseert het CvB gevraagd en ongevraagd en functioneert als klankbord voor het CvB. De RvT is de werkgever van het CvB. Zijn verdere taken zijn vastgelegd in de statuten van de stichting Tabijn. U vindt de statuten op onze website www.tabijn.nl. De Raad van Toezicht (RvT) bestaat uit de volgende leden:
1.
•
Dhr. A. de Wit, voorzitter (voorzitter College van Bestuur ROC Kop van Noord-Holland) Dhr. S. van Keulen, vicevoorzitter (adviseur en interim-manager) Mevr. S. de Boer (lid College van Bestuur Dunamare Onderwijsgroep) Dhr. R. Deen (manager beroepsopleidingen Tata Steel Training Centre, Tata Steel)
• • •
1.1
Kerntaak
Tabijn is een stichting voor katholiek, protestants-christelijk, oecumenisch, interconfessioneel en algemeen bijzonder onderwijs. Onze kerntaak is het verzorgen van onderwijs. Daarnaast organiseert Tabijn op een aantal scholen de buitenschoolse opvang. Binnen de door Tabijn aangegeven kaders bepalen onze scholen zelf hun onderwijskundig beleid.
•
Mevr. M. van Tunen (diensthoofd bestuurlijke aangelegenheden Politie Kennemerland; nevenfunctie gemeenteraadslid voor de PvdA in Heemskerk)
College van Bestuur Het éénhoofdig College van Bestuur is het bevoegd gezag van Tabijn. In de praktijk betekent dit dat het CvB alle portefeuilles beheert en integraal verantwoordelijk is voor het beleid van Tabijn. Het College van Bestuur legt verantwoording af aan de RvT. Tot de bestuurlijke kerntaak behoren de verdere professionalisering van de organisatie en de stimulering van de kwaliteit van het onderwijs. Het college staat in verbinding met de scholen en behartigt externe belangen. Het CvB stuurt de algemene directie en de sectormanagers aan. Het College van Bestuur bestaat uit: Dhr. J.P. Gaemers, voorzitter. Nevenfuncties van de heer Gaemers: Lid Raad van Toezicht Stichting Basisscholen Alkemade Lid Raad van Toezicht Stichting Mozarthof ZML
• •
Algemene directie De twee leden van de algemene directie sturen de schooldirecteuren aan en ondersteunen deze op verschillende terreinen. Zij zijn de hiërarchische leidinggevenden van de schooldirecteuren en voeren derhalve met hen de functionerings- en beoordelingsgesprekken en de halfjaarlijkse managementoverleggen. Verder nemen zij de beleidsvoorbereiding en -ondersteuning op het terrein van onderwijs voor hun rekening en geven zij uitvoering aan het (onderwijskundig) strategisch beleid. Tenslotte ondersteunen zij het CvB in brede zin bij het uitoefenen van de bestuurstaken en vervangen zij het CvB bij afwezigheid. De algemene directie bestaat uit: Mevr. F.L. Loth Dhr. W.T. Noom
6
Onderwijsbureau In het onderwijsbureau zijn de sectoren HRM en bestuursondersteuning, ICT, huisvesting en administratie ondergebracht. Elke sector wordt aangestuurd door een eigen sectormanager.
neelsadministratie en twee medewerkers financiën. Ook de twee kantinemedewerkers zijn in deze sector ondergebracht.
•
Sector ICT In ons onderwijs speelt ICT een belangrijke rol. De sector ICT houdt de digitale infrastructuur op peil en ontwikkelt deze verder. De sector ondersteunt de scholen bij het maken van (onderwijskundig) beleid op het gebied van ICT en biedt scholing aan alle medewerkers van Tabijn. De sectormanager geeft leiding aan twee systeem-/netwerkbeheerders en een ICT-consultant.
•
Sector huisvesting Alle zaken die te maken hebben met nieuwbouw, renovatie en onderhoud van de vele schoolgebouwen van Tabijn liggen in handen van de sector huisvesting. De sectormanager voert, samen met het CvB, het overleg met de zeven gemeenten waarin de Tabijnscholen zijn gevestigd, over de huisvesting van de scholen. Naast de sectormanager en een medewerker huisvesting maken drie onderhoudsmedewerkers deel uit van de sector. Zij voeren het dagelijks onderhoud aan de gebouwen uit.
•
•
Sector HRM & bestuursondersteuning De sector HRM en bestuursondersteuning is verantwoordelijk voor het personeelsbeleid van Tabijn. Kortweg kan worden gesteld dat deze sector het beste uit de ongeveer 550 medewerkers van Tabijn wil halen. Als onze medewerkers goed functioneren en met plezier hun werk doen straalt dat immers uit op onze leerlingen. Professionalisering van de medewerkers is daarbij een sleutelbegrip. Naast de sectormanager bestaat de sector HRM en bestuursondersteuning uit twee personeelsfunctionarissen, een secretaresse die de secretariële en administratieve ondersteuning van het CvB en de algemene directie verzorgt en een medewerker communicatie.
Sector administratie Tabijn is niet alleen een onderwijsorganisatie maar ook een zelfstandig en erkend administratiekantoor. Dit administratiekantoor is ondergebracht in de sector administratie. Een groot voordeel hiervan is dat Tabijn de personeels- en salarisadministratie in eigen huis heeft en niet afhankelijk is van een extern administratie- kantoor. De lijnen naar de scholen zijn daardoor kort en ook financieel is dit voordelig. De sector administratie kent naast de Financial controller/sectormanager een salarisadministrateur, een medewerker salarisadministratie, een medewerker perso-
1.3
Raad van Toezicht
Organogram
College van Bestuur Algemene directie
GMR
Bestuursbureau (Sectoren HRM en bestuursondersteuning, ICT, huisvesting en administratie)
Directeurenberaad
SCHOLEN
7
2.
STRATEGISCH BELEID
2.1
Strategisch beleidsplan 2010-2014
Het strategisch beleidsplan 2010-2014 is in 2009 door het bestuur vastgesteld en door de raad van toezicht goedgekeurd. In dit hoofdstuk worden de doelstellingen van het strategisch beleidsplan vermeld. 2013 was het laatste jaar van uitvoering van dit strategisch beleidsplan en in dit jaar is het plan ook geëvalueerd. In dit hoofdstuk zullen ook de resultaten van deze evaluatie worden vermeld. Het gaat dan om de vraag in welke mate de doelstellingen van het strategisch beleid zijn bereikt. Het strategisch beleidsplan is vanaf het begin steeds uitgewerkt in jaarplannen. In de hierna volgende hoofdstukken van dit jaarverslag wordt verslag gedaan van de resultaten die zijn behaald op basis van het jaarplan 2013. In 2013 is tevens gewerkt aan een nieuw strategisch beleidsplan voor de periode 2014-2018. Meer hierover kunt u lezen in paragraaf 2.9.
2.2 Externe ontwikkelingen In de omgeving van Tabijn speelt zich een aantal ontwikkelingen af die van belang zijn voor de scholen van onze organisatie. Een van de belangrijkste hiervan is de demografische ontwikkeling: in de brede regio waar Tabijn scholen heeft is sprake van krimp van de leerlingenaantallen (daling van het aantal schoolgaande kinderen). Deze ontwikkeling speelt al meerdere jaren en zal zich naar verwachting ook de komende jaren voortzetten. Als gevolg hiervan zullen de leerlingaantallen op de meeste Tabijnscholen ook de komende jaren een dalende trend (blijven) vertonen. Dat zal voor onze scholen (en voor de organisatie als geheel) tot gevolg hebben dat het personeelsbestand gereduceerd zal moeten worden en dat er sprake zal zijn van leegstand in de schoolgebouwen. In een aantal gevallen zal dit ertoe leiden dat scholen niet zelfstandig kunnen voortbestaan en zullen moeten fuseren met andere scholen. In 2013 heeft dit in Heemskerk geleid tot een fusie tussen de basisscholen Burghtweijt en Anne Frank. In Alkmaar is in 2013 het voornemen uitgesproken om de scholen Oranjehof en Prinsenhof samen te voegen. Een andere landelijke ontwikkeling die op ons afkomt is de Wet Passend Onderwijs. Deze wet maakt schoolbesturen verantwoordelijk
8
voor het verzorgen van een goede onderwijsplek voor alle leerlingen die zich aandienen. Ook het onderwijs dient zoveel mogelijk op maat (van de verschillende leerlingen) te worden gegeven. In de Wet Passend Onderwijs wordt ook voorzien in nieuwe, grote regionale samenwerkingsverbanden waarin alle basisscholen en scholen voor speciaal onderwijs in een bepaalde regio verplicht participeren. In deze samenwerkingsverbanden wordt de zorg voor leerlingen met een speciale onderwijsbehoefte gecoördineerd en gefinancierd. Tabijn participeert in twee samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs: het samenwerkingsverband IJmond en het samenwerkingsverband Noord-Kennemerland. Verder is er vanuit de politiek en het ministerie van OC&W de laatste jaren een toenemende aandacht voor het verhogen van de onderwijskwaliteit. In 2012 is het Bestuursakkoord Primair Onderwijs ondertekend door de minister van OC&W en de PO-Raad. In het akkoord zijn op sectorniveau afspraken gemaakt over verhoging van de onderwijsopbrengsten en versterking van de professionaliteit in het primair onderwijs. In 2013 zijn in het kader van het Herfstakkoord en het Nationaal Onderwijsakkoord eenmalig extra financiële middelen beschikbaar gesteld voor het primair onderwijs. Op dit moment (voorjaar 2014) wordt onderhandeld over het op structurele basis toekennen van extra financiële middelen voor het primair onderwijs. Ook wordt er door de overheid steeds meer de nadruk gelegd op goed, deugdelijk bestuur. Sinds enkele jaren is de Wet Goed Onderwijs, Goed Bestuur van kracht waarin strengere eisen worden gesteld aan de kwaliteit van de schoolbesturen en waarin ook strengere sancties kunnen worden opgelegd indien er op dit terrein (ernstige) tekortkomingen worden geconstateerd. Het doel van het strategisch beleidsplan is om op al deze ontwikkelingen adequaat in te spelen.
2.3 De missie Tabijn als organisatie voor primair onderwijs staat voor kwaliteit. Het bestuur en de scholen van Tabijn staan garant voor hoogwaardig en eigentijds onderwijs in een inspirerende leeromgeving. Medewerkers en leerlingen worden voortdurend gestimuleerd te werken aan hun eigen ontwikkeling en resultaten. Het bestuur en de scholen van Tabijn staan midden in de samenleving en zijn ondernemend in het zoeken naar verbinding met relevante organisaties in de omgeving.
2.4 De visie Tabijn wil een lerende organisatie zijn Een optimistische mensvisie gericht op leren en ontwikkelen, staat hoog in het vaandel van Tabijn. De kerntaak van de scholen van Tabijn is het inrichten van het onderwijs op een zodanige wijze dat elk kind de kans krijgt zich optimaal te ontwikkelen. Om dit te kunnen realiseren is er binnen Tabijn continu aandacht voor permanente ontwikkeling van mens en organisatie, voor samenwerkend leren, voor open communicatie, voor een veilige leer- en werkomgeving, voor een professionele cultuur waarbij aanspreken op resultaat en gedrag gewoon is.
Tabijn wil een kwalitatief hoogwaardige organisatie zijn Tabijn hecht grote waarde aan de kwaliteit van het onderwijs, de kwaliteit van het personeel, de kwaliteit van prestaties en de kwaliteit van faciliteiten en ondersteunende voorzieningen. Tabijn streeft er naar om continu actief en planmatig het onderwijs en de onderwijsondersteunende processen te verbeteren. Transparantie en meetbaarheid zijn hierin centrale begrippen.
De geprioriteerde doelen voor de periode 2010 – 2014 zijn:
Tabijn wil een ondernemende organisatie zijn De scholen zijn ook partner in opvoeding en zorg, waarbij de ouder primair verantwoordelijk is voor de opvoeding van het kind. Rekening houdend met de kerntaak speelt Tabijn een ondernemende en initiërende rol in de schoolomgeving en worden er contacten onderhouden met gemeentes en organisaties op het terrein van buitenschoolse opvang, sociaal cultureel werk, jeugdzorg en sport. Op alle niveaus – individuele leerkrachten, scholen en College van Bestuur – worden contacten gelegd met andere organisaties in de keten van onderwijs, opvoeding en zorg.
Doel 2. Opbrengstgericht werken
Tabijn wil een inspirerende en zichtbare organisatie zijn In de waan van de dag, het politieke gekrakeel en de slingerende visies op onderwijs en opvoeding laat Tabijn een heldere en constante toon horen. Leerkrachten, ouders en leerlingen herkennen zich in de wijze waarop Tabijnscholen vormgeven aan identiteit: geworteld in de christelijke traditie, normen en waarden.
2.5 Besturingsfilosofie Tabijn realiseert zich dat goed, deugdelijk bestuur van groot belang is voor de eigen organisatie en dat goed bestuur bijdraagt aan goed onderwijs voor ieder kind. Tabijn onderschrijft in dit verband de Code Goed Bestuur in het primair onderwijs van de PO-Raad en handelt hier ook naar. Bij de besturing van de organisatie gaat Tabijn uit van een aantal kernwaarden. Deze kernwaarden komen tot uitdrukking in de competenties en in het gedrag en het handelen van alle bij de besturing van de organisatie betrokken medewerkers (leidinggevende op alle niveaus).
Doel 1. Passend Onderwijs Tabijn realiseert aan het einde van de planperiode (2013) voor iedere leerling (binnen de Tabijnscholen of daarbuiten) een passend arrangement, dat het kind in staat stelt zijn of haar (cognitieve, creatieve, sociale, enz.) talenten maximaal te ontwikkelen.
Alle scholen van Tabijn scoren voor het eind van 2013 tenminste gemiddeld voor de opbrengsten van rekenen en taal. Tenminste 20% van de Tabijnscholen scoort voor het einde van 2013 bovengemiddeld op deze opbrengsten.
Doel 3. Kwalitatief hoogwaardige opleiding en scholing van (startende) leerkrachten Tabijn investeert in de opleiding van (startende) leerkrachten en in permanente, op de professionaliteit van leerkrachten gerichte scholing. Er is wat betreft scholing sprake van een professioneel en kwalitatief hoogwaardig aanbod op bovenschools niveau. Aan het eind van 2013 is op iedere Tabijnschool minstens één leerkracht op masterniveau opgeleid of met de opleiding bezig.
Doel 4. Management development Tabijn investeert in de continue ontwikkeling van professioneel management. Daardoor voldoen onze leidinggevenden aan de eisen die in de competentieprofielen worden gesteld en voorkomt Tabijn langdurig onvervulbare vacatures. Voor het eind van 2013 is 10% van de schooldirecteuren op masterniveau opgeleid of met de opleiding bezig.
Doel 5. Verbeteren van het welbevinden en reductie van werkdruk Tabijn realiseert een gerichte aanpak om het welbevinden van medewerkers aantoonbaar en duurzaam te vergroten en brengt zorgvuldig de factoren in kaart die een (te) hoge werkdruk bij medewerkers veroorzaken.
Het gaat om de volgende kernwaarden:
• • • •
Verbinding Inspiratie Vertrouwen Ambitie
Deze kernwaarden hebben een nauwe relatie met de missie en visie van de organisatie.
2.6 Geprioriteerde doelen voor 2010 – 2014 Van de 14 doelen die in het strategisch beleidsplan zijn opgenomen zijn er vijf uitgekozen die de afgelopen jaren met prioriteit zijn opgepakt.
Tabijn als organisatie voor primair onderwijs staat voor kwaliteit. Het bestuur en de scholen van Tabijn staan garant voor hoogwaardig en eigentijds onderwijs in een inspirerende leeromgeving.
9
2. 2.7
sTRaTegIsCH BeLeId Overige doelstellingen strategisch beleid 2010-2014
Het strategisch beleidsplan kent naast de vijf geprioriteerde doelstellingen nog negen andere doelen. Het gaat om de volgende doelstellingen:
• • • • • • • • •
Doorlopende leerlijnen primair en voortgezet onderwijs Samenwerking met externe organisaties Loopbaanperspectieven bij Tabijn Continuïteit waarborgen Doorontwikkelen van het besturingsmodel Doorontwikkelen van de lerende organisatie Identiteit Professionalisering van de bedrijfsvoering Moderne huisvesting
De afgelopen jaren zijn de strategische doelstellingen van Tabijn concreet uitgewerkt in de jaarplannen, bij veel doelstellingen vaak meerdere jaren achter elkaar (doorlopende projecten). In dit jaarverslag wordt (o.a.) verslag gedaan van de strategische doelstellingen die in 2013 aan de orde zijn geweest in het beleid van Tabijn.
2.8 Evaluatie Strategisch beleid 2010- 2014 In 2013 is het strategisch beleidsplan 2010-2014 geëvalueerd, mede in verband met het ontwikkelen van een nieuw strategisch plan. Bij de evaluatie zijn medewerkers uit alle lagen van de organisatie betrokken (leerkrachten, intern begeleiders, schooldirecteuren, stafmedewerkers en bovenschools leidinggevenden). Uit de evaluatie is gebleken dat een aanzienlijk deel van de doelstellingen is aangemerkt als ‘geheel of grotendeels gerealiseerd’. Het gaat dan om de doelstellingen:
•
• • • • • •
Kwalitatief hoogwaardige opleiding en scholing van (startende) leerkrachten Management development Continuïteit waarborgen Doorontwikkelen van het besturingsmodel Doorontwikkelen van de lerende organisatie Professionalisering van de bedrijfsvoering Moderne huisvesting
Het oordeel ‘deels wel, deels niet gerealiseerd’ werd uitgesproken voor de volgende doelen:
• • • • • • •
Passend Onderwijs Opbrengstgericht werken Samenwerking met externe organisaties Doorlopende leerlijnen primair en voortgezet onderwijs Loopbaanperspectieven bij Tabijn Verbeteren van het welbevinden en reductie van werkdruk Identiteit
Het bestuur van Tabijn kan zich in grote lijnen goed vinden in deze evaluatie, maar plaatst wel een kanttekening bij het feit dat uit de
10
evaluatie naar voren is gekomen dat de doelstellingen rondom “leren”, “ontwikkelen” of “opleiden” als grotendeels of geheel gerealiseerd worden beschouwd. In deze doelstellingen moet naar de mening van het bestuur ook in de toekomst nog veel worden geïnvesteerd. We zijn er niettemin in geslaagd om een aanzienlijk deel van de strategische doelen te realiseren.
2.9 Strategisch beleid 2014-2018 In het najaar van 2012 is een begin gemaakt met het traject dat heeft geleid tot een nieuw strategisch beleidsplan voor de periode 20142018. Bij dit traject is een groot aantal medewerkers uit de organisatie betrokken. Er zijn in september 2012 vijf breed samengestelde ontwerpgroepen gevormd rond de volgende thema’s:
• • • • •
De Leerling De Leerkracht De Ouder Het Team De Leider
De activiteiten van de ontwerpgroepen werden gecoördineerd door een regiegroep onder leiding van de voorzitter CvB van Tabijn. De ontwerpgroepen kwamen diverse meerdere malen apart bij elkaar, maar er zijn in 2013 ook een drietal plenaire bijeenkomsten georganiseerd, waarbij de leden van de regiegroep, de deelnemers van de ontwerpgroepen en alle directeuren aanwezig waren (samen ca. 60 deelnemers). Dit traject heeft medio 2013 geleid tot een concept-strategisch beleidsplan 2010-2014. Dit concept is in de tweede helft van 2013 besproken in de volgende gremia: raad van toezicht, gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, personeelsraad, directeurenberaad, netwerk adjunct-directeuren en netwerk intern begeleiders. Op grond van deze bijeenkomsten is het plan bijgesteld en begin 2014 voorlopig vastgesteld. In februari 2014 verleende de raad van toezicht goedkeuring aan het plan en in april 2014 verleende de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad instemming. Vervolgens is het strategisch beleidsplan 2014-2018 definitief vastgesteld. Het plan is getiteld: “Tabijn: de beste basis! Leren op hoog niveau”. Het doel van het plan is om de Tabijnscholen te laten uitgroeien tot de beste basisscholen in de regio. Hiertoe is een nieuwe visie ontwikkeld. Deze visie is uitgewerkt in zes concrete doelstellingen: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Alle leerlingen leren op hoog niveau Leerkrachten leren van elkaar en professionaliseren zich continu Tabijn versterkt de kwaliteit en het gebruik van ICT Tabijn werkt met teams als basis voor uitstekend en innovatief onderwijs Tabijn versterkt de rol van ouders en andere partners Bij Tabijn werken effectieve en inspirerende leiders
Het nieuwe strategisch beleidsplan 2014-2018 zal met ingang van het schooljaar 2014-2015 in uitvoering worden genomen.
Starters voor starters Goede leerkrachten zijn de basis voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs en daarmee ons aller toekomst. Tabijn heeft de kwaliteit en professionaliteit van haar leerkrachten hoog in het vaandel staan. En dat begint al bij de stagiaires en de startende leerkrachten. Beide groepen worden vakkundig begeleid door de twee schoolopleiders van Tabijn, Edith Hopman en Ton Zwanink. Zij zijn vast aanspreekpunt voor de mentoren die de stagiaires in de klas begeleiden en opereren veelal als een schakel tussen de stagebiedende scholen en de opleidingsinstituten. Daarnaast verzorgen zij trainingen voor startende leerkrachten en kunnen zij coachende hulp bieden als startende leerkrachten een specifieke leervraag hebben. Een van deze bijeenkomsten stond in het teken van ‘leren met elkaar en van elkaar’ en werd inhoudelijk verzorgd door drie startende leerkrachten. Interactief werken m.b.v. stemkastjes Mieke Muntjewerff (Kornak) liet zien hoe zij interactief werken in haar klas vorm geeft door het gebruik van stemkastjes. Aan de hand van een paar praktijkvoorbeelden liet ze zien dat de stemkastjes prima inzetbaar voor allerlei doeleinden: proefjes, vragen, tafels oefenen… Omdat de kastjes op naam geregistreerd kunnen worden zijn ze ook geschikt voor toetsen. Inmiddels komen er steeds meer apps voor het onderwijs op de markt. Nearpod biedt de mogelijkheid tot stellingen, multiple choicevragen en tekenen. De app levert een rapportage aan de leerkracht.
Interactieve instructie Anita Beentjes (Kornak) heeft voor haar afstudeeropdracht het programma Flipcharts helemaal uitgeplozen en lessen aangemaakt. Flipcharts wordt als standaard programma meegeleverd met het Active Board. Voor smartboarden zijn vergelijkbare programma’s beschikbaar. Ze liet een paar voorbeelden van haar lessen aan de deelnemers zien. Waar het in eerste instantie best wat tijd kost om de lessen te maken zijn deze later makkelijk aan te passen. Verder zet Anita de lessen na de instructie op de pc zodat ze ook later nog gemaakt kunnen worden. Werken in de Cloud Harald van Brederode (Paulus) liet zien hoe hij met zijn klas in ‘the cloud’ werkt. Het voordeel hiervan is dat men in principe overal ter wereld kan werken mits er een internetverbinding is. Men werkt als het ware altijd maar in één document en altijd met de nieuwste (online) software. Daarnaast is het mogelijk om een kopie van de map op de eigen (thuis- of school) pc neer te zetten. Deze synchroniseert met de map in de cloud zodra er internetverbinding is Harald heeft voor elk van zijn leerlingen een eigen map aangemaakt en één gemeenschappelijk e-mailadres om de mappen te kunnen benaderen. Op dit moment kunnen de leerlingen nog bij elkaar in de mappen kijken maar dit zal z.s.m. veranderd worden. Dankzij goede afspraken hebben zich geen problemen voorgedaan.
11
ORGANISATORISCHE ONTWIKKELINGEN EN GOVERNANCE
3. 3.1
Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG)
Sinds jaar en dag is het voor medewerkers in het onderwijs verplicht om te beschikken over een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). Alle medewerkers van Tabijn beschikken over een VOG gericht op het onderwijs. In 2013 is duidelijk geworden dat dit niet volstaat voor medewerkers van Tabijn die in de buitenschoolse opvang (BSO) werken. Op zeven Tabijnscholen wordt de BSO door Tabijn in eigen beheer (m.b.v. eigen medewerkers) uitgevoerd. Voor deze medewerkers is alleen een VOG onderwijs niet voldoende; zij dienen naar de eisen van de GGD tevens te beschikken over VOG gericht op de kinderopvang. Ook alle BSO-stagiaires, medewerkers van het bestuursbureau en leerkrachten uit de flexpool moeten over een VOG kinderopvang beschikken. In 2013 is voor al deze medewerkers een VOG kinderopvang aangevraagd en verkregen.
3.2 Ontwikkeling van het leerlingen- aantal De Tabijnscholen bevinden zich in een krimpregio. Dat is te merken aan de ontwikkeling van het leerlingenaantal. In de periode 20062012 is het leerlingenaantal van de Tabijnscholen gedaald met ruim 8%. In 2013 bedroeg het leerlingenaantal 5.625, waarmee het vrijwel identiek was aan het leerlingenaantal van 2012 (5.628). Niettemin wordt er de komende jaren weer een voortgaande krimp voor de Tabijnsscholen verwacht van ca. 2-3% per jaar. Wat betreft de ontwikkeling van het leerlingenaantal is er wel sprake van verschillen tussen de scholen: veel scholen blijven min of meer stabiel, sommige scholen groeien, andere scholen dalen licht en enkele scholen dalen sterk qua leerlingenaantal. Sommige scholen lopen qua leerlingenaantal zo sterk terug dat een voortbestaan als zelfstandige school niet langer mogelijk is. Dit geldt voor de Burghtweijt in Heemskerk en de Prinsenhof en Oranjehof in Alkmaar.
3.3 Fusie Anne Frank school Burghtweijt Basisschool De Burghtweijt is eind 2011 qua leerlingenaantal voor de derde keer op rij onder de opheffingsnorm gekomen. Daarmee vervalt de bekostigingsgrondslag en kan de school niet langer zelf-
12
standig voortbestaan. Dit is in het voorjaar van 2012 met alle betrokkenen bij de school gecommuniceerd. In 2012 heeft het CvB daarom het voornemen geuit om per 1 augustus 2013 te komen tot een fusie met de naburige Anne Frank school, eveneens vallend onder Tabijn. In het voorjaar 2013 hebben de medezeggenschapsraden van de beide scholen ingestemd met de fusie-effectrapportage. Ook de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Tabijn heeft vervolgens ingestemd met de voorgenomen fusie. Daarop heeft het CvB het definitieve fusiebesluit genomen. De fusie tussen de Anne Frank school en de Burghtweijt is per 1 augustus 2013 gerealiseerd. De naam van de (fusie)school blijft: Anne Frank school.
3.4 Fusie Oranjehof - Prinsenhof Vanwege de forse daling van het leerlingenaantal op de Alkmaarse scholen Prinsenhof (bestaande uit twee locaties) en Oranjehof (eveneens bestaande uit twee locaties) heeft het CvB medio 2013 het voornemen geuit om deze scholen per 1 augustus 2014 te fuseren. De nieuwe fusieschool zal bestaan uit drie locaties; de locatie Kofschipstraat van de Oranjehof zal met ingang van 1 augustus 2014 worden gesloten. Dit voornemen is in het najaar 2013 met alle betrokkenen besproken. Ook de ouders zijn hierover geïnformeerd. In het voorjaar van 2014 hebben de medezeggenschapsraden van de betrokken scholen ingestemd met de fusie-effectrapportage. Ook de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Tabijn heeft vervolgens ingestemd met de voorgenomen fusie. Daarop heeft het CvB het definitieve fusiebesluit genomen. De fusie tussen de Oranjehof en Prinsenhof zal per 1 augustus 2014 worden doorgevoerd. De naam van de (fusie)school wordt: DURV! school.
3.5 Uittreden Vervangingsfonds Tabijn is aangesloten bij het Vervangingsfonds. Het Vervangingsfonds vergoedt de kosten van zieke werknemers, maar daar staat een aanzienlijke premie tegenover. Al meerdere jaren wordt geconstateerd dat Tabijn beduidend meer premie afdraagt dan het aan vervangingskosten declareert. Tot voor kort was aansluiting bij het Vervangingsfonds verplicht, maar nu niet meer. Vanwege het aanzienlijke financiële voordeel van tenminste € 200.000 op jaarbasis (bij het huidige ziekteverzuimpercentage van 4 %) heeft het CvB in 2013 besloten per 1 januari 2014 uit het Vervangingsfonds te stappen en over te gaan naar het eigen risicodragerschap. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad heeft ingestemd met dit besluit.
3.6 Convenant Horizontaal Toezicht met de Belastingdienst In februari 2013 hebben Tabijn en de Belastingdienst het convenant Horizontaal Toezicht ondertekend. Beide partijen beogen hiermee te komen tot een efficiëntere en effectievere werkwijze wat betreft fiscale aangelegenheden. Zij streven naar een permanent actueel inzicht in relevante gebeurtenissen en een snelle standpuntbepaling, teneinde de rechtszekerheid te vergroten.
3.7 Vertrek externe vertrouwens persoon Mevrouw Yvonne Grapendaal, een van de twee externe vertrouwenspersonen van Tabijn heeft haar functie wegens persoonlijke omstandigheden per 1 augustus 2013 neergelegd. Zij is 11 jaar als vertrouwenspersoon verbonden geweest aan Tabijn. In overleg met de andere vertrouwenspersoon, mevrouw Petra Vervoort, is afgesproken vooralsnog niet op zoek te gaan naar een vervanger voor mevrouw Grapendaal. De werkzaamheden kunnen naar inschatting van mevrouw Vervoort door één externe vertrouwenspersoon worden verricht.
13
4. ONDERWIJS EN KWALITEITSZORG
4.1
Passend onderwijs
4.1.1 Samenwerkingsverbanden Tabijn participeert in twee samenwerkingsverbanden: Samenwerkingsverband PO Noord-Kennemerland en Passend Onderwijs IJmond. Beide samenwerkingsverbanden hebben in 2013 gewerkt aan de voorbereiding van Passend Onderwijs in 2014. Elk samenwerkingsverband heeft een ondersteuningsplan gemaakt dat in 2014 wordt besproken met directeuren en intern begeleiders van de scholen van Tabijn. In het directeurenberaad zijn de ontwikkelingen binnen de samenwerkingsverbanden besproken. Tijdens de netwerkbijeenkomsten van intern begeleiders zijn de ontwikkelingen in de samenwerkingsverbanden een vast agendapunt. Daar worden bestuurlijke ontwikkelingen en praktijkervaringen, met het CvB dat voor dit agendapunt aanwezig is, besproken.
4.1.2 Plusactiviteiten De scholen zijn ook dit jaar verder gegaan met het uitbreiden van het leerstofaanbod voor meerbegaafde leerlingen. Er zijn verschillende initiatieven op school- en bovenschools niveau ontwikkeld. Op schoolniveau wordt binnen de eigen school materiaal ingezet dat specifiek ontwikkeld is voor deze doelgroep, bijvoorbeeld de Pittige Plustoren en Levelwerk. Op de scholen in Alkmaar, Castricum en Heemskerk krijgen de plusleerlingen samen met leerlingen van andere Tabijnscholen les in een gemeenschappelijke plusklas. De Digitale Topschool, gestart in Alkmaar, is door andere scholen overgenomen. Er is behoefte kennis en ervaringen op dit terrein met elkaar te delen. In september 2013 is de notitie Plusleerlingen bij Tabijn vastgesteld door het CvB. Deze is besproken met de leerkrachten van de plusklassen en de directeuren. In de notitie wordt voorgesteld om een werkgroep in te stellen die de opdracht heeft om informatie over plusleerlingen te bundelen en digitaal beschikbaar te maken voor alle scholen van Tabijn. In november is de werkgroep plusleerlingen gestart om positieve ervaringen van binnen en buiten Tabijn te bundelen en digitaal beschikbaar te maken. Op die manier kunnen scholen meer gebruik maken van de opgedane ervaringen en samen werken aan een beter onderwijsaanbod voor deze groep leerlingen.
binnen één digitale omgeving zelfstandig aan de slag met lezen, spellen en schrijven. Op elke school zijn de leerkrachten geschoold om met Kurzweil werken en er wordt steeds meer gebruik gemaakt van het programma. Dit betekent ook dat de behoefte aan gescande en bewerkte teksten uit methoden en leesboeken groeit. De centrale digitale bibliotheek is wederom uitgebreid en daar waar er technische problemen zijn worden die aangepakt.
4.1.4 Netwerk intern begeleiders De intern begeleiders zijn zes keer in 2013 bij elkaar gekomen. Alle intern begeleiders zijn tevreden over de wijze waarop het netwerk functioneert. Elke bijeenkomst wordt voorbereid door de voorbereidingsgroep. Deze bestaat drie intern begeleiders, de communicatiemedewerker die notuleert en het lid van de algemene directie dat verantwoordelijk is voor het IB-netwerk. Zoals afgesproken in het jaarplan is tijdens een bijeenkomst aandacht besteed aan de kwaliteitsaspecten 8 (leerlingenzorg) en 9 (systeem voor kwaliteitszorg) uit het inspectiekader. Tijdens een andere bijeenkomst is gesproken over het maken van analyses en interventies. Voor de onderwerpen verwijzen we naar de bijlage aan het eind van dit rapport. Vaste agendapunten in het netwerk zijn de ontwikkelingen m.b.t. ESIS, Kurzweil, uitwisselen van informatie (‘Halen en brengen’) en intervisie in vaste groepjes. Daarnaast kwamen aan de orde het werken met SCOL, het strategisch beleidsplan 2014-2018 en de kwaliteitsaspecten van de inspectie van het onderwijs. Tot slot verdiepten de intern begeleiders zich in het Early Warning System (EWS) en het maken van analyses en formuleren van interventies.
4.1.5 Gedragscode Een werkgroep heeft de Gedragscode van Tabijn vorm en inhoud gegeven. Uitgangspunt van een gedragscode is het idee dat je met z’n allen bijdraagt aan een veilige en prettige manier van samenwerken. De gedragscode is een leidraad voor iedereen die de scholen van Tabijn bezoekt. Dus zowel voor leerkrachten, de ouders, de leerlingen als ook de medewerkers van het bestuursbureau. De afspraken zijn verwoord in vier waarden: ontwikkeling, verantwoordelijkheid, respect en veiligheid.
ontwikkeling
verantwoordelijkheid
respect
veiligheid
4.1.3 Begeleiding dyslexie Alle scholen werken met het programma Kurzweil om leerlingen met dyslexie beter te kunnen begeleiden. Kurzweil 3000 is een geavanceerd dyslexieprogramma voor alle vormen van dyslexie. Met behulp van het programma kunnen leerlingen
14
4.2
Opbrengstgericht werken
4.2.1 Vervolg scholing opbrengstgericht werken Uit onderzoek is gebleken dat de leerkracht ertoe doet en dat leiderschap in een school een belangrijke rol hierin speelt. Dit betekent dat Tabijn goed zicht dient te krijgen op de kwaliteit van de leerkrachten en directeuren. In 2013 is het scholingsaanbod voor leerkrachten zowel op Tabijnniveau als op schoolniveau gericht op het versterken van opbrengstgericht werken. In de netwerken van alle leerkrachten is aandacht besteed aan differentiatie in lesaanbod en de leesstrategieën in begrijpend lezen (zie bijlage Netwerken). Om het scholingsaanbod doelgerichter en efficiënter te laten verlopen is in 2013 begonnen met de oprichting van de Tabijnacademie.
4.2.2 Tabijnacademie Eind 2012 heeft het CVB besloten de Tabijnacademie op te richten. De Tabijnacademie is ontstaan uit de wens om opleidingsactiviteiten te bundelen. De academie verzorgt een breed (scholings)aanbod voor alle medewerkers van Tabijn: netwerken voor de leerkrachten, deskundigheidsbevordering, begeleiding van specifieke doelgroepen, studiereizen, Tabijncafé en talentenbank. In haar fysieke verschijningsvorm is de Tabijnacademie een website waarop al het scholingsaanbod staat en waar men zich kan inschrijven. De scholingsbijeenkomsten vinden plaats bij Tabijn. De eerste vergadering van de werkgroep Tabijnacademie vond plaats in februari 2013. Gezien de late start van de werkgroep was het niet meer mogelijk om per 1 augustus 2013 de Tabijnacademie met een goed aanbod te laten beginnen. De voorbereidende werkzaamheden van deze werkgroep waren onder meer onderzoek naar academies van andere schoolbesturen, inventarisatie van scholingsbehoefte van personeelsleden en teams, keuze van een backoffice systeem. Dit backoffice systeem behelst een website waar personeelsleden alle informatie over het scholingsaanbod kunnen vinden (vorm, inhoud, niveau, duur, plaats, etc.) en waar zij zich kunnen inschrijven. Een systeem dat allerlei administratieve handelingen zoals aanmelding, afmelden, uitreiken van certificaten en dergelijke kan verrichten. Gekozen is voor het systeem van OinO en Kokgesto Rolf. Hiermee heeft de Tabijnacademie een website met een eigen gezicht. Deze website is op de nieuwjaarsreceptie 2014 gelanceerd.
4.3 Interne en externe kwaliteitszorg 4.3.1 Kwaliteitsonderzoeken door de onderwijsinspectie De onderwijsinspectie heeft in 2012 bij vijf scholen (Het Rinket, Bosschool, Molenhoek, Visser ’t Hooft en De Oranjehof) een kwaliteitsonderzoek gedaan. In tegenstelling tot de kwaliteitsonderzoeken in 2011 beoordeelt de onderwijsinspectie de kwaliteitsaspecten 8 (leerlingenzorg) en 9 (systeem voor kwaliteitszorg) overwegend voldoende. Het overzicht is in de bijlage opgenomen. De werkgroep Onderwijskwaliteit heeft naar aanleiding van de inspectiebezoeken in 2011 de opdracht gekregen om een kwaliteitszorgsysteem Tabijn op schoolniveau zodanig vorm te geven, dat het voldoet aan de eisen van de onderwijsinspectie en tevens passend is bij de wensen van de scholen, namelijk efficiënt en effectief.
De werkgroep heeft hiervoor het draaiboek kwaliteitszorgsysteem Tabijn op schoolniveau ontwikkeld. Voor de inspectiebezoeken aan basisschool Oranjehof en Visser ’t Hooft in juli is een concept handboek aan de onderwijsinspecteurs gestuurd. De inspecteurs oordeelden dat in het draaiboek alle aspecten van het onderwijsleerproces systematisch aan de orde komen en dat de kwaliteitszorgcyclus op er goed uit ziet. Tegelijkertijd meldden zij dat in de praktijk nog moet blijken of scholen volgens het draaiboek werken. Met het directeurenberaad is afgesproken dat het thema kwaliteitszorg twee keer per schooljaar op de agenda van het beraad wordt gezegd.
4.3.2 Handboek Kwaliteitszorg Tabijn op schoolniveau In dit handboek worden de thema’s binnen de kwaliteitszorg beschreven, alsmede de wijze waarop de thema’s worden onderzocht en wanneer de thema’s aan de orde zijn. In het draaiboek staan alle onderwerpen om het onderwijsleerproces te evalueren over een periode van vier jaar ingepland. In onderstaande tabel wordt aangegeven welke onderwerpen per schooljaar aan de orde komen. Uit het handboek Kwaliteitszorg op schoolniveau is de EWS vragenlijst Risicofactoren in 2013 aan de orde. De vragen uit deze vragenlijst zijn in de PO-spiegel gezet, waardoor teamleden deze vragen digitaal konden invullen en waarna de directeur een compacte rapportage kon ontvangen. Deze rapportage is op elke school binnen het team besproeken. Vragen als ‘waar zijn we met elkaar over eens en waarover niet, is er een grote discrepantie tussen de meningen, zijn er verbeterpunten’, kwamen in de teambespreking aan de orde. In de jaarverslagen van de scholen zijn de EWS vragenlijst en de uitkomsten van de teambespreking en eventuele vervolgstappen beschreven. Volgens onderstaand schema zijn de volgende aspecten in 2013 aan de orde geweest: 2012-2013
2013-2014
Opbrengsten 2x
Opbrengsten 2x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Voldoende leertijd
Voldoende leertijd
Afstemmen en organiseren
Afstemmen en organiseren
Cyclisch werken
Cyclisch werken
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
EWS vragenlijst Risicofactoren
EWS vragenlijst Team functioneren en leidinggeven *
EWS vragenlijst Bovenschools management
EWS vragenlijst Opbrengsten* Schoolklimaat Onderzoek ouders, leerlingen en personeel*
* wordt afgenomen in 2014
15
4.
ondeRWIJs en KWaLITeITsZoRg
Planning 2012-2016 alle onderwerpen van kwaliteitszorgsysteem Tabijn op schoolniveau 2012-2013
2013-2014
2014- 2015
2015- 2016
Opbrengsten 2x
Opbrengsten 2x
Opbrengsten 2x
Opbrengsten 2x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Systematisch vorderingenvolgen 4x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Voldoende leertijd
Voldoende leertijd
Voldoende leertijd
Voldoende leertijd
Afstemmen en organiseren
Afstemmen en organiseren
Afstemmen en organiseren
Afstemmen en organiseren
Cyclisch werken
Cyclisch werken
Cyclisch werken
Cyclisch werken
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
EWS vragenlijst: Risicofactoren
EWS vragenlijst:
EWS vragenlijst:
Schoolklimaat Onderzoek ouders,
Team functioneren en leidinggeven
Onderwijsleerproces
leerlingen en personeel
EWS vragenlijst: Bovenschools management
EWS vragenlijst: Opbrengsten
EWS vragenlijst: Onderwijs en leren
Schoolklimaat Onderzoek ouders, leerlingen en personeel Variabel : audit, visitatie en rapportage onderwijsinspectie (tenminste eenmaal per 4 jaar)
Voor het schooljaar 2012 – 2013 staan twee vragenlijsten gepland. In twee directeurenberaden in het najaar 2012 is de EWS vragenlijst over het bovenschools management besproken. Uit de bespreking met de directeuren blijkt dat een aantal punten een nadere uitwerking behoeft: een duidelijke verdeling van taken, bevoegdheden en verant woordelijkheden tussen de directie van scholen en de algemene directie, duidelijke afspraken over vervolgtrajecten van kwaliteitsverbete- ring door de algemene directie, draaiboek met kaders voor het uitvoeren van een zelfevaluatie en audit, het levendig houden en up-to-date houden van verschil lende beleidsstukken, waaronder o.a. het protocol begeleiden van zwak functionerende leerkrachten, kerntaak onderwijskundig leiderschap.
•
• • • •
16
Uit de bespreking kwamen twee zaken naar voren die niet één-opéén te herleiden zijn naar de thema’s uit de vragenlijst bovenschools management, namelijk: starten met 360 graden feedback van directie van scholen, algemene directie en CvB om meer zicht te krijgen op het functioneren van alle leidinggevenden van Tabijn en een handboek voor (startende) directeuren. De werkgroep onderwijskwaliteit zal samen met de sector HRM de ontwikkelpunten en aanbevelingen in 2013 uitwerken.
4.3.3 De Cito-eindopbrengsten 2011-2013 van de scholen van Tabijn In april 2013 is na de uitslag van de Cito-eindtoets een overzicht per school gemaakt van de Cito-eindtoetsscore van de afgelopen 3 jaren. Op basis van de scores zijn de scholen ingedeeld in de fasen van het Early Warning System (EWS). Op basis van de Cito-eindtoetsscores van de afgelopen 3 jaren zijn er volgens de indeling van het EWS geen scholen in de rode fase, d.w.z. de risicovolle fase. 20 Scholen zijn in de groene fase ingedeeld. Dit betekent dat deze scholen de afgelopen drie jaar overwegend Cito-eindtoetsscores hebben gehaald die gemiddeld en/of bovengemiddeld zijn. Om in de donkergroene fase van EWS te komen moet een school twee van de drie jaren een bovengemiddelde Cito-eindtoetsscore hebben.
In de gele fase zijn 5 scholen geplaatst. Aan deze scholen is gevraagd de tussenopbrengsten in kaart te brengen. Met name de resultaten van groep 7 zijn hiervan belang, omdat deze groep in 2014 de nieuwe groep 8 is. In het managementoverleg met de algemene directie zijn de directies van deze scholen gevraagd naar het verhaal achter de eind- en tussenopbrengsten en welke resultaten zij van de nieuwe groep 8 in 2014 verwachten. Afhankelijk van hun toelichting, de analyse van de eind- en tussenopbrengsten en de te verwachten resultaten in 2014 zijn afspraken gemaakt met deze scholen over de noodzaak om gerichte interventies te plegen. Dit om voor de tweede maal een score onder de ondergrens te voorkomen. In de bijlage worden deze scholen er extra uitgelicht.
Tabel: De eindopbrengsten 2013* ingedeeld Early Warning System gecor.st. score 2011
ongecor. score 2012
ongecor. score 2013
ondergrens 2013
gemiddelde 2013
bovengrens 2013
1
Anne Frank
536.4
536.6
532,6
534,3
536,3
538,3
2
Arkel
534.8
536.3
538,6
534,9
536,9
538,9
3
Augustinus
534.2
539.6
537,4
534,5
536,5
538,5
4
Baken
532.6
537.7
535,5
534,8
536,8
538,8
5
Bareel
534.4
535.5
537,3
534,8
536,8
538,8
6
Binnenmeer
537.5
538.4
536,9
534,5
536,5
538,5
7
Bosschool
537.6
537.9
538,3
535,2
537,2
539,2
8
Branding
532.6
535.3
540,5
534,6
536,6
538,6
9
Burghtweijt
534.8
532.2
539,4
528,9
530,9
532,9
10
Cunera
536.7
537.9
536,6
534,5
536,5
538,5
11
Duif
536.1
537.2
538,0
534,2
536,2
538,2
12
Kornak
532.0
534.4
537,2
534,8
536,8
538,8
13
Leonardus
535.7
535.3
534,4
533,5
535,5
537,5
14
Molenhoek
535.7
534.4
536,3
534,3
536,3
538,3
15
Oranjehof
533.6
537.7
532,8
534,6
536,6
538,6
16
Otterkolken
533.9
535.6
538,4
534,8
536,8
538,8
17
Paulus
536.0
535.2
539,8
534,5
536,5
538,5
18
Prinsenhof 1
532.7
536.0
537,5
532,1
534,1
536,1
19
Prinsenhof 2
535.1
531.8
535,1
532,1
534,1
536,1
20
Rinket
535.1
536.8
528,7
529,0
531,0
533,0
21
Toermalijn
536.7
536.2
537,2
534,9
536,9
538,9
22
Visser ‘t Hooft
536.0
535.6
535,3
534,6
536,6
538,6
23
Vlinder
535.3
534.7
531,6
531,6
533,6
535,6
24
Vrijburg
535.9
537.0
533,7
534,8
536,8
538,8
25
Willem Alexander
534.2
538.3
537,0
534,9
536,9
538,9
26
Windhoek
534,6
535.0
530,9
534,8
536,8
538,8
indeling in EWS fase 2013
* Vóór 2012 werkte de Onderwijsinspectie met een gecorrigeerde standaard score om de ondergrens van de Cito-eindtoets te bepalen. Deze ondergrens lag jaren op 533.8. Sinds 2012 wordt voor de bepaling van de ondergrens, gemiddelde en bovengrens het percentage leerlingengewicht van de school gehanteerd. Dit betekent dat elke school andere waarden voor deze grenzen heeft. Hierdoor kunnen Cito-eindtoetsscores van scholen niet éénop- één met elkaar vergeleken worden. De vergelijking tussen eindtoetsscores van bijv. twee opeenvolgende jaren van een schoolkan mank gaan, omdat een school het ene jaar een hoger leerlingengewicht kan hebben dan het andere jaar en andersom. Het percentage leerlingengewicht wordt bepaald op 1 oktober en heeft betrekking op alle leerlingen van de school.
17
4.
ondeRWIJs en KWaLITeITsZoRg
4.3.4 Ambitie Tabijn Strategisch Beleidsplan Alle scholen van Tabijn scoren ten minste gemiddeld voor de opbrengsten voor rekenen en taal voor het einde van 2013 en zoveel eerder als mogelijk is. Ten minste 20% van de Tabijnscholen scoort voor het einde van 2013 bovengemiddeld op deze opbrengsten. In 2013 hebben vier scholen van Tabijn bovengemiddeld gescoord op de Cito-eindtoets. Hiermee is onze ambitie ‘20% van de scholen scoort bovengemiddeld’ net niet gehaald. Ook de ambitie dat alle scholen van Tabijn ten minste gemiddeld scoren, is niet gerealiseerd. Vier scholen scoren onder de ondergrens en 4 scholen scoren wel boven de ondergrens maar onder het gemiddelde. Onze ambitie is dat scholen blijvend (duurzaam: drie jaren na elkaar) gemiddeld en 20% bovengemiddeld scoren. In het managementoverleg in het voorjaar 2013 zijn met alle scholen de eind- en tussenopbrengsten besproken. Ook is gevraagd naar de te verwachten Cito-eindtoetsscore 2014. Het EWS en de geformuleerde ambities van de scholen spelen hierin een zeer belangrijke rol.
4.3.6 Bestuurlijk overleg met de onderwijsinspectie Op 20 september is de onderwijsinspectie op het bestuursbureau geweest voor het bestuurlijk overleg. In dit overleg zijn alle scholen van Tabijn besproken. De resultaten van de Cito-eindtoets zijn, waar nodig, bijgesteld. Alle scholen van Tabijn krijgen het basisarrangement. De basisscholen Anne Frank, De Windhoek, De Vrijburg en De Oranjehof krijgen een attendering, omdat zij een keer onder de ondergrens van de Cito-eindtoetsscore hebben gescoord. Basisschool het Rinket kreeg in eerste instantie ook een attendering, maar na bezwaar van Tabijnzijde heeft de onderwijsinspectie besloten het Rinket het basisarrangement zonder attendering te geven. Zij baseert zich hierbij op de complexe schoolbevolking en het grote verschil tussen het percentage gewogen leerlingen in groep 8 ten op zicht van de rest van de school.
4.3.5 Excellente School Het CVB en de algemene directie hebben scholen gevraagd of zij een aanvraag willen doen om in aanmerking te komen voor het predicaat excellente school, dat door het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen in het leven is geroepen. De reactietermijn (23 mei 2013) was voor de scholen die hieraan mee willen doen, te kort dag. De Binnenmeer uit Uitgeest, de Bosschool in Bergen, en de Augustinusschool in Castricum, De Duif in Heiloo, Het Rinket in Heemskerk, de Paulus in Castricum hebben aangegeven dat zij willen onderzoeken in hoeverre zij reeds voldoen aan de eisen die aan een excellente school worden gesteld. De scholen hebben de ambitie uitgesproken dat zij, als zij in 2014 nog niet klaar zijn voor het predicaat excellentie, zeker in 2015 dit predicaat willen krijgen. De directeuren van deze scholen worden vanuit de algemene directie ondersteund bij het doen van de aanvraag Excellente School.
18
Alle scholen van Tabijn scoren ten minste gemiddeld voor de opbrengsten voor rekenen en taal voor het einde van 2013 en zoveel eerder als mogelijk is. Ten minste 20% van de Tabijnscholen scoort voor het einde van 2013 bovengemiddeld op deze opbrengsten.
Invalpool = Flexpool Tabijn werkt al meer dan 10 jaar met een vast bestand aan leerkrachten die (tijdelijke) vacatures op alle scholen van Tabijn opvangen. Met goedkeuring van het College van Bestuur is de invalpool in 2013 omgedoopt tot ‘flexpool’. Medewerkers in de invalpool worden flexibel ingezet en om die reden verdient de invalpool een naam die hierbij past! Een korte terugblik op de beginjaren en de reden voor de naamswijziging.
FLEXPOOL: flexibele inzet van leerkrachten, leerkrachten met een flexibele werkplek en een flexibele houding.
In 2002 is de invalpool opgericht om vervanging bij ziekte of verlof snel te kunnen regelen. Toen bestond de invalpool uit maar liefst vier (!) leerkrachten. In de loop van de tijd is de invalpool uitgegroeid tot een grote groep gemotiveerde leerkrachten. In 2013 werkten er ongeveer 75 leerkrachten in de invalpool. Niet alleen de grootte van de groep is veranderd maar ook de manier waarop invalpoolers ingezet worden is veranderd. Voorheen vervingen onze leerkrachten in de invalpool vooral zieke collega’s en zwangere collega’s. Steeds vaker echter worden zij ingezet voor bijvoorbeeld een jaar in de formatie van een school. Beide partijen hebben hier baat bij. De invalleerkracht heeft een langdurige tijdelijke werkplek en hiermee de mogelijkheid om op verschillende werkplekken binnen Tabijn ervaring op te doen, cultuur en werkwijzen op te snuiven. Voor de school is het door de flexibiliteit in formatie fijn dat er geen personele overplaatsing nodig is in de toekomst en er wel langdurige vervanging in een groep geboden kan worden. Tevens starten veel nieuwe, jonge leerkrachten hun loopbaan binnen Tabijn via de invalpool. Hierdoor kunnen zij ervaring opdoen op verschillende scholen binnen Tabijn; een zeer leerzame start in het vakgebied! Bovenstaande punten zijn redenen voor de groei van de invalpool. Binnen de invalpool werken medewerkers met een tijdelijke benoeming, maar ook met een vaste benoeming. Tabijn vindt dat de naam ‘invalpool’ mede door de veranderende omstandigheden m.b.t. de inzet van invalpoolers geen recht meer doet aan het werk dat deze collega’s doen. De leerkrachten flexpool zijn zeer gewaardeerde leerkrachten binnen Tabijn. Daarom de keus voor een nieuwe naam die recht doet aan de werkzaamheden en werkwijze van deze collega’s! Steeds vaker bereiken ons berichten van flexpoolers dat het invallen op scholen hen veel heeft opgeleverd: het leren kennen van verschillende onderwijsconcepten en diverse culturen binnen een school leren je een hoop van het vak. Wanneer sta ik in mijn kracht en wat past bij mij?
19
5. 5.2.2 Hardware
ICT
5.1
Algemeen
Het jaar 2013 is voor de ICT-dienst een jaar geweest waarin de ontwikkelingen er voor gezorgd hebben dat de ondersteuningsvraag langzaam aan het veranderen is. De vraag naar tablets wordt groter en het aantal werkplekken is toegenomen. Begrippen als ‘bring your own device’ (BYOD) en ‘choose your own device’ (CYOD) deden hun intrede. De SharePoint omgeving is door de ontwikkelingen van Office 365 verplaatst naar “the Cloud”. Ook educatieve software wordt verplaatst naar het internet. Basispoort als toegangspoort naar de educatieve content is inmiddels een begrip. Educatieve uitgevers stellen daar hun software en producten online beschikbaar. Naar verwachting zal dit aantal alleen maar groeien. De vraag naar draadloos werken neemt toe. Dat alles legt een zware wissel op de internetverbinding, met name de bandbreedte. De ICT-dienst heeft veel geïnvesteerd om de draadloze voorzieningen op orde te krijgen. Daar waar nodig is de internetbandbreedte aangepast door een extra particuliere lijn naast de zakelijke lijn aan te leggen. Om een goed beheer van met name Windows 8-tablets te kunnen blijven garanderen verdiept de ICT-dienst zich in mobiele managementoplossingen.
5.2 Migratie/Vervangingsplan 5.2.1 Migratie SharePoint en Exchange De SharePoint- en Exchangeomgeving is verhuisd van het datacentrum in Ede, alwaar de firma Switch het technische deel beheerde, naar ‘the cloud’. Microsoft biedt Office 365 gratis aan voor het onderwijs. Op basis van de voor- en nadelen heeft de ICT-dienst besloten opnieuw een migratie van de SharePoint en Exchangeomgeving uit te voeren met hulp van het ICT-bedrijf Diva. Dit levert Tabijn niet alleen een kostenbesparing op maar geeft ook voorrang op updates van Microsoft. Daarnaast is de Active Directory in de zogenaamde Microsoft Azure omgeving geplaatst. Active Directory staat beheerders toe om de rechten en instellingen in het netwerk van een volledig bedrijf te beheren. Microsoft Azure is een betaald cloud-computing platform waarmee een aantal internetdiensten aangeboden kan worden via het internet of binnen het eigen bedrijf. Azure is een apart deel in het datacentrum van Microsoft. Ook de websites van de verschillende Tabijnscholen en van kantoor zijn hier ondergebracht. In de laatste fase van de migratie meldde Diva het faillissement. De ICT-dienst is naarstig op zoek gegaan naar een nieuwe partner met de juiste kennis in huis. Deze is gevonden in de firma Caesar. De migratie is in goed overleg met Diva en Caesar afgerond. De firma Caesar neemt voorts het technische beheer voor haar rekening en ondersteunt de ICT-dienst daar waar nodig met het functionele beheer.
20
Conform het vervangingsplan is een vijfde deel van alle hardware op de scholen vervangen. Dit betreft zowel servers als personal computers en laptops. In totaal zijn er in 2013 nog eens ongeveer 500 stuks tablets aangeschaft. 2013 is het laatste jaar waarin alleen met vaste computers en laptops gewerkt wordt volgens het vervangingsplan. Vanaf 2014 kunnen de scholen ook kiezen voor tablets i.p.v. vaste computers of laptops.
5.3 Externen 5.3.1 Atrium Atrium, een schoolbestuur met zes scholen in de gemeente Langedijk en Heerhugowaard, heeft de ICT-dienst van Tabijn in 2012 gevraagd om technische ondersteuning. Op 6 september 2012 hebben de besturen van Tabijn en Atrium een dienstverleningsovereenkomst getekend. De ICT-dienst van Tabijn heeft de voorgenomen vervanging van alle servers en computers op de zes scholen van Atrium in 2013 afgerond. Tevens heeft de ICT-dienst bemiddeld en geadviseerd bij het opzetten van een SharePoint omgeving en daartoe contact gezocht met de firma Sparked. De dienstverleningsovereenkomst wordt in 2014 voortgezet.
5.4 Professionalisering 5.4.1 Netwerk voor ICT-coördinatoren Vier keer per jaar komen de ICT-coördinatoren bijeen in een netwerkbijeenkomst, waarbij telkens een ander thema centraal staat. In het kader van ‘social media’ is er een bezoek gebracht aan Innofun te Breda. Tijdens dit bezoek stelde de cursusleider vast dat er weinig groepen op bezoek komen met zoveel kennis van de sociale media. Een leuke opsteker maar tevens een uitdaging dat te vertalen naar de praktijk! Binnen het huidige ICT-coördinatoren netwerk bevindt zich een groot aantal ‘early adopters’ oftewel vooruitlopers. Zij zijn de drijvende kracht en zorgen voor draagvlak in hun scholen. Er wordt gewerkt op drie domeinen: bekwaamheid (kennis & vaardigheden), samenwerken (online samenwerken) en ambassadeurschap (collega’s enthousiasmeren). Tijdens de netwerkbijeenkomsten is o.a. gesproken over: Gebruik van Apps Social Media gebruik in het algemeen Voorstel voor een protocol Social Media ICT-beleid op de school Intervisies m.b.t. implementaties op schoolniveau ICT-beleidsplan. Bijna alle ICT-coördinatoren hebben een ICT beleidsplan geschreven. Vanuit het ICT-coördinatoren netwerk zijn er handreikingen gedaan voor wat betreft de invulling daar- van. Op basis van deze beleidsplannen zijn allerlei educatieve ICT-activiteiten in gang gezet, zoals bijvoorbeeld het werken met Snappet, digitale toetsen, tabletgebruik in de klas en de plus- klassen.
• • • • • •
5.4.2 Trainingen/Post HBO opleiding ICT Veel aandacht is besteed aan het fenomeen ‘groepsplannen’ binnen Esis. Daarnaast is een groep van veertien leerkrachten, voor het merendeel ICT-coördinatoren, gestart met de gecertificeerde POSTHBO ICT-opleiding onder begeleiding van ABZHW en de Hogeschool Leiden. Deze anderhalf jaar durende opleiding wordt afgerond met een Masterpiece. Daarin wordt een daadwerkelijke verandering door inzet van ICT-middelen in de school beschreven. We verwachten dat heel Tabijn zal kunnen profiteren van de kennis opgedaan door de deelnemers. Op individuele basis heeft een aantal ICT-coördinatoren deelgenomen aan de opleiding I-coach en deze met succes afgerond.
5.4.3 Seminars/Netwerken Ook in 2013 heeft de ICT-dienst diverse seminars en netwerkbijeenkomsten bezocht. Net als in voorgaande jaren werd de onderwijskundige ICT-beurs The BETT (British Educational Training & Technology Show) in Londen en de technische beurs CeBIT in Hannover bezocht. In 2013 hebben de voorzitter CvB, Jonne Gaemers, en de ICT-coördinator van de Windhoek, Robin Smorenberg, zich aangesloten bij het bezoek aan The BETT. Met name het bezoek aan het Apple seminar heeft er toe geleid dat Robin Smorenberg, leerkracht op de Windhoek, zich verder heeft bekwaamd in de educatieve toepassingen en zich tegenwoordig ‘Apple Distinguished Educator’ (ADE) mag noemen. Daarnaast mag hij zich ook nog eens Microsoft Education Expert noemen. In het Bic Netwerk onder auspiciën van APS IT-diensten en in het netwerk BIC-NH voor bovenschoolse ICT-coördinatoren in NoordHolland worden ervaringen en kennis uitgewisseld.
5.4.4 Bijeenkomsten Early Adopters Deze groep van vooruitstrevende ICT-coördinatoren (ook wel de ‘lighthouses’ genoemd) komt maandelijks bijeen om kennis te delen en afspraken te maken hoe deze kennis in de organisatie verspreid kan worden.
5.4.5 Workshop en presentaties I-Pad gebruik in het onderwijs Op woensdagmiddag 22 mei 2013 heeft de ICT-dienst in samenwerking met de lighthouses een informatie-en workshop middag voor geïnteresseerden georganiseerd. Op die middag werden vele apps gedemonstreerd en uitgeprobeerd. Er waren meer dan 80 belangstellenden.
5.5 Technisch 5.5.1 Virtualisatie De in 2012 in gang gezette virtualisatie van de schoolservers naar de virtuele Hyper-V server heeft zich doorgezet. Virtualisatie heeft het voordeel dat er minder fysieke machines nodig zijn. Meerdere virtuele machines kunnen eenvoudig naast elkaar op dezelfde computer draaien. Ook is het eenvoudiger om een backup terug te zetten en storingen kunnen sneller verholpen worden. Opgemerkt dient te worden dat door de snelle ontwikkelingen van ‘the cloud’, de servers, zoals die nu in gebruik zijn op de scholen, afgestoten zullen worden. Er zal slechts een heel lichte variant
nodig blijven voor een lokale active directory en voor printfaciliteiten. Scholen worden gestimuleerd al hun data in Office 365 te plaatsen waardoor de data overal online beschikbaar zal zijn.
5.5.2 Datacentrum Switch/Microsoft In de zomer van 2013 heeft de volledige migratie plaatsgevonden van de lokale omgeving naar de Office 365- en de Microsoft Azureomgeving.
5.5.3 Beheer Tablets De ICT-dienst heeft zich gebogen over het beheer van tablets. Met heel veel verschillende partijen is overleg gevoerd. Ze konden allemaal goede maar dure oplossingen voor het beheer van tablets op afstand bieden. Een mogelijke oplossing om alle tablets adequaat te kunnen beheren zou Microsoft Intune, onderdeel van Microsoft System Centre kunnen zijn. Hiertoe zullen de beheerders een passende opleiding via het IT-bedrijf Centric volgen.
5.6 Bedrijfsvoering 5.6.1 Dropbox vs. OneDrive In 2013 is het duidelijk geworden dat OneDrive (voorheen SkyDrive) als onderdeel van SharePoint een goed alternatief kan bieden voor Dropbox, maar dan wel in een veilige omgeving. Op dit moment maken diverse geledingen nog gebruik van Dropbox.
5.6.2 Groepsplannen in Esis De ICT-consultant heeft de scholen begeleid bij het invoeren van de digitale groepsplannen. Bij veel scholen ontlokte het de uitspraak: “Hadden we dat maar eerder gedaan...”
5.6.3 Digitaal Schoolrapport/Digiduif De Leonardusschool in Heemskerk is gestart met een pilot om het schoolrapport voortaan in Esis in te voeren. Tegelijkertijd zijn er afspraken gemaakt over het tonen van schoolrapporten aan de ouders via het elektronische nieuwsbriefplatform Digiduif. Digiduif beschikt hiervoor over een module om pdf bestanden te genereren.
5.6.4 OSO In 2013 deed ook OSO, het digitale overstapdossier primair onderwijs - voortgezet onderwijs of primair onderwijs – primair onderwijs zijn intrede. OSO staat voor Overstap Service Onderwijs. Met behulp van OSO kunnen de complete schooldossiers van leerlingen beveiligd van de ene naar de andere school gestuurd worden. In 2013 zijn alle scholen van Tabijn vroegtijdig gecertificeerd om OSO te kunnen gebruiken.
5.6.5 SharePoint In de nieuwe Office 365 zijn sites en subsites ingericht voor meerdere geledingen. Er hebben verschillende overleggen met Caesar plaatsgevonden om de wensen en mogelijkheden in kaart te brengen. Dit traject wordt in 2014 voortgezet.
21
5.
ICT
5.7 Pilots 5.7.1 Tablets op de Molenhoek
5.7.2 Tabijnplein
Op de Molenhoek in Uitgeest is men begonnen om onderwijs te geven met behulp van Windows 8 tablets. Met deze pilot willen we antwoord krijgen op de volgende drie vragen: Kan de Windows 8 tablet het vaste werkstation vervangen? Hoe groot is de beheerlast van deze tablets? Is er een toegevoegde waarde?
Verschillende scholen maken gebruik van het Tabijnplein. Dit is een SharePoint Portal voor leerlingen. Het Tabijnplein maakt het voor leerlingen mogelijk om samen te werken met behulp van Lync en documenten te delen via bibliotheken en One Drive. Lync biedt de mogelijkheid om samen aan documenten te werken, filmpjes te zien en met elkaar te chatten.
• • •
22
Playing for succes van start gegaan Met de ondertekening van een convenant tussen AZ, gemeente Alkmaar en 71 scholen vertegenwoordigd door zes schoolbesturen voor primair en voortgezet onderwijs uit de regio Alkmaar werd in mei 2013 het startschot gegeven voor het Playing for Success leercentrum in het AFAS stadion. Het nieuwe leercentrum opent begin volgend schooljaar haar deuren voor de eerste groep leerlingen. Ook Tabijn heeft het convenant ondertekend.
maximaal 15 leerlingen uit verschillende scholen uit de regio Alkmaar. De groep wordt begeleid door ervaren leerkrachten. Tabijn is trots om te melden dat twee van haar medewerkers geselecteerd zijn om het leercentrum vorm te geven. Beide zijn met ingang van het schooljaar 2013-2014 op detacheringsbasis aan de slag gegaan als docent respectievelijk centrummanager.
Wat is Playing for succes? Playing for succes is een naschools programma voor kinderen die beter kunnen presteren dan ze op dit moment doen. In een uitdagende leeromgeving, namelijk in het AFAS-Stadion, werken de kinderen samen aan opdrachten op het gebied van spelling, taal en rekenen. En –dat is misschien zelfs het belangrijkste- ze ontdekken hun eigen talenten en krijgen steeds meer zelfvertrouwen. De opdrachten zijn meestal rechtstreeks verbonden aan het stadion, de sport en de voetbalwereld. 10 weken lang komen de kinderen een keer per week na schooltijd naar het stadion om samen te werken en te leren. Een groep heeft
Het lesprogramma bestaat uit activiteiten die aan het stadion en het voetbal zijn gerelateerd en die bijdragen aan de taal- en rekenontwikkeling en de computervaardigheden van leerlingen. Jaarlijks mogen zo’n 300 kinderen uit het primair en voortgezet onderwijs uit Alkmaar en wijde omgeving aan Playing for Success Alkmaar meedoen. De activiteiten vinden na schooltijd plaats. In het najaar van 2013 mocht de eerste lichting leerlingen in de officiële perszaal van AZ hun diploma in ontvangst nemen. De plechtigheid werd extra luster bijgezet door het spetterende optreden van de dansgroep van het CIOS Dans en de aanwezigheid van AZ-speler Jeffrey Gouweleeuw.
23
BUITENSCHOOLSE OPVANG (BSO) 6.1
Werkgroep Buitenschoolse opvang (BSO)
Bij Tabijn hebben zeven scholen een BSO in eigen beheer. Directeuren van deze scholen zitten in de werkgroep BSO die in 2012 door het CvB ingesteld om ervaringen met elkaar te delen en met elkaar af te stemmen. De werkgroep adviseert ook het CvB ten aanzien van ontwikkelingen op het gebied van de BSO. Onderwerpen die in de bijeenkomsten aan de orde zijn geweest, waren onder meer taakbeleid, scholing, aanstelling personeel, samenwerking tijdens vakantieperioden, GGD inspecties, het administratiesysteem ‘The Nanny’ en tarieven. Ondanks de maatregelen van de overheid kennen onze BSO’s nog geen terugloop in deelname.
6.2 Inspectie door de GGD Alle BSO’s zijn in 2013 door de GGD geïnspecteerd. De GGD werkt in opdracht van de gemeenten waarin een BSO staat. Alle BSO’s voldoen volgens de GGD aan de gestelde eisen. In het advies van de GGD aan de gemeenten is een aantal verbeterpunten genoemd, zoals bijvoorbeeld op het gebied van de risicoinventarisaties en de verklaring omtrent gedrag. Deze verbeterpunten zijn door de BSO’s opgepakt.
6.3 Verklaring omtrent het gedrag Met ingang van 1 januari 2013 is de wet- en regelgeving wat betreft de verklaring omtrent gedrag veranderd. Alle medewerkers die op scholen met een BSO werken, moeten een VOG kinderopvang aanvragen. Dit geldt ook voor de bestuurder/houder en het personeel op het bestuursbureau. VOG onderwijs blijkt niet te gelden voor de BSO. Voor alle medewerkers van deze zeven scholen en voor de medewerkers op het bureau zijn VOG aangevraagd met als ingangsdatum na 1 maart 2013. Deze VOG’s vallen automatisch onder Continue screening, welke verplicht is voor de kinderopvang.
24
6. 6.4 Scholing van medewerkers BSO Er is een aanvullende scholingsbijeenkomst georganiseerd voor de BSO medewerkers over de functies en mogelijkheden van The Nanny, het administratiesysteem voor planning en facturering. Het blijkt dat The Nanny meer mogelijkheden bezit dan in de praktijk wordt gebruikt. Aan het einde van 2013 zorgde de overzetting van de bankgegevens naar IBAN bankgegevens voor onnodig veel werk. Dit is kritisch met de leverancier van The Nanny besproken. De trainingen ‘Teamspirit’ en ‘Effectief communiceren met ouders en collega’s’ is door het overgrote deel van het BSO personeel gevolgd. De kosten voor deze training zijn gedeeltelijk gedekt uit de subsidie van de BKK (Bureau Kwaliteit Kinderopvang).
6.5 Stichting Klachtencommissie Kinderopvang De BSO’s hebben zich in 2013 aangesloten bij een eigen klachtencommissie, Stichting klachtencommissie Kinderopvang. Er zijn in 2013 bij de Klachtencommissie geen klachten over onze BSO’s binnengekomen.
Dubbel feest – nieuwbouw en nieuwe naam! De bouw van de nieuwe Prinsenhof 2 is voorspoedig en geheel volgens planning verlopen. Werd er in november 2012 nog een tijdcapsule onder de vloerplaten gelegd, zo kon er in april 2013 al de laatste steen gelegd worden. Meteen na de zomervakantie kon het nieuwe gebouw in gebruik genomen worden. Wat later in het jaar vond de officiële en feestelijke opening plaats. Directeur Josien de Groot, Jonne Gaemers, CvB Tabijn, en Mirjam van Ham, wethouder onderwijs in de gemeente Alkmaar, gaven alle drie in korte toespraken aan hoe blij ze waren met de nieuwe school. In het bijzonder bedankten ze iedereen die aan de realisatie van het nieuwe gebouw heeft bijgedragen. De kinderen hebben het gebouw natuurlijk al aan het begin van het schooljaar in gebruik genomen en genieten nog dagelijks van de mooie, lichte ruimtes. De twee verdiepingen tellende school zit ruim in haar jasje met, naast de klaslokalen, een technieklokaal, een speelzaal voor de kleuters en in het midden een aula met een tribune. Verder zijn er verschillende werkruimtes voor directie en leerkrachten, een moderne keuken en een prachtige teamkamer. Nieuw logo fusieschool Wegens teruglopende leerlingaantallen heeft Tabijn besloten om haar Alkmaarse scholen per 1 augustus 2014 te fuseren tot één school met drie vestigingen. Het tweede feestelijke moment van de ochtend was dan ook de bekendmaking van de naam en het bijbehorende logo van de fusieschool: DURV!. En nee, DURV! bevat geen spelfout maar staat voor de volgende zaken: de d staat uiteraard voor ‘durven’, de u staat voor ‘uitdagen’, de r voor ‘respecteren’ en de v voor ‘volgende stap’. En wie goed kijkt, die ziet dat de v in durv een klein beetje lijkt op het bekende vinkje. Een vinkje krijg je wanneer je iets goed hebt gedaan, als iets klaar is en je verder kan… De nieuwe fusieschool met straks drie vestigingen aan de Amstelstraat, Elgerweg en Tochtwaard, steunt op vier pijlers, namelijk taal, wetenschap, kunst en sport. Taal is een belangrijke basis voor verdere ontwikkeling op alle fronten, wetenschap oftewel science helpt de leerlingen om de wereld te begrijpen en kunst doet een beroep op de creatieve vaardigheden van de leerlingen. Sport stimuleert niet alleen een gezonde competitie maar ook samenwerken en sportief gedrag. Mogelijk zullen de accenten net iets anders liggen op de verschillende vestigingen, maar ouders kunnen er op vertrouwen dat hun kinderen een brede en gedegen basis meekrijgen op basisschool Durv!.
25
7. 7.2
PERSONEEL
Human Resources Management staat binnen Tabijn in het teken van kwalitatief goed personeelsbeleid met als uiteindelijk doel het beste uit onze leerlingen halen. Als onze medewerkers goed functioneren en voldoening uit hun werk halen, straalt dit direct uit naar onze leerlingen en bevordert dit de leerprestaties. Daarom heeft Tabijn in haar strategische meerjarenbeleidsplan (2010-2014) de focus gelegd op het verder ontwikkelen van de lerende organisatie, met als basis:
• • • •
Samenwerkend leren Open communicatie Zorg dragen voor een veilige leer- en werkomgeving Een professionele cultuur waarbij aanspreken op resultaten gewoon gedrag is.
In het verlengde hiervan zijn de volgende speerpunten geformuleerd: Kwalitatief hoogwaardige opleiding en scholing van (startende) leerkrachten: investeren in het opleiden van aankomende leer- krachten en de werving en selectie daarvan alsmede de profes- sionalisering van zittende leerkrachten Management development: de organisatie kan blijvend beschik ken over voldoende competente en betrokken schooldirecteuren Het realiseren van aantrekkelijke loopbaanperspectieven Reduceren van de werkdruk
• • • •
7.1
Kwalitatief hoogwaardige oplei- ding en scholing van (startende) leerkrachten
7.1.1 Tabijnbeurs Ook in 2013 is weer een oproep gedaan aan leerkrachten en (adjunct) directeuren om mee te dingen naar het Tabijn-beurzenprogramma. Dit vierjarige beurzenprogramma heeft als doel het stimuleren van het verder professionaliseren van de doelgroepen. De beurs omvat voor een periode van twee jaar het collegegeld, de boeken van de masteropleiding en de vervanging van één dag in de week. Na vier jaar heeft Tabijn in totaal 800.000 euro geïnvesteerd in deze deskundigheidsbevordering. In 2013 zijn er drie leerkrachten gestart met de schoolleidersopleiding. Eén schooldirecteur is gestart met de opleiding Master in Educational Management. Er zijn in 2013 vijf leerkrachten afgestudeerd in de master Special Educational Needs en er is een directeur afgestudeerd in de Master Educational Leadership.
26
Werkzaamheden interne opleiders (praktijkopleiders)
Goede leerkrachten zijn de basis voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs en daarmee onze toekomst. Tabijn heeft als lerende organisatie de kwaliteit en professionaliteit van haar leerkrachten hoog in het vaandel staan. En dat begint al bij de stagiaires. Binnen Tabijn zijn twee schoolopleiders werkzaam (LB-functies). De belangrijkste doelstelling van het intern opleiden is het opleiden en professionaliseren van aankomende en zittende leerkrachten binnen de scholen van Tabijn. De schoolopleiders fungeren als belangrijke schakel tussen de stagebiedende scholen en de opleidingsinstituten en zijn de contactpersonen voor mentoren op de stagebiedende scholen als ook voor de studenten. In samenwerking met de pabo’s leiden onze schoolopleiders mentoren en stagiaires op. Hierbij werken ze nauw samen met de directies en stagecoördinatoren van alle Tabijnscholen. Tevens werven en plaatsen zij in samenwerking met het stagebureau van Tabijn de studenten op de stagescholen. In het schooljaar 2012-2013 waren er binnen Tabijn in totaal 135 stageplaatsen en zijn er in totaal 114 ingevuld, waarvan 30 eerstejaars studenten, 31 tweedejaars studenten, 32 derdejaars studenten, 21 vierdejaars studenten en Lio-ers. Er is contractueel vastgelegd dat de interne opleiders 40 Inholland studenten bezoeken en beoordelen. Ook hebben zij een rol gespeeld bij het afnemen van de eindassessments bij zowel Inholland- als Ipabo 4e jaars-studenten. Alle startende leerkrachten worden in de eerste twee jaar jaarlijks één keer bezocht door de interne opleiders. Indien er behoefte aan is kan er in samenspraak met de directie van de school gekozen worden voor een intensievere begeleiding. In 2013 hebben de schoolopleiders voor negen leerkrachten, waarvan één startende leerkracht en acht ervaren leerkrachten, een extra begeleidingstraject verzorgd. Voor de startende leerkrachten is er vier maal een netwerkbijeenkomst verzorgd.
7.3
Management Development
In het strategisch beleidsplan 2010-2014 zijn afspraken geformuleerd rondom Management Development. In 2010 is gestart met het management development traject voor directeuren van Tabijn. Na de eerste periode van het gezamenlijke, intensieve traject is naar aanleiding van de evaluatie van het traject besloten om meer ruimte te maken in het directeurenberaad voor inhoudelijke, gezamenlijke thema’s. De volgende thema’s zijn in 2013 hierbij aan de orde gekomen: Hoe ga ik op een professionele wijze om met mijn medezeggen- schapsraad? Een workshop Taakbeleid (geleid door de directeur van De Wind hoek) Het verzuimbeleid en de samenwerking met de nieuwe arbo dienst Bespreking van de casus ‘de financiële consequenties van het te laat sturen op disfunctionerende medewerkers’
• • • •
•
Management Development: van beleid naar het inrichten en uitvoeren van interventies De gesprekkencyclus.
•
7.4 Bewegingsonderwijs
7.8 Flexpool
Sinds 2006 verzorgt Tabijn scholingstrajecten voor leerkrachten die (nog) geen bevoegdheid hebben om bewegingsonderwijs te geven in de groepen 3 t/m 8. Dit naar aanleiding van de aansturing van het ministerie van OC&W op meer beweging in het onderwijs. Zes leerkrachten van Tabijn hebben in 2013 deze pittige Post HBO opleiding afgerond.
Om snel knelpunten in de bezetting op haar scholen te kunnen oplossen, werkt Tabijn met een flexpool. Medewerkers in de flexpool hebben weliswaar een vast dienstverband maar werken niet op één vaste school of voor één vaste groep. Ze kunnen worden ingezet in alle groepen op alle Tabijnscholen, zowel voor langdurige als voor kortdurende inval of een combinatie hiervan. Iedere flexpooler heeft een vaste leidinggevende en een standschool. Als er geen (inval)werk voor de flexpooler is, is de flexpooler aanwezig op de eigen standschool en verricht hij daar werkzaamheden. In 2013 werkten er gemiddeld 70 leerkrachten (38 fte) in de flexpool. Deze leerkrachten zijn voor het grootste deel (73%) ingezet voor tijdelijke formatieruimte op de scholen. Het overige deel van de flexpool is ingezet voor ziektevervanging en vervanging van verlof. De kwaliteit van de flexpool wordt gewaarborgd doordat de flexpoolers, net als de andere leerkrachten van Tabijn, deelnemen aan de gesprekkencyclus waar hun professionele ontwikkeling een belangrijk onderwerp van gesprek is. Bij de inzet van de flexpool wordt gelet op de specifieke kwaliteiten van de flexpoolers en de vraag van de scholen. Er is een opleidingsbudget gereserveerd zodat flexpoolers de mogelijkheid hebben zich te scholen en te ontwikkelen.
7.5 Netwerk voor adjunct-directeuren Het programma van het adjunctennetwerk wordt per schooljaar vastgesteld door de agendacommissie van het adjuncten-netwerk. In de agendacommissie hebben twee of drie adjunct directeuren zitting en de sectormanager HRM en bestuursondersteuning is de voorzitter. De agendacommissie van het adjunctennetwerk heeft dit jaar het programma vastgesteld voor de overkoepelende thema’s ‘samen profileren’ en ‘het adjunctennetwerk als leergemeenschap’. Aan het begin van 2013 is er de hele dag gewerkt aan het subthema ‘persoonlijke presentatie en samenwerking’ onder begeleiding van leiderschapstrainer Andrea Doeser en met medewerking van paarden als co-trainers. In het eerste half jaar van 2013 was er verder aandacht voor het nieuwe strategische beleidsplan en de CITO- resultaten Tabijnbreed. Het tweede half jaar van 2013 was gericht op het leren van elkaar en heeft in het teken gestaan van schoolbezoeken en het bespreken van actuele thema’s en vraagstukken gerelateerd aan de functie van een adjunct directeur binnen Tabijn.
7.6 Doorstroom in leidinggevende functies In de eerste helft van 2013 zijn er een aantal personeelswisselingen geweest in de groep directeuren. Bij de scholen Toermalijn en De Bareel zijn directeuren uitgestroomd. Op Toermalijn is voor een voorlopige tijdelijke aanstelling van een interim-directeur gekozen en op De Bareel is er, na de werving en selectie volgens de benoemingsprocedure gekozen voor een interne kandidaat als adjunct- directeur en een interne kandidaat als directeur. Op de Otterkolken heeft na het volgen van de benoemingsprocedure de adjunct-directeur de directeur opgevolgd die na een lang ziekbed is overleden.
7.7
Loopbaanmanagement
In 2013 is voort gegaan met de verdere invoering van de functiemix. Tabijn ziet de functiemix als een instrument om doorgroeimogelijkheden aan haar medewerkers aan te bieden en als stimulans voor de professionele ontwikkeling van haar medewerkers. Een van de belangrijkste factoren in de kwaliteit van het onderwijs is ten slotte de professionele kwaliteit van de leerkracht die voor de groep staat. Wanneer leerkrachten zich extra inzetten, uitstekend functioneren of een extra opleiding volgen in het kader van hun professionalisering werpt dit ook zijn vruchten af op de kwaliteit van het onderwijs. In 2013 zijn er leerkrachten benoemd in LB-functies als talentbegeleider/coördinator plusaanbod, ICT- coördinator/-coach, interne cultuurcoördinator, coördinator talentontwikkeling, leren en innoveren en opbrengstgericht werken. Per 1 augustus 2013 is er een totaal percentage van 20% de leerkrachten in een LB-functie binnen Tabijn.
7.9 Verbetering van welbevinden en reductie van de ervaren werkdruk In het voorjaar van 2013 is door de werkgroep werk en gezondheid een nieuwe aanbieder voor de trainingen hartcoherentie geselecteerd. In het najaar is een groep van twaalf medewerkers gestart met de training. De training liep door tot in 2014. Naast de groepsgewijze training voor leerkrachten hebben er tevens een aantal individuele trajecten voor leidinggevenden plaatsgevonden. In de verschillende presentaties in de personeelsraad en het directeurenberaad rondom verzuim heeft het thema reductie van de ervaren werkdruk een prominente plaats ingenomen. Hierbij is weten- schappelijke kennis en praktische ervaring in het primair onderwijs van de deskundigen gedeeld.
7.10 Overige personele zaken 7.10.1 Mobiliteitsbeleid Aan het begin van 2013 is het aangepaste mobiliteitsbeleid van Tabijn goedgekeurd door de GMR. De aanleiding om het bestaande beleid aan te passen was dat de versie uit 2011 vooral gericht was op vrijwillige mobiliteit, de onvrijwillige mobiliteit was onvoldoende geconcretiseerd. Tevens was het mobiliteitsbeleid uit 2011 geschreven voor alle medewerkers van Tabijn, terwijl een deel van de activiteiten niet op alle doelgroepen toepasbaar was. Daarbij zorgde het aanwijzen van meer FTE dan noodzakelijk was in geval van onvrijwillige mobiliteit, voor meer onrust dan noodzakelijk. Op deze punten is het mobiliteitsbeleid aangepast. De basis van het beleidsstuk uit 2011 is blijven bestaan: het zorgen voor de juiste man/vrouw op de juiste plek en het leveren van een constructieve bijdrage aan de ontwikkeling van Tabijn.
27
7.
peRsoneeL
7.10.2 Gesprekkencyclus In de tweede helft van 2013 is gestart met de pilot gesprekkencyclus. Uit de evaluatie van de huidige gesprekkencyclus kwam naar voren dat het alleen beoordelen van medewerkers op competenties te beperkt is. Naar aanleiding van gesprekken met relevante betrokkenen in de organisatie is er een concept-gespreksformulier en – procedure opgesteld. Met deze concepten zijn een aantal scholen en de sector HRM en bestuursondersteuning aan de slag gegaan.
7.10.3 Arbo en verzuim In 2013 is er gewerkt aan het nieuwe concept-verzuimbeleidsplan van Tabijn. Binnen Tabijn is met verschillende betrokkenen, waaronder de werkgroep werk en gezondheid, het directeurenberaad en de personeelsraad de aanleiding en noodzaak geanalyseerd en besproken. Tevens zijn, als voorbereiding om eigen risicodrager te worden, in plaats van aangesloten te zijn bij het Vervangingsfonds, sociaal medische overleggen (SMO’s) ingevoerd bij scholen met een verzuimpercentage van boven de 5%. Bij deze SMO’s zijn de directeur, de bedrijfsarts en de personeelsadviseur aanwezig. Naar aanleiding van de gegevens rondom verzuim heeft het CvB besloten om een nieuwe bedrijfsarts te werven en selecteren om een professionaliseringsslag met het thema verzuim en preventie te maken. Halverwege 2013 is er een keuze gemaakt om te gaan werken met een nieuwe arbodienstverlener die de uitgangspunten van de richting die Tabijn wil opgaan m.b.t. het omgang met verzuim en de preventie van verzuim, zal ondersteunen. In het najaar van 2013 hebben de interne Arbo contactpersonen hun professionaliseringsbijeenkomst gehad onder begeleiding van de interne preventiemedewerker en een extern adviseur. Doelstelling van deze bijeenkomst was het informeren van de Arbo contactpersonen over de nieuwe RI&E van Arbomeester.
7.10.4 Medezeggenschap In het eerste kwartaal van 2013 zijn trainingen medezeggenschap georganiseerd door Tabijn. Deelnemers aan deze trainingen zijn ouders en leerkrachten die zitting hebben in de MR/GMR. Er zijn twee groepen van elk ongeveer 15 deelnemers gestart. De trainingen zijn positief geëvalueerd.
het voor Tabijn financieel van belang dat zij haar personeelsbestand scherp bewaakt. Dit betekent dat in het geval van flexpoolers met een tijdelijk contract, dit contract niet per definitie bij een voldoende beoordeling kan worden verlengd of in een vast contract kan worden omgezet. In 2013 heeft het CvB besloten om het contract van 7 FTE leerkrachten om te zetten van een tijdelijk contract naar een vaste aanstelling.
7.10.7 Wachtgeldbeleid Tabijn voert zelfstandig wachtgeldbeleid. In 2013 zijn er met meerdere medewerkers gesprekken gevoerd over het functioneren. In sommige gevallen heeft dit geleid tot onvrijwillig ontslag. Het aanspreken op goed functioneren zal op (middel) lange termijn leiden tot verbetering van de kwaliteit. De voorziening wachtgelduitkering is in 2013 aanzienlijk opgehoogd.
7.10.8 Communicatie en verbinding De afgelopen jaren had Tabijn al de traditie opgebouwd om nieuwe medewerkers een gezamenlijke lunch aan te bieden op het bestuurskantoor in Heemskerk. Ook in 2013 is dit voortgezet. Bij deze lunches waren leden van de algemene directie, de voorzitter van het College van Bestuur en de personeelsadviseurs aanwezig. Doelstelling van de bijeenkomsten is kennismaken met elkaar en de organisatie Tabijn. Naast de lunch krijgen de nieuwe medewerkers ook een rondleiding op het kantoor. Ook biedt Tabijn haar gepensioneerde medewerkers de gelegenheid om elkaar te blijven ontmoeten door ruimte te bieden voor het organiseren van bijeenkomsten. In de personeelsraad heeft de sector HRM en bestuursondersteuning een presentatie verzorgd rondom het thema Taakbeleid. Doelstelling hiervan was om de ruimte en kaders in het taakbeleid te onderzoeken. Er werd gewerkt met drie groepen die rouleerden over de voorzitters van de thema’s (directeuren). De thema’s waren: stellingen over het taakbeleid, het invullen van het formulier, Tabijnbrede afspraken.
7.11 Grafieken 7.11.1 Leeftijd personeel
7.10.5 Uitgangspunten minimale arbeidstijd
Personeelsleden ouder of jonger dan 50 jaar
In 2013 heeft de sector HRM uitgangspunten geformuleerd voor de minimale arbeidstijd. Aanleiding was dat er door directeuren van scholen werd aangegeven problemen te ervaren in het rond krijgen van de roosters, zonder dat er meer dan twee leerkrachten voor een groep kwamen te staan. Om voor scholen de flexibiliteit te behouden is er voor gekozen om geen beleid te schrijven, maar met elkaar uitgangspunten te formuleren die richting geven aan directeuren en medewerkers. De uitgangspunten zijn besproken in het directeurenberaad, geaccordeerd in de CvB-vergadering en gecommuniceerd in de Tabijn nieuwsbrief. Naar aanleiding van deze uitgangspunten heeft de sector HRM en bestuursondersteuning jurisprudentie besproken in het directeurenberaad om met elkaar de kaders te verduidelijken.
39% 61% Uitstroom 2013 per leeftijdsklasse per M/V
7.10.6 Tijdelijke en vaste benoemingen Aangezien de regio waarin Tabijn haar scholen heeft staan de komende jaren te maken heeft met krimpende leerlingenaantallen, is
6 4 2
28
0
6
5 3
3
4 2
1
3
2
of jonger dan 50 jaar
39% 61% 7.11.2 Uitstroom
7.11.3 Instroom
Instroom 2013 per leeftijdsklasse per M/V
Uitstroom 2013 per leeftijdsklasse per M/V 2
6 4 2
6
5 3
4
3
2
0
1
3
1
2 0
Instroom 2013 per leeftijdsklasse
Reden van uitstroom 2013
15-24 jaar
3% 7% 3% 20%
35%
17%
25-34 jaar 30%
10%
35%
35-44 jaar 45-54 jaar
20%
20%
55-64 jaar 65+ jaar
29
ONTWIKKELINGEN IN RELATIE
TOT VERBONDEN PARTIJEN
8. 8.1 Samenwerking Tabijn met de Vrije Universiteit In 2013 heeft Tabijn een samenwerkingsovereenkomst ondertekend met het Centrum Brein & Leren van de Vrije Universiteit. Het Centrum B&L is een internationaal gerenommeerd instituut op het terrein van de neuropsychologische ontwikkeling van kinderen in de basisschoolleeftijd en staat onder leiding van prof. dr. Jelle Jolles. Het doel van de samenwerking heeft betrekking op het opzetten, uitvoeren en evalueren van experimentele onderwijsinterventies op de Tabijnscholen om zodoende de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Ten behoeve van dit doel zullen diverse met elkaar samenhangende projecten worden opgezet en uitgevoerd. Thema’s van deze projecten zijn: talentontwikkeling van leerlingen, versterking van het wetenschaps- en techniekonderwijs, professionalisering van leerkrachten in het bijzonder op het terrein van het omgaan met verschillen. De projecten zullen door wetenschappelijk onderzoekers van de VU op de Tabijnscholen worden uitgevoerd. De samenwerking heeft een looptijd van drie jaar: september 2013 - september 2016.
8.2 Samenwerking Tabijn met Atrium Eind 2012 hebben de besturen van Tabijn en Atrium (een schoolbestuur met zes scholen in de gemeenten Langedijk en Heerhugowaard) een samenwerkingsovereenkomst ondertekend. De overeenkomst heeft tot doel dat de ICT-dienst van Tabijn het technisch beheer op ICT-gebied zal uitvoeren voor Atrium. In 2013 is de ICT-dienst van Tabijn gestart met het vervangen van alle computers en servers op de Atriumscholen en het bestuursbureau van Atrium.
8.3 Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs In 2014 wordt de Wet Passend Onderwijs van kracht. Deze wet voorziet in de oprichting van nieuwe samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs, waarbij alle basisscholen en scholen voor speciaal onderwijs in een bepaalde regio verplicht zijn aangesloten (ongeacht denominatie). De Tabijnscholen worden ingedeeld in twee samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs, het samenwerkingsverband IJmond en het samenwerkingsverband Noord-Kennemerland. In het samenwerkingsverband IJmond worden in 2014 16 Tabijnscholen
30
aangesloten; het gaat om de scholen in de gemeenten Heemskerk, Uitgeest en Castricum. In het samenwerkingsverband Noord-Kennemerland worden negen Tabijnscholen aangesloten; het gaat om de scholen in de gemeenten Bergen, Heiloo, Alkmaar en Langedijk. De nieuwe samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs krijgen wettelijk meer bevoegdheden en budgettaire ruimte dan de huidige samenwerkingsverbanden WSNS. Ook hebben de schoolbesturen zorgplicht, hetgeen betekent dat voor iedere leerling die zich aanmeldt een passende plek gevonden moet worden. Tabijn is nauw betrokken bij de oprichting en inrichting van de beide nieuwe samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs. In 2013 zijn hiertoe grote en belangrijke stappen gezet. In beide verbanden is de (nieuwe) rechtspersoon opgericht en is een concept-ondersteuningsplan opgesteld. In het (wettelijk verplichte) ondersteuningsplan legt het samenwerkingsverband vast hoe het passend onderwijs voor de leerlingen wil realiseren en welk niveau van ondersteuning de scholen tenminste moeten bieden.
8.4 Playing for Success Alkmaar Een aantal schoolbesturen uit het primair en voortgezet onderwijs in de regio Alkmaar (waaronder Tabijn) en de gemeente Alkmaar hebben in 2013 samen met de voetbalclub AZ het concept Playing for Success gelanceerd. Bij Playing for Success gaat het om leerlingen van negen tot 14 jaar, die onderpresteren op het gebied van taal en rekenen of de verwachtingen in het Voortgezet Onderwijs niet waarmaken en een leerachterstand op lopen. Via het programma Playing for Success werken leerlingen in het voetbalstadion van AZ samen aan opdrachten op het terrein van taal, rekenen en computervaardigheden. Het stadion, de sport en de ambiance van de professionele voetbalwereld moeten de leerlingen stimuleren tot betere prestaties. Via het concept Playing for Success is de verwachting dat bij een groei in motivatie, zelfvertrouwen en zelfbeeld de prestaties van de deelnemende leerlingen op de cognitieve vakken zichtbaar zullen stijgen. In het voorjaar van 2013 is Playing for Success met de eerste twee groepen leerlingen uit het basisonderwijs gestart. Uit een evaluatie is gebleken dat deze leerlingen zeer enthousiast op het programma hebben gereageerd. Het programma wordt gerund door twee medewerkers van Tabijn, die hiertoe bij Playing for Success zijn gedetacheerd: centrummanager Hans Ploeg (tevens directeur van basisschool Kornak in Uitgeest) en leerkracht Iwan Sombroek (voorheen leerkracht bij basisschool Vrijburg in Uitgeest)
Tabijnscholen en VU werken samen aan onderwijsinnovatie Tabijn en Centrum Brein en Leren (Vrije Universiteit Amsterdam) hebben elkaar gevonden om praktijkgericht onderzoek op de Tabijnscholen uit te voeren en onderwijsinnovatie een impuls te geven. In september 2013 hebben Jonne Gaemers, voorzitter CvB Tabijn, en professor Jelle Jolles van de VU het samenwerkingscontract ondertekend. Talentontwikkeling en professionalisering In het samenwerkingsprogramma gaat het om talentontwikkeling van leerlingen enerzijds en de professionalisering van leerkrachten anderzijds. Leerkrachten van de Tabijnscholen werken samen met wetenschappelijk onderzoekers om toegepast onderzoek te doen in de dagelijkse onderwijspraktijk. Twee belangrijke gebieden waarop onderzoekers en scholen zich zullen richten zijn ‘nieuwsgierigheid’ en ‘verbeelding’. De resultaten worden vervolgens gebruikt voor onderwijsinnovaties op het gebied van o.a. talentontwikkeling, lezen en leesplezier. Speciale aandacht wordt daarbij gegeven aan de manier hoe leerkrachten kunnen omgaan met de verschillen tussen de kinderen en welke benadering ertoe leidt dat elke leerling tot zijn recht komt. Academische werkplaats Het is de bedoeling dat de samenwerking uiteindelijk tot een academische onderzoekswerkplaats zal leiden. Binnen een dergelijke omgeving werken scholen en wetenschappers structureel samen om de kwaliteit van het onderwijs duurzaam te vergroten, de talenten van de leerlingen optimaal te benutten en last but not least de leerprestaties van de kinderen te verhogen. In het verleden is het onderwijsveld namelijk te vaak geconfronteerd met vernieuwingen die niet of onvoldoende waren gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek. Tabijn en VU zijn overtuigd dat de samenwerking voor alle betrokken partijen grote winst zal opleveren!
31
HUISVESTING
9. 9.1 Onderhoud Bij diverse scholen is groot onderhoud uitgevoerd. Op de Burghtweijt, de Anne Frank school en de van Arkelschool is het hekwerk vervangen. De Otterkolken, de Branding en Toermalijn zijn aan de buitenkant geschilderd. Op de Duif en De Bareel is de binnenkant geschilderd. Op de Augustinusschool, de Leonardusschool, Prinsenhof 1 en de van Arkelschool zijn de verwarmingsinstallaties vervangen en tot slot is er op een drietal scholen asbest verwijderd (Augustinus, Cunera en Visser ’t Hooft). De onderhoudsdienst van Tabijn verricht het kleine onderhoudswerk en is bij storingen en calamiteiten aanwezig om deze op te lossen. De jaarlijks verplichte keuringen worden planmatig uitgevoerd. Het betreft keuringen aan elektrische installaties, gasinstallaties, alarminstallaties, verwarmingsinstallaties, brandblusmiddelen, noodverlichting, speeltoestellen. Alle genoemde installaties voldoen aan de wettelijke veiligheidsvoorschriften. De keuringen aan de alarminstallaties en speeltoestellen worden uitgevoerd door een medewerker van de sector Huisvesting, zij is hiervoor gecertificeerd.
9.2 Meerjarenonderhouds plannen Het meerjarenonderhoudsplan is in 2013 geactualiseerd, dit in verband met de te verwachten wetswijziging van het overhevelen buitenonderhoud van gemeente naar schoolbestuur. Bekend is nu hoe de gebouwen van Tabijn er voor staan en welk budget nodig is om het onderhoud de komende jaren te bekostigen. Er is een wetsvoorstel wat regelt dat het budget voor het ’buitenonderhoud’ van de schoolgebouwen rechtstreeks naar de schoolbesturen gaat, naar verwachting wordt de wet op 1 januari 2015 van kracht. Schoolbesturen zijn dan verantwoordelijk voor het gehele onderhoud van de schoolgebouwen. Tabijn zal in staat zijn de gebouwen in goede conditie te houden en zorg te dragen voor een optimale leeromgeving.
9.3 Vernieuwing en renovatie (korte termijn) Het plan voor het overkappen van de patio en verbouw aula tot ruimte voor de buitenschoolse opvang bij basisschool Otterkolken was begin 2013 gereed, de opening is in maart gehouden. In oktober 2012 is men begonnen met de nieuwbouw van de Prinsenhof 2 in Alkmaar. De school is in juli 2013 opgeleverd en kon met ingang van het nieuwe schooljaar in gebruik worden genomen. Het compacte gebouw is extra geïsoleerd en voldoet aan de eisen van frisse scholen klasse B.
32
Voor de Bareel is een aanvraag gedaan voor een tijdelijke uitbreiding. Nadat de aanvraag door de gemeente was goedgekeurd is besloten deze uitbreiding toch niet te realiseren. De directe noodzaak was niet aanwezig en verwacht werd dat er door zienswijzen op de afgegeven omgevingsvergunning veel vertraging zou ontstaan. In de zomer is begonnen met een interne verbouwing van de mediazaal , waardoor er een groepsruimte, een kantoor en een berging worden gerealiseerd. De ruimte op de begane grond is zodanig aangepast dat hier ook een goede groepsruimte is gerealiseerd. Het bestaande semipermanente gebouw “Het Blok” is neergezet met een omgevingsvergunning die op 1 juli 2104 verloopt. Besloten is, in overleg met de gemeente, een nieuwe permanente omgevingsvergunning voor dit gebouw aan te vragen. Dit houdt in dat in de zomer van 2014 het gebouw aan de eisen van het Bouwbesluit zal moeten aangepast. Bij de Anne Frank school zijn de noodgebouwen verwijderd. De school maakt met ingang van het schooljaar 2013-2014 ook gebruik van het schoolgebouw van de Burghtweijt. De overige leegstaande ruimten in de Burghtweijt zijn verhuurd aan de Professor van Gilseschool (speciaal onderwijs) en aan Stichting NSDSK. Deze stichting geeft onderwijs aan slechthorende kinderen met ernstige spraak-/ taalmoeilijkheden.
9.4 Vernieuwing en renovatie (lange termijn) Met de gemeente Uitgeest wordt gesproken over de plannen voor de Binnenmeer/Molenhoek/Vrijburg. Tabijn heeft een schetsplan ingediend om de Binnenmeer aan te passen aan de eisen van het hedendaagse onderwijs. Met de gemeente wordt overlegd of het mogelijk is de Molenhoek en de Vrijburg te verplaatsen naar de leegkomende locatie van de Paltrok in de wijk De Koog. Tabijn streeft in dit verband naar nieuwbouw. De Gemeente Langedijk heeft in het IHP (integraal huisvestingsplan) vastgelegd dat Het Baken in 2015-2016 zal worden aangepast en gerenoveerd. In Castricum is door de Gemeente in het IHP vastgelegd dat in Castricum Oost het aantal schoolgebouwen wordt verminderd en dat er nieuwbouw wordt gerealiseerd.
33
JAARVERSLAG
10.
2012: In 2012 werden 12 meldingen/klachten behandeld door de interne contactpersonen. De externe vertrouwenspersoon werd 7 keer ingeschakeld. De melding in het kader van integriteit werd bij de externe vertrouwenspersoon gedaan.
EXTERNE VERTROUWENSPERSOON
2013: In 2013 werden 15 meldingen/klachten behandeld door de interne contactpersonen. De externe vertrouwenspersoon werd 6 keer ingeschakeld, 2 keer op verzoek van de Tabijn-directie. Er zijn geen meldingen van het vermoeden van een misstand geweest.
10.1 Meldingen en klachten 2013 Hieronder treft u de belangrijkste punten aan uit het “Jaarverslag externe vertrouwenspersonen ongewenste omgangsvormen 2013” en het “Jaarverslag externe vertrouwenspersoon integriteit 2013”.
Ongewenste omgangsvormen 2012 onderwijskundig schoolorganisatorisch ongewenste omgangsvormen meld- en aangifteplicht
Enkele opvallende punten: In 2013 zijn er, evenals in 2012, geen klachten ingediend bij de Landelijke Klachtencommissie. De klachten die door de externe vertrouwenspersoon zijn behan deld (drie door een ouder en drie door een werknemer) hadden als gemeenschappelijk punt dat de communicatie door de direc- tie onderdeel uitmaakte van de klacht. Aanleiding en inhoud van de klachten was divers.
• •
•
De meldingen/klachten waarbij de interne contactpersoon is ingeschakeld zijn voor het grootste deel binnen de school afge- handeld; in enkele gevallen is doorverwezen naar de externe vertrouwenspersoon. Tabijn gaat op solide en serieuze wijze om met ongewenste om gangsvormen en mogelijke integriteitsschendingen. De stelling dat er doorgaans integer wordt gehandeld binnen alle niveaus van de organisatie is terecht. Het aantal meldingen en klachten de afgelopen jaren is niet op vallend hoog.
•
Ongewenste omgangsvormen 2013 onderwijskundig schoolorganisatorisch ongewenste omgangsvormen meld- en aangifteplicht
Scholing: Op 11 september 2013 heeft de scholing van nieuwe interne contactpersonen plaatsgevonden. De geplande jaarlijkse scholingsbijeenkomst voor interne contactpersonen is wegens privé-omstandigheden van de externe vertrouwenspersoon verschoven naar 5 februari 2014. Beleid: Het Tabijnbeleid op het gebied van ongewenste omgangsvormen en integriteit is op hoofdlijnen actueel. Tabijn heeft een organisatiebrede gedragscode opgesteld. Het is aan te raden deze zoveel mogelijk te integreren in de taak en werkzaamheden van de interne contactpersonen en externe vertrouwenspersoon.
Integriteit
2012 2013
34
•
10.2 Aandachtspunten en adviezen Algemeen kan worden gesteld dat Tabijn goed vormgeeft aan de taken van de interne contactpersoon en de externe vertrouwenspersoon. Laagdrempelig contact is mogelijk en klachten worden serieus genomen. Uiteraard valt er altijd nog wel iets te verbeteren. In deze context vallen de onderstaande aandachtspunten en adviezen. Relatief veel interne contactpersonen zijn ook intern begeleider. Door de verschillende taken kunnen er knelpunten zijn. Het ver- dient aanbeveling hier bij stil te staan; in ieder geval op school- niveau en eventueel ook bovenschools. Het verder vormgeven van de preventietaken van de interne con tactpersonen vergroot de zichtbaarheid binnen de school en draagt bij aan het signaleren en afhandelen van klachten in een vroegtijdig stadium en binnen school. De verslaglegging door de interne contactpersonen is erg wisselend van kwaliteit. Bovenschools aandacht vragen voor dit thema kan een positief effect hebben.
• • •
•
De scholing van nieuwe interne contactpersonen is erg positief gewaardeerd. Het verdient aanbeveling om jaarlijks deze basis- training (één dagdeel) te herhalen. De jaarlijkse scholingsbijeenkomst voor alle interne contactper sonen is een belangrijk moment om kennis te delen en vaardig- heden te vergroten. Gezien de grootte van de groep is het lastig om met één cursusleider een interactief programma aan te bie- den. Het verzoek is om in overleg met het bestuur en/of HRM te kijken naar alternatieve mogelijkheden. Er is onvoldoende bekendheid dat scholen bij incidenten met social media ook een beroep kunnen doen op de externe vertrouwenspersoon. Deze beschikt over veel expertise op dit gebied en kan actief helpen met acute kwesties of sluimerende problemen. Alhoewel de informatie over de interne contactpersonen en de externe vertrouwenspersoon via schoolgids en/of nieuwsbrief worden verspreid is het raadzaam om minimaal één keer per jaar hier specifiek aandacht aan te besteden, liefst in een wis- selende vorm.
•
•
•
10.3 Contactgegevens De gegevens van de externe vertrouwenspersonen zijn: Petra Vervoort e-mail:
[email protected] Telefoon: 06 15178645
35
JAARVERSLAG RAAD VAN TOEZICHT
11. 11.1
Samenstelling Raad van Toezicht
De samenstelling van de Raad van Toezicht op 31 december 2011 was als volgt: Voorzitter, de heer A.J.M. de Wit (voorzitter College van Bestuur ROC Kop van Noord-Holland)
•
• •
Vicevoorzitter, de heer S. van Keulen (adviseur en interim-manager) Lid, mevrouw S.C.G. de Boer (Lid College van Bestuur Dunamare Onderwijsgroep) Lid, de heer R.C.A. Deen (Manager beroepsopleidingen Tata Steel) Lid, mevrouw M. van Tunen-Geldermans (Diensthoofd Bestuur lijke Aangelegenheden van de politieregio Kennemerland).
• •
11.2
Werkgeversrol
De Raad van Toezicht is werkgever van het College van Bestuur. De voorzitter en de vicevoorzitter hebben daarom met de heer Gaemers, voorzitter van het College van Bestuur, het jaargesprek 2013 gevoerd. Van dit gesprek brachten zij verslag uit aan de Raad van Toezicht.
11.3 Toezichtkader In 2009 heeft de Raad van Toezicht in de notitie “Kwaliteitszorg Tabijn” vastgelegd welke informatie de Raad van Toezicht nodig heeft voor het toezicht houden. Deze notitie is verder uitgewerkt in een cyclus van vier jaar waarin alle onderdelen systematisch aan de orde komen. Het jaar 2013 was het derde jaar van deze cyclus waarin de volgende thema’s zijn besproken: De financiële rapportage per kwartaal (3 keer) Managementrapportage per kwartaal (4 keer) Het Jaargesprek RVT en CVB Bestuursverslag-jaarrekening Begroting jaarplan Rapportage onderwijsinspectie Ziekteverzuim Opbrengsten onderwijs (onderwijskwaliteit en risicoanalyse) door de algemene directie
• • • • • • • •
• •
Marktaandeel-leerlingenaantal Jaarlijkse gesprek Raad van Toezicht en het dagelijks bestuur van de GMR Functioneren bovenschools management
•
36
11.4
Vergaderingen
De Raad van Toezicht kwam in het verslagjaar vijf keer bijeen. Naast de onderwerpen uit het toezichtkader kwamen o.a. de volgende zaken aan de orde: Thema strategisch beleid (2014-2018) Brief van het ministerie van OC&W betreffende de Wet Normering Topinkomens
• •
•
• • • •
• • • • • •
•
Samenwerking Tabijn met het Centrum Brein en Leren van de Vrije Universiteit Amsterdam Bevindingen van de accountant bij de interim-controle Rapport tevredenheid dienstverlening bestuursbureau Evaluatie functioneren RvT en CvB Samenwerking schoolbestuur CPOW en de inzet van de financial controller van Tabijn bij CPOW Het financiële meerjarenperspectief Opzet toezichtcyclus periode 2014-2018 De gedragscode Stand van zaken huisvesting Herbenoeming leden R. Deen en S. de Boer Gesprek met het dagelijks bestuur van de GMR over het functioneren van de medezeggenschap binnen Tabijn en het reilen en zeilen van de organisatie als geheel. De concepttekst Jaarverslag RvT 2012
Natuurlijk bewegen! Groen is hip! Nadat eindelijk het noodlokaal van het schoolplein was verwijderd, wilden de leerlingen van de Augustinusschool in Castricum daar natuurlijk iets moois voor terug. De leerlingenraad onderzocht de vele mogelijkheden voor een aanvulling op het speelplein en al gauw kozen de leden voor een groen, natuurlijk beweegplein. Natuurlijk bewegen Een groen natuurplein daagt de kinderen uit om lekker te rennen en te klauteren, kortom creatief te spelen en veel te bewegen. Kinderen leren (weer) omgaan met risico en scholen al spelenderwijs hun motoriek en evenwicht. Aangetoond is dat kinderen door de verschillende onderdelen zoals sport- en spelmogelijkheden en ‘chillplekken’ beter gaan samenspelen. Mogelijk kunnen hierdoor ook pestincidenten verder teruggedrongen worden. Natuurbeleving Door de populariteit van computer en TV en ook omdat het groen uit de wijken verdwijnt, komen kinderen steeds minder vaak in aanraking met de natuur. Het groene schoolplein biedt de leerlingen dagelijks de kans op een natuurbeleving. Verder draagt het plein ook bij aan de biodiversiteit en het behoud van planten en dieren. De biologieles wordt voortaan op het schoolplein gegeven! Doe-het-zelf De school heeft aan drie ontwerpers de opdracht gegeven om een ontwerp te maken. Ouders, leerlingen en het team hebben gezamenlijk het winnende ontwerp gekozen. Ouders en andere betrokkenen hebben er heel wat vrijwilligersuren in gestoken om de eerste fase van het plein te realiseren. De plannen reiken namelijk nog verder: met een gift van ruim 4500 euro uit het Schipholfonds zal het groene plein in de toekomst nog verder worden uitgebouwd.
37
JAARVERSLAG DIRECTEURENBERAAD 12. Het directeurenberaad wordt aangestuurd door de agendacommissie. Naast twee vertegenwoordigers van onze schoolleiders maken de voorzitter CvB, leden algemene directie en manager HRM deel uit van deze commissie. In het kader van de onderlinge verbinding nemen deze functionarissen ook deel aan het directeurenberaad. In augustus 2013 is de werkwijze van het directeurenberaad geëvalueerd. Hiervoor heeft één van de directeuren als onderzoeksvraag voor haar studie verschillende directeuren en de algemene directie geïnterviewd. Het directeurenberaad functioneert naar tevredenheid. Er is veel verbinding tot stand gebracht. Als verbeterpunten werden o.a. genoemd: inhoud van de agenda, afwisseling in (coöperatieve) vergaderwerkvormen, borging van advies/besluit en de relatie van de agendapunten met het strategisch beleid. Deze verbeterpunten zijn door het CvB omgezet in een aantal richtinggevende statements en als volgt gepresenteerd:
•
Het directeurenberaad is een adviesorgaan voor het CvB én een netwerkbijeenkomst voor de directeuren van Tabijn; Het directeurenberaad heeft één voorzitter = directeur van een basisschool; De besluitenlijst van het CvB wordt standaard geagendeerd om zicht te houden op de voortgang van beleidsstukken; Jaaragenda aan het begin van het schooljaar presenteren/ bespreken en regelmatig laten terugkomen in het directeuren- beraad (planning en control). Koppeling met het strategisch beleid is leidend.
• • •
Tijdens de 18 bijeenkomsten stonden de volgende onderwerpen met regelmaat op de agenda ter bespreking en/of advisering: Passend onderwijs: werken met groepsplannen en de inrichting van de nieuwe Samenwerkingsverbanden Taakbeleid en werktijdenregeling Schoonmaak van de scholen Kwaliteitszorg, o.a. audits Pedagogisch klimaat: gedrag Strategisch beleidsplan Gesprekkencyclus Management development Financiën, begroting Krimp Ouderbetrokkenheid
•
• • • • • • • • • • • •
ICT-ontwikkelingen Verzuimbeleid
Bij de bespreking van enkele onderwerpen is de deskundigheid van externen ingeroepen.
38
39
FINANCIEEL BELEID
13.
13.1 Financiële positie balansdatum Per ultimo 2013 is er over het algemeen beschouwd sprake van een sterke financiële positie voor Tabijn. De belangrijkste graadmeters hiervoor, de liquiditeit, solvabiliteit en kapitalisatiefactor laten gezonde waarden zien. De liquiditeit geeft de verhouding weer tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden en is daarmee een maatstaf voor de mate waarin de organisatie aan haar kortlopende verplichtingen kan voldoen. Een current ratio liquiditeit van tenminste 1,0 kan als gezond worden aangemerkt; alleen dan zijn er immers voldoende geldmiddelen om de kortlopende schulden af te lossen. De current ratio liquiditeit van Tabijn bedroeg 1,6 per ultimo 2013. De solvabiliteit is een kengetal voor de mate waarin een organisatie op langere termijn aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. Door de inspectie van het onderwijs is in december 2012 besloten de minimum indicatie voor de solvabiliteit (de verhouding tussen het eigen vermogen en totaal vermogen) te verhogen van 20% naar 30%. De solvabiliteitsratio van Tabijn bedroeg 59% per einde 2013. Ook dit financiële kengetal bevindt zich derhalve boven de minimumnorm. De kapitalisatiefactor beoogt tot uitdrukking te brengen dat onderwijsinstellingen misschien een deel van hun kapitaal niet of inefficiënt benutten voor de vervulling van hun taken. De kapitalisatiefactor geeft de verhouding aan tussen balanstotaal (minus boekwaarde gebouwen en terreinen) en totale baten. De bovengrens is gesteld op 35%. Bij Tabijn is deze ultimo 2013 36%.
13.2 Analyse van het resultaat Tabijn heeft het boekjaar 2013 afgesloten met een integraal (geconsolideerd) exploitatieresultaat van € 640.000 negatief. Het resultaat is gunstiger dan het negatieve begrote tekort à € 862.000. Begin oktober 2013 was de prognose dat het tekort 2013 zou afstevenen op € 1,1 mln. Het verschil met de begroting van € 0,2 mln. werd met name veroorzaakt door gestegen personeelskosten als gevolg van extra personeelsinzet op een aantal scholen, gestegen pensioenpremies en sociale lasten (premie participatie- en vervangingsfonds) en door extra personeel boven de sterkte. In het najaar werd een als gevolg van het Herfstakkoord en het Nationaal Onderwijsakkoord extra geld beschikbaar gesteld voor het PO. Tabijn ontving € 1,0 mln. eenmalige extra bijzondere bekostiging en € 0,3mln bekostiging schooljaar 13-14 ter behoud werkgelegenheid jonge leerkrachten. Deze laatste post is voor 5/12 deel (= € 0,1 mln.) in het resultaat van 2013 verwerkt. Tabijn voert zelfstandig wachtgeldbeleid. In de 2013 zijn er afrekeningen ontvangen over de jaren 2009 t/m 2011. Op basis van deze informatie en een toename in 2013 van het aantal wachtgelders is er aan de voorziening € 0,8 mln. extra gedoteerd. Het verloop resultaat 2013 van de begroting naar de realisatie ziet er als volgt uit.
40
Omschrijving
Bedrag
Begroot tekort Personeelskosten Prognose (in okt 13) Extra bekostiging Dotatie voorziening wachtgelduitkeringen Overig Werkelijk tekort resultaat 2013
€ € € € € € €
0,9 0,2 1,1 1,1 (plus) 0,8 0,1 (plus) 0,6
2013 is het laatste volledige jaar geweest voor de uitvoering van het strategisch beleidsplan 2010-2014. In het volgende overzicht wordt de uitputting weergegeven. Tevens is in 2013 begonnen met de voorbereiding van het nieuwe strategische beleidsplan 2014-2018.
13.2.2 Strategisch beleidsplan 2010-2014 Omschrijving
Realisatie
Excellentie PR/werving Peuterspeelzaal Beurzenprogramma Management Development Samenwerking Tabijn - VU Dashboard managementinfo Huisvesting en inrichting Werk en gezondheid Strategisch Beleidsplan 2014-2018
€ 7.000 € 9.000 € 10.000 € 177.000 € 6.000 € 20.000 € 6.000 € 57.000 € 9.000 € 48.000
Generaal totaal
€ 349.000
13.2.3 Passend onderwijs Eind 2011 is door het samenwerkingsverband IJmond-Noord ruim € 400.000 aan Tabijn beschikbaar gesteld om aan passend onderwijs uit te geven. In 2013 is € 233.000 besteed aan de opzet van schoolprofielen, personele inzet van intern begeleiders, licenties voor softwaregebruik, materialen en leerkracht-leerlingtrainingen voor het programma Kurzweil.
13.3 Investeringen en financierings- beleid Tabijn wil, indien de noodzaak daartoe aanwezig is, binnen aanvaardbare risico’s, financiering aantrekken tegen zo laag mogelijke financieringskosten. Hiertoe zal Tabijn per geval onderzoeken of financiering of garantiestelling door de stichting tot steun aan de stichting Tabijn mogelijk is. Daarnaast zal Tabijn, als daar aanleiding voor is, afspraken maken met de huisbankier over een overeen te komen kredietlimiet. In het boekjaar 2013 heeft Tabijn geen financiering aangetrokken. Tabijn heeft (in het verleden) ongeveer 10% van haar liquide middelen belegd in obligaties.
13.4 Treasuryverslag Treasury heeft bij Tabijn als doel het beheersen van financiële risico’s. De primaire doelstelling van Tabijn is het werkzaam zijn op het gebied van het primair onderwijs. Financieren en beleggen is dan ook ondergeschikt en dienend aan de primaire doelstelling. De algehele doelstelling voor de treasuryfunctie bij Tabijn is dat deze de finan- ciële continuïteit van de organisatie waarborgt. Tabijn heeft voldoende middelen liquide op de rekening-courant om op korte termijn aan haar betalingsverplichtingen te voldoen. Overtollige middelen zijn op een spaarrekening gezet welke direct opvraagbaar is. Voor het plannen van de omvang en het tijdstip waarop middelen benodigd zijn, is een goede informatievoorziening vanuit de organisatie noodzakelijk. Het gaat dan met name om inzicht in de kasstromen. In 2013 heeft Tabijn gehandeld overeenkomstig de vastgelegde afspraken in het treasurystatuut. Het treasury-statuut is opgesteld conform de regeling beleggen en beleningen voor onderwijs en onderzoek 2010.
Toelichting Tabijn zit met haar scholen met name in dorpen waarbij sprake is van afname van het aantal geboorten en daardoor afname van het aantal leerlingen. Tabijn verwacht de komende drie jaar een krimp van 3% per jaar. Door de terugloop van het aantal leerlingen zal de komende jaren minder onderwijzend personeel nodig zijn. Tevens zal het begrotingstekort in stappen de komende jaren afgebouwd worden. Dit zal leiden tot een terugloop van gemiddeld 13 fte per jaar. De verwachting is dat dit door natuurlijk verloop (teruggang in werktijdfactor of bereiken pensioengerechtigde leeftijd) en het niet verlengen van tijdelijke contracten opgevangen kan worden. Tabijn is gestart met gesprekken met de 61 plussers over vervroegde uittreding. De reden is om op deze wijze ruimte te maken voor het behoud van jonge leerkrachten. Vanaf 2019 is de uitstroom van medewerkers die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt groter dan de verwachte krimp en zal er weer personeel geworven gaan worden.
13.5 Continuïteitsparagraaf Het ministerie van OCW heeft een zogeheten continuïteitsparagraaf in het leven geroepen om de financiële gevolgen van het gevoerde en te voeren beleid in kaart te brengen. Het opstellen van de continuïteits- paragraaf moet zorgen voor inbedding van het proces dat zicht biedt op de majeure ontwikkelingen in de nabije toekomst en het helder in beeld brengen van de gevolgen voor het resultaat en de vermogenspositie, en het gesprek hierover met de Raad van Toezicht. Voor Tabijn ziet dit er als volgt uit: A1. Personele bezetting en leerlingaantallen Kengetal
2013
2014
2015
2016
(stand 31/12) Personele bezetting in FTE • Management / Directie • Onderwijzend personeel • Overige medewerkers • Totaal leerlingaantallen 1/10
40,2 289,4 62,9 392,5 5.622
39,0 37,0 36,0 282,0 267,0 250,0 62,0 60,0 58,0 383,0 364,0 344,0 5.423 5.255 5.080
41
13.
FInanCIeeL BeLeId
A2. De meerjarenbegroting Activa
R-2013
B-2014
B-2015
(x € 1.000) Vaste Activa Immateriële VA Materiele VA Financiële VA Totaal Vaste activa
8.419 436 8.855
8.338 436 8.774
8.082 436 8.518
7.813 436 8.249
Vlottende activa
5.145
4.363
3.969
3.938
14.000
13.137
12.487
12.187
Totaal activa
B-2016
Passiva Eigen vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserve publiek Bestemmingsreserve privaat Bestemmingsfonds publiek Bestemmingsfonds privaat Totaal eigen vermogen
2.371 3.888 1.944 6
2.301 3.251 1.844 0
2.201 2.851 1.744 0
2.101 2.651 1.744 0
8.209
7.396
6.796
6.496
Voorzieningen
2.617
2.567
2.517
2.517
Langlopende schulden
0
0
0
0
Kortlopende schulden
3.174
3.174
3.174
3.174
14.000
13.137
12.487
12.187
Totaal passiva
R = Realisatie B = Begroting Door jaarlijkse overbesteding zal de liquiditeit de komende jaren teruglopen. De toekomstige jaarlijkse investeringen zullen ten opzichte van de afgelopen jaren op een lager niveau gebracht worden, waardoor de boekwaarde van de Materiele vaste activa zal dalen.
42
Staat Baten en Lasten Baten
R-2013
B-2013
B-2014
B-2015
(x € 1.000) Rijksbijdrage Overige overheidsbijdragen en subsidies Overige baten Totaal baten
26.356 707 2.368 29.431
24.726 580 2.225 27.531
24.788 611 2.380 27.779
24.190 602 2.277 27.069
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
24.885 1.151 1.825 2.283 30.144
23.431 1.113 1.803 2.126 28.473
23.542 1.229 1.827 2.040 28.638
22.715 1.250 1.785 1.957 27.707
-713
-942
-859
-638
73
81
38
38
-640
-861
-821
-600
0
0
0
0
Saldo baten en lasten Saldo buitengewone baten en lasten Totaal resultaat Incidentele baten en lasten in totaal resultaat
R = Realisatie B = Begroting Toelichting In 2014 wordt het strategisch beleidsplan 2014-2018 opgeleverd en (vanaf augustus 2014) in uitvoering genomen. Centraal staat dat Tabijn in deze periode op weg wil gaan naar excellent en innovatief onderwijs. Dat betekent: een verdere professionalisering van de organisatie (op alle niveaus) en verdere groei in kwaliteit. Tabijn wil uitgroeien tot het schoolbestuur met de beste basisscholen in de regio. Tabijn wil hoogwaardig onderwijs aan zijn leerlingen bieden en voortdurend werken aan verdere verbetering van de kwaliteit van het onderwijs en van de ondersteunende processen Het aantal leerlingen op 1 oktober 2013 is 5.622. Dit is in vergelijking met een jaar eerder (5.625) nagenoeg onveranderd. In een krimpende markt is dit een zeer goed resultaat. Op lokaal niveau lopen de verschillen uiteen van 22% negatief tot 27% positief. De prognose is dat de komende jaren het aantal leerlingen in de regio en bij de Tabijnscholen verder afneemt. Op basis van de inschatting van de schooldirecteuren 3% per jaar. Overbesteding In oktober 2013 bij het formuleren van de uitgangspunten voor de meerjarenbegroting was de doelstelling om in 2014 een overbesteding te begroten van € 450.000 en vervolgens de overbesteding jaarlijks met € 200.000 af te bouwen om in 2016 uit te komen op een evenwichtige exploitatie. Na het afsluiten van het Nationaal Onderwijs Akkoord en (met name) het Herfstakkoord zijn er voor het Onderwijs extra financiële middelen vrijgekomen. Voor Tabijn is er € 1,0 mln. extra lumpsum en
€ 0,3 mln. ter behoud werkgelegenheid jonge leerkrachten beschikbaar gesteld. Er is als voorwaarde aan verbonden dat er € 1,1 mln. als bate in de jaarrekening 2013 verwerkt moet worden. Naar aanleiding van deze extra inkomsten is besloten om de overbesteding voor het jaar 2014 te verhogen naar € 800.000 en vervolgens in stappen van € 200.000 a € 300.000 jaarlijks te verlagen, waardoor er in 2017 sprake zal zijn van een sluitende exploitatiebegroting. Ook voor de jaren 2015 en later is er in de begroting van OCW structureel extra geld voor het PO beschikbaar. In 2014 zal bekend gemaakt worden hoeveel er beschikbaar komt en of er bepaalde kosten tegenover staan. In de begroting 2015 is aan de inkomstenkant een voorschot van € 140.000 opgenomen. Uitvoering strategisch beleidsplan Het schooljaar 2013-2014 is het laatste jaar van uitvoering het strategisch beleidsplan 2010-2014. Een aantal vanuit deze strategische agenda gestarte projecten zal in 2014 doorlopen. Te denken valt in dit verband o.a. aan: passend onderwijs (doorontwikkelen plusactiviteiten, aansluiting bij samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs), de functiemix (uitbreiding LB-functies), opbrengstgericht werken (Tabijnbrede analyse van leerresultaten groep 7 en 8), management development (professionalisering van [adjunct-]directeuren, voortzetting programma masterbeurzen voor directeuren), verbeteren welbevinden en reductie werkdruk (invoering nieuw verzuimbeleid), opleiding en scholing van leerkrachten (voortzetting programma masterbeurzen voor leerkrachten). Ook vanuit het nieuwe strategische beleid 2014-2018 zullen er in 2014 activiteiten worden opgestart. Te denken valt aan de strategische samenwerking van Tabijn met de Vrije Universiteit (voor onderwijsinnovatie en professionalisering leerkrachten) en aan het oprichten van de Tabijn Academie.
43
13.
FInanCIeeL BeLeId
B1 Rapportage risicobeheersingssysteem Interne beheersings- en controlesystemen zijn er op gericht te waarborgen dat de belangrijkste risico’s worden geïdentificeerd en dat passende beheersmaatregelen worden getroffen. Binnen de organisatie worden maandelijks rapportages opgesteld voor het bestuur, de schooldirecteuren en de controller. Periodiek vinden er afstemmingsgesprekken plaats tussen het bestuur, de schooldirecteuren en de controller. Er wordt gebruik gemaakt van verschillende instrumenten om de risico’s te beheersen: Treasurystatuut; Periodiek verbijzonderde interne controles; Planning & controlcyclus; Periodieke risicoanalyse; Functiescheiding en interne controle in processen; Externe controle door de accountant en de Inspectie van het Onderwijs.
• • • • • •
B2 Beschrijving van de belangrijkste risico’s en onzekerheden De belangrijkste risico’s voor de komende jaren zijn:
•
•
•
• • •
•
Eventuele aanpassingen in de CAO die niet worden gecompenseerd; Overheveling van LGF-financiering (Rijk) naar de Samenwerkingsverbanden; Overheveling buitenonderhoud van gemeente naar schoolbestuur (doordecentralisatie) per 1 januari 2015; Oplopende afschrijvings- en ICT-kosten; Ontwikkeling van de leerlingaantallen; De onvoorspelbaarheid van de verlenging van subsidies met een bestedingsoogmerk met een tijdelijk karakter; De toename van de wachtgelduitkeringen (Tabijn voert zelfstandig wachtgeldbeleid).
Het beleid van Tabijn is er op gericht deze risico’s te beperken.
44
Gedragscode Een veilige en stimulerende (leer)omgeving is een belangrijke voorwaarde voor alle leerlingen om tot optimale leerprestaties te komen. Samen met leerlingen en ouders zorgt Tabijn voor een veilige school. Om dit te bereiken heeft Tabijn een gedragscode Tabijn opgesteld. De gedragscode is een leidraad voor iedereen die voor de stichting werkt of de scholen van Tabijn bezoekt. Hij geldt dus niet alleen voor alle medewerkers, leerlingen, ouders maar ook voor de medewerkers van het bestuursbureau. Het is belangrijk dat er met elkaar over het (eigen) gedrag gesproken wordt en dat er samen duidelijke afspraken gemaakt worden over wenselijk en integer gedrag. Deze afspraken zijn verwoord in vier kernwaarden: ontwikkeling, verantwoordelijkheid, respect en veiligheid. Tabijn verwacht dat iedereen zich houdt aan de gedragscode. Ontwikkeling: Wij ontwikkelen onszelf. Wij vinden leren leuk. Wij zien ontwikkeling als een kans op groei. Wij denken in mogelijkheden. Wij geven elkaar de ruimte. Wij hebben hoge verwachtingen.
• • • • •
Verantwoordelijkheid: Wij zijn partners in de ontwikkeling van het kind. Wij zien er verzorgd uit. Wij zijn ons bewust van ons rolmodel. Wij hebben oog voor elkaar.
Respect: Wij tonen respect voor elkaar en onze omgeving.
• •
Wij zijn gelijkwaardig en onderkennen verschillen. Wij dragen zorg voor de schooleigendommen en de eigendom men van een ander. Wij communiceren zorgvuldig. Wij respecteren de opvatting van de ander.
• •
Veiligheid: Wij zorgen voor een veilige leer-, werk- en leefomgeving. Wij grijpen respectvol in bij pestgedrag en andere vormen van geweld. Wij gaan integer om met informatie. Wij hebben vertrouwen in onszelf en de ander. Wij komen onze afspraken na. Wij vertrouwen in elkaars vakkundigheid en deskundigheid.
• • • • •
Om de gedragscode ook visueel te verankeren staat straks in elk klaslokaal van Tabijn een kartonnen kubus met daarop afgebeeld de kernwaarden en afspraken. De leerlingen zullen zich aan de hand van verschillende werkvormen en lessen over de code en de kernwaarden buigen. Ook de ouders zullen over de nieuwe gedragscode geïnformeerd worden. Op deze manier denkt Tabijn een professionele werk- en leeromgeving te creëren waar het normaal is om elkaar aan te spreken op gedrag.
• • •
ontwikkeling
respect
verantwoordelijkheid
veiligheid
45
14.
JAARREKENING
Inhoudsopgave A2 B2 B3 B4 C C1 C2
46
Kengetallen Geconsolideerde balans per 31 december 2013 Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2013 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2013 Overige Gegevens Bestemming exploitatiesaldo Controleverklaring
Bladzijde 48 49 50 51 52 53
A2 Kengetallen
2013
2012
Verandering
Leerlingen Aantal leerlingen (per 1 oktober)
5.622
5.628
-0,1%
Kengetallen geconsolideerd bovengrens Kapitalisatiefactor 36% 35% 31,0% De kapitalisatiefactor geeft de verhouding aan tussen balanstotaal (minus grond en boekwaarde gebouwen) en totale baten. Het geeft aan of Tabijn het beschikbare kapitaal optimaal inzet voor het onderwijs.
ondergrens Solvabiliteit 59% 20% 62% -5,4% Solvabiliteit geeft de verhouding aan tussen eigen en vreemd vermogen. Het geeft aan in hoeverre de instelling op langere termijn aan haar verplichtingen kan blijven voldoen. marge Liquiditeit (current ratio) 1,62 0,5 -< 1,5 1,70 -4,6% Liquiditeit geeft de verhouding aan tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden. Het geeft aan in hoeverre een instelling op korte termijn aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen. Een liquiditeit groter dan 1 wordt doorgaans gekwalificeerd als voldoende. marge Rentabiliteit -2,18% 0% -< 5% -2,70% -19,4% Dit kengetal geeft het verschil tussen baten en lasten weer ten opzichte van de totale baten. Kengetallen enkelvoudig Exploitatieresultaat (x € 1.000) € 664- Baten per leerling € 5.235 Personele kosten per leerling € 4.426 Overige kosten per leerling € 947 Aantal Fte in dienst gemiddeld 404,1 Personele kosten per Fte € 61.582 Personele lasten ten opzichte van totale lasten 82,4% Ziekteverzuimpercentage 4,0%
€ 816- € 5.022 € 4.266 € 925 408,6 € 58.763 82,2% 5,5%
-18,6% 4,2% 3,8% 2,4% -1,1% 4,8% 0,2% -27,3%
Landelijk lag het gemiddelde in 2012 op 6,44%
47
14.
1
JaaRReKenIng
B2 Geconsolideerde balans per 31-12-2013 Activa
31-12-2013 EUR
31-12-2012 EUR
Vaste activa 1.2 Materiële vaste activa 1.3 Financiële vaste activa Totaal vaste activa
8.419.253 435.669
8.854.922
8.449.759 435.669
Vlottende activa 1.5 Vorderingen 1.7 Liquide middelen Totaal vlottende activa
2.037.374 3.107.311
5.144.685
2.121.770 3.173.859
2
Totaal activa Passiva
13.999.607
14.181.057
2.1 2.4 2.6
Eigen vermogen Voorzieningen Kortlopende schulden
8.209.092 2.616.950 3.173.565
8.849.420 2.149.123 3.182.514
Totaal passiva
13.999.607
14.181.057
48
8.885.428
5.295.629
B3 Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2013
3
Baten
3.1 3.2 3.5 4 4.1 4.2 4.3 4.4
Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten Totaal baten Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
5
Saldo baten en lasten Financiële baten Saldo fin. baten en lasten
Resultaat
Realisatie 2013 EUR 26.355.803 707.398 2.367.998
Begroting 2013 EUR
29.431.199
24.725.586 580.000 2.225.112
Realisatie 2012 EUR
27.530.698
25.427.670 602.806 2.231.463
28.261.939
24.885.469 1.151.111 1.824.803 2.282.596
30.143.979
23.431.444 1.113.047 1.803.380 2.125.685
28.473.556
24.010.513 967.011 1.896.884 2.250.241
29.124.649
-712.780
-942.858
-862.710
72.452 72.452
81.000 81.000
96.711 96.711
-640.328
-861.858
-765.999
49
14.
JaaRReKenIng
B4 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2013
2013 EUR
2012 EUR
Kasstroom uit operationele activiteiten
Resultaat Aanpassingen voor: Afschrijvingen Mutaties voorzieningen Veranderingen in vlottende middelen - Vorderingen - Kortlopende schulden Totaal kasstroom uit operationele activiteiten Kasstroom uit investeringsactiviteiten (des)Investeringen in materiële vaste activa (des)Investeringen in financiële vaste activa Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
1.151.111 467.827 84.396 -8.948
-640.328 1.618.938 75.448 1.054.058
967.011 244.033 104.413 -4.682
-1.120.606 0
-1.120.606
-2.128.768 0
Overige mutaties EV Mutatie liquide middelen Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen Eindstand liquide middelen
3.173.859 -66.548
0 -66.548
1.495.445
3.107.311
4.757.851 -1.583.992
3.173.859
50
-765.999
1.211.044
99.731 544.776
-2.128.768 0
C
Overige gegevens
C1 Bestemming van het exploitatiesaldo Het (geconsolideerde) positieve resultaat over 2013 ad € -640.328 wordt als volgt verwerkt: Omschrijving
Bedrag
Algemene reserve (bestuur)
€
975.654-
Bestemmingsreserve publiek (scholen)
€
544.502
Bestemmingsreserve privaat
€
-
Bestemmingsreserve privaat (steunstichting)
€
23.592
Bestemmingsfonds Passend Onderwijs
€
232.769-
Gebeurtenissen na balansdatum Eind maart 2014 heeft de rechtbank uitspraak gedaan inzake de rechtszaak tegen een voormalig bestuurder. De vordering is aan Tabijn toegewezen. Tabijn wil eerst de termijn waarbinnen hoger beroep mogelijk is afwachten, alvorens de voorziening vrij te laten vallen.
51
14.
JaaRReKenIng
C2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening over 2013 van Stichting Tabijn te Heemskerk gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de staat van baten en lasten over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en resultaat getrouw dient weer te geven, in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en de Beleidsregels toepassing Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT), alsmede voor het opstellen van het jaarverslag in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen Het bestuur is voorts verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van de relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 171, lid 4 van de Wet op het primair onderwijs. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden, het onderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2013 en de Beleidsregels toepassing WNT, exclusief het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede in het kader van de financiële rechtmatigheid voor de naleving van die relevante weten regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidcriteria en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Tabijn per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en de Beleidsregels toepassing WNT. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2013 in alle van materieel belang zijnde aspecten voldoen aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat de bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante weten regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1. Referentiekader van het onderwijscontroleprotocol OCW!EZ 2013.
52
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel2:393, lid 5 ondereen fvan het BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel9 Boek 2 van het BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392, lid 1 onder b tot en met h van het BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391, lid 4 van het BW. Tenslotte vermelden wij dat het jaarverslag voldoet aan de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf2.2.5 Jaarverslag van het onderwijscontroleprotocol OCW!EZ 2013. Amstelveen, 17 juni 2014 KPMG Accountants, N.V. S. Haringa RA
53
15. BASISINFORMATIE Gegevens over de rechtspersoon Bestuursnummer: 40712 Naam instelling: Tabijn Adres: De Trompet 1960, 1967 DB Heemskerk Postadres: Postbus 280, 1960 AG Heemskerk Telefoon: 0251-230082 E-mailadres:
[email protected] Website: www.tabijn.nl Tabijn is het bevoegd gezag van de volgende scholen:
Gemeente Brinnr School
Adres
Telefoon
E-mail
Alkmaar
14FJ
Oranjehof
Elgerweg 39 1825 KA Alkmaar Kofschipstaat 12 1826 CG Alkmaar Postbus 8168 1802 KD Alkmaar
072-562 8060
[email protected]
Alkmaar
13ZH
Prinsenhof 1
Tochtwaard 22 1824 EZ Alkmaar
072-561 0899
[email protected]
Alkmaar
13ZH
Prinsenhof 2
Amstelstraat 7 1823 EV Alkmaar
072-512 0406
[email protected]
Bergen
03UC
De Branding
Pastoor van Kleefstraat 19 1931 BL Egmond aan Zee
072-506 9995
[email protected]
Bergen
05AO
De Windhoek
Herenweg 72A 1935 AG Egmond-Binnen
072-507 0888
[email protected]
Bergen
05MI
Willem-Alexander Kapelweidtje 2 1861 JH Bergen
072-581 3142
[email protected]
Bergen
05JM
Bosschool
Rondelaan 30 1861 ED Bergen
072-581 3195
[email protected]
Castricum
03XY
Visser ‘t Hooft
Kemphaan 17 1902 KA Castricum Postbus 395 1900 AJ Castricum
0251-655906
[email protected]
Castricum Castricum
07QS
Paulus
1e Groenelaan 88 1901 TE Castricum
0251-650565
[email protected]
08YD
Augustinus
Dr. Van Nieveltweg 20 1901 GD Castricum Postbus 402 1900 AK Castricum
0251-651764
[email protected]
54
072-561 3185
Gemeente Brinnr School
Adres
Telefoon
E-mail
Castricum Castricum
09VP
Cunera
Vondelstraat 25 1901 HT Castricum Postbus 161 1900 AD Castricum
0251- 650860
[email protected]
10OP
Toermalijn
Het Korteland 3 1902 BA Castricum Postbus 311 1900 AH Castricum
0251-650864
[email protected]
Heemskerk
05HH
Het Rinket
Bachstraat 20 1962 BD Heemskerk Postbus 78 1960 AB Heemskerk
0251-231093
[email protected]
Heemskerk
07NJ
Vlinder
Frankrijklaan 2 1966 VD Heemskerk
0251-237766
[email protected]
Heemskerk
07US
Otterkolken
Prof. ten Doesschatestraat119 A 0251-232688 1963 AS Heemskerk
[email protected]
Heemskerk
08ZV
Leonardus
Kerkweg 225 1964 KJ Heemskerk
0251-232410
[email protected]
Heemskerk
11EI
Anne Frank
Jan van Kuikweg 97 1964 BC Heemskerk
0251-231650
[email protected]
Heemskerk
11QS
Burghtweijt*
W. van Coulsterstraat 2 1962 WN Heemskerk
0251- 234632
[email protected]
Heemskerk
27YC
De Bareel
Waddenlaan 1 1967 EH Heemskerk Postbus 68 1960 AB Heemskerk
0251-230468
[email protected]
Heiloo
08WB
De Duif
Mariënstein 180 1852 SN Heiloo Postbus 176 1850 AD Heiloo
072- 532 0874
[email protected]
Langedijk
05SC
Het Baken
Bovenweg 68 1834 CG Sint Pancras Postbus 36 1834 ZG Sint Pancras
072-564 2417
[email protected]
Langedijk
08PV
J.D. van Arkel
Museumweg 1 1721 BW Broek op Langedijk Postbus 25 1720 AA
0226-342322
[email protected]
* per 1 augustus 2013 gefuseerd met basisschool Anne Frank.
55
15.
BasIsInFoRMaTIe
Gemeente Brinnr School
Adres
Telefoon
E-mail
Uitgeest
07VV
Molenhoek
Meidoornstraat 21 1911 BS Uitgeest
0251-310173
[email protected]
Uitgeest
09AR
Vrijburg
Niesvenstraat 2 1911 VA Uitgeest
0251-313138
[email protected]
Uitgeest
09XO
Binnenmeer
Langebuurt 31 1911 AS Uitgeest Postbus 28 1910 AA Uitgeest
0251-312715
[email protected]
Uitgeest
28AN
Kornak
Benningskamplaan 60 1911 LP Uitgeest
0251-707227
[email protected]
56
Kennis delen: iPad in de klas Op steeds meer Tabijnscholen worden iPads of tablets structureel in de klas ingezet. In het voorjaar 2013 hebben de voorlopers op dit gebied aan een hele zaal vol belangstellenden laten zien op welke manier zij de iPad in de eigen klas inzetten. En natuurlijk mochten de deelnemers ook meteen zelf aan de slag! De uitgangssituaties en invalshoeken waren daarbij zeer divers. Waar de een gekozen heeft voor de iPad mini omdat deze ook door de kleine handen van de kleuters goed bediend kan worden, heeft de ander een hele bovenbouwklas uitgerust met tablets. Uit de praktijk blijkt dat het beslist niet nodig is dat elke leerling over een eigen iPad beschikt. Inmiddels zijn er naast de vele gratis apps ook enkele methode gebonden (betaalde) apps, meestal om extra te oefenen, bijvoorbeeld spelling en rekenen. De iPads kunnen natuurlijk ook voor creatieve doeleinden ingezet worden. Denk daarbij aan het maken van korte filmpjes of musiceren. Uiteraard zijn ze ook geschikt om in combinatie met het digibord te gebruiken. Er komen steeds meer apps, de mogelijkheden zijn nagenoeg onbeperkt. Kortom, de iPad of tablet kan de leerkracht, mits slim ingezet, niet alleen tijd besparen maar hij kan zeker ook de betrokkenheid bij de les vergroten. Uit onderzoek (afgenomen voordat de iPad zijn intrede in het onderwijs deed) blijkt dat leerlingen die niet de vinger hoeven op te steken beter meedoen en uiteindelijk ook beter presteren. Tabijn steunt deze ontwikkelingen van harte en vindt het tevens belangrijk dat er veel met elkaar uitgewisseld wordt. In de toekomst zullen nog veel vaker soortgelijke bijeenkomsten plaatsvinden.
57
16.
BIJLage: overzicht resultaten inspectiebezoeken kalenderjaar 2013
1.1*
3
3
3
1.1.1
1.1.2
1.2*
3
waarde 3=vold.
waarde 2=onvold.
Cunera
Paulus
Kwaliteitsaspect 1
waarde 1=slecht
Bareel
Branding
Toermalijn
School
Schooljaar 13-14 Anne Frank
Schooljaar 12-13
waarde 4=goed waarde 5=niet te beoord. * een van de 10 normindicatoren
Indicator
De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden
3
De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen tenminste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
De taalresultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen tenminste op het niveau dat op grond van kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht
De rekenresultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen tenminste op het niveau dat op grond van kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht
3
3
De resultaten v.d. leerlingen voor Ned. taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen tenminste op het niveau dat op grond v.d. kenmerken v.d. leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
1.3
1.4
2
2
1.5
3
3
3
Kwaliteitsaspect 2
2.1*
3
3
2.1.1
2.1.2
2.2*
3
3
2.2.1
2.2.2
2.3
3
2.4*
3
3
3
3
3
De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar.
3
3
3
Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.
3
3
3
De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
De aangeboden leerinhouden bereiden de leerlingen voor op vervolgonderwijs en samenleving
Bij de aangeboden leerinhouden voor de Nederlandse taal en rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen.
Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen.
Bij de aangeboden leerinhouden voor rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen.
De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8.
De leerinhouden voor Nederlandse taal worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8.
De leerinhouden voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8.
3
De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan.
De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.
2.5
3
3
De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.
Kwaliteitsaspect 3
3.1
3
3
3.2
Kwaliteitsaspect 4
4.4
3
4.5
3
De leraren geven de leerlingen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken
De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd.
De school heeft voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde onderwijstijd gepland conform het landelijk gemiddelde van scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie.
Het schoolklimaat wordt gekenmerkt door veiligheid en respectvolle omgangsvormen
3
De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personen en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen
3
De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school
4.6
3
3
4.7
De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school
Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan.
4.8
De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel.
Kwaliteitsaspect 5
De leraren leggen duidelijk uit, organiseren de onderwijsactiviteiten efficiënt en houden de leerlingen taakbetrokken
5.1*
3
3
De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof.
5.2*
3
3
De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.
5.3*
3
3
De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.
58
6.1
3
3
Cunera
Kwaliteitsaspect 6
Bareel
Paulus
Anne Frank
Toermalijn
Schooljaar 13-14
Branding
School
Schooljaar 12-13
Indicator
De leraren stemmen aanbod, instructie, verwerking en onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
6.2
3
2
De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
6.3
3
3
De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
6.4
3
3
Kwaliteitsapect 7a
7.1*
3
3
3
7.2
2
2
Kwaliteitsaspect 8
De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
3
3
De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen
4
De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.
De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg
De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen.
8.1
3
3
3
3
3
3
De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben.
8.2
2
2
3
2
3
3
Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen.
8.3*
2
2
2
2
3
3
De school voert de zorg planmatig uit.
8.4
2
3
2
3
3
3
De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.
Kwaliteitsaspect 9
De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg
9.1
3
3
3
3
3
3
De school heeft inzicht in de onderwijsbehoefte van haar leerlingenpopulatie.
9.2
3
2
3
3
3
3
De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen.
9.3
2
3
3
3
3
3
De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces.
9.4
3
3
3
3
3
3
De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.
9.5
3
3
3
3
3
3
De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces.
9.6
3
3
3
3
3
3
De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit.
9.7
3
Kwaliteitsaspect 10
De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.
10.1
Voorwaarden voor kwaliteitszorg De schoolleiding stuurt de kwaliteitszorg aan.
10.2
De kwaliteitszorg is verbonden met de visie op leren en onderwijzen, zoals geformuleerd in het schoolplan.
10.3
De schoolleiding zorgt voor een professionele schoolcultuur.
10.4
Bij de zorg voor kwaliteit zijn personeel, directie, leerlingen, ouders/verzorgers en bestuur betrokken.
Wet- en regelgeving
Wet en regelgeving
N1
Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 13).
N2
Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 12).
N3
Door of namens het bestuur is he vastgestelde zorgplan van het samenwerkingsverband naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 19).
N4
De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WPO, art. 8).
5 december 2013
59
17.
BIJLage: overzicht netwerken en werkgroepen
Netwerk
Onderwerpen
Netwerk intern begeleiders
Vaste agendapunten: ESIS, Kurzweil,
Ontwikkelingen in de SWV’s, Halen
en Brengen, Intervisie.Overige onderwerpen:
Werken met SCOL, Strategisch Beleidsplan
2014-2018, Kwaliteitsaspecten inspectie,
EWS; analyses en interventies.
Netwerk leerkrachten groep 1 en 2
Materialen groep 1 en 2: presentatie en
uitwisseling
Begrijpend luisteren en voorlezen
Netwerk leerkrachten groep 3 en 4
Omgaan met verschillen
Begrijpend luisteren en lezen
Netwerk leerkrachten groep 5 en 6
Omgaan met verschillen
Begrijpend lezen; een apart vak?
Netwerk leerkrachten groep 7 en 8
Meerbegaafde leerlingen en hun
onderwijsbehoeften.
Kunnen leerlingen op jou rekenen?
(over rekenonderwijs)
Netwerk leerkrachten groep 3
Frequentie per schooljaar
Aantal deelnemers
6 x
+/- 30
2 x
+/- 50
2 x
+/- 45
2 x
+/- 45
2 x
+/- 45
VLL: tien updates
1x
+/- 35
Netwerk adjunct-directeuren
Samen profileren
5 x
13
Het netwerk als leergemeenschap
Persoonlijke presentatie en samenwerking
Strategisch beleidsplan 2014-2018
Actuele thema’s en vraagstukken
Netwerk startende leerkrachten
Starters voor starters
3 x
+/- 15
‘Gedrag’ voor startende leerkrachten
Marzano
Action type
Netwerk ICT coördinatoren
Tablets in het onderwijs
4 x
+/- 25
Sharepoint
3D Printing
Basispoort
Software/Apps
Beleid
Netwerk contactpersonen
Nieuwe ontwikkelingen en bijscholing
2 x
25
Bespreken van casus
Netwerk Arbo-contactpersonen
Nieuwe ontwikkelingen
1 x
25
Netwerk ambulante begeleiders
Bespreking casussen/intervisie
1x
16
Tips en tops
Materialen
Netwerk stagecoördinatoren
Algemene zaken en nieuwe ontwikkelingen
2 x
+/- 12
60
Werkgroep
Onderwerpen
Werkgroep Onderwijskwaliteit
Ontwikkelingen in de samenwerkings-
verbanden
SCOL
Excellentie
EWS
Audittraject
Frequentie per schooljaar
Aantal deelnemers
7 x
8
6 x
6
1 x
7
5 x
7
Werkgroep Kurzweil
Uitbreiden digitale bibliotheek
Keuze methoden voor bibliotheek
Aanpak technische problemen
Werkgroep Plusleerlingen
Bespreking notitie Plusleerlingen
bij Tabijn en de opdracht voor de
werkgroep
Werkgroep ICT en onderwijs
Social media
Internetverbinding/bandbreedte
Evaluatie Tabijndag
Tabijnacademie
Vervangingsplan/aanschaf devices
Digitaal toetsen
61
18.
BIJLage: scholen in de gele fase - analyse en vooruitblik
Anne Frank school De school scoorde voor het eerst sinds jaren onder de norm van de inspectie. De directie wist dat dit een cognitief zwakke groep was. De Niet Schoolse Cognitieve Capaciteiten Test (NSCCT) die groepsgewijs wordt afgenomen in groep 6 gaf dat ook aan. Het advies voor relatief veel leerlingen: basisberoepsgericht en kader- onderwijs. Maar beide groepen scoorden ook lager dan was verwacht. Enkele leerlingen hebben de toets over gedaan. Er zijn geen zorgen over de eindresultaten van de drie groepen 8 in het schooljaar 2013-2014. Kornak Basisschool Kornak zat in 2012 in de rode, risicovolle fase en had van de onderwijsinspectie een waarschuwing gekregen. Meteen na de Cito-eindtoets 2012 heeft de school het CPS ingeschakeld om de hele school door te lichten. Dit heeft geleid tot een plan van aanpak, waarin vooral de nadruk lag op leerkrachtgedrag (waaronder effectieve instructie) en technisch lezen. Wijzigingen in het team hebben plaatsgevonden. De leerkrachten van groep 7 zijn meegegaan naar groep 8 en er is afscheid genomen van één leerkracht. Het team en de directie hebben heel hard aan het plan van aanpak gewerkt. De resultaten in alle groepen zijn verbeterd. Voor schooljaar 2013-2014 is het CPS weer ingehuurd om de school te ondersteunen bij het borgen van de gemaakte afspraken. Oranjehof De uitslag viel tegen. De kinderen van beide locaties zijn bij elkaar in één groep gebracht. Lastig was dat de concentratie en werkhouding niet bij alle kinderen even groot was. De leerkracht van groep 8 is regelmatig ziek geweest en functioneerde niet optimaal, met name in de periode voor de Cito-eindtoets. Dit verklaart echter niet alles. Er ligt voor de leerkrachten van de combinatiegroepen 7/8 in het nieuwe schooljaar een stevige opdracht. Deze is met de betrokken leerkrachten besproken. Zij delen de zorgen van de directie en hebben vertrouwen in hun mogelijkheden om de leerlingen van groep 8, maar ook die van groep 7, optimaal te begeleiden. In de huidige groep 7 heeft de school vooral te maken met relatief veel leer- en gedragsproblemen. De school trekt alles uit de kast om te zorgen voor betere resultaten. Vrijburg Groep 8 is een zorgelijke groep wat betreft sociale omgang en motivatie. Terugkijkend naar deze groep blijkt dat in groep 5 teveel wisselende leerkrachten voor de groep hebben gestaan, waardoor de resultaten onder druk zijn komen te staan. Deze achterstand kon door de jaren heen niet meer rechtgetrokken worden. De huidige groep 7 (de groep 8 in 2014) laat een verontrustend beeld zien op de resultaten van tussentijdse toetsen. De algemene directie voert gesprekken met de directeur en de intern begeleider om te analyseren wat er met de groep aan de hand is. Uit de observaties en de resultaten valt één aspect op: veel gedragsproblematiek, weinig motivatie en weinig sociale cohesie. Een specialist van Gedragspunt is geconsulteerd om de groep te observeren. Daarnaast zullen met ouders en leerlingen gesprekken gevoerd worden over hun verwachtingen, resultaten en motivatie. Er is een vacature
62
voor de groep 8 leerkracht. Voor deze groep wordt een zeer goede leerkracht gezocht. Ook in de toekomst zullen regelmatig gesprekken plaatsvinden met de algemene directie. Windhoek De huidige groep 8 is een groep waarin vanaf groep 4 veel wisseling van leerkrachten is geweest. De motivatie van leerlingen (en ook van ouders) om te presteren is laag. De SCOL (meetinstrument voor sociaal-emotionele ontwikkeling) laat zien dat de sfeer in de groep niet goed is. De entreetoets groep 7 van deze groep liet al zien dat de resultaten onder de ondergrens lagen. Een zeer goede en gestructureerde leerkracht is voor groep 8 gezet. Er is nadrukkelijk ingezet op begrijpend lezen en rekenen. Dit heeft niet geleid tot een voldoende Cito-eindtoetsscore. De huidige groep 7 (groep 8 in 2014) is een grote groep met veel problematiek en lage motivatie. In deze groep is de pilot iPad-klas ingezet. Gedragsproblematiek is afgenomen. Door het gebruik van de iPads is de betrokkenheid van leerlingen en ouders bij het onderwijsleerproces zichtbaar vergroot. Helaas is dit nog niet te zien in de resultaten. De resultaten laten wel een groei zien, maar deze groei heeft nog niet de norm bereikt. Voor schooljaar 2013-2014 is afgesproken dat de leerkracht van groep 7 meegaat naar groep 8. Eer wordt extra ingezet op begrijpend lezen en er is een samenwerking gestart met basisschool Kornak om hun ervaringen die zij hebben opgedaan met het CPS traject te delen met het team van de Windhoek.
Bezoekadres De Trompet 1960 1967 DB Heemskerk t 0251 230082 f 0251 252798
Colofon Publicatie augustus 2014
Postadres Postbus 280 1960 AG Heemskerk
[email protected] www.tabijn.nl
Fotografie Marion Köhler en Tabijnscholen
Redactie Marion Köhler
Vormgeving De Combinatie, Alkmaar
63
64