Distributielijst 1 NL DET HQ NATO AMFGEVSTBAT ANTAC BS/DS BUTI BOPZ CAMS/Force Vision CDT 1e MarnsBat CDT 2e MarnsBat CDT GevechtsBat CDT GOEM CMMHLDR CIS&IV CTG 428.00 (N3.4.2) CZMCARIB CZSK CZSK IV services CZSK Bur. Case coördinatie DEFDA DMO DTO Soesterberg EURFOR Bosnië Hr.Ms. Alkmaar Hr.Ms. Amsterdam Hr.Ms. Bruinvis Hr.Ms. De Ruyter Hr.Ms. De Zeven Provinciën Hr.Ms. Dolfijn Hr.Ms. Evertsen Hr.Ms. Haarlem Hr.Ms. Hellevoetsluis Hr.Ms. Holland Hr.Ms. Luymes Hr.Ms. Maassluis Hr.Ms. Makkum Hr.Ms. Mercuur Hr.Ms. Middelburg Hr.Ms. Pelikaan Hr.Ms. Rotterdam Hr.Ms. Johan de Witt Hr.Ms. Schiedam Hr.Ms. Snellius Hr.Ms. Tromp Hr.Ms. Urk Hr.Ms. Van Amstel Hr.Ms. Van Speijk Hr.Ms. Vlaardingen Hr.Ms. Walrus Hr.Ms. Willemstad Hr.Ms. Zeeland Hr.Ms. Zeeleeuw Hr.Ms. Zierikzee Hr.Ms. Zuiderkruis Instituut Maritieme Historie JFC HQ Brunssum Joint CIS groep Soesterberg Joint Command Lissabon Joost Dourlein Kazerne Koninklijk Instituut Marine KWNA & A Marine Den Haag Marine Kazerne Amsterdam Marine Kazerne Vlissingen Marine Kazernes NA&A Marine Postkamer Marinemuseum MHKC/ N6 MHKC/ KWC Mijnendienst MINDEF DOPS MIVD MOST Marsitcen / OPS MVK De Kooy NBV NDA NL NLBE OPSCHOOL NLMARFOR NSO/MIVD Eibergen Onderzeedienst PGDIV/BDC PVKM School Verbindingsdienst KL SHAPE SMD SMVBO TES VBHKAZ Veldpostkantoor
Indien u geschrapt of opgenomen wenst te worden in de distributielijst, verzoeke contact op te nemen met de redactie
COLOFON VLAG & VONK is een uitgave van de: OPLEIDINGSAFDELING CIS op de NL/BE OPSCHOOL KM. Redactie:
Ron Timmermans Martin van Tongeren Miente Viersen
Over de inhoud: Naast een aantal vaste rubrieken bestaat het blad uit verschillende artikelen, waarbij ingezonden kopij van harte welkom is. De redactie houdt zich echter het recht voor ingezonden stukken niet te plaatsen, indien de inhoud niet overeenkomt met de doelstellingen van het blad zoals die statutair zijn vastgelegd. Oplage: 135 exemplaren Vlag en Vonk op internet: WWW.BRAVOZULU.NL Voor ingezonden stukken: Post:
NL/BE OPERATIONELE SCHOOL ONDERWIJSAFDELING CIS REDACTIE VLAG & VONK MPC 10A POSTBUS 10.000 1780 CA DEN HELDER
E-mailadres Internet:
[email protected]
E-mailadres Intranet: Timmermans, AOOODVB R.T.M. KM/DPKM/OKM/NLBEOPS (in het onderwerp vermelden: voor redactie VLAG & VONK) Met dank aan: alle vaste correspondenten, alle inzenders van ingezonden stukken en iedereen die een positieve bijdrage levert aan de uitgave van dit blad Vormgeving blad: Ron Timmermans Vormgeving omslag: Adri van Walsem Vormgeving op internet: Martin van Tongeren
Voorwoord van de redactie Het is weer gelukt om een goed gevulde Vlag & Vonk naar de drukker te brengen en ik kan nu eindelijk zeggen: “Nog maar één V&V te gaan”. Schrik niet beste mensen, want V&V blijft natuurlijk voortbestaan. Maar zoals de meeste marinemensen zeggen dat ze nog maar één kerstboom te gaan hebben voordat ze met FLO gaan, zeg ik “Nog maar 1 V&V te gaan”. (die kerstboom heb ik namelijk al achter de rug) Aangezien ook Martin van Tongeren begin volgend jaar niet meer deel zal uitmaken van de redactie wordt al druk gezocht op de NL/BE OPSCHOOL voor het vullen van de openvallende vacatures, want anders krijgt Miente het wel heel erg druk. Misschien dat ik u in de volgende editie meer daarover kan vertellen. Wat hebben we u dit keer te bieden? Umberto zit eind juni eindelijk in de tropics en is er helemaal gereed voor om zijn topics met u te delen. Paul van Willigenburg heeft het derde laatje rechtsonder (sterke verhalen) weer opengetrokken en vertelt op zijn onnavolgbare manier over zijn tropische belevenissen. Tevens kunt u zien dat ook de Muppets zijn gesignaleerd in de tropen. Onno zeilt zich nog steeds een slag in de rondte (zeg maar, de wereld rond) en ook kunt u een verslag lezen van Cees van Delft over de zeilweek van wellicht toekomstige VBD’ers op de Morgenster. Verder het relaas van onze VBD stafharry’s van SNMG2 die er een heuse VBDsafari van gemaakt hebben. Uit eigen ervaring kan ik zeggen dat er in deze functie behoorlijk veel overstapmomenten zijn. Aansluitend hierop kan ik zeggen dat we gelukkig weer een leuke Anneke Dote hebben ontvangen, dit keer over X-pollen, misschien dat het u inspireert en dat u zich een leuke VBD stunt herinnert of sterke verhalen kent over een markante verbindelaar. Schroom niet om deze op papier te zetten voor deze rubriek en in te sturen. We kunnen het ons in deze tijd bijna niet meer voorstellen, maar er was ooit eens een tijd dat er zelfs Kamervragen gesteld werden over postsluitingen, Martin vertelt u daarover in Postperikelen. Gelukkig is dit verleden tijd en leven we tegenwoordig met wat modernere media. En dat laat A3 ons uiteraard zien door weer het een en ander bij elkaar te googlen. Ook ontbreken onze vaste rubrieken weer niet. Op de valreep van zijn gang naar FLO hebben we Wally van Houten geïnterviewd en geeft Rolf Masurel de wacht over in de rubriek ZKO. Henk heeft nog genoeg om zijn scheepsvlaggen cyclus te vervolgen en vertelt ook nog even over zijn wereldreis. Ik wens u namens de redactie veel leesplezier, Ron Timmermans
Vlag & Vonk 41 jaargang – nr. 2 – mei 2011 e
INHOUDSOPGAVE Distributielijst en colofon Voorwoord Inhoudsopgave Int QSO (vraag en aanbod) Op de lamp met Wally van Houten Uyt den ouden doosch – Radio amateur, de hobby voor de verbindingsman Puzzelpagina Ingezonden stukken • Borrelpraat (Wimpelvis) • Marine kretologie (Henk van de Stoop) • Tropic topics FM the West (Umberto) • Scheepsvlaggen deel 14 (Henk Visser) • Navpubs (Henk Visser) • Postperikelen (Martin van Tongeren) • Google surfing (A3) • Anneke Dote (A. Noniem) • Onno’s wereldreis deel 6 (Onno Verver) • Vakmanschap & Veiligheid op de Morgenster (Cees van Delft) • Nieuwbouw NL/BE OPSCHOOL deel 7 (Ron Timmermans) • Verbindelaren op safari (staf SNMG2) • Over ouwe poep en andere tapverhalen deel 5 (Paul van Willigenburg) • De Muppets (Kees Bleeker) COmo COlumn (wetenswaardigheden COMmunicatie Onderwijs OPSCHOOL) ZKO (I have handed guard over to) Rolf Masurel Kokkerellen met Okkie GIZMO’S CORNER
In deze rubriek kunt u gratis een advertentie plaatsen. Zoekt u iets, wilt u een reünie organiseren, heeft u iets aan te bieden … Plaats een gratis advertentie. U kunt de advertentie per post of digitaal aan de redactie aanbieden. Heeft andere wensen voor een advertentie … neem dan even contact op met de redactie. Nogmaals…. Het is GRATIS
De sluitingsdatum voor het inleveren van kopij voor de volgende Vlag en Vonk is gesteld op:
15 augustus 2011 U wordt verzocht de kopij op tijd in te leveren…!!!
ZDS
Corrected copy, destroy all others DE RUYTER URK PANTER VANNES ROTTERDAM AMSTERDAM BLOYSVANTRESLONG MAKKUM ZUIDERKRUIS ISAACSWEERS POOLSTER
ADVERTENTIE DE KONINKLIJKE MARINE Foto’s en feiten 1950-1975 Deel 2 ISBN: 978-90-8616-083-9
Gebonden Formaat 225 x 225 120 pagina’s Full colour Prijs + 24,95 euro
Het lang verwachte vervolg “Foto’s en feiten”, nu uit de periode 1950-1975. De voortschreidende techniek en tactiek vindt men terug in nieuwe scheepstypen. De nieuwere schepen dienden natuurlijk gewoon hun tijd uit en bleven tot ver na 1975 operationeel. Het is opmerkelijk dat de gemiddelde “levensduur” van een marineschip daalde. Het fregat Tromp bereikte een leeftijd van ruim 24 jaar, terwijl het fregat Abraham van der Hulst slechts 11 jaar in ’s lands dienst verbleef. Een aanvulling en vervolg op het in 2003 gepubliceerde “Foto’s en feiten 1922-1964”.
Hier had uw advertentie kunnen staan!!!!! Indien u een advertentie of oproep wil plaatsen, mail dan naar:
[email protected]
Door Henk Visser
FLO-RECEPTIES voor de Verbindingsdienst worden gehouden in de maanden mei en november. Voor de exacte datum zie
www.bravozulu.nl
Vlag en Vonk digitaal lezen ??? Bezoek de internetsite: www.bravozulu.nl
Wally van Houten
Het heeft even wat moeite gekost om onze volgende gast te pakken te krijgen maar toen dat gelukt was, was hij zeer enthousiast. Hij was namelijk al uitgerouleerd en had zijn mailbox ook al leeg gegooid. Woensdag 20 april moest uit uitkeuren in de ziekenboeg en daarna kwam hij langs op de NL/BE OPSCHOOL. Eerst maar even wat privé zaken. Mijn naam is Wally van Houten, ik ben getrouwd met Muriel (zonder stipjes) en we hebben 2 zonen. Jeffrey is 29 en Wesley is 27, beide hebben de HBO afgerond. (slimmer dan Pa, zeg maar) 8 woon je? Waar Sinds 1980 in Julianadorp. Ik ben geboren in Zandvoort en toen mijn vader bij de Hoogovens aan het werk ging zijn we verhuisd naar Alkmaar.
Waarom heb je vroeger voor de marine gekozen? Voor mij is het een familiebedrijf, mijn Opa, vader en broer hebben allemaal ook bij de marine gewerkt. Mijn vader was Sergeant stoker. Even in vogelvlucht de carrière: 12 augustus 1974 de EMV in Hilversum gedaan, daarna naar de VBS in Amsterdam. Als eerste schip de Tjerk Hiddes (pre MLM), 1 jaar later overgestapt naar de Onderzeedienst, Potvis, in 1976 de VVO gedaan, Mercuur, Zwaardvis, Opschool (EOV instructeur), Van Nes (naar de West), onderzeedienst, Zeeleeuw, Tijgerhaai, in 1996 Opschool, Marine Hoofdkwartier (in de duinen), Opschool, als vakbaas naar het Hoofdkwartier als Stafofficier informatie beveiliging en de laatste 3 jaar als Stafofficier van Dienst. Hmmm, een imponerende loopbaan. FLO, en nu? Ho, ho, 1 juni pas hé! Ik wil wel iets gaan doen, maar weet nog niet precies wat, ik wil wel mijn eigen tijden indelen. Eerst even niets, maar later zie ik het wel. Trouwens, mijn zoon heeft net een huis gekocht en hier valt nog wel het één en ander te klussen. Heb je nog hobby’s? Ik ben radiozendamateur. Er zijn vele facetten bij deze “tak van sport”, maar ik wil eigenlijk met een zo’n laag mogelijk vermogen de grootst mogelijke afstand overbruggen. Ik heb een eigen roepnaam: PA3BTT. Darten of Klaverjassen? Klaverjassen. Toen ik, als chef, op de Opschool zat werd er tussen de middag fanatiek geklaverjast. Ik kan er niet zo veel van, maar het was wel altijd gezellig en een hoop herrie met Jos van Brakel en Frans Vriends
Zijn er nog vakantieplannen? In september gaan we kijken voor een last minute reis. Dat hebben we vorig jaar ook gedaan, i.p.v. een weekendje weg werd het een week weg. We zaten in Engeland en door de aswolk konden we niet eerder naar huis. Hoe ziet een avondje thuis er uit? Als mijn vrouw aan het werk is, dan kook ik. Daarna is het zeer ontspannen TV kijken of even achter de PC. Naar welk tv programma kijk je het liefst? De Wereld Draait Door. Heb je iets met muziek? Ik luister wel naar muziek, maar heb niet een bepaald genre. Wel zou ik graag een instrument willen bespelen, maar daar ga ik nu niet meer aan beginnen. Wat is favoriete eten? Mijn oudste zoon is getrouwd met een Surinaamse en ik houd erg van de Surinaamse en Indonesische keuken. Is er nog tijd om te sporten? Ja hoor, ik ga 3 maal per week fitnessen en verder kijk ik graag naar het voetballen. Wat vind je de beste film? Als onderzeedienst man is dat natuurlijk Das Boot. Tegenwoordig ben ik ook veel aan het downloaden, dus bekijken we een hoop films. Welk boek heb je voor het laatst gelezen? Bravo two zero van Andy McNab Met welk vervoermiddel verplaats je jezelf het liefst? Ik heb een “Sparta-met”, maar ik ga het liefst met de auto. Welke bekende Nederlander of Nederlandse zou je nog wel eens een keer willen ontmoeten? Ilse de Lange, zij is één van de beste, nee, de beste zangeres van Nederland. De voetbal competitie loopt weer ten einde. Heb je iets met voetballen? Ja hoor. Mijn zoon Wesley heeft bij de jeugd van AZ gespeeld. In die tijd had ik een seizoenkaart van AZ. Op een gegeven ogenblik is Wesley gestopt bij AZ en daarna heb ik geen seizoenkaart meer gekocht. We kunnen er niet om heen, Marianne Thieme of Hans Hillen? Marianne Thieme (obvious reasons) Wil je verder nog iets kwijt? Ja, ik hoop dat iedereen zo hoog mogelijk kan eindigen op de carrière ladder. Ik ben blij dat ik nu met FLO ga, dan zit ik niet zo in de rats i.v.m. de komende bezuinigheden.
Namens de redactie van vlag & vonk wil ik je bedanken voor de medewerking en heel veel succes en plezier in de verdere toekomst.
hçà wxÇ ÉâwxÇ wÉÉáv{ In de vlag en vonk van april 1966 vond ik een stukje over de hobby voor de verbindingsman, namelijk “Radio-amateur”. De huidige NLBEOPS heeft nog een stukje historie bewaard, waarvan eveneens een afbeelding zichtbaar is…
DX-log (1966)
Date
GMT
Station
Freq
Name
QTH
09/03 14/03 14/03 15/03 16/03 23/03 28/03 06/04 13/04 18/04 18/04 18/04 19/04 21/04 25/04 25/04
1545 1710 1840 2120 1725 1930 1938 1300 1920 1730 1830 2115 2030 2100 2104 2143
4X4MN 4S7EC 5Z4BM 0D5LX 9V1RS YV3IY ZS1XR TF3AB YV5BNR VU2SV ET3USA 9Y4VU VE4MF PY1MCC TF2WJU HC1CG
14Mc 14Mc 14Mc “ “ “ “ “ ‘’ ‘’ ‘’ ‘’ ‘’ ‘’ ‘’ ‘’
Tan Noel Cliff Ted Maurice Fern Edgar Asgeir Napo Venkat Larry Frank Max Rod Nick Galo
Haifa Colombo Nairobi Beirut Singapore San Felipe, Venezuela Capetown Reykjavik Caracas Madras, India (2e QSO) Asmara, Ethiopie Trinidad Binscarth, Canada Plaeji, Brazil Iceland Quito
Uit het bovenstaande log blijkt wel, dat het “DX-en” (maken van lange afstandsverbindingen) aardig lukt de laatste tijd. Vooral de QSO’s met 4S7 (Ceylon), 9Y4 (Trinidad), ET3 (Ethiopie) en HC1 (Equador), alle 4 nieuwe landen voor het DXCC certificaat, werden met trots gelogd. Ook blijkt uit dit log, dat internationale roepnamen niet alleen meer bestaan uit letters. Combinaties met als eerst teken een cijfer, bijv 4X, 5Z, 9Y zijn inmiddels al bijna uitverkocht. Men is immers al aan 9Y toe. In de toekomst zullen we dus ook wel internationale roepnamen beginnend met 2 cijfers tegenkomen. Certificaten nieuws: Afgelopen maand werden de volgende certificaten ontvangen: 1. Van de Radio Club Argentino: het “C C C- award” Por cuanto “Verbindingsschool Koninklijke Marine Amsterdam (PI1KM) ha
presentado pruebas fehacientes de haber comunicado bilatcralmente con otras estaciones de radio-aficionados situadas en los cinco continentes, por tanto, se le expide este certificadoen reconocimiento a su excelente labor, quedando autorizado a incluir las letras “C C C” en sus tarjetas QSL. Dado en Buenos Airos, a los 6 dias del mes de Febrero de 1966. 2. Van de Ceskoslovensko Ustredni Radioklub Praha : het "S 6 S”-award. Dit eveneens voor het werken met diverse werelddelen. Praha 27/11 ’65. 3. Van de Finse amateurvereniging : het “O H”-award. PI1KM has submitted satisfactory evidence of having conducted two-way communication with Finnish amateur radio stations in accordance with the rules of the “O H”-award. This certificate is given him recognition of his excellent achievement. Het totaal aantal certificaten werd hiermee gebracht op 7 stuks. Met deze indrukwekkende plakkaten aan de wand begint ons station steeds meer op een echte amateur “shack” te lijken. Een klassiek diploma, het DXCC, DX century club award, werd vorige week door de ontvangst van de QSL-kaarten van een EA8 station en een OD5 station (resp. Canarische eilanden en Libanon) ook zeker gesteld. What is on at PI1KM. De belangstelling voor onze schone zaak is momenteel wel bijzonder groot. Drie klassen telegrafisten in wording belegeren iedere avond de “shack”. Door het plaatsen van een 2e HRO is het mogelijk geworden aan 3 liefhebbers gelijktijdig een bezigheid te geven. Daadwerkelijk QSO-en kan echter maar door één persoon gelijk gebeuren. Het volgen van een QSO achter een HRO heeft echter ook zijn bekoring. Vooral bij het betere DX-werk. Heeft men een leuk DX-station aan de lijn, dan wordt meteen naarstig de QTH opgezocht op één der beschikbare wandkaarten om even te zien waar de OM aan de andere kant van de lijn zich bevindt. Blijkt het een nieuw land te zijn, dan wordt na afloop van het QSO heel triomfantelijk in dit land een vlaggetje gepland. WL DR OM’s QRU FR NW SO 73 ES CUAGN SN (Well dear old men, QRU (niets meer) for now so kind regards and call you again soon) Operators PI1KM.
PI1KM werd op een gegeven moment omgedoopt naar PI5KOM waarvan hiernaast staand plakkaat, dat zich in een niet zo beste staat bevindt, achter glas wordt bewaard op de NLBEOPS:
PUZZELPAGINA VLAG EN VONK
SIMPEL SEINLANTAARN
Deze keer eigenlijk geen puzzel, maar een soort vraag. Zoals het een goed verbindelaar betaamt weten wij alles van seinmiddelen af. Van seinvlaggen tot GMDSS en alles wat er tussen zit. Want tenslotte zijn/waren wij allrounders in het vak. Maar het volgende was ik nog nooit tegen gekomen, totdat ik het zag staan in het Stedelijk Museum Alkmaar . Daar wordt momenteel een tentoonstelling gehouden over de familie van Foreest, die vroeger woonde op het landgoed Nijenburg dat ligt tussen Alkmaar en Heiloo. In deze tentoonstelling wordt een SEINLANTAARN getoond. De enige omschrijving die er bij stond was: Gebruikt in de 19e eeuw. Na lang zoeken ben ik erachter waarvoor deze seinlantaarn vroeger gebruikt werd. Weet u het ook? Stuur de oplossing naar:
[email protected] en als u het goede antwoord geeft, dan krijgt u een eervolle vermelding in de volgende Vlag en Vonk. Veel puzzelplezier….
WIMPELVIS (dit is een bijdrage die de meest uiteenlopende onderwerpen kan omvatten)
Piepers jassen… Ja hoor, baksgewijs afgelopen, kon je gelijk weer aan de bak. Op de steiger werd een lading piepers uitgegooid, kon je gelijk aan het jassen. Ze hadden toch gelijk al iedereen bij hun pik, want ze moesten toch aantreden, voor jawel, baksgewijs. En daar stond je dan, met zijn allen een kring vormend, rondom de pieperberg. Want er moest ook gegeten worden, en je denkt toch niet dat de chef-kok even zo’n slordige 100 kilo piepers met zijn twee koksmaten gaat staan jassen? Stond je dan met je KM verstrekte mes, zo bot als een slijpsteen, dunschillen was er niet bij. Man, wat waren we jaloers op die van Speyk-fregatten, die lui zag je nooit! Want die hadden een aardappel-schil-machine aan boord, bofferds. Dus die zag je nooit op de steiger staan, mazzelaars. ’s Zomers was het wel best te doen, maar ’s winters, allemachtig, wat kon het dan koud zijn. Had je eerst een kwartier staan te blauwbekken met je piggebekkie, kon je daarna je klauwen gaan teisteren. Want dat was geen pretje, met die koude klauwen piepers jassen. Het was een sport om je eige te drukken, want vaak ook deden ze het op de achtermiddag, het piepers jassen dus. De dag vóór nasi dag had je een pieperloze dag, want nasi betekent rijst, dus niet jassen. Dat waren nog eens dagen, hoefde je tenminste niet de plank af. Anderzijds rook je op nasidag steevast de hele ochtend zweetsokken, wat een teringlucht, want dan werd de trassi vrijgegeven. Als ik er nog aan terug denk, weet ik niet hoe ik dat overleefd heb. En dan heb ik het nog niet eens over de chef kok en zijn baksmaten, want die stonden er nog middenin ook! Meeuwen bewusteloos gooien, dat was zo’n leuk tijdverdrijvertje in de zomer, want ’s winters deed je zulks niet, dan duurde het nog veel langer voor die ijzeren mand eens vol was. Maar als het een beetje weer was, ging je trachten al die gerritjes met een pieper te raken, en zo was die pieperberg ook sneller verdwenen. Nu zult u denken, daar heb je ‘s winters toch veel meer aan? Verkeerd gegokt, waarom weet ik ook nog steeds niet, maar dan had je weer andere uitvluchten. Wat vooral een sport was, zoals al eerder opgemerkt, was je eige drukken als het piepers jassen omgepraaid werd. En dan gingen die kwartiermeesters weer op pad om al die notoire uitknijpers te zoeken en de steiger op te jagen. een enkele keer kwam je er onder uit, maar je stond grotendeels en met steevast dezelfde lui te jassen. Er was constant een bepaald slag medewerkers die het elke keer weer fikste om er onderuit te komen. De rest was nogal grijpbaar, om maar te zeggen. Persoonlijk gaat ik graag naar Spanje op vakantie. Nee, we dwalen niet af. Het waren de Spanjaarden die de aardappel in europa introduceerden, nadat Columbus de twijfelachtige eer had gehad om Amerika te ontdekken. Ennie weej, die brachten een paar scheepsladingen van die piepers mee en dat is de reden waarom we nog steeds weinig rijst eten. En in de 80-jarige oorlog vierde de pieper hoogtij. De Spaanse soldaten in het veld hadden amper niks te vreten, maar toch wisten ze de magen gevuld te houden. Zij vonden de hutspot uit, met u raad het al, uiten, penen en natuurlijk, piepers. De geschiedenis verhaalt niet hoe of wie ze schilden, maar ze hebben het er toch maar mooi 80 jaar mee uitgehouden, en daarna gingen ze waarschijnlijk terug naar huis en de paella, maar daar is men het niet over eens. Niet dat we daar zoveel op zouden schieten, want we eten nog steeds over het algemeen piepers, aan boord hoeven we ze niet meer te jassen, maar thuis doen we het nog steeds, dus zoveel is er in al die tijd niet veranderd, Toch…?
Marine Kretologie Aschwippen In gewone omstandigheden werd - en op de schepen, die vroeger nog met kolen werden gestookt - de asch op den vuurplaat met een sterken waterstraal even hooger dan de waterlijn buitenboord weggeblazen. Maar met een slingerend schip is dit een riskant bedrijf, dat wel eens als een boemerang zou kunnen werken. Dan moet de asch gewipt worden, d.w.z. door een van de kokers van de vuurplaat naar het opperdek geheschen en door den stortkoker buitenboord gegooid worden. En omdat dit ook 's nachts door het wachtsvolk gedaan werd, was aschwippen een zeer verwenscht baantje. Aschwipen zal, nu de schepen bijna alle met olie gestookt worden, wel bijna helemaal verleden tijd zijn.
Aschplank As-paardenkracht. het effectief vermogen, dat door de machines of motoren voor de voortstuwing van het schip, op de schroefas wordt overgebracht. De feitelijke krachtsontwikkeling der machines of motoren is dus grooter, want door de overkoppeling op de schroefas gaat energie verloren. Men neemt daarom als vermogen voor de voortstuwing van het schip, de As-pk aan. De formule blijft hetzelfde; 1 pk is gelijk aan het vermogen om 75 kg 1 m hoog in 1 sec op te heffen. De 'Tromp' en de 'Heemskerck' hadden een vermogen van 56.000 pk, de 'nieuwste' onderzeeboten 5000 en 'De Ruyter' 60.000 Aspk.
Baadje Kort donkerblauwlaken jasje met lange mouwen, dat naar de snit overeenkomt met een gekleede jas of rok, doch zonder panden. Het heeft met baaitje, haaitje, baaien hemd of wollen buis of iets dergelijks niets te maken, want deze worden (baaien hemd geheeten) ook nu nog door de matrozen gedragen. Het baadje is een sierlijk deel van het uniform; de naam is afkomstig van het Maleische badjoe. De officieren dragen het als avondkleeding. De daagsche korte jas met de roode opstaande kraag van de adelborsten is als baadje het oudste kledingstuk bij onze marine, dat zich, slechts weinig gewijzigd, gehandhaafd heeft. De korporaals en matrozen droegen een baadje in den zomer als jasje en in de winter als vest. Eigenlijk is het zóó, dat zij het baadje altijd als vest behooren te dragen, dus gesloten en onder den pijjekker; maar daar werd nogal eens van afgeweken. De dienstplichtigen mochten geen baadje dragen, maar ook hier was de ijdelheid sterker dan het tenuevoorschrift, en er waren ook miliciens, die zich een buitenmodel baadje hebben gekocht. Een bewijs, dat het een gewild artikel was. In Indië werd het baadje alleen bij zeer bijzondere gelegenheden gedragen, zoals op avondfeesten, bij groote parade of bij begrafenissen. Figuurlijk zegt men als iemand een pak slaag krijgt: "Hij krijgt op z'n baaitje", niet op z'n baadje.
Marine Kretologie Baaienhemd Zoo op het oog was er weinig verschil tusschen het donkerblauw baaienhemd en het dito boezeroen. Het hemd werd in den broek gedragen; het zoezeroen, dat aan jongens aan de opleiding en aan de miliciens werd verstrekt in plaats van het baadje (omstreeks 1908 ook wel tuniek geheeten), werd over de broek tot halverwege de zakken gedragen, zooals bij de Fransche, Engelsche en Italiaansche marine het geval was. Het baaien hemd wordt alleen gedragen in combinatie met de laken broek, daarover baadje of pijjekker. Er is ook een van blauw katoen vervaardigd boezeroen, dat vóór de invoering van de 'overall' - door de vaklieden gedragen werd. Hoewel er nauwkeurige tenuevoorschriften zijn, was de verscheidenheid zóó groot, dat het dikwijls moeilijk is er wijs uit te worden. De mode, d.w.z. de persoonlijke smaak van den schepeling, maakt hem bovendien vindingrijk om, als hij de kans ziet, zich aan de tenuevoorschriften te onttrekken, door diverse kledingstukken naar eigen smaak te combineren. Om dit tegen te gaan werden in Den Helder dikwijls tenue-patrouilles uitgezonden, die in de stad controle uitoefenden op de passagierende schepelingen, een verschijnsel, dat overigens ook in andere en zelfs in buitenlandsche marineplaatsen (en of garnizoenen) kon worden waargenomen.
Baakzetten Een baak, baken of teeken is voor de plaatsbepaling tijdens het opnemen (het in kaart brengen van de diepten der zeeën, baaien e.d. b.v. in Oost-Indië) onontbeerlijk. Daarom worden op het terrein van opneming bakens geplaatst, hetgeen men baakzetten noemt. De bakens zijn gewoonlijk aan boord van den opnemer door de bemanning zelf gemaakt. Men onderscheidt boom-, rif- en drijfhaak. Ze bestaan uit bamboe of latwerk, hebben een driehoekvorm van baakkatoen, waarop een vlag gestoken is. De afmetingen varieeren van 1,5 tot 3 meeter. Ze worden resp. in boomen langs de kust, op riffen of open water geplaatst en dienen tevens als herkenningsteeken.
Marine Kretologie Baantjesgasten Niet elke marineman, die een matrozenuniform draagt is matroos. Vakmatrozen zijn er zelfs naar verhouding tot de overige schepelingen maar heel weinig. De tegenwoordige marine is vooral een technische marine, waarin veel vaklieden noodig zijn. Dat was vroeger anders. Toch waren er in den zeiltijd ook al lieden aan boord, die geen vakmatroos waren, zooals de timmerman, bottelier, kok, hofmeester, schrijver, ziekenverpleger. Dat waren de baantjesgasten en dezen toenaam hebben zij ook in onzen tijd behouden. In den zeiltijd waren de baantjesgasten bij de zeilrol geplaatst op de fokkera; vandaar noemde men de fok ook wel "het oude mannenzeil". Tot voor kortentijd, omstreeks 1938, waren zij, behalve aan hun uitmonstering, ook nog te herkennen aan hun strepen, d.w.z. dat zij geen chevrons droegen, doch z.g. halve chevrons of strepen. De kleermaker en de schoenmaker (ook de barbier is baantjesgast) konden tot omstreeks 1909 den rang van korporaal bereiken en droegen dus ook strepen. Bij het Korps Mariniers was zelfs in 1933 nog een meester-kleermaker met den rang van sergeant. Sedert 1938 zijn de baantjesgasten geen non-combattanten meer. De gedachten aan den totalen oorlog was op de vloot reeds toen doorgedrongen. Baar Van het Maleisch; baroe (= nieuw). Is geen speciale marineterm zooals talie (= touw) maar deze uitdrukking wordt op het Kon, Inst. bij de adelborsten veel gebruikt voor de toekomstige marine-officieren van het jongste jaar, die men 'baren' noemt, zooals men van 'baartijd' spreekt in den zin waarin de studenten van 'groentijd' gewagen. Baas De baas kleermaker, de baas schoenmaker, ook wel kortweg schoen, zijn min of meer officieele bazen. het woord 'baas' voor hun vaktitel wordt echter weinig gebruikt. Daarnaast heeft men ook nog den lap- en naaibaas, oogluikend toegestaan als versteller; een schepeling, die in eigen tijd voor collega's kleding verstelt; den wasbaas, die voor collega's, maar meestal voor officieren en onderofficieren, plunjes wascht, alleen tijdens reizen. Op onze moderne schepen is echter een wasch- en strijkinrichting met officieele prijslijsten. Een baas van hoogere orde is de timmerman, die zonder uitzondering ook wel baas-timmerman genoemd wordt, of ook kajoe, naar het Maleische toekang kajoe, timmerman. Behalve wanneer de militaire rang een woordje gaat meespreken, want dan is het natuurlijk: korporaal, sergeant of majoor!
Van onze toekomstige reporter in de West: Umberto Olà Olà, Uw reporter is weer terug in het koude kikkerland. Met dank aan mijn sponsor Sytze Burgsma is de huizenjacht succesvol verlopen en het aftellen naar 20 juni is nu echt begonnen. Zoals in mijn vorige epistel reeds verteld is het steeds weer een gevoel van thuiskomen als ik mijn voeten op Curaçaose bodem zet. Iedereen is blij mij weer te zien… nouja, dat denk ik, laat mij in die waan…..
Zo’n korte werkvakantie is ideaal om even bij te praten met de huidige chef verbindingsdienst Chrit Souren over het wel en wee in het verbindingscentrum. Daarnaast heb ik bijna alle andere (toekomstige) collega’s kunnen ontmoeten. Eigenlijk leek het een beetje op een reünie want met een aantal heb ik in een voorgaande westterm ook al samengewerkt. Hopi bekenden dus. Wat meteen opvalt als je de marinebasis Parera oprijdt zijn de 2 nieuwe modetrends. Allereerst natuurlijk het blauwe tenue van de vloot. Helaas heeft iemand bedacht dat dit in de West beter is dan het oude vertrouwde khaki. Het is even wennen, en dan lopen we ook nog met de jas in de broek… maar ach ook de Parijse mode staat niet iedereen. En de andere mode komt van onze nieuwe collega’s in de West van de Koninklijke Landmacht die daar een compagnie van ons eigen Korps Mariniers hebben weggejaagd… uhm afgelost. De vertrouwde zwartgevlekte bloemetjesjurken zijn bijna uit het straatbeeld van de MB Parera verdwenen en vervangen door de bruine versie uit deze modelijn. Met de komst van de landmacht is ook de artillerie op Curaçao vervangen door ultramodern afweergeschut.
Tjeemig, wat gaat er in de aanloop van zo’n verhuizing naar Curaçao een hoop papier doorheen. Ik denk dat de aapjes in de jungle van het Amazonegebied hier niet blij mee zijn, zoveel bomen moeten er gekapt worden. Lang leve de automatisering. Verzoekje zus moet je hier naar toe sturen, verzoekje zo moet je weer daar naar toe sturen. Het gaat maar door. En dan te bedenken dat er een speciale organisatie is opgericht om dit te stroomlijnen.
Ondertussen gaan op dushi Kòrsou de feesten en partijen gewoon door natuurlijk. Op 25 maart een gezamenlijk snèkbezoek. Dit in het kader van de verbroedering tussen OPSROOM, VBC en de WD. Je moet natuurlijk wel een reden hebben om een biertje te doen, alhoewel ook zonder reden smaakten de Polar weer lekker. Typisch Curaçao, je gaat naar de Heineken-Snèk en drinkt Polar….
Willem Knol ontfermt zich over een doos Polar. Bij het verschijnen van deze editie geniet Willem reeds van een welverdiend FLO.
Willem Knol heeft dus de respectabele leeftijd bereikt om de KM te verlaten. Zijn laatste functie op Curaçao stond los van de verbindingsdienst. Hij was Staf Officier Planning ofzo. Een altijd lastige functie waarbij je rekening moet houden met hééééél vééééél wisselende en onzekere factoren. Als deze onzekere factoren er niet zouden zijn, dan was het ook geen lastige functie, dus u begrijpt dat Willem daar de juiste man op de juiste plaats was. Willem, het ga je goed in de U.S.A.
Marcel en Chrit genieten van de Polar
Sponsor Sytze met op de achtergrond oud-gediende Theo die Willem vertelt over het goede leven van de FLO
Volgens een wereldberoemd (eigen)wijs heerschap die toevallig leuk tegen een balletje kon trappen: Ieder nadeel heb zijn voordeel!!
Het nadeel van het VBC en OPSROOM is natuurlijk dat het een 24/7 bedrijf is, zoals dat tegenwoordig zo fraai heet, waardoor het nooit mogelijk is om echt met de hele club gezamenlijk iets te doen. Er zijn altijd collegae die moeten werken, of in bed liggen i.v.m. nachtdienst. En het voordeel….. er blijft gewoon meer bier over voor de personen die wel kunnen.
Ter herinnering aan deze heuglijke dag een fotocollage voor in het VBC
Tja lieve beeldbuiskinderen, hoewel…… de beeldbuis is tegenwoordig vervangen door LCD’s, flatscreens en ander modern computergebeuren, nog 1 kwartaal slapen en de volgende reportage komt geheel uit de West. Het begint nu op te schieten. Er van uitgaande dat de piloten van de blauwe vogel op 20 juni de juiste thermiek weten te vinden raad ik u aan deze dag vanaf 08.25 uur in overwegend zuidwestelijke richting te kijken. U kijkt dan in de kont van de vogel die mij definitef naar dushi Kòrsou gaat brengen.
Tot de volgende keer
Umberto
Een nostalgische bijdrage van HENK VISSER
Hr. Ms. Abraham Crijnssen De vlag is gebaseerd op het scheepsembleem, toegekend in 1976, dat weer was afgeleid van het Wapen van de stad Vlissingen. Dit wapen was officieel verleend in 1817, maar bestond al veel langer. Van de afbeelding van de “Fles” bestonden diverse uitvoeringen. De “Vaas van zilver”, gekroond, geketend en gesierd van goud enz. werd ook wel “Jacoba’s kruikje” genoemd. De Vlissingse Fles op een rode of rood-wit-blauwe vlag werd al 400 jaar geleden gebruikt en onder andere omschreven als “Poupe de Fleszingue” en “Flesings Geus”. Een brief ondertekend door de Cdt (Kltz A. Vos) werd naar B&W van Vlissingen gestuurd. Verzocht werd de mogelijkheid te bezien om als gasten van het schip tijdens de varende contactdag in juli 1989 de gemeentevlag te overhandigen die dan zou dienen als onze scheepsvlag. Het college reageerde afwijzend. Als echte Vlissinger schaamde ik mij diep. Mijn Vlissingen, marinehaven, marinebouw aan de Schelde, stad van Oranje (Aprilletje zes 1572 verloor Alva zijn Fles). Geen gevoel voor geschiedenis en tradities aanwezig bij deze rode Raad. . . E.M. = Eigen Middelen! Wéér, net als bij Hr. Ms. Panter, werd de SUBDIV-vlag als basisdoek gebruikt. Patronen werden getekend en geknipt en met vaardige hand en naaimachine werd de Fles vervaardigd en op het dundoek aangebracht. Enige jaren later ging het schip al in de verkoop en kwam – ik meen, Mjr Dirk van der Vring – mij de vlag brengen. “Voor een volgende Crijnssen”, toen leek dat een redelijke opmerking. . . Waarom de Fles in ’t Vlissingse Wapen? Twee legendes met in de hoofdrol apostel Willibrordus, hij leefde in de zevende en achtste eeuw. - Zijn zilveren drinkfles werd hem ter plaatse ontstolen door enkele vissers. - Hij liet twaalf bedelaars uit zijn fles drinken doch de inhoud verminderde niet. . . (Sierksma, Kl. De gemeentewapens van Nederland ’s-Gravenhage 1960)
Een nostalgische bijdrage van HENK VISSER De foto is in november 1990 op bakboords seindek genomen, op de achtergrond Fort Nassau. Gelukkig herken ik de meeste verbindelaren van deze leuke positieve ploeg en kan ook wat namen noemen: meisje Mattens houdt het puntje van de vlag vast en onder de vlag staat Kpl Peter Flecken met z’n armpjes omhoog. Van de gehurkten kan ik noemen: Kpl Peter Groen, meisjes Elly Nonnekes, Annemarie Hermanns en daarachter Mieke Dukers. Kpl Peter de Werker en ene Kpl M. Teuling zitten laag. Staand aan de vlaggenmast Kpl Erwin Kompier, die daarna nog vele jaren in de Caribbean zou zijn. Naast Sgt Jan Vos (†) en mijn “opposite number” commscontroller Sgt Derek Spelhofen. Naast Derek staat onze Nico, de OPPTLG Nico de Vries. Ook de matrozen Willem van Walderveen en Rob Hoogerhuis zie ik en de meisjes D. Medved en Diana Verheezen. De CVBD schijnt vermoeid en zijn houding is meditatief. . .
Een nostalgische bijdrage van HENK VISSER Hr. Ms. Amsterdam Vlaggengevoel van Verbindelaren Hr. Ms. Amsterdam (A 836) Met veel vlagvertoon wist de Amsterdam zich zowel op de omslag van AH als op die van Van Boord te plaatsen. TELECON (8/3/11) met Sgt ODVB Harry Smid leerde mij dat de piratenvlag vervaardigd was op de thuisreis (na Ivoorkust). “Van slechte stof, dus snel stuk gewaaid/afvalpul”, verklaarde Harry. Daarom geen extra plaatje voor V&V. Toch een leuk initiatief. Op de omslagfoto van AH is te zien dat de Amsterdam haar twee bintangs (multinationale vredesops en WEU mission service medal) op Amerikaanse wijze toont. Succes gescoord tegen zeerovers staat op de zwarte borden.
Vers van de pers:
JAARBOEK VAN DE KONINKLIJKE MARINE 2008 Verkrijgbaar via Chef Algemene Dienst MARMUS Adj. G. van Hest Tel: 0223-657283 of 06-10467178 E-mail:
[email protected] Post: Postbus 10.000 1780 CA Den Helder
Een nostalgische bijdrage van HENK VISSER RONDJE WERELD…(3) De fregatten Van Speijk (F 802) en Van Galen (F 803) maakten in 1970 een reis rond de planeet in westelijke richting. Na Curaçao, San Diego en Honolulu was het eerste hoogtepunt een bezoek aan de Wereldtentoonstelling in Osaka geweest. Zowel op de zaterdag als op de zondag voor het vertrek werd de vlag Victor (voor visitors) gehesen. Ook hier in Kobe was het weer een genoegen om de gedisciplineerde bezoekers te ontvangen. Aan de uitgifte van de in het Japans gestelde “Welkom aan boord” boekjes werd het aantal bezoekers op 3800 geschat. Met het bezoek in Osaka meegerekend hadden ongeveer 10.000 Japanners onze fregatten bezocht; visitekaartjes van de kwaliteit van Nederlandse marinebouw!
Op maandag 6 april werd bijzondere eer bewezen door SBN Seki, die (afwijkend van het protocol) een afscheidsbezoek kwam brengen. SAYONARA. Vaarwel magisch land met mystieke oude gebruiken en zienswijzen. De mengeling van tradities met de mega moderne Japanse “lifestyle” had op veel opvarenden indruk gemaakt. Op de kade stonden veel zwaaiende vrienden en vriendinnen, met bloemen, tranen en getoeter werden de schepen afgeduwd. De volgende haven zou Chinhae zijn, een Zuid-Koreaanse haven die niet in het oorspronkelijke vaarprogramma was opgenomen. De Japanse kennisjes reageerden hier heel heftig op. Overal ter wereld bekijken buurlanden elkaar kritisch zoals Nederland - België (NE beetje gierig; BE - beetje dom) hetzelfde tussen Noorwegen en Zweden (NO - beetje dommige visvreters) - de Noren lachen weer om de Lappen (trouwens een scheldnaam voor het “Samen”-volk) en er zijn legio moppen over Ieren, Schotten en Joden (ook veel zelfspot). Mijn vriendin Gyoko en haar collega Miyuki en vriendinnen waren vriendelijke employés van een kantoor van Kawanishi, maar hun felle reageren op onze volgende haven ben ik niet vergeten. Nu hebben de Koreaanse barbaren 1 in de 13e eeuw getracht Japan te veroveren, dat is waar, maar Nederland heeft in de 16e en 17e eeuw ook last van Spanjaarden gehad. . . Gewaarschuwd voor de barbaren verlieten we de haven van Kobe.
Noot: KAMIKAZE Een groot deel van de Chinees/Koreaanse landingsvloot, die in 1280 op de Japanse kust troepen aan land zette, werd vernietigd door een plotseling opstekende Taifun. De dankbare Japanners noemden dit een “Goddelijke Wind”, een KAMIKAZE!
1
Stammen in de grensgebieden tussen China en Mongolië werden Barbaren genoemd. Mongoolse veroveraars, waaronder Kublai Khan, hebben 140 jaar over China geheerst.
Een nostalgische bijdrage van HENK VISSER De afstand tot de Zuid-Koreaanse marinebasis Chinhae bedroeg ongeveer 650 nm en om die haven te bereiken moesten de fregatten door de Zeestraat van Tsushima varen. Een bekende naam in de maritieme historie, want 65 jaar geleden (in 1905) vond hier een grote zeeslag plaats. De Japanse admiraal Togo (1848-1934) vernietigde toen de Russische vloot, bijna 5000 Russen sneuvelden of verdronken en 6000 man, waaronder veel gewonden, werden gevangen genomen. Op de DW van 8 april 1970 werd R/V gemaakt met een “gunboat” van de ROK-Navy. De Kyong Puk “took up station as Guide” en loodste ons naar de positie waar de Van Speijk een saluut van 21 schoten zou afgeven aan de vlag van Taehan-Min’guk (Republiek Korea). Dit saluut werd beantwoord door het fregat Im Chin. Tijdens het afmeren (flag India c/u) stond een matrozenband op het “host ship” een grandioos stukje dixieland te spelen. Evenals de andere schepen was het fregat Chung Nam ex-USNavy. De Koreanen stammen af van volkeren uit Mongolië en Mantsjoerije en zijn zeker forser gebouwd dan Japanners. Beweerd wordt dat ze over veel humor beschikken, maar hun reukorganen zijn wellicht wat minder ontwikkeld, of aangepast, want Chinhae – met één geplaveide straat – stonk behoorlijk. (Stinken als een buns of bunzing was toentertijd een populaire uitdrukking.) Een aantal Koreaanse matrozen bezochten breed glimlachend ons schip, er werden geldstukjes geruild. Toen wij antwoord gaven op hun vragen wat we verdienden werden de ogen van onze gasten (ook de meer schuinstaande) zo groot en rond als schoteltjes en er werden verschillende sisklanken uitgestoten. De hoogte van ons “katje” ondermijnde hopelijk niet al te veel de harde discipline van de Koreaanse marine. Ongewild kreeg het moreel van onze Koreaanse vrienden een kapitalistische knauw! Ietwat depri en iets minder breed glimlachend liepen ze later zacht mompelend over hun valreep. Die Hollanders hadden een vakbond, ze dronken bier in de middagpauze en voeren op een modern schip (23 jaar jonger dan de Chung Nam). Een flinke dosis humor en optimisme zou hun moreel weer herstellen. Ze waren lekker geen communist en zouden bij de steeds groeiende economie later allen in een leuk Hyundaitje rijden. . . De ceremonie die op 9 april plaatsvond was het hoofddoel van ons bezoek. Het was om zes uur overal en een uur later vertrok een bus met een deputatie van 40 man naar Pusan om daar een krans te leggen op Tanggok, het U.N. Memorial Cemetery. De Cdt VSPK en de Vlam hielden een korte toespraak en er werd een rondgang gemaakt langs de graven van 117 gesneuvelde Nederlandse militairen waaronder één marineman, Tlg1 Kees van Vliet. Nadat de licht geradbraakte (berg) busgangers (2 uur heen en 2 uur terug) weer aan boord waren, was het kort daarna “meerrol op post” en om 13.00 uur werd ontmeerd. Nu geen jolige dixieland meer op de Chung Nam, maar militaire marsmuziek werd richting vertrekkende “marinemiljonairs” geblazen.
Henk Visser
NAVPUBS Korte blik op recent verschenen publicaties over de K.M.
IN DE WEST Telt 166 pagina’s inclusief 15 pagina’s met noten en een uitgebreide literatuurlijst. Het heeft de allure van een wetenschappelijk werk, maar is wel op een prettige en toegankelijke manier geschreven, rijkelijk geïllustreerd. Herkenbaar voor de vele VBD-ers die via St. Annabaai bij Fort Nassau stuurboord uit het Schottegat binnenvoeren. Het fraai uitgevoerde boek, bomvol interessante info verdiende zeker wél een harde omslag. Auteurs: Anita van Dissel en Petra Groen ISBN: 978-90-5194-386-3 Prijs: 22,50 euro Uitgeverij: Van Wijnen, Franeker 2010 Verkrijgbaar: in de boekhandel, ook www.uitgeverijvanwijnen.nl
Hr. Ms. TONIJN Van onderzeeboot tot museumschip Vertelt alles over dit unieke drie-cylinder ontwerp. Een uitgebreide beschrijving verlucht met vele foto’s van de compartimenten. In dit boek wordt geschreven over de bouw, prestaties, een levensloop met alle bezochte buitenlandse havens, operaties, anekdotes, het scheepsembleem. Verder lijstjes met commandanten en chefs van de equipage, een CV van de ontwerper Ir. M.F. Gunning en een stukje over “flipperdragers”. Dit alles is het resultaat van een Tonijn-studiejaar door de (bovenwater) auteurs. Dit werkje is ook van belang voor de ex-opvarenden van de andere drie-cylinders (Dolfijn, Zeehond en Potvis). Auteurs: Bob Roetering en Henk Visser ISBN: 978-90-8616-069-3 Prijs: 19,95 euro Uitgeverij: Lanasta, Emmen 2011 Verkrijgbaar: Toko Marinemuseum, Bruna’s in Den Helder in de boekhandel, ook www.lanasta.com
Henk Visser
Naar aanleiding van enige postperikelen stelden de toenmalige VVDkamerleden J.D. Blaauw en Keja op 27 april 1982 een drietal vragen aan de toenmalige Staatssecretaris van Defensie dhr. J. van Houwelingen: 1. Is het de Staatssecretaris bekend, dat er grote ontevredenheid bestaat bij de bemanning van Hr.Ms. Tromp over de zeer verlate ontvangst van privé-post? 2. Kan de Staatssecretaris uitleggen waarom de zgn. dienstpost, tijdschriften en weekbladen wél snel het schip bereiken, de privé-post daarentegen niet? 3. Begrijpt de Staatssecretaris dat door enkele leden van de scheepsbemanning het zo snel mogelijk ontvangen van privé-post als zeer belangrijk wordt gezien en, zo ja, is hij dan bereid de nodige maatregelen te nemen, ten einde een vlotte postontvangst te waarborgen? Op 18 mei 1982 antwoordde de Staatssecretaris als volgt: 1. Ja. Hoewel de Koninklijke marine grote aandacht geeft aan de verzorging van post voor in het buitenland verblijvende schepen, komt het af en toe voor dat post niet op tevoren geregelde en bekend gestelde tijden in een aanloophaven wordt afgeleverd. Dit geeft bij opvarenden begrijpelijkerwijs grote teleurstelling. Een zo’n voorval deed zich voor toen Hr.Ms. Tromp, tezamen met vijf andere Nederlandse schepen, van 5 tot en met 8 maart Fort Lauderdale in de verenigde Staten bezocht. 2. In het geval van het verblijf in Fort Lauderdale was de particuliere post bestemd voor opvarenden van Hr.Ms. Tromp gesloten in de als zodanig gemerkte hoofdzak van een op 2 maart uit Amsterdam verzonden zending van zeven postzakken, bestemd voor het eskader. In de hoofdzak zaten ook alle voor het eskader bestemde aangetekende stukken en begeleidende papieren van de gehele zending. Omdat deze postzak om die reden in de Verenigde Staten een extra-zorgvuldige behandeling kreeg, arriveerde hij te laat in Fort Lauderdale. De zes andere postzakken, waarin naast dienstpost en algemene post ook de particuliere post voor de andere schepen van het eskader, kwamen wel tijdig in Fort Lauderdale aan. De vertraagde postzak is vanuit Fort Lauderdale doorgezonden naar de eerstvolgende haven; de erin gesloten post is op 20 maart in Norfolk aan de geadresseerden uitgereikt. 3. In de door de Koninklijke marine gehanteerde regeling voor postverzorging staat het belang van de varende marineman terecht op een centrale plaats. De uitvoering geschiedt ook met passende zorgvuldigheid. Maar niet op alle aspecten van de postbehandeling in het buitenland kan de Koninklijke marine daadwerkelijk invloed uitoefenen. Daardoor zijn niet alle vertragingen in de aflevering van post te voorkomen. Vanzelfsprekend blijft het streven er op gericht de incidentele uitzondering op de regel, dat de post de geadresseerden op tijd en in goede orde bereikt, te voorkomen.
Ruim 2 jaar later schreef een opvarende van één der Hr.Ms. schepen een brief aan de Koningin en uitte daarin zijn ongenoegen over de postafhandeling…
Santo Domingo, 15/10/1984 Majesteit, Ik wil u hierbij aanschrijven over een probleem bij de gehele Koninklijke marine. Het gaat over de postverzorging van het varende personeel. Er is al jaren ergernis, bij de varende marineman over de onregelmatige postverzorging voor de schepen. Over dit probleem is al velen malen overleg geweest met de top van de marine en onze belangenvereniging de VBZ. Dit zonder zichtbaar resultaat. Ik heb zelfs de indruk dat het steeds slechter gaat. Ook weer tijdens deze reis. Ik ben nu 7 weken weg en heb mij nu al 2 keer opgewonden over de post. 1e: Mijn post, en dus ook van velen anderen, heeft er meer dan 10 dagen over gedaan om van Halifax (Canada) naar thuis te komen. Aan boord was de postsluiting op 9 september. Mijn vrouw klaagt in een brief dd 19 september dat zij van mij nog niets gehoord heeft. Dat is onbegrijpelijk. Enige malen per dag gaan er vliegtuigen vanuit Canada naar Nederland en die doen er, naar ik begrepen heb, er geen dagen over. Ergens is er iets misgegaan. Wat, dat is mij niet bekend. 2e: In santo Domingo kregen wij geen post aan boord, aangezien de “dipclear”, voor de vlucht van Curacao naar Santo Domingo te laat was verkregen. Het was bij iedereen al minstens 2 maanden bekend dat Hr.Ms. schepen daar van 15 oktober tot 18 oktober zouden verblijven. Een “dipclear” voor een vliegtuig aanvragen duurt geen 2 maanden. Deze reis duurt nu nog 5 weken. Wie weet hoeveel keer het nog zal gebeuren, dat de post niet aankomt of mijn post weken onderweg is. Een van de dingen die mijn motivatie hoog houdt is regelmatig contact met het thuisfront. Door de vele bezuinigingen en kortingen op mijn toch al niet riante salaris is telefoneren uit elke haven voor mij niet te bekostigen, dus blijft er nog maar één ding over: nl. de post. Als dat ook al niet te best gaat, heeft dat op het menselijke vlak gevolgen. Mijn verzoek aan Uwe Majesteit is: of er een goede sluitende regeling kan komen dat ik en andere varende marinemensen een goede postverzorging hebben. Hoogachtend, (naam bij redactie bekend).
Lang zat ik weer eens te mijmeren waar ik nu weer naar moest gaan googlen… en plotseling schoot het me te binnen. SAVARIBA. Dat ga ik googlen. Nou nou hoor ik u al zeggen. Wat is dat nu weer… SAVARIBA. Nooit van gehoord. Maar voor de mensen die geplaatst zijn geweest op Aruba, zal het een bekende kreet zijn. Dat zal ik even uitleggen. Van mei 1997 t/m juni 2000 ben ik met mijn gezin voor 3 jaar op Aruba geplaatst geweest. Dat was een heel mooie tijd. En ook daar kroop het bloed niet waar het gaan kan. Ik nam daar ook zitting in de redactie van de SAVARIBA. Dat was/is een blad gemaakt door en voor het personeel van MSK Savaneta. Het woord Savariba is ontstaan door de woorden SAVANETA en ARUBA samen te smelten. Welnu, ik wilde wel eens weten of het blad nog bestond en ben dus gaan googlen. En wat was het resultaat??? De website www.savariba.com De webmaster van deze site is: Marinus Abee. En ik moet zeggen: Mijn complimenten. Een hele mooie website over het wel en wee van de Marinierskazerne Savaneta op Aruba. Het is echt de moeite waard om een kijkje te nemen. Foto’s over gebeurtenissen zoals Carnaval en de aankomst van Hr.Ms. Rotterdam etc. etc. Kortom neem zelf eens een kijkje op deze zeer informatieve website.
Nog enkele voorbeelden van deze site:
Als je geïnteresseerd bent in het wel en wee van onze collega’s op Aruba, dan is dit een heel mooie Website….
Neem dus eens een kijkje op: www.SAVARIBA.COM
En als je dan alle weetjes van Aruba kunt vinden op een website, dan kun je natuurlijk de collega’s van Curaçao niet vergeten. Maar ja, ik ben niet op de hoogte van de naam van een scheepskrant op Curaçao, dus op Google maar eens ingetikt: PARERA. En dan komt als derde oplossing de PS, of te wel de gebeurtenissen op Curaçao. En alle Parera Society’s zijn als PDF file terug te vinden. Kortom, ook hier een mooi ogende website met veel informatie. http://parerasociety.webklik.nl
Boven: De voorkant van de Parera Society Rechts: De redactie…
Een rubriek voor ingezonden anekdotes uit het leven van verbindelaren.
X-Poll en crypto X-poll, wie kent de kreet nog? Wie doet het tegenwoordig nog? In 1986, tijdens één van de mooiste reizen naar de Oost, genaamd Fairwind ’86, kwam mij de eer ten deel om te X-pollen met een collega verbindelaar. Nog niet eens op mijn verzoek, maar op verzoek van deze collega. Hij van één van de S-fregatten naar de Poolster en ik van de Poolster naar dat S-fregat. Op de Poolster had ik al veel vrienden, maar op dat S-fregat bleek ik er nog meer te hebben. Dat leidde tot de nodige gratis versnaperingen aan de tap. De toenmalige tapbaas stond er op dat de X-poller die op de Poolster verbleef mijn taprekening zou betalen bij terugkeer. Aldus geschiedde. Maar…daar gaat deze anekdote eigenlijk niet over. Wat ik achterliet op de Poolster was een zeer gewaardeerde chef verbindingsdienst, tevens cryptobeheerder, die “af en toe” kleine dingetjes vergat. Dat had je in die tijd, chefs moesten veel meer onthouden dan nu. Zo ook op de bewuste nacht dat t.b.v. de aloude KWR-37 het nieuwe boekje cryptokaarten voor de nieuwe maand tevoorschijn gehaald moest worden uit de kluis. Die bewuste nacht verscheen een matroos aan mijn bedje en vroeg of ik de combinatie van de kluis wist. Natuurlijk wist ik de combinatie van de kluis a/b van dat S-fregat niet. Verslagen vertrok de matroos weer, hij had vervolgens slecht nieuws te melden. Maar ja, één keer wakker gemaakt bleef die vraag door mijn hoofd spelen en zo scherp als ik toen was herinnerde ik mij het moment waarop dat nieuwe boekje benodigd was. Ik sprong mijn bedje uit, kleedde mij aan, greep mijn boekie-slim en speerde naar de brug. Daar ging NUCO de combinatie van de kluis UNNUCO via LMS naar de Poolster.
A. Noniem Hebt u ook een leuke anekdote over een VBD stunt of een markante verbindelaar? Mail deze dan naar de redactie
[email protected]
Riverside Marina, Whangarei 25 maart 2011 Het duurde even, maar hier weer een update van mijn belevenissen in Nieuw Zeeland. In Australië heerste er in januari een watersnood in de provincie Queensland. Enkele vrienden van mij hebben daar (in Bundaberg) hun boot op het droge liggen. Maar van verhalen die ik uit die kant verneem, is het niet meer droog daar. Een gebied ter grootte van Duitsland en Frankrijk gezamenlijk staat onder water. Ook in Nieuw Zeeland is er sprake van wateroverlast. Niet op die schaal als in Australië, maar dat ‘la Nina’ voor een roerig begin van 2011 zorgt, is een feit! Een half uurtje nadat deze foto was genomen was het water nog eens 15 centimeter gestegen… Springtij. En dat precies op de dag dat de mast weer terug geplaatst wordt! Als het zo blijft dan vraag ik de kraanmachinist om korting.
Tenslotte moet hij dan minstens 90 centimeter minder hijsen om mijn mast aan boord te krijgen…! Orkaan Wilma besluit enkele dagen later ook om even het noordelijke eiland van Nieuw Zeeland aan te doen, met als resultaat een Marina die overspoeld wordt met drijfvuil uit de rivier. Gelukkig lig ik dan al in een box en niet meer aan de zogenoemde ‘dockingkade’. Maar er blijft genoeg rotzooi over om me de komende dagen bezig te houden. Om de tijd een beetje nuttig door te brengen en omdat er geen echte grote reparaties meer aan de Sogno d’Azul zijn, klus ik wat bij op de werf. De laatste grote dingen die ik moet doen voor vertrek hier (zoals zeilreparatie, installatie van een buiskap en onderhoud aan de motor) staan gepland voor de maanden april en mei.
Het is altijd interessant om bij te houden hoeveel materiaal er gebruikt is bij de reparatie van de kiel, daarom voor de liefhebber de volgende getallen: Glasvezel matten in diverse dikten en structuren: ‐ Binnenkant romp (in de bilge 8 lagen en op de spanten zelfs 21 lagen!): ± 45 m2 ‐ Buitenkant romp (6 lagen): ± 40 m2 Epoxy (resin en hardener): ± 60 liter Epoxy plamuur poeder (diverse soorten): ± 5 kg 2,5 m2 balsahout dikte 25 mm Verder nog 8 liter primer en 15 liter anti fouling. Aotearoa (land van de lange witte wolk) Op zondagmorgen 20 februari vertrekken Glenn en ik met zijn boot Vindsång (een Ala Juela38) voor een rondje om het Noordelijke eiland. Aanvankelijk ben ik een behoorlijk sceptisch om bij hem aan boord te stappen, omdat hij weer een van die vele Amerikanen is, bij wie alles beter, groter, mooier enz enz enz is. Hij is natuurlijk overal al geweest, weet veeeeel beter hoe te zeilen en zijn boot is natuurlijk vele malen beter dan de mijne. Maar de wil om weer zout water te proeven en lekker te zeilen overwint het van mijn tegenzin. Bovendien heb ik nu ook de kans om iets te zien van dit prachtige land. Aan boord hebben we tijdelijk een extra bemanningslid: Rachel is een kennis van Glenn en deze Française doet o.a. onderzoek voor de Tara Expeditions organisatie. Ze is zojuist terug gekomen van een expeditie naar Antarctica waar ze heeft meegeholpen aan een onderzoek naar klimatologische veranderingen in het Zuidpool gebied. Na brandstof te hebben ingenomen in Marsden Cove gaan we de eerste avond ten anker in Tutukaka. Er staat behoorlijk veel deining maar de wijn en het lekkere eten (een beproefd recept dat ik reeds menige malen heb gekookt: vis pasta met champignons in een witte wijn roomsausje met een gemengde salade en home made dressing) zorgt ervoor dat we toch heerlijk relaxed in slaap swingen. De volgende ochtend zetten we koers naar de Poor Knights eilanden. Glenn heeft een lijntje uitgeworpen om zijn nieuwe hengel te testen en heeft wel 5 keer beet, maar weet niet één visje aan boord te brengen, tot steeds grotere hilariteit van de bemanning. Uiteindelijk weet hij een middelgrote skipjack tonijn binnen te halen en die smaakte uitstekend. (beetje sojasaus, beetje peper, beetje olie, paar druppeltjes limoensap en grillen maarrr….!!!)
In de avond laten we het anker te laten vallen in de baai van Whangamumu …niet te verwarren met Whangaruru! En we willen uiteindelijk ook nog even naar Whangaroa… (Alles wat in Maori taal met ‘wh’ begint dient te worden uitgesproken als ‘f’. Persoonlijk heb ik veel moeite met de namen in deze inheemse taal, maar bij gebrek aan alternatieven probeer ik het toch maar.) In Whangamumu was vroeger een walvisstation dat tot ongeveer 45 jaar geleden nog actief gebruikt werd; slechts een gedenkplaat is overgebleven ter herinnering aan die vervlogen gloriedagen van harpoeniers en walvisspek. In de dagen daarna zeilen we door de Bay of Islands naar Paihia, hier gaat Rachel van boord. Paihia is onder andere bekend vanwege een (naar het schijnt) zeer goede remedie tegen zeeziekte: de Paihia bomb. Het bevat onder ander scopolamine, cafeïne en een anti histamine en is slechts hier verkrijgbaar. Een ander bekend product van deze stad is de gembercake. Lekker, maar ik vind het niet zo speciaal om daar zo’n ophef over te maken. Vlakbij Paihia werd in 1840 het vredesverdrag tussen de Maori’s en de Engelsen getekend in de baai van Waitangi. ‘Waitangi dag’ is voor vele Nieuw Zeelanders (en voor de Maori’s in het bijzonder) ongeveer hetzelfde als 4 juli voor de Amerikanen. In dit schitterend gebied met prachtige baaitjes liggen ook enkele mega jachten met hun gasten. Terug in Opua maken we weer contact met de Rainbow. Alan en zijn bemanningslid Joy hebben, sinds we ze de laatste keer gezien hadden in Whangarei, nu weer problemen met de dynamo van hun motor. Eigenlijk hebben ze erg veel technische en nautische problemen en we helpen ze waar mogelijk. De schipper van de Rainbow is een 74jarige oud Engelse Kiwi die de helft van het jaar in Australië woont (over dubbele nationaliteiten gesproken…). Hij is een voormalig RAF piloot, politieagent uit Liverpool en uitgever van tijdschriften die aan de lopende band verhalen verteld hoe geweldig de Britten wel niet zijn, en waarom de ‘Pommies’ (Fransen) en ’Gerries’ (Duitsers) altijd alles verkeerd doen. Overigens verwijt hij de Hollanders ook, omdat we in de zeventiende eeuw (ik geloof in 1690 of zo) een Nederlandse Koning hadden op de Engelse troon en dat daardoor de Ieren ook iets met een oranje kleur te vieren hebben… (snapt u het nog???) Ehhh. … Joy is een genaturaliseerde Australische maar ze heeft ook Duits en Nederlands bloed in haar aderen. Ze weet zich gedurende een hele lange periode toch goed te houden, maar besluit om een
paar daagjes met ons mee te zeilen. Verandering van spijs doet eten, niet waar? De paar daagjes aan boord van de Vindsång zijn een verademing voor haar. Door alle technische problemen blijven we meer dan een paar daagjes bij elkaar in de buurt en dat is aan de ene kant goed voor de bourbon consumptie (maar zelfs gemixt met cola is deze goedkope versie van gebruikte vliegtuigbenzine een niet te drinken goedje!!!) en aan de andere kant ietsje minder voor de voorraad Speights… in ieder geval heb ik nu de kans om de schitterende omgeving van de Bay of Islands te bekijken. We gaan o.a. ten anker bij Roberton eiland waar Captain Cook voor de eerste keer in Nieuw Zeelandse wateren het anker van HMS Endeavour liet vallen. Nou ja, overal in de Pacific kom je die naam wel tegen: … “en hier is de plaats waar Captain Cook voor de eerste keer staande urineerde”, …… “en daar is de plaats waar Captain Cook voor het eerst zonder hoed de wal op ging”, … “en dit gedenkteken is voor captain Cook toen hij voor het eerst hinkstap-sprong met hindernissen deed”, …en meer van die historisch zeer belangrijke plaatsen. Het plaatsje Russel heeft behalve een indrukwekkende historie ook een hele gezellige jachtclub (in het verleden werd het ‘the Hell hole of the Pacific’ genoemd, waarmee wordt verwezen naar de losbandige zeelui die hier hun gelag kwamen doen. De lokale vrouwen waren daar, naar het schijnt, erg behulpzaam bij!!! De ankerplaats is bovendien een stukje rustiger met betrekking tot de deining en wind dan aan de overkant in Paihia. We gaan naar een inzamelingsactie voor de slachtoffers van de aardbeving in Christchurch. Een lokaal restaurant heeft drank en eten beschikbaar gesteld en je mag zelf bepalen hoeveel je doneert. Met andere woorden: bier drinken voor een goed doel…. Yeah baby!!! Er is uiteraard ook een semiofficieel agendapunt in de vorm van een veiling en de hele avond levert toch een paar duizend dollars op voor dit ernstig getroffen deel van Nieuw Zeeland. Via de Cavelli eilanden gaan we naar Whangaroa. Met de sloep naar de wal om de benen wat te strekken. In de Kingfish lodge weet ik moeiteloos de tap met mijn favoriete NZ bier te vinden. De barkeeper vindt het overigens een hele prestatie om juist dit ressort te vinden na een lange tocht vanaf Curaçao. Het ligt namelijk op een schiereilandje en is slechts vanuit het water te bereiken. Volgens een opschrift op de
ingang is het dragen van een das hier niet toegestaan, met uitzondering van bruiloften en begrafenissen. Het is te uitnodigend om hier niet even de draak mee te steken… Op vrijdag zijn we weer terug in Paihia. Een kennis van ons is in de buurt en we worden uitgenodigd om een vrijgezellenavond met hem en zijn vriend (de bruidegom) te vieren. Er zijn slechtere methodes om je tijd door te brengen …. Helaas heeft Moeder Natuur het juist die avond op haar heupen gekregen. Door een zware aardbeving bij Japan wordt er een tsunami alarm uitgegeven voor Nieuw Zeeland. Midden in de nacht gaan we daarom anker op en gaan naar een veiliger plaats waar we de golven afwachten. Gelukkig blijkt het voor ons een storm in een glaasje water te zijn. De hoogst gemeten vloedgolf hier in Nieuw Zeeland blijkt ruim onder 1 meter te blijven. Voor Japan liep het helaas iets anders. Cape Brett wordt ook wel de “Mammoth rock” genoemd. Een paar daagjes later verlaten we dit schitterende watersport gebied. Voor de laatste avond laten we het anker vallen in Whale Bay, maar omdat ik ook hier wat haaien rond zie dartelen (dit keer hamerhaaien) blijf ik wederom lekker droog aan boord.
Wederom via de Poor Knights eilanden, waar het fantastisch snorkelen en vooral duiken is, vervolgen we onze tocht aan de oostzijde van Nieuw Zeeland en laten we het anker vallen in een beschut gedeelte van de baai van Whangarei. Reden hiervoor is een stormwaarschuwing. De volgende dag regent het pijpenstelen en staat er, zoals voorspeld, een behoorlijke wind buitengaats: 25-30 knopen met uitschieters naar 50! Het oppertje wat we gezocht hebben in Urquart Bay bevalt ons goed en we besluiten hier te blijven. Later zullen we besluiten wat we verder gaan doen. Het weer is de volgende ochtend ietsje beter en we maken de korte oversteek naar Marsden Cove om in de beschutte jachthaven wat uit de wind en deining te liggen. Hier kunnen we tevens wat aan de proviandering doen. En een warme douche is altijd welkom! Op 25 maart ben ik weer terug in de vertrouwde marina van Riverside Drive, blij weer aan boord van mijn eigen schip te zijn. Bijna 5 weken aan boord van de Vindsång was op het randje van mijn uithoudingsvermogen! We zijn dus niet rond het Noordelijke eiland van Nieuw Zeeland gevaren, maar hebben slechts de noordoostelijke kant bezocht. Maar het was de moeite waard. Vooral de Bay of Islands is een gebied waar je veel langer zou willen rondvaren om telkens weer nieuwe prachtige ankerplaatsen bezoeken. Misschien een ander keertje…
Whangarei, 25 april 2011 Zo langzamerhand begint het behoorlijk koud te worden hier op het zuidelijk halfrond. De winter staat voor de deur. Ik loop nog steeds rond in een korte broek, maar heb ondertussen wel 3 T-shirts aan! Groot onderhoud, dat wil zeggen dat de lijst met de vele kleine reparaties bijna is afgesloten. Alle noodzakelijke items zijn ‘afgevinkt’. Het dek is voorzien van een nieuwe laag anti slip verf, de schoten en reeflijnen zijn vernieuwd, de ankerketting is voorzien van nieuwe merktekens, de zeilen zijn gerepareerd en een nieuwe buiskap moet een beetje meer comfort en bescherming in de cockpit brengen. De dinghy is ook gemaakt en die zal ik vlak voor vertrek weer aan boord nemen. Ik heb zelfs een nieuwe hengel! De laatste dagen ben ik druk bezig met de voorbereidingen voor het volgende deel van de tocht. Met name het aanvragen van een visum voor Australië, natuurlijk het verzamelen en verwerken van informatie, lezen van cruising guides en navigatie bulletins over de Tasman zee en de Koraalzee en uiteraard het maken van lijstjes. Als eerste wil ik naar Nieuw Caledonië zeilen en van daaruit naar Australië om dan langs de Australische kust omhoog te varen naar Darwin. Door deze route te kiezen vermijd ik de moeilijke passage door de Torres Straat. Ik ben niet de enige die binnenkort Nieuw Zeeland zal verlaten. Het orkaanseizoen is bijna ten einde en alle vertrekkers krijgen een afscheidsreceptie aangeboden door de officiële en commerciële gemeenschap van Whangarei. Het begint met een Maori krijger die op indrukwekkende manier een symbolisch afscheidsgeschenk aan een van de vertrekkende bemanningsleden aanbied. Vervolgens is er een lezing over de meteorologische aangelegenheden door Bob McDavitt, dé Nieuw Zeelandse weergoeroe, gevolgd door een fantastisch buffet diner. Ter afsluiting verzorgt een van de bekendste Maoridansgroepen een fantastische show. Uiteraard ook een uitvoering van de ‘Haka’, de fameuze en wereldwijd bekende dans die vooral door het Nieuw Zeelandse rugbyteam een enorme bekendheid heeft gekregen. Erg indrukwekkend allemaal! De zoektocht naar een nieuw bemanningslid gaat onverminderd voort. Inmiddels zijn er al enkele contacten gelegd en hoop ik maar het beste ervan. Binnenkort meer… Uit het logboek van Onno Verver op www.scubaservice.com/framework/cms/news.aspx WORDT VERVOLGD. . .
Op zondag 24 april was het eindelijk zover dat de Morgenster ging varen met het ROC uit Zeeland. Ik had het genoegen om weer mee te mogen en ben dan ook tijdig aan boord gestapt. Zeker weten dat alle spullen mee waren gekomen (dacht ik), dus de auto leeg, de hut vol. Na een kleine wisseling lagen mijn spulletjes op hun plek en werd het langzaam tijd om samen met Moray de Zeeuwse V&V jeugd van het station af te halen en naar boord te begeleiden. Nadat we marcherend onder aanmoediging van de klasse oudste (aangevuld met mijn vocale klanken) het schip bereikt hadden, werd even kort verteld wat de bedoeling was en gaf kapitein Harry (mooi in tenue) kort en bondig zijn verwachtingen aan de kids door. Vrij snel na aankomst en omkleden was het tijd om de trossen los te gooien, de sluis in te duiken en op de Waddenzee kortstondig voor anker te gaan. Hier werd even uitgelegd hoe de gang van zaken is aan boord, mochten de trainees (aan boord heten de V&V studenten trainees) ervaren wat het is om in het wand te klimmen en op het paard te staan (touwtje onder de RA’s ) en de zeilen los te knopen. Ook de boegspriet beklimmen was weer een ervaring op zich, maar de kluivers werden mooi vrij gemaakt en konden worden gezet. Vervolgens werden de zeilen gehesen, de ra’s gebrast (in de juiste positie gedraaid) en kon de wind zijn werk gaan doen! Normaal waait het altijd in Den Helder en omgeving, echter de laatste paar dagen en ook de dag van vertrek dus was de wind nauwelijks present. Dus enige mechanische ondersteuning was gewenst. Doordat er geen roeispanen aan boord zijn en het water te koud bleek om de trainees zwemmend het schip voort te bewegen moest de motor het werk maar doen. Nadat de zeilen gezet en de wachten ingedeeld waren kon ieder in het ritme komen. Voor mijzelf was dat even rust nemen, want om 00.00u mocht ik met de witte wacht op post komen. Toen dat gebeurde konden we rustig met de trainees onder begeleiding van trainer Mick aan de slag gaan met het schip te verkennen, benamingen doornemen, touwtjes leren herkennen, uitkijk en roerganger functies leren enzovoorts. Gelukkig waren er ook tosti’s en koffie om de nacht aangenaam door te komen. Na een welverdiende nachtrust werd het tijd om op te staan en de juiste kleding aan te trekken. De zon scheen, de wind was nauwelijks aanwezig, mooie omstandigheden om maar eens les te krijgen in wat brassen, hijsen en strijken van de diverse zeilen en zo inhoudt. Uiteraard werd het happy hour ook gebezigd. Nee dat is hier geen drink festijn, maar een term om onder genot van muziek even met zijn allen het schip schoon te maken. Een opvallende vraag was: “Hoe haal je een vuilniszak uit een prullenbak?”. Mag gezegd worden dat dankzij de lichte deining de eerste mensen al bezig waren met de vissen te voeren met vloeibaar voedsel. We waren vergezeld van een huismus. Deze werd uiteindelijk gevangen (was niet moeilijk, het diertje was half dood). Kort na het vangen gaf het arme dier de geest (reanimatie bleek niet te helpen) en
met een “Het waren twee fantastische dagen.” gevolgd door een “1, 2, 3, in godsnaam” kreeg de mus een ceremoniële zeemansbegrafenis. Tussendoor was Jack Sparrow ook nog waargenomen aan boord, iemand had die piraat weer eens tot leven gewekt. Met een luid ARRR ARRR liet hij blijken nog springlevend te zijn. Later op de dag kwam spontaan de mist opzetten, vergezeld van een aardig briesje die ons lekker vooruit blies. Daarbij kwam het schip wat scheef te liggen en kregen de vissen ineens wel heel veel voorgekauwd voer te verwerken. Greenpeace zou trots zijn op deze spontane bijvoederactie. De nacht werd ook stevig doorgevaren, waardoor we in het ochtendgloren de Engelse kust konden ontwaren. Jammer dat er een dorpje bestond dat wel schepen wilde ontvangen, maar tegen betaling en voorzien van een loods. Bij navraag bleek er echter geen loods aanwezig te zijn deze dag, dus doorvaren naar het fameuze Hartepool. Nu in ieder geval fameus, omdat een trainee nu vindt dat hij hier slank afsteekt bij de rest wat daar rond loopt. Volgens kenners zijn de mensen daar bleek, omdat hier veel inteelt heerst. Maar goed, de wereldberoemde voedselketens werden weer economisch ondersteund door de trainees, terwijl de vaste bemanning met genoegen aan de coq au vin zat. Hierna werden de aanwezige gitaren driftig benut en hadden we een gezellige muzikale avond. Na 23.00u was iedereen weer terug aan boord en werd er REEWACHT gelopen. Een grote shock voor sommigen dat ze niet konden doorsnurken en op tijd hun bed uit moesten om de veiligheid van het schip te bewaken. Rond half acht zat iedereen aan het ontbijt (sommigen even aangemoedigd door mijn lieflijke stem) en konden de lichamen weer wennen aan het overeind staan. Daarna, zo rond een uur of acht, werd het tijd om het schip gereed te maken voor vertrek. Alle hens hielp mee om op redelijk spectaculaire wijze (MET BIJNA ALLE ZEILEN BIJ) de haven te verlaten. Dit was dan ook een groot succes en iedereen weet nu weer wat zeilen is. Hard werken totdat alles gereed is en dan genieten van een bakkie leut. Op naar Den Helder……. De thuisreis werd na het ontbijt begonnen met alle hens aan dek en het schip vaargereed te maken. Dus wat klimwerk om de zeilen los te maken, wat poetswerk om het kombuis weer proper te krijgen, enzovoorts. Vervolgens werd iedereen op zijn/haar plek gezet om de trossen los te gooien, de zeilen te hijsen (we wilden onder volle zeil wegvaren) en uiteraard het roer en de uitkijk posities te bemannen. De eerste mijl leek het erop alsof er weinig wind zou komen, maar daarna waren de weergoden ons gunstig gestemd en konden we zonder mechanische voortstuwing onze reis naar huis vervolgen. Langzaam liep de snelheid op, werden wat zeilen getrimd en ging het schip weer op 1 oor hangen. Dat laatste is goed voor de snelheid, hier is het schip ook op gebouwd, maar het vereist wel enige aanpassing in het menselijk brein. Probeer als man maar eens staande te plassen terwijl het schip tussen de 15 en 30 graden slagzij maakt…. Ook zittend het sanitair gebruiken is dan niet eenvoudig.
De trainees waren nog vol van hun aankopen (big mac’s, kleding, enzovoorts) in Hartepool en moesten zich even focussen op deel twee van de reis. Gelukkig was vrijwel iedereen nu ingeslingerd en was er geen sprake meer van echte zeeziekte. Jammer voor de vissen, die werden nu niet meer bijgevoerd. Doordat de wind nog wat aantrok kwam de snelheid tot ruim 10 knopen en vlogen we letterlijk door het water (de hele tijd wel op dat ene oor aan stuurboord liggend). Uiteraard was om de veiligheid te bevorderen een lijn gespannen en kon er ’s nachts niet vrijelijk over het dek gewandeld worden. Tussendoor kregen de trainees nog een oefening met zwemvest aantrekken in het donker, wat ook een verrassend resultaat opleverde. Goed voor de stemming, die toch al de hele reis zeer positief was. Donderdagochtend bleken we zo dicht bij Den Helder en omgeving te zijn, dat ons doel Texel ging worden en wel het plaatsje Oude Schild. Ook hier moesten wat voorbereidingen voor getroffen worden, zoals het opbinden van de zeilen, het wederom schoonmaken van het schip, trossen klaar leggen voor het aanmeren enzovoorts. Direct na het aanmeren bleek Marian het eten weer klaar te hebben en was het alle hens aan tafel. Hierna mochten de trainees even de wal op. Tot hun grote verdriet bleken alle voedsel leverende uitbaters hun tent net af te sluiten, op 1 pizza bezorger na, die meteen een nieuw huis kon kopen. Want als al die jongeren eenmaal aan de pizza gaan……….. Enfin, rond het middernachtelijk uur was het stil amusement en ging zo ongeveer iedereen te kooi om goed uit te rusten. Het schuin hangen en continue bewegen vergt nogal wat van de spieren van een mens, dus de slaap was een welkome aanvulling op de dag, zeker nu we eindelijk weer eens recht liggen. Het effect van zo’n reis is dat je dan op de wal scheef gaat lopen omdat het lichaam zich nog moet aanpassen aan de vernieuwde situatie. In vaktermen heet dit ook wel zeebenen. En ik garandeer dat iedere trainee nu echte zeebenen heeft. Ze hebben ook allemaal bijzonder hard gewerkt en heel enthousiast deze reis volbracht. Nu is het wachten op ontbijt, even het schip schoonmaken, spullen inpakken en dan trossen los en naar de overkant (den Helder dus), zodat een ieder weer kan gaan genieten van de Koninginnendag festiviteiten. Cees van Delft, Detachementscommandant.
DEEL 7 NLBEOPS op de goede weg ? ? ? De molshopen zijn weg, de kabels en buizen zitten onder de grond, de verlegde weg is geasfalteerd en open voor verkeer. Maandag 17 jan was de laatste hand gelegd aan de tekeningen voor de nieuwbouw met name t.b.v. IV-zaken. Het gunningproces was begonnen. Medio februari zou bekend zijn welke aannemer de school zou gaan bouwen. We waren zeer zeker op de goede weg. En toen kwamen de bezuinigingsplannen . . . Ook onze nieuwbouw werd even in de “hold” gezet! Per 1 juni zal nu het vastgoedplan in kaart zijn gebracht. Daarin zal waarschijnlijk ook meer duidelijk worden over de verdere afbouw van nieuwe NLBEOPS. Hoewel de weg hieronder klaar is, zal de weg naar nieuwbouw voorlopig dus nog niet ingeslagen worden.
Wordt vervolgd . . .
1 jaar bij de staf SNMG2 In Januari 2010 werden we, Sjaak Koman en Aldo Westmaas, aangeboden voor de functies SCRS en SCCY bij COMSNMG2. Het was op dat moment nog niet bekend wie de functie van COMSNMG2 ging bekleden. Begin Februari werd duidelijk dat commandeur Hijmans het zou worden. Nadat we een gesprek met de commandeur hadden gehad, konden we beginnen met onze voorbereiding. We hadden bij de commandeur aangedrongen om ook een netwerk specialist bij de staf te halen, omdat wij te weinig kennis hadden hierin. De SCNS stond namelijk niet op de bemanningslijst van P&O. Toen was de vraag, waar ga je beginnen met de voorbereiding en wat hebben we nodig voor een jaar bij de staf? Eerst maar contact opgenomen met de huidige SCRS en SCCY, die aan boord van HMS Chatham zaten. Toen contact gezocht met COMNLMARFOR N6 om te kijken of we daar iets wijzer konden worden. Gelukkig kregen we daar een paar goede tips zodat we aan de slag konden. Laptops, UTP-kabel, telefoonkabel, switches, mediaconverters, glaskaarten, transformators, verlengsnoeren en nog veel meer spullen aangevraagd, in de hoop dat we van alles genoeg hadden. Inmiddels hadden we van onze Engelse collega’s wat tekeningen van de bestaande netwerksituatie gekregen en bleek dat we alles aardig ingeschat hadden. Marc Ardon zou onze SCO worden en ook met hem hebben we een goed gesprek gehad. Rond begin mei hoorden we dat Marcel Makkes ons als networkspecialist zou komen versterken. Hij zat echter nog op de Van Speijk in de West en zou pas kort voor vertrek bij ons aansluiten. Al met al een rommelige voorbereiding, ook omdat we zelf het wiel opnieuw moesten uitvinden, maar met hulp van N6 Marsitcen en Comnlmarfor konden we op 15 juni 2010 met een gerust hart met Hr. Ms. De Zeven Provinciën als stafharry’s vertrekken. Dirk de Beurs, huidige SCO, voer met ons mee en van hem hebben we heel veel tips gekregen. Op 29 juni 2010 liepen we de haven van Safaga (Egypte) binnen waar we kennis konden maken met onze Engelse collega’s. Zij hadden er een jaar opzitten en waren erg blij ons te zien. Logisch zij konden eindelijk naar huis. Nadat alle zooi van de staf was geteld en overgenomen van de Engelsen, kon de server geïnstalleerd worden aan boord van De Zeven en kon Marcel beginnen met het installeren van alle laptops en netwerken voor de staf. Nog een receptie en een commando overdracht en we hadden hem. We waren STAF COMSNMG2. We konden gelijk aan de bak, want behalve dat de commandeur COMSNMG2 was, werd hij ook CTF508, baas van Operatie Ocean Shield bij Somalië. Voor ons betekende het dat we naast ons CIS werk ook weer als Assistant Battle Watch Captain (ABWC) ingezet werden. Door het beperkt aantal mensen in de staf werden zelfs de stafschrijver en de staf chef hofmeester ABWC. Vele handen maakten licht werk.
Af en toe voelde je wel meer ODOPS dan verbindelaar. De eerste periode Ocean Shield duurde 6 weken met daarin in slechts 1 havenbezoek, aan Dubai. 5 Augustus liepen we de haven van Djibouti binnen en werden we terug gevlogen om te kunnen genieten van onze eerste en enige officiële verlofperiode. Onze tweede verlofperiode stond gepland in april 2011, echter vond NATO het nodig de Ocean Shield periods van SNMG1 en SNMG2 te veranderen, zodat wij van december 2010 tot juni 2011 CTF508 zouden zijn. En daar ging onze tweede verlofperiode. 9 September 2010 vlogen we weer terug naar De Zeven Provinciën in Rota (Spanje) om aan het tweede deel van onze Safari te beginnen. In Rota lagen ook HS Themistokles, ITS Aviere, TCG Barbaros en FGS Bremen. Met die schepen zouden we de komende maanden als SNMG2 varen. Deze periode konden we eindelijk ons normale werk doen. Sjaak als staf chef radio en Aldo als staf chef seiner. Optask Comms schrijven, manoeuvreeroefeningen draaien, comms meetings organiseren, WPP samenstellen etc. Eigenlijk de leukste periode van het jaar, COMMS-wise. Na een periode van opwerken en havenbezoeken aan Casablanca, Plymouth en Glasgow, deden we mee aan Joint Warrior 102. In eerste instantie niet als baas, maar op het laatste moment moesten we het geheel over nemen van de Ark Royal, hetgeen Sjaak de nodige zweetdruppels heeft gekost om op het laatste moment nog een formatted Optask Comms te fabriceren. Gedurende deze periode werd onze SCO Marc Ardon tijdelijk vervangen door Yvo de Haas. Marc was in Nederland achter gebleven om een blijde gebeurtenis mee te maken, namelijk de geboorte van zijn dochter Suzanne. Na Joint Warrior, waarin SNMG2 ook nog NRF16 gekwalificeerd werd, werd het weer tijd om richting de Middellandse zee te varen. Na een havenbezoek aan Lissabon, met een kort bezoek aan Sesamstraat, konden we beginnen aan Operatie Active Endeavor, waarbij de scheepvaart werd gehailed en eventueel gecontroleerd op verdachte activiteiten. Tussen de havenbezoeken van Aksaz en Antalya draaiden we de hoogstaande Turkse oefening Mavi Balina. Na lang aandringen van ons werd op het laatste moment een Task Org bericht en een ROUTESTATREP verstuurd, zodat we uiteindelijk toch nog wat berichten ontvingen voordat de oefening begon. Na Mavi Balina zat het er voor de buitenlandse schepen op en konden na een Sailpast naar hun thuishaven varen. Voor De Zeven Provinciën zat het er ook bijna op, De Ruyter was na wat vertraging uit Den Helder vertrokken om de taak als
stafschip over te nemen. Voor ons tijd om de verhuizing voor te bereiden, hetgeen een hele operatie zou worden. In Malaga lagen De Zeven en De Ruyter naast elkaar en konden we alle apparatuur en onze privéspullen overbrengen naar De Ruyter. Er stond gelukkig niet veel druk op om de netwerken meteen operationeel te hebben, zodat we ook nog van ons weekend konden genieten. Met De Ruyter gingen we gelijk richting het Suez kanaal, want we moesten als staf weer het commando van operatie Ocean Shield op ons nemen. Na een soepele overname van SNMG1 waren we weer CTF508 tot juni 2011. Ook gingen we weer de ODOPS uithangen als ABWC. VBD-technisch gezien stelt Ocean Shield niet heel veel voor. Naast onze eigen server, heeft de staf NSWAN, CENTRIX en internet tot zijn beschikking. De antipiraterij oorlog wordt gevoerd via 3 chatrooms, JCHAT (NSWAN), CENTRIX en Mercury (Internet). Het laten blijven draaien van deze 3 chatrooms is af en toe van levensbelang. De SAT is daarom het belangrijkste SEWACO onderdeel. Met behulp van de scheepsverbindelaren en de mensen aan de wal werden grote problemen meestal snel opgelost. Gedurende de hele missie hebben we getracht om een VTC verbinding op te zetten met HQ Northwood, dit moest via Brunssum omdat Northwood een dedicated line met Brunssum heeft. Alle 3 de stafschepen hebben hier problemen mee gehad, diverse testen zijn uitgevoerd met bijvoorbeeld Naples en MOD NL DOC, daar ondervonden we geen problemen, maar met Brunssum was het steeds een drama en later bleek dat daar ook het probleem lag, ondanks de inzet van de Nederlandse monteur in Brunssum. Het moet even gezegd worden dat de inzet van de diverse netwerkbeheerders aan boord van de schepen uitstekend was ondanks de vele testen op ons verzoek. Ondertussen was op De Ruyter ook de klaverjascompetitie van het Gouden Bal begonnen. En zoals het goede COMMSCONS betaamt, streden Sjaak en Aldo al snel voor de prijzen. Uiteindelijk werden we winnaar van deze competitie, ook de 2de prijs was voor de staf. Na oud en nieuw gevierd te hebben in Muscat, kregen we als Staf de melding dat MV NEW YORK STAR gekaapt was, maar dat de bemanning veilig in een saferoom zaten. De Ruyter was het dichtst bij, op zo’n 1000 mijl, en werd getasked om naar de NYS te gaan. Daar aangekomen werd het schip geboard door het UIM team, de piraten bleken gevlogen, maar lieten wel een grote puinhoop achter. De commandeur ging aan boord kijken en Aldo ging als staffotograaf mee om de schade te fotograferen. Dat was best indrukwekkend.
Daarna gingen we richting Mombasa, maar voordat we daar aankwamen werd De Ruyter bezocht door Neptunus Rex. Na ruim 30 jaar bij de marine, werden Sjaak en Aldo eindelijk gedoopt en kregen de namen reps, Grootoog Straatveger en Reuzenbekhaai. Mombasa stond echt in het teken van COMMSCONS op SAFARI. Havenbezoeken aan Salalah, Seychellen, Djibouti en Muscat stonden op het programma. In Djibouti zouden we overstappen op de Tromp, maar die kwam niet. Toen maar met De Ruyter naar Muscat, waar de koningin op staatsbezoek zou komen, maar die kwam ook niet. Uiteindelijk toch maar weer terug naar Djibouti, waar we alsnog op de Tromp zouden overstappen. De overstap naar de Tromp had nogal wat voeten in aarde, omdat de operatie gewoon doorging en we niet zo lang zonder de chatrooms konden. In de COCE van De Ruyter hadden we een nood-Battle Watch ingericht. Marcel en Aldo hebben toen in 2 dagen de stafruimte op de Tromp ingericht, waarna beide schepen konden vertrekken. De Ruyter naar Den Helder en de Tromp verder met Ocean Shield. Met de Tromp gingen we gelijk naar het zuiden om dicht bij de Somalische kust operaties uit te voeren. Bij die operaties zijn tijdens een vuurgevecht met piraten 2 piraten gedood en 6 gewond geraakt. Ook werden daarbij 16 Iraanse gijzelaars bevrijd. Aan onze kant waren geen gewonden, hetgeen een wonder was. Gelukkig kwam ons bezoek aan de Seychellen hierdoor niet in gevaar. Ook op de Tromp bleven we proberen om een VTC sessie op te zetten met Northwood, Brunssum had inmiddels een Adtran modem tot hun beschikking en in eerste instantie zag dit er veelbelovend uit. Tijdens de test hadden we een stabiele video/audio verbinding van 15 minuten, maar toen we de dag erna weer voor het “eggie” probeerden, waren er weer problemen in Brunssum. Toen kwam Alex Hiemstra op het idee om het via NSWAN te proberen, voorafgaand is de Nato virusscanner geïnstalleerd op de Polycom server om maximale security te waarborgen. De VTC server is in het domein gehangen van de Tromp met een static IP-adres, daardoor kon Brunssum de verbinding rechtstreeks tot stand brengen op IP-basis. En tot grote tevredenheid van een ieder en zonder enig probleem hadden we een prima VTC verbinding tussen de Tromp en Northwood met Brunssum als “bridge” ertussen. Inmiddels heeft Alex een rapport over deze manier van VTC gestuurd aan N6 CZSK, wat in onze ogen een stuk makkelijker is dan via een Citam/Adtran modem en KG84. Het is ook veel stabieler. Op het moment van dit schrijven zijn we onderweg naar Mombasa en zijn we begonnen aan de laatste 2 maanden van onze term van een jaar. Tot nu toe was het een lang maar heel interessant jaar, waarbij we veel leuke en ook minder leuke mensen hebben leren kennen. Ook het verschil van diverse culturen en nationaliteiten binnen de staf was duidelijk aanwezig. Volgend jaar krijgt Nederland het commando over SNMG1, diegene die daarvoor worden aangewezen, kunnen altijd bij ons terecht voor tips en adviezen. Speciale dank gaat uit naar Cees Cnossen, Dammy Wehrman, Harold Banga en hun personeel voor de uitstekende service die aan ons verleend is. Marcel Makkes Sjaak Koman Aldo Westmaas
Mis(s) Jamaica Het was een doordeweekse West-term dag op zee met die typerende klamme warmte op de brug, langzaam slingerend op de deining van de Caraibische zee.. We voeren een voor-de-winds koersje, wat de geuren van trassie vermengt met de bak- en braadlucht van zonnebrandolie van boerennachtgasten en van-post zijnd personeel wild zonnebadend op een van de open dekken, naar de brug bracht. We sukkelden met een knoop of 12 op weg naar een rendez-vous positie waar we met buitenlandse eenheden een paar dagen voor het bezoek aan Jamaica zouden oefenen. Tot die tijd was het een paar dolfijnen en af en toe een klasje vliegende vissen in opleiding wat de dagelijkse sleur op de brug doorbrak.. Het monotone gefluit van de kruisvaart turbines werd af en toe onderbroken door een Odops vanuit z’n gevechtsgrot met een melding van een oppervlakte contact, maar geen spoor van de oefenpartners.. De sfeer op de brug was goed. Onder leiding van een goed stel subaltern gegalloneerden. Het gehele schip was overigens een voorbeeld van positief ingestelden. Waarschijnlijk had het overvolle havenprogramma die term er mee te maken.. Meer havens dan weekenden, een ware aanslag op het spaarprogramma en ..het lichaam. Er waren zoveel postsluitingen dat onze facteur die korte term makkelijk 30 kilo had kunnen afvallen, ....ik zeg met nadruk “had kunnen”...die 30 Kilo werden er met terugwerkende kracht aangewerkt door de magnetron in ons aller verblijf.... liefkozend het “Animal House” genoemd. Nee... het sjouwen van postzakken gaat je niet in de kouwe kleren zitten. Vaak met gevaar voor eigen leven in onbekende havens een postkantoortje vinden, diep vermoeid terug aan boord, droge strot van het postzegels likken. Een vaak onderschatte neventaak waar maar weinigen voor in aanmerking durven komen. Op de brug echter was het genieten... en tot op de dag van vandaag blijf ik zeggen dat er binnen defensie, en wellicht de rest van de wereld, geen mooier kantoor met prachtuitzicht te vinden is, of het moet die F16 Piloot zijn op 40.000 ft of het kantoortje van Hugh Hefner op z’n Playboy boerderij ... Kopje koffie, naamseintje wisselen... slap ouwehoeren met een van de vele oplopers... en.. als je een goeie longroom hebt dan is het een aangename werkplek. Nu leren onze officieren op het KIM een hoop vakgerichte feiten maar de belangrijkste levenslessen worden in de praktijk opgedaan op zee. Nu heet dat tegenwoordig “On the Job” training of “Learn as you fight”, maar eind jaren 80 ondervond menig officier dat niet alles gaat zoals het in de voorschriften geschreven staat . Zo leerde onze Navigatie officier dat het aanbieden van een doosje bier aan hij-degenedie het eerste visueel contact heeft met een van de oefenpartners wel eens de fundatie kan zijn voor een geweldige anekdote...zo een van...Nahhhh, dat is verzonnen.... maar dit is er een voor het marine archief.
Normaal gesproken is elke uitdaging, waar een doos bier in het spel is, er een om eens even flink je best te doen, maar niet als je net daarvoor de commando centrale uitgeklommen was en daar op de beeldkast de link contactjes al gezien had. “Officier v/d Wacht”!! Contactje groen 45... oorlogschip!.. Zelfs de ervaren ODOPS die bloedrode ringen in z’n oogkassen had gedrukt met z’n verrekijker was onder de indruk van het “zichtvermogen” (lees: bedrog) .... zeker toen ook hij na een kwartier echt visueel contact kreeg. De Navo kwam even later boven en vroeg wie hem het eerst gezien had.... Doosje bier was binnen.... het zou vrijdag in Jamaica tijdens de VBD BBQ op het seindek worden gedronken.... Hij voegde er nog wel aan toe dat hij eerst een officiële party op het helidek had met Jamaicaanse genodigden, consul, etc. en dat hij daarna naar het seindek zou komen om even af te pilsen.... Kanaaltje 11 Kingston Pilot aanroepen....Naamsein Close/up, afmeren en seindek gereedmaken voor de BBQ op stuurboords seindek. De “advanced party” werd aan land gestuurd om vlees te kopen en door de achterblijvers werd bier en lem op het ijs gezet... een heerlijke zonsondergang en een begin van wat een memorabele nacht zou worden in deze voormalige piratenhaven... Door het officiële karakter van de party en het uitlopen daarvan, was de VBD BBQ al ten einde toen de Navo zich kwam verontschuldigen vergezeld van een paar van z’n longroom kornuiten. Nu is de gemiddelde VBD-er niet voor 1 gat te vangen en werd het plan geopperd (lees: Aangezegd door een collega uit Friesland) om met de brug verbindelaren aan land te gaan en daar een biertje te nuttigen.... Een plan waar een van de heren in het bijzonder de volgende dag vreselijk spijt zou gaan krijgen.... Ik zal uit respect - en het mogelijke feit dat ik oude wonden open rijt, geen naam of functie noemen maar de officier in kwestie was een Gentleman waar James Bond nog van kon leren. Gebronsd door de uren zonnen op het dek. Hij had de Seasparrow reeds gelanceerd en de rest van de term was “pindakaas”... hij vertoonde enige gelijkenis met Ron Brandsteder in z’n topjaren en vrouwen vergaten waar ze mee bezig waren als hij ze ook maar even aan keek. Hij kon met gemak meer geld verdienen als mannelijk fotomodel en had zowaar tijdens de party dusdanig indruk gemaakt op het mooiste meisje van het helidek en eiland... Miss Jamaica 1986. (Een van de laatste foto’s waarop ze nog lacht) Ze was een van de genodigden en had haar satijnen sjerp met haar titel om haar prachtige schouders gedrapeerd. Hij had zo’n indruk op haar gemaakt dat hij de volgende ochtend een afspraakje met haar had en door haar zou worden opgehaald voor een toer over het eiland.. Een van de wijze lessen die hij die avond (maar zeker de volgende ochtend) leerde was dat je nooit met een team welgetrainde brugverbindelaren aan land moet gaan in een
tropische haven wanneer je de volgende dag representatief “acte de presence” moet geven. Nu is Kingston een ideale haven om even de benen te strekken...de slokdarm te kneuzen en duistere taxiritten te maken. Jamaicaanse rum, zoals de Appelton en Captain Morgan, zijn niet te versmaden. Het was pas vrijdag en we hadden nog een heel weekend te gaan!! Een taxirit in het Caraibisch gebied heeft altijd iets speciaals.... de ramen open… wind in je gezicht. Het voertuig was een klassieker jaren 70, rook naar suikerspin en uitlaatgassen.... een chauffeur met zwaar Jamaicaans accent, het nodige aan “Missing Numbers” in z’n gebit, bloeddoorlopen ogen en voorzien van vergunning om rode stoplichten te negeren. Hij had ook het nodige aan voodooachtige versierselen aan z’n spiegels en zonneklep hangen en z’n favoriete radiostation speelde ragamuffin reggae. Hij praatte constant maar was niet te verstaan.. op een paar belangrijke Engelse woorden na. “This bar is top place, Mon!!”... We hebben diverse lokalen bezocht en zijn afhankelijk van de atmosfeer en ambiance na enkele uren of minuten naar de volgende locatie verkast. De nachtelijke operatie begon natuurlijk z’n tol te eisen bij diverse deelnemers, maar het doorzettingsvermogen is noemenswaardig... samen uit – samen thuis ... was het motto… ondanks hevig protest van enkelen die dat woord niet meer konden uitspreken... laat staan herinneren. De NAVO werd wel 14 keer gecomplimenteerd op de wijze waarop hij het schip binnenloodste… (door een en dezelfde persoon) en langzaam raakte onze financiële situatie in een depressie.... tijd om aan boord terug te keren... James Bond Brandsteder werd in bed gestopt en de rust keerde terug op het schip..... De volgende ochtend werd ik wakker in m’n rek en hoorde de naam van onze “ladies man” 3 keer ompraaien.... “Attentie!!!.. Luitenant ter zee (Blank)...... Bezoek aan de Valreep!! Later in het verblijf vernam ik van de Onderofficier van de Wacht de exacte reden waarom hij meerdere keren omgeroepen werd... Hij lag als een natgewaaid pavoiseerplan in z’n hut en was NTP, niet te porren... de bloed mooie Miss stond aan de valreep maar kon onverrichter zake terugkeren....waarschijnlijk voor het eerst van haar leven een “blauwtje” gelopen.. Ze nam dat jaar deel aan de Miss Universe verkiezingen, maar was helemaal van slag.... Hij zwoer nooit meer met ons aan land te gaan...... Paul van Willigenburg
Op 24/25 februari was ik met een een aantal medewerkers van "Seatrain KBW" op werkbezoek op de CGC Panter te Aruba. De 2e wachtsofficier en bijzonder opsporingsambtenaar aan boord is daar Roel Uckerman. Alweer 10 jaar uit het dienstvak ODVB!! Deze Arubaan voelt zich als een vis in het water, maar zit wel op een eiland (hij mist de snelwegen). Het gaat zeker goed met hem, maar dat zie je wel aan zijn big smile. Na de werkzaamheden hebben we de oude koeien maar weer uit de sloot gehaald. Kees Bleeker
Het vervolg… De laatste 3 horizontale instromers vertrekken binnenkort naar hun tweede stageplaats. Het stageboek deel 2 is inmiddels af en de heren kunnen dus aan de bak. In de weken 07 en 12 zijn er weer twee klassen EVO ODVB gestart. Helaas moeten we constateren dat enkele leerlingen zijn afgehaakt. Zojuist is ook een VVO MARNSVB opleiding afgelopen, waar 4 mariniers aan hebben deelgenomen. Eigenlijk valt er in deze Como Column weinig nieuws meer te melden. Ook bij ons zijn de komende bezuinigingen het gesprek van de dag. We hebben werkelijk geen idee hoeveel ODVB-ers de afdeling CIS evt. moet gaan inleveren. We wachten gespannen af…
De nieuwe klassenfoto van de EVO ODVB 3120-1107:
To be continued....
Deze nieuwe horizontale instromers staan onder de bezielende leiding van SGT Stefan Buitendijk. Op de foto zijn 2 KPL’s ODVB te zien die als ex KPLADB zijn ingestroomd in deze opleiding. Watervallen noemen we dat. Deze klas heeft twee uitvallers...jammer noemen we dat.
Mutaties De “oude bekende” uit de vorige editie van de Vlag en Vonk, SMJRMARNSVB Ron Tijdeman heeft op 18 april Jacques Alders afgelost die inmiddels is geplaatst als chef d’equipage van de MSO. Jacques is op die functie bevorderd tot AOOMARNSVB. SGTMARNSVB Eric Blumers is onlangs overgeplaatst naar de JWIT, zijn aflosser Richard de Keijzer staat te trappelen om bij ons te beginnen. KPLODVB Rob Wirtz heeft een langdurige vacature op het kennisdomein Comtech gevuld. Daarmee is er weer OZBT expertise toegevoegd aan dit kennisdomein. Daarnaast hebben we nog twee Belgische mutaties gehad. Aangezien het aantal Franstalige Belgische instructeurs op de afdeling CIS te klein was, hebben 1MC Angelo Verheyen en 1MC Guy Pauwels (N6) van plaats gewisseld. Volgende maand (juni) wordt ons hoofd van de afdeling CIS (LTZ1 Yvo de Haas) overgeplaatst en kunnen we het nieuwe hoofd (LTZ1 Theo Klootwijk) verwelkomen. Tevens nemen we vlak voor het zomerverlof afscheid van onze HOETECH LTZ2OC Ben van Asten, die dan door LTZ2OC Robert Dragt wordt afgelost.
De klassenfoto van EVO ODVB 3120-1112:
Deze klas staat onder de bezielende leiding van KPL Thijs v/d Bosch. Ook deze klas bevat al een MATR1ODVB. Hij heeft reeds eerder gediend bij KM als matroos onder een ander dienstvak. Watervaller dus. Deze klas heeft één uitvaller.
ZKO (I have handed guard over to) Rolf Masurel, AMFGVSTBAT/MJEB/GUN-GRP Een stuk tikken voor de Vlag & Vonk, een blad waar ik elk kwartaal weer naar uitkijk. Dat doe ik met veel plezier, mijn voorganger wil ik graag bedanken voor dit genoegen. Ik ben SMJRMARNVB Rolf Masurel in 1986 in dienst gekomen als marn3zm. Na mijn dienstplicht heb ik anderhalf jaar geprobeerd als burger te functioneren, maar ben in 1989 teruggekomen als marnalg en sinds 1992 ben ik marnvb. Het feit dat ik als marnalg heb gefunctioneerd zie ik nu nog altijd als een voordeel, omdat je je beter kunt verplaatsen in de marinier in een geweergroep. Ik denk dat het bij verbindingen belangrijk is om de situatie aan de andere kant van de lijn te kunnen inschatten. Vanaf 2009 ben ik werkzaam als Sergeant Major Instructor Signals (SMIS) bij de MJEB. De MJEB, voorheen 1MORCIE, is een oude liefde van mij, ik heb daar in de jaren negentig als korporaal al drie jaar mogen dienen, onder andere met ene Ralph Biermann, die ik sinds kort uit het oog ben verloren. Op deze foto kunt u zien waarom ik afgelopen oefening in Noorwegen de fashion award van de piste heb gewonnen. De MJEB is op het moment dat ik dit stuk schrijf onderhevig aan de bezuinigingen, wat precies de consequenties zullen zijn is nog niet geheel duidelijk maar het zal waarschijnlijk in de toekomst niet meer de club zijn zoals het vroeger (met dubbele oe) was. Dit is zeer betreurenswaardig, omdat de kans bestaat dat jarenlange ervaringen hierdoor niet meer gecontinueerd kunnen worden. Waar bestaat de MJEB uit? De gehele battery staat onder leiding van de Battery Commander (BC), omvat 2 hoofdgroepen. Een TAC-group bestaande uit de BC-party, een Joint Fire Cell (JFC) en 4 x een Fire Support Team (FST) en een GUN-group, bestaande uit 6 x 120 mm mortieren, 2 x commando post (CP) en een logistieke poot. Verder hebben we op dit moment nog het Tegen Lucht peloton (TL), bestaande uit een Raven eenheid en een Stinger eenheid. De FST’s kunnen zowel air-assets (fixed wing en rotary wing) als artillerie, naval gunfire en mortieren inzetten om de infanterie te ondersteunen bij hun taken. De SMIS bij de MJEB is onder andere verantwoordelijk voor het bewaken van de voice procedures en fire orders. Deze procedures zijn belangrijk om een juiste en snelle afwikkeling van vuuraanvragen te creëren. Tevens dient hij de BC te adviseren met betrekking tot alle verbindingsaangelegenheden, en als Bowman System Manager zorg te dragen voor de verbindingsplannen van de eenheid voor gebruik van de Nimcis apparatuur. Het personeel bij de MJEB is zeer zelfkritisch waardoor het mogelijk is om van hoog tot laag alle details aan te halen tijdens de-briefingen, dit werkt erg prettig en haalt het beste in mensen naar boven. Binnen de eenheid zijn veel verbindelaren geplaatst, 8 x korporaal en 5 x mariner AS. Deze mensen zijn veelal hobbyisten waardoor het eindproduct van zeer hoge kwaliteit is. De oefeningen voor de MJEB concentreren zich vooral rond de 2-jaarlijkse Joint Fire Exercises waarbij de FST’s zich verder kunnen bekwamen in het aansturen van fire support met de 120 mm mortieren en air-assets, veelal in combinatie met de inzet van de 81 mm mortieren van de mariniersbataljons. Verder zijn er natuurlijk de winter deployments, naval gunfire oefeningen in de omgeving van Cape Wrath in Schotland en diverse Forward Air Control oefeningen over de hele wereld. De MJEB een erg mooie club waar je als verbindelaar zeer goed kunt dienen. Met een vriendelijke groet, geef ik de sleutel over aan………..
SMJRODVB J.A. VASTENHOUT Commscon op Hr. Ms. Van Amstel
KOKKERELLEN MET OKKIE Petjel Ajam Godog ( Kip filet in een gekruide saus)
Benodigd: 1 grote kip 1 santenblok1, gesmolten in ½ liter water 5 rode lomboks of 1 eetlepel sambal 5 uien 1 theelepel knoflook
½ theelepel djahe2 1 theelepel laos3 wat tamarinde of sap van ½ citroen suiker zout
Kip in de lengte doorsnijden en koken in wat water tot bijna gaar. Ingrediënten fijn snijden. Zodra de kip half gaar is, uit het water halen en + 15 minuten in de oven doen. De ingrediënten + 5 minuten fruiten onder toevoeging van de santen, zodra dit kookt de kip uit de oven halen en bij de ingrediënten doen. Het geheel een half uur goed laten intrekken. Dan gaat de kip met ingrediënten en al de oven in om verder te worden gegrild of geroosterd.
Slamat masak
Slamat makan
1
Melkachtig vocht, verkregen door het geraspte vruchtvlees van de kokosnoot uit te persen, in een vast vorm. (N.B. Goed te vervangen door koffiemelk) 2 Gember 3 Kruidenwortel Met dank aan wijlen Okkie Fürrer voor zijn bijdrage met recepten uit de Indische en Chinese keuken.
Defensie ingezet in Libië !
GIZMO’s CORNER