CARDIOLOGIE
Vervanging van de aortaklep (TAVI)
BEHANDELING
Vervanging van de aortaklep (TAVI) In het hart zitten vier kleppen, die ervoor zorgen dat het bloed bij elke hartslag maar één kant op kan. Een van deze kleppen is de aortaklep, het ‘ventiel’ tussen het hart en de grote lichaamsslagader (de aorta). Bij u is deze aortaklep vernauwd, waardoor uw hart veel werk moet verzetten om het bloed in de grote slagader naar het lichaam te pompen. Daarom moet de aortaklep vervangen worden. Ook als de aortaklep ernstig lekt, is vervanging noodzakelijk. In deze folder vindt u informatie over deze ingreep. Het is een aanvulling op de informatie die u van uw arts krijgt. Zo kunt u thuis alles nog eens rustig doorlezen.
TAVI TAVI staat voor Transcatheter Aortic Valve Implantation. Het betekent dat u: • via een katheter (Transcatheter) • een nieuwe aortaklep (Aortic Valve) • krijgt geïmplanteerd (Implantation).
Een katheter is een lange, dunne en flexibele buis. Via kleine instrumentjes aan het eind kan de arts verschillende handelingen uitvoeren zoals – in dit geval – het vervangen van de aortaklep.
‘Stent’ met daarin biokunstklep
1
De cardioloog en de hart-longchirurg voeren de TAVI samen uit. Dit kan op twee manieren: 1. via een groot bloedvat in de lies (transfemoraal) of 2. via een kleine snede aan de linkerkant van de borstkas, (transapicaal).
neeskunde. Zij gaan uitgebreid met u in gesprek en doen een aantal onderzoeken. Hiermee proberen zij een zo compleet mogelijk beeld van u als patiënt te krijgen. Zo controleren zij u op een aantal aspecten, waaronder uw risico op vallen, uw risico op verwardheid na de operatie (delier) en eventuele lichamelijke beperkingen. Ook kijken zij naar uw thuissituatie en beoordelen ze uw lichamelijke conditie. Aan de hand hiervan wordt mede beoordeeld of u een geschikte kandidaat bent voor deze behandeling. Daarnaast maken ze een inschatting van hoe uw eventuele operatie en uw herstel na deze operatie zullen verlopen en kunnen ze u waar nodig advies geven om uw herstel te bespoedigen.
Welke methode bij u wordt toegepast, hangt onder andere af van de vaten in uw benen. De transfemorale ingreep is alleen mogelijk als die vaten goed doorgankelijk zijn (de nieuwe klep moet er doorheen kunnen). Om te bepalen welke methode voor u het meest geschikt is, krijgt u eerst een aantal onderzoeken.
Alle onderzoeksuitslagen en de uitslag van de TAVI-ouderenpoli geven de cardioloog en de hart-longchirurg voldoende informatie om (eventueel na overleg met de longarts) te bepalen of u definitief in aanmerking komt voor de TAVI-ingreep en welke TAVI-methode voor u het meest geschikt is.
Onderzoeken Vóór de behandeling krijgt u een aantal onderzoeken. Het kan zijn dat u daarvoor kort opgenomen wordt. Welke onderzoeken u krijgt, hangt af van de situatie. Enkele voorbeelden: • hartfilmpje (ECG) • bloedonderzoek • echo van het hart (eventueel een slokdarmecho) • röntgenfoto van hart en longen • onderzoek van de kransslagaders van het hart (hartkatheterisatie) • CT-scan van de aorta en beenvaten
Na de onderzoeken kunt u hieronder zelf aankruisen welke TAVI-behandeling u krijgt. o Transfemorale TAVI o Transapicale TAVI
Als u ouder bent dan 70 jaar nodigen we u daarnaast uit om naar de TAVI-ouderenpoli te komen. U wordt gezien door de cardioloog (in opleiding), de fysiotherapeut en de geriatrieverpleegkundige. Deze verpleegkundige is gespecialiseerd in ouderenge2
Denk eventueel ook aan andere onmisbare spulletjes zoals een gebittenbakje, een brillenkoker/lenzendoosje, enzovoort. Het is handig om een koptelefoon mee te nemen, zodat u rustig televisie kunt kijken. Er zijn ook koptelefoontjes te koop in de ‘lichtstraat’ tussen de parkeergarage en de centrale hal.
Wat moet u lezen? U mag natuurlijk de hele folder lezen, maar u hebt genoeg aan de delen die op u van toepassing zijn. Dat zijn de hoofdstukken: • Algemene informatie • Wat u vooraf moet regelen • Het hoofdstukje over uw ingreep, dus: - Transfemorale TAVI óf - Transapicale TAVI • Controles
Wat u vooraf moet regelen
Algemene informatie
De informatie in dit hoofdstukje geldt voor iedereen. Lees het dus goed door.
De informatie in dit hoofdstukje geldt voor iedereen. Lees het dus goed door.
Als u na de operatie naar huis gaat, kunt u weer veel zelf doen. U kunt zichzelf bijvoorbeeld weer helemaal verzorgen. Maar er zijn ook dingen die u nog niet kunt/mag doen, zoals zwaar huishoudelijk werk. De eerste weken hebt u dus de hulp van anderen nodig. Wie doet bijvoorbeeld de boodschappen? Maak daar vóór uw opname vast afspraken over met familie, naasten en/of vrienden. Dat scheelt u veel stress en geregel tijdens uw opname.
Uitstel Het komt helaas wel eens voor dat een operatie op het laatste moment wordt uitgesteld vanwege een spoedgeval. Wij begrijpen dat dit heel vervelend is voor de patiënt en zijn naasten; we geven zo snel mogelijk een nieuwe opnamedatum door.
Wat neemt u mee? Neem liever geen waardevolle spullen mee naar het ziekenhuis. Laat sieraden (óók uw eventuele trouwring) thuis.
Extra opvang na de transapicale methode We adviseren u om de eerste 7 dagen na de operatie ’s nachts en grote delen van de dag iemand bij u te hebben. De eerste dagen na de ingreep verblijft u nog in het ziekenhuis, maar voor de overige dagen zult u zelf opvang moeten regelen. Dit kunnen uw partner, vrienden of kennissen zijn. Zij kunnen u bij u thuis opvangen, maar u kunt ook bij iemand anders verblijven. Lukt het niet om opvang en hulp in uw eigen omgeving te regelen? Dan adviseren we u om een
Het ziekenhuis kan niet aansprakelijk worden gesteld voor verlies/diefstal of schade. Wat u wel mee moet nemen: • nachtkleding, • ondergoed, • een kamerjas, • pantoffels, • toiletartikelen, • alle medicijnen die u thuis gebruikt, in de originele verpakkingen. 3
logeerplek te reserveren in een zorghotel. U moet dit zelf regelen. Houd er wel rekening mee dat de kosten hiervoor meestal niet vergoed worden door uw zorgverzekeraar. Wij adviseren u om dit al voor de opname en operatie uit te zoeken en te regelen.
nauwde aortaklep zit. De aortaklep wordt met een ballon platgedrukt tegen de wand (A). Daarna wordt de nieuwe klep dóór de katheter op de juiste plaats gebracht (B). Deze kunstklep is heel klein opgevouwen in een metalen frame (een stent). De stent wordt geopend en de nieuwe klep ontvouwt zich (C). Hij werkt direct. Ten slotte wordt de katheter verwijderd (D).
Voorbereiding Antistollingsmiddelen Gebruikt u antistollingsmiddelen (bloedverdunners) zoals Marcoumar® (fenprocoumon) of Sintrom® (acenocoumarol)? Dan moet u - in overleg met uw arts - 1 tot 3 dagen voor de ingreep stoppen met deze medicijnen. We streven ernaar uw bloeddikte (INR) terug te brengen naar 2.
Voor deze ingreep wordt u ongeveer een week opgenomen. De procedure zelf duurt circa 2 uur.
Als u Ascal® (carbasalaatcalcium), Plavix® (clopidogrel), Brillique® (ticagrelor) of Efient® (prasugrel) gebruikt dan kunt u deze gewoon blijven gebruiken, tenzij iets anders is aangegeven.
De opname U wordt één dag voor de ingreep opgenomen. Op deze dag: • gaat u bij de poli Anesthesiologie langs of komt de anesthesist (verdovingsarts) bij u langs (er wordt bloed geprikt, een röntgenfoto van hart en longen gemaakt en er zal een echo van het hart gemaakt worden), • worden er nog enkele controles uitgevoerd en wordt er een hartfilmpje (ECG) gemaakt, • worden uw beide liezen onthaard voor het inbrengen van de katheters, • krijgt u een blaaskatheter om de urineproductie in de gaten te houden.
Gebruikt u geen bloedverdunners, dan start u de dag voor uw operatie met het medicijn Ascal®. Ook krijgt u vanaf dan Plavix®(clopidogrel); dit medicijn gebruikt u gedurende 3 maanden. Uw arts bespreekt met u wanneer u uw gestopte medicijnen weer in mag nemen.
TAVI transfemoraal U hoeft dit hoofdstuk alleen te lezen als u een transfemorale TAVI krijgt. Anders kunt u het overslaan en verdergaan met TAVI transapicaal. Bij deze ingreep brengt uw arts een katheter in via de liesslagader, tot waar de ver4
Voorbereiding op de afdeling Vlak voor de ingreep vraagt de verpleegkundige u een operatiepak aan te trekken. U doet uw sieraden af en neemt – als u dat hebt - uw kunstgebit uit.
We raden u aan niet alleen naar het ziekenhuis te komen. De opnamedag is een lange dag, waarop u veel informatie krijgt.
Ongeveer een uur voor de operatie krijgt u een tablet als voorbereiding op de narcose. U krijgt ook alvast een pijnstillende zetpil. Daarna blijft u in bed liggen.
De dag van behandeling
De behandeling
Eten en drinken
De behandeling vindt plaats op Hart- en Vaatinterventie en duurt ongeveer 2 uur. Behalve de katheters in uw liezen, krijgt u • een infuus in uw arm • een echoscoop in uw slokdarm • een tijdelijke pacemaker via uw hals • een urinekatheter in uw blaas • een arterielijn in uw pols.
Het is belangrijk dat u nuchter bent. Dat wil zeggen dat u in de periode voor de ingreep niets eet of drinkt. Hoe laat u voor het laatst iets mag eten, hangt af van het tijdstip waarop u geholpen wordt. • Wordt u ’s morgens behandeld? Dan mag u niets meer eten vanaf 24.00 uur ’s nachts (middernacht). • Wordt u ’s middags behandeld? Dan mag u nog een licht ontbijt: een kopje thee met beschuit.
Infuus Via een infuus in uw arm krijgt u de narcose toegediend. Via dit infuus krijgt u ook antibiotica om infecties te voorkomen. U krijgt in totaal 5 keer antibiotica toegediend.
Tot de laatste 2 uren voor de ingreep mag u nog wel heldere dranken drinken, zoals water, thee, appelsap en heldere bouillon.
Echoscoop Zodra u slaapt, brengt de arts een flexibele buis in uw slokdarm. Hiermee wordt een echo gemaakt, zodat uw artsen de ingreep goed kunnen zien op een beeldscherm.
Tijdelijke pacemaker
Hebt u diabetes en gebruikt u insuline? Dan passen wij de dosis insuline aan. We controleren regelmatig uw bloedsuiker.
Via een lijn in uw hals wordt een uitwendige pacemaker aangesloten. De pacemaker mag, als het hartritme goed is, de volgende dag (na 24 uur) verwijderd worden. De lijn in uw hals blijft nog een dag zitten en mag als het goed gaat, na 48 uur verwijderd worden. 5
Als u weet hoe laat u geholpen wordt, kan uw familie 3 of 4 uur na de ingreep contact opnemen met de verpleegkundige van de Hartbewaking. Het telefoonnummer staat in het adreskader achter in deze folder.
Arterielijn Uw bloeddruk wordt bewaakt via een arterielijn in uw pols. Hieruit kan ook bloed worden afgenomen. De insteekopening in uw linkerlies wordt gesloten met een speciaal stopje (een angioseal). Dit lost in ongeveer 3 maanden vanzelf op. In uw rechterlies zit een hechting die na 10 dagen verwijderd moet worden.
Dag na de behandeling De volgende dag helpt de verpleegkundige u, waar nodig, met de verzorging. Als alles goed gaat, mag u 24 uur na de ingreep met hulp van de verpleegkundige uit bed.
Direct na de behandeling Na de ingreep komt u eerst op de uitslaapkamer. Daar wordt u goed in de gaten gehouden. Als u goed wakker bent, gaat u naar de Hartbewaking. Daar wordt u aangesloten op apparatuur die uw hartritme bewaakt en regelmatig uw bloeddruk en andere zaken controleert. En verder: • Misschien hebt u last van een gevoelige, schrale keel. Dat komt door de buis die in uw slokdarm heeft gezeten. Dit gevoel gaat vanzelf weer over. • Als u niet misselijk bent, mag u wat drinken. En als dat goed gaat, mag u later ook wat eten. • Hebt u pijn? Meld dit dan aan de verpleegkundige. Zij kan u eventueel pijnstillende medicatie geven. • U hebt minimaal 24 uur bedrust, maar dit kan ook wat meer zijn. • Het kan zijn dat u één of meer zakjes bloed krijgt toegediend. Of dit nodig is, hangt af van het bloedverlies tijdens de ingreep.
Er wordt een controlefoto van uw hart en longen gemaakt. Is uw hartritme verstoord en hebt u de pacemaker nog nodig? Dan houdt u bedrust zolang uw arts dat nodig vindt en blijft u op de Hartbewaking liggen. Als u een definitieve pacemaker nodig hebt, dan wordt deze zo snel mogelijk geïmplanteerd (meestal binnen een week).
Nazorg Tijdens de opname komt de cardioloog dagelijks bij u langs. Als alles goed gaat, mag u weer naar de verpleegafdeling Cardiologie. Het kan zijn dat u dan nog een kastje bij u draagt dat uw hartritme in de gaten houdt (een Holterkastje). Er wordt regelmatig bloed bij u geprikt voor verschillende controles.
Ontslag Voordat u met ontslag gaat, wordt er een echo van uw hart gemaakt om te controleren of uw hart en de nieuwe klep goed functioneren.
Familie en contactpersoon Zodra u op de Hartbewaking bent aangekomen, neemt de verpleegkundige contact op met uw eerste contactpersoon. 6
Daarna wordt de nieuwe aortaklep op dezelfde manier geplaatst als bij de transfemorale TAVI (zie bladzijde 4).
Weer thuis U moet nog een beetje voorzichtig aan doen met uw beide liezen.
Vermoeidheid Waarschijnlijk bent u nog moe. Luister vooral goed naar uw lichaam en houd in de gaten wat u wel en niet aankunt. Neem op tijd rust. U hoeft niet binnen te blijven.
Gewicht
Voor deze ingreep wordt u ongeveer een week opgenomen. De procedure zelf duurt circa 2 uur.
Weeg uzelf iedere ochtend voor het ontbijt. Neemt uw gewicht per dag met een halve kilo of meer toe? Of neemt uw gewicht in totaal meer dan 2 kilo toe? Neem dan contact op met uw huisarts. Dit kan er namelijk op wijzen dat u te veel vocht vasthoudt.
Kortademigheid/duizeligheid
We raden u aan niet alleen naar het ziekenhuis te komen. De opnamedag is een lange dag, waarop u veel informatie krijgt.
Hebt u last van kortademigheid, wordt dit steeds erger en zakt het na inspanning niet af? Of bent u duizelig? Neem dan contact op met uw huisarts.
TAVI transapicaal
De opname
U hoeft dit hoofdstuk alleen te lezen als u een transapicale TAVI krijgt. Anders kunt u het overslaan en verder gaan met ‘Controles’.
U wordt één dag voor de ingreep opgenomen. Op deze dag: • gaat u bij de poli Anesthesiologie langs of komt de anesthesist (verdovingsarts) bij u langs, • worden er nog enkele controles uitgevoerd en wordt er een hartfilmpje (ECG) gemaakt, • worden bij u bloed en urine afgenomen voor onderzoek; • hebt u een gesprek met de zaalarts of de verpleegkundig specialist, die u lichamelijk onderzoekt,
Bij deze ingreep brengt uw arts een katheter in via een klein sneetje (ongeveer 4 cm) aan de linkerzijkant van uw borstkas. De katheter gaat via de punt van het hart naar binnen, tot waar de vernauwde aortaklep zit.
7
• u hebt een opnamegesprek met de verpleegkundige.
gaand aan de operatie mag u niet meer eten. • Tot 2 uur voor de operatie mag u alleen nog kleine slokjes water nemen. Drink niet teveel. • U mag in de ochtend géén medicijnen meer innemen (ook niet als u dit wel gewend bent).
In de loop van de middag hoort u of u als eerste (± 8.00 uur), tweede (± 11.00 uur) of derde (± 14.00 uur) patiënt geopereerd wordt. De hart-longchirurg komt in de middag of avond bij u en/of uw naasten langs om te vertellen hoe hij verwacht dat de operatie zal verlopen. Daarom vragen wij u om vanaf 16.00 op de patiëntenkamer te blijven. Hebt u vragen? Schrijf ze vooraf op, zodat u ze niet kunt vergeten.
Als u in de middag geopereerd wordt, krijgt u tussen 08.00 en 09.00 uur 2 glazen limonade.
Tijdens uw verblijf op de Intensive Care (IC) draagt u operatiekleding. U hebt dan geen eigen ondergoed of pyjama nodig. We vragen u om álle kleding die u niet direct nodig hebt aan uw bezoek mee te geven. Alleen uw toiletartikelen en (eventueel) uw bril en/ of kunstgebit gaan mee naar de afdeling. Op de dag van de operatie kan uw familie uw overgebleven bezittingen op de verpleegafdeling ophalen.
Hebt u diabetes en gebruikt u insuline? Dan passen wij de dosis insuline aan. We controleren regelmatig uw bloedsuiker.
Voorbereiding op de afdeling Vlak voor de ingreep vraagt de verpleegkundige u een operatiepak aan te trekken. U doet uw sieraden af en neemt – als u dat hebt - uw kunstgebit uit. Uw toilettas mag mee naar beneden. Ook krijgt u op de verpleegafdeling een blaaskatheter om uw urineproductie in de gaten te houden.
We begrijpen dat een hartoperatie een spannende gebeurtenis is. Als u wilt kunt u de avond voor uw operatie een slaaptablet krijgen. Wordt u de volgende ochtend als eerste geopereerd, dan is het raadzaam om de avond voor de operatie te douchen.
Ongeveer een uur voor de operatie krijgt u een tablet als voorbereiding op de narcose. U krijgt ook alvast een pijnstillende zetpil. Daarna blijft u in bed liggen.
De dag van behandeling Eten en drinken Het is belangrijk dat u nuchter bent. Dat wil zeggen dat u in de periode voor de ingreep niets eet of drinkt. • Vanaf 24.00 uur (in de nacht) vooraf8
De behandeling
deze wachtruimte. Wordt u als tweede of derde geopereerd, dan verwachten wij hen om 16.00 uur.
De behandeling vindt plaats op de Hart- en Vaatinterventie en duurt ongeveer 2 uur. Behalve de katheter die via uw borstwand wordt ingebracht, krijgt u • een infuus in uw arm • een echoscoop in uw slokdarm • een tijdelijke pacemaker via uw hals • een arterielijn in uw pols.
Eén van de gastvrouwen komt uw naasten ophalen. De gastvrouw begeleidt hen deze dag. Uw naasten krijgen een voorlichting en de gastvrouw zorgt dat de (assistent) hartlongchirurg na de operatie langskomt om te vertellen hoe de operatie verlopen is. Verder spreekt de gastvrouw met uw naasten de bezoekmomenten af voor die dag.
Infuus Via een infuus in uw arm krijgt u de narcose toegediend. Via dit infuus krijgt u ook antibiotica om infecties te voorkomen. U krijgt in totaal 5 keer antibiotica toegediend.
Echoscoop Zodra u slaapt, brengt de arts een flexibele buis in uw slokdarm. Hiermee wordt een echo gemaakt, zodat uw artsen de ingreep goed kunnen zien op een beeldscherm.
Op de Intensive Care (IC)/ Medium Care (MC) mogen maximaal 2 bezoekers tegelijk bij u langskomen.
Tijdelijke pacemaker Via een lijn in uw hals wordt een uitwendige pacemaker aangesloten. De pacemaker en de lijn mogen, als het hartritme goed is, de volgende dag verwijderd worden.
Kunnen er geen naasten naar het ziekenhuis komen? Meld dit dan aan de verpleegkundige. Zij spreekt met u af naar wie de (assistent) hart-longchirurg na de operatie zal bellen om informatie over uw situatie te geven.
Arterielijn Uw bloeddruk wordt bewaakt via een arterielijn in uw pols. Hieruit kan ook bloed worden afgenomen.
Direct na de behandeling Na de ingreep komt u eerst op de IC. Daar wordt u goed in de gaten gehouden. En verder: • Misschien hebt u last van een gevoelige, schrale keel. Dat komt door de buis die in uw slokdarm heeft gezeten. Dit gevoel gaat vanzelf weer over. • Als u niet misselijk bent, mag u wat drinken. En als dat goed gaat, mag u
Opvang voor uw familie Desgewenst kunnen twee van uw naasten de afloop van de operatie in het ziekenhuis afwachten. Er is voor hen een speciale wachtruimte op de IC. Als u als eerste geopereerd wordt, dan verwachten wij uw naasten om 12.00 uur in 9
Nazorg
later ook wat eten. • Hebt u pijn? Meld dit dan aan de verpleegkundige. Zij kan u eventueel pijnstillende medicatie geven. U hebt een pleuradrain om overtollig vocht af te laten lopen, dit kan ook pijnlijk zijn. • U hebt minimaal 24 uur bedrust, maar dit kan ook wat meer zijn. • Het kan zijn dat u één of meer zakjes bloed krijgt toegediend. Of dit nodig is, hangt af van het bloedverlies tijdens de ingreep.
De eerste tijd na de operatie komt er dagelijks een assistent hart-longchirurg, assistent cardioloog of verpleegkundig specialist langs om te kijken hoe het met u gaat. En verder: • draagt u de eerste 3 dagen een kastje (Holter-kastje) om uw hartritme in de gaten te houden, • wordt op de 2de en 5de dag een controlefoto van uw hart en longen gemaakt, • wordt er regelmatig bloed bij u geprikt voor verschillende contoles. Voordat u met ontslag gaat, wordt er een echo van uw hart gemaakt om te controleren of uw hart en de nieuwe klep goed functioneren.
De dagen na de behandeling U verblijft 1 of 2 dagen op de IC. Als u dan geen uitwendige pacemaker nodig heeft, wordt u overgeplaatst naar de verpleegafdeling. U hebt dan geen uitwendige pacemaker meer en ook de lijn in uw hals is verwijderd.
De fysiotherapeut De fysiotherapeut controleert na de operatie uw ademhaling en bekijkt of u goed kunt doorzuchten. Ook kijkt hij/zij of u moeite hebt met het ophoesten van slijm. Zijn er problemen, dan helpt de fysiotherapeut. Daarnaast begeleidt de fysiotherapeut u zich te mobiliseren. Dit betekent dat hij/zij u helpt met het lopen en traplopen, afhankelijk van uw situatie thuis. Ook geeft de fysiotherapeut adviezen over hoe u het beste zelf kunt bewegen en uw activiteiten thuis kunt oppakken.
De verpleegkundige helpt u waar nodig met de lichamelijke verzorging. De eerste dag na de operatie wordt u, als het kan, even uit bed gehaald. Hebt u wel een uitwendige pacemaker nodig? Dan wordt u na enige dagen overgeplaatst naar de Hartbewaking. Daar wordt u aangesloten op apparatuur die uw hartritme bewaakt en die regelmatig uw bloeddruk en andere waarden controleert. Als u een definitieve pacemaker nodig hebt, dan wordt deze zo snel mogelijk geïmplanteerd (meestal binnen een week).
10
Ontslag
Vermoeidheid Waarschijnlijk bent u nog moe. Luister vooral goed naar uw lichaam en houd in de gaten wat u wel en niet aankunt. Neem op tijd rust. U hoeft niet binnen te blijven.
Voordat u naar huis gaat, hebt u nog een gesprek met de (assistent)cardioloog, de (assistent) hartchirurg of de verpleegkundig specialist die u vanaf de operatie gevolgd heeft. En verder: • U krijgt een brief voor uw huisarts plus een kopie van deze brief voor uzelf. - Het origineel moet zo snel mogelijk bij uw huisarts worden afgegeven. - De kopie kunt u het beste bij u dragen tot na uw eerste bezoek op de poli. Zo kunnen anderen in geval van nood lezen dat u onlangs een TAVI hebt gehad. • U krijgt een recept voor medicijnen. Deze kunt u afhalen bij de St. Antonius Apotheek. Maar u kunt natuurlijk ook naar een apotheek bij u in de buurt. • Als u bepaalde bloedverdunners moet gebruiken, krijgt u een brief voor de trombosedienst, met een afspraak voor controle. Voor de eerste afspraak komt er iemand bij u thuis om wat bloed af te nemen. Voor alle volgende prikmomenten gaat u naar trombosedienst toe. • Moet u zich aan een dieet houden? Dan komt de diëtist u een dieetlijst brengen. Hij/zij geeft u uitleg over uw dieet. • We plannen een poliafspraak in bij de cardioloog voor over 6 weken.
Wondgenezing U hebt een dicht wondje onder de linker borst. U kunt gewoon douchen, maar het is beter om de eerste week geen bad te nemen. We raden u af om poeder of zalf op de wond te gebruiken; dit verhoogt de kans op infectie.
Spierpijn Na de operatie kunt u spierpijn hebben in uw ribbenkast. Dit komt doordat de ribben uit elkaar zijn geduwd bij de operatie. De spierpijn wordt geleidelijk minder, maar kan wel 6 tot 8 weken aanhouden.
Waar moet u op letten? Wij raden u aan tijdens de eerste weken van uw herstel de volgende zaken in de gaten te houden.
Gewicht Weeg uzelf iedere ochtend voor het ontbijt. Als uw gewicht per dag een halve kilo of meer toeneemt, neem dan contact op met uw huisarts. Dit kan er namelijk op wijzen dat u te veel vocht vasthoudt.
Kortademigheid/duizeligheid Hebt u last van kortademigheid, wordt dit steeds erger en zakt het na inspanning niet af? Of bent u duizelig? Neem dan contact op met uw huisarts.
Weer thuis Iedere patiënt herstelt in zijn of haar eigen tempo na een hartoperatie. Hieronder vindt u enkele belangrijke weetjes.
11
• nierfunctiestoornissen • decompensatie cordis (= benauwdheid door vocht bij de longen) • hartritmestoornissen en pacemakerimplantatie.
Nazorgpoli Intensive Care (IC)/Medium Care (MC) Tijdens uw ziekenhuisopname bent u mogelijk ook opgenomen geweest op de IC of MC. Er is in deze periode misschien veel met u gebeurd. Hierdoor kunnen lichamelijke en/of psychische klachten ontstaan die soms lang kunnen aanhouden. Denk bijvoorbeeld aan slaapstoornissen, angsten, verminderde conditie en verminderde eetlust. Het kan dan zijn dat u hierover wilt praten, wellicht samen met iemand die u na staat. Daarom biedt de afdeling IC/MC een nazorgtraject aan. Voor meer informatie verwijzen we u naar de folder ‘Nazorgpoli IC/MC’.
Zoals al eerder is vermeld, hebben sommige patiënten na de behandeling een blijvende pacemaker nodig.
Wanneer moet u uw arts waarschuwen? Waarschuw direct uw arts als u plotseling benauwd wordt en niet plat kunt liggen. U vindt het telefoonnummer in het adreskader achter in deze folder.
Controles De informatie in deze laatste hoofdstukjes geldt voor iedereen. Lees ze dus goed door.
Voorlichtingsfilm Poliafspraken verlopen meestal als volgt: • In de ochtend wordt er een echo gemaakt en gaat u naar het laboratorium om bloed te laten prikken. • In de middag komt u bij de cardioloog.
Op onze website vindt u een voorlichtingsfilm over de vervanging van de aortaklep. U ziet wat de behandeling inhoudt en hoe de voorbereidingen en nazorg in ons ziekenhuis globaal verlopen. U vindt de film op www.antoniusziekenhuis. nl. Kies achtereenvolgens: Specialismen > Cardiologie > Aandoeningen. U vindt het filmpje onderaan de pagina.
Complicaties De TAVI is een risicovolle operatie. Hoe zorgvuldig deze ook wordt uitgevoerd, er bestaat altijd een kans op complicaties, zoals: • overlijden, ± 5% • neurologische uitvalsverschijnselen (CVA), ± 2% • ernstige bloedingen, ± 5% • tamponade (bloed in het hartzakje), minder dan 1% 12
Vragen? Hebt u vragen? Neemt u dan gerust contact op met uw arts of verpleegkundige. U vindt het telefoonnummer in het adreskader achter in deze folder.
13
Uw aantekeningen en vragen ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________
14
Uw aantekeningen en vragen ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________________________________________
15
St. Antonius Ziekenhuis T 088 - 320 30 00 E
[email protected] www.antoniusziekenhuis.nl
Spoedeisende Hulp 088 - 320 33 00
Cardiologie 088 - 320 11 00
Hart-Long Chirurgie 088 - 320 11 50
Locaties en bezoekadressen
Ziekenhuizen
Poliklinieken
St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn)
St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht
St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein
St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern
Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl
CAR 49/02-’15
Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis