Woord van de voorzitter
Colofon Dit is een uitgave van Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat. Correspondentieadres Postbus 501 9700 AM Groningen
Verkort jaarverslag 2013
Bezoekadres Europaweg 27 9723 AS Groningen Telefoon (050) 582 98 58 E-mail
[email protected] Internet www.bpfmedewerkersnotariaat.nl
Inclusief de pensioenkrant:
In deze pensioenkrant: • Nieuwe streefdatum fusie: 1 januari 2016 • Wijzigingen pensioenregeling per 1 januari 2015 • Naar een nieuw financieel toetsingskader • Campagne Pensioenfederatie: ‘De tijd van je leven’ • Ontwikkeling dekkingsgraad over 12 maanden • Raad van toezicht neemt plaats in van visitatiecommissie • De Nationale Pensioendialoog
Voor u ligt een gecombineerde uitgave van de pensioenkrant Mijn Pensioen én het verkorte jaarverslag van de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat over 2013. Verkort jaarverslag 2013 In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2013 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag downloaden op www.bpfmedewerkersnotariaat.nl. Mijn Pensioen In de pensioenkrant Mijn Pensioen leest u onder meer het laatste nieuws over de voorgenomen fusie met SNPF, de reglementswijzigingen per 1 januari 2015 en informatie over ‘De tijd van je leven’, de nieuwe publiekscampagne van de Pensioenfederatie.
Het jaar 2013 was het laatste jaar van het korte termijn herstelplan. Dat herstelplan is in 2009 opgestart in verband met het dekkingstekort dat toen was ontstaan. Het bestuur is blij te kunnen vaststellen dat het herstelplan heeft gewerkt. Tezamen met andere relevante omstandigheden en acties was de dekkingsgraad per 31 december 2013 107,1%. De minimaal vereiste dekkingsgraad was 104,3%, zodat er gelukkig een ruime marge was. Om u een kijkje in de keuken te gunnen, licht ik één van de relevante acties bijgaand toe. Zoals bij vrijwel alle pensioenfondsen is ook ons fonds heel gevoelig voor rente-ontwikkelingen. Mede aangezien die de laatste maanden van het jaar nog onvoorspelbaarder waren dan anders én de dekkingsgraad zich positief ontwikkelde, achtte het bestuur het opportuun om het beleggingsbeleid tijdelijk aan te passen. Het bestuur heeft daarbij voor ogen gehad dat het waarborgen van de pensioenaanspraken van de deelnemers één van de hoofddoelstellingen van het fonds is. Er zijn maatregelen getroffen om het risico te verkleinen dat per het einde van het jaar 2013 de pensioenrechten verder zouden moeten worden gekort. Per 1 april 2013 waren de rechten immers reeds gekort met 3,2%. Diverse mogelijkheden zijn onderzocht en afgewogen op effectiviteit, complexiteit, kosten en dergelijke. Zowel De Nederlandsche Bank als de deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan zijn doorlopend op de hoogte gehouden. Uiteindelijk is het besluit genomen om de methode te gebruiken van het verlagen van het percentage aandelen en is het aandelenbelang teruggebracht tot 25%. Na de jaarwisseling is het aandelenbelang weer teruggebracht op het oude niveau, nadat eerst de actie was geëvalueerd. Een voorwoord bij een jaarverslag is te kort om een compleet overzicht te geven van wat er zich in het verslagjaar heeft voorgedaan, en ook te kort om alle komende ontwikkelingen toe te lichten. Maar toch, naast hetgeen waarmee ik ben begonnen, kan over het jaar 2013 gezegd worden dat het fonds thans een systeem heeft opgezet met betrekking tot Integraal Risico Management. Samen met specialisten van TKP is gekomen tot een zogenaamd IRMdashboard waarmee op kwartaalbasis alle relevante risico's die het fonds loopt in kaart worden gebracht. Het bestuur heeft een IRM-commissie ingesteld die in de controle de leiding heeft en pro-actief risico's benoemt en het dashboard mede onderhoudt. Het bestuur verwacht met dit systeem alle risico's zoveel als mogelijk te beheersen zodat waar nodig acties kunnen worden ondernomen.
2 | Verkort jaarverslag 2013
Voor wat betreft de communicatie van en door het fonds is door middel van een representatieve steekproef een nulmeting onder de actieve deelnemers uitgevoerd, hetgeen resulteerde in een kleine voldoende. Verder dient het vertrouwen en pensioenbewustzijn vergroot te worden. Dit signaal is door het bestuur opgepakt. Ook is een risicobereidheidsonderzoek uitgevoerd, mede in verband met een heroriëntatie op de toekomst. Gebleken is dat het merendeel van de respondenten zekerheid prefereert boven het lopen van risico's. Overigens was de respons op het onderzoek helaas gering. Zoals gezegd heeft het bestuur zich beraden op de toekomst van het fonds. Dat proces is in het najaar van 2012 opgestart. Diverse vragen kwamen aan de orde. Is er nog een bestaansrecht voor dit fonds? Denk bijvoorbeeld aan de alsmaar krimpende (arbeids)markt in het notariaat. Hoe voldoet het bestuur aan de toenemende eisen op het gebied van toezicht, governance, controle, deskundigheid, communicatie en dergelijke? Daarenboven is in augustus 2013 de Wet Versterking Bestuur Pensioenfondsen in werking getreden. Per 1 juli 2014 dienen pensioenfondsen aan diverse voorwaarden te voldoen. De studies en assessments die het bestuur heeft gehouden, hebben ertoe geleid dat in 2013 besprekingen zijn opgestart met het Notarieel Pensioenfonds om de mogelijkheden te onderzoeken om te komen tot één pensioenfonds voor de totale beroepsgroep. U heeft hierover inmiddels bericht ontvangen. De Nederlandsche Bank staat positief tegenover een mogelijk samengaan. De deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan zijn ook van dit proces steeds op de hoogte gehouden en zij hebben zich laten bijstaan door een externe deskundige. Men ziet vooralsnog geen beletselen om door te gaan. Dit jaar wordt, zeker wat dit onderwerp betreft, zeer spannend en uitdagend. Mr. A.J.A. Marks werkgeversvoorzitter
Woord van de voorzitter
Colofon Dit is een uitgave van Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat. Correspondentieadres Postbus 501 9700 AM Groningen
Verkort jaarverslag 2013
Bezoekadres Europaweg 27 9723 AS Groningen Telefoon (050) 582 98 58 E-mail
[email protected] Internet www.bpfmedewerkersnotariaat.nl
Inclusief de pensioenkrant:
In deze pensioenkrant: • Nieuwe streefdatum fusie: 1 januari 2016 • Wijzigingen pensioenregeling per 1 januari 2015 • Naar een nieuw financieel toetsingskader • Campagne Pensioenfederatie: ‘De tijd van je leven’ • Ontwikkeling dekkingsgraad over 12 maanden • Raad van toezicht neemt plaats in van visitatiecommissie • De Nationale Pensioendialoog
Voor u ligt een gecombineerde uitgave van de pensioenkrant Mijn Pensioen én het verkorte jaarverslag van de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat over 2013. Verkort jaarverslag 2013 In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2013 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag downloaden op www.bpfmedewerkersnotariaat.nl. Mijn Pensioen In de pensioenkrant Mijn Pensioen leest u onder meer het laatste nieuws over de voorgenomen fusie met SNPF, de reglementswijzigingen per 1 januari 2015 en informatie over ‘De tijd van je leven’, de nieuwe publiekscampagne van de Pensioenfederatie.
Het jaar 2013 was het laatste jaar van het korte termijn herstelplan. Dat herstelplan is in 2009 opgestart in verband met het dekkingstekort dat toen was ontstaan. Het bestuur is blij te kunnen vaststellen dat het herstelplan heeft gewerkt. Tezamen met andere relevante omstandigheden en acties was de dekkingsgraad per 31 december 2013 107,1%. De minimaal vereiste dekkingsgraad was 104,3%, zodat er gelukkig een ruime marge was. Om u een kijkje in de keuken te gunnen, licht ik één van de relevante acties bijgaand toe. Zoals bij vrijwel alle pensioenfondsen is ook ons fonds heel gevoelig voor rente-ontwikkelingen. Mede aangezien die de laatste maanden van het jaar nog onvoorspelbaarder waren dan anders én de dekkingsgraad zich positief ontwikkelde, achtte het bestuur het opportuun om het beleggingsbeleid tijdelijk aan te passen. Het bestuur heeft daarbij voor ogen gehad dat het waarborgen van de pensioenaanspraken van de deelnemers één van de hoofddoelstellingen van het fonds is. Er zijn maatregelen getroffen om het risico te verkleinen dat per het einde van het jaar 2013 de pensioenrechten verder zouden moeten worden gekort. Per 1 april 2013 waren de rechten immers reeds gekort met 3,2%. Diverse mogelijkheden zijn onderzocht en afgewogen op effectiviteit, complexiteit, kosten en dergelijke. Zowel De Nederlandsche Bank als de deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan zijn doorlopend op de hoogte gehouden. Uiteindelijk is het besluit genomen om de methode te gebruiken van het verlagen van het percentage aandelen en is het aandelenbelang teruggebracht tot 25%. Na de jaarwisseling is het aandelenbelang weer teruggebracht op het oude niveau, nadat eerst de actie was geëvalueerd. Een voorwoord bij een jaarverslag is te kort om een compleet overzicht te geven van wat er zich in het verslagjaar heeft voorgedaan, en ook te kort om alle komende ontwikkelingen toe te lichten. Maar toch, naast hetgeen waarmee ik ben begonnen, kan over het jaar 2013 gezegd worden dat het fonds thans een systeem heeft opgezet met betrekking tot Integraal Risico Management. Samen met specialisten van TKP is gekomen tot een zogenaamd IRMdashboard waarmee op kwartaalbasis alle relevante risico's die het fonds loopt in kaart worden gebracht. Het bestuur heeft een IRM-commissie ingesteld die in de controle de leiding heeft en pro-actief risico's benoemt en het dashboard mede onderhoudt. Het bestuur verwacht met dit systeem alle risico's zoveel als mogelijk te beheersen zodat waar nodig acties kunnen worden ondernomen.
2 | Verkort jaarverslag 2013
Voor wat betreft de communicatie van en door het fonds is door middel van een representatieve steekproef een nulmeting onder de actieve deelnemers uitgevoerd, hetgeen resulteerde in een kleine voldoende. Verder dient het vertrouwen en pensioenbewustzijn vergroot te worden. Dit signaal is door het bestuur opgepakt. Ook is een risicobereidheidsonderzoek uitgevoerd, mede in verband met een heroriëntatie op de toekomst. Gebleken is dat het merendeel van de respondenten zekerheid prefereert boven het lopen van risico's. Overigens was de respons op het onderzoek helaas gering. Zoals gezegd heeft het bestuur zich beraden op de toekomst van het fonds. Dat proces is in het najaar van 2012 opgestart. Diverse vragen kwamen aan de orde. Is er nog een bestaansrecht voor dit fonds? Denk bijvoorbeeld aan de alsmaar krimpende (arbeids)markt in het notariaat. Hoe voldoet het bestuur aan de toenemende eisen op het gebied van toezicht, governance, controle, deskundigheid, communicatie en dergelijke? Daarenboven is in augustus 2013 de Wet Versterking Bestuur Pensioenfondsen in werking getreden. Per 1 juli 2014 dienen pensioenfondsen aan diverse voorwaarden te voldoen. De studies en assessments die het bestuur heeft gehouden, hebben ertoe geleid dat in 2013 besprekingen zijn opgestart met het Notarieel Pensioenfonds om de mogelijkheden te onderzoeken om te komen tot één pensioenfonds voor de totale beroepsgroep. U heeft hierover inmiddels bericht ontvangen. De Nederlandsche Bank staat positief tegenover een mogelijk samengaan. De deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan zijn ook van dit proces steeds op de hoogte gehouden en zij hebben zich laten bijstaan door een externe deskundige. Men ziet vooralsnog geen beletselen om door te gaan. Dit jaar wordt, zeker wat dit onderwerp betreft, zeer spannend en uitdagend. Mr. A.J.A. Marks werkgeversvoorzitter
Kerncijfers
Balans per 31 december 2013
Bedragen x € 1.000
Aantal verzekerden (per eind van het jaar) Deelnemers, actief en voortgezet Gewezen deelnemers Ingegane pensioenen Totaal aantal verzekerden Aantal aangesloten werkgevers Pensioenen Kostendekkende premie Gedempte premie Feitelijke premie Uitvoeringskosten Uitkeringen
(na resultaatbestemming) bedragen x € 1.000 2013 __________ 6.377 13.588 2.348 22.313
2012 __________ 6.646 13.879 2.761 23.286
2011 __________ 7.409 13.217 2.598 23.224
2010 __________ 7.515 13.036 2.289 22.840
2009 __________ 8.219 12.160 2.057 22.436
867
834
833
824
823
22.549 15.133 20.989 2.296 23.917
25.624 16.088 23.058 2.180 23.501
27.866 19.323 22.441 2.057 21.773
24.318 17.696 22.310 1.642 20.578
30.148 18.848 25.334 1.475 18.974
ACTIVA Beleggingen voor risico pensioenfonds Vorderingen en overlopende activa Overige activa Totaal activa
PASSIVA Stichtingskapitaal en reserves Technische voorzieningen Overige schulden en overlopende passiva Totaal passiva
Reguliere toeslagverlening (per 1 januari) Actieve deelnemers Gewezen deelnemers en ingegane pensioenen
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
Korting
0,0%
3,2%
0,0%
2,1%
0,0%
56.499 793.925 107,1% 104,3% 111,4%
1.723 834.651 100,2% 104,3% 111,3%
-85.636 806.179 89,4% 104,3% 112,1%
-21.512 687.610 96,9% 104,3% 112,9%
-42.894 616.464 93,0% 105,0% 109,0%
2,8%
2,5%
2,7%
3,4%
3,9%
848.453 26.335 __________
835.424 118.486 __________
720.132 56.396 __________
662.534 91.437 __________
575.068 46.136 __________
10.559 216.882 569.318 51.833 -139 848.453
11.331 249.651 496.012 61.621 16.807 835.422
12.240 171.807 446.633 74.635 14.817 720.132
11.617 165.357 419.299 47.562 18.699 662.534
9.192 151.314 333.859 70.541 10.162 575.068
Vermogen en solvabiliteit Aanwezig eigen vermogen Voorziening pensioenverplichtingen Dekkingsgraad in % Dekkingsgraad bij minimaal vereist eigen vermogen Dekkingsgraad bij vereist eigen vermogen Rentetermijnstructuur (RTS) Beleggingen Netto balanswaarde Beleggingsopbrengsten Beleggingsportefeuille Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen Totaal Beleggingsrendement in % Benchmarkrendement portefeuille in % Voorlopige Z-score Performance toets
16,29% 16,76% 0,82 7,27
8,39% 5,19% 2,14 6,38
15,93% 10,83% 4,94 5,74
8,68% 10,00% 1,23 3,75
31-12-2012 __________
865.676 2.733 597 __________ 869.006 __________ ––––––––––
901.653 2.222 468 __________ 904.343 __________ ––––––––––
56.499 793.925 18.582 __________ 869.006 __________ ––––––––––
1.723 834.651 67.969 __________ 904.343 __________ ––––––––––
Staat van baten en lasten Bedragen x € 1.000
2013 BATEN Premiebijdragen voor risico pensioenfonds Beleggingsresultaten voor risico pensioenfonds Overige baten Totaal baten
3,06% 3,85% 0,59 5,62
31-12-2013 __________
LASTEN Pensioenuitkeringen Pensioenuitvoeringskosten Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico pensioenfonds - Pensioenopbouw - Korting van aanspraak en rechten - Rentetoevoeging - Onttrekking voor uitkeringen en uitvoeringskosten - Wijziging marktrente - Wijziging actuariële uitgangspunten - Wijziging uit hoofde van overdracht van rechten - Overige mutaties voorziening pensioenverplichtingen
Mutatie overige technische voorzieningen Saldo overdrachten van rechten Lasten herverzekering Overige lasten Saldo van baten en lasten
Saldo van baten en lasten
Bestemming van het saldo van baten en lasten Algemene reserve
2012 20.989 26.335 18 __________ 47.342 __________ ––––––––––
23.058 118.486 138 __________ 141.682 __________ ––––––––––
23.917 2.296
23.501 2.180
17.880 145 2.900
20.558 -27.038 12.373
-24.655 -26.872 0 -7.983 ––––––––––
-23.654 48.874 -1.885 -13 –––––––––– -39.352
28.429
-1.374 -558 7.608 29 __________ -7.434 __________ –––––––––– __________ 54.776 __________ ––––––––––
44 -4 174 0 __________ 54.323 __________ –––––––––– __________ 87.359 __________ ––––––––––
54.776 __________
87.359 __________
Raad van toezicht neemt plaats in van visitatiecommissie Sinds 1 juli 2014 heeft het pensioenfonds een raad van toezicht als intern toezichtsorgaan. De raad is daarmee in de plaats gekomen van een periodieke visitatiecommissie. Instelling van de raad van toezicht is een nieuwe, wettelijke verplichting voor bedrijfstakpensioenfondsen. De raad heeft als taak toezicht te houden op beleidsprocedures en bestuursprocessen binnen het fonds. Daarnaast behoren ook de wijze waarop het fonds wordt aangestuurd en de manier waarop door het bestuur wordt omgegaan met de risico’s op de langere termijn tot het takenpakket van de raad. Ook zijn bepaalde bestuursbesluiten aan de goedkeuring van de raad van toezicht onderworpen. Het gaat daarbij onder andere om besluiten die te maken hebben met de vaststelling van het jaarverslag, de jaarrekening, het beloningsbeleid en met de gehele of gedeeltelijke overdracht van de verplichtingen van het fonds c.q. de overname van verplichtingen door het fonds. Onafhankelijke deskundigen De raad van toezicht bestaat uit tenminste drie deskundige personen die onafhankelijk zijn en dit tot uiting laten komen in het toezicht. Op dit moment hebben de volgende personen zitting in de raad: • De heer Xander den Uyl is voorzitter van de raad. Daarnaast is hij o.a. voorzitter van het pensioenfonds PWRI en adviseur maatschappelijk verantwoord beleggen APG. • De heer Sako Zeverijn is vice-voorzitter van de raad. Daarnaast is hij o.a. voorzitter van het pensioenfonds Xeros, vice-voorzitter van het pensioenfonds Tandartsen en Tandarts-specialisten en lid van diverse visitatiecommissies. • De invulling van de laatste zetel met als aandachtsgebied vermogensbeheer is nog vacant.
De Nationale Pensioendialoog Staatssecretaris Klijnsma roept iedereen op om in gesprek te gaan over het pensioen door mee te doen aan De Nationale Pensioendialoog. Klijnsma: ‘Ik snap best dat het voor veel mensen ingewikkelde materie is, maar het gaat wel ergens over. Hoe zorgen we dat we een goed pensioenstelsel houden in de toekomst waar we op kunnen blijven vertrouwen? Iedereen krijgt de kans om mee te denken en mee te discussiëren’. Als u wilt, kunt u meepraten. Kijk daarvoor op www.denationalepensioendialoog.nl.
Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat | 11
Kerncijfers
Balans per 31 december 2013
Bedragen x € 1.000
Aantal verzekerden (per eind van het jaar) Deelnemers, actief en voortgezet Gewezen deelnemers Ingegane pensioenen Totaal aantal verzekerden Aantal aangesloten werkgevers Pensioenen Kostendekkende premie Gedempte premie Feitelijke premie Uitvoeringskosten Uitkeringen
(na resultaatbestemming) bedragen x € 1.000 2013 __________ 6.377 13.588 2.348 22.313
2012 __________ 6.646 13.879 2.761 23.286
2011 __________ 7.409 13.217 2.598 23.224
2010 __________ 7.515 13.036 2.289 22.840
2009 __________ 8.219 12.160 2.057 22.436
867
834
833
824
823
22.549 15.133 20.989 2.296 23.917
25.624 16.088 23.058 2.180 23.501
27.866 19.323 22.441 2.057 21.773
24.318 17.696 22.310 1.642 20.578
30.148 18.848 25.334 1.475 18.974
ACTIVA Beleggingen voor risico pensioenfonds Vorderingen en overlopende activa Overige activa Totaal activa
PASSIVA Stichtingskapitaal en reserves Technische voorzieningen Overige schulden en overlopende passiva Totaal passiva
Reguliere toeslagverlening (per 1 januari) Actieve deelnemers Gewezen deelnemers en ingegane pensioenen
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
Korting
0,0%
3,2%
0,0%
2,1%
0,0%
56.499 793.925 107,1% 104,3% 111,4%
1.723 834.651 100,2% 104,3% 111,3%
-85.636 806.179 89,4% 104,3% 112,1%
-21.512 687.610 96,9% 104,3% 112,9%
-42.894 616.464 93,0% 105,0% 109,0%
2,8%
2,5%
2,7%
3,4%
3,9%
848.453 26.335 __________
835.424 118.486 __________
720.132 56.396 __________
662.534 91.437 __________
575.068 46.136 __________
10.559 216.882 569.318 51.833 -139 848.453
11.331 249.651 496.012 61.621 16.807 835.422
12.240 171.807 446.633 74.635 14.817 720.132
11.617 165.357 419.299 47.562 18.699 662.534
9.192 151.314 333.859 70.541 10.162 575.068
Vermogen en solvabiliteit Aanwezig eigen vermogen Voorziening pensioenverplichtingen Dekkingsgraad in % Dekkingsgraad bij minimaal vereist eigen vermogen Dekkingsgraad bij vereist eigen vermogen Rentetermijnstructuur (RTS) Beleggingen Netto balanswaarde Beleggingsopbrengsten Beleggingsportefeuille Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen Totaal Beleggingsrendement in % Benchmarkrendement portefeuille in % Voorlopige Z-score Performance toets
16,29% 16,76% 0,82 7,27
8,39% 5,19% 2,14 6,38
15,93% 10,83% 4,94 5,74
8,68% 10,00% 1,23 3,75
31-12-2012 __________
865.676 2.733 597 __________ 869.006 __________ ––––––––––
901.653 2.222 468 __________ 904.343 __________ ––––––––––
56.499 793.925 18.582 __________ 869.006 __________ ––––––––––
1.723 834.651 67.969 __________ 904.343 __________ ––––––––––
Staat van baten en lasten Bedragen x € 1.000
2013 BATEN Premiebijdragen voor risico pensioenfonds Beleggingsresultaten voor risico pensioenfonds Overige baten Totaal baten
3,06% 3,85% 0,59 5,62
31-12-2013 __________
LASTEN Pensioenuitkeringen Pensioenuitvoeringskosten Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico pensioenfonds - Pensioenopbouw - Korting van aanspraak en rechten - Rentetoevoeging - Onttrekking voor uitkeringen en uitvoeringskosten - Wijziging marktrente - Wijziging actuariële uitgangspunten - Wijziging uit hoofde van overdracht van rechten - Overige mutaties voorziening pensioenverplichtingen
Mutatie overige technische voorzieningen Saldo overdrachten van rechten Lasten herverzekering Overige lasten Saldo van baten en lasten
Saldo van baten en lasten
Bestemming van het saldo van baten en lasten Algemene reserve
2012 20.989 26.335 18 __________ 47.342 __________ ––––––––––
23.058 118.486 138 __________ 141.682 __________ ––––––––––
23.917 2.296
23.501 2.180
17.880 145 2.900
20.558 -27.038 12.373
-24.655 -26.872 0 -7.983 ––––––––––
-23.654 48.874 -1.885 -13 –––––––––– -39.352
28.429
-1.374 -558 7.608 29 __________ -7.434 __________ –––––––––– __________ 54.776 __________ ––––––––––
44 -4 174 0 __________ 54.323 __________ –––––––––– __________ 87.359 __________ ––––––––––
54.776 __________
87.359 __________
Raad van toezicht neemt plaats in van visitatiecommissie Sinds 1 juli 2014 heeft het pensioenfonds een raad van toezicht als intern toezichtsorgaan. De raad is daarmee in de plaats gekomen van een periodieke visitatiecommissie. Instelling van de raad van toezicht is een nieuwe, wettelijke verplichting voor bedrijfstakpensioenfondsen. De raad heeft als taak toezicht te houden op beleidsprocedures en bestuursprocessen binnen het fonds. Daarnaast behoren ook de wijze waarop het fonds wordt aangestuurd en de manier waarop door het bestuur wordt omgegaan met de risico’s op de langere termijn tot het takenpakket van de raad. Ook zijn bepaalde bestuursbesluiten aan de goedkeuring van de raad van toezicht onderworpen. Het gaat daarbij onder andere om besluiten die te maken hebben met de vaststelling van het jaarverslag, de jaarrekening, het beloningsbeleid en met de gehele of gedeeltelijke overdracht van de verplichtingen van het fonds c.q. de overname van verplichtingen door het fonds. Onafhankelijke deskundigen De raad van toezicht bestaat uit tenminste drie deskundige personen die onafhankelijk zijn en dit tot uiting laten komen in het toezicht. Op dit moment hebben de volgende personen zitting in de raad: • De heer Xander den Uyl is voorzitter van de raad. Daarnaast is hij o.a. voorzitter van het pensioenfonds PWRI en adviseur maatschappelijk verantwoord beleggen APG. • De heer Sako Zeverijn is vice-voorzitter van de raad. Daarnaast is hij o.a. voorzitter van het pensioenfonds Xeros, vice-voorzitter van het pensioenfonds Tandartsen en Tandarts-specialisten en lid van diverse visitatiecommissies. • De invulling van de laatste zetel met als aandachtsgebied vermogensbeheer is nog vacant.
De Nationale Pensioendialoog Staatssecretaris Klijnsma roept iedereen op om in gesprek te gaan over het pensioen door mee te doen aan De Nationale Pensioendialoog. Klijnsma: ‘Ik snap best dat het voor veel mensen ingewikkelde materie is, maar het gaat wel ergens over. Hoe zorgen we dat we een goed pensioenstelsel houden in de toekomst waar we op kunnen blijven vertrouwen? Iedereen krijgt de kans om mee te denken en mee te discussiëren’. Als u wilt, kunt u meepraten. Kijk daarvoor op www.denationalepensioendialoog.nl.
Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat | 11
Financiële positie
De hoofddoelstelling van het pensioenfonds is het op lange termijn garanderen van de nominale pensioenaanspraken en pensioenrechten, evenals het streven (voorwaardelijk: voor zover de middelen van het pensioenfonds het toelaten en afhankelijk van de dekkingsgraad) naar het zo veel mogelijk waardevast houden van ingegane pensioenen en premievrije pensioenaanspraken. Het beleggingsbeleid (inclusief het toeslagenbeleid) is er op gericht om deze doelstelling te realiseren. Het bestuur heeft beleid ontwikkeld op het gebied van financiering, beleggingen en toeslagen om de risico’s en de financiële positie van het pensioenfonds te beheersen.
De financiële positie van het pensioenfonds komt tot uitdrukking in de zogeheten dekkingsgraad, die de verhouding aangeeft tussen enerzijds het pensioenvermogen en anderzijds de technische voorzieningen, te weten de Voorziening Pensioenverplichtingen (VPV) en overige technische voorzieningen. Het pensioenvermogen is daarbij de som
De financiële positie van het pensioenfonds komt tot uitdrukking in de zogeheten dekkingsgraad, die de verhouding aangeeft tussen enerzijds het pensioenvermogen en anderzijds de technische voorzieningen, te weten de Voorziening Pensioenverplichtingen (VPV) en overige technische voorzieningen. Het pensioenvermogen is daarbij de som van de technische voorzieningen en het vermogen van het pensioenfonds. De dekkingsgraad bedraagt ultimo 2013 107,1%.
Ontwikkeling dekkingsgraad De onderstaande grafiek geeft aan hoe de dekkingsgraad zich in het afgelopen jaar heeft ontwikkeld.
van de technische voorzieningen en het vermogen van het pensioenfonds.
Ultimo 2012 was er sprake van een dekkingstekort en een reservetekort, ultimo 2013 was er alleen nog sprake van een reservetekort. Het in 2009 ingegane korte termijn- en lange termijnherstelplan is nog altijd van toepassing. De afgelopen jaren heeft de dekkingsgraad zich als volgt ontwikkeld:
Dekkingsgraad 2013
Ontwikkeling dekkingsgraad 2009 - 2013
110%
110%
105%
105%
100%
100%
95%
95%
90%
90%
85%
85% JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUN
JUL
AUG SEPT
Dekkingsgraad per maand Minimaal vereiste dekkingsgraad (104,3%)
OKT
NOV
DEC
2013
2012
2011
2010
2009
Herstelplan
In 2009 heeft het pensioenfonds een korte termijn herstelplan ingediend bij DNB omdat de dekkingsraad in 2008 was gedaald tot minder dan 105% (eind 2008 was de dekkingsgraad 88%). Op 8 februari 2011 heeft het bestuur de goedkeurende beschikking van DNB voor het herstelplan verkregen. In 2013 heeft de dekkingsgraad zich ten opzichte van het herstelplan als volgt ontwikkeld:
Tweede kortingsbesluit: 3,2% per 1 april 2013 Jaarlijks voert het pensioenfonds een evaluatie uit van het herstelplan. Ondanks de eerdere korting bleef het pensioenfonds achterlopen op het herstelpad. Op basis van de cijfers ultimo 2012 is wederom een evaluatie uitgevoerd, die heeft geresulteerd in een korting van 3,2% per 1 april 2013. Deze korting is met ingang 31 december 2012 reeds verwerkt in de voorziening pensioenverplichting.
4 | Verkort jaarverslag 2013
Verwacht 2013 Werkelijk 2013 --------------------- --------------------Dekkingsgraad 1 januari 97,0% 100,2% --------------------- --------------------Effect premies 0,2% -0,1% Effect uitkeringen -0,1% 0,0% Effect toeslagverlening 3,2% 0,0% Effect overrendement 3,8% 2,8% Effect rentetermijnstructuur voorziening pensioenverplichtingen 0,0% 3,4% Overige effecten 0,2% 0,8% --------------------- --------------------Dekkingsgraad 31 december 104,3% 107,1% --------------------- ---------------------
Beleggingen
De voornaamste financiële doelstellingen van het pensioenfonds zijn: • • •
Beleggingsmix per 31 december 2013
het waarborgen van de opbouw van de pensioenaanspraken overeenkomstig de in het reglement vastgelegde bepalingen; het minimaliseren van de kansen op een dekkings- en reservetekort, alsmede van de mate van dekkings- en reservetekort; het maximaliseren van het beleggingsrendement om de toeslagambitie te realiseren.
66,75% Vastrentende waarden 29,87% Aandelen
Om de beoogde pensioenuitkeringen op korte en lange termijn veilig te stellen, wenst het bestuur de toevertrouwde middelen op een verantwoorde en solide wijze te beleggen. Het pensioenfonds belegt vanuit de zogeheten prudent person gedachte. Daarbij moeten de beleggingen voldoen aan kwalitatieve beginselen van veiligheid, kwaliteit en spreiding van risico’s. In lijn hiermee is de hoofddoelstelling van het beleggingsbeleid: “het op lange termijn realiseren van een zo hoog mogelijk rendement uitgaande van het strategische beleggingsbeleid bij een acceptabel risico, rekening houdend met de verplichtingenstructuur van het pensioenfonds.” Hoewel het rendement op de portefeuille een hoge prioriteit heeft, staan een enigszins defensief karakter van het beleggingsbeleid en een voorzichtige afweging van risico en rendement voorop. Het fonds hanteert een passieve beleggingsstijl. Het bestuur heeft de overtuiging dat de extra risico’s en kosten van actief beheer, niet opwegen tegen de positieve kans op extra rendementen. Om de verhouding tussen rendement en risico te optimaliseren, wordt in drie verschillende hoofdcategorieën belegd:
2,01%
Grondstoffen
1,36%
Vastgoedbeleggingen
0,01%
Overige beleggingen
De performance over 2013 per beleggingscategorie in vergelijking met de benchmark wordt in onderstaande tabel weergegeven, de genoemde percentages zijn exclusief in rekening gebrachte kosten. Aandelen Vastrentende waarde Vastgoed Overig Totaal
Gerealiseerd Benchmark % % --------------------- --------------------22,91 22,13 -4,56 -3,75 -4,45 -4,45 -0,79 -1,62 --------------------- --------------------3,06 3,85 --------------------- ---------------------
• vastrentende waarden • aandelen • vastgoed De beleggingspositie in grondstoffen, die in 2013 tot een van de beleggingscategorieën behoorde, is in 2013 volledig afgebouwd.
Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat | 5
Deelnemersbestand
Hiernaast is te zien hoe het deelnemersbestand van de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat zich heeft ontwikkeld. De daling van het aantal gepensioneerden ten opzichte van 2012 wordt, naast de reguliere afname, veroorzaakt door een andere wijze van tellingen van deelnemers met prepensioen.
Stand ultimo 2012
Bij
Af
Stand ultimo 2013
6.646
698
967
6.377
13.879
858
1.149
13.588
2.689
202
543
2.348
2.047
116
460
1.703
- arbeidsongeschiktheidspensioen
150
14
31
133
- partnerpensioen
462
62
38
486
- wezenpensioen
30
10
14
26
23.214
1.758
2.659
22.313
Deelnemersbestand Actieven Gewezen deelnemers Gepensioneerden - (tijdelijk) ouderdomspensioen
Totaal
6 | Verkort jaarverslag 2013
November 2014
Nieuwe streefdatum fusie: 1 januari 2016 De beoogde fusie tussen Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat (SBMN) en Stichting Notarieel Pensioenfonds (SNPF) heeft een nieuwe streefdatum: 1 januari 2016. De vertraging heeft alles te maken met de aanpassing van de Wet op het notarisambt. Beide betrokken ministeries, Veiligheid en Justitie én Sociale Zaken en Werkgelegenheid, hebben aangegeven meer tijd nodig te hebben om de – voor de fusie noodzakelijke – wetswijziging door te voeren. Stijn Marks en Eric Greup, bestuursvoorzitters van respectievelijk SBMN en SNPF, lichten toe wat op dit moment de status van het fusietraject is. ‘De doorlooptijd voor de wetswijziging is helaas langer dan verwacht’, vertelt Stijn Marks. ‘Een eerder fusiemoment was absoluut gewenst geweest, maar eens te meer is gebleken dat wetgeving van allerlei factoren afhankelijk is.’ ‘Formeel ligt een wijziging van de Wet op het notarisambt bij Justitie,’ vult Eric Greup aan. ‘Maar omdat er sprake is van een pensioencomponent, wilde ook Sociale Zaken erbij betrokken worden. Inmiddels is door beide ministeries besloten om de wetswijziging gezamenlijk op te pakken. Al met al is daar veel tijd mee gemoeid geweest, maar het goede nieuws is dat beide ministeries nu hetzelfde einddoel voor ogen hebben, namelijk aanpassing van de wet die een fusie per 1 januari 2016 mogelijk moet maken.’ Meer uniforme regelingen en beleggingen ‘Iedereen is het erover eens dat de fusie moet doorgaan,’ vervolgt Eric Greup. ‘Dus ook alle stakeholders, zoals de KNB, de verantwoordingsorganen van beide fondsen en de sociale partners. De projectorganisatie Samengaan SBMN & SNPF gaat door op de ingeslagen weg. Vijf commissies, elk met hun eigen aandachtsgebied zoals governance,
pensioenregelingen, communicatie en vermogensbeheer, richten zich nu op basis van een aangepaste planning op de datum van 1 januari 2016.’ ‘Er is de afgelopen periode overigens al het nodige gebeurd,’ benadrukt Stijn Marks. ‘Bijvoorbeeld de ontwikkeling van een huisstijl voor het nieuwe pensioenfonds. Een andere mijlpaal is de aanpassing van de pensioenregeling van SBMN per 1 januari 2015, om te bewerkstelligen dat de twee huidige pensioenregelingen meer met elkaar in de pas gaan lopen. Ook moeten we ervoor zorgen dat de dekkingsgraden van SNPF en SBMN zo dicht mogelijk bij elkaar blijven liggen.’ Eric Greup: ‘Als een van de fondsen straks een betere financiële positie heeft ten opzichte van de ander, zal dat toch gelijkgetrokken moeten worden. Dat moeten we proberen te voorkomen.’ Stijn Marks: ‘Binnen de beleidskaders die er zijn, verschuiven de beide fondsen om die reden de beleggingen en rente-afdekking op een dusdanige manier dat het vermogensbeheerbeleid zoveel mogelijk op elkaar wordt afgestemd. Het beleggingsproces wordt maandelijks gemonitord door de beleggingscommissies van SNPF en SBMN.’
Parapluregeling Kan er al iets worden gezegd over de pensioenregeling van het nieuwe pensioenfonds? Stijn Marks: ‘Het streven is om tot een ‘parapluregeling’ te komen, een pensioenregeling die voor beide populaties zo gelijkvormig mogelijk is, maar waarbij op bepaalde punten zeker verschillen kunnen blijven bestaan. Overigens ligt de uiteindelijke beslissing over de nieuwe regeling bij de sociale partners, waarbij de beide pensioenfondsen natuurlijk de nodige ondersteuning bieden.’ De voordelen van een fusie staan buiten kijf, meent Stijn Marks: ‘Het streven is om een toekomstbestendig pensioenfonds neer te zetten. Lage kosten zijn daarbij van cruciaal belang.’ Eric Greup: ‘Een fusie tussen de beide fondsen levert naar verwachting een kostenbesparing op van tussen de twee en drie miljoen euro, vooral op het gebied van de governance en het vermogensbeheer. We zullen de komende tijd dan ook nadrukkelijk de contracten met alle externe partijen onder de loep nemen, zoals accountants, adviseurs en uitvoerders.’
Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat | 7
Wijzigingen pensioenregeling per 1 januari 2015
De werkgeverscommissie van de PensioenKamer en de Bond van Medewerkers in het Notariaat hebben gezamenlijk besloten om de pensioenregeling van SBMN per 1 januari 2015 op een aantal punten te wijzigen. Aanleiding voor aanpassing van de pensioenregeling is (onder andere) het gewijzigd Witteveenkader 2015, waarin de richtlijnen voor fiscaal zuivere pensioenregelingen zijn vastgelegd. In vergelijking tot de huidige regeling wordt het opbouwpercentage verlaagd van 2,00% naar 1,75%. Als compensatie voor deze verlaagde opbouw wordt met ingang van de genoemde datum het nabestaandenpensioen op opbouwbasis gefinancierd. De overige variabelen zoals franchise, maximum pensioengevend salaris en de feitelijke premie blijven ongewijzigd. Regelingen van SBMN en SNPF meer op één lijn Naast het feit dat de wijzigingen fiscaal-juridisch noodzakelijk zijn, zorgen ze ervoor dat de regelingen van SBMN en de beoogde fusiepartner SNPF op de betreffende onderdelen gelijk worden getrokken. De verschillen tussen de regeling van SBMN en SNPF worden als gevolg hiervan minder groot. Belangrijke verschillen die nog tussen beide regelingen blijven bestaan, betreffen de hoogte van het maximaal pensioengevend salaris en de hoogte van de franchise. Daarnaast is de premiestelling in beide regelingen verschillend (bij SBMN staat de premie vast en bij SNPF wordt deze jaarlijks opnieuw vastgesteld). Door de genoemde wijzigingen per 1 januari 2015 in de pensioenregeling van SBMN door te voeren, wordt een belangrijke stap gezet in het bereiken van een parapluregeling voor beide fondsen.
8 | Mijn pensioen
De wijzigingen per 1 januari 2015 • Het opbouwpercentage van het ouderdomspensioen wordt verlaagd van 2% naar 1,75% • De financiering van het partnerpensioen wijzigt en vindt per 1 januari 2015 niet meer plaats op risicobasis, maar op opbouw basis. Concreet betekent dit dat er daadwerkelijk partnerpensioen wordt opgebouwd, namelijk 70% van het jaarlijks opgebouwde ouderdomspensioen. In samenhang met de nieuwe regeling zijn er nog afspraken te maken over hoe het pensioenfonds omgaat met de opgebouwde aanspraken tot 1 januari 2015. U kunt hierbij denken aan het aanpassen van oude pensioenrechten die nog een pensioenleeftijd van 65 kennen, en het inkopen van een partnerpensioen voor de achterliggende jaren. Het is voor alle partijen wenselijk dat hierover eenduidige en heldere keuzes in worden gemaakt. Wij zullen u per brief nader informeren over de aanpassingen van de reeds opgebouwde aanspraken.
Naar een nieuw financieel toetsingskader
Naar verwachting wordt per 1 januari 2015 de Pensioenwet aangepast waardoor er nieuwe financiële spelregels voor pensioenfondsen gaan gelden. Dit wordt het ‘nieuw Financieel Toetsingskader’ (nFTK) genoemd. De Tweede Kamer heeft hier inmiddels mee ingestemd. In het nFTK staat dat pensioenfondsen hogere buffers moeten aanhouden. Daarnaast worden regels geïntroduceerd voor de toeslagverlening en voor het eventueel verlagen van pensioen. Aan pensioenfondsen worden hogere buffereisen gesteld. Die buffers zijn bedoeld om risico’s te kunnen opvangen, zodat de pensioenen ook betaald kunnen worden in slechte tijden. Ten opzichte van de huidige regels gaan de buffers met zo’n 5% omhoog. De noodzakelijke dekkingsgraad van een gemiddeld pensioenfonds stijgt ongeveer van 120% (voor een gemiddeld fonds) naar 125%. Andere manier van dekkingsgraad berekenen In het huidige toetsingskader is de actuele dekkingsgraad leidend. Om de invloed van dagkoersen te beperken, zal in de wet worden vastgelegd dat pensioenfondsen hun beleidsmaatregelen moeten baseren op de zogenoemde beleidsdekkingsgraad. Deze beleidsdekkingsgraad wordt berekend als een gemiddelde van de actuele dekkingsgraden over 12 maanden. Andere regels toeslagverlening Er worden nieuwe regels geïntroduceerd voor de toeslagverlening. Zo kan er alleen toeslag worden verleend vanaf een beleidsdekkingsgraad van 110%; dit is momenteel 105%. De toeslag die verleend mag worden, is afhankelijk van hoever de dekkingsgraad boven 110% ligt. Er mag 1/10 deel van het beschikbare vermogen boven die 110% worden gebruikt
voor toeslagen. Zo mag er ca. 0,5% toeslag verleend worden bij een dekkingsgraad van 115%, ca. 1,0% toeslag bij een dekkingsgraad van 120%, etc. De toeslag wordt zodanig vastgesteld dat deze naar verwachting blijvend op hetzelfde niveau kan worden gegeven. Dit betekent dat er minder snel tot het verlenen van een toeslag overgegaan kan worden dan onder de huidige regels het geval is. Voor het inhalen van in het verleden niet verleende toeslagen is tijdens de behandeling in de Tweede Kamer afgesproken dat soepelere regels gelden. Hier mag 1/5 deel van het beschikbare vermogen voor worden aangewend, in plaats van 1/10 deel. Andere regels voor korten In de nieuwe regels geldt dat een pensioenfonds 10 jaar de tijd heeft om de dekkingsgraad weer op het niveau te brengen van de vereiste dekkingsgraad (gemiddeld genomen 125%). Als dat in die periode niet lukt, moet het fonds – als er geen andere mogelijkheden meer zijn – tot korting van de pensioenen overgaan. Die korting kan dan gespreid worden over een periode van 10 jaar. Ten opzichte van de huidige regels betekent dat naar verwachting een minder grote korting. Wat betekent dit voor u? Op dit moment wordt het wetsvoorstel behandeld in de Eerste Kamer en het is daarom – al zijn de hoofdlijnen wel bekend - nog niet exact aan te geven wat dit voor de pensioenregeling betekent. Zodra meer duidelijk is, informeren wij u hierover.
Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat | 9
Ontwikkeling dekkingsgraad over 12 maanden
De dekkingsgraad geeft de verhouding aan tussen de (huidige en toekomstige) pensioenverplichtingen (of betalingsverplichtingen) en het geld dat het fonds heeft om deze pensioenverplichtingen te kunnen betalen. In de grafiek ziet u het verloop van de dekkingsgraad in de periode september 2013 – september 2014. Ultimo september 2014 kwam de dekkingsgraad uit op 109,4%.
10 | Mijn pensioen
114% 112% 110% 108% 106% 104% 102%
sep-14
aug-14
jul-14
jun-14
apr-14
mei-14
mrt-14
feb-14
jan-14
dec-13
nov-13
100% okt-13
‘De tijd van je leven’. Zo heet de nieuwe publiekscampagne van de Pensioenfederatie. De website www.detijdvanjeleven.nl richt zich op iedereen tussen 25 en 35 jaar die in Nederland woont. Doel van de site is het onderwerp pensioen minder abstract te maken. Door aan te sluiten op de interesses van de doelgroep maakt de site contact met hen, om vervolgens op verschillende manieren iets te vertellen over pensioen en zaken die daarmee te maken hebben. De site bestaat uit luchtige onderdelen, zoals een bucketlist (een lijst met dingen die iemand nog gedaan wil hebben in het leven) en een geluksmeter. Daarnaast zijn er vanzelfsprekend ook informatieve onderdelen, waaronder animaties over wat een goed pensioen kost. De luchtige onderdelen moeten de site laagdrempelig maken en de bezoeker verleiden ook de meer informatieve delen te bezoeken. Daar is namelijk de boodschap te vinden die de Pensioenfederatie wil achterlaten bij de doelgroep: ‘ook voor jou is er straks nog pensioen’. De Pensioenfederatie zorgt ervoor dat de content deelbaar is via social media, om meer websitebezoek te genereren.
Verloop dekkingsgraad
sept-13
Campagne Pensioenfederatie: ‘De tijd van je leven’
Kerncijfers
Balans per 31 december 2013
Bedragen x € 1.000
Aantal verzekerden (per eind van het jaar) Deelnemers, actief en voortgezet Gewezen deelnemers Ingegane pensioenen Totaal aantal verzekerden Aantal aangesloten werkgevers Pensioenen Kostendekkende premie Gedempte premie Feitelijke premie Uitvoeringskosten Uitkeringen
(na resultaatbestemming) bedragen x € 1.000 2013 __________ 6.377 13.588 2.348 22.313
2012 __________ 6.646 13.879 2.761 23.286
2011 __________ 7.409 13.217 2.598 23.224
2010 __________ 7.515 13.036 2.289 22.840
2009 __________ 8.219 12.160 2.057 22.436
867
834
833
824
823
22.549 15.133 20.989 2.296 23.917
25.624 16.088 23.058 2.180 23.501
27.866 19.323 22.441 2.057 21.773
24.318 17.696 22.310 1.642 20.578
30.148 18.848 25.334 1.475 18.974
ACTIVA Beleggingen voor risico pensioenfonds Vorderingen en overlopende activa Overige activa Totaal activa
PASSIVA Stichtingskapitaal en reserves Technische voorzieningen Overige schulden en overlopende passiva Totaal passiva
Reguliere toeslagverlening (per 1 januari) Actieve deelnemers Gewezen deelnemers en ingegane pensioenen
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
0,0% 0,0%
Korting
0,0%
3,2%
0,0%
2,1%
0,0%
56.499 793.925 107,1% 104,3% 111,4%
1.723 834.651 100,2% 104,3% 111,3%
-85.636 806.179 89,4% 104,3% 112,1%
-21.512 687.610 96,9% 104,3% 112,9%
-42.894 616.464 93,0% 105,0% 109,0%
2,8%
2,5%
2,7%
3,4%
3,9%
848.453 26.335 __________
835.424 118.486 __________
720.132 56.396 __________
662.534 91.437 __________
575.068 46.136 __________
10.559 216.882 569.318 51.833 -139 848.453
11.331 249.651 496.012 61.621 16.807 835.422
12.240 171.807 446.633 74.635 14.817 720.132
11.617 165.357 419.299 47.562 18.699 662.534
9.192 151.314 333.859 70.541 10.162 575.068
Vermogen en solvabiliteit Aanwezig eigen vermogen Voorziening pensioenverplichtingen Dekkingsgraad in % Dekkingsgraad bij minimaal vereist eigen vermogen Dekkingsgraad bij vereist eigen vermogen Rentetermijnstructuur (RTS) Beleggingen Netto balanswaarde Beleggingsopbrengsten Beleggingsportefeuille Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen Totaal Beleggingsrendement in % Benchmarkrendement portefeuille in % Voorlopige Z-score Performance toets
16,29% 16,76% 0,82 7,27
8,39% 5,19% 2,14 6,38
15,93% 10,83% 4,94 5,74
8,68% 10,00% 1,23 3,75
31-12-2012 __________
865.676 2.733 597 __________ 869.006 __________ ––––––––––
901.653 2.222 468 __________ 904.343 __________ ––––––––––
56.499 793.925 18.582 __________ 869.006 __________ ––––––––––
1.723 834.651 67.969 __________ 904.343 __________ ––––––––––
Staat van baten en lasten Bedragen x € 1.000
2013 BATEN Premiebijdragen voor risico pensioenfonds Beleggingsresultaten voor risico pensioenfonds Overige baten Totaal baten
3,06% 3,85% 0,59 5,62
31-12-2013 __________
LASTEN Pensioenuitkeringen Pensioenuitvoeringskosten Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico pensioenfonds - Pensioenopbouw - Korting van aanspraak en rechten - Rentetoevoeging - Onttrekking voor uitkeringen en uitvoeringskosten - Wijziging marktrente - Wijziging actuariële uitgangspunten - Wijziging uit hoofde van overdracht van rechten - Overige mutaties voorziening pensioenverplichtingen
Mutatie overige technische voorzieningen Saldo overdrachten van rechten Lasten herverzekering Overige lasten Saldo van baten en lasten
Saldo van baten en lasten
Bestemming van het saldo van baten en lasten Algemene reserve
2012 20.989 26.335 18 __________ 47.342 __________ ––––––––––
23.058 118.486 138 __________ 141.682 __________ ––––––––––
23.917 2.296
23.501 2.180
17.880 145 2.900
20.558 -27.038 12.373
-24.655 -26.872 0 -7.983 ––––––––––
-23.654 48.874 -1.885 -13 –––––––––– -39.352
28.429
-1.374 -558 7.608 29 __________ -7.434 __________ –––––––––– __________ 54.776 __________ ––––––––––
44 -4 174 0 __________ 54.323 __________ –––––––––– __________ 87.359 __________ ––––––––––
54.776 __________
87.359 __________
Raad van toezicht neemt plaats in van visitatiecommissie Sinds 1 juli 2014 heeft het pensioenfonds een raad van toezicht als intern toezichtsorgaan. De raad is daarmee in de plaats gekomen van een periodieke visitatiecommissie. Instelling van de raad van toezicht is een nieuwe, wettelijke verplichting voor bedrijfstakpensioenfondsen. De raad heeft als taak toezicht te houden op beleidsprocedures en bestuursprocessen binnen het fonds. Daarnaast behoren ook de wijze waarop het fonds wordt aangestuurd en de manier waarop door het bestuur wordt omgegaan met de risico’s op de langere termijn tot het takenpakket van de raad. Ook zijn bepaalde bestuursbesluiten aan de goedkeuring van de raad van toezicht onderworpen. Het gaat daarbij onder andere om besluiten die te maken hebben met de vaststelling van het jaarverslag, de jaarrekening, het beloningsbeleid en met de gehele of gedeeltelijke overdracht van de verplichtingen van het fonds c.q. de overname van verplichtingen door het fonds. Onafhankelijke deskundigen De raad van toezicht bestaat uit tenminste drie deskundige personen die onafhankelijk zijn en dit tot uiting laten komen in het toezicht. Op dit moment hebben de volgende personen zitting in de raad: • De heer Xander den Uyl is voorzitter van de raad. Daarnaast is hij o.a. voorzitter van het pensioenfonds PWRI en adviseur maatschappelijk verantwoord beleggen APG. • De heer Sako Zeverijn is vice-voorzitter van de raad. Daarnaast is hij o.a. voorzitter van het pensioenfonds Xeros, vice-voorzitter van het pensioenfonds Tandartsen en Tandarts-specialisten en lid van diverse visitatiecommissies. • De invulling van de laatste zetel met als aandachtsgebied vermogensbeheer is nog vacant.
De Nationale Pensioendialoog Staatssecretaris Klijnsma roept iedereen op om in gesprek te gaan over het pensioen door mee te doen aan De Nationale Pensioendialoog. Klijnsma: ‘Ik snap best dat het voor veel mensen ingewikkelde materie is, maar het gaat wel ergens over. Hoe zorgen we dat we een goed pensioenstelsel houden in de toekomst waar we op kunnen blijven vertrouwen? Iedereen krijgt de kans om mee te denken en mee te discussiëren’. Als u wilt, kunt u meepraten. Kijk daarvoor op www.denationalepensioendialoog.nl.
Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat | 11
Woord van de voorzitter
Colofon Dit is een uitgave van Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat. Correspondentieadres Postbus 501 9700 AM Groningen
Verkort jaarverslag 2013
Bezoekadres Europaweg 27 9723 AS Groningen Telefoon (050) 582 98 58 E-mail
[email protected] Internet www.bpfmedewerkersnotariaat.nl
Inclusief de pensioenkrant:
In deze pensioenkrant: • Nieuwe streefdatum fusie: 1 januari 2016 • Wijzigingen pensioenregeling per 1 januari 2015 • Naar een nieuw financieel toetsingskader • Campagne Pensioenfederatie: ‘De tijd van je leven’ • Ontwikkeling dekkingsgraad over 12 maanden • Raad van toezicht neemt plaats in van visitatiecommissie • De Nationale Pensioendialoog
Voor u ligt een gecombineerde uitgave van de pensioenkrant Mijn Pensioen én het verkorte jaarverslag van de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat over 2013. Verkort jaarverslag 2013 In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2013 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag downloaden op www.bpfmedewerkersnotariaat.nl. Mijn Pensioen In de pensioenkrant Mijn Pensioen leest u onder meer het laatste nieuws over de voorgenomen fusie met SNPF, de reglementswijzigingen per 1 januari 2015 en informatie over ‘De tijd van je leven’, de nieuwe publiekscampagne van de Pensioenfederatie.
Het jaar 2013 was het laatste jaar van het korte termijn herstelplan. Dat herstelplan is in 2009 opgestart in verband met het dekkingstekort dat toen was ontstaan. Het bestuur is blij te kunnen vaststellen dat het herstelplan heeft gewerkt. Tezamen met andere relevante omstandigheden en acties was de dekkingsgraad per 31 december 2013 107,1%. De minimaal vereiste dekkingsgraad was 104,3%, zodat er gelukkig een ruime marge was. Om u een kijkje in de keuken te gunnen, licht ik één van de relevante acties bijgaand toe. Zoals bij vrijwel alle pensioenfondsen is ook ons fonds heel gevoelig voor rente-ontwikkelingen. Mede aangezien die de laatste maanden van het jaar nog onvoorspelbaarder waren dan anders én de dekkingsgraad zich positief ontwikkelde, achtte het bestuur het opportuun om het beleggingsbeleid tijdelijk aan te passen. Het bestuur heeft daarbij voor ogen gehad dat het waarborgen van de pensioenaanspraken van de deelnemers één van de hoofddoelstellingen van het fonds is. Er zijn maatregelen getroffen om het risico te verkleinen dat per het einde van het jaar 2013 de pensioenrechten verder zouden moeten worden gekort. Per 1 april 2013 waren de rechten immers reeds gekort met 3,2%. Diverse mogelijkheden zijn onderzocht en afgewogen op effectiviteit, complexiteit, kosten en dergelijke. Zowel De Nederlandsche Bank als de deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan zijn doorlopend op de hoogte gehouden. Uiteindelijk is het besluit genomen om de methode te gebruiken van het verlagen van het percentage aandelen en is het aandelenbelang teruggebracht tot 25%. Na de jaarwisseling is het aandelenbelang weer teruggebracht op het oude niveau, nadat eerst de actie was geëvalueerd. Een voorwoord bij een jaarverslag is te kort om een compleet overzicht te geven van wat er zich in het verslagjaar heeft voorgedaan, en ook te kort om alle komende ontwikkelingen toe te lichten. Maar toch, naast hetgeen waarmee ik ben begonnen, kan over het jaar 2013 gezegd worden dat het fonds thans een systeem heeft opgezet met betrekking tot Integraal Risico Management. Samen met specialisten van TKP is gekomen tot een zogenaamd IRMdashboard waarmee op kwartaalbasis alle relevante risico's die het fonds loopt in kaart worden gebracht. Het bestuur heeft een IRM-commissie ingesteld die in de controle de leiding heeft en pro-actief risico's benoemt en het dashboard mede onderhoudt. Het bestuur verwacht met dit systeem alle risico's zoveel als mogelijk te beheersen zodat waar nodig acties kunnen worden ondernomen.
2 | Verkort jaarverslag 2013
Voor wat betreft de communicatie van en door het fonds is door middel van een representatieve steekproef een nulmeting onder de actieve deelnemers uitgevoerd, hetgeen resulteerde in een kleine voldoende. Verder dient het vertrouwen en pensioenbewustzijn vergroot te worden. Dit signaal is door het bestuur opgepakt. Ook is een risicobereidheidsonderzoek uitgevoerd, mede in verband met een heroriëntatie op de toekomst. Gebleken is dat het merendeel van de respondenten zekerheid prefereert boven het lopen van risico's. Overigens was de respons op het onderzoek helaas gering. Zoals gezegd heeft het bestuur zich beraden op de toekomst van het fonds. Dat proces is in het najaar van 2012 opgestart. Diverse vragen kwamen aan de orde. Is er nog een bestaansrecht voor dit fonds? Denk bijvoorbeeld aan de alsmaar krimpende (arbeids)markt in het notariaat. Hoe voldoet het bestuur aan de toenemende eisen op het gebied van toezicht, governance, controle, deskundigheid, communicatie en dergelijke? Daarenboven is in augustus 2013 de Wet Versterking Bestuur Pensioenfondsen in werking getreden. Per 1 juli 2014 dienen pensioenfondsen aan diverse voorwaarden te voldoen. De studies en assessments die het bestuur heeft gehouden, hebben ertoe geleid dat in 2013 besprekingen zijn opgestart met het Notarieel Pensioenfonds om de mogelijkheden te onderzoeken om te komen tot één pensioenfonds voor de totale beroepsgroep. U heeft hierover inmiddels bericht ontvangen. De Nederlandsche Bank staat positief tegenover een mogelijk samengaan. De deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan zijn ook van dit proces steeds op de hoogte gehouden en zij hebben zich laten bijstaan door een externe deskundige. Men ziet vooralsnog geen beletselen om door te gaan. Dit jaar wordt, zeker wat dit onderwerp betreft, zeer spannend en uitdagend. Mr. A.J.A. Marks werkgeversvoorzitter