STAAT VAN DE INSTELLING MBO Stichting ROCZHZ Da Vinci College
Plaats Bestuursnummer BRIN nummer Onderzoeksnummer Datum onderzoek Datum vaststelling
: : : : : :
Dordrecht 40771 20MQ 282051 14 januari - 16 februari 2015 24 juni 2015
Pagina 2 van 49
INHOUDSOPGAVE 1
INLEIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
2
CONCLUSIE EN VERVOLGTOEZICHT. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
2.1 2.2 3
Conclusie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Vervolgtoezicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 INSTELLINGSBREDE RESULTATEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
3.1
Oordeel kwaliteitsborging op instellingsniveau . . . . . . . . . . . . . . . . 15
3.2
Financiële continuïteit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
3.3
Risicobepaling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
4
RESULTATEN PER OPLEIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
4.1
Mediavormgever (Grafische vormgeving) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
4.2
Verkoper (Verkoper detailhandel) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
4.3
Reizen (verkoper reizen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
4.4
Kapper (Junior Kapper) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
4.5
Mbo-Verpleegkundige . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
5
BIJLAGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebieden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Bijlage II Overzicht bc-id . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Pagina 3 van 49
Pagina 4 van 49
1
INLEIDING In dit rapport staan de uitkomsten van het onderzoek naar de Staat van de instelling, dat de Inspectie van het Onderwijs van 14 januari 2015 tot en met 16 februari 2015 heeft uitgevoerd bij Da Vinci College. De inspectie baseert zich op het Toezichtkader bve 2012 en het Addendum 2015 (zie www.onderwijsinspectie.nl). Da Vinci College is een roc met ongeveer 10.200 studenten en 218 opleidingen. De instelling heeft 13 onderwijslocaties. Dit onderzoek heeft betrekking op het middelbaar beroepsonderwijs en vavo. Het onderzoek is gestart met een analyse van informatie over de instelling, zoals het jaarverslag, opbrengstgegevens, uitkomsten tevredenheidsonderzoek en signalen. Aanvullend is bij vijf opleidingen een kwaliteitsonderzoek uitgevoerd (zie tabel hieronder) en is de kwaliteitsborging van de instelling onderzocht. De opleiding Mediavormgever is, als pilot, proportioneel onderzocht. Aangezien kwaliteitsborging instellingsbreed recent onderzocht was hebben wij dit ook proportioneel onderzocht. Op locatie zijn onderwijsactiviteiten geobserveerd, documenten onderzocht en gesprekken gevoerd. Er is onder andere gesproken met studenten, vertegenwoordigers van de studentenraad, docenten, management en het college van bestuur. Daarnaast is ook gesproken met vertegenwoordigers van het talencentrum. Als onderdeel van het onderzoek is er ook een financiële risicoanalyse uitgevoerd. De inspectie heeft daarvoor de jaarstukken 2013 en aanvullend opgevraagde (toekomstgerichte) financiële gegevens geanalyseerd en hierover een gesprek gevoerd met het college van bestuur en de financieel directeur.
Pagina 5 van 49
De kwaliteitsonderzoeken zijn uitgevoerd bij de volgende opleidingen. Gebied Opbrengsten
Gebied Onderwijsproces, Kwaliteitsborging en Wettelijke vereisten
Gebied Examinering en diplomering
Leerweg, niveau, locatie
bc-132
20MQ|90413, Mediavormgever (Grafische vormgeving)
20MQ|90413, Mediavormgever (Grafische vormgeving)
leerweg bol, niveau 4, locatie Leerparkpromenade 100 te Dordrecht
bc-222
20MQ|93751, Verkoper (Verkoper detailhandel)
20MQ|93751, Verkoper (Verkoper detailhandel)
leerweg bbl, niveau 2, locatie Perzikstraat 7a te Wijk en Aalburg en Mollenburgseweg 82 te Gorinchem
bc-181
20MQ|94090, Reizen (verkoper reizen)
20MQ|94090, Reizen (verkoper reizen)
leerweg bol, niveau 2, locatie Leerparkpromenade 100 te Dordrecht Aalburg en Mollenburgseweg 82 te Gorinchem
bc-088
20MQ|95120, Kapper (Junior Kapper)
20MQ|95120, Kapper (Junior Kapper)
leerweg bbl, niveau 2, locatie Mollenburgseweg 82 te Gorinchem
bc-113
20MQ|95520, MboVerpleegkundige
20MQ|95520, MboVerpleegkundige
leerweg bbl, niveau 4, locatie Karel Lotsyweg 20 te Dordrecht
In dit rapport starten we met de conclusie van het onderzoek en geven we vervolgens aan of er sprake is van vervolgtoezicht (hoofdstuk 2). Daarna volgen de toelichting op de beoordeling van de kwaliteitsborging op instellingsniveau (indien onderzocht), de financiële continuïteit en de risicobepaling (hoofdstuk 3). Vervolgens is per onderzochte opleiding het resultaat van het
Pagina 6 van 49
kwaliteitsonderzoek beschreven (hoofdstuk 4). De normering van de eerste vijf kwaliteitsgebieden is als bijlage opgenomen.
Pagina 7 van 49
Pagina 8 van 49
2
CONCLUSIE EN VERVOLGTOEZICHT In dit hoofdstuk staat de conclusie van het onderzoek naar de Staat van de instelling en beschrijven we het vervolg. Het vervolg is bepaald op basis van het aantal geconstateerde risico’s voor de onderwijskwaliteit (geen, enkele of veel) in combinatie met het niveau van de kwaliteitsborging van de instelling (goed, voldoende, onvoldoende, slecht). De toelichting op de risicobepaling en de toelichting op de beoordeling van de kwaliteitsborging staan in hoofdstuk 3.
2.1
Conclusie Zijn er mogelijke risico's voor de onderwijskwaliteit? We zien enkele risico's. We hebben enkele risico's vastgesteld voor de kwaliteit van de examens. We hebben geen risico's vastgesteld voor de kwaliteit van het onderwijsproces, het niveau van de opbrengsten, de tevredenheid van studenten, medewerkers en werkgevers, de stabiliteit van organisatie en management en de financiële continuïteit. Wat is de stand van de kwaliteitsborging van de instelling? We concluderen dat de kwaliteitsborging op instellingsniveau bij Da Vinci College voldoende is. We gaan er op basis van deze conclusie vanuit, dat de instelling voldoende zicht heeft op de onderwijskwaliteit en in staat is om in de toekomst de risico's voor de onderwijskwaliteit te voorkomen, dan wel vroegtijdig te signaleren en te verhelpen. Ondanks de voldoende voor kwaliteitsboring op instellingniveau zijn extra toezichtactiviteiten nodig. Deze richten zich op de tevredenheid van studenten in het domein Horeca en Bakkerij en op de verificatie van de implementatie van de schoolkosten schooljaar 2015-2016.
2.2
Vervolgtoezicht Het onderzoek naar de Staat van de instelling geeft aanleiding om vervolgtoezicht en beperkt aanvullend vervolgtoezicht uit te voeren bij Da Vinci College. Het aantal geconstateerde risico's in combinatie met het niveau van de kwaliteitsborging leidt tot extra toezichtactiviteiten. Deze zijn beschreven onder het kopje 'Nader onderzoek. Vervolgtoezicht naar aanleiding van onderzoek kwaliteitsborging instellingsbreed We voeren geen vervolgtoezicht uit naar de kwaliteitsborging van de instelling, omdat de instelling voldoet aan de wettelijke vereiste (WEB, art. 1.3.6).
Pagina 9 van 49
De financiële risicoanalyse geeft geen aanleiding tot het aanpassen van het financiële continuïteitstoezicht. De inspectie kent daarom opnieuw het basisarrangement toe aan de instelling. Dit besluit is gebaseerd op de door de instelling zelf verzamelde en verstrekte informatie en de toelichtingen daarop. De inspectie heeft geen controlewerkzaamheden op de informatie verricht. Ook heeft de inspectie de volledigheid en/of de juistheid van de gegevens in de (financiële) administratie van de instelling niet onderzocht. Het onderzoek is niet te kwalificeren als een accountantsonderzoek. Vervolgtoezicht naar aanleiding van de onderzochte opleidingen Voor het onderzoek naar de Staat van de instelling hebben we vijf opleidingen onderzocht (zie de tabel in 1 Inleiding). Bij vijf opleidingen voeren we vervolgtoezicht uit, omdat we niet alle kwaliteitsgebieden als voldoende hebben beoordeeld. Het vervolgtoezicht richt zich op de geconstateerde tekortkomingen binnen de onvoldoende beoordeelde kwaliteitsgebieden. In onderstaande schema's is het vervolgtoezicht te lezen. We voeren dit vervolgtoezicht zo veel mogelijk gelijktijdig uit. Hierbij is de genoemde termijn in de waarschuwingsbrief van de minister leidend. Mediavormgever (Grafische vormgeving), 20MQ|90413 Beoordeling
Toezichtvorm
Niet-naleven van weten regelgeving.
Aangepast toezicht vanwege niet naleving van artikel 8.1.4 van de WEB betreffende schoolkosten en vrijwillige bijdrage.
Vervolgtoezicht •
De instelling herstelt de tekortkoming uiterlijk met ingang van het nieuwe studiejaar. Begin schooljaar 2015-2016 onderzoekt de inspectie het herstel.
Verkoper (Verkoper detailhandel), 20MQ|93751 Beoordeling
Toezichtvorm
Kwaliteit examinering is onvoldoende.
Aangepast toezicht vanwege onvoldoende examenkwaliteit.
Vervolgtoezicht • • •
De inspectie meldt het oordeel aan de minister. De instelling ontvangt een waarschuwing. Na de in de waarschuwingsbrief opgenomen termijn volgt een onderzoek naar kwaliteitsverbetering.
Pagina 10 van 49
Kwaliteitsborging is onvoldoende.
Aangepast toezicht vanwege niet-naleving van artikel 1.3.6 van de WEB.
•
Circa een jaar na het definitieve rapport beoordelen wij de kwaliteitsborging opnieuw.
Reizen (verkoper reizen), 20MQ|94090 Beoordeling
Toezichtvorm
Kwaliteit examinering is onvoldoende.
Aangepast toezicht vanwege onvoldoende examenkwaliteit.
Vervolgtoezicht • • •
Niet-naleven van weten regelgeving.
Aangepast toezicht vanwege niet naleving van artikel 8.1.4 van de WEB betreffende schoolkosten en vrijwillige bijdrage.
•
De inspectie meldt het oordeel aan de minister. De instelling ontvangt een waarschuwing. Na de in de waarschuwingsbrief opgenomen termijn volgt een onderzoek naar kwaliteitsverbetering. De instelling herstelt de tekortkoming uiterlijk met ingang van het nieuwe studiejaar. Begin schooljaar 2015-2016 onderzoekt de inspectie het herstel.
Kapper (Junior kapper), 20MQ|95120 Beoordeling
Toezichtvorm
Niet-naleven van weten regelgeving.
Aangepast toezicht vanwege niet naleving van artikel 8.1.4 van de WEB betreffende schoolkosten en vrijwillige bijdrage.
Vervolgtoezicht •
De instelling herstelt de tekortkoming uiterlijk met ingang van het nieuwe studiejaar. Begin schooljaar 2015-2016 onderzoekt de inspectie het herstel.
Mbo-Verpleegkundige, 20MQ|95520 Beoordeling
Toezichtvorm
Kwaliteit onderwijsproces is onvoldoende.
Aangepast toezicht vanwege zwak onderwijs.
Vervolgtoezicht •
Na circa een jaar vindt een onderzoek naar kwaliteitsverbetering plaats.
Pagina 11 van 49
Kwaliteit examinering is onvoldoende.
Aangepast toezicht vanwege onvoldoende examenkwaliteit.
• • •
Kwaliteitsborging is onvoldoende.
Aangepast toezicht vanwege niet-naleving van artikel 1.3.6 van de WEB.
•
De inspectie meldt het oordeel aan de minister. De instelling ontvangt een waarschuwing. Na de in de waarschuwingsbrief opgenomen termijn volgt een onderzoek naar kwaliteitsverbetering. Circa een jaar na het definitieve rapport beoordelen wij de kwaliteitsborging opnieuw.
Pagina 12 van 49
Nader onderzoek Zoals in paragraaf 2.1 aangegeven leidt het aantal geconstateerde risico's in combinatie met het niveau van de kwaliteitsborging tot extra toezichtactiviteiten. We geven hierna aan welke aanvullende activiteiten door Da Vinci College uitgevoerd dienen te worden. Onderzoek door de instelling Onderwerp van nader onderzoek
Extra activiteit
Tevredenheid studenten van het domein Horeca en Bakkerij.
De tevredenheid van de studenten bij het domein Horeca en Bakkerij is opvallend laag. De uitleg dat de locatie hiervan oorzaak is lijkt onvoldoende verklarend. Een breder onderzoek is nodig om de oorzaak te achterhalen van de opvallende ontevredenheid.
•
Instellingsbreed de schoolkosten van de opleidingen conform de wet- en regelgeving maken (vrijwilligheid en geen verplichte winkelnering).
•
Schoolkosten
Vervolg
•
De instelling voert dit onderzoek binnen zes maanden na vaststelling van het rapport van de Staat van de instelling uit en stuurt rapportage aan de inspectie toe. De inspectie reageert op deze rapportage.
Begin schooljaar 2015-2016 stelt de inspectie vast of de schoolkosten van de instelling voldoen aan de wet en regelgeving.
Pagina 13 van 49
Lopende toezichtactiviteiten voortvloeiend uit eerder inspectieonderzoek Vanuit eerdere opbrengstenanalyses hebben wij eerdere toezichtsactiviteiten bij de volgende opleidingen. Onderwerp van nader onderzoek
Extra activiteit
Bc223, crebo 95530, Verzorgende IG
Wegens onvoldoende opbrengsten heeft de instelling al eerder een analyse en verbeterplan gemaakt voor deze opleiding en zijn verbeteractiviteiten ingezet. De voortgang hiervan wordt gemonitord door de inspectie. Wij vragen de instelling om een voortgangsrapportage.
•
Wegens onvoldoende opbrengsten heeft de instelling al eerder een analyse en verbeterplan gemaakt en zijn verbeteractiviteiten ingezet. Hierover is met het bestuur gesproken. De instelling monitort de verbeter-activiteiten en stuurt de inspectie uiterlijk 30 juni 2015 een voortgangsrapportage toe.
•
Bc198, Sport en bewegen, niveau 3
Vervolg
•
•
De inspectie ontvangt de voortgangs-rapportage van de opleiding Verzorgende IG uiterlijk 15 november 2015. De insperctie reagereert op deze rapportage.
De inspectie ontvangt uiterlijk 30 juni 2015 een voortgangsrapportage. Gesprek met vertegenwoordigers van de opleiding Sport en bewegen niveau 3 in begin juli 2015. Hierna wordt het vervolg bepaald.
Pagina 14 van 49
3
INSTELLINGSBREDE RESULTATEN In dit hoofdstuk informeren wij u over de beoordeling van de kwaliteitsborging op instellingsniveau en onderbouwen wij ons oordeel. Daarna lichten we (alleen als deze is uitgevoerd) de financiële risicoanalyse en vervolgens de risicobepaling toe.
3.1
Oordeel kwaliteitsborging op instellingsniveau In onderstaande tabel staat de beoordeling van de kwaliteitsborging. Dit oordeel is gebaseerd op de beoordeling van de onderliggende aspecten. De normering staat in bijlage I. Kwaliteitsgebied 4
Kwaliteitsborging
Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1
Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Goed Voldoende Onvoldoende Slecht
• Voldoende Onvoldoende
• • • •
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.
Beschouwing De kwaliteitsborging op instellingsniveau bij Da Vinci is beoordeeld als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan. De sturing beoordelen we als voldoende. De sturing is op alle fronten krachtiger geworden en het zicht op kwaliteit beter. In alle organisatielagen leeft het bewustzijn dat plannen voldoende concreet geformuleerd moeten worden om resultaten goed te kunnen monitoren en te kunnen meten. De diverse plannen zijn duidelijk in lijn met elkaar en zijn gebaseerd op de instellingsbrede kaderbrief. Het CvB signaleert nog wel dat het kwaliteitsbewustzijn van de diverse teams verschilt. Het CvB heeft daarom eerst ingestoken op zelfevaluaties en verbeterplannen, waardoor het kwaliteitsbewustzijn op alle niveaus van de organisatie is gegroeid. In de nieuwe cyclus is duidelijk te zien dat de inrichting en systematiek van de kwaliteitsborging doelgerichter en concreter is. De beoordeling beoordelen we als voldoende. We constateren dat de directie en het college van bestuur een realistisch beeld hebben van de kwaliteit van de
Pagina 15 van 49
opleidingen op basis van betrouwbaar aangeleverde informatie. Deze informatie is enerzijds kwantitatief van aard (bijvoorbeeld opbrengstcijfers en vsv) anderzijds kwalitatief van aard (denk aan eigen onderzoeken en observaties, zelfevaluaties, vergelijkingen en analyses van de beoordelingen). Een belangrijk moment hierbij is de gesprekscyclus in de managementlijn waarin gesproken wordt over de ontwikkeling en beoordeling van de verschillende opleidingen. Deze gesprekken vinden in openheid en met een positieve insteek plaats, zodat er ruimte is om dilemma’s op tafel te krijgen en bespreekbaar te maken. Door deze informatie explicieter met het betreffende team te delen, kan het team meer gestimuleerd worden om zelf kritischer te reflecteren. Het Da Vinci College heeft een onafhankelijke auditdienst ingericht, die periodiek, in een cyclus van drie jaar, bij alle teams een audit uitvoert. De kwaliteit van deze audits is ruim voldoende, geeft de teams voldoende zicht in de kwaliteit van de opleiding en aanknopingspunten voor verbetering. De verbetering en verankering beoordelen we als voldoende. Periodiek wordt in de teams geëvalueerd of de doelen van de ingezette verbeteracties zijn bereikt, de verdere voortgang en realisatie wordt gevolgd door de domeinleiding. De verbeteracties zijn voldoende concreet geformuleerd. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de ontwikkeling van de opleidingen waar wij eerder risico's hebben geconstateerd. Door te werken met een verbeterplan worden de ingezette verbetermaatregelen goed gevolgd en worden eventueel passende maatregelen getroffen indien blijkt dat de gewenste resultaten achterblijven. Ook zijn de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden scherper vastgesteld waardoor verankering van de kwaliteitszorg beter verloopt. Er is brede aandacht en ruimte voor deskundigheidsbevordering. De dialoog en verantwoording beoordelen we als voldoende. Het Da Vinci College kent een voldoende werkende dialoog over de kwaliteit van het onderwijs en de verantwoording daarvan, zowel in- als extern. De raad van toezicht is betrokken bij de vaststelling van het strategisch beleidsplan en de vaststelling van een aantal kwaliteitsindicatoren en wordt over de uitvoering regelmatig geïnformeerd. Studenten zijn betrokken in een centrale studentenraad en voeren periodiek gesprekken met het college van bestuur. Momenteel wordt vanuit de studentenraad gezocht naar mogelijkheden tot meer verbinding in de diverse locaties. De instelling en haar domeinen onderhouden een goede dialoog met het regionale bedrijfsleven en de relevante werkvelden.
Pagina 16 van 49
3.2
Financiële continuïteit Uit de financiële risicoanalyse blijken geen verhoogde financiële risico’s. Er zijn geen aanwijzingen dat het door de instelling verzorgde onderwijs wegens de financiële continuïteit binnen afzienbare termijn in het geding is. In onderstaande tabel wordt met enkele kengetallen de financiële ontwikkeling van Da Vinci College in de periode 2011 tot en met 2016 afgezet tegen de signaleringsgrenzen. De inspectie hanteert deze signaleringsgrenzen om mogelijke risico’s voor de financiële continuïteit te detecteren. De kengetallen tot en met 2013 zijn door Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) ontleend aan de door de instellingsaccountant gecontroleerde jaarrekeningen. De kengetallen vanaf 2014 zijn ontleend aan de in de jaarstukken 2013 opgenomen continuïteitsparagraaf. De raming zoals opgenomen in de continuïteitsparagraaf 2013 is beleidsarm en gaat uit van de huidige (bekende) wet- en regelgeving. De instelling hanteert hiervoor de term ‘raming bij ongewijzigd beleid’. Realisatie
Raming bij ongewijzigd beleid
Kengetallen
2011
2012
2013
2014
2015
2016
Solvabiliteit II
0,43
0,45
0,48
0,49
0,48
0,44
Liquiditeit
0,56
0,43
0,33
0,43
0,43
0,38
Rentabiliteit
0,0%
0,2%
0,1%
0,0%
-3,3%
-6,1%
Signalerings grenzen
< 0,30 < 0,50 Meerjarig negatief
De liquiditeit is in 2012, als gevolg van investeringen in huisvesting, gedaald onder de signaleringsgrens van 0,5. Daarnaast staat de liquiditeit onder druk in verband met de uitgestelde grondtransacties van het Leerpark. Het bestuur van Da Vinci College geeft aan dat de lage liquiditeit op geen enkel moment een risico is geweest, aangezien zij beschikt over een ruime (nog niet ingezette) kredietfaciliteit. Inmiddels is met de gemeente Dordrecht overeenstemming bereikt over de grondtransacties van het Leerpark. De instelling verwacht dat de liquiditeitspositie in 2015 wordt versterkt na ontvangst van de kasstroom uit de grondtransacties. Dit is echter nog niet in bovenstaande kengetallen meegenomen. De solvabiliteit II laat in de periode 2011-2013 een licht stijgende lijn zien en bevindt zich boven de signaleringsgrens van 0,3. De instelling verwacht dat de solvabiliteit II licht zal dalen door de begrote negatieve resultaten in 2015 en
Pagina 17 van 49
2016, maar boven de signaleringsgrens blijft. Deze (verwachte) negatieve resultaten 2015 en 2016 worden veroorzaakt door begrote lagere rijksbijdragen in verband met een verwachte afname van studentenaantallen. Het Da Vinci College stelt jaarlijks een beleidsarme meerjarenraming op die als uitgangspunt dient voor het uit te voeren beleid. Na het treffen van de noodzakelijke maatregelen wordt een beleidsrijke begroting voor het komend jaar opgesteld. De instelling geeft aan dat in de raming bij ongewijzigd beleid geen rekening is gehouden met toekomstige inkomsten als gevolg van kwaliteitsafspraken en het effect van de afwikkeling van de verkoop van de gronden op de liquiditeitspositie. De instelling heeft toegelicht dat de feitelijke ontwikkelingen na het tot stand komen van de continuïteitsparagraaf in het jaarverslag 2013 een op alle kengetallen gunstiger meerjarenbeeld laat zien. De studentenaantallen vanaf 2014 zijn ontleend aan de in de jaarstukken 2013 opgenomen continuïteitsparagraaf. Realisatie 2011 Studentenaantallen
8.650
2012 8.502
Begroting 2013 8.286
2014 8.165
2015
2016
8.017
7.802
Inmiddels heeft Da Vinci College maatregelen getroffen voor het aantrekken van meer studenten zoals een nieuwe methode van intake en het versterken van de samenwerking met de regio. Hierdoor is het aantal studenten per 1 oktober 2014 gestegen naar 8.314 (begroting: 8.165). De huidige huisvesting van Da Vinci College (inclusief de reeds gedane investeringen van de afgelopen jaren) biedt voldoende ruimte aan het hierboven genoemde aantal studenten. Op middellange termijn heeft Da Vinci College dan ook geen verdere investeringen gepland. Uit de meerjarenraming 2015-2019 blijkt dat Da Vinci College al jaren wordt geconfronteerd met een hogere gemiddelde leeftijd van het personeel en hierdoor een hogere gemiddelde personeelslast ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Da Vinci College geeft aan dat de uitstroom vanwege pensionering vanaf 2016 op gang komt, waardoor er verjonging van het personeelsbestand mogelijk wordt gemaakt. Daarnaast is er sprake van frictie in verband met een mismatch van personeel op enkele domeinen. Deze frictie wordt versterkt als gevolg van een stijging van het aantal BOL deelnemers in relatie tot een daling van het aantal BBL deelnemers. Da Vinci College geeft in de begroting 2015 aan dat het aanbrengen van een balans in leeftijdsopbouw, kwaliteit en flexibele inzetbaarheid een belangrijke uitdaging is voor de komende jaren. Da Vinci
Pagina 18 van 49
College heeft bevestigd dat het voorgaande per domein en dienst in kaart gebracht is in een strategisch personeelsplan. 3.3
Risicobepaling Het onderzoek heeft geleid tot de volgende risicobepaling. Geen Enkele Veel 0
Mate van risico's
•
Deze risicobepaling is gebaseerd op een risico-inschatting voor de kwaliteit van het onderwijs, de examinering, de opbrengsten, de tevredenheid van studenten, medewerkers en werkgevers, de stabiliteit van organisatie en management en de financiële continuïteit. Hierna volgt de toelichting. Kwaliteit onderwijs We schatten het risico voor de kwaliteit van het onderwijs in als geen tot gering. Uit de uitgevoerde onderzoeken op opleidingsniveau blijkt dat de kwaliteit van het onderwijsproces bij één van de vijf onderzochte opleidingen zwak is. Een nadere analyse van de onvoldoendes laat geen specifiek patroon zien dat voor meerdere opleidingen zou kunnen gelden. De JOB Monitor 2014 laat gemiddeld genomen ook positieve scores zien voor onder andere de aangeboden lessen, onderwijstijd en voor de begeleiding. Kwaliteit examinering We schatten het risico voor de kwaliteit van de examinering in als gering tot matig. Bij drie van de vijf onderzochte opleidingen is het aspect Diplomering onvoldoende beoordeeld, in deze gevallen is het met name de verantwoordelijkheid van examencommissies die tekortkomingen laat zien. Hierbij moet worden opgemerkt dat drie van de onderzochte opleidingen onder dezelfde examencommissie vallen, waarbij wij de verantwoordelijkheid van deze examencommissie bij twee opleidingen als onvoldoende beoordelen. We constateren dat de verantwoordelijkheid van deze commissie binnen dit Domein sterk afhangt van de individuele leden en niet van een gemeenschappelijke visie op haar verantwoordelijkheid. De JOB Monitor 2014 laat gemiddeld genomen positieve scores zien op de inhoud en organisatie van toetsen en examens. Opbrengsten We schatten het risico voor de opbrengsten in als geen tot gering. Hieronder geven we de opbrengsten in drie onderwerpen weer, te weten opbrengsten mbo-opleidingen, opbrengsten vavo en voortijdig schoolverlaten.
Pagina 19 van 49
Opbrengsten mbo De opbrengsten van de mbo-opleidingen in 2013-2014 laten bij een beperkt aantal opleidingen risico's zien, deels meerjarig. Het college van bestuur heeft de oorzaken van deze lage opbrengsten in beeld en stuurt op verbetermaatregelen. Ontwikkelingen vsv Ten aanzien van de ontwikkeling van de vsv in 2012-2013 zien wij een gering risico. Het Da Vinci College wijkt in negatieve zin enigszins af ten opzichtte van de vsv-norm van niveau 1 (29,3% ten opzichte van de norm van 27,5%). De vsv-cijvers voor niveau 2 en 3/4 zijn echter positief boven de norm. Voor deze niveau’s is aandacht nog steeds vereist, te meer daar het vsv-percentage voor niveau 3/4 momenteel net boven de norm is en de norm voor dit niveau scherper is gesteld voor de komende jaren. Opbrengsten vavo De opbrengstgegevens van de vavo-opleidingen laten geen risico's zien gemeten over drie jaar (2011/2012/2013). De afgelopen jaren hebben de gemiddelde cijfers van het centraal examen van de vavo-opleidingen een positieve ontwikkeling doorgemaakt. De kwaliteitsborging van de afdeling vavo hebben we beoordeeld als voldoende. In het najaar van 2014 heeft er een onafhankelijke audit plaatsgevonden op basis van het Waarderingskader Vavo BVE 2012 en eigen criteria van het Da Vinci College. Hierin zijn alle onderzochte gebieden voldoende bevonden, wat overeen komt met onze bevindingen. De instelling ziet door een veranderende bekostigingssytematiek echter wel risico’s in het voorbestaan van vavo binnen het Da Vinci College. Tevredenheid studenten/medewerkers/werkgevers We schatten het risico voor de tevredenheid van de studenten, medewerkers en werkgevers in als geen tot gering. De resultaten van de tevredenheidsmeting bij studenten laat een overwegend positief beeld zien. Een negatieve uitzondering hierop is het domein Horeca en Bakkerij. Deze studenten geven blijk van hoge mate van ontevredenheid. Volgens het College van bestuur komt deze ontevredenheid voort uit de locatie die door de studenten als onvoldoende passend wordt ervaren. Volgens ons is deze uitleg echter ontoereikend en vragen we het bestuur om een analyse van de ontevredenheid binnen dit domein. Vanuit eerdere metingen zien wij geen risico’s op het gebied van tevredenheid medewerkers. Momenteel vindt er een medewerkstevredenheidsonderzoek
Pagina 20 van 49
plaats, de resultaten hiervan zijn nog niet beschikbaar. Er is geen onderzoek uitgevoerd naar de tevredenheid van werkgevers. Stabiliteit organisatie en management We schatten het risico voor de stabiliteit van de organisatie in als geen tot gering. Gelet op de grote variëteit in samenstelling en omvang van de teams overweegt Da Vinci College aanpassingen in de organisatie van de teams waardoor mogelijk enig risico op instabiliteit kan ontstaan. Het besluit hierover wordt op korte termijn genomen. Daarnaast is de vergrijzing van het personeel een punt van aandacht met betrekking tot de continuïteit. Het College van bestuur heeft dit in beeld. Financiële continuïteit We zien geen verhoogde risico’s voor de financiële continuïteit. Dit blijkt uit de financiële risicoanalyse die is uitgevoerd (zie toelichting in paragraaf 3.2). Samenvattend We constateren dat er enkele risico's zijn voor de onderwijskwaliteit en beoordelen de kwaliteitsborging van de instelling als voldoende. We gaan ervan uit dat de instelling voldoende zicht heeft op de onderwijskwaliteit en in staat is om ook in de toekomst de risico's voor de onderwijskwaliteit te voorkomen, dan wel vroegtijdig te signaleren en te verhelpen.
Pagina 21 van 49
4
RESULTATEN PER OPLEIDING In dit hoofdstuk lichten wij per onderzochte opleiding het resultaat van het kwaliteitsonderzoek toe. We geven per gebied aan wat het oordeel is (goed, onvoldoende, voldoende, slecht) en verantwoorden ons over het oordeel.
4.1
Mediavormgever (Grafische vormgeving) Het kwaliteitsonderzoek bij Mediavormgever (Grafische vormgeving), 20MQ|90413, niveau 4, bol, locatie Leerparkpromenade te Dordrecht heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1
Onderwijsproces
2
Examinering en diplomering
3
Opbrengsten
4
Kwaliteitsborging
Kwaliteitsgebied 5
Goed Voldoende Onvoldoende Slecht
• • • • Voldoet Voldoet niet
•
Naleving wettelijke vereisten
Gebied 1: Onderwijsproces
Voldoende Onvoldoende
Programma 1.1
Samenhang
1.2
Maatwerk
• •
Leren in de onderwijsinstelling 1.3
Didactisch handelen*
1.4
Leertijd
1.5
Leeromgeving
• • •
Begeleiding 1.6
Intake & plaatsing
1.7
Studieloopbaanbegeleiding*
1.8
Zorg
• • •
Leren in de beroepspraktijk 1.9
Beroepspraktijkvorming*
Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1
Exameninstrumentarium*
2.2
Afname en beoordeling*
2.3
Diplomering*
• Voldoende Onvoldoende
• • •
Pagina 22 van 49
Gebied 3: Opbrengsten 3.1
Rendement
Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1
Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1
Voldoende Onvoldoende
• Voldoende Onvoldoende
• • • • Voldoet Voldoet niet
Naleving wettelijke vereisten
•
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.
Beschouwing Algemeen De opleiding Mediavormgever wordt verzorgd door een betrokken team dat veel aandacht heeft voor de individuele student. Er wordt veel samengewerkt en overlegd in een open en constructief klimaat, waar de studenten zich veilig en gekend voelen en serieus genomen worden. De recent uitgevoerde verbeteracties hebben geleid tot een voldoende oordeel. Onderwijsproces Het onderwijsproces beoordelen we als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan. Het programma kent voldoende samenhang en biedt voldoende maatwerk. Er is een duidelijk en samenhangend programma, afgestemd op het kwalificatiedossier, met een goede balans tussen vaardigheden, kennis en houding. Als studenten dit aangeven is maatwerk mogelijk, waaronder versnellen. Gelet op het verschil in ontwikkeling kan de instelling hier proactiever mee omgaan. Ook voor Nederlands en rekenen kunnen maatwerktrajecten en reparatietrajecten ingezet worden. Het didactisch handelen, de leertijd en leeromgeving beoordelen we als voldoende. Bij aanvang van de opleiding is er veel begeleiding die, naarmate de student vordert, afneemt zodat de student toenemend zelfstandig en met complexere projecten werkt. In de lessen wordt ingegaan op actuele leervragen van de studenten. Er is nauwelijks lesuitval en studenten geven aan dat er sprake is van een veilige leeromgeving met voldoende materiele voorzieningen.
Pagina 23 van 49
De intake en plaatsing, de studieloopbaanbegeleiding en de zorg beoordelen we als voldoende. De intake is zorgvuldig en leidt tot een passende plaatsing. Na de intake worden student, indien noodzakelijk, doorverwezen naar het studentenservicecentrum, waar een uitgebreidere intake plaatsvindt. Gedurende de opleiding heeft de trajectbegeleider zicht op de ontwikkeling van de studenten en volgt deze nauwgezet. Via een digitaal systeem worden afspraken vastgelegd en gemonitord. Er zijn goede contacten met tweedelijns zorg. Hiertoe is er een mini zorgadviesteam (ZAT) samen met de ICT-opleidingen. De beroepspraktijkvorming (bpv) beoordelen we als voldoende. De opleiding bereidt studenten en bedrijven voldoende voor op de bpv en maakt voldoende afspraken met de bedrijven over de voortgang. Vanaf het derde jaar wordt de stage specifiek op de onderzochte uitstroom gericht. De stage-bezoeken vinden volgens afspraak plaats. Naast bezoeken vindt begeleiding door de opleiding nu ook plaats via BLOG en via terugkomdagen. Studenten geven aan veel aan BLOG te hebben omdat deze informatieuitwisseling actueel en just in time is. Examinering en diplomering De examinering en diplomering beoordelen we als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan. Het exameninstrumentarium voldoet, omdat het aansluit op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. De feitelijke opdracht wordt samen met het bedrijf opgesteld en door de examencommissie van de school vastgesteld. Ook het exameninstrumentarium voor Nederlands en Engels sluit aan op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. De opleiding maakt hiervoor gebruik van het instrumentarium van Deviant. Dit is reeds eerder door de inspectie onderzocht en goedgekeurd. De examenprocessen van afname en beoordeling verlopen voldoende deugdelijk. In het vierde jaar wordt een bpv bedrijf gezocht waar het examen kan worden uitgevoerd. Er wordt op meerdere momenten door meerdere beoordelaars beoordeeld. Een sterk punt is de zorgvuldige wijze waarop het beroepenveld en de studenten worden geïnformeerd over het exameninstrumentarium en de examenprocedure. Een lid van de examencommissie gaat voorafgaand persoonlijk naar iedere examinator in het bedrijf om de proeve en aandachtspunten bij de uitvoering en beoordeling door te spreken, hetgeen tevens de deskundigheid bevordert.
Pagina 24 van 49
De diplomering is voldoende deugdelijk en geborgd. Wij hebben geconstateerd dat de dossiercontrôle beter kan, dit heeft het team zelf ook geconstateerd, en is een aandachtspunt. Nu blijkt de onderbouwing van de beoordeling niet altijd volledig en is de indeling niet altijd duidelijk. De examencommissie heeft goed zicht op de kwaliteit van de examinering door evaluatieformulieren van en reflectiegesprekken met de studenten en evaluatieformulieren van examinatoren en het beroepenveld. Daarnaast verschaft de periodieke keuring (APK) een zeer goed beeld van de feitelijke uitvoeringskwaliteit van examens. Uitgevoerde APK's zijn direct onderwerp van gesprek binnen de examencommissie. Eventuele verbetermaatregelen worden hierna genomen. Opbrengsten De opbrengsten zijn voldoende, omdat het jaarresultaat (79,2 procent) en het diplomaresultaat (79,2 procent) boven de norm liggen. Voor deze beoordeling, gebaseerd op de BRON-gegevens 2013-2014 zijn de resultaten van bc132, niveau 4 gebruikt. In bijlage II staan de opleidingen die betrokken zijn bij het bepalen van de opbrengsten. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging beoordelen we als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan. Hierna volgt een toelichting per aspect. De sturing beoordelen we als voldoende. De opleiding formuleert voldoende specifieke en meetbare doelen voor de opleiding. De opleiding heeft het teamplan voor Mediavormgever 2014-2015 opgesteld. Hierin zijn de meetbare doelen met bijbehorende norm opgenomen op basis van de tweejaarlijkse kaderbrief, waaraan enkele voor dit team aanvullende doelen met bijbehorende norm zijn toegevoegd. De doelen op teamniveau hebben daarmee een directe relatie met die op domein- en instellingsniveau. Tevens bevat het teamplan ook een terugblik op de realisatie van de gestelde doelen in het vorige teamplan. De beoordeling beoordelen we als voldoende. Om de kwaliteit van het onderwijs en de examinering te kunnen beoordelen zijn er diverse instrumenten aanwezig zoals de monitor didactiek en leeromgeving en APK’s. In de Marapgesprekken met het CvB is de lijst met verbeteracties onderwerp van gesprek. Alle primaire en ondersteunende processen worden periodiek geëvalueerd. De verbetering en verankering beoordelen we als voldoende. Verbeteracties op examineringsgebied worden structureel uitgevoerd en gemonitord via de vergadering van de examencommissie. Voor de monitoring van verbeteracties
Pagina 25 van 49
voor zowel onderwijs als examinering vindt tweewekelijks overleg plaats tussen kwaliteitszorg en domeinleiding. Kleine verbeteringen worden meteen opgepakt. De domeinleiding monitort tussentijds de verbeteracties en tweemaal jaarlijks vindt een teamvoortgangsoverleg plaats waarin de uitvoering van de verbeteracties wordt doorgenomen. Deskundigheidsbevordering vindt plaats via studiedagen en op basis van de resultaten uit de functionerings- en beoordelingsgesprekken. Er is een scholingsplan in uitvoering. De dialoog en verantwoording beoordelen we als voldoende. De opleiding voert een voldoende functionerende dialoog over de kwaliteit met interne en externe belanghebbenden. Dialoog met het beroepenveld over onderwijs en examinering vindt plaats door middel van stagebezoeken en de betrokkenheid bij examinering. Momenteel is de opleiding bezig met een aanvraag bij het Regionaal Investeringsfonds mbo in een samenwerkingsproject met bedrijven. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet niet aan de onderzochte wettelijke eis(en), omdat is vastgesteld dat de bepaling op het gebied van schoolkosten niet is nageleefd. Schoolkosten/wettelijke bijdragen De opleiding voldoet niet aan de eisen gesteld in artikel 8.1.4 van de WEB. Er worden kosten in rekening gebracht die aangemerkt dienen te worden als vrijwillige bijdrage. Daarnaast is in de communicatie naar de studenten niet voldoende duidelijkheid over het onderscheid tussen vrijwillige en verplichte bijdragen. 4.2
Verkoper (Verkoper detailhandel) Het kwaliteitsonderzoek bij Verkoper (Verkoper detailhandel), 20MQ|93751, niveau 2, bbl, locatie Perzikstraat 7a, Wijk en Aalburg heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1
Onderwijsproces
2
Examinering en diplomering
3
Opbrengsten
4
Kwaliteitsborging
Kwaliteitsgebied 5
Naleving wettelijke vereisten
Goed Voldoende Onvoldoende Slecht
• • • • Voldoet Voldoet niet
•
Pagina 26 van 49
Gebied 1: Onderwijsproces
Voldoende Onvoldoende
Programma 1.1
Samenhang
1.2
Maatwerk
• •
Leren in de onderwijsinstelling 1.3
Didactisch handelen*
1.4
Leertijd
1.5
Leeromgeving
• • •
Begeleiding 1.6
Intake & plaatsing
1.7
Studieloopbaanbegeleiding*
1.8
Zorg
• • •
Leren in de beroepspraktijk 1.9
Beroepspraktijkvorming*
Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1
Exameninstrumentarium*
2.2
Afname en beoordeling*
2.3
Diplomering*
Gebied 3: Opbrengsten 3.1
Rendement
Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1
Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1
Naleving wettelijke vereisten
• Voldoende Onvoldoende
• • • Voldoende Onvoldoende
• Voldoende Onvoldoende
• • • • Voldoet Voldoet niet
•
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.
Beschouwing Algemeen Op de locatie te Wijk en Aalburg zien we een klein en hecht team dat sterk betrokken is bij de studenten. Hetzelfde team docenten verzorgt ook detailhandelsopleidingen op de locatie in Gorinchem. Onderwijsproces Het onderwijsproces beoordelen we als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan.
Pagina 27 van 49
Het programma kent voldoende samenhang en biedt voldoende maatwerk. Het programma is afgestemd op het kwalificatiedossier en bereidt de studenten voor op de examinering en het toekomstige beroep. Het programma is zo opgebouwd, dat de studenten in eigen tempo kunnen werken aan de verschillende onderdelen. Studenten kunnen zelfstandig vooruit werken en hebben de mogelijkheid om eerder examen te doen. Het didactisch handelen, de leertijd en leeromgeving beoordelen we als voldoende. De docenten geven structuur aan het leerprogramma. Het zelfstandig werken door studenten wordt ver doorgevoerd, waardoor studenten regelmatig moeten wachten totdat de docent beschikbaar is om hen individueel op het gevraagde onderdeel te ondersteunen. Binnen de groep studenten is een deel dat goed zelfstandig werkt en een deel dat meer aandacht nodig heeft. Dit geeft soms onrust in de klas. Aandachtspunt is de aansluiting op het domeinbrede beleid op dit gebied om te voorkomen dat het een eenzijdige aanpak wordt. De intake en plaatsing, de studieloopbaanbegeleiding en de zorg beoordelen we als voldoende. De intake is zorgvuldig en leidt tot een passende plaatsing. De studieloopbaanbegeleiding verloopt planmatig en proactief. Na de centrale intake hebben studenten een persoonlijk intakegesprek met een docent van de opleiding. Hierdoor krijgt het team een goed beeld van de motivatie van de student. Tijdens de opleiding zijn er per jaar minimaal drie formele voortgangsgesprekken met de trajectbegeleider en tijdens de lessen tekenen docenten afgeronde onderdelen af. Hierdoor hebben zowel de student als de docent voortdurend zicht op de voortgang. Studenten geven aan dat de trajectbegeleider een positieve invloed op hun motivatie heeft, waardoor uitval soms voorkomen wordt. In de wisselwerking tussen trajectbegeleider en docenten wordt de voortgang besproken en vertalen docenten aandachtspunten naar hun aanpak in de les. Hierdoor krijgt bovengenoemd maatwerk nog meer inhoud. De beroepspraktijkvorming (bpv) beoordelen we als voldoende. De opleiding bereidt studenten en bedrijven voldoende voor op de bpv en maakt voldoende afspraken met de bedrijven over de voortgang. Docenten, waaronder de trajectbegeleider, bezoeken de stagebedrijven regelmatig en bespreken de voortgang van de bpv. De kwaliteit van de begeleiding door de bpv-opleider wordt gemonitord. Indien dit niet voldoet dan worden alternatieven gezocht. Aandachtspunt bij de bpv-opdrachten is de toepasbaarheid op de hele detailhandel. Nu zijn sommige opdrachten sectorgebonden (bijvoorbeeld
Pagina 28 van 49
supermarkt), gelet op de diversiteit van bpv-plekken en voorkeur van studenten sluit dit niet altijd op elkaar aan. In de praktijk wordt hier echter wel altijd een afdoende oplossing voor gevonden. Examinering en diplomering De examinering en diplomering beoordelen we als onvoldoende, omdat niet voldaan is aan de eisen die aan afname en beoordeling en diplomering gesteld worden. Het exameninstrumentarium voldoet, omdat het aansluit op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. Het instrumentarium van KC-handel is eerder door de inspectie onderzocht en goedgekeurd. Het exameninstrumentarium voor Nederlands sluit aan op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. Het instrumentarium van Deviant is eerder door de inspectie onderzocht en goedgekeurd. De examenprocessen van afname en beoordeling voldoen niet, omdat deze onvoldoende deugdelijk zijn verlopen. Bij de afname van de proeves is slechts één examinator betrokken, in de meeste gevallen is dit ook de praktijkopleider. Hierdoor is de onafhankelijkheid van de beoordeling onvoldoende gewaarborgd. Dit is bekend bij de opleiding, het is genoemd in het interne auditrapport van december 2013, maar er is nog geen verbetering ingezet. Bij het criterium gericht interview (CGI), dat plaatsvindt na de proeve, is er ook een examinator van de opleiding aanwezig. Daarmee wordt de betrouwbaarheid van de proeve echter maar beperkt verhoogd. De diplomering voldoet niet, omdat deze onvoldoende deugdelijk en geborgd is. De examencommissie heeft onvoldoende beeld van de afname en beoordeling van de proeves die in de praktijk worden afgenomen. De examencommissie neemt het oordeel van de examinatoren ongewijzigd over en voert haar procedures voor diplomering weliswaar correct uit, maar vergewist zich niet van de juistheid van de beoordeling. Er zijn geen APK's uitgevoerd en de onvoldoende borging is in de audit van 2013 reeds aangegeven. Opbrengsten De opbrengsten zijn voldoende, omdat het jaarresultaat (67,4 procent) en het diplomaresultaat (71,2 procent) boven de norm liggen. Voor deze beoordeling, gebaseerd op de BRON-gegevens 2013-2014 zijn de resultaten van de bc-id 222, niveau 2 gebruikt. In bijlage II staan de opleidingen die betrokken zijn bij het bepalen van de opbrengsten.
Pagina 29 van 49
Kwaliteitsborging De sturing beoordelen we als voldoende. De opleiding formuleert op structurele basis voldoende specifieke en meetbare doelen voor de opleiding. Het team werkt aan de punten uit het team- en verbeterplan. Ook verbeterpunten die de domeinleider aanreikt pakt het team direct op. Aandachtspunt is het meer planmatig werken. Het team begint met de ontwikkeling van een nieuw teamplan, waardoor de planmatige aanpak beter vormgegeven kan worden. De beoordeling beoordelen we als voldoende. De opleiding beoordeelt regelmatig de voortgang en de realisatie van de gestelde doelen. Er zijn monitoringsinstrumenten op teamniveau. Het team gebruikt de verschillende evaluaties om de voortgang van verbeteracties te evalueren. Hierdoor heeft het team een duidelijk beeld van de voortgang van verbeteracties. Over de kwaliteit van het onderwijs en de examinering wordt periodiek verantwoording afgelegd aan het college van bestuur. De verbetering en verankering beoordelen we als onvoldoende. De opleiding neemt niet op alle uitkomsten van de beoordelingen verbetermaatregelen. Illustratief hiervoor is dat de uitkomsten van de audit in 2013 nog niet hebben geleid tot verbetering. De informele werkwijze van het team zorgt er echter voor dat ad hoc verbeteringen wel direct worden doorgevoerd. De dialoog en verantwoording beoordelen we als voldoende. De opleiding voert een voldoende functionerende dialoog over de kwaliteit met interne en externe belanghebbenden. De domeinleider heeft regionaal contact met diverse externe belanghebbenden. Het team heeft veel en goed informeel contact met de studenten. Als de structurele interne dialoog verder verbetert zal het team nog beter zicht krijgen op de studenten. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet aan de onderzochte wettelijke eis(en), omdat voor zover onderzocht is vastgesteld dat de bepalingen zijn nageleefd.
4.3
Reizen (verkoper reizen) Het kwaliteitsonderzoek bij Reizen (verkoper reizen), 20MQ|94090, niveau 3, bol, locatie Leerparkpromenade te Dordrecht heeft geleid tot de volgende oordelen:
Pagina 30 van 49
Kwaliteitsgebied 1
Onderwijsproces
2
Examinering en diplomering
3
Opbrengsten
4
Kwaliteitsborging
Kwaliteitsgebied 5
Goed Voldoende Onvoldoende Slecht
• • • • Voldoet Voldoet niet
•
Naleving wettelijke vereisten
Gebied 1: Onderwijsproces
Voldoende Onvoldoende
Programma 1.1
Samenhang
1.2
Maatwerk
• •
Leren in de onderwijsinstelling 1.3
Didactisch handelen*
1.4
Leertijd
1.5
Leeromgeving
• • •
Begeleiding 1.6
Intake & plaatsing
1.7
Studieloopbaanbegeleiding*
1.8
Zorg
• • •
Leren in de beroepspraktijk 1.9
Beroepspraktijkvorming*
Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1
Exameninstrumentarium*
2.2
Afname en beoordeling*
2.3
Diplomering*
Gebied 3: Opbrengsten 3.1
Rendement
Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1
Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1
• Voldoende Onvoldoende
• • • Voldoende Onvoldoende
• Voldoende Onvoldoende
• • • • Voldoet Voldoet niet
Naleving wettelijke vereisten
•
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.
Pagina 31 van 49
Beschouwing Algemeen De opleiding Verkoper reizen wordt door een klein team vormgegeven. Een beperkt aantal studenten volgt deze opleiding. De betrokkenheid van het team bij de ontwikkeling en begeleiding van de studenten is groot. Wel behoeft de verantwoordelijkheid examencommissie en kwaliteitsborging nog aandacht. Onderwijsproces Het onderwijsproces beoordelen we als voldoende. Aan alle kernaspecten is voldaan. Er is echter niet voldaan aan het aspect maatwerk. Het programma kent voldoende samenhang, maar biedt onvoldoende maatwerk. Er wordt tijdens het beroepsgerichte onderwijsprogramma namelijk geen rekening gehouden met de capaciteiten en het beginniveau van de studenten, terwijl de diversiteit van instroomniveau hier wel om vraagt. Alle studenten, ongeacht vooropleiding of beginniveau, volgen eerst het programma van niveau 3, waarna in een eenjarig traject het niveau 4 diploma behaald kan worden. In de generieke vakken wordt overigens wel rekening gehouden met het niveau van de studenten. Voor studenten die sneller door de opleiding kunnen wordt gekeken naar mogelijkheden om de studieduur te verkorten. Van deze mogelijkheid wordt nog weinig gebruik gemaakt. Het didactisch handelen, de leertijd en leeromgeving beoordelen we als voldoende. Door de verhuizing begin dit schooljaar zijn de voorzieningen verbeterd. Er is weinig sprake van lesuitval en de roosters zijn evenwichtig samengesteld. De lessen hebben een vaste opbouw, waarin na instructie wordt geoefend en er gelegenheid is tot het stellen van vragen. Ook is er tijdens de lessen voldoende tijd voor feedback op de leervorderingen. De lessen zijn over het algemeen klassikaal ingericht; om een hoger leerrendement te behalen en studenten meer te motiveren zou meer afwisseling en uitdaging in de uiteenlopende lessituaties gebracht kunnen worden, zeker gelet op de verschillen in niveaus tussen de studenten. De intake en plaatsing, de studieloopbaanbegeleiding en de zorg beoordelen we als voldoende. De intake is zorgvuldig en leidt tot een passende plaatsing. Na de intake worden studenten, indien noodzakelijk, doorverwezen naar het studentenservicecentrum, waar een uitgebreidere intake plaatsvindt. Gedurende de opleiding heeft de trajectbegeleider zicht op de ontwikkeling van de studenten en volgt deze nauwgezet. Via een digitaal systeem worden afspraken
Pagina 32 van 49
vastgelegd en gemonitord. Studenten worden direct aangesproken op hun gedrag door de trajectbegeleider, van wie zij ook frequent les krijgen. De beroepspraktijkvorming (bpv) beoordelen we als voldoende. De opleiding bereidt studenten en bedrijven voldoende voor op de bpv en maakt voldoende afspraken met de bedrijven over de voortgang. Er is een vaste groep van bedrijven waar de studenten hun stage lopen. Hierdoor weten de praktijkopleiders wat er van hun verwacht wordt en vindt er een adequate begeleiding plaats. Examinering en diplomering De examinering en diplomering beoordelen we onvoldoende, omdat niet voldaan is aan het aspect diplomering. Het beroepsgerichte exameninstrumentarium voldoet, omdat het aansluit op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. Dit ingekochte examenmateriaal is van Examenwerk en is door ons als voldoende beoordeeld. De beroepsgerichte examinering vindt aan het eind van de bpv plaats, nadat er een go/no go moment plaats heeft gevonden. De informatie hieromtrent aan de studenten kan verbeterd worden, waardoor zij beter ingelicht worden over de wijze van examinering en welke voorwaarden daar aan gesteld worden. Het exameninstrumentarium voor Nederlands en Engels sluit ook aan op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. Dit materiaal wordt ingekocht bij Deviant en hebben wij als voldoende beoordeeld. De examenprocessen van afname en beoordeling verlopen voldoende deugdelijk. Het beroepsgerichte examen vindt plaats aan het eind van de bpv. Binnen deze opleiding wordt met een vaste groep van bpv-bedrijven gewerkt, hierdoor is het voor de beoordelaars uit de praktijk duidelijk wat er van hen verwacht. De beoordeling van kerntaak 1 (verkoopgesprek) vindt plaats door zowel de begeleider uit de bpv als door een onafhankelijk en geschoolde beoordelaar van school. Voor de overige twee kerntaken verzamelt de student bewijzen in de examenperiode op het stage bedrijf. De diplomering voldoet niet, omdat deze onvoldoende deugdelijk en geborgd is. De examencommissie van dit domein heeft onvoldoende zicht op de afname en beoordeling in de praktijk van deze opleiding. De examencommissie borgt bij de opleiding Reizen niet of de oordelen op de juiste gronden zijn vastgesteld. In de dossiers is alleen een overzicht van oordelen opgenomen, de achterliggende oordelen en bewijzen voor deze oordelen worden door de examencommissie niet bekeken, terwijl deze informatie wel beschikbaar is.
Pagina 33 van 49
Binnen Da Vinci zijn de APK’s een middel voor de examencommissie om zicht te krijgen op de afname en beoordeling. Deze zijn bij deze opleiding niet uitgevoerd. Naar aanleiding van audits binnen het domein heeft de examencommissie wel een aantal verbeterpunten geformuleerd. Deze verbeteringen zijn recent opgepakt. De besluitvorming tot diplomering verloopt wel voldoende. Opbrengsten De opbrengsten zijn voldoende, omdat het jaarresultaat (66,7 procent) en het diplomaresultaat (50,0 procent) boven de norm liggen. Voor deze beoordeling, gebaseerd op de BRON-gegevens 2013-2014 zijn de resultaten van de bc 181, niveau 3 gebruikt. In bijlage II staan de opleidingen die betrokken zijn bij het bepalen van de opbrengsten. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging beoordelen we als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan. De sturing beoordelen we als voldoende. De opleiding formuleert op structurele basis voldoende specifieke en meetbare doelen voor de opleiding. Er is sprake van een teamplan en domeinplan die, samen met de zelfevaluatie en het verbeterplan, regelmatig worden besproken om de voortgang van de diverse plannen te bewaken. De focus binnen dit team ligt op het verbeterplan. Dit plan geeft duidelijk richting aan en zicht op de verwachte ontwikkeling van het team. De kern van dit plan bestaat uit activiteiten die de geconstateerde tekortkomingen naar aanleiding van eigen onderzoek adresseren. De doelen uit de diverse plannen kunnen echter specifieker en resultaatgerichter beschreven worden, waardoor het effect beter vast te stellen is. De beoordeling beoordelen we als voldoende. De domeinleider monitort de voortgang van de doelen en verbeteringen. Enquêtegegevens en resultaten van lesbezoeken zijn meegenomen bij de ontwikkeling van de plannen en de uitkomsten van evaluaties worden geverifieerd aan de hand van normen. Tijdens teamvoortgangsoverleggen staat periodiek de voortgang van het teamplan en het verbeterplan op de agenda. Wel merken we hierbij op dat de resultaten van de in 2014 onder bpv-bedrijven gehouden enquête nog niet zijn beoordeeld. Over de kwaliteit van het onderwijs en de examinering wordt periodiek verantwoording afgelegd aan het college van bestuur. De verbetering en verankering beoordelen we als voldoende. De opleiding neemt indien nodig passende verbetermaatregelen. Het team heeft een verbeterplan
Pagina 34 van 49
dat is opgesteld naar aanleiding van de zelfevaluatie. We merken hierbij wel op dat het verbeterplan zich erg richt op acties: als een actie afgerond is, wordt deze afgevinkt. Maar er wordt niet altijd vastgesteld of deze actie leidt tot het gewenste effect. Door het houden van functioneringsgesprekken is er zicht op de deskundigheidsbevordering van zowel de individuele docent als van het team. Recent hebben er diverse scholingen plaatsgevonden, gericht op zowel het beroep als de examinering. De dialoog en verantwoording beoordelen we als voldoende. De opleiding voert een voldoende functionerende dialoog over de kwaliteit met interne en externe belanghebbenden. Het team heeft veel en goed informeel contact met het bedrijfsleven en de studenten. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet niet aan de onderzochte wettelijke eis(en), omdat is vastgesteld dat de bepaling op het gebied van schoolkosten niet is nageleefd. Schoolkosten/wettelijke bijdragen De opleiding voldoet niet aan de eisen gesteld in artikel 8.1.4 van de WEB. Er worden kosten in rekening gebracht die aangemerkt dienen te worden als vrijwillige bijdrage. Daarnaast is in de communicatie naar de studenten niet voldoende duidelijkheid over het onderscheid tussen vrijwillige en verplichte bijdragen. Ongeoorloofd verzuim en voortijdig schoolverlaten De procedure van de instelling betreffende de verzuimregistratie en de uitvoering in de praktijk voldoet. De instelling heeft een helder verzuimprotocol dat bekend is bij de betrokkenen. Dit protocol is in samenwerking met Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Dienst Gezondheid&Jeugd ZHZ opgesteld. In de onderzoeksperiode had de onderzochte opleiding één verzuimgeval, waarvoor tweemaal een melding conform de wettelijke termijn is gedaan. De instelling maakt gebruik van het verzuimregistratiesysteem Eduarte. Dit systeem wordt door de verantwoordelijke medewerkers adequaat gehanteerd. De verzuimbegeleider ziet hier streng op toe. De opleiding voldoet aan de wettelijke vereisten ten aanzien van het melden van ongeoorloofd verzuim dat voortduurt na 16 uur in 4 weken, inclusief herhaalmelding (artikel 21a Leerplichtwet 1969). Verder is gebleken dat de opleiding voldoet aan de voorwaarden om te komen tot de wettelijk
Pagina 35 van 49
voorgeschreven meldplicht van verzuim zonder geldig reden voor deelnemers van 18 tot 23 jaar zonder startkwalificatie (artikel 8.1.8a en artikel 8.1.7 van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs). Er zijn in dit kader geen meldingen gedaan. De opleiding voldoet aan de wettelijke verplichting om in de onderwijsovereenkomst het verzuimbeleid kenbaar te maken. Dit betreft de wettelijke bepaling in artikel 8.1.3f van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs. 4.4
Kapper (Junior Kapper) Het kwaliteitsonderzoek bij Kapper (Junior kapper), 20MQ|95120, niveau niveau 2, bbl, locatie Mollenburgseweg 82, Gorinchem heeft geleid tot de volgende oordelen. Kwaliteitsgebied 1
Onderwijsproces
2
Examinering en diplomering
3
Opbrengsten
4
Kwaliteitsborging
Kwaliteitsgebied 5
Goed Voldoende Onvoldoende Slecht
• • • • Voldoet Voldoet niet
•
Naleving wettelijke vereisten
Gebied 1: Onderwijsproces
Voldoende Onvoldoende
Programma 1.1
Samenhang
1.2
Maatwerk
• •
Leren in de onderwijsinstelling 1.3
Didactisch handelen*
1.4
Leertijd
1.5
Leeromgeving
• • •
Begeleiding 1.6
Intake & plaatsing
1.7
Studieloopbaanbegeleiding*
1.8
Zorg
• • •
Leren in de beroepspraktijk 1.9
Beroepspraktijkvorming*
Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1
Exameninstrumentarium*
2.2
Afname en beoordeling*
2.3
Diplomering*
• Voldoende Onvoldoende
• • •
Pagina 36 van 49
Gebied 3: Opbrengsten 3.1
Rendement
Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1
Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1
Voldoende Onvoldoende
• Voldoende Onvoldoende
• • • • Voldoet Voldoet niet
Naleving wettelijke vereisten
•
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.
Beschouwing Algemeen Bij de opleiding Junior kapper verzorgt een betrokken team op een voldoende wijze het onderwijs en de bijbehorende examinering op de locaties Gorinchem en Dordrecht. Wij hebben de locatie in Gorinchem onderzocht waar dit schooljaar voor het eerst de studenten van bol en bbl in één lesgroep zitten. Studenten zijn tevreden over de praktijkgerichte aanpak, waarbij ze begeleiding op maat krijgen. Onderwijsproces Het onderwijsproces beoordelen we als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan. Het programma kent voldoende samenhang en biedt voldoende maatwerk. Er is een duidelijk programma, dat is afgestemd op het kwalificatiedossier. Het programma houdt voldoende rekening met verschillen tussen studenten. Studenten die vooruit willen werken, kunnen versneld diplomeren. Een enkeling maakt daar gebruik van. Het meeste maatwerk zien we echter bij taal en rekenen. De studenten die achter liggen bij taal of rekenen, krijgen reparatielessen op niveau aangeboden, zodat zij hun achterstand zoveel mogelijk in kunnen lopen. Het didactisch handelen, de leertijd en leeromgeving beoordelen we als voldoende. De docenten bieden de leeractiviteiten gestructureerd aan, de leertijd wordt benut en er heerst een positief leerklimaat. Tijdens de lessen is er goed contact tussen docent en student. Studenten weten wat ze moeten doen en ontvangen aandacht en begeleiding op niveau. Studenten zijn actief aan het leren. Over het algemeen is er een prettige en
Pagina 37 van 49
veilige sfeer in de klas. Studenten krijgen praktijkles in de salon op de onderwijslocatie. In deze contextrijke omgeving wordt het leren optimaal gestimuleerd. De intake en plaatsing, de studieloopbaanbegeleiding en de zorg beoordelen we als voldoende. De intake is zorgvuldig en gebeurt centraal. Het team zelf is nog niet overtuigd van de beoogde werking van de centrale intake. Uit de evaluatie zal moet blijken of deze aangepaste werkwijze leidt tot de gewenste effecten. De begeleiding tijdens de opleiding verloopt planmatig en proactief. De docenten houden de studievoortgang van de studenten bij en de trajectbegeleider voert eens in de 10 weken met iedere student een individueel gesprek. Tussentijds hebben de trajectbegeleider maar ook de andere docenten regelmatig informeel contact met de studenten. Een punt van aandacht is de integratie van de algemene vakken. Het is ons namelijk opgevallen dat de voortgangsbewaking van de algemene vakken geen vast onderdeel uitmaakt van de individuele gesprekken met de studenten. De beroepspraktijkvorming (bpv) beoordelen we als voldoende. De studenten zijn bij aanvang van de studie in dienst bij een erkend leerbedrijf. Mocht het dienstverband tijdens de opleiding niet gecontinueerd worden, dan is de opleiding zo georganiseerd dat de student zonder problemen kan overstappen van de bbl- naar de bol-opleiding. Dit zorgt ervoor dat studenten verder kunnen met hun opleiding en deze binnen dezelfde opleidingstijd kunnen afronden. De studenten zijn over het algemeen tevreden over de begeleiding op de werkplek door de praktijkopleider en de begeleiding vanuit de school. Wel geven de studenten aan dat zij, door de werkdruk in de leerbedrijven, niet altijd voldoende gelegenheid krijgen om bpv-opdrachten uit te voeren. Examinering en diplomering De examinering en diplomering beoordelen we als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan. Het beroepsgerichte exameninstrumentarium sluit aan op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. De opleiding gebruikt sinds dit schooljaar het instrumentarium van Examenplatform Uiterlijke Verzorging. Dit instrumentarium is reeds eerder door de inspectie goedgekeurd. De kerntaakoverstijgende theoerietoets wordt ontwikkelgericht ingezet. Ook het exameninstrumentarium voor Nederlands sluit aan op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. De opleiding maakt gebruik van het instrumentarium van Deviant. Dit is reeds eerder door de inspectie onderzocht en als voldoende beoordeeld.
Pagina 38 van 49
De examenprocessen van afname en beoordeling zijn voldoende deugdelijk verlopen. De proeves worden in de schoolsalon afgenomen waarbij de richtlijnen van het exameninstrument zijn gevolgd. De beoordeling van de proeves is gedaan door twee examinatoren, zodat de betrouwbaarheid geborgd is. Zowel de examinator uit het bedrijfsleven als de examinator van de school vullen het beoordelingsformulier in en noteren op een apart document hun aantekeningen, waarmee zij na afloop hun oordeel kunnen onderbouwen. De diplomering is voldoende deugdelijk en geborgd. De examencommissie gaat voldoende na of een student aan alle eisen uit het kwalificatiedossier heeft voldaan, voordat tot diplomering wordt overgegaan. Een teamlid van de opleiding stelt samen met de secretaris van de examencommissie vast of het examendossier juist en volledig is. Om zicht te kunnen houden op de afname en de beoordeling van de proeves heeft de examencommissie in november 2014 een APK over de gehele examendag laten uitvoeren. Opbrengsten De opbrengsten zijn voldoende, omdat het jaarresultaat (64,6 procent) en het diplomaresultaat (52,0 procent) boven de norm liggen. Voor deze beoordeling, gebaseerd op de BRON-gegevens 2013-2014 zijn de resultaten van de bc-id 088, niveau 2 gebruikt. In bijlage II staan de opleidingen die betrokken zijn bij het bepalen van de opbrengsten. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging beoordelen we als voldoende. Aan alle aspecten is voldaan. Hierna volgt een toelichting per aspect. De sturing beoordelen we als voldoende. De opleiding formuleert op structurele basis voldoende specifieke en meetbare doelen voor de opleiding. De verbeterpunten uit het verbeterplan ervaart het team als sturend en sluiten goed aan op de intrinsieke motivatie van het team. Het team maakt binnenkort, aansluitend op de ontwikkelingen binnen het domein, een nieuw teamplan waarin deze verbeterpunten worden geïntegreerd. Aandachtspunt daarbij is het opnemen in het teamplan van de verbeterpunten op het gebied van de algemene vakken. De beoordeling is voldoende. De opleiding beoordeelt regelmatig de voortgang en de realisatie van de gestelde doelen. De monitoring en evaluatie vindt vooral plaats met instrumenten op teamniveau. Dit wordt gecombineerd met het beeld van het team over de voortgang van verbeterpunten. Over de kwaliteit van het
Pagina 39 van 49
onderwijs en de examinering wordt periodiek verantwoording afgelegd aan het college van bestuur. De verbetering en verankering beoordelen we als voldoende. De opleiding neemt indien nodig passende verbetermaatregelen. In diverse overleggen worden verbeteringen afgesproken en afgestemd. Het team lost problemen daadkrachtig op en verankert aanpassingen in de werkwijze. De gevolgde pdca-cyclus kan evenwel nog scherper in beeld gebracht worden. Daarmee sluiten we aan op de conclusie uit het auditrapport van het Da Vinci College. De dialoog en verantwoording beoordelen we als voldoende. De opleiding voert een voldoende functionerende dialoog over de kwaliteit met interne en externe belanghebbenden. Er is intensief contact met studenten en een formele dialoog met studenten, onder meer door lunchgesprekken met studenten. Met de BedrijfsAdvies Commissie (BAC) is er een effectieve dialoog over de opleiding met het beroepenveld. Door enquêtes en informele contacten houden docenten zicht op de ontwikkelingen in de sector en, meer specifiek, in de regio. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet niet aan de eisen gesteld in artikel 8.1.4 van de WEB. Er worden kosten in rekening gebracht die aangemerkt dienen te worden als vrijwillige bijdrage. Daarnaast is in de communicatie naar de studenten niet voldoende duidelijkheid over het onderscheid tussen vrijwillige en verplichte bijdragen. 4.5
Mbo-Verpleegkundige Het kwaliteitsonderzoek bij Mbo-Verpleegkundige, 20MQ|95520, niveau 4, bbl, locatie Karel Lotsyweg 20, Dordrecht heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1
Onderwijsproces
2
Examinering en diplomering
3
Opbrengsten
4
Kwaliteitsborging
Kwaliteitsgebied 5
Naleving wettelijke vereisten
Gebied 1: Onderwijsproces
Goed Voldoende Onvoldoende Slecht
• • • • Voldoet Voldoet niet
•
Voldoende Onvoldoende
Programma
Pagina 40 van 49
Gebied 1: Onderwijsproces 1.1
Samenhang
1.2
Maatwerk
Voldoende Onvoldoende
• •
Leren in de onderwijsinstelling 1.3
Didactisch handelen*
1.4
Leertijd
1.5
Leeromgeving
• • •
Begeleiding 1.6
Intake & plaatsing
1.7
Studieloopbaanbegeleiding*
1.8
Zorg
• • •
Leren in de beroepspraktijk 1.9
Beroepspraktijkvorming*
Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1
Exameninstrumentarium*
2.2
Afname en beoordeling*
2.3
Diplomering*
Gebied 3: Opbrengsten 3.1
Rendement
Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1
Sturing *
4.2
Beoordeling *
4.3
Verbetering en verankering *
4.4
Dialoog en verantwoording
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1
Naleving wettelijke vereisten
• Voldoende Onvoldoende
• • • Voldoende Onvoldoende
• Voldoende Onvoldoende
• • • • Voldoet Voldoet niet
•
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.
Beschouwing Algemeen De opleiding Mbo-verpleegkunde is volop in ontwikkeling. Een betrokken en veranderingsbereid team werkt aan professionalisering. Diverse onderdelen van het onderwijsproces bevinden zich dan ook in een verbetertraject. Wij hebben de eerste initiatieven van verbetering waargenomen. Het onderwijsproces is echter als onvoldoende beoordeeld, waardoor er sprake is van zwak onderwijs. Ook de examinering en diplomering en kwaliteitsborging beoordelen wij als onvoldoende.
Pagina 41 van 49
Wij zijn positief over de zichtbaarheid van de opleiding in de regio. Er is een actieve dialoog met diverse samenwerkingspartners. Onderwijsproces Het onderwijsproces beoordelen we als onvoldoende omdat niet voldaan is aan de aspecten studieloopbaanbegeleiding, maatwerk en leertijd. Het programma kent voldoende samenhang, maar biedt onvoldoende maatwerk. Het opleidingsprogramma houdt onvoldoende rekening met de verschillen tussen de studenten wat capaciteiten, vorderingen, niveau en leerweg betreft. Daarnaast heeft de opleiding geen passend programma voor studenten die doorstromen van niveau 3 naar 4 en moeite hebben om aan te sluiten bij het vereiste niveau van de algemeen vormende vakken. In het opleidingsprogramma, dat is afgestemd op het kwalificatiedossier, zijn in het afgelopen jaar veel veranderingen doorgevoerd. We constateren dat deze veranderingen in het programma positief zijn voor de eerste en tweedejaars studenten, maar de ouderejaars studenten ervaren nog weinig effect van deze ontwikkeling. We verwachten dat de aangebrachte veranderingen in het opleidingsprogramma snel zullen zorgen voor een betere afstemming tussen de verschillende vakgebieden, een logischer opbouw en een duidelijkere structurering. Het didactisch handelen en de leeromgeving beoordelen wij als voldoende, maar de leertijd wordt onvoldoende benut. De opleiding waarborgt onvoldoende de benutting van de beschikbare onderwijstijd. Tijdens ons onderzoek hebben wij geconstateerd dat met name aan het begin bij een aantal lessen veel onderwijstijd 'weg' lekt. Een substantieel aantal studenten kwam te laat binnen bij lessen waardoor het opstarten van de les verhoudingsgewijs teveel tijd kostte. Hoewel de lessen aan de basisvereisten voldoen, wisselt de kwaliteit ervan. We hebben inspirerende lessen gezien waarbij studenten uitgedaagd werden tot leren en reflecteren op hun persoonlijke en beroepsmatige handelen. We hebben echter ook lessen geobserveerd waarbij de gekozen werkvormen niet voldoende afgestemd waren op het te bereiken leerdoel, waardoor de onderwijstijd onderbenut werd. Daarnaast is het klassenmanagement een aandachtspunt. Voor het creëren van een effectief leerklimaat is het nodig dat er meer corrigerend wordt opgetreden. Vooral in de gecombineerde klassen met bol en bbl studenten zijn deze sturende vaardigheden vereist vanwege de verschillen in leeftijd en ervaring.
Pagina 42 van 49
De leeromgeving is voldoende veilig, de omgangsvormen tussen leerkrachten onderling en in relatie met de studenten is respectvol. De inrichting van de lokalen en onderwijsomgeving is adequaat. De intake en plaatsing en de zorg beoordelen wij als voldoende, maar de studieloopbaanbegeleiding voldoet niet. Studieloopbaanbegeleiding is onvoldoende, omdat de begeleiding onvoldoende aansluit op de ondersteuningsen informatiebehoefte van de student. Dit blijkt uit het volgende: • hoewel er afspraken zijn over inhoud, vorm en frequentie van de begeleiding wordt deze onvoldoende eenduidig, proactief en planmatig vormgegeven. Er wordt onvoldoende gestuurd op het nakomen van de afgesproken begeleidingsvorm en -inhoud. Dit leidt tot een begeleidingsaanbod dat sterk afhankelijk van de trajectbegeleider is. Het effect hiervan is dat begeleidingsgesprekken in frequentie wisselen of niet plaatsvinden. over het algemeen ervaren de studenten de duur van de begeleidingsgesprekken als te kort om te kunnen spreken over een effectief begeleidingsmoment. • de derde en vierde jaars studenten zijn onvoldoende meegenomen in de communicatie over de veranderingen in hun opleiding en wat dit voor hun studie betekent. • bij een deel van de studenten is onzekerheid over de stand van zaken met betrekking tot behaalde resultaten. Enerzijds heeft dit te maken met het feit dat beoordelingscriteria niet altijd eenduidig worden toegepast door docenten, anderzijds komt het voor dat ingeleverde opdrachten soms zoekraken. Het geheel van bovenstaande bevindingen maakt dat we studieloopbaanbegeleiding beoordelen als onvoldoende. Tijdens het intakeproces wordt de motivatie voor de opleiding en het niveau van de algemene vakken in beeld gebracht. Positief is dat het Servicecentrum standaard aanwezig is bij het intakegesprek vanwege het in kaart brengen van de eventuele zorg- en ondersteuningsbehoefte. •
De beroepspraktijkvorming beoordelen wij als voldoende. Studenten en leerbedrijven worden goed voorbereid op de bpv. De website van de opleiding biedt alle relevante informatie met betrekking tot de beroepspraktijkvorming voor studenten, opleiding en leerbedrijven. Er zijn heldere afspraken met betrekking tot begeleiding en beoordeling in de bpv. Aandachtspunt is om die afspraken dan ook te hanteren en er niet van af te wijken. Een voorbeeld hiervan is het niet nakomen van de afgesproken
Pagina 43 van 49
bezoekfrequentie en het onvoldoende vastleggen van de vorderingen van de student in de praktijk door de bpv-docent. Examinering en diplomering De examinering en diplomering beoordelen we als onvoldoende, omdat niet voldaan is aan afname en beoordeling en diplomering. Het exameninstrumentarium beoordelen wij als voldoende. Het exameninstrumentarium voor zowel het beroepsgerichte deel (Consortium Beroepsonderwijs) als de algemene vakken (Deviant) wordt ingekocht. De ingekochte examens zijn door de inspectie eerder als voldoende beoordeeld en voldoen aan de uitstroomeisen conform het kwalificatiedossier en de toetstechnische eisen. De examenprocessen van afname en beoordeling voldoen niet, omdat deze onvoldoende deugdelijk zijn verlopen. De onafhankelijkheid van de examinering in de praktijk is onvoldoende gewaarborgd. De werkbegeleider van de studenten is tevens examinator en bij de uitvoering van dit examen is geen onafhankelijke beoordelaar betrokken. Hoewel de opleiding aangescherpte, verbeterde afspraken met de leerbedrijven heeft gemaakt over het waarborgen van gelijkwaardige en onafhankelijke afnamecondities, waren deze condities ten tijde van het onderzoek nog niet operationeel. De diplomering voldoet niet, omdat deze onvoldoende deugdelijk en geborgd is. Wij hebben geconstateerd dat de examendossiers van afgestudeerde studenten incompleet, onoverzichtelijk en ongeordend zijn samengesteld. De examencommissie heeft deze tekortkoming reeds zelf geconstateerd en maatregelen ter verbetering getroffen. Deze maatregelen zijn echter nog niet in volledigheid doorgevoerd, zodat wij de effecten ervan niet mee hebben kunnen nemen bij ons oordeel. Daarnaast is het zicht op afname en beoordeling onvoldoende geborgd. Een APK is nog niet uitgevoerd. Positief is dat de examencommissie sinds kort uitgebreid is met een vertegenwoordiger van het beroepenveld. Opbrengsten De opbrengsten zijn voldoende, omdat het jaarresultaat (73,3 procent) en het diplomaresultaat (73,3 procent) boven de norm liggen. Voor de beoordeling van de opbrengsten, gebaseerd op de BRON-gegevens van schooljaar 2013-2014 zijn de resultaten van bc-id 113, niveau 4 gebruikt. In bijlage II is te zien welke opleidingen hierbij betrokken zijn.
Pagina 44 van 49
Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging beoordelen we als onvoldoende, omdat niet voldaan is aan beoordeling en verbetering en verankering. Hierna volgt een toelichting per aspect. De sturing beoordelen wij als voldoende. Naar aanleiding van de zelfevaluaties in 2013 en een interne audit in 2014 heeft het team een verbeterplan opgesteld waarin wordt aangegeven welke verbeteringen men wil realiseren. Tijdens het onderzoek hebben wij geconstateerd dat het team zich actief inzet om gestelde doelen te realiseren. Er zijn voortgangsbesprekingen, afspraken zijn aangescherpt en/of maatregelen zijn getroffen om het onderwijs te professionaliseren. Effecten van getroffen maatregelen zijn in dit stadium nog niet zichtbaar. De beoordeling beoordelen we als onvoldoende. Na de eerder genoemde audit heeft de opleiding veel veranderingen in gang gezet, men heeft echter onvoldoende de consequenties van deze veranderingen voor de huidige derde en vierde jaars studenten in beeld gebracht. Daarnaast beschikt deze opleiding op dit moment niet over actuele gegevens over de tevredenheid van de bpvbedrijven en evaluatiegegevens over afname van examens in de praktijk. In mei 2015 zullen bpv-bedrijven voor het eerst benaderd gaan worden voor het invullen van een tevredenheidenquête en zullen studenten en examinatoren bevraagd worden op hun ervaringen tijdens het proces van examinering. De verbetering en verankering beoordelen we als onvoldoende. Tijdens het onderzoek is geconstateerd dat kwaliteitsborging volop in ontwikkeling is. Er is echter nog geen voldragen systeem van kwaliteitsbewaking waarmee de beoogde effecten van verbetermaatregelen vastgesteld kunnen worden. De pdca-cyclus is nog niet volledig doorlopen zodat nog niet gesproken kan worden van een verankerd systeem van kwaliteitsborging. Deskundigheidsbevordering heeft de aandacht van het management en het team. Examinatoren van school en het werkveld zijn geschoold in het afnemen van examens. De dialoog en verantwoording beoordelen wij als voldoende. Er is sprake van een werkende en open interne dialoog op teamniveau en tussen het team en het management. De dialoog met de studenten kan aangescherpt worden. Hoewel het team uitgaat van een open en, in de basis, goede verstandhouding met de meeste studenten, hebben we tijdens het onderzoek geconstateerd dat het team niet voldoende op de hoogte was van de onderwerpen die bij de studenten
Pagina 45 van 49
leven. Deze onderwerpen hadden een directe relatie met de kwaliteit van het onderwijs. Wij zijn positief over de zichtbaarheid van de opleiding in de regio. Er is sprake van een effectieve dialoog met het werkveld. De opleiding is vertegenwoordigd in diverse gremia met betrekking tot opleiden, arbeidsmarkt en samenwerking met partners. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet aan de onderzochte wettelijke eis(en), omdat voor zover onderzocht is vastgesteld dat de bepalingen zijn nageleefd.
Pagina 46 van 49
5
BIJLAGEN Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebieden De normering per gebied is per januari 2015 aangepast (zie het Toezichtkader mbo 2012, Addendum 2015). De normering heeft betrekking op de toezichtperiode 2015-2016. De normen Op basis van het onderzoek spreekt de inspectie oordelen uit waarvoor zij gebruikmaakt van een normering. Deze bestaat uit twee stappen: 1. Een normering per aspect: per aspect wordt een beschrijving gegeven. Indicatoren en portretten zijn daarvoor indicerend en richtinggevend. 2. Een normering per kwaliteitsgebied. Voor de normering van het gebied Onderwijsproces zijn drie kernaspecten benoemd. De kernaspecten zijn: aspect 1.3 Didactisch handelen, aspect 1.7 Studieloopbaanbegeleiding en aspect 1.9 Beroepspraktijkvorming. Normering Onderwijsproces Goed
• • •
Aan acht van de negen aspecten is voldaan. Aan alle kernaspecten is voldaan. De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd.
Voldoende
• • •
Aan zeven van de negen aspecten is voldaan. Aan alle kernaspecten is voldaan. Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen.
Onvoldoende
• •
Aan één of meer kernaspecten is niet voldaan. Aan drie tot acht van de aspecten is niet voldaan.
Slecht
•
Aan geen van de aspecten is voldaan.
Voor de beoordeling van de opbrengsten is gebruikgemaakt van onderstaande norm. Voor een oordeel voldoende moet ten minste aan één van de twee normen zijn voldaan. Normering opbrengsten Niveau
Jaarresultaat (%)
Diplomaresultaat (%)
1
60,7
45,1
2
56,5
45,2
3
65,3
67,3
4
64,2
67,3
Pagina 47 van 49
Bij het gebied Examinering en diplomering zijn alle aspecten als kernaspect benoemd. Normering Examinering en diplomering Goed
• •
Aan alle drie de aspecten is voldaan. De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd.
Voldoende
• •
Aan alle drie de aspecten is voldaan. Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten voldaan, waaronder de essentiële onderdelen.
Onvoldoende
•
Aan één of twee aspecten is niet voldaan.
Slecht
•
Aan geen van de drie aspecten is voldaan.
Voor de normering van het gebied Kwaliteitsborging zijn drie kernaspecten benoemd. De kernaspecten zijn 4.1 Sturing, 4.2 Beoordeling en 4.3 Verbetering en verankering. Normering Kwaliteitsborging Goed
• •
Aan alle aspecten is voldaan. De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd.
Voldoende
• •
Aan alle kernaspecten is voldaan. Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten voldaan, waaronder de essentiële onderdelen.
Onvoldoende
•
Aan twee of drie aspecten is niet voldaan.
Slecht
•
Aan alle vier de aspecten is niet voldaan.
Normering Naleving wettelijke vereisten: de instelling of opleiding voldoet niet aan de wettelijke bepalingen indien de inspectie vaststelt dat één van deze bepalingen niet wordt nageleefd. Bij sommige bepalingen vloeit de norm direct uit de wet voort. Voor enkele bepalingen zijn nadere operationaliseringen opgesteld (bijvoorbeeld onderwijstijd).
Pagina 48 van 49
Bijlage II Overzicht bc-id In deze bijlage is per onderzochte bc-id aangegeven welke opleidingen betrokken zijn bij het bepalen van de opbrengsten. Bc-id: 132
Niveau: 4
Crebo:
Opleiding:
90400
Mediavormgever (bol) Mediavormgever (Animatie/audiovisuele vormg. Savantis) (bol)
90401 90402 90403 90401 90411 90412 90413 90414
Mediavormgever Mediavormgever Mediavormgever Mediavormgever Mediavormgever Mediavormgever Mediavormgever
(Art & design Savantis) (bol) (Grafische vormgeving Savantis) (bol) (Interactieve vormgeving Savantis) (bol) (Animatie/audiovisuele vormg. KC GOC) (bol) (Art & design KC GOC) (bol) (Grafische vormgeving KC GOC) (bol) (Interactieve vormgeving KC GOC) (bol)
Bc-id: 222
Niveau: 2
Crebo:
Opleiding:
93751
Verkoper (Verkoper detailhandel) (bol/bbl)
Bc-id: 181
Niveau: 3
Crebo:
Opleiding:
94090
Reizen (Verkoper reizen) (bol)
Bc-id: 088
Niveau: 2
Crebo:
Opleiding:
91172
Kapper (Junior kapper) (bol/bbl)
95120
Kapper (Junior kapper) (bol/bbl)
Bc-id: 113
Niveau: 4
Crebo:
Opleiding:
10426 93510 95520
Verpleegkundige (bol/bbl) MBO-Verpleegkundige (bol/bbl) MBO-Verpleegkundige (bol/bbl)
Pagina 49 van 49