Sociale (wijk)teams en de sociale deltawerken Congres Toegang en Teams, 7 april 2015, Nieuwegein Carla Kolner, onderzoeker Kenniscentrum Wmo en Wonen Noord Holland, DSP-groep Ard Sprinkhuizen, associate lector Maatschappelijk Werk Inholland, Wmo-werkplaats Noord Holland
Inhoud • De context: Kenniskring sociale teams en Wmo-werkplaats • De sociale deltawerken: de opgaven • Uit het Doolhof • Thema’s: • De burger als zandzak • Afrekenen of leren?
Leren van de praktijk; de praktijk van het leren
Kenniskring sociale teams
Wmo-werkplaats
Bijeenkomsten, Onderzoek, Ondersteuning, Kennisateliers, Masterclasses
Observeren en reflecteren
De sociale deltawerken • • • • • • •
Decentralisatie Transitie Transformatie Eigen kracht en burgerkracht? Alles moet anders? De theorie van de communicerende vaten Taaie vraagstukken en taaie oplossingen
Een korte karakteristiek •13 Wmo Werkplaatsen: – Aantal ondersteunde en gevolgde wijkteams: >200 – Aantal gemeenten: >100
•Karakteristieken sociale teams (N=195): • Trede van ondersteuning (0-1-2de –lijns): – 0-1e lijn: 74% (145 swts) – 1-2e lijn: 26% (51 swts)
• Financiering: – Bezuiniging: 46% (89) – Neutraal: 36% (71) – Extra: 18 % (35)
• Status – Pilot: 48% (94) – Regulier: 52% (101
Een korte karakteristiek II •Samenstelling sociale teams •Maatschappelijke organisaties: • Maatsch. Werk: 100% (195) • OW/SCW: 77% (150) • MEE: 75% (147) • LVB/VG: 7% (14) • Wijkverpl: 63% (122) • Thuisbegeleiding: 5% (10) • GGZ: 66% (128) • Maatschappelijke opvang: 3% (10) • Verslavingszorg: 6% (13) • Schuldhulp: 5% (10) • Jeugdzorg: 41% (80) • Jongerenwerk: 52% (101)
•Gemeente: • DWI: 45% (87) • Wmo-loket: 80% (156)
•Civil society: • Vrijwilligersorganisaties: 18% (35) • Ervaringsdeskundigen: 9% (17) •Hogescholen: • Studenten: 9% (18)
De posities vergeleken 1
Wie bepaalt inrichting
gemeente
Rol gemeente in uitvoering
sterk sturen
Positionering
0de lijn
Doelgroepen
alle burgers
Type professional in team
2
3
4
XXXXX
XX
XX
hoofdaannemers
XXXXX
XXX
loslaten/organisaties
X
5
2de lijn
XXXX
XXXXX
X
XX
X
XXXXX
generalistisch
XX
X
XXX
XXX
Mate van verbinding met 0de lijn/participatie
sterk
XXX
XXXXX
X
Mate van integratie met CJG/jeugdnetwerken
sterk
XX
XXX
XXX
X
zwak
Verbinding met basiszorg
sterk
XXXXX
XXX
X
zwak
Mate regie van de cliënt/burger
beperkt
XXX
X
XXXXX
SWT centrale toegang voor Wmo
sterk
XXX
XX
X
Handelingsbevoegdheid professionals
sterk
XXXXX X
XXX
X
specifieke doelgroep
specialistisch
zwak
volledig
XX
zwak
zwak
Observaties en reflecties
Sociale teams bestaan niet • Lokaal maatwerk op basis van politieke constellatie, historie, verhoudingen maatschapplijke organisatiesgemeente, bestaande modellen, geografische constellatie. Geen confectie. • Veel verschillende modellen: best persons, compacte teams, uitgebreide teams (meer dan 10 professionals), casus-overleggen, netwerken. • Positionering teams of netwerken in de 1e of in de 2e lijn. Opmerkelijk: veel teams volgens gemeenten in de 0-1e lijn, maar in de praktijk blijken veel teams in de 1e2e lijn te functioneren.
Verborgen Rommelruimte • Het beleid kent een hoog uitprobeer-gehalte en kent een grote toevalscomponent. • Tegelijkertijd is er sprake van spierballenbeleid en ‘daadkracht • Hoge kwetsbaarheid van sociale teams door de instabiele en complexe context • De factoren tijd en bezuinigingsdruk leiden tot sturen op quick wins en window dressing. • Organisaties gaan mee in de carrousel, signaleren nauwelijks en spreken niet tegen. • Veel enthousiasme en elan op alle niveaus…
Is het beeld herkenbaar?
Thema 1: De burger als zandzak De geframede burger De civil society als arena De nieuwe vrijwilliger Een richting: Voorbeeld: sociale teams en mantelzorg in West Friesland
Discussieronde 2 Hoe groot is de draagkracht van burgers feitelijk? Kunnen sociale teams nabij genoeg zijn? Zijn teams een alternatief voor de ‘klassieke infrastructuur’?
Thema 2: Afrekenen …of leren? • Zijn teams een instrument (top down, afrekenen, technocratisch), of een methodiek (een middel, waarin ground up, empowerment, wederkerigheid, normativiteit centraal staan)? • Een andere invalshoek: • Evaluatie-modellen moeten meervoudig van karakter zijn; • Rekening houden met verschillende niveaus (gemeente, management-informatie, professionals en cliënten/bewoners) • In de huidige complexe en snel veranderende realiteit vooral inzetten op instrumenten die het leren ondersteunen. • Rekenschap en verantwoording afleggen moet allereerst het primaire proces en het ‘goede werk’ ondersteunen • Leer professionals weer ‘verhalen vertellen’, maar maak ze óók kostenbewust
Discussieronde 3 Investeren in het binnenperspectief (reflective practitioner) loont op den duur meer dan afrekenen. Het instrument (bottom up) en de methodiek (ground up) kunnen niet zonder elkaar
De links, organisaties en mensen De links www.wmowonen-nh.nl/ www.dsp-groep.nl www.wmowonen-nh.nl/uitgelicht/kijkje-in-de-keuken-van-sociale-wijkteams www.wmowerkplaatsen.nl
De organisaties Kenniscentrum Wmo en Wonen / DSP-groep Lectoraat maatschappelijk werk Inholland / Wmo Werkplaats Noord Holland
De mensen Carla Kolner:
[email protected] Ard Sprinkhuizen:
[email protected]