SCHOONHEID
EINDEXAMENKIJKWIJZER
naam school klas datum
TEHATEX HAVO, NIVEAU 2015 - 2016
HOE HET WERKT
PLATTEGROND
VOOR DE LEERLING
Deze eindexamenkijkwijzer leidt jou langs kunstwerken uit de collecties Moderne en Hedendaagse kunst en Kunstnijverheid van het Gemeentemuseum Den Haag. Stuk voor stuk hebben alle werken iets te maken met het thema SCHOONHEID.
8
M
on
BEGANE GROND
D
ijl
9 15
TUINZAAL
34
Duur examentour: 2 uur. We raden aan om een selectie uit de opdrachten te maken wanneer u minder tijd ter beschikking heeft. De inrichting van het museum is aan wisselingen onderhevig. Het kan voorkomen dat een kunstwerk uit deze examentour tijdelijk is verwijderd/verplaatst of dat er na het verschijnen van deze kijkwijzer juist een geschikt werk is opgesteld dat hierin niet vermeld staat.
2
&
St
12
5
VOOR DE DOCENT
O
33
nt
d
ek
he
tm
27
e od
rn
e
25
26
32 28 35
22 31
21
1e VERDIEPING
Neem om het museumbezoek goed te laten verlopen van te voren contact op met de afdeling Educatie,
[email protected], tel.: 070 338 11 20.
i
7
HOE GA JE TE WERK
Een clipboard kun je bij de infobalie in de hal lenen. Op zaal mag je alleen met potlood schrijven. Je vindt bij ieder werk een afbeelding, een aanduiding waar je het kunt vinden, een tekst en enkele opdrachten. Je hoeft bij een werk niet met de tekst te beginnen. Ga rustig zitten op zaal, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je de introductie raadplegen. Op de plattegrond in je kijkwijzer kun je zien waar je bent.
dr
n aa
e
3
24
BEGANE GROND: ZAAL 12 (GOUDLEERKAMER) ADRIAEN HANNEMAN PORTRET VAN A. E. VAN LIMBORGH
1E VERDIEPING: ONTDEK HET MODERNE KEES VAN DONGEN PORTRET VAN DOLLY
kunstenaar Adriaen Hanneman (1604-1671)
kunstenaar Kees van Dongen (1877-1968)
titel Portret van Anna Elisabeth van Limborgh
titel Portret van Dolly datering 1909
datering 1665
materiaal Olieverf op doek
materiaal Olieverf op doek
afmeting 66 x 57 cm
afmeting 127 x 110,5 cm
objectnummer 0332835
objectnummer 0811766
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. Een portret is een voorstelling van een persoon of groep. De kunstenaar laat zien hoe de persoon er uit ziet, met soms wat artistiek inzicht in de persoonlijkheid. De Romein Plinius de Oude (23-79) schreef een verhaal over het ontstaan van de schilderkunst, met name het portret. De dochter van een Korinthische pottenbakker zou met behulp van een kaars de schaduw van haar geliefde op de muur hebben nagetekend. Het werd een silhouet (omtrek) van de man, een betrouwbare nabootsing van de werkelijkheid. Een bekende portrettist uit de Gouden Eeuw was de Haagse schilder Adriaen Hanneman. Rijke handelaren en vermogende patriciërs gaven graag opdracht om zichzelf en hun gezinsleden af te beelden. De schilder signeerde en dateerde met trots zijn werk. De opbouw was behoorlijk formeel: de blik naar de toeschouwer gericht, kleding heel minutieus evenals meubels en eventuele andere objecten. Het werd een bewijs van hoe goed het met de geportretteerde(n) ging.
J. Suvée (1743-1807), De ontdekking van de tekenkunst, 1790
4
Hanneman schilderde het portret van Anna Elisabeth van Limborgh. Zij was in 1661 geboren en werd slechts 9 jaar. Ze is weergegeven zoals dat in de 17e eeuw gebruikelijk was. Kunst in die tijd was in feite een soort nabootsing (mimesis) van wat je ziet. Het was van belang dat het portret goed gelijkend was. Een betrouwbare weergave van de wereld stond voor een stukje waarheid en betekende niet automatisch schoonheid. Dat neemt niet weg dat de voorstelling vaak een beetje mooier werd gemaakt. Soms werden er ook voorwerpen weergegeven, die een symbolische functie hebben of iets extra’s vertellen over diegene die is afgebeeld. In de loop der eeuwen is de portretkunst erg veranderd. Dat is ook wel te zien aan het portret van Dolly (1909), door haar vader Kees van Dongen. De opkomst van de fotografie is daar zeker van invloed op geweest. De kunstenaar hoeft het model niet meer precies weer te geven. Dat doen de foto’s wel. De kunst gaat zich nieuwe doelen stellen, waarbij emoties, vormen, kleuren, de beeldmiddelen zelf (verf, doek, penseelstreek) een belangrijke rol gaan spelen. ‘Schoonheid’ van het afgebeelde is niet langer (het enige) doel van de kunst. Bronnen U. Eco, de geschiedenis van de schoonheid, Bert Bakker, 2006 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007 5
BEGANE GROND: ZAAL 12 (GOUDLEERKAMER) OPDRACHTEN Behalve het mooi aangeklede meisje (Anna) is er nog veel meer geschilderd. Wat zie je allemaal?
1E VERDIEPING: ONTDEK HET MODERNE In hoeverre zijn de portretten van Anna en Dolly kenmerkend voor de tijd waarin ze zijn geschilderd? Betrek bij je antwoord aspecten van de voorstelling en de vormgeving.
Waarom denk je dat dit van belang is in dit 17e -eeuwse werk? FILOSOFISCHE BESCHOUWING: Leo Tolstoj (1828-1910) De Rus Tolstoj schreef: ‘met woorden brengen we gedachten over, met kunst brengen we gevoelens over’.
Anna poseert in dit schilderij. Beschrijf haar houding. Waarom is er voor deze pose gekozen, denk je?
Vind je dat de uitspraak van Tolstoj op beide schilderijen (Anna en Dolly) van toepassing is? Licht je antwoord toe.
Leo Tolstoj
Loop naar de eerste verdieping naar het portret van Dolly door Kees van Dongen. Hoewel Dolly ook een klein meisje is, is dit werk totaal anders geschilderd dan Anna. Noem vier verschillen tussen de twee schilderijen.
6
7
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE KARL SCHMIDT-ROTTLUFF VROUWEN IN HET GROEN
1E VERDIEPING, ZAAL 32 Ze haalden hun inspiratie uit het leven zelf, vooral uit de natuur en het stadsleven. Maar ook het museum voor Volkenkunde in Dresden was een bron voor deze schilders. Karl Schmidt werd in Rottluff geboren en noemde zich vanaf 1905 Schmidt-Rottluff. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd zijn werk door de nazi’s in beslag genomen en kreeg hij een schildersverbod. In een brief die hij in deze tijd ontving stond onder ander: “Uw schilderijen dragen niet bij aan de vooruitgang van de Duitse cultuur en U bent nog ver verwijderd van de culturele grondvesten van de nazi staat.” Hiermee behoorde het werk van Schmidt-Rottluff enkele jaren tot de zogenoemde Entartete Kunst (ontaarde kunst). De Nazi’s stonden een ‘Arische Kunst’ voor. Hitler zei dat hij vond dat kunst de verkondigster moest zijn van het hoogstaande en daarmee de draagster moest zijn van alles wat mooi en gezond is. Als de kunst hier niet aan voldeed dan was dat een teken van verval. En in zijn ogen was dat met abstracte kunst en het expressionisme het geval. In het expressionisme probeert de kunstenaar zijn gevoelens en zijn ervaringen uit te drukken door een zekere vervorming van de werkelijkheid.
kunstenaar Karl Schmidt-Rottluff (1884-1976) titel Vrouwen in het groen datering 1914
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. In Duitsland werkte aan het begin van de 20e eeuw een groep schilders die zich ‘Die Brücke’ (de Brug) noemde. Het was een kortstondige beweging (19051913) in de kunst die bestond uit expressionistisch werkende kunstenaars uit de stad Dresden. De naam kwam oorspronkelijk van de Duitse filosoof Nietzsche (1844-1900), die een overgang zag van oude naar nieuwe waarden. De oprichters (Kirchner, Bleyl, Heckel en Schmidt-Rottluff) wilden met hun kunst een brug slaan tussen de oude kunst (zoals je die op de kunstacademie leerde) en een nieuwe kunst die veel directer, spontaner en emotioneler was.
materiaal olieverf op doek afmetingen 93,5 x 107,7 cm objectnummer 333153
8
Bronnen Benno Tempel, Ontdek het moderne, WBooks/ Gemeentemuseum Den Haag 2012 Gemeentemuseum Den Haag, Kunst is keuze, Waanders, 2007 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
9
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE OPDRACHTEN De titel van dit schilderij is Vrouwen in het groen. Is hier volgens jou sprake van een portret? Leg uit waarom wel/niet.
Wat kun je zeggen over de volgende (beeld)aspecten: kleurgebruik: ruimte-illusie:
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 32 Eeuwen lang is ‘Schoonheid in de kunst’ belangrijk geweest en stond het zelfs voor ‘Goed’. Heeft de kunstenaar hier een ‘schoonheidsideaal’ nagestreefd of gaat het hem om iets anders? Onderbouw je antwoord.
Schmidt-Rottluff en de kunstenaars van de groep ‘Die Brücke’ behoren tot de stroming van het expres sionisme. Welke kenmerken van deze stroming vind je in dit werk terug?
Afrikaans masker, 19 e eeuw, Fang volk uit Gabon
verfopbreng: detaillering: FILOSOFISCHE BESCHOUWING: B. Croce (1866-1952) en R. Collingwood (1889-1943) Volgens de Italiaan Croce en de Engelsman Collingwood gaat kunst over de expressie van intuïtie. Dat wil zeggen dat de kunstenaar vanuit het gevoel werkt en hier zonder na te denken uitdrukking aan geeft. Het echte kunstwerk is alleen voor het publiek toegankelijk als de kijker de oorspronkelijke expressie van de kunstenaar opnieuw beleeft of herschept.
lichtval: contouren: lijst: Schmidt-Rottluff is zeer waarschijnlijk in het museum van Volkenkunde in Dresden geweest. Daar zag hij maskers zoals op de foto in je kijkwijzer. In hoeverre zie je deze inspiratiebron terug in het werk van Schmidt-Rottluff?
10
Ben je het met deze filosofen eens, of vind je dat kunst ook best over andere dingen dan expressie van intuïtie mag gaan? Licht je antwoord toe. B. Croce (boven) en R. Collingwood
11
TRAPPENHUIS TUSSEN ZAAL 35 EN ZAAL 31 AUGUSTE RODIN HET BRONZEN TIJDPERK
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE, ZAAL 28 CLAUDE MONET BLAUWE REGEN
kunstenaar Auguste Rodin (1840-1917
kunstenaar Claude Monet (1840-1926)
titel Het bronzen Tijdperk
titel Blauwe Regen
datering 1876
datering ca. 1925
materiaal Gegoten Brons
materiaal Olieverf op doek
afmeting 188 x 60x52,5 cm
afmeting 153,6 x 203,5 cm
objectnummer 0330093
objectnummer 0333516
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. De Franse beeldhouwer Auguste Rodin werkte naturalistisch, hetgeen in die tijd op de Ecole des Beaux Arts (Parijse kunstacademie) werd afgewezen. Daar bleef men nog werken volgens de regels uit de Klassieke Oudheid. Dat wil zeggen dat men alles idealiseerde omdat de natuur als onvolmaakt werd gezien. Voor dit beeld vroeg Rodin een soldaat om voor hem te poseren; hij maakte het beeld binnen 18 maanden af. Toen hij het tentoonstelde, ontstond er een enorm schandaal. Het was volgens de critici (veelal jaloerse vakgenoten) te levensecht. Rodin werd ervan beschuldigd het lichaam van de man met gips overgoten te hebben, zodat een mal ontstaat, om vervolgens daar een bronzen beeld van te maken. Rodin was woedend, maakte daadwerkelijk een gipsafdruk van de man en liet dat vergelijken met het bronzen beeld. Men erkende vervolgens zijn artistieke begaafdheid en zag dat het echt niet om een slaafse 12
kopie ging, maar om een zelf geboetseerd beeld, dat vervolgens in brons was afgegoten. Rodin ging met zijn beeld in tegen de geldende normen van wat toentertijd op de Kunstacademie als kunst met goede smaak werd gezien. Kunst moest de mens verheffen, een beter mens van hem maken en hem zo tot het hogere leiden en niet confronteren met de onvolmaaktheid van mens en natuur. Ook Monet wilde in zijn schilderijen niet idealiseren, maar direct naar de natuur werken. Zijn leermeester Gleyre kon dat niet waarderen. ‘Niet slecht die man, maar het lijkt te veel op het model. Het is een kleine man met enorme voeten. Erg lelijk. En u tekent hem ook zo. De natuur is als studiemateriaal geschikt, maar verder absoluut niet interessant. Onthoud: houd de Klassieke Oudheid voor ogen’. Ook Gleyre vond blijkbaar dat Monet in bovenstaand geval de man mooier moest maken dan hij er in werkelijkheid uitzag. Beide kunstenaars wilden zo goed mogelijk een ‘moment’ vastleggen. Dat betekende dat het tijdstip, het seizoen of de weersomstandigheden het onderwerp, evenals de veelal gesuggereerde beweging, constant konden doen veranderen.
13
TRAPPENHUIS TUSSEN ZAAL 35 EN ZAAL 31 Lichtval in de ochtend liet andere schaduwen achter dan in de avond. Ze wilden het veranderlijke hier en nu vastleggen en niet een geïdealiseerd beeld.
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE, ZAAL 28 Beschrijf waaraan je kan zien dat het Rodin niet om de weergave van schoonheid ging. Waar ging het Rodin wel om?
Het publiek toentertijd vond het vreselijk en de kranten schreven heel spottend over de werkwijze van deze zogenaamde ‘Impressionisten’. Ze klodderden maar wat aan, lieten alleen een eerste indruk (Frans: impression) zien in plaats van een goed doordacht en gedetailleerd werk.
Spotprent in de krant die waarschuwde voor een vroegtijdige bevalling bij het betreden van impressionistische tentoonstellingen.
Bronnen Catalogus ‘Rodin’ behorend bij de dubbeltentoon- stelling ‘Rodin’ in Museum het Paleis, Den Haag en Singermuseum, Laren, 1995 Gemeentemuseum Den Haag, Kunst is keuze, Waanders, 2007 Benno Tempel, Ontdek het moderne, WBooks/ Gemeentemuseum Den Haag 2012 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
OPDRACHTEN
Loop nu naar zaal 28 naar het schilderij Blauwe Regen van Monet. Op welke manier(en) heeft Monet in dit schilderij gezorgd voor de suggestie van beweging? Venus van Milo, 130-110 v.Chr, marmer, Louvre Parijs
Van wat voor soort beweging(en) in zijn tuin geeft Monet hier een impressie?
De lichaamshouding waarin Rodin zijn model hier heeft weergegeven is uit de klassieke oudheid. Hoe noem je deze pose? Geef een beschrijving van deze houding en verwerk hierin de woorden: standbeen, speelbeen, asymmetrie, beweging. WFILOSOFISCHE BESCHOUWING: Sigmund Freud (1856-
Waarom ging het werk van Rodin en Monet in tegen de geldende normen van wat toentertijd als kunst met ‘goede smaak’ werd gezien? 9)
14
15
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE FILOSOFISCHE BESCHOUWING: Edmund Husserl (1859-1938) De Oostenrijks-Duitse Husserl vond dat men via het ‘zuiver beschrijven van de dingen’ tot de kern van die dingen komt. Je ervaring (empirisme) of iets beredeneren (rationalisme) vertroebelen volgens hem de zuivere beschrijving. Het ‘pure kijken’ zou een betere bron tot kennis zijn.
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 28 PABLO PICASSO: VROUW MET MOSTERDPOT kunstenaar Pablo Picasso (1881-1973) titel Vrouw met Mosterdpot datering 1910
Leg uit hoe Rodin en Monet zich bezig hielden met de zuivere beschrijving van de dingen, zoals Husserl dat bedoelt.
Edmund Husserl
materiaal olieverf op doek afmeting 96,6 x 83,7cm objectnummer 0333239
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. De Spaanse kunstenaar Pablo Picasso was zeer traditioneel opgeleid, maar zocht naar nieuwe uitdrukkingsvormen. Hij kreeg grote bekendheid door zijn werken in de stijl van het kubisme. Hieraan liggen verschillende bronnen ten grondslag.
16
De werken van Cézanne (1839-1906) waren van grote invloed. Deze Franse kunstenaar zag in de natuur voornamelijk basisvormen als kegels, bollen en cilinders. Hij wilde dan ook zijn onderwerpen op deze manier gaan schilderen en dat leidde tot een enorme vereenvoudiging van vormen. Bovendien realiseerde
17
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE Cézanne zich dat de mens eigenlijk vanuit twee standpunten kijkt. We hebben per slot twee ogen en die staan iets uit elkaar. De twee beelden die onze ogen eigenlijk zien, vallen op ons netvlies. Vervolgens combineren we deze twee beelden in ons brein tot één voorstelling. Picasso pakt dit idee op en werkt het verder uit. Voor het werk Vrouw met Mosterdpot uit 1910 stond zijn vriendin Fernande model. Het zal ons niet veel moeite kosten om ons te realiseren dat zij er in werkelijkheid echt anders uitzag. Picasso wilde haar echter niet schilderen zoals hij haar op een bepaald moment vanaf één kant zag; dat vond hij veel te veel een momentopname en te subjectief. De beschouwer moest dan maar raden hoe zij er vanaf andere kanten uitzag. Nee, hij wilde weergeven wat hij allemaal wist van zijn model.
Cézanne, de zee bij l’Estaque, 1878
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 28 OPDRACHTEN Beschrijf het schilderij Vrouw met Mosterdpot waarbij je aandacht besteed aan de volgende aspecten: kleur, vorm, contour, perspectief en standpunt.
Zou je dit werk van Picasso, waarvoor zijn vriendin Fernande model heeft gestaan, een portret kunnen noemen? Beargumenteer je antwoord.
Daarom haalde hij als het ware haar hoofd uit elkaar, ging in gedachten de diverse onderdelen vanaf verschillende kanten weer in elkaar zetten om het vervolgens te gaan schilderen. Dit zogenaamde analytisch kubisme vond hij veel objectiever; nu zag je haar tenminste van verschillende kanten. Het publiek was geschokt. Mensen, objecten en landschappen werden in hun optiek verwrongen weergegeven. Kortom: deze kunst van Picasso vonden velen ronduit lelijk.
Dit werk van Picasso behoort tot het analytisch kubisme, wat voortkwam uit de zienswijze van Cézanne. Waaraan kan je dat in dit werk zien (lees hiervoor ook de introductietekst).
Bronnen Benno Tempel, Ontdek het moderne, WBOOKS/ Gemeentemuseum Den Haag, 2012 Cézanne-Picasso-Mondriaan in nieuw perspectief, Gemeentemuseum Den Haag, Waanders, 2009 Picasso in Den Haag, uit de collectie van het Museum Ludwig, Keulen, Gemeentemuseum Den Haag, Waanders 2007 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
18
19
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE Of je iets mooi of lelijk vindt hangt van een heleboel factoren af. Je cultuur, de tijd waarin je leeft, de groep waarbij je hoort.... het heeft allemaal invloed op je persoonlijke mening. Wat vind jij van dit schilderij? Beargumenteer je antwoord.
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 25 PAUL THEK TECHNOLOGISCHE RELIEKHOUDER kunstenaar Paul Thek (1933-1988) titel Zonder titel; uit de serie Technologische Reliekhouder datering 1965-66 materiaal Was, formica, hout, glazen kralen, hars, perspex afmeting 26,5 x 98,6 x 64,8 cm
FILOSOFISCHE BESCHOUWING: Georg Hegel (1770-1831) en Karl Rosenkranz (1805-1879) De Duitse filosofen Hegel en Rosenkranz waren het niet met elkaar eens. Hegel vond dat lelijkheid niet tot het domein van de kunst behoort. De Kunst moet een hogere waarheid nastreven en daar hoort lelijkheid niet bij. Rosenkranz vond dat lelijkheid een onderdeel van de kunst is. Volgens hem kan de natuur lelijk zijn, evenals je gedachten. Maar ook esthetische lelijkheid die niet voldoet aan de normen van de kunst in een bepaalde tijd, hoort in de kunst thuis.
Met welke filosoof ben je het eens en waarom? Betrek daar ook het werk van Picasso bij. Georg Hegel (boven) en Karl Rosenkranz
objectnummer 1052009
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. Rond 1964 trok de Amerikaanse kunstenaar Thek in New York de aandacht met zijn meat peaces. Hij reageerde hiermee op het werk van de Amerikaanse popart kunstenaar Andy Warhol (1928-1987). Warhol maakte in 1964 een serie kunstwerken die uiterlijk sprekend leken op de verpakkingsdoos voor Brilloschuursponsjes. Zijn ‘Brillo-box’ werd een van de beroemdste voorbeelden van de popart. Warhol imiteerde het massaproductieproces en de reclametaal door het effect van de herhaling van de Brillo-opdruk.
Andy Warhol, Brillo dozen, 1964
Paul Thek, Meat Piece With Warhol Brillo Box, 1965.
20
21
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE Volgens Thek ontbreekt in dit soort kunst elke bezieling. Hij wilde die daar in terug brengen. Hij was ervan overtuigd dat door de extreme welvaart en overvloed aan prikkels van de massamedia de men selijke zintuigen zijn afgestompt. Daardoor ervoer hij mensen (vooral in de kunstwereld) als oppervlakkig. Zijn meat peaces moesten in tegenstelling tot de televisiebeelden de mensen juist weer wakker schudden. Dat leek te lukken; bezoekers verlieten de galerie waar hij zijn meat peaces voor het eerst tentoon stelde regelmatig ‘kotsmisselijk’. Desalniettemin was Thek teleurgesteld. Verwarden de bezoekers zijn kunstmatige stukken vlees met echt vlees? In een interview vroeg Thek zich af: ‘Worden mensen misselijk wanneer ze een schilderij van Francis Bacon [..] bekijken? Iets is altijd mooi en lelijk tegelijk.’ Het irriteerde hem dat mensen de tweeledigheid van zijn werk niet herkennen en waarderen. Zo leverde hij met zijn werk een persoonlijk commentaar op de dominante kunststromingen van zijn tijd. Als schilder, beeldhouwer, installatiemaker en theaterontwerper stelt zijn veelzijdig oeuvre het tijdelijke en kwetsbare van de kunst en het leven centraal. Bronnen Tentoonstellingscatalogus Van Rembrandt tot Damien Hirst, de Anatomische les, Gemeente museum Den Haag, Thoth, 2013 Laura Stamps, Tussen Bacon en Bourgeois, Bulletin Vereniging Rembrandt vol 25, voorjaar, 2015 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 25 OPDRACHTEN Bekijk dit werk van Thek van alle kanten en beschrijf wat je ziet en van welke materialen het is gemaakt.
Een reliekschrijn is een kist ( met daarin vaak een kleiner kistje) waarin overblijfselen (delen van een skelet of het gehele skelet) van een heilige of martelaar werden bewaard. Ze worden in processies (religieuze optochten) meegevoerd en vereerd. Dit werk heet: Zonder titel, uit de serie Technologische Reliekhouders. In welk opzicht doet het werk van Thek aan reliekschrijnen denken?
Reliekschrijn in Kortrijk
Een vluchtige blik in de perspex doos doet ons griezelen. Wat valt je op als je de homp vlees echt goed bekijkt?
Het werk gaat onder andere over kijkgewoontes, over het verschil tussen goed kijken en een vluchtige blik. Wat bekritiseert Paul Thek volgens jou met dit werk?
St. Gummarus processie
Thek zei: ‘Iets is altijd mooi en lelijk tegelijk’. Ben je het hier mee eens?
22
23
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE FILOSOFISCHE BESCHOUWING: Jean Baudrillard (1929-2007) De Franse filosoof Baudrillard vond dat we in een tijdperk van ‘schijnvertoning’, van de ‘illusie’ leven. In zijn theorie wordt gesteld dat de mens het contact met de echte wereld is verloren, doordat hij een beeld van de wereld creëert aan de hand van wat hij in de media ziet. Hij zei dat er steeds minder waarheid is, omdat we al onze werkelijkheid baseren op iets wat we zelf (de mensheid) hebben bedacht (in film en media).
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 21 JAN SCHOONHOVEN GERYTHMEERD QUADRATENRELIËF kunstenaar Jan Schoonhoven (1914-1994) titel Gerythmeerd quadratenreliëf datering 1968
Jean Baudrillard
materiaal Spaanplaat, karton, krant, verf
In hoeverre sluiten de gedachten van Baudrillard aan bij de kunst van Paul Thek?
afmeting 104 x 104 x 5,3cm objectnummer 0334056
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. Na de Tweede Wereldoorlog begon men anders over kunst te denken. De oude gevestigde orde had per slot weinig goeds gebracht in de jaren ‘40, dus alles moest veranderen, ook de kunst. Schoonhoven vormde met vier andere Nederlandse kunstenaars de zogenoemde Informele groep. De Nederlandse Informelen rekenden af met alles wat tot het wezen van de schilderkunst behoorde: met voorstelling, vorm en compositie, met het schilderkundige ‘gebaar’, met verf als middel om hogere betekenissen weer te geven. De schilderkunst liep, zij het tijdelijk, ten einde. Men veranderde de naam van de groep in Nulgroep. Het doek en de verf, eventueel opgebracht zand of aarde, gingen een steeds belangrijker rol spelen. Schoonhoven was in 1956 al begonnen reliëfs te maken van papier-maché, veelal onregelmatig van 24
25
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE vorm en donker van kleur. In de jaren ‘60 ontstaan zijn witte koelere werken met geometrische composities in eindeloze herhalingen van vakjes, de typische ‘Nul methode’ van de aaneenschakeling van gelijke elementen. Schoonhoven schreef in 1959: het kunstwerk […] dient in zijn geheel objectief te zijn. Dan kan het zijn dat er weinig persoonlijk werk voor de kunstenaar overblijft. Zijn reliëfs weerspiegelen een bepaalde lichtinval, op een bepaald moment van de dag. Men wilde de toeschouwer attenderen op de hem omringende realiteit, waarvoor hij blind was geworden. De ons omringende wereld zelf werd hiermee kunst. De werkelijkheid met zijn massaproductie moest getoond. Herhaling en ordening op het vlak geven de serialiteit uit de maatschappij weer. De relatie tussen kunst en werkelijkheid was wezenlijk veranderd. Bronnen Geurt Imanse, De Nederlandse identiteit in de kunst na 1945, Uniepers1995 Benno Tempel, Ontdek het moderne, WBOOKS/ Gemeentemuseum Den Haag, 2012 S. van Beek, ‘Ik een nieuwe Mondriaan? Ik ben een oude Schoonhoven!’, Free Musketiers, 2014 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
OPDRACHTEN Beschrijf dit werk van Van Schoonhoven in je eigen woorden. Betrek daarin begrippen als kleur, materiaal, compositie, licht.
26
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 21 Het werk refereert aan onze samenleving met zijn massaproductie en serialiteit. Let dit uit.
De kunstenaars van ‘de Nulgroep’ (zie de introductietekst) wilden niet meer uitdrukking geven aan de subjectieve gevoelens van de kunstenaar. Waaraan wilden zij wel uitdrukking geven?
FILOSOFISCHE BESCHOUWING: Lucius Seneca (5vC-65nC) De Romeinse filosoof Seneca vond dat men over veel zaken van mening kan verschillen, maar niet over smaak. Sommige zaken zijn nu eenmaal welgevormd en andere niet. Wie lelijke zaken mooi noemt, heeft niet zomaar een andere smaak, maar een wansmaak. Over smaak valt immers niet te twisten.
Sommige mensen ervaren schoonheid in het werk van Van Schoonhoven, andere zien er niets in en vinden het wellicht geen kunst. Wat vind jij? Beargumenteer jouw ‘smaak’ en betrek daarin de uitspraak van Seneca.
Lucius Seneca
27
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE LOUISE BOURGEOIS SPINNENPAAR
symbool van bescherming. Maar hoe benauwend kan zo’n machtige moeder tegelijkertijd zijn? Bourgeois verbindt de spin ook met de ontstaanswijze van haar eigen werk. ‘Wat is een tekening? Het is ook een afscheiding, ontstaan zoals de spin met de draad haar web bouwt.’
kunstenaar Louise Bourgeois (1911-2010) titel Spinnenpaar datering 2003
Spinnenpaar toont een moederspin die haar kind tegelijkertijd beschermt en beperkt. Een treffende verbeelding van de tweeledigheid die de relatie van Bourgeois tot haar moeder kenmerkt. Intimiteit, onderdrukte kinderemoties en de familieband liggen hieraan ten grondslag.
materiaal Brons en patina van zilvernitraat afmeting 228,6 x 360,7 x 363,8 cm objectnummer 1054408
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. De Frans-Amerikaanse Bourgeois studeerde wiskunde. Pas na de dood van haar moeder (1932) begon ze aan een kunstopleiding, waarbij ze zich toelegde op de schilderkunst. Als ze in 1938 naar New York verhuist, gaat ze op de beeldhouwkunst over. Bourgeois brak pas door toen ze 71 jaar was en een grote overzichtstentoonstelling in New York kreeg. Nadat ook in Londen en in Parijs grote tentoonstellingen aan haar werk werden gewijd, wordt ze gerekend tot een van de belangrijkste kunstenaars ter wereld. Blijkbaar was de tijd rijp voor haar. Bourgeois put uit haar persoonlijke (jeugd) ervaringen, zoals ook bij dit werk. Vanaf de jaren negentig tot aan haar dood maakte ze een serie sculpturen van spinnen. Ze zijn een eerbetoon aan haar moeder, die haar beste vriend was en helaas in 1932 stierf. Deze was tapijtweefster, spinster van draden en verhalen, slim, geduldig, subtiel en nuttig als een spin. De spin staat bij Bourgeois symbool voor de universele oermoeder. Het voorbeeld van ‘De Moeder’, 28
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 31
Angst voor spinnen staat op nummer 1 op de lijst van meest voorkomende fobieën. Dit werk van Bourgeois zal dus wellicht bij de beschouwer een negatieve reactie oproepen. Echter één van de zoons van Bourgeois waardeerde spinnen omdat ze hem beschermden tegen muggen, een positieve waardering dus voor deze langpotige beesten. Het werk roept de spanning op tussen vriendelijk en dreigend, afstoten en aantrekken, angst en geruststelling. Bronnen Tentoonstellingscatalogus Hans Bellmer-Louise Bourgeois, Double Sexus, Ludion 2010 www.wikipedia.nl www. kunstbus.nl A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
OPDRACHTEN Je zou kunnen zeggen dat we kijken naar een moeder en dochter. Wie is de moeder en wie de dochter? Leg uit waarom je dat denkt.
29
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE Dit werk gaat over aantrekken en afstoten, beschermen en beknellen. Hoe heeft Bourgeois dit vormgegeven?
EERSTE VERDIEPING: ZAAL 31 Veel surrealistische beelden werken vervreemdend.
Het is een spontane manier van kunst maken.
Maakt het voor de beleving van dit kunstwerk uit waar het staat? Wordt een kunstwerk daardoor mooier of minder mooi? Vergelijk daarvoor de sculptuur in Bilbao met het spinnenpaar hier in het museum. Beargumenteer je antwoord.
Bourgeois heeft eens geschreven: ‘een kunstwerk hoeft niet uitgelegd te worden. Als je geen enkel gevoel bij mijn werk hebt, dan kan ik het je ook niet uitleggen. Dan heb ik gefaald.’ Wat vind je van deze uitspraak met betrekking tot dit werk?
Louise Bourgeois, Maman sculpture, Guggenheim Museum in Bilbao
Edmund Burke
Bourgeois ontmoette de schrijver André Breton en de kunstenaar Marcel Duchamp, beiden vertegenwoordigers van het Surrealisme. Ze werd door deze stroming beïnvloed. Welke van onderstaande surrealistische kenmerken vind je hier van toepassing en waarom? Alledaagse dingen worden in een niet alledaagse context verbonden.
Het onbewuste wordt weergegeven, denk aan dromen, fantasieën, verdrongen gedachten en denkbeelden.
30
FILOSOFISCHE BESCHOUWING: Edmund Burke (1729-1779) De Ierse filosoof Burke heeft zich beziggehouden met de aangename gevoelens die kunnen optreden bij situaties die afschuw en onmacht teweeg brengen. Hoewel we weten dat een zware storm op zee heel beangstigend kan zijn, genieten we ook van de schoonheid daarvan. Maar daar is wel een voorwaarde aan verbonden: we moeten op een veilige afstand kunnen kijken. Deze emoties noemt Burke ‘het sublieme’.
Hoe zouden we volgens Burke naar dit beeldhouwwerk van Bourgeois kunnen kijken? Ervaar je ‘het sublieme’ als je naar het werk van Bourgeois kijkt?
31
TENTOONSTELLING ONTDEK HET MODERNE, ZAAL 22 DE DIJSSELHOFKAMER kunstenaar G.W.Dijsselhof/ E.J. van Wisselingh & Co titel Kamer voor dr. W. van Hoorn datering 1895-1900 materiaal Diverse materialen objectnummer 1039828
HET RIETVELDHUIS (begane grond, ruimte 7) kunstenaar Otto Lange naar G. Rietveld titel Huis voor mevrouw Schröder datering Origineel 1924; maquette 1981
Aan het eind van de 19e eeuw ontstond er een tegenbeweging. Men wilde producten juist niet meer door machines laten maken. Er groeide een nieuw verlangen naar de natuur en het ambacht. De Dijsselhof kamer is een voorbeeld van ambacht en vormentaal die uit dit verlangen voortkwamen. Gerrit Dijsselhof (1866-1924) ontwierp deze kamer voor het woonhuis van de huisarts W. van Hoorn. Van Hoorn was een groot bewonderaar van het werk van Dijsselhof, die behalve schilder ook glasschilder was en ontwerper van boekbanden, meubels, stoffen en behang. Zijn vrouw Willy Keuchenius maakte het batikwerk op de wand. Het verschil met het Rietveldhuis zou niet groter kunnen zijn. De strakke vormgeving hiervan kan worden gezien als een reactie op de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). Nederland was weliswaar neutraal gebleven, maar ook hier was de economie ingestort. In deze moeilijke periode wilden kunstenaars vooruit kijken en een nieuw begin maken. In 1917 werd er een groep opgericht die zich De Stijl noemde. Het was een tijdschrift waaraan verschillende kunstenaars (schilders, architecten, kunstnijveren) verbonden waren. Eén van de leden was Piet Mondriaan (1872-1944).
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen.
Volgens hem moest kunst de werkelijke eeuwige schoonheid zichtbaar maken. Die zat volgens hem niet in de zichtbare wereld om ons heen. Dat is slechts een wereld van objecten die steeds aan verandering onderhevig is. De onzichtbare wereld daarachter echter is er één die blijft en van algemene (universele) schoonheid getuigt. En die willen Mondriaan en de leden van De Stijl in hun werken laten zien. Dit doen ze niet door onze gewone zichtbare wereld met ‘huisje, boompje, beestje’ te schilderen, maar door met vlakken, lijnen, primaire kleuren (rood, geel en blauw) en de niet - kleuren (zwart, grijs en wit) te werken, hopen ze die onzichtbare harmonische wereld in beeld te brengen.
In de 19e eeuw veranderde Nederland door de komst van fabrieken, spoorlijnen en de groei van de steden. De industrialisatie bracht voordelen zoals nieuwe producten die relatief goedkoop geproduceerd konden worden. Het eerlijke en eenvoudige handwerk raakte daarentegen uit de mode.
Kunst, architectuur en stedenbouw gingen vervolgens hand in hand op weg naar een betere nieuwe wereld. Want daar waren ze van overtuigd: hun werk zou de maatschappij verbeteren. In 1924 ontwierp Rietveld (1888-1964) in Utrecht een woonhuis voor Truus Schröder en haar drie kinderen.
materiaal Diverse materialen afmeting 117,5x41x31 cm objectnummer 0214921
32
TENTOONSTELLING MONDRIAAN EN DE STIJL, RUIMTE 7
33
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL Hier komen de esthetische ideeën van De Stijl tot praktische uitvoering. Rietveld was van oorsprong meubelmaker en verzorgde ook het meubilair voor het huis. De bekende Rood-blauwe leunstoel is een voorbeeld van zijn werk. Bronnen Yvonne Brentjesn, Leven en werk van G.W. Dijsselhof (1866-1924), Dwalen door het paradijs, Gemeentemuseum Den Haag, Waanders 2002 J. Pijzel, zaalteksten over de stijlkamers in het Gemeentemuseum Benno Tempel, Ontdek het moderne, WBOOKS/ Gemeentemuseum Den Haag, 2012 Hans Janssen, Michael White, Het verhaal van De Stijl, 2011 Hans Janssen, Mondriaan in het Gemeentemuseum, Den Haag, Gemeentemuseum Den Haag 2008 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007
BEGANE GROND: RUIMTE 7 Welke sfeer straalt de kamer uit? Leg uit hoe dat komt.
Loop nu naar beneden, ruimte 7 waar de maquette van het Rietveldhuis staat. Vergelijk de uitstraling van het Rietveldhuis met de Dijsselhofkamer. Geef vier kenmerken van het Rietveldhuis die het verschil met de Dijsselhofkamer bepalen.
OPDRACHTEN Tegen 1900 ontstond er in de kunstnijverheid en architectuur een stroming die we Nieuwe Kunst (Art Nouveau) noemen. Er zijn twee stromingen. De eerste is de sierende variant met golvende lijnen, gebaseerd op afbeeldingen van flora (planten) en fauna (dieren). De tweede variant is een constructieve of rationele richting (spaarzame versieringen; gebruik en aard van het materiaal bepalen het product). Welke variant van de Nieuwe Kunst heeft Dijsselhof in deze kamer toegepast. Beschrijf daar vier voorbeelden van.
34
FILOSOFISCHE BESCHOUWING: Ludwig Hevesi (1843-1910) ‘Der Zeit ihre Kunst, der Kunst ihre Freiheit’ (‘De tijd heeft haar eigen kunst en de kunst heeft haar eigen vrijheid’). Deze filosofische tekst is afkomstig van de Oostenrijkse schrijver Hevesi en staat op het gebouw van de Wiener Secession uit 1898.
Vind je deze tekst van toepassing op het ontstaan en de uitwerking van de Dijsselhofkamer en het Rietveldhuis? Licht je antwoord toe.
Ludwig Hevesi
35
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL PIET MONDRIAAN VICTORY BOOGIE WOOGIE kunstenaar Piet Mondriaan (1872-1944) titel Victory Boogie Woogie datering 1942-1944 materiaal Olieverf, tape, papier, houtskool en potlood op doek afmeting 127,5 x 127,51 cm objectnummer 0810747
Je hoeft niet met onderstaande tekst te beginnen. Ga rustig zitten, bekijk het werk, en begin met de vragen. Pas wanneer je aan meer informatie toe bent, kun je deze introductie raadplegen. Hoewel Mondriaan een van de beste landschapschilders aan het begin van de 20e eeuw was, kwam hij snel tot de overtuiging dat het geen zin had om de wereld te schilderen zoals wij die zien. Die wereld werd al in de fotografie vastgelegd en bovendien was het een wereld die steeds veranderde, afhankelijk van tijdstip, weersomstandigheden etc. Mondriaan begon te zoeken naar wat er voorbij die voor ons zichtbare figuratieve wereld lag. Achter de uiterlijke verschijningsvorm die wij kunnen zien, moet een wereld liggen die de bron is van alles en blijvend is. Je kan het vergelijken met energie: het is de oorsprong van alles en bestaat dus wel, maar je kan het niet zien. Gedurende zijn hele leven bleef hij zijn schilderkunst veranderen in de hoop die universele achterliggende wereld zo goed mogelijk te kunnen weergeven, een 36
BEGANE GROND: RUIMTE 15 wereld van harmonie, evenwicht, rust en beweging. Dit is niet uit te drukken in figuratieve voorstellingen, want die wijzen altijd naar iets individueels in plaats naar iets universeels (algemeens). Met behulp van de primaire kleuren (die aan de basis van alle andere kleuren liggen), horizontale en verticale lijnen (geen diagonalen, want daar zat te veel beweging in) en vlakken maakte hij schilderijen. Deze ongelijke, maar gelijkwaardige (de één is niet beter of mooier dan de andere) beeldende aspecten moesten volmaakt met elkaar in evenwicht geschilderd worden en zo harmonie uitstralen. Deze nieuwe manier van schilderen noemde hij ‘Nieuwe Beelding’, ook bekend als Neoplasticisme. Hij was ervan overtuigd dat de beschouwer van zijn werk beïnvloed zou raken. Sterker nog, de mensheid zou er beter van worden, het leven evenwichtiger en elk individueel belang ten koste van anderen zou verdwijnen. De kunst diende ertoe een werkelijke schoonheid zichtbaar te maken in het ritme van lijnen, kleuren en vormen. Natuurlijk kon je deze kunst ook toepassen in meubels, huizen en straten. Als we ons dagelijks zouden omringen met het Neo Plasticisme en dus met de ultieme schoonheid, dan zou de wereld er heel wat beter aan toe zijn in zijn optiek. Tijdens de Tweede Wereldoorlog verhuisde Mondriaan naar New York. De stad met zijn wolkenkrabbers en (deels) rechte stratenplan vond hij geweldig. Bovendien was hij dol op de nieuwe muziek: Jazz. Vooral het zich steeds herhalende ritme binnen de muziek van de Boogy Woogy (een jazz variant) sprak hem erg aan. De Victory Boogy Woogy is het laatste werk dat Mondriaan gemaakt heeft. Bronnen Hans Janssen, Mondriaan in het Gemeentemuseum Den Haag, Gemeentemuseum Den Haag, 2008 Benno Tempel en Hans Janssen, tekst: Sarah van der Tholen, Mondriaan & De Stijl, Gemeentemuseum Den Haag, 2011 A.van den Braembussche, denken over kunst, een inleiding in de kunstfilosofie, Couthinho, 2007 37
TENTOONSTELLING MONDRIAAN & DE STIJL
BEGANE GROND: RUIMTE 15
OPDRACHTEN Ga op een grote afstand staan van dit schilderij. Beschrijf wat je ziet en denk daarbij aan: kleur
vlak
Over Mondriaan wordt vaak gedacht dat hij zijn abstracte schilderijen met wiskundige precisie van te voren helemaal uitdacht en uitgebreide voorstudies maakte. Geef een argument voor of tegen deze veronderstelling.
lijn
vorm
ritme
Loop nu naar het schilderij toe (niet dichterbij komen dan 1 meter!). Terwijl Mondriaan aan dit schilderij werkte kreeg hij longontsteking en overleed. Het werk is dus nooit afgekomen. Waaraan kan je dat zien?
Door tegenstellingen (contrasten) te schilderen vond Mondriaan dat de echte schoonheid zichtbaar werd. In welke beeldende aspecten zie je de door Mondriaan nagestreefde tegenstellingen? Voorbeeld: Grote vormen – kleine vormen
FILOSOFISCHE BESCHOUWING: Plato (427-347 v C) Deze Griekse filosoof had geen grote waardering voor kunst. Hij vond het slechts nabootsing (mimesis) van de alledaagse vergankelijke wereld en dus niet zo interessant. Onze werkelijkheid is volgens hem slechts een afspiegeling van een verheven Ideeënwereld. De mens moest zich juist op deze ‘Ideeënwereld’ richten om zo tot het Hogere, het Ware, het Schone, het Goede te komen. Plato
Vind je dat Mondriaan past in de gedachtegang van Plato? Beargumenteer je antwoord.
De afdeling Educatie van het Gemeentemuseum Den Haag staat niet in voor de juistheid van de inhoud van de voor deze kijkwijzer als bron gebruikte websites en publicaties en neemt geen verantwoordelijkheid voor de gevolgen van eventuele fouten in deze kijkwijzer. Docenten kunnen het antwoordmodel van deze kijkwijzer per e-mail aanvragen bij de afdeling Educatie
[email protected]. © Gemeentemuseum Den Haag, 2015
38
Tekst: afdeling Educatie / Vormgeving: Foto & Vorm
39