Schoolgids
2015-2016
OPEN DAGEN Harens Lyceum Rummerinkhof Julianalaan Atheneumplus Kerklaan
Haren Zuidlaren Haren
Zaterdag 16 januari 2016 Zaterdag 30 januari 2016 Zaterdag 30 januari 2016
Montessori Lyceum Groningen Helperbrink Groningen
Zaterdag 23 januari 2016
Montessori Vaklyceum Vondellaan
Zaterdag 30 januari 2016
Groningen
Nadere informatie te vinden op de site.
2
internet: www.zernike.nl
e-mail:
[email protected]
Voor de leesbaarheid van dit boekje wordt volstaan met ‘ouders’, waarmee vanzelfsprekend ook ‘verzorgers’ en ‘voogden’ bedoeld worden. Gedurende het schooljaar kunnen fotoreportages gemaakt worden. Wanneer u bezwaar heeft tegen publicatie van een foto van uw zoon of dochter kunt u dit aangeven bij de vestigingsdirecteur. Wij wijzen u
er op dat mogelijke publicaties van foto’s in kranten en tijdschriften, of film- of televisieopnamen, met daarop leerlingen van onze school, onder de zgn. vrije nieuwsgaring vallen.
Nieuwbouw Kerklaan voor Atheneumplus en bovenbouw Havo/Atheneum.
Inhoud
Voorwoord 5 JuniorColleges 6 Montessori JuniorCollege Groningen 6 Harm Jan Zondag JuniorCollege Groningen 12 Atheneumplus Haren 18 ZernikeCollege Rummerinkhof Haren 22 ZernikeCollege Zuidlaren 26 Bovenbouw atheneum/havo, studiehuis en Montessori 29 Bovenbouw vmbo, Groningen Zuid 36 Leerlingbegeleiding 42 Cultuureducatie 46 Binnen- en buitenlandse activiteiten 51 Algemene informatie 52 Organisatie en communicatie 54 Kwaliteitszorg en Onderwijstijd 58 Schoolkosten 61 Zernike College: Topsport Talent School 65 Busverbindingen 66
Voorwoord Het Zernike College is een grote scholengemeenschap voor VMBO, HAVO en Atheneum en is gehuisvest op verschillende onder- en bovenbouwlocaties in Groningen, Haren en Zuidlaren. Op elke locatie bieden we een veilige leef- en leeromgeving, passend bij de leeftijd van de leerlingen. We willen voor elke leerling uitdagend zijn door kwalitatief goed onderwijs te bieden met activerende en didactisch gevarieerde onderwijsprogramma’s. We bieden een ruim aanbod aan keuzevakken, projecten en taken. Kinderen die dat willen worden extra uitgedaagd op hun talenten. Centraal staan plezier in school en leren, goede prestaties, ontdekken wat je kunt en jezelf kunnen zijn.
Een nieuw jaar; een nieuwe uitdaging! Dat geldt zeker ook in het onderwijs, waar elk schooljaar in feite weer een nieuwe start is om uitgedaagd te worden goed onderwijs te bieden en te volgen en talenten in te zetten en te ontwikkelen. Dat kunnen wij alleen bereiken door een grote betrokkenheid en samenwerking van leerlingen, ouders/verzorgers en medewerkers; onderwijs doe je tenslotte samen. Namens alle medewerkers wens ik u en uw kind een plezierig en leerzaam schooljaar toe.
Wieteke Beernink, rector
Via deze gids willen wij alle betrokkenen informeren over de wijze waarop wij dit allemaal willen bereiken en hoe we dat vervolgens organiseren. In het nieuwe schooljaar werken we toe naar een nieuwe organisatie van het Zernike College per 1 augustus 2016. We zullen dan uit drie scholen bestaan: Harens Lyceum, Montessori Lyceum Groningen en Montessori Vaklyceum. Elk school zal een ‘echte’ Zernikeschool zijn en een eigen profiel en aanbod hebben. Via o.a. onze nieuwe website www.zernike.nl en de nieuwsbrieven worden leerlingen en ouders op de hoogte gehouden van deze en andere actuele ontwikkelingen.
5
1
Junior Colleges
Montessori Junior College Groningen ‘LEER MIJ HET ZELF TE DOEN’
Doelgroep
Hoe merk je dat de leerling centraal staat?
Atheneum, HAVO, jaar 1, 2 en 3 VMBO, jaar 1 en 2 (vanaf 1 augustus 2016 geen nieuwe instroom meer)
Leerlingen leren op een zorgvuldig begeleide manier verantwoordelijkheid te dragen voor hun studie, voor hun gedrag en voor het functioneren in en van de groep.
Ons uitgangspunt
Wat doen docenten?
De leerling staat centraal in het leerproces. Leidend idee is: ‘Leer mij het zelf te doen’. Dit betekent dat de leerling zorgvuldig begeleid wordt op weg naar zelfstandigheid. Het onderwijs van het Montessori Junior College is gebaseerd op de ideeën van Maria Montessori en andere reformpedagogen van het vernieuwingsonderwijs, zoals Helen Parkhurst (Dalton) en Peter Petersen (Jenaplan). In februari 2013 zijn zowel de Montessori onder- als bovenbouw bezocht door de visitatiecommissie van de Nederlandse Montessorivereniging. Met het predicaat goed tot zeer goed mogen we ons met trots voor de volgende vijf jaar opnieuw een erkende Montessori voortgezet onderwijsschool noemen.
• zelfontdekkend actief leergedrag stimuleren; • goede samenwerking tussen leerlingen activeren; • leerlingen keuzes leren maken; • uitdagend lesmateriaal gebruiken, waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken; • een motiverende, stimulerende en persoonlijke begeleiding door docenten en mentor. • leerlingen op een juiste manier leren reflecteren.
6
Hoe is de inrichting van het gebouw? Ons gebouw is ingericht volgens de principes van de voorbereide omgeving d.w.z. veel studieplekken en bijvoorbeeld een doorlopende expositie van leerlingenwerkstukken. In 2015 wordt gestart met een uitbreiding van de huidige locatie Helperbrink. Daarbij realiseren we een ultramoderne mediatheek/open leercentrum.
Hoe groot is de school? Ongeveer 700 leerlingen. Waar is het vervolg? De Montessori-bovenbouw is gehuisvest aan de Kerklaan 39 in Haren.
leren werken, het zelfstandig leren en het plannen van de toetsen en keuzewerktijduren. Verder voert de mentor regelmatig individuele gesprekken met zijn/ haar mentorleerlingen.
Hoe is de inrichting van de klassen?
Cultuurprofielschool
In jaar 1 maken we onderscheid tussen klassen op de volgende niveaus: • Atheneum (verzwaard vakonderwijs, Cambridge Engels en denklessen) • Atheneum/HAVO (werken en toetsen op atheneum niveau) • HAVO (werken en toetsen op HAVO-niveau) • TL (werken en toetsen op TL-niveau) • KB (werken en toetsen op KB-niveau) • BB (werken en toetsen op BB-niveau) In jaar 2 werken met dakpanklassen waarin we werken en toetsen op het hoogste niveau. In jaar 3 wordt er of op Atheneum of HAVO-niveau gewerkt en getoetst.
Het stimuleren van creativiteit in denken en doen is naast het bevorderen van zelfstandigheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid een hoofddoel van het Montessorionderwijs. Mede door het breed aanbieden van de kunstvakken, onze samenwerking met het Prins Claus Conservatorium, de Cultuurmarathon en het concept Werkplaats/Atelier is ons Montessori Junior College een erkende cultuurprofielschool. In september 2013 is gestart met een Kunst- en Cultuurstroom. Gedurende twee atelierlessen per week wordt er o.a. aandacht besteed aan dans, fotografie, kunst, media, muziek en theater. Op het programma staan ook bezoeken aan exposities, voorstellingen en optredens.
Hoe wordt er gewerkt? Circa 85% van de leertijd werken de leerlingen in de werkplaats aan vakken en leergebieden. In de werkplaats worden vakoverstijgende en uitdagende opdrachten in samenhang aangeboden. Hoofd, hart handen - sociaal leren en buitenschools leren zijn kernbegrippen binnen het atelier.
Pedagogisch klimaat en mentoraat We vinden het belangrijk dat leerlingen zichzelf kunnen zijn in een veilige en vertrouwde leeromgeving. Leerlingen worden hierbij actief betrokken bijvoorbeeld via het leerlingenparlement. Binnen de klassen wordt gewerkt met een enkelmentoraat. De mentor is verantwoordelijk voor de klas en verzorgt de mentorlessen met aandacht voor het zelfstandig
Extra vakken Cambridge English en denklessen.
Communicatie Ouders en leerlingen kunnen de resultaten bekijken via het computerprogramma Magister. Op Magister staan alle werkwijzers evenals andere relevante informatie geraadpleegd worden. Regelmatig verschijnt er een digitale nieuwsbrief. Roosterwijzigingen worden via de LAN-krant bekend gemaakt. Er is een actieve leerlingen en ouderraad. De ouderraad fungeert als een klankbord voor de school. Zaken die de kinderen en of ouders opvallen en die wellicht voor verbetering vatbaar zijn, worden besproken. Ook wordt vanuit school geregeld de mening van de ouderraad gevraagd 7
over beleidsmatige zaken. Daarnaast organiseert de ouderraad een keer per jaar een thema-avond en een oudercafé. Dit is een ontmoetingsplek voor alle ouders.
Lessentabel Helperbrink 2015-2016 A1 ne
Toetsing Voor de leerstof en de wijze waarop dit getoetst wordt verwijzen we naar de jaarprogramma’s voor de leerjaren 1 t/m 2 VMBO en 1 t/m 3 HAVO/VWO. Een jaarprogramma van een vak kan in overleg met de schoolleiding eenvoudig aangepast worden op grond van actualiteit. De bovenbouwklassen hebben een Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) waarin de lesstof en de wijze van toetsing beschreven wordt. De regelgeving m.b.t de toetsing is opgenomen in de jaarprogramma’s en PTA’s. Alles wat betrekking heeft op de lesstof en de toetsing staat in de elektronische leeromgeving (ELO) van Magister.
Lestijden 1e uur: 8:20 - 9:10 2e uur: 9:10 - 10:00 Pauze: 10:00 - 10:20 3e uur: 10:20 - 11:10 4e uur: 11:10 - 12:00 Pauze: 12:00 - 12:30 5e uur: 12:30 - 13:20 6e uur: 13:20 - 14:10 Pauze: 14:10 - 14:25 7e uur: 14:25 - 15:15 8e uur: 15:15 - 16:05
8
3
en
AH1 HTL1 TLKB1 BBKB1 3
3
3
3
2
2
2
2
cam
3
fa
2
2
2
1
du
2
2
2
2
sp
2
2
2
1
A2 3
AH2 HTL2 TLKB2 BBKB2
2
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3 2 # 2 # 2 # 1 2
2 # 2 # 2 #
@ 2
2 # 2 # 2 # 1
2 @
2
2
3
3
3
3
3
ec 3
rek sci
2
3
3
3
3
1
1
1
1
2
2
3
3
4 3
#
2
2
2
2
1
1
1
1
4
4
2
2
2
2
2
2
3
3
1
1
1
1
3
3 2
2
2
2
bi
#
3
3
sk
#
2 # 2
3
3
na
2 # 2 2 # 2
ak
wi
H3
3
gs m&m
A3
3
te
1
1
1
1
2
1
1
1
1
1
1 % 1
%
ha
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1 % 1
%
mu
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1 % 1
%
drm
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1 % 1
%
tn
1
1
1
1
2
1
1
1
1
2
lo
3
3
3
4
4
2
2
2
2
2
2
2
ml
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
atel
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
kwt
1
2
2
1
1
1
2
2
1
1
2
2
dles
1
32
32
32
32
32
32
32
1 32
32
32
32
32
@
één van de twee
#
twee van de drie
%
twee van de vier
Overgangsnormen Overgangsnormen Jaar 1 en 2 Montessori Junior College - In dakpanklassen (alleen jaar 2) wordt lesgegeven en getoetst op het hoogste dakpanniveau -E en door de rapportvergadering schriftelijk verstrekt niveauadvies is een eerste keer adviserend, een tweede advies is bindend. De leerling wordt vanaf dat moment op het lagere dakpanniveau (alleen jaar 2) getoetst en beoordeeld. -E en M op het eindrapport geldt als 1 tekort, een O als 2 tekorten.
- Een NA op het eindrapport is niet toegestaan en betekent doubleren. - Een leerling mag maximaal 2 taken achterstand oplopen, maximaal 1 per vak. Bij een onvolledige periode wordt het gemiddelde naar beneden afgerond. - De vergadering kan in incidentele gevallen de vestigingsdirecteur een beargumenteerd advies geven om af te wijken van de overgangsnormen. Van klas 1 naar klas 2 én van klas 2 naar klas 3 (naar het hoogste dakpanniveau):
COMPENSATIE TEKORTEN 0 1G 2G 3G 4G 5G 6G 7G 8G 9G 10G of meer Geen B B B B B B B B B B B 1 (M) B B B B B B B B B B B 2 (O) D B B B B B B B B B B 2 (2 x M) D B B B B B B B B B B 3 (O en M) D D B B B B B B B B B 3 (M,M,M) D D B B B B B B B B B 4 (O, M, M) D D D B B B B B B B B 4 4 (M,M,M,M) D D D B B B B B B B B 5 of meer D D D D D D D D D D D Afkortingen: B = Bevorderen D = Doubleren Verder zijn de vakken in clusters ondergebracht en gelden onderstaande beperkingen: cluster rood: Ne, Wi, En – maximaal 1xO óf 1xM cluster blauw: Science, M&M, Atelier – maximaal 1xO óf 1xM cluster geel: Du, Fr, (Sp), Lo, Dr, Mu, Tn, Te, Ha – maximaal 3 tekorten
9
Van klas 2 naar klas 3 naar laagste dakpanniveau: COMPENSATIE TEKORTEN 0 1G 2G 3G 4G 5G 6G 7G 8G 9G 10G of meer Geen B B B B B B B B B B B 1 (M) B B B B B B B B B B B 2 (O) B B B B B B B B B B B 2 (2 x M) B B B B B B B B B B B 3 (O en M) B B B B B B B B B B B 3 (M,M,M) B B B B B B B B B B B 4 (O, M, M) B B B B B B B B B B B 4 4 (O,O) B B B B B B B B B B B 4 (M,M,M,M) B B B B B B B B B B B 5 (O,M,M,M) B B B B B B B B B B B 5 (O,O,M) B B B B B B B B B B B 5 (M,M,M,M,M) B B B B B B B B B B B 6 of meer D D D D D D D D D D D Afkortingen: B = Bevorderen D = Doubleren
OVERGANGSNORMEN JAAR 3 Montessori Schooljaar 2015-2016 Bepalingen: 1. Elk proefwerk wordt becijferd in de schaal 1 t/m 10 op 1 decimaal nauwkeurig. 2. Op het Montessori Junior College wordt voor jaar 3 drie keer per jaar gerapporteerd: Het eerste rapport is een cijferoverzicht waarop alle tot dan toe behaalde cijfers en het rapportcijfer op één decimaal nauwkeurig staan. Op het tweede rapport staat alleen het rapportcijfer op één decimaal nauwkeurig. Het derde rapport is tevens het eindrapport. Het rapportcijfer wordt zowel op één decimaal (derde rapport) als op een geheel getal 10
afgerond (eindrapport) vermeld. De rapportcijfers van alle drie rapporten zijn het rekenkundig gemiddelde van alle tot dan toe behaalde cijfers. 3. De term “tekorten” wordt gehanteerd in plaats van “onvoldoendes”. ( 5 is 1 tekort, 4 is twee tekorten). Voor de cijfers gelijk aan of lager dan 4 worden twee tekorten gerekend. 4. Voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde mag maximaal voor één vak één of twee tekorten gehaald worden. Bij twee vijven op deze vakken doubleert een leerling. Daarnaast is maximaal één tekort toegestaan binnen het gekozen profiel. Als wiskunde in het gekozen profiel zit, moet het eindcijfer minimaal een 5 zijn.
5. Alle overige vakken tellen gelijkwaardig mee voor de overgang. 6. Ten aanzien van compensatiepunten geldt het volgende: Een 7 of hoger levert één compensatiepunt op. 7. De vestigingsdirecteur beslist op advies van de vergadering van lesgevende docenten over de doorstroom n.a.v. het eerste of tweede rapport. Bij afstroom vervallen de tot dan toe behaalde cijfers, d.w.z. de gemiddelde cijfers per vak, beneden de 6. 8. Aan het eind van het schooljaar beslist de vestigingsdirecteur op advies van de vergadering van lesgevende docenten in welk leerjaar en in welke
stroom de leerling geplaatst wordt. De vergadering kan een leerling de mogelijkheid bieden door te stromen naar een ander niveau. Deze bepaling is vooral van belang voor leerlingen die zijn gedoubleerd. De betreffende leerlingen kunnen overgaan naar een volgend leerjaar, maar dan op een lager niveau. Bij bespreekgevallen weegt de gekozen leerweg/ het gekozen profiel mee in de beslissing over de bevordering. Dit kan leiden tot een gerichte bevordering. 9. Alleen de commissie van beroep kan afwijken van de beslissing die de vestigingsdirecteur op advies van de vergadering van lesgevende docenten heeft genomen.
Overgangsnormen jaar 3 Montessori jaar 3 COMPENSATIEPUNTEN TEKORTEN 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 of meer 0 B B B B B B B B B B B 1 (5) X B B B B B B B B B B 2 (4 of lager) of (5,5) X X X B B B B B B B B 3 (4 of lager,5) D D D X B B B B B B B 3 (5,5,5) D D D D X X X X X B B 4 (4,4 of lager) D D D D D X X X X X X 4 4 (4 of lager,5,5) D D D D D D D D X X X 4 (5,5,5,5) of meer D D D D D D D D D D D Afkortingen: B = Bevorderen X = Bespreken D = Doubleren Voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde mag maximaal voor één vak twee tekorten gehaald worden. Uitzondering op deze regel wordt gemaakt indien de leerling een gemiddeld eindcijfer haalt dat lager is dan 3,5 voor één van deze drie vakken. In dergelijke gevallen doubleert de leerling. 11
Harm Jan Zondag Junior College Groningen WERKEN IN DUIDELIJKE STRUCTUREN WAARBIJ KANSEN DIE ER ZIJN WORDEN BENUT.
zetten voor school. Hiermee wordt rekening gehouden. Mentoren geven meerdere vakken aan de mentorklas waardoor leren ze de kinderen beter leren kennen.
Doelgroep
Hoe groot is de school?
HAVO jaar 1, 2, en 3 VMBO-tl jaar 1, 2, 3 en 4 VMBO-kb, bb jaar 1 en 2 incl. lwoo
Vanaf het schooljaar 2015-2016 deelt het Harm Jan Zondag Junior College het gebouw aan de Vondellaan met de gehele bovenbouw (leerjaar drie en vier) van de theoretische leerweg van het Zernike College. Er zal daarom een groei zijn van 240 naar 350 leerlingen in dit gebouw. Dit betekent dat de school qua leerlingenaantal is geroeid van 240 naar 350 leerlingen. Ondanks deze toename is de school nog steeds kleinschalig te noemen.
Vanaf 1 augustus 2016 is er geen nieuwe instroom meer in het Harm Jan Zondag Junior College.
Onze missie en Visie Leerlinggericht denken staat voorop en de locatie kenmerkt zich door de duidelijke structuren waarin wordt gewerkt. De leerlingen worden geholpen bij het plannen en organiseren door bevlogen en betrokken docenten en begeleiders. De leerling is belangrijk, docenten en leerlingen gaan samen op zoek naar de talenten. Wanneer het nodig is krijgen leerlingen individuele begeleiding en er is aandacht voor het versterken van de sociale ontwikkeling van de kinderen. De leerlingen krijgen op school tijd om het huiswerk te maken en te leren. In het eerste jaar zijn de BB en KB-groepen zelfs thuiswerkvrij. De school heeft zich speciaal toegelegd op TL/HAVO-leerlingen met kenmerken van autisme en op lwoo leerlingen.
Hoe merk je dat de leerling centraal staat? In een relatief kleine setting met veel structuur en begeleiding kunnen de leerlingen optimaal leren en presteren. De leerling is geen nummer en iedereen kent elkaar. Een kind is niet altijd in staat zich goed in te 12
Hoe is de inrichting van de klassen? Het onderwijs is ingericht volgens het dakpanmodel. Verschillende niveaus zitten bij elkaar in de klas. Hierdoor is het mogelijk dat een leerling opstroomt naar een hoger niveau, maar in de eigen groep blijft zitten. Bij afstroom naar een lager niveau kan de leerling vaak in de eigen groep blijven. Naast reguliere klassen heeft de locatie speciale lwoogroepen waarbij het leerlingaantal beperkt wordt gehouden. Deze leerlingen krijgen les van een klein gespecialiseerd docententeam. Docenten geven meerdere vakken aan dezelfde klas. Alle eerste en tweede klassen hebben een stamlokaal waar de meeste lessen worden gegeven. Dit zorgt ervoor dat de overstap van de leerlingen van de basisschool naar het voortgezet onderwijs natuurlijker verloopt. De TL/HAVO-klassen bestaan uit reguliere leerlingen en leerlingen met kenmerken van autisme Deze leerlingen
vinden het prettig om zich te ontwikkelen in duidelijke structuren en herkenbare lessen. Verder worden deze leerlingen begeleid om zich sociaal en emotioneel te ontwikkelen Docenten die lesgeven aan deze kinderen zijn hiervoor speciaal opgeleid. De TL-leerlingen doen examen op het Harm Jan Zondag. Zij stromen na hun TL-examen door naar het MBO of de HAVO. In de tweede klas VMBO is er praktische sectororiëntatie [pso). De leerlingen worden dan voorbereid op de keuze voor de praktijkvakken die ze gaan volgen in klas 3 en 4.
Hoe wordt er gewerkt? De leerling wordt uitgedaagd om het niveau te halen dat bij hem/haar past. Voor elke leerling die extra ondersteuning behoeft op leer en/of sociaal emotioneel gebied, wordt een OPP (onderwijs perspectief plan) gemaakt. Dit plan wordt besproken met de ouders en na elke leerlingbespreking zo nodig bijgesteld. Zo komen we tot een aanpak waarbij je eruit haalt wat erin zit. Daarnaast worden er groeps OPP’s gemaakt om een eenduidige aanpak door de docenten te garanderen.
Pedagogiek Een uitgangspunt is dat leerlingen het fijn vinden om in duidelijke structuren te werken. Zo wordt er gewerkt met een schoolhandelingsplan waarin staat hoe er lesgeven wordt. Hierdoor gaan leerlingen vaste patronen zien en dat helpt bij het leren. Het gehele leerproces vindt op school plaats en leerlingen kunnen in eigen tempo werken. De docenten houden goed zicht op de vorderingen van elke leerling en kunnen snel en adequaat ingrijpen als dat nodig is. De leerlingen zijn medeverantwoordelijk voor de rust en orde in lokalen, gangen en kantine. Zij leren daarbij elkaar aan te spreken en te motiveren om op een goede manier met hun leeromgeving om te
gaan. De sociale veiligheid in de school is zo geborgd. Er is extra aandacht voor de sociaal emotionele ontwikkeling en de groei naar zelfstandigheid van leerlingen. Het mentoraat vervult hierin een belangrijke rol. Voor pesten is het uitgangspunt: voorkomen is beter dan genezen. In het eerste jaar zorgen we voor een veilig klimaat in de klas, in een prettige sfeer wordt er beter geleerd.
Mentorraat en leerlingbespreking De mentoren staan altijd klaar voor de leerlingen. Omdat de mentoren veel uren lesgeven aan de eigen klas kennen zij de leerling beter. Dit wordt versterkt door de dossieranalyse die alle mentoren doen en de individuele gesprekken die zij voeren met de leerlingen. Twee keer per week zijn er leerlingenbesprekingen. Het docententeam komt dan bij elkaar om ervaringen te delen en te zorgen voor de meest geschikte aanpak. Ook worden de handelingsplannen of OPP’s hier besproken. Door de aanwezigheid van een ambulant begeleider van Renn 4 is er extra expertise in huis.
Extra vakken Soms heeft een leerling extra aandacht nodig, waarvoor in de les geen tijd is. Leerlingen die vastlopen in hun aanpak van leren kunnen met remedial teaching worden geholpen. Wanneer leerlingen extra hulp nodig hebben bij de structuur en planning kunnen zij de dag starten en afsluiten bij de interne time-out. Sommige leerlingen hebben baat bij een training sociale vaardigheden en training faalangstreductie. Andere leerlingen maken gebruik van de dyslexieregeling, die recht geeft op extra voorzieningen en een beoordeling die bij hen past. Alle zorg wordt geleverd via het zorgteam. Wanneer het voor een leerling even teveel wordt kan hij of zij even een time-out nemen of in gesprek gaan met een van de begeleiders van het ondersteuningsteam. 13
Communicatie
Lessentabel Vondellaan 2015-2016
De school en de mentoren communiceren veel via de mail. Het contact tussen de mentoren en de ouders is intensief. Ons motto hierin is: samen bereik je meer. Ouders kunnen via ons leerlingvolgsysteem Magister direct zien wat de resultaten zijn en wat er gebeurt met hun kind. Hierin kan ook gekeken worden of er toetsen zijn en welk schoolwerk er is opgegeven. Verder is het mogelijk te kijken of een leerling daadwerkelijk op school is gekomen. De dagelijkse roosterwijzigingen en extra informatie zijn te vinden op www.vondelklets.nl. De oudercommissie is actief betrokken bij de school. De ouders worden via de digitale nieuwsbrief geïnformeerd.
Lestijden 50 minuten rooster Jaar 1 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
08.30 - 09.20 Pauze 09.20 - 09.40 09.40 - 10.30 10.30 - 11.20 Lunchpauze 11.20 - 11.50 11.50 - 12.40 12.40 - 13.30 Pauze 13.30 - 13.45 13.45 - 14.35 14.35 - 15.25 15.25 - 16.15
ne
TK1
KB1
TK2
KB2
3
3
3
3
1. 08.30 - 09.20 2. 09.20 - 10.10 Pauze 10.10 - 10.30 3. 10.30 - 11.20 4. 11.20 - 12.10 Pauze 12.10 - 12.40 5. 12.40 - 13.30 6. 13.30 - 14.20 Pauze 14.20 - 14.35 7. 14.35 - 15.25 8. 15.25 - 16.15
3
TL3
3
3
TL3 k&m
TL4 k&m
4
4
3
en
3
3
2
fa
1
1
du
1
1
gs
1
1
ak
1
1
ec
1
1
m&m
2
3
3
2
2
2
1
2 2
2
2
3
#
3
%
2
2
2
3
#
3
%
1
2
2
3
#
3
%
2
2
3
#
3
%
2
2 3
#
3
%
#
3
2 2
wi
3
3
3
3
3
3
3
3
rek
1
1
1
1
1
1
1
1
2
2
na,nsk1
2
2
sk,nsk2
2
1
2
2
2
2
1
1
1
2
vzg
2
2
2
2
ckv,kv1 te
2
ha
2
3
2
2
ma
2
1
3
3
ma2
bi
1 3
2
2
2
2
2
2
2
3 1
3 2
3 @
2
@
2
% 1
#
3
#
3
#
3
#
3
%
3
2
mu
1
1
1
drm
1
1
1
1 1
tn
2
2
2
2
ict
1
1
1
1
3
3
lo
3
3
ml
1
1
mwu
1
1
1
1
1
1
two
2
2
2
2
2
2
1
2
2
2
2
1
1
1
1
gm loeks
3
3
1
1
1
proj zco
2 33
@
14
TL4
taal
nsk
Jaar 2 en 3
AH3 AH34
32
31
één van de twee
32
32
%
31
32
drie van de zeven
32
26
#
28
vier van de tien
Overgangsnormen onderbouw Vondellaan Bepalingen: 1. Elk proefwerk wordt becijferd in de schaal 1 t/m 10, op 1 decimaal nauwkeurig. 2. a. Het eerste rapport in november is een cijferoverzicht waarop alle tot dan toe behaalde cijfers en het rekenkundig gemiddelde op staan, het tweede rapport in februari: cijfers op één decimaal nauwkeurig, het derde rapport in april: cijfers op één decimaal nauwkeurig. Het vierde rapport is tevens het eindrapport. De cijfers worden zowel op één decimaal (4e rapport) als op een geheel getal afgerond (eindrapport) vermeld. De rapportcijfers van alle vier rapporten zijn het rekenkundig gemiddelde van alle tot dan toe behaalde cijfers. b. Op de Harm Jan Zondag wordt drie keer per jaar gerapporteerd. 3. De term “tekorten” wordt gehanteerd in plaats van “onvoldoendes”. (Dat wil zeggen: 5 is 1 tekort, 4 is twee tekorten) Voor de cijfers gelijk aan of lager dan 4 worden twee tekorten gerekend. 4. Voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde mag maximaal voor één vak één of twee tekorten gehaald worden. Dus bij twee vijven op deze vakken doubleert een leerling. 5. Alle overige vakken tellen gelijkwaardig mee voor de overgang. 6. Ten aanzien van compensatiepunten geldt het volgende: Een 7 of hoger levert één compensatiepunt op. 7. De vestigingsdirecteur beslist op advies van de vergadering van lesgevende docenten over de doorstroom n.a.v. het tweede rapport.
Indien dit advies wordt opgevolgd vervallen bij afstroom de tot dan toe behaalde cijfers (d.w.z. de gemiddelde cijfers per vak) beneden de 6.0. Dit geldt niet voor halfjaarsvakken, deze cijfers worden omgerekend. 8. Aan het eind van het schooljaar beslist de vestigingsdirecteur op advies van de vergadering van lesgevende docenten in welk leerjaar en in welke stroom de leerling geplaatst wordt. De vergadering kan een leerling de mogelijkheid bieden door te stromen naar een ander niveau. Deze bepaling is vooral van belang voor leerlingen die zijn gedoubleerd. De betreffende leerlingen kunnen toch overgaan naar een volgend leerjaar, maar dan op een lager niveau. Bij de overgang van klas 2 naar klas 3 in het VMBO en van klas 3 naar klas 4 in het HAVO/VWO moet bij bespreekgevallen de gekozen leerweg/het gekozen profiel meewegen in de beslissing over de bevordering. Dit kan leiden tot een gericht bevordering. 9. Alleen de commissie van beroep kan afwijken van de beslissing die de vestigingsdirecteur op advies van de vergadering van lesgevende docenten heeft genomen.
15
Overgangsnormen onderbouw jaar 1, 2 en 3 jaar 1, 2, 3 COMPENSATIEPUNTEN TEKORTEN 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 of meer 0 B B B B B B B B B B B 1 (5) X B B B B B B B B B B 2 (4 of lager) of (5,5) X X X B B B B B B B B 3 (4 of lager,5) D D D X B B B B B B B 3 (5,5,5) D D D D X X X X X B B 4 (4,4 of lager) D D D D D X X X X X X 4 4 (4 of lager,5,5) D D D D D D D D X X X 4 (5,5,5,5) of meer D D D D D D D D D D D Afkortingen: B = Bevorderen X = Bespreken D = Doubleren Voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde mag maximaal voor één vak twee tekorten gehaald worden. Uitzondering op deze regel wordt gemaakt indien de leerling een gemiddeld eindcijfer haalt dat lager is dan 3,5 voor één van deze drie vakken. In dergelijke gevallen doubleert de leerling.
16
17
Atheneumplus Haren UITDAGEND Doelgroep De Atheneumplus opleiding is bedoeld voor de hoger begaafde leerling die de uitdaging wil aangaan om een zwaarder en uitgebreider vakkenaanbod te volgen dan door de reguliere atheneumopleiding wordt aangeboden. Getalenteerde leerlingen die openstaan voor diepgang in de lesstof en creatief en wetenschappelijk denken, zullen in deze Atheneum-opleiding (jaar 1 t/m 6) extra gemotiveerd worden.
De leerling staat centraal Het programma en de werkvormen zijn aangepast aan de capaciteiten en vaardigheden van de hoger begaafde leerling. In Atheneumplus willen we leerlingen uitdagen meer te doen door aan te sluiten bij wat ze al kennen/kunnen en ze van daaruit te stimuleren. Dat betekent dat we in overleg met een leerling en ouders soms afwijken van het ‘gewone lesprogramma’. Bij de vakken ligt in het algemeen het tempo hoger en wordt er meer diepgang geboden dan in de reguliere Atheneum-opleiding. Leerlingen van atheneumplus kunnen waar mogelijk een gedifferentieerd leerstoftraject volgen. Ze worden aangemoedigd meer te doen dan de verplichte basisstof.
Pedagogisch klimaat en mentoraat In de Atheneumplus streven we naar een veilige omgeving, waarin leerlingen zich prettig voelen en zich 18
kunnen ontwikkelen. Hierin heeft het mentoraat een centrale plaats. Dat we in dit streven slagen, blijkt uit het feit dat we op het thema “sociaal veilige gemeenschap” de maximale score halen in het laatste inspectierapport (2015). Verder is er een open communicatie tussen leerlingen en docenten, waarbij het uitgangspunt is dat de hoger begaafde leerling iets wil leren en daar de docent bij kan gebruiken.
De locatie De lessen vinden plaats in het gebouw aan de Kerklaan. Deze locatie herbergt 1300 leerlingen, 125 leerlingen van de onderbouw atheneumplus en verder overwegend bovenbouw Atheneum/HAVO. De lessen vinden zo veel mogelijk plaats op het VWO-domein en in vaklokalen, in wisselende opstellingen afhankelijk van de werkvorm. Daarnaast kan er worden gewerkt in het open leercentrum.
Typische Atheneumplus vakken Wetenschap, onderzoek en ontwerpen (WO+), Cultuur, Filosofie, Cultuur en Wetenschap, Cambridge Engels en Universitaire Modules. Daarnaast volgt de leerling in de onderbouw vier moderne vreemde talen (Engels, Duits, Frans en Spaans).
De lesinhoud De meeste lessen zijn vaklessen, waarbij de docent invulling geeft aan lesinhoud en werkvormen. In de lessen wordt zowel klassikaal als projectmatig gewerkt. Hierbij speelt zelfwerkzaamheid een belangrijke rol en is de docent deels instructeur en deels coach.
Toetsing De voortgang van de leerlingen wordt getoetst met proefwerken, SO’s en praktische opdrachten. Proefwerken en SO’s worden afgenomen tijdens vaklessen. Verder is er een aantal toetsweken per jaar waarin proefwerken worden afgenomen. De regelingen rond toetsing voor de onderbouw Atheneumplus zijn opgenomen in het aan het begin van het schooljaar uitgereikte AtheneumplusABC. Voor de bovenbouw is deze informatie te vinden in de examenboeken (PTA’s) van de verschillende jaarlagen.
19
Communicatie
Lessentabel Atheneumplus 2015-2016
Vragen over Atheneum ? Neem contact op met Boukje Modderman (
[email protected]) of Ton Bominaar (
[email protected]).
Lestijden
plus
Klas 1 t/m 3 en H4/ A4 studiehuis 2e uur 08:30- 09:30 Pauze 09:30- 09:50 3e uur 09:50- 10:50 4e uur 10:50- 11:50 Pauze 11:50- 12:20 5e uur 12:20- 13:20 6e uur 13:20- 14:20 Pauze 14:20- 14:40 7e uur 14:40- 15:40 8e uur 15:40- 16:40 Klas H5/ A56 studiehuis en alle Montessori klassen 2e uur 08:30- 09:30 3e uur 09:30- 10:30 Pauze 10:30- 10:50 4e uur 10:50- 11:50 5e uur 11:50- 12:50 Pauze 12:50- 13:20 6e uur 13:20- 14:20 Pauze 14:20- 14:40 7e uur 14:40- 15:40 8e uur 15:40- 16:40
1+
2+
3+
ne
3
2
2
fa
2
1
2
du
1
2
2
sp
1
2
2
en
2
1
2
gs
1
1
1
ak
1
1
1
fil
1
1
1
wi
2
2
3
na
0
2
1,5
sk
0
0
1,5
wo
3
4
2
bi
2
1
1 1
ec
0
0
bev
1
1
mu
1
0,5
0,5
dr
1
0,5
0,5
cu
1
1
1
tn
1
lo
2
2
1
ml
1
1
1
27
26
27
0
0
0,5 jaars-vak
1,5
20
1-2 of 2-1
Overgangsnormen Atheneumplus 1. In principe is zitten blijven in dezelfde klas niet mogelijk. 2. Er bestaan drie mogelijkheden aan het einde van het leerjaar: - bevordering naar de volgende Atheneumplus-klas - bevordering naar de volgende Atheneum regulierklas - verwijzing naar dezelfde Atheneum regulier-klas In uitzonderlijke gevallen kan de docentenvergadering beslissen dat de leerling niet bevorderd wordt maar wel mag blijven zitten in de Atheneumplusafdeling. 3. De docentenvergadering beslist over de bevordering.
4. De onvoldoenden worden gerekend ongeacht het vak waarin het cijfer is gehaald. 5. Extra punten in de vakken tekenen, lichamelijke oefening, muziek, drama en cultuur worden niet als compensatiepunten gerekend. 6. De docentenvergadering kan besluiten tot toekenning van een herexamen. De norm waaraan de leerling dient te voldoen om voor bevordering in aanmerking te komen, wordt dan van tevoren vastgesteld. Er zijn jaarlijks vier rapporten. Op elk rapport staan de gemiddelde cijfers berekend op basis van alle resultaten tot dan toe behaald. Rapport 4 is dus het overgangsrapport.
Onvold. Puntentekort Compensatiepunten andere vakken 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 geen 0 b b b b b b b b b b b één 1(5) b b b b b b b b b b b één 2(4) x x b b b b b b b b b twee 2(5,5) x x x x x b b b b b b twee 3(4,5) x x x x x x b b b b b twee 4(4,4) a a x x x x x b b b b drie 3(5,5,5) a x x x x x b b b b b drie 4(4,5,5) a a a x x x x b b b b drie 5(4,4,5) a a a a a x x x b b b drie 6(4,4,4) a a a a a a a a x x x vier 4(5,5,5,5) a a a a a a a a a a a b betekent: bevorderen - x betekent :docentenvergadering beslist - a betekent: geen bevordering naar de volgende Atheneumplus-klas, de docentenvergadering beslist over een verwijzing naar de reguliere stroom. 21
ZernikeCollege Rummerinkhof Haren TECHNASIUM EN STRUCTUUR Doelgroep Atheneum, havo (eventueel met O&O) jaar 1 en 2 en 3. vmbo tl jaar 1 en 2 (vanaf 1 augustus 2016 geen nieuwe instroom meer) vmbo kb plusprofiel jaar 1 en 2 (vanaf 1 augustus 2016 geen nieuwe instroom meer)
Onze uitgangspunten Technasium Op de onderbouw van het Technasium hoeven leerlingen niet te wachten om groot te mogen zijn. Tijdens het vak onderzoek & ontwerpen krijgen zij
22
tijdens acht weken durende projecten de kans om, behalve leerling, ook architect, milieudeskundige, schoolarts of ruimtekundige/astronaut te zijn. Zij kunnen op die manier, onder begeleiding van docenten, ervaren hoe het is om te werken voor een externe opdrachtgever uit de maatschappij. De opdrachtgever biedt een actuele case aan als project, geeft feedback op het werkproces en beoordeelt, samen met docenten, het eindproduct. Alle leerlingen die plaatsbaar zijn in een a/h-klas (je hebt als advies van de basisschool vwo of havo-plus profiel) maken in jaar 1 kennis met het vak O&O door deel te nemen aan 2 projecten. Aan het einde van jaar 1 kunnen zij kiezen om met O&O door te gaan of niet.
In het geval een leerling kiest voor O&O zal hij/zij zowel in jaar 2 als jaar 3 deelnemen aan 4 projecten. Meer structuur in het VMBO Op de Rummerinkhof krijgen de vmbo klassen les volgens een opzet met meer structuur. Dit houdt in dat de leerlingen in het eerste leerjaar in een vast lokaal alle theorievakken hebben en, in zowel leerjaar 1 als 2, les krijgen van een vaste groep docenten. Daarnaast hebben ze een andere lessentabel met minder theorie-, en meer praktijkvakken. Deze klassen beginnen en eindigen de week met een mentorles. Ook krijgen ze per week twee studielessen. De week eindigt met een ‘huiswerkuur’: onder begeleiding van een van de mentoren maken de leerlingen hun werk van de week af.
Hoe merk je dat de leerling centraal staat? Door de kleinschaligheid van onze locatie kennen wij elke leerling van naam en gezicht. Onze kantineruimte is letterlijk de centrale ontmoetingsplek voor de leerlingen waar zij in een veilige omgeving zichzelf kunnen zijn. De pedagogisch toezichthouder zorgt ervoor dat de rust tijdens de lessen gewaarborgd wordt. Door de persoonlijke aandacht van elke mentor voor de aan zijn/haar zorg toevertrouwde leerlingen en het directe contact dat de mentor met het thuisfront verzorgt, kan elke leerling het gevoel krijgen dat hij/zij centraal staat.
Lestijden 1e lesuur 2e lesuur 3e lesuur 4e lesuur 5e lesuur 6e lesuur 7e lesuur 8e lesuur
08.20 uur - 09.10 09.10 uur - 10.00 Pauze 10.00 uur - 10.20 10.20 uur - 11.10 11.10 uur - 12.00 12.30 uur - 13.20 13.20 uur - 14.10 Pauze 14.10 uur - 14.25 14.25 uur - 15.15 15.15 uur - 16.05 Pauze 12.00 uur - 12.30
Hoe is de inrichting van de klassen? In leerjaar 1 en 2 wordt het vakonderwijs aangeboden in dakpanklassen op het niveau van de leerling. Aan het einde van het tweede leerjaar zorgen wij ervoor dat de leerlingen op de juiste plek zitten qua niveau. Hierin speelt de mentor een belangrijke rol.
Hoe wordt er gewerkt? Pedagogisch klimaat en mentoraat In het mentoruur is er aandacht voor de sociaalemotionele ontwikkeling en de studievaardigheden van de leerling. Ook wordt er in het mentoruur aandacht besteed aan het presteren volgens verwachting van het advies van het basisschoolteam. De mentor zorgt voor een open en direct contact met het thuisfront.
Hoe groot is de school?
Extra vakken
Het schoolgebouw kent 20 (vak)lokalen, waaronder een technasiumwerkplaats en herbergt plusminus 500 leerlingen in 18 klassen die begeleid worden door plusminus 50 medewerkers.
Onderzoek & Ontwerpen.
Communicatie Er is een leerlingenraad en een oudercommissie.
23
Toetsing Voor de leerstof en de wijze waarop dit getoetst wordt verwijzen we naar de jaarprogramma’s voor de leerjaren 1 t/m 2 VMBO en 1 t/m 3 HAVO /VWO. Een jaarprogramma van een vak kan in overleg met de schoolleiding eenvoudig aangepast worden op grond van actualiteit. De bovenbouwklassen hebben een programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) waarin de lesstof en de wijze van toetsing beschreven wordt. De regelgeving m.b.t de toetsing is opgenomen in de jaarprogramma’s en PTA’s. Alles wat betrekking heeft op de lesstof en de toetsing staat in de elektronische leeromgeving (ELO) van Magister.
Lessentabel Rummerinkhof 2015-2016 AH1
HTL1 TLKB1 AH2(t)
ne
3
3
3
en
3
3
3
fa
1
2
du
1
2
sp
1
gs
2
ak
2
2
AH2
3
2 2
2
#
2
2
2
2
#
2
1
*
1
*
1
*
1
*
1
*
1
*
1
*
1
*
1
*
3
3
3
3
rek
2-0
1
1
2
3
na
2
sk
vt
2-0
bi
3
3
2 2
wi
0-6
3
#
ec
o&o
3
2 2
2
HTL2 TLKB2
3
2
2
A3(t)
A3
H3(t)
H3
3
3
3
3
2
2
#
2
#
2
#
2
#
2
#
2
#
2
#
#
2
#
2
#
2
2 1
2 *
1
2 *
1
3
3
3
1
1
1
2
2
2
2
2
# 2
*
1
*
2 4
4
4
4
2
2
2
2
2
2
2
2
5
2
2
2
6
3
2
#
2 2
2
2
5
2
1
*
1
*
1
*
1
*
te
1
*
1
*
2
1
*
1
*
1
*
1
2
#
2
#
2
#
2
#
mu
1
*
1
*
2
1
*
1
*
1
*
1
2
#
2
#
2
#
2
#
drm
1
*
1
*
1
1
*
1
*
1
*
2
2
#
2
#
2
#
2
#
tn
2-0
2
2
lo
3
3
4
ml
1
1
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
1
1
1
2
1
1
1
1
ot pso
1
stl
1
kwt
1
hw 32
24
1
1 32
32
4
4
1 31
31
31
32
33
32
33
32
25
ZernikeCollege Zuidlaren RESPECT VOOR ELKAAR
Doelgroep
Hoe merk je dat de leerling centraal staat?
Atheneum X-tra, Atheneum, HAVO: leerjaar 1, 2 en 3 VMBO-TL: leerjaar 1, 2, 3 en 4 VMBO-BB en -KB: leerjaar 1 en 2 (vanaf 1 augustus 2016 geen nieuwe instroom meer)
De ontwikkeling van iedere leerling staat voorop. Leerlingen worden begeleid naar zelfstandigheid en volwassenheid. Aan de lwoo-leerlingen in het VMBO wordt extra zorg en begeleiding gegeven op basis van een individueel handelingsplan.
Ons uitgangspunt De brede instroom en kleinschaligheid zorgen voor een open en veilige sfeer, gebaseerd op respect voor elkaar. Een school waar iedereen elkaar kent.
Hoe groot is de school? De locatie biedt aan ongeveer 470 leerlingen onderwijs dat door 50 medewerkers wordt verzorgd.
Hoe is de inrichting van de klassen?
Uitgebreid aanbod
Alle leerlingen, met uitzondering van Atheneum X-tra, volgen onderwijs in dakpanklassen in de eerste twee leerjaren van de onderbouw. Er is voldoende gelegenheid om te switchen qua niveau. In het derde leerjaar zijn er alleen homogene klassen.
De locatie heeft de stroom Atheneum X-tra. Atheneumleerlingen kunnen zich breder ontwikkelen in de Atheneum X-tra klas. De nadruk ligt op een uitgebreider vakkenaanbod: vier moderne vreemde talen, filosofie, cultuur en informatiekunde zijn verplichte vakken. De doelgroep bestaat uit getalenteerde en gemotiveerde leerlingen met een positief Atheneumadvies van de basisschool. Leerlingen kunnen in klas 3 Atheneum, op vrijwillige basis, kiezen voor Cambridge English. Dit betekent dat zij in de gelegenheid worden gesteld het internationaal erkende First Certificate te halen. De leerlingen uit de TL/KB-klassen kunnen kiezen voor een sportprofiel. Dit profiel is speciaal voor leerlingen die interesse hebben voor sport. Door middel van diverse clinics maken leerlingen kennis met verschillende takken van sport. Bovendien is sport niet alleen goed voor het lichaam, maar ook voor de geest. Er is aandacht voor VMBO-breed (KB/BB)-leerlingen, die meer praktisch ingesteld zijn en meer gebaat zijn bij een kleine setting en meer structuur. Deze leerlingen komen tot hun recht in de VMBO-breed-klas. De verbinding tussen praktijk en theorie staat in het VMBO-onderwijs centraal. De nadruk ligt op het werken aan zelfvertrouwen van de leerlingen en betekenisvol leren.
Hoe wordt er gewerkt? We hebben hechte docententeams. Zij werken nauw samen met de mentor en bespreken regelmatig de leerlingen. Het gaat niet alleen om cijfers maar ook om de sociale plek die het kind inneemt in de groep. Vanaf jaar 2 werken we op de verschillende niveaus met keuzeprocessen en oriëntatie op de toekomstige studierichtingen. Wij betrekken ouders bij de ontwikkelingen: organiseren ouder- en thema-avonden. De kernvakken (Nederlands, Engels en wiskunde) hebben onze bijzondere aandacht, met een extra aanbod van taal- en rekenlessen. De expressievakken muziek, tekenen, drama, beeldende vorming, lichamelijke opvoeding en informatiekunde geven de leerlingen de gelegenheid om zich creatief te vormen en actief bezig te zijn.
Pedagogisch klimaat en mentoraat De locatie besteedt veel aandacht aan het aanleren van studievaardigheden, huiswerkplanning en proefwerkvoorbereiding. Dat gebeurt in het mentoraat en tijdens de lessen informatievaardigheden. Daarnaast wordt tijdens de mentorlessen gewerkt met de methode Breingeheimen. Hierin is veel aandacht voor de sociale omgeving en gedrag. De mentoren zijn getraind om te werken met herstelgericht onderwijs. Dit biedt leerlingen de ruimte zelf verantwoordelijkheid te nemen in het onderwijsleerproces en in het groepsgedrag.
Communicatie Wij staan voor persoonlijk contact met ouders en leerlingen. Naast mentor- en ouderspreekavonden hebben wij een leerlingenraad en een oudercommissie. Ook ontvangen ouders regelmatig een nieuwsbrief. Sociale media worden ingezet om leerlingen te informeren over de dagelijkse zaken.
27
Toetsing Voor de leerstof en de wijze waarop dit getoetst wordt verwijzen we naar de jaarprogramma’s voor de leerjaren 1 t/m 2 VMBO en 1 t/m 3 HAVO /VWO. Een jaarprogramma van een vak kan in overleg met de schoolleiding eenvoudig aangepast worden op grond van actualiteit. De bovenbouwklassen hebben een Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) waarin de lesstof en de wijze van toetsing beschreven wordt. De regelgeving m.b.t de toetsing is opgenomen in de jaarprogramma’s en PTA’s. Alles wat betrekking heeft op de lesstof en de toetsing staat in de elektronische leeromgeving (ELO) van Magister.
Lessentabel Zuidlaren 2015-2016 A3
H3
TL3
ne
Xtra1 AH1 HTL1 TLKB1 BBKB1 Xtra2 3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
4
en
3
3
3
3
3
2
2
2
2
2
2
2
2
3
4
2
2
2
2
2
# 2 #
2
2
2
2
2
2
2
2
# 2 #
2
2
# 2 #
fa
2
2
2
du
2
2
2
sp
2
2
2
gs
2
2
2
2 2
m&m ak
2
50 minuten rooster
2
2
2
2
De school maakt geen gebruik van een schoolbel. Wij leren onze leerlingen zelf verantwoordelijkheid te nemen in het op tijd aanwezig zijn bij de lessen. Wij werken met een springpauze: de helft van de leerlingen heeft een pauze van 12.50 – 13.20 uur en de andere helft van 12.00 – 12.30 uur.
28
&
1,5
2
@ 2
2
&
1,5
1
*
1
1,5 1
1,5 *
1
*
1
*
1
*
rek
2
3 k 3
k
1
1
1
3 k 3
k
3
1 3
3
3
3
1
1
1
1
2
2
2
2
2
1 3
3
3
3
1
1
1
1
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
3
4
4
4
3
4
1
1
1
1
2
2
2
2
2
2
1
1
1
3 k 3 3
k
3
k
2 2
@
2
te
1
1
1
1
1
1
1
*
1
*
1
*
1
2
# 2 #
mu
1
1
1
1
1
1
1
*
1
*
1
*
1
2
# 2 #
drm
1
1
1
1
1
0,5 * 1
*
1
*
1
*
2
0,5 * 2
# 2 #
cul
1
1
tn
1
inf
1
lo
3
0,5 * 2
2
2
2
1
3
3
3
3
3
2
2
2
2
2
2
3 1
1
1
1
1
1
1
1
0,5 *
1
spo+/lo2
2
2
1
1
2
2
2
2
3 1
1
1
1
1
pso
2
2
3 k 3 1
1
1
1
1
3
3
33
32
32
k
1
1
32
28
2
ot prkt
4
stl
1
2
1
kwt egie
k
1 1
kv1
ml
3
2
sk bi
k
2
3
act
wi
3
1
ma fil
3
TL4
2 1
ec
bev
1. 08.20 – 09.10 2. 09.10 – 10.00 Ochtendpauze 10.00 – 10.20 3. 10.20 – 11.10 4. 11.10 – 12.00 Luchpauze 12.00 – 12.30 5. 12.30 – 13.20 6. 13.20 – 14.10 Middagpauze 14.10 – 14.25 7. 14.25 – 15.15 8. 15.15 – 16.05
2
HTL2 TLKB2 BBKB2 Xtra3
2
na
Lestijden
AH2
1 33
2
2
31
31
2
1 32
32
32
32
33
34
33
*
ingeroosterd als halfjaarsvak
#
twee van de drie
@
één van de twee
&
als extra vak
k
keuzevak
ot
ondersteuning taal en rekenen
spo+
sport voor TL/KB sportklas
2
Bovenbouw
Atheneum/HAVO, studiehuis en Montessori ATHENEUM - JAAR 4, 5 EN 6 HAVO - JAAR 4 EN 5
Bovenbouw Atheneum/HAVO, Haren Na de onderbouw vervolgen leerlingen het onderwijs in de bovenbouw, de tweede fase. Leerlingen die op het Montessori Junior College hebben gezeten volgen de bovenbouw Montessori op de Kerklaan. Leerlingen die op de onderbouw van de Junior Colleges in Haren en Zuidlaren hebben gezeten, volgen de bovenbouw in het Studiehuis. In het Studiehuis worden de vaardigheden die de leerling heeft opgebouwd in de onderbouw verder uitgebouwd en uitgediept. Er is veel aandacht voor het ontwikkelen van het zelfstandig werken en leren en het dragen van verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces. Beheersing van deze vaardigheden is een noodzakelijke voorwaarde voor succes in het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs.
Onderwijs in één van de vier profielen Een voorwaarde voor succes in de vervolgopleiding is
een brede algemene vorming met een accent op de sector waarvoor de leerling interesse heeft. De tweede fase voorziet in die vraag door onderwijs aan te bieden in vier profielen: • cultuur en maatschappij (cm); • economie en maatschappij (em); • natuur en gezondheid (ng); • natuur en techniek (nt). Alle leerlingen volgen lessen in algemeen vormende vakken: Nederlands, Engels, maatschappijleer, culturele en kunstzinnige vorming (ckv) en lichamelijke opvoeding (lo). Op het Atheneum komen daar een tweede moderne vreemde taal en algemene natuur- wetenschappen (anw) bij. Deze vakken vormen het gemeenschappelijk deel. De leerling kiest één profiel uit bovenstaande vier mogelijkheden. Binnen dat profiel zijn er verplichte vakken en vakken waaruit een keuze moet worden gemaakt. In alle profielen behalve cm op HAVO is wiskunde verplicht. Daarnaast bestaat het vrije deel. Hierin kiest een leerling minimaal één vak, dat aansluit bij zijn of haar interesseof dat past bij zijn of haar profiel. 29
De leerling kan in het vrije deel kiezen uit de traditionele vakken, maar ook uit nieuwe vakken, zoals management en organisatie, Spaans, filosofie of bewegen, sport en maatschappij (bsm). Leerlingen die een N-profiel kiezen kunnen ook kiezen voor het vak Onderzoeken en Ontwerpen (Technasium). In het vrije deel van de opleiding vinden ook andere activiteiten plaats zoals studiebegeleiding in het mentoraat, internationalisering en loopbaanoriëntatie.
Onderwijs in het studiehuis Om te kunnen voldoen aan de eisen die het pedagogisch didactische model ‘het Studiehuis’ stelt aan het onderwijs in de tweede fase, heeft het Zernike College gekozen voor een invulling met twee belangrijke kenmerken: • De lessen in de vakken bestaan uit kernlessen en keuzelessen. In de kernlessen krijgt de leerling alle relevante leerstof van een vak aangeboden en maakt hij of zij zich vaardigheden eigen. In de keuzelessen kiest de leerling welk vak hij of zij gaat volgen. Alle vakken bieden verschillende keuzelessen aan, bijvoorbeeld vakverrijkende activiteiten, vakbegeleiding of remediërende lessen. Iedere leerling maakt zelf een
keuze in overleg met de mentor. De leerlingen die een maatschappijprofiel op HAVO kiezen hebben daarnaast de keuze uit een aantal projecten in de lessen 2FM (2e fase M-profielen). • Een studiejaar bestaat uit 1600 studiebelastinguren (sbu). In de dagelijkse praktijk betekent dit, dat de leerling gemiddeld 40 uur per week met school bezig is. Van die 40 uur zijn ongeveer 24 uur docentgestuurd en de overige 16 uur zijn leerlingen zelf met hun studie bezig.
Onderwijs in de Montessori-bovenbouw Het onderwijs in de Montessori-bovenbouw is gebaseerd op de uitgangspunten van het Voortgezet Montessori Onderwijs. Dit zijn: ‘hoofd, hart, handen’, ‘leren kiezen’, ‘leren reflecteren’, ‘sociaal leren’, ‘samenhang leerstof’ en ‘verbinding binnen-buiten school’. Het onderwijs is vormgegeven in een drietal verschillende lesvormen. De klasselessen zijn inspirerende en activerende vaklessen waarin vakinhoud en aanpak van het leren aan de orde zijn. De klasselessen worden gegeven door de eigen vakdocent en zij vormen de leidraad van het vakonderwijs. In de klasseles zijn de groepen homogeen van samenstel30
ling. Naast (vrijwel) elke klasseles kiest de leerling zelf een begeleidingsles; ook dit is een vakles. In deze lessen vindt de verdere verwerking van de leerstof plaats onder begeleiding van een vakdocent. In de begeleidingslessen zijn de groepen in klas 5 en hoger heterogeen van samenstelling. Voor de klasse- en begeleidingsles speelt de ‘leerwijzer’ een centrale rol. Dit is een ‘spoorboekje’ bij het vak, vergelijkbaar met de werkwijzer/ takenkaart uit het Montessori Junior College. Tenslotte heeft een leerling elke week een mentorles en keuzewerktijd. In de keuzewerktijd wordt specifieke vakondersteuning of -verrijking aangeboden, maar ook zaken als extra begeleiding, schoolkrant, leerlingenraad en podiumpresentaties. Specifiek voor de bovenbouw is het vakgebied ‘Studium Generale’. Bij Studium Generale werken de leerlingen samen aan een aantal (vak) integratieve modules, passend bij de ontwikkelingsfase van de leerling. Ook in de Montessori-bovenbouw bestaat een studiejaar uit 1600 sbu. Dit houdt in dat de leerling gemiddeld 40 uur per week met school bezig is. Van die 40 uur zijn er ongeveer 24 uur docentgestuurd, de overige 16 uur zijn leerlingen zelf met hun studie bezig.
Toetsing De bovenbouwklassen hebben een Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) waarin de lesstof en de wijze van toetsing beschreven wordt. De regelgeving m.b.t de toetsing is opgenomen in de jaarprogramma’s en PTA’s. Alles wat betrekking heeft op de lesstof en de toetsing staat in de elektronische leeromgeving (ELO) van Magister.
Eindexamen Leerlingen krijgen aan het begin van het schooljaar het schoolexamenboek waarin het schooljaar uitgebreid wordt beschreven. Een leerling die in het vierde leerjaar
begint met de tweede fase, begint ook gelijk aan zijn of haar eindexamen. Gedurende de gehele tweede fase is een leerling bezig met het examendossier. In dat examendossier laat de leerling zien dat hij of zij bepaalde opdrachten gedaan heeft en zich bepaalde vaardigheden eigen heeft gemaakt. Dit soort onderdelen wordt aangeduid met ‘handelingsdeel’. Ook zijn er vakken en onderdelen van vakken die afgesloten worden in de vooreindexamenklassen. Het eindexamen bestaat uit twee delen. Eerst legt de leerling een schoolexamen (se) af. Daarnaast doet de leerling in mei mee aan het landelijk eindexamen, het centraal examen (ce). Sommige vakken kennen alleen een schoolexamen. Onderdeel van het schoolexamen is een rekentoets die in het voorexamenjaar kan worden afgelegd. De resultaten van het se en het ce samen bepalen of een leerling geslaagd is. Voor de regeling met betrekking tot toetsing in de bovenbouw verwijzen wij u naar het PTA.
Nieuwbouw Bovenbouw De bovenbouw van HAVO en VWO en het Atheneumplus zijn in augustus 2015 naar een nieuw gebouw aan de Kerklaan verhuisd, tegenover de Hortus. Het gebouw staat in een prachtige groene ‘kamer’ vlakbij sportvelden van GHHC en de TSH. Het schoolgebouw is een Gronings project van Team4 architecten en aannemer Rottinghuis. De gemeente Haren heeft het gebouw gefinancierd. Het bouwproject heet ‘ruimte om te leren’. We bedoelen ruimte letterlijk, omdat we mooie lokalen hebben gekregen en open leercentra, een Technasium, een dramaen muzieklokaal, een podium en een multifunctionele ontmoetingsruimte met podiumtrap en nog veel meer. Ruimte is ook figuurlijk bedoeld: het gebouw nodigt uit om te leren, en goed onderwijs te geven in een veilige en gezonde omgeving. Het principe van ‘frisse scholen’ is voor ons leidend voor het gebouw. Licht, lucht, akoestiek 31
en ruimte in een compact gebouw staan voorop. Ook is er veel aandacht voor het behoud van de groene omgeving om de school. Het schooljaar 2015 - 2016 kunnen beginnen we in dit nieuwe gebouw.
Schooltijden We werken met een 60 minuten rooster. Lestijden: 2e uur: 8:30 - 9:30 Pauze: 9:30 - 9:50 3e uur: 9:50 - 10:50 4e uur: 10:50 - 11:50 Pauze: 11:50 - 12:20 5e uur: 12:20 - 13:20 6e uur: 13:20 - 14:20 Pauze: 14:20 - 14:40 7e uur: 14:40 - 15:40 8e uur: 15:40 - 16:40
32
Lessentabel bovenbouw 2015-2016 ne
a4
a5
a6
h4
h5
2
2
2
2
2,75
fa
2
2
2
2
2,75
du
2
2
2
2
2,75
spa
2
2
2
2
2,75
en
2
2
1,5
2
2
gs
2
2
2
2
2
2
2
ak
1
ma
1,5
2
2
1,5
0,0
maw
1
2
fil
2
2
2
2
2
2
2
2
puc,cam
1
1
1
wic
2
2
2
0
wia
2
2
2,75
2
2
wib
2
3
2,75
2
2,75
wid
1
2
2
2
2
rek
1
1
0,5
na
2
2
2
2
2,75
sk
1
2
2
2
2
o&o
4
4
4
4
4
bi
2
2
2
2
2,75
anw
1,5
0
ec
2
2
2
2
2,75
m&o
1
2
2
2
2
ckv
1
1
1,5
0,0
ku-bv
2
1
1,5
1
1
ku-alg
0
1
1
0,5
1
ku-mu
2
1
1
1,5
1
ku-dr
2
1
1
1,5
1
inf
1
2
2
2
2
lo
1
1
0,75
1
0,75
bsm
1
2
2
2
2
keuze
4
5
5
5
5
ml
1
kwt
4
1 5
5
5
5
Overgangsnormen studiehuis en Montessori Van HAVO 4 naar HAVO 5 1. Een leerling kan worden bevorderd naar HAVO 5 indien de handelingsdelen voor LO en voor CKV met een Voldoende of Goed zijn afgerond en bovendien: • alle vakken 6 of hoger, dan wel • één maal 5, overige vakken 6 of hoger, dan wel • 4, 4 + 5 of 5 + 5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. Daarnaast is er • maximaal één tekort in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde Voldoende compensatie houdt in: het gemiddelde van alle vakken is 6.0 of hoger. Eén tekort is een 5, een 4 betekent twee tekorten. Van de vakken maatschappijleer en 2FM kan slechts één van beiden meetellen bij de berekening van de compensatie. 2. Op voorstel van de teamleider kan een leerling met een lijst die niet voldoet aan de eisen van categorie 1 in bespreking genomen worden in de rapportvergadering. Deze leerling moet in elk geval voldoen aan de volgende voorwaarde: • 4 overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie • 5+5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De beide onvoldoendes zitten in de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels of wiskunde; • 5+5, overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie. Daarnaast is er maximaal één tekort in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde; • 4 + 5, overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie. Het cijfer 4 is niet behaald op, Nederlands, Engels of wiskunde;
• 5 + 5 + 5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De compensatie is verdeeld over tenminste twee vakken. Daarnaast is er maximaal één tekort in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde; • 5 + 5 + 4, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De compensatie is verdeeld over tenminste drie vakken. Daarnaast is er maximaal één tekort in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde.
3. Op voorstel van de teamleider kan in uitzonderlijke omstandigheden een leerling alsnog besproken worden in de overgangsvergadering. Van Atheneum 4 naar Atheneum 5 1. Een leerling kan worden bevorderd naar Atheneum 5 indien de handelingsdelen voor LO en voor CKV met een Voldoende of Goed zijn afgerond en bovendien: • alle vakken 6 of hoger, dan wel • één maal 5, overige vakken 6 of hoger, dan wel • 4 , 4 + 5 of 5 + 5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde. 3 Op voorstel van de teamleider kan een leerling met een lijst die niet voldoet aan de eisen van categorie 1 in bespreking genomen worden in de rapportvergadering. Deze leerling moet in elk geval voldoen aan de volgende voorwaarde: • 4 overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie; • 5 +5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De beide onvoldoendes zitten in de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels of wiskunde;
33
• 5+5, overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde is; • 4 + 5, overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie. Het cijfer 4 is niet behaald op Nederlands, Engels of wiskunde ; • 5 + 5 + 5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De compensatie is verdeeld over tenminste twee vakken. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde ; • 5 + 5 + 4, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De compensatie is verdeeld over tenminste drie vakken. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde. Wordt een leerling in deze bespreking alsnog bevorderd, dan kan de vergadering aanvullende eisen stellen.
NB Voldoende compensatie houdt in: het gemiddelde van alle vakken is 6.0 of hoger. De vakken ANW en maatschappijleer tellen bij de berekening van de compensatie als een combinatiecijfer. Daarin tellen beide vakken even zwaar. Bij het bekijken van de tekorten worden maatschappijleer en ANW als afzonderlijke vakken beschouwd. Eén tekort is een 5, een 4 betekent twee tekorten. 1. Op voorstel van de teamleider kan in uitzonderlijke omstandigheden een leerling alsnog worden besproken in de overgangsvergadering.
34
Van Atheneum 5 naar Atheneum 6 1. Een leerling kan worden bevorderd naar Atheneum 6 indien de handelingsdelen voor LO en voor CKV met een Voldoende of Goed zijn afgerond en bovendien: • alle vakken 6 of hoger, dan wel • één maal 5, overige vakken 6 of hoger, dan wel • 4, 4 + 5 of 5 + 5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde. Voldoende compensatie houdt in: het gemiddelde van alle vakken is 6.0 of hoger. Eén tekort is een 5, een 4 betekent twee tekorten. 2. Op voorstel van de teamleider kan een leerling met een lijst die niet voldoet aan de eisen van categorie 1 in bespreking genomen worden in de rapportvergadering. Deze leerling moet in elk geval voldoen aan de volgende voorwaarde: • 4 overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie; • 5+5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De beide onvoldoendes zitten in de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels of wiskunde; • 5+5, overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde • 4 + 5, overige vakken 6 of hoger en onvoldoende compensatie. Het cijfer 4 is niet behaald op Nederlands of Engels of wiskunde; • 5 + 5 + 5, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De compensatie is verdeeld over tenminste twee vakken. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde;
• 5 + 5 + 4, overige vakken 6 of hoger en voldoende compensatie. De compensatie is verdeeld over tenminste drie vakken. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde.
en vervolgens gemiddeld. Het eindcijfer wordt afgerond op een geheel en wordt in de uitslagbepaling meegenomen. Het minimumcijfer per vak is 3,5. Scoor je lager dan 3,5 dan ben je gezakt. Overigens geldt voor alle vakken dat het eindcijfer niet lager dan een 3,5 mag zijn.
NB In Atheneum 5 spelen Maatschappijleer, ANW en Literatuur geen rol bij de overgang van Atheneum 5 naar Atheneum 6.
Slaag-/zakregeling Atheneum 6 Een leerling is geslaagd indien de handelingsdelen voor Lichamelijke Oefening (LO) en Culturele en Kunstzinnige Vorming (CKV) met een Voldoende of Goed zijn afgerond en indien is deelgenomen aan het rekenexamen en bovendien: • Het rekenkundig gemiddelde op de CE-cijfers (= behaalde cijfers centraal examen) minimaal 5,5 is; • Er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde; • Alle vakken 6 of hoger zijn; • Eénmaal 5, de overige vakken 6 of hoger zijn; • Eénmaal 4, 5 + 5 of 4 + 5, de overige vakken 6 of hoger zijn en er voldoende compensatie is. Voldoende compensatie houdt in: het gemiddelde van alle vakken is 6.0 of hoger. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde.
3. Op voorstel van de teamleider kan in uitzonderlijke omstandigheden een leerling alsnog worden besproken in de overgangsvergadering.
Slag-/zakregeling studiehuis en Montessori Slaag-/zakregeling HAVO 5 Een leerling is geslaagd indien de handelingsdelen voor Lichamelijke Oefening (LO) en Culturele en Kunstzinnige Vorming (CKV) met een Voldoende of Goed zijn afgerond en bovendien: • het rekenkundig gemiddelde op de CE-cijfers (= behaalde cijfers centraal examen) minimaal 5,5 is; • alle vakken 6 of hoger zijn; • éénmaal 5, de overige vakken 6 of hoger zijn; • éénmaal 4, 5 + 5 of 4 + 5, de overige vakken 6 of hoger zijn en er voldoende compensatie is. Voldoende compensatie houdt in: het gemiddelde van alle vakken is 6.0 of hoger. Hierbij geldt dat er maximaal één tekort is in één van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde. De vakken maatschappijleer, profielwerkstuk en literatuur vormen in het examenjaar een combinatiecijfer. Alle vakken tellen hierbij even zwaar. De cijfers voor de afzonderlijke vakken worden eerst afgerond op gehele cijfers
De vakken ANW, maatschappijleer, profielwerkstuk en literatuur vormen in het examenjaar een combinatiecijfer. Alle vakken tellen hierbij even zwaar. De cijfers voor de afzonderlijke vakken worden eerst afgerond op gehele cijfers en vervolgens gemiddeld. Het eindcijfer wordt afgerond op een geheel en wordt in de uitslagbepaling meegenomen. Het minimumcijfer per vak is 3,5. Scoor je lager dan 3,5 dan ben je gezakt. Overigens geldt voor alle vakken dat het uiteindelijke eindcijfer niet lager dan een 3,5 mag zijn.
35
Bovenbouw vmbo Groningen Zuid VMBO JAAR 3 EN 4
De leerling in het VMBO kiest in aansluiting op jaar 1 en 2 een leerweg die het beste bij hem of haar past. Elke leerweg heeft een eigen programma en een eigen karakter. De ene weg is vooral theoretisch, de ander meer praktisch en weer een ander zit er tussenin. Het VMBO Groningen Zuid biedt in aansluiting op het leerjaar 1 en 2 de volgende leerwegen aan: • de theoretische leerweg (TL); • de kaderberoepsgerichte leerweg (KB); • de basisberoepsgerichte leerweg (BB). In Groningen Zuid kunnen de leerlingen kiezen voor de theoretische leerweg of één van de twee beroepsgerichte leerwegen: de basis- of kaderberoepsgerichte leerweg. Binnen de laatste twee leerwegen kiezen de leerlingen vervolgens voor een specifieke opleiding: Techniek-breed, Grafimedia, Consumptief-breed, Handel & Administratie of Zorg & Welzijn-breed. Het VMBO in Groningen Zuid is gehuisvest in twee gebouwen. De leerlingen die kiezen voor de BB en KB krijgen hun onderwijs op de locatie Van Iddekingeweg. De leerlingen die kiezen voor TL gaan naar (of blijven op) de locatie Vondellaan. Het Zernike College heeft een breed aanbod van leerwegen en opleidingen. Op deze wijze staat het Zernike College garant voor een goede voorbereiding en doorstroom naar het middelbaar beroepsonderwijs (MBO). 36
Vondellaan De theoretische leerweg Deze leerweg geeft leerlingen de mogelijkheid door te stromen naar de hoogste niveaus van het MBO (niveau 3 en 4) of alsnog naar HAVO 4 over te stappen. In de afgelopen schooljaren is steeds meer dan 10% van de leerlingen vanuit de theoretische leerweg jaar 4 (TL) doorgestroomd naar HAVO 4. Voor veel leerlingen is het nog niet duidelijk welke keuze het meest geschikt is: MBO of HAVO. Daarom volgen alle leerlingen in jaar 3 het beroepsoriënterend programma waarbij de leerlingen op 11 middagen door het jaar heen workshops/lessen volgen op de verschillende MBO’s. Daarnaast volgen ze in jaar 3 twee beroepsoriënterende stages. Aan het eind van jaar 3 kiezen de leerlingen 6 vakken waarin ze examen gaan doen. Leerlingen die de doorstroom naar HAVO open willen houden, kiezen een extra examenvak. Voorwaarde is wel dat de leerling een 6,8 gemiddeld staat op de gekozen examenvakken. In jaar 4 volgt de leerling dan speciale keuzelessen die gericht zijn op de doorstroom naar HAVO en deficiënte kennis op sommige vakken (wi, en) bijspijkeren tot op gewenst niveau. Speciaal voor de creatieve leerling is er een apart profiel in jaar 3 en 4: Kunst en Media. Dit profiel bereidt specifiek voor op de MBO-opleiding Kunst Theater en Muziek (KTM) of CIBAP (vormgeving) en is bedoeld voor leerlingen die al weten dat ze deze richting willen en voor leerlingen die graag creatief bezig willen zijn. Na het profiel Kunst & Media kan er ook een andere MBO-opleiding gevolgd worden afhankelijk van de gekozen examenvak-
ken in jaar 4. Leerlingen volgen in jaar 3 en 4 het beroepsgerichte vak MultiMedia en Audiovisuele Vorming. In dit praktijkvak doet men ook examen. Daarnaast doen deze leerlingen verplicht examen in het vak tekenen.
Van Iddekingeweg Kader- en basisberoepsgerichte leerweg Het VMBO in Groningen Zuid biedt voor de basis- en de kaderberoepsgerichte leerweg vijf brede programma’s aan: Grafimedia, Techniek Breed, Consumptief, Handel en Administratie en Zorg & Welzijn. Binnen alle vijf opleidingen staat het leren zo dicht mogelijk bij de praktijk, binnen de school door de lesomgeving te laten lijken op de beroepspraktijk, en buiten de school in de vorm van de beroepsgerichte stages. De leerlingen lopen in de derde klas drie en in de vierde klas vier weken stage. bDit vormt een bron van ervaring waardoor ze een goed beeld krijgen van de beroepspraktijk. Hierdoor kunnen veel leerlingen beter een keuze maken voor de vervolgopleiding in het MBO.
Grafimedia De wereld wordt digitaal. Deze digitale wereld is het domein van onze jeugd. De grafische wereld gaat over
communicatie en media, niet alleen over gedrukte media, maar ook over nieuwe media. Het is voor de jeugd die zich oriënteert op haar toekomst, interessant om te weten dat binnen de opleiding Grafimedia veel veranderingen in de digitale wereld zijn opgenomen. In de afdeling Grafimedia staan digitale, geprinte en gedrukte media centraal. De leerlingen werken aan het ontwikkelen en maken van nieuwe media, zoals websites, digitale presentaties en multimedia producties. Bij de vakken vormgeven en multimedia en electronic prepress leren leerlingen o.a. het vormgeven van teksten en beeldmateriaal, het maken van lay-outs, het opmaken van complete pagina’s en het maken van websites. Bij het vak printmedia en afterpress worden affiches, folders, visitekaartjes en boekbanden gemaakt. Integratie van theorie en praktijk en het gebruik van ICT staan centraal binnen de afdeling Grafimedia. De combinatie van creativiteit met techniek geeft de afdeling een uniek karakter. 37
Techniek-breed
Consumptief-breed
Als leerlingen geïnteresseerd zijn in techniek, maar nog niet zo zeker zijn van hoe of wat, dan bieden wij veel mogelijkheden. Leerlingen oriënteren zich bij ons in allerlei richtingen binnen de techniek. Denk aan engineering en elektrotechniek of toegepaste ICT. Maar ook bijvoorbeeld aan werktuigbouwkunde. Leerlingen maken kennis met veel gereedschappen en technieken waarbij allerlei materialen door de vingers gaan in onze verschillende werkhoeken. Voor alle onderdelen geldt dat leerlingen leren ontwerpen en voorbereiden op de computer, om daarna verder te gaan met het uitvoeren, gebruiken en verbeteren.
De opleiding is gericht op het werken in de horeca, het toerisme en de voedingssector. Van het koken voor de gasten in een restaurant, het plannen en verzorgen van een reis voor jongeren tot het verzorgen van de catering in een groot bedrijf. Het gaat om heel verschillende werkzaamheden waarvoor een beroep wordt gedaan op verschillende talenten. Ambachtelijke vaardigheden als koken, bakken en serveren. Logistieke taken zoals plannen en organiseren. Sociale vaardigheden in de omgang met klanten, maar ook op het gebied van samenwerking. In de school is een echte bakkerij, een grootkeuken en een restaurant. Onze leerlingen leren daar koken, bakken en serveren. Voor echte klanten. Tijdens het leren werken de leerlingen met gasten en klanten. Hierbij krijgen de leerlingen een stuk verantwoordelijkheid. Dit draagt bij aan hun motivatie. De leerlingen krijgen veel praktijk, maar de theorie neemt ook een belangrijke plek in. De leerstof is opgedeeld in thema’s, elk thema in een apart werkboek, ondersteund met digitaal oefenmateriaal.
Handel en Administratie Enthousiaste vakdocenten bieden leerlingen commercieel-economische vakken in goed verzorgde praktijklokalen, zodat de leerlingen de kans krijgen om in theorie en praktijk hun talenten te ontwikkelen. Leerlingen werken met diverse computerprogramma’s gericht op dataverwerking bij vakken als boekhouden en bedrijfsrekenen. Ze doen vaardigheden en kennis op rondom eigentijdse thema’s zoals o.a. check-out, sales, goederenverwerking, marketing, inpaktraining, presentatie- en gesprekstechnieken. Creativiteit wordt ontplooid met winkeldesign, e-commerce, (instore-)communication, vormgeving, promotions, artikelpresentaties e.a. 38
Zorg en Welzijn Als leerlingen later in hun beroep mensen willen verzorgen, mensen mooi maken, het leuk vinden iets voor mensen te organiseren of mensen te assisteren bij allerlei dingen... dan is Zorg en Welzijn dé opleiding voor hen. Onze leerlingen werken gedurende twee jaren aan 12 casussen. Voorbeelden van casussen zijn: basisschool, kapsalon, gehandicaptenzorg, facilitaire dienst, woonzorgcentrum, buurthuis, sport en recreatie, gezondheidscentrum, ziekenhuis en activiteitenbegeleiding, woonbegeleiding voor jongeren, kinderdagverblijf en schoonheidssalon. Er wordt vier weken aan een casus gewerkt. Het is zowel theorie als praktijk. De leerlingen maken kennis met beroepen en kunnen op deze manier kijken wat ze leuk vinden en waarvoor ze geschikt zijn. In het derde jaar werken ze zowel in de grote als in de kleine keuken. Ook moeten de leerlingen gasten in ons restaurant bedienen. In het vierde jaar zijn er om de week kooklessen. Tijdens de opleiding lopen de leerlingen zeven weken stage, het liefst op verschillende plekken zodat ze een goede keuze kunnen maken voor een MBO-opleiding.
Toetsing
Veel praktische ervaring doen de leerlingen op tijdens stages in het midden- en kleinbedrijf tijdens het 3e en 4e leerjaar. Daarnaast wordt veel tijd en aandacht besteed aan de persoonlijke ontwikkeling en wensen van de leerling. Na het behalen van het examen biedt het MBO een uitgebreid scala van doorstroommogelijkheden.
Voor de leerstof en de wijze waarop dit getoetst wordt verwijzen we naar de jaarprogramma’s voor de leerjaren 1 t/m 2 VMBO en 1 t/m 3 HAVO /VWO. Een jaarprogramma van een vak kan in overleg met de schoolleiding eenvoudig aangepast worden op grond van actualiteit. De bovenbouwklassen hebben een Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) waarin de lesstof en de wijze van toetsing beschreven wordt. De regelgeving m.b.t de toetsing is opgenomen in de jaarprogramma’s en PTA’s. Alles wat betrekking heeft op de lesstof en de toetsing staat in de elektronische leeromgeving (ELO) van Magister. 39
Lestijden Lesuur: 1. 08.30 - 09.20 2. 0 9.20 - 10.10 Pauze 10.10 - 10.30 3. 10.30 - 11.20 4. 1 1.20 - 12.10 Pauze 12.10 - 12.35 5. 12.35 - 13.25 6. 1 3.25 - 14.15 Pauze 14.15 - 14.30 7. 14.30 - 15.20 8. 15.20 - 16.10
Overgangsnormen In het Eindexamenbesluit is beschreven hoe de uitslag voor het eindexamen bepaald wordt. Dit wordt ook wel de slaag- en zakregeling genoemd. Voor de eindexamenkandidaten staat hieronder de slaag- en zakregeling VMBO zoals die geldt voor het eindexamen van de leerlingen in de theoretische leerweg in 2014-2015. De rekentoets is verplicht en telt mee vanaf 2015-2016. Om te slagen moet in ieder geval aan vier voorwaarden worden voldaan. Voorwaarde 1: Het gemiddelde cijfer op het totaal van alle vakken waarin Centraal Eindexamen wordt afgelegd bedraagt onafgerond 5,5 of hoger. Voorwaarde 2: Het vak Lichamelijke Opvoeding (LO) is beoordeeld met ‘voldoende’ of ‘goed’. Voorwaarde 3: Kunstvakken 1 (CKV) is beoordeeld met ‘voldoende’ of ‘goed’. Voorwaarde 4: Het vak maatschappijleer 1 is afgerond in jaar 3 en telt mee als eindexamenvak Voorwaarde 5: De arbeidsoriënterende stage is beoordeeld met ‘voldoende’ of ‘goed’. 40
Voorwaarde 6: Voor het vak Nederlands mag het eindcijfer niet lager zijn dan een 5. Voorwaarde 7: Er is examen gedaan in het vak rekenen en het cijfer staat op de cijferlijst maar telt pas vanaf 2015-2016 mee in de uitslagregel. Daarnaast hangt slagen of zakken natuurlijk af van de eindcijfers die behaald worden. a voor alle vakken is het eindcijfer 6 of hoger geslaagd b één eindcijfer 5 en de andere eindcijfers 6 of hoger geslaagd c één eindcijfer 4, tenminste één eindcijfer 7 en de andere eindcijfers 6 of hoger geslaagd d twee keer eindcijfer 5, tenminste één eindcijfer 7 en de andere eindcijfers 6 of hoger geslaagd e een eindcijfer 4 en een eindcijfer 5 gezakt f een eindcijfer 4 en twee eindcijfers gezakt g etc gezakt Voor overgang van jaar 3 naar jaar 4 geldt de slaag/ zakregeling voor de vakken die in jaar 4 gevolgd worden. Aanvullende voorwaarde is dat het cijfer op de restvakken van jaar 3 (vakken die niet gekozen worden in jaar 4) gemiddeld een 5,5 is en dat afgeronde cijfers voor een enkel vak niet lager dan een 4 zijn.
Lessentabel bovenbouw VMBO KB / BB jaar 3 en 4 2015-2016 BB3
KB3
BB4
KB4
ne
2
3
2
3
en
2
2
2
3
du
(cb,hb)
ec
(cb,hb)
ma
2 2
2
1
2
3 3
ma2
#
wi
2
3
3
1
1
1
3
#
(tb,gm)
3
3
3
3
(zw)
3
3
3
3
2
2
2
3
3
3 3
(cb)
2
(cb)
1
cpk
(cb)
3
cpb
(cb)
3
3
3
cgs
(cb)
3
3
3
3
zwp
(zw)
5
5
8
8
zwt
(zw)
1
1
1,5
1,5
zwl
(zw)
4
4
zwd
(zw)
2
2
zwk
(zw)
1,5
1,5
tprk
(tb)
10
10
9
9
tict
(tb)
2
2
2
2
hwd
(hb)
4
4
4
4
hbr
(hb)
2
2
hbrb
(hb)
1
hth
(hb)
3
3
2
2
hsi
(hb)
2
2
2
2
hbo
(hb)
3
3
gmav
(gm)
4
4
3
3
gmvg
(gm)
3
3
2
2
gmpm
(gm)
5
5
6
6
ws
2
2
lo
2
2
2
2
kv1
1
1
ptm
4
ml
commercieel breed
hb
consumptief breed
zw
zorg en welzijn
tb
techniek breed
gm
grafimedia
1
bi ctt
cb
#
nsk1
cttb
één van de drie
3
3
rek
#
4 1
1
41
3
Leerlingbegeleiding Op het Zernike College staat de leerling centraal. Wij vinden een intensieve opvang en begeleiding van onze leerlingen vanzelfsprekend. Wij besteden veel aandacht aan de leerlingen bij wie het gaat om de begeleiding van het leerproces, van studie- en beroepskeuze en van de sociaal-emotionele ontwikkeling.
De mentor helpt leerlingen bij de gewenning aan de nieuwe school, afdeling of klas en met het aanleren van studievaardigheden. De mentor houdt studieresultaten van leerlingen bij en bespreekt deze met de leerling, lesgevende docenten en de teamleider. Ook voert de mentor klasse- en individuele gesprekken en helpt activiteiten als klasse-avonden en vieringen organiseren.
Mentoraat Alle leerlingen hebben een mentor. De mentor speelt een centrale rol in de communicatie tussen school, leerlingen en ouders en is in principe de vertrouwenspersoon van de leerling en de klas. In het lesrooster is een vast mentoruur opgenomen.
Teams De school werkt in alle leerjaren met teams die onder leiding staan van een teamleider. Met de mentoren vergaderen deze teams regelmatig over klassen en individuele leerlingen. Teamleiders stimuleren in hun team mogelijke onderwijskundige verbeteringen en vernieuwingen. Daarnaast verzorgen zij de communicatie tussen de teamdocenten. De teamvergaderingen en rapportvergaderingen vinden onder hun leiding plaats. Teamleiders organiseren de mentor- en docentenspreekavonden.
Decanaat Het Zernike College werkt met een decanaatbureau. Gesprekken over sector- of profielkeuze in de onderbouw, maar ook over studie- en beroepskeuze in de bovenbouw (loopbaanoriëntatie) worden in eerste instantie gevoerd met de mentor, met ondersteuning van het decanaat. Het decanaat informeert mentoren over opendagen, meeloopdagen en tal van andere zaken op het gebied van loopbaanoriëntatie en begeleiding (lob). Voor studiefinancieringszaken kunnen leerlingen en ouders ook bij het decanaat terecht.
42
42
Faalangstreductietraining en training sociale vaardigheid Deze worden in groepjes gegeven en starten bij voldoende deelname.
Dyslexie/dyscalculie De school heeft een duidelijk beleid voor leerlingen met dyslexie en dyscalculie. Alle nieuwe leerlingen nemen aan het begin van het schooljaar deel aan een screening dyslexie. Mocht er aanvullend onderzoek nodig zijn dan wordt een eigen bijdrage van € 100,- gevraagd van de ouders/verzorgers. Er is een dyslexieprotocol; dit staat op de site. Leerlingen kunnen reeds ondersteuning krijgen in het geval van rekenproblematiek. Ook kunnen ze in aanmerking komen voor faciliteiten, bijv. een aangepast rekenexamen.
Zorgadviesteam
Interne Ondersteunings Team (IOT) Het IOT van het Zernike College heeft als doel leerlingen in de ruimste zin van het woord te ondersteunen in hun leerproces. Dit kan didactisch van aard zijn, maar kan evenzeer sociaal- emotioneel dan wel gedragsmatig gericht zijn. Om dit te bereiken, kan er een beroep worden gedaan op orthopedagogen, zorgcoördinatoren, leerlingbegeleiders en remedial teachers. De mentor meldt in overleg met de teamleider en ouders een leerling aan bij het IOT. Op elke vestiging is een functionaris die de ondersteuning coördineert. Aan de werkzaamheden, uitgevoerd door leden van het IOT, zijn geen kosten verbonden.
In enkele gevallen komt het voor dat leerlingen geholpen moeten worden omdat zij niet goed kunnen functioneren op school ten gevolge van sociaal-emotionele problemen. De teamleider kan dan een beroep doen op het Zorgadviesteam (ZAT) bestaande uit deskundige interne functionarissen (de orthopedagoog, de ondersteuningscoördinator en de teamleider), evenals externe functionarissen (o.a. de schoolarts en de leerplichtambtenaar). Waar mogelijk bieden deskundigen hulp. Het team brengt op basis van deskundigheid een advies aan de teamleider uit. Het bespreken van leerlingen gaat altijd met toestemming van de ouders van de leerling. Een terugkoppeling van het advies van ZAT wordt met ouders besproken. In het schooljaar 20015-2016 wordt het ZAT geleidelijk aan vervangen door het schoolondersteuningsteam (SOT). Dit is een groep bestaande uit de ondersteu43
ningscoördinator en externe medewerkers (zoals de schoolarts, de leerplichtambtenaar en de contactpersoon van de gemeente) die op afspraak bijeenkomen om leerlingenproblematiek op elkaar af te stemmen.
de school levert en wat de school kan doen voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Het ondersteuningsprofiel is vanaf 1 oktober 2015 te vinden op onze site.
Interne vertrouwenscontactpersonen
Jeugdarts
Voor allerlei persoonlijke problemen (o.a. pesten, discriminatie, seksuele intimidatie en ongewenste intimiteiten) kunnen de leerlingen behalve bij de mentor ook terecht bij de vertrouwenspersonen van de school. Aan het begin van het schooljaar worden de namen van de interne vertrouwenscontactpersonen per locatie bekend gemaakt. Deze personen maken zichzelf bekend aan het begin van het schooljaar door de klassen te bezoeken.
De jeugdarts van de GGD ondersteunt de school, leerlingen en ouders bij zorgen op het gebied van sociaalemotioneel, psychisch en/of lichamelijk welzijn. De jeugdarts geeft voorlichting en advies, kan overleggen met andere partijen en doorverwijzen naar verdere hulp wanneer dat nodig is. De jeugdarts houdt regelmatig een spreekuur op elke schoolvestiging waar leerlingen uit zichzelf naar toe kunnen gaan of naar worden verwezen door mentor, teamleider of Zorgadviesteam. Wanneer ziekteverzuim (te) vaak of langdurig plaatsvindt, kan een leerling worden uitgenodigd op het spreekuur. Leerlingen en/of ouders kunnen ook zelf contact opnemen met de jeugdarts voor een vertrouwelijk gesprek via de balie van de GGD: 050-3674000. Data en tijdstippen van het spreekuur hangen in het gebouw.
Passend onderwijs Alle kinderen en jongeren in ons land verdienen een passende onderwijsplek. Dat geldt in het bijzonder voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Passend Onderwijs gaat over alle onderwijsvoorzieningen die kunnen bijdragen aan een succesvolle schoolloopbaan. Het heeft betrekking op alle kinderen en jongeren in de leeftijd tot 23 jaar. Het Zernike College maakt onderdeel uit van het Samenwerkingsverband Groningen en omgeving. De scholen voor regulier en speciaal onderwijs trekken hier samen op. We zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor alle leerlingen die in onze regio wonen. De scholen maken onderling afspraken over de extra ondersteuning voor leerlingen die dat nodig hebben. Een ondersteuningsprofiel beschrijft de voorzieningen die de school in huis heeft om een leerling een passende onderwijsplek te bieden. Het ondersteuningsprofiel geeft antwoord op de vraag welke basisondersteuning 44
Zorg voor Jeugd Onze school maakt gebruik van het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd Groningen. Dit is bedoeld om problemen bij kinderen en jongeren in de leeftijd van 0 – 23 jaar in een vroegtijdig stadium te signaleren en vervolgens de coördinatie van zorg te organiseren. Op www.zorgvoorjeugd.nu vindt u meer informatie over Zorg voor Jeugd Groningen.
Meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling Deze meldcode is een overzichtelijk vijfstappenplan waarin staat wat de professional het beste kan doen als er vermoedens zijn van huiselijk geweld of kindermis-
handeling. Onze school maakt gebruik van dit model. Op de website is hierover meer informatie over te vinden.
Leerplicht Alle kinderen in Nederland moeten worden voorbereid op de maatschappij en de arbeidsmarkt. Hiervoor heeft de rijksoverheid de leerplicht en kwalificatieplicht ingesteld. Door deze plichten moeten kinderen van 5 tot 18 jaar naar school totdat ze een startkwalificatie (HAVO-, VWO- of MBO-diploma niveau 2 of hoger) hebben gehaald.
Spijbelen en verzuim van school Als een leerling spijbelt of wegblijft van school zonder goede reden, overtreedt die de Leerplichtwet. Spijbelen of verzuim wordt gemeld via het verzuimloket. De leerplichtambtenaar van de gemeente waarin u woont nodigt de ouder en de leerling uit voor een gesprek. Op het Zernike College maken we gebruik van een leerplichtspreekuur. Leerlingen worden op dit spreekuur uitgenodigd als er sprake is van te vaak te laat op school komen. Bij beginnend verzuim tot maximaal 10 keer kan de leerplichtambtenaar naar Halt verwijzen. Door gebruik te maken van het leerplichtspreekuur proberen we dit te voorkomen. Het Zernike College maakt gebruik van de afspraak tussen leerplicht en GGD om bij leerlingen die meer dan gemiddeld ziekteverzuim hebben, deze leerling uit te nodigen op het spreekuur van de schoolarts. Het doel hiervan is om tijdig signalen die de schoolgang beperken in beeld te krijgen.
45
4
Cultuureducatie Cultuurprofielschool Wij vinden het belangrijk dat leerlingen vroeg in contact komen met kunst en cultuur onder andere omdat dit tot blijvende belangstelling voor kunst- en cultuuruitingen kan bijdragen. Van het Zernike College zijn de locaties Helperbrink en Kerklaan Cultuurprofielschool.
Culturele en kunstzinnige vorming in de onderbouw De leerlingen van jaar 1 tot en met 3 nemen deel aan de vakken drama, muziek en tekenen en in de Montessoristroom ook aan handvaardigheid. Binnen de vakken tekenen en handvaardigheid staat een bezoek aan een museum of een galerie voor beeldende kunst elk jaar op het programma. Alle leerlingen van jaar 1 en 2 bezoeken per schooljaar minimaal één culturele activiteit. Dit kan een toneelstuk op school, een workshop in een museum, een dansworkshop of een muzikale invulling zijn. In de Atheneumplusopleiding (Haren) en de Atheneum X-tra-opleiding (Zuidlaren) wordt het vak cultuur gegeven. Hier komen diverse thema’s aan bod. Deze worden zowel theoretisch als praktisch ingevuld.
Kunst en Cultuurstroom op het Montessori Junior College Op het Montessori Junior College kan gekozen worden voor de kunst- en cultuurstroom. Bij de k&c-stroom maak je kennis met heel veel vormen van kunst en cultuur, zoals muziek, drama, beeldende kunst, dans en architectuur. Ook ga je naar exposities, musea, voorstellingen en komen er mensen in je les om van alles te vertellen of iets te doen. Je hebt net als andere 46
leerlingen van de locatie Zernike Montessori twee uren (Ath/HAVO/TL) of twee uren (TL/KB) atelier. Bij de k&cstroom zijn de ateliers alleen anders ingevuld. Vorig jaar was er bijvoorbeeld een project met kunstenaars uit het Paleis: ‘Reizen met het Paleis’, over klassieke muziek en Urban Dance.
Culturele en kunstzinnige vorming in de bovenbouw HAVO en Atheneum Alle leerlingen van de bovenbouw HAVO en Atheneum volgen het vak ckv. Voor het vak nemen de leerlingen deel aan zes (HAVO), of tien (Atheneum) culturele activiteiten. Deze culturele activiteiten zijn verbonden aan een thema. De leerlingen gaan zowel binnen als
buiten school zelfstandig op zoek naar informatie over de culturele activiteiten en nemen er vervolgens (vaak zelfstandig) aan deel.
Kunstvakken op de bovenbouw HAVO/Atheneum In de bovenbouw van HAVO en Atheneum kunnen de leerlingen binnen het profiel cultuur en maatschappij en binnen de ‘vrije ruimte’ kiezen voor de vakken kunst beeldend, kunst drama en kunst muziek. De nadruk bij deze vakken ligt op het uitvoeren. Zo wordt elk kunstvak in het examenjaar afgerond met een eindexamenpresentatie. Daarnaast heb je ook het onderdeel kunst algemeen. Dit is theorie over de veschillende kunstdisciplines. In de bovenbouw VMBO kun je kiezen voor de vakken muziek en tekenen als examenvak.
Culturele en kunstzinnige vorming binnen het VMBO Binnen het VMBO Van Iddekingeweg wordt aandacht besteed aan: ‘Hoe verhoudt de leerling zich tot cultuur”. De leerlingen maken opdrachten vanuit het thema ‘Cultureel Zelfportret’. Er worden vier activiteiten op het terrein van Kunst en Cultuur georganiseerd: zoals toneel, dans, film/fotografie en beeldend. Binnen het VMBO Vondellaan krijgen de leerlingen in het derde jaar CKV. In dit jaar komt veel activiteitenaanbod dat met en door de leerlingen wordt georganiseerd. Voorbeelden zijn: ‘Beleef Groningen’, hierin worden culturele activiteiten als kunst op straat en de hofjes route georganiseerd. In de bovenbouw VMBO-TL kan de leerling kiezen voor het profiel Kunst en Media. De leerlingen krijgen het vak tekenen en grafimedia. Ieder jaar is er een excursie naar het Kröller-Muller museum of naar Beeld&Geluid
Muziekavonden Elk jaar organiseert het Zernike College een aantal muziekavonden waaraan leerlingen van alle locaties kunnen deelnemen. De Night of the Classic is gericht op klassieke muziek. Hier treedt onder ander het Night of the Classic-koor op, bestaande uit Atheneum bovenbouwleerlingen met muziek als eind- examenvak. De Grote Muziekavond is het podium voor pop en jazz. Op het Zernike College willen we muzikale talenten graag ondersteunen en begeleiden. Leerlingen die voor een muzikale vervolg opleiding kiezen, zitten in het Jong Talent Muziek programma (JTM). Omdat deze vervolgopleidingen werken met toelatingseisen, bieden we op school work- shops en masterclasses aan. De JTM presenteert zich tijdens het JTM-concert. Alle Zernike College-concerten (en optredens van onze schoolband XXL) worden opgenomen en zijn terug te kijken op www.youtube.com/zernikecollegemuziek. Om op de hoogte te blijven van onze activiteiten zijn we ook te volgen op www.facebook.com/muziek.zernikecollegemuziek.
Theaterproductie en theateractiviteiten Ieder jaar nemen leerlingen vanuit alle locaties, na een auditie, deel aan een grote theaterproductie. Van september tot april wordt op de vrijdagmiddag gerepeteerd en vervolgens zijn er vier uitvoeringen in het theater. De productie staat onder regie van een docent drama van het Zernike College. In de derde klas maken leerlingen bij drama een doelgroepenproductie die wordt uitgevoerd buiten de school. Er zijn bij drama vaak vakoverstijgende projecten, bijvoorbeeld in combinatie met het vak Engels is er een project rondom Shakespeare.
47
In de bovenbouw wordt een kindertheaterproductie gemaakt die wordt uitgevoerd voor de basisscholen in Haren.
Broodje Montessori Op het Montessori Junior College vindt regelmatig een door leerlingen georganiseerde activiteit plaats tijdens een vooraangekondigde pauze in de vorm van een muzikaal optreden of dramaproductie.
Afternoon Music Op de bovenbouwlocatie aan de Kerklaan presenteren de leerlingen uit de keuzeles muziek zich elke periode Afternoon Music. Deze optredens zijn openbaar, we verwelkomen ook graag vrienden en familie. Ook worden de optredens opgenomen en gepresenteerd op ons YouTube Channel.
CultuurMarathon Een cultureel programma in de onderbouw past bij een goede voorbereiding op de bovenbouw van de school. Zowel in het Studiehuis als in het VMBO is voor alle leerlingen het verplichte vak culturele en kunstzinnige vorming (CKV) opgenomen. Binnen dit kader past de CultuurMarathon, een driedaagse cultuur- en sportmanifestatie voor de leerlingen van alle Junior Colleges in Groningen, Haren en Zuidlaren. Leerlingen kunnen deelnemen aan ruim 200 workshops op het gebied van cultuur, theater, dans, muziek en sport. Ze kunnen ook deelnemen aan diverse excursies. Deze worden zowel binnen als buiten school georganiseerd. Aan het eind van de week vindt een spetterende eindpresentatie plaats. Projecten waaraan het Zernike College deelneemt: • kunstenaar op school; • Sound of Music-festival; • muziekprojecten die voortkomen uit de samenwerking met het Prins Claus Conservatorium en de Culturele Raad Haren;
• diverse projecten uitgaande van het aanbod van bijvoorbeeld het Groninger Museum, Noorderlicht, World Press Photo, Universiteitsmuseum en Grafisch Museum. • theaterprojecten die voortkomen uit het aanbod van het NNT of andere aanbieders, zoals het filmbedrijf ‘Andere vertoningen’. 49
50
5
Binnen- en buitenlandse activiteiten EXCURSIES Op onze school spelen excursies een belangrijke rol. Alle excursies vormen een vast en verplicht onderdeel van het onderwijsleerprogramma. Er zijn ook excursies voor bepaalde groepen, bijvoorbeeld bij studium generale / Erasmusproject. Ze worden in de lessen veelal grondig voorbereid. Hieronder treft u een lijst per leerjaar aan. • jaar 1 Atheneumplus: introductie- en kennismakingskamp Winsum; • jaar 1 Junior College Haren: (biologie) excursie Noorder Dierenpark Emmen; • jaar 1 Montessori Junior College: Excursie Noorder Dierenpark • Atheneumplus: Excursie Noorder Dierenpark Emmen • jaar 1 Montessori Junior College: excursie waddengebied; • jaar 1 Junior College Zuidlaren, (biologie) excursie naar Lauwersoog; • jaar 2, 3 Atheneum X-tra: bezoek aan de Tweede Kamer (eens per 2 jaar); • jaar 2, 3 Atheneum X-tra: excursie naar Polen (eens per 2 jaar); • jaar 3, 4 VMBO-TL: excursie naar Polen (eens per 2 jaar); • jaar 2 Junior College Haren: voor de kerstvakantie kerstmarkt Oldenburg; • jaar 1 en 2 Montessori Junior College, introductieen kennismakingskamp Eernewoude; • jaar 3 Montessori Junior College: introductiekamp Gasselternijveen; • jaar 2 VMBO Groningen Zuid: Kamp Appelscha (twee dagen); • jaar 4 VMBO Groningen Zuid: excursieweek (invulling volgt); • jaar 4, A/H Groningen Zuid (Vondellaan): buitenlandexcursie;
• HAVO 4, Atheneum 4: uitwisselingsproject internationalisering; • HAVO 4, Atheneum 4 en 5: deelname aan culturele activiteiten voor het vak CKV. • Bovenbouw Kerklaan: Disneyland • Onder en bovenbouw Kerklaan: Skireis • Atheneumplus Kerklaan: Kerstmarkt Bremen • Excursies tijdens Cultuurmarathon Kunstvakonderwijs leerlingen HAVO 4 en 5, Atheneum 4, 5, en 6: deelname aan georganiseerde en verplichte kunstactiviteiten op dans, theater, muziek, film en beeldend gebied waaronder een verplichte excursie voor de eindexamenleerlingen in verband met kunst algemeen.
Internationalisering In het kader van de internationalisering organiseert de school in Atheneum 4 en HAVO 4 twee uitwisselingsweken met 16 buitenlandse scholen. Deze vinden normaliter plaats in de week van voor de herfstvakantie (op bezoek bij de partnerschool) en in de week voor de meivakantie. In deze tweede week komen de buitenlandse leerlingen op bezoek bij onze leerlingen. Vanwege excursies op basis van uitwisseling kunnen de kosten van deze twee weken zo laag mogelijk gehouden worden. Er worden jaarlijks aparte ouderavonden over de excursies georganiseerd.
Activiteiten lichamelijke opvoeding Onder het motto ‘Gezond van lijf en leden’ organiseert de school jaarlijks onderstaande activiteiten: ijs en weder dienende een schaatstoertocht, de 4 mijl van Groningen, ploegachtervolging schaatsen in Kardinge, boogschieten, basketbal-, voetbal-, volleybal- en unihockeytoernooien, sportoriëntatie, oriëntatieloop, de Athenespelen en een buitenspelsportdag. 51
6
Algemene informatie Contacten basisscholen
Kennismakingsmiddag
De overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs is voor de leerlingen een ingrijpende gebeurtenis. Deze overstap moet zorgvuldig gebeuren. Het Zernike College heeft intensieve contacten met de basisscholen.
Geplaatste brugklasleerlingen ontvangen een uitnodiging voor de kennismakingsmiddag. De klassesamenstelling wordt dan bekendgemaakt en leerlingen maken kennis met hun aanstaande klasgenoten en mentor.
Open dagen
Introductiedagen
Op de open zaterdagen van het Zernike College kunnen ouders en toekomstige brugklasleerlingen een kijkje nemen op onze scholen. Elke school organiseert met haar eigen docententeam een informatieochtend. De data voor de open dagen staan voorin deze schoolgids vermeld.
In de eerste schoolweek volgen de leerlingen van jaar 1 onder leiding van de mentor een speciaal introductieprogramma. Doel daarvan is de leerling zo snel mogelijk te laten wennen aan de nieuwe omgeving: de medeleerlingen, de mentor, het onderwijs ondersteunend personeel, het gebouw en de wijk. Daarnaast krijgen ze uitleg over organisatorische zaken, bijvoorbeeld over het lesrooster en het invullen van de agenda.
Toelatingsbeleid nieuwe leerlingen jaar 1 Door het bestuur van Openbaar Onderwijsgroep Groningen (O2G2) wordt het toelatingsbeleid vastgesteld. Het vastgestelde beleid en procedures gelden voor de toelating en plaatsing op de Voortgezet Onderwijsscholen (VO-scholen)in de regio Groningen, Haren, Ten Boer en Tynaarlo. Dit is de regio voor het samenwerkingsverband Passend Onderwijs 20.01 (SwV PaOn VO 20.01). Uiterlijk 15 maart is de aanmelding binnen bij een school voor Voortgezet Onderwijs. Hierbij moet een volledig ingevuld Onderwijskundig Rapport (OKR) en (voor zover mogelijk) de hele plaatsingswijzer (in kleur) bij de school voor Voortgezet Onderwijs aanwezig zijn. In het OKR moet een goede en volledige onderbouwing staan van het schooladvies. Een inschrijving is pas compleet als het aanmeldingsformulier, het onderwijskundig rapport (OKR) en een ingevulde Plaatsingswijzer bijgevoegd zijn.
52
Lesuitval De gebouwdirectie zal om tussenuren te vermijden bij afwezigheid van een docent het lesrooster waar mogelijk aanpassen. De lessen in jaar 1 en 2 gaan zoveel mogelijk door. Een collega neemt ze over, tenzij het gaat om het eerste of laatste lesuur van de dag. Bij uitval van het eerste lesuur zal de telefoonpiramide in werking worden gezet. Om de normale voortgang van de lessen niet te verstoren, vindt het merendeel van de vergaderingen op donderdag- en vrijdagmiddag plaats.
Vakanties en vrije dagen Organisatiedag 28 augustus 2015 Herfstvakantie 19 t/m 23 oktober 2015 Kerstvakantie 21 december 2015 t/m 1 januari 2016 Organisatiedag 18 februari 2016 Krokusvakantie 29 t/m 4 maart 2016 Paasvakantie 28 maart t/m 1 april 2016 Koningsdag/Meivakantie/Hemelvaart 27 april t/m 6 mei 2016 2e pinksterdag 16 mei 2016 Zomervakantie 18 juli t/m 26 augustus 2016
53
7
Organisatie en communicatie INFORMATIEVOORZIENING AAN OUDERS Het Zernike College communiceert vooral via de digitale weg met ouders. Uitnodigingen voor ouderavonden worden per mail verstuurd. Ook kunt u per mail specifieke informatie ontvangen over bijvoorbeeld activiteiten in een bepaald leerjaar. Elke Zernike-locatie verzorgt ten behoeve van de informatieverstrekking aan de ouders een digitale nieuwsbrief, die frequent verschijnt. Ouders kunnen zich digitaal aanmelden.
LEERLINGENRAAD De leerlingenraden van de locaties van het Zernike College behartigen de belangen van de leerlingen binnen de school. De leerlingenraad is de spreekbuis voor alle leerlingen van de locatie. Elke leerling kan via de leerlingenraad zijn of haar ideeën kwijt.
OUDERCOMMISSIES Jaarlijks doet de school een oproep aan ouders om plaats te nemen in de oudercommissie van een locatie. Deze commissies komen geregeld bijeen om feedback op het onderwijs van het leerjaar of op de stroom/afdeling te geven met daarbij vaak hun zoon of dochter als informatiebron.
MEDEZEGGENSCHAPSRAAD In de Medezeggenschapsraad (MR) zitten in totaal 20 vertegenwoordigers uit alle geledingen: ouders, leerlingen en personeelsleden. De MR heeft op grond van de Wet Medezeggenschap Scholen (WMS) instemmings- dan wel adviesrecht in alle beleidszaken die de inrichting, organisatie en de kwaliteit van de school en het onderwijs betreffen. De MR heeft altijd de mogelijk54
heid om op onderdelen van beleid ongevraagd advies te geven en kan zich daarnaast altijd beroepen op het informatierecht. Formeel overlegt de MR met het bestuur van de school, het College van Bestuur van de Stichting O2G2. In de praktijk is de directie (de rector) in verreweg de meeste zaken gemachtigd om namens het bestuur te onderhandelen. Op bovenschoolniveau is er binnen het werkgebied van de Stichting O2G2 voor de scholen voor Voortgezet Onderwijs een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) actief. In de GMR komen schooloverstijgende beleidszaken aan de orde. Terugkoppeling van hetgeen in de GMR wordt besproken vindt plaats in de MR.
OUDERCONTACTAVONDEN Wij vinden het belangrijk om contact met ouders te hebben. Daartoe worden er jaarlijks algemene ouderavonden, mentor- en docentenspreekavonden georganiseerd.
OVERIGE CONTACTEN OUDER-SCHOOL Ouders kunnen op zelf gekozen momenten contact opnemen met de lesgevende docenten, de mentor, de teamleider of de vestigingsdirecteur. E-mailadressen zijn te vinden op de site www.zernike.nl. Omgekeerd zoeken docenten, mentoren en teamleiders zo nodig ook zelf contact met ouders.
INFORMATIEVOORZIENING GESCHEIDEN OUDERS Wanneer ouders gescheiden leven of gaan scheiden, kan het voor de school moeilijk zijn om te bepalen welke positie bij het verstrekken van informatie moet worden
ingenomen. De wet biedt hierbij een duidelijke richtlijn. De school is verplicht om beide ouders te informeren, dus ook de ouder/verzorger die niet met het oudergezag is belast. Als de niet-verzorgende ouder te kennen geeft ook door de school geïnformeerd te willen worden, worden hem/haar de schoolresultaten, de rapporten en de verwijzing naar het vervolgonderwijs van zijn/haar kind toegezonden. Alleen in zwaarwegende gevallen kan van deze richtlijn worden afgeweken. Als bijvoorbeeld via een gerechtelijke uitspraak is bepaald dat de ouder/verzorger die niet met ouderlijk gezag is belast, niet door de school mag worden geïnformeerd, moet hiervan het schriftelijk bewijs aan de schoolleiding worden overlegd.
TOEGANG TOT E-MAIL, WEBSITES EN HET SCHOOLNETWERK Alle leerlingen krijgen van de school een inlognaam, e-mailadres en wachtwoord. Dit is nodig om in te loggen op het netwerk Magister. Op de website van de school kunnen leerlingen gegevens vinden over de school, emailadressen van docenten, regelingen, belangrijke gebeurtenissen, het rooster, inloggen op Magister, etc. Inlognamen en wachtwoorden zijn in principe voor alle programma’s gelijk. Als docenten met leerlingen afspreken dat zij per mail vragen kunnen stellen of per mail iets moeten inleveren, dan geschiedt dit uitsluitend via het e-mailadres van het Zernike College.
SCHOOLREGELS De leerlingen krijgen bij aanvang van het schooljaar mondelinge en schriftelijke informatie over de schoolregels op hun locatie.
SCHORSING/VERWIJDERING VAN SCHOOL
Deze beslissing wordt meegedeeld aan de docenten, de leerling, de ouders van de leerling en de inspectie. Het bestuur kan een leerling definitief verwijderen. Ouders worden in dat geval in de gelegenheid gesteld de zaak van hun kant te belichten. Definitieve verwijdering gebeurt altijd in overleg met inspectie.
KLACHTENREGELING Onze school hanteert de klachtenregeling van de Openbaar Onderwijs Groep Groningen (O2G2). Deze regeling is te downloaden op www.openbaaronderwijsgroepgroningen.nl of via www.zernike.nl. De regeling is bedoeld voor iedereen die bij het onderwijs betrokken is: leerlingen, ouders en personeel. Zij kunnen een klacht indienen als zij ontevreden zijn over de manier waarop problemen behandeld zijn of als er sprake is van een of andere vorm van intimidatie of geweld. Tevens is er een externe vertrouwenspersoon aangesteld, te weten mevrouw D. Oxley, tel. 050-3688800.
MAATSCHAPPELIJK STAGE Op sommige vestigingen is de maatschappelijke stage onderdeel van het lesprogramma. Tijdens deze stage doen zij vrijwilligerswerk, bijvoorbeeld in een buurthuis of op een zorgboerderij. Zo kunnen leerlingen tijdens hun schooltijd een bijdrage leveren aan de samenleving. Maatschappelijke stage is een vorm van leren waarbij leerlingen in het voortgezet onderwijs vanuit school door middel van het doen van vrijwilligerswerk kennismaken met, en een onbetaalde bijdrage leveren aan, de samenleving. Tot vorig schooljaar was deze stage verplicht voor alle scholieren in Nederland, dat is nu niet meer het geval. Dit betekent dat we deze stage niet meer op alle vestigingen aanbieden.
De rector kan een leerling de toegang tot bepaalde of alle lessen ontzeggen voor ten hoogste een week. 55
BEROEPSCOMMISSIE Op het Zernike College bestaat de mogelijkheid om tegen een beslissing tot doubleren bezwaar aan te tekenen bij de Beroepscommissie. De belanghebbende kan bezwaar aantekenen als hij van oordeel is dat de overgangsvergadering procedureel onjuist heeft gehandeld, er omstandigheden geweest zijn die niet bekend waren tijdens de overgangsvergadering of dat de belangen in onvoldoende mate zijn afgewogen. Alleen de Beroepscommissie kan besluiten om een leerling te bevorderen terwijl er niet aan de overgangsnormen is voldaan. Er kunnen zich situaties voordoen die zo uitzonderlijk zijn dat ze een bijzondere behandeling en oplossing vereisen. Geen enkele overgangsnorm kan hierin voorzien; de Beroepscommissie beziet deze gevallen en kan besluiten tot een afwijking.
Een klein groepje leerlingen assisteert dagelijks de kantinebeheerders van de gebouwen bij het netjes houden van de kantine. Leerlingen leren op deze manier inzien hoe snel de omgeving van de school vervuilt wanneer etensresten en verpakkingsmateriaal achteloos worden weggeworpen. Bovendien leren ze de inspanning kennen die het kost om de school en omgeving schoon te houden.
BEDRIJFSHULPVERLENERS Elke locatie heeft bedrijfshulpverleners (BHV’er). Zij zijn opgeleid om bij ongevallen eerste hulp te kunnen verlenen, een beginnende brand te blussen, personen (ook niet-zelfredzame) in veiligheid te brengen en assistentie te verlenen bij de ontruiming van een gebouw.
ONTRUIMINGSOEFENING TEAMS De school werkt in alle leerjaren met teams die onder leiding staan van een teamleider. Met de mentoren vergaderen ze regelmatig over klassen en individuele leerlingen. Teamleiders stimuleren in hun team mogelijke onderwijskundige verbeteringen en vernieuwingen. Daarnaast verzorgen zij de communicatie tussen de teamdocenten. De teamvergaderingen en rapportvergaderingen vinden onder hun leiding plaats. Teamleiders organiseren de mentor- en docentenspreekavonden.
MILIEUDIENST Het Zernike College voert een bewust beleid om het afval van de school tot een minimum te beperken. Daartoe zijn de volgende maatregelen getroffen: de plastic wegwerpbekers zijn verdwenen; het eten in lokalen is niet toegestaan; op de schoolpleinen en in de gangen zijn extra afvalbakken geplaatst, verpakt snoep wordt, waar mogelijk, vervangen door losse artikelen. 56
Op elke locatie wordt jaarlijks minimaal één ontruimingsoefening georganiseerd die onder leiding staat van het hoofd bedrijfshulpverlening.
57
8
Kwaliteitszorg en Onderwijstijd Kwaliteitszorg is doen wat je belooft
Oordeel van de inspectie
Het Zernike College heeft een beleidsplan kwaliteitszorg met de titel ”Doen wat je belooft”. Het plan geeft richting aan de ambitieuze leercultuur en opbrengstgericht werken in de school, voor leerlingen én medewerkers. Naast goede cijfers zijn plezier in school, motivatie, betrokkenheid op elkaar én op de directe wereld om ons heen belangrijke opbrengsten van de school. De school heeft per vestiging én bovenschool een commissie kwaliteitszorg. Het draait hier vooral om kwaliteit in de klas en kwaliteit van de docent. We meten om de drie jaar de tevredenheid van medewerkers over het Zernike College als arbeidsorganisatie. De kritische opmerkingen uit dat onderzoek, bv. over onvoldoende faciliteiten, werkdruk en taakbeleid verwerken we in acties in het jaarplan van de school en de vestigingen.
Bijna alle vestigingen van het Zernike College hebben een basistoezichtsarrangement van de inspectie. Uitzonderingen vormen de vestigingen Vondellaan en Van Iddekingeweg. Er is een verbetertraject ingezet en de verwachting is dat in 2016 ook weer een basistoezichtsarrangement krijgen.
Verantwoording Een belangrijke maatstaf voor de kwaliteit van de school is dat ouders en leerlingen tevreden zijn over de school. Om de drie jaar meten we de tevredenheid met de vragenlijst uit Vensters voor Verantwoording. Met dit systeem laten we zien hoe we op twintig indicatoren als school ervoor staan. U kunt de gegevens van elke vestiging van het Zernike College op de site bekijken door op het icoon van Vensters voor Verantwoording te klikken. Het belangrijkste is dat we met ouders en leerling in dialoog zijn over wat zij van de school vinden. Dat doen we in oudercommissies, klankbordgroepen, leerlingraden en thema-avonden.
58
Eindexamenresultaten Van Schendelstraat
VMBO BB VMBO KB
96% 97%
Van Iddekingeweg
VMBO BB VMBO KB
100% 97%
VMBO TL
90%
Vondellaan
VMBO TL
94%
Zuidlaren
VMBO TL
100%
Westerse Drift
HAVO
81%
ATHENEUM 89%
Oordeel van derden Het Zernike College wil de talenten van al onze leerlingen maximaal benutten en ontwikkelen. Daarom beschikt de school over een aantal erkende profielen: - Montessori - Cultuurprofielschool - Technasium - Topsporttalentschool
Contact basisscholen en vervolgonderwijs Het Zernike College heeft een goede communicatie met de basisscholen. Wij informeren de scholen jaarlijks over ons onderwijs en over de resultaten van hun oud-leerlingen. Ook laten we ons informeren over hun aanpak en onderwijs. Wij krijgen informatie over de resultaten van onze leerlingen op het MBO, HBO en universiteit (beperkt tot propedeuse).
•D e school biedt een programma aan voor alle vierdejaars leerlingen van internationale uitwisseling met twaalf Europese steden. • De school biedt vakken aan zoals Spaans, Chinees, Russisch, (oriëntatie op) Cambridge Engels, wetenschap en cultuur, filosofie en drama. • De school heeft een intensief mentoraat in de onderbouw met extra aandacht voor de jonge leerlingen en een goede voorbereiding op beroep en vervolgstudie in de bovenbouw. • De school heeft duidelijke ondersteuningsprofielen per vestiging, waarin de basiszorg en extra ondersteuning staan omschreven voor leerlingen die dat nodig hebben.
Andere kwaliteitsgegevens van het Zernike College Het onderwijs heeft als eerste taak leerlingen in een veilige en geborgen omgeving uit te dagen om hun talenten te ontwikkelen en goed voor te bereiden op hun eigen toekomst in de samenleving. Het Zernike College vindt dat de kwaliteit van de school in meer aspecten schuilt dan alleen cijfers en resultaten. Wat doen we nog meer: • De school biedt onderwijs aan in een kleinschalige, veilige leeromgeving. • De school heeft voor veel talenten een opleiding: Montessori, VMBO-breed, Atheneumplus, X-tra, sportklas Zuidlaren, Technasium, kunst en muziek, sport, etc.
59
60
9
Schoolkosten Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap bepaalt de hoogte van het lesgeld. Alle andere kosten die in rekening gebracht worden, zijn gebaseerd op de kostprijs van de activiteit. Uitgaande van de principes van het openbaar onderwijs is de school van mening dat er geen financiële barrières mogen zijn om leerlingen te laten deelnemen aan het onderwijs. Bij alle plannen die gemaakt worden is steeds een aandachtspunt, dat het onderwijs betaalbaar moet blijven voor de ouders.
Burgerservicenummer Het Burgerservicenummer dient u zodra u uw zoon of dochter op school aanmeldt, door te geven aan de centrale administratie van het Zernike College, Postbus 149, 9750 AC Haren.
Schoolboeken Op basis van de huidige wetgeving worden de schoolboeken op dit moment zonder kosten ter beschikking gesteld. Als de betreffende wetgeving verandert heeft dit gevolgen voor de gratis verstrekking, omdat er dan een nieuwe situatie ontstaat. Aan het begin van het schooljaar worden de boeken meegegeven en aan het eind van het schooljaar in principe zonder kosten weer ingenomen. De schoolboeken moeten meerdere jaren worden gebruikt. De financiële vergoeding van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor schoolboeken staat niet toe deze jaarlijks te vervangen. Als bij de inname van een schoolboek / werkboek blijkt dat het beschadigd is, dan worden daarvoor kosten (boetes) in rekening gebracht. Schadegevallen zijn bijvoorbeeld: verlies, waterschade, ontbrekende pagina(’s), losliggende inhoud, beschreven pagina(’s), ezelsoren, etc. Vervanging van een verloren
schoolleerboek komt voor rekening van de leerling. Voor bovenbouwleerlingen van havo en atheneum (Montessori en het studiehuis) moet voor het vak wiskunde rekening gehouden worden met extra kosten voor de aanschaf van een grafische rekenmachine (ca. € 100,00).
Schoolfonds Het Zernike College biedt alle leerlingen een pakket met extra diensten en voorzieningen aan. Deze diensten behoren niet tot de reguliere onderwijsvoorzieningen en vallen niet binnen de bekostiging van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De school vraagt voor de bekostiging van de extra voorzieningen jaarlijks een vrijwillige ouderbijdrage. De schoolfondsbijdrage is een totaal bedrag en is bedoeld voor o.a. specifieke leerling- en ouderinformatie, sportactiviteiten, muziek en theateractiviteiten, cultuurkaart, studiekeuze materiaal, onderwijsgerelateerde beurzen en exposities, beschermende kleding practica , extra materiaal handvaardigheid en techniek, schoolfeesten en kerstvieringen, mediatheek en bibliotheekabonnementen, een ongevallenverzekering, en ouderbijeenkomsten. De excursiekosten zijn niet in deze bijdrage opgenomen. Zie onder schoolkosten op de website ook het Overzicht Vrijwillige Ouderbijdragen en de Overeenkomst Vrijwillige Ouderbijdrage.
61
Schoolkosten Zernike College 2015-2016
Dagexcursies binnenland / Algemene kosten/schoolfonds(vrijwillig) eindejaarsactiviteiten € 10,00 – 40,00 Fietsenstalling € 20,00 Specifieke leerling- en Huur messenset € 5,00 - 10,00 ouderinformatie € 12,50 Sportactiviteiten € 11,00 1. De cultuurkaart (inclusief Culturele Jongerenpas) Muziek- en theateractiviteiten € 6,00 is een digitale, persoonsgebonden kortingskaart Cultuurkaart 1 € 6,00 waarmee leerlingen op een toegankelijke manier in Studiekeuzemateriaal € 7,00 aanraking komen met allerlei cultuuruitingen. Het Extra handvaardigheid- en Ministerie van Onderwijs verstrekt deze kaart met techniekmateriaal € 6,00 ingang van het vorige schooljaar niet langer volledig Schoolfeesten en kerstviering € 6,00 gratis. Daarom subsidieert de Stichting Fondsenbeheer Onderwijs gerelateerde beurzen en Zernike College de cultuurkaart met € 4,- per leerling exposities € 6,00 en draagt ook de school bij aan de financiering hiervan. Beschermende practicakleding € 7,50 Mediatheek- en bibliotheekabonnementen € 10,00 Toelichting specifieke schoolkosten Ongevallenverzekering € 2,00 Ouderbijeenkomsten € 5,00 Kluisjes Onvoorziene activiteiten € 8,00 Leerlingen kunnen voor € 10,00 een schoolkluisje € 95,00 huren, afhankelijk van de beschikbaarheid. Aanvragen is mogelijk via de meldkamer op de betreffende locatie. Elke locatie vraagt € 15,00 borg, die bij inlevering van Specifieke kosten de sleutel en schoon achterlaten van het kluisje wordt Kluishuur € 10,00 terugbetaald. Op de Rummerinkhof en op de Van Introductieprogramma’s, afhankelijk Iddekingeweg is het huren van een kluisje verplicht. van locatie en klas, variërend € 5,00 – 75,00 Betaalpas € 5,00 Introductieprogramma’s Culturele week, jaar 1 t/m 3 € 28,00 Stroom Atheneumplus/Atheneum Elke vestiging heeft aan het begin van het schooljaar een X-tra, jaar 1 t/m 3 € 56,00 introductieprogramma om de leerlingen op informele wijze kennis met elkaar en met het nieuwe schooljaar te Breedtesport-Zuidlaren € 150,00 laten maken. De ouderbijdrage van deze positieve start Stroom Kunst & Cultuur € 45,00/75,00 van het schooljaar verschilt per locatie: Meerdaagse excursies binnenland buitenland € 180,00 275,00-325,00
62
Locatie Helperbrink Rummerinkhof Groningen-Zuid, Vondellaan, jaar 1 Groningen-Zuid, Vondellaan, jaar 2 en 3 HAVO/VWO 3 overige jaren Groningen-Zuid, Vondellaan, jaar 3 TL en 4 TL Zuidlaren jaar 1 Zuidlaren jaar 2 t/m 4 Atheneumplus, jaar 1 Atheneumplus, jaar 2 Groningen Zuid, Van Iddekingeweg jaar 3: GM, TB Groningen Zuid, Van Iddekingeweg jaar 3: C, CB, ZW
€ 75,00 € 58,00 € 15,00
K&C-stroom De K&C-stroom brengt bezoeken aan het Centrum Beeldende Kunst, Groninger Museum en andere musea, concerten en de workshops van kunstenaars en schrijvers.
€ 20,00 € 10,00 € 30,00 € 10,00 € 60,00 € 10,00 € 5,00 € 21,00
Betaalpas Leerlingen kunnen aan het begin van hun schoolcarrière (en bij verlies) voor € 5,00 een betaalpas kopen, die zij op elke vestiging tot een maximum van € 25,00 kunnen opladen. Deze pas is uniek, voorzien van een chip en barcode, en is noodzakelijk voor de betaling in kantines en kopieerwerk. De pas is op alle vestigingen gedurende de gehele schoolloopbaan bruikbaar. Culturele week, leerjaren 1 t/m 3 Voorafgaand aan de meivakantie wordt er een culturele (sport)week georganiseerd. Atheneumplus en Atheneum X-tra, leerjaren 1 t/m 3 Deze onderwijsniveaus kennen de zogenaamde plusactiviteiten, zoals lezingen, projecten en museabezoek.
Ouderbijdragen voor excursies In het onderwijsprogramma spelen excursies een belangrijke rol en deze zijn dan ook verplicht. De kleine excursiekosten dient u vooraf in één keer te voldoen, de buitenlandexcursie kunt u in één keer betalen voor de reis plaats vindt, maar u kunt ook deelnemen aan het Spaarfonds. Meerdaagse excursies binnenland/buitenland In de bovenbouw worden meerdaagse reizen georganiseerd. In het jaar voorafgaand aan de reis ontvangen de ouders meer informatie over de reis. Dagexcursies/eindejaarsactiviteiten Er vinden, met name, aan het eind van het jaar dagreisjes plaats. De kosten zijn afhankelijk van de georganiseerde dagtrip. Fietsenstalling Op de locatie Van Iddekingeweg is het huren van een fietsenstalling verplicht. Huur messenset Leerlingen Consumptief en Zorg & Welzijn moeten beschikken over een messenset. Deze sets worden centraal verstrekt.
63
Tegemoetkoming verdwijnt Vanaf schooljaar 2015-2016 vervalt de tegemoetkoming voor ouders. In plaats daarvan wordt het kindgebonden budget hoger. In december kunt u op www.toeslagen.nl lezen hoeveel kindgebonden budget u kunt krijgen.
en voor 1 december van het betreffende kalenderjaar ingeleverd te worden bij de school. De school declareert de tegemoetkoming rechtstreeks bij de dienst Sociale Zaken en Werk en brengt het bedrag in mindering op de ouderbijdrage.
Stichting provinciaal Groninger studiefonds
Participatiefonds gemeente Haren
Aanvragen voor een financiële bijdrage in de school- en/ of reiskosten voor het betreffende schooljaar kunnen bij de Stichting Provinciaal Groninger Studiefonds worden ingediend. Voor een toelage komen leerlingen of ouders in aanmerking, die in de provincie Groningen wonen en niet of slechts gedeeltelijk in staat zijn de studie te bekostigen. Inwoners van de gemeente Groningen kunnen niet voor een bijdrage uit het Provinciaal Studiefonds in aanmerking komen, omdat de gemeente Groningen een eigen regeling heeft. Telefonische informatie is aan te vragen via tel. 0503164321 en via de website: www.studiefondsgroningen.nl.
De gemeente Haren en vele andere gemeenten hebben het Participatiefonds opgericht om minder draagkrachtige Harenaren tegemoet te komen. Het Harener Participatiefonds is bedoeld voor Harenaren van 18 jaar en ouder, die leven op of even boven het bijstandsniveau en niet veel vermogen hebben. Wanneer u in het participatiefonds bent opgenomen, kunt u diverse vergoedingen ontvangen. U kunt bijvoorbeeld een bijdrage ontvangen in de kosten van het onderwijs en excursiekosten. Meer informatie is te vinden in de gemeentewinkel in Haren, tel. 050-5339911 en/of de website gemeente Haren: participatiefonds.
Tegemoetkoming ouderbijdrage schoolfonds gemeente Groningen Als jongeren naar school gaan kost dat geld, zoals voor leermiddelen en schoolgeld, maar ook voor een (vrijwillige) bijdrage voor het schoolfonds, een schoolexcursie, bijzondere activiteiten, e.d. Kosten die niet gemakkelijk op te brengen zijn wanneer u een inkomen heeft dat op het minimumniveau ligt. Daarom heeft de gemeente Groningen het fonds: ‘Tegemoetkoming Ouderbijdrage Schoolfonds’. Deze tegemoetkoming bedraagt voor het voortgezet onderwijs € 79,00 voor elke jongere t/m 17 jaar (zie ook de website: van de gemeente Groningen: tegemoetkoming ouderbijdrage schoolfonds). Bij de Gemeente Groningen is bekend wanneer u behoort tot de Groningers die voor deze tegemoetkoming in aanmerking komen. Voor iedere jongere ontvangt u een aparte brief. Deze brief dient zo spoedig mogelijk 64
Verzekeringen Voor alle leerlingen is een collectieve ongevallenverzekering afgesloten. Deze ongevallenverzekering dekt niet het verlies, diefstal of het vernielen van eigen leermiddelen of apparatuur, zoals een mobiel, rekenmachine of andere spullen. Ouders moeten hiervoor zelf een aanvullende verzekering afsluiten.
Schade en wettelijke aansprakelijkheid Het bevoegd gezag, de schoolleiding, de docenten en het onderwijsondersteunend personeel stellen zich niet verantwoordelijk voor de eigendommen van leerlingen in of nabij het schoolgebouw. Schade, veroorzaakt door leerlingen aan gebouwen en terreinen, meubilair, leermiddelen, verlichting, sanitair of op excursies, etc., wordt op de ouders van de leerlingen verhaald.
10
Zernike College: LOOT - School Het Zernike College is sinds 1 augustus 2008 LOOTschool. Een LOOT-school biedt topsporters faciliteiten om sport en studie op hoog niveau te combineren. De LOOT-status geeft de school mogelijkheden roosters aan te passen, lessen en/of proefwerken te verplaatsen, een extra herkansing te doen en zelfs af te wijken van de verplichte lessentabel.
65
Iedere locatie heeft zijn eigen LOOT-begeleider, die begeleiding op maat levert voor elke topsporter. De LOOTbegeleiders verstrekken alle benodigde informatie. Met ingang van het schooljaar 2014-2015 neemt het Zernike College geen nieuwe leerlingen aan met een LOOT-status en verwijst zij deze leerlingen naar de Topsport Talentschool Groningen, onderdeel van het Werkman College.
65
11
Busverbindingen Bereikbaarheid
Haren, Rummerinkhof 8
Alle locaties zijn prima te bereiken met het openbaar vervoer en terug te vinden op het bijgevoegde schema. Voor verdere actuele reisinformatie c.q. dienstregeling verwijzen wij naar: 0900-9292, www.9292ov.nl of www.qbuzz.nl.
Lijn 58, 54 halte Julianalaan NS Station Haren 4 min. loopafstand
Groningen, Helperbrink 30
Zuidlaren, Julianalaan 78
Lijn 650 halte Van Iddekingeweg Lijn 58 en 50 vanaf Groningen CS, halte van Iddekingeweg
Lijn 58 vanaf Groningen CS, Halte Laarwoud Lijn 5 vanaf Groningen CS, Halte Julianalaan
Groningen, Vondellaan 83 Lijn 2 en 650 halte P.C. Hooftlaan Lijn 5 halte Van Ketwich Verschuurbrug
Groningen, Van Iddekingeweg 140 Lijn 2 en 650 halte Jan Luykenstraat Lijn 50, 58 en 650 halte Van Iddekingeweg
Haren, Kerklaan 39 Lijn 50, 54 en 58 halte Dilgtweg
Voor routebeschrijvingen kunt u ook internet raadplegen: www.9292ov.nl en www.qbuzz.nl.