Schoolgids
2015 - 2016
Inhoud schoolgids 2015 - 2016
1 Woord vooraf Voorwoord van het Bestuur SCOH 2 Onze school 2.1 Waar staat de school voor? 2.2 Protestant Christelijke Identiteit 2.3 Privacy protocol 2.4 De kenmerken van onze school 2.5 ‘ONSchooltje’ 2.6 Naschoolse Opvang 2.7 Inschrijving 2.8 Toelating/Verwijdering 2.9 Uitwisseling ELD en VVE 3 Organisatie van de school 3.1 Indeling in groepen 3.2 Leerkrachten 3.3 Overblijven 3.4 Coaching/begeleiding van stagiaires 3.5 Nascholing 3.6 Op ontwikkelinggerichte gesprekken 3.7 Arbeidsduurverkorting 3.8 Extra vrije dagen groep 1 en 2 3.9 Zorgverbreding 3.10 Ziekte van leerkrachten 4 Sociale Veiligheid 5 Afspraken 5.1 Ziekte, verzuim 5.2 Vakanties 5.3 Verlof buitenschoolvakanties 5.4 Schoolregels 5.4.1 Kapstokregels 5.4.2 Binnengaan/verlaten school 5.4.3 Pesten op school 5.4.4 Schorsing/verwijdering 5.4.5 Kledingvoorschriften 6 Wat leren de kinderen op de school? 6.1 De Kerndoelen 6.2 Groep 1 6.3 Groep 2 6.4 Groep 3 6.5 Groep 4 6.6 Groep 5 6.7 Groep 6 6.8 Groep 7 6.9 Groep 8 6.10 Rapportage 6.11 Methoden 7 Leerlingenzorg 7.1 Leerlingenvolgsysteem 7.2 Leerlingbespreking 7.3 Leerlingen met specifieke behoeften 7.4 Passend Onderwijs 7.5 Leerlingen die meer aankunnen 7.5.1. Plusklas 7.6 Overgaan en doubleren 7.7 De overgangsregeling LGF of het ‘rugzakje’ 8 Het Onderwijskundig Rapport 9 Bijzondere activiteiten 9.1 Sport 9.2 Schoolreis en Kamp 9.3 Het goede doel 10 Ouders 10.1 Medezeggenschapsraad 10.2 Ouderraad Oranje Nassau school
5 6 7 7 7 8 8 9 9 10 11 12 12 12 12 12 13 13 13 13 14 14 14 14 14 14 14 15 15 15 15 15 16 16 17 17 17 17 18 18 19 19 20 20 21 21 22 22 22 22 23 26 26 27 27 29 30 30 30 30 30 30 31 ONS_schoolgids 2015-2016
3
10.3 Ouderhulp 10.4 Informatieverschaffing 10.5 Klachtenregeling 10.6 Info aan gescheiden ouders 11 Vertrouwenspersonen 12 Onderwijsondersteunende instellingen/ GGD-Jeugdgezondheidszorg 12.1 Natuuronderwijs 12.2 Cultuurmenu 12.3 Cultuurschakel 12.4 Lessen Dramatische en Muzische Vorming 12.5 GGD-Jeugdgezondheidszorg 13 Overige informatie
33 33 33 33 33 33 34
Bijlagen: A. De ONS en de cijfers B. De ONS en de kosten C. De ONS en de adressen D. De ONS en de toetsen E. De ONS en de jaarplanning
37 38 38 41 42
4 ONS_schoolgids 2015-2016
31 31 31 32 32
Oranje Nassau school
1 Woord vooraf Namens het team van de Oranje Nassau School bied ik u hierbij de schoolgids voor het nieuwe schooljaar aan. In deze schoolgids presenteren wij onze school. U vindt informatie over de doelstellingen en de wijze waarop wij deze doelstellingen realiseren in het onderwijs, de begeleiding, de organisatie en de zorg voor kwaliteit. Onze school kenmerkt zich door een prettige open sfeer, waarbinnen vertrouwen, respect, geborgenheid en hoge kwaliteit van het onderwijs wordt nagestreefd. De Bijbel is hierbij uitgangspunt: niet alleen kennis bijbrengen, maar ook leren over de zin en bestemming van het leven. Een harmonieuze sfeer op school creëren, waarbinnen elke leerling zich thuis voelt, is waar team, ouders en leerlingen elke dag hard aan werken. Deze schoolgids geeft informatie aan ouders die voor een schoolkeuze staan, maar is er ook voor ouders van wie de kinderen al op de Oranje Nassau School zitten. Verder vindt u meer informatie in het schoolplan en het jaarverslag, die op school ter inzage liggen. ‘Nieuwe’ ouders nodigen wij graag uit voor een bezoek. Dan kunnen wij hen nog meer over de school vertellen. Namens het team van de Oranje Nassau School, E. Onbag, directeur
Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
5
Voorwoord van het Bestuur. Een goede keuze... Het bestuur van de Stichting Christelijk Onderwijs Haaglanden heet u en uw kind(eren) van harte welkom op de Oranje Nassau School. Ouders die hun kind aan de zorg van het team van deze school toevertrouwen maken een goede keuze. Als bestuur dragen wij de eindverantwoordelijkheid voor onze scholen, dhr. E. Onbag is als directeur verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op de Oranje Nassau School. De SCOH beheert 31 scholen voor basisonderwijs, 4 scholen voor speciaal basisonderwijs, 1 praktijkschool en 2 expertisecentra. Deze scholen liggen in de gemeenten Den Haag, Rijswijk en Zoetermeer. Daarnaast is ook de Stichting Protestants Christelijke Peuterspeelzalen met ons verbonden. Deze stichting beheert 21 peuterspeelzalen, die allemaal dicht bij onze scholen liggen. In het geval van de Oranje Nassau School is dat peuterspeelzaal ONSchooltje). De SCOH wordt voor de beleidsmatige ondersteuning bijgestaan door het stafbureau SCOH. Alle SCOH-scholen zijn bijzondere scholen. Dit betekent, dat het Evangelie van Jezus Christus, zoals dat in de Bijbel staat beschreven, de basis voor ons handelen is. Daarom worden op onze scholen verhalen uit de bijbel verteld, zingen wij samen en vieren wij met elkaar de christelijke feestdagen. In de omgang met elkaar en met de kinderen proberen wij dit uit te dragen. Onze leerkrachten hebben aandacht voor de kinderen, ze zijn bij hen betrokken. Het gaat onze leerkrachten erom de kinderen te onderwijzen in een bonte mengeling van verschillen die er in de wereld zijn en elkaar daarbij te respecteren. De schoolgids vindt zijn oorsprong in de Wet op het primair onderwijs. Deze wet verplicht de scholen de ouders te informeren over het onderwijs en alle activiteiten die zich op de scholen afspelen. Over het onderwijs en alle andere activiteiten op de scholen kunt u als ouder ook meepraten en beslissen. Elke school heeft een Medezeggenschapsraad, waarin ouders en leerkrachten zitting hebben. Tevens kent SCOH een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De GMR houdt zich bezig met zaken die het niveau van de individuele school overstijgen. In deze schoolgids vindt u informatie over de Oranje Nassau School. U leest erin waar het schoolteam voor staat en u krijgt een indruk van al de activiteiten die zich in en om de school afspelen. Als bestuur hebben wij vertrouwen in de directie en het schoolteam. Zij zijn de eersten bij wie u terecht kunt met vragen en opmerkingen over het onderwijs aan uw kind(eren). Wij wensen uw kind(eren) op onze school een fijne tijd toe. Hoogachtend, G. van Drielen, Voorzitter College van Bestuur Postadres: Bezoekadres: Telefoon: Website:
Postbus 18546, 2502 EM Den Haag Laan van Meerdervoort 70, 2517 AN Den Haag 070 - 311 87 87 www.scoh.nl
6 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
2 Onze school De Oranje Nassau School, Christelijke School voor Basisonderwijs, is gehuisvest in de Weissenbruchstraat 119. Directeur van de Oranje Nassau School is de heer E. Onbag De Oranje Nassau School maakt deel uit van de Stichting Christelijk Onderwijs Haaglanden(SCOH). Op 1 oktober 2014 telde de Oranje Nassau School 241 leerlingen verdeeld over 10 groepen. In de school is tevens de peuterspeelzaal ‘ONSchooltje’ gevestigd. Ook de peuterspeelzaal ressorteert onder de Stichting Christelijk Onderwijs Haaglanden. 2.1 Waar staat de school voor? De Oranje Nassau School is een Christelijke school. Niet alleen kennis bijbrengen, maar ook leren over de zin en bestemming van het leven. We vertellen Bijbelverhalen uit de methode Trefwoord. Rond Kerst en Pasen zijn er projecten die uitmonden in de vieringen. De school streeft ernaar een sfeer te creëren waarbij wederzijds respect en vertrouwen zeer belangrijk zijn. Er zijn ouders die de school niet kiezen op grond van de Christelijke Identiteit. Bij de dagelijkse gang van zaken, wordt bij de invulling van het Christelijke element dan ook uitgegaan van het wederzijdse respect voor elkaar. 2.2 Protestant Christelijke Identiteit Samen staan voor waardevol onderwijs. Over de identiteit van de SCOH scholen: Het protestants-christelijke gedachtegoed is de basis van onze stichting en de scholen. Het is een belangrijk element in de onderlinge binding tussen mensen binnen de scholen en tussen verschillende scholen. We doen dat met respect voor andere opvattingen, zonder onze eigen opvattingen te verloochenen. Wij willen de protestants christelijke identiteit, onze gemeenschappelijke kracht en de bindende factor, versterken en uitdragen. De SCOH staat voor waardevol onderwijs. Onze identiteitsnotitie ‘Samen staan voor waardevol onderwijs’ vormt hierbij het kader van waaruit scholen werken. Er wordt op elke school in teamverband regelmatig gesproken en nagedacht over het thema identiteit in de breedste zin van het woord. Wat is nu eigenlijk het ‘bijzondere’ van protestants-christelijk onderwijs? De protestants-christelijke identiteit is het uitgangspunt van de school, dat wil zeggen dat het Bijbels Evangelie de inspiratiebron is voor het denken en handelen. In de praktijk blijkt dat uit een aantal zaken: 1. Oog hebben voor de wereld om ons heen, waarbij begrippen als gerechtigheid en vrede centraal staan. Respect hebben voor de ander en voor andere culturen en godsdiensten. 2. Naast de aandacht voor de cognitieve ontwikkeling van de kinderen is er ook altijd aandacht voor de persoonlijke ontwikkeling van de leerlingen. Elk kind, ieder mens moet in zijn/haar leven keuzes maken. Daarbij is het van groot belang van welke waarden en normen iemand uitgaat. Een protestantschristelijke school helpt leerlingen zoeken naar die waarden en normen, die vanuit de Bijbel worden aangereikt. 3. Op elke school van de SCOH vindt er aan het begin en aan het eind van de schooldag een moment van bezinning plaats, daarnaast worden de christelijke feesten gevierd. Waar mogelijk worden contacten onderhouden met de kerken en/of wordt deelgenomen aan wijkgerichte projecten. 4. Open staan voor contact met de ouders. Behalve via de medezeggenschapsraad stellen de scholen het op prijs dat de ouders ook op andere wijze betrokken zijn bij het onderwijs dat aan hun kind(eren) wordt gegeven. Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
7
2.3 Privacy Protocol van de SCOH/SPCP Sinds januari 2013 beschikt iedere school en peuterspeelzaal binnen de SCOH/SPCP over een privacy protocol. Dit protocol regelt de wijze waarop zorgvuldig en met inachtneming van alle wet– en regelgeving wordt omgegaan met alle gegevens van uw kind. Het volledige protocol is op school en peuterspeelzaal ter inzage. Op school en psz wordt veel vastgelegd als het gaat om de ontwikkeling van uw kind. De school/psz heeft daarin ook wettelijke verplichtingen. In het privacyprotocol vindt u belangrijke informatie over : · Wat wordt bewaard · Wie bewaart het · Hoe lang wordt het bewaard · Wie heeft toegang tot dit alles · Aan wie mogen welke gegevens verstrekt worden Schrijft u uw kind in bij ons op school of peuterspeelzaal dan kunt u direct een exemplaar van het privacyprotocol inzien. Wist u dat… • alle toetsresultaten van uw kind worden geregistreerd en bewaard? • dat ons Leerling Volg Systeem (LVS) en ons Leerling Administratie Systeem (LAS) gevuld zijn met gegevens die vallen onder de Wet Bescherming Persoonsgegevens • dat u als ouder altijd inzagerecht hebt in het dossier van uw kind • dat u daarvoor alleen maar een afspraak met de directeur of de peuterleidster hoeft te maken • dat u het recht heeft feitelijk onjuiste persoonsgegevens te laten veranderen • dat het toegangsbeheer nauwkeurig en zorgvuldig is vastgelegd 2.4 De kenmerken van onze school. Uitgangspunten en doelstellingen van onze school U hebt uw kind ingeschreven op de Oranje Nassau School of u gaat dat misschien binnenkort doen. U zult ervaren dat u daarmee een goede keus hebt gemaakt. We hebben op onze school veel aandacht voor de individuele mogelijkheden van ieder kind. Daarbij letten we niet alleen op de cognitieve ontwikkeling, maar ook op de sociaal-emotione¬le, de creatieve en de motorische ontwikkeling. We doen er alles aan om uit ieder kind te laten komen wat erin zit. We willen dat de kinderen iedere dag met plezier naar school gaan en op een fijne manier met elkaar omgaan en samen leren. Daartoe scheppen we een sfeer die veilig en vertrouwd is en waarbij ieder kind zich geaccepteerd voelt. We willen dat de kinderen zich mede verantwoordelijk voelen voor wat zich op school en in de maatschappij afspeelt. Door middel van deze uitgangspunten willen we de kinderen een basis geven, waar ze de rest van hun leven iets aan hebben. Vanuit onze eigen christelijke identiteit is de manier waarop Jezus omging met de medemens een richtsnoer voor ons handelen. Belangrijk daarbij is een respectvolle houding ten opzichte van andere culturen en godsdiensten. Leerkrachten, kinderen en ouders zijn er samen verantwoordelijk voor om deze visie te realiseren. Voor ons dagelijks handelen betekent dit schoolconcept dat wij: • werken aan een toenemende verantwoordelijkheid en zelfstandigheid bij onze leerlingen, • onze leerlingen leren leren, • het belangrijk vinden, dat leerlingen en leerkrachten elkaar respecteren en zorg voor elkaar hebben, • het van groot belang vinden, dat onze leerlingen leerprestaties leveren naar hun mogelijkheden, 8 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
• onze leerlingen ondersteunen en bemoedigen bij de uitdagingen waarvoor het onderwijs hen stelt, • veel aandacht besteden aan de kernactiviteiten van ons onderwijs (lezen, schrijven, taalvaardigheden, rekenen, sociale ontwikkeling), • uitgaan van individuele verschillen tussen leerlingen en daar ons onderwijs op afstemmen, • elkaar kunnen aanspreken op de kwaliteit van ons handelen ten aanzien van onze leerlingen. Op onze school werken we met jaarklassen. Het adaptieve onderwijs is blijvend in ontwikkeling. De leerlingen krijgen de stof op verschillende manieren aangeboden. Voor Zelfstandig Werken is een leerlijn uitgezet. Doordat naast het onderwijs ook van voorzieningen als de Peuterspeelzaal en de Naschoolse Opvang gebruik gemaakt kan worden, streven wij ernaar de ouders een stabiele en vertrouwde leeromgeving te bieden voor hun kinderen van 2 ½ tot het 12e levensjaar. 2.5 “ONSchooltje” Voor het eerst naar de peuterspeelzaal is voor een kind een belangrijke stap. Zodra een peuter op een peuterspeelzaal tussen andere kinderen speelt ziet de wereld er heel anders uit. Niet voor niets is ons motto ‘spelenderwijs naar de basisschool’. Spel is belangrijk, want door te spelen leren kinderen veel over zichzelf en anderen. Als peuterspeelzaal willen we een veilige en uitdagende plek bieden waar kinderen van 2 tot 4 jaar gestructureerde aandacht, professionele en deskundige begeleiding krijgen bij het individueel en samen spelen. Ook willen we aandacht schenken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling, taalontwikkeling, zelfredzaamheid, zelfstandigheid, motorische ontwikkeling, creativiteit en cognitieve ontwikkeling. Regelmatig werken we met thema’s, zoals : wat groeit en bloeit, verkeer, circus, de boerderij en ‘wie ben ik’. De groepen worden begeleid door vaste leidsters. In elke groep zitten maximaal 15 peuters. De peuterspeelzaal is elke dag geopend van 8.30 uur tot 11.30 uur en ’s-middags van 12.00 uur tot 15.00 uur. Inschrijven kan bij de leidsters tijdens of direct na de speeluren. 2.6 De Naschoolse Opvang Jonas van Triodus Voor de buitenschoolse opvang heeft onze school een samenwerkingsverband met kinderopvangorganisatie Triodus. Triodus behoort tot één van de drie grootste kinderopvangorganisaties in Den Haag en heeft ruim vijftig kindercentra waar dagelijks dagopvang en buitenschoolse opvang voor kinderen van 0 tot 12 jaar wordt verzorgd. Bij Triodus werken circa 475 enthousiaste en professionele medewerkers aan de beste opvang voor ruim 3.000 kinderen. De medewerkers van Triodus werken vanuit een unieke visie volgens een eigen Trioduspedagogiek. Die komt er in het kort op neer dat elk kind honderd manieren heeft om de wereld te ontdekken. Bij Triodus krijgen kinderen alle ruimte om zelf uit te vinden wat zij leuk vinden. Er wordt gezorgd voor een veilige en uitdagende omgeving, creatieve spelmaterialen en vakbekwame begeleiding. Bij Triodus krijgt elk kind alle vrijheid om zich in eigen tempo en op eigen kracht te ontwikkelen. Daarmee heeft Triodus een duidelijke visie op de rol van kinderopvang in Nederland; veel meer gericht op vorming en ontwikkeling dan op uitsluitend opvang. Het kindercentrum Jonas ONS van Triodus bevindt zich direct in ons school aan de Weissenbruchstraat 119. Daarnaast heeft Triodus ook een sport BSO Jonas SVC aan de van Brienenlaan 15 in Wassenaar. Voor meer informatie of vragen kunt u contact opnemen met de afdeling Verkoop en Service via (070) 312 00 10 of via
[email protected]. Kijk voor meer informatie over Triodus, kindercentrum Jonas en kindercentrum Jonas SVC op www.triodus.nl en www.triodus.nl/kindercentra/jonasbso-(ons)/ en www.triodus.nl/kindercentra/jonas-bso-(svc’08)/!
Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
9
2.7 Inschrijving Als uw kind tweeëneenhalfjaar is, mag het naar de peuterspeelzaal. Inschrijven voor de peuterspeelzaal kan bij de leidsters tijdens of direct na de speeluren. Vanaf 1 januari 2013 kunnen ouders hun kind nog maar bij 1 Haagse basisschool aanmelden. Dat geldt voor alle kinderen die geboren zijn op of na 1 oktober 2012 en die naar groep 1 gaan. De Haagse basisscholen en de gemeente hebben hierover afspraken gemaakt. Zo willen we het aanmelden duidelijker en eerlijker maken. De afspraken gelden ook voor onze school. Goed om te weten: • Als uw kind ongeveer 11 maanden oud is, krijgt u een brief. Met deze brief kunt u uw kind bij ons aanmelden. Belangrijk: neem de brief mee naar school. • Aanmelden kan vanaf de 1e verjaardag van uw kind tot en met 30 september daarna. • Aanmelden kan door een afspraak te maken met de directeur E. Onbag (070 - 328 06 47) • U krijgt een brief van ons met de bevestiging van uw aanmelding. • Woont u (nu nog) niet in Den Haag, maar kiest u wel voor een Haagse basisschool? U kunt uw kind dan zonder brief aanmelden. Dit kan na de 1e verjaardag van uw kind. Belangrijk: de school vraagt u dan om het burgerservicenummer. Al aangemeld? Is uw kind geboren op of na 1 oktober 2012 en heeft u uw kind voor 1 januari 2013 al aangemeld bij onze school? • Als u vóór 1 januari 2013 een brief van ons heeft ontvangen dat uw kind is toegelaten, dan heeft uw kind zeker een plek op onze school. • Als u vóór 1 januari 2013 geen bericht heeft ontvangen dat uw kind is toegelaten.dan moet u uw kind opnieuw aanmelden bij ons. Dit kan na de 1e verjaardag van uw kind. • Is uw kind geboren voor 1 oktober 2012 of gaat uw kind naar groep 2 tot en met 8? Dan gelden deze afspraken niet. U kunt contact opnemen met de administratie hierover. (070 - 328 06 47) Toelating Aanmelden bij onze school betekent niet altijd dat uw kind ook is toegelaten. Bij ons krijgen broertjes en zusjes van leerlingen, leerlingen die op onze peuterspeelzaal zitten en leerlingen die in de wijk Benoordenhout wonen, voorrang. Belangrijk om te weten: wij kijken alleen naar de toelatingscriteria. Het moment van aanmelden maakt niet uit als het maar uiterlijk 30 september is. Het is dus niet zo dat de eerste aanmeldingen meer kans maken dan de laatste aanmeldingen. Uiterlijk op 21 oktober na uw aanmelding hoort u of uw kind is toegelaten. Wij sturen u hier een brief over. Meer informatie over de afspraken over aanmelden in Den Haag: www.eenaanmeldleeftijd.nl Als uw kind vier jaar wordt mag het naar school. Voordat uw kind vier jaar wordt mag het, als het drie jaar en tien maanden jong is, op 2 wenochtenden met het onderwijs op onze school kennismaken. In een gesprek ontvangt u alle informatie om de start van de schoolloopbaan van uw kind goed te beginnen. Vast onderdeel is een rondleiding door de school. Bij de definitieve plaatsing wordt rekening gehouden met de op grond van de aanmeldingen gemaakte prognose. Blijkt dat op grond van de uiteindelijke instroom de prognose bijgesteld moet worden, doordat niet alle geplaatste leerlingen daadwerkelijk onderwijs aan onze school gaan volgen, dan behoudt de school zich het recht voor de plaatsing ongedaan te maken. U ontvangt hierover tijdig bericht. Het inschrijfformulier is te downloaden. (website: www.onsdh.nl) 10 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
2.8 Toelating/Verwijdering. Het Zorgprofiel van de Oranje Nassau School: Basisprofiel: De Oranje Nassau School biedt onderwijs aan leerlingen die kunnen voldoen aan de kerndoelen en referentieniveaus. Een belangrijk deel van onze leerlingpopulatie hoort tot de meerbegaafden. Op de meeste scholen, zo ook op de Oranje Nassau School, zitten leerlingen die lichte ondersteuning nodig hebben op het gebied van dyslexie, dyscalculie, faalangst enz. Grenzen aan zorg: 1. Verstoring van rust en veiligheid Als een leerling een onderwijs(zorg)behoefte heeft die ernstige gedragsproblemen met zich meebrengt, die leidt tot ernstige verstoring van de rust en de veiligheid in de groep. 2. Interferentie tussen behandeling/verzorging en onderwijs Als een leerling een onderwijs(zorg)behoefte heeft die een zodanige behandeling/verzorging vraagt dat daardoor zowel de zorg en de behandeling voor de leerling, als het onderwijs aan de leerling onvoldoende tot zijn recht kan komen. 3. Verstoring van het leerproces voor de andere leerlingen Indien het onderwijs aan een leerling met een specifieke onderwijs(zorg) behoefte een zodanig beslag legt op de tijd en aandacht van de groepsleerkracht dat daardoor de tijd en aandacht voor de overige (zorg)leerlingen in de groep onvoldoende of in het geheel niet kan worden geboden. 4. Gebrek aan opnamecapaciteit In het verlengde van de onder punt 3 beschreven situatie is de school niet in staat een leerling met een specifieke onderwijs(zorg)behoefte op te nemen, vanwege de zwaarte en het aantal zorgleerlingen dat al in een bepaalde groep aanwezig is. Per aanmelding zal de afweging moeten plaatsvinden of er voldoende zorgruimte is. 5. Idem In het verlengde van de onder punt 3 en 4 beschreven situaties is de school niet in staat een leerling met een specifieke onderwijs(zorg)behoefte op te nemen, vanwege het aantal leerlingen dat in een bepaalde groep voorkomt. Per aanmelding zal de afweging moeten plaatsvinden of er voldoende zorgruimte aanwezig is. 6. Benodigde middelen. De school is niet in staat om een leerling met specifieke onderwijs(zorg) behoefte aan te nemen, als voor het onderwijs/zorg benodigde middelen vanuit overheidswege ontbreken. In geval van daadwerkelijke zorggrensoverschreiding zal Oranje Nassau School in het kader van Passend onderwijs per kind een gericht schooladvies geven met eventueel een passend zorgarrangement. Men zal zich hierbij in de eerste instantie richten tot andere scholen binnen de SCOH en het Samenwerkingsverband WSNS 3502. Onze school staat open voor alle leerlingen (en hun ouders/verzorgers) die de uitgangspunten van onze school kunnen onderschrijven en respecteren en vallen binnen het Zorgprofiel. Tevens dient vastgesteld te worden of er door toelating naar verwachting geen ernstige verstoringen op het gebied van veiligheid of orde plaats zullen vinden. De school zal steeds voorafgaande aan toelating onderzoeken of er onderwijskundig, organisatorisch of wat betreft gebouw en ruimte, voldoende mogelijkheden en waarborgen bestaan om het kind, zowel op persoonlijk als op cognitief gebied, met succes het in het schoolplan beschreven onderwijs aan te kunnen bieden. Daarnaast zal bij derden worden nagegaan of er ernstige verstoringen op het gebied van veiligheid of orde en / of onderwijskundige problemen zijn te verwachten. Argumenten die leiden tot het niet toelaten van de leerling Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
11
zullen schriftelijk en met redenen omkleed aan de aanmeldende ouders/verzorgers worden bekend gemaakt. Binnen een termijn van zes weken kunnen de ouders bij het bevoegd gezag bezwaar maken tegen het besluit. Criteria, die bij de weigering apart en in samenhang een rol kunnen spelen zijn de volgende: • Groepsgrootte; • Deskundigheid personeel; • De school kan de gevraagde zorg niet bieden; • Beschikbaarheid personeel; • Samenstelling van de groep; • Er dreigt een ernstige verstoring van orde en rust; • Benodigde middelen; Gevergde aanpassing in de organisatie, de begeleiding en het onderwijs van de school zijn in redelijkheid niet te vergen, omdat er te weinig middelen beschikbaar zijn. 2.9 Uitwisseling gegevens ELD en VVE. In de Gemeente Den Haag is een samenwerkingsverband ontstaan tussen consultatiebureaus, peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en basisscholen met als doel kinderen die dreigen een taalachterstand op te lopen snel en goed in kaart te brengen en op de juiste manier hulp te bieden. In het kader van Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) is hiervoor een uitwisselingsplatform (UP) ingericht . Ook onze school doet hieraan mee. Wij doen dat omdat we hiermee alle kinderen nog beter kunnen helpen bij hun taalontwikkeling. Binnenkort zal ook onze school mee gaan doen met het Haags Elektronisch Leerling Dossier. Doel van dit ELD is de samenwerking tussen de verschillende instellingen (u moet dan denken aan de scholen, de centra voor jeugd en gezin, de jeugdgezondheidszorg, de politie) nog meer te versterken, zodat kinderen die dat nodig hebben niet tussen wal en schip raken. Wij zijn blij, dat we hieraan gaan meedoen, omdat we zo nog beter de zorg voor onze leerlingen kunnen vormgeven.
3 Organisatie van de school 3.1 Indeling in groepen De school telt 11 groepen: er zijn parallelgroepen voor groep 1/2, 3 en 5. In dit verband is het goed om aan te geven dat voor de indeling van alle parallelgroepen geldt dat, indien daar gedurende de schooltijd aanleiding toe is, leerlingen naar de andere parallelgroep overgeplaatst kunnen worden. U wordt hiervan dan vooraf op de hoogte gesteld. 3.2 Leerkrachten De school telt 18 leerkrachten. De meeste groepen wordt begeleid door meerdere leerkrachten. De oorzaak kan liggen in het feit dat: • De groep wordt begeleid door leerkrachten die niet full-time werken. • Er extra ondersteuning plaatsvindt in de groep. • Er vervanging noodzakelijk is door leerkrachten vanwege ziekte , compensatieverlof enz. Naast de lesgevende taak heeft ieder teamlid schoolspecifieke taken te vervullen. U kunt hierbij denken aan: • lid zijn van de Medezeggenschapsraad • organiseren van bepaalde festiviteiten • beheer van computers enz. 3.3 Overblijven De verantwoordelijkheid voor de organisatie van het overblijven bij ligt bij het bestuur en niet meer bij de ouders. Het overblijven moet plaatsvinden in een veilige en kindvriendelijke omgeving. De ouders blijven wel verantwoordelijk voor de bekostiging. 12 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
De school mag binnen het aangegeven kader zelf beslissen over de organisatievorm. In overleg met de MZR en de OR is besloten de huidige vorm te handhaven. Dit betekent dat ouders ingezet worden voor de begeleiding en het toezicht tijdens de lunch. Coördinatie zal blijven plaatsvinden vanuit de Ouderraad. De leerlingen van de kleutergroepen gaan om 11.30 uur, afhankelijk van de weersgesteldheid, spelen op het dakterras of in de gymzaal. Dit gebeurt onder begeleiding van drie vaste overblijfkrachten. Om 12.00 uur gaan zij eten. De leerlingen van de groepen 3 t/m 8. De leerlingen van groep 3/4/5 spelen buiten van 12.00 uur tot 12.30 uur en gaan dan naar binnen om te eten. Om 12.45 uur begint de les weer. De groepen 6, 7 en 8 eten van 12.00 uur tot 12.30 uur. Zij gaan dan naar buiten tot 12.55 uur. Hun lesprogramma begint om 13.00 uur. Op deze wijze wordt voorkomen dat er tegelijkertijd te veel leerlingen op het plein spelen. Incidenteel overblijven kan alleen indien bijzondere omstandigheden daar aanleiding toe geven en na overleg met dhr. Onbag. Alle leerlingen kunnen deelnemen aan de overblijfregeling. Nieuwe leerlingen kunnen zich bij aanmelding opgeven voor het overblijven. Van de leerlingen die aan de overblijfregeling deelnemen, wordt verwacht dat zij zich aan gemaakte afspraken houden. Mocht gedrag daartoe aanleidinggeven, dan wordt er contact opgenomen met ouders. In dat gesprek wordt aangegeven wat er aan het gedrag moet veranderen en binnen welke periode. Indien het gedrag van de leerling niet verbetert, gelden de volgende maatregelen: 1. Schorsing voor een week. 2. Indien het gedrag daarna niet verbetert, wordt het kind uitgesloten van het overblijven. Dit kan zijn voor een bepaalde periode of tot het einde van het cursusjaar. Ouders betalen voor deelname aan het overblijven een bedrag afhankelijk van het aantal kinderen uit hetzelfde gezin dat deelneemt.(zie bijlage B) Indien betaling achterwege blijft wordt het kind uitgesloten van deelname. Het bedrag moet binnen een maand nadat de rekening van ons is ontvangen overgemaakt zijn. 3.4 Coaching/begeleiding van stagiaires Studenten van de PABO worden door ons in de gelegenheid gesteld stage te lopen. Tevens wordt er stage gelopen door studenten SPW3/4, die ingezet worden als klassenassistent in de groep 1 t/m 4. Daarnaast zijn er leerlingen uit het voortgezet onderwijs die op onze school hun maatschappelijke stage uitvoeren. 3.5 Nascholing De school beschikt over een nascholingsbudget, waarvan leerkrachten, afzonderlijk of met het hele team, gebruik kunnen maken. 3.6 Op ontwikkeling gerichte gesprekken. Om de twee jaar worden er op ontwikkeling gerichte gesprekken gevoerd met de leerkrachten. Tevens vindt er klassenconsultatie plaats door de directeur. In het jaar 2015 vinden er voor het eerst beoordelingsgesprekken plaats. 3.7 Arbeidsduurverkorting Een aantal leerkrachten komt in aanmerking voor Compensatieverlof(de vroegere ADV). Dit houdt in dat een paar maal per jaar een leerkracht een aantal extra dagen vrij is buiten de reguliere vakanties. Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
13
3.8 Extra vrije dagen groep 1 en 2: Op een aantal vrijdagen verspreid over het jaar hebben de leerlingen van de groepen 1 en 2 extra vrij.: 12 voor de groepen 1/2. Dit kan omdat het totaal aantal uren dat de leerlingen wettelijk les moeten krijgen door ons wordt overschreden. De extra vrije dagen voor de groepen 1 t/m 2 zijn vastgesteld op de volgende vrijdagen: 11 september, 2 oktober, 6 november, 20 november, 11 december, 15 januari, 5 februari, 11 maart, 8 april en 3 juni. 3.9 Zorgverbreding Voor coördinatie van de zorg is 16 uur vrijgemaakt. De Intern begeleider, Mw.E.v.d.Boogaart, is coördinator van de zorg . Zij houdt zich bezig met de zorgverbreding in de school waaronder, opzet toetskalender, coördinatie gegevens leerlingenvolgsysteem, contact met collegae over aandachtsleerlingen, contacten met hulpverleners en scholen voor speciaal onderwijs.Mocht u contact met haar willen opnemen, dan kan dat op maandag en vrijdag.Op vrijdag is er een open spreekuur vanaf 9.00 uur. 3.10 Ziekte van leerkrachten Als er een leerkracht ziek is, wordt eerst nagegaan of er een invalkracht ingezet kan worden. Is dat niet het geval dan worden andere oplossingen gezocht: inzet leerkrachten die geen vaste groep hebben, opvangen van de groep door leerkrachten waarvan de groep een vakuur heeft, verdelen van de klas over de andere groepen. Invalkrachten worden ook verkregen via een aantal uitzendbureaus. Zoveel mogelijk wordt er naar een oplossing gezocht, waarbij de continuïteit van het onderwijs wordt gewaarborgd.
4. Sociale Veiligheid. Om tot leren te komen is het van groot belang dat leerlingen zich veilig weten op school. Onze school doet zijn best om een veilige omgeving voor de kinderen te creëren. Wij hebben hiervoor een aantal omgangsregels opgesteld. Aan het begin van elk schooljaar bespreken we deze regels met de kinderen. Als er in de loop van het schooljaar aanleiding toe is kunnen de regels bijgesteld worden. Omdat het gevoel van veiligheid zeer belangrijk is accepteren we niet dat ouders of leerlingen inbreuk op deze regels maken. In geval van agressie of geweld van leerlingen of ouders tegen leerlingen, personeelsleden of materiële zaken in de school hanteren wij daarom duidelijke regels: 1 Er wordt aangifte gedaan bij de politie. 2 Er wordt onderzocht of de leerling van school verwijderd moet worden of de ouder de toegang tot de school ontzegd moet worden. 3 Materiële schade zal worden verhaald. Onder agressie verstaan we iedere vorm van gedrag dat erop gericht is iemand lichamelijk of geestelijk te schaden. Als de agressie zich uit in een opzettelijke poging om ernstig lichamelijk letsel toe te brengen spreken we van geweld. Incidenten die met agressie of geweld te maken hebben worden door ons geregistreerd.
5 Afspraken 5.1 Ziekte, verzuim Bij verzuim dient u tussen 8.15 uur en 8.45 uur contact op te nemen met school. Tijdens de schooluren kunnen wij u moeilijker te woord staan. 5.2 Vakantierooster Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Paasvakantie 14 ONS_schoolgids 2015-2016
19 -10 t/m 23-10-15 21 -12 t/m 01-01-16 22 -02 t/m 26-02-16 25 -03 t/m 28-03-16 Oranje Nassau school
Meivakantie Zomervakantie
02-05 t/m 16-05-16 08-07 t/m 19-08-16
Vrije dagen hele school: Prinsjesdag 15-09-2015 Studiedagen team: 15 sept./19 febr./28 april/ 29 april/24 juni/ 27 juni Koningsdag 27-04-2016 De leerlingen zijn eerder vrij op: 18 december 11.45 uur 2 april 11.45 uur. 8 juli 11.45 uur De leerlingen van de groepen 1 /2 zijn vrij op de volgende vrijdagen: 11 september, 2 oktober, 6 november, 20 november, 11 december, 15 januari, 5 februari, 11 maart, 8 april en 3 juni. 5.3 Verlof buiten schoolvakanties Extra verlof om bijvoorbeeld buiten het drukke seizoen op vakantie te gaan of om langer bij familie in het buitenland te kunnen blijven, is niet mogelijk. Er zijn situaties waarin leerlingen wél verlof mogen opnemen. Maximaal 10 dagen per schooljaar. Ouders kunnen hiervoor alleen bij de schooldirecteur schriftelijk een aanvraag indienen. Uiteraard moet de ouder het belang van dit verlof kunnen aantonen. Er zijn duidelijke wettelijke richtlijnen voor het toekennen van dit verlof. Een aanvraag voor verlof voor een langere periode dan 10 dagen schooldagen moet rechtstreeks bij de afdeling Leerplicht ingediend worden. Hieronder staat voor welke situaties u verlof kunt aanvragen. 1 Verlofaanvraag vanwege gewichtige omstandigheden. 2 Bijzondere feestdagen. 3 Vakantieverlof vanwege het beroep van de ouders. 4 Sabbatical verlof. De landelijke regels voor het toekennen van dit verlof staan in de leerplichtwet. Alle schooldirecteuren interpreteren deze regels op dezelfde wijze. De verlofaanvraag moet vooraf bij de schooldirecteur worden ingeleverd door middel van het formulier ‘Verzoek vrijstelling schoolbezoek’. Dit formulier kunt u aanvragen op school of bij de afdeling Leerplicht (telefoon 070 353 54 54). Het formulier is ook te downloaden op www.denhaag.nl. Zowel de schooldirecteur als de leerplichtambtenaar behandelen en bestuderen de aanvraag zorgvuldig. 5.4 Schoolregels 5.4.1 Op school hanteren we een aantal zgn. ‘Kapstokregels’ 1. Voor groot en klein zullen we aardig zijn. 2. De school is van binnen wandelgebied. 3. We gaan zuinig om met de schoolspullen en houden de school netjes. Vanuit deze ‘Kapstokregels’ worden in elke groep afspraken nader uitgewerkt. 5.4.2 Afspraak over binnengaan en verlaten van de school Nadat de schoolbel is gegaan, gaan de leerlingen van de groepen 3 t/m 8 in de rij staan. De kleuters maken gebruik van de ingang bij de gymzaal. Voor hen geldt, dat de deur ’s morgens vanaf 8.20 uur openstaat. De leerlingen kunnen vanaf die tijd naar de desbetreffende groep gebracht worden. Leerlingen komen niet voor 8.15 uur en, indien ze niet overblijven, voor 12.40 uur op school. 5.4.3 Pesten op school In de school is een pestprotocol van kracht. Deze ligt ter inzage bij de directie en de groepsleerkracht.
Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
15
Het beleid t.a.v. het tegengaan van pesten is als volgt: In elke groep wordt gewerkt met de methode “De Kanjertraining”. Deze methode leert kinderen omgaan met de verschillen die er tussen kinderen zijn. In de bovenbouwgroepen wordt een pestprotocol ondertekend. Indien het gedrag van een individuele leerling aanleiding geeft tot het nemen van maatregelen, wordt er eerst gekeken naar de oorzaken van het pestgedrag. In overleg met ouders worden dan afspraken gemaakt met de leerling om dit negatieve gedrag tegen te gaan. 5.4.4 Gedragsformulier/schorsing/verwijdering. Mocht het gedrag van een leerling structureel problemen blijven geven, dan zal er een gedragsformulier worden ingevuld. Op dit formulier , wat samen met de leerling wordt ingevuld, wordt aangegeven wat het gedrag is wat moet verbeteren en binnen welke tijd. De directeur besluit in overleg met de leerkracht tot het invullen. De ouders worden vooraf op de hoogte gebracht als er gebruik gemaakt gaat worden van een dergelijk formulier. Mocht er na de aangegeven periode geen verbetering in het gedrag zijn opgetreden dan zullen er verdere maatregelen genomen worden. Hierbij kan men denken aan het voor een periode buiten de groep gezet worden. Als de school zelf vaststelt dat een leerling niet langer met succes het onderwijs op onze school (zoals verwoord in het schoolplan) kan volgen (door oorzaken in of buiten de leerling gelegen) of als er sprake is van ernstige verstoringen op het gebied van veiligheid of orde kan het bevoegd gezag (of bestuur) besluiten deze leerling te schorsen of te verwijderen. De beslissing wordt, nadat de groepsleerkracht en de ouders over het voornemen zijn gehoord, schriftelijk en met redenen omkleed door de algemeen directeur van de SCOH medegedeeld. Daarbij is het voor betrokken ouder(s)/verzorger(s) mogelijk om, binnen 6 weken na dagtekening, schriftelijk bezwaar aan te tekenen tegen dit besluit. Vervolgens beslist het bevoegd gezag (bestuur) binnen 4 weken op het bezwaar, maar zal wel de ouders eerst horen. Ook voor ons zijn dat nare maatregelen. Ons bestuur heeft dan wel de plicht om voor uw kind een andere school te vinden. Indien dit niet binnen acht weken lukt, dan is er op onze school voor uw kind definitief geen plaats meer. 5.4.5 Kledingvoorschriften. Met de komst van (kleding-)uitingen als hoofddoek en chador, en de daarbij behorende media aandacht, is het vraagstuk rondom kledingvoorschriften relevant en actueel geworden. Dit vraagt om duidelijk beleid met betrekking tot de toelaatbaarheid ervan op SCOH scholen. De SCOH is van mening dat er kledingvoorschriften voor leerkrachten ingesteld kunnen of mogen worden. Natuurlijk bestaan er al normen ten aanzien van kledinggebruik die niet op papier staan, maar wel vanzelfsprekend zijn. Dit geldt ook voor uitingen van onderwijsgevenden in woord en gebaar. Om duidelijkheid en uniformiteit te behouden is er een aantal criteria opgesteld waaraan gedragingen van het personeel getoetst kunnen worden. 1 Leraren mogen geen bijdrage leveren die strijdig is met de verwezenlijking van de statutair vastgelegde grondslag en doelstellingen van de Stichting SCOH. Dit zowel in woord als gedrag. 2 Kleding mag niet expliciet refereren aan een andere godsdienstige overtuiging dan het protestants christelijke (vb: dus geen: keppeltje, hoofddoek, chador, etc.). 3 Kleding mag niet onhygiënisch zijn. 4 Kleding mag niet aanstootgevend zijn. 5 Kleding mag geen statement zijn dat in verband gebracht kan worden met discriminatie op ras, kleur, geaardheid, sexe of politieke overtuiging. 6 Kleding mag de veiligheid van de leerkracht zelf en anderen niet in gevaar brengen. 7 Kleding mag niet disfunctioneel zijn (i.c. het vervullen of uitoefenen van een taak of functie belemmeren). De punten vermeld onder 3 t/m 7 gelden eveneens voor de leerlingen. 16 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
6 Wat leren de kinderen op school? 6.1 De Kerndoelen/Referentieniveau In de Wet Primair Onderwijs staat welke vakken de kinderen moeten leren. Bij elk vak zijn kerndoelen aangegeven. Wij hebben bij de kerndoelen zorgvuldig een methode gekozen. In die methode staat dan in ieder geval de verplichte leerstof. De leerkracht deelt het schooljaar in en zorgt ervoor dat alle leerstof behandeld wordt. Dit wordt in het begin van het jaar met de ouders besproken. Aan het eind van de basisschool hebben alle kinderen de verplichte leerstof gehad. Sommige kinderen lukt dat niet. Daarover leest u straks meer. Referentieniveau taal en rekenen. Om de prestaties van leerlingen op het gebied van taal en rekenen te verbeteren, zijn richtlijnen ontwikkeld. In deze richtlijnen staat omschreven wat leerlingen moeten kunnen en kennen op bepaalde momenten in hun schoolcarrière. Deze richtlijnen zijn de zogenaamde referentieniveaus. Alle richtlijnen samen vormen het referentiekader voor taal en rekenen. Een kind moet aan het eind van de basisschool bijvoorbeeld weten wat bij rekenen de noemer en deler van een breuk is. Of: aan het eind van het voortgezet onderwijs kan een leerling een gesproken tekst begrijpelijk samenvatten. Er wordt van uitgegaan dat de leerlingen zich op school de leerstof eigen kunnen maken. Het meegeven van huiswerk is pas structureel vanaf groep 6. Incidenteel kan het voorkomen dat leerlingen uit lagere groepen, na overleg met ouders, werk mee naar huis krijgen. Maar eigenlijk vinden we dat kinderen op school komen om te leren. Thuis moeten ze kunnen spelen. Computeronderwijs. De ONS beschikt over een computernetwerk. Alle groepen maken gebruik van digitale schoolborden. De computers worden bij verschillende vakken ingezet, o.a. bij het lezen en rekenen. Hieronder wordt per groep een beknopt overzicht gegeven van de behandelde leerstof. 6.2 Groep 1 In groep 1 ligt het accent op samen spelen, het met elkaar dingen doen, het samen ontdekken en het samen genieten. Ook het leren luisteren en het omgaan met elkaar is belangrijk. In deze groep gebeurt dat voornamelijk in kringsituaties en in diverse hoeken: de poppenhoek, de bouwhoek, de leeshoek en de spelletjes-, knutsel- of luisterhoek. Bij deze activiteiten werken de kleuters met het ontwikkelingsmateriaal, krijgen ze creatieve opdrachten en zijn er lessen in de gymzaal. Buiten spelen is zowel motorisch als sociaal van belang. De aangeboden activiteiten worden regelmatig geplaatst in het kader van een bepaald thema. Voorop staat dat het kind zich gelukkig voelt en met plezier naar school gaat. 6.3 Groep 2 In groep 2 komt naast het creatief bezig zijn de voorbereiding op het latere Taal-, en Rekenonderwijs aan de orde. Er wordt een overstap gemaakt van algemeen motorisch bezig zijn naar het voorbereidende Schrijfonderwijs. De natuurlijke bewegingen worden hierbij geoefend. Bij mooi weer spelen de kinderen buiten. In de gymlessen wordt verdere aandacht besteed aan de motorische ontwikkeling. De sociale ontwikkeling is nu meer gericht op samen werken, zelfstandig werken en samen problemen oplossen. We zorgen ervoor dat de kinderen zoveel mogelijk nog kleuter mogen zijn. We voorkomen dat in groep twee alvast wat geleerd moet worden dat eigenlijk in groep drie thuishoort. Maar als we oefeningen geven, doen we dat wel volgens een methode. In groep 2 werken we naast vaste thema’s ook met verschillende projecten. Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
17
Op een aantal middagen werken de leerlingen klassendoorbrekend. Dit houdt in dat de leerlingen van de diverse groepen worden ingedeeld naar leeftijd, zodat er nog meer specifiek op niveau gewerkt kan worden. De oudsten krijgen dan bijv.opdrachten die te maken hebben met vaardigheden die ze in de volgende groep (groep 3) nodig hebben. 6.4 Groep 3 In deze groep komt voor het eerst het Aanvankelijk Lees -en Taalonderwijs aan bod. Hiervoor wordt de landelijk bekende methode ‘Veilig leren lezen’ gebruikt. In deze globaalmethode worden letters en lettergroepjes ontdekt. Door middel van wisseloefeningen worden deze weer opgebouwd tot nieuwe woorden. In de tweede helft van het schooljaar wordt naast de bovengenoemde methode de spellingmethode en het onderdeel Woordspel van ‘Taalactief’ gebruikt. Aan de hand van de realistische rekenmethode ‘Wereld in getallen’ vindt er een grondige verkenning van de getallenstructuur tot en met 20 plaats. Het optellen en aftrekken tot en met 10 wordt in groep 3 zoveel mogelijk geautomatiseerd. Uiteraard is er ook ruimte voor de creativiteit (vakken als Tekenen, Handvaardigheid, Muziek) en Spel. Er wordt begonnen met Natuuronderwijs, Verkeerslessen en het vak Bevordering Gezond Gedrag. Bij het Schrijfonderwijs werken de leerlingen eerst met potlood, later met vulpen. De praktijk heeft uitgewezen dat dit een goed en duidelijk handschrift bevordert. Voor de linkshandigen is er een vulpen voor linkshandigen. Voor leerlingen met een krampachtige schrijfhouding, kan een speciale pen worden aangeschaft. Wanneer de vulpen kapot gaat of kwijtraakt, kunt u via de school een vulpen kopen. 6.5 Groep 4 In dit schooljaar wordt veel tijd aan Rekenen, Taal en Lezen besteed. Binnen het rekenonderwijs wordt kennis gemaakt met nieuwe onderwerpen als optellen en aftrekken over het tiental en tafelsommen. De stof uit groep 3 wordt geautomatiseerd en de kinderen leren inventief om te gaan met rekensituaties. Tevens komen de tafels van 1 t/m 10 aan de orde, het klokkijken en oriënteren de kinderen zich op getallen tot 100. (o.a. met behulp van het honderdveld.) Het lezen neemt een belangrijke plaats in ons onderwijs in. Wij gebruiken hiervoor de technisch leesmethode Timboektoe. Naast het lezen in de eigen groep, lezen we ook in niveaugroepen. Daarbij vindt het begrijpend lezen voortgang. Onze school werkt met de nieuwste versie van de taalmethode Taal Aktief. Bij de taalmethode werken we met thema’s. Met deze methode kunnen kinderen werken op hun eigen niveau. Tijdens de taallessen worden de volgende onderdelen behandeld: taalverkenning, woordenschat, spreken, luisteren en stellen. Bij de spellinglessen worden spellingregels- en categorieën aangeboden. In deze groep ligt de nadruk o.a. op weetwoorden,3 medeklinkers aan het begin of aan het eind van een woord. Ook komen de gesloten en open lettergreep aan de orde. Woordenschat is een aanvulling en verdieping op het onderdeel woordenschat uit de methode. Het Begrijpend Lezen vindt een aanvang met de introductie van de methode ‘Tekstverwerken’. Bij de verkeerslessen staan de regels in het verkeer centraal. Ook hebben wij praktijklessen op het schoolplein, hier leren de kinderen op hun eigen fiets omgaan met allerlei regels. Verder zijn er de vakken zoals wereldoriëntatie en tekenen. De vakken gym, muziek en drama worden gegeven door een vakleerkracht. 18 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
6.6 Groep 5 Het lezen neemt een belangrijke plaats in in ons onderwijs. Naast het lezen in de eigen groep, lezen we ook in niveaugroepen. Daarbij vindt het begrijpend lezen doorgang. Elke leerling houdt dit jaar een boekbespreking, waarbij verteld wordt over een zelf gekozen boek. We gebruiken de methode Blits voor lessen in studievaardigheden. De nieuwe taalmethode Taal Aktief bestaat uit: taal, spelling en woordenschat.Bij de taalmethode werken we volgens thema’s. Met deze methode kunnen kinderen werken op hun eigen niveau. Tijdens de taallessen worden de volgende onderdelen behandeld: taalverkenning, woordenschat, spreken, luisteren en stellen. Bij de spellinglessen worden spellingregels en categorieën aangeboden. In deze groep ligt de nadruk op de open- en gesloten lettergrepen. Woordenschat is een aanvulling en verdieping op het onderdeel woordenschat uit de methode. Bij het rekenen blijft het hoofdrekenen , de tafels en het handig rekenen erg belangrijk. Rekenautomatismen zullen plaatsvinden tot de duizend. Het samen zoeken naar diverse oplossingsstrategieën neemt een belangrijke plaats in. Het 2e deel van het jaar wordt er gestart met cijferend rekenen. Bij aardrijkskunde komen onderwerpen aan de orde als: legenda’s lezen, de plattegrond, wonen en werken, reizen en vervoer. Bij geschiedenis is ons uitgangspunt de geschiedenis van het kind zelf, zijn familie, zijn omgeving. Bij de verkeerslessen staat de fietser centraal. Voor de vakken gym, muziek en drama hebben we een vakleerkracht. 6.7 Groep 6 Op taalgebied wordt in groep 6 doorgewerkt met de onderwerpen die in groep 5 aan bod zijn geweest. Deze worden herhaald en verder uitgediept. Het taalkundig ontleden gaat verder naar het verdelen van zinnen in de volgende woordsoorten: werkwoorden, lidwoorden, voorzetsels, zelfstandig naamwoorden en bijvoeglijk naamwoorden. Bij het redekundig ontleden komen de persoonsvorm, het onderwerp en het gezegde aan de orde. Bij spelling komen bekende en nieuwe spellingscategorieën aan bod. De bekende spellingscategorieën worden uitgebreid met nieuwe woorden. Het ei- en au- verhaal worden in groep 6 vervangen door een ei- en au- web. Een web die de leerling ondersteuning biedt bij het schrijven van woorden met ei/ij en au/ou. Op het gebied van rekenen wordt er veel aandacht besteed aan het cijferend vermenigvuldigen en cijferend delen. Deze manier van rekenen wordt langzaam opgebouwd waarbij de leerlingen uiteindelijk de meest verkorte oplossingsstrategie kunnen uitvoeren. Verkenning en oefening van het rekenen met breuken speelt ook en belangrijke rol binnen het rekenonderwijs in groep 6. Via betekenisvolle situaties, zoals het eerlijk verdelen van een pizza, oefenen de leerlingen in het rekenen met breuken. In groep 6 wordt gestart met het meegeven van huiswerk. Regelmatig wordt er leerstof meegegeven om de feitenkennis van geschiedenis, natuur en aardrijkskunde te leren. Daarnaast wordt in groep 6 gestart met het leren van topografie. Het gaat hierbij om de Nederlandse provincies. Naast leerwerk kan er ook maakwerk zoals een cijfertaak worden meegegeven. Het doel van het meegeven van huiswerk is om de leerlingen verantwoordelijkheid aan te leren om thuis taken te maken. Om het overzichtelijk te houden, maken de leerlingen in groep 6 gebruik van agenda. Dit biedt ondersteuning bij het plannen van de te maken taken. In groep zes houden de leerlingen een boekbespreking. De leerling kiest zelf Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
19
een boek dat past bij zijn/haar leesniveau. Het doel van de boekbespreking is om de informatie uit het boek over te brengen en de leerlingen en de juf enthousiast te maken om het boek ook te gaan lezen. In de klas wordt een voorbeeld van een boekbespreking gegeven. Daarnaast krijgen de leerlingen een formulier waarop vermeld staat waar de boekbespreking aan moet voldoen. 6.8 Groep 7 Binnen het rekenonderwijs staan verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen centraal. Daarnaast is het schatten en werken met (grote) getallen belangrijk en tevens werken de leerlingen binnen projecten met oppervlakte, inhoud, schaal. Het Spellingonderwijs ziet er anders uit dan de afgelopen jaren. Iedere twee weken worden er een woordpakket en een werkwoordpakket aangeboden. Verder is er aandacht voor spreken en luisteren, uitbreiding van de woordenschat, werken met het woordenboek en het ontleden. Bij het lezen ligt het accent op het begrijpend lezen en studerend lezen. Bij Aardrijkskunde wordt Europa behandeld. Daarnaast staat de topografie van Europa centraal. De periode van 1500 tot 1800 staat centraal bij Geschiedenis, (reformatie, 80- jarigenoorlog, ontdekkingsreizen). Engels staat voor het eerst op het rooster. De nadruk zal in dit leerjaar liggen op het durven spreken. De verkeersproef wordt door de leerlingen van deze groep afgelegd. Deze bestaat uit een theoretisch deel en een praktijk gedeelte. Het kennen en kunnen toepassen van verkeersregels en -borden is daarbij zeer belangrijk. Naast de boekbespreking wordt er een spreekbeurt gehouden over een onderwerp naar vrije keuze en een werkstuk gemaakt. De criteria waaraan deze moeten voldoen liggen vast. In mei wordt de Entree-toets van C.I.T.O. voor groep 7 afgenomen. De uitkomsten zijn een indicatie over de stand van zaken op dat moment t.a.v. het vervolgonderwijs. Bij de interpretatie moet wel in de gaten gehouden worden, dat het kind nog ruim een jaar te gaan heeft op de basisschool. 6.9 Groep 8 Groep 8 gaat verder op de ingeslagen weg van groep 7. Bij het rekenen is er naast de gebruikelijke stof ruimte voor verdiepings-en uitbreidingsstof. Bij Taal wordt, naast de methode, extra oefenstof gegeven voor: ontleden, woordgebruik en werkwoordsvormen. Bij Aardrijkskunde komt de Sociale Aardrijkskunde aan bod en de Geschiedenislessen starten bij het jaar 1800. Naast de topografie uit de methode, wordt ook gebruik gemaakt van de methode “Geobas” De leerlingen kunnen zich aanmelden voor het volgen van lessen in de Franse taal. De lessen worden gegeven op de woensdag direct voor schooltijd. Actief burgerschap en sociale integratie Op 1 februari 2006 zijn de onderwijswetten uitgebreid met een bepaling die scholen verplicht aandacht te schenken aan actief burgerschap en sociale integratie. Dat lijkt iets nieuws, maar is het niet. Op onze lesroosters en op de rapporten zult u dit vak dan ook niet tegenkomen. Veel elementen van actief burgerschap en sociale integratie maken namelijk al deel uit van andere vakken. U kunt daarbij denken aan vakken als godsdienst, geschiedenis, wereldoriëntatie. Als het gaat om waarden en normen, om gedrag, dan komt dat uiteraard aan de orde bij godsdienst en sociaal emotionele ontwikkeling. Maar vooral ook in de dagelijkse omgang tussen leerkrachten en leerlingen en leerlingen onderling. Natuurlijk ligt hier ook een relatie met de gedragsregels/huisregels die wij op onze school hanteren. 20 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
Na groep acht gaan de kinderen naar het voortgezet onderwijs. In de regeling voor het voortgezet onderwijs is voorgeschreven, dat toelating gebaseerd moet zijn op het advies van de basisschool en een advies n.a.v. een intelligentie/schoolvorderingenonderzoek. Dit schoolonderzoek geldt voor alle typen van onderwijs. Na een info-avond in november, vinden de adviesbesprekingen plaats. In samenspraak met de ouders wordt het advies bepaald. De C.I.T.O -toets in april wordt als een objectief gegeven naast dit advies gelegd. Valt de toets hoger uit dan het uitgebrachte advies, dan kan aanpassing van het schooladvies plaatsvinden. Indien de toets lager uitvalt, blijft het advies staan. De directeur, de intern begeleider en de leerkracht van groep 8 overleggen over het advies. Het gaat om meer dan alleen ‘goed kunnen leren’. Kinderen moeten het ook willen en er zin in hebben. Naast de CITO-toets nemen we ook de zgn. Schoolvragenlijst af. Door afname van de lijst krijgen wij informatie over zaken als: motivatie, zelfvertrouwen, relaties met medeleerlingen en leerkrachten. Elk jaar is er overleg met de brugklasmentor over de leerlingen die naar het voorgezet onderwijs gaan. We bespreken dan ook de leerlingen die al eerder van school af zijn gegaan. 6.10 Rapportage Twee keer per jaar krijgen de leerlingen van de groepen 3 t/m 8 een rapport. Afhankelijk van de groep en het vak of de vaardigheid gebruiken we cijfers of beoordelingen als goed/voldoende/matig. Het rapport kan op school met de leerkracht besproken worden. U krijgt daarvoor een uitnodiging. De oudste kleuters krijgen in maart en juni rapportage. De jongste kleuters zijn aan de beurt in juni. 6.11 Methoden Bij het lesgeven is een goede methode belangrijk. We zoeken steeds naar methoden die voor de hele klas bruikbaar zijn. Onze school werkt met het jaarklassensysteem. Binnen dit systeem wordt zoveel als mogelijk tegemoetgekomen aan de verschillen tussen leerlingen. Bij de aanschaf van methoden letten we er dan ook op dat de methode mogelijkheden biedt tot individuele ontplooiing. Het gebruik van de computer speelt hierbij ook een belangrijke rol. Ook maken wij gebruik van lesondersteunende computerprogramma’s. Op onze school worden de volgende methoden gebruikt: Rekenen Wereld in Getallen. Taal/Lezen Veilig Leren Lezen. Taalactief en Woordspel. Taalwijzer. Woordgebruik. Van zin tot woord. Technisch lezen Timboektoe Begrijpend Lezen Tekstverwerken. Studerend Lezen Blits Schrijven Schrijftaal/Pennestreken. Sociaal-emotionele ontwikkeling Kanjertraining Aardrijkskunde Wijzer door de Wereld. Geobas Topografie Wie,wat,waar? Geschiedenis Wijzer door de Tijd. Natuuronderwijs Leefwereld. Verkeer Klaar….over! Engels Stepping Up Muziekonderwijs. Wie zingt mee!
Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
21
7 Leerlingenzorg 7.1 Leerlingenvolgsysteem Vanaf groep 1 is ons onderwijs gericht op de ontwikkeling van uw kind. Deze vorderingen worden bijgehouden middels een leerlingenvolgsysteem. Elk jaar dat het op school zit, verwerft het meer kennis van lezen, van de Nederlandse taal, van rekenen en van alle andere gebieden die wij onderwijzen. Op bepaalde tijden in het schooljaar nemen de leerkrachten een toets bij uw kind af. De toetsen die wij bij uw kind afnemen zijn gemaakt door het C.I.T.O. Dit is een instituut dat speciaal opgericht is op toetsontwikkeling. De besturen van de Haagse scholen hebben met elkaar afgesproken dat alle scholen deze C.I.T.O.-toetsen afnemen. Naast deze toetsen worden ook methodegebonden toetsen afgenomen.(zie bijlage D). 7.2 Groepsbegeleiding Tijdens de leerling - bespreking komen verschillende facetten aan de orde. De intern-begeleider, de orthopedagoog van de onderwijsbegeleidingsdienst, de leerkracht en de directeur bespreken de resultaten van de toetsen en het welbevinden van de leerlingen. Op onze school gaan we uit van een norm, waarbij 80% van de opgaven goed moet worden gemaakt. Onder deze norm is een plan van handelen een volgende stap. De leerkracht volgt het kind in ontwikkeling zeer nauwgezet. En vraagt zich daarbij het volgende af.Kan het kind het het geboden onderwijs voldoende volgen. Hoe is het gesteld met zijn persoonlijke ontwikkeling, het gedrag, de sociale ontwikkeling, emotionele ontwikkeling? Wat is de volgende stap in het proces op basis van de huidige stand van de (didactische en pedagogische) ontwikkeling? Er wordt bekeken hoe verder te handelen in de groep en met de individuele leerling. In een groepsplan worden de instructie- en ondersteuningsbehoeften helder weergegeven. Voor een aantal leerlingen wordt een handelingsplan opgesteld, waarin staat waaruit de extra ondersteuning voor de leerling bestaat. Ook voor leerlingen die aan meer uitdaging van het onderwijsaanbod behoefte hebben, wordt in een plan van handeling het te doorlopen proces weergegeven en gekoppeld aan een tijdspanne. 7.3 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften. Wanneer een leerkracht merkt, dat een kind moeite heeft met een bepaald vak, wordt het kind aangemeld bij de intern begeleider (IB’er). Zij bekijkt dan in samenwerking met de leerkrachten, waar de moeilijkheden liggen en hoe we de leerling het beste kunnen helpen. Het komt ook wel voor, dat een kind een zodanige achterstand heeft, dat het niet verstandig is om extra hulp te geven, maar dat het voor het kind beter is om volgens een eigen programma te werken. Een kind met een rekenstoornis, dat in groep 5 zit, werkt dan bijv. met een andere methode of met de boekjes van groep 4. Het haalt dan op dat gebied soms niet het eindniveau van de basisschool. Alle belangrijke gegevens worden bewaard in het leerlingendossier. Tijdens de bespreking wordt nauwkeurig bekeken welke hulp het beste voor de leerling zou kunnen zijn. Het kan ook wel eens nodig zijn een kind individueel door het H.C.O te laten onderzoeken. Er wordt dan een IPO afgenomen, een individueel psychologisch onderzoek. Zo’n IPO wordt alleen afgenomen met de toestemming van de ouders. De schoolbegeleider zal ook altijd in een gesprek met de ouders uitleggen, wat de bedoeling van zo’n onderzoek is. De uitslag van het onderzoek wordt altijd zorgvuldig aan de ouders en leerkrachten meegedeeld en een verslag hiervan komt in het leerlingendossier. Het zijn niet alleen leerproblemen, die het kind in zijn ontwikkeling kunnen belemmeren. 22 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
De problemen kunnen ook op sociaal-emotioneel gebied liggen, of er kunnen lichamelijke problemen zijn. De uitslag van de IPO geeft een indicatie op welk gebied de problemen gezocht moeten worden. 7.4 Passend Onderwijs Wat is passend onderwijs? Ondersteuning De meeste kinderen hebben bij het leren in meer of mindere mate hulp nodig. Binnen passend onderwijs wordt voor die hulp de term ondersteuning gebruikt. De samenwerkingsverbanden voor passend onderwijs moeten er voor zorgen dat voor ieder kind de juiste en de beste ondersteuning beschikbaar is. Onze school maakt deel uit van het samenwerkingsverband SPPOH.Omdat de ondersteuning dagelijks in de scholen plaatsvindt werken de samenwerkingsverbanden intensief met de scholen samen. Zo werkt ons Samenwerkingsverband SPPOH nauw samen met alle scholen voor primair onderwijs in de gemeenten Den Haag, Leidschendam-Voorburg en Rijswijk. Zorgplicht De wet passend onderwijs gaat er van uit dat passend onderwijs voor ieder kind bij de school begint. De school is verantwoordelijk om aan elke leerling een goede onderwijsplek te bieden. Dit heet zorgplicht. Dat kan hulp zijn die iedere school in huis heeft. Denk bijvoorbeeld aan extra aandacht bij het leren lezen of rekenen, of een aanbod voor hoogbegaafde kinderen. Het kan ook gaan om zwaardere vormen van ondersteuning. Dat gaat bijvoorbeeld over de begeleiding van kinderen met gedragsproblemen of van kinderen met lichamelijke of geestelijke beperkingen. Schoolondersteuningsprofiel Alle scholen hebben daarom een zogenaamd Schoolondersteuningsprofiel ontwikkelt. De school publiceert het profiel, zodat voor iedereen (ouders, leerlingen en andere partijen) duidelijk is wat de mogelijkheden van de school zijn voor de zogenaamde basisondersteuning en voor eventuele extra ondersteuning. Het schoolondersteuningsprofiel van de Oranje-Nassauschool staat op de website onder “protocollen”. (www.onsdh.nl) Denken in mogelijkheden Een tweede belangrijk kenmerk voor passend onderwijs is de samenwerking van school en ouders met externe partijen. Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om de inzet van deskundigheid uit andere scholen, schoolmaatschappelijk werk, logopedie of opvoedhulp thuis. Alle partijen werken samen op basis van één plan. In één zin: passend onderwijs kijkt vooral naar de mogelijkheden van het kind en laat ouders, school en anderen samen optrekken om de talenten van dat kind te laten opbloeien. Wat verandert er en waarom? Nieuw Met ingang van 1 augustus 2014 wordt de wet op het passend onderwijs van kracht. In iedere regio werken alle scholen voor primair onderwijs samen binnen één samenwerkingsverband passend onderwijs. In ons geval gaat het om de scholen in de gemeenten Den Haag, Leidschendam-Voorburg en Rijswijk De verandering die de meeste leerlingen aangaat is dat alle scholen binnen ons samenwerkingsverband een stevige basisondersteuning bieden. Iedere leerling binnen ons werkgebied kan daar op rekenen. Het pakket is beschreven in het Ondersteuningsplan van SPPOH. Voor sommige kinderen is extra ondersteuning nodig. Veel basisscholen hebben zoveel kennis in huis dat zij leerlingen die extra ondersteuning ook kunnen bieden. Daarnaast, en dat is misschien wel de belangrijkste vernieuwing binnen passend onderwijs, kunnen scholen zelf zogenaamde ‘arrangementen’ voor hun leerlingen maken. Afgaande op de ondersteuningsbehoefte van een leerling wordt dan een pakket van ondersteuning en eventueel zorg op Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
23
maat gemaakt. De schooldirecteur kan voor dit pakket een budget aanvragen bij het samenwerkingsverband. Voor leerlingen met een hele specifieke ondersteuningsbehoefte kan ook in de nieuwe situatie gedacht worden aan plaatsing op een school voor speciaal basisonderwijs (SBO) of speciaal onderwijs (SO). De schooldirecteur is de aanvrager van de ‘toelaatbaarheidsverklaring’, die nodig is om een leerling te kunnen plaatsen op een SBO- of SO-school. Het samenwerkingsverband geeft deze toelaatbaarheidsverklaringen af. Wat niet verandert. Wat er niet verandert is misschien ook belangrijk om te vermelden. Het speciaal onderwijs blijft gewoon bestaan. Wat ook niet verandert is de centrale rol van de ouders. Zij zijn eerst verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind en daarmee gespreks- en samenwerkingspartner van de scholen bij alles wat het onderwijs en de ondersteuning van hun kind betreft. Passend onderwijs is een andere manier om de ondersteuning te organiseren. De school wordt primair verantwoordelijk voor de ondersteuning. Alle vormen van ondersteuning worden vanuit één punt georganiseerd en gefinancierd en het samenwerkingsverband van een regio houdt overzicht over alle vormen van ondersteuning in die regio en kan zo bewaken of er sprake is van dekkend ondersteuningsaanbod. Basisondersteuning Basisondersteuning is een nieuw begrip. Het omvat de ondersteuning die iedere bij SPPOH aangesloten school minimaal kan bieden. SPPOH gaat voor een stevig niveau van basisondersteuning. Iedere school heeft dus behoorlijk wat mogelijkheden in huis om leerlingen bij hun onderwijs te ondersteunen. De basisondersteuning bestaat uit vier onderdelen: • Basiskwaliteit • De schoolondersteuningscommissie • Preventieve en licht curatieve interventies Basiskwaliteit Om te beginnen is het belangrijk dat iedere school binnen SPPOH de basiskwaliteit op orde heeft. De Onderwijsinspectie heeft beschreven wat dat inhoudt. Uit die beschrijving heeft SPPOH de punten gehaald, die direct met passend onderwijs te maken hebben. Deze indicatoren gaan vooral over de ondersteuning van leerlingen en over planmatig werken (doelen stellen en doelen halen). De Onderwijsinspectie hanteert een vierpuntsschaal per indicator (1 = slecht, 2 = onvoldoende, 3 = voldoende, 4 = goed, 5 = niet te beoordelen). De schoolbesturen, die samenwerken binnen SPPOH hebben met elkaar afgesproken dat iedere school op iedere indicator minimaal een 3 scoort. (zie ook inspectierapport 2014 op de website) De schoolondersteuningscommissie Alle scholen binnen SPPOH werken met een schoolondersteuningscommissie (SOC). Het staat iedere school vrij die zelf vorm te geven, maar binnen de SOC werken in ieder geval de intern begeleider van de school, de adviseur passend onderwijs van SPPOH en de schoolmaatschappelijk werker samen. Zij hebben de taak, samen met ouders, leerkracht(en) en eventuele deskundigen, de ondersteuning en zo nodig de zorg voor de leerling zo goed mogelijk vorm te geven. Preventieve en licht curatieve interventies Alle scholen binnen SPPOH hebben de beschikking over instrumenten, die aanvullend op datgene wat in de klas kan worden gedaan binnen de school kunnen worden ingezet. Denk bijvoorbeeld aan hulp bij dyslexie of dyscalculie, sociale vaardighedentraining, aanpak bij pestgedrag etc. Door tijdige inzet van dit soort instrumenten kan erger vaak voorkomen worden. Extra ondersteuning Wanneer de basisondersteuning voor een leerling niet toereikend is kan worden gedacht aan de inzet van extra ondersteuning. Die kan binnen de school 24 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
zelf voorhanden zijn omdat de school zich al in bepaalde ondersteuningsvragen heeft gespecialiseerd. Wanneer dat niet het geval is kan bekeken worden of een school in de buurt kan helpen. Ook is het mogelijk bij SPPOH budget voor een individueel arrangement aan te vragen. Individuele arrangementen Een individueel arrangement is een op de behoefte(n) van de individuele leerling afgestemd pakket van onderwijs, ondersteuning en zo nodig zorg. De schooldirecteur kan bij het SWV SPPOH een aanvraag indienen voor bekostiging van een individueel arrangement. Hoewel SPPOH alleen voor de bekostiging van het ondersteuningsdeel van het arrangement aangesproken kan worden, wordt de aanvraag door SPPOH wel op de integrale inzet en afstemming van onderwijs, ondersteuning en zorg beoordeeld. Een individueel arrangement moet maximaal aansluiten op de ondersteuningsbehoefte van de leerling. Daarbij wordt gekeken naar de volgende vijf vragen: 1. hoeveel aandacht en tijd heeft de leerling nodig? 2. welk onderwijsmateriaal past het beste bij de leerling? 3. wat moet er in de ruimtelijke omgeving gebeuren? 4. welke expertise heeft de leerling nodig? 5. welke andere instanties moeten betrokken worden? Het SWV kan de volgende zaken bekostigen: • Ondersteuning, interventies en expertise direct aan de leerling gerelateerd; • Ondersteuning, interventies en expertise direct gerelateerd aan leerkracht en/of de groep van de leerling; • Ondersteuning, interventies en expertise direct gerelateerd aan de ouders; • Activiteiten om de ingebrachte kennis binnen de school te delen en te borgen; • Overig (onderwijsmateriaal, kort verblijf voor observatie, onderzoek of crisisopvang buiten de eigen school voorzover niet door anderen bekostigd, extra inzet instrumenten bijlage 3). In het schooljaar 2014-2015 kunnen individuele arrangementen alleen worden aangevraagd voor leerlingen die anders in aanmerking komen voor een toelaatbaarheidsverklaring SBO of SO. In het schooljaar 2015-2016 wordt de regeling verruimd. SBO- en SO-scholen Voor een aantal leerlingen is plaatsing op een school voor speciaal basisonderwijs (SBO) of een school voor speciaal onderwijs (SO) de beste route. Dat speelt vooral wanneer sprake is van een grote en specifieke ondersteuningsbehoefte. SBO-scholen werken met kleinere groepen en hebben meer deskundigheid in huis dan gewone basisscholen. Dat geldt ook voor de SOscholen, die bovendien gespecialiseerd zijn in het werken met kinderen met een heel specifieke ondersteuningsbehoefte. SBO- en SO-scholen zetten hun kennis gelukkig ook steeds meer in binnen de gewone basisscholen. Alle SBO-scholen en de meeste SO-scholen zijn bij SPPOH aangesloten. Dat geldt echter niet voor de speciale scholen voor slechtziende of blinde kinderen en de speciale scholen voor slechthorende of dove kinderen of kinderen met een spraakstoornis. Deze scholen worden ondergebracht binnen zogenaamde instellingen. SPPOH werkt met deze instellingen samen. Plaatsing op een SBO- of SO-school De plaatsing van een kind op een SBO- of SO-school kan op een aantal manieren tot stand komen: Soms is al duidelijk dat een kind, vanaf het moment dat het naar de basisschool gaat, extra ondersteuning nodig heeft. Vaak is op die leeftijd nog niet duidelijk of deze ondersteuning het beste door een reguliere – of door een speciale school geboden kan worden. Ouders melden hun kinderen dus meestal aan bij een reguliere school. Ouders en school bekijken samen welke ondersteuning het beste past bij dit kind. Soms zal een directe plaatsing op een SBO- of SO-school de beste oplossing zijn. Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
25
In andere gevallen wordt pas na een tijdje duidelijk dat een kind het beste past op een school voor speciaal (basis)onderwijs. Ook in dat geval is het de school die de aanvraag voor een lesplaats zal doen. De school vraagt de toelating aan bij het samenwerkingsverband SPPOH. Kinderen die op het speciale onderwijs zitten, kunnen ook tijdens hun schooltijd verhuizen van de ene regio naar de andere. Ouders melden hun kind dan direct aan bij de nieuwe school voor speciaal onderwijs. Deze nieuwe school zal dan toelating van het kind aanvragen bij het samenwerkingsverband SPPOH. Toelating tot SBO of SO Om op een SBO- of SO-school geplaatst te kunnen worden heeft de leerling een toelaatbaarheidsverklaring nodig. Zo’n verklaring wordt meestal aangevraagd door de school waar de leerling onderwijs volgt. Bij rechtstreekse aanmelding op een SBO- of SO-school kan de verklaring ook door die school worden aangevraagd. Zo’n aanvraag wordt altijd in nauw overleg met de ouders voorbereid. Ook zullen vaak deskundigen betrokken worden bij de aanvraag. De aanvraag wordt beoordeeld door het Expertiseteam van het samenwerkingsverband. Wanneer een toelaatbaarheidsverklaring is afgegeven kan inschrijving op een SBO- of SO-school plaatsvinden. De keuze van de school is een zaak van de ouders, maar ook hier geldt dat zij bij het maken van de keuze door de betrokken scholen zo goed mogelijk worden geholpen. 7.5 Leerlingen die meer aankunnen Voor leerlingen die meer aankunnen is blijvende uitdaging noodzakelijk voor het op peil houden van de motivatie. Bij de keuze van de methoden is hier vanzelfsprekend rekening meegehouden. Daarnaast is er verrijkingsstof aanwezig, die bij de methoden hoort. Ook de computer is een leermiddel bij uitstek, die zich leent voor het werken op niveau. 7.5.1.Plusklas In onze school hebben we een Plusklas. Welke leerlingen komen in aanmerking voor de Plusklas? In het beleidsplan van de gemeente is de doelgroep voor een Plusklas als volgt omschreven: de (hoog)begaafde kinderen die in een reguliere schoolsetting adequaat onderwijs kunnen krijgen, maar tegelijkertijd uitdrukkelijk behoefte hebben aan extra uitdaging, verrijking buiten de reguliere setting. In onze school gaan we er op de volgende manier mee om: De Plusklas is onderdeel van de zorg die wij op school bieden aan leerlingen die op welke manier dan ook extra aandacht nodig hebben. Het accent ligt nu niet op kinderen die moeite hebben met de leerstof, maar in dit geval betreft het leerlingen die voldoen aan de onderstaande beschrijving en die in hun huidige groep niet voldoende uitdaging krijgen. Het team heeft gekozen voor de omschrijving (meer)begaafde leerling. Onder begaafd verstaan wij hoge intellectuele capaciteiten gecombineerd met een grote mate van creativiteit, een groot doorzettingsvermogen en een grote exploratiedrang. Kenmerken van begaafde leerlingen zijn o.a. een grote verbale taalvaardigheid, een sterk analytisch vermogen, vindingrijkheid bij het vinden van oplossingen, een goed geheugen, hoog leertempo en een grote algemene ontwikkeling. Het onderwijs op het gebied van taal, begrijpend lezen en rekenen kan over het algemeen goed plaats vinden binnen de groep onder de verantwoordelijkheid van de eigen leerkracht. Daarnaast kan er voor een aantal leerlingen een aanpassing plaatsvinden in het leerstofaanbod(zie compacten en verrijken). Leerlingen voor wie dit reguliere aanbod niet toereikend is, kunnen in aanmerking komen voor deelname aan de Plusklas. Het betreft dan een leerling die: Op grond van diverse gegevens aangemerkt kan worden als meer-hoogbe26 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
gaafd en waarvoor op één of meer vakgebieden over is gegaan tot compacten en verrijken van de leerstof. Daarnaast heeft de leerling behoefte aan: Contact met andere gelijkgestemde leerlingen Instructie op een ander niveau De uitdaging om door te zetten als de stof niet in een keer begrepen wordt. Een andere manier van werken die niet gebaseerd is op goed of fout Hoe vindt de selectie plaats? Wanneer bij leerkrachten en/of ouders het vermoeden bestaat dat een (meer) begaafde leerling in de eigen groep vastloopt en in aanmerking moet komen voor deelname aan de Plusklas wordt dit gemeld bij de IB-er. Nagegaan wordt in hoeverre de leerling voldoet aan bovenstaande criteria. Na overleg tussen IB-er, de Plusklas-leraar en de ouders wordt beslist of de leerling al of niet te plaatsen is in de Plusklas. De uiteindelijke beslissing ligt bij school. Verdere uitwerking. Er vindt een gesprek plaats met de leerling over in hoeverre hij/zij wil deelnemen aan de lessen in de Plusklas. Tevens wordt in dat gesprek aangegeven dat deelname niet vrijblijvend is. De gestelde doelen moeten worden bereikt. Eventueel kan een proefperiode worden ingelast. Voor de naamgeving is gekozen voor ‘Groep Oranje’. De begeleiding wordt verzorgd door dhr. A. Witmus Leerlingen uit alle groepen kunnen nemen deel aan de Plusklas. De leerlingen zijn elke vrijdag in ‘Groep Oranje’ aanwezig. Er wordt gewerkt in blokken van 6 weken. Uitwerking van de lessen vindt ook plaats in de eigen groep. Op het lijstje van aan te bieden onderwerpen staat o.a.: filosoferen, het leren van een vreemde taal, museumbezoek. In de groepen is ook voldoende extra materiaal aanwezig. 7.6 Overgaan en doubleren In de loop van het cursusjaar vormt de leerkracht zich een beeld van de vorderingen van de leerlingen. Deze beeldvorming geschiedt aan de hand van methodegebonden toetsen, observatie-instrumenten en het leerlingvolgsysteem. Meestal rond Pasen zal de leerkracht moeten bepalen of overgang naar een volgend jaar verantwoord is of dat er gekozen moet worden voor een verlengd kleuterjaar (groep 1/2) of een doublure (groep 3 t/m 8). Door het realiseren van adaptief onderwijs wordt zittenblijven zoveel mogelijk voorkomen. In uitzonderlijke gevallen echter kan doubleren gewenst zijn. De beslissing geschiedt in nauw overleg tussen leerkracht, intern begeleider, directie en eventueel externe deskundige(n). Genoemde personen volgen op basis van hun professionele kennis een professionele besluitvormingsprocedure, waardoor ervan uitgegaan kan worden dat de beslissing de juiste is. In de besluitvormingsperiode is de mening van de ouders ook belangrijk. In principe zoeken wij naar een oplossing waarover consensus bestaat tussen de ouders en de school. Ouders kunnen uiteraard argumenten aandragen om de uiteindelijke beslissing te beïnvloeden. Deze argumenten kunnen ertoe leiden dat de besluitvormingsprocedure nogmaals wordt doorlopen. Uiteindelijk zal er vanuit de school een bindend advies worden gegeven. De uiteindelijke beslissing van overgaan en doubleren ligt dus bij de school. 7.7 De overgangsregeling LGF of het ‘rugzakje’ Op 1 augustus 2014 wordt de leerlinggebonden financiering (LGF of het ‘rugzakje’) afgeschaft. De middelen, die nu worden besteed aan de rugzakjes, Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
27
gaan over naar de nieuwe samenwerkingsverbanden. Die moeten er voor zorgen dat leerlingen, die nu een ‘rugzakje’ hebben en de daaruit betaalde ondersteuning ook na 1 augustus 2014 nog nodig hebben, gebruik kunnen maken van een goede overgangsregeling. De overgangsregeling van het samenwerkingsverband SPPOH wordt hier uitgelegd. Hierbij is van belang in welk ‘cluster’ van ondersteuning de leerling zit. De nu nog bestaande clusters Cluster 1 Slechtziende of blinde kinderen Cluster 2 Slechthorende of dove leerlingen, leerlingen met een spraakstoornis Cluster 3 Moeilijk lerende of langdurig zieke leerlingen of leerlingen met een lichamelijke of geestelijke beperking Cluster 4 Leerlingen met gedrags- of psychiatrische problematiek Cluster 1 en 2 Vanaf 1 augustus 2014 wordt voor cluster 1 en 2 de ondersteuning landelijk georganiseerd via een beperkt aantal specifieke instellingen. Het geld voor de ondersteuning van de leerlingen binnen deze clusters gaat naar deze instellingen. De school van het kind moet met deze instellingen afspraken maken over de benodigde ondersteuning vanaf 1 augustus 2014. Cluster 3 en 4 Hier geldt de overgangsregeling van het Samenwerkingsverband SPPOH. De regeling is bestemd voor leerlingen die staan ingeschreven op een school gevestigd binnen het werkgebied van het Samenwerkingsverband SPPOH. Wat houdt de overgangsregeling in en voor welke kinderen is het bedoeld? Het gaat om leerlingen, die voor 1 januari 2014 een LGF-toekenning hebben verkregen en die na 1 augustus 2014 nog steeds de met het ‘rugzakje’ betaalde ondersteuning nodig hebben. Voor deze leerlingen kan bij het Samenwerkingsverband SPPOH een zogeheten LGF-arrangement aangevraagd worden. De schooldirecteur kan daarvoor tussen 1 maart 2014 en 30 april 2014 een aanvraag indienen bij SPPOH. Uit de aanvraag moet blijken dat de ouders ermee instemmen. Het LGF-arrangement zet inhoudelijk het eerder met LGF-financiering bekostigde ondersteuningspakket voort. Bij de aanvraag voor een LGF-arrangement brengt de school in elk geval de volgende zaken in: • Het ontwikkelingsperspectief van de leerling; • De met de inzet van het LGF-arrangement te realiseren doelen; • Een beschrijving van de inbreng en samenwerking van school, ouders en externen; • De duur van het LGF-arrangement; • Een begroting; • Ondertekening van de aanvraag door de ouders van de leerling. In de aanvraag komen ook verschillen van opvatting tussen de school en de ouders of aanvullende wensen van de ouders naar voren; • Een antwoord op de vraag of zorg (medische zorg, jeugd- of andere hulpverlening) nodig is en zo ja hoe die gerealiseerd wordt. Het LGF wordt toegekend voor maximaal de periode van een jaar. Tussen 1 maart 2015 en 30 april 2015 kan indien nodig verlenging worden aangevraagd. Na 1 augustus 2016 houdt het LGF-arrangement op te bestaan. Doorlopende ondersteuningsvragen dienen dan te worden opgevangen binnen het voor iedereen geldende ondersteuningsaanbod binnen SPPOH. Let op: Leerlingen, die vanaf 1 januari 2014 een LGF-toekenning krijgen, komen niet voor de overgangsregeling in aanmerking. Voor deze leerlingen kan de schooldirecteur vanaf 1 maart 2014 bij SPPOH een aanvraag indienen voor extra ondersteuning in de vorm van een zogenaamd individueel arrangement. Voor de aanvraag van een individueel arrangement geldt wat hierboven al is geschreven over de aanvraag voor een LGF-arrangement. Als leerlingen met een rugzak op onze school worden aangemeld, zullen wij met u in gesprek gaan over de mogelijkheden van onze school voor uw kind. 28 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
Daarbij gelden de volgende uitgangspunten: Voorwaarde 1: Een leerling moet in staat zijn te profiteren van (bijna al) het aanbod op alle terreinen van het onderwijs (cognitief, creatief, sociaal, emotioneel, cultureel en fysiek). Er moet minimaal 75 % effectieve leertijd zijn. Voorwaarde 2: Een leerling moet in staat geacht worden om, ondersteund door de aanwezige adaptieve kracht van de school, gebruik te maken van het al aanwezige onderwijsaanbod. Voorwaarde 3: Binnen de gehanteerde schoolorganisatie moet de aangemelde leerling in te passen zijn. Voorwaarde 4: Er moet voldoende gekwalificeerd personeel beschikbaar zijn om de leerling op te kunnen vangen. Daarbij worden de mogelijkheden voor de inzet van extra middelen beperkt doordat dit niet mag leiden tot een structureel dienstverband, gezien het tijdelijke karakter van de toekenning van die fre’s. De inzet van de fre’s moet passen in het personeelsbeleid van de school en van het schoolbestuur. Voorwaarde 5: De noodzakelijke aanpassingen (materieel en personeel) moeten volledig bekostigd kunnen worden uit de extra middelen die hiervoor beschikbaar gesteld worden. Voorwaarde 6: Wanneer binnen de schoolsituatie ook nog ondersteuning van de leerling door een derde instantie noodzakelijk is, moet dit, in samenspraak, geregeld zijn vóórdat de leerling toegelaten wordt. Voorwaarde 7: Op elke plaatsingsaanvraag volgt een kortdurende observatie van het kind in de groep waar het op dat moment verblijft door een medewerker van de school waar de plaatsingsaanvraag ligt. Als blijkt dat we uw kind de hulp kunnen bieden die het bij het onderwijs nodig heeft, wordt er samen met u een handelingsplan gemaakt met ondersteuning van het speciaal onderwijs. Blijkt dat het voor de school niet mogelijk is om uw kind verantwoord op te vangen, dan moeten we u, ook in het belang van uw kind, teleurstellen. Het recht op keuzevrijheid betekent namelijk geen toelatingsrecht in het reguliere onderwijs. U kunt in dat geval bezwaar aantekenen bij het bestuur van de Stichting SCOH. Op school kunt u informatie opvragen over de rugzakregeling in het algemeen, het adres van de betreffende CVI, het traject voor indicatiestelling, de geldende criteria voor indicering, de checklist met betrekking tot de toelating voor uw kind op onze school en mogelijkheden tot het aantekenen van bezwaar. Mocht u overwegen uw kind met een rugzak te plaatsen op onze school dan is het verstandig al in een vroeg stadium contact op te nemen met de directie en/of de intern begeleider omdat het regelen van een verantwoorde opvang de nodige tijd kost.
8. Het onderwijskundig rapport Er komt een moment dat uw kind onze school gaat verlaten. Normaal gesproken zal dat aan het eind van groep 8 zijn, maar ook een verhuizing of andere reden kan voor het einde zorgen. Met name in de laatste gevallen is het verstandig om de directeur en de groepsleerkracht tijdig van het a.s. vertrek op de hoogte te stellen. De school kan dan de uitschrijving goed administratief verwerken en de groepsleerkracht kan in alle rust het onderwijskundig rapport opstellen. Dit onderwijskundig rapport wordt gemaakt voor de nieuwe school van uw kind en verschaft informatie over de leerprestaties, -vorderingen en de door onze Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
29
school gehanteerde methodes. De nieuwe school beschikt dan direct over de benodigde informatie en kan direct met uw kind aan de slag.
9. Bijzondere activiteiten De meeste tijd op de ONS. wordt besteed aan het onderwijs. Maar er is ook tijd voor feesten en vieringen of andere activiteiten. Omdat we een Christelijke school zijn, besteden we veel aandacht aan Kerst en Pasen. Voorafgaande aan de Kerstviering wordt er een Adventsproject gedaan. De Kerstviering is in de Duinzichtkerk. Alle kinderen en hun ouders zijn er dan bij. Pasen vieren we ook in de kerk en wordt er een Paasontbijt georganiseerd. 9.1 Sport. De sportdag wordt ieder jaar groots opgezet. Alle kinderen kunnen daaraan mee doen. Voorts wordt actief meegedaan aan de door de Gemeente georganiseerde activiteiten zoals de CPC-loop en de toernooien. 9.2 Schoolreis en Kamp Alle kinderen gaan een keer per jaar op een schoolreis. De kinderen van groep acht hebben een schoolverlaterskamp in Ermelo. 9.3 Het Goede Doel Voorafgaande aan de kerst-en paasviering vindt er een inzameling plaats voor een goed doel.
10. Ouders Ouders hebben een bijzondere plek in de school, want het zijn hun kinderen die op de O.N.S. zitten. Er zijn commissies om de samenwerking tussen school en ouders goed te regelen. 10.1 Medezeggenschapsraad Conform de Wet Medezeggenschap Onderwijs kent onze school een Medezeggenschapsraad(M.R.) De raad bestaat uit drie ouders en drie leerkrachten. De vertegenwoordigers van de ouders worden rechtstreeks gekozen uit en door de ouders. De vertegenwoordigers van de school worden rechtstreeks gekozen uit en door de leerkrachten. De raad bespreekt de plannen van het bestuur voor de O.N.S. en hebben t.a.v. beleidszaken advies -of instemmingsrecht. De taken en bevoegdheden van de raad zijn nader uitgewerkt in het Medezeggenschapsreglement. Deze ligt op school ter inzage. De Medezeggenschapsraad brengt jaarlijks een verslag uit. De directeur is adviserend lid van de M.R.
30 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
10.2 Ouderraad De O.N.S. heeft ook een Ouderraad. Bij uitstek is de Ouderraad de commissie die verschillende activiteiten ondersteunt: de Kerstviering, de Paaslunch. De Ouderraad is verdeeld in een aantal commissies. Er is bijv. een feestcommissie, een sportcommissie, een overblijfcommissie. 10.3 Ouderhulp U kunt ook op school meehelpen: een groepje kinderen begeleiden tijdens het niveau-lezen, hulp verlenen bij het uitlenen van leesboeken, bij festiviteiten assisteren. Per groep is er een zgn. klassenouder aangesteld, die per groep de ouderhulp coördineert. 10.4 Informatieverschaffing Wij vinden dat u goed op de hoogte moet blijven. Er verschijnt regelmatig een Nieuwsbrief. Deze wordt u per email toegestuurd. Hierin staat actuele informatie die voor u van belang is. Informatie kunt u ook inwinnen via onze website. (www.onsdh.nl) ) 10.5 Klachtenregeling. Overal waar gewerkt wordt ontstaan wel eens misverstanden of worden er fouten gemaakt, dus ook op school de school van uw kind. Die misverstanden of fouten moeten natuurlijk wel uitgepraat en opgelost worden. Als ouder richt u zich in eerste instantie tot de leerkracht van uw kind en/of andere direct betrokkene om over zaken waar u zich niet in kunt vinden te overleggen. Ons streven is dat elke leerkracht u en/of uw kind altijd serieus neemt en goed naar u en/of uw kind luistert en samen met u en/of uw kind naar de best mogelijke oplossing zoekt. Mocht u het gevoel krijgen dat u niet serieus genomen wordt of komt u er met de leerkracht niet uit, dan kunt u de zaak bespreken met de directie of de contactpersoon van de school. De contactpersoon heeft tot taak uw klacht aan te horen, u door te verwijzen naar de directie of eventueel naar een andere instantie. De contactpersoon op onze school is mw. A. Schouten. Mocht de kwestie na overleg met de directie voor u alsnog niet op een bevredigende wijze zijn opgelost, dan kunt u uw klacht neerleggen bij de Voorzitter van het College van Bestuur van de Stichting Christelijk Onderwijs Haaglanden. U kunt ook contact opnemen met de vertrouwenspersoon (zie hierna). Op grond van de klachtenregeling staat het u ook vrij direct een klacht in te dienen bij de Geschillencommissie Bijzonder Onderwijs, waarbij de SCOH is aangesloten. Het beleid van de Geschillencommissie Bijzonder Onderwijs is er evenwel op gericht dat klachten zoveel mogelijk binnen de (school) organisatie zelf worden opgelost. In het kader van dit beleid verwijst de Geschillencommissie Bijzonder Onderwijs zaken die nog niet voldoende binnen de organisatie zelf zijn behandeld, naar de organisatie terug teneinde te bewerkstelligen dat binnen de organisatie alle wegen worden bewandeld om tot oplossing van de klacht te komen. Kan de klacht niet naar tevredenheid worden opgelost, dan neemt de Geschillencommissie Bijzonder Onderwijs de klacht uiteraard in behandeling. Gelet op het beleid van de commissie geven wij u dringend in overweging een klacht in eerste instantie op te lossen op schoolniveau en – indien dit niet leidt tot een voor u bevredigende uitkomst – de zaak voor te leggen aan het bestuur van de SCOH, in de persoon van de Voorzitter van het College van Bestuur. Het adres van de Voorzitter van het College van Bestuur van de SCOH is: De heer G.van Drielen Postbus 18546 2502 EM Den Haag Tel: 070 - 3118787 Het adres van de Geschillencommissie Bijzonder Onderwijs is: Postbus 82324, 2508 EH Den Haag. 070-3861697
Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
31
Bij klachten over seksueel geweld of seksuele intimidatie verzoeken we u direct de directeur van de school of de algemeen directeur van de SCOH hiervan in kennis te stellen. Ook kunt u direct contact opnemen met de vertrouwensinspecteur, telefoon 0900 - 111 31 11 Vertrouwenspersoon Als u van mening bent dat uw klacht onvoldoende serieus wordt genomen, dan kunt u altijd contact opnemen met de extern vertrouwenspersoon van de SCOH. De taak van de vertrouwenspersoon is na te gaan of de klacht opgelost kan worden door bemiddeling of dat hetgeen waarover u klaagt aanleiding geeft tot het indienen van een klacht. Desgewenst begeleidt de vertrouwenspersoon u bij de verder procedure. De heer Bart ten Broek is de extern vertrouwenspersoon van de SCOH. Hij is bereikbaar op tel nr 070-3624009. 10.6 Gescheiden ouders Wanneer ouders van onze leerlingen gescheiden leven of gaan scheiden, hanteren wij de volgende afspraken: • De school informeert beide ouders. De ouder die belast is met het ouderlijk gezag (over het algemeen de ouders bij wie het kind woont) wordt “actief” geïnformeerd. De andere ouder (voor deze ouder geldt over het algemeen een omgangsregeling) wordt “passief” geïnformeerd. Alleen in zwaarwegende omstandigheden kan hiervan worden afgeweken. • De ouder die “actief” wordt geïnformeerd, uitnodigingen omtrent ouderavond, contactavonden, informatie omtrent rapportages, schoolresultaten, toetsresultaten, schoolreizen, verwijzing naar het vervolgonderwijs en andere voor ouders relevante informatie. • De andere ouder (“passief” geïnformeerd) kan kennis nemen van de schoolgids via onze website. Van de andere hierboven genoemde zaken verwachten wij dat deze ouder ze op school afhaalt. • Gescheiden ouders krijgen beiden de gelegenheid over hun kind te praten tenzij de omgangsregeling anders aangeeft.
11. Vertrouwenspersonen Ongewenste intimiteiten, kindermishandeling, discriminatie en pesten kunnen voorkomen. In het geval van vermoedens van of klachten met betrekking tot genoemde zaken, fungeert als vertrouwenspersoon: Mw.H.Knoester
32 ONS_schoolgids 2015-2016
tel. 070 - 328 06 47
Oranje Nassau school
De vertrouwenspersoon is aanspreekpunt voor iedereen die het vermoeden of een klacht heeft over bovenstaande zaken. Zij hebben in de eerste plaats de taak te luisteren naar het kind, de ouder(s) of de volwassene. Zie verder onder klachtenregeling.
12. Onderwijsondersteunende instellingen/ GGD-Jeugdgezondheidszorg Onze school maakt gebruik van de diensten van verschillende instellingen. Dat doen we om ons onderwijs aan te vullen met tentoonstellingen, excursies en materialen die deze onderwijsondersteunende instellingen ons bieden. 12.1 Natuuronderwijs De afdeling Milieu van de Dienst Stadsbeheer verzorgt excursies. Soms brengen de leerlingen een bezoek aan de Kinderboerderij aan de Reigersbergenweg. In het leslokaal van de kinderboerderij krijgen de leerlingen les en komen op een verantwoorde wijze in aanraking met levende dieren en planten. 12.2 Cultuurmenu Onze school maakt gebruik van een aanbod voor Haagse basisscholen van elf Haagse musea en één archief. Elk jaar bezoekt een groep leerlingen een andere erfgoedinstelling. De lessen vinden o.a. plaats in: het Mauritshuis, het Museon, Panorama Mesdag enz. 12.3 Cultuurschakel Via Cultuurschakel, de expertise- en bemiddelingsorganisatie voor cultuuronderwijs en cultuurparticipatie in Den Haag, doen wij mee aan activiteiten op muzisch-creatief gebied. Met onze leerlingen gaan we naar een toneelvoorstelling, een muziekuitvoering, of een dans-pantomime-activiteit. Soms vinden de voorstellingen in ons schoolgebouw plaats. Voor de voorstellingen wordt per schooljaar een bijdrage van € 10 per leerling gevraagd. 12.4 Lessen Dramatische en Muzische Vorming Twee docenten van het Koorenhuis verzorgen lessen aan onze school. Mw.M.Angenent verzorgt lessen Dramatische Vorming, dhr.F.Koopmans geeft Muzikale Vorming.Elke groep krijgt om de week een les. 12.4 Onderwijsbegeleidingsdienst Omdat wij de ontwikkeling van uw kind graag zo goed mogelijk willen doen verlopen, maken we gebruik van de diensten van de plaatselijke onderwijsbegeleidingsdienst, het Haags Centrum voor Onderwijsbegeleiding. In groep 3 vindt een schoolonderzoek plaats en de uitslag van dit onderzoek wordt met u door de leerkracht en een medewerkende van het HCO besproken. Mocht het in het belang van uw kind zijn dat er nader onderzoek plaats vindt naar zijn of haar mogelijkheden om het onderwijs te volgen, dan vragen wij in overleg met u - een individueel onderzoek aan. Uiteraard vindt er overleg plaats over de meest juiste manier om uw kind verder te helpen. 12.5 GGD-Jeugdgezondheidszorg Kinderen maken in hun schooljaren een grote ontwikkeling door. Zowel lichamelijk, geestelijk als sociaal is het kind in de groei. Alle kinderen die in Den Haag wonen, of er naar school gaan worden daarom op vaste momenten opgeroepen voor een onderzoek door de Jeugdgezondheidszorg van GGD Den Haag. Zo kunnen in een vroeg stadium bedreigingen voor een gezonde ontwikkeling opgespoord en kunnen eventueel passende maatregelen genomen worden. De jeugdartsen, -verpleegkundigen en medisch teamassistenten van JGZ geven voorlichting en advies aan kinderen en iedereen die bij het opgroeien betrokken is. Zij zijn experts op het gebied van gezondheid, gedrag en leefomgeving en worden vaak nauw betrokken bij projecten op het gebied van Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
33
bijvoorbeeld opvoedingsondersteuning, gezond gewicht, verzuimbegeleiding en drugs en genotmiddelen. Voor de onderzoeken door de jeugdarts en verpleegkundige ontvangt u een uitnodiging om op het gezondheidscentrum te komen. Voor de testen krijgt u geen uitnodiging. Wilt u wel hierbij aanwezig zijn, dan kunt u ons hierover schrijven of bellen. De landelijk voorgeschreven vaccinaties op 9-jarige leeftijd worden verzorgd. Het programma ziet er alsvolgt uit: 5-jarigen: een gesprek van de jeugdarts of verpleegkundige met de ouder(s) of verzorger(s) aangevuld met (lichamelijk) onderzoek. Test gezichtsscherpte door de medische teamassistente op school. 10-jarigen: een onderzoek waarbij het kind wordt onderzocht door de jeugdarts in aanwezigheid van (een van) de ouders of verzorgers. Voor voorlichting en advies betreffende gezondheid, gedrag en leefomgeving kunt u bij deze dienst terecht.
13. Overige Informatie Voor iedere school is het belangrijk om de financiële zaken goed op orde te hebben. Er mogen geen tekorten ontstaan en het is ook niet wenselijk onnodig veel geld op te potten. Daarom werken we met een begroting en meerjarenplannen, die ieder jaar opnieuw worden opgesteld. Door het administratiekantoor wordt een concept begroting gemaakt. Naar aanleiding van de concept begroting en de meerjarenplanningen vindt in december of januari een gesprek plaats tussen schooldirectie en de financieel beleidsmedewerker van het stafbureau van SCOH, waarbij de schooldirectie wijzigingen kan voorstellen. Vervolgens wordt de schoolbegroting ter advisering voorgelegd aan de medezeggenschapsraad van de school. De schoolbegroting maakt deel uit van de totale begroting van SCOH. De totale begroting wordt vastgesteld door het bestuur SCOH. Daarnaast is het belangrijk om te laten zien wat er met de financiële middelen is gebeurd. Daarom wordt ieder jaar door SCOH een jaarrekening opgesteld en gecontroleerd door een accountant. De jaarrekening wordt ingediend bij het ministerie van onderwijs. Niet iedere school hoeft een eigen jaarrekening te maken, maar alle SCOH scholen worden opgenomen in 1 jaarrekening. Wel blijven de reserves die een school heeft opgebouwd voor die school beschikbaar. Ook de eigen bank- en girorekeningen van de scholen moeten in de jaarrekening van SCOH opgenomen worden. Daarom is iedere school verplicht voor elke bank- of girorekening een kasboek bij te houden. Aan het einde van het kalenderjaar laat de schooldirectie het kasboek controleren door een kas controlecommissie. De kascontrolecommissie wordt samengesteld door de medezeggenschapsraad van de school. Batterijen, houd ze apart! Onder dit motto zamelt de Gemeente Reinigingsdienst gebruikte batterijen in, zodat ze niet als vervuilers in ons milieu terechtkomen. De kinderen kunnen lege batterijen dagelijks kwijt in een daartoe geplaatste gele emmer. Hoofdluis Een gezond leefklimaat is voor de kinderen essentieel. Ziektekiemen zijn gauw gezaaid. Infecties en ongemakken, zoals hoofdluis, zijn overgedragen voor u er erg in heeft. Vandaar dat, in overleg met de Ouderraad, is afgesproken om de leerlingen regelmatig op hoofdluis te controleren. Een aantal ouders helpt bij deze controle. Mocht er geconstateerd worden dat uw kind hoofdluis heeft, dan wordt er direct contact opgenomen met thuis. U wordt dan verzocht uw zoon/dochter te komen halen, zodat onmiddellijk behandeling mogelijk is. 34 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
Vrijwillige Ouderbijdrage De regering vergoedt veel van de kosten die aan het onderwijs van uw kind zijn verbonden. Bepaalde activiteiten moeten wij zelf betalen. De Ouderraad vraagt aan ouders een vrijwillige bijdrage van € 25. Een deel van het bedrag wordt besteed aan het Kerstfeest, Sinterklaas, het Paasontbijt. enz. De rest wordt gebruikt als boekenfonds, zodat leesboeken versneld vernieuwd kunnen worden. Het afgelopen jaar zijn er nieuwe boeken voor de klassenbibliotheek aangeschaft. Voor de schoolreisjes moet u apart betalen. Een reisje kost ongeveer € 29. Schoolgeld. Voorts vraagt ons bestuur ook een vrijwillige financiële bijdrage. De opbrengst van deze bestuursbijdrage laat het bestuur geheel ten goede komen aan de scholen en hun leerlingen. De doelbestedingen voor deze bijdrage zijn: - Aanschaf methoden - Voorzieningen ICT-onderwijs - Bekostiging muziek-en dramadocent. Elk jaar ontvangt u van ons een brief. Hierin staan de bedragen vermeld en de wijze waarop u deze kunt voldoen. Deze brief is ook in de bijlage van de schoolgids opgenomen. Tijdens de jaarlijkse Oudercontactavond ontvangt u in het jaarverslag een verantwoording over de besteding van de gelden. Parkeren bij school. Her en der geparkeerde auto’s geven aanleiding tot het ontstaan van gevaarlijke verkeerssituaties voor onze kinderen. Parkeren voor de school, anders dan in de parkeervakken, is verboden. Verjaardagen. Jarige kinderen mogen hun klasgenoten en leerkrachten trakteren. Omdat tandbederf zoveel mogelijk moet worden tegengegaan, wordt u verzocht bij voorkeur geen snoepgoed uit te laten delen. Daarom is ook tijdens de pauze het eten van fruit en een boterham gezonder dan veel suiker bevattend snoepgoed. In de overige groepen mag door de jarige alleen aan broertjes/zusjes worden uitgedeeld. De ervaring leert dat veelal dezelfde leerlingen door de jarige worden getrakteerd en de overige kinderen van de groep keer op keer worden overgeslagen. Verzekeringen. ‘Een ongelukje zit in een klein hoekje’. Het kan gebeuren dat uw kind tijdens het spel op het schoolplein of tijdens andere activiteiten enige (lichamelijke) schade ondervindt of aan een ander toebrengt. In deze gevallen is een door u afgesloten Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering van groot belang. Indien u deze niet heeft, raden wij u aan dit te doen. Het schoolbestuur heeft een Schoolongevallenverzekering afgesloten. Deze verzekering is een aanvullende voorziening op de door u afgesloten Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering en/of Ziektekostenverzekering. Tijdens de schooltijden en een uur hiervoor en hierna is uw kind verzekerd. De Schoolongevallenverzekering geldt ook tijdens het schoolreisje, de afscheidsavond en andere schoolactiviteiten. Indien u van mening bent een beroep te kunnen doen op deze verzekering, dan kunt u contact opnemen met de directie. De bijdrage per kind wordt bekostigd vanuit de ouderbijdrage aan het SCOH. De verzekeringsvoorwaarden liggen op school ter inzage. Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
35
Sponsoring. Scholen kunnen te maken krijgen met bedrijven die hen willen sponsoren. Dat kan een uitkomst zijn om extraatjes van te betalen. Maar er zijn ook risico’s aan verbonden. Leerlingen zijn een kwetsbare groep. Het is dus belangrijk dat sponsoring zorgvuldig gebeurt. Het Ministerie van Onderwijs heeft een convenant gesloten waarin afspraken over sponsoring in het primair onderwijs zijn vastgelegd. Het convenant bevat gedragsregels die de school gebruikt bij het sponsorbeleid. Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een school en waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt. Als de school een sponsorovereenkomst aangaat, is de school verplicht het voor te leggen aan de oudergeleding van de medezeggenschapsraad. Het bestuur van de SCOH volgt in zijn sponsorbeleid de tekst van het convenant van het ministerie.
36 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
Bijlage A: De O.N.S. en de cijfers Alle cijfers komen uit het schooljaar 2014-2015 tenzij anders aangegeven. 1 Leerling-gegevens aantal leerlingen: 241 (teldatum 01-10-2013) aantal groepen: 10 aantal uren IB/RT beschikbaar: 16 uur (2014-2015) 2 Leerkrachten Aantal leerkrachten 18, waarvan 16 parttime. Functies: directeur adjunct-directeur groepsleerkracht bouwcoördinator ictcoördinator gedragspecialist rekenspecialist vakleraren (Lichamelijke Opvoeding/Muziek/Drama). intern-begeleider vertrouwenspersoon administratief medewerker conciёrge 3 Lestijden 3.1 schooltijden: groep 1-4 8.30 - 11.30, 12.45 - 15.00 woensdag: 8.30 - 12.30 groep 5-6 8.30 - 12.00, 13.00 - 15.00 woensdag: 8.30 - 12.30 groep 7-8 8.30 - 12.00, 13.00 - 15.00 woensdag: 8.30 - 12.30 3.2 aantal uren les: groep 1, 2, 3, 4: 25,75 uur per week. groep 5, 6, 7, 8: 26,75 uur per week. 4 Zorgbreedte Aantal leerlingen 2014-2015(mei 2014) 263 Aantal leerlingen met een handelingsplan: 10 Aantal verwijzingen naar speciaal onderwijs: 0 Aantal terugplaatsingen uit speciaal onderwijs: 0 Aantal doublures: 3 Aantal leerlingen die een groep overslaan: 0 Aantal schoolverlaters: 23 5 Eindresultaat Advies naar het Voortgezet Onderwijs. Schooltype: Aantal verwezen leerlingen: VMBO 0 VMBO/HAVO 2 HAVO 4 HAVO/VWO 7 VWO 10
Oranje Nassau school
ONS_schoolgids 2015-2016
37
Bijlage B: De O.N.S. en de kosten Bijdrage voor: Vrijwillige ouderbijdrage aan de SCOH Vrijwillige bijdrage aan de Ouderraad. Voorstellingen Koorenhuis/bezoek Museon.
Bedrag: Eerste kind € 127,Tweede kind € 81,Elk volgend kind € 45,Per kind € 25,- Per leerling € 10,-
Excursies.
€ 10,-
Schoolmelk Melkunie. betaling per acceptgirokaart Overblijven. Tweede kind € 120, Elk volgend kind € 60,-
Per pakje € 0,30 Eerste kind € 120,-
Schoolreisje. Ongeveer € 29,- per leerling. Er zijn twee betaalmomenten: 1. Een verplicht betaalmoment voor de overblijfkosten en de overige bijdragen (excursies, voorstellingen ). Hiervoor krijgt u eind oktober per familie één acceptgiro, met daarbij per kind een duidelijke kostenspecificatie. Mocht u uw verplichte bijdrage niet voldoen, dan kan/kunnen uw kind of kinderen niet meer gebruikmaken van de overblijffaciliteiten. 2. Een vrijwillig betaalmoment voor het schoolgeld en de activiteitenbijdrage (Ouderraad). Hiervoor krijgt u begin januari ook weer per familie één acceptgiro, met daarbij eveneens per kind een duidelijke kostenspecificatie. U bent overigens meer dan welkom meer dan de gevraagde bijdrage te betalen!
Bijlage C: De O.N.S. en het overzicht van de teamleden en de commissies. Directeur:
de heer E. Onbag Joh. Meybeeklaan 14 2273 HD Voorburg telefoon 070 - 369 44 31
Teamleden:
Mw. M. v. Bennekom groep 4a (maandag, dinsdag)
Mw. M. Blonk groep 4 (woensdag)
Mw. E. v. d. Boogaart groep 1/2b (donderdag), groep 1/2c (dinsdag) Intern begeleider (maandag, vrijdag)
Dhr. S. Drop groep 8
Mw. S. Heijnis (donderdag) docent Drama
Mw. J. Bontje groep 7 (vrijdag)
38 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
Dhr. F. Koopmans (dinsdag) Docent Muzikale Vorming
Mw. M. v. d. Goes groep 5b (maandag/dinsdag/woensdag)
Mw. A. Hagebeek groep 3 (maandag, dinsdag, woensdag) Mw. W. Jansen administratie
Mw. E. Kits (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag) groep 1/2b
Mw. T. Kerkstra groep 4a (woensdag, donderdag, vrijdag)
Mw. L. Steer Groep 5
Mw. H. Pronk-Verboom groep 1/2a (woensdag, donderdag, vrijdag)
Mw. N. Stoop Invalgroepsleerkracht groep 1/2a (maandag, dinsdag)
Mw. M. v. Straten groep 3a (woensdag,donderdag,vrijdag)
Dhr. R.Struijk (maandag, woensdagochtend) docent lichamelijke opvoeding
Mw. I. v. d. Weele groep 5b (donderdag,vrijdag)
Dhr. A. Witmus groep 7 (maandag, dinsdag, woensdag)
Mw. A. Witmus-Moeke groep 1/2c (maandag, woensdag, donderdag, vrijdag)
Mw. H. Knoester-Hoetjes groep 4 Mw. L. Meeder groep 1/2a (maandag, dinsdag)
Dhr.M.Mangal conciërge Hoofdleidsters peuterspeelzaal: mw. A.M. de Kort-van Rijn mw. M.W.A. de Bruijn-van Tol Dienstverlenende instanties: Naschoolse Opvang: Stichting Triodus. telefoon 070 - 312 00 10 Schoolarts:
Oranje Nassau school
Mw. Z. Fockens, jeugdarts (kleuters en tot 10 jaar)
ONS_schoolgids 2015-2016
39
Centrum voor Jeugd en Gezin: Haagse Hout. Jeugdgezondheidszorg (GGD) Koningin Sophiestraat 122 2595 TM Den Haag telefoon 070 - 752 65 00 Inspectie:
Inspecteur: Mw. drs. K. Plantinga telefoon 079 - 35 137 00 Voor info:
[email protected] of www.onderwijsinspectie.nl Voor vragen: telefoon 0800 - 80 51 (gratis)
Vertrouwensinspecteur: telefoon 0900 - 111 31 11 Klachtencommissie: Landelijke Klachtencommissie van de Besturenraad Postbus 907 2270 AV Voorburg telefoon 070 - 348 11 80 Medezeggenschapsraad: Oudergeleding Hr. L. van Luyk, voorzitter Mw. M. L. de Graaf-Kruger, penningmeester Mw. M. Roelofsen, secretaris Teamgeleding: Mw. A. Witmus-Moeke Mw. M. van Straten Mw. M. Pronk Ouderraad: Mw. O. Brands, voorzitter tel.070 - 854 93 69 Overige leden: Mw.M.Hohe, secretaris Dhr. F. Barthel, penningmeester Mw. T. Tellekamp / mw. S. van ’t Hof, activiteiten. Dhr. M. Gorsse, coördinatie overblijven Mw. R. Braams / mw. M. v. Bergen, PR en communicatie. Onderwijsbegeleidingsdienst: Mw. M. Ris Haag Centrum Onderwijsbegeleidingsdienst Zandvoortselaan 146 2505 AM Den Haag telefoon 070 - 448 28 28
40 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
Bijlage D: De ONS en de toetsen Maand
Groep
September
Toets Indien nodig nieuwe leerlingen toetsen
Oktober/November
8 Studievaardigheden 8 Spelling 8 Rekenen-Wiskunde 8 Begrijpend lezen 8 Leeswoordenschat
Januari/Februari
1/2 Rekenen voor kleuters 1/2 Taal voor kleuters 3 t/m 7 Technisch lezen 3 t/m 7 Avi 4 t/m 8 Begrijpend Lezen 3 t/m 7 Rekenen/Wiskunde 3 t/m 8 Spelling 3 Derdegroeps-onderzoek 3 t/m 7 Woordenschat 8 Studievaardigheden
Februari
8
Mei/Juni
1/2 Rekenen voor kleuters 1/2 Taal voor kleuters 3 t/m 7 Technisch lezen 3 t/m 7 Avi- DMT 3 t/m 4 Begrijpend Lezen 3 t/m 7 Rekenen/Wiskunde 3 t/m 7 Spelling 3 Derdegroeps-onderzoek 3 t/m 7 Woordenschat 5 t/m 7 Studievaardigheden
7
Oranje Nassau school
Eindtoets C.I.T.O.
C.I.T.O.entreetoets
ONS_schoolgids 2015-2016
41
Bijlage E: De O.N.S. en de jaarplanning 2015-2016
(wijzigingen voorbehouden)
24 augustus Eerste schooldag 11 september Groepen 1/ 2 vrij 14 september Schoolreisje alle groepen 15 september Prinsjesdag/studiedag docenten 17 september Infoavond groep 1/ 2 23 september Bestelronde kinderpostzegels 30 september Oudergesprekken 1 oktober Oudergesprekken 2 oktober Groepen 1/ 2 vrij 7 oktober Start Kinderboekenweek 19 t/m 23 oktober Herfstvakantie 5 november Infoavond ouders gr.8 6 november Groepen 1/ 2 vrij 20 november Groepen 1/ 2 vrij 30 november Schoenzetten 4 december Sinterklaasfeest 11 december Groepen 1/ 2 vrij 15 december Kerstdiner 18 december Kerstviering/start Kerstvakantie om 11.45 alle leerlingen vrij 21 december t/m 1 januari Kerstvakantie 15 januari Groepen 1/ 2 vrij 18/19/20 januari Adviesgesprekken groep 8 24 januari Koffieconcert 5 februari Groepen 1/ 2 vrij 19 februari Studiedag leerlingen vrij, nog overleggen 22 februari t/m 26 februari Voorjaarsvakantie 6 maart CPC-loop 7 maart Uitreiking rapporten 8/9 maart rapportbesprekingen 11 maart Groepen 1/ 2 vrij 24 maart Paasviering/Paasontbijt. om 11.45 uur alle leerlingen vrij. 25 t/m 28 maart Paasvakantie 8 april Groepen 1/ 2 vrij 19/20/21 april Eindtoets CITO 27 april Koningsdag:leerlingen vrij. 28/29 april Studiedagen:leerlingen vrij. 2 t/m 16 mei Meivakantie 18 mei Fotograaf 2 juni Pleinfeest 3 juni Groepen 1/ 2 vrij 13 juni Schoolverlaterskamp 24 juni Studiedag:leerlingen vrij 27 juni Studiedag:leerlingen vrij 30 juni Schoolverlatersavond. 8 juli Laatste schooldag, om 11.45 alle leerlingen vrij 8 t/ m 19 augustus Zomervakantie 22 augustus Eerste schooldag
42 ONS_schoolgids 2015-2016
Oranje Nassau school
Weissenbruchstraat 119 2596 GD Den Haag telefoon: 070 - 328 06 47 telefoon peuterspeelzaal: 070 - 328 05 72 e-mail:
[email protected] website: www.onsdh.nl