SCHOOLGIDS 2015-2016 SCHOOLGIDS 2015-2016
Locatie MONTESSORI GRIFFENSTEYN
Laan van Cattenbroeck 76 – 3703 BP Zeist T. 030-6918786 I. www.montessorizeist.wereldkidz.nl
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
INHOUDSOPGAVE 1: KORT KENNISMAKEN 1.1: Hartelijk welkom! 1.2: Onze schoollocaties 1.3: Schoolleiding & schoolbestuur
3 3 3 3
MONTESSORI ZEIST - ALGEMEEN 2: WAAR WE VOOR STAAN 2.1: Missie 2.2: Kernwaarden
5 5 5
3: WAAR WE VOOR GAAN 3.1: Visie 3.2: Richtinggevende thema’s
7 7 7
4: INHOUD VAN ONS ONDERWIJS 4.1: De vakken nader bekeken 4.2: Werken met tablets 4.3: Kanjertraining 4.4: Een kijkje in de bouwen 4.5: Huiswerk
9 9 11 11 12 14
5: ONDERSTEUNING VOOR HET KIND 5.1: Passend onderwijs 5.2: Het volgen van de ontwikkeling 5.3: Rapportage naar ouders 5.4: Schooladvies voortgezet onderwijs 5.5: Ondersteuningsstructuur 5.6: Schoolondersteuningsprofiel 5.7: Inzet externe deskundigheid 5.8: Topklas voor hoogbegaafde kinderen 5.9: Jeugdgezondheidszorg
14 14 15 15 15 16 17 18 18 19
6: OPBRENGSTEN VAN ONS ONDERWIJS 6.1: Beoordeling van opbrengsten 6.2: Onze opbrengsten
19 19 20
7: OUDERS EN SCHOOL 7.1: Ouderbetrokkenheid 7.2: Contacten met ouders 7.3: Informatievoorziening 7.4: Overlegorganen 7.5: Ouderbijdrage
20 20 21 22 23 23
MONTESSORI GRIFFENSTEYN - SPECIFIEK 8: INFORMATIE OVER DE SCHOOLLOCATIE 8.1: Situering van de school 8.2: Schoolgrootte en samenstelling groepen 8.3: Schooltijden 8.4: Naschoolse opvang
24 24 24 24 24
9: HET TEAM 9.1: Dagelijkse leiding 9.2: Personele bezetting van de groepen
24 24 25
10: PRAKTISCHE INFORMATIE, VAN A TOT Z
25
BIJLAGEN I: Belangrijke adressen II: Aanmelden en toelaten van een kind III: Verlofregeling IV: Klachtenprocedure V: Beleid schorsing en verwijdering VI: Meldcode kindermishandeling
34 35 37 38 40 42
2
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
1: KORT KENNISMAKEN 1.1: HARTELIJK WELKOM! Voor u ligt onze schoolgids 2015-2016. Deze schoolgids is bedoeld voor ouders van Montessori Griffensteyn. De gids is ook bedoeld voor ouders die belangstelling hebben voor onze school als toekomstige school voor hun kind. Montessori Griffensteyn maakt deel uit van Montessorischool Zeist. De andere locaties zijn Montessori Sumatralaan en Montessori Kerckebosch. Alle locaties zijn gehuisvest in Zeist. De gids is opgebouwd in twee delen. In het eerste deel van de gids treft u informatie aan o ver onze school en ons onderwijs dat van toepassing is voor alle locaties. We willen u een indruk geven van wat onze school uw kind(eren) te bieden heeft, welke leermiddelen we gebruiken en hoe we met kinderen omgaan. Het tweede deel bestaat uit informatie die specifiek van toepassing voor Montessori Griffensteyn. In deze gids wordt overal over ‘ouders’ en ‘zij’, hier kan natuurlijk ook ‘verzorgers’ en ‘hij’ gelezen worden.
‘ Jij mag zijn zoals je bent om te worden wie je bent,
maar nog niet kunt zijn; en je mag het worden op jouw manier en in jouw tijd’. Uw kind is van harte welkom! Schoolleiding & teams Montessorischool Zeist 1.2: ONZE SCHOOLLOCATIES Montessorischool Zeist heeft drie locaties: Montessori Griffensteyn, Montessori Sumatralaan en Montessori Kerckebosch. Op elke locatie wordt Montessorionderwijs gegeven van leerjaar 1 t/m 8, in heterogene groepen, verdeeld in de units: onderbouw, middenbouw en bovenbouw. Afhankelijk van het aantal kinderen per leerjaar, kan het voorkomen dat we met een zogenaamde tussenbouw werken. Montessori Sumatralaan is de oudste locatie. In 1976 is de school op die locatie gestart. Omdat deze locatie te klein werd, is in januari 1994 in de wijk Kerckebosch de locatie Montessori Kerckebosch geopend. In augustus 1997 volgde de opening van de locatie Montessori Griffensteyn in Zeist-West aan de Laan van Cattenbroeck. Het personeel van de verschillende locaties werkt, waar dat van toegevoegde waarde is voor de leerling en/of personeel, nauw met elkaar samen. Formeel vormen de locaties één school. 1.3: SCHOOLLEIDING & SCHOOLBESTUUR Schoolleiding De schoolleiding wordt gevormd door één directeur en drie schoolleiders. Elke locatie heeft een vaste schoolleider die de dagelijkse leiding heeft en verantwoordelijk is voor een goede gang van zaken op de locatie. De directeur heeft de algehele leiding over de drie locaties.
3
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN Samenstelling schoolleiding Naam Linda Meijer Anja van Wijk Hanneke van Zitteren Eva van Oost
Functie directeur schoolleider Montessori Griffensteyn schoolleider Montessori Kerckebosch schoolleider Montessori Sumatralaan
2015-2016
E-mailadres
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Schoolbestuur Montessorischool Zeist is onderdeel van Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland. In het dagelijks gebruik heet de stichting WereldKidz. Wereldkidz geeft op 32 locaties onderwijs. De openbare scholen van de stichting liggen in de gemeenten Bunnik, De Bilt, Stichtse Vecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal en Zeist. Eén school verzorgt Speciaal Onderwijs (SO) en Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO), namelijk De Meerklank te Zeist. Alle andere scholen zijn basisscholen. Wereldkidz kent een raad van toezicht bestaande uit vijf toezichthouders. De dagelijkse leiding van de stichting is handen van de voorzitter college van bestuur, Wubbo J. Wever. Contactgegevens Wereldkidz Postadres Postbus 344, 3700 AH Zeist Bezoekadres Laan van Vollenhove 3279 (ingang D), 3706 AS Zeist Telefoon 030-6969100 E-mail
[email protected] Website www.wereldkidz.nl
4
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
MONTESSORI ZEIST - ALGEMEEN 2: WAAR WE VOOR STAAN 2:1 MISSIE Onze naam zegt het al: wij zijn een Montessorischool. Op basis van de ideeën en uitgangspunten van Maria Montessori bieden wij modern toekomstgericht Montessorionderwijs dat aansluit bij de behoefte van het individuele kind. Dit betekent dat wij:
‘De benodigde hulp bieden, waardoor het kind zich kan ontwikkelen tot een zelfstandige persoonlijkheid die verantwoordelijkheid kan en wil nemen voor zichzelf, zijn omgeving en de samenleving waarvan zij deel uitmaakt’. Maria Montessori
2.2: KERNWAARDEN Op alle locaties wordt gewerkt vanuit de onderstaande 7 kernwaarden. Deze kernwaarden vormen de basis voor de manier waarop we ons onderwijs inrichten. Zelfstandig in een voorbereide omgeving Deze kernwaarde heeft betrekking op zelf actief zijn in een veilige omgeving die uitdaagt tot aan het ‘werk’ gaan. We scheppen een veilige omgeving waarin het kind haar zelfstandigheid en zelfdiscipline kan ontwikkelen. Veiligheid, betekent jezelf kunnen zijn en je prettig voelen in de groep en op school, zowel emotioneel als fysiek. Dit is een belangrijke voorwaarde om tot leren te komen. In die omgeving vindt het kind Montessorimaterialen, andere materialen en activiteiten die past bij haar ontwikkeling en belangstelling. Dankzij de aantrekkelijkheid van het materiaal wordt het kind geprikkeld het te gebruiken en behoudt haar aangeboren nieuwsgierigheid. Veel van onze materialen zijn zelfcorrigerend, waardoor het kind zonder inmenging van de leerkracht haar 'fouten' kan ontdekken en tot zelfontplooiing komt. En dat is precies waar het om gaat. Vertrouwen in het kind Deze kernwaarde heeft betrekking op leerervaringen opdoen op het juiste moment en met goede resultaten. Kinderen zijn vanuit zichzelf gemotiveerd om zich te ontwikkelen en om te leren. Dat uit zich in een spontane belangstelling van kinderen. Die belangstelling van kinderen verschilt, omdat ieder kind een eigen ontwikkeling doorloopt. In ons Montessorionderwijs zijn verschillen tussen kinderen uitgangspunt. Dit betekent dat wij ons onderwijs zoveel mogelijk aanpassen aan de mogelijkheden en behoeften van het individuele kind. De behoeften van een kind kan verschillen per ontwikkelingsfase. In een bepaalde periode n is een kind, meer ontvankelijk voor het leren van specifieke vaardigheden en voor het opnemen van een bepaald soort kennis. De leerkracht observeert de ontwikkelingsgang van het kind daarom nauwgezet om op het juiste moment nieuwe impulsen te geven of bij te sturen zodat het kind uit zichzelf haalt wat er in zit.
5
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Keuzevrijheid Deze kernwaarde heeft betrekking op leren keuzes maken en plannen: de kans krijgen je breed te ontwikkelen op zelfgekozen momenten, binnen gestelde werkkaders. Ieder kind heeft de vrijheid om zelf haar werk te kiezen en/of in te delen, dit alleen te doen of samen met een ander te doen. Het (oudere) kind leert ook haar eigen werk te plannen, zelf verantwoordelijk te zijn voor haar taken en de discipline te hebben om zichzelf aan te sporen om (soms) leeractiviteiten te gaan doen terwijl zij liever iets anders zou willen doen. Het is echter niet zo dat het kind voortdurend vrij is om te kiezen. Naast vrije keuze is er sprake van basiswerk, passend bij de i ndividuele ontwikkeling van het kind. Blijvend ontwikkelen in heterogene groepen Deze kernwaarde heeft betrekking op doorgaande leerlijnen door de jaren heen, in een groep die al in bedrijf is en gelegenheid biedt om zelf te doen én te leren, van en met elkaar. Overal in de maatschappij leven en werken mensen van verschillende leeftijden met elkaar. Mensen met (veel) ervaring en mensen die net beginnen kunnen veel van elkaar leren. Ook in een gezin is een kind veelal omringd met oudere en jongere mensen. In onze Montessorigroepen is dat ook uitgangspunt: er zitten kinderen van verschillende leeftijden bij elkaar. We vinden dit, net als Maria Montessori, van belang voor een harmonische ontwikkeling. Het geeft kinderen bovendien de kans zich te spiegelen aan anderen . Ieder kind is dus een periode de jongste en de oudste. We werken vanuit doorgaande leerlijnen. Hiermee dragen we zorg voor een doorlopend aanbod voor de kinderen. Meerdere leerlijnen zijn uitgewerkt in ijkpunten, zogenoemde tussendoelen. Zo is voor iede r kind precies duidelijk welke doelen behaald moeten worden en kan het kind het leerjaar daarop verder met waar het gebleven is, in een groep die maar gedeeltelijk veranderd is. Leerkracht als coach Deze kernwaarde heeft betrekking op gestimuleerd worden en begeleiding krijgen die afgestemd is op de onderwijsbehoeften van ieder kind.
‘Zij moet hun belangstelling opwekken, hen aanmoedigen en de leerstof op grootse wijze aanbieden. Zij moet een persoonlijkheid en een mens zijn, gevoelig en vol belangstelling voor haar leerlingen’. In ons Montessorionderwijs is de belangrijkste rol van de leerkracht: het geven van stimulerende begeleiding die het kind voor haar ontwikkeling nodig heeft. Zij observeert het kind goed zodat het kind op de juiste momenten nieuwe impulsen aangeboden krijgt. De leerkracht geeft de instructie en demonstreert het materiaal zodanig dat het kind, vanuit het ontwikkelingspunt dat het bereikt heeft, zichzelf verder kan helpen. De leerkracht let erop dat de keuzes die het kind zelf maakt in de juiste verhouding staan tot de mogelijkheden van het kind. Ouders als partners Deze kernwaarde heeft betrekking op gezamenlijk inspanning leveren om het kind zo goed mogelijk tot ontwikkeling te laten komen. Onderwijs en opvoeden gaan hand in hand en kunnen niet los van elk aar worden gezien. Naast visie is de Montessoriwerkwijze namelijk ook een houding. Het zegt iets over het kind- en mensbeeld dat men heeft en vraagt een thuisklimaat dat hierbij aansluit. Leerkrachten en ouders helpen het kind door goed te kijken naar het kind, goed te kijken naar wat het onderneemt en waar het behoefte aan heeft. Zij kunnen het kind hulp bieden door goede voorwaarden voor ontwikkeling te scheppen. Maria Montessori vatte de taak van de volwassene samen in de volgende woorden:
6
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
‘Prikkelen tot leven, maar vrijlaten in ontwikkeling’. We hechten aan een open relatie met ouders, waarin alles bespreekbaar is wat in het belang is van het kind. Dit zodat het kind respect ontvangt voor haar groeiende zelfstandigheid, haar ontwikkeling en interesses in de wereld. Alleen dan zijn de voorwaarden gecreëerd, waarmee het kind in staat is kennis tot zich te nemen; dan kan haar intelligentie zich verder ontwikkelen en kan het kind uitgroeien tot een mondige en creatieve wereldburger.
3: WAAR WE VOOR GAAN 3.1: VISIE Het uitgangspunt is dat een kind een natuurlijke, noodzakelijke drang tot zelfontplooiing heeft. Ouders en school onderkennen wat de behoeften van een kind zijn en spelen daarop in door de juiste omgeving en materialen te bieden. Het kind en haar behoeften staan centraal. Wij vinden het belangrijk om ons onderwijs (ook) af te stemmen op de eisen zoals die door de maatschappij en de wet- en regelgeving aan het basisonderwijs gesteld worden. Wereldkidz–Montessorischool Zeist is een door de Nederlandse Montessori Vereniging erkende Montessorischool. Het is echter geen Montessorischool die zich strikt houdt aan de traditionele wijze waarop de principes en uitgangspunten van het Montessorionderwijs zijn uitgewerkt door de Nederlandse Montessori Vereniging. Het vormt wel de basis. We vinden het belangrijk dat het Montessorionderwijs met de tijd meegaat. In onze school werken we zowel met de traditionele Montessorimaterialen als met moderne onderwijsmiddelen, inclusief toegepaste ICT toepassingen (als bijvoorbeeld tablets). Het werken met beproefde methoden én eigentijdse middelen om leerstof te verwerken gaan hand in hand. Nieuw materiaal en nieuwe methoden kiezen wij zorgvuldig en gebruiken we dusdanig dat het materiaal tegemoet komt aan de individuele ontwikkeling van het kind. De kern van ons Montessorionderwijs is:
‘Leer mij het zelf te doen’.
3.2: RICHTINGGEVENDE THEMA’S Voor de komende jaren hebben we een vijftal thema’s bepaald die richting geven aan ons denken en doen in de komende jaren. Onderstaand worden de thema nader toegelicht. De thema’s zijn terug te vinden in ons komende meerjarenbeleid, schoolplan 2016-2020, en daaruit voortvloeiende jaarplannen. Per schooljaar worden één of meerdere jaarplannen geschreven met als doel de kwaliteit te verbeteren en te verduurzamen. Eigenaarschap bij leerlingen Waarom willen eigenaarschap creëren bij leerlingen? Versterkt de intrinsieke motivatie van het kind waardoor het vermogen om tot leren te komen wordt vergroot. Stimuleert het kind tot het (leren) nemen van eigen verantwoordelijkheid. Geeft het kind vertrouwen in eigen kunnen. Geeft het kind invloed op haar eigen leerproces. Levert een bijdrage aan het maximale uit een kind te halen.
7
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Talenten ontdekken en inzetten, op niveau van leerlingen, leerkrachten en ouders Waarom willen we talenten ontdekken en inzetten, op niveau van leerlingen, leerkrachten en ouders? Het kind, leert en ervaart wat haar (verborgen) talenten zijn. Succeservaringen kunnen opdoen en vertrouwen in jezelf krijgen. Elkaar helpen door gebruik te maken van elkaars talenten: ingezet worden in daar waar je kracht ligt. Betrokkenheid vergroten (wij-gevoel). Werken vanuit collectieve verantwoordelijkheid Waarom willen wij werken vanuit collectieve verantwoordelijkheid? Realiseren van hechte professionele relaties ten behoeve van werkuitvoering, kwaliteit, verbetering en werkdrukverlichting. Versterken van doorgaande leerlijnen door transparantie in (samen)werken: voor elkaar, de kinderen en de ouders. Voorbeeld zijn voor kinderen en elkaar. Realiseren van collectieve aandacht en verantwoordelijkheid voor het leren en welbevinden van de kinderen om zo het maximale uit ieder kind te halen. Meer ogen geven meer (talent)inzicht. Ingezet worden op daar waar je kracht/passie ligt: betere instructie, hogere opbrengsten, meer werkplezier. Feedback geven en ontvangen versterken: ouders, leerkrachten en kinderen. Realiseren van en met elkaar leren. 21st Century Skills ontwikkelen bij leerlingen en leerkrachten Waarom willen wij 21ste Century Skills ontwikkelen bij leerlingen en leerkrachten. Het levenspad van een mens staat niet meer vast. Bezitten van situatieonafhankelijke vaardigheden wordt daarom steeds belangrijker: samenwerken, probleemoplossend vermogen, ICT geletterdheid, creativiteit, kritisch denken, communiceren en sociale en culturele vaardigheden. Zorg dragen voor een goede aansluiting naar het voortgezet onderwijs. Ook daar wordt in toenemende mate verwacht dat kinderen vaardig zijn in 21ste Century Skills. Kennis is (snel) op te zoeken (hoewel we een bepaalde mate van basiskennis wel cruciaal vinden en willen blijven aanleren), dat geldt niet voor vaardigheden. Die moet je ontwikkelen. Ouders als gelijkwaardige partners Waarom willen wij ouders als gelijkwaardige partners? Ter stimulering van het welbevinden/schoolplezier van het kind. Om maximale (leer)ontwikkeling bij het kind te realiseren. Een brug te slaan tussen opvoeding en onderwijs: eenduidigheid in denken en doen realiseren, in belang van het kind.
8
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
4: INHOUD VAN ONS ONDERWIJS ‘Wanneer een kind in de gelegenheid gesteld wordt uit de omgeving volgens eigen ritme en werkwijze, kennis te verwerven, ontwikkelt zij zich op verbazende wijze’. Elk kind ontwikkelt zich in haar eigen tempo. De leerkrachten gaan uit van verschillen tussen kinderen. De instructiemomenten, de leerstof en de verwerking worden afgestemd op de onderwijsbehoeften van het individuele kind. Elk kind krijgt zoveel mogelijk maatwerk geleverd. Wij werken volgens de ideeën en uitgangspunten van Maria Montessori, maar hebben deze wel aan aangepast aan de huidige maatschappelijke en wetenschappelijke ontwikkelingen en de eisen die door wet- en regelgeving aan het basisonderwijs gesteld worden. In onderstaande paragrafen wordt de inhoud van ons Montessorionderwijs nader toegelicht. 4.1: DE VAKKEN NADER BEKEKEN Komend schooljaar wordt er fors geïnvesteerd in nieuwe ICT-middelen en een nieuwe basismethode voor rekenen. Er wordt gewerkt aan een meerjarenbegroting om investeringen ook in toekomst te kunnen waarborgen. Op onze school worden vanaf groep drie naast de Montessorimaterialen ook methoden ingezet die de leidraad vormen voor de didactiek, het leerstofaanbod van de school. De Montessorimaterialen worden vanaf deze groep veelal als ondersteunende materialen gebruikt. De methoden die wij inzetten zijn geselecteerd op mate van differentiatie. Dit houdt in dat de methode niet alleen de basisgroep kinderen moet bedienen, maar ook kinderen die extra ondersteuning nodig hebben, evenals de meerbegaafde kinderen. Onderstaand volgt een kort overzicht van de vakken per vormingsgebied met de daarbij door ons gebruikte materialen en/of methoden. Vak/materiaal/methode Nederlands Taal Montessori-taalset Woordbouw
Technisch lezen (Montessori)materiaal Leeslijn
Groep
Korte beschrijving
1-8 3-8
Het taalprogramma is een veelomvattend programma op onze school. Taal in de breedste zin van het woord komt aan de orde. Doelstelling: leren spellen, stellen, luisteren en spreken. Veel aandacht is er voor de ontwikkeling van de woordenschat en het ‘taalgevoel’.
1-2 2-8
Met divers materiaal wordt In de onderbouw wordt de eerste stap gezet in het leren lezen: de kinderen letters en komen zij tot het lezen van woordjes. Met Leeslijn doorlopen kinderen acht leesfasen. De leesfasen zijn gebaseerd op het natuurlijke proces van leren lezen: van het spelen met letters in het voorbereidend lezen tot aan het steeds moeilijkere zinnen en teksten lezen in het voortgezet technisch lezen. Elk kind doorloopt de fasen in zijn eigen tempo. Leeslijn wordt niet meer doorontwikkeld en zal daarom in komende schoolplanperiode worden vervangen door een ander middel.
9
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN Begrijpend lezen Nieuwsbegrip XL
Schrijven Montessorimateriaal Novoscript digitaal Novoscript
4-8
Een aanpak waarbij het kind wekelijks teksten leest over een actueel onderwerp. Aan de teksten zijn leesbegripen woordenschatoefeningen gekoppeld, met als doel leerlingen strategisch te laten lezen. Nieuwsbegrip biedt 'evidence based' strategieën voor begrijpend lezen.
1-2
Het kind in de onderbouw oefent de schrijfbeweging door het maken van de lettervormen met divers Montessorimateri aal. Met lessen in het speellokaal en met activiteiten in de schrijfhoek wordt er aan de fijne en grove motoriek gewerkt. Daarnaast wordt er met de digitale versie van Novo-script gewerkt. Vanaf groep 3 ligt het accent op het ontwikkelen van een persoonlijk, goed leesbaar handschrift, waarbij kinderen eerst met potlood schrijven en daarna met een (vul)pen.
3-8
Engels Divers materiaal
Rekenen/wiskunde Montessorimateriaal Rekenrijk
1-8
Wekelijks wordt er in alle groepen aandacht besteed aan Engels, met eigen samengesteld materiaal. In de komende schoolplanperiode zal voor Engels een keuze gemaakt worden met betrekking tot een structurele aanpak hiervan.
1-2
In de onderbouw wordt de basis gelegd voor het (leren) rekenen. Met behulp van Montessori- en ander materiaal krijgen de begrippen, inhoud. Vanaf groep 3 krijgen de kinderen gericht rekenonderwijs. Daarbij wordt de methode Rekenrijk als basis gebruikt.
3-8
Oriëntatie op mens en wereld 1-8 International Primary Curriculum (IPC)
Kunstzinnige oriëntatie Divers materiaal Cultuurnetwerk Kunstmenu
2015-2016
1-8
Wij vinden het belangrijk dat de kinderen leren inzien dat de feiten en verschijnselen waar zij mee te maken hebben, niet uit losse fragmenten bestaan, maar delen zijn van een groter geheel. Dit krijgt vorm binnen thematische leerarrangementen. We oefenen hierbij 21st Century Skills als samenwerken, probleemoplossend vermogen, ICT geletterdheid, creativiteit, kritisch denken, communiceren, sociale en culturele vaardigheden. Er zijn 5 thema’s per jaar voor de midden- en bovenbouw en 3 thema’s voor de onderbouw. Het thema dat centraal staat, wordt in alle bouwen tegelijkertijd behandeld.
Kunstzinnige vakken, zoals muziek, toneel en handvaardigheid, maken in alle groepen deel uit van het lesaanbod. Daarnaast maken we regelmatig gebruik van de faciliteiten van Kunstmenu Zeist en het Cultuurnetwerk. Op die manier komt het kind er zelf achter welke vorm het beste bij zijn of haar persoonlijkheid past.
10
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN Bewegingsonderwijs Spel en beweging Gymnastiek
1-2 3-8
2015-2016
Enige malen per week wordt met de kinderen gericht gespeeld in de gymzaal. De (vak)leerkracht zorgt voor inhoudelijk verantwoorde gymlessen.
4.2: WERKEN MET TABLETS Vanaf dit schooljaar maken de kinderen vanaf groep 4 de verwerkingsopdrachten voor rekenen en begrijpend lezen op een Android tablet. Er wordt gewerkt met het programma Snappet. Dit programma zorgt voor effectief onderwijs. De kinderen krijgen onmiddellijk feedback op de gemaakte opdracht en kunnen deze indien nodig verbeteren. De leerkracht kan op het dashboard meekijken hoe de kinderen de opdracht maken en direct hulp bieden. Bovendien analyseert en differentieert het programma, waardoor de kinderen op hun eigen niveau door kunnen werken. In alle groepen zijn ook een aantal computers en/of laptops beschikbaar voor de leerlingen om op te werken. 4.3: KANJERTRAINING Wij zijn een gecertificeerde ‘Kanjerschool’! De Kanjertraining heeft tot doel sociaal vaardig gedrag te stimuleren en sociale problemen zoals pesten, conflicten, uitsluiting en sociaal teruggetrokken gedrag te voorkomen of te verminderen en het welbevinden te vergroten bij kinderen en jongeren. De Kanjertraining bestaat uit een serie lessen met bijbehorende oefeningen om de sfeer in de groep/school goed te houden (preventief), of te verbeteren (curatief). De lessen worden in alle groepen gegeven. De Kanjertraining is opgenomen in de database van het NJi als effectief volgens goede aanwijzingen bij pestproblematiek en het aanleren van sociale vaardigheden. De kanjertraining gaat er vanuit dat mensen verschillende soorten gedrag kunnen vertonen. Bij de kanjertraining leren de kinderen herkennen welk gedrag er is en dat een kind zich op verschillende manieren kan gedragen. Iedere vorm van gedrag lokt een reactie uit. We proberen kinderen hiervan bewust te maken en hen verschillende manieren van reageren aan te bieden. Daarnaast gaat het ook om groepsvorming. In een groep waarin je elkaar kent en het veilig is zal vervelend gedrag (pestgedrag) een stuk minder voorkomen. Gaat er dan nooit meer wat mis, heerst er altijd rust en vrede? Nee, maar Kanjertraining k an wel helpen om problemen bespreekbaar te maken en te zoeken naar oplossingen die goed zijn voor alle partijen. De kanjerpetten Om in gesprek te gaan over gedrag bij kinderen maken we bij de Kanjertraining gebruik van petjes met vier verschillende kleuren. Deze symboliseren een bepaalde vorm van gedrag. De witte pet: Het gedrag van een kind met een witte pet is “rustig”. Het kind is tevreden met zichzelf, komt voor zichzelf op en voor anderen. Maar weet ook wanneer het tijd is om weg te lopen. De zwarte pet: Het gedrag van een kind met een zwarte pet is brutaal. Het kind vindt zichzelf geweldig en anderen helemaal niet. En laat dat aan andere kinderen voelen. Zij wil wel alles bepalen maar nergens verantwoordelijk voor zijn.
11
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
De gele pet: Het gedrag van een kind met een gele pet op is onopvallend. Het kind wil niet opvallen, is bang, verlegen of stil. Het kind wil er graag bijhoren maar vindt alles eng, bedreigend en beangstigend. Door deze bange, afhankelijke opstelling kan het kind genegeerd of gepest worden. De rode pet: Het gedrag van een kind met een rode pet is vaak clownesk. Het kind wil opvallen en stelt zich uitdagend op. De rode pet wil erbij horen en is een meeloper. Kinderen met een rode pet op nemen geen verantwoordelijkheid voor wat ze doen en wijzen snel naar een ander. Uiteraard zijn er ook verschillende combinaties van petten mogelijk. De petten zijn hulpmiddelen om op een respectvolle wijze over gedrag te kunnen praten. Kinderen zijn niet het gedrag van de pet, maar de petten staan voor de keuzes die de kinderen kunnen maken. Kinderen wordt daarmee geleerd dat ze zelf verantwoordelijkheid dragen voor de gedragskeuzes die ze maken. In de kanjertraining helpen we kinderen gedragsvarianten te ontdekken, uit te proberen, er mee te spelen. De indeling in gedragstypen is niet bedoeld om te diagnosticeren. Soms kan kanjertraining een kind niet helpen. Het kan dan zijn dat er meer aan de hand is met het kind of rond om het kind. Specialistische hulp is dan noodzakelijk. 4.4: EEN KIJKJE IN DE BOUWEN 4.4.1: De onderbouw In de onderbouw komen veel ontwikkelingsgebieden aan bod die allemaal even belangrijk zijn: lichamelijke en zintuiglijke ontwikkeling, taalontwikkeling, muzikale ontwikkeling en sociale ontwikkeling. Spelen en werken zijn nauw gecombineerd. Op verschillende plaatsen in het lokaal of op de gang zijn kinderen bezig met spelen, bouwen, knutselen maar ook voorbereidend lezen, schrijven en rekenen. De taalontwikkeling wordt in de onderbouw de hele dag gestimuleerd, waarbij hun eigen belevingen het uitgangspunt vormt. In de kring vinden kringgesprekken plaats, er worden vraag- en antwoordspelletjes gedaan en gedichtjes geleerd. Ook leest de leerkracht voor en vertelt zij verhalen. Het zelf kiezen, klaarleggen en zelfstandig werken met het Montessori- en overige materiaal stelt eisen aan het organisatievermogen van het kind: het leert voorbereiden, indelen, werk overzien, werk afmaken en het werk weer opruimen. Zo ontwikkelt het kind naast een speelhouding ook een werkhouding. De kinderen kr ijgen de gelegenheid naar eigen aanleg, tempo en ontwikkelingsniveau te werken. Een gedeelte van de tijd wordt er thematisch gewerkt, bijvoorbeeld gekoppeld aan een IPC thema (drie keer per jaar) of een seizoen of festiviteit. Een thema duurt een aantal weken en een deel van de activiteiten staan dan in het teken van het onderwerp: gesprekken, spelen, creatieve activiteiten en werkjes en activiteiten gericht op voorwaarden om tot lezen en rekenen te komen. De leerkracht kiest steeds tussen leiden (voordoen, helpen, samen doen) en begeleiden (op gang helpen, suggesties geven, samen een plan maken, helpen met organiseren), afhankelijk van wat aansluit op de ontwikkeling van het kind. Voor het buitenspelen wordt de tijd genomen. Rennen, klimmen, kruipen, lachen, balanceren, draaien, vallen, opstaan, op, in, overheen, onderdoor… Hun zintuigen en fantasie worden geprikkeld. Door samen buiten te
12
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
spelen legt een kind tevens de basis voor het omgaan met andere kinderen. Maar ook ruzie maken en teleurstellingen verwerken zijn belangrijk voor de ontwikkeling in sociale vaardigheden. De kinderen spelen dagelijks buiten en zijn ook regelmatig in de speel/gymzaal waar gericht les gegeven wordt op gebied van de motorische ontwikkeling. 4.4.2: De middenbouw Wanneer een kind in de middenbouw komt, ziet het naast nieuwe materialen ook bekende materialen uit de onderbouw. Maria Montessori noemt dit de doorgaande lijn. Er wordt veel aandacht besteed aan de basisvaardigheden lezen, schrijven, taal en rekenen. In de middenbouw gaan kinderen de wereld om zich heen echt actief ontdekken. Zij zoeken naar oorzaak en gevolg en stellen vaak grote levensvragen. De kinderen krijgen daarom lessen over allerlei onderwerpen. Er is veel documentatie aanwezig om aan de behoefte aan kennis te voldoen. Internet is ook een prima instrument om die informatiehonger te voeden en stillen. De ontwikkeling van de zelfstandigheid krijgt in de middenbouw een vervolg op wat in de onderbouw is aangeleerd. De leerkracht stimuleert de kinderen om een goede werkhouding (verder) te ontwikkelen, doelgericht te werken en zelfstandig opdrachten uit te voeren. Zij weten wanneer de leerkracht hulp komt bieden of een les geeft. Zij leren dat zij vast een ander werkje kunnen doen wanneer de leerkracht bezig is, of een ander hulp kunnen vragen (uitgestelde aandacht). Ook werken de kinderen met een planning. Op deze manier krijgen zij inzicht in hun mogelijkheden en leren zij hun tijd indelen. De leerkracht bespreekt regelmatig met de kinderen hoe ze dit het beste aan kunnen pakken qua tijdsindeling en welk werk zij gaan doen in een bepaalde periode. Het individueel werken van het kind wordt afgewisseld met groepslessen voor een gedeelte van of de hele de groep. Tijdens deze lessen wordt een korte inleiding gegeven over een bepaald onderwerp. Daarna kunnen de kinderen vragen stellen en aan het werk gaan met opdrachten over de aangeboden stof. Om de lessen op niveau aan te bieden (differentiatie) en de lestijd goed te gebruiken hoeven niet alle kinderen bij elke groepsles aanwezig te zijn. Sommige kinderen kunnen eerder van de les weg, omdat ze zich de stof al eigen hebben gemaakt. Deze kinderen hoeven niet te wachten en kunnen zelfstandig aan de slag. Voor deze kinderen is voldoende uitdagend materiaal beschikbaar. Andere kinderen hebben juist extra ondersteuning van de leerkracht nodig. Deze kinderen krijgen extra instructie van de leerkracht en voor hen is ook andere oefenstof beschikbaar die hen helpt de basisvaardigheden eigen te maken. 4.4.3: De bovenbouw In de bovenbouw zijn kinderen meer gericht op elkaar. Wij verwachten van hen een hoge mate van zelfstandigheid en steeds meer eigen verantwoordelijkheid voor hun eigen leerproces. Het is belangrijk dat kinderen zelf keuzes kunnen maken en de gevolgen ervan gaan overzien. Uiteindelijk komen deze vaardigheden hen goed van pas in het voortgezet onderwijs. De kinderen werken steeds minder met concrete materialen, omdat het meer in staat is tot abstractie, inoefenen en training van de leerstof. De kinderen krijgen les in alle basisvakken, ze maken werkstukken, houden spreekbeurten en werken met de computer. De kinderen krijgen een jaarboekje. Daarin staat de leerstof voor één schooljaar vermel d. De leerstof wordt door de leerling in overleg met de leerkracht ingepland. Als de planning is verstreken, evalueert de leerkracht met het kind de afgelopen planningsperiode. De volgende planning wordt hierop afgestemd.
13
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Groepslessen worden meestal gegeven aan kleine groepen van een vergelijkbaar niveau. De verwerking van wat in de groepslessen aan de orde is gekomen, kan individueel of in kleine groepjes plaatsvinden. Dit is ook afhankelijk van het soort verwerkingsopdracht. Net als in de middenbouw wordt de instructie door de leerkracht afgestemd op wat het kind nodig heeft. Ook is er materiaal aanwezig voor kinderen die juist meer of juist minder aankunnen. 4.5: HUISWERK In principe hebben de kinderen voldoende tijd op school om hun werk in orde te maken. Er is dus geen sprake van structureel schoolwerk dat thuis moet worden gedaan of voorbereid. Wel krijgen de kinderen regelmatig een spreekbeurt, boekbespreking, krantenknipsel etc., die thuis moet worden voorbereid. Van kinderen wordt verwacht dat ze hieraan thuis voldoende aandacht besteden zodat hun spreekbeurt, leesbeurt en nieuwskring een leuke en leerzame ervaring is én interessant is voor de klasgenoten. Van de ouders wordt verwacht dat zij erop toezien dat het ‘huiswerk’ tijdig en op een zinvolle en goede manier wordt gemaakt. In voorkomende gevallen wordt in overleg tussen de leerkracht en de ouders besloten dat een kind voor een vastgestelde periode thuis extra oefent. Dit is bijvoorbeeld in de middenbouw regelmatig het geval bij lezen en/of het automatiseren van de tafels.
5: ONDERSTEUNING VOOR HET KIND ‘Eén punt blijft echter steeds hetzelfde: wij moeten het kind helpen zelfwerkzaam te zijn. Maar waarbij moeten wij haar op dit plan helpen? In de dingen, die aan de behoeften van dit ontwikkelingsstadium beantwoorden. Zij moet zelf redeneren, oordelen en denken. Welnu, ook het oudere kind moet in vrijheid, door eigen ervaring en inspanning kennis verwerven, niet door te luisteren naar een volwassene die het hem kant en klaar voorzet’. 5.1: PASSEND ONDERWIJS Vanaf 1 augustus 2014 is de wet passend onderwijs ingevoerd. Het schooljaar 2014-2015 was een overgangsjaar, net als 2015-2016. Nog niet alles is uitgekristalliseerd. Doel van de wet is dat alle kinderen het recht hebben op onderwijs waaraan ze behoefte hebben, zowel in het primair als in het voortgezet onderwijs. Scholen zijn verplicht hieraan mee te werken en werken daarvoor samen in een samenwerkingsverband. Onze school is verbonden aan Samenwerkingsverband regio Zuidoost Utrecht (swv ZOUT). Het samenwerkingsverband is verantwoordelijk voor een dekkend onderwijsaanbod in de regio. Naast basisonderwijs is er speciaal (basis)onderwijs. Scholen hebben ‘zorgplicht’. Dit houdt in dat als een kind wordt aangemeld door ouders op een school de school voor het kind de meest passende plaats moeten zoeken binnen in het onderwijs. Meestal zal dat op de eigen school zijn, soms is dat op een andere school afhankel ijk van de onderwijsbehoefte van een kind en het schoolondersteuningsprofiel. Elke school is verplicht om een schoolondersteuningsprofiel op te stellen. In dit hoofdstuk staat ook ons schoolondersteuningsprofiel kort beschreven. Meer informatie over de wet op passend onderwijs Meer informatie over samenwerkingsverband ZOUT
: www.passendonderwijs.nl : www.swvzout.nl
14
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
5.2: HET VOLGEN VAN DE ONTWIKKELING Om de vorderingen van de kinderen en de loop van het onderwijs in de groepen i n de gaten te houden, volgen we de ontwikkeling van de kinderen individueel en op groeps- en schoolniveau heel regelmatig. Echter, lang niet alle resultaten van ons onderwijs zijn direct meetbaar en vergelijkbaar. Daarom maken we gebruik van zowel toets- als observatiesystemen om de ontwikkeling van de kinderen te volgen. In de onderbouw volgen we de ontwikkeling van kinderen eigen observaties en met behulp van KIJK! Aanvullend gebruiken we ook de CITO toetsen voor rekenen en taal. Voor de midden- en bovenbouw gebruiken we het leerlingvolgsysteem van CITO voor het volgen van de cognitieve ontwikkeling. Dit systeem houdt in dat we minimaal twee keer per jaar alle kinderen toetsen op het gebied van rekenen, taal en (begrijpend) lezen. Deze toetsen geven enerzijds een beeld van hoe de kinderen individueel scoren ten opzichte van de landelijke norm, anderzijds geeft het de school ook inzicht hoe de school scoort op groeps- en schoolniveau ten opzichte van het landelijke norm. De methodegebonden die worden afgenomen geven ook veel informatie over de prestaties van individuele kinderen. Voor het volgen van de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen vanaf de derde groep, maken we gebruik van SCOL. Met behulp van het leerlingvolgsysteem wordt meerdere malen per jaar vastgesteld of: de leerlingen voldoende vooruit gaan; de leerstof op het niveau van de leerling is afgestemd; veranderingen in het onderwijsgedrag van de leerkracht nodig zijn, en of onderdelen van het onderwijsprogramma voor verandering in aanmerking komen. Doublure of versnellen Soms blijkt uit het leerlingvolgsysteem dat een kind, dat op meerdere gebieden belemmeringen heeft, een jaar langer de tijd krijgt om zich te ontwikkelen. De beslissing om te doubleren of kleuterverlenging toe te passen ligt bij de school, na overleg met de ouders. In uitzonderlijke gevallen kan een jaar versnellen voorkomen. Ook de beslissing hierover ligt bij de school, na overleg met ouders. Overzichten van observaties, toetsresultaten en onderzoeksverslagen worden bewaard in het leerlingendossier, daar waar mogelijk digitaal. Ouders kunnen verzoek het dossier van uw kind altijd inzien. 5.3: RAPPORTAGE AAN OUDERS Een kind krijgt twee keer per jaar een verslag mee naar huis waarmee ouders op de hoogte worden gehouden van de ontwikkeling van hun kind: in februari en in juni. Daarnaast wordt minimaal tweemaal een voortgangsgesprek tussen ouders en leerkracht gevoerd, al dan niet gekoppeld aan het verslag. Zowel door de ouders als de leerkracht kan het initiatief genomen worden een afspraak te m aken voor een tussentijds gesprek. Wanneer wordt overwogen een kind te laten doubleren of te versnellen dan wordt dit met ouders ruim op te besproken. 5.4: SCHOOLADVIES VOORTGEZET ONDERWIJS In groep 8 krijgen de kinderen een schooladvies voor het voortgezet onderwijs. Dit advies in oktober/november op voorlopige basis gegeven en in januari definitief. Het schooladvies is gebaseerd op de observaties van de leerkracht, de gegevens van het leerlingvolgsysteem en eventuele onderzoeksverslagen van groep 6. Sinds 2015 is dit schooladvies leidend voor toelating voor een bepaald niveau in het voortgezet onderwijs. De eindtoets groep 8 vindt plaats in april en is daarmee niet langer leidend. Alleen wanneer een kind hoger scoort op de eindtoets kan de basisschool haar schooladvies aanpassen. De ervaring leert dat dit bij kinderen waarover al twijfel bestaat wat het meest passende advies is, kan voorkomen.
15
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Het schooladvies wordt door ons zorgvuldig opgesteld. Daarbij gaat het om: de cognitieve ontwikkeling op basis van methodetoetsen en methode onafhankelijke toetsen; de sociaal-emotionele ontwikkeling van een kind; en heel belangrijk de motivatie en de werkhouding (concentratievermogen, discipline, zelfstandigheid etc.) van een kind. 5.5: ONDERSTEUNINGSSTRUCTUUR In de tekst hieronder een beknopt overzicht van de organisatie van de leerlingenondersteuning voor op onze school. Dit is een korte samenvatting van ons ondersteuningsplan. Wanneer ouders dit ondersteuningsplan willen inzien kan dit bij de intern begeleider. Visie op ondersteuning De leerlingenondersteuning richt zich op het afstemmen van het onderwijs op de onderwijsbehoeften van de kinderen. We proberen (preventief) systematisch en vroegtijdig kinderen te signaleren die specifieke aandacht nodig hebben. Het gaat hier om kinderen met een leerachterstand, maar ook om leerlingen met een ontwikkelings- of leervoorsprong of leerlingen met een eigen leerstijl. Door middel van toetsen en observaties volgen we de ontwikkeling van de kinderen. Wanneer een kind extra ondersteuning nodig heeft, brengen we d.m.v. analyse en diagnose de ondersteuningsbehoeften in kaart. We bieden, in overleg met ouders, ondersteuning passend bij de ontwikkeling van het kind. Daarbij is ons uitgangspunt dat wij ons onderwijs zo moeten kunnen inrichten voor het kind dat zij zich veilig, tevreden en gesteund voelt. Dit zien wij als een voorwaarde om te komen tot goede leerprestaties. We maken een onderscheid tussen algemene ondersteuning voor alle kinderen en de ondersteuning voor kinderen die specifieke aandacht behoeven, waarover hieronder meer. Ondersteuningsniveaus Binnen de ondersteuningsstructuur op onze school onderscheiden wij 5 niveaus van ondersteuning: Ondersteuningsniveau 1: algemene, reguliere en preventieve begeleiding in de groep. De leerkracht biedt de leerstof aan op verschillende niveaus. Kenmerkend daarvoor is dat de leerkracht de kinderen het houvast en de uitdaging biedt waaraan ze behoefte hebben, zodat zij zichzelf ontwikkelen en hun zelfstandigheid en verantwoordelijkheid worden bevorderd. De leerkracht is verantwoordelijk voor het geven van aan het kind aangepast onderwijs. Daarbij gaat de leerkracht uit van verschillen tussen kinderen en anticipeert op eventuele belemmeringen die tijdens het lesgeven aan het licht komen. Dit kan een leerbelemmering betreffen, maar ook een gedragsproblematiek. In ondersteuningsniveau 1 worden de onderwijsbehoeften van de kinderen vastgesteld; wat heeft het kind nodig om een bepaald doel te bereiken. Ondersteuningsniveau 2: extra begeleiding in de groep. Indien, ondanks de inzet van de leerkracht binnen ondersteuningsniveau 1, niet aan de onderwijsbehoeften van kinderen kan worden voldaan, doet de leerkracht een passend onderwijsaanbod aan deze kinderen. De leerkracht geeft extra begeleiding aan één of meerdere leerlingen die na eigen observatie en/of signaleringsgegevens opvallen en extra ondersteuning behoeven. Omdat in dit niveau sprake is van een vorm van extra begeleiding kan de leerkracht advies vragen aan de leerkrachten die werkzaam zijn in dezelfde bouw, interne leerkrachten met specifieke kennis of de intern begeleider ( IB). Ondersteuningsniveau 3: speciale begeleiding in de groep in samenwerking met de intern begeleider. Op dit niveau is er sprake van een leerling met specifieke onderwijsbehoeften. De extra pedagogische en/of didactische maatregelen hebben niet voldoende effect gesorteerd. In dit niveau wordt door de leerkracht hulp gezocht bij de intern begeleider (IB).
16
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Een handelingsgericht proces diagnostisch gesprek tussen leerkracht en IB wordt gevoerd. Een interventie (didactische aanpassing of consultatie met interne leerkrachten met specifieke kennis) of nader intern onderzoek (bijv. observatie door IB, specifieke toetsing of bespreking in het interne ondersteuningsteam) is noodzakelijk. In geval van vermoeden van dyslexie, dyscalculie, mogelijke gedragsproblematiek voortvloeiend uit kindkenmerken en mogelijke toekomstige verwijzing naar het Speciaal (Basis)onderwijs wordt er vanaf dit niveau gewerkt met een individueel handelingsplan. Ondersteuningsniveau 4: speciale begeleiding in de groep met inzet van extern deskundigen. Indien we onvoldoende mogelijkheden zien het kind verder te helpen in zijn leerontwikkeling en we kunnen aantonen, aan de hand van de hierboven aangegeven stappen, dat wij ons daartoe hebben ingespannen, dan wordt het kind aangemeld bij het SchoolOndersteuningsTeam (SOT) van ons samenwerkingsverband. De aanmelding moet de schriftelijke goedkeuring hebben van de ouders en wordt verzorgd door de IB. IB verzorgt de feitelijke aanmelding middels een daarvoor bestemd formulier. Het advies kan zijn dat een kind met een aangepast programma op de basisschool kan blijven of er kan worden geadviseerd dat het beter is om het kind aan te melden bij een school voor speciaal basisonderwijs of een school voor kinderen met zeer specifieke behoeften. In bepaalde gevallen kan een arrangement worden aangevraagd bij Wereldkidz waardoor het (financieel) mogelijk wordt gemaakt om een kind speciale begeleiding te bieden binnen het regulier basisonderwijs. Ondersteuningsniveau 5: passend onderwijs met specialistische hulp. Als de school ondanks hulp van het SOT en/of andere externen het kind geen passend onderwijs kan bieden, zijn de grenzen van de ondersteuning van Montessori Zeist bereikt. Door ouders en IB wordt gezocht naar een andere reguliere basisschool die wel tegemoet kan komen aan de specifieke onderwijsbehoeften van het kind of wordt het proces van doorverwijzen naar het Speciaal (Basis)onderwijs vormgegeven. De uitvoering van de procedures en begeleiding van de ouders in dit niveau, is een verantwoordelijkheid van de IB, tenzij in overleg anders besloten is. 5.6: SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL Wij streven er naar de begeleiding voor de kinderen op een verantwoorde wijze gestalte te geven. Montessorischool Zeist is een ‘smalle ondersteuningsschool’. Dat wil zeggen dat wij goed onderwijs kunnen bieden aan een bepaalde categorie kinderen met specifieke ondersteuningsbehoeften. Zo is opvang voor kinderen met dyslexie, dyscalculie of meerbegaafde kinderen goed mogelijk. Daarnaast willen wij niet voorhand kinderen met gedragsproblematiek uitsluiten. Wij bewaken wel het overschrijden van grenzen. Er kunnen zich echter situaties voordoen, waarin de grenzen van ondersteuning voor een kind wordt bereikt. Hieronder worden deze grenzen nader toegelicht. Verstoring van rust en veiligheid Indien het gedrag van een kind met specifieke onderwijsbehoeften leidt tot een ernstige verstoring van de rust en de veiligheid in de groep/school, dan is hiermee de grens voor ondersteuning bereikt. Het is dan niet meer mogelijk om goed onderwijs aan de andere kinderen in de groep/school en aan het desbetreffende kind met specifieke onderwijsbehoeften te bieden. Interferentie tussen verzorging/behandeling en onderwijs Indien een kind belemmeringen heeft die een zodanige verzorging/behandeling vraagt, dat zowel de verzorging en behandeling voor het desbetreffende kind als het onderwijs aan dat kind onvoldoende tot haar
17
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
recht kan komen, dan is hiermee de grens voor ondersteuning bereikt. Het is dan niet meer mogelijk om kwalitatief goed onderwijs aan het desbetreffende kind met een beperking te bieden. Verstoring van het leerproces voor de andere kinderen Indien het onderwijs aan het kind met specifieke onderwijsbehoeften een zodanig beslag legt op de tijd en de aandacht van de leerkracht, dat daardoor onvoldoende tijd of geen aandacht voor de overige kinderen, al dan niet met specifieke onderwijsbehoeften, overblijft, dan is hiermee de grens voor ondersteuning bereikt. Het is dan niet meer mogelijk om goed onderwijs te bieden aan de andere kinderen in de groep. Gebrek aan opnamecapaciteit van het aantal kinderen met specifieke onderwijsbehoeften In het verlengde van de onder het vorige punt beschreven situatie is de school niet in staat een kind met specifieke onderwijsbehoeften op te nemen, vanwege het aantal kinderen met specifieke onderwijsbehoeften dat al in een bepaalde groep voorkomt. Per aanmelding zal de afweging plaatsvinden of er voldoende ondersteuningsruimte aanwezig is. 5.7: INZET EXTERNE DESKUNDIGHEID Het college van bestuur van WereldKidz vindt het belangrijk dat de scholen goede contacten hebben met diverse instanties en deskundigen. Voor extra ondersteuning aan het kind is er soms reguliere begeleiding nodig op school, op advies van het samenwerkingsverband. Daarnaast is het niet toegestaan dat ouders of de school externe deskundigen inschakelen onder schooltijd. In de volgende situaties geeft het college van bestuur via de schoolleiding toestemming voor afwezigheid voor behandeling onder schooltijd: op medische indicatie; als in samenwerking met de school er onderzoek en diagnose wordt uitgevoerd; wanneer er sprake is van een overmacht of een noodsituatie. Uiteraard kunnen er uitzonderingen zijn, ouders kunnen dan via de schoolleiding een verzoek indienen. De ouders tekenen een verklaring die de school vrijwaart van aansprakelijkheid tijdens de afwezigheid van het kind. Externe deskundigen die in de klas willen observeren, moeten hier vooraf toestemming voor hebben van de schoolleiding. Het college van bestuur heeft de schoolleiding verzocht hier echter zeer terughoudend in te zijn. 5.8: TOPKLAS VOOR HOOGBEGAAFDE KINDEREN Wereldkidz wil dat alle kinderen onderwijs ontvangen dat hen uitdaagt en verder brengt. Ook hoogbegaafde kinderen. Zij denken en leren op een andere manier, en hebben baat bij onderwijs dat daar op is afgestemd. Daarom verzorgt Wereldkidz op vier basisscholen voltijds basisonderwijs voor hoogbegaafde kinderen in ‘de Topklas’. Kinderen met een IQ van 130 of hoger komen hiervoor in aanmerking. De Topklassen maken onderdeel uit van de school waar de locatie zich bevindt. De groepen bestaan uit kinderen van verschillende leeftijden. Naast de reguliere lesstof volgen zij een verzwaard programma en werken zij aan vaardigheden die speciaal voor hoogbegaafde kinderen van belang zijn. Waar mogelijk spelen of werken zij samen met de andere kinderen in de school. Anders dan bij de meeste voorzieningen voor hoogbegaafde kinderen zijn er aan het onderwijs in de Topklas geen extra kosten verbonden.
18
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
De vier locaties van de Topklas zijn: Wereldkidz Tweesprong in Maarssen, Wereldkidz Kameleon in Doorn, Wereldkidz Van Dijck in Bilthoven en Wereldkidz Balans in Veenendaal. Meer informatie over de Topklassen is in te zien op: www.wereldkidz.nl 5.9: JEUGDGEZONDHEIDSZORG De Jeugdgezondheidszorg van GGD regio Utrecht is er voor kinderen, jongeren en hun ouders om hen te adviseren en te ondersteunen bij gezond opgroeien. De GGD onderzoekt alle kinderen op verschillende leeftijden. Dit om eventuele problemen te signaleren, maar vooral om kinderen en hun ouders tijdig te ondersteunen bij eventuele vragen of zorgen. De GGD werkt nauw samen met andere professionals die zich inzetten voor de gezondheid, groei en ontwikkeling van kinderen. Aan elke school is een jeugdgezondheidszorgteam van de GGD verbonden. Dit team bestaat uit een jeugdarts, een jeugdverpleegkundige en een assistente JGZ. Gezondheidsonderzoeken Ouders krijgen bericht van de GGD als hun kind aan de beurt is voor onderzoek. De gebruikelijke preventieve onderzoeken vinden plaats op het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en op school. In principe is het eerste onderzoek in de basisschoolleeftijd het onderzoek in groep 2 met ouders op het CJG, daarna in groep 7 zonder ouders op school. Bij groep 2 krijgen ouders de direct de terugkoppeling. Bij groep 7 worden de ouders schriftelijk geïnformeerd over de bevindingen. Spreekuur jeugdarts/jeugdverpleegkundige De spreekuren vinden plaats op de GGD locatie. Ouders krijgen een uitnodiging voor het spreekuur, als: Het onderzoek op school aanleiding geeft tot een vervolg onderzoek of een gesprek. Het consultatiebureau heeft aangegeven dat een onderzoek of een gesprek gewenst is De leerkracht zich zorgen maakt, en in overleg met ouders, een afspraak voor het spreekuur. Vaccinaties DTP en BMR De GGD voert het rijksvaccinatieprogramma uit, waarbij kinderen worden ingeënt tegen een aantal infectieziekten zoals bof, mazelen, rode hond, difterie, tetanus en polio. In het jaar dat het kind negen jaar wordt, krijgen ouders een oproep om hun kind te laten vaccineren. Kinderen krijgen twee vaccinaties. De DTP prik tegen difterie, tetanus en polio en de BMR-prik tegen bof, mazelen en rode hond.
6: OPBRENGSTEN VAN ONS ONDERWIJS 6.1: BEOORDELING VAN OPBRENGSTEN Wij streven er continu naar om de opbrengsten van het onderwijs minimaal te spiegelen aan de normering van de inspectie, uitgaande van hoge verwachtingen van kinderen. De leeropbrengsten van de kinderen van onze school zijn meer gevarieerd en veel breder dan de opbrengsten die de inspe ctie beoordeelt. Zij richt zich op het beoordelen van de basisvaardigheden (technisch en begrijpend lezen en rekenen en wi skunde), de leerprestaties van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften en de sociale competenties van kinderen. De onderwijsinspectie monitort doorlopend de opbrengsten van het onderwijs. Zij onderscheidt zeven opbrengstindicatoren. Deze betreffen de leerresultaten aan het eind van de basisschool, de scores op tussentijdse toetsen uit het leerlingvolgsysteem en de doorstroming van kinderen binnen de school. Daarnaast bevat het twee indicatoren die de adviezen voor en het functioneren in het vervolgonderwijs betreffen.
19
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
De inspectie beoordeelt: De resultaten van de kinderen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht; De resultaten van de kinderen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht; De kinderen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar; Kinderen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden; De sociale competenties van de kinderen liggen op een niveau dat mag worden verwacht; De adviezen van de kinderen voor het vervolgonderwijs zijn in overeenstemming met de verwachtingen op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie; De kinderen functioneren naar verwachting in het vervolgonderwijs. De onderwijsinspectie heeft het onderwijs op onze school met een voldoende beoordeeld! 6.2: ONZE EINDOPBRENGSTEN Uit de terugrapportage van mentoren en brugklascoördinatoren uit het voortgezet onderwijs blijkt dat de aansluiting met het voortgezet onderwijs prima verloopt. De adviseringspercentages over de afgelopen jaren zijn:
schooljaar PraktijkVMBO onderwijs B/K 2007-2008 2008-2009 2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013 2013-2014 2014-2015
0% 3% 0% 3% 0% 2% 3% 1%
VMBO K
VMBO VMBO GL TL
VMBO HAVO TL/HAVO
HAVO/ VWO VWO
29% 35% 35% 23% 26% 23% 24% 16%
42% 31% 31% 46% 48% 30% 45% 39%
29% 31% 34% 27% 26% 45% 28% 2%
4%
-
9%
13%
16%
Totaal aantal lln. 56 60 55 65 60 64 65 64
7: OUDERS EN SCHOOL ‘Kijk alleen maar naar kinderen en ze vertellen je wie ze zijn en wat ze nodig hebben’. 7.1: OUDERBETROKKENHEID School en ouders zijn samen verantwoordelijk voor de ontwikkeling van het kind, beiden spelen een rol in het leerproces en de opvoeding en samen kunnen we meer voor kinderen betekenen dan elk voor zich. Onze school streeft naar een open relatie met de ouders, waarin alles bespreekbaar is wat in het belang is van het kind. Het onderwijs heeft het meeste rendement als de ouders werkelijk betrokken zijn door: vertrouwen te hebben in het eigen kunnen van hun kind; de moed te hebben objectief naar hun kind te kijken;
20
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
respectvol en liefdevol zijn naar hun kind; hun kind verder helpen op weg naar zelfstandigheid; een open contact hebben met de leerkracht van hun kind; er thuis belangstelling wordt getoond voor schoolwerk en de ontwikkeling van het kind op school; actief deelnemen aan gesprekken over de ontwikkeling van het kind; informatie over de school, zoals de nieuwsbrief en de schoolgids, te verkennen; erop toezien dat het kind op tijd op school is; het jonge kind op tijd op te halen van school; ziekmeldingen of andere redenen van afwezigheid altijd persoonlijk of telefonisch tijdig door te geven en navraag te doen over gemist schoolwerk.
Bij diverse activiteiten is de ondersteunende rol van ouders van belang. Deze ouderparticipatie wordt ook van hen verwacht. Jaarlijks kunnen ouders op de lijst met mogelijke ondersteunende werkzaamheden, het ouderparticipatieformulier, aangeven waarbij zij willen helpen. De activiteiten vinden plaats onder verantwoordelijkheid van school. 7.2: CONTACTEN MET OUDERS Kort mondeling contact Kort mondeling contact met de leerkracht is elke dag mogelijk na het einde van de volledige schooldag. Wensen ouders een langer gesprek, dan maken zij een afspraak met de betreffende leerkracht. Uiteraard geldt dit niet voor gevallen waarbij sprake is van een noodsituatie. Groepsinformatie-moment In het begin van het schooljaar vindt in de groepen een groepsinformatie -moment plaats waarin ouders kunnen kennismaken met de leerkracht(en) van hun kind en andere ouders. Ook kunnen ouders (nader) kennismaken met het Montessorimateriaal. Daarnaast ontvangen ouders praktische informatie over de dagelijkse gang van zaken in de groep/bouw betreffende het lopende schooljaar. Oudergesprekken en verslagen Een kind krijgt twee keer per jaar een verslag mee naar huis waarmee ouders op de hoogte worden gehouden van de ontwikkeling van hun kind: in februari en in juni. Daarnaast wordt er minimaal tweemaal een voortgangsgesprek tussen ouders en leerkracht gevoerd, al dan niet gekoppeld aan het verslag. Zowel door de ouders als de leerkracht kan het initiatief genomen worden een afspraak te maken voor een tussentijds gesprek. Ouderpanel Een aantal malen per jaar worden er zogenaamde ouderpanels georganiseerd door de schoolleiding. Deze zijn bedoeld om incidenteel ouders te polsen over verschillende onderwerpen die vanuit school worden benoemd of om ouders de gelegenheid te geven eigen, niet aan het eigen kindgerelateerde, gespreksonderwerpen in te brengen. E-mailcontact De leerkrachten en andere personeelsleden gebruiken hun eigen e -mailadres van de school voor de communicatie met ouders. E-mails die naar het algemene e-mailadres van de school worden gestuurd, worden door de officemanager verwerkt.
21
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Klassenouder Iedere groep heeft twee klassenouders. Taken die bij het klassenouderschap horen zijn: Bij organisatorische zaken assisteren of deze uit handen nemen van de leerkracht. Hierbij valt te denken aan: het regelen van vervoer voor excursies in de buurt, assisteren bij Sint, kerst, schoolreis, begeleiden bij bibliotheekbezoek etc. Aandacht besteden aan het wel en wee van de groep, bijvoorbeeld bij langdurige ziekte of andere (ingrijpende) gebeurtenissen. Dit in overleg met de leerkracht. Indien gewenst andere ouders betrekken bij activiteiten: bijvoorbeeld bij de organisatie van feestjes en excursies, creatieve, technische en/of sportieve activiteiten, versieren klas en schoonmaak materiaal en/of klas. Met betrekking tot bovenstaande activiteiten zijn de klassenouders tevens een aanspreekpunt voor de overige ouders van de betreffende groep. Overige vormen Veel ouders ondersteunen bij tal van activiteiten. Dat vinden we erg fijn. Zonder ouderhulp zouden een heleboel leuke en leerzame activiteiten niet plaats vinden. Ook voor de kinderen is het fijn als hun ouders actief bij de school betrokken zijn, vaak maakt dat voor hen de school nog vertrouwder. Ouders kunnen gevraagd worden of zelf aangeven iets op school te willen doen. Bijvoorbeeld eenmalige hulp bij Sint of Kerst, speciale activiteiten, speelgoed schoonmaken, mee met uitstapjes of meer structurele hulp bieden door een bijdrage leveren aan niveaulezen of onderhouden van de schoolbibliotheek. 7.3: INFORMATIEVOORZIENING De informatievoorziening aan ouders verloopt zoveel mogelijk digitaal. Bij een gezinssituatie waarbij de ouders op verschillende adressen wonen, kunnen we eenvoudig beide ouders tegelijkertijd van informatie voorzien. Website Onze website www.montessorizeist.wereldkidz.nl de basis van al onze informatie. Een gemiste nieuwsbrief of de notulen van de medezeggenschapsraad kan hierop worden ingezien. De informatie op de website wordt regelmatig geactualiseerd. Het is de moeite waard om een kijkje te (blijven) nemen. Nieuwsbr ief
Periodiek ontvangen ouders, via de mail, een nieuwsbrief. Daarin staan alle relevante gegevens voor de komende periode. De inhoud van het ouderbulletin is de verantwoordelijkheid van de school. Elke nieuwsbrief is standaard voorzien van een heldere agenda. Verder bevat de nieuwsbrief actuele informatie over wat er op school en in de verschillende groepen gebeurt, zoals projecten, activiteiten en uitstapjes. Ook staan in de nieuwsbrief oproepen voor bijvoorbeeld hulp bij feesten en uitstapjes en voor creatief te gebruiken materiaal. Op iedere schoollocatie hangt de nieuwsbrief ter inzage en is deze altijd te downloaden vanaf de website. Beschikken ouders niet over internetmogelijkheden, dan kunnen zij dat aangeven bij de leerkracht van hun kind. Het kind krijgt dan een papieren versie mee naar huis. Prikbord Bij iedere klas hangt een prikbord, waarop activiteiten worden aangekondigd en oproepen aan ouders staan vermeld. Tevens hangt er in de hal van de school een informatiebord waarop onder andere de meest recente nieuwsbrief te vinden is. Er hangen ook posters met activiteiten en waar onderwijsinhoudelijke onderwerpen te vinden zijn. Nuttige folders (om mee te nemen) zijn hier soms ook te vinden.
22
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Schoolgids Alle ouders ontvangen, per mail, aan het begin van het schooljaar een bericht waarin staat vermeld dat de schoolgids van het betreffende schooljaar op de website is geplaatst en kan worden ingezien. Ouders die niet beschikken over internetmogelijkheden, kunnen bij de schoolleider vragen om een papieren exemplaar. 7.4: OVERLEGORGANEN Medezeggenschapsraad (MR) De MR overlegt met de schoolleiding over belangrijke schoolzaken en behartigt de belangen van de kinderen, ouders en personeelsleden bij beleidsvoorstellen en beleidswijzigingen. Tevens brengt zij zaken onder de aandacht van de schoolleiding die zij relevant vindt voor een goed schoolklimaat. De MR en de schoolleiding baseren zich op de Wet op Medezeggenschap. De MR bestaat uit twee geledingen: per schoollocatie vertegenwoordigers van de ouders en vertegenwoordigers van het personeel. De MR kent zowel instemmingsrecht als adviesrecht. In het reglement van de MR staat precies omschreven in welke gevallen het instemmingsrecht en in welke gevallen het adviesrecht van toepassing is. De goedgekeurde notulen van MR worden op de website van onze school geplaatst. Uit pragmatisch oogpunt is binnen Montessori Zeist voor gekozen voor een ‘dubbele bezetting’ in de oudergeleding. Dat betekent dat elke schoollocatie twee ouder-leden heeft in de MR, naast één leerkracht per locatie. Wel is de stemverhouding gelijk: de beide ouder-MR leden per locatie hebben één stem in de vergadering. Omdat Wereldkidz meer dan twee scholen in stand houdt, is het bestuur verplicht een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) in te stellen. In deze GMR zitten personeelsleden en ouders. In de GMR vergaderingen worden onderwerpen behandeld die voor alle scholen onder een schoolbestuur van belang zijn. Ook de GMR werkt onder vastgestelde reglementen. Oudervereniging (OV) Iedere schoollocatie heeft zijn eigen oudervereniging. Deze is een schakel tussen ouders en schoollocatie en ouders onderling. De OV organiseert in samenwerking met het team en de ouders activiteiten en feesten met onder andere Sinterklaas, Kerstmis, Pasen en aan het eind van het schooljaar. Via de Ouderverenigingsavond, eenmaal per schooljaar, legt de OV verantwoording af aan de ouders over het gevoerde ( financiële) beleid. De OV int en beheert namelijk de vrijwillige ouderbijdrage. De OV vergadert meestal één keer per maand. Alle ouders zijn welkom, tenzij anders wordt aangekondigd. De agenda en het verslag van de vergaderingen van de Oudervereniging worden op de website geplaatst. 7.5: OUDERBIJDRAGE De OV vraagt een vrijwillige bijdrage van alle ouders. Dit bedrag is bestemd voor acti viteiten waarvoor het Rijk geen vergoeding geeft, zoals Sinterklaas. Daarnaast besteedt de OV een gedeelte van de ouderbijdrage aan extra spelmateriaal en middelen die van belang zijn voor de kwaliteit van het onderwijs en de leefbaarheid op school. De gevraagde ouderbijdrage per schoolgaand kind staat vermeld bij de praktische informatie. Naast de vrijwillige ouderbijdrage wordt een kostendekkende bijdrage per kind voor het schoolreisje. Deze activiteit kost dermate veel geld, dat betaling noodzakelijk is om het kind te kunnen laten deelnemen. Gezien het educatieve en sociale karakter van deze activiteit, gaan we er van uit dat elk kind mee gaat. Niet deelnemen is geen reden voor verlof voor het kind.
23
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
MONTESSORI GRIFFENSTEYN - SPECIFIEK 9: INFORMATIE OVER DE SCHOOLLOCATIE 9.1: SITUERING VAN DE SCHOOL Montessori Griffensteyn staat sinds 1997 in een mooie vooroorlogse wijk in Zeist-West. De schoollocatie bestaat onder andere uit zes leslokalen, een teamkamer inclusief schoolbibliotheek, een ruimte die in gebruik is voor naschoolse opvang en een inpandige speelzaal voor de onderbouw. De school beschikt over een ruime speelplaats voor de kinderen en groenstroken om de school heen. 9.2: SCHOOLGROOTTE EN SAMENSTELLING GROEPEN Montessori Griffensteyn kent zes groepen, met in totaal ongeveer 150 kinderen (= prognose 1 oktober 2015). De school kent een onder-, midden- en bovenbouw. De bouwindeling is als volgt samengesteld: De onderbouw bestaat uit twee parallelgroepen 1/2. De middenbouw bestaat uit twee parallelgroepen 3/4/5. De bovenbouw bestaat uit twee parallelgroepen 6/7/8. 9.3: SCHOOLTIJDEN De school werkt sinds dit schooljaar met het 5-gelijke-dagen lesrooster. Dit met uitzondering voor groep 1 t/m 4 op woensdag. Een schooldag bestaat uit 5,25 uur onderwijstijd, inclusief een kwartier effectieve lunchtijd onder begeleiding van de ‘eigen’ leerkracht. De speeltijd na de lunch, vindt plaats onder begeleiding van enkele leerkrachten. Hiervoor is een rooster opgesteld. Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag Woensdag
Leerjaar 1 t/m 8 Leerjaar 1 t/m 4 Leerjaar 5 t/m 8
08.30 - 14.00 uur 08.30 - 12.15 uur 08.30 - 14.00 uur
De groepen 5 tot en met 8 zijn 26,25 uur per week op school. De groepen 1 t/m 4 hebben 1,75 uur minder les per week, waardoor ze 24,5 per week op school zijn. Het aantal schooluren over acht schooljaren voldoet aan de wettelijke verplichting van minimaal 7520 uur. 9.4: NASCHOOLSE OPVANG De kinderen van Montessori Griffensteyn gaan vooral naar de naschoolse opvang van Kinderopvangorganisatie KMN Kind & Co. Deze organisatie heeft een inpandige opvangruimte binnen onze school. Voor meer informatie: www.kmnkindenco.nl
10: HET TEAM 10.1: DAGELIJKSE LEIDING Schoolleider is Anja van Wijk. Zij zorgt voor een goede dagelijkse gang van zaken op Montessori Griffensteyn. Anja is aanwezig op dinsdag, donderdag en vrijdag. Contactgegevens E:
[email protected] T: 030-6918786 M: 06-24361682
24
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
10.2: PERSONELE BEZETTING VAN DE GROEPEN Het team van leerkrachten vormt de motor van onze school. Alle leerkrachten hebben dezelfde kerntaak; onderwijs geven vanuit een moderne Montessoriaanse visie. Iedere groep heeft één of twee vaste leerkrachten die de specifieke groepsverantwoordelijk dragen. Onder groepsverantwoordelijkheid verstaan wij: dat een leerkracht op de hoogte is van alle ontwikkelingen aangaande kinderen en schoolse zaken. De leerkracht is het eerste aanspreekpunt voor ouders. Er zijn twee onderbouwgroepen. Het onderbouwteam bestaat dit jaar uit: Viveke Maljers en Marije Claassen (OBF) Wendelmoet Krijt en Astrid Droge (OBG) Er zijn twee middenbouwgroepen. Het middenbouwteam bestaat uit: Anke Miltenburg en Ingrid Zwart (MBF) Ingrid Zwart en Saskia Oe (MBG) Er zijn twee bovenbouwgroepen. Het bovenbouwteam bestaat uit: Levien Nieuwenhuis (BBF) Marlijn Brugman en Anja van Wijk (BBG)
11: PRAKTISCHE INFORMATIE, VAN A TOT Z
ACTIVITEITEN Gedurende het schooljaar vinden er diverse activiteiten plaats. Voorbeelden hiervan zijn de Kinderboekenweek, creatieve ochtenden en het zomeravond concert. Bij de start van het nieuwe schooljaar ontvangen alle ouders een overzicht van de gepla nde activiteiten gedurende het schooljaar. Dit is ook in te zien via de website van de school. Sportieve activiteiten De school kent een aantal sportieve activiteiten die niet binnen de reguliere schooltijden plaatsvinden. Deze activiteiten vinden plaats na schooltijd en deelname is op basis van vrijwilligheid. Het gaat om activiteiten zoals sporttoernooien en de avondvierdaagse. Let op: de avondvierdaagse is formeel geen schoolactiviteit. Dit betekent dat bij deze activiteit geen aanspraak kan worden gemaakt op de schoolverzekering.
25
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
AFVAL SCHEIDEN Oude batterijen kunnen gedeponeerd worden in de daarvoor bestemde contain er in de schoolhal nabij de ingang van de schoolbibliotheek. De school ontvangt voor de batterijeninzameling een kleine bijdrage in de vorm van speelgoed. Het papierafval van de school wordt in de klas gescheiden van restafval. We verzamelen het papierafv al in de speciale papier kliko, die eens per week wordt geleegd.
BESMETTELIJKE ZIEKTES Af en toe doen zich besmettelijke kinderziekten voor (rode hond, mazelen, kinkhoest). De school wil hiervan graag op de hoogte gebracht worden, zodat indien nodig gepaste maatregelen genomen kunnen worden. BRENGEN EN HALEN Ouders van kinderen uit de onderbouw kunnen de kinderen bij de klas ophalen, nadat de buitendeur door een leerkracht is geopend. Ouders van kinderen uit de midden- en bovenbouw wachten hun kinderen buiten op. Onder schooltijd zijn de deuren zoveel mogelijk gesloten. Wanneer ouders toch naar binnen willen, kunnen zij aanbellen bij de hoofdingang.
ETEN EN DRINKEN Op school zijn er twee momenten om te eten en te drinken, tijdens de kleine pauze in de o chtend en gedurende de middagpauze.
Toegestane dranken zijn: melkproducten, vruchtensappen of aanlenglimonade. Koolzuurhoudende dranken zijn niet toegestaan. Indien gewenst kunnen ouders voor hun kind een abonnement op schoolmelk nemen. Dit kan geregeld worden via de website: www.schoolmelk.nl
Toegestane etenswaren zijn: een gezonde koek of boterham of fruit en/of groente. Snoep is niet toegestaan om te eten tijdens de pauzes. Voor de kinderen uit groep 1 & 2 is het fijn als het fruit van tevoren schoon gemaakt is en/of in parten gesneden. Zet tevens de naam van het kind duidelijk op het fruitbakje en/of de beker
Bij groep 1 t/m 4 worden de ouders aangesproken op het niet-nakomen van deze schoolregel, vanaf groep 5 worden de kinderen hier op aangesproken. EXCURSIES Bij ons onderwijs hoort een open houding naar de leefwereld om ons heen. Ons streven is om tijdens de verschillende IPC projecten excursies in te zetten als leermiddel. Hierbij denken wij aan een bezoek aan bijvoorbeeld een bedrijf, museum of andere organisatie. Deze excursies kunnen door een hele groep of met een klein groepje kinderen gemaakt worden. Excursies en vervoer van kinderen Wij vragen voor onze excursies regelmatig ouderhulp m.b.t. het vervoer van de kinderen. Voor het vervoer van kinderen in personenauto’s zijn landelijke regels opgesteld. De belangrijkste zaken van deze regeling zijn:
26
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Voor kinderen kleiner dan 1.35 meter is een goedgekeurd kinderzitje verplicht. Van ouders wordt verwacht dat ze voor hun eigen kind een kinderzitje in de auto hebben. Voor kinderen groter dan 1.35 meter is een autogordel verplicht en zo nodig ook een goedgekeurd kinderzitje of stoelverhoger. Bij incidenteel vervoer van kinderen, zoals bij een excursie, over beperkte afstand (max. 50 km) mogen op de achter zitplaatsen kinderen vanaf 3 jaar (maar niet de eigen kinderen) volstaan met gebruik van de gordel. Kinderen van 0 – 7 jaar mogen op de voorbank alleen in een goedgekeurd ‘kinderbeveiligingsmiddel’ (stoeltje of kussen) dat aan hun grootte en gewicht is aangepast, worden vervoerd.
FEESTEN Op onze school wordt natuurlijk ook aandacht besteed aan feesten! Onderstaande feesten passeren gedurende het schooljaar onder andere de revue: Sinterklaas Sinterklaas vereert de onder- en middenbouw met een bezoek. In de bovenbouw worden lootjes getrokken en surprises en gedichten gemaakt. Kerstmis Met Kerst vindt in elke klas een kerstactiviteit plaats. Uiteraard wordt de school ook prachtig versierd en opgeluisterd met kunstkerstbomen in elke ruimte. Afscheid bouw- en schoolverlaters Aan het eind van het jaar nemen we op feestelijke wijze afscheid van de kinderen uit groep 2 en groep 5, die naar een volgende bouw gaan. De invulling van dit afscheidsfeest verschilt per jaar. De kinderen van groep 8, die naar het voortgezet onderwijs gaan, organiseren een musical voor familieleden. Verjaardagen Als een kind jarig is, wordt dit natuurlijk gevierd. De kinde ren mogen trakteren, waarbij ouders er rekening mee houden dat we op school liever geen snoep zien en dat islamitische kinderen vanuit religieuze gronden geen varkensvlees eten. FOTO’S De school is zo’n levendige en vrolijke omgeving dat er jaarlijks vel e fraaie foto’s worden gemaakt van activiteiten en festiviteiten. Een deel daarvan wordt geplaatst op onder andere onze website of illustreert onze nieuwsbrieven. Met het plaatsen van afbeeldingen van kinderen gaan we voorzichtig om. Ouders die bezwaar hebben tegen het plaatsen van een foto van hun kind, kunnen dit aangeven op het noodformulier dat ouders aan het begin van ieder schooljaar invullen.
GEVONDEN VOORWERPEN Kinderen laten soms hun spullen slingeren. Geen naam op een gevonden voorwerp betekent dat het vinden van de rechtmatige eigenaar haast niet mogelijk is. Gemerkte eigendommen kunnen ouders wel terug verwachten. Spullen die blijven liggen komen in manden met gevonden voorwerpen terecht. De manden met gevonden voorwerpen staan bij de hoofdingang in de buurt van het kopieer- apparaat. Vóór iedere vakantie gaan alle manden langs de klassen. Daarna gaan ze, indien mogelijk, naar een goed doel. Restanten worden weggegooid.
27
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
GYM De kinderen van groep 1 t/m 8 krijgen wekelijks gymlessen. Groep 1 & 2 gymt in de speelzaal in school en groepen 3 t/m 8 krijgen gymles in de nabij de school gelegen gemeentelijke sporthal De Koppeling. Gym sportkleding is voor alle kinderen verplicht, hierbij geldt dat makkelijke kleding raadzaam is. Bij voorkeur hebben de sportschoenen geen gladde zool. De sportschoenen mogen alleen gebruikt worden voor de gymzaal. Sieraden, zoals ringen en oorbellen, moeten af tijdens de gymles en worden bewaard in een bakje.
HOOFDBEDEKKING Er is in principe geen toestemming tot het dragen van hoofdbedekking tijdens het ontvangen van onderwijs op onze school. Pas na overleg met de schoolleiding, dat van de ouders van (een) kind(deren) een gemotiveerd verzoek voor het dragen van hoofdbedekking heeft ontvangen, wordt voor kinderen vanaf groep 6 van het schoolstandpunt afgeweken. Voor kinderen in groep 1 t/m 5 is het dragen van hoofdbedekking tijdens het ontvangen van onderwijs, niet toegestaan. HOOFDLUIS Hoofdluis is altijd een vervelend probleem. Door het besmettingsgevaar moeten we als school maatregelen nemen. Op de eerste woensdag na elke vakantie worden de kinderen gecontroleerd op hoofdluis. De controle op school wordt gedaan door speciaal geïnstrueerde ouders. Ouders van kinderen waarbij hoofdluis is geconstateerd, worden gebeld met het verzoek hun kind(eren) te behandelen. Meer informatie voor ouders over hoofdluisbehandeling is te lezen via deze link van de GGD: http://www.ggdru.nl/infectieziekten/folder-hoofdluis-folder-kleur.pdf
KIJKEN IN DE GROEP Om een indruk te krijgen van de manier van werken in de groep en de school bestaat er voor ouders de mogelijkheid om (op afspraak) een gedeelte van een dag in de groep(en) te kijken. Ouders kunnen hiervoor een afspraak maken met de leerkracht.
MOBIELE TELEFOONS Alle kinderen met een mobiel mogen deze inleveren bij de leerkracht of bewaren in hun eigen tas of jas. De school is niet aansprakelijk te stellen voor zoek of stuk raken van de mobieltjes van de kinderen. MINI-MENTOR Elk oudste kind helpt/begeleidt een jongste in de onder- midden & bovenbouw klassen. Het oudste kind noemen wij mini-mentor. Bij problemen is het de bedoeling dat een kind eerst de hulp van de minimentor inschakelt. Kan de vraag niet worden opgelost door de minimentor, dan mag het kind naar de leerkracht gaan.
NOODFORMULIER Alle ouders ontvangen jaarlijks aan het begin van het schooljaar een noodformulier van school. Het noodformulier moet zo snel mogelijk ingevuld ingeleverd worden bij de leerkracht(en) van het kind. In geval van ‘nood’ kunnen wij ouders dan zo snel mogelijk bereiken.
28
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
In verband met de wet op privacy vragen wij ouders op het noodformulier tevens om toestemming voor het plaatsen van foto’s/filmpjes die van schoolevenementen gemaakt worden en waar hun kind(eren) op voorkomen. De beelden worden door ons gebruikt voor o.a. de schoolwebsite en de nieuwsbrief.
OUDERVERENIGING EN OUDERBIJDRAGE De oudervereniging van Montessori Griffensteyn 2015-2016 bestaat uit de volgende personen: Auke IJsselstein, Alexander Krekel , Marc Bloemendaal , Christine Bleijenberg , Harriette Bonestroo en Suzanne Wolffs. De Oudervereniging vraagt een vrijwillige bijdrage van alle ouders. Dit bedrag is bestemd voor activiteiten waarvoor het Rijk geen vergoeding geeft, zoals Sinterklaas. Daarnaast besteedt de Oudervereniging altijd een gedeelte van de ouderbijdrage aan extra spelmateriaal en middelen die van belang zijn voor de kwaliteit van het onderwijs en de leefbaarheid op school. De ouderbijdrage per schoolgaand kind bedraagt tussen de € 65,t/m € 85,-. De Oudervereniging kan in speciale regeling voorzien voor ouders die het bedrag moeilijk kunnen betalen. OUDERHULPLIJST Ouders kunnen actief zijn op school. Dit vergroot niet alleen de ouderbetrokkenheid, maar deze hulp is ook onmisbaar om vele extra’s te kunnen verwezenlijken. Enkele vormen van ouderparticipatie in onze school zijn: hulp bij de bibliotheek, tuincommissie, gastlessen en (buiten)schoolse activiteiten. Met een ouderhulplijst aan het begin van het schooljaar en oproepen in de nieuwsbrief wordt hulp van ouders jaarlijks gevraagd.
SCHOOLBENODIGDHEDEN De school verstrekt vrijwel alle benodigde materialen. Er zijn enkele uitzonderingen: Ieder kind in het bezit zijn van een gymtas met gymkleding en een rugzak voor hapje/sapje. Nieuwe onderbouw leerlingen ontvangen van de leerkracht een gymtas van school, die versierd mag worden. In de midden- en bovenbouw moet ieder kind aan het begin van een nieuw schooljaar een kleine pennenetui meenemen met daarin een gum, een puntenslijper, een plakstift, een liniaal van 15 cm en een schaar. Een goede pen wordt éénmalig vanuit school aan het kind verstrekt. Tot slot is het de bedoeling dat ieder kind aan het begin van het schooljaar een plantje, in een stevig potje, meeneemt naar school. Het kind verzorgt dit plantje zelf. In het Montessorionderwijs is ‘zorg voor de omgeving’ een belangrijkheid begrip. Kinderen leren zelfstandig voor hun eigen plantje te zorgen en zorg voor de omgeving te ontwikkelen. Bovendien geven de plantjes kleur en fleur aan het lokaal en wekken ze bij de kinderen interesse op voor de natuur. SCHOOLBIBLIOTHEEK Op onze school kunnen de kinderen gebruik maken van de schoolbibliotheek, die ingericht is ter ondersteuning van het leesonderwijs. De kinderen kunnen hier een lees- of prentenboek op hun leesniveau uitzoeken. Deze boeken kunnen zij lezen tijdens momenten die het toegestaan is. De boeken moeten op school blijven en mogen niet mee naar huis genomen worden. Naast leesboeken bevat de bibliotheek ook informatieve boeken. Deze boeken kunnen dienen ter ondersteuning van Wereldoriëntatie, voorbereiding van een presentatie, of bij het maken van een werkstuk.
29
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
SCHOOLFOTOGRAAF De schoolfotograaf komt jaarlijks portret- en groepsfoto’s maken van de kinderen maken. Bestelling en betaling vinden plaats via door de fotograaf gecommuniceerde wijze. De school is niet aansprakelijk voor eventuele fouten in bestelling en/of betaling. SCHOOLREIZEN De groepen 1 t/m 8 maken een dagschoolreis of een meerdaagse schoolreis. De bestemming voor de schoolreis wordt jaarlijks bepaald. Voor de schoolreis wordt te zijner tijd een financiële bijdrage van de ouders gevraagd. SCHOOLTUIN Bij de hoofdingang van onze school is de schooltuin te vinden. In onze schooltuin maken de kinderen van dichtbij alle seizoenen mee. Zelf zaaien, planten, verzorgen, oogsten èn eten! SCHOOLVERZEKERING De schoolverzekering van Wereldkidz verzekert leerlingen, personeel, studenten en hulpouders tijde ns de schooluren, zowel binnen het schoolgebouw als op het schoolplein en bij buitenschoolse activiteiten als schoolreisjes en excursies. SNOEP EN TRAKTEREN Op school besteden we de nodige aandacht aan goede en gezonde voeding. De kinderen leren dat snoe pen slecht is voor het gebit en voor de gezondheid. Zomaar snoepen op school is dan ook niet toegestaan. Trakteren Voor ieder kind is haar verjaardag vieren in de klas een fijne gebeurtenis. Het kind staat even in het middelpunt en mag trakteren in de eigen groep en langs de groepen gaan, zodat de andere leerkrachten de jarige ook kunnen feliciteren. Een traktatie is een extraatje, dus houd het klein en verantwoord. Maak er geen hele maaltijd van en zorg voor een gezonde traktatie. STAGIAIRES Onze school heeft een doorlopende afspraak met een Instituut Theo Thijssen om jaarlijks PABO stagiaires te begeleiden. Het is ook mogelijk dat stagiaires van andere opleidingen bij ons stage lopen zoals klassenassistent, onderwijsassistent of HBO pedagogiek. De lee rkrachten met de specifieke taak ‘schoolopleider’ coördineren de plaatsing van stagiaires en onderhouden contacten met de leerkrachten die als praktijkbegeleiders van de stagiaires fungeren. Indien een stagiaire binnen de school is, worden werkafspraken gemaakt en vindt met de praktijkbegeleider geregeld overleg plaats over de aanpak van kinderen op de school. Zo mogelijk ontwikkelt de stagiaire activiteiten in het kader van de jaarplanning van het team. Stagiaires zijn bij ons in principe inzetbaar in alle groepen. Wij vinden het ook een goede zaak om zo mee te helpen de school in de toekomst te voorzien van goed opgeleide collega’s. De stagiaire ontwikkelt haar activiteiten formeel onder de verantwoordelijkheid van de schoolleiding. De verantwoordelijkheid voor de lessen die de PABO stagiaires geven, ligt altijd bij de betreffende leerkracht, ook als de stagiaires soms voor wat langere tijd zelfstandig voor de groep staan. Dit laatste is het geval bij vierdejaars studenten, die kort voor het begin van hun onderwijscarrière staan.
30
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
TAAKJES Aan het eind van de dag wordt er gezamenlijk opgeruimd. De kinderen dragen mede zorg voor de (leer)omgeving. De eigen werkplek wordt verzorgd en het plantje en het kleedje wordt op tafel gezet. Daarnaast heeft ieder kind een taakje (bijvoorbeeld kleedjes kloppen) waar zij zorg voor draagt. Wie welk taakje doet is zichtbaar in de klas. De taakjes worden regelmatig gewisseld. TOEGANG TOT EN UITGAAN VAN DE SCHOOL De school is via verschillende schooldeuren toegankelijk. ’s Morgens gaan de schooldeuren om 08.20 uur open. Ouders die hun kind naar school brengen worden verzocht die toegangsdeur te gebruiken die het dichts nabij het lokaal van hun kind gelegen is. Om half negen begint het werken in de klas e n gaan de klassendeuren dicht. Wij vragen u uiterlijk 8.30 uur de school te verlaten. De buitendeuren worden ook om 8.30 uur gesloten. Kinderen die te laat zijn worden via de hoofdingang binnen gelaten, zij hebben al afscheid genomen van hun ouders en gaan alleen de school in. Bij het uitgaan, gebruiken we ook weer de verschillende schooldeuren. Ouders van kinderen uit de middenbouw en bovenbouw wachten op het schoolplein. De ouders van kinderen uit de onderbouw halen hun kind in de klas op.
VAKANTIES EN VRIJE MOMENTEN Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie,
zaterdag 17 t/m zondag 25 oktober 2015 vrijdagmiddag* 18 december 2015 t/m zondag 3 januari 2016 vrijdag 19 t/m maandag 29 februari 2016
incl. extra dag voor en na
Paasvakantie,
donderdagmiddag* 24 t/m dinsdag 29 maart 2016
incl. Goede Vrijdag en extra vrije (mid)dag
Meivakantie,
zaterdag 23 april t/m zondag 8 mei 2016
incl. Koningsdag en Hemelvaartsdag
Pinksterweekend zaterdag 14 t/m maandag 16 mei 2016 Zomervakantie vrijdagmiddag* 8 juli t/m zondag 21 augustus 2016 *) Leerlingen zijn vrij vanaf 12.00 uur. Overige vrije momenten Lesvrij 1 Lesvrij 2 Lesvrij 3 Lesvrij 4 Lesvrij 5
vrijdag 2 oktober t/m maandag 5 oktober 2015 vrijdag 27 t/m maandag 30 november 2015 vrijdagmiddag 4 december 2015: vanaf 12.00 uur vrij maandag 8 en dinsdag 9 februari 2016 vrijdag 17 juni 2016
VEILIGHEID IN EN ROND DE SCHOOL Als school moeten wij voldoen aan een aantal (wettelijke) bepalingen in verband met de veiligheid. Deze gaan onder andere over het aantal bedrijfshulpverleners in de school en veilige speeltoestellen. Aan het zorgen voor een verkeersveilige situatie kan echter iedereen een bijdrage leveren!
31
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Bedrijfshulpverlening (BHV) De bedrijfshulpverleners (BHV-ers) zijn opgeleid om taken in het kader van de veiligheid uit te voeren en in noodsituaties adequaat te kunnen handelen. Op onze school zijn er iedere dag leerkrachten aanwezig die in het bezit zijn van een BHV-certificaat. De BHV-ers dragen jaarlijks zorg voor een ontruimingsoefening, onder schooltijd. De school is uiteraard ook in bezit van een ontruimingsplan. Veilige speeltoestellen Periodiek worden de speeltoestellen op het schoolplein en in de school gecontroleerd door extern deskundigen. Op basis van deze controle worden zo nodig speeltoestellen aangepast, verwijderd of vervangen. Verkeersveiligheid en fietsen stallen Ouders leveren een bijdrage aan de verkeersveiligheid rond de school door hun kind zoveel mogelijk lopend of met de fiets naar school te brengen, de auto juist te parkeren en met gepaste snelheid door de straat te rijden. Fietsen worden in het daarvoor bestemde fietsenrek bij de ingang aan de kant van de bovenbouw geplaatst. En niet vergeten … leerlingen en ouders lopen met de fie ts aan de hand over het plein! VERVANGING BIJ AFWEZIGHEID LEERKRACHT Vervanging van onze leerkrachten, bijvoorbeeld bij ziekte of bijzonder verlof, wordt vanaf dit jaar geregeld via PIO-personeel. PIO-personeel is de gemeenschappelijke invalpool van 37 schoolbesturen uit het Primair Onderwijs. Is er onverhoopt geen vervanging mogelijk, dan wordt de groep volgens een vaste indeling verdeeld over de andere groepen. De kinderen worden aan het begin van het schooljaar al ingedeeld. In extreme gevallen, bijvoorbeeld wanneer meerdere leerkrachten ziek zijn, kan het voorkomen dat opvang niet meer te realiseren is. In dat geval zal worden verkend of het kind thuis op kan vangen. Indien er door ouders geen opvang voor de kinderen te regelen is, wordt dit binnen de school geregeld.
WAARDEVOLLE SPULLEN De school kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade en verlies van persoonlijke eigendommen van leerlingen. In principe worden waardevolle spullen daarom niet mee naar school genomen.
ZIEKMELDING EN ABSENTIE De school is wettelijk verplicht van ieder verzuim een registratie aan te leggen. Komt een kind niet op school wegens ziekte of een andere onvoorziene belangrijke reden, dan zijn ouders verplicht ons dat zo snel mogelijk te laten weten. Het afwezig melden van een kind graag telefonisch voor uiterlijk 08.20 uur laten weten. Is een kind afwezig en krijgen we geen afmelding, dan zal de school zo snel mogelijk proberen te achterhalen waarom het kind de school niet bezoekt. Wij gaan er vanuit dat ouders zich inspannen om bezoeken van hun kind aan een arts, tandarts, etc. zoveel mogelijk buiten schooltijd te laten plaatsvinden. Lukt dit onverhoopt niet, dan vinden we het prettig als ouders hierover minimaal een dag van tevoren een briefje meegeeft voor de leerkracht.
32
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
ZINDELIJKHEID Zindelijkheid is een vereiste voor kinderen, die in de onderbouw komen. Als een leerkracht een kind moet verschonen, betekent dit namelijk dat de groep enige tijd alleen moet worden gelaten. Bovendien behoort deze verzorging niet tot de taak van de leerkracht. ‘Ongelukjes’, die bij kleuters af en toe voorkomen, rekenen we uiteraard niet tot ‘onzindelijkheid’. Bij structurele onzindelijkheid wordt ouders gevraagd hun kind te komen verschonen en wordt, samen met GGD en/of huisarts naar een oplossing gezocht. Wanneer er sprake is van een medische indicatie, willen we graag samen met ouders zoeken naar werkbare stappen om het kind zindelijk te maken. Eén van die stappen zou kunnen zijn: contact opnemen met een extern bureau (bijv. de GGD) voor advies rondom het volgen van een zindelijkheidstraining.
33
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
BIJLAGEN BIJLAGE I
BELANGRIJKE ADRESSEN
WereldKidz Postadres Bezoekadres Telefoon E-mail Website
Postbus 344, 3700 AH Zeist Laan van Vollenhove 3279 (ingang D), 3706 AS Zeist 030-6969100
[email protected] www.wereldkidz.nl
Samenwerkingsverband ZOUT Bezoekadres Laan van Vollenhove 3043, 3706 AL Zeist Telefoon 06-43032083 E-mail
[email protected] Website www.swvzout.nl Nederlandse Montessori Vereniging Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 251-253, 2594 AM 's-Gravenhage Telefoon 070-331 52 82 E-mail
[email protected] Website www.montessori.nl Externe vertrouwenspersoon Naam Yvonne Kamsma Telefoon 088- 0931888 E-mail
[email protected] Vereniging Openbaar Onderwijs Postadres Postbus 60182, 1320 AE Almere Telefoon 036-5331500 E-mail
[email protected] Website www.voo.nl Inspectie van het Onderwijs Meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 - 1113111 E-mail
[email protected] Website www.onderwijsinspectie.nl
34
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN BIJLAGE II
2015-2016
AANMELDEN EN TOELATEN VAN EEN KIND
Wij raden ouders aan hun kind bij de leeftijd van 2,5 – 3 jaar aan te melden voor onze school. Algemene uitgangspunten toelatingsbeleid Ouders hebben een keuzevrijheid: zij zoeken een school die het beste aansluit bij hun eigen opvattingen en ideeën over goed onderwijs en die zij het beste vinden aansluiten bij aard en karakter van hun kind (levensbeschouwelijke, pedagogische en didactische uitgangspunten). Aanmelding is mogelijk gedurende het schooljaar. In principe zijn alle kinderen welkom op één van de drie locaties van Montessorischool Zeist: Montessori Griffesteyn, Montessori Kerckebosch en Montessori Sumatralaan. De (on)mogelijkheden van de betreffende locatie is bepalend voor de toelating van een kind. De locatie moet tegemoet kunnen komen aan de onderwijsbehoeften van het kind en de behoefte van het individuele kind mag niet ten koste gaan van de andere leerlingen. Hierbij wordt gekeken naar: de capaciteiten van het team in relatie tot de onderwijsbehoeften van het kind; de groepsgrootte; de groepssamenstelling; de beschikbare huisvesting; de beschikbare personeelsformatie; de (on)mogelijkheden van onze school zoals beschreven in het school-ondersteunings-profiel. Mocht het zo zijn dat de locatie niet tegemoet kan komen aan de onderwijsbehoeften, dan wordt eerst nagegaan of plaatsing van het kind op één van onze andere locaties mogelijk is. Indien niet mogelijk en/of niet gewenst door ouders, zal de school samen met de ouders op zoek gaan naar een passende vorm van onderwijs binnen de regio. De directeur van de school beslist over de toelating van een kind, op advies van de schoolleider van de betreffende locatie en evt. na overleg met de intern begeleider. Broers en zussen van leerlingen worden, bij tijdige aanmelding, met voorrang geplaatst. De toelating van een kind is niet afhankelijk van de financiële bijdrage van de ouders. Ouders en leerlingen dienen het openbare Montessoriaanse karakter van de school te onderschrijven of te respecteren. Procedure toelating van een kind A
B
C D
E
Ouders die kun kind willen aanmelden op de locatie van hun keuze, nemen contact op met de betreffende schoolleider van de locatie. Dit kan per mail of telefonisch. De contactgegevens staan op de website van de school. De schoolleider maakt, bij voldoende kindplaatsen, een afspraak voor een gesprek waarin de ouders informatie ontvangen over het onderwijs en er vindt een rondleiding plaats. Dit opdat ouders een beeld kunnen vormen van de school. Van ouders wordt verwacht dat zij tijdens het gesprek alle relevante informatie over het kind verstrekken aan de school, in het belang van goed onderwijs kunnen bieden aan hun kind. Indien een kind kan worden toegelaten en ouders tot inschrijvingen willen overgaan, ontvangen de ouders een inschrijfformulier van de schoolleider. Ouders dienen het inschrijfformulier geheel en naar waarheid in te vullen en te ondertekenen. Indien het formulier niet volledig en/of niet naar waarheid is ingevuld kan niet tot definitieve toelating van het kind worden overgegaan. Bij retour ontvangen van het ingevulde inschrijfformulier, voert de officemanager de leerlinggegevens in, in het leerling-administratiesysteem. De ouders ontvangen een mailbericht van de officemanager ter
35
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
F
G H
I J
K
L M
2015-2016
bevestiging van ontvangst van het formulier. Als er sprake is van een kind met een zgn. leerlingengewicht, mailt de officemanager ook het opleidingsformulier (van site DUO en zo nodig in in eigen taal) naar de ouders, voorzien van verzoek om deze in te vullen en retour te zenden. Zodra alle van toepassing zijnde formulieren in bezit zijn van de school, is het kind definitief ingeschreven voor de door de ouders aangegeven locatie. Een toekomstige 4-jarige wordt zodra het de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden heeft bereikt, in de gelegenheid gesteld kennis te maken met de school, de kinde ren en de leerkrachten. De wenperiode omvat minimaal 1 en maximaal 5 dagdelen. Plaatsing van een toekomstige leerling in een minder geschikte periode (december/laatste vijf weken van het schooljaar) wordt in overleg met de ouders afgesproken. Ongeveer 8 weken voorafgaand aan de daadwerkelijke komst van het kind op school, ontvangen ouders een welkomstpakket met daarin o.a. het bewijs van inschrijving, wetenswaardigheden onderbouw, uitnodiging voor het maken van wenafspraken, noodformulier en – indien van toepassing contract tussenschoolse opvang. De ouders ontvangen dit via de officemanager van de school, in principe per mail. Tevens stuurt de officemanager een welkomstkaart aan de toekomstige leerling, per post. Wanneer het kind afkomstig is van een andere basisschool mag deze pas definitief worden ingeschreven, na ontvangst van een bericht van uitschrijving van de school van herkomst. Indien het kind afkomstig is van een andere basisschool, vindt voorafgaand aan de inschrijving altijd overleg plaats met de andere basisschool, door de intern begeleider van onze school. Contact wordt opgenomen met de intern begeleider of de leerkracht of directie van de andere school of een combinatie hiervan. Bij twijfel over of plaatsing op onze school van het kind dat afkomstig is van een andere basisschool, mogelijk is, brengen de betreffende schoolleider en intern begeleider de informatie over het kind in het managementteam van de school, ter bespreking. De uitkomst van de bespreking kan leiden tot (1) een uitnodiging om het kind een dag mee te laten draaien op school om een verdere indruk te krijgen van het kind alvorens definitief een besluit te nemen over de plaatsing van het kind, of (2) het besluit om niet over te gaan tot plaatsing van het kind op de betreffende locatie en samen met de ouders op zoek gaan naar een passende vorm van onderwijs op, indien mogelijk, op één van onze andere locaties of op een school binnen de regio. De ouders worden door de betreffende schoolleider uitgenodigd om de uitkomst van het besluit mondeling te vernemen en de gelegenheid te hebben eventuele vragen over het besluit te stellen. Bij het gesprek is ook de intern begeleider van onze school aanwezig. Bij toelating van een kind dat afkomstig is van een andere basisschool, stuurt onze school – via de officemanager - een bewijs van inschrijving naar de school van herkomst. Een in Nederland gevestigde school van herkomst is verplicht een onderwijskundig rapport van de leerling aan te leveren aan onze school. Dit ten behoeve van het kunnen bieden van een doorlopende leerlijn aan het kind.
36
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN BIJLAGE III
2015-2016
VERLOFREGELING
Vanaf de leeftijd van 5 jaar is een kind leerplichtig. De leerplichtwet schrijft voor dat ouders zich dienen te houden aan de vakantieperioden en lesvrije momenten die de school vaststelt. In een aantal specifieke gevallen is een uitzondering op deze regel mogelijk. De informatie van de gemeente Zeist over leerplicht en verlof kunnen ouders inzien via de website van de gemeente. Hierin treft u de wettelijke regels over vakantieverlof en verlof bij gewichtige omstandigheden, zoals een bruiloft of huwelijksjubileum aan. De wettelijke verlofregels in het kort In principe is het niet mogelijk om buiten de vastgestelde vakantieregeling verlof op te nemen. Er zijn enkele uitzonderingssituaties: Het voldoen aan een wettelijke verplichting voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden; Bij verhuizing; Bij huwelijk van bloed- en aanverwanten t/m de vierde graad; Bij overlijden van bloed- en aanverwanten t/m de vierde graad; Bij bevalling van moeder/verzorgster/voogdes; Bij ambts-/huwelijksjubileum van bloed- en aanverwanten t/m de vierde graad (25-40-50-60 jaar). In deze situaties dient een schriftelijk verzoek ruim van te voren bij de schoolleiding te worden ingediend. De schoolleiding is verplicht om ongeoorloofd verzuim te melden bij de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaar zal bij ongeoorloofd verzuim een proces verbaal geven. Aanvraagformulieren voor verlof zijn verkrijgbaar bij de schoolleiding. De schoolleiding zal, met inachtneming van de wettelijke regels, al dan niet toestemming verlenen voor het verlof. Verlof dat wordt opgenomen zonder toestemming van de schoolleiding wordt gezien als ongeoorloofd schoolverzuim. De schoolleiding is verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden.
37
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN BIJLAGE IV
2015-2016
KLACHTENPROCEDURE
Het is voor de school belangrijk dat de kinderen en de ouders tevreden zijn over de kwaliteit van het onderwijs. Toch komt het ook op onze school voor dat ouders niet tevreden zijn over de begeleiding van hun kind of zichzelf. Lukt het niet om in het overleg met de leerkracht en/of de schoolleiding het probleem op te lossen of te bespreken, dan kunnen ouders een klacht indienen. Het betreft formele klachten over: (Seksuele) Intimidatie; (digitaal) Pesten; Mishandeling; Onheuse bejegening; Inbreuk op privacy; Didactische aanpak; Pedagogische aanpak; Organisatorische aanpak. De bedoeling van de klachtenregeling is om samen te zoeken naar een oplossing en om gevoelens van ongenoegen en frustratie zo veel mogelijk weg te nemen. Ingediende klachten stelt de school bovendien in staat om maatregelen te treffen die het onderwijs verder kunnen verbeteren. De school heeft een klachtenreglement dat is op te vragen bij de schoolleiding. In dit reglement staat uitgebreid beschreven hoe ouders een klacht kunnen indienen en hoe deze klacht wordt afgehandeld. Er is op elke school een interne contactpersoon die u kunt helpen bij het procedureel afhandelen van uw klacht of u verwijst naar de externe vertrouwenspersoon. De interne contactpersoon is een persoon die binnen de school of schoolnabij aanwezig is om mensen met vragen over het hoe om te gaan met (het indienen van ) een klacht de juiste weg te wijzen en te zorgen voor de eerste opvang van de klager. De interne contactpersoon voor onze school is Mariëlle Hendriksen, intern begeleider. Zij zal ouders over de te volgen procedure informeren, ouders wat dat betreft adviseren en ouders verwijzen naar de externe vertrouwenspersoon. Het college van bestuur heeft een externe vertrouwenspersoon aangewezen die ter zake deskundig is bij het afwikkelen van een eventuele klacht. De externe vertrouwenspersoon is: Naam Yvonne Kamsma Telefoon 088- 0931888 E-mail
[email protected] De externe vertrouwenspersoon wordt benaderd door de interne vertrouwenspersoon, het college van bestuur of rechtstreeks door de klager. Deze vertrouwenspersoon draagt zelfstandig zorg voor de eerste opvang van slachtoffers van ongewenst gedrag en gaat samen na welke vervolgstappen mogelijk zijn, zoals verwijzing naar instanties die gespecialiseerd zijn in opvang en nazorg. Jaarlijks vindt afstemming plaats tussen de externe vertrouwenspersonen en het college van bestuur over het resultaat van het beleid ten aanzien van de klachtenregeling. Voor de goede orde: zowel de interne- als de externe vertrouwenspersonen hebben een geheimhoudingsplicht, waardoor privacy van de klager volledig is gegarandeerd. Bij (een vermoeden van) seksueel misbruik is een school wettelijk verplicht contact op te nemen met de vertrouwensinspecteur.
38
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Met klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, discriminatie, radicalisering, ernstig fysiek geweld of grove pesterijen kunnen ouders ook contact opnemen met een vertrouwensinspecteur van de Inspectie van het Onderwijs. De inspecteur behandelt de klachten niet zelf. Hij geeft advies en biedt begeleiding bij het indienen van een klacht of het doen van aangifte. Zij onderneemt geen actie zonder instemming van ouders. De klachtenprocedure in het kort 1. Indien een ouder een klacht heeft over een dienst van de school dan zal zij de klacht in eerste instantie met het betrokken teamlid en eventueel met behulp van de schoolleiding dienen op te lossen. 2. Indien de klacht niet met het betrokken teamlid kan worden opgelost, of indien het een klacht betreft die niet is terug te brengen op het individuele teamlid, dan zal klager haar klacht op schrift stellen en deze zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen een 14 dagen, aan de di recteur doen toekomen. 3. De directeur zal binnen 14 dagen na indiening van de schriftelijke klacht haar standpunt schriftelijk aan klager kenbaar maken. Een afschrift van de beslissing wordt tevens aan het teamlid toegezonden. 4. Indien klager met het standpunt van de directeur niet instemt, dan kan zij zich wenden tot het college van bestuur van WereldKidz, Postbus 344, 3700 AH Zeist of via de e-mail
[email protected]. 5. Informatie over de klachtenprocedure zal door de schoolleiding worden verstrekt. Deze klachtenprocedure acht de school wenselijk, wat niet wegneemt dat de klager zich te allen tijde rechtstreeks kan wenden tot de interne contactpersoon, de externe vertrouwenspersoon of de landelijke klachtencommissie. Het college van bestuur is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie: Geschillencommissie, t.a.v. de klachtencommissie, Postbus 85191, 3508 AD Utrecht, tel: 030 – 2809590, e-mail:
[email protected]. De landelijke klachtencommissie neemt, ter bescherming van de belangen van alle direct betrokkenen, de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht bij de behandeling van een klacht. De leden van de klachtencommissie zijn verplicht tot geheimhouding van alle zaken die zij in die hoedanigheid vernemen. Deze plicht vervalt niet nadat betrokkene zijn taak als lid van de klachtencommissie heeft beëindigd. Het jaarlijkse schriftelijk verslag van de klachtencommissie is na te zien op www.onderwijsgeschillen.nl. Indien er sprake is van zeer ernstige klachten bijvoorbeeld bij seksuele intimidatie of discriminerend gedrag, agressie of geweld dan wordt door de klager het college van bestuur van WereldKidz altijd schriftelijk benaderd. Bij seksuele agressie of geweld door een medewerker van de stichting wordt te allen tijde aangifte bij just itie gedaan. Indien er een klacht binnenkomt gericht aan het college van bestuur van de stichting, dan treedt de volgende procedure in werking. - Binnen 5 werkdagen bericht van ontvangst van de klacht; - Mededeling aan klager, aangeklaagde; - Binnen 14 dagen na ontvangst klacht een hoorzitting; - Binnen 14 dagen na hoorzitting advies aan het college van bestuur; - Binnen 14 dagen neemt het college van bestuur een besluit op basis van het advies en meldt dit aan klager, aangeklaagde en de directie van de school. Het college van bestuur van WereldKidz voldoet hiermee aan de wettelijke verplichting betreffende de klachtenregeling. Bovendien wil zij met een goede uitwerking van deze regeling bijdragen aan de verhoging van de kwaliteit van het pedagogisch klimaat op haar scholen.
39
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN BIJLAGE V
2015-2016
BELEID SCHORSING EN VERWIJDERING, op basis WPO, artikel 40
Dit protocol treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht of waarbij verbaal geweld aan de orde is. Tevens kan tot schorsing/verwijdering worden overgegaan indien de school van mening is dat het niet kan voldoen aan het aanbieden van de noodzakelijke onderwijszorg. Onder ongewenst gedrag verstaat de school: - voortdurend, storend agressief en/of grensoverschrijdend gedrag van de leerling; - bedreigend, agressief, grensoverschrijdend en/of voortdurend storend gedrag van ouders van het kind. Van belang hierbij is dat gegronde vrees bestaat voor de veiligheid van personeel of ande re kinderen of voor de ongestoorde voortgang van het onderwijs. De schoolleiding kan hiertoe aangifte doen bij de politie. - het niet meewerken van ouders bij het inroepen van externe ondersteuning van het samenwerkingsverband bij ernstige handelingsverlegenheid van de school in het belang van de ontwikkeling van hun kind. Indien sprake is van een ernstig incident of handelingsverlegenheid ontstaat, zal overleg plaatsvinden tussen de schoolleider en de directeur. De directeur zal na dit overleg een besluit voor de te volgen procedure nemen. Deze procedure is vastgelegd in de wet primair onderwijs (WPO) artikel 40. Schorsing De volgende procedure wordt gevolgd door de directeur van de school: Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd. Gedurende de schorsing wordt het kind de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van het kind gewaarborgd kan worden. De schorsing bedraagt maximaal 1 week. De betrokken ouders worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van het kind op de school aan de orde komen. Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: o Het bevoegd gezag; o De ambtenaar leerplichtzaken; Bij schorsing langer dan één dag wordt melding gedaan via het meldingsformulier in het internet schooldossier van de onderwijsinspectie Ouders kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen 14 dagen op het beroep. Verwijdering Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling voor het primair onderwijs is hierbij van toepassing.
40
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN
2015-2016
Hierbij geldt de volgende procedure en afspraken: Verwijdering van een kind van school is een beslissing van het bevoegd gezag. Voordat men een beslissing neemt, hoort het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders ter kennis worden gestel d en door de ouders voor gezien wordt getekend. Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar: o De ambtenaar leerplichtzaken Het bevoegd gezag informeert de ouders schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift. De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen. Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift. Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. Definitieve verwijdering van een kind vindt niet plaats dan nadat het bevoegd gezag ervoor heeft zorg gedragen dat een andere school bereid is het kind toe te laten. Onder andere school kan ook worden verstaan een school voor speciaal onderwijs, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs.
41
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN BIJLAGE VI
2015-2016
MELDCODE KINDERMISHANDELING
Per 1 juli 2013 is het onderwijs als een van de sectoren in Nederland verplicht om te werken volgens de afspraken in de Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Belangrijk hierbij is dat iedereen die werkt met kinderen en/of ouders tijdig signalen van zorg leert herkennen. Door snel met ouders rond de tafel te gaan zitten, kunnen lichte zorgen besproken, opgepakt en opgelost worden. Hiermee kan hopelijk voorkomen worden dat een ‘gewoon’ lastige situatie thuis of op school in de loop der tijd toch ernstiger wordt. Het kan zijn dat we op school merken dat een kind niet lekker in haar vel zit, ongelukkig is, ander gedrag vertoont of we zien iets anders dat bijzonder is. Daar willen we natuurlijk met ouders over praten. Samen kijken naar de oorzaken en wat we eraan kunnen doen om het beter te laten gaan. Gezamenlijk komen we tot de beste oplossing! De school maakt gebruik van het hulpmiddel ‘verwijsindex’, zodat de professional kan laten zien dat ze betrokken is bij het kind. Indien nodig zullen we het kind bespreken met bijvoorbeeld het buurtteam of in een multidisciplinair overleg. De verwijsindex (VI) is een informatiesysteem waarin professionals zoals leerkrachten, hulpverleners en begeleiders kunnen aangeven dat zij vanuit zorg, betrokken zijn bij een jeugdige tussen 0 en 23 jaar. Ouders worden over het afgeven van het signaal geïnformeerd. Sinds 1 januari 2010 is de invoering van een VI landelijk verplicht. Waarom de verwijsindex? School ziet een kind met oude kleren, een schamele In Nederland zijn veel instellingen die zich inzetten voor het lunch en ze merken dat ze rond de feestdagen stil en welzijn van kinderen. Maar soms weten deze instellingen niet terug getrokken is. Vanuit de Oudervereniging krijgt de directie het verzoek om contact op te nemen over de van elkaar wat ze doen. Leerkrachten, hulpverleners en niet betaalde ouderbijdrage. School gaat gesprek aan begeleiders moeten meteen kunnen zien wie contact heeft met met ouders, daarin geven ouders aan dat het thuis niet gemakkelijk is. Vader is ontslagen i.v.m. de crisis en eris een kind in geval van problemen. Zo kunnen zij snel met elkaar weinig geld. Moeder wil wel werken maar is onzeker. overleggen over het kind. De VI zorgt ervoor dat de School besluit te registreren in de VI. Er ontstaat een professionals van elkaar weten wie er betrokken is bij het kind match met schuldhulpverlening en maatschappelijk werk van moeder. Ouders hadden niet in de gaten dat en het gezin. Het gebruik van de VI zorgt voor vroegtijdige deze partijen waardevolle informatie hebben voor signalering van zorgen bij kinderen en jongeren. Ook zorgt de VI school. Er wordt met ouders een plan gemaakt. Naast voor overzicht, samenwerking en goede afspraken tussen de de normale begeleiding, regelt school dat de ouderbijdrage komt te vervallen. Ook doen ze een verschillende professionals en ouders. Samenwerking tussen aanvraag bij het Jeugdsportfonds voor de leerlinge. Het professionals en de ouders is heel belangrijk omdat op die maatschappelijk werk regelt een sollicitatiecursus voor moeder. manier uw kind en/of uw gezin goed geholpen kan worden. Wat zijn de voordelen? Met de VI hoeven ouders niet meer iedere keer opnieuw hun verhaal te vertellen. Ook wordt voorkomen dat er twee of drie verschillende professionals in het gezin komen, die dit van elkaar niet weten. Zo wordt voorkomen dat u verschillende adviezen krijgt. Daarnaast wordt er bepaald welke partij de regie op zich neemt en daarmee aanspreekpunt is voor u en overige partijen. Hoe werkt de verwijsindex? De intern begeleider, de jeugdverpleegkundige, de leidster van de peuterspeelzaal, iemand van jeugdhulp verlening of een andere professional maakt zich zorgen over een kind. Zij verbindt zich aan het kind door een signaal af te geven in de VI. Alleen de naam van de professional, gekoppeld aan de naam van het kind, wordt in het systeem gezet, geen inhoudelijke informatie. De VI is alleen toegankelijk voor professionals. Het kan zijn dat er meer professionals zijn die zorg over hetzelfde kind hebben en dat al eerder hebben aangegeven. Als dat het geval is, krijgen deze mensen een email, zodat ze met ouders en met elkaar kunnen gaan afstemmen. Op het moment dat professionals informatie met elkaar delen, zijn de ouders hiervan op de hoogte en worden zij betrokken bij de informatie-uitwisseling. Vervolgens wordt er een plan gemaakt om het kind en eventueel het gezin verder te helpen.
42
SCHOOLGIDS MONTESSORI GRIFFENSTEYN Recht op privacy Zodra het weer goed gaat met het kind wordt het signaal inactief gemaakt. Het signaal is nog enige tijd zichtbaar voor eventuele professionals die later een signaal afgeven. Na maximaal 7 jaar verdwijnt het signaal uit het systeem. Buitenstaanders kunnen het systeem niet inzien. De VI is alleen beschikbaar voor professionals, begeleiders en anderen die daarvoor de rechten hebben gekregen. Dat is wettelijk geregeld.
2015-2016 School maakt zich zorgen over een kind omdat zij terug getrokken gedrag laat zien. De leerkracht komt niet achter de reden. Zij wordt gezien door de jeugdverpleegkundige. Ook zij maakt zich zorgen, maar krijgt ook geen zicht op de reden achter het gedrag. Ze geeft een signaal af in de VI. In de tussentijd wordt politie bij een situatie van huiselijk geweld geroepen. Zij doen een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg (BJZ). Het kind wordt in de VI ingeschreven. Er ontstaat een match tussen de verpleegkundige en BJZ. Na overleg met ouders gaan ze samen naar school. Ouders durfde het op school niet te vertellen. Ze schaamde zich voor de situatie thuis. Na een gezamenlijk gesprek weten ouders dat hun dochter de spanning van thuis meeneemt naar school en wat de negatieve effecten hiervan zijn. Er wordt een plan gemaakt, de communicatie is open en transparant en er komt hulp komt voor het gezin.
Wat als zorg kindermishandeling of huiselijk geweld betreft? Meestal kan een vorm van tijdelijke ondersteuning in het gezin of aan uw kind ervoor zorgen dat het beter gaat. Samen kijken we wat er het beste bij u past. Soms zijn de omstandigheden zo zwaar en moeilijk, dat er sprake is van kindermishandeling of huiselijk geweld. Dan is school bij wet verplicht om hier actie op te ondernemen, bv. een melding doen bij het AMK (Advies Meldpunt Kindermishandeling) van Bureau Jeugdzorg. We hopen echter dat we eerder samen een oplossing kunnen vinden!
43