Schoolgids 2014 - 2015
Basisschool ‘DeGeule’
Een woord vooraf Wij vinden het fijn dat u voor onze school hebt gekozen of gaat kiezen. Wij heten u en uw kind(eren) dan ook van harte welkom en hopen dat uw kinderen een fijne tijd bij ons op school hebben. Dat geldt niet alleen voor de kinderen, maar ook voor u als ouders en verzorgers. Wij willen samen met u de kinderen opvoeden en onderwijs geven. De manier waarop wij dat doen en waar wij voor staan kunt u lezen in deze schoolgids. We willen u duidelijk maken wat u van de school mag verwachten op het gebied van onderwijs en zorg, kwaliteit en identiteit. Wij hebben er voor gekozen om met betrekking tot de informatievoorziening over onze school twee publicaties uit te geven: -
Schoolgids Jaargids / jaarkalender
De schoolgids Deze bevat algemene informatie over onze school. De inhoud is niet schooljaar afhankelijk. Deze schoolgids beslaat een periode van 4 jaar en loopt daarmee parallel aan het schoolplan 20112015. De schoolgids kunt u vinden op onze website. Jaargids/jaarkalender Ieder schooljaar krijgen alle gezinnen een jaargids/jaarkalender. In de jaarkalender vindt u actuele informatie betreffende het lopende schooljaar. Deze jaarkalender wordt ieder jaar vernieuwd en uitgereikt. De informatie vanuit de jaarkalender kunt u vinden op de website van de school, maar deze wordt ook in een papieren versie verstrekt. Reacties en suggesties van uw kant stellen we bijzonder op prijs. We hopen dat u een goed beeld krijgt van onze school. Betrokkenheid en goede contacten vinden we belangrijk. We hopen dat deze schoolgids daaraan bijdraagt. Met vriendelijke groet,
Team De Geule
2
Inhoud 1. Onze school 1.1. Contactgegevens 1.2. De naam van onze school 1.3. De schoolgrootte en leerling-populatie 1.4. De voorzieningen in het schoolgebouw
Bladzijde 5
2. Onze missie en identiteit 2.1 Onze Missie 2.2 Onze identiteit
6
3. Ons onderwijs 3.1 De accenten in ons onderwijs 3.2 De ontwikkeling van het onderwijs in onze school
7
4. Wat en hoe leert uw kind? 4.1 Aanpak in de groepen 1 en 2 4.2 De lessen en methoden
9
5. De zorg voor kinderen 5.1 Aannamebeleid 5.2 De opvang van een kind op onze school 5.3 Het volgen van de ontwikkeling van het kind 5.4 leerling-dossier 5.5 Kwaliteitszorg 5.6 Zorg voor leerlingen met specifieke behoeften 5.7 Onderwijsondersteuning aan kinderen 5.8 Doubleren 5.9 Verantwoording resultaten van ons onderwijs 5.10Toelating,weigering, time-out, schorsing en verwijde ring 5.11 De onderwijsbegeleidingsdienst 5.12 De begeleiding naar het Voortgezet Onderwijs 5.13 Huiswerk
13
6. Het team 6.1 Wie werken er op school? 6.2 Vervanging 6.3 Begeleiding van stagiaires 6.4 Scholing van leerkrachten
23
7. De ouders 7.1 Belang van betrokkenheid 7.2 Informatievoorziening aan de ouders 7.3 Vrijwillige ouderbijdrage 7.4 Medezeggenschapsraad 7.5 Verkeersgroep 7.6 Afspraken voor ondersteunende werkzaamheden
24
8. Overige zaken 8.1 GGD en hoofdluiscontrole 8.2 Buitenschoolse activiteiten 8.3 klachtenregeling 8.4 Tussen Schoolse Opvang (TSO) 8.5 Buitenschoolse Opvang (BSO) 8.6 Veiligheid op school
28
8.7 Regels 8.8 Sponsoring 8.9 Onderwijsovereenkomst 8.10 Bestuurlijke aansturing 8.11 Rouwprotocol 8.12 Privacy Protocol 8.13 Gedragscode 8.14 Leerplichtprotocol
4
1.
Onze school
1.1
Contactgegevens Rooms Katholieke Basisschool ‘de Geule’. Merwedelaan 15 4535 EV Terneuzen Telefoon : 0115 69 47 81 Email :
[email protected] Internet : www.degeule.nl Directeur : Marian de Moor
1.2
De naam van onze school Onze naam ‘de Geule’ is afkomstig van: ‘NOOTENS GEULE’, De Kreek van Noten, Othene.
1.3
De schoolgrootte en leerling-populatie ‘De Geule’ heeft gedurende het schooljaar gemiddeld ongeveer 100 leerlingen. Ons streven is dat alle groepen in een eigen lokaal zitten. De school hanteert de volgende verdeling: Onderbouw groep 1 groep 2 groep 3 groep 4
Bovenbouw groep 5 groep 6 groep 7 groep 8
Onze school is een echte wijkschool. Wij staan midden in de gemeenschap van wijk Zeldenrust in Terneuzen. Dat betekent dat we meedoen aan veel activiteiten die in Terneuzen worden georganiseerd. Het lukt natuurlijk niet altijd om gehoor te geven aan vragen uit de gemeenschap. Daarom maken wij keuzes. Immers, wij richten ons eerst en vooral op het geven van goed onderwijs. We hebben op onze school te maken met een dalend leerlingenaantal. De kinderen die onze school op 4-jarige leeftijd binnenkomen hebben over het algemeen al flinke tijd doorgebracht op de peuterspeelzaal. Ook heeft een groot aantal instromende leerlingen gebruik gemaakt van de kinderopvang, waardoor er een goede basis is gelegd voor de taalontwikkeling.
Over het algemeen hebben de ouders van onze school een opleiding genoten tot MBO-niveau.
1.4
De voorzieningen in het schoolgebouw
9 groepslokalen waarvan 2 kleuter speel-/leerlokalen 1 ICT-lokaal 1 grote hal bovenbouw 1 directieruimte 1 ruimte voor administratie 1 toets-/spreekkamer en mede IB-ruimte Magazijnruimten
2.
Onze missie en identiteit
2.1
Onze missie ‘Van rups tot vlinder’ Het is zomer! Buiten zie je vlinders met veel kleuren. Rupsen zie je niet zo goed. Toch is elke vlinder ooit een rups geweest. Hoe kan nu zo'n harige rups zo'n prachtige vlinder worden? De vlinder draagt het begrip ‘veranderen’ in zich: van rups over cocon naar vlinder. En het resultaat is prachtig. Veranderen doe je niet elke dag en is vaak een emotionele en ingewikkelde aangelegenheid. Elke verandering op zich is moeilijk. Sommigen willen er immers niets van weten en oude gewoonten in stand houden. De vlinder staat ook voor moed, omdat er een totaal andere wereld buiten de cocon ligt. Deze nieuwe wereld vraagt erom dat de vlinder zijn nieuwe vleugels zal gebruiken om het onbekende tegemoet te vliegen. Durf jij je vleugels uit te slaan? Het team van basisschool De Geule wil kinderen helpen zich te ontwikkelen tot prachtige vlinders die het lef hebben om hun vleugels uit te slaan om de nieuwe wereld te verkennen. Basisschool de Geule wil een school zijn voor de kinderen uit de buurt. Een school die ieder uniek kind (rups) een veilige, rustige plek biedt (cocon) waar de kinderen veel leren, waardoor zij zich ontwikkelen tot evenwichtige en gelukkige mensen (vlinders). De Geule wil een school zijn die bekend staat als een goede, prettige en vooral gezellige school. Wij baseren ons handelen op de Katholieke grondslag van Kapriom: onze identiteit.
2.2
Onze identiteit Onze school heeft een Katholieke identiteit. Voor ons betekent dit dat we een stukje van de Katholieke traditie (cultuur) aan de kinderen willen meegeven. We vinden het belangrijk dat alle kinderen hier op school kennis maken met die tradities; d.w.z. dat ook kinderen die niet Katholiek zijn, iets meekrijgen van het geloof.
6
Zonder onze Katholieke identiteit te verliezen, staan we open voor kinderen en ouders met andere culturele of religieuze achtergronden op basis van wederzijds respect. Onze identiteit dragen we uit in ons onderwijs door het gebruik van de methode ‘Trefwoord’. Hieruit wordt elke ochtend een verhaal voorgelezen. Dit kan een verhaal zijn uit de Bijbel, maar ook een verhaal gekoppeld aan eigentijdse levensvragen. De kinderen delen ervaringen en denken met elkaar na over bepaalde levenskwesties. Aan het begin van het schooljaar starten we met een openingsviering die we met alle kinderen, leerkrachten en zoveel mogelijk ouders samen willen houden in de grote hal van de school en als het even kan graag buiten. Door het hele jaar heen besteden wij aandacht aan vieringen volgens de Christelijke jaarkalender. Deze vieringen zijn o.a.: de Paasviering, de Kerstviering, carnaval.
3.
Ons onderwijs
3.1
De accenten in ons onderwijs Wat wij het allerbelangrijkste vinden en waarvoor wij iedere dag weer ons best doen, is dat kinderen het op onze school naar hun zin hebben. Dat zij met plezier naar school gaan en dat zij leren leuk vinden. Niet zozeer het opdoen van feitenkennis staat centraal, hoe noodzakelijk ook als basis, maar het leren omgaan met die kennis, het verwerken ervan, het leggen van verbanden en het weer terug kunnen halen van het geleerde is belangrijk. In die zin ligt het accent bij ons op school op de verwerving van kennis (cognitief accent), omdat wij de kinderen zo goed mogelijk willen voorbereiden op hun verdere schoolloopbaan. Talenten die kinderen hebben meegekregen dienen aangesproken en ontwikkeld te worden, maar die talenten liggen vanzelfsprekend niet alleen op het cognitieve vlak. Daarom vinden we het ook belangrijk aandacht te besteden aan de creatieve en sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen. Dat doen we met een zo actueel en gevarieerd mogelijk aanbod van leermiddelen en materialen.
3.2
De ontwikkeling van het onderwijs in onze school Iedere vier wordt er een schoolplan gemaakt. Daarin staat zo concreet mogelijk aangegeven welke resultaten we ten aanzien van onze onderwijsontwikkeling in de komende vier jaar nastreven. Op basis van dit meerjarenplan wordt jaarlijks een gedetailleerd actieplan opgesteld. Bij de opstelling van zo’n actieplan zal rekening gehouden worden met de resultaten van het voorgaande schooljaar. Veranderingsonderwerpen en resultaten: Veranderingsonderwerp 1: Opbrengstgericht werken
Beoogde resultaten: We stellen ambitieuze en heldere doelen op over wat we van de kinderen verwachten. We werken systematisch en doelgericht aan het maximaliseren van de prestaties van de leerlingen We verzamelen systematisch de leerling-resultaten en maken trendanalyses van de toetsen. De leerkrachten kunnen aan de hand van de groepskaart in het leerling-volg-systeem Par-
nasSys kinderen clusteren op onderwijsleerbehoeften. Het leerlingvolgsysteem ParnasSys gebruiken we als middel om de leerlingen te monitoren. Leerkrachten betrekken de ouders bij het leerproces en zien hen als partners in de opvoeding en ontwikkeling van de kinderen. De leerkrachten scholen zich voldoende bij om de optimale ontwikkeling van de kinderen te kunnen waarborgen. Veranderingsonderwerp 2: Invoering 1-zorgroute
Beoogde resultaten: Alle leerkrachten hebben aan de hand van de 1-zorgroute de onderwijsbehoeften van ieder kind in kaart gebracht. Komende periode werken de leerkrachten volgens de werkwijze van de 1-zorgroute. De leerkrachten hebben kennis en materialen om te differentiëren. De leerkrachten geven positieve feedback aan de kinderen. De school verbetert het schoolklimaat aan de hand van het sociaal-emotioneel meetinstrument ZIEN! Per leerling-cluster stellen we heldere doelen, waarbij we de tussendoelen in kaart hebben gebracht en kinderen kunnen stimuleren en motiveren naar de zone van hun naaste ontwikkeling. De leerlingen doorlopen een ononderbroken ontwikkeling. De leerkrachten maken het nascholingsprogramma betreffende de invoering van de 1zorgroute af. De leerkrachten volgen nascholing voor ParnasSys. De leerkrachten volgen nascholing voor het instrument ZIEN! De leerkrachten volgen nascholing ICT in de klas. Veranderingsonderwerp 3: Handelingsgericht werken
Beoogde resultaten: Komende periode wordt de werkwijze van de 1-zorgroute voortgezet en doorlopen we de fases oriënteren, implementeren en borgen. Aan het eind van deze periode werkt ieder kind op zijn eigen niveau. Veranderingsonderwerp 4: Profilering van de school
8
Beoogde resultaten: We moeten ons profileren naar de omgeving en duidelijk maken waar we voor staan: Het schoolteam maakt een plan van aanpak om de school een frissere uitstraling te geven. Men maakt een prioriteitenlijst en bepaalt samen met de directeur welke middelen en mogelijkheden binnen het schoolbudget ingezet kunnen worden om de uitstraling van het schoolgebouw te verbeteren. Het schoolteam maakt een plan van aanpak voor de communicatie naar ouders, waarin de stand van zaken over de vernieuwingen van de school worden uiteengezet. Het schoolteam doet met regelmaat onderzoek naar verandering van onderwijsconcept. Uitgangspunt bij de keuze van een ander schoolconcept is de missie en visie die de school heeft over onderwijs. Het team oriënteert zich op de mogelijkheden van een vernieuwing van schoolconcept waarbij het rekening houdt met de omgevingskenmerken en de functie van de school
voor de omgeving. Na oriëntatie volgt een evaluatie waarin alle standpunten tegen elkaar worden afgezet. Afhankelijk van de keuze van onderwijsconcept worden nieuwe doelen gesteld. Men beschrijft de inhoud, de didactiek en maakt een keuze voor de inzet van middelen en begeleiding van het ingezette traject. Naar ouders wordt tussentijds gecommuniceerd over o.a. de keuzes, de bevindingen en het tijdspad
Veranderingsonderwerp 5: Professionaliseren van de leerkrachten
Beoogde resultaten: De leerkrachten hebben ieder schooljaar een zelfreflectiegesprek met de directeur. Naar aanleiding van dit gesprek worden afspraken gemaakt over de persoonlijke ontwikkeling en professionalisering van de leerkracht. De directeur bewaakt het proces van persoonlijke ontwikkeling door middel van een gesprekkencyclus. Veranderingsonderwerp 6: ICT in de klas
Beoogde resultaten: Er wordt wekelijks gewerkt met de methodegebonden software. Alle leerkrachten kunnen werken met het digibord. Er wordt een ICT-plan opgesteld om meer leeropbrengsten te kunnen halen uit het onderwijs. Veranderingsonderwerp 7: Begeleiding nieuwe leerkrachten
4
Beoogde resultaten: Er wordt een welkomstmap gemaakt waarin nieuwe of tijdelijke leerkrachten al onze regels, werkwijzen en besluiten kunnen nalezen. Op de server van het netwerk worden alle geborgde documenten bewaard. Zoals o.a. besluitvormingen, notulen, formatdocumenten, beleidsdoelen e.d. De welkomst-map en de server worden up-to-date gehouden.
Wat en hoe leert uw kind? Dit hoofdstuk van de schoolgids beschrijft wat uw kind bij ons op school leert. De leerstof is voor een belangrijk deel vastgelegd in het schoolplan. Naast de moderne methoden die we gebruiken, spelen we in op de actuele onderwerpen. Vrijstelling van het deelnemen aan een bepaalde activiteit binnen het lesrooster kan alleen op de gronden welke zijn vastgesteld in de Wet Primair Onderwijs (WPO).
4.1
Aanpak in de groepen 1 en 2 De aanpak in groep 1 en 2 is aangepast aan de leeftijd van de kinderen. Dit is onder andere te herkennen aan de inrichting van de lokalen. Het werken gebeurt vanuit de kring. Daarin begint de schooldag en hier keren de kinderen ook steeds weer terug. Van daaruit wordt gespeeld en gewerkt aan tafels, in de hoeken en op het schoolplein.
In groep 1 (4/5 jarigen) ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. Leren gebeurt vooral door spelen. Dit gaat in groep 2 (5/6 jarigen) door, maar hier heeft de leerkracht een meer sturende rol. De meeste vakken komen in samenhang aan de orde aan de hand van een bepaald thema, bijvoorbeeld de winkel, seizoenen, kleding, voedsel e.a. In de lessentabel worden verschillende leer- en vormingsgebieden onderscheiden. In de dagelijkse praktijk in de klas lopen deze verschillende gebieden door elkaar. Wie speelt in de poppenhoek is ook bezig met taalontwikkeling, wie speelt met lotto leert ook getallen of kleuren en wie op een vel de golven van de zee tekent, is bezig met voorbereidend schrijven. Er is veel aandacht voor taalvorming, omdat dit de basis is voor heel veel ander leren. Veel kinderen zitten twee en half jaar in de kleutergroepen. Het is afhankelijk van hun geboortedatum en hun aard en aanleg. In groep 2 worden (speelse) activiteiten aangeboden die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3. We vinden het belangrijk dat een kind lang genoeg in een kleutergroep zit. Succesvol groep 3 doorlopen lukt pas als een kind hieraan toe is. We bekijken o.a. de leervoorwaarden, de werkhouding en de concentratie van het kind. We zien een kind liever een jaar langer in groep 2, dan jarenlang op de tenen de school doorlopen. Natuurlijk worden de ouders bij het nemen van een definitieve beslissing betrokken. De pedagogische argumenten zullen uiteindelijk doorslaggevend zijn. Hierdoor kunnen we gerichter differentiëren. Zowel de kinderen die extra ondersteuning nodig hebben, als de kinderen die baat hebben bij meer uitdaging, geven we gericht aandacht. 4.2
De lessen en hun methoden Godsdienstige vorming De identiteit van onze school vindt zijn oorsprong in geloof in God en in de Bijbel. We willen ruimte bieden aan ieder individu, er is ruimte en respect voor ieders inbreng. Ons onderwijs is niet neutraal. Dit komt tot uiting in de omgang met elkaar, in de taal die gesproken wordt en in de sfeer die heerst op school. De methode ‘Trefwoord’ werkt op basis van een kalender die als doorgaande lijn gebruikt wordt en waarbij de kalenderbladen aanleiding zijn voor een dagopening. De onderwerpen van de dagopeningen worden gevarieerd aangeboden in de vorm van een gedicht, spel, gebed, lied, (bijbel)verhalen, leestekst, werkblad of andere vormen van zelfstandig werken. Door deze onderwerpen in verband te brengen met de actualiteit, kan het kind zich een wereldbeeld vormen. Daarbij klinken een aantal uitgangspunten door: mensen verdienen waardering, mensen zijn geboren om in vrijheid te leven, mensen mogen steunen op God. Wij hebben voor ‘Trefwoord’ gekozen omdat deze methode nauw aansluit bij het open RK en Christelijke karakter van onze school. Het materiaal wordt in samenhang aangeboden, gebaseerd op de praktijk van dagopeningen en vanuit thematisch projectmatig catecheseonderwijs. De aangeboden inhoud biedt tevens aanknopingspunten voor anders gelovigen binnen de groep en sluit aan bij actuele en relevante thema’s in de samenleving. De Eerste Communie ieder jaar in april/mei Het Vormsel in de even jaren in juni De gezinsvieringen worden door de Parochiële werkgroepen uitgewerkt en georganiseerd. Een deel van de voorbereiding gebeurt in samenwerking met de school. Omdat de ervaring leert dat niet ieder kind hieraan deelneemt, laten we de ouders vrij om de kinderen hiervoor aan te melden.
10
Rekenen en wiskunde Met ingang van schooljaar 2014-2015 werken wij met de rekenmethode ‘de wereld in Getallen’ (WIG) Onze rekenmethode ‘WIG’ is een eigentijdse, realistische methode met een complete doorgaande lijn van groep 1 t/m 8. Bovendien wordt de methode volledig multimediaal ondersteund. De aansprekende opdrachten en contexten sluiten aan bij de belevingswereld van kinderen, mede door de vele foto's en herkenbare tekeningen. Zowel bij de begripsvorming als bij de toepassing is gebruik gemaakt van aan de realiteit ontleende situaties. Uiteraard werkt ‘WIG’ via het gebruik van schema's en modellen toe naar beheersing van de formele rekenhandelingen. Ook de kerndoelen worden volledig gedekt. In ‘WIG’ is gebruiksvriendelijkheid een belangrijk uitgangspunt. In alle materialen is gestreefd naar een grote mate van overzichtelijkheid. De methode is gemakkelijk te doorgronden. De organisatiestructuur is zeer eenduidig en wordt gekenmerkt door een vaste afwisseling van leerkrachtgebonden en zelfstandig werklessen. Wat wij een belangrijk voordeel vinden van deze methode is dat gewerkt wordt met weektaken. Hierdoor zijn de leerlingen voor een stuk verantwoordelijk voor hun eigen handelen. Daarnaast volgt na de toets momenten een gedegen groepsplan, waaruit voor de leerlingen ‘taakbriefjes’ voortkomen waarmee zij in de ‘herhaalweek’ aan de slag gaan. Op deze manier wordt veel aandacht besteed aan de differentiatie, systematiek en zorgverbreding. Een overzichtelijk systeem van toetsen en herhalingen maakt het in alle leerjaren mogelijk kinderen die het nodig hebben, extra te ondersteunen. Vanaf groep 3 worden drie leerwegen bewandeld: het standaardprogramma, het minimumprogramma en het speciale programma voor resp. zwakke en zeer zwakke rekenaars maar ook voor de meer begaafde leerlingen. Nederlandse taal ‘De Geule’ werkt met de taalmethode ‘Zin in Taal’. Taalonderwijs is veelomvattend. De woordenschat wordt uitgebreid, er is aandacht voor het verwoorden van ideeën, spelling en luisteren naar anderen. Behalve schriftelijk taalwerk, leren we kinderen ook verhalen lezen en begrijpen, zich schriftelijk en mondeling te uiten en schrijven. Vanaf groep 4 houden de kinderen meerdere spreekbeurten per jaar. Kort samengevat komen de volgende disciplines aan de orde: lezen, spreken, woordenschat, taalbeschouwing, stellen, spellen, luisteren en grammatica. Lezen In het kader van voorbereidend en aanvankelijk lezen biedt de methode ‘Schatkist’ in de groepen 1 en 2 voldoende voorbereidende leesactiviteiten. In groep 3 wordt gewerkt met de methode ‘Veilig Leren Lezen’. Vanaf februari beginnen we met niveaulezen. Dat houdt in: lezen in kleine groepjes op hetzelfde niveau. In groep 4 t/m 8 krijgen de leerlingen instructie technisch lezen m.b.v. ‘Estafette’. Dit sluit naadloos aan op ‘Veilig Leren Lezen’. In de groepen 5 t/m 8 wordt iedere morgen gestart met lezen. In het eerste geval lezen de kinderen op hetzelfde niveau, in het tweede geval wordt een zwakkere lezer begeleid door een sterkere lezer. In de hogere groepen komt de nadruk steeds meer op het begrijpend en later ook op het studerend lezen te liggen.
In de groepen 4 t/m 8 werken we met de methode begrijpend lezen: ‘Tussen de Regels’. Deze methode is erop gericht om de leerlingen goed met teksten om te laten gaan, samen te vatten, te herkennen en relaties te leggen, hoofd- en bijzaken te onderscheiden. Door middel van leesteksten en -testen wordt begrijpend lezen getoetst. We leren de kinderen niet alleen technisch en begrijpend te lezen, we brengen ze ook liefde voor boeken bij. Daarom lezen we ook veel voor. Ook vinden er activiteiten plaats in het kader van leespromotie.
Schrijven In groep 1 en 2 worden motorische oefeningen met de kinderen gedaan in de kring en bij lichamelijke oefening. Gedurende het schooljaar wordt met de kinderen gewerkt met stempels, boekjes en werkbladen. Kinderen leren op onze school schrijven volgens de methode ‘Pennenstreken’ in de groepen 2 t/m 8. In groep 2 werken de kinderen aan schrijfpatronen in het werkschrift. In groep 3 schrijven de kinderen losse ‘verbonden’ letters en woorden die ze in de methode ‘Veilig Leren Lezen’ hebben gehoord en geleerd. De meeste leerlingen zullen aan het eind van groep 3 overgaan op verbonden schrift. Gelet wordt op de juiste pengreep, een goede schrijfhouding, een goede schrijfrichting van de letters en netjes werken. Wereldoriënterende vakken Aardrijkskunde, natuurkennis, verkeer en geschiedenis worden in de kleutergroepen als geheel aangeboden. Het gaat dan vooral over de eigen omgeving / directe leefwereld. Af en toe komen aparte onderdelen aan bod. Vooral de natuur (seizoenen etc.) komt dan vaker in een aparte les naar voren. Je zou kunnen zeggen dat aardrijkskunde, geschiedenis en natuurkunde voorbereidend thematisch en projectmatig aan de orde komen in de methode ‘Groei’ en in het Ideeënboek voor kleuters. Vanaf groep 3 worden de wereldoriënterende vakken elke week aan de orde gesteld. We hebben de beschikking over aparte, eigentijdse methoden Lichamelijke opvoeding In de groepen 1 en 2 staat bewegingsonderwijs dagelijks op het rooster. De kinderen spelen in de klas en op het schoolplein. Daarnaast krijgen deze groepen één maal per week op lichamelijke oefening in de gymzaal. De groepen 3 t/m 8 krijgen 2 keer per week gymles. De lessen bestaan uit een afwisseling van een les met allerlei oefeningen, toestellen en spellessen waarbij het sociale element een zeer belangrijke rol speelt (samen spelen).
Vvto-Engels Met ingang van het schooljaar 2012-2013 zijn wij gestart met vvto-Engels op basisschool De Geule. vvto staat voor vroeg vreemdetalenonderwijs. Overal in de wereld krijgen kinderen al op jonge leeftijd onderwijs in een vreemde taal. Jonge kinderen kunnen spelenderwijs een taal leren. De kleuters krijgen geen Engelse les, maar spelen, zingen en werken in het Engels. Zonder dat ze zich daar bewust van zijn groeit hun woordenschat snel en ontwikkelen ze een goede uitspraak. De ervaring heeft geleerd dat een vroege start ook zéér motiverend is. Er wordt met veel plezier gewerkt aan een goede basis voor verder leren van Engels in de hogere groepen en daarna. Er zijn ook 12
aanwijzingen dat het vroege leren van een tweede (of derde) taal een positieve invloed heeft op de algemene taalontwikkeling. In de groepen 1 t/m 4 ligt het accent op luisteren en spreken. Lezen en schrijven komen vanaf groep 5 ook aan de orde. In de hogere groepen wordt Engels ook een ‘echt’ schoolvak. Vroeger met Engels beginnen betekent ook eer tijd voor Engels. Acht jaar met een start in de onderbouw of twee jaar op een reguliere basisschool, dat is een fors verschil. Daarnaast wordt er meer onderwijstijd besteed aan Engels. Uiteindelijk wordt er in tenminste in elke groep 60 minuten per week gereserveerd voor Engelstalige activiteiten. De kinderen moeten de tijd krijgen, niet alleen om de taal te leren, maar ook en vooral om die te gebruiken. Een vroege start betekent dat je goed rekening houdt met de manier waarop kinderen een taal kunnen leren. We sluiten qua didactiek aan bij de in Nederland gangbare visies op het leerproces. De thema’s zijn gebaseerd op de belevingswereld van de kinderen. Kleding, seizoenen, huis en buurt en andere onderwerpen komen al aan de orde in de lessen groep 1 t/m 4 en dat gebeurt dan dus ook voor een deel in het Engels. Wordt het lente, dan is het ook ‘Spring’. In de hogere groepen kijken we naar wereldoriëntatie, muziek of andere vakken om de relatie tussen taal leren en taal gebruiken te versterken. Daar waar ze Engels moeten leren, zien we volop mogelijkheden op en buiten de school waar ze hun Engels kunnen gebruiken. We gaan voor het kwaliteitscertificaat van Early Bird. We moeten dan voldoen aan een aantal voorwaarden: voldoende onderwijstijd, kwaliteit van de lessen, inrichting van lokalen, materiaalkeuze, de plaats van Engels in het taal- en schoolbeleid. Deze voorwaarden staan vermeld in de Early-Birdstandaard waaraan in 2015 willen voldoen. In de groepen 1 t/m 4 werken we met de methode ‘iPockets’. In de groepen 5 t/m 8 werken we met de methode ‘Our Discovery Island’.
5 5.1
De zorg voor kinderen Aannamebeleid Om als leerling tot een basisschool toegelaten te kunnen worden moet het kind de leeftijd van 4 jaar hebben bereikt. Uiterlijk 2 maanden voorafgaand aan zijn/haar 4e verjaardag mag het kind 5 keer als bezoekertje onze school komen bekijken. De beslissing over toelating van een leerling berust bij het bevoegde gezag. Onze school bezigt een open aannamebeleid. In het toelatingsgesprek kijken zowel de ouders als de school of verwacht wordt dat onze school succesvol kan zijn voor het aangemelde kind. Een op onze school toegelaten leerling moet in principe iedere les volgen en aan iedere les meedoen. Indien door een handicap of andere reden het meedoen in de les onmogelijk blijkt, dan bepaalt de directeur, in overleg met de groepsleerkracht, vervangende activiteiten. Indien er bijzondere omstandigheden zijn, kan geweigerd worden een kind als leerling toe te
laten. Hierbij moet worden gedacht aan bijv. een leerling afkomstig van een andere school waar de desbetreffende leerling verwijderd is (crisisopvang). Dit geldt ook voor een leerling met specifieke behoeften. Onze school is slechts gedeeltelijk aangepast voor gehandicapte leerlingen. In principe worden deze kinderen gewoon toegelaten onder dezelfde voorwaarden als hierboven omschreven, tenzij de complexiteit van de handicap niet hanteerbaar is voor onze school. De grens van toelating van (meervoudig) gehandicapten tot het reguliere basisonderwijs ligt daar, waar leer- en gedragsproblemen kunnen leiden tot een zodanige verstoring van de voortgang van de onderwijs-/ leerprocessen, dat handhaving redelijkerwijs niet van een schoolteam kan worden verwacht.
5.2
De opvang van een kind op onze school Ouders of verzorgers nemen contact op met onze school. Er wordt een eerste afspraak gemaakt. de directeur ontvangt de ouders en neemt de ouders mee in een rondleiding door de school. Tijdens de rondleiding vertelt de directeur alle belangrijke zaken die algemeen gelden voor de school. Daarna volgt ontvangst door de groepsleerkracht van groep 1-2. Zij geeft alle specifieke informatie voor de groep. Een aantal weken voordat uw kind 4 jaar wordt, ontvangt u thuis een uitnodiging. Dan kunnen er afspraken worden gemaakt voor een nadere kennismaking met de groep waarin het kind geplaatst wordt. Zo kan het alvast een beetje wennen aan de leerkracht en aan de kinderen van zijn / haar groep. Op de dag dat uw zoon of dochter 4 jaar wordt mag hij / zij naar school. Voor het aannemen van kinderen in hogere groepen is een protocol opgesteld. Kinderen die in hogere groepen instromen kunnen na een gesprek en het verzamelen van toetsgegevens meteen beginnen in de groep waarin zij geplaatst worden. Als kinderen onze school verlaten ontvangt de nieuwe school een onderwijskundig rapport.
5.3
Het volgen van de ontwikkeling van het kind We werken met een leerling- en onderwijsvolgsysteem (LOVS). Met behulp van toetsen en testen en door observaties en het dagelijks gemaakte werk worden de leerlingen zo goed mogelijk in hun ontwikkeling gevolgd. Op deze wijze worden bij de kinderen bepaalde moeilijkheden tijdig gesignaleerd. Deze "zorgkinderen" komen in de leerling-bespreking van de teamvergadering, waarbij de desbetreffende groepsleerkracht en de interne begeleider aanwezig zijn. In deze bespreking wordt besloten welke kinderen extra aandacht nodig hebben en op welke wijze die gegeven gaat worden.
Dit kan op verschillende manieren: Extra werk in de groep, daarbuiten of thuis; Aangepast werk in de klas; Inschakelen van de onderwijsbegeleidingsdienst RPCZ; Hulp van de fysiotherapeute of logopediste. Onze school heeft behalve het leerlingvolgsysteem nog meer specifieke voorzieningen om leerlingen goed te volgen: De inzet van een intern begeleider: deze kan vanuit de orthotheek speciale materialen en middelen aandragen die geschikt zijn om mee te werken. Het werken met groepsplannen en eventueel individuele handelingsplannen.
14
5.4 Leerling-dossier Het leerling-dossier is een dossier dat een school bijhoudt over een kind. Het leerlingdossier bestaat uit de leerling-administratie, een onderwijskundig rapport en soms ook een psychologisch rapport. De leerling-administratie bevat gegevens over verzuim, in- en uitschrijving en gegevens van leerlingen en hun ouders die nodig zijn voor het berekenen van de bekostiging. Het onderwijskundig rapport geeft inzicht in de resultaten van een leerling, zijn houding, het schooladvies en eventuele aandachtspunten. De precieze invulling van het rapport is niet wettelijk vastgelegd. Wanneer een kind heeft deelgenomen aan een psychologisch onderzoek, worden de resultaten hiervan bij het leerling-dossier gevoegd. De bewaartermijnen De twee componenten van het leerling-dossier hebben eigen bewaartermijnen. De leerling-administratie moet vijf jaar worden bewaard nadat de leerling is uitgeschreven. De gegevens voor het berekenen van betalingen moeten worden vernietigd binnen acht weken nadat de leerling van school is. Het onderwijskundig rapport en het psychologisch rapport dienen te worden vernietigd binnen twee jaar nadat een leerling van school is. Het inzagerecht van ouders Ouders hebben als wettelijk vertegenwoordiger van hun kind recht op inzage in het leerling-dossier. Ouders kunnen een afspraak met de school maken om het dossier in te zien. Hierbij is altijd iemand van de school aanwezig in verband met de privacy van anderen. Ouders mogen een kopie maken van het dossier en onjuiste informatie laten verbeteren of verwijderen. Ouders ontvangen een afschrift van het onderwijskundig rapport wanneer hun kind naar het voorgezet onderwijs of naar een andere school voor basisonderwijs gaat. Inzage door derden In enkele gevallen is de school verplicht om gegevens uit het leerling-dossier aan derden te geven. Dit is bijvoorbeeld het geval bij: • de aanvraag van een leerlinggebonden budget (rugzakje) • de plaatsing van de leerling op een school voor speciaal onderwijs • de overgang naar een andere school, bijvoorbeeld het voortgezet onderwijs of een andere basisschool Voor de overige gevallen moeten de ouders eerst toestemming geven voordat derden gegevens uit het leerling-dossier van hun kind mogen inzien.
5.5
Kwaliteitszorg Onze school werkt volgens een leerstofjaarklassensysteem. De grote verschillen in prestatie- en ontwikkelingsniveau van de kinderen maken het noodzakelijk binnen dit systeem plaats in te ruimen voor individuele begeleiding van leerlingen. De extra formatie die scholen toegewezen krijgen door de extra wegingsfactor wordt dan ook volledig ingezet om de groepen zo klein mogelijk te houden. Ons streven is individuele begeleiding binnen de klas door de leraar zelf te laten uitvoeren, vooral tijdens de dagelijkse momenten van zelfstandig werken.
Een voorwaarde om dit te kunnen bereiken is een goed uitgevoerd klassenmanagement door de leraren. Belangrijke punten zijn hierbij voor ons: een goed functioneren van de lessen zelfstandig werken een goede klassenorganisatie (waaronder een logboek / klassenmap met administratieve gegevens) goede voorbereiding van de te geven lessen een goede inrichting van het leslokaal het houden aan de afgesproken schoolregels en–afspraken 5.6
Zorg voor leerlingen met specifieke behoeften Voor leerlingen die extra aandacht nodig hebben, zijn extra materialen, leer- en hulpmiddelen aanwezig. We denken hierbij aan leerlingen die achterstand hebben opgelopen, maar ook aan kinderen die meer- of hoogbegaafd zijn. Remedial teaching wordt door de groepsleerkracht, de IB-er en/of de PAB-er (Preventief Ambulant Begeleider) verzorgd. Dit gebeurt voor zo ver mogelijk tijdens de normale lesuren. Kinderen met speciale behoeften worden eerst gesproken in een leerling-bespreking. De ouders worden ingelicht en er wordt, indien nodig, toestemming gevraagd voor verder onderzoek. Daarna volgen testen en toetsen door deskundigen, met verslaggeving, bespreking van de uitslagen met de ouders, leerkrachten en zorgcoördinator. Eventueel kunnen we externe hulp inschakelen of aanmelden bij het zorg advies team ( ZAT). Zorg-adviesteam Een schoolbestuur heeft volgens de wet een zorg-adviesteam nodig. In dit team hebben een directeur en een Intern Begeleider zitting, samen met de coördinator van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) van de gemeente. Scholen geven aan het Zorg-adviesteam de namen van de kinderen door die in een leerlingbespreking besproken zijn. Ouders / verzorgers worden hiervan uiteraard vooraf op de hoogte gebracht. De kinderen worden niet inhoudelijk besproken tenzij de school of de coördinator van het CJG dit nodig acht. Ook dit kan alleen met instemming van de ouders / verzorgers tenzij het Zorg-adviesteam het nodig acht om ook zonder toestemming te overleggen. Dit kan alleen in zeer uitzonderlijke situaties. Verder bespreekt het Zorg-adviesteam (zonder het CJG) eventuele verzoeken van scholen om een leerling te onderzoeken of P.A.B.-hulp te geven. hoogbegaafde leerlingen Binnen het bestuur zijn verschillende mogelijkheden voor de opvang van hoogbegaafde leerlingen. De leerlingen die hier voor in aanmerking komen uit de groepen 4 t/m 7 kunnen terecht in een plusklas. Zij krijgen één dagdeel per week extra uitdagende lesstof te verwerken of zij werken aan speciale projecten. Zo ervaren ze hoe het is om samen te werken met kinderen die net zo intelligent zijn als zijzelf. De opvang in de plusklas gebeurt op de Antoniusschool te Axel en is bestemd voor de in aanmerking komende leerlingen van alle basisscholen onder het bestuur. Deze leerlingen staan onder toezicht van twee speciaal voor dit doel aangestelde en opgeleide leerkrachten. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om onderwijs te volgen op de Leonardo school. Bij leerlingen waarvan de school denkt dat zij hiervoor in aanmerking kunnen komen, wordt een IQ test afgenomen. Uiteraard gebeurt dit altijd in overleg met de ouders.
16
Vanzelfsprekend bestaat de mogelijkheid dat ook aan hoogbegaafde leerlingen extra uitdagend werk wordt gegeven. Hierbij kan evt. gebruik gemaakt worden van materialen die aanwezig zijn bij de plusklas. 5.7
Onderwijsondersteuning aan kinderen Onderwijs OndersteuningsContinuüm… Waar hebben we het eigenlijk over? Deze term is in maart 2012 geïntroduceerd in het kader van de vormgeving van Passend Onderwijs. Het Onderwijs OndersteuningsContinuüm (OOC) heeft als doel om voor alle kinderen in een bepaalde regio een passend onderwijs- en ondersteuningsaanbod te realiseren. Voor die tijd werd gesproken over een zorgcontinuüm. Waar voorheen aparte structuren bestonden voor lichte en zware ondersteuning (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs) werken nu alle scholen in één structuur regionaal samen. Voor het primair onderwijs in Zeeuws Vlaanderen en dus ook voor alle Perspectoscholen (waaronder onze school) zijn zowel organisatorisch als inhoudelijk afspraken gemaakt. Dit alles moet ertoe leiden dat voor ieder kind, woonachtig in de regio Zeeuws Vlaanderen, passend onderwijs kan worden geboden. Perspecto onderschrijft de ambities die het huidige bestuur van het samenwerkingsverband ‘Stichting Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Zeeuws Vlaanderen’ (SSPPOZV) heeft uitgesproken: Het oplossingsgericht vermogen van het regulier onderwijs is zo groot, dat… er verantwoord voldaan kan worden aan de onderwijsbehoeften van de kinderen waar het samenwerkingsverband verantwoordelijk voor is, en daardoor slechts een beperkte groep kinderen in een speciale onderwijssetting onderwijs volgen. Het oplossingsgericht vermogen van de basisscholen wordt gekenmerkt door goede, competente leerkrachten die in hun ondersteuning aan de kinderen een beroep kunnen doen op goede, effectieve en passende schoolinterne voorzieningen en zogenaamde tussenvoorzieningen. Het vergroten van de opnamecapaciteit en het oplossingsgericht vermogen van scholen kent ook grenzen. Een belangrijk criterium is het welbevinden van het kind. De beste onderwijsplaats is daar waar het kind zich optimaal kan ontwikkelen en waar alles eruit gehaald wordt wat binnen de mogelijkheden van het kind ligt. Dit kan betekenen dat het kind gebruik moet maken van speciale voorzieningen – binnen of buiten de regio. Het OOC is een samenhangend geheel van mogelijkheden, arrangementen en voorzieningen, waar leerkrachten c.q. scholen op terug kunnen vallen als zij specifieke vragen hebben omtrent een kind of groep kinderen. Het OOC kenmerkt zich ook door een cyclisch proces. Telkenmale moet beoordeeld worden of het arrangement voldoet aan de eerder genoemde eisen en ook werkelijk een antwoord geeft op de gestelde vraag van kind, leerkracht en ouders. Perspecto heeft het OOC in 4 niveaus van ondersteuning gekaderd. Waarbij niveau 1 en 2 vallen onder de ‘basisondersteuning’ en niveau 3 en 4 onder de ‘extra ondersteuning’ zoals bedoeld in de wetgeving Passend Onderwijs. Niveau 1 omvat het handelen in groep Niveau 2 wordt gezien als de interne ondersteuningsstructuur binnen de eigen basisschool Niveau 3 extra ondersteuning door externen; leerling blijft binnen de eigen basisschool Niveau 4 ondersteuningsmogelijkheid binnen de voorzieningen zoals SO en SBO.
5.8
Doubleren Leertijd versus ontwikkeltijd… Leertijd is die tijd die een kind nodig heeft om zich bepaalde kennis of vaardigheden eigen te maken. De reguliere basisscholen binnen Perspecto hanteren een leerstofjaarklassensysteem en binnen dat systeem moet een kind in een bepaalde leertijd een bepaalde hoeveelheid kennis en vaardigheden verwerven. Er zijn kinderen waarvoor die leertijd tekort is en er zijn ook kinderen waarvoor die tijd te lang is. Binnen de scholen Perspecto is in het overgangsprotocol beleid vastgelegd over het verlengen van de leertijd waarbij de scholen onderling de besluitvorming van elkaar respecteren. Omdat verlengen van leertijd, doubleren van een groep, een ingrijpende gebeurtenis is voor een leerling en zijn/haar ouders, moet de keuze zorgvuldig gemaakt worden. Voor- en nadelen moeten goed overwogen worden, aan de hand van duidelijke criteria, die in een vroeg stadium met de ouders moeten worden besproken. Binnen het leerstofjaarklassensysteem differentiëren we naar tempo, naar niveau, naar leertijd en naar instructiebehoefte. Voor leerlingen die uitvallen proberen we minstens de minimumdoelen te halen. Tegen het einde van het schooljaar betekent dit voor bijna alle kinderen overgang naar de volgende groep en voor een enkeling een doublure. In het overgangsprotocol is speciale aandacht voor de kleuters geboren in de maanden oktober, november of december. Bij deze ‘najaarskleuters’ geldt de afweging of ze in 7.77.9 jaar of in 8.5-8.9 jaar de basisschool doorlopen. De 1 oktoberregeling, waarbij de geboortedatum de beslissing gaf over wel of niet doorstromen naar de volgende groep, is niet meer van toepassing, het is niet de datum van 1 januari die bepalend is, maar de persoonlijke ontwikkeling van de kleuter. Kinderen die in oktober, november of december in groep 1 komen worden in de loop van het schooljaar uitvoerig besproken. De school garandeert een ononderbroken ontwikkeling. Voor deze leerlingen geldt dat de doorstroom naar groep 2 uitsluitend plaatsvindt wanneer de leerling voldoende is toegerust voor het aanbod in groep 2. Het onderwijs vervolgen in groep 1 geldt niet als een doublure. De beslissing voor een doublure ligt bij de school. De school neemt de ouders mee in het proces van besluitvorming via bovenstaande stappen. Ouders zijn echter verantwoordelijk voor hun kind. Als zij niet akkoord gaan met het door de directie genomen besluit, kan deze hen adviseren uit te zien naar een andere school, die beter aansluit bij dat wat de ouders van de school verlangen met het oog op de begeleiding van hun kind. Het overgangsprotocol is op te vragen bij de directie van de school.
5.9
Verantwoording resultaten van ons onderwijs Op onze school willen we het beste onderwijs voor uw kind met daarbij ook de beste opbrengsten. Die opbrengsten houden we nauwkeurig bij via ons Leerlingvolgsysteem ParnasSys, waardoor we de ontwikkelingen van de kinderen goed kunnen volgen. In groep 8 wordt de keuze gemaakt voor het voortgezet onderwijs. Het is ook de groep waar we meedoen aan de landelijke CITO-eindtoets. Die helpt mee om een verantwoorde keuze voor uw kind te maken. De Inspectie van het Onderwijs beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs op onze school. Dat gebeurt door het brengen van schoolbezoeken, maar ook het beoordelen van de CITOeindtoets.
18
Bij het laatste inspectiebezoek ontving onze school een basisarrangement, een resultaat waar we als team erg trots op zijn. De eindopbrengsten van de CITO-eindtoets in 2014 was als volgt: we behaalden een eindscore van 533,2. Dit was onder het landelijk gemiddelde, maar volgens verwachting. De resultaten over de afgelopen 3 jaar zien er als volgt uit: Jaar Scores Schoolscore Streefscore Landelijk gemiddelde 2014 533,2 535,0 534,4 2013 534,3 536,1 534,7 2012 535,8 537,4 535,2
Ondergrens inspectie 534,4 534,7 535,1
De conclusies van bovenvermelde scores voor onze school zijn als volgt: We hebben onze streefdoelen niet behaald. We hebben wel de volgende aanpassingen gedaan in ons onderwijs. Met externe begeleiding vanuit het RPCZ is een Op Koers Plan uitgezet voor de leerlingen. Met alle inzet die de school heeft ondernomen is het daarentegen niet gelukt de opbrengsten te verhogen tot het gewenste niveau. Uiteindelijk moeten wij vaststellen dat de opbrengsten wel volgens verwachting zijn.
De uitstroomgegevens (in aantallen) van onze leerlingen in de afgelopen 3 jaren zijn als volgt: Jaar
2014 2013 2012
5.10
Totaal aantal leerlingen dat is uitgestroomd uit groep 8 17 12 15
VWO
HAVO VMBO -T
VMBO -B
VMBO -K
VSO LWO O
1 2 4
3 3 7
1 -
3 1 -
-
7 6 3
2 1
Toelating, weigering, time-out, schorsing en verwijdering
Onze school staat open voor alle kinderen. We willen ze graag toelaten en ze goed onderwijs bieden. Soms kunnen we een kind niet toelaten. Daar hebben we gemotiveerde regels voor. De weigeringsgronden kunnen als volgt zijn: a. De groep is vol. b. De school kan de nodige zorg niet bieden. c. Ernstige verstoring van de rust en orde dreigt (dit geldt bij zowel leerlingen als ouders).
d.
Godsdienst en levensbeschouwing (voor bijzonder onderwijs).
Als school en ouders het niet eens kunnen worden over plaatsing of weigering van een leerling die extra ondersteuning nodig heeft, dan kunnen zij een beroep doen op een onderwijsconsulent. Die kan helpen om een passende onderwijsplek voor het kind te vinden. Mocht het advies van de onderwijsconsulent niet tot een oplossing leiden, dan kunnen de ouders bezwaar indienen bij het schoolbestuur. Ook kunnen zij een klacht indienen bij de Commissie Gelijke Behandeling of naar de rechter stappen. De scholen van Onderwijsgroep Perspecto hanteren een protocol rondom time-out, schorsing en verwijdering. Het is een eenduidig protocol en treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht. Er worden 3 vormen van maatregelen genomen: • Time-out • Schorsing • Verwijdering
Time-out. Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: In geval van een time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de school ontzegd. Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het incident en de time-out gemotiveerd op de hoogte gebracht (zie noot 1). De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met 1 dag. Daarna kan de leerling worden geschorst conform de schorsingsprocedure. In beide gevallen dient de school vooraf of – indien dat niet mogelijk is – zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact op te nemen met de ouders. De ouders/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. Hierbij is de groepsleerkracht en een lid van de directie van de school aanwezig. Van de het incident en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen (zie noot 2). De time-out maatregel kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de school. De time-out maatregel wordt na toepassing schriftelijk of per mail gemeld aan het bevoegd gezag.
Schorsing. Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen incident zo ernstig is, kan worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke regeling voor het openbaar onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd. Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden (zie noot 3). 20
De schorsing bedraagt maximaal 1 (één) week (zie noot 4). De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school aan de orde komen. Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: o Het bevoegd gezag o De ambtenaar leerplichtzaken o De inspectie onderwijs Ouders kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen 14 dagen op het beroep.
Verwijdering: Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling voor het onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag. Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders ter kennis worden gesteld en door de ouders voor gezien wordt getekend. Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar o De ambtenaar leerplichtzaken o De inspectie onderwijs Het bevoegd gezag informeert de ouders schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift. De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen. Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift. Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen.
Noot 1:
Als veiligheid voorop staat, en dat zal regelmatig het geval zijn, moet de time-out niet afhankelijk gesteld worden van het contact met ouders. De vraag blijft dan staan wat er moet gebeuren als de ouders niet te bereiken zijn. Het verwijderen uit de klas en opvang elders is dan nog een oplossing. Noot 2: De time-out is geen officieel instrument, maar kan niettemin bruikbaar zijn bij onveilige situaties of bij het herstellen van de rust binnen de school: het is principieel geen
strafmaatregel maar een ordemaatregel in het belang van de school; daarom geen aantekening van de time-out maar van het incident in het dossier van de leerling. Noot 3: Schorsing mag niet betekenen dat het doen van toetsen (denk aan cito-entree of eindtoetsen) wordt belemmerd. Dit vraagt passende maatregelen, bijv. het wel tot de school toelaten voor het doen van deze toets. Daarnaast kan het beschikbaar stellen van (thuis)studiemateriaal tot de mogelijkheden behoren. Noot 4: Wezenlijk is dat de schorsing aan een maximum termijn gebonden is; zij mag geen verkapte verwijdering worden; de termijn is zo gekozen dat in het ernstigste geval de school voldoende tijd ter beschikking heeft om een eventuele verwijderingsbeslissing op zorgvuldige wijze voor te bereiden.
5.11
De Onderwijsbegeleidingsdienst (RPCZ) Onze school wordt begeleid door de Stichting Onderwijsbegeleidingsdienst Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland (RPCZ). De dienst ondersteunt de school op twee manieren. We spreken over individuele begeleiding voor hulp aan kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Dit kan via onderzoek, advisering aan de leerkrachten, extra materiaal, enz. Soms is voor een goed advies een test nodig. Vooraf wordt dan contact met de ouders opgenomen. Hiernaast functioneert de systeembegeleiding. Deze hulp richt zich op de onderwijskundige ontwikkeling van onze school.
5.12
De begeleiding van de kinderen naar het Voortgezet Onderwijs Gedurende de laatste twee jaar van de basisschool wordt uw kind nader door ons geobserveerd om een goede keuze te maken gericht op het voortgezet onderwijs. De schoolvorderingen, het gedrag, de leerhouding en werkinstelling worden bekeken. Dit om u en uw kind zo goed mogelijk over een meerjarige periode op de hoogte te kunnen houden, zodat u een goede keuze kunt doen voor een vervolgschool. In groep 8 is er veel aandacht voor de voorbereiding op het voortgezet onderwijs. De diverse richtingen en scholen worden in de groep besproken. De folders en affiches liggen ter inzage en worden opgehangen in de klas en de leerlingen worden herinnerd aan de data van de open dagen. Daarna bespreekt de leerkracht van groep 8 met de ouders en het kind de schoolkeuze. In groep 8 nemen we bij alle leerlingen de CITO eindtoets af. De AOB (adviesbureau voor opleiding en beroep) toets is facultatief. Deze toets kijkt naar de intelligentie, zelfbeeld en leergeschiktheid van de leerling. Bij het adviseren van een school voor het voortgezet onderwijs wordt gebruik gemaakt van de uitslag van de CITO eindtoets en eventueel die van de AOB toets en het advies en de bevindingen van de leerkracht van groep 8. De ouders hebben hierin natuurlijk ook hun stem. Wanneer de keuzes erg uiteenlopen wordt er contact gezocht met de school voor het voortgezet onderwijs waar de ouders hun kind willen inschrijven. Na overleg tussen de ouders en de school voor V.O. wordt de uiteindelijke beslissing genomen. Er blijft in de daarop volgende jaren contact met de aannemende scholen. De resultaten van de oud-leerlingen worden naar de basisschool gestuurd en besproken. Zo blijven we de kinderen nog een aantal jaren volgen.
5.13 Huiswerk
22
Belangrijk is, dat u als ouder interesse toont voor het huiswerk van uw kind en hem of haar zo positief mogelijk begeleidt bij het maken en leren van het opgegeven werk. Huiswerk geven we om de volgende redenen: Extra oefening van de leerstof; Ondersteuning van het schoolwerk (bijvoorbeeld opzoeken van materialen); Leren regelmatig thuis werk te maken wat een goede voorbereiding is op het maken en plannen van huiswerk in het voortgezet onderwijs. Voor het geven van huiswerk gelden de volgende afspraken voor de leerlingen: Huiswerk wordt gegeven aan leerlingen van de groepen 5 t/m 8; Huiswerk moet binnen als redelijk ervaren grenzen liggen; Proefwerken dienen minstens een week van tevoren te worden aangekondigd; De resultaten van het huiswerk (proefwerken) tellen mee voor het rapportcijfer; Bij langdurige ziekte zorgt de leerkracht ervoor dat de zieke leerling huiswerk ontvangt. Op school geeft hij/zij, indien nodig, de daarbij behorende steun aan de betreffende ouder; Leerlingen in groep 7&8 krijgen via school een eenvoudige agenda; De leerling noteert het huiswerk duidelijk in de agenda; De leerling heeft het gemaakte huiswerk op de juiste dagen bij zich in een tas; De leerling houdt zich aan de gemaakte huiswerkafspraken; De leerling levert op de afgesproken datum een verslag of werkstuk in; Er gaan in principe geen schoolboeken mee naar huis. De rol van de individuele leerkracht bij het huiswerk: De leerkracht geeft aan hoe het huiswerk het beste kan worden gemaakt; De leerkracht stelt de leerlingen in de gelegenheid vragen te stellen over het huiswerk; De leerkracht geeft proefwerken / werkstukken ruim van tevoren op; De leerkracht zorgt ervoor dat het door hem of haar opgedragen huiswerk in de klas wordt besproken 6
Het team
6.1
Wie werken er op school? Allereerst natuurlijk de groepsleerkrachten, die samen het onderwijs dragen. Zij geven de lessen, maar hebben daarnaast nog klassenoverstijgende taken en huishoudelijke taken. Dan de directeur en de waarnemend directeur. Zij vormen samen de directie en hebben de dagelijkse leiding over de school, waarbij de directeur de eindverantwoordelijke is. De waarnemend directeur vervangt de directeur als deze afwezig is. De Intern begeleider is een belangrijk persoon op school. Het is een leerkracht, die als extra taak heeft alle hulp aan leerlingen, die extra aandacht nodig hebben, te coördineren. De I.B.er zorgt er voor dat de leerlingenbesprekingen worden gehouden; dat er hulpprogramma’s worden opgesteld en uitgevoerd en dat de evaluatie hiervan op de juiste tijd plaatsvindt. De I.B.er is altijd betrokken bij de doorverwijzing naar externe hulpinstanties. Maandelijks heeft de I.B.er overleg in de zogenaamde kwaliteitskring, met de I.B.ers van de andere scholen onder het bestuur. In de zorgcommissie van het bestuur wordt bepaald, welke hulp voor het individuele kind wordt ingeroepen.
6.2
Vervanging bij ziekte, Compensatieverlof en studieverlof Natuurlijk proberen wij met elkaar het ziekteverzuim zo laag mogelijk te houden.
Mocht het toch voorkomen dan wordt de zieke meester of juf vervangen door een invalkracht. Wanneer er geen invalkracht beschikbaar is wordt er intern naar een oplossing gezocht. Het kan voorkomen dat de kinderen verdeeld worden over de andere groepen, dat een groep wordt gecombineerd of dat er leerkrachten wisselen van groep. Als laatste maatregel wordt besloten de ouders te melden dat de kinderen thuis mogen blijven. Dit gebeurt alleen wanneer de voorgaande opvangmogelijkheden door overmacht niet uitgevoerd kunnen worden. Lesuitval is dan het onvermijdelijke gevolg. Het vervangingsprotocol ligt op school ter inzage. 6.3
Begeleiding van stagiaires Ieder jaar komt de vraag van de PABO’s in Vlissingen (Hogeschool Zeeland) en Breda (Avans) en ROC Westerschelde (onderwijsassistente) of op onze school een stageplek is voor een of meer van hun studenten. Natuurlijk moeten deze studenten ook de kans krijgen om praktijkervaring op te doen. Dus zijn er ieder jaar weer studenten die les geven in diverse klassen. Zij moeten dat natuurlijk wel doen volgens de regels van de school. De leerkracht van de groep waar zij op dat moment stage lopen begeleidt hen daarbij, maar blijft eindverantwoordelijke.
6.4
Scholing van leerkrachten Ieder jaar wordt er een nascholingsplan opgesteld. De leerkrachten volgen individueel of in teamverband cursussen tot voordeel van de kwaliteitsverbetering van het onderwijs.
7
De ouders
7.1
Belang van de betrokkenheid van de ouders De opvoeding van kinderen is de verantwoordelijkheid van de ouders. In de loop van de jaren vertrouwen ouders hun kind ongeveer 8000 uur toe aan de zorg van de juffen en meesters. Dat is een belangrijk deel van een kinderleven. De school draagt er zorg voor dat de samenwerking met de ouders zo goed mogelijk verloopt, omdat dit in het voordeel van het kind en de ouders kan werken. Informatie die bij de ouders beschikbaar is en die van belang is voor de school, zullen wij dan ook graag van de ouders ontvangen. Regelmatig contact tussen de school en ouders is van groot belang voor het wederzijdse vertrouwen.
7.2
Vrijwillige ouderbijdrage Uw kind moet conform de leerplichtwet verplicht naar school en daarom hoeft u voor het onderwijs van uw kinderen niet te betalen. Onze school vraagt, net als veel andere scholen, wel een financiële bijdrage voor extra activiteiten die niet tot het gewone lesprogramma behoren, zoals de schoolreis en het schoolkamp, aanvullend lesmateriaal, excursies, het sinterklaasfeest en allerlei andere activiteiten. De ouderbijdrage hiervoor is vrijwillig. De school mag leerlingen uitsluiten van activiteiten als hun ouders de vrijwillige ouderbijdrage niet betalen, maar biedt dan wel een alternatief programma aan. Onze school zal leerlingen niet weigeren, van school sturen of uitsluiten van het reguliere onderwijsprogramma als ouders de vrijwillige bijdrage niet of slechts gedeeltelijk willen of kunnen betalen. Met andere woorden: de toegankelijkheid van het onderwijs wordt niet
24
beïnvloed door de vrijwillige ouderbijdrage. De school zal aan de andere kant wel haar best doen om leerlingen niet de dupe te laten worden van het feit dat hun ouders de vrijwillige bijdrage niet betalen. De hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage wordt elk jaar vastgesteld in een openbaar toegankelijke vergadering van de medezeggenschapsraad. Daarbij is de instemming van de oudergeleding vereist. Voor het schooljaar 2014-2015 is de vrijwillige ouderbijdrage vastgesteld op een bedrag van € 14,50 Voor de schoolreis wordt dit jaar een vrijwillige ouderbijdrage gevraagd van € 23,00. Dit is voor de leerlingen in de groepen 3 t/m 7. De vrijwillige ouderbijdrage voor het schoolkamp bedraagt dit schooljaar € 105,00 Onze school hanteert een regeling waarin de vrijwillige ouderbijdrage in termijnen kan worden betaald. De bijdragen voor de voor-, tussen- en naschoolse opvang zijn geen ‘vrijwillige ouderbijdragen’. 7.3
Informatievoorziening aan de ouders Rapporten De kinderen van de groepen 3 t/m 8 krijgen drie maal per jaar een rapport. De resultaten van de kinderen uit de groepen 1 en 2 worden aan de hand van de rapportage in het leerlingvolgsysteem besproken op de ouderavonden. Oudergesprekken Na enige weken school, in ieder geval voor de herfstvakantie, vinden er in de groepen 1 t/m 8 kennismakingsgesprekken plaats. Het doel van dit gesprek is om samen de eerste ervaringen te bespreken. Het schoolteam wil dan vooral informatie van de ouders ontvangen ontrent het functioneren van hun zoon/dochter. In groep 3 zal dit gesprek na de herfstvakantie plaats vinden omdat dan de eerste toetsresultaten in kaart gebracht zijn. In groep 8 vindt dit gesprek ook na de herfstvakantie plaats i.v.m. de naderende citoeindtoets. Twee maal per jaar wordt u uitgenodigd voor een gesprek met de groepsleerkracht over de vorderingen van uw kind. Wij vinden het heel belangrijk dat u dan aanwezig bent. De vorderingen en / of het gedrag van uw kind kunnen voor u of de groepsleerkracht aanleiding geven tot een tussentijdse afspraak. Een afspraak zal dan gemaakt worden. Het initiatief tot een tussentijds gesprek kan ook door de ouders genomen worden. Wat betreft de leervorderingen en overige ontwikkeling van uw kind heeft u als ouder altijd inzage in de onderwijskundige rapporten en het LVS (leerlingvolgsysteem). De leerkracht zal u hierover graag informeren. Klassenavond c.q. informatieavond Aan het begin van het nieuwe schooljaar worden de ouders per groep in het groepslokaal uitgenodigd. De groepsleerkracht geeft dan specifieke informatie voor dat leerjaar. Deze avond is niet om over uw kind te praten. Dit wordt gedaan tijdens de oudergesprekken. Voorafgaande aan deze klassenavond vindt een algemene bijeenkomst plaats. Aan het eind van het schooljaar worden de ouders uitgenodigd voor een algemene ouderavond waarop een soort jaarverslag gepresenteerd wordt over het afgelopen schooljaar en waarin tevens uitleg gegeven wordt voor het komende schooljaar over onder andere de groepsindeling. Adviesgesprekken In de loop van het laatste schooljaar worden de ouders en kinderen van groep 8 uitgenodigd voor een gesprek in verband met de schoolkeuze voor het voortgezet onderwijs. Het advies dat gegeven wordt, is in samenspraak met alle leerkrachten tot stand gekomen en is dan ook een schooladvies. We menen, na 8 jaar uw kind gevolgd te hebben,
een betrouwbaar advies te kunnen geven. In maart kunt u uw kind op de school van uw keuze inschrijven. We willen de ouders van de leerlingen van groep 8 attenderen op de open dagen en de informatiemarkten die het voortgezet onderwijs organiseert. Deze vinden doorgaans plaats in januari en / of februari.
Resultaten De leerlingen maken een aantal toetsen gedurende het schooljaar. We maken hierin een onderscheid in methodetoetsen en Cito toetsen. Methodegebonden toetsen zijn er voor bedoeld een stukje uit de methode te toetsen wat de leerlingen net hebben behandeld. Meestal vinden deze toetsen plaats aan het eind van een hoofdstuk of blok. In januari/februari en in juni worden met alle leerlingen Cito toetsen afgenomen op het gebied van lezen, taal en rekenen. Met het afnemen van deze toetsen krijgt de school een beeld van de prestaties van de leerlingen afgezet tegen het landelijk gemiddelde. De uitslag van deze toetsen wordt besproken tijdens de oudergesprekken en uiteraard staan de Cito scores vermeld in de rapporten. Nieuwsbrief en email Via onze periodieke Nieuwsbrief willen we alle ouders goed op de hoogte houden van wat er zich op school afspeelt. Het is een informatieblad, dat losse briefjes zoveel mogelijk overbodig maakt. U zult er berichtjes en informatie in vinden over de meest uiteenlopende onderwerpen. Infoavonden Er kan een speciale avond georganiseerd worden, waarop bepaalde thema's aan de orde gesteld worden. Deze avond kan specifiek bedoeld zijn voor ouders van de kleuters, onderbouw, middenbouw of bovenbouw. Aan het einde van het schooljaar wordt een algemene ouderavond gehouden. Tijdens deze avond wordt een jaarverslag gepresenteerd. Hierin wordt nog eens stil gestaan bij alle gebeurtenissen op veel verschillende gebieden van het afgelopen jaar. Daarnaast worden tijdens deze ouderavond besluiten voor het komend jaar gepresenteerd en de groepindeling voor het komend schooljaar wordt bekend gemaakt. Oudervereniging ‘De Geule’ heeft een oudervereniging. De leden van de OV moeten de grondslag en de doelstelling van de school respecteren. De belangrijkste taak van de OV is het organiseren van en helpen bij verschillende activiteiten. Dit gebeurt in goed overleg met directie en schoolteam. Sommige activiteiten maken deel uit van het lesprogramma van de school, andere vallen daarbuiten. Voorbeelden zijn vieringen, schoolreis, avondvierdaagse, jaarlijkse acties, projectavonden, contactavonden en sportactiviteiten. De taken en bevoegdheden van de OV zijn beschreven in het OV reglement. De leden van de OV proberen ook andere ouders te betrekken bij de verschillende activiteiten. De oudervereniging heeft een eigen website die te bereiken is vanuit de website van ‘de Geule’ www.degeule.nl! De vergaderingen van de OV (ongeveer 10 per schooljaar) zijn in principe openbaar en worden tijdig aangekondigd op de site. Voor verdere informatie kunt u terecht bij een van de OV leden.
26
7.4
Medezeggenschapsraad De Medezeggenschapsraad (MR) van ‘De Geule’ bestaat uit 3 ouders en 3 leerkrachten. De leden van de MR moeten de grondslag en doelstelling van de school respecteren. De MR is het overlegorgaan tussen het bevoegd gezag (KAPRIOM) en de school. Op grond van de Wet Medezeggenschap Onderwijs heeft de MR over belangrijke onderwerpen binnen de school adviesrecht of instemmingsrecht. Dit betekent dat de MR moet adviseren over een bepaald voornemen of beleidsstuk of hiermee moet instemmen. De taken en bevoegdheden van de MR zijn beschreven in het MR reglement en MRstatuut. De MR van ‘De Geule’ wil een bijdrage leveren aan kwaliteit en een goede sfeer binnen de school. De MR probeert dit te bereiken door: het beleid van de school en de dagelijkse gang van zaken binnen de school op een positief kritische manier te volgen; de openheid en het overleg tussen schoolleiding, leerkrachten en ouders te bevorderen. Er is ook een Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad voor alle scholen die bij het schoolbestuur zijn aangesloten. Binnen de GMR worden alle zogenaamde schooloverstijgende onderwerpen besproken. Het jaarverslag van de MR ligt op school ter inzage. De vergaderingen van de MR (ongeveer 6 per schooljaar) zijn in principe openbaar. Voor verdere informatie over de MR en de GMR kunt u terecht bij een van de MR leden.
7.5
Verkeersgroep Deze groep, bestaande uit ouders en leerkrachten, zet zich in voor een verkeersveilige situatie rondom de school en de route van en naar school. De Verkeersgroep organiseert, buiten de reguliere verkeerseducatie die de kinderen op school volgen om, allerlei activiteiten. Het Landelijk Verkeersexamen voor groep 8, het project ‘Van 8 naar 1’, de Nationale Straatspeeldag, een fietskeuring en een snelheidsmeting door middel van een radargun zijn enkele activiteiten hiervan. Ook bezoekt de verkeersouder regelmatig bijeenkomsten van 3VO, de buurtvereniging, Regio Politie Zeeland, Gemeente Terneuzen en andere scholen. Mede dankzij de inspanningen van de Verkeersgroep ontving Basisschool De Geule in 2001, als één van de eerste scholen in Zeeland, het Verkeersveiligheidslabel. ‘Seef, de Zebra’, prijkt nu op de schoolmuur. Het bewust maken van het gedrag van ouders en kinderen in het verkeer proberen wij u aan te reiken door voorlichtingsavonden of schriftelijke informatie..
7.6
Regels voor ondersteunende werkzaamheden van ouders We maken onderscheid tussen onderwijsactiviteiten en onderwijsondersteunende activiteiten. Ouders die een bijdrage leveren aan onderwijsactiviteiten doen dat altijd onder verantwoordelijkheid en supervisie van een of meer betrokken leraren. We denken bijvoorbeeld aan hulp bij creatieve vorming. De onderwijsondersteunende activiteiten kunnen plaatsvinden binnen een werkgroep of gekoppeld aan een groep. De activiteiten die binnen een werkgroep plaatsvinden zijn altijd vastgelegd in een beschrijving van de taak. Hierin worden ook de verantwoordelijkheden beschreven. Onderwijsondersteunende activiteiten worden gedaan onder verantwoordelijkheid van een groepsleerkracht. Uiteraard vindt de door ons zeer op prijs gestelde ouderhulp altijd plaats binnen de geschreven en ongeschreven regels van de school en onder eindverantwoordelijkheid van de directie.
8 8.1
Overige Zaken GGD en hoofdluiscontrole 8.1.1 Schoolarts Tijdens de basisschoolperiode worden de kinderen verschillende keren medisch onderzocht. U krijgt hierover vooraf bericht van de GGD. Als daartoe aanleiding bestaat, volgt een oproep voor nader onderzoek. 8.1.2 Hoofdluiscontrole Na elke vakantie wordt preventief gecontroleerd op hoofdluis. Deze controle wordt uitgevoerd door vrijwilligers. Bij constatering van hoofdluis/neten nemen we contact met u op.
8.2
Buitenschoolse activiteiten voor kinderen Sportactiviteiten Een keer per jaar organiseren we een sport- en speldag. Ook streven we erna om mee te doen aan diverse sportactiviteiten, zoals de avondvierdaagse en de volgende sporttoernooien:
Zaalvoetbal jongens Zaalvoetbal meisjes Zwemwedstrijden Zaalkorfbal Basketbal Softbal/honkbal Atletiek Veldvoetbal jongens Veldvoetbal meisjes
Er is hierbij altijd een teamlid en/of een hulpouder aanwezig. We kunnen hieraan alleen meedoen bij voldoende deelname van de kinderen en met de nodige steun van ouders. Schoolreis De oudervereniging organiseert jaarlijks een schoolreis voor de groepen 3 t/m 7. De reis gaat meestal naar een pretpark. Voor kinderen die niet meegaan op schoolreis is opvang op school geregeld omdat deze dag een verplichte schooldag is. De kleuters blijven dichter bij huis of hebben een themafeest op school. Zij worden daarbij begeleid door de leerlingen en de leerkracht van groep 8 Excursies / projecten Een keer per jaar wordt door alle groepen gewerkt aan een bepaald thema. Een paar weken staat de school in het teken van dit onderwerp, dat afgesloten wordt met een kijkochtend, een open avond of een andere passende activiteit. Het is mogelijk dat in de loop van het jaar voor uw kind één of meer excursies worden georganiseerd. Dit is per groep verschillend. Een en ander kan plaats vinden naar aanleiding van een project: milieueducatie, de boerderij, voeding, bibliotheek, seksuele voorlichting etc. Mogen wij op uw hulp rekenen bij het begeleiden van de groepen? Verkeersdiploma In groep 7&8 doen de kinderen, om het jaar, examen voor het verkeersdiploma. In april doen zij eerst schriftelijk examen en daarna gaan zij op voor het praktische deel. Zij moeten
28
dan een speciaal voor dit examen uitgezet parcours op de fiets afleggen. Wanneer deze tests goed worden afgelegd, ontvangen de kinderen een verkeersdiploma. Schoolkamp Traditioneel gaat groep 8 een aantal dagen op schoolkamp. Een activiteit die door de kinderen en de ouders bijzonder gewaardeerd wordt. Het gehele gebeuren wordt goed en veilig georganiseerd. Wij gaan er dan ook vanuit dat alle kinderen meegaan. Voor iedereen is het een geweldige afsluiting van de basisschoolperiode. Er moeten wel heel dwingende redenen zijn om daar vanaf te wijken. Avondvierdaagse De leerlingen van onze school kunnen meedoen aan de avondvierdaagse in mei/juni. De organisatie is in handen van de plaatselijke wandelclub. Inschrijven kan via school. 8.3
Klachtenregeling Als ouder heeft u, op het moment dat uw kind vier jaar werd, gezocht naar een school, die past bij het kind en bij uw gezin. U heeft toen voor onze school gekozen en wij hopen dat u dit nog steeds een goede keus vindt en dat uw kind een fijne tijd bij ons doormaakt. U bouwt meestal goede contacten op met de leerkrachten en de directie van de school. Deze contacten gebruikt u ook, als u vragen of opmerkingen heeft over de gang van zaken binnen de groep of binnen de school. Ook indien er sprake is van een verschil van mening leiden de contacten er meestal toe dat er snel een oplossing gezocht en gevonden wordt. Goede communicatie is hierin het sleutelwoord. Onze school probeert daar dan ook constant aan te werken door te overleggen met onze ouderraad en medezeggenschapsraad, die veelal spreekbuizen vormen van veel ouders. Ook de opmerkingen van individuele ouders nemen wij serieus, opdat wij constant alert zijn op hetgeen er leeft. In eerste instantie bespreekt u problemen met de groepsleerkracht van uw kind. Toch kan het voorkomen dat bij een bepaalde situatie meer overleg noodzakelijk is. Naast de leerkracht komt dan de directie in beeld om in gemeenschappelijk overleg te bekijken hoe een en ander opgelost kan worden. Uiteindelijk lukt het in de meeste gevallen ook hier een oplossing te vinden. Mocht een gesprek met de directie niet tot een oplossing leiden, dan kunt u uw probleem voorleggen aan de contactpersoon van de school. Die kan ook benaderd worden als er sprake is van een officiële klacht. De contactpersoon heeft de taak u verder te informeren over de stappen die u kunt nemen. De directeur van de school kan u vertellen wie de contactpersoon op school is. A. Wat doet u als u een klacht heeft? Bij bezwaren of klachten worden de volgende stappen ondernomen: 1. Bespreek de klacht of het bezwaar met de groepsleerkracht. 2. Komt u daar niet uit, bespreek de klacht of het bezwaar dan met de directeur van de school. 3. Als dit geen oplossing biedt, dan kunt u schriftelijk uw klacht indienen bij het College van Bestuur van Onderwijsgroep Perspecto, Postbus 4, 4570 AA Axel. Vanaf dat moment wordt er ook een dossier gevormd. 4. Als u niet tevreden bent met de afhandeling van de klacht of uw bezwaar door het College van Bestuur, dan kunt u de vertrouwenspersoon inschakelen (zie onder B). 5. Mocht dat geen oplossing bieden, dan kunt u uw klacht indienen bij de Landelijke Klachtencommissie (zie onder C) voor verdere afhandeling. Deze klachtindiening kunt u doen met of zonder de hulp van de vertrouwenspersoon.
B. Vertrouwenspersoon. Het bestuur van Onderwijsgroep Perspecto geeft ouders en leerkrachten de mogelijkheid extern een vertrouwenspersoon in te schakelen bij conflicten. U kunt de vertrouwenspersoon bereiken per mail:
[email protected] of via het secretariaat van Onderwijsgroep Perspecto, tel. 0114 347880. C. Een klacht indienen. Op de websites van Onderwijsgroep Perspecto (www.onderwijsgroepperspecto.nl ) vindt u het beleid: Klachten bij Onderwijsgroep Perspecto. Daarbij ook het reglement van de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs. U vindt dit onder de menukeuze: Regelingen, klachten. Natuurlijk hopen wij als school dat al deze procedures niet gelopen moeten worden, maar dat we ontstane problemen samen op een zo goed mogelijke manier oplossen.
8.4
Tussen Schoolse Opvang (TSO) De organisatie van de TSO is in handen van Kindcentrum Juultje. De opvang vindt plaats op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag. Op school is een informatiepakket te verkrijgen.
8.5
Buitenschoolse opvang Het schoolbestuur van KAPRIOM heeft gekozen voor maatwerk. Dat houdt in dat we ter plekke kijken welke mogelijkheden er voor uw kinderen zijn. Voor onze school stellen we voor om door te gaan op de reeds ingeslagen weg en dat is de mogelijkheid om o.a. gebruik te maken van de opvang bij Juultje, het Kootertje of de Stichting Kinderopvang Zeeuws-Vlaanderen (zoals bijvoorbeeld Kinderkeet).
8.6
Veiligheid op school We streven ernaar dat onze school niet alleen een plaats is waar het kind zich thuis voelt en zich goed kan ontwikkelen. Ook de veiligheid neemt een belangrijke plaats in op onze school. Het schoolteam wordt hierbij ondersteund door de arbogroep. Regelmatig komt deze groep bij elkaar om alles wat te maken heeft met de veiligheid op school te controleren en waar mogelijk te verbeteren. Er is een ontruimingsplan en er wordt ieder jaar geoefend. We proberen éénmaal per jaar met de plaatselijke brandweer te oefenen.
8.7
Regels In onze school worden regels en afspraken gebruikt, die gericht zijn op veiligheid, rust en orde en met respect voor elkaar. Al met al gaat het bij het gebruiken van de regels om een goede sfeer in de school en een optimaal leerklimaat. 8.7.1 Gedragsregels Er wordt aandacht besteed aan zorgvuldig taalgebruik. Leerkrachten en (hulp)ouders worden netjes aangesproken door de leerlingen. Wees voorzichtig voor anderen en jezelf. Dus rustig lopen in de school. Snoepen en het kauwen van kauwgom is in de school verboden! Ga zorgvuldig om met je eigen spullen, met de spullen van school en met de spullen van een ander! Indien er sprake is van onbehoorlijk gedrag neemt de school maatregelen. Deze kunnen bestaan uit het maken van strafwerk thuis of op school buiten de reguliere schooltijd. Bij ernstig wangedrag zoals mishandeling, diefstal of het herhaald overtreden van schoolregels is schorsing aan de orde. Dit geeft de school de mogelijkheid om in overleg te zoeken naar een oplossing. 8.7.2 Pestprotocol
30
Het leerproces verloopt meestal goed, maar het kan ook voorkomen dat een kind in een enkel geval systematisch door andere kinderen wordt gepest. Dan kan een kind zodanig in de knoop komen met zijn schoolomgeving, dat de ongeschreven regels van de leerkracht onvoldoende veiligheid bieden en de gewenste ontwikkeling wordt onderbroken. Voor alle partijen is dat een niet te accepteren en ongewenste situatie. Het pestprotocol is een vastgelegde procedure waarmee we het pestgedrag van kinderen in voorkomende gevallen benaderen. Het biedt alle betrokkenen duidelijkheid over de impact, ernst en ook specifieke aanpak van ongewenste gedrag. 8.8
Sponsoring De school voert een terughoudend beleid ten aanzien van de aanvaarding van materiële of geldelijke bijdragen. We doen het zeker niet wanneer daar voor de leerlingen bepaalde verplichtingen aan verbonden zouden zijn. Hiervoor is een convenant over sponsoring in primair en voortgezet onderwijs gesloten. Het convenant is te vinden via ww.rijksoverheid.nl
8.9
Onderwijsovereenkomst Een leerling volgt onderwijs op basis van een onderwijsovereenkomst met de school. De school sluit deze overeenkomst met de ouders van de leerling. Dit gebeurt bij de aanmelding en inschrijving van de leerling. Door de aanmelding en inschrijving van de leerling bij de school, verklaren de ouders zich voor hun kind akkoord met de afspraken en de regels die in de school gelden. De school verplicht zich de leerling het onderwijs van de school aan te bieden. De ouders verplichten zich om hun kind de lessen aan de school te laten volgen en de verplichtingen die daaruit voortvloeien na te komen.
8.10 Bestuurlijke aansturing Basisschool de Geule maakt onderdeel uit van Onderwijsgroep Perspecto. Dit is een onderwijsorganisatie met 31 basisscholen. Met ongeveer 3780 leerlingen in de gemeenten Terneuzen en Hulst. Onderwijsgroep Perspecto heeft scholen voor zowel Openbaar, PC als RK onderwijs. Onze school is een RK-school. Onderwijsgroep Perspecto is een professionele organisatie voor onderwijs, voortkomend uit verschillende voormalige besturen. Deze samenwerking garandeert kwalitatief sterk onderwijs op hoog niveau, met een professionele aansturing en een financieel sterke basis. Kwalitatief sterk onderwijs is voor Onderwijsgroep Perspecto: ontwikkeling van taal- lees en rekenvaardigheid, inzet van specifieke talenten van kinderen en ontwikkeling van persoonlijkheid waardoor kinderen in staat zijn verantwoording te dragen voor eigen gedrag en rekening houden met de omgeving. Onderwijsgroep Perspecto streeft er naar om op verantwoorde wijze kind-nabij onderwijs te verzorgen. De Onderwijsgroep wordt aangestuurd door een College van Bestuur en een bovenschoolse directie. Het College van Bestuur bestaat uit een voorzitter, Peter de Jong en een lid, Ronny van den Broecke. Bovenschools directeur onderwijskwaliteit is Theo Sarneel. Zij worden daarbij ondersteund door een stafbureau. De werkzaamheden worden verricht vanuit het kantoor dat is gevestigd aan de Markt in Axel (voormalige stadhuis). Er is een Raad van Toezicht die op hoofdlijnen toezicht houdt op het functioneren van het College van Bestuur. Dat wil zeggen dat zij enkele keren per jaar, aan de hand van verschillende rapportages, de ontwikkelingen binnen Onderwijsgroep Perspecto met het College van Bestuur bespreekt.
Adresgegevens: Onderwijsgroep Perspecto Markt 1 (3e en 4e etage) 4571 BG Axel Tel. 0114 347880 Email:
[email protected] Website: www.onderwijsgroepperspecto.nl Postadres: Postbus 4, 4570 AA Axel
8.11 Rouwprotocol Op school kunnen we te maken krijgen met het overlijden van kinderen, ouders of een teamlid. Veel scholen hebben een rouwprotocol klaar liggen voor dit soort situaties. Wij hebben dat als school ook. U kunt het volledige rouwprotocol vinden op onze website onder de menuknop: regelingen, rouwprotocol. In het rouwprotocol staat welke stappen genomen moeten worden na de melding van overlijden, wie verantwoordelijk is voor contact, hoe ouders en kinderen ingelicht worden en vele andere zaken. Wij lopen dit rouwprotocol regelmatig om te zien of het nog voldoet aan de wensen en de situatie van de school. In ons rouwprotocol staan de volgende zaken beschreven: Wat te doen als het bericht binnenkomt, het vormen van een crisistijd, het vormen een crisisteam, informatievoorziening, aan wie en hoe, hoe vertellen we het de kinderen en hoe werken we aan de verwerking. Tot slot hoe gaan we om met ouders in een dergelijke situatie? Ook aan de nazorg besteden we aandacht in het rouwprotocol. 8.12 Privacy protocol Onze school gaat voorzichtig en terughoudend om met leerlinggegevens en gegevens die ouders aan school verstrekken. De school zorgt ervoor dat de gegevens goed beveiligd zijn. U kunt de gegevens die de school van u of uw kinderen bijhoudt inzien en zo nodig vragen deze te corrigeren. Soms staat informatie over of foto’s van de kinderen in de nieuwsbrieven of op de website of sociale media. Te denken valt aan verjaardagen, uitslagen van toernooitjes, rollen bij de schooluitvoering, enz. Als er bezwaren bestaan tegen het verspreiden van deze informatie verzoeken we u dat aan te geven bij de directie van de school. Op onze website of in sociale media worden o.a. werkstukjes en foto’s van kinderen geplaatst. Ouders die tegen publicatie van werk gemaakt door kinderen en/of foto’s van hun kinderen zijn, wordt gevraagd hiertegen bezwaar te maken. Bij bezwaren zal degene die de website onderhoudt deze informatie verwijderen. Strikt persoonlijke informatie wordt niet geplaatst op de website. Omdat we ons houden aan de Privacy-wetgeving worden ook geen privé-gegevens van medewerkers van de school, Onderwijsgroep Perspecto, medezeggenschapsraad, ouderraad of vrijwilligers aan derden beschikbaar gesteld. Deze zijn altijd via de school te benaderen. 8.13 Gedragscode Ook onderwijspersoneel wordt helaas met regelmaat geconfronteerd met intimiderende ouders. Scholen moeten direct duidelijk maken dat zij van dergelijk gedrag niet gediend zijn. Niet voor niets is er de overheidscampagne ‘Veilige Publieke Taak’. Deze campagne
32
vraagt aandacht voor correcte omgang met personeel in openbare functies, dus ook in het onderwijs. In het kader van een correcte omgang is de volgende gedragsnorm voor ouders met kinderen op scholen van Onderwijsgroep Perspecto, of de intentie hebben hun kind(eren) aan te melden op één van de scholen van Onderwijsgroep Perspecto, ontwikkeld. Bij aanmelding van een nieuwe leerling neemt de directeur deze gedragsafspraken door en vraagt instemming voor deze afspraken aan de ouders. De afspraken zijn: • Agressie en geweld, zowel fysiek als verbaal, tegen medewerkers, directie, stagiaires, leerlingen of bestuur van de school wordt nooit getolereerd • Werknemers in de school moeten de ruimte krijgen om hun werk goed te doen • Hun aanwijzingen moeten worden opgevolgd • De orde mag op geen enkele wijze worden verstoord • Houdt u aan de schoolregels die ook voor de kinderen gelden • Benader uw kind, andere kinderen, de leerkracht en andere ouders positief • Breng uw kind op tijd in de klas • Bewaar de rust in het schoolgebouw • Maak een afspraak met de leerkracht als u iets wilt bespreken • Uit mogelijke ontevredenheid naar de leerkracht of de directie zonder schelden, dreigen of schreeuwen. De school doet via haar bestuur te allen tijde aangifte bij de politie tegen (fysiek of verbaal) agressieve ouders, waarbij de vertrouwensinspecteur en de leerplichtambtenaar gelijktijdig worden geïnformeerd. Daarnaast geldt de toepassing van de regeling voor time-out, schorsing en verwijdering (zie de klachtenprocedure).
8.14 Leerplichtprotocol
1. 2.
3.
De leerplicht geldt voor iedereen die in Nederland woont. Ook kinderen met een nietNederlandse nationaliteit, asielzoekers in de leerplichtige leeftijd en kinderen die illegaal in Nederland verblijven zijn leerplichtig en moeten dus verplicht naar school. De leerplicht begint bij 5 jaar. Een kind moet naar school vanaf de eerste dag van de maand nadat het kind 5 jaar is geworden. Als het kind bijvoorbeeld in oktober 5 jaar wordt, moet het op 1 november van dat jaar naar school. De meeste kinderen gaan al naar school als ze 4 jaar zijn. Leerlingen van 4 jaar vallen niet onder de leerplicht, ook niet wanneer ze zijn ingeschreven op een basisschool. De leerplichtwet geeft de directeur van een school zelf de bevoegdheid of deze een leerling van zijn school, na schriftelijk verzoek van de ouders, vrijstelling verleent van de leerplicht voor een periode van maximaal 10 dagen per schooljaar. Daarvoor gelden wel een aantal criteria. Ziekte. Wanneer een kind ziek is, meldt u dat meteen dezelfde dag op school. Religieuze feestdagen. Een kind kan ook vrijstelling krijgen wanneer het vanwege geloofs, of levensovertuiging niet op school kan zijn, bijvoorbeeld op een religieuze feestdag. Dat moet dit uiterlijk 2 dagen voor de afwezigheid bij de schooldirecteur worden gemeld. Gewichtige omstandigheden. Een kind kan een vrijstelling krijgen voor gewichtige omstandigheden, zoals een huwelijk of een begrafenis van bloedverwanten of aanverwanten of een verhuizing van het gezin. De schooldirecteur moet toestemming geven voor het verzuim. Een andere ‘speciale’ gewichtige omstandigheid is het buiten de schoolvakanties een kind meenemen op vakantie. Een ouder mag een kind niet mee op vakantie nemen buiten de schoolvakanties. Doet een ouder dit wel, dan is dit in strijd met de Leerplichtwet. De wet biedt echter de mogelijkheid een verzoek in te dienen voor vrijstelling of verlof om buiten de schoolvakantie op vakantie te gaan. Dat kan alleen als
een ouder door zijn/haar beroep of dat van zijn/haar partner niet weg kunt in de schoolvakanties. Een verzoek tot vrijstelling heet officieel ‘beroep op vrijstelling'. Een verzoek tot verlof buiten de schoolvakanties moet ten minste aan de volgende voorwaarden voldoen: a. het gaat om een gezinsvakantie b. de vakantie kan in niet plaatsvinden in de vastgestelde schoolvakanties vanwege het beroep van u of uw partner c. het verlof valt niet in de eerste 2 weken na de zomervakantie Een ouder kan het kind maximaal 1 keer per jaar buiten de schoolvakanties meenemen op vakantie. De ouder moet dan wel voldoen aan alle voorwaarden voor vrijstelling en toestemming hebben van de directeur van de school. De vakantie mag niet langer dan 10 schooldagen duren. Bij een aanvraag voor een langere duur wordt die verstuurd aan de leerplichtambtenaar. Er mag géén vrij worden gegeven om de volgende redenen: • Goedkopere vakanties buiten het seizoen • Door anderen betaalde vakanties • Het ophalen van familie • Midweek of weekend vakanties • Al jaren niet op vakantie geweest • Reeds ticket gekocht of reservering gedaan • Meereizen met anderen • Reeds een ander kind vrij • Vlak voor de vakantie wordt er toch bijna geen les meer gegeven
34
ITTE PAGINA Plattegrond van de school Merwedelaan
Gymnastiek lokaal
groepslokaal
Ingang A
INGANGEN: A: Groepen 5, 6 en 7 B: Nooduitgang C: Groepen 3, 4 en 8 D: Groepen 1 en 2
groepslokaal
groepslokaal
groepslokaal Schoolplein groepen 3 t/m 8
groepslokaal
Hal Creatieve vorming
Ingang B kantoor ICT-lokaal
groepslokaal
groepslokaal groepslokaal
kantoor
Ingang D
Ingang C HOOFDINGANG Kleuter Schoolplein
Schoolplein groepen 3 t/m 8
T IS EEN WITTE PAGIN