RAPPORT VAN BEVINDINGEN Kwaliteitsonderzoek bij Confetti
Plaats : Arnhem BRIN-nummer : 29XV Onderzoeksnummer : 122348 Datum schoolbezoek : 26 mei 2011 Rapport vastgesteld te Utrecht op 17 augustus 2011
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
Inhoud 1
Inleiding 5
2
Bevindingen 7
3
Toezichtarrangement 15
pagina 3 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
1
Inleiding De Inspectie van het Onderwijs heeft op 26 mei 2011 een onderzoek uitgevoerd op basisschool Confetti naar aspecten van de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving. De aanleiding voor dit onderzoek was het volgende. Tijdens het bestuursgesprek dat de inspectie op 5 januari 2011 heeft gevoerd met de algemeen directeur van Stichting Fluvius is afgesproken dat de inspectie voor de zomervakantie van 2011 een kwaliteitsonderzoek uitvoert op basisschool Confetti. De reden hiervoor is dat de kwaliteit van het onderwijs op deze school nog niet eerder is beoordeeld en de inspectie daarom nog geen toezichtarrangement voor basisschool Confetti heeft kunnen vaststellen. Conform de uitgangspunten van het programmatisch handhaven onderzoekt de inspectie tevens standaard of wordt voldaan aan bepaalde wettelijke voorschriften. Onderzoeksopzet Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: • Een controle van de aanwezigheid van de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan bij de inspectie. • Een toets op de aanwezigheid van informatie over enkele wettelijke verplichte onderdelen in de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan. • Een controle op de onderwijstijd die de school heeft gepland. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatieactiviteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd, te weten het Zorgplan 2010-2011, het Evaluatieverslag 2009-2010, opbrengstgegevens van de stichting PAS, de Kalender 2010-2011, de Schoolevaluatiegegevens basisschool Confetti, het Verslag Bijzonder WSNS-verband Arnhem e.o., het Activiteitenplan, het Meerjaren Schoolontwikkelingsplan 2010-2014 en het Jaarontwikkelplan 2010-2011. • Schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen 1/2a, 1/2b, 3, 4/5 en 6/7/8. • Gesprekken met de directie en de intern begeleider over de kwaliteit van de indicatoren. • Een gesprek met leraren. Een eindgesprek met de directie en een vertegenwoordiging van het bevoegd gezag, na afloop van het schoolbezoek. Tijdens het onderzoek beoordeelde de inspectie indicatoren van de volgende aspecten opbrengsten, leerstofaanbod, onderwijstijd, schoolklimaat, didactisch handelen, afstemming, zorg en begeleiding en kwaliteitszorg.
pagina 5 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2009 en de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten primair onderwijs. Beide documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek naar de onderwijskwaliteit en de wettelijke vereisten. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer.
pagina 6 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
2
Bevindingen 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2009. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2009 op www.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) In verband met het programmatisch handhaven heeft de inspectie daarnaast enkele controles uitgevoerd op bepaalde wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score 'ja' of 'nee'.
Kwaliteitsaspect 1 Opbrengsten 1.1 * De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
1
2
3
4
z
z z z
pagina 7 van 15
5
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
Kwaliteitsaspect 2 Leerstofaanbod 2.1 * Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen. 2.2 * De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 2.3 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan. 2.4 * De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand. 2.5 De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te ontwikkelen. 2.6 De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.
Kwaliteitsaspect 3 Tijd 3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd.
Kwaliteitsaspect 4 Schoolklimaat 4.4 De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school. 4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan.
Kwaliteitsaspect 5 Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.
1
2
3
4
z z z z z z
1
2
3
4
z
1
2
3
4
z z z z
1
2
1
2
3 z z z
4
3
4
Kwaliteitsaspect 6 Afstemming 6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
z z z z
pagina 8 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
Kwaliteitsaspect 7 Begeleiding 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen.
Kwaliteitsaspect 8 Zorg 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.
Kwaliteitsaspect 9 Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. 9.7 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.
1
2
3
4
z z
1
2
3
4
z z z z
1
2
3
4
z z z z z z z
Naleving wet- en regelgeving NT1a De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art. 16, lid 2 en 3, WPO). NT1b In de schoolgids is informatie opgenomen over standaard gecontroleerde onderdelen (art. 13 WPO) NT2a De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO) NT2b In het schoolplan is informatie opgenomen over een of meer standaard gecontroleerde onderdelen (art. 12 WPO). NT3a De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende zorgplan (art. 19, lid 3, WPO). NT3b In het zorgplan is informatie opgenomen over een of meer standaard gecontroleerde onderdelen (art. 19, lid 2, WPO). NT4a Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO). NT4b Er is maximaal zevenmaal een onvolledige schoolweek geprogrammeerd voor de groepen 3 t/m 8 (artikel 8, lid 7 onder b, WPO).
ja
nee
z z z z z z z z
pagina 9 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
2.2 Beschouwing Algemeen beeld De kwaliteit van het onderwijs op basisschool Confetti, een jonge (Dalton)school die in augustus 2008 is gestart in de Arnhemse nieuwbouwwijk Schuytgraaf, is van voldoende niveau. Dat is gezien de omstandigheden (de school is samen met andere scholen gehuisvest in een noodgebouw, verzorgt onderwijs aan leerlingen van vier verschillende leerjaren in één combinatiegroep, een verhoudingsgewijs grote zijinstroom van leerlingen met leerachterstanden en/of werkhoudings- of gedragsproblemen) geen geringe prestatie. Het team heeft hard gewerkt om onderwijs van voldoende kwaliteit te kunnen bieden. Daar is het team in de meeste opzichten in geslaagd. De eindopbrengsten zijn voldoende, evenals de kwaliteit van het leerstofaanbod en de onderwijstijd, het waarborgen van de veiligheid van leerlingen en personeel, het didactisch handelen en de afstemming. Aspecten waarvan de kwaliteit verbetering behoeft zijn vooral zorg en begeleiding, sommige aspecten van de kwaliteitszorg en het leesonderwijs. Dat blijkt uit de tussenopbrengsten: die zijn onvoldoende, met name voor technisch en begrijpend lezen. De school is zich hiervan bewust, getuige haar voornemen komend schooljaar het leesonderwijs te verbeteren. Hieronder volgt een toelichting op het oordeel. Toelichting Opbrengsten De eindopbrengsten liggen in voldoende mate op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht, zij het dat dit niet in alle jaren het geval is. De eindopbrengsten van 2009 zijn onvoldoende. De eindopbrengsten van 2010 en 2011 echter niet; die zijn voldoende. Daarom beoordeelt de inspectie indicator 1.1 dienovereenkomstig. Dit geldt echter niet voor indicator 1.2. De tussenopbrengsten zijn onvoldoende, zij het dat dit ook hier niet over de gehele linie het geval is. Omdat basisschool Confetti een kleine basisschool is, betrekt de inspectie bij haar oordeel over de tussenopbrengsten niet alleen de resultaten van technisch lezen in groep 3 en 4, rekenen en wiskunde in groep 4 en 6 en begrijpend lezen in groep 6. Ook de resultaten van technisch lezen in groep 5 en rekenen en wiskunde en begrijpend lezen in groep 5 en 7 worden bij de beoordeling van de tussenopbrengsten meegenomen. In zes van de tien gevallen liggen de tussenopbrengsten onder de ondergrenzen die de inspectie hanteert . Daarom beoordeelt zij indicator 1.2 als onvoldoende. De resultaten voor rekenen en wiskunde zijn met uitzondering van groep 6 voldoende. Het zijn met name de resultaten voor technisch (in groep 3, 4 en 5) en begrijpend lezen (in groep 5 en 6) die onvoldoende zijn. Getuige het feit dat de school het leesonderwijs hoog op de lijst met verbeteronderwerpen heeft geplaatst, is zij zich hiervan bewust. Basisschool Confetti ziet zich in de hogere leerjaren geconfronteerd met een aanzienlijke zijinstroom van leerlingen met forse leerachterstanden, een slechte werkhouding en/of gedragsproblemen. Deze omstandigheid biedt volgens de school een mogelijke verklaring voor de onvoldoende begrijpend leesresultaten. Zij wijst daarnaast op de omstandigheid dat zij tot voor kort genoodzaakt was leerlingen van vier verschillende leerjaren in één combinatiegroep (groep 5/6/7/8) te plaatsen. Dit bemoeilijkt volgens de school de mogelijkheid het onderwijs af te stemmen op verschillen in onderwijsbehoeften van de leerlingen, waaronder een substantieel aantal zorgleerlingen.
pagina 10 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
In de groep die de inspectie betrekt bij het beoordelen van indicator 1.4 zit een leerling met specifieke onderwijsbehoeften voor wie de school geen ontwikkelingsperspectief heeft vastgesteld. Daarom beoordeelt de inspectie indicator 1.4 als onvoldoende. Leerstofaanbod De methoden die de school gebruikt voor taal en rekenen zijn dekkend voor de kerndoelen. De geplande leerinhouden worden ook feitelijk aangeboden aan alle leerlingen tot en met het niveau van leerjaar 8. Daarom beoordeelt de inspectie indicator 2.1 en 2.2 als voldoende. De leraren van de kleutergroepen maken structureel gebruik van een programma om tegemoet te komen aan de tussendoelen voor ontluikende geletterdheid en gecijferdheid. Uit hun groepsadministratie blijkt dat er sprake is van een rechtstreekse koppeling tussen deze doelen en de feitelijke inrichting van het onderwijs. Daarmee is de aansluiting van het leerstofaanbod in de kleutergroepen op de leerinhouden van groep 3 en hoger voldoende gewaarborgd. Daarom en omdat de school in de leerjaren 3 tot en met 8 structureel en op elkaar aansluitend gebruik maakt van de methoden die zij hanteert, beoordeelt de inspectie indicator 2.3 als voldoende. De school beschikt middels een methode over een specifiek aanbod om de sociale competenties van de leerlingen te ontwikkelen. Daarmee voorziet zij in alle groepen in een onderwijsprogramma ter ondersteuning van hun sociaalemotionele ontwikkeling, hun sociale vaardigheden en hun houdingen en vaardigheden om in uiteenlopende situaties adequaat te kunnen functioneren. De inspectie beoordeelt of de school een aanbod heeft voor de bevordering van sociale integratie en burgerschap. Zij betrekt daarbij de aandacht voor sociale competenties, de samenleving en de diversiteit daarin, basiswaarden en de democratische rechtsstaat en de mate waarin de school een leeromgeving biedt waarin sociale integratie en burgerschap ook in de praktijk worden gebracht. Tenminste twee van deze elementen dienen in voldoende mate zichtbaar te zijn. Dat is op basisschool Confetti het geval. Daarom is indicator 2.6 als voldoende beoordeeld. Onderwijstijd De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd. De lessen beginnen op tijd en de onderwijstijd is evenwichtig verdeeld over de verschillende leer- en vormingsgebieden. Daarom en omdat de onderwijsactiviteiten blijk geven van goed klassenmanagement, waarbij er weinig tijd verloren gaat, beoordeelt de inspectie indicator 3.1 als voldoende. Schoolklimaat Blijkens de jaarlijkse peiling die naar aanleiding van de risico-inventarisatie en evaluatie wordt uitgevoerd heeft de school voldoende inzicht in de veiligheidsbeleving van haar personeel. De school brengt de veiligheidsbeleving van de leerlingen echter niet systematisch in kaart. Dat is dan ook de reden dat indicator 4.4 het oordeel onvoldoende krijgt. Zowel voor wat betreft de leerlingen als het personeel beschikt de school over een uitgewerkt veiligheidsbeleid om incidenten in en om de school de voorkomen en af te handelen als die zich onverhoopt voordoen. De school heeft daartoe voor de leerlingen een aantal leef- en gedragsregels (onder meer in de vorm van een pestprotocol en een schoolreglement) opgesteld. Voor het personeel zijn er een gedragscode en aanverwante regelingen die hierin voorzien.
pagina 11 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
Didactisch handelen De drie indicatoren die samenhangen met het didactisch handelen zijn alle drie van voldoende niveau. De leraren geven duidelijk uitleg van de leerstof. Die uitleg is voldoende aansprekend, doelmatig en interactief. Aan het begin van de les kijken zij terug op eerdere activiteiten, activeren zij de voorkennis van de leerlingen en plaatsen zij de leerstof in een voor de leerlingen betekenisvolle context. De uitleg is beknopt en gericht op het lesdoel en heeft een voor de leerlingen herkenbare structuur. De leraren geven een duidelijke toelichting op de opdrachten en werkvormen en gaan in voldoende mate na of de leerlingen de uitleg hebben begrepen. Als de leerlingen daar behoefte aan hebben, krijgen zij de gelegenheid vragen te stellen. Als een leerling zich onvoldoende betrokken toont bij de les, maken de leraren duidelijk wat de gewenste leerhouding is. De leraren organiseren de onderwijsactiviteiten op een efficiënte manier. De onderwijsactiviteiten zijn gestructureerd en het klassenmanagement is doelmatig. Het onderwijsproces verloopt rustig en ordelijk en de leraren maken waar nodig duidelijk wat de gewenste leerhouding is. Als gevolg van dit alles is er sprake van een taakgerichte werksfeer, waarbij de leerlingen zich actief betrokken tonen bij de onderwijsactiviteiten. Ze letten in het algemeen goed op tijdens de uitleg en werken voldoende geconcentreerd aan de hun opgedragen taken. Afstemming Zowel qua aangeboden leerinhouden, instructie, verwerking en onderwijstijd is er sprake van voldoende afstemming van het onderwijs op de verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. De leraren maken gebruik van de mogelijkheden die de leermiddelen bieden om te differentiëren in het aanbod. Die afstemming is zowel op de zwakkere als de meer begaafde leerlingen gericht. Uit de groepsmappen, de handelingsplannen en de klassenbezoeken die de inspectie heeft afgelegd blijkt dat de leraren planmatig differentiëren in de uitleg en de verwerking van de leerstof. Ook hier richten zij zich expliciet tot zowel de zwakkere als de betere leerlingen. Basisschool Confetti is een Daltonschool in oprichting. De kinderen leren de hen opgedragen taken en opdrachten zoveel mogelijk onder eigen verantwoordelijkheid uit te voeren. In de kleutergroepen wordt daartoe met een planboekje gewerkt, in groep 3 en 4 worden de leerlingen ingeleid in het werken met dagtaken en in de hogere leerjaren werken ze met weektaken. Als de resultaten daartoe aanleiding geven, maken de leraren gebruik van de mogelijkheden die het planboek, de dag- of de weektaak bieden om te differentiëren naar onderwijstijd op (sub)groep- en individueel niveau. Waar nodig is er ook sprake van afstemming van onderwijstijd in de vorm van extra huiswerkopdrachten, preteaching of remedial teaching. Zorg en begeleiding Het systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de leerlingen is voldoende samenhangend. De school gebruikt een leerlingvolgsysteem met landelijk genormeerde toetsen voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde, dat in de kleutergroepen wordt aangevuld met een gestructureerd observatieinstrument. De toetsen van het leerlingvolgsysteem worden tenminste één keer in de kleutergroepen en ten minste één keer per jaar in de hogere groepen afgenomen bij alle leerlingen. Uit de groepsadministraties blijkt dat de leraren hun leerlingen regelmatig volgen op het gebied van Nederlandse taal, rekenen en wiskunde en hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Zij administreren de resultaten en vorderingen op een overzichtelijke wijze en maken hiervan (fouten)analyses. Daarom en omdat de leraren aantoonbaar conclusies uit deze analyses trekken ten behoeve van de afstemming van het onderwijs op de onderwijsbehoeften van de leerlingen beoordeelt de inspectie indicator 7.2 als voldoende. pagina 12 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
Het intakeformulier, het dyslexieprotocol en de herfst-, winter- en voorjaarsignalering zijn middelen die de school inzet om voldoende vroegtijdig te signaleren welke leerlingen extra zorg nodig hebben. De afspraken die zijn gemaakt rondom zorg en begeleiding voorzien in het strak volgen van de toetskalender en het op basis van vastgelegde criteria bepalen van eventueel te grote leerachterstanden en/of stagnerende ontwikkeling. Verder is het zo dat de leraar van de vertrekkende groep voor de zomervakantie een overdrachtsformulier voor iedere leerling invult en waar nodig de handelingsplannen maakt, zodat de leraar van de ontvangende groep aan het begin van het nieuwe schooljaar meteen kan starten met het bieden van de noodzakelijke (extra) ondersteuning. Basisschool Confetti bepaalt in voldoende mate de aard van de hulpvraag van de leerlingen die extra zorg nodig hebben. Daartoe worden de gegevens van het leerlingvolgsysteem en de groepsmap nader geanalyseerd. Verder laat de school zo nodig aanvullend diagnostisch onderzoek verrichten. Omdat de gegevens die de school hiermee verkrijgt voldoende input bieden voor de invulling van de extra zorg beoordeelt de inspectie indicator 8.2 als voldoende. Daarmee is niet gezegd dat een verdere optimalisering van de inhoudelijke zorgvuldigheid waarmee dit gebeurt niet voor verbetering vatbaar is (gegevens methode afhankelijke toetsen, informatie over procesmatige factoren, protectieve dan wel belemmerende factoren, leerkracht-, groeps- en omgevingskenmerken), zeker met het oog op het voornemen van de school op termijn de 1-zorgroute te willen invoeren. De school voert de zorg onvoldoende planmatig uit en ook het regelmatig evalueren van de effecten van de zorg is onvoldoende. Er is voor alle leerlingen die dat nodig hebben extra zorg gepland, maar in de handelingsplannen ontbreken te vaak gegevens over de concrete doelen die de leraren nastreven en is de typering van de middelen en materialen en vooral de aanpak die hun voor ogen staat bij de uitvoering van de zorg te globaal van aard. De kwaliteit van de evaluatie is onvoldoende omdat de school in teveel gevallen verzuimt te evalueren of de doelen van de extra zorg zijn gerealiseerd. Een andere reden om indicator 8.4 als onvoldoende te beoordelen hangt samen met de omstandigheid dat veel handelingsplannen niet voorzien in informatie over de wijze van evaluatie van de extra zorg. Kwaliteitszorg Uit de informatie van de stichting die in Arnhem is belast met het in kaart brengen van de schoolopbrengsten van alle basisscholen blijkt dat de resultaten van basisschool Confetti jaarlijks voldoende worden geëvalueerd. De eind- en tussenopbrengsten worden met landelijk genormeerde toetsen in kaart gebracht, vergeleken met andere scholen en geanalyseerd. Uit documenten als het Evaluatieverslag 2009-2010 en het Jaarontwikkelplan 2010-2011 blijkt dat de school hieruit conclusies trekt voor haar schoolontwikkeling en deze vastlegt. De school evalueert weliswaar het onderwijsleerproces, maar doet dit nog onvoldoende gestructureerd. Het Evaluatieverslag 2009-2010 voorziet niet zozeer in een betrouwbare meting, analyse en waardering van het onderwijsleerproces, als wel in een globale beschrijving van de stand van zaken. Daarmee komt de school onvoldoende tegemoet aan de eis alle aspecten die samenhangen met het onderwijsleerproces op een (nagenoeg) volledige en betrouwbare wijze te evalueren.
pagina 13 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
Uit genoemd evaluatieverslag en uit de Voornemens 2010-2011 blijkt zonder meer dat de school werkt aan bepaalde verbeteronderwerpen. Omdat dit echter niet planmatig genoeg gebeurt, beoordeelt de inspectie indicator 9.4 als onvoldoende. De doelen die de school wil bereiken zijn niet voldoende meetbaar en concreet uitgewerkt. Daardoor blijft een aantal vragen onbeantwoord. Vragen als: • wat zijn de waarneembare effecten die de school nastreeft; • welke criteria hanteert zij bij het beoordelen daarvan; • op welke wijze werkt de school precies aan haar verbeteractiviteiten; • wie is wanneer waarvoor verantwoordelijk en • op welke wijze wil de school de gerealiseerde verbeteringen borgen. Een ander aspect waar de inspectie aandacht voor vraagt, is de verantwoording aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. Uit de schoolgids en de nieuwsbrieven blijkt dat de school veelal volstaat met het op de hoogte brengen van de ouders van haar opvattingen over bepaalde zaken. Van het feitelijk informeren van de ouders over de kwaliteit van het onderwijs, de gerealiseerde opbrengsten en zaken met betrekking tot de verbeteractiviteiten van de school (waarom werkt zij hieraan, welke doelen streeft zij na, wat heeft zij op dit punt bereikt) is echter te weinig sprake. Daarom beoordeelt de inspectie indicator 9.6 als onvoldoende. De inspectie beoordeelt ook in het kader van de kwaliteitszorg of de school voldoende zorg draagt voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op de bevordering van sociale integratie en burgerschap. Ze betrekt daarbij op de eerste plaats of de school een visie heeft op burgerschap en integratie en daar planmatig invulling aan geeft. Op de tweede plaats of de school zich daarover verantwoordt. Op de derde plaats of zij inzicht heeft in de mate waarin de leerlingen in houding en gedrag ervan blijk geven zich de voor burgerschap en sociale integratie beoogde doelen te hebben eigen gemaakt. En op de vierde plaats of de school haar aanbod mede afstemt op mogelijke risico's die zich ten aanzien van dit onderwerp voordoen. Ten minste drie van bovengenoemde elementen dienen in voldoende mate zichtbaar te zijn. Omdat dat op basisschool Confetti niet het geval is, beoordeelt de inspectie indicator 9.7 als onvoldoende.
pagina 14 van 15
Kwaliteitsonderzoek Confetti | 26 mei 2011
3
Toezichtarrangement Kwaliteit De Inspectie van het Onderwijs kent aan basisschool Confetti het basisarrangement toe. Dit betekent dat de inspectie op dit moment geen reden heeft om het toezicht te intensiveren. Naleving Er zijn tekortkomingen geconstateerd in de naleving van wettelijke voorschriften, die vanwege het programmatisch handhaven standaard zijn gecontroleerd. Er zijn onvolledigheden in de inhoud van de schoolgids geconstateerd. Het document geeft geen informatie over de volgende onderdelen: • de passage waarin de onderwijsresultaten zijn beschreven: de norm waartegen deze worden afgezet, het oordeel van de school over de kwaliteit van de resultaten en het ontbreken van een meerjarig perspectief waarin deze worden gezien; • de passage waarin de zorg beschreven staat voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften: wanneer komen leerlingen in een planmatig hulptraject en op basis van welke criteria; • de passage waarin is vermeld op welke wijze de ouders klachten kunnen indienen: het adres van de klachtencommissie en de termijn waarbinnen een klacht dient te zijn ingediend. Het beleid van de inspectie is de genoemde onvolkomenheden op dit moment nog niet als tekortkoming te beoordelen bij de betreffende indicator over het naleven van wet- en regelgeving. Wel heeft de inspectie met het bevoegd gezag afgesproken dat in de volgende versie van dit schooldocument de ontbrekende onderdelen zijn opgenomen.
pagina 15 van 15