RAPPORT VAN BEVINDINGEN Kwaliteitsonderzoek bij AZC Katwijk
Plaats : Katwijk Zh BRIN-nummer : 06CA Onderzoeksnummer : 125614 Datum schoolbezoek : 28 februari 2012 Rapport vastgesteld te Zoetermeer op 29 mei 2012
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
Inhoud 1
Inleiding 5
2
Bevindingen 7
3
Toezichtarrangement 13
pagina 3 van 13
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
1
Inleiding De Inspectie van het Onderwijs heeft op 28 februari 2012 een onderzoek uitgevoerd op de AZC school Katwijk naar aspecten van de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving. De aanleiding voor dit onderzoek was het volgende. De inspectie heeft de school bezocht, omdat de kwaliteit van het onderwijs in het driejarig bestaan van de school nog niet in kaart was gebracht. Conform de uitgangspunten van het programmatisch handhaven onderzoekt de inspectie tevens standaard of wordt voldaan aan bepaalde wettelijke voorschriften. Onderzoeksopzet • Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: • Een controle van de aanwezigheid van de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan bij de inspectie. • Een toets op de aanwezigheid van informatie over enkele wettelijke verplichte onderdelen in de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan. • Een controle op de onderwijstijd die de school heeft gepland. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Schoolbezoek, waarbij in een aantal alle groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen 1, 3, 4, 5, en 6/7/8. • Gesprekken met de directie over de kwaliteit van de indicatoren. • Een gesprek met leerlingen en leraren. • Een eindgesprek met de directie en een vertegenwoordiging van het bestuur, na afloop van het schoolbezoek. Tijdens het onderzoek beoordeelde de inspectie indicatoren van de volgende aspecten: opbrengsten, leerstofaanbod, tijd, schoolklimaat, didactisch handelen, afstemming, begeleiding, zorg, kwaliteitszorg en voorwaarden voor kwaliteitszorg. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2011 en de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten primair onderwijs. Beide documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek naar de onderwijskwaliteit en de wettelijke vereisten. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer.
pagina 5 van 13
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
2
Bevindingen 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2011. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2011 op www.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) In verband met het programmatisch handhaven heeft de inspectie daarnaast enkele controles uitgevoerd op bepaalde wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score 'ja' of 'nee'.
Kwaliteitsaspect 1 Opbrengsten 1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
1
2
3
4
5 z z
Kwaliteitsaspect 2 Leerstofaanbod 2.1 * (Nieuwkomers) De aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn gerelateerd aan de kerndoelen. 2.2 * De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 2.4 * De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand. 2.5 De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te ontwikkelen.
Kwaliteitsaspect 3 Tijd 3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd.
1
2
3
4
z z
z z
1
2
3
z
pagina 7 van 13
4
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
Kwaliteitsaspect 4 Schoolklimaat 4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan.
Kwaliteitsaspect 5 Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.
1
2
3
4
z
1
2
3 z z z
4
2
3
4
Kwaliteitsaspect 6 Afstemming 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
Kwaliteitsaspect 7 Begeleiding 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. 7.3 * (SBO) De school stelt bij plaatsing voor iedere leerling een ontwikkelingsperspectief vast. 7.4 * (SBO) De school volgt of de leerlingen zich ontwikkelen conform het ontwikkelingsperspectief en maakt naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzen. 7.6 (Nieuwkomers) De school maakt beredeneerde afwegingen bij de doorstroom van leerlingen binnen en buiten de school.
Kwaliteitsaspect 8 Zorg 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.5 De school zoekt structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden.
Kwaliteitsaspect 9 Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces.
Kwaliteitsaspect 10 Voorwaarden voor kwaliteitszorg 10.1 De schoolleiding stuurt de schoolontwikkeling inclusief de kwaliteitszorg aan. 10.2 De schoolontwikkeling is verbonden met de visie op onderwijs, zoals geformuleerd in het schoolplan. 10.3 De schoolleiding zorgt voor een professionele schoolcultuur. 10.4 Bij de zorg voor kwaliteit zijn bestuur, directie, team en andere belanghebbenden betrokken.
1
z z z
1
2
3
4
z z z z z
1
2
3
4
z z z
1
2
3
4
3
4
z z z z
1
2 z z z z
pagina 8 van 13
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
Naleving wet- en regelgeving NT1A De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art. 16, lid 2 en 3, WPO). NT2A De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO). NT3A De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende zorgplan (art. 19, lid 3, WPO). NT4A Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO). NT4B Er is maximaal zevenmaal een onvolledige schoolweek geprogrammeerd voor de groepen 3 t/m 8 (artikel 8, lid 7 onder b, WPO).
ja
nee
z z z z z
2.2 Beschouwing Algemeen beeld De inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op de AZC school Katwijk zeer zwak is, omdat naast de indicatoren 7.3 en 7.4 ook drie andere normindicatoren (2.4, 7.1 en 8.3) onvoldoende zijn. Belangrijke aspecten van het leerstofaanbod, het onderwijsleerproces, de begeleiding en de zorg zijn als onvoldoende beoordeeld. Voorts is verzuimd om de school, die veel belemmerende factoren kent voor schoolontwikkeling, intensief aan te sturen. De professionalisering van het team is niet opgepakt. Het bestuur en directie hebben nagelaten om het onderwijs te plannen en te organiseren. Hoewel de inspectie kritisch is over de kwaliteit van het onderwijs, constateert zij dat het didactisch handelen (indicatoren 5.1, 5.2 en 5.3) van leraren van voldoende niveau is. Toelichting Context In de context van de AZC school Katwijk hebben zich ontwikkelingen voorgedaan, die mogelijk van invloed zijn op de kwaliteit van het onderwijs. Vanaf de oprichting van de school in augustus 2008 tot augustus 2011 is de school bezocht door leerlingen die hetzij direct uit het buitenland kwamen dan wel uit asielzoekerscentra elders in Nederland. Met ingang van 1 augustus 2011 is door wijziging van het regeringsbeleid de AZC locatie in Katwijk aangewezen als opvang voor uitgeprocedeerde gezinnen. Dit had een abrupte toename van het leerlingenaantal tot gevolg. De school werd in de periode augustus 2008 tot augustus 2011 bezocht door gemiddeld 60 leerlingen. Op 1 augustus 2011 waren er 4 leerlingen. Vanaf 1 augustus 2011 nam het aantal leerlingen toe tot ruim 115 in februari 2012. Daarnaast is de type leerling ook veranderd. De school heeft nu leerlingen die zich in een uitzichtloze situatie bevinden en de verwachting is dat ze langere tijd op deze school zullen zitten. Wel heeft een groot deel van de leerlingen reeds een onderwijsloopbaan in basisonderwijs in Nederland achter de rug. De AZC school Katwijk heeft te maken met leerlingen met verschillende onderwijsbehoeften en achtergronden. Het vinden van een passend onderwijsaanbod voor de leerlingen is in de afgelopen periode daarom een grote uitdaging geweest voor de school. Daarnaast moest de school ook rekening houden met de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. De school heeft er daarom voor gekozen om eerst een veilig pedagogisch klimaat en veilige leeromgeving te creëren. Het gevolg is dat de aandacht voor de cognitieve ontwikkeling onderbelicht is gebleven. Aansturing door het bestuur en de directie Drie jaar geleden is de school gestart met ruime (personele) faciliteiten, maar met weinig leerlingen. Om financiële redenen zijn deze faciliteiten drastisch verminderd.
pagina 9 van 13
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
Nadat (in februari 2012) bekend was dat het aantal leerlingen gegroeid was naar 115, heeft het bestuur weliswaar een nieuwe leraar aangetrokken, maar tegelijkertijd is de groepsgrootte gewijzigd van 15, via 36, naar 22 leerlingen per groep. Tevens is de ambulante tijd van de directeur verminderd van vier naar twee dagen. Hij staat nu drie dagen per week voor de klas. Daarnaast heeft de school geen intern begeleider en is er een hoog ziekteverzuim onder de leraren (veel vervangers). Het bestuur heeft verder nagelaten om leraren te scholen voor het onderwijs aan de kinderen van asielzoekers. Ook heeft de directie tot nu toe geen schoolplan geschreven. Voorts constateert de inspectie dat is nagelaten om het onderwijs planmatig in te richten, een onderwijskundige koers te bepalen, leerlingvolgsystemen voor de cognitieve ontwikkeling en de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen in alle klassen te gebruiken en de leerlingenzorg te ontwikkelen. Kortom de leraren hebben te weinig handvatten meegekregen om kwalitatief goed onderwijs te verzorgen. Het gevolg is dat zij zelf bepalen hoe ze het onderwijs kunnen inrichten, de ontwikkeling van leerlingen volgen en de zorg en begeleiding geven. Schoolklimaat en didactisch handelen Zoals in het algemeen gesteld beoordeelt de inspectie het schoolklimaat en didactisch handelen van de leraren als voldoende. Over het schoolklimaat constateert de inspectie dat leraren ervoor zorgen dat de leerlingen elkaar accepteren en vriendelijk met elkaar omgaan. Dit is noodzakelijk, omdat de school leerlingen heeft, die qua taal en cultuur sterk van elkaar verschillen. Ook wordt er aandacht besteed aan belangrijke gebeurtenissen in het leven van de leerlingen. Op de school heerste er een ontspannen sfeer, leraren stimuleren het zelfvertrouwen van leerlingen en tonen ook zelf in gedrag en taalgebruik respect voor de leerlingen. Indicator 4.7 is daarom als voldoende beoordeeld. Ten aanzien van het didactisch handelen van leraren constateert de inspectie het volgende. Hoewel leraren in onvoldoende mate worden ondersteund door schoolbrede afspraken, heeft de inspectie in de bezochte lessen gezien dat leraren het vak van lesgeven beheersen. Ze gaan aan het begin van de les uit van wat in de voorgaande les is behandeld. Doelen worden veelal duidelijk gemaakt aan de leerlingen en zij worden in gelegenheid gesteld om vragen te stellen en om aan te geven hoe ze aan een oplossing gekomen zijn. Maar bovenal lukt het de bezochte leraren om door de wijze van uitleggen de leerlingen te boeien en uit te nodigen tot een actieve deelname aan de les. Leerlingen gaan dan ook direct aan de slag. De normindicatoren 5.1, 5.2 en 5.3 zijn als voldoende beoordeeld. Begeleiding De inspectie beoordeelt de indicatoren 7.1, 7.2, 7.3 en 7.4 als onvoldoende. Indicator 7.1 is onvoldoende, omdat de school maar in één groep een landelijk genormeerd leerlingvolgsysteem gebruikt om de prestaties en de ontwikkeling van leerlingen te volgen. Dat is jammer, want de school heeft wel een compleet genormeerd leerlingvolgsysteem in de kast staan. Verder is tijdens het bezoek gebleken dat leraren de ontwikkeling van leerlingen niet systematisch volgen. Er is geen administratie van de methodegebonden toetsen van taal en rekenen. De school heeft hierdoor te weinig informatie om het onderwijs adequaat af te stemmen op individuele of groepen leerlingen. Voorts schiet de begeleiding op de volgende punten ook ernstig tekort. Bij binnenkomst van de leerlingen wordt zo goed mogelijk het instroomniveau bepaald. De leraren stellen echter bij plaatsing van de leerling geen ontwikkelingsperspectief vast en kunnen daarom niet aantonen of de leerlingen zich overeenkomstig hun capaciteiten ontwikkelen. Dit is een ernstige tekortkoming (indicator 7.3). Het aanbod is niet gebaseerd op het instroomniveau en een verwacht uitstroomniveau van de leerling. Hierdoor is er geen relatie tussen aanbod en ontwikkelingsperspectief van de leerling (indicator 7.4). De inspectie stelt vast dat er geen doorgaande lijn voor het aanbod en evaluaties van het onderwijs aan de leerlingen zijn aangetroffen. pagina 10 van 13
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
Het leerstofaanbod Indicator 2.4 is als tekortkoming aangemerkt vanwege het ontbreken van een taalrijke leeromgeving. Zo zijn de lokalen te weinig talig aangekleed. Zaken als een woordmuur, lettermuur en etiketteren van meubels en andere voorwerpen in de klas ontbreken. Ook het aanbod voor woordenschatontwikkeling is onvoldoende. Dat is jammer, want de school heeft een volledige methode, die de leraren niet gebruiken. Verder heeft het aanbod voor de spreek- en luistervaardigheid geen substantiële plaats in het programma. Indicator 2.5 is ook een verbeterpunt. De school heeft geen specifiek aanbod om de sociale competenties te ontwikkelen. Het gevolg is dat leraren in onvoldoende mate systematisch zelfstandigheid, zelfredzaamheid en omgangsvormen van leerlingen bevorderen. Omdat juist deze leerlingen door hun omstandigheden veel sociaal-emotionele problematiek kennen, is het noodzakelijk hier expliciet aandacht aan te besteden. De tijd De inspectie heeft geconstateerd dat rondom de ochtend- en middagpauze tijd verloren gaat doordat de pauzes in sommige groepen langer duren dan beschreven in de schoolgids. Daarom heeft de inspectie de indicator over effectieve onderwijstijd als onvoldoende beoordeeld. De directeur lichtte toe dat de leerlingen langere pauzes krijgen, omdat zij dit nodig hebben om met de sociaal-emotionele problematiek om te gaan. Deze uitwerking was echter nergens in een leerlijn vastgelegd en ook was het buitenspelen niet gericht op specifieke begeleiding van de leerlingen op dit gebied. Afstemming van de instructie en verwerking is onvoldoende Het onderwijs van de AZC school Katwijk is in onvoldoende mate afgestemd op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Zo bleek tijdens lesbezoeken dat leraren voorafgaand aan de les geen beredeneerde afweging maken om bij de instructie en verwerking van het aanbod rekening te houden met de verschillen leerlingen. Hierdoor voldoen ze niet aan één van de voorwaarden van de inspectie om de indicatoren 6.2. en 6.3 als voldoende te boordelen. De school heeft ook geen aandacht voor leerlingen met bovengemiddelde capaciteiten. Het onderwijs aan deze leerlingen is niet uitdagend genoeg. Zorg De school heeft geen intern begeleider. De directie geeft aan dat leraren zelf verantwoordelijk zijn voor de leerlingenzorg. Hierdoor zijn er ook grote verschillen tussen leraren ten aanzien de leerlingenzorg. Het is tot nu toe niet gelukt om de planmatige zorg goed op te zetten en handelingsplanning te schrijven. De planmatige zorg voldoet niet aan de eisen van de inspectie, omdat de school voor leerlingen die dat nodig hebben geen extra zorg plant. Ook heeft de inspectie geen handelingsplannen aangetroffen. Indicator 8.3 is daarom onvoldoende. Kwaliteitszorg De gehele kwaliteitszorg is een aandachtspunt. De school heeft in onvoldoende mate inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie (indicator 9.1). Zij heeft geen analyse gemaakt van de kenmerken van haar leerlingen. Hierdoor hebben directie en leraren bij de inrichting van het onderwijs te weinig rekening gehouden met belangrijke kenmerken van hun leerlingen, zoals de sociaal-emotionele ontwikkeling, taalachterstanden, sociale vaardigheden en de sociaal-economische context waarin de kinderen leven.
pagina 11 van 13
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
Daarnaast heeft de school geen systeem om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken en te verbeteren. De indicatoren 9.2, 9.4 en 9.5 zijn als onvoldoende beoordeeld. De school heeft er nog geen gewoonte van gemaakt om de kwaliteit van resultaten van leerlingen te bepalen en te analyseren. Ook de borging schiet tekort, omdat leraren te veel ruimte hebben om zelf invulling te geven aan het onderwijs en schoolbrede afspraken ontbreken. Dit geldt bijvoorbeeld voor de afstemming van het onderwijs op de verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen en de leerlingenzorg. Voorwaarden voor de kwaliteitszorg Op de AZC school Katwijk ontbreekt er een systematische aanpak en aansturing van de kwaliteitszorg. De school heeft haar visie op het onderwijs niet geformuleerd en vastgelegd. Voor nieuwe teamleden is het niet duidelijk welke onderwijskundige koers de school vaart. De indicatoren 10.1 en 10.2 zijn daarom als onvoldoende beoordeeld. Indicator 10.3, de professionele schoolcultuur, is ook onvoldoende. Leraren krijgen geen handvatten voor de inrichting van het onderwijs. Ook werken ze niet op efficiënte wijze samen, en worden niet in de gelegenheid gesteld op een constructieve wijze feedback aan elkaar te geven. Verder is het voor de inspectie onduidelijk in hoeverre de directie anderen (leraren, leerlingen, ouders en bestuur) betrekt bij de evaluatie van het onderwijs. Zo heeft de inspectie geen afspraken aangetroffen die het bestuur met de directie gemaakt heeft over de inrichting van het onderwijs en de zorg voor kwaliteit van het onderwijs. Indicator 10.4 is daarom eveneens onvoldoende. Initiatieven van het bestuur In de afronding van deze rapportage heeft de inspectie geconstateerd dat het bestuur voortvarend te werk gaat en de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs op een systematische wijze aanpakt. Direct na het kwaliteitsonderzoek van de inspectie zijn er maatregelen getroffen om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Zo staat de school per 1 april 2012 onder leiding van een nieuwe directeur, die tot het einde van het schooljaar ondersteund wordt door twee ervaren directeuren van andere scholen van het bestuur. Verder is er een extra leraar aangesteld, zijn er extra leermiddelen op het ICT gebied aangeschaft. Voorts zal de professionalisering van het team opgepakt worden. De nieuwe directeur van de AZC school Katwijk stelt een verbetertraject op om de geconstateerde tekortkomingen weg te werken. Het bestuur is ambitieus en wil de kwaliteit van het onderwijs in augustus 2013 op orde hebben.
pagina 12 van 13
Kwaliteitsonderzoek AZC Katwijk | 28 februari 2012
3
Toezichtarrangement Kwaliteit De kwaliteit van het onderwijs vertoont belangrijke tekortkomingen en is als zeer zwak beoordeeld. Om deze reden kent de Inspectie van het Onderwijs aan de AZC school Katwijk een aangepast arrangement zeer zwak toe. De school valt onder intensief toezicht. Met het bestuur is afgesproken dat de onderwijskwaliteit in augustus 2013 weer van voldoende niveau is. Hieraan voorafgaand voert de inspectie een afsluitend onderzoek naar de kwaliteitsverbetering (okv) uit om na te gaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. Verder maakt de inspectie nadere afspraken met het bestuur over te bereiken tussenresultaten en over een tussentijds kwaliteitsonderzoek naar bereikte verbeteringen. Deze afspraken legt de inspectie vast in een toezichtplan. Het bestuur herkent zich in de bevindingen van de inspectie en onderschrijft de noodzaak maatregelen te nemen die opheffing van de geconstateerde tekortkomingen als doel hebben. De minister wordt van de geconstateerde tekortkomingen op de hoogte gesteld. Naleving Er is een tekortkoming geconstateerd in de naleving van wettelijke voorschriften, die vanwege het programmatisch handhaven standaard zijn gecontroleerd. Het geldende schoolplan is niet door het bestuur naar de inspectie gestuurd. De inspectie heeft de tekortkoming met het bestuur besproken en het bestuur is het eens met de vastgestelde tekortkoming. De inspectie heeft het bestuur opdracht gegeven de wet alsnog na te leven en het schoolplan uiterlijk 31 juli 2012 in het bezit van de inspectie te stellen.
pagina 13 van 13