RAPPORT VAN BEVINDINGEN Kwaliteitsonderzoek bij De Súdwester
Plaats : Sneek BRIN-nummer : 07FF Onderzoeksnummer : 121591 Datum schoolbezoek : 3 februari 2011 Rapport vastgesteld te Groningen op 17 maart 2011
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
Inhoud 1
Inleiding 5
2
Bevindingen 7
3
Toezichtarrangement 13
pagina 3 van 13
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
1
Inleiding De Inspectie van het Onderwijs heeft op 3 februari 2011 een onderzoek uitgevoerd op De Súdwester naar aspecten van de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving. De aanleiding voor dit onderzoek was het volgende. De inspectie van het onderwijs is nog niet in staat de opbrengsten van scholen voor speciaal basisonderwijs te beoordelen. Als de inspectie de opbrengsten niet kan beoordelen bezoekt zij deze scholen elke twee jaar met een kwaliteitsonderzoek. Conform de uitgangspunten van het programmatisch handhaven onderzoekt de inspectie tevens standaard of wordt voldaan aan bepaalde wettelijke voorschriften. Toezichthistorie De Súdwester is in 2006 bezocht in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek. Toen is de kwaliteit van het onderwijs als risicovol beoordeeld. In 2007 is een onderzoek uitgevoerd naar de twee indicatoren betreffende de ontwikkelingsperspectieven van leerlingen. Deze zijn beide als voldoende beoordeeld. In 2008 is er opnieuw een kwaliteitsonderzoek uitgevoerd. De kwaliteit van het onderwijs bleek voldoende te zijn, zodat de school een basisarrangement heeft gekregen. Onderzoeksopzet Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: • Een controle van de aanwezigheid van de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan bij de inspectie. • Een toets op de aanwezigheid van informatie over enkele wettelijke verplichte onderdelen in de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan. • Een controle op de onderwijstijd die de school heeft gepland. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd, waaronder het operationeel strategisch beleidsplan 2010-2011, het jaarverslag 2009-2010, het jaarplan 2010-2011, de scholingsnotitie, het document zorg en begeleiding en het document zelfevaluatie WMK. • Schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen: guppies, stekelbaarsjes, orca's, krokodillen, dassen, beren en cheeta's. • Gesprekken met de directie en de intern begeleiders over de kwaliteit van de indicatoren. • Een gesprek met leerlingen en leraren. • Een eindgesprek met de directie en een vertegenwoordiging van het bevoegd gezag, na afloop van het schoolbezoek. Tijdens het onderzoek beoordeelde de inspectie indicatoren van de volgende aspecten: opbrengsten, leerstofaanbod, tijd, schoolklimaat, didactisch handelen, afstemming, begeleiding, zorg en kwaliteitszorg.
pagina 5 van 13
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2009 en de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten primair onderwijs. Beide documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek naar de onderwijskwaliteit en de wettelijke vereisten. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer.
pagina 6 van 13
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
2
Bevindingen 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2009. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2009 op www.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) In verband met het programmatisch handhaven heeft de inspectie daarnaast enkele controles uitgevoerd op bepaalde wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score 'ja' of 'nee'.
Kwaliteitsaspect 1 Opbrengsten 1.1 * De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
1
2
3
4
5 z z
Kwaliteitsaspect 2 Leerstofaanbod 2.1 * Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen. 2.2 * De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 2.3 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan. 2.4 * De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand. 2.5 De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te ontwikkelen.
1
2
3 z z z z z
pagina 7 van 13
4
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
Kwaliteitsaspect 3 Tijd 3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd. 3.2 De school heeft voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde de onderwijstijd afgestemd op de behoefte van de leerlingenpopulatie.
1
2
3
4
z z
Kwaliteitsaspect 4 Schoolklimaat 4.2 De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school. 4.3 Het personeel voelt zich aantoonbaar veilig op school. 4.4 De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school. 4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan.
1
2
3 z z
4
z z z z
Kwaliteitsaspect 5 Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.
1
2
3 z z z
4
1
2
3
4
Kwaliteitsaspect 6 Afstemming 6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
z z z z
Kwaliteitsaspect 7 Begeleiding 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. 7.3 * (SBO) De school stelt bij plaatsing voor iedere leerling een ontwikkelingsperspectief vast. 7.4 * (SBO) De school volgt of de leerlingen zich ontwikkelen conform het ontwikkelingsperspectief en maakt naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzen.
1
2
3 z
z z z
pagina 8 van 13
4
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
Kwaliteitsaspect 8 Zorg 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.
1
2
3
4
z z z z
Kwaliteitsaspect 9 Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. 9.7 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.
1
2
3
4
z z z z z z z
Naleving wet- en regelgeving NT1a De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art. 16, lid 2 en 3, WPO). NT2a De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO) NT3a De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende zorgplan (art. 19, lid 3, WPO). NT4a Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO). NT4b Er is maximaal zevenmaal een onvolledige schoolweek geprogrammeerd voor de groepen 3 t/m 8 (artikel 8, lid 7 onder b, WPO).
ja
nee
z z z z z
2.2 Beschouwing Algemeen beeld De inspectie beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs op s.b.o. De Súdwester als voldoende. Opnieuw is het merendeel van de indicatoren als voldoende beoordeeld. Het is de school gelukt de kwaliteit die in 2008 was gerealiseerd te handhaven en zich op onderdelen te verbeteren. Verbetering is met name zichtbaar bij het systematisch volgen van de vorderingen van leerlingen en de afstemming van de leerstof op verschillen tussen leerlingen. Binnen de kwaliteitszorg is de aandacht voor het systematisch evalueren van leerprestaties toegenomen. Hieronder volgt een toelichting op het oordeel.
pagina 9 van 13
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
Toelichting Opbrengsten De inspectie heeft in 2008 op grond van de hoge overeenkomst tussen ontwikkelngsperspectief en uitstroom de eindopbrengsten als voldoende beoordeeld. Op dit moment inventariseert de inspectie leerprestaties, maar ze is nog niet in staat om op schoolniveau te beoordelen of deze prestaties voldoende zijn. Zij geeft dan ook geen oordeel over de resultaten van de school. Uit eigen analyses van de school blijkt overigens dat het percentage van de leerlingen dat op of boven het perspectief de school verlaat, vergelijkbaar is met dat van 2008. De school volgt de sociale competenties van alle leerlingen structureel. Omdat dit instrument geen landelijke normering heeft, kan de inspectie de resultaten niet beoordelen. Onderwijsleerproces Net als in 2008 beoordeelt de inspectie alle indicatoren over het leerstofaanbod als voldoende. De school geeft een grote prioriteit aan het taal- en leesonderwijs. Versterking van het aanbod voor begrijpend lezen is een verbeteronderwerp. Ook neemt de school deel aan een breed ingericht rekenverbetertraject. Daarnaast heeft de school een duidelijk aanbod voor het ontwikkelen van de sociale vaardigheden van de leerlingen. De leraren zorgen ervoor dat de onderwijstijd efficiënt wordt besteed. Ook heeft de school voldoende tijd gepland voor de basisvaardigheden. Er heerst een plezierige sfeer op de school. Leraren en leerlingen gaan op een prettige en respectvolle manier met elkaar om. De lessen verlopen ordelijk en gestructureerd. De leraren leggen duidelijk uit en benutten concrete hulpmiddelen die de uitleg ondersteunen. De leerlingen zijn overwegend actief betrokken bij de lessen. Wel merkt de inspectie op dat het wenselijk is dat de leraren meer aandacht aan lesdoelen schenken door hier ook gedurende de uitleg en aan het einde van de les expliciet aan te refereren. Daarnaast blijft het een uitdaging in de didactiek om leerlingen te stimuleren tot interactie en verantwoording over de beste aanpak van de leerstof. Het aanbod en de verwerking worden voldoende afgestemd op de verschillen tussen leerlingen. Dit geldt nog niet voor de afstemming van de instructie binnen de instructie- en stamgroepen en de afstemming van onderwijstijd op verschillen. Een positieve ontwikkeling hierbij is het feit dat de school recent gestart is met de invoering van didactische groepsplannen. Deze plannen kunnen de leraren houvast bieden bij het gericht afstemmen van het onderwijsleerproces. Voor rekenen en wiskunde is de invoering inmiddels schoolbreed gerealiseerd. De kwaliteit van de didactische groepsplannen voor rekenen is echter nog wisselend, waardoor ook de praktijk tussen leraren - met name bij het afstemmen van de instructie - varieert. Bij andere vakken, met name het taalaanbod, is nog te weinig zichtbaar dat de leraren hun instructies afstemmen op verschillen. Over differentiatie van onderwijstijd, zeker voor leerlingen die extra zorg behoeven voor een vak, is op schoolniveau nog onvoldoende nagedacht. In beginsel krijgen alle leerlingen in principe evenveel tijd voor de verschillende vakgebieden. Begeleiding en zorg
pagina 10 van 13
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
De school beschikt over een voldoende uitgebreid systeem van instrumenten en procedures om de ontwikkeling van de leerlingen te volgen. Methodegebonden en methodeonafhankelijke toetsen worden structureel afgenomen. Desondanks heeft de inspectie indicator 7.2 als onvoldoende beoordeeld, omdat te weinig zichtbaar is dat de vorderingen in het aanbod worden geanalyseerd en dat op basis van deze analyses aanpassingen in de dagelijkse lespraktijk worden aangebracht. Het nadrukkelijker betrekken van (regelmatiger) methodegebonden toetsing bij de halfjaarlijkse evaluaties kan eveneens helpen om de kwaliteit van analyse bij zorgleerlingen te verbeteren.
pagina 11 van 13
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
In 2008 zijn de specifieke indicatoren voor het speciaal basisonderwijs (indicatoren 7.3 en 7.4) als voldoende beoordeeld. Ook nu is dit het geval. De inspectie heeft wel enkele kanttekeningen. Zo is bij het bepalen van het ontwikkelingsperspectief onvoldoende zichtbaar, dat het niveau van schoolvorderingen bij binnenkomst de plaatsing en verwachte eindniveaus van een leerling meebepalen. Leerlijnen en daaraan verbonden (tussentijdse) prestatieniveaus moeten deels geactualiseerd worden. Omdat binnen een uitstroomniveau een streef- en een minimumniveau worden gehanteerd, is er een vrij grote bandbreedte voor het vaststellen van voldoende ontwikkeling. Het verdient aanbeveling het systeem te verfijnen door binnen de bandbreedte verwachtingen en evaluaties meer te specificeren naar de individuele leerling. Een neveneffect van de huidige werkwijze met ontwikkelingsperspectieven en de evaluatie daarvan is dat de criteria voor extra zorg weinig preventief zijn. Dientengevolge hebben relatief weinig leerlingen een individueel handelingsplan voor taal of rekenen. Verdere ontwikkeling van didactische groepsplannen en differentiatie van instructie kunnen de preventieve zorg voor taal en rekenen versterken. De inspectie beoordeelt net als in 2008 drie van de vier indicatoren op het gebied van de zorg als voldoende. De kwaliteit van de evaluaties van de zorg is nog steeds onvoldoende. De uitkomsten zijn meestal puur beschrijvend van aard, waarbij te vaak niet expliciet wordt vermeld of de afzonderlijke doelen zijn behaald en wat de specifieke uitkomst in relatie tot het doel is. Daarnaast ontbreken regelmatig mogelijke oorzaken of verklaringen bij tegenvallende resultaten. Tot slot vragen de eventuele vervolgstappen om meer onderbouwing. Kwaliteitszorg De school heeft haar kwaliteitszorg op orde. De inspectie handhaaft dan ook de positieve oordelen uit 2008. Een indicator was in 2008 nog onvoldoende, namelijk de analyse van de leerresultaten. Inmiddels heeft de school eigen doelen gesteld en is zij gestart met het systematisch evalueren van de leerresultaten. De inspectie merkt op dat het van belang is dat de school bij haar analyses goed voor ogen heeft welke vragen zij hiermee wil beantwoorden. Ook is het gewenst om de conclusies minder beschrijvend en meer inhoudelijk vorm te geven. In 2008 is de aandacht van de school voor burgerschap niet beoordeeld. De inspectie is van mening dat de school een duidelijke visie op burgerschap heeft en de invulling hiervan verantwoordt.
pagina 12 van 13
Kwaliteitsonderzoek De Súdwester | 3 februari 2011
3
Toezichtarrangement De Inspectie van het Onderwijs kent aan De Súdwester het basisarrangement toe. Dit betekent dat de inspectie op dit moment geen reden heeft om het toezicht te intensiveren. Naleving De inspectie concludeert tevens dat er geen tekortkomingen zijn in de naleving van de wettelijke voorschriften die zijn gecontroleerd.
pagina 13 van 13