RAADSINFORMATIEBRIEF Onderwerp:
Transitie jeugdzorg inkoop
Registratienummer:
00523307
Datum:
25 juni 2014
Portefeuillehouder:
M. Schlösser
Steller:
E. Meulman
Nummer:
RIB-MS-1407
1. Inleiding Per 1-1-2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor de zorg en ondersteuning aan jeugdigen. Dit is wettelijk verankerd in de Jeugdwet. Om vanaf 1-1-2015 ook daadwerkelijk deze ondersteuning te kunnen bieden, moet het inkooptraject voor jeugdhulp nu reeds gestart worden. Besluiten over inkoop betreffen een uitvoerend aspect van de transitie jeugdzorg en worden daarom aan het college voorgelegd en niet aan de raad. De inkooporganisatie gaat straks echter wel namens de gemeenten een behoorlijk bedrag uitgeven die de gemeenten van het Rijk gaat ontvangen. Daarom vind ik het belangrijk u te informeren over de keuzes die wij gemaakt hebben met betrekking tot inkoop. 2. Informatie De keuzes die wij gemaakt hebben over de inkoop van jeugdhulp, zijn gebaseerd op onder andere de volgende kaders: - Jeugdwet, waarin de verplichting is opgenomen een aantal vormen van jeugdhulp op regionaal niveau in te kopen (o.a. jeugdbescherming, jeugdreclassering, vorming AMHK en afspraken met de Raad voor de kinderbescherming); - Regionaal Transitiearrangement - 21 voor de jeugd - Beleidskader Jeugdhulp Peel 6.1 In het onderstaande model zijn alle zorgvormen gepositioneerd:
1
Lokaal De opvoedondersteuner valt onder de lokale verantwoordelijkheid. Inhoudelijk valt deze binnen de lokale netwerken en wordt (grotendeels) gefinancierd uit lokale welzijns- en jeugdgezondheidszorgbudgetten. Aansturing dient daarom lokaal georganiseerd te worden, evenals de inkoop en omvang. Peel 6.1 Op het niveau van de Peel worden de volgende (oude) zorgproducten ingekocht: - ambulante zorgvormen aan jeugdigen zonder verblijf, die nu onder de Awbz vallen; - vrijwillige en gedwongen ambulante zorg, die nu onder de provinciaal gefinancierde jeugdzorg vallen. Voor 2015 zal zich dit voor de Peel vertalen in de nieuwe zorgvormen Jeugd- en Gezinswerker en specialistische ondersteuning. De jeugd- en gezinswerkers worden Peelregionaal georganiseerd. De professionals zijn lokaal aan het werk, maar subregionaal worden taken, profielen, scholing en mandaten bepaald en de operationele aansturing georganiseerd. De ‘inkoop’ wordt Peelregionaal opgepakt, binnen de financiële kaders die de afzonderlijke Peelgemeenten jaarlijks meegeven. Bestuurlijk aanbesteden Voor de Peelregionale inkoop is besloten dat dit plaats gaat vinden op basis van het proces van bestuurlijk aanbesteden, analoog naar de inkoop Wmo Peel 6.1. Om te komen tot de vernieuwing in arrangementvorming en resultaatafspraken, wordt een flexibele houding gevraagd van gemeenten en hun partners. Alle partijen moeten bereid zijn om tot innovatieve arrangementen te komen. Bij een dergelijk proces past geen statische en traditionele manier van aanbesteden. De Peelgemeenten kiezen daarom voor het proces van ‘bestuurlijk aanbesteden’. Hiermee willen zij een open en transparant proces ingaan waarin ruimte is voor innovatie en commitment van betrokken partijen. Dit proces wordt
2
begeleid door Bureau Inkoop en Aanbestedingen Zuidoost-Brabant (Bizob). Bij bestuurlijk aanbesteden wordt in samenwerking tussen de gemeenten en de jeugdzorgaanbieders getracht tot een goed aanbod van jeugdzorg te komen. Daarvoor wordt allereerst een basisovereenkomst opgesteld, waarin de communicatie-, overlegen besluitvormingsstructuur wordt weergegeven. Deze structuur moet leiden tot zogenaamde deelovereenkomsten, waarin de verschillende zorgproducten worden vastgelegd. Kosten inkoopproces Bizob is betrokken bij het inkoopproces Peel 6.1. De gemeenten die aangesloten zijn bij Bizob (zo ook Deurne) ontvangen geen aanvullende factuur voor de inzet van Bizob. De gemeente Helmond ontvangt van Bizob een aparte factuur op basis van een offerte. Daarnaast wordt er externe deskundigheid ingehuurd voor het proces van bestuurlijk aanbesteden. De kosten daarvan bedragen € 18.500,=. Binnen Peel 6.1 is budget geraamd, waarbinnen deze kosten gedekt kunnen worden. Zuidoost-Brabant Op het niveau van Zuidoost-Brabant worden de volgende zorgproducten ingekocht: - Ambulante zorg aan kind en gezin: o ambulante jeugd-GGZ eerste lijn (generalistische basis-GGZ), wat nu onder de Zorgverzekeringswet valt (voor 1 jaar); o ambulante jeugd-GGZ tweede lijn zonder verblijf (specialistische GGZ), wat nu onder de Zorgverzekeringswet valt (voor 1 jaar); - Dagbehandeling: o AWBZ: zorg aan jeugd; o ZVW: jeugd-GGZ tweede lijn; o Provinciaal: verblijf deeltijd; - Behandeling met verblijf: o AWBZ: zorg aan jeugd met verblijf o ZVW: jeugd-GGZ tweede lijn met verblijf o Provinciaal: verblijf pleegzorg - Jeugdzorgplus: o Rijk: jeugdzorgplus (gesloten jeugdzorg) behandeling met verblijf - Jeugdbescherming en jeugdreclassering: o Provinciaal - AMHK: o Provinciaal - Crisisdienst: o Provinciaal: toegang. De keuze voor regionale inkoop op het niveau van Zuidoost-Brabant is gemaakt, omdat samenwerking binnen de regio efficiënter is. De inkoop geschiedt bij aanbieders die overwegend (boven)regionaal actief zijn. Regionale inkoop levert tijdwinst op en zorgt voor een sterke onderhandelingspositie. Het is efficiënter om met 21 gemeenten samen te werken in het borgen van de wettelijke zorgcontinuïteit in 2015, het vormgeven van de gewenste inhoudelijke transformatie in het sociaal domein en het kostenefficiënter inrichten van de jeugdzorg. Regionale inkoop door Eindhoven Het regionaal inkopen van deze vormen van zorg heeft het voordeel dat de zorgaanbieders waar de zorg ingekocht gaat worden, afzonderlijke subregio’s niet tegen elkaar kunnen uitspelen. Regionaal staan we sterker, wat de kans vergroot dat er voordeliger inkoopafspraken gemaakt kunnen worden. Daarnaast speelt ook het
3
tijdselement een rol: er rest ons weinig tijd tot 1 januari 2015 om zelf de inkoop Peelregionaal te organiseren. Gedurende de komende twee jaar kunnen we aan de hand van de opgedane kennis bepalen of we ook (delen van) de specialistische zorg zelf in willen gaan kopen. Het DVO (dienstverlenings- en samenwerkingsovereenkomst) regelt overigens dat we ook na een jaar (voor het jaar 2016) al kunnen beslissen om bepaalde vormen van hulp niet via hen in te gaan kopen. Bij het behandelen van ’21 voor de jeugd 2.0’ hebben bestuurders uit de regio met elkaar afgesproken Eindhoven te verzoeken een voorstel te maken voor het verzorgen van de inkoop. Er is aangegeven dat Bizob betrokken moest zijn; er is niet besloten Bizob te vragen eveneens een voorstel te doen. In april en begin mei heeft echter toch discussie plaatsgevonden om de betrokkenheid van Bizob omvangrijker en inhoudelijker te maken. Ook hebben de Peelgemeenten Bizob gevraagd een offerte in te dienen. Tijdens het bestuurlijk overleg op 27 mei hebben portefeuillehouders afgesproken dat de betrokkenheid van Bizob een fundamentele betrokkenheid dient te zijn. Synergie tussen inkoop Eindhoven en Bizob dient maximaal benut te worden, en de verantwoordelijken vanuit beide organisaties werken hierover concrete afspraken met elkaar uit om te komen tot een efficiënte inrichting van de inkoop. Uiteindelijk is toch besloten een dienstverlenings- en samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Eindhoven aan te gaan voor regionale inkoop Jeugdhulp. De gemeente Eindhoven is namelijk in staat direct met de inkoop van jeugdhulp te beginnen, wat gezien de tijdsdruk op dit traject noodzakelijk is. De gemeente blijft zelf bepalen welke en hoeveel producten ze afneemt. Beleidsmatige input van de deelnemende gemeenten op de uitvoering van de inkoop- en subsidieafspraken met leveranciers, is geborgd in de overlegstructuur van een stuurgroep en adviesgroep. De gunningsbesluiten en het afsluiten van de afzonderlijke contracten blijven bevoegdheden van de individuele gemeenten (inclusief de inzet van de budgetten). Kosten inkoopproces De bijdrage per gemeente wordt gemaximeerd tot 2 % van het macrobudget Jeugdzorg voor die vormen van jeugdzorg waarvoor de subregio binnen de keuzen van het cafetariamodel inkoopt. Dit is een maximale bijdrage, indien de kosten hoger uitvallen, neemt gemeente Eindhoven het risico op zich en draagt deze meerkosten zelf. Indien de kosten lager uitvallen, ontvangen gemeenten de minderkosten retour. 3. Vervolg Peelregio Het inkoopproces is gestart. De fysieke inkooptafel is gestart. Daarnaast krijgen de Peelgemeenten vanuit de Peelregio een advies over hoe hun budget in te zetten/te verdelen over de verschillende zorgvormen. Zuidoost-Brabant Nadat de DVO is geformaliseerd, neemt de inkooporganisatie de uitvoering ter hand. De inkooporganisatie is al nadat het verzoek aan de gemeente Eindhoven op 26 februari jl. is gedaan, aan de slag gegaan met de voorbereidingen. Vandaar dat de bijdrage van de gemeenten met terugwerkende kracht tot 1 april 2014 geldt. Voor 1 oktober 2014 moeten de contracten gesloten zijn. Partijen treden een jaar vóór het einde van deze overeenkomst met elkaar in overleg over een mogelijke verlenging.
4
Evaluatie De opdrachtnemer, gemeente Eindhoven, evalueert per kwartaal zijn ervaringen met de leveranciers. Hiertoe levert de opdrachtnemer per kwartaal gegevens aan met betrekking tot de uitvoering per individuele deelnemende gemeente. De opdrachtnemer gebruikt de door deelnemende gemeenten aangeleverde gegevens voor een jaarlijkse evaluatie van de Raamovereenkomsten. Wethouder M. Schlösser
5