gemeente Eindhoven
Raadsnummer 05.RI2I5.OOI inboeknummer oSbstoo64r Dossiernummer Sx8.4o8 8 mei soos
Raads informatiebrief Betreft inspraak Masterplan Bloemenbuurt-Zuid. 1 inleiding Bloemenbuurt-Zuid is een van de wijken die is aangewezen als integraal wijkvernieuwingsgebied. Op 10 juni 2002 hebben wij ingestemd met de startnotitie Bloemenbuurt-Zuid en werd de opdracht verstrekt om een Masterplan te ontwikkelen. Aanvullend op dit besluit wij hebben meegegeven dat aandacht voor de sociale dimensie van wijkvernieuwing, naast de aandacht voor het fysieke aspect, van groot belang is.
2 Probleemstelling ln de intentieovereenkomst met Domein (2003) is de opgave voor de integrale wijkvernieuwing voor de Bloemenbuurt-Zuid en het proces van totstandkoming beschreven. Nadat medio 2004 het sociaal plan door corporatie en bewoners is getekend, is de vaststelling van het Masterplan de volgende mijlpaal. Voordat het Masterplan ter vaststelling aan de raad kan worden aangeboden, dienen wij de gelegenheid te geven voor inspraak. Het voorliggende plan is in nauwe samenwerking met corporatie en bewonersorganisaties tot stand gekomen. Ook zijn op essentiele momenten de buurtbewoners geconsulteerd. Met het instemmen van het Masterplan, wordt het nu vrijgegeven voor inspraak. Het Masterplan is het resultaat van gezamenlijke planvorming en vormt tevens het kader voor het in de volgende fase uit te werken stedenbouwkundig plan, het bestemmingsplan, het inrichtingsplan openbare ruimte, het beeldkwaliteitplan en een haalbaarheidonderzoek voor een voorzieningencluster. Wij willen tegelijk met de inspraak voor het Masterplan de inspraak voor het toekomstige bestemmingsplan vrijgeven.
3 Wijze van aanpak Plangebied. Het plangebied wordt globaal gevormd door het woningbezit van Domein in de Bloemenbuurt-Zuid. Het gebied wordt begrensd door de Leostraat, de Roostenlaan,
Raadanummer 05.RI2I5.OOI
De eigendommen van Domein omvatten in februari 2003 301 vooroorlogse woningen en vijf woningen die in de jaren ’80 door de rechtsvoorganger van Trudo aan de Leostraat zijn gebouwd en die Domein met het oog op een integrale aanpak van de Bloemenbuurt-Zuid heeft overgenomen van Trudo. Voor deze vijf woningen geldt uiteraard niet dat de bouw- en woontechnische staat slecht is. Deze woningen zijn onderdeel van een blok van zeven woningen (Leostraat 67 t/m 79) dat midden tussen het vooroorlogs bezit van Domein ligt. Het handhaven van dit blok van zeven woningen staat op gespannen voet met de wens naar eenheid en samenhang in het plan en in de straatwand langs de Leostraat. Uitvoering van het Masterplan betekent dat deze zeven woningen gesloopt worden. Twee woningen in dat blok waren in februari 2003 particulier eigendom en werden bewoond door de eigenaar. Inmiddels is een van de twee particuliere woningen verworven door Domein. De eigenaar-bewoner van de andere woning heeft te kennen gegeven dat hij de besluitvorming over de plannen afwacht voordat hij met Domein gaat onderhandelen over de verkoop van zijn woning. De opgave.
Tijdens de analyse van de wijk bleek na uitgebreid onderzoek dat de woningen in de Bloemenbuurt-Zuid in dusdanige slechte bouw- en woontechnische staat verkeren, dat renovatie geen haalbaar scenario is. Vanaf februari 2003 is sloop en nieuwbouw van de eigendommen van Domein uitgangspunt voor vernieuwing. Daarnaast wordt door Domein, met het oog op de plankwaliteit, getracht om een aantal particuliere panden aan te kopen.
Integrale ontwikkelingsvisie. Alle woningen van Domein in de Bloemenbuurt-Zuid (ca. 300) worden gesloopt. Het streven is om een gelijk aantal woningen in de nieuwe situatie te realiseren. De ontwikkelingsvisie biedt dan ook ruimte aan circa 300 woningen. Uit de workshops en creatieve sessies met bewoners kwam naar voren dat de gevarieerde samenstelling van de bevolking en de warme, geborgen uitstraling van de bebouwing, de kernkwaliteiten zijn van de buurt. De gezamenlijke ambitie is om deze waarden vast te houden en te zorgen en dat de nieuwe Bloemenbuurt-Zuid beter en mooier wordt.
De nieuwe Bloemenbuurt-Zuid kent een grote variatie aan woningen. Grondgebonden woningen met tuinen in gesloten bouwblokken zijn leidend. Het straatbeeld in de nieuwe buurt krijgt een groen karakter door brede, rijk beplante lanen. In het openbare gebied is voldoende ruimte voor ontmoeten en spelen. De relatie met de Gerardusbuurt is door een rechte en open verbinding aangehaald. Het wordt een buurt uit een stuk, met behoud van de karakteristieke kenmerken. Het wonen aan de Leostraat krijgt een eigentijdse oplossing, het zal het visitekaartje van de Bloemenbuurt-Zuid zijn. De nieuwe Bloemenbuurt-Zuid past naadloos binnen de identiteit van Stratum. Een buurt die niet alleen in trek is bij de huidige bewoners van de Bloemenbuurt-Zuid, maar die ook nieuwe bewoners aantrekt.
Raadsnummer 05.RI2I5.00I
Dilemma Leostraat -> Duurzaam Veilig. Bij de keuze voor het ontsluitingssysteem speelt de discussie over het al dan niet
handhaven van de aansluiting van de parallelweg op de Leostraat een belangrijke rol. Enerzijds is er de nadrukkelijke wens van bewoners om het gemak van de huidige aansluiting te behouden, anderzijds is er de ambitie die door alle partijen gedragen wordt, om in te zetten op verbetering van woningen en woonomgeving, waaraan de bredere laanprofielen en het optillen van de woningen aan de Leostraat een cruciale bijdrage leveren. Doorslaggevende argumenten in dit dilemma zijn Duurzaam Veilig en meer woongenot. Het door de bewoners gewaarde gemak van een snelle ontsluiting richting stadscentrum wordt ingeruild voor een integraal ontwerp van een Duurzaam Veilig ingerichte woonomgeving. Op basis hiervan is in het Masterplan gekozen voor een ontsluitingsstructuur zonder aansluiting van de parallelweg op de Leostraat. Op de lange termijn wordt hiermee de verkeersveiligheid structureel verbeterd. Bij deze keuze hebben daarnaast ook argumenten met betrekking tot cultuurhistorie / beeldkwaliteit en planexploitatie een rol gespeeld. Zorg- en vvelzij nsvoorzieni ngen.
De Bloemenbuurt-Zuid wordt een levensloopbestendige buurt. Het realiseren van ’wonen-zorg-welzijn’ combinaties is daarom met speciale aandacht opgenomen in de plannen voor de nieuwe buurt. Aangezien de vraag naar zorg- en welzijnsvoorzieningen op een hoger schaalniveau speelt dan de Bloemenbuurt-Zuid gaat de voorkeur uit naar de omgeving Gerarduskerk (in plaats van de nieuwbouw). Tot aan 2007 zijn de (gemeentelijke) schoolgebouwen achter de Gerarduskerk en naast basisschool De Talisman (aan Geraniumstraat/ Begoniastraat) in gebruik als wisselschool-locatie voor heel de stad. Het voorstel is om vanaf dat moment de wisselschool-functie op te heffen en de locatie enkel nog in zetten voor Stratumse wijk- en buurtgerichte voorzieningen. ln het Masterplan is deze locatie dan ook als eerste keuze opgenomen. Aansluitend op de besluitvorming over dit Masterplan wordt in 2005 een haalbaarheidsstudie voor de concentratie van buurtgerichte voorzieningen rond de Gerarduskerk uitgevoerd, met als doel om een definitieve locatie aan te wijzen, de financiering te regelen en de feitelijke ontwikkeling tijdig te kunnen starten. Seri ngenstraat.
De orientatie van de Bloemenbuurt-Zuid is gericht op het Gerardusplein. Er ontstaat in het verlengde van de Seringenstraat een uitnodigende wandel/fietsroute die de buurt in een rechte (zicht) lijn met de kerk verbindt. In de ontwikkelingsvisie wordt uitgegaan van aansluiting op het particuliere eigendom aan het begin van de Seringenstraat. Als wens voor de toekomst (optie) is verbreding van het ’Gerarduspad’ tot de maatgevende rooilijn van basisschool De Talisman opgenomen. Invulling van deze optie is afhankelijk van vrijwillige medewerking van de particuliere eigenaren in de Seringenstraat. Gesprekken over verwerving zijn inmiddels door Domein gestart.
Raadsnummer 05.RI2I5.OOI
Inspraak ten behoeve van het bestemmingsplan. Voor de nieuwbouw in de Bloemenbuurt-Zuid dient het bestemmingsplan herzien te worden. De kaders uit het Masterplan zijn niet meegenomen in het bestemmingsplan Stratum buiten de Ring. Hiervoor dient dus een apart bestemmingsplan Bloemenbuurt-Zuid opgesteld te worden. Ten behoeve van deze wijziging van het bestemmingsplan dient inspraak georganiseerd te worden. Het college heeft besloten om gezien de mate van detaillering van het Masterplan en de mate van duidelijkheid die burgers in het Masterplan ten aanzien van de voorgenomen ruimtelijke ingreep in het Masterplan kunnen vinden, de inspraak voor het bestemmingsplan te combineren met de inspraak voor het Masterplan.
4 Besluit van college van burgemeester en wethouders Wij hebben: 1 ingestemd met de inhoud van het concept-Masterplan Bloemenbuurt-Zuid inclusief de keuze voor het niet meer aansluiten van de parallelweg op de Leostraat; 2 besloten het concept-Masterplan vrij te geven voor inspraak; 3 besloten de inspraak ten behoeve van het bestemmingsplan Bloemenbuurt-Zuid te combineren met de inspraak over het Masterplan; 4 besloten de (gemeentelijke) schoollocatie aan de Geraniumstraat! Begoniastraat vanaf 2007 te bestemmen als ontwikkelingslocatie voor buurtgerichte maat-
schappelijke doeleinden.
5 Ter inzage gelegde stukken 1 Masterplan Bloemenbuurt-Zuid. 2 Bijlage bij Masterplan Bloemenbuurt-Zuid: wegingsmatrix aansluiting Leostraat.
Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
C. Langerwerf, secretaris
BE05006813
Bijlage bij Masterplan Bloemenbuurt Zuid Wegingsmatrix aansluiting Leostraat. 1. Discussie over ontsluiting en woonkwaliteit. Een belangrijk aspect bij de wijkvernieuwing is de ontsluiting en de wegenstructuur in het toekomstige gebied. Dit is ook voor de bewoners een belangrijk issue. Het heeft te maken met de verkeerscirculatie, het woonklimaat, en de bereikbaarheid van de wijk, de mogelijkheid om de buurt uit/in te kunnen. De Bloemenbuurt is via de Gerardusbuurt aangesloten op de wijkontsluitingswegen, de Aalsterweg en de Leenderweg. Daarnaast is er vanuit de Bloemenbuurt een rechtstreekse aansluiting op de Ring (rondweg) via de parallelweg langs de Leostraat. Vanaf het kruispunt Aalsterweg ÃćâĆňâĂİ Leostraat kun je rechtsreeks van de
hoofdrijbaan via de parallelweg en de Anjelierstraat de buurt inrijden. Vanuit de buurt is het in de huidige situatie mogelijk om via de Anjelierstraat en de Bremstraat vanaf de parallelweg de uitvoegstrook van de Leostraat naar de Leenderweg op te rijden. In de praktijk betekent dit dat je gemakkelijk de stad in komt, ook tijdens de spitsuren. In het concept-Masterplan Bloemenbuurt-Zuid, dat in juli 2004 met de buurtbewoners is besproken, is uitgegaan van een andere verkeersoplossing. Dit om mogelijk te maken dat de woningen en het daarbij behorende verblijfsgebied ongeveer 1,5 meter op worden opgetild. De verwachting is dat dat een betere woonkwaliteit oplevert. De consequentie van de voorgestelde oplossing is echter ook dat de rechtstreekse aansluiting op de rondweg (Leostraat) vervalt. De vraag is nu welke belangen hierbij aan de orde zijn en hoe die tegen elkaar afgewogen moeten worden, en welke alternatieve oplossingen er zijn.
2. Varianten Vanuit de projectgroep Bloemenbuurt-Zuid is het initiatief genomen om alternatieven te onderzoeken. Met een werkgroep uit de buurt zijn 6 varianten op papier gezet. Uitgangspunt bij het bedenken van de alternatieven was dat de kwaliteiten van het masterplan overeind moesten blijven. Naast de "masterplanvariant" en een model waarbij de huidige situatie wordt gehandhaafd, zijn 4 varianten aangedragen waarbij de woningen langs de Leostraat worden opgetild en de aansluiting op de Leostraat wordt gehandhaafd. Een overzicht met de verschillende varianten is bijgevoegd.
Vervolgens is in de projectgroep afgesproken op basis van welke criteria de verschillende alternatieven beoordeeld moeten worden. De vraag is hoe zwaar de verschillende criteria ten opzichte van elkaar moeten wegen. Daarop wordt bij "De afweging" ingegaan. Voor een toelichting op de criteria zie onderstaand schema.
Schema beoordelin scriteria Hoofdcriterium
as ect
Toelichting
Verkeer
Auto-ontsluiting /snelheid
Op welke wijze is de buurt aangesloten op het wegennet; welke belemmeringen treden
Sluipverkeer
Inschatting van de gevoeligheid voor sluipverkeer en hoe waarschijnlijk is het dat daarvan hinder wordt ondervonden.
Verkeersveiligheid
Het gaat om een scala van zaken: scheiding van verkeerssoorten (motorvoertuigen, fietsers e
hierbi op. Het gaat hierbij primair om de auto-ontsluiting.
voetgangers), goede overgangen tussen verblijfgebieden en wegen met een stroomfunctie, een op het gebruik / snelheid afgestemde inrichting, zo min mogelijk conflictpunten. Als
voldaan wordt aan "duurzaam veilig" is voldaan aan de eis van verkeersveiligheid (gemeente beleid) Maar het is meer dan het toepassen van regels in de huidige situatie, er wordt ook
gekeken naar toekomstige (verkeers)ontwikkelingen. In het kader van veiligheid is ook gekeken naar de bereikbaarheid voor hulpdiensten.
Hoofdcriterium Parkeren
aspect
Toelichting
Halen parkeernorm
Er moeten voldoende parkeerplaatsen (zowel voor bewoners als bezoekers) zijn op de
Comfort, afstand tot voordeur
Waar liggen de parkeerplaatsen; hoe zijn ze te voet te bereiken vanuit de woning; hoe is de
gewenste afstand tot de woning. Hier zijn normen voor, waaraan de bouwplannen worden getoetst.
bereikbaarheid voor bezoek; bereikbaarheid van de woning voor rolstoelers of mensen die moeilijk ter been zi’n.
Woonkwaliteit
Ruimtebeslag, gevolgen voor kwaliteit in overig gebied
Het ruimtebeslag van de verkeersoplossingen verschilt. Dat heeft consequenties voor de ruimte die voor andere Functies overblijft en daarmee ook voor de kwaliteit van wonen en
woonomgeving. Verblijfskwaliteit buitenruirnte
De inrichting bepaalt of je er op straat kunt spelen, of het er aangenaam vertoeven is, welke
gebruiker de overhand heeft. De inrichting wordt op zijn beurt weer bepaald door de (verkeers) functie.
Uitzicht, beleving vanuit wonin Beeldkwa I(te)t
Ambitie op stedelijk niveau,
visitekaartje
Wat zie je vanuit de woning (groen, verharding, verkeersbeeld); hoe kijk je er tegen aan (opgesloten, ver uitzicht, van onder of van boven).
Doel van de wijkvernieuwing is een verbeterslag. De bioemenbuurt ligt prominent aan de ring (rondweg). Niet alleen de woningen (architectuur), maar ook de situering van de
woningen en de kwaliteit van de woonomgeving (stedenbouw en inrichting van de openbare ruimte) bepalen de mate waarin de ambitie waargemaakt kan worden. Hoe
draagt variant bi’ aan de versterking beeldkwaliteit
Cultuurhistorie (begeleiding
Door de monumentencomrnissie worden eisen gesteld aan het ontwerp van de woningen
Leostraat door wand
en de woonomgeving. Twee aspecten zijn van belang: buurt uit een stuk en de wandwerking langs de Leostraat. In welke mate draagt de variant bij aan het behoud c q. versterken van de cultuurhistorische waarden?
Planexploitatie
De oplossingen verschillen qua opbrengsten (meer of minder uitgeefbare grond,
Milieu (geluid, lucht)
Gelet op de situering aan de ring zijn bij de vergelijking van de varianten m.n. de
marktwaarde vastgoed) en qua kosten (meer of minder inrichtingskosten openbaar gebied, evt. extra maatre elen)
geluidbelasting van de woningen, het aantal geluidsbelaste woningen en de mate waaraan woningen aan luchtverontreiniging blootgesteld relevant. Van luchtkwaliteit zijn echter
onvoldoende gegevens bekend om hierover uitspraken te doen.
Door middel van een matrix (kruistabel) kan inzichtelijk gemaakt worden hoe de varianten op de beoordelingscriteria scoren. Door plusjes en minnetjes toe te kennen kunnen ze onderling vergelijkbaar gemaakt worden. Ook de verschillende vakspecialisten van Domein en de dienst Stedelijke Ontwikkeling en Beheer, die betrokken zijn bij het opstellen en de verdere uitwerking van het plan, hebben de matrix ter beoordeling voorgelegd gekregen. De waardering van de verschillende criteria bij de varianten is aangegeven in de "Wegingsmatrix". Vertrekpunt voor de afweging zijn de kwaliteiten die ten grondslag liggen aan het masterplan: ruimere, meer bijdetijdse woningen, verbetering verblijfskwaliteit openbare ruimte (lanen en talud langs Leostraat), betere stedenbouwkundige aansluiting op de (aerardusbuurt als
geheel. Tijdens de buurtconsultatie op 17 januari 2005 zijn de varianten als discussiepunt voorgelegd aan de bewoners en in kleine groepjes besproken. Op basis van het overleg met de buurtbewoners is in de projectgroep geconcludeerd dat het eigenlijk nog maar gaat om twee varianten: Variant 1: het masterplan in zijn oorspronkelijke vorm, waarbij de woningen en de straat die bij de woningen hoort zijn opgetild, de voet van het talud meteen bij de hoofdrijbaan van de Leostraat begint, maar de aansluiting van de parallelweg op de hoofdrijbaan is komen te vervallen;
Variant 2: de oplossing waarbij woningen, voetpad en fietspad wel worden opgetild, maar waarbij de parallelweg inclusief aansluiting op het huidige niveau wordt gehandhaafd; het talud begint naast de parallelweg en je kunt via trappartijen en/of hellingbanen vanaf de straat bij de stoep voor de woningen komen. Tijdens de buurtbijeenkomst in januari heeft een groot deel van de bewoners zich positief uitgesproken over deze variant. Maar net zo goed is het belang van de Lanen, als extra woonkwaliteit onderstreept. Uit de reacties spreekt grote zorg voor een goede en veilige ontsluiting van de buurt.
3. De varianten nader onder de loep genomen. Variant 1
Variant 2
"masterplanvarlant"
"meedagenvariant"
Parallelweg opgeald
Alleen letspad en woningen opgetild
ontsluiting via Aalsterweg en
Leenderweg
aansluiting Leostraat gehandhaafd
ale woningen met auto bereikbaar
zoals oorspronkelijk
g
masterplan (8 juli)
auto kan niet overal bij; trapjes!
Vuilniswagen en
PA+ )
hul pdiensten over fietspad
Deze variant kost veel extra ruimte
Een integrale beoordeling van de varianten betekent dat naast een beoordeling per criterium ook gekeken wordt hoe deze zich onderling tot elkaar verhouden. Gelet op de uitgesproken voorkeur van de bewoners voor de variant 2 is onderstaande motivering opgebouwd vanuit de vergelijking van beide varianten, waarbij ze tevens zijn getoetst aan het gemeentelijk beleid.
De vergelijking leidt tot de volgende overwegingen: uitgangspunten van duurzaam veilig. Er is nog geen besluit genomen om de snelheid op de rondweg te verlagen tot 50 km/u. Op dat moment zou er geen sprake zijn van strijdigheid. Echter gelet op de toename van het autoverkeer met gemiddeld 29b per jaar zal binnen 10 jaar de intensiteit van het verkeer zodanig zijn, dat de parallelweg uit een oogpunt van verkeersveiligheid alsnog afgesloten moet worden. Met andere woorden het is op korte termijn misschien een oplossing, maar ze is op de lange termijn niet houdbaar. Variant 1 voldoet weliswaar aan het uitgangspunt van duurzaam veilig, maar scoort duidelijk minder op "ontsluiting": op dit moment is het moeilijk om tijdens de spits vanuit de Gerardusbuurt toegang te krijgen tot de Aalsterweg en de Leenderweg. Kiezen voor variant 1 betekent dan ook dat daarmee tevens voor verbetering van de betreffende kruispunten wordt gekozen. In het verlengde daarvan dient tevens het opknappen van de verbindende route Kerstrooslaan-Winkelstraat-Gerarduslaan betrokken te worden, met name de fietsroute. woonkwaliteit: Vanuit "woonkwaliteit" is gekozen voor het optillen van de woningen. Beide varianten voldoen daaraan. Dat stelt bijzondere eisen ten aanzien van bereikbaarheid en toegankelijkheid van de opgetilde woningen. In variant 2 is er geen bevredigende oplossing voor huizen ter hoogte van de
uitvoegstrook waar het gaat om de autobereikbaarheid aan de voorzijde, bezoekersparkeren en de afvalinzameling. Omdat er helemaal geen auto’s boven op het talud staan, is in variant 2 het uitzicht vrijer en een verbetering ten opzichte van variant 1. Voor alle opgetilde woningen geldt in variant 2 dat de toegankelijkheid minder validen alleen aan de achterzijde kan worden gerealiseerd. Het hoogteverschil zal daar met hellingbanen opgelost moeten worden; dat is geen optimale oplossing. In variant 1 is de autobereikbaarheid van alle woningen aan de voorzijde geregeld, en daarmee ook de toegankelijkheid voor minder validen. woonkwaliteit: De plandragers van het plan zijn de lanenstructuur en de schakeling van buitenruimtes met verblijfskwaliteit. Die kwaliteiten zijn door de buurt volledig omarmd. Variant 2 kost meer ruimte. Dat gaat ofwel ten koste van de kavels of ten koste van de openbare ruimte, lees de lanen. Als gekozen wordt voor het handhaven van de kavels dan is de aantasting van dien aard, dat er sprake is van kwaliteitsverlies in de lanen. cultuurhistorie / beeldkwaliteit: De Bloemenbuurt is als geheel vermeld op de provinciale cultuurhistorische waardenkaart. De monumentencommissie hecht aan een goede begeleiding van de Leostraat met woonbebouwing. Er is een sterk beeld nodig. In beide varianten kan dit opgelost worden. Het groter aandeel verharding en de versnippering van het talud door de benodigde trapjes, kunnen afbreuk doen aan het beeld bij de variant 2; veel hangt af van de architectonische uitwerking. Stllanex loitatie: Zonder investering door de corporatie en zonder gemeentelijke bijdrage is dit plan niet te exploiteren. De raad van bestuur van Domein heeft aangegeven het huidige exploitatietekort acceptabel te vinden, met dien verstande dat bij de verdere uitwerking gezocht moet worden naar manieren om het planresultaat te optimaliseren. Bij de variant 2 komt het resultaat verder onder druk te
staan: minder opbrengsten omdat het uitgeefbaar oppervlak wordt verkleind en hogere investeringen nodig zijn(meer verharding, duurdere achterontsluiting). Indien het uitgeefbaar oppervlak gelijk wordt gehouden, leidt dat tot een aanzienlijke versmalling van de lanen, waardoor te veel wordt ingeleverd op de kwaliteit van de lanen. Het tekort op de planexploitatie verder laten oplopen is geen optie. In onderstaand schema is in de kolom "balans" met pijltjes aangegeven aan welke variant de voorkeur gegeven zou moeten worden op grond van het betreffende criterium. Met het symbool Âż is aangegeven dat de verschillen minimaal zijn, en op grond daarvan geen duidelijke voorkeur kan worden uitgesproken.
vergelijking varianten ontsluiting variant 1
variant 2
1 verkeer la auto-ontsluiting Dit betekent in alle gevallen omrijden (3 tot 5 /snelheid
minuten). In de spits moet op een normale manier
ingevoegd kunnen worden in het verkeer op de Leenderweg en de Aalsterweg (filedetectie).
Snelle ontsluiting naar centrum en rondweg in oostelijke richting. Voor ontsluitingen naar het zuiden en rondweg in westelijke richting geen verschil met variant 1. Doordat Brernstraat is vervallen moet er binnen de Bloemenbuurt via de
Anjelierstraat "omgereden" worden
1b sluipverkeer
Vrijwel uitsluitend bestemmingsverkeer in hele Gerardusbuurt. Wel bestemmingsverkeer via buurtwegen (Winkelstraat, Gerarduslaan). Voor
sluipverkeer minst aantrekkelijk.
1c verkeersveiligheid Voldoet aan duurzaam veilig: geheel in te richten
Zolang route niet "ontdekt" wordt geen reden tot ongerustheid. Aantallen zijn nu klein. Door invoering
tweerichtingenverkeer wordt deze route wel aantrekkelijker. Zeker bij een groei van het autoverkeer met 2% per ’aar.
Voldoet niet aan duurzaam veilig omdat 30 km gebied
als verblijfsgebied, scheiding van verkeerssoorten,
rechtsreeks wordt aangesloten op 70 km-weg met
geen conflictpunten.
stroomfunctie. Zodra de rondweg een 50 km-regime krijgt, geldt dit niet meer. Er gebeuren nu geen ongelukken op de aansluiting. De situatie is niet vergelijkbaar met andere
aansluitingen van parallelwegen op de ring, omdat geen alternatieve aansluitingen voorhanden zijn en het gaat om substantiele verkeersstromen. Het beleid is erop gericht om dit soort situaties terug te dringen. Via u-bocht wordt aansluiting ook gebruikt om in westelijke richting te rijden; dit kan wel
gevaarlijke situaties opleveren. Wat de inrichting van de lanen betreft geldt hetzelfde als bij variant 1; verkeerssoorten op
parallelweg goed gescheiden; aandachtspunt is hogere intensiteiten op Anjelierstraat.
De bereikbaarheid met hulpdiensten is minder voor de woningen ter hoogte van de uitvoeger en door het talud.
2 parkeren 2a halen parkeernorm zowel voor bezoekersparkeren (parallelweg) als voor eigen parkeerbehoefte goed opgelost.
Bezoekersparkeren op parallelweg, behalve voor het gedeelte langs de uitvoeger van de Leostraat. Daarvoor moet het dus
aan de achterzijde opgelost worden. Dat betekent dat het
binnenterrein dat oorspronkelijk alleen voor bewonersparkeren was gedacht, nu ook voor
bezoekersparkeren en verhuiswagen/vuilniswagen toegankelijk moet zijn. 2b comfort, afstand tot Bezoekersparkeren (12 tot 15 pp.)op gelijk niveau
voordeur
Bezoekersparkeren (8 tot 12 pp.) op parallelweg onder aan het
met voordeur in parkeerblokken op korte afstand;
talud. Hoogteverschil moet met trapjes overbrugd worden.
bewonersparkeren achterom waarbij hoogteverschil
Voor een deel zal ook het bezoekersparkeren achterom
overbrugd moet worden (kan hier met
geregeld moeten worden (uitvoeger). In alle gevallen moet de
hellingbanen)
bereikbaarheid voor minder validen achterom via
hellingbanen gerealiseerd worden.
criteria
variant 1
variant 2
woonkwaliteit ruimtebeslag;
Ten opzichte van de huidige situatie verschuift de
gevolgen voor
rooilijn minimaal naar achteren. Namelijk de maat
kwaliteit in overig die je nodig hebt voor het talud. Binnen deze
gebied
oplossing is extra ruimte bij Gerarduspad-Leostraat en de kwaliteit van de brede lanen te realiseren (zie
verkavelingvoorstellen Geerse).
Ten opzichte van de huidige situatie wordt het profiel verbreed met de ruimte die je nodig hebt voor het talud en het fietspad. Het ruimteverlies t,o.v. de masterplanvariant is de breedte van het voetpad + fietspad + berm (ca. 4,5 m.) Ter
hoogte van de uitvoeger kan het profiel iets geknepen worden (breedte van parkeervak), maar dat moet aan de achterzijde
gecompenseerd worden. De extra benodigde ruimte gaat ofwel ten koste van de tuinen of ten koste van de breedte van de lanen (18 m. in plaats van 20 m.)
Daar komt bij dat er in het blok ter hoogte van de uitvoeger,
ruimte gevonden moet worden om het bezoekersparkeren en
bereikbaarheid voor verhuiswagen en vuilniswagen te regelen. Je wint iets aan de voorzijde, maar er is meer ruimte op het
binnenterrein nodig. Om die ruimte sociaal veilig te krijgen
(wordt immers openbaar toegankelijk) is eveneens extra ruimte nodig. 3b verblijfskwaliteit Inzet van het masterplan is een maximale
buitenruimte
verbeterslag van de openbare ruimte: van straten die nu volledig door ’blik’ in beslag genomen zijn,
maar ruime verblijfsgebieden, met veel
Het verschil met variant 1is minimaal. Ook hier wordt het ’blik
op straat’ teruggedrongen. M.u.v. de woningen bij de
uitvoeger, liggen alle woningen nog iets verder terug ten opzichte van de Leostraat. Bij de inrichting van de laaggelegen
gebruiksmogelijkheden en zo min mogelijk ’blik op
parallelweg zal de verkeersfunctie dominanter zijn dan de
straat’. Door extra ruimte voor de woningen en het
verblijfsfunctie. De kwaliteit van de lanen komt mogelijk wel
hoogteverschil wordt ook een aanzienlijke
onder druk (zie 3a).
verbetering van het woonklimaat aan de Leostraat bereikt. 3c uitzicht, beleving De woningen zijn zover opgetild dat je over
vanuit woning
Niet beter of slechter: de auto’ s(bezoekersparkeren) staan nu
personenauto’s heen kijkt. Je bent als het ware
weliswaar onder aan het talud en de afstand tot de Leostraat is
verheven boven de drukte, de auto’s rijden niet over
groter, maar de aanblik van de straat is steniger.
je heen. Er komt meer groen in het straatbeeld. Een
beperkt aantal auto’s voor bezoekersparkeren
komen boven o het talud in parkeerblokken.
beeldkwaliteit 4a ambitie op stedelijk Door een eenduidig en samenhangend beeld van
niveau, visitekaartje talud en straatwand, wordt het gewenste beeld
Idem, met dien verstande dat het effect doordat er een
parallelweg met geparkeerde auto’s tussengeschoven is en
versterkt. Uiteraard is het eindresultaat voor een
omdat het beeld ter hoogte van de uitvoeger weer anders is,
belangrijk deel afhankelijk van de nog in te vullen
minder sterk zal zijn. Bovendien zal de aanblik vanaf de
architectuur. Het wordt een gebaar, direct grenzend
Leostraat steniger zijn.
aan de Leostraat. De toevoeging van groen maakt
het beeld ri’ker.
4b cultuurhistorie
De situatie anno 2005 vraagt om andere
De varianten verschillen weinig van elkaar. Doordat de wand
(begeleiding
oplossingen dan in de jaren twintig van de vorige
Leostraat door
eeuw. Het grote gebaar, het ’Gesa mmtkunstwerk’
wand )
kan worden gerealiseerd. De toevoeging van groen
vraagt tevens om de inzet van meer (kostbare)
appelleert eveneens aan de groene inrichting van
ontwerpmiddelen om het beeld even sterk als variant 1 te maken.
destijds.
wat verder terugligt, is een hogere bebouwing wenselijk. Het huidige beeld van een brede plan verharding blijft gelijk. Dit
criteria pia nexploitatie
variant 1
De masterplan-variant is uitgangspunt geweest bij het opstellen van de planexploitatie. Gezien het
variant 2 M in twee opzichten ongunstiger als de masterplanvariant: 1. Het uitgeefbaar gebied wordt kleiner er van uitgaande dat
grote tekort is door Domein aangegeven dat er nog
de extra weg ruimte kost die niet ten koste van de kwaliteit van
een optimaliseringslag dient plaats te vinden. Dat is
de lanen mag gaan;
alleen mogelijk door het uitgeefbaarheidspercetage
2. de kosten van de aanleg openbaar gebied zijn hoger (meer
te verhogen dan wel de kosten te verlagen.
verharding, duurdere parkeeroplossing deel bij uitvoeger, extra maatregelen t.a.v. sociale veiligheid duurdere inrichting
parallelweg). milieu (geluid, lucht)
Door het optillen van de woning en een grotere afstand t.o.v. de Leostraat wordt de situatie ten
Âż Nagenoeg geen verschil: de afstand van het merendeel van de woningen t.o.v. de ring is groter (m.u.v. de woningen bij de
opzichte van de huidige iets verbeterd. Dat neemt
uitvoeger); dat voordeel wordt echter weer tenietgedaan door
niet weg dat er met een ontheffing hogere waarden
de extra verharding van de parallelweg (weerkaatsing, meer
geluid moet worden gewerkt.
verkeer)
4. Aanvullende overwegingingen. Veiligheid Het berijden van het fietspad voor de woningen langs op talud niveau. Bewoners van de Leostraat lieten tijdens de infoavond al een kritisch geluid horen. Op dit moment wordt de parallelweg al in twee richtingen bereden door langzaam verkeer waarbij het verkeer (vanaf de Leenderweg) over het trottoir rijdt. Aangezien de woningen geen voortuin hebben rijden ze pal langs de voordeuren. Dit leidt tot gevaarlijke situaties/bijna ongelukken.
Toegankelijkheid/bereikbaarheid. Indien de woningen ook aan de Leostraat toegankelijk moeten zijn, zal vanaf de parallelweg het niveauverschil overbrugd moeten worden door middel van trapjes. Dit is niet (minder) geschikt voor mensen die moeilijk ter been zijn of rolstoelafhankelijk zijn. Met de toenemende vergrijzing dient hiermee rekening gehouden te worden. Autonome toename van het verkeer. De toename van het verkeer is voor de toekomst geprognosticeerd op 296 per jaar. Indien deze prognose uitkomt (waar het gelet op de toename in de afgelopen jaren naar uitziet) dan kan men verwachten dat het verkeer op de ring ( Leostraat) zodanig toeneemt dat het invoegen op de ring steeds problematischer wordt waardoor de verkeersveiligheid in het geding komt. Invoegen vanaf de parallelweg gaat dan onverantwoorde vorm aannemen. Op grond hiervan kan besloten worden om de parallelweg alsnog af te sluiten. Het gevolg hiervan zal zijn dat de parallelweg geen functie meer heeft en de vorm (ruimtebeslag) zoals die aangelegd is niet is om te bouwen tot een (doodlopend) weggedeelte met een duidelijke functie. Dan ben je en het gemak van de aansluiting en de hogere woonkwaliteit kwijt. De verkeerstoename zal ook tot gevolg hebben dat het verkeer dat via de Anjelierstraat de parallelweg gebruikt toeneemt hetgeen ten koste zal gaan van de verblijfskwaliteit van de bewoners in de Anjelierstraat en Leostraat.
5. Nadere toelichting op wijze van afwegen Het maken van een afweging is meer dan het constateren van verschillen. Bij de beschrijving van de verschillen is het mogelijk om dit zo veel mogelijk te objectiveren Als het gaat om het maken van een afweging, is het noodzakelijk om aan te geven welke belangen zwaarder moeten wegen. Bij een bestuurlijke afweging zal de wens van de burger een zwaarwegend belang zijn. Het bestuur heeft echter ook een eigen
verantwoordelijkheid, als bewaker van het algemeen belang. Daarbij speelt het overeind houden van het eerder geformuleerd beleid (consistentie van beleid), en de toekomstwaarde van een gekozen oplossing een minstens zo grote rol. De keuze spitst in belangrijke mate toe op bereikbaarheid en woonkwaliteit. De wijze waarop vorm is gegeven aan woonkwaliteit in de Bloemenbuurt, wordt door iedereen onderschreven. Door de huidige bewoners wordt groot belang gehecht aan een snelle ontsluiting van de buurt naar de stad. Zij hebben bezwaar tegen het vervallen van de aansluiting van de parallelweg op de ring. De ontsluiting van de wijk zal in dit geval moeten plaatsvinden via de Leenderweg en de Aalsterweg. De aansluitingen van de Gerarduslaan op de Aalsterweg en de Kerstrooslaan op de Leenderweg worden door de bewoners als knelpunten gezien. Hoewel de knelpunten niet geheel weggenomen kunnen worden is het wel mogelijk om het oprijden vanuit de buurt op de wijkontsluitingswegen Aalsterweg en Leenderweg aanzienlijk te verbeteren. Dat kan gezien worden als gedeeltelijke compensatie van het wegvallen van de aansluiting bij de Leostraat. Blijft dat bewoners van de Bloemenbuurt in die situatie, tijdens de spits zullen moeten aansluiten in de file. Dat geldt overigens voor het merendeel van de bewoners van Eindhoven. Ook de route tussen deze twee kruispunten, Gerarduslaan ÃćâĆňâĂİ Gladiolusstraat ÃćâĆňâĂİ Winkelstraat ÃćâĆňâĂİ Kertsroosplein, zal in relatie tot de
ontwikkelingen in Bloemenbuurt-Zuid worden bekeken en desgewenst worden herzien zodat deze route door het langzaam verkeer, die veelvuldig deze route gebruikt, optimaal en veilig kan worden gebruikt.
6. Conclusie: Er is sprake van een bestuurlijk dilemma: meegaan met de wens van de bewoners en genoegen nemen met een lagere woonkwaliteit, of vasthouden aan de beleidsuitgangspunten bij de integrale wijkvernieuwing en het vervallen van de door de bewoners gewaardeerde aansluiting op de Leostraat. Gelet op bovenstaande overwegingen wordt voorgesteld om te kiezen voor de variant 1.
Ik/wn 20050225
WEGINGSMATRIX VERKEERSONTSLUITING BLOEMENBUURT-ZUID nul-variant:
masterplan variant
kortsluitvarianti ’maximumvariant
handhaving huidige optillen parallelweg gedeeltelijk optillen
optillen ventweg, aansluiten
stratenpatroon en zonder aansluiting ventwegen aansluiten op uitvoeger en ontslumng rooilijnen
op uitvoeger
meerlagen variant:
trappenvariant:
optillen fietspad, ventweg hoogteverschil in woning; op niveau Leostraat
alle woningen
fietspad en ventweg op nweau Leostraat
0 ++
0
0 2l>
comfort, afstand tot voordeur
++
woonkwalitelt 3a ruimtebeslag; gevolgen voor
++
kwaliteit ln overig gebied 3b verblijfskwaliteit buitenruimte
++
3c uitzicht, beleving vanuit
beeldkwaliteit ++
visitekaa rt’e
4b cultuurhistorie (begeleiding Leostraat door wand )
5 planexploitatie 6 (milieu (geluid, lucht)
++
0
woning
4a ambitie op stedelijk niveau,
++
0