QUINOA (CHENOPODIUM QUINOA): DEMONSTRATIEVE RASSENPROEF Proefcode:
OL14 QURS01
In opdracht van:
QUINOBEL François GILBERT de CAUWER
Door:
PCG vzw Karreweg 6 B-9770 Kruishoutem Tel ++ 32 (0)9 381 86 86 Fax ++ 32 (0)9 381 86 99
[email protected]
Proefverantwoordelijke: Studieverantwoordelijke: Directeur:
Annelien Tack Saskia Buysens Bruno Gobin
Datum:
30 maart 2015
Studieverantwoordelijke Dr. ir. S. Buysens
Directeur Dr. B. Gobin
PCG vzw - Karreweg 6 - 9770 Kruishoutem - T 09 381 86 86 - F 09 381 86 99 www.pcgroenteteelt.be -
[email protected] BTW: 0416.682.702 - IBAN: BE87 1032 0465 3294 - BIC: NICABEBB - RPR: Oudenaarde
Abstract Quinoa (Chenopodium quinoa) is een eenjarige plant uit de amarantenfamilie. Dit gewas komt van nature voor in Zuid-Amerika. De plant wordt gekweekt voor zijn zaden die geconsumeerd kunnen worden zoals rijst of couscous. Door kruisingen zijn rassen ontstaan die bestand zijn tegen de Europese klimaatomstandigheden. De teelt van quinoa in België was tot vorig jaar zo goed als onbestaande. In 2014 werd op het PCG een eerste demonstratieve rassenproef uitgevoerd om kennis te maken met deze nieuwe teelt. De 3 rassen die aangelegd werden in de proef werden in Nederland veredeld door de universiteit van Wageningen en werden ter beschikking gesteld door het bedrijf ‘Quinobel’ dat het verdeelrecht heeft van de zaden in België. Atlas is in deze proef duidelijk vroeger en uniformer wat betreft opkomst dan Pasto en 34C2. Ook wat betreft opbrengst scoort Atlas het best. Pasto haalt de tweede hoogste opbrengst, maar rijpt duidelijk trager af dan de andere twee rassen. Jessie haalt de laagste opbrengst en wordt in deze proef gekenmerkt door een erg ongelijkmatige afrijping van de zaden.
Figuur 1 en 2 : Gewasstand op 30/06/2014 (links) en 17/7//2014 (rechts)
RAP_OL14 QURS01 Pagina 2 van 7
Inhoud 1
Inleiding ....................................................................................................... 4
2
Materiaal en methoden ................................................................................. 4 2.1 Objecten .................................................................................................. 4
3
2.2
Proefdesign .............................................................................................. 4
2.3
Draaiboek ................................................................................................ 5
2.4
Proefveld / infrastructuur ........................................................................... 5
2.5
Beoordelingsmethode ................................................................................ 5
2.6
Statistische analyse ................................................................................... 5
Resultaten en bespreking ............................................................................. 6 3.1 Resultaten ................................................................................................ 6 3.2
Validiteit van de resultaten ......................................................................... 6
3.3
Bespreking ............................................................................................... 6
4
Besluit .......................................................................................................... 7
5
Samenwerking ............................................................................................. 7
Figuur 3 en 4 : Gewasstand op 15/09/2014
RAP_OL14 QURS01 Pagina 3 van 7
1
Inleiding
Quinoa (Chenopodium quinoa) is een eenjarige plant uit de amarantenfamilie (Amaranthaceae). Dit gewas komt van nature voor in Zuid-Amerika. De plant wordt gekweekt voor zijn zaden die geconsumeerd kunnen worden zoals rijst of couscous. Door kruisingen zijn rassen ontstaan die bestand zijn tegen de Europese klimaatsomtandigheden. De teelt van quinoa in België was tot vorig jaar zo goed als onbestaande. In 2014 werd op het PCG een eerste demonstratieve rassenproef uitgevoerd om kennis te maken met deze nieuwe teelt. De 3 rassen die aangelegd werden in de proef werden in Nederland veredeld door de universiteit van Wageningen en werden ter beschikking gesteld door het bedrijf ‘Quinobel’ dat het verdeelrecht heeft van de zaden in België. 2
Materiaal en methoden
2.1 Objecten De rassen werden ter beschikking gesteld door François Gilbert de Cauwer die eigenaar is van de licentie voor het gebruik van deze rassen in België. Object
Ras
1 2 3
Atlas Pasto Jessie
2.2 Proefdesign Proefdesign Aantal parallellen Aantal objecten Plotoppervlakte (m²) Lengte plot (m) Breedte plot (m) Proefplan 3,1 2,1 1,1
1,2 3,2 2,2
G1
G2
RAP_OL14 QURS01 Pagina 4 van 7
Demonstratieve rassenproef 2 3 21 12 1,75
2.3 Draaiboek 06/06/2014 01/08/2014 03/10/2014 03/10/2014 20/10/2014 26/01/2014
Zaai Bemesting Oogst object 3.1 Oogst object 1.2 Oogst object 2.2 Opbrengstbepaling
2.4 Proefveld / infrastructuur Gemeente Land Locatie proef Voorgaande teelt Ras (+zaadhuis) Teeltsysteem Zaaispecificaties
Kruishoutem België PCG, blok G bed 1 en 2 Hennep Zie proef beddenteelt 5 rijen per bed, ±25 cm tss de rijen, 1 cm in de rij, 1 à 2 cm diep Tabel 1: Bodemanalyse BDB/BLGG
Datum 06/03/2013
Diepte (cm)
Grondsoort
0-30cm
zand
pHKCl
%C
6,0
1,2
P K Mg Ca (mg/100 g droge grond) 38
22
15
Na
135
1,5
Tabel 3: Bemesting Datum
Hoeveelheid Meststof (kg/ha)
Samenstelling meststof (%) N P2O5 K 2O MgO
01/08/2014
1111
9
Ecomix 9-3-3
3
3
2.5 Beoordelingsmethode Het gewas vertoonde een erg ongelijkmatige opkomst. Het perceel waarop de proef aanlag werd gekenmerkt door een erg onregelmatige bodemstructuur, dit is waarschijnlijk de belangrijkste reden voor de onregelmatige opkomst. Daarom werd beslist om van elk ras slechts een beperkte oppervlakte (10,5 m²) te oogsten waar de planten goed opgekomen waren om zo de opbrengst van de 3 rassen indicatief te kunnen vergelijken. De planten werden boven de grond afgesneden en werden in doeken omhoog gehangen om verder aan de lucht te drogen. Vervolgens werden de graantjes losgemaakt van de aren door schudden en wrijven. Uiteindelijk werd de bekomen opbrengst opgezuiverd aan de hand van verschillende zeefbehandelingen. 2.6 Statistische analyse Aangezien het ging om een verkennende proef werd de proef slechts in 2 parallellen aangelegd en kan er geen statistische analyse uitgevoerd worden op de resultaten.
RAP_OL14 QURS01 Pagina 5 van 7
3
Resultaten en bespreking
3.1 Resultaten Ras Atlas Pasto Jessie
Vroegheid
Uniformiteit
Netto opbrengst
Netto opbrengst
8,3 6,8 7,0
7,3 6,5 6,3
275,6 212,6 173,3
2,8 2,1 1,7
Gemiddelde 7,3 6,7 220,5 2,2 1= laat heterogeen g/m² ton/ha vroeg 9= uniform *De netto opbrengst geeft het gewicht weer van de zaden na opzuivering door zeven. Hierin bleef uiteindelijk wel nog een kleine fractie onzuiverheden aanwezig.
3.2 Validiteit van de resultaten Elk ras werd slechts in twee herhalingen uitgetest in de proef. Wegens ongelijkmatige opkomst werd maar één herhaling van elk ras geoogst en werd maar van een beperkte oppervlakte de opbrengst bepaald. Er moet daarom voorzichtig omgegaan worden met de resultaten. De opbrengstgegevens geven slechts een indicatie van het verschil tussen de rassen, er werd geen statistische analyse uitgevoerd. 3.3 Bespreking Bij opkomst kon een duidelijk verschil waargenomen worden tussen Atlas en de andere twee rassen. Het ras Atlas kwam duidelijk vroeger op en stond uniformer dan Pasto en Jessie. Gedurende de eerste weken van de teelt werd regelmatig onkruid verwijderd door tussen de rijen te rolschoffelen. In de rij werd manueel gewied. Eenmaal het gewas toegegroeid was kon het onkruid relatief goed onder controle gehouden worden. Dit was voornamelijk het geval bij Atlas door zijn snelle opkomst en uniforme gewasstand. Bij Pasto en Jessie moest meer gewied worden door de tragere opkomst van het gewas. Het onkruid kon zich in deze rassen beter vestigen. Op plaatsen waar het gewas niet goed opkwam moest gedurende de volledige teelt aandacht besteed worden aan het beheersen van het onkruid. Atlas haalde in de proef de hoogste opbrengst, Jessie de laagste. Bij het ras Jessie leek de afrijping heel ongelijkmatig te gebeuren binnen het proefobject. De rassen Atlas en Jessie waren duidelijk vroeger rijp dan het ras Pasto. Pasto werd 17 dagen later geoogst dan de andere twee rassen.
RAP_OL14 QURS01 Pagina 6 van 7
4
Besluit
Atlas is in deze proef duidelijk vroeger en uniformer wat betreft opkomst dan Pasto en Jessie. Ook wat betreft opbrengst scoort Atlas het best. Pasto haalt de tweede hoogste opbrengst, maar rijpt duidelijk trager af dan de andere twee rassen. Jessie haalt de laagste opbrengst en wordt in deze proef gekenmerkt door een erg ongelijkmatige afrijping van de zaden. 5
Samenwerking
Deze proef werd uitgevoerd in samenwerking met François Gilbert de Cauwer van het bedrijf Quinobel.
RAP_OL14 QURS01 Pagina 7 van 7