Palliatieve zorg Onderdeel: Palliatieve verpleegkunde
Naam: Sanne Terpstra Studentennummer: 500646500 Klas: 2B2
Inhoudsopgave Inleiding
Blz 2
Verpleegkundige diagnoses
Blz 3
Beoogde resultaten
Blz 3
Interventies
Blz 3
Argumentatie
Blz 3
Kenmerken van palliatieve verpleegkunde
Blz 4
Bronvermelding
Blz 5
1
Inleiding Als afsluiting van het vak palliatieve verpleegkunde moet ik deze toets maken. Ik begin met twee verpleegkundige diagnoses vanuit de toetscasus. Vanuit deze diagnoses ga ik de beoogde resultaten uitwerken. Hieruit ga ik interventies kiezen en de argumentatie waarom ik juist voor deze interventies kies. Als laatste ga ik vier kenmerken uitwerken van de palliatieve verpleegkunde.
2
Verpleegkundige diagnoses Uit de toetscasus kwam ik deze twee verpleegkundige diagnoses tegen die ik uitwerk via de PES structuur. P: Ondervoeding E: Blaascarcinoom, operatie heup, decubitus, ouderdomsdiabetes. S: Dhr. heeft weinig eetlust, Dhr. is af en toe misselijk, Dhr. zijn voedingstoestand is onvoldoende, Dhr. is afgevallen, pijn. P: Vermoeidheid E: Blaascarcinoom, ouderdomsdiabetes, ondervoeding, S: Dhr. slaapt ‘s nachts niet zo veel, Dhr. valt soms overdag in slaap, Dhr. ligt grotendeels in bed.1 Ik heb voor deze diagnoses gekozen omdat ondervoeding een ernstig probleem is dat snel behandelt dient te worden. Zijn vermoeidheid zorgt voor moeite met mobiliseren. Beide zorgen voor verslechtering van zijn gezondheid.
Beoogde resultaten Dhr. zijn voedingsinname is afgestemd op zijn voedingsbehoefte binnen 1 week. Uitleg: Dhr. zijn voedingstoestand is voldoende. Hierdoor heb ik ervoor gekozen om Dhr. zijn voedingsbehoefte af te stemmen op zijn voedingsinname. Want door zijn blaascarcinoom, decubitus en heup operatie heeft Dhr. een verhoogde voedingsbehoefte. De huidige voedingsinname is onvoldoende. Dhr. slaapt minimaal 6 tot 8 uur in de avond binnen 2 weken. Uitleg: Dhr. slaapt ’s nachts niet zo veel en valt soms overdag in slaap. Zijn dag en nacht ritme is omgedraaid. Daardoor moet Dhr. in de avond slapen. Hiernaast wordt gezegd dat Dhr. weinig slaap daarom heb ik gekozen om te streven naar 6 tot 8 uur slaap.
Interventies Domein 1, klasse F, 1803 Ondersteuning bij de persoonlijke zorg: eten. Uitleg: Dhr. zoveel mogelijk ondersteunen bij zijn eten. Bijvoorbeeld zorgen voor een gezellige sfeer tijdens het eten of serveren van eten dat Dhr. lekker vindt. Tevens zou er geraadpleegd moeten worden bij een diëtiste die kan bepalen wat Dhr. zijn voedingsbehoefte is. Hierop kan er een dieet worden gegeven. Hiernaast is het erg belangrijk om een voedingsinname schema bij te houden. Hierop staat op wat Dhr. eet en zo kan Dhr. zijn voedingstoestand gecontroleerd worden.2 Domein 1, klasse F, 1850 Bevordering van de slaap. Uitleg: Dhr. moet geholpen worden bij een goed dag en nachtritme. Hiernaast bij het krijgen van voldoende slaap. Er kan gekeken worden naar of de medicijnen die Dhr. slikt of deze effect hebben op de slaap. Hiernaast of de omgeving waarin Dhr. slaapt voor hem prettig is om in te slapen. 2
3
Argumentatie Dhr. bevindt zich in de palliatieve fase en zijn gezondheid verslechtert door te weinig eten en slecht slapen. Bij zijn blaascarcinoom, zijn ouderdomsdiabetes, zijn heupoperatie en zijn decubitus is een goede voedingsinname nodig om zo min mogelijk complicaties te krijgen. Vooral zijn decubitus kan genezen worden door een verbeterde voedingsinname. Bij zijn ouderdomsdiabetes kunnen minder complicaties verwacht worden als er voldoende voedingsinname is. Ouderdomsdiabetes kan tevens zorgen voor meer vermoeidheid. Zijn heupoperatie wond herstelt beter bij een voldoende voedingsinname. Een verbetert slaappatroon kan meer energie opleveren waardoor Dhr. hierdoor misschien beter kan te mobiliseren is. Mobiliseren zal helpen bij het herstellen van de decubitus.1,2
Kenmerken palliatieve verpleegkunde Belang van het levensverhaal Aan het einde van iemands leven kan het belangrijk zijn voor diegene om terug te kijken op zijn of haar leven. Reflecteren op het eigen leven kan troost bieden, kan ouderen en jongeren helpen omgaan met beperkingen, en kan bijdragen aan zingeving en goed sociaal contact. De levensverhalen kunnen een bron van informatie zijn voor bijvoorbeeld medici, hulpverleners, loopbaan-begeleiders en mantelzorgers. Het levensverhaal is een vorm van afsluiting. Misschien kunnen zij zo hun leven positief afsluiten of voldoening halen uit hun leven, uit wat al is geweest of wat nog kan komen.3 Impact op mezelf: Ik vind levensverhalen erg belangrijk. Jouw verhaal geeft een indruk van wie jij was, in welke tijd jij leefde en met wie. Tevens zijn levensverhalen een bron van informatie over de persoon in kwestie en bijvoorbeeld de zorg die hij of zij heeft ontvangen. Impact familie: Door het levensverhaal kan het voor de familie ook een manier zijn om af te sluiten. De familie kan hierdoor meer begrip krijgen over de situatie. Tevens kan het dienen als een vorm van terugblikken ook al is de patiënt reeds overleden. Impact patiënt: Zoals al eerder beschreven is, kan het levensverhaal troost bieden, kan ouderen en jongeren helpen omgaan met beperkingen, en kan bijdragen aan zingeving en goed sociaal contact. Transities Dit betekent letterlijk de passage van de ene toestand naar de andere. Transities zijn overgangen van de ene levensfase, fysiek of psychische gesteldheid of van de ene sociale rol naar de andere, die het normale leven tijdelijk ontwrichten en om aanpassing vragen. Er zijn vier verschillende transities: ontwikkelingstransities, situatiegebonden transities, transities in gezondheid of ziekte en organisatietransities.4 Impact op mezelf: In ieders leven heb je te maken met transities dus ook het mijne. Denk hier aan de overgang van basisschool naar middelbare school of van een vaste relatie naar alleenstaand. Deze transities hebben veel impact gehad op mijn leven en waren voor mij het begin van iets nieuws. Daarom zijn transities iets negatiefs want het is het einde van iets en iets positiefs omdat het een begin is van iets. Impact familie: De familie kan ook betrokken worden in een transitie. Het kind dat op zich zelf gaat wonen of de moeder met jonge kinderen die chronisch ziek wordt. Een transitie grijpt namelijk diep in op het leven van iemand en diens omgeving. Impact patiënt: Voor de patiënt geldt hetzelfde als voor mezelf en de familie. Het is een keerpunt is zijn of haar levensloop en zal gepaard gaan met veel veranderingen. Dit vraagt veel aanpassing van de patiënt.
4
Rouwproces in cultureel perspectief Door de instroom en vergrijzing van migranten krijgt de Nederlandse gezondheidszorg in toenemende mate te maken met allochtone patiënten die palliatieve zorg nodig hebben. Hiermee krijgen we steeds meer te maken met verschillende rouwprocessen.5 Impact op mezelf: Op mijn huidige werk hebben wij een hindoestaanse patiënt. De familie is heel druk met de patiënt. Hiernaast hebben ze allerlei rituelen rondom het sterven zoals thee met honing op de lippen. Ik vind dit heel bijzonder om te zien. Elke cultuur heeft een ander rouwproces. Wij als Nederlanders zijn nuchterder en vaak individualistischer in onze rouw. Terwijl andere culturen het liefst rouwen met de hele familie bij elkaar. Impact familie: Voor de familie is het belangrijk om rouw op hun manier te uitten vanuit hun cultuur. Dit helpt de familie de rouw een plek te geven en afscheidt te nemen van de patiënt. Impact patiënt: Voor de patiënt is het belangrijk om het rouwproces te beleven vanuit zijn of haar cultuur. Hiermee bedoel ik het niet opdringen van je eigen manier van rouwen. Het belangrijkste is de patiënt hierin te respecteren. Zorg voor de overledene Het afleggen van de overledenen wordt tegenwoordig geregeld via protocollen. Hier is wel ruimte genoeg om als familie of patiënt een eigen invulling hieraan te geven. Van belang is dat de overledenen gewassen worden en mooi aangekleed worden. De rest wordt overgedragen aan de familie of uitvaart instantie. Impact op mezelf: Ik heb zelf meegemaakt op mijn eerste stage dat zodra de familie wist dat het overlijden van hun moeder nabij was, zij alles regelde. Ze kozen de kleding uit, de priester, de plaats waar de begrafenis plaats zou vinden enzovoort. Voor de verzorging was het van belang dat de patiënt goed werd gewassen en de juiste kleding aankreeg. Daarna werd het overgenomen door de familie. Dit heeft veel impact op me gemaakt. Ik vond het mooi om te zien dat er zoveel tijd en energie ingestoken werd. Dit allemaal om de patiënt een waardig afscheidt te geven. Impact familie: De familie heeft een hele grote en belangrijke rol bij de zorg van de overledene. Het is van belang om als verzorging de familie er zoveel mogelijk bij te betrekken. De zorg van de overledene kan dienen als een afscheid. Impact patiënt: De patiënt kan voor zijn sterven betrokken worden hierin en dit kan de patiënt voldoening geven. Hiernaast kan het de patiënt een veilig gevoel geven om te weten wat er na zijn dood gaat gebeuren met hem of haar.
5
Bronvermelding 1. Carpenito LJ. Zakboek verpleegkundige diagnosen. Wolters Noordhoff: Groningen/Houten; 2002. 2. McCloskey JC & Bulechek GM. Verpleegkundige interventies. Elsevier gezondheidszorg: Maarssen; 2002. 3. Bohlmeijer E, Mies L & Westerhof G. De betekenis van levensverhalen. Bohn Stafleu van Loghum: Houten;2006. 4. Schumacher KL., & Meleis, AI. Transitions: a central concept in nursing. Journal of Nursing Scholarship, 1994, 119-127. 5. Van Rinsum G. Kleur bekennen, verpleegkundige zorg aan moslims in de palliatieve fase van een ziekte. VU medisch centrum: Amsterdam; 2007.
6