Opbrengstgericht omgaan met verschillen Bijeenkomst 4 – Onderwijsbehoeften en differentiatievormen: differentiatie bij verwerking
Programma • • • • • •
Doelen en programma toelichten Terugblik op huiswerkopdracht Een gedifferentieerde verwerking: hoe kan deze eruitzien? Verdieping gedifferentieerde verwerking Huiswerkopdracht 1 bespreken en aan het werk Evalueren, huiswerkopdrachten bespreken en afsluiten
Doelen bijeenkomst 4 Deelnemers: • • •
kunnen een gedifferentieerde verwerking in hun les realiseren hebben kennis van de wijze waarop ze in de verwerking van een les kunnen differentiëren hebben kennis van het maken van verrijkende opgaven
Terugblik op huiswerkwerkopdracht 1 2 • •
Leerstofanalyse van een afgebakende lesinhoud (rondom een vaardigheid, enkele kernbegrippen) Rondom deze leerstofanalyse Activerende startactiviteit bedenken en uitvoeren met aandacht voor differentiatie indien mogelijk Vormgeven en uitvoeren van instructie op diverse niveaus op vormgeven en uitvoeren van verlengde instructie
Bespreek in viertallen het huiswerk in tien minuten. Noteer tips en tops op een flap.
Convergente differentiatie
(vrij vertaald naar Vernooij, 2009
Vaststellen (cruciale) doelen die door alle leerlingen gerealiseerd moeten worden Vaststellen wie de risicoleerlingen zijn (zwakke en hele sterke leerlingen) Organiseren van de les (instructie en verwerking)
Verzorgen van gedifferentieerde instructie en/of verlengde instructie Extra instructie en goede herhalingsopdracht voor zwakke leerlingen
Zelfstandige verwerking en geven van feedback
Verzorgen uitdagende leeractiviteiten voor sterke leerlingen of onderpresteerders
Voorbeeldles biologie – de huid Opdracht: bestudeer de les in tweetallen Op welke manier wordt in deze les omgegaan met niveauverschillen?
Cognitief motivationele aspecten
Interesse
Leerstrategie
Capaciteiten & beginsituatie
Bron: Tomlinson, 2003
Waarom hebben leerlingen moeite met verwerking van nieuwe informatie? Moeite met betekenisopbouw: stof dichterbij brengen met extra leeractiviteiten Moeite met structureren/visualiseren nieuwe kennis: helpen structuur aanbrengen Moeite met onthouden: samen ezelsbruggetjes bedenken
Kenmerken ondersteunende leeractiviteiten • Bieden visualisering en concretisering • Bieden extra denkstappen • Bieden oplossingsstrategie Valkuilen • Niveau verlagen (niet doen) • Alleen maar dezelfde opdracht nog een keer laten maken
Kenmerken verrijkende leeractiviteiten • • • • • • •
Open vraagstellingen (hoe-, wat-, waarom-vragen) Hoge complexiteit Opdrachten met een probleemgericht karakter Maakt meerdere oplossingsstrategieën mogelijk Doet een beroep op creativiteit Overstijgt het didactisch niveau van de leerling Bevat een goede afwisseling (qua inhoud en werkvormen) • Stimuleert een onderzoekende houding • Lokt interactie uit • Roept reflectie op
Keuzes maken (zie ook huiswerk 1) 1 Opdracht gekoppeld aan de methode: herkennen van ondersteunende en verrijkingsopdrachten 2 Arrangeren vanuit de methode gekoppeld aan een of meerdere cruciale lesdoelen 3 Ontwikkelen van verrijkende of ondersteunende opdrachten (zie ook dia’s met uitleg)
Huiswerk 1 – Differentiëren in de verwerking Hanteer ten minste eenmaal in een klas gedifferentieerde leeractiviteiten in de fase van de verwerking van nieuwe leerstof gedurende een afgebakende leseenheid met een of meerdere cruciale leerdoelen (kan dus meerdere lessen duren). 1 Arrangeer vanuit de methode OF 2 Ontwikkel en/of pas bestaande opdrachten aan • arrangeer en ontwikkel vanuit de cruciale leerdoelen • maak een helder tijdpad • denk van tevoren goed na op basis van welke informatie leerlingen ondersteunend materiaal krijgen en/of verrijkend materiaal
Huiswerk 2 – Lesobservatie bij elkaar 2a Maak duo’s en een afspraak voor een lesobservatie. Vooraf: informeren over ontwikkeldoelen, wijze van nabespreken Tijdens: observeren en aantekeningen maken Achteraf: nabespreken met de rubric en specifiek op het ontwikkelpunt Inleveren en opsturen: ingevulde rubric en hoofdpunten van de Nabespreking 2b Video-opname van een van de deelnemers: evaluatie van een les
Huiswerk 3 – Good practices presenteren De laatste bijeenkomst worden good practices gepresenteerd over een van de volgende vier thema’s: 1 Formuleren en communiceren van lesdoelen en succescriteria 2 Signaleren van verschillen 3 Differentiëren tijdens instructie 4 Differentiëren in de verwerking • Doel van de presentaties is het delen van praktische kennis over omgaan met verschillen. • Presentatie duurt maximaal 10 minuten + 5 minuten nabespreken. • In overleg met de groep kunnen andere collega’s worden uitgenodigd. • Zorg zelf voor vermenigvuldiging van materiaal indien nodig en een usb-stick waar de presentatie op staat. • De begeleider staat klaar voor feedback of hulp.
Uitdagende leeractiviteiten Achtergrondinformatie
Open vraagstelling Een open vraag is open naar de leerling. Je geeft hem alle ruimte om een antwoord te bedenken. De vraag begint met een vraagwoord: • • • • •
Wat zijn de oorzaken van tsunami’s? Waar komen tsunami’s voor? Wanneer ontstaat een tsunami? Hoe ontstaan tsunami’s? Wie zijn er slachtoffer van een tsunami?
Een vraag die met één van deze vraagwoorden begint, is onmogelijk met ja of nee te beantwoorden.
Hoge complexiteit De opdracht is complex. Er zijn meerdere stappen nodig om de opdracht op te lossen. De opdracht bestaat uit meerdere onderdelen. Is ingewikkeld. Waar op aarde bestaat op dit moment de grootste kans op een tsunami? Waarom?
Meerdere oplossingsstrategieën De opdracht / het probleem kan op verschillende manieren gedaan / opgelost worden. Waar op aarde bestaat op dit moment de grootste kans op een tsunami? Onderbouw waarom in Nederland de kans op een tsunami klein is. Boots een tsunami na.
Probleemgericht/oplossingsgericht karakter Hoe zouden we een tsunami kunnen voorkomen?
Doet een beroep op creativiteit Het vermogen om iets nieuws te kunnen maken, originele ideeën, humor! Maak een zo origineel mogelijke mindmap over tsunami’s. Boots een tsunami na.
Overstijgt het didactisch niveau van de leerling Zone van naaste ontwikkeling Gebruik hogere orde denkvragen: • Wat is het verschil tussen een tsunami en een vloedgolf? • Welke rol speelt springtij bij het ontstaan van tsunami’s? • Neem een standpunt in: de tsunami in Japan was niet zo’n grote ramp geweest als aan de kust van Japan niet zoveel mensen woonden (en geen kerncentrale was gebouwd). Wij mensen moeten dat gewoon niet doen.
Goede afwisseling qua inhoud en werkvormen Bijvoorbeeld aandacht voor: -
Beweging
-
Nadenken
-
Samenwerken
-
Iets bouwen, tekenen of maken
Stimuleert een onderzoekende houding Door de vraag of opdracht gaat een leerling op onderzoek uit. Hoe komt het dat tsunami’s niet zo snel in Nederland zullen voorkomen? Voorspel waar jij verwacht dat binnenkort een tsunami kan plaatsvinden.
Lokt interactie uit Leerlingen gaan elkaar opzoeken om de opdracht uit te werken: samen overleggen, samenwerken of samen uitwerken.
Bron: gelukmanagement, 2009
Roept reflectie op Is dat wat ik doe wel goed? Hoe zou het anders kunnen?