nr. 72
Contact Onderweg S t i c h t i n g
S a m e n
O n d e r w e g
H e e r l e n
o k t o b e r
2 0 1 2
De maand november is nabij; het is vanouds de maand die begint met het denken aan overleden familieleden of geliefden. Vandaar de keuze van de redactie voor het thema ‘Rouwen met de kerk’. Het overlijden van iemand in de naaste omgeving betekent verlies en verdriet. En wat is daaraan voorafgegaan: langdurige ziekte en lijden of kwam de dood plotseling en onverwacht. Heeft de persoon zelf gekozen voor het moment van overlijden? Al deze factoren spelen een rol in de verwerking van de dood en het rouwen om een geliefd persoon. Rouwen is mee-voelen, je inleven in andermans pijn en gemis. Speelt in onze geseculariseerde maatschappij de kerk daarin nog een rol? U kunt in dit nummer kennisnemen van de visie van verschillende auteurs die hun licht laten schijnen rond dit thema. Sommige artikelen zijn misschien heel confronterend, maar zij zetten ongetwijfeld aan tot nadenken en wellicht tot discussie. In het eerste deel van dit contactblad treft u verslagen aan van de vrijwilligersdag, van het Samen Onderweg Beraad en van de opening van het 100ste schooljaar van het Bernardinuscollege. De heer Paul Krill klapt uit de school en de Suisse maakt u deelgenoot van zijn overpeinzingen. Er is aandacht voor het afscheid van een van onze redactieleden en u wordt geïnformeerd over de stand van het diaconieproject. Tot slot staan we stil bij al diegenen die ons afgelopen jaar zijn ontvallen.
INHOUD De pastor aan het woord Vrijwilligersdag 12 mei 2012 Uit het Samen Onderweg Beraad Afscheid van Joop Cottaar Overpeinzingen van uw Suisse Viering opening 100ste schooljaar Bernardinuscollege Wij gaan door voor Kikindia Uit de school geklapt Samen uit Van hen moesten wij afscheid nemen Ik ga trouwen , ik leef op een roze wolk Moederliefde is onvoorwaardelijk Rouwen met de kerk Euthanasie, een last of een zegen De behoefte aan rituelen bij afscheid Rouwen buiten de kerk Troost De betekenis van het woord ‘amen’ 2
3 4 6 8 9 10 11 11 13 14 19 20 21 22 23 25 27 28
DE PASTOR AAN HET WOORD Marie-José Voss, pastor
De vakantie ligt al weer even achter ons. En ja, wéér zijn Herman en ik naar Schiermonnikoog geweest. En weet u waarom?
Een eilander gedachte
De oude haven net achter de dijk starend naar het wad in de verte schepen, meeuwen, de ondergaande zon en het water wild of spiegelglad.
Kijkend naar eb en vloed de sporen van de zee schelpen, geluiden, nieuwe gasten die neemt het tij weer mee.
De wind fluistert het zand geruisloos geheimen toe de zilte zeelucht nog lang niet moe.
Een zee van tijd zoveel moois en zoveel rust dat is wat mij bindt aan deze eilandkust.
iedereen naar de zin maken, zodat het voor de nabestaanden een mooi, waardig en troostvol afscheid wordt. Maar de voorganger staat er wel als vertegenwoordiger van die geloofsgemeenschap, dat is de verantwoordelijkheid. Het is dan vaak de kunst om een goede middenweg te vinden, zodat de overledene recht wordt gedaan en de nabestaanden een goed gevoel overhouden aan het afscheid en verder kunnen. Het is ook altijd prettig als nabestaanden een aandeel hebben in de uitvaart door middel van muziek, een gedicht, In memoriam etc., maar ook daarin moet je keuzes maken. Er kan veel, maar niet alles. We zijn in een kerk, een bijzondere plaats, waar we herdenken dat de Heer verrezen is.
Ik zou het niet beter kunnen verwoorden en ja, voor volgend jaar hebben we al weer geboekt! Tot rust gekomen en vol energie weer aan de slag gegaan. Heerlijk om alle mensen van Samen Onderweg weer te zien. Het is ook nodig om eens per jaar even helemaal afstand te nemen. Zeker met het oog op het thema van dit Contact Onderweg ‘Rouwen met de kerk’. Wanneer ik gevraagd word om voor te gaan in een uitvaart, komt daar heel wat bij kijken. Je komt bij een familie om de viering voor te bereiden, heel bijzonder want er wordt je veel toevertrouwd. Vaak betreft het een vader of moeder die overleden is. De kinderen, al lang geleden uitgevlogen en niet meer woonachtig in Limburg, hebben de kerk vaak verlaten. Je staat dan vaak voor het dilemma of die kinderen echt overtuigd in de kerk afscheid willen nemen of dat toch maar mét de kerk willen doen omdat vader of moeder zo gelovig waren. Je wilt het
Heel mooi is wanneer de overledene bij leven al nagedacht heeft hoe zijn of haar afscheid er uit moet zien. Dat helpt de nabestaanden en de voorganger weet dat hij of zij geheel in de geest van de overledene voor kan gaan in de viering. We praten er niet vaak en zeker niet graag over, maar het kan rust geven aan velen. Misschien iets om over na te denken. Toen ik het lijstje maakte met de overledenen van het afgelopen jaar, kom je dierbare namen tegen. Mensen, trouwe leden van Samen Onderweg, we missen hen nog steeds. We tellen nu al weer 23 mensen die het afgelopen jaar vanuit de kapel begraven of gecremeerd zijn. Op zondag 4 november zullen hun namen opnieuw genoemd worden. Het is onze christelijke plicht om de namen van onze 3
dierbare overledenen te blijven noemen. We branden voor ieder van hen een kaars en de nabestaanden krijgen een uitnodiging voor deze viering. We willen dan bidden dat zij hun rust gevonden hebben bij God, onze Heer. U allen bent van harte welkom.
Vrijwilligersdag 12 mei 2012 Corry van Zandvoort
Met een enkele paraplu als garantie dat het droog zou blijven, stond een groepje mensen op de koude maar mooie ochtend van 12 mei bij de ingang van de Gaia Hof. Door een misverstand had een aantal personen aan de ingang van de Zoo staan wachten, maar al gauw voegden zij zich bij de anderen in de onvangsttruimte van de Gaia Hof.
om een rondwandeling te maken door de dierentuin. De naam Gaia verwijst naar de mythologische figuur ‘Moeder Aarde’ uit de Griekse oudheid die ook de naam Gaia droeg. In de Gaia Zoo vindt men vier leefgebieden: Limburg, Taiga, Rainforest en Savanna. Je kunt er dus moeiteloos door verre landen trekken en kennis maken met exotische dieren. Het dierenpark is ruim opgezet met mooie vergezichten. De dieren verblijven in een natuurlijke omgeving. Onze groep maakte als eerste kennis met de giraffenfamilie. Met hun lange nek (zo’n 1.70 – 2.10 m) kunnen zij het terrein uitstekend overzien. Een giraffenjong valt maar liefst 2 meter omlaag bij de bevalling! Vervolgens ging het langs de grote kudu’s met hun gedraaide horens, de stekelvarkens, waarvan de jongen door vader en moeder samen worden verzorgd, de grappige stokstaartjes waar één dier altijd boven op een rots de wacht houdt en de Damara zebra’s met hun ongestreepte buik waar op 2 mei een jonge zebra was geboren. In dit park huist ook een groep Afrikaanse wilde honden. Met dit dier gaat het niet goed. Beschermde reservaten zijn vaak niet voldoende, want deze honden hebben een erg groot leefgebied nodig. In Zimbabwe helpt GaiaZOO de Afrikaanse wilde hond door financiële bijdrage van het Painted Dog Conservation Project. Dit project omvat diverse belangrijke aspecten van natuurbehoud. Locale artiesten worden gestimuleerd om kunstobjecten te maken
De aanblik van een angstaanjagende gorilla (op foto weliswaar) vermocht het genieten van een heerlijke kop koffie met vla niet te verstoren. Na het welkomstwoord gaf de voorzitter van Samen Onderweg aan dat deze dag was georganiseerd als dank voor het werk dat de vrijwilligers voor onze gemeenschap vol overgave uitvoeren. Evenals vele organisaties kan ook Samen Onderweg de haar gestelde taken niet uitvoeren zonder de hulp en de inzet van vrijwilligers. Twee gidsen namen elk een groepje mee
4
over de Afrikaanse wilde hond en recycling. De kunstwerken worden bijvoorbeeld gemaakt van strikken van stropers, waar ook Afrikaanse wilde honden in terecht kwamen. GaiaZOO draagt een steentje bij aan het behoud van de Afrikaanse wilde hond. Door de rondleiding te boeken door één van de vrijwillige rondleiders van GaiaZOO ging het geld dat Samen Onderweg daarvoor betaalde integraal naar het Gaia Nature Fund. De leeuwen lagen op enige afstand en alleen het mannetje verwaardigde zich om een koninklijke maar o zo arrogante blik op ons te werpen waardoor wij onder de indruk kwamen van zijn imposante kop. De cheeta’s die een topsnelheid kunnen ontwikkelen van 115 km per uur lagen in de verte lui te wezen. In Rainforest slingerden en klommen de apen in de bomen boven ons en we liepen in het doodshoofdenapenbos zelfs tussen de apen door. We zagen er verder grappige penseelzwijnen, bongo’s, dwergnijlpaarden en capibara’s, de grootste knaagdieren ter wereld. Bij de gorilla’s was onlangs een nieuwe gorillavrouw, Sakina, verwelkomd. De introductie was goed verlopen en wij konden de gorilla’s in vrede aanschouwen in hun binnenverblijf. In de Taiga liepen we langs de Przeswalkski paarden, de enige nog levende wilde paarden
5
ter wereld. We probeerden een glimp op te vangen van de bevers, maar die lieten zich niet zien. De ransuil zat onverstoorbaar op zijn tak. De Griekse landschildpad leek geen last te hebben van de recessie in zijn land van herkomst. De tijd ging veel te snel voorbij. Onze begeleider, Jos Reulen, die zeer boeiend en enthousiast over de dieren vertelde, wilde ons tot slot nog even het DinoDome laten aanschouwen. Niet om ons via de touwbruggen tot in de nok te laten klimmen, maar om een idee te krijgen van het kunstig geconstrueerde gebouw. De 18 meter hoge bijzondere koepelconstructie, de talrijke dinosauriërs en de vele rotspartijen maakten inderdaad indruk. Binnen in de Dome viel het oog vervolgens op het immens grote nettenwoud waar kinderen zich heerlijk kunnen uitleven. Hier bevindt zich o.a. de levensgrote 14 meter hoge Brachiosaurus, die voor veel speelplezier zorgt. Een aanrader voor een bezoekje met de kleinkinderen. Intussen had zich de andere groep weer bij ons gevoegd en namen wij afscheid van de twee ter zake zeer kundige gidsen. De voorzitter bood hen nog een bijdrage aan die eveneens aan het Gaia Nature Fund werd besteed. In de Gaia Hof stond een voortreffelijke lunch
klaar, bestaande uit soep en heerlijke luxe broodjes. Na de lunch maakte een aantal mensen nog een korte wandeling door het dierenpark en daarna ging iedereen zijns weegs. Het was een welbestede en gezellige dag waar de vrijwilligers ruimschoots de gelegenheid hadden om elkaar informeel te ontmoeten zonder zelf de handjes te moeten laten wapperen. Dit alles met dank aan het bestuur van Samen Onderweg voor de organisatie van deze bijeenkomst.
Uit het Samen Onderweg Beraad Corry van Zandvoort
zeker stellen. Door deze discussie komt een ander, zeker zo urgent probleem naar voren. Volgens het rooster zijn meerdere bestuursleden aan aftreden toe; de voorzitter treedt komend jaar af en er volgen er nog meer. Al deze mensen hebben een respectabele leeftijd en willen hun verantwoordelijkheid graag overdragen. Vele gesprekken met eventuele geschikte personen ten spijt is er nog geen vervanging gevonden voor deze bestuursfuncties. In een kleine organisatie is besturen op afstand onmogelijk, derhalve wordt van de bestuursleden een en ander gevergd. De pastor, Marie-Jos Voss, wijst de aanwezigen erop dat wij leven in 2012, in een geseculariseerde maatschappij waar de kerk aan de zijlijn staat. Het is niet meer vanzelfsprekend dat mensen zich vrijwillig inzetten voor kerkewerk. Zij zegt ook: “Probeer elkaar te bemoedigen en niet te ontmoedigen.” De vice-voorzitter deelt namens het bestuur mee: + de viering bij de opening van het schooljaar is goed verlopen. De opmerking over teksten die niet allemaal aan jongeren waren aangepast wordt beantwoord met de constatering dat de leerlingen niet meer te motiveren zijn en zo’n viering moeilijk is te realiseren. Er is veel waardering voor leraren en muzikale leerlingen die wel hebben meegewerkt.
Een aantal vertegenwoordigers van werkgroepen en vier bestuursleden van de Stichting Samen Onderweg kwamen op 20 september bij elkaar om verslag te doen van hun bevindingen en ervaringen uit te wisselen. Na de opening van de vergadering door de voorzitter ontstaat al snel een levendige discussie naar aanleiding van een brief van de financiële commissie. Deze dringt aan op het aanstellen van een persoon die structureel aan het werk gaat voor fondsenwerving. De vice-voorzitter, tevens penningmeester van het stichtingsbestuur, geeft aan dat reeds lange tijd dit punt op de agenda staat van de bestuursvergaderingen maar dat nog steeds niemand bereid is gevonden om deze taak op zich te nemen. De secretaris vindt dat de brief hard is aangekomen. Pater Weijs zegt in deze brief de waardering te missen voor het vele vrijwillige werk dat wordt verzet. De voorzitter van het SOB, die ook lid is van de financiële commissie, is het daarmee eens.De financiële commissie heeft dit schrijven echter bedoeld als een indringende boodschap. Zonder aanvullende bronnen van financiering komt over enkele jaren de continuïteit in gevaar. Er zal de komende jaren € 20.000 per jaar aan besparingen en bronnen van financiering moeten worden gegenereerd om de contnuiteit te kunnen 6
— de financiële commissie heeft de jaarstukken met de penningmeester bekeken en besproken. De heer P.Hezemans geeeft aan dat hij binnenkort de leeftijd van 85 jaar bereikt en wil stoppen met zijn werkzaamheden in deze commissie. Samen Onderweg is dankbaar voor hetgeen hij voor de gemeenschap heeft betekend. De pastor heeft de planning van vieringen tot en met april ingevuld. Aan het eind van de vergadering leest de voorzitter van het SOB, de heer J.Cottaar, een brief voor die hij aan het stichtingsbestuur heeft gezonden. Hij geeft daarin te kennen dat hij de diverse taken die hij momenteel nog uitvoert, wil afbouwen. Er moet dus ook uit het Beraad een nieuwe voorzitter worden gekozen. Helaas werpt zich niemand spontaan op om deze functie te bekleden. Uiteindelijk is de pastor bereid om als gespreksleider te fungeren op de bijeenkomsten van het SOB. De heer Cottaar en de heer Hezemans worden uitgenodigd om op de volgende vergadering gast te zijn. Marie-Jos Voss roept iedereen op om de Franciscusdag op donderdag 4 oktober te bezoeken en deelt mee dat op 6 oktober 2013 een feestelijke jubileumviering samen met de school in de kapel zal plaatsvinden. De volgende bijeenkomst wordt gehouden op woensdag 20 maart 2013 om 10.00 uur.
+ er wordt iemand benaderd voor het kalligraferen van de kruisjes ter memorie aan de overledenen + er heeft een gesprek plaatsgehad en er volgt nog nader contact met de rector van het Bernardinuscollege over de huur van de kapel. De reserve hiervoor is in 2013 opgebruikt. De vraag is: hoe nu verder? + de penningmeester heeft de financiële stukken ter inzage. Bij het verslag van de verschilende werkgroepen zijn nog enkele opmerkingen: — de liturgiegroep is aangevuld met de heer N.Swier.; bij de lectoren is de heer H. Groen teruggekeerd. — De diaconiegroep zet zich nog steeds in voor Kikindia. Op 30 september is in Geleen een speciale dag voor sponsoren en belangstellenden. De pastor roept iedereen op daarheen te gaan. De sub-groep Zorg vraagt of iedereen wil melden als hij/zij weet dat iemand ziek is. In het mededelingenblad wordt er nog eens de nadruk op gelegd. — Voor de koffiegroep is inmiddels binnen het Bernardinuscollege een andere contactpersoon; mevrouw van Zwieten onderhoudt het contact en maakt de afspraken.
Thema voor het nieuwe nummer :
7
Afscheid van Joop Cottaar Corry van Zandvoort
Tijdens de jaarvergadering in maart 1992 werden de resultaten bekend gemaakt van een tevoren gehouden enquete onder kerkgangers van de Bernardinuskapel. Hieruit bleek dat velen zich bezorgd maakten over de toekomst van Samen Onderweg.
Een van de pijlers van een geloofsgemeenschap is de diaconie: zorg voor mensen kortbij en veraf. Ook hier is Joop, zeker de laatste jaren, bijzonder actief geweest. Steeds weer iedereen enthousiast maken voor het project dat op een goed moment werd geadopteerd. Vooral de achtergrondinformatie is heel belangrijk want mensen willen wel weten hoe de zaken staan. Voor het contactblad verzorgde hij de verslagen van deze projecten. Bij ons tijdschrift Contact Onderweg is hij jarenlang actief geweest. Als trouwe Trouwlezer haalde hij vaak uit een interessant artikel de inspriatie voor een thema voor het blad. Hij leverde daarvoor ook geregeld zelf een bijdrage. Sinds maart 2008 is hij voorzitter van het Samen Onderweg Beraad en last but not least is Joop actief als lid van de financiële commissie. (Waar heb jij eigenlijk niet in gezeten, Joop?) Tijdens onze laatste redactievergadering van Contact Onderweg gaf Joop te kennen dat hij zich langzaamaan wil terugtrekken. Uiteraard betreuren wij dit zeer. Wij zullen zijn inzet en betrokkenheid missen, maar we hebben respect voor zijn besluit en zullen hem niet langer daarvan af proberen te houden. Joop, we zullen je missen. Heel hartelijk dank voor alles en wij hopen jou nog heel lang bij Samen Onderweg te mogen ontmoeten.
De gemeenschap groeide en er werd steeds meer een beroep gedaan op Pater Max. Door de aanstelling van Broeder Fer van der Reijken was al een eerste stap gezet, maar ook voor pater Max was het functioneren van Samen Onderweg in de ‘post-Max-periode’(zoals hij dat zelf noemde) een zorg. Er werd daarom een commissie in het leven geroepen om meer gestruktureerd vorm te geven aan het samen-kerk-zijn en de continuiteit zo goed mogelijk veilig te stellen. Deze commissie kreeg de naam MOOT = Met het Oog Op de Toekomst. Voorzover mijn herinnering toereikend is, kwam op dat moment de heer Joop Cottaar in beeld. Hij was door Pater Max aangetrokken om zich met een ‘buitenstaanders-blik’ als extern deskundige samen met de commissie MOOT te buigen over deze klus. Er werd heel wat ge- en vertimmerd, geschaafd en gebeiteld, maar uiteindelijk kwam daar een voorstel uit over de indeling van de verschillende werkgroepen en commissies. Joop had een prachtig organogram opgesteld waardoor alles overzichtelijk werd.
8
BRAINFLOW VAN UW SUISSE Uw Suisse
Vanuit mijn positie, u weet wel achterin de kerk aan het eind van het gangpad, achter de laatste rug, overzie ik u allen. U zit verspreid door de ruimte. Het doet mij altijd denken aan de volstrekt willekeurige ravage na een stevige aanrijding. Er ligt van alles over het wegdek, in een wanorde die geen mens bedenken kan. U kunt dat wel en ik geniet daar altijd opnieuw van.
U stormt in gestrekte draf diagonaal door de ruimte om een letterlijk verre kennis uw vredewens in de handen te schudden, u tijgert over banken om uw oudere nicht te getuigen van uw vredegevoelens. Kortom: U leeft zich volop in vrede uit. En ik sta daar als standbeeld van orde mij in te houden, ik mag mij ambtshalve niet in uw wanorde mengen omdat ik die juist moet voorkomen. Maar met mijn hellebaard een vrede wensende menigte terug de banken injagen, kan de bedoeling niet zijn. En steeds weer op dat moment voel ik het opkomen: de huig. Dat heb ik nu eenmaal, bij diepe ontroering schiet het mij in de huig. Omdat u zó druk aan het vredewensen bent ziet u niet hoe ik behendig met mijn vrije hand, de ander omklemt immers de hellebaard, uit mijn zwarte uniformjas een zakdoek opvis, de ogen dep en eens flink snuit. Dat lucht op.
U blijft vrijwel de hele dienst buitengewoon keurig op uw plaats, loopt hoogstens beleefd op uw beurt wachtend naar voren om in het Brood van Leven te delen. Dat gaat tegenwoordig trouwens een stuk informeler dan ten tijde van mijn vader zaliger, die ook suisseerde. Toen schuifelde u bedremmeld naar voren, knielde op de communiebank, handen gevouwen onder het laken en met de ogen dicht de Heer devoot op de uitgestoken tong ontvangend. Nu is het de hand ophouden en dopen in de kelk. Maar het blijft ordelijk. Enkelen van u gaan, ter verdere verstoring van mijn serene wanorde, met de mandjes rond, maar dat wekt geen echte beroering in de stille vijver.
Ik kijk vanaf woensdagavond al uit naar dat moment: niets ontroert méér dan mensen die elkaar het mooiste van het leven gunnen. Om alleen mij al een plezier te doen, maar zeker ook anderen: wilt u alstublieft zoveel en zo hartelijk als kan elkaar vrede blijven wensen?
Nee, mijn “finest moment of disorder” ligt vlak na de transsubstantiatie en voor uw communiegang. De voorganger heeft nog niet het woord vrede in de mond genomen, of u stormt massaal door de kerk om vredewensend rond te dwarrelen als herfstbladen in de wind. Een jodenkerk verbleekt hierbij, zo constateerde ik zelf in Jeruzalem in de synagoge, bij het jaarlijks uitstapje van de R.K. Suissesbond door mij op de sabbat bezocht.
Groet u in vrede, Uw Suisse.
9
Viering opening honderdste schooljaar Bernardinuscollege Joop Cottaar, Corry van Zandvoort
Op 9 september werd in een viering in “onze” kapel de opening van het nieuwe schooljaar gevierd , langzaamaan een traditie. Marie-José Voss, de pastor ging voor in deze Woord- en Communieviering waaraan was meegewerkt door de docenten Paul Krill en Wim Vluggen. De opkomst is nooit erg groot bij deze gelegenheid, maar er zijn toch heel wat meer leerlingen en ouders dan we gewend zijn bij de sluiting van het schooljaar. Het is voor de nieuwe leerlingen, in schooljargon “brugmuggen” genoemd, en veel van hun ouders het begin van een nieuwe fase in hun leven. De nieuwelingen, kersvers van de basisschool kun je ook nog wat zeggen. Ik hoorde van iemand van de school, dat zij in de nog bijna maagdelijke agenda van een van de leerlingen op 9 september had gelezen: “11u. Heilige Mis”. Wie schrijft dat nog op op het eind van het schooljaar? Ik geniet in die viering altijd van de muziek die de leerlingen verzorgen, van klassiek tot eigentijds. Wat een toewijding en een talent. En je ziet eens meer jonge mensen in de kapel, ook dat doet je goed.Jop Willemsen opende de viering met een gitaarsolo. De rode draad werd gevormd door de tekst van de evangelielezing waarin Jezus de oren van een dove opent. Het open staan voor elkaar voor ouders, medeleerlingen en docenten. De strekking van de eerste lezing door docent Paul Krill spoorde aan tot het kunnen kijken over grenzen en vertrouwen op elkaar. Cecile Schulten presenteerde vervolgens een eigen compositie op de piano.Na de tweede lezing sprak rector R.Henssen de hoop uit dat de nieuwelingen van de 100ste lichting zich thuis zouden gaan voelen op het Bernardinuscollege. Dat woord lichting trof mij, alsof de school nog militaire discipline kent! Ja,ja. “Onderwijs en school veranderen, maar Bernardijn blijf je voor de rest van je leven. Laten we er samen iets moois, iets goeds en iets bijzonders van maken”, aldus de rector. Na de geloofsbelijdenis zong Luca Fiori het prachtige nummer Summertime uit Porgy and Bess. De aanpassing van de voorbeden en teksten aan de belangrijkste deelnemers, “de brugmuggen”, viel mij wat tegen. Ik miste teksten die echt aan hen gericht waren. Maar niet getreurd, er is altijd nog wat te leren, en ik heb als bezoeker in de kerkbank ook makkelijk praten. Amy Schillings bracht tijdens het klaarmaken van de tafel het Ave Maria ten gehore en het uitreiken van de communie werd begeleid door pianospel van Joanna Amkreutz.Op het eind van de viering kondigde Kiki Reijner de op stapel staande activiteiten aan voor Kikindia, het diaconie project waaraan wij weer samen met het Bernardinuscollege en vele anderen dit jaar aan gaan werken.Voor de muzikale uitsmijter voegde Laura Winkens zich bij de andere musici. Zij werden beloond met een geweldig applaus. Dit enthousiasme smaakte naar meer ! 10
Wij gaan door voor KIKINDIA Joop Cottaar
Vorig jaar zijn wij begonnen met onze steun aan het project Kikindia, opgestart door Kiki Reijner na een stage van haar in India, om vrouwen en kinderen te helpen een volwaardige plaats in hun samenleving op te bouwen. Wij van Samen Onderweg helpen hen door geld in te zamelen voor onder andere de bouw van slaapzalen en alles wat daarbij hoort voor die kinderen. Kiki zelf heeft ons in het afgelopen jaar van Samen Onderweg twee keer op een aangrijpende manier over haar plannen en werk daar in India verteld. Dat dit ons aangesproken heeft, blijkt wel uit het resultaat tot nu toe; wij hebben van november 2011 tot juli 2012 € 4250 ingezameld voor die kinderen in India, waarvan € 250 uit de verkoop van India spullen door Kiki herself.Samen met vele anderen, zoals de acties door de leerlingen van het Bernardinuscollege, is er nu zoveel geld opgebracht, dat nog ongeveer € 8000 nodig is om met de bouw van de slaapzalen te beginnen. Dat moet toch door ons samen met een paar van die anderen vlug op te brengen zijn. Dan kan al in 2013 met de bouw van die slaapzalen begonnen worden, bijna een jaar eerder dan gedacht! Er gaan nog elk jaar stagiaires van Maastricht in India helpen, zo wordt de continuïteit van
de hulp extra ondersteund. En het is ook nog oh zo leerzaam voor die studenten, geen stageproject in een gespreid westers bedje, maar leren je behelpen in primitieve omstandigheden en je inzetten voor de minder bevoordeelde medemens. Dat doet je wat. Kiki zelf was er zo door aangegrepen, dat ze ermee doorgaat nu al drie jaar na haar studie, en er heel veel van haar vrije tijd in steekt. Machtig mooi toch! Zoiets moeten wij blijven steunen. Wij rekenen weer op u voor de komende diaconie acties in de Advent en de komende Vasten . Die slaapzalen moeten er volgend jaar staan, en wie weet, is er nog geld over voor meer bijdragen aan een goede toekomst van die nu nog kleine en arme Indiërtjes.
Na zeven weken vakantie ben ik blij dat ik de lessen weer mag oppakken. In de laatste weken heb ik nieuwe lesstof geschreven en het is spannend om te zien hoe die aanslaat. Ik kom veel nieuwe gezichten tegen. We mogen opnieuw beginnen. Kortom, het begin van het schooljaar is een spannende tijd. En we gebruiken de eerste
weken om rustig in te werken... Vanaf dag één in het nieuwe schooljaar 2012-2013 staan minstens 15 e-mails op het scherm te schreeuwen om een antwoord. Iedere manager in school – en dat zijn er heel wat – wil zijn nieuwe plannetjes met me doorspreken. Neen, ik ga de lijst niet compleet maken, want u hebt allang in de gaten: er is 11
geen sprake van een rustig begin. Een nieuw schooljaar op het Bernardinuscollege loopt allang niet meer aan. Een nieuw schooljaar op het Bernardinuscollege explodeert. Nooit eerder heb ik zo’n drukte in het onderwijs meegemaakt. Als ik hierover met vrienden praat, dan schudden ze met hun hoofd en soms sluiten ze daarbij nog wel eens hun ogen. Ik weet dan genoeg. Het kan altijd erger. Mijn vrienden “zitten” niet in het onderwijs, moet u weten. Ze maken me duidelijk dat de drukte en de druk een teken van de tijd zijn . We kúnnen veel in korte tijd en willen dan álles tegelijk. Dat komt waarschijnlijk door ‘de nieuwe media’. En dan denken we aan computers, internet maar vooral aan de smartphone. De nieuwe media veroorzaken een explosie in de communicatie. Iedereen doet alsof het zo moet – exploderen. Maar niemand vraagt zich af of het niet anders kan en of dit wel goed is voor een mens. Nieuwe systemen worden zonder kritiek omarmd vanwege het feit dat ze ‘NIEUW’ zijn. Begrijp me goed: ik ben niet tegen vooruitgang, ik ben zelfs een ‘computerfanaat’. Maar we moeten kritisch blijven. Meer dan ooit geldt: alles van waarde is weerloos. Het goede willen we toch graag bewaren? Maar in de waan van de dag hebben we geen tijd meer om te zien wat het goede is en hoe we het
kunnen beschermen... Deze snelle ontwikkeling speelt dus niet alleen op school, maar in de hele samenleving. En ik vrees dat we kritiekloos onze rust en een deel van onze vrijheid opofferen in ons enthousiasme over de nieuwe techniek. In de lessen levensbeschouwing wil ik de leerlingen hiervan bewust maken. Ik neem de tijd om samen met de leerlingen te onderzoeken of dit wel is wat we willen. We onderzoeken in de vijfde klas hoe de techniek onze cultuur verandert. Het is geweldig om te zien hoe intelligente leerlingen hiermee omgaan. Zij zien ook dat ze in een tijd leven waarin alles lijkt te exploderen, ze analyseren dit meestal bijzonder spits! Eén van hen concludeerde: “De wereld wordt niet alleen sneller, de wereld wordt spontaner: door de smartphone is men altijd in contact met anderen en kan men op ieder moment alle informatie vinden.” Een ander noemde de smartphone zijn ‘persoonlijke assistent’. En een derde stelde vast dat de wereld veiliger is geworden door de mobiele telefoon. Het is goed om te zien dat “vroeger niet alles beter was”. Ik ben alleen benieuwd hoe de wereld er uitzien als we zijn ‘uitgeëxplodeerd’. Paul Krill
Kerkrade, 3 augustus 2012
12
Samen uit, samen genieten! Geniet u ook graag van een mooie theatervoorstelling?Dan nodig ik u van harte uit om met ons mee te gaan!
ze worden op de betreffende avond thuis opgehaald en weer voor de deur afgezet door een aardige vrijwilliger. Samen met anderen geniet u van een geweldige avond! Wanneer u denkt: ik wil wel zo’n vrijwilliger zijn, kan dat ook. Voorwaarde is dan dat u een auto hebt met vier deuren en het fijn vindt om samen met anderen naar het Theater te gaan. U zorgt ervoor dat de drie mensen die u ophaalt, een fantastische avond hebben. Uw kosten worden vergoed.
De stichting Vier het Leven is inmiddels ook gestart in Parkstad Limburg (september 2012) en de regio Maastricht (april 2012). Ouderen worden thuis opgehaald door een theaterliefhebber van Vier het Leven en samen met anderen geniet u van een prachtige voorstelling. Na afloop wordt u weer thuis gebracht. Het gaat om ouderen die niet meer alleen naar het Theater kunnen of willen gaan. Geen zin meer hebben in de rij voor de garderobe of koffiebalie of het gewoon niet meer prettig vinden om daar alleen naar toe te moeten gaan. Samen met het theater maak ik een programma. We kijken naar iets met toneel, dans, muziek… van alles wat! De mensen die willen deelnemen, kijken wat er van hun gading bij is, tekenen daarvoor in en betalen gewoon hun kaartje, hun consumpties en een gedeelte van de vervoerskosten. Want
Doel: mensen die gewend zijn geweest naar het Theater te gaan en daar dus ook het geld voor (over) hebben, in staat te stellen ook nu ze alleen zijn of minder goed ter been zijn, toch van deze uitjes te kunnen blijven genieten. Bent u zo’n deelnemer of wilt u graag dit als vrijwilligerswerk gaan doen? Of wilt u meer informatie? Vier het Leven: 035 – 52 45 156,
[email protected] www.4hetleven.nl Regiocoördinator Limburg: Nelleke de Kruik 06 38 25 42 63
13
Van hen moesten wij afscheid nemen van 15 oktober 2011 tot 1 oktober 2012
De heer Wiel van Nunen 10 april 1925 19 oktober 2011 Er is hem veel ontnomen en het leven viel hem zwaar. Het leven was eigenlijk geen leven meer. Hij berustte erin dat het einde was gekomen.. De heer Paul Cranen 1 augustus 1953 26 oktober 2011 Hij was er altijd voor iedereen. Zijn leven bestond uit werken en een groot plichtsbesef. Hij streed tegen zijn ziekte nadat hij het slechte bericht had gekregen. Uiteindelijk aanvaardde hij, liefdevol bijgestaan door vrouw en kinderen, het lot dat hem getroffen had. Het was niet eerlijk.
Mevrouw Claartje/ Bonny Loyson - Pieters 9 mei 1923 14 november 2011 De wereld werd steeds kleiner voor haar. Stap voor stap kwam het einde dichterbij. Moegestreden, omringd door haar kinderen, is zij heengegaan. De heer Dirk Wintgens 13 maart 1919 20 november 2011 ‘Heer, het is tijd. De zomer was heel rijk. Leg nu uw schaduw op de zonnewijzers en laat de winden op de velden vrij’. Hij ruste in vrede. De heer Frits Duurvoort 28 februari 1935 29 november 2011 Hij was standvastig in het geloof. Hij bezocht trouw de vieringen in de Bernardinuskapel. Zijn passie voor muziek was groot. Hij was een rechtvaardig en dienstbaar mens. Na een geduldig en dapper gedragen lijden heeft hij zijn leven teruggegeven aan de Schepper. De heer Jacques Lommen 11 mei 1935 27 november 2011 Hij was lerend en enthousiasmerend, had oog voor niet-alledaagse mooie dingen. Hij was een idealist en een romanticus, zette zich vol overgave in thuis en voor de klas. Door een herseninfarct werd zijn blik naar binnen gekeerd. Toch zijn er ook toen nog gelukkige momenten geweest voordat hij de eeuwige rust heeft gevonden. De heer Jan Knols 15 februari 1929 7 januari 2012 Hij was een man van weinig woorden, eenvoudig, rustig en zorgzaam. De strijd tegen zijn ziekte putte hem uit. In de wetenschap dat hij iedereen verzorgd en in goede handen achter kon laten, is hij kalm heengegaan. 14
De heer Theo Bibo 6 juni 1946 16 januari 2012 Naast zijn beroep als dierenarts was hij gepassioneerd fotograaf en bevlogen zeiler. De computer had voor hem geen geheimen; hij was een vraagbaak en adviseur voor velen. Toen zijn ziekte zich openbaarde, besloot hij ervoor te knokken en ging het nog een tijd goed. ‘Hij heeft gevochten als een leeuw en is gestorven als een held. Mevrouw Jet Meijsen - Overdijk 10 maart 1926 26 januari 2012 Zij was een sprankelende persoon met een optimistische kijk op het leven. Geregeld bezocht zij de vieringen in de kapel. Ze was sociaal bewogen en had oog voor de mensen om haar heen. Ze genoot van het moois in de natuur. Zij zal gemist worden Mevrouw Olga Schiks - Gelissen 8 december 1936 9 februari 2012 Olga was een bekende verschijning bij Samen Onderweg. Ondanks haar lichamelijke beperkingen was zij op verschillende terreinen actief binnen de gemeenschap. Voor de vieringen op zondag zorgde ze mee voor de bloemen op het altaar en voor de beelden van Maria en Franciscus. Maar vóór alles was zij een lieve echtgenote, moeder en trotse oma. Het afscheid kwam toch nog onverwacht. Mevrouw Mia Raemaekers - Vinken 4 oktober 1920 17 februari 2012 Zij kon genieten van de kleine dingen van het leven. Met zoon Bert kwam zij ’s zondags naar de vieringen in de kapel. De laatste tijd ging het minder goed; ze werd steeds meer afhankelijk. Zij accepteerde het .”Niet zeuren, gewoon doorgaan”, was haar devies. Totdat het niet meer ging en zij dit leven moest verlaten. Mevrouw Johanna Ursula (Uschi) Fickers - Drosson 7 maart 1937 10 maart 2012 Zij was een rots in de branding. Een liefdevolle echtgenote, een moeder uit duizenden en een allerliefst oma. Bij haar was iedereen welkom. Vrij plotseling moest zij degenen die haar zo dierbaar waren achterlaten. “Herinner mij niet in sombere dagen, maar in stralende zon, hoe ik was toen ik alles nog kon”. Mevrouw Antonia Henriëtte Wanders - van Bladel 22 januari 1914 13 maart 2012 Zij was een sterke vrouw, begiftigd met vele talenten. Met veel probeerde zij, tot kort voor haar dood, haar kinderen en kleinkinderen van dienst te zijn. Zij had voor iedereen een luisterend oor en ook in het Verzorgingshuis St.Anna was ze vol belangstelling voor medebewoners en medewerkers. Na een indrukwekkende ziekenzalving nam zij afscheid van allen die haar lief waren.
15
De heer Math Simons 6 mei 1930 21 maart 2012 Klaar staan voor anderen gaf betekenis aan zijn leven. Oprechte belangstelling voor de mensen om hen heen ging boven zijn eigen verdriet. Door zijn relativerende humor zag hij kans conflicten tussen mensen te overbruggen. Voetbal op tv was zijn leven. Hij heeft nu rust gevonden. De heer Pierre Aggenbach 2 juli 1936 27 maart 2012 Met liefde en grote zorgzaamheid deed hij datgene wat gedaan moest worden. Deze kwaliteiten droeg hij ook over aan zijn gezin. Hij was een harde werker met zijn blik op de verte. Hij hield van operamuziek en genoot oprecht van lekker eten en drinken. Zijn laatste weken waren bijzonder zwaar. In de slaap heeft hij uiteindelijk zijn verdiende rust gevonden. De heer Jos Franssen 9 februari 1954 9 april 2012 ‘Scheiden heeft zijn schoonheid, net als ontmoeten. Een scheiding heeft haar eigen poëzie; je moet alleen de taal leren en haar diep beleven. Dan komt uit die droefheid een soort vreugde voort dat lijkt bijna onmogelijk maar het gebeurt.’ De heer Leo Cleven 6 maart 1931 2 mei 2012 Soberheid en eenvoud kenmerkten zijn leven. Het zat echter niet mee. Helaas werden belangrijke jaren van zijn leven bepaald door de gevolgen van een dramatisch ongeluk. Hij was betrokken bij diegenen die hem dierbaar waren en vond het belangrijker om voor anderen te zorgen dan zelf in de belangstelling te staan. Hij is rustig en vredig ingeslapen. Mevrouw Marlé Kneepkens 2 september 1943 10 mei 2012 Als lerares Engels gaf zij aanvankelijk les op school en later met veel enthousiasme bijles en huiswerkbegeleiding. Als gastvrouw in de tennishal gaf zij har beste krachten. Zij was een heel sociaal en goed mens en een vriendin van velen. Door haar ziekte heeft zij moeilijke tijden gekend. Ze was dankbaar voor alle hulp en aandacht.. Gelukkig is zij nu uit haar lijden verlost. De heer Christ Vleeshouwers 1 februari 1928 3 juni 2012 Overtuigd van zijn eigen wet van behoud van energie had hij het volste vertrouwen dat de inspanningen van elk mens hoe dan ook resultaat hebben. Hij wist dat hij niet meer heel lang te leven had, maar hij voelde niets van wrok. Bij Samen Onderweg was hij de spil van de Bijbelgroep en tot aan zijn laatste dagen een betrokken lid van onze gemeenschap. Met zijn prachtige handschrift schreef hij de namen op de kruisjes in onze kapel. Hij vertrouwde zich uiteindelijk toe aan wat de nacht brengen zou ; hij overleed in zijn slaap.
16
De heer Léon Schneiders 9 oktober 1948 5 juni 2012 Hij toonde zoveel moed. Hij streed intens, maar het mocht niet baten. Na een langzaam afnemende gezondheid is hij in het ziekenhuis overleden. De heer Gerard Vanlier 24 september 1930 16 juni 2012 Hij heeft zijn strijd gestreden. Hij heeft nooit geklaagd, nooit gevraagd en zijn pijn in stilte gedragen. Het is nu voorbij; hij heeft zijn ogen voorgoed gesloten.
De heer Cor van Wegen 23 juli 1924 4 augustus 2012 Na het overlijden van zijn echtgenote Maria en later van zijn enige kind, Hilde, maakte hij een moeilijk tijd door. Hij leerde Antoinette kennen en samen met haar was hij actief in ontmoetingscentrum De Spuiklep en ondernamen zij verre reizen. Toen zijn geheugen hem steeds meer in de steek liet werd hij opgenomen in een zorgcentrum in Vaals. Daar overleed hij na een liefdevolle verzorging. De heer Frans Lustermans 6 november 1937 2 augustus 2012 “Wir setzen uns mit Tränen nieder….ruhe,sanfte, sanfte Ruh”, Mattheus Passion J.S.Bach Mevrouw Puck Hustinx – Michielsen 6 oktober 1921 28 augustus 2012 Zij was een optimistische, vriendelijk vrouw. Jarenlang was zij een trouwe bezoeker van de vieringen in de kapel, samen met haar vriendin Ria. In haar afscheidsbrief aan de kinderen schreef zij: Treur niet en denk aan mij als jullie moeder, die gemeend heeft alles zo goed mogelijk voor jullie te doen.” Zij overleed te Brunssum. Mevrouw Maria Gerards – Wolters 17 juni 1917 18 september 2012 Wees niet bedroefd omdat dit leven voorbij is, maar wees dankbaar dat het heeft mogen bestaan. Zij ruste in vrede.
17
ROUWEN MET DE KERK
www.picturespublishers.nl
18
“ Ik ga trouwen, ik leef op een roze wolk” Han Groen
Dat is de kop van de rubriek “Het Laatste Woord” in de NRC van 21 januari 2012. Het zijn de woorden van de jonge vrouw Laura Antkowiak (1980).
‘laten we gaan trouwen om voor altijd met elkaar verbonden te zijn’. “ Ik zit nu een adressenlijst te maken die zowel voor onze huwelijkskaart als voor mijn overlijdensbericht te gebruiken is”. Laura laat optekenen: ” ik ben nu het gelukkigste meisje van de wereld. Op 13 februari gaan Jan en ik trouwen.” Laura is getrouwd, heeft haar afscheid geregeld en is in mei 2012 overleden. Maar het leven gaat door. Het artikel blijft in je hoofd ronddwalen. Hoe zou haar omgeving, haar moeder het afscheid ervaren er hebben? De moeder van Laura, Marian Schmets, wil daarnaar gevraagd Samen Onderweg haar verhaal over afscheid en verwerking vertellen. Zij vertelt haar verhaal in de hoop dat het aan anderen na een groot verlies kracht kan geven.
Laura, theatertechniscus, gaat binnenkort met Jan trouwen. En zeker is ook dat zij niet lang na haar huwelijk aan kanker zal overlijden. “Ik ga dood. Ik doe daar niet dramatisch over: shit happens, ik zie het gewoon als vreselijke pech”. Laura vertelt dat het niet veel zin heeft je ellendig te voelen en in een hoekje te gaan zitten janken. “Daar heeft niemand wat aan en ik al helemaal niet. Ik geniet met volle teugen van het leven in de korte tijd die ik nog heb. Ik voel zoveel liefde van mijn omgeving”. Toen Laura te horen kreeg dat de uitzaaiingen haar hoofd bereikt hadden, hebben Jan en zij elkaar diep in de ogen gekeken en gezegd:
19
Moederliefde is onvoorwaardelijk Marian Schmets, moeder van Laura
Op 21 mei 2012 is mijn dochter Laura aan borstkanker overleden. Mij is gevraagd een bijdrage te leveren aan een publicatie/ discussie over de verwerking van het verdriet als moeder. Ik ga uit van mijn eigen ervaring en beleving bij de dood van Laura.
Laura was heel sterk. Ondanks de zeer slechte prognose was ze nooit boos of verongelijkt en dat gaf mij weer kracht om de dingen te nemen zoals ze waren en haar te steunen. Haar wens dat ik haar na haar overlijden zou wassen kwam mij aanvankelijk als onmogelijk voor. Toen het zover was, was het vanzelfsprekend en vond ik het bijzonder dat ik haar de eerste en laatste keer in haar leven heb mogen wassen. Ik heb haar opgemaakt zoals ze zelf ook altijd deed en haar gekleed in haar lievelingskleren. Ze was prachtig. Ik ben erg trots op Laura. Daarom heb ik op haar afscheidsceremonie de mensen kunnen toespreken en kunnen zeggen: ”Laura heeft een zeer intens en compact leven geleefd, het is goed zo”. Nu, bijna vier maanden na haar overlijden voel ik me nog steeds zeer krachtig. Ik mis haar heel erg maar Laura is er naar mijn gevoel nog steeds. Dingen die ik haar zou willen zeggen schrijf ik op in een prachtig boekje dat ze tijdens haar studie in Londen voor mij gekocht heeft. Ze is altijd en overal aanwezig, alleen belt en mailt ze me niet meer.
Toen in januari 2010 bij Laura de diagnose borstkanker werd gesteld hadden we allebei al een vermoeden dat het niet goed was. We hebben er in een fractie emotioneel op gereageerd maar zijn toen al snel zeer praktisch geworden. Het behandelplan moest gepland worden. Wij zijn allebei rationeel ingesteld, dat betekent niet dat we geen emoties kennen en daarom koud en hard zouden zijn. In tegendeel, maar in deze situatie vonden we dat huilen in een hoekje en jezelf zielig vinden geen zin had. “ Je moet er het beste van maken en je krachten inzetten”, zeiden we steeds tegen elkaar. Laura en ik hebben altijd een heel goed contact met elkaar gehad, ook al botste het soms en waren er ook tegenslagen. We hebben heel veel gepraat en zij wist dat ze altijd bij mij terecht kon. Mijn uitgangspunt was en is, dat moederliefde onvoorwaardelijk is. Tijdens het ziekteproces was ik dag en nacht voor Laura bereikbaar ook al moest de afstand Breda-Maastricht overbrugd worden. Bij alle behandelingen ben ik bij haar geweest. Tussendoor hebben we voor zover het voor haar fysiek mogelijk was, gewinkeld, op terrasjes gezeten, zijn we samen met haar broer naar Aruba op vakantie gegaan en hebben we feestjes georganiseerd. We hebben alles gedaan wat mogelijk was en alles besproken wat er besproken moest worden, ook het onderwerp dood. We hebben samen haar graf uitgezocht in Maastricht en daarna haar bruidsjurk in Rotterdam gekocht. Hoe bizar kan het zijn! Het huwelijk in februari met haar grote liefde was het hoogtepunt in haar leven waar ze enorm naar toe heeft geleefd. Het deed mij als moeder heel goed haar zo gelukkig te zien. 20
Rouwen met de kerk br. Marc Loriaux o.s.b.
Hoe groot de leegloop van onze kerken ook is, kerkelijke begrafenissen blijven erg druk bezocht. Terwijl de pastoors het aantal huwelijken en doopsels in hun kerk gestaag achteruit zien gaan, hebben de meesten wel een paar begrafenissen per week te verrichten. Wat gebeurt daar...? Blijkbaar heeft de kerk, ook nog vandaag de dag, iets te bieden aan de rouwende mens, ook al heeft die verder niet zoveel met de kerk te maken. Wat zou dat kunnen zijn?
het ‘viaticum’: een laatste maal ontvangt de stervende het Brood des Levens, als ‘voedsel voor onderweg’, om de grote overgang aan te kunnen. Voor hen die de stervende nabij zijn, klinkt hierin mee: “We laten je los, je mag gaan, we weten je in goede handen, vaarwel...” En als dan de dood helemaal nabij is, worden ons de ‘gebeden van de stervenden’ aangereikt, een kostbare ondersteuning bij dit emotionele moment. De stervende wordt rechtstreeks aangesproken: “Vertrek, christen, uit deze wereld, in de naam van God, die u geschapen heeft... heden zij uw plaats in de vrede en uw woning in het heilige Sion, bij God...” En onmiddellijk als de dood is ingetreden: “Kom hem te hulp, heiligen van God, kom hem tegemoet, engelen van de Heer, neem hem op voor het aanschijn van de Allerhoogste...” De overledene kan nu afgelegd en in de kist gelegd worden. Voor dit laatste gebeuren zijn ook weer gebeden voorzien.
Ik denk op de eerste plaats aan het volgende: hoezeer mensen zich vandaag de dag op allerlei vlakken door de kerk in de steek gelaten kunnen voelen, als het gaat om riten en symbolen rond het levenseinde, blijkt de kerk een arsenaal aan mogelijkheden in de aanbieding te hebben dat wel van harte gewaardeerd wordt. We hebben hier in onze gemeenschap op minder dan twee jaar tijd van zes medebroeders afscheid moeten nemen en telkens kwam dat weldadige rituele traject weer op gang. Waaruit bestaat dat traject?
De volgende rite die de kerk ons aanreikt, is de dodenwake, meestal op de vooravond van de uitvaartplechtigheid zelf. Hiermee verlaten we de intimiteit die tot hiertoe de boventoon vormde, de openbare ruimte wordt betreden. Met de dodenwake en de uitvaart zelf komen we op wat bekender terrein, we zijn er wat meer mee vertrouwd dan met de eerder genoemde rituelen. Het wijwater, de wierook, het licht van de paaskaars en uiteindelijk de laatste aanbeveling ten afscheid, voor de processie naar het kerkhof: “In paradisum deducant te angeli...” Nog een laatste groet bij het graf en de viering is ten einde. Na een eerste periode van rouw is er dan nog de zeswekendienst, bij de eerste verjaardag een jaardienst...
Het begint met het sacrament van de ziekenzalving, een sacrament dat nog al te vaak verkeerd begrepen wordt. Het gaat immers niet om ‘het laatste sacrament’. Wie de ziekenzalving vraagt, vraagt om gesterkt te worden op een moment dat een zware ziekte hem of haar terneergedrukt. Genezen is de eerste optie! Maar bij de viering van dit sacrament is ook het besef aanwezig dat het aardse leven eindig is: zowel de zieke als de betrokken mensen er omheen vragen de genade van overgave, van loslaten, in vertrouwen, waar dit ziekteproces ook in moge uitmonden. Eigenlijk wordt op deze wijze al vooruit gegrepen op een mogelijk afscheid: er hangt al een begin van een rouwproces in de lucht, in het sacrament van de ziekenzalving klinkt alvast een uitnodiging bereid te zijn om dit proces aan te gaan... Als dan inderdaad blijkt dat deze persoon het einde van zijn aardse levensloop nadert, wordt het tijd voor het laatste sacrament,
21
Zo wordt dat gedaan in de katholieke kerk, maar alle grote religies en culturen hebben bij een overlijden uitgebreide rituelen. Het belang hiervan, hoezeer ze kunnen troosten, beseffen we pas ten volle als we meemaken dat iemand uit ons midden wordt weggerukt zonder dat we de kans hadden dit afscheid met rituelen te omkaderen. Rituelen en symbolen doen echt wat: ze scheppen de juiste afstand
ten opzichte van het rauwe gebeuren van de dood, zodat we ermee kunnen omgaan, het een plaats kan krijgen. De pijn is niet weg, maar wordt een stukje draaglijker.
het wordt ons ook van Gods wege toegezegd – op een verbondenheid van alle mensen van goede wil, die over de grens van de dood heen reikt. Wij hebben dan zo’n behoefte te mogen geloven dat onze dierbare niet in het niets verdwenen is, maar leeft, gelukkig is en ons niet vergeet... Een zoethoudertje? Tastbare bewijzen van het bestaan van de hemel hebben we niet, het is een kwestie van geloof. Hoe die hemel er uit ziet, weten we al helemaal niet. Maar wie het gegeven is erin te geloven, kan daar ook veel troost uit putten, kan ook gemakkelijker rouwen, het afscheid aanvaarden, dat dan een ‘tot weerziens’ geworden is.
Rituelen en symbolen verbinden ook. Ze scheppen een onderlinge verbondenheid in de vierende gemeenschap, maar ook met de overledene zelf en uiteindelijk met die instantie die ons overstijgt en draagt, en die wij in onze christelijke traditie God noemen. Wat wij in de geloofsbelijdenis de ‘gemeenschap van de heiligen’ noemen, dat is het waar het hier om gaat. Zeker op het moment van een overlijden hopen wij – en
Euthanasie, een zegen of een last? P. van Aubel, huisarts
Als huisarts kom je gemiddeld een keer per twee jaar voor een serieuze uitvoering van een euthanasieverzoek. Gemiddeld een keer per maand zijn er gesprekken over de een wilsbeschikking, het doorspreken van een aanvraag, informatie geven etc. Omgerekend naar 8500 huisartsen in Nederland zijn er dus ongeveer 4000 uitvoeringen. Het leeuwendeel wordt door de huisarts gedaan, ziekenhuisspecialisten en specialisten voor ouderengeneeskunde (de verpleeghuisartsen) hebben een klein aandeel.
zodat iedere beslissing en stap teruggezocht kan worden. Belangrijk is het schriftelijke verzoek ofwel de wilsverklaring. Dit behoort als belangrijk document bij de rapportage te liggen en aan de gemeentelijk lijkschouwer overhandigd nadien. De uitvoeringsdag is er een van gemengde gevoelens. Gespannenheid om wat er gaat komen en vragen spelen door je hoofd: heb ik wel zorgvuldig gehandeld en waren er geen tijdelijke andere oplossingen? Gaat het in een keer lukken? Overtuigd om de patiënt in deze ellendige fase ook bij te staan ga je naar de plek waar de euthanasie zal plaatsvinden. Na begroeting, vaak zijn er familieleden bij, probeer je rust te bewaren en goed uit te leggen wat je gaat doen en wat er dan gebeurt. Ga in op emoties en sta dicht bij de naasten. Geef gelegenheid om afscheid te nemen en spreek door wie bij de uitvoering erbij wil of mag zijn. Neem de tijd en probeer dan alle handelingen zoals infuusnaald en stuwband goed aan te leggen. Dan geef je een seintje dat de eerste ampul wordt aangesloten en je begint langzaam het slaapmiddel in het vat te spuiten. De sterkte van dit slaapmiddel is 50 x de dodelijke dosis. Na 1 minuut is de patiënt in diepe coma en ademt niet meer en is volledig slap. Na 2 minuten haal je de spuit eraf en
De voorbereiding loopt al enkele dagen met gesprekken met de betrokken patiënt, de familie, de SCEN arts, als tweede, onafhankelijke, arts. Deze arts legt eerst een bezoek bij de patiënt af en wil bevestigd worden of de richtlijnen wel zorgvuldig gehanteerd zijn. Ook de apotheker wordt persoonlijk benaderd om de uitvoeringsmiddelen klaar te maken en een noodset erbij te doen voor het geval dat het mis gaat. Daarnaast wordt de gemeentelijk lijkschouwer vooraf gewaarschuwd en op de hoogte van de medische situatie gebracht. Tijd en datum wordt goed doorgesproken met de betrokkenen en met de patiënt zodat zij anderen kunnen informeren. Dit alles in het medisch dossier goed vastgelegd 22
een tweede spuit met een spierverslappend middel , ook in een forse overdosering, wordt in het vat gespoten. Hiermee worden alle spieren volledig lam gelegd dus ook de ademhalingsspieren. Het is altijd een groot contrast in wat er in die 10 minuten gebeurt, de spanning van het lijden is gebroken en maakt plaats voor spontane rouw. Vaak voelt de arts zich droevig, ongelukkig en er is neiging tot inwendig verzet. Het gevoel dat een mens is gestorven maar ook: zijn lijden is geleden. De dood wordt vastgesteld maar niet beschreven. Dat is de taak van de lijkschouwer. Condoleren van de familie en de familie en naasten kunnen hun rouw beginnen. De dokter belt de gemeentelijk lijkschouwer en wacht op zijn komst. Daarna worden de dossiers doorgenomen en er wordt een uitvoerig verslag gemaakt wat er is gebeurd en wat er gedaan is. Na een uur of soms langer neem je afscheid. Een last van je schouders en voor de patiënt een zegen.
De behoefte aan rituelen bij afscheid Han Groen
waarden al te gemakkelijk overboord gezet. Veel spiritualiteit is bij het grofvuil gezet en verdwenen. Existentiële zaken, die met doel en reden schakelsgewijs in de lange ketting van de geschiedenis zijn ontstaan, zijn als achterhaald opgeborgen. De geschiedenis zal vertellen wat wijs was: weggooien of behouden. Niet uit te sluiten is dat rationalisering, deconfessionalisering en het consumentisme door latere generaties dezelfde verwoestende werking als de Beeldenstorm toegekend worden. Waarom? Omdat met het weggooien van die irrationele zaken ook kennis, en meer nog inzicht, in het heden is verdwenen. Wie begrijpt zonder ooit de verhalen uit het Oude of Nieuwe Testament gehoord te hebben, kunst? Wie begrijpt zonder kennis van religie, waarom de politiek nu zo is als die is? Wie kan zich de zin van medemenselijkheid eigen maken als je nooit iets over Christus hebt gehoord?
“ Rituelen zijn tenminste echt”. Wij leven in een rationalistische maatschappij, de wetenschap bepaalt onze marsroute. We zijn geconfessionaliseerd en bouwen ons geluk op consumentisme. Veel mensen vinden dat niet meer is vol te houden dat zich ergens in het heelal een Alomvattende Geest zou bevinden. Wij ontleden ons universum aan de hand van waarheidsbevestigend onderzoek. “ Een onwrikbaar godsgeloof kun je bij veel kerkgangers vandaag de dag nauwelijks nog veronderstellen. De levensbezieling die zij aan hun kerkgang ontlenen, lijkt minder afhankelijk van dogma’s dan van de ervaring van de godsdienstoefening zelf”. De religie van vandaag kent twee goden: Ratio en Geld, de rest is onzin. Achteraf gezien is dit nieuwe geloof wat ondoordacht ingevoerd en zijn de oude 23
Maar, de mens is halfslachtig: veel noodlijdende boekwinkels overleven bij gratie van het rekje esoterie, met alternatieve allerlei, op blotevoetenpaden en in yogaclubs wordt naar het Grote Iets gezocht. Mensen willen collectieve rituelen, daarvoor hoef je maar om je heen te kijken. Het is dus een uitnodiging om je af te vragen waarom er in weerwil van rationalisme en deconfessionalisering nog rituelen zijn, gedrag waarop alle mensen terugvallen bij levensgebeurtenissen. Bij overlijden bijvoorbeeld.
bloemen en knuffels op de plaats van het misdrijf. Tot een TV-avond met BN’-ers die om Euro’s vragen. Tot een stemmige e-mail. Boven rouwadvertenties staat geen kruis, maar een plaatje van de auto, motor of andere hobby van de dierbaar overledene. Het zijn niet meer de buren, de straat, de buurt, die in actie komen en blijven. Die rond en na de dood in actie komen. Bij een moord van enig kaliber is er een stille tocht met witte ballonnen en knuffels. Rituelen zijn aan strakke formules gebonden. Zou de koningin in september in een matzwarte Porsche met privacyruiten in een gezellige spijkerbroek naar de Ridderzaal worden gereden en daar de door een swipe op haar iPhone, de troonrede aan het volk e-mailen, dan is het met Prinsjesdag heel snel gedaan. Ze zal en moet met een uitermate ouderwetse paardenwagen in een prachtige robe van papier voorlezen wat dagen daarvoor al is uitgelekt.
Je kan, zelfs in een atheïstische vatting, zeggen dat het belang van een ritueel ligt in het verrichten van handelingen die de beleving van de realiteit veranderen. Een leeg universum zonder duidelijke hogere macht schept een kille individuele realiteitsbeleving. Als u in niets gelooft dan in wat u om u heen ziet, hoe warm is uw wereld dan? Hoe gewaardeerd voelt u zich dan? Waar vindt u geborgenheid? Het samen delen en samen onderweg zijn, schept een gemeenschappelijkheid waarin u veiligheid en geborgenheid vindt. Het individu ervaart bij het voltrekken van rituelen de werkelijkheid niet meer als anoniem en individueel, maar als collectief en betrokken. De basis daarvan is simpel: wij leven evolutionair bij gratie van het groepsverband.
De mens kan een wereld zonder rituelen niet aan. Hoe staat het dan met de van oorsprong kerkelijke rituelen? Behalve met Kerstmis en bij begrafenissen, lijkt daar amper behoefte aan. De kerk heeft er, terecht, zelf redelijk wat overboord gezet. Die over zijn blijken een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit te oefenen op de nietkerkelijke rationele-consumerende mens. In onstuitbare opkomst: Het Theater van het Huwelijk, toenemende big business. Bruidegom en bruid kennen de kerk van binnen niet, maar willen wel met pracht en praal en vooral in het wit, met de kinderen als bruidsmeisjes of getuige, voor de kerk trouwen. Dit is meestal meteen voor jaren het laatste bezoek aan de kerk.
Wij hebben nieuwe rituelen: kijkt u naar het collectieve gedrag bij voetbalkampioenschappen, schaatswedstrijden, Koninginnedag, de Nieuwjaarsduik. Verkleed in oranje prullaria of met Unoxijsmutsen op staan er mensen driehoog voor de TV te strijken, laat staan wat er verder in den lande nog gebeurt. Door de individualisering van onze samenleving staan we meer dan vroeger, alleen (en eenzaam) voor de verwerking van verlies en verdriet. Bewijs voor deze stelling: de schappen in de nog resterende boekwinkels puilen uit van de zelfhulpboeken. Van ‘Verdriet voor Dummies’ tot ‘het Grote Boek van het Leven en Sterven’. Het verwerken van ellendige gebeurtenissen is verschrompeld tot de stille tocht met
De (kerkelijke) rituelenlijst wordt met afstand aangevoerd door de uitvaart. Van de nietszeggende massieve drie-herenpre-Concilie-mis tot en met een multimediaexperience met beeld en geluid van de overledene: in uitvaartland viert het ritueel in alle vormen hoogtij. Ieder zijn vrijheid, dat vooraf. En een waardeoordeel hang ik er ook niet aan. 24
fungeren. Die raamwerken kunnen in gedrag besloten liggen. Individueel of sociaal gedrag als kader voor gevoel. Het op een inhoudelijke eerlijke manier afscheid nemen, geeft verdriet verankering, een betere plaats. De overledene bij het afscheid vanuit christelijke optiek tonen lijkt mij de aangewezen weg. Wat waren zijn of haar sterke en zwakke kanten, wat vergeeft de overledene en wat vergeven wij de overledene? Waarin wijst zij of hij ons de weg naar een sociaal eerlijk leven? Wat waren de idealen die de overledene koesterde en wat betekenen die voor ons?
Maar met welk gevoel kom je naar buiten, hoe herinner je degene van wie afscheid werd genomen? Wat blijft hangen van een anonieme kist met kaarsen en een priester die routineus een bisschoppelijk goedgekeurde prefabtekst voorlas met ‘ NN’ op de plaatsen waar de overledene genoemd moet worden en desondanks kans zag drie keer de verkeerde naam te gebruiken? Hoe beklijft een gelikte presentatie van de dierbare overledene bij zijn yacht, op de golfbaan of voorbij ronkend in zijn oldtimer cabriolet, met snottertoespraken van zijn serviceclubvrienden? Dat is dan ook de grootste valkuil voor het ritueel: er is alleen vertoon, geen inhoud.
Samen Onderweg probeert kerkelijke rituelen, helaas meestal het afscheid, in een eigentijdse vorm en zingeving op de manier zoals Christus ons leert en heeft voorgedaan, te laten voortbestaan. De enige voorwaarde is wel dat je gelooft dat er heel veel is tussen hemel en aarde.
In al deze leegheid ligt de kiem van wat onvergankelijk zal blijken: de mens moet structuren hebben om zijn gevoelens in evenwicht te brengen. Zoals de botten het lichaam vorm en stevigheid geven, heeft de psyche ook raamwerken nodig om te kunnen
Rouwen buiten de kerk Wim Warmerdam
De telefoon gaat. De uitvaartleider aan de telefoon. “Heb je deze week tijd”, vraagt hij. Ja, ik heb tijd. “Kun je een crematiedienst verzorgen?” Ja dat kan. Hij geeft me een aantal gegevens omtrent de familie, die het betreft. Op de valreep zegt hij me nog: “De familie heeft wel iets met geloof, maar is niet ( meer) praktiserend, maar wil wel een christelijke dienst.” Vervolgens ga ik de familie bezoeken en houd verder ook contact met de uitvaartondernemer. De gesprekken, die je dan met de familie hebt zijn zeer verschillend. We beginnen, na de kennismaking, op de nullijn. Een uitgebreid en vaak diepgaand gesprek over het leven van de overledene. Allerlei aspecten komen aan de orde. Vrolijke, moeilijke en belangrijke momenten passeren de revue. Maar vooral hoe stond hij/zij in het leven. Hoe was het 25
einde: met veel pijn en moeite het leven losgelaten of in vrede heengegaan. Heeft de overledene te kennen gegeven hoe hij de laatste gang op deze wereld wilde maken. Langzaam komt er , tenminste voor mij, een beeld naar voren, wie die mens geweest is. Geloof heeft op de achtergrond vaak wel een rol gespeeld. Het is geïndividualiseerd. Het dwingende karakter van de zondagse kerkgang is verdwenen en men ervaart de kerk niet als gemeenschap, waar men graag elke zondag komt om de ”accu” weer op te laden. Als dat duidelijk is, dan beginnen we met de inhoud van de dienst. Muziekkeuze, het in memoriam, Bijbellezing, voorbeden, gedichten en een laatste ceremonie rondom de overledene. Over het algemeen heerst er in het crematorium een serene sfeer. Ondanks het grote verdriet en de innerlijke pijn ervaren mensen rust. Bezinning en vaak en vaak is er ook een gevoel van dankbaarheid, dat men zo verbonden mocht zijn met de overledene. De crematiedienst is door hen zelf opgebouwd en daardoor heeft al een stuk verwerking om het verlies plaats gevonden. Het is verschrikkelijk maar goed zo en het was heel fijn om op deze manier afscheid te nemen. Het is belangrijk, dat de betrokkenen met een goed gevoel en getroost met elkaar het crematorium verlaten. Dat is ook het goede bij Samen Onderweg, dat de uitvaartdiensten geheel in overeenstemming met de betrokken familie plaats vinden.
te nemen en dat is dan ook het moeilijkste. Dan pas merk je met hoeveel draadjes je aan het leven vastzit. De boodschap van hoop en troost, die het christelijk geloof kan geven kan verlichting geven in dit moeilijke proces. Het kost heel veel moeite, energie en praten om tot acceptatie te komen. Als het dan eindelijk lukt worden de mensen rustiger en vaak mondt het dan uit in de ziekenzegening, waarbij de direct betrokkenen aanwezig zijn en de Communie ontvangen. De afscheidsdienst in het crematorium of soms ook in de kapel heeft de sfeer van: we hebben het met elkaar volbracht. De innerlijke pijn is bij de achterblijvers niet te meten, maar is meestal, hoewel iedereen op het sterven was voorbereid, hartverscheurend. De nazorg is dan ook heel belangrijk. In het begin bezoek ik de familie vaak. De leegte, stilte en het verdriet doet veel pijn. Alleen om bij de achterblijvers te zijn, vaak zonder woorden, is voor hen een bron van troost en een blijk van echt meeleven. De nazorg is soms kort, omdat men een heel goed sociaal vangnet heeft, maar soms kan de nazorg ook heel lang duren. Ik ben dan gelukkig in de positie, dat ik daaraan veel tijd kan besteden. Mensen begeleiden, die de boodschap heb-ben gekregen, dat zij zich moeten voorbereiden op hun dood, is heel confronterend. Het benadrukt ook je eigen sterfelijkheid. De hoop, die ons door Jezus Christus is gegeven: wie in mij gelooft zal in eeuwigheid niet sterven is ook de krachtbron om datgene wat op je pad komt uit te voeren. Altijd met liefde en respect.
Het komt ook wel eens op mijn weg, dat ik gevraagd wordt of ik mensen, die terminaal zijn, wil begeleiden. Dan loop ik tot en met de afscheidsdienst mee met de betrokkenen en directe familie. Bijna elke week bezoek ik zo iemand en daar vinden dan gesprekken plaats over het leven. De balans wordt opgemaakt. In deze gesprekken krijgt de geloofsbeleving een grote plaats. Een terminale boodschap is verpletterend. We weten allemaal, dat we een keer afscheid moeten nemen van het leven, maar als het dan zo dichtbij komt, dan is het toch wel anders .Gevoelens van boosheid, verdriet en angst spelen een grote rol. Men kan zich niet indenken, dat de tijd gekomen is om afscheid 26
Troost Wie het verdriet ruimte geeft. Een buur wil zijn Een vriend wil zijn Zwijgen heeft geleerd Stil kan zijn Nabij kan blijven Niet meer dan een woord Niet meer dan een hand Een hand van liefde Een woord kan verstaan Belangeloos Als een luisterend oor Die kan misschien troost zijn Voor de mens gepijnigd door verdriet Wanhopig in zijn bestaan niet wetend waarom Afgemat Verdoofd En niet begrijpend Waarom juist hij………….
27
Betekenis van het woord ‘amen’ Huub Meijer
Waarom zeggen gelovige mensen aan het einde van een gebed ´amen`? Die vraag werd gesteld in de Vraag & Antwoord rubriek in de augustus uitgave 2012 van het tijdschrift Quest. In het Kerkelijk Woordenboek uit 1938 vond ik de volgende uitleg: “Amen (=zoo staat het vaste, zoo zij het), een aan het Hebreeuwsch ontleende liturgische uitroep, waarmede bijna alle gebeden, gezangen, zegeningen en andere liturgische formules besloten worden.” Volgens de vrije encyclopedie Wikipedia is Amen een woord dat teruggevonden wordt in de Thora, het Nieuwe Testament en de Ahadith en betekent letterlijk “zeker, het is zo” of “het zij zo”. Het wordt in het christendom, islam en Jodendom gebruikt aan het einde van een gebed of zegening als een soort bekrachtiging of acclamatie, In het Hebreeuws is de uitspraak amen, amein, omein of amain. In het Aramees wordt het uitgesproken als amien. Het Arabisch, het Grieks en het Russisch gebruiken allebei de vorm amin. In de Septuagint wordt in plaats van het woord ”amen” het woord genoito gebruikt, wat vertaald kan worden als ‘het moge gebeuren’. Het woord Amen komt voor in de Bijbel in 73 verzen, waaronder Deuteronomium 27:15, Psalm 41:14 en Matteüs 6:13. De christenen namen het woord uit het Hebreeuws over. Het Arabische amen is niet terug te vinden in de Koran, maar het gebruik ervan wordt wel ondersteund door Ahadith. Na de recitatie van De Opening (Soera) tijdens het gezamenlijke vrijdagavondgebed is het amin een van de weinige woorden die door de aanwezigen in de moskee luidop wordt uitgesproken. Er bestaan verschillende hypotheses over de herkomst van het woord Amen. Eén ervan is dat het is afgeleid van Amen Ra, de Egyptische zonnegod. Een andere is dat het de afkorting is van het Hebreeuwse El Melech Neëmen, hetgeen trouw aan de Koning (in de betekenis van God) betekent. De Hebreeuwse wortel ’mn’ betekent: steunen, bevestigen en
betrouwbaar zijn. ’Amen’ zeggen na een gebed komt dus in diverse kerkdiensten voor. Het is een heel oude traditie. Al rond de 4de eeuw werden gebeden van de priester door de gelovigen met ’amen’ bevestigd. Op den duur gingen gelovigen het ook zelf gebruiken aan het einde van hun eigen gebed. · Uit onderzoek van de Radboud Universiteit Nijmegen uit 2007 bleek dat maar liefst 60 procent van de Nederlanders wel eens bidt. · 45 procent van de bidders nooit naar de kerk gaat. · De meeste mensen bidden naar aanleiding van een negatieve gebeurtenis.
Septuagint of Septuaginta.
Volgens de overlevering werd de Hebreeuwse Bijbel in het Grieks vertaald door 70 (volgens andere bronnen 72) vertalers, die hoewel onafhankelijk werkend, op miraculeuze wijze toch allen dezelfde vertaling maakten. In eerste instantie was deze vertaling bedoeld voor de grote groep Griekstalige Joden in Egypte. Deze spraken namelijk niet meer Hebreeuws als moedertaal.
Ahadith.
Volgens overleveringen reciteerde Mohammed na het laatste vers van De Opening amin hardop, waarbij hij zijn stemgeluid verhief. Ook beval hij de gemeenschap amin te zeggen, omdat de engelen en de imam amin zeggen. Volgens diezelfde overleveringen zouden alle voorafgaande vergeven zijn, als het amin in het gebed samenvalt met het amin van de engelen in de hemel.
Soera.
Is een hoofdstuk in de Korans, het heilige boek van de Islam. Een soera bestaat uit meerdere verzen. De Koran bevat 114 soera’s, ruwweg gerangschikt van groot naar klein en dus niet naar chronologische volgorde. De langste soera in de Koran bestaat uit 286 verzen en de kortste uit maar 3 verzen. Soera’s zijn verder onderverdeeld in een groep Mekkaanse en Medinese (of Medinaanse), al naar gelang de traditie zegt dat ze aan Mohammed ‘geopenbaard’ werden in Mekka of Medina. Aangenomen wordt dat het woord afstamt van het Syrische woord soerta dat schrift of schrifttekst betekent.
28
Colofon Nr. 72 jaargang 22 – oktober 2012 Contact Onderweg is een uitgave van de gemeenschap en Stichting Samen Onderweg Redactie: Joop Cottaar, Han Groen, Herman Vos, Wim Warmerdam en Corry van Zandvoort Vormgeving: Herman Vos Adres van de Stichting, tevens adres van de redactie van Contact Onderweg: Akerstraat 97 6417 BK Heerlen tel. 045 – 574 24 46 Internet: www.samenonderweg.nl e-mail:
[email protected] Bankrekening: Rabobank 1199.12.023 te Heerlen/ Postbank 5707957 t.n.v. Stichting Samen Onderweg De pastor van de stichting, Marie-José Voss, is bereikbaar via telefoonnummer 045 – 574 24 46 of 043 – 3656358 (privé) Bijdragen (liefst als Word-bestand) of reacties kunnen aan bovengenoemd adres gestuurd worden of gedeponeerd in de brievenbus in de hal van de kapel. Via e-mail kan ook:
[email protected] 29